Documenttranscriptie
SP-L301 SP-L331 SP-L351
LCD-projector
Gebruikershandleiding
De kleur en het uiterlijk kunnen afwijken, afhankelijk van
het product. Ook kunnen de specificaties zonder
voorafgaand bericht worden gewijzigd om de prestaties te
verbeteren.
Inhoudsopgave
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORZORGEN
Voor u begint . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-1
Beheer en onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-2
Veiligheidsvoorzorgen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3
INSTALLATIE EN AANSLUITING
Inhoud van de verpakking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-1
De projector installeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-2
Vlakzetten met de verstelbare voetjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-3
Zoomen en scherpstellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-4
Schermgrootte en projectieafstand . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-5
H-hoeksteen en V-hoeksteen aanpassen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-6
Vervangen van de lamp . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-7
Achterkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-8
De computeromgeving instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-9
Ondersteunde weergavemodi . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-10
De stroom aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-11
Een computer aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-12
Een pc aansluiten via een HDMI/DVI-kabel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-13
Een externe monitor aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-14
Een HDMI-compatibel apparaat aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-15
Een AV-apparaat aansluiten via een D-sub-kabel . . . . . . . . . . . . . . . 2-16
Een AV-apparaat met componentuitvoer aansluiten . . . . . . . . . . . . 2-17
Aansluiten via een Video/S-Video-kabel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-18
Een externe luidspreker aansluiten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-19
Aansluiten op een netwerk . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-20
Kensington-slot . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2-21
GEBRUIK
Productkenmerken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-1
Voor- en bovenkant . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-2
Afstandsbediening
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-3
Indicatielampjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-4
Het schermmenu gebruiken (OSD: On Screen Display) . . . . . . . . . . 3-5
Netwerkbeheer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3-6
PROBLEMEN OPLOSSEN
Voordat u om hulp vraagt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-1
MEER INFORMATIE
Specificaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-1
RS-232C-opdrachtentabel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-2
Contact opnemen met SAMSUNG WORLDWIDE . . . . . . . . . . . . . . . . 5-3
Correcte verwijdering - alleen Europa . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-4
1
Belangrijke veiligheidsvoorzorgen
1-1
Voor u begint
Gebruikte pictogrammen in deze handleiding
PICTOGRA
M
NAAM
BETEKENIS
Waarschuwing
Geeft gevallen aan waarbij de functie misschien niet werkt of waarbij de instelling geannuleerd kan worden.
Opmerking
Geeft een hint of tip aan bij het gebruik van een functie.
Gebruik van de handleiding
•
Lees de veiligheidsvoorzorgen goed door voordat u dit product gaat gebruiken.
•
Als er een probleem optreedt, raadpleegt u het gedeelte 'Problemen oplossen'.
Mededeling betreffende auteursrecht
De inhoud van deze handleiding kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
Copyright © 2009 Samsung Electronics Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden.
Het auteursrecht op deze handleiding is voorbehouden door Samsung Electronics, Co., Ltd.
De inhoud van deze handleiding mag niet worden verveelvoudigd, gedistribueerd of gebruikt, geheel of gedeeltelijk of in welke
vorm dan ook, zonder schriftelijke toestemming van Samsung Electronics, Co., Ltd.
Belangrijke veiligheidsvoorzorgen
1-1
1-2
Beheer en onderhoud
De behuizing en de lens reinigen
Reinig de projector met een zachte, droge doek.
•
Reinig het product niet met een ontvlambare stof zoals
wasbenzine of verfverdunner.
•
Voorkom krassen op de lens van uw vingernagels of een scherp
voorwerp.
Dit kan krassen en/of schade aan het product veroorzaken.
•
Reinig het product niet met een natte doek of door water
rechtstreeks op het product te spuiten.
Als er water in het product komt, kan dit resulteren in brand,
elektrische schokken of problemen met het product.
•
Als er water op de behuizing van de projector komt, kan er een
witte vlek ontstaan.
Het uiterlijk en de kleur kunnen afhankelijk van het model
verschillen.
De binnenkant van de projector reinigen
Neem contact op met een servicecentrum voor reiniging van het binnenwerk.
•
Neem contact op met een servicecentrum als er stof of andere
substanties in de projector zijn terechtgekomen.
Belangrijke veiligheidsvoorzorgen
1-2
1-3
Veiligheidsvoorzorgen
Pictogrammen bij veiligheidsvoorzorgen
PICTOGRA
M
NAAM
BETEKENIS
Waarschuwing
Wanneer u voorzorgen negeert die met dit teken zijn aangegeven, kan ernstig of zelfs
dodelijk letsel ontstaan.
Waarschuwing
Wanneer u voorzorgen negeert die met dit teken zijn aangegeven, kan lichamelijk letsel of
schade aan eigendommen ontstaan.
Betekenis van de tekens
Niet doen.
Moet worden nagevolgd.
Niet demonteren.
De stekker moet uit het stopcontact worden
getrokken.
Niet aanraken.
Moet geaard zijn om elektrische schok te voorkomen.
Aanwijzingen over elektriciteit
De volgende afbeeldingen dienen ter naslag en kunnen verschillen, afhankelijk van model en land.
Waarschuwing
Steek de stekker stevig in het stopcontact.
•
Anders kan er brand ontstaan.
Sluit niet meerdere elektrische apparaten
op één stopcontact aan.
•
Anders kan er door oververhitting van
het stopcontact brand ontstaan.
Gebruik geen beschadigd netsnoer of stekker of een loszittend stopcontact.
Buig of draai het netsnoer niet overmatig en
zet geen hete voorwerpen op het netsnoer.
•
•
Anders kan er een elektrische schok of
brand ontstaan.
Belangrijke veiligheidsvoorzorgen
Anders kunnen er door een beschadigd
netsnoer elektrische schokken of brand
ontstaan.
1-3
Pak de stekker niet met natte handen vast.
•
Dit zou een elektrische schok kunnen
veroorzaken.
Wilt u het product verplaatsen, zet het dan
uit, trek de stekker uit het stopcontact en
koppel eventuele andere kabels van het
product los.
•
Anders kunnen er door een beschadigd
netsnoer elektrische schokken of brand
ontstaan.
Let erop dat u de stekker in een geaard
stopcontact steekt (alleen bij apparatuur
van isoleringsklasse 1).
•
Anders kan er een elektrische schok of
lichamelijk letsel ontstaan.
Waarschuwing
Wanneer u de stekker uit het stopcontact
trekt, houdt u de stekker aan de stekker zelf
vast en niet aan het snoer.
•
Wanneer u dit niet doet, kunnen er
elektrische schokken of brand ontstaan.
Trek de stekker uit het stopcontact alvorens
u het product gaat reinigen.
•
Zet het product niet aan of uit door de stekker in het stopcontact te steken of eruit te
trekken. (Gebruik de stekker niet als aan/
uitschakelaar.)
Houd het netsnoer uit de buurt van warmtebronnen.
Anders bestaat kans op elektrische
schokken of brand.
Steek de stekker in een stopcontact waar u
makkelijk bij kunt.
•
Wanneer er een probleem is met het
product, moet u de stekker uit het
stopcontact trekken om de stroom
volledig af te sluiten. U kunt de stroom
niet volledig afsluiten met de aan/
uitknop op het product.
Belangrijke veiligheidsvoorzorgen
1-3
Aanwijzingen over installatie
Waarschuwing
Plaats het product niet op een plek die
blootstaat aan direct zonlicht en plaats het
product niet in de buurt van een hittebron
zoals een vuur of kachel.
•
Plaats het apparaat niet op een slecht
geventileerde plaats, zoals in een (boeken)kast.
•
Hierdoor kan de levensduur van het
product korter worden of brand
ontstaan.
Als u het product in een kast of op een
plank plaatst, moet u ervoor zorgen dat de
voorkant van het product volledig wordt
ondersteund.
•
Wanneer u dit niet doet, kan het product
vallen en beschadigen of lichamelijk
letsel veroorzaken.
•
Let erop dat u een kast of plank gebruikt
die past bij de grootte van het product.
Anders bestaat er brandgevaar door
interne oververhitting.
Wanneer u het product op een kast of plank
plaatst, moet u erop letten dat de voorkant
van het product niet uitsteekt.
•
Anders kan het product vallen, wat een
storing of lichamelijk letsel zou kunnen
veroorzaken.
Houd het netsnoer uit de buurt van warmtebronnen.
Trek bij onweer de stekker uit het stopcontact.
•
•
Het omhulsel van het snoer zou kunnen
smelten en dit zou tot elektrische
schokken of brand kunnen leiden.
Plaats het product niet op een plek die
blootstaat aan stof, vocht (sauna), olie, rook
of water (regendruppels) en installeer het
niet in een voertuig.
•
Wanneer u dit niet doet, kunnen er
elektrische schokken of brand ontstaan.
Plaats het product niet in een zeer stoffige
omgeving.
Dit kan een elektrische schok of brand
veroorzaken.
Waarschuwing
Let erop dat u de ventilatie niet met een
tafelkleed of gordijn blokkeert.
Laat het product niet vallen wanneer u het
verplaatst.
•
•
Anders bestaat er brandgevaar door
interne oververhitting.
Zet het product altijd voorzichtig neer.
•
Wanneer u dit niet doet, kunnen er
problemen met het product of lichamelijk
letsel ontstaan.
Belangrijke veiligheidsvoorzorgen
Hierdoor kunnen problemen met het
product of lichamelijk letsel ontstaan.
Plaats het product niet op een hoogte waar
kinderen erbij kunnen.
•
Als een kind het product aanraakt, kan
het vallen en dit kan lichamelijk letsel tot
gevolg hebben.
1-3
Aanwijzingen over gebruik
Steek geen ontvlambare objecten of metalen voorwerpen zoals eetstokjes, munten of
haarspelden in het product (in de ventilatiegaten, aansluitingen enz.).
•
Als er water of een vreemde stof in het
product terechtkomt, moet u het
apparaat uitzetten, de stekker uit het
stopcontact trekken en contact met een
servicecentrum opnemen.
•
Anders kunnen er problemen met het
product of elektrische schokken of brand
ontstaan.
Probeer het product niet te demonteren,
repareren of aan te passen.
•
Neem contact op met een
servicecentrum als het product
gerepareerd moet worden.
Gebruik of plaats geen ontvlambare spuitbussen of objecten bij het product.
•
Dit zou een explosie of brand kunnen
veroorzaken.
Zorg dat kinderen geen voorwerpen zoals
speelgoed of koekjes op het product plaatsen.
•
Als een kind dergelijke voorwerpen er
weer af zou willen halen, zou het
product kunnen vallen en schade of
lichamelijk letsel veroorzaken.
Kijk nooit rechtstreeks in het licht van de
lamp en projecteer het beeld niet in de ogen
van mensen.
•
Dit is vooral bij kinderen gevaarlijk.
Wanneer u de batterijen uit de afstandsbediening haalt, moet u erop letten dat kinderen ze niet in de mond stoppen en
doorslikken. Houd batterijen buiten bereik
van kinderen.
•
Als er batterijen worden doorgeslikt
moet u onmiddelijk een arts
waarschuwen.
Plaats geen metalen objecten of vloeistofhouders zoals vazen, bloempotten, drank,
cosmetica of geneesmiddelen boven het
product.
•
Als er water of een vreemde stof in het
product terechtkomt, moet u het
apparaat uitzetten, de stekker uit het
stopcontact trekken en contact met een
servicecentrum opnemen.
•
Anders kunnen er problemen met het
product of elektrische schokken of brand
ontstaan.
Waarschuwing
Als het product vreemde geluiden, een
brandgeur of rook produceert, trek dan
onmiddellijk de stekker uit het stopcontact
en neem contact op met een servicecentrum.
•
Wanneer u dit niet doet, kunnen er
elektrische schokken of brand ontstaan.
Als de pinnen van de stekker of het stopcontact aan stof, water of vreemde stoffen
blootstaat, moet u het grondig reinigen.
•
Als er een vreemde stof in het product komt,
zet u het product uit, haalt u de stekker uit
het stopcontact en neemt u contact op met
het servicecentrum.
Anders bestaat kans op elektrische
schokken of brand.
Belangrijke veiligheidsvoorzorgen
Gebruik het product nooit terwijl er een storing is, zoals geen geluid of beeld.
•
Zet het product in dat geval uit, trek de
stekker uit het stopcontact en neem
contact op met een servicecentrum.
1-3
Haal voor het reinigen van het product eerst
de stekker uit het stopcontact en reinig het
product met een zachte, droge doek.
Raak in geval van een gaslek het product
en de stekker niet aan maar zorg direct voor
ventilatie.
•
•
Een vonk zou een explosie of brand
kunnen veroorzaken.
•
Raak bij onweer het netsnoer en de
antennekabel niet aan.
Gebruik voor het schoonmaken van het
product geen chemische middelen zoals
was, wasbenzine, alcohol, verdunners,
insectenwerende middelen, parfums,
smeermiddelen of reinigingsmiddelen.
Hierdoor kan de behuizing vervormen of
de opdruk loskomen.
Wanneer u het product gedurende langere
tijd niet gebruikt, bijvoorbeeld als u van huis
gaat, trekt u de stekker uit het stopcontact.
•
Raak de buitenste delen van het product
nooit met gereedschap zoals een mes of
hamer aan.
Reinig de voorste projectielens van vuil of
vlekken met een spray of een doek die u
met een neutraal reinigingsmiddel of met
water hebt bevochtigd.
Wanneer u dit niet doet, kunnen er
elektrische schokken of brand ontstaan.
Plaats de afstandsbediening op een tafel of
bureau.
•
De lens kan hierdoor beschadigen.
Plekken die blootgesteld zijn aan
microscopische deeltjes, chemicaliën, te
hoge of lage temperaturen of hoge
vochtigheidsgraden, zoals vliegvelden of
stations, waar het product lange tijd
achter elkaar wordt gebruikt, enzovoort.
Als u het product laat vallen of als de behuizing kapot gaat, moet u het product uitschakelen en de stekker uit het stopcontact
halen. Neem contact op met een servicecentrum.
•
•
Anders kan zich stof ophopen en brand
of een elektrische schok ontstaan door
oververhitting of kortsluiting.
Als u het product op een plek plaatst waar
de gebruiksomstandigheden sterk variëren,
kan er door de omgeving een ernstig kwaliteitsprobleem ontstaan. Installeer het product in zo'n geval alleen na overleg met ons
callcenter.
•
Raak nooit de lens van het product aan.
Als u op de afstandsbediening gaat
staan, kunt u vallen en u bezeren, of kan
de afstandsbediening beschadigd raken.
Laat het binnenwerk van de projector minimaal één keer per jaar door een servicecentrum reinigen.
Raak de lamp of ventilatiedelen niet aan
wanneer de projector actief is of direct
nadat het apparaat is uitgezet, om te voorkomen dat u zich brandt.
Reinig het product niet met een natte doek
of door er water op te sproeien. Gebruik
geen chemische middelen zoals reinigingsmiddelen, autowas, schuurmiddelen, was,
wasbenzine of alcohol op de plastic delen
van het product zoals het projectorhuis,
aangezien deze hierdoor zouden kunnen
beschadigen.
Open nooit de afdekkingen van het product.
Gebruik geen onbekende batterijen.
•
Dit kan gevaarlijk zijn vanwege de hoge
stroomspanning in het product.
Belangrijke veiligheidsvoorzorgen
1-3
Raak de ventilatieopening niet aan als de
projector aan staat, aangezien hier hete
lucht uit komt.
De ventilatieopening blijft nog enige tijd heet
nadat de projector is uitgezet. Houd uw handen en de rest van uw lichaam weg van de
ventilatieopening.
Plaats geen objecten bij de projector die
slecht tegen hitte kunnen.
Houd uw lichaam weg van de projectorlamp. De lamp is heet.
(Kinderen en volwassenen met een gevoelige huid moeten extra voorzichtig zijn.)
Belangrijke veiligheidsvoorzorgen
1-3
2
Installatie en aansluiting
2-1
Inhoud van de verpakking
•
Pak het product uit en controleer of de onderstaande onderdelen zijn meegeleverd.
•
Bewaar het verpakkingsmateriaal voor het geval u het product in de toekomst wilt vervoeren.
Projector
INHOUD
Snelgids
Garantiebewijs
Gebruikershandleiding
Netsnoer
(Niet op alle locaties verkrijgbaar)
Afstandsbediening/1 batterij
(CR 2025, niet overal verkrijgbaar)
Installatie en aansluiting
Schoonmaakdoekje
D-Sub-kabel
2-1
2-2
De projector installeren
Plaats de projector zodanig dat de lichtbundel loodrecht op het scherm staat.
•
Plaats de projector zodanig dat de lens op het midden van het scherm is gericht. Als het scherm niet verticaal staat,
wordt het beeld op het scherm mogelijk niet rechthoekig weergegeven.
•
Plaats het scherm niet in een erg lichte omgeving. Als er te veel omgevingslicht op het scherm valt, wordt het beeld niet
duidelijk op het scherm weergegeven.
•
Gebruik gordijnen om het licht tegen te houden wanneer u de projector in een ruimte met veel licht van buiten gebruikt.
•
U kunt de projector op de volgende plaatsen installeren: Voor-vloer/voor-plafond/achter-vloer/achter-plafond. De
installatieposities worden hieronder weergegeven.
Het beeld aanpassen wanneer u de projector achter het scherm installeert
Installeren achter een halftransparant scherm.
Wanneer u de projector achter een halftransparant scherm plaatst,
gebruikt u het menu om het beeld aan te passen zodat het correct
wordt weergegeven, afhankelijk van de positie van de projector:
achter-vloer (of laag) of achter-plafond.
1. Voor achter-vloer drukt u op:
Selecteer Menu > Instellingen > Installeren > Acht.-vloer
2. Voor achter-plafond drukt u op:
Selecteer Menu > Instellingen > Installeren > Acht.-plaf.
Het beeld aanpassen wanneer u de projector voor het scherm installeert
Plaats de projector aan de kant vanwaar u het scherm bekijkt.
Wanneer u de projector voor een halftransparant scherm plaatst,
gebruikt u het menu om het beeld aan te passen zodat het correct
wordt weergegeven, afhankelijk van de positie van de projector:
voor-vloer (of laag) of voor-plafond.
1. Voor voor-vloer drukt u op:
Selecteer Menu > Instellingen > Installeren > Voor-vloer
2. Voor voor-plafond drukt u op:
Selecteer Menu > Instellingen > Installeren > Voor-plafond
Installatie en aansluiting
2-2
2-3
Vlakzetten met de verstelbare voetjes
Draai de verstelbare voetjes van de projector om de projector
waterpas te zetten.
De projector kan worden ingesteld tot een hoogte van maximaal 30 mm (ongeveer 12 graden) van het referentiepunt.
Afhankelijk van de plaatsing van de projector kan er trapeziumvertekening van het beeld optreden.
Indien <Autom. Hoeksteen> is ingesteld op <Aan>, zal elk trapezium automatisch worden aangepast. Indien fijnafstelling is
vereist na een automatische aanpassing, kunt u afstellen met <Hoeksteen>.
Installatie en aansluiting
2-3
2-4
Zoomen en scherpstellen
Zoomknop: u kunt de afmetingen van het beeld aanpassen binnen het zoombereik via de zoomknop.
Scherpstelring: U kunt het beeld op het scherm met de scherpstelring scherpstellen.
De grootte van het scherm bepaalt de afstand waarop u de projector van het scherm plaatst.
Als u de projector niet op de projectieafstand plaatst zoals aangegeven in de tabel Schermgrootte en projectieafstand, kunt
u het beeld niet goed scherpstellen.
Installatie en aansluiting
2-4
2-5
Schermgrootte en projectieafstand
A. Scherm / Z. Projectieafstand / Y’. Afstand van het midden van de lens tot de onderkant van het beeld
Plaats de projector op een vlakke, gelijkmatige ondergrond en zet de projector waterpas met de verstelbare voetjes voor een
optimale beeldkwaliteit. als het beeld niet scherp is, moet u dit met de zoomknop en scherpstelring bijstellen of de projector
vooruit of achteruit verplaatsen.
SCHERMGROOTTE
M (DIAGONAAL)
INCH
X
(HORIZONTAAL)
CM
INCH
CM
PROJECTIEAFSTAND
Y (VERTICAAL)
INCH
CM
Z (TELE)
INCH
CM
AFWIJKING
Z
(GROOTHOEK)
INCH
CM
Y'
INCH
CM
40
101,6
32
81,3
24
61,0
54,2
137,6
44,9
114,0
4,0
10,2
50
127,0
40
101,6
30
76,2
68,0
172,7
56,4
143,3
5,0
12,7
60
152,4
48
121,9
36
91,4
81,8
207,8
68,0
172,6
6,0
15,2
70
177,8
56
142,2
42
106,7
95,7
243,0
79,5
202,0
7,0
17,8
80
203,2
64
162,6
48
121,9
109,5
278,1
91,1
231,3
8,0
20,3
90
228,6
72
182,9
54
137,2
123,4
313,3
102,6
260,6
9,0
22,9
100
254,0
80
203,2
60
152,4
137,2
348,4
114,1
289,9
10,0
25,4
110
279,4
88
223,5
66
167,6
151,0
383,5
125,7
319,2
11,0
27,9
120
304,8
96
243,8
72
182,9
164,8
418,7
137,2
348,5
12,0
30,5
130
330,2
104
264,2
78
198,1
178,7
453,8
148,7
377,8
13,0
33,0
140
355,6
112
284,5
84
213,4
192,5
488,9
160,3
407,1
14,0
35,6
150
381,0
120
304,8
90
228,6
206,3
524,1
171,8
436,4
15,0
38,1
160
406,4
128
325,1
96
243,8
220,2
559,2
183,4
465,7
16,0
40,6
170
431,8
136
345,4
102
259,1
234,0
594,4
194,9
495,0
17,0
43,2
180
457,2
144
365,8
108
274,3
247,8
629,5
206,4
524,3
18,0
45,7
190
482,6
152
386,1
114
289,6
261,7
664,6
218,0
553,6
19,0
48,3
200
508,0
160
406,4
120
304,8
275,5
699,8
229,5
582,9
20,0
50,8
210
533,4
168
426,7
126
320,0
289,3
734,9
241,0
612,2
21,0
53,3
220
558,8
176
447,0
132
335,3
303,2
770,1
252,6
641,5
22,0
55,9
230
584,2
184
467,4
138
350,5
317,0
805,2
264,1
670,8
23,0
58,4
240
609,6
192
487,7
144
365,8
330,8
840,3
275,6
700,1
24,0
61,0
250
635,0
200
508,0
150
381,0
344,7
875,5
287,2
729,4
25,0
63,5
Installatie en aansluiting
2-5
SCHERMGROOTTE
M (DIAGONAAL)
INCH
X
(HORIZONTAAL)
CM
INCH
CM
PROJECTIEAFSTAND
Y (VERTICAAL)
INCH
CM
Z (TELE)
INCH
CM
AFWIJKING
Z
(GROOTHOEK)
INCH
CM
Y'
INCH
CM
260
660,4
208
528,3
156
396,2
358,5
910,6
298,7
758,7
26,0
66,0
270
685,8
216
548,6
162
411,5
372,3
945,7
310,2
788,0
27,0
68,6
280
711,2
224
569,0
168
426,7
386,2
980,9
321,8
817,3
28,0
71,1
290
736,6
232
589,3
174
442,0
400,0
1016,0
333,3
846,6
29,0
73,7
300
762,0
240
609,6
180
457,2
413,9
1051,2
344,9
875,9
30,0
76,2
Deze projector is ontworpen voor een optimale beeldweergave op een scherm van 80-120 inches.
Installatie en aansluiting
2-5
2-6
H-hoeksteen en V-hoeksteen aanpassen
Als u de projector onder het midden van het scherm installeert (bijvoorbeeld bij het plafond of op de vloer), wordt het beeld
vervormd geprojecteerd door de hoek van de projector ten opzichte van het scherm.
<Met H-hoeksteen> en <V-hoeksteen > kan de hoek waaronder de projector ten opzichte van het scherm is geplaatst, worden
aangepast zodat het beeld door de projector rechthoekig wordt weergegeven.
Voer de volgende stappen uit om <H-hoeksteen> en <V-hoeksteen> in te stellen:
1. Schakel de projector in en druk op de toets Menu op de projector of de afstandsbediening.
2. Selecteer Instellingen en druk op Enter.
3. Controleer of Installeren boven in het menu is ingesteld op de juiste installatiepositie: <Voor-vloer>, <Voor-plafond>, <Acht.vloer> of Acht.-plaf..
4. Selecteer <Hoeksteen> en druk op Enter.
5. Selecteer <V-hoeksteen> en druk op Enter.
6. Druk op de pijl naar links of naar rechts om <V-hoeksteen> op 0 in te stellen.
7. Druk op de pijl omhoog of omlaag om <H-hoeksteen> te selecteren. Stel <H-hoeksteen> in op 0.
8. Ga terug naar het menu <Instellingen>, selecteer Testpatroon en druk op Enter.
9. Selecteer Kruis en druk op Enter.
10. Bevestig een touwtje aan het scherm en controleer of het recht naar beneden hangt.
11. Pas de locatie van de projector aan totdat het touwtje (1) en de verticale middenlijn (2) in het rasterbeeld evenwijdig zijn.
Scherm : (1) Een virtuele verticale lijn die met een stuk draad op het scherm wordt gemaakt
Testpatroon Kruis: (2) Een verticale lijn in het midden van het testpatroon
Installatie en aansluiting
2-6
12. Pas de hoek waaronder de projector staat zodanig aan dat een hoek van het geprojecteerde beeld (die het dichtst bij de
projector is) in de hoek van het scherm past. In de onderstaande afbeelding is dit hoek D.
A: Projector / B: Scherm / C: Geprojecteerd beeld / D: Een hoek van het beeld die zich het dichtste bij de projector bevindt
13. Stel de hoek van de projector bij totdat het geprojecteerde beeld het volledige scherm beslaat. Het beeld kan overlappen.
Het geprojecteerde beeld beslaat mogelijk niet het gehele scherm, afhankelijk van de installatiehoogte van de projector.
Stel in dit geval de hoek van de projector bij zodat het gehele scherm wordt bedekt.
Installatie en aansluiting
2-6
14. Druk op de V.KEY-STONE-toets op de afstandsbediening. Het menu <V-hoeksteen> wordt weergegeven. Pas <Vhoeksteen> aan met behulp van de toetsen + en - op de afstandsbediening.
A: Projector / B: Scherm / C: Geprojecteerd beeld
Blijf bijstellen totdat de verticale lijn in het <Testpatroon> evenwijdig is aan de verticale rand van het scherm.
15. Druk op de toets of
afstandsbediening.
Installatie en aansluiting
om <H-hoeksteen> te selecteren. Pas <H-hoeksteen> aan met behulp van de toetsen + en - op de
2-6
A: Projector / B: Scherm / C: Geprojecteerd beeld
Blijf bijstellen totdat de horizontale lijn in het <Testpatroon> evenwijdig is aan de horizontale rand van het scherm.
16. Pas de schermgrootte met behulp van de zoomknop aan.
17. Als een deel van het geprojecteerde beeld buiten het scherm valt, stelt u de grootte van het geprojecteerde scherm bij met
behulp van de optie <Aangepast> in het menu <Grootte>. Zie hieronder instructies voor het gebruik van de optie
<Aangepast>.
A: Projector / B: Scherm / C: Geprojecteerd beeld
Voer de volgende stappen uit voor de optie <Aangepast>:
•
1. Druk op de MENU-toets.
2. Selecteer <Beeld> om naar het menu <Grootte> te gaan.
3. Selecteer de optie <Aangepast> en selecteer vervolgens een gebied om aan te passen.
4. Pas de schermgrootte met behulp van de toets
of
aan.
Met de functie voor trapeziumcorrectie kan een scheef beeld worden rechtgetrokken. Het gebruik ervan kan echter de
helderheid en resolutie van het beeld verminderen.
Installatie en aansluiting
2-6
2-7
Vervangen van de lamp
Wees voorzichtig bij het vervangen van de lamp
•
De projectorlamp is een verbruiksgoed. Voor de beste prestaties vervangt u de lamp overeenkomstig de gebruiksduur. U kunt
de gebruiksduur van de lamp weergeven in het informatiescherm (INFO-knop).
•
Gebruik de aanbevolen lamp wanneer u de lamp vervangt. Vervang de lamp door een van het hieronder gespecificeerde
type.
- Modelnaam lamp: 220W UHP E19.5
- Fabrikant lamp: Philips
- Voor vragen over de aanschaf van filters raadpleegt u hoofdstuk 5-3 'Contact opnemen met SAMSUNG WORLDWIDE'.
•
Trek de stekker van het netsnoer uit het stopcontact voordat u de lamp vervangt.
•
Aangezien de lamp een product met een hoge temperatuur en een hoog voltage is, dient u na het loskoppelen van het
netsnoer ten minste één uur te wachten voordat u de lamp vervangt.
•
De lamp bevindt zich aan de linkerkant van de projector (vanaf de voorkant bekeken).
•
Plaats de oude lamp niet in de buurt van ontvlambare stoffen en houd de lamp buiten het bereik van kinderen. Er bestaat een
risico op brand of letsel.
•
Verwijder vuil of stof rond of in de lampeenheid met een geschikte stofzuiger.
•
Voorkom dat u onderdelen van de lamp aanraakt, met uitzondering van de hendels. Als u onzorgvuldig omgaat met de lamp,
heeft dit nadelige gevolgen voor de levensduur van de lamp en de beeldkwaliteit.
•
Plaats de projector op een zachte doek op een vlakke ondergrond wanneer u de projector omkeert om de lamp te vervangen.
•
De projector is zo ontworpen dat deze niet werkt als de beschermkap van de lamp niet goed is bevestigd na het vervangen
van de lamp. Controleer de werkingsstatus van het indicatielampje als de projector niet goed werkt.
Lamp bevat kwik. Afvoeren overeenkomstig de van toepassing zijnde wet- en regelgeving.
Vervangingsprocedure voor de lamp
Aangezien de lamp een product met een hoge temperatuur en een hoog voltage is, dient u na het loskoppelen van het
netsnoer ten minste één uur te wachten voordat u de lamp vervangt.
De lamp bevindt zich aan de linkerkant van de projector (vanaf de voorkant bekeken).
1. Verwijder de in de afbeelding aangegeven schroef en open de kap.
2. Verwijder de twee (2) schroeven zoals aangegeven in de onderstaande afbeelding.
Installatie en aansluiting
2-7
3. Trek de lamp voorzichtig aan de beugel uit de projector, zoals hieronder weergegeven.
Plaats een nieuwe lamp door de verwijderingsprocedure in omgekeerde volgorde uit te voeren.
Het filter vervangen en reinigen
Voorzorgsmaatregelen bij het vervangen van het projectorfilter
•
Het filter bevindt zich aan de onderzijde van de projector.
•
Schakel de projector uit en koppel het netsnoer los wanneer de projector voldoende is afgekoeld.
Anders kunnen er onderdelen door de interne hitte beschadigen.
•
Wanneer u het filter vervangt, kan er wat stof vrijkomen.
•
Voor vragen over de aanschaf van filters raadpleegt u hoofdstuk 5 'Contact opnemen met SAMSUNG WORLDWIDE'.
De volgorde van stappen bij het vervangen of reinigen van het projectorfilter.
1. Schakel de projector uit en koppel het netsnoer los wanneer de projector voldoende is afgekoeld.
2. Zet de projector ondersteboven en duw de filterkap in de richting van de pijl, zoals in de onderstaande afbeelding wordt
aangegeven, om deze te verwijderen. * Leg een zachte doek onder de projector wanneer u deze ondersteboven zet om
krassen te voorkomen.
3. Vervang of reinig het filter.
•
Gebruik een kleine stofzuiger voor computers en kleine elektrische apparatuur om het filter te reinigen of houd het filter onder
stromend water.
Installatie en aansluiting
2-7
•
Zorg ervoor dat u het filter volledig droogt wanneer u het onder stromend water hebt gereinigd. Door vocht kan het filter
corroderen.
•
Als het stof niet uit het filter kan worden verwijderd of als het filter gescheurd is, moet het worden vervangen.
•
Zorg dat u na het reinigen of vervangen van het filter de optie Reset Filter Time (Filtertijd resetten) selecteert.
Ventilatieopeningen
De locatie van de ventilatieopeningen:
•
De ventilatieopeningen bevinden zich aan de linker- en rechterkant en aan de onderkant van de projector.
Installatie en aansluiting
2-7
2-8
Achterkant
1. PC IN poort
8. AUDIO OUT poort
2. PC/DVI AUDIO IN poort
9. [AV IN] R-AUDIO-L poort
3. HDMI/DVI IN poort
10. [AV IN] VIDEO poort
4. LAN poort
11. [AV IN] S-VIDEO poort
5. Signaalontvanger afstandsbediening
12. Kensington-slot
6. RS-232C poort
13. Power poort
7. PC OUT poort
Installatie en aansluiting
2-8
2-9
De computeromgeving instellen
Controleer het volgende voordat u een computer op de projector aansluit.
1. Klik met de rechtermuisknop op het bureaublad van Windows en klik op [Eigenschappen]. Het dialoogvenster
<Eigenschappen voor beeldscherm> wordt weergegeven.
2. Klik op het tabblad [Instellingen] en stel een waarde in bij <Beeldschermresolutie>. De optimale resolutie voor de projector is
1024 x 768. Zie de tabel Pc-timing voor de weergavemodus in hoofdstuk 2-10 voor andere resoluties die door de projector
worden ondersteund.
U kunt de instellingen voor <Kleurkwaliteit> ongewijzigd laten.
3. Klik op de knop [Geavanceerd]. Er wordt nog een eigenschappenvenster weergegeven.
4. Klik op het tabblad [Monitor] en stel een waarde in bij <Vernieuwingsfrequentie>. Zie de kolom met vernieuwingsfrequenties
(60 Hz, 70 Hz, enzovoort) naast de resoluties in de tabel Pc-timing voor de weergavemodus in hoofdstuk 2-10 voor de
vernieuwingsfrequentie die overeenkomt met de door u geselecteerde resolutie.
Installatie en aansluiting
2-9
Wanneer u de vernieuwingsfrequentie bepaalt, stelt u zowel de verticale als horizontale frequentie in.
5. Klik op de knop [OK] om het venster te sluiten en klik op de knop [OK] in het venster <Eigenschappen voor beeldscherm> om
dat venster te sluiten. Mogelijk wordt de computer automatisch opnieuw opgestart.
6. Schakel de computer uit en sluit deze aan op de projector.
•
De installatieprocedure kan verschillen, afhankelijk van het type computer en de versie van Windows.
(Zo kan bijvoorbeeld [Eigenschappen] worden weergegeven in plaats van [Eigenschappen (R)] zoals weergegeven in
1.)
•
De projector ondersteunt een kleurkwaliteit van 32 bit (per pixel) wanneer deze wordt gebruikt als beeldscherm voor de
computer.
•
De geprojecteerde beelden kunnen afwijken van de beelden op het beeldscherm, afhankelijk van de fabrikant van het
beeldscherm of de versie van Windows.
•
Controleer of de instellingen van de computer overeenkomen met de weergave-instellingen die door deze projector
worden ondersteund wanneer u de projector aansluit op een computer. Als dit niet het geval is, ondervindt u mogelijk
signaalproblemen.
Installatie en aansluiting
2-9
2-10 Ondersteunde weergavemodi
Pc-timing (D-Sub/HDMI)
FORMAAT
RESOLUTIE
HORIZONTALE
FREQUENTIE
(KHZ)
VERTICALE
FREQUENTIE
(HZ)
PIXELFREQUEN
TIE (MHZ)
IBM
640 x 350
70Hz
31,469
70,086
25,175
IBM
640 x 480
60Hz
31,469
59,940
25,175
IBM
720 x 400
70Hz
31,469
70,087
28,322
VESA
640 x 480
60Hz
31,469
59,940
25,175
MAC
640 x 480
67Hz
35,000
66,667
30,240
VESA
640 x 480
70Hz
35,000
70,000
28,560
VESA
640 x 480
72Hz
37,861
72,809
31,500
VESA
640 x 480
75Hz
37,500
75,000
31,500
VESA
720 x 576
60Hz
35,910
59,950
32,750
VESA
800 x 600
56Hz
35,156
56,250
36,000
VESA
800 x 600
60Hz
37,879
60,317
40,000
VESA
800 x 600
70Hz
43,750
70,000
45,500
VESA
800 x 600
72Hz
48,077
72,188
50,000
VESA
800 x 600
75Hz
46,875
75,000
49,500
MAC
832 x 624
75Hz
49,726
74,551
57,284
VESA
1024 x 768
60Hz
48,363
60,004
65,000
VESA
1024 x 768
70Hz
56,476
70,069
75,000
VESA
1024 x 768
72Hz
57,672
72,000
78,434
VESA
1024 x 768
75Hz
60,023
75,029
78,750
VESA
1152 x 864
60Hz
53,783
59,959
81,750
VESA
1152 x 864
70Hz
63,000
70,000
96,768
VESA
1152 x 864
72Hz
64,872
72,000
99,643
VESA
1152 x 864
75Hz
67,500
75,000
108,000
VESA
1280 x 720
60Hz
44,772
59,855
74,500
VESA
1280 x 720
70Hz
52,500
70,000
89,040
VESA
1280 x 720
72Hz
54,072
72,000
91,706
VESA
1280 x 720
75Hz
56,456
74,777
95,750
VESA
1280 x 768
60Hz
47,776
59,870
79,500
VESA
1280 x 768
75Hz
60,289
74,893
102,250
VESA
1280 x 800
60Hz
49,702
59,810
83,500
VESA
1280 x 800
75Hz
62,795
74,934
106,500
VESA
1280 x 960
60Hz
60,000
60,000
108,000
VESA
1280 x 960
70Hz
69,930
70,000
120,839
VESA
1280 x 960
72Hz
72,072
72,000
124,540
Installatie en aansluiting
2-10
FORMAAT
RESOLUTIE
HORIZONTALE
FREQUENTIE
(KHZ)
VERTICALE
FREQUENTIE
(HZ)
PIXELFREQUEN
TIE (MHZ)
VESA
1280 x 960
75Hz
75,231
74,857
130,000
VESA
1280 x 1024
60Hz
63,981
60,020
108,000
VESA
1280 x 1024
70Hz
74,620
70,000
128,943
VESA
1280 x 1024
72Hz
76,824
72,000
132,752
VESA
1280 x 1024
75Hz
79,976
75,025
135,000
VESA
1400 x 1050
60Hz
65,317
59,978
121,750
VESA
1440 x 900
60Hz
55,935
59,887
106,500
VESA
1440 x 900
75Hz
70,635
74,984
136,750
VESA
1600 x 1200
60Hz
75,000
60,000
162,000
Voor de hierboven weergegeven resoluties geldt dat indien er een signaal binnenkomt met een resolutie die hoger of lager
is dan 1024x768, dit naar 1024x768 wordt omgezet door de Scaler-chip in de projector.
Als de werkelijke resolutie (1024x768) van de projector en de pc-uitgangsresolutie gelijk zijn, is de schermkwaliteit
optimaal.
AV-timing (D-Sub)
FORMAAT
RESOLUTIE
SCAN
BT.601 SMPTE 267M
480i
59,94Hz
Interlaced
BT.1358 SMPTE 293M
480p
59,94Hz
Progressive
BT.601
576i
50Hz
Interlaced
BT.1358
576p
50Hz
Progressive
SMPTE 296M
720p
59,94Hz/60Hz
Progressive
720p
50Hz
Progressive
1080i
59,94Hz/60Hz
Interlaced
1080i
50Hz
Interlaced
BT.709 SMPTE 274M
AV-timing (HDMI)
FORMAAT
RESOLUTIE
SCAN
HORIZONTAL
E
FREQUENTIE
(KHZ)
VERTICALE
FREQUENTIE
(HZ)
PIXELFREQU
ENTIE (MHZ)
EIA-861
Format1
640 x 480
Progressive
59,940
31,469
25,175
EIA-861
Format1
640 x 480
Progressive
60,000
31,500
25,200
EIA-861
Format2,3
720 x 480
Progressive
59,940
31,469
27,000
EIA-861
Format2,3
720 x 480
Progressive
60,000
31,500
27,027
EIA-861
Format4
1280 x 720
Progressive
59,939
44,955
74,175
EIA-861
Format4
1280 x 720
Progressive
60,000
45,000
74,250
EIA-861
Format5
1920 x 1080
Interlaced
59,939
33,716
74,175
Installatie en aansluiting
2-10
FORMAAT
RESOLUTIE
SCAN
HORIZONTAL
E
FREQUENTIE
(KHZ)
VERTICALE
FREQUENTIE
(HZ)
PIXELFREQU
ENTIE (MHZ)
EIA-861
Format5
1920 x 1080
Interlaced
60,000
33,750
74,250
EIA-861
Format17,18
720 x 576
Progressive
50,000
31,250
27,000
EIA-861
Format19
1280 x 720
Progressive
50,000
37,500
74,250
EIA-861
Format20
1920 x 1080
Interlaced
50,000
28,125
74,250
AV-timing (VIDEO/S-VIDEO)
NTSC, NTSC 4.43, PAL, PAL60, PAL-N, PAL-M, SECAM
Installatie en aansluiting
2-10
2-11 De stroom aansluiten
1. Sluit het netsnoer aan op de voedingsterminal aan de achterkant van de projector.
Installatie en aansluiting
2-11
2-12 Een computer aansluiten
1. Verbind de poort [PC IN] aan de achterkant van de projector via een PC-videokabel met de beeldschermuitgang van de
computer.
2. Sluit de netsnoeren van de projector en de computer aan.
3. Sluit de ingangspoort [PC/DVI AUDIO IN] van de projector met een audiokabel aan op de uitgangspoorten van de luidspreker
van de computer.
Dit product ondersteunt Plug & Play. Als u Windows XP gebruikt, hoeft u het stuurprogramma niet te installeren.
De projector gebruiken
1. Schakel de projector in en druk op de toets [SOURCE] om <PC> te selecteren.
Als de <PC>-modus niet beschikbaar is, controleert u of de PC-videokabel goed is aangesloten.
2. Schakel de computer in en stel indien nodig de computeromgeving in.
3. Stel het scherm af. (<Autom. afstellen>)
Installatie en aansluiting
2-12
2-13 Een pc aansluiten via een HDMI/DVI-kabel
Zorg ervoor dat de computer en projector zijn uitgeschakeld.
1. Verbind de ingang [HDMI/DVI IN] van de projector via een HDMI/HDMI- of HDMI/DVI-kabel (niet meegeleverd) met de HDMIof DVI-uitgang van de pc.
- Gebruik een HDMI/HDMI-kabel (niet meegeleverd) wanneer u verbinding maakt via de HDMI-terminal van de computer.
- Zie Pc-timing (D-Sub/HDMI) in hoofdstuk 2-10 voor de ondersteunde resoluties en vernieuwingsfrequenties.
2. Als u verbinding maakt via een HDMI/DVI-kabel, sluit u de [PC/DVI AUDIO IN]-terminal van de projector aan op de audiouitgang van de computer door middel van een audiokabel (niet meegeleverd).
- Als u verbinding maakt via een HDMI/HDMI-kabel, hebt u geen audiokabel nodig.
Installatie en aansluiting
2-13
2-14 Een externe monitor aansluiten
U kunt beelden gelijktijdig via de projector en op een afzonderlijke monitor weergeven.
Zorg ervoor dat de computer en projector zijn uitgeschakeld.
1. Verbind de ingang [PC IN] aan de achterzijde van de projector via een D-Sub-kabel met de D-Sub-uitgang van de pc.
2. Verbind de uitgang [PC OUT] van de projector via een D-Sub-kabel met de D-Sub-ingang van de pc.
- Wanneer u een monitor verbindt via de functie [PC OUT], zorg dan dat de pc met de ingang [PC IN] is verbonden.
- Het beeld wordt normaal weergegeven op het beeldscherm dat op de [PC OUT]-terminal is aangesloten, zelfs wanneer op
de projector een leeg scherm wordt weergegeven.
- De functie [PC OUT] zal niet beschikbaar zijn in de stand-bymodus.
Installatie en aansluiting
2-14
2-15 Een HDMI-compatibel apparaat aansluiten
Zorg ervoor dat het AV-apparaat en de projector zijn uitgeschakeld.
1. Sluit de [HDMI/DVI IN]-terminal op de achterkant van de projector aan op de HDMI- of HDMI/DVI-uitgang van het digitale
weergaveapparaat door middel van een HDMI/DVI- of HDMI/HDMI-kabel.
- Gebruik een HDMI/HDMI-kabel wanneer u verbinding maakt via de HDMI-uitgang van het digitale weergaveapparaat.
- Zie AV-timing (HDMI) in hoofdstuk 2-10 voor de ondersteunde ingangssignalen, resoluties en frequenties.
2. Als u verbinding maakt via een HDMI/DVI-kabel, sluit u de [PC/DVI AUDIO IN]-terminal van de projector aan op de audiouitgang van het digitale weergaveapparaat door middel van een audiokabel (niet meegeleverd).
- Als u verbinding maakt via een HDMI/HDMI-kabel, hebt u geen audiokabel nodig.
Installatie en aansluiting
2-15
2-16 Een AV-apparaat aansluiten via een D-sub-kabel
Zorg ervoor dat het AV-apparaat en de projector zijn uitgeschakeld.
1. Sluit de [PC IN]-terminal op de achterkant van de projector aan op de D-Sub-terminal van het AV-apparaat door middel van
een D-Sub-kabel.
- Zie AV-timing (D-Sub) in hoofdstuk 2-10 voor de ondersteunde ingangssignalen, resoluties en frequenties.
2. Sluit de [PC/DVI AUDIO IN]-terminal op de achterkant van de projector aan op de audio-uitgang van het AV-apparaat door
middel van een audiokabel (niet meegeleverd).
Installatie en aansluiting
2-16
2-17 Een AV-apparaat met componentuitvoer aansluiten
Zorg ervoor dat het AV-apparaat en de projector zijn uitgeschakeld.
1. Sluit de [PC IN]-terminal op de achterkant van de projector aan op de Component-terminal van het AV-apparaat door middel
van een D-Sub/Component-kabel (niet meegeleverd). Deze kabel heeft een D-Sub-aansluiting aan het ene uiteinde en drie
RCA-aansluitingen aan het andere uiteinde.
- Zie AV-timing (D-Sub) in hoofdstuk 2-10 voor de ondersteunde ingangssignalen, resoluties en frequenties.
2. Sluit de [PC/DVI AUDIO IN]-terminal op de achterkant van de projector aan op de audio-uitgang van het AV-apparaat door
middel van een audiokabel (niet meegeleverd).
Installatie en aansluiting
2-17
2-18 Aansluiten via een Video/S-Video-kabel
Zorg ervoor dat het AV-apparaat en de projector zijn uitgeschakeld.
1. Verbind de ingang [VIDEO] of [S-VIDEO] met het AV-apparaat via een Video-kabel (niet meegeleverd) of S- Video-kabel (niet
meegeleverd).
- Zie AV-timing (VIDEO/S-VIDEO) in hoofdstuk 2-10 voor de ondersteunde ingangssignalen.
2. Sluit de [AV IN R-AUDIO-L]-terminal op de achterkant van de projector aan op de audio-uitgang van het AV-apparaat door
middel van een audiokabel (niet meegeleverd).
Installatie en aansluiting
2-18
2-19 Een externe luidspreker aansluiten
U kunt ook geluid horen via een externe luidspreker in plaats van de interne luidspreker van de projector.
1. Gebruik een audiokabel (niet meegeleverd) die geschikt is voor de externe luidspreker.
2. Verbind de uitgang [AUDIO OUT] van de projector via een audiokabel met de externe luidspreker.
- Bij gebruik van een externe luidspreker is de interne luidspreker uitgeschakeld. U kunt het volume van de externe
luidspreker regelen via de volumeknop op de projector (of de afstandsbediening).
- De uitgang [AUDIO OUT] kan alle audiosignalen uitvoeren.
Installatie en aansluiting
2-19
2-20 Aansluiten op een netwerk
Dit product kan worden gebruikt via een netwerk. Raadpleeg de volgende methoden voor netwerkverbindingen.
2-20-1. Aansluiten op een DHCP-netwerk (dynamisch IP-adres)
U kunt de projector aansluiten op het netwerk door middel van een modem die gebruikmaakt van DHCP (Dynamic Host
Configuration Protocol). Wanneer u een DHCP-modem gebruikt, levert de modem automatisch de waarden voor het IP-adres,
het subnetmasker, de gateway en de DNS-server die de projector nodig heeft om verbinding te maken met het netwerk.
Voer de volgende stappen uit om verbinding te maken met een DHCP-netwerk:
1. Sluit de modemkabel aan op de wandaansluiting van de modem en de externe modem.
2. Sluit een LAN-kabel aan op de externe modem en de bedrade of draadloze IP-router.
3. Sluit een LAN-kabel aan op de [LAN]-poort op de achterkant van de projector en de bedrade of draadloze IP-router.
4. Schakel de projector in en druk op de toets Menu.
5. Selecteer <Instellingen> → <Netwerk> → <IP-instelling> → <IP-instelling> → <Automatisch>.
6. De projector haalt automatisch IP address, Subnet mask en Gateway op.
Om de netwerkfunctie te kunnen gebruiken, moet <Netwerk> zijn ingesteld op <Aan>.
Als de toewijzing van het IP-adres van de DHCP-server mislukt, schakelt u de externe modem gedurende langer dan 10
seconden uit. Vervolgens start u de modem opnieuw op en probeert u opnieuw verbinding te maken.
Voor instructies voor het installeren van en verbinding maken tussen de externe modem en de router raadpleegt u de
gebruikershandleiding van de producten.
U kunt de LAN-kabel van de modem rechtstreeks op de projector aansluiten. U hebt dan geen router nodig.
U kunt geen ADSL-modem voor handmatige verbinding gebruiken omdat het geen DHCP-apparaat is. Gebruik in dat geval
een DHCP ADSL-modem voor automatische verbinding.
Installatie en aansluiting
2-20
2-20-2. Aansluiten op een netwerk met statisch IP-adres
U kunt de projector aansluiten op een netwerk dat gebruikmaakt van statische IP-adressen. Dit is vergelijkbaar met het gebruik
van een vaste lijn. Als uw netwerk gebruikmaakt van statische IP-adressen, moet u de waarden voor het IP-adres, het
subnetmasker, de gateway en de DNS-server opvragen bij uw internetprovider. Vervolgens schakelt u de netwerkfunctie in het
menu van de projector in en geeft u de waarden voor de netwerkfunctie handmatig op.
Voer de volgende stappen uit om verbinding te maken met een netwerk met statisch IP-adres:
1. Sluit een LAN-kabel aan op de wandaansluiting van de LAN-poort en een bedrade of draadloze IP-router.
2. Sluit een LAN-kabel aan op de [LAN]-poort op de achterkant van de projector en de bedrade of draadloze IP-router.
3. Schakel de projector in en druk op de toets Menu.
4. Selecteer <Instellingen> → <Netwerk> → <IP-instelling> → <IP-instelling> → <Handm.>.
Om de netwerkfunctie te kunnen gebruiken, moet <Netwerk> zijn ingesteld op <Aan>.
5. Druk op Enter. Gebruik de toetsen
op te geven.
/
om te schakelen tussen de velden voor het IP-adres en de toetsen
/
om waarden
6. Wanneer u de waarden voor het IP-adres hebt opgegeven, drukt u op Enter en herhaalt u de stappen voor het subnetmasker
en de gateway.
7. Wanneer u alle waarden hebt opgegeven, drukt u op de toets Menu of Return om het menu te sluiten.
Als u een statisch IP-adres gebruikt, ontvangt u de waarden voor IP-adres, subnet mask, gateway en de DNS-server van
de internetprovider. Deze waarden moeten worden opgegeven om de netwerkinstallatie te voltooien. Als u het statische IPadres niet weet, vraagt u de netwerkbeheerder.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van de router voor instructies voor het installeren van en verbinding maken met de
router.
U kunt de LAN-kabel rechtstreeks op de projector aansluiten zonder een router te gebruiken.
Als u een IP-router gebruikt die de DHCP-functie ondersteunt, kunt u de router instellen op DHCP of statisch IP-adres.
Raadpleeg uw internetprovider voor instructies voor het gebruik van een statisch IP-adres.
Installatie en aansluiting
2-20
2-21 Kensington-slot
Een Kensington-slot (niet meegeleverd) is een antidiefstalvoorziening waarmee gebruikers het product kunnen vergrendelen
zodat het veilig op openbare locaties kan worden gebruikt. Raadpleeg de gebruikershandleiding bij het vergrendelingsapparaat
voor meer informatie, aangezien de vorm en het gebruik van het slot kunnen verschillen afhankelijk van model en fabrikant.
Het product vergrendelen
1. Bevestig de kabel van het Kensington-slot aan een vast onderdeel van de tafel of een zwaar voorwerp zoals aangegeven in
de gebruikershandleiding van het Kensington-slot.
2. Steek het vergrendelingsdeel van het slot in het gat van het Kensington-slot op de projector.
3. Steek de sleutel van het Kensington-slot in het vergrendelingsmechanisme en draai deze in de vergrendelingsrichting.
U kunt het vergrendelingsapparaat aanschaffen in een elektronicawinkel of onlinewinkel.
Installatie en aansluiting
2-21
3
Gebruik
3-1
Productkenmerken
1. Optisch mechaniek met nieuwe LCD-technologie
•
Scherm van 1024 x 768 is aangepast.
•
Maakt gebruik van een 3P-LCD-scherm.
•
SP-L301 : Biedt een helderheid op het scherm van 3000 lumen.
SP-L331 : Biedt een helderheid op het scherm van 3300 lumen.
SP-L351 : Biedt een helderheid op het scherm van 3500 lumen.
•
Compact, lichtgewicht en eenvoudig draagbaar.
2. Gereduceerde ventilatorruis
•
Minimaal ventilatorgeluid door een geoptimaliseerde luchtstroom en de installatiestructuur van de ventilator.
3. Meerdere ingangspoorten
•
Verbetert de connectiviteit op randapparaten, zoals D-Sub 15P (ondersteunend DTV-signaal), S-video, Video, HDMI, etc.
4. Audio-uitgang
•
Beschikt over stereoluidsprekers links en rechts en een 5-bands equalizer.
5. Gebruikersinstellingen
•
Elke ingangspoort kan worden afgesteld.
•
Beschikt over een referentiepatroon voor het positioneren en afstellen.
6. Handige netwerkfunctie
•
De projector kan worden bediend vanaf een computer door middel van de netwerkfunctie.
Gebruik
3-1
3-2
Voor- en bovenkant
NAAM
BESCHRIJVING
- STAND BY (blauw lampje)
1. Lampjes
- LAMP (Blauw lampje)
- TEMP (rood lampje)
Zie Indicatielampjes.
2. Toets Verplaatsen
Selecteren
/ Volume
3. MENU-toets
4. SOURCE-toets
5.
-toets
6. Lens
7. Signaalontvanger
afstandsbediening
8. Zoomknop
9. Scherpstelring
10. Lenskap
Gebruik
/
/
: Hiermee kunt u een item in een menu bekijken of selecteren.
: Hiermee kunt u het volume aanpassen.
Hiermee opent u het menuscherm.
Hiermee selecteert u het signaal van het externe apparaat.
Hiermee schakelt u de projector in of uit.
Hiermee kunt u scherpstellen.
Hiermee verkleint of vergroot u de afbeelding.
Hiermee kunt u scherpstellen.
-
3-2
3-3
Afstandsbediening
1. POWER ( )-toets
Hiermee kunt u het product aan- en uitzetten.
2. AUTO-toets
Hiermee past u automatisch het beeld aan. (Alleen beschikbaar
in de modus < PC>)
3. MENU (
)-toets
Hiermee opent u het menuscherm.
4. Move (
)/ ( )-toetsen
Hiermee opent u het menuscherm.
5. V. KEYSTONE-toets (
)
Gebruik dit wanneer het scherm als een onregelmatige vierhoek
wordt weergegeven.
6. INSTALL-toets
Hiermee draait of spiegelt u de geprojecteerde afbeelding.
7. BLANK-toets
Hiermee kunt u het scherm en het geluid tijdelijk uitschakelen.
Video en audio worden weer ingeschakeld wanneer op een
andere toets dan de [POWER]-toets wordt gedrukt.
8. P.SIZE-toets
Hiermee past u de afmetingen van het scherm aan.
9. QUICK -toets
Hiermee keert u snel terug naar het laatst gebruikte menu.
10. MUTE ( )-toets
Hiermee kunt u het geluid tijdelijk dempen. Druk wanneer het
geluid gedempt is nogmaals op de toets MUTE of VOL (
)
om het geluid weer hoorbaar te maken.
11. RETURN ( )-toets
Hiermee keert u terug naar het vorige menu.
12. EXIT ( )-toets
Hiermee sluit u het menuscherm.
13. VOL (
)-toets
Hiermee regelt u het volume.
14. INFO-toets
hiermee controleert u de bronsignalen, de beeldinstellingen, de
aanpassingen van het computerscherm en de levensduur van
de lamp.
15. SOURCE-toets
Hiermee kunt u de verbindingsstatus van externe apparatuur
controleren of selecteren.
16. P.MODE-toets
Hiermee selecteert u de beeldmodus.
17. STILL-toets
Hiermee kunt u stilstaande beelden bekijken.
Plaats de afstandsbediening op een tafel of bureau.
Als u op de afstandsbediening gaat staan, kunt u vallen en u
bezeren, of kan de afstandsbediening beschadigd raken.
U kunt de afstandsbediening gebruiken tot een afstand van 7
meter vanaf het product.
Gebruik
3-3
3-4
Indicatielampjes
Indicatielampjes
: lampje is aan
STAND BY
: lampje knippert
LAMP
: lampje is uit
TEMP
STATUS
Als u drukt op de knop [POWER] op de afstandsbediening of de projector,
wordt het scherm binnen 30 seconden weergegeven.
De projector werkt normaal.
De projector is bezig met de voorbereiding van een bewerking nadat u op de
[POWER]-toets op de projector of de afstandsbediening hebt gedrukt.
U hebt op de [POWER]-toets gedrukt om de projector uit te schakelen en het
koelsysteem is actief om het binnenwerk van de projector af te koelen. (Werkt
gedurende circa 3 seconden.)
De koelventilator in de projector werkt niet naar behoren. Zie Handeling 1 bij
Aangegeven problemen opheffen hieronder.
De beschermkap van de lamp is niet goed gesloten. Zie Handeling 2 bij Aangegeven problemen opheffen hieronder.
De lenskap is niet volledig geopend. Zie Handeling 3 bij Aangegeven problemen opheffen hieronder.
De projector is overgeschakeld naar de koelmodus omdat de interne temperatuur de onderhoudsgrens heeft overschreden.
Zie Handeling 4 bij Aangegeven problemen opheffen hieronder.
De projector is automatisch uitgeschakeld omdat de interne temperatuur de
onderhoudsgrens heeft overschreden. Zie Handeling 5 bij Aangegeven problemen opheffen hieronder.
Er is een probleem opgetreden met de werking van de lamp. Zie handeling 6
hieronder.
De levensduur van de lamp is verstreken. Zie handeling 7.
De stroom voor het product werkt niet normaal. Neem contact op met een servicecentrum.
Aangegeven problemen opheffen
Gebruik
3-4
CATEGORIE
TOESTAND
MAATREGELEN
Handeling 1
De koelventilator werkt niet
naar behoren.
Als de symptomen zich blijven voordoen nadat u het netsnoer hebt losgehaald en weer hebt aangesloten en de projector weer hebt ingeschakeld,
moet u contact opnemen met de leverancier of met ons servicecentrum.
Handeling 2
De beschermkap van de lamp
is niet goed gesloten of het sensorsysteem werkt niet naar
behoren.
Controleer of de schroeven in de zijkant van de projector goed zijn aangedraaid. Als dit wel het geval is maar de indicatielampjes blijven branden,
neemt u contact op met de leverancier van het product of een servicecentrum.
Open de lenskap volledig.
Handeling 3
De lenskap is niet volledig
geopend.
Als de lenskap tijdens het gebruik van de projector niet volledig wordt
geopend, worden zowel video als audio automatisch uitgeschakeld.
Als deze status gedurende tien minuten aanhoudt, wordt de projector
automatisch uitgeschakeld.
Als de interne temperatuur van de projector de onderhoudsgrens overschrijdt, schakelt de projector over naar de koelmodus alvorens automatisch uit te schakelen.
Handeling 4
De projector is overgeschakeld
naar de koelmodus omdat de
interne temperatuur van de projector de onderhoudsgrens
heeft overschreden.
In de koelmodus gaat de ventilator sneller draaien en schakelt de projectorlamp naar de modus <ECO>.
Controleer of de ventilatieopening van de projector niet is geblokkeerd.
Controleer het luchtfilter en reinig het als het is geblokkeerd.
Controleer of de omgevingstemperatuur rond de projector hoger is dan het
standaardtemperatuurbereik van de projector.
Laat de projector voldoende afkoelen en schakel deze opnieuw in.
Controleer of de ventilatieopening van de projector niet is geblokkeerd.
Handeling 5
De interne temperatuur van de
projector heeft de grens overschreden en de projector is
automatisch uitgeschakeld.
Controleer het luchtfilter en reinig het als het is geblokkeerd.
Controleer of de omgevingstemperatuur rond de projector hoger is dan het
standaardtemperatuurbereik van de projector.
Laat de projector voldoende afkoelen en schakel deze opnieuw in.
Als het probleem zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met de distributeur of met het servicecentrum.
Handeling 6
Er is een storing opgetreden in
de lamp nadat de stroom op
een ongewone manier is uitgeschakeld of nadat de projector
is uitgeschakeld en meteen
weer is ingeschakeld.
Schakel de stroom uit, wacht totdat er voldoende tijd is vertreken om af te
koelen en schakel de stroom dan weer in. Als het probleem zich blijft voordoen, moet u contact opnemen met de distributeur of met het servicecentrum.
Handeling 7
Als het scherm donkerder
wordt.
Controleer de gebruiksduur van de lamp in het informatiescherm. Als de
lamp moet worden vervangen, neemt u contact op met de leverancier van
het product of het servicecentrum.
In deze projector wordt een koelventilatorsysteem gebruikt om oververhitting van het apparaat te voorkomen. Wanneer de
koelventilator actief is, hoort u mogelijk geluid. Dit is normaal en heeft geen nadelige gevolgen voor de werking van het
apparaat.
Gebruik
3-4
3-5
Het schermmenu gebruiken (OSD: On Screen Display)
De structuur van het schermmenu (OSD: On Screen Display)
MENU
SUBMENU
Invoer
Bronlijst
Naam wijzigen
Beeld
Modus
Grootte
Positie
Dig. Ruisfilter
Overscan
Filmmodus
PC
Zoom
Installeren
Lichtmodus
Autom. Hoeksteen
Hoeksteen
Achtergrond
Testpatroon
Videotype
Titel
Netwerk
Reset
Taalkeuze
Menuoptie
Geluid
Tijd filtercontr.
Auto inschakelen
Slaaptimer
Informatie
Instellingen
Optie
Zwarting
Druk op de toets Menu op het apparaat of op de afstandsbediening om het menu te openen. Gebruik de pijltoetsen om in
het menu te navigeren. Menuopties met een pijl aan de rechterkant beschikken over een submenu. Druk op de pijl naar
rechts om een submenu te openen. Onder aan elk menuscherm vindt u aanwijzingen voor het navigeren in een menu en
het selecteren van items.
3-5-1. Invoer
MENU
Bronlijst
BESCHRIJVING
U kunt selecteren welk op de projector aangesloten apparaat moet worden weergegeven.
•
Naam wijzigen
<PC>-<AV>-<S-Video>-<HDMI>
U kunt de namen van de apparaten die op de projector zijn aangesloten wijzigen.
•
<VCR>-<DVD>-<Kabel STB>-<Satelliet STB>-<PVR STB>-<AV-Ontvanger>-<Spelcomputer><Camcorder>-<PC>-<DVI-apparaten>-<TV>-<IPTV>-<Blu-ray>-<HD DVD>-<DMA>
3-5-2. Beeld
Gebruik
3-5
MENU
Modus
BESCHRIJVING
Selecteer een geschikte scherminstelling voor de projector of wijzig eventueel de schermmodus.
•
<Modus>
•
<Standaard>: Deze beeldmodus is de algemeenste modus en werkt goed in de meeste
situaties.
•
<Presentatie> : Deze modus is geschikt voor presentaties.
•
<Tekst> : Deze modus is geschikt voor tekstwerk.
•
•
<Film>: Deze modus is geschikt voor weergave van films.
<Spelcomputer> : Deze beeldmodus is geoptimaliseerd voor spellen.
De tekst in een stilstaand beeld ziet er onnatuurlijk uit.
•
<Gebruiker>: Dit is een aangepaste modus die ontstaat via de functie <Modus>→<Opslaan>.
De modi Presentation (Presentatie) en Text (Tekst) zijn alleen ingeschakeld als het
ingangssignaal een Pc-timing-signaal (D-Sub/HDMI) is.
Elke modus heeft aparte bedieningselementen voor <Contrast>, <Helderheid>,
<Scherpte>, <Kleur>, enzovoort. Wanneer u in een bepaalde modus bijvoorbeeld de
waarde voor <Contrast> aanpast, wordt alleen het contrast voor die modus aangepast.
•
<Contrast>: Hiermee kunt u het contrast tussen het onderwerp en de achtergrond aanpassen.
•
<Helderheid>: Hiermee kunt u de helderheid van het gehele beeld aanpassen.
•
<Scherpte>: Hiermee kunt u de scherpte van het beeld aanpassen.
Wanneer het ingangssignaal Pc-timing (D-Sub/HDMI) is, kan <Scherpte> niet worden
aangepast.
•
<Kleur>: Hiermee kunt u de kleuren lichter of donkerder maken.
Wanneer het ingangssignaal Pc-timing (D-Sub/HDMI) is, kan <Kleur> niet worden
aangepast.
•
<Tint>: Hiermee kunt u een natuurlijkere kleurweergave van onderwerpen verkrijgen door
versterking van de groen- en roodweergave.
Wanneer het ingangssignaal Pc-timing (D-Sub/HDMI) of PAL en SECAM van de modi [SVideo] of [AV] is, kan de <Tint> niet worden aangepast.
•
•
Grootte
<Kleurtemperatuur>: U kunt de kleurtemperatuur naar uw eigen voorkeur instellen.
•
Fabrieksinstellingen: <9300K>, <8000K>, <6500K>, <5500K>
•
U kunt de kleurtemperatuur voor de onderstaande items naar eigen voorkeur instellen.
<R-Niveau>, <G-Niveau>, <B-Niveau> : Hiermee past u de kleurtemperatuur van het White
level (Witniveau) aan.
<R-Basis>, <G-Basis>, <B-Basis> : Hiermee past u de kleurtemperatuur van het Black level
(Zwarting) aan.
•
<Kleurtemperatuur>-<R-Niveau>-<G-Niveau>-<B-Niveau>-<R-Basis>-<G-Basis>-<B-Basis>
<Gamma>: Hiermee wijzigt u het helderheidskenmerk voor elke kleurtoon van een beeld.
•
Hoe groter (+) de waarde, hoe groter het contrast tussen de lichte en donkere delen.
Hoe kleiner (-) de waarde, hoe donkerder de donkere delen.
•
Aan te passen bereik: -3 tot +3
•
<Opslaan>: U kunt de status van een scherm dat u volgens uw voorkeuren hebt afgesteld
opslaan via <Modus>→<Gebruiker>.
•
<Reset>: Hiermee kunt u de fabrieksinstellingen van de modus terugzetten.
U kunt een schermformaat selecteren dat overeenkomt met het scènetype.
Wanneer het ingangssignaal Pc-timing (D-Sub/HDMI) is, wordt <Zoom1>/<Zoom2> niet
ondersteund.
•
Gebruik
<Normaal>-<Zoom 1 >-<Zoom 2 >-<16 : 9>-<Aangepast>
3-5
MENU
Positie
BESCHRIJVING
Hiermee kunt u de schermpositie afstellen als deze niet is uitgelijnd.
Als u deze optie wilt aanpassen, selecteert u de richting waarin u het scherm wilt verplaatsen en drukt
u herhaaldelijk op de pijltoets voor die richting.
Dig. Ruisfilter
Wanneer een stippellijn wordt weergegeven of wanneer het scherm trilt, kunt u de beeldkwaliteit verbeteren door het ruisfilter in te schakelen.
Wanneer het ingangssignaal Pc-timing (D-Sub/HDMI) is, is <Dig. Ruisfilter> (Digitale ruisreductie)
niet actief.
Zwarting
U kunt het zwartniveau van het signaal selecteren op basis van het ingangssignaal. Als het ongeschikt is voor het ingangssignaal, worden de donkere delen mogelijk onduidelijk of zwak weergegeven.
<Zwarting> kan alleen worden ingesteld voor de RGB-signalen 480i en 576i van de modi [AV],
[S-Video] en AV-timing (D-Sub).
•
•
Overscan
Voor [AV], [S-Video] en de 480i- en 576i-signalen van AV-timing (D-Sub).
•
<0 IRE>: Hiermee wordt het zwartniveau ingesteld op <0 IRE>.
•
<7,5 IRE>: Hiermee wordt het zwartniveau ingesteld op <7,5 IRE>.
Voor het RGB-signaal van de modus <HDMI>
•
<Normaal>: Gebruikt in een normale omgeving.
•
<Laag> : Gebruikt als het donkere deel te helder wordt weergegeven.
Met deze functie kunt u de rand van het beeld verwijderen wanneer hier overbodige informatie of
afbeeldingen worden weergegeven.
Dit wordt niet ondersteund in de modi [AV] en [S-Video].
Dit wordt alleen ondersteund als het invoersignaal AV-timing (D-Sub) of AV-timing (HDMI) is.
Als <Overscan> is uitgeschakeld, worden onnodige extra delen aan de randen van een beeld
mogelijk ook weergegeven.
Schakel in dat geval <Overscan> (Overscannen) in.
Filmmodus
Met deze functie kunt u de weergavemodus instellen die is geoptimaliseerd voor het afspelen van
films.
•
<Uit >-<Auto>
<Filmmodus> wordt alleen ondersteund voor [AV]-, [S-Video]-, 480i- en 576i-signalen van AVtiming (D-Sub)-signalen.
Gebruik
3-5
MENU
PC
BESCHRIJVING
Elimineert of vermindert ruis die een instabiel beeld veroorzaakt, zoals het trillen van het scherm. Als
de ruis niet kan worden verwijderd met fijnafstelling, moet u de frequentie instellen op het maximum
en de fijnafstelling nogmaals uitvoeren.
Deze functies zijn alleen ingeschakeld voor de Pc-timing (D-Sub/HDMI)-ingang van de D-Subterminal.
Zie Pc-timing (D-Sub/HDMI).
Zoom
•
<Autom. afstellen>: Hiermee kunt u de frequentie en fase van het computerscherm automatisch
laten afstellen.
•
<Grof>: Hiermee kunt u de frequentie aanpassen als u verticale lijnen op het computerscherm
ziet.
•
<Fijn>: Hiermee kunt u het computerscherm fijnafstellen.
•
<Reset>: Met deze functie kunt u de instellingen van met menu PC terugzetten naar de standaard
fabrieksinstellingen.
Vergroot het pc-scherm met 2x, 4x of 8x.
Deze functie is alleen ingeschakeld wanneer het ingangssignaal Pc-timing (D-Sub/HDMI) is.
3-5-3. Instellingen
MENU
Installeren
Lichtmodus
Gebruik
BESCHRIJVING
Het geprojecteerde beeld kan verticaal en horizontaal worden omgekeerd om in alternatieve opstellingen te voorzien.
•
<Voor-vloer>: Normaal beeld
•
<Voor-plafond>: Horizontaal en verticaal omgekeerd beeld
•
<Acht.-vloer>: Horizontaal omgekeerd beeld
•
<Acht.-plaf. >: Verticaal omgekeerd beeld
Deze functie wordt gebruikt om de helderheid van de afbeelding in te stellen met behulp van het licht
van de lamp.
•
<Eco> : Deze modus is geoptimaliseerd voor schermen die kleiner zijn dan 100 inch.
Bij deze modus wordt de lamp minder fel en neemt het stroomverbruik af, waardoor de lamp
langer mee gaat en het apparaat minder geluid maakt en minder stroom verbruikt.
•
<Normaal>: Deze modus is de meest algemene modus die in de meeste situaties goed werkt.
•
<Helder >: Deze modus maximaliseert de helderheid van het licht als het licht uit de omgeving fel
is. Als de helderheid van de lamp wordt vergroot, wordt de levensduur van de lamp verkort, neemt
het stroomverbruik toe en maakt het apparaat meer geluid.
3-5
MENU
Autom. Hoeksteen
BESCHRIJVING
Als videoscènes worden vervormd of schuin getrokken, kunt u dit compenseren door de functie
<Autom. Hoeksteen> in te stellen op <Aan>, zodat de functie <V-hoeksteen> automatisch start.
•
Hoeksteen
<Uit >-<Aan>
Als videoscènes vervormt of gekanteld worden weergegeven, kunt u dit corrigeren met de functie
voor verticale of horizontale trapeziumcorrectie.
•
<V-hoeksteen > : Wanneer het projectorbeeld niet verticaal op het scherm wordt geprojecteerd,
kan het beeld met de functie <V-hoeksteen> worden bijgesteld.
•
<H-hoeksteen> :Wanneer het beeld niet horizontaal op het scherm wordt geprojecteerd, kan het
beeld met de functie <H-hoeksteen> worden bijgesteld.
Met de functie <Hoeksteen> kan een scheef beeld worden rechtgetrokken. Het gebruik hiervan
kan de beeldkwaliteit enigszins verminderen.
De geluidsuitvoer van de projector wordt tijdelijk onderbroken wanneer de trapeziumcorrectie
wordt veranderd.
Met de functie <Hoeksteen> wordt de weergave van het schermmenu niet aangepast (OSD).
Achtergrond
U kunt een achtergrondafbeelding instellen die wordt weergegeven wanneer de projector geen signaal ontvangt van het externe apparaat dat erop is aangesloten. Wanneer de projector een signaal
ontvangt, verdwijnt de ingestelde achtergrondafbeelding en wordt een normaal scherm weergegeven.
•
Testpatroon
Gebruik
<Logo > -<Blauw > -<Zwart >
Dit patroon wordt door de projector zelf gegenereerd. Hiermee kunt u de installatie van de projector
optimaliseren.
•
<Kruis> : Hiermee kunt u controleren of het beeld vertekend is.
•
<Schermformaat> : U kunt verwijzen naar schermformaten zoals 1,33 : 1 of 1,78 : 1.
3-5
MENU
Videotype
BESCHRIJVING
Als de schermkwaliteit abnormaal is omdat de projector het ingangssignaal niet automatisch herkent
in de modus <PC> of <HDMI>, kunt u het ingangssignaal handmatig instellen.
In de modus <PC> wordt <Videotype> alleen ingeschakeld als het ingangssignaal AV Timing
(D-Sub) is. Voor een aparte H/V-synchronisatie is <Videotype> echter alleen ingeschakeld voor
de signalen 1280 x 720p 59,94 Hz/60 Hz.
In de modus <HDMI> is <Videotype> alleen ingeschakeld voor de signalen 640 x 480p 59,94
Hz/60 Hz en 1280 x 720p 59,94 Hz/60 Hz.
Titel
•
<Auto>-<RGB(PC)>-<RGB(AV)>-<YPbPr(AV)> : <PC>-modus
•
<Auto>-<PC>-<AV> : <HDMI>-modus
De functie <Titel> wordt ondersteund wanneer het externe analoge signaal (van de Video- of SVideo-terminal) ondertiteling bevat.
De functie <Titel> zal niet werken in de modus <PC> (inclusief componenten) of <HDMI>.
Afhankelijk van het externe signaal, kan een wijziging in het kanaal of de instellingen voor
<Veld> nodig zijn.
Elke <Kanaal> en <Veld> bevat verschillende informatie. <Veld><2> bevat extra informatie in
aanvulling op de informatie in <Veld><1>.
(bijvoorbeeld als Engelse ondertitels worden geleverd op <Kanaal><1>, worden Spaanse
ondertitels geleverd op <Kanaal><2>.)
Gebruik
•
<Titel> : <Uit >-<Aan>
•
<Modus> : <Titel>-<Tekst>
•
<Kanaal> : <1>-<2>
•
<Veld> : <1>-<2>
3-5
MENU
Netwerk
BESCHRIJVING
Door de computer met een LAN-kabel op de projector aan te sluiten kunt u de volgende aanvullende
functies gebruiken. U kunt de gebruiksomstandigheden van de projector op de computer bekijken
(levensduur van de lamp, werkingsfouten, temperatuur) en de functies voor het in-/uitschakelen van
de projector, de helderheid en het in-/uitschakelen van het geluid op afstand bedienen.
•
<Netwerk> : <Aan >-<Uit>
•
<IP-instelling> :
<Automatisch> : Hiermee worden de waarden voor IP-adres, Subnetmasker en Gateway
automatisch toegewezen.
<Handm.> : Hiermee kunt u de waarden voor IP-adres, Subnetmasker en Gateway handmatig
toewijzen.
•
<IP-instelling server> : Hiermee kunt u het IP-adres van de server opgeven.
Afstandsbediening : U kunt naar opties navigeren met de toetsen
invoeren met de toetsen / .
/
. U kunt de waarden
Om de netwerkfunctie te kunnen gebruiken, moet <Netwerk> zijn ingesteld op <Aan>.
Als de netwerkverbinding wordt verbroken, geeft u het IP-adres van de server op bij <IPinstelling server>.
Reset
Met deze functie kunt u verschillende instellingen terugzetten naar de fabrieksinstellingen.
•
<Fabrieksinstellingen> : Hiermee kunt u de fabrieksinstellingen terugzetten.
•
<Filtertijd opnieuw instellen> : Hiermee reset u de filtertijd.
3-5-4. Optie
MENU
BESCHRIJVING
Taalkeuze
U kunt de taal voor het schermmenu instellen.
Menuoptie
•
<Positie>: Hiermee kunt u de positie van het menu verplaatsen naar boven/beneden/links/rechts.
•
<Transparant>: Hiermee kunt u de transparantie van het menu instellen.
•
•
<Tijd weergeven>: Hiermee kunt u instellen hoe lang het menu moet worden weergegeven.
•
Geluid
<5 sek>-<10 sek>-<30 sek>-<60 sek>-<90 sek>-<120 sek>-<Continu Aan>
Hiermee stelt u de audiobalans tussen links en rechts bij en de equalizer van de 3 W stereoluidspreker in de projector.
•
Gebruik
<Hoog>-<Middel>-<Laag>-<Ondoorzichtig>
<Balans>-<100Hz>-<300Hz>-<1kHz>-<3kHz>-<10kHz>
3-5
MENU
Tijd filtercontr.
BESCHRIJVING
Hiermee stelt u de controleperiode voor het filter in. (Eenheid:uur)
•
<Uit>-<100>-<200>-<400>-<800>
Als de gebruikstijd van het filter groter is dan de filtercontroleperiode, wordt telkens als u de
projector inschakelt een minuut lang het filtercontrolebericht weergegeven.
Filtercontrolebericht: <Controleer het filter en reinig of vervang dit indien nodig.>.
Auto inschakelen
Met Auto inschakelen wordt de projector automatisch ingeschakeld wanneer deze van stroom wordt
voorzien, zonder dat u op de aan/uit-toets hoeft te drukken.
•
Slaaptimer
<Uit>-<Aan>
Als Sleeptimer is ingeschakeld en er gedurende de opgegeven tijdsduur geen ingangssignaal is,
wordt de projector automatisch uitgeschakeld.
(Er mag dan gedurende de opgegeven tijdsduur niet op de toetsen op de afstandsbediening of de
projector worden gedrukt.)
•
Informatie
Gebruik
<Uit> - <10 min> - <20 min> - <30 min>
Hiermee kunt u de signalen van externe invoerbronnen, de beeldinstellingen en de instellingen voor
het computerbeeld controleren.
3-5
3-6
Netwerkbeheer
3-6-1. Beheren vanuit de webbrowser
In de webbrowser kunt u één projector vanaf een computer bedienen zonder software te hoeven installeren. Voordat u de
webbrowser kunt gebruiken, moet u de projector aansluiten op het LAN-netwerk. Zie hoofdstuk 2-20, Aansluiten op een netwerk
voor informatie over het aansluiten van de projector op een netwerk.
Als u meerdere projectoren vanaf één computer wilt bedienen, installeert u Samsung Projector Manager. .
Voor meer informatie over Samsung Projector Manager gaat u naar hoofdstuk 3-6-2.
Controleer de netwerkverbinding tussen de computer en de projector voordat u verbinding maakt met de webbrowser. Als
er geen netwerkverbinding (zie hoofdstuk 2-20, Aansluiten op een netwerk) tot stand is gebracht, kan het
webbrowservenster niet worden gebruikt.
•
Om de webbrowser te kunnen gebruiken, moet de computer voldoen aan de volgende minimale systeemvereisten:
•
<RAM>: Meer dan 10 MB
•
<Vaste schijf>-capaciteit: Meer dan 10 MB
•
Weergaveresolutie: Meer dan 640 x 480
•
Ondersteund besturingssysteem: Microsoft Windows XP, Windows Vista
•
Webbrowser: Microsoft Internet Explorer 6 of hoger, Netscape Navigator 9 of hoger, Mozilla FireFox 3.0.x of hoger,
Google Chrome.
1. Verbinding maken
•
Geef het IP-adres van de projector op in de adresbalk van de webbrowser.
Druk op de toets Menu en selecteer Setup>Netwerk>IP Setting om het IP-adres van de projector weer te geven.
•
Het venster Network Projector wordt weergegeven. Voor meer informatie over de bedieningselementen in het venster
Network Projector raadpleegt u de items in hoofdstuk 3-5, Het schermaanpassingsmenu gebruiken.
•
Sommige functies in 'Het schermaanpassingsmenu gebruiken' kunnen in de webbrowser niet worden gebruikt vanwege
beperkingen in het externe beheer van het netwerk.
Gebruik
3-6
3-6-2. Projectorbeheer door middel van computersoftware
U kunt meerdere projectoren bedienen met behulp van Samsung Projector Manager.
•
Om Samsung Projector Manager te kunnen gebruiken, moet de computer voldoen aan de volgende minimale
systeemvereisten:
•
<RAM>: Meer dan 10 MB
•
<Vaste schijf>-capaciteit: Meer dan 10 MB
•
Weergaveresolutie: Meer dan 640 x 480
•
Ondersteund besturingssysteem: Microsoft Windows XP, Windows Vista
1. Samsung Projector Manager installeren
2.
•
Klik op 'Samsung Projector Manager' op de meegeleverde cd.
•
Installeer het programma volgens de instructies die op het scherm worden weergegeven.
Samsung Projector Manager starten
Wanneer de installatie van Samsung Projector Manager en netwerkinstallatie voor de projector zijn voltooid, is Samsung
Projector Manager beschikbaar voor gebruik.
•
Klik op Start > Samsung Projector > Samsung Projector Manager
•
Het venster <Projector Remote Controller> wordt weergegeven.
3. Samsung Projector Manager gebruiken
•
Projectoren groeperen en registreren
•
Als u automatisch wilt zoeken naar projectoren die op de computer zijn aangesloten, klikt u op Tool > Auto Search
•
Als u de projectoren wilt groeperen of direct wilt registreren, selecteert u List>Projector, klikt u met de
Gebruik
3-6
rechtermuisknop op Network Projector onder Projector List en selecteert u Add Projector.
•
Geef Projector Name, IP Address en Group Name op om te registreren en klik op ADD.
Groepen waarvoor geen naam is opgegeven worden automatisch 'Default Group' genoemd. Als u een
geregistreerde projector wilt verwijderen en/of hernoemen, klikt u met de rechtermuisknop en selecteert u Delete
en/of Rename.
Als een projector na registratie niet in de projectorlijst wordt weergegeven, controleert u of de netwerkverbinding
(zie hoofdstuk 2-20, Aansluiten op een netwerk) en de netwerkinstellingen (zie 3-5-3, Instellingen > Netwerk)
correct zijn geconfigureerd.
Selecteer File → Export Config/Import Config om de informatie over de geregistreerde projector op te slaan of te
laden.
•
Projectorbeheer
Gebruik
3-6
•
U kunt de status van de projectorlamp, de temperatuur, fouten, enzovoort in real-time controleren.
: U kunt de Name, IP Address, Group, status Power On/Off, LAMP lifespan, werkingsfouten (aangegeven met
pictogrammen), enzovoort van de projector in real-time bekijken.
In Samsung Projector Manager wordt met pictogrammen de status van de projector aangegeven. U vindt de
pictogrammen in de onderstaande tabellen. Als de pictogrammen een probleem met de projector aangeven,
raadpleegt u Aangegeven problemen opheffen in hoofdstuk 3-4, Indicatielampjes.
•
Statuspictogrammen voor waarschuwingen en fouten
PICTOGRA
MMEN
STATUS
MAATREGELEN
De lenskap is niet volledig geopend.
Zie Handeling 3 bij Aangegeven problemen opheffen.
Fout
De beschermkap van de lamp is niet goed
gesloten.
Zie Handeling 2 bij Aangegeven problemen opheffen.
Fout
De lamp werkt niet naar behoren.
Zie Handeling 6 bij Aangegeven problemen opheffen.
Fout
De levensduur van de lamp is verlopen.
De lamp moet worden vervangen.
Waarschuwing
Gebruik
STATUS
3-6
PICTOGRA
MMEN
STATUS
STATUS
MAATREGELEN
Fout
Koelventilator 1 werkt niet naar behoren.
Fout
Koelventilator 2 werkt niet naar behoren.
Fout
Koelventilator 3 werkt niet naar behoren.
Zie Handeling 1 bij Aangegeven problemen opheffen.
Fout
Koelventilator 4 werkt niet naar behoren.
Fout
Koelventilator 5 werkt niet naar behoren.
Fout
Koelventilator 6 werkt niet naar behoren.
Waarschuwing
De interne temperatuur van de projector heeft
de grens overschreden.
Zie Handeling 5 bij Aangegeven problemen opheffen.
Fout
De interne temperatuur van de projector heeft
de grens overschreden.
Zie Handeling 5 bij Aangegeven problemen opheffen.
Fout
De interne temperatuur van de projector heeft
de grens overschreden.
Zie Handeling 5 bij Aangegeven problemen opheffen.
Waarschuwing
De levensduur van het luchtfilter is verlopen.
Het luchtfilter moet worden vervangen.
Waarschuwing
Het luchtfilter is geblokkeerd door stof.
Het luchtfilter moet worden gereinigd.
Fout
Het luchtfilter is geblokkeerd door stof.
Het luchtfilter moet worden gereinigd.
Statuspictogrammen voor temperatuur
PICTOGRAMME
N
Gebruik
STATUS
STATUS
MAATREGELEN
Temperatuurstatus
De interne temperatuur van de projector
is normaal (stand-bymodus).
Dit is normaal.
Temperatuurstatus
De interne temperatuur van de projector
is normaal (laag).
Dit is normaal.
Temperatuurstatus
De interne temperatuur van de projector
is normaal (gemiddeld).
Dit is normaal.
Temperatuurstatus
De interne temperatuur van de projector
is normaal (hoog).
Dit is normaal.
Temperatuurstatus
De interne temperatuur van de projector
is hoger dan de grens.
Zie Handeling 4 bij Aangegeven
problemen opheffen.
Temperatuurstatus
De interne temperatuur van de projector
is te hoog. De projector wordt automatisch uitgeschakeld.
Zie Handeling 5 bij Aangegeven
problemen opheffen.
3-6
•
De projectoren beheren
: De pictogrammen in Projector List gebruiken (alleen van toepassing op 'V'-gemarkeerde projectoren in het
controlevenster)
(Refresh): De status van een projector bijwerken.
(Power On): Een projector inschakelen.
(Power Off): Een projector uitschakelen.
(Switch Source): Een bron selecteren (HDMI, S-VIDEO, AV, PC, MP).
(Blank On/Off): Het scherm van een projector in-/uitschakelen.
(Mute On/Off): Het geluid van een projector in-/uitschakelen.
(Adjust Aspect Ratio): De beeldverhouding van een projector instellen op 16:9 of 4:3.
Als Media Play echter niet voor een product wordt aangeboden, is de bron MP niet beschikbaar.
: Verbinding maken met de Web browser in Samsung Projector Manager
U beschikt over verschillende aanvullende functies wanneer u verbinding maakt met de webbrowser in Samsung
Projector Manager. Als u verbinding wilt maken met de webbrowser, selecteert u de gewenste projector en klikt u met
de rechtermuisknop om 'Web browser' te selecteren.
Als de verbinding met de webbrowser niet tot stand wordt gebracht, controleert u of de netwerkverbinding (zie
hoofdstuk 2-20, Aansluiten op een netwerk) en netwerkinstellingen (zie 3-5-3, Setup > Netwerk) correct zijn
geconfigureerd.
Gebruik
3-6
Wanneer u een projector bedient met zowel Samsung Projector Manager als Web browser, kan de computer
traag reageren of kunnen er fouten optreden.
•
De functie Schedule(Schema) gebruiken
Met de functie Schedule kunt u uw projectoren efficiënter beheren.
Als u List>Schedule selecteert, wordt het volgende venster weergegeven.
Het scherm bevat vier knoppen:
•
•
New : Een nieuw Schedule voor een projector maken.
•
Delete : Het schema voor een geselecteerde projector verwijderen.
•
Delete All: Het schema voor alle projectoren verwijderen.
•
Edit: Het schema voor een geselecteerde projector bewerken.
Een New Schedule (Nieuw schema) registreren
Voer de volgende stappen uit om een nieuw schema te registreren:
1. Druk op de New-toets. Het scherm New Schedule wordt weergegeven.
2. Selecteer de projectoren waarop u het nieuwe schema wilt toepassen in het veld Select Projectors. Wanneer u een
projector selecteert, wordt het selectievakje aan de linkerkant ingeschakeld.
3. Stel Title, Repeat, Time, en Work in voor het nieuwe schema en vul Description voor het schema in. Hieronder vindt
u een uitleg van deze termen.
-Title: De naam van een schema instellen
-Repeat: De herhaling van het schema instellen (Once- één keer uitvoeren, Every - een herhalingsdatum instellen)
-Time: De tijd vaststellen waarop een schema wordt uitgevoerd
-Work : Source switch of Power On/Off instellen
-Description: Een gedetailleerde beschrijving van een schema weergeven
4. Nadat u alle informatie hebt opgegeven, klikt u op ADD (Toevoegen).
Gebruik
3-6
U kunt de registratiegeschiedenis van een schema bekijken. U kunt ook de status van een schema bekijken.
Hieronder worden de statuscodes weergegeven:
-Complete: Schema is voltooid.
-Waiting: Schema moet nog worden uitgevoerd.
-Running: Herhaald schema wordt uitgevoerd.
•
•
Selecteer File → Export Config/Import Config om de informatie over het geregistreerde schema op te slaan
of te laden.
•
Als u een schema wilt gebruiken dat wordt geïmporteerd, moet u de informatie voor de projector van tevoren
laden.
Overige instellingen
Het menu Extra in de menubalk bevat twee menu-items: Controle-items configureren en Optie.
- Controle-items configureren
Met Controle-items configureren kunt u een item selecteren om weer te geven in het controlevenster. Nadat u het item
hebt geselecteerd, kunt u de weergaveprioriteit aanpassen door het item omhoog of omlaag te verplaatsen in de lijst met
items die wordt weergegeven.
- Opties
Automatisch uitvoeren – Wanneer de computer wordt ingeschakeld, wordt Samsung Projector Manager automatisch
ingeschakeld.
Minimaliseren in systeemvak – Samsung Projector Manager wordt in het systeemvak geminimaliseerd.
Het bestand bevat twee mogelijkheden.
- File> Export Config : Alle geconfigureerde instellingen in Samsung Projector Manager opslaan in de gewenste
bestanden in de desbetreffende mappen.
- File> Import Config : Een opgeslagen configuratiebestand importeren. Hiermee kunt u de opgeslagen instellingen in
Samsung Projector Manager instellen.
Gebruik
3-6
4
Problemen oplossen
4-1
Voordat u om hulp vraagt
Controleer volgende onderdelen voordat u om hulp vraagt. Als het probleem blijft bestaan, neem dan contact op met het
dichtstbijzijnde servicecentrum van Samsung Electronics.
Symptomen
Installatie
en aansluiting
Menu en
afstandsbediening
Problemen oplossen
Geen stroom.
Controleer de kabelaansluitingen.
Ik wil mijn projector aan het plafond monteren.
De steun voor installatie aan het plafond is apart verkrijgbaar.
Neem contact op met uw plaatselijke leverancier.
Kan geen externe bron selecteren.
Controleer of de kabels voor de videoverbinding op de juiste
manier en op de juiste poort zijn aangesloten. Als het apparaat
niet goed is aangesloten, kan het niet worden geselecteerd.
De afstandsbediening werkt niet.
Zorg dat de juiste externe bron is geselecteerd.
Controleer de batterij in de afstandsbediening. Als er iets mis
is met de batterij, vervangt u deze door een nieuwe batterij van
het aanbevolen formaat.
Richt de afstandsbediening op de sensor op de achterkant van
het apparaat, vanaf een maximale afstand van 7 meter. Verwijder obstakels tussen de afstandsbediening en het apparaat.
Direct licht van gloeilampen of andere verlichting op de sensor
van de projector kan de gevoeligheid van de sensor beïnvloeden en de afstandsbediening beschadigen.
Controleer of de batterijruimte van de afstandsbediening niet
leeg is.
Controleer of het indicatielampje boven op de projector in ingeschakeld.
Ik kan een menu niet selecteren.
Problemen oplossen
Controleer of het menu grijs wordt weergegeven. Grijze
menu's zijn niet beschikbaar.
4-1
Symptomen
Scherm en
externe
bron
Ik kan geen beeld krijgen.
Problemen oplossen
Controleer of het netsnoer van de projector is aangesloten.
Controleer of de juiste invoerbron is geselecteerd.
Controleer of de kabels goed en op de juiste poorten aan de
achterkant van de projector zijn aangesloten.
Controleer de batterijen van de afstandsbediening.
Controleer of de instellingen voor <Color> en <Brightness>
niet op de minimale waarden zijn ingesteld.
Slechte kleuren.
Pas <Tint> en <Contrast> aan.
Het beeld is niet duidelijk.
Pas de scherpstelling aan.
Controleer of de afstand van de projectie tot het scherm niet te
groot of te klein is.
Vreemde geluiden.
Als u voortdurend een vreemd geluid hoort, neemt u contact
op met ons servicecentrum.
Het indicatielampje brandt.
Zie Corrigerende handelingen op basis van indicatielampjes
(3-4).
Er zijn lijnen op het scherm zichtbaar.
Er kan ruis op het scherm optreden wanneer u een computer
gebruikt. Pas de frequentie (vernieuwingsfrequentie) van het
scherm aan.
Er wordt geen extern apparaat weergegeven.
Controleer de werking van het externe apparaat en controleer
of de instelbare eigenschappen zoals <Helderheid> en <Contrast> in het <Modus>-scherm van het projectormenu op de
juiste manier zijn gewijzigd.
Er wordt alleen een blauw scherm weergegeven.
Sluit de externe apparaten zorgvuldig aan. Controleer de
kabelaansluitingen nogmaals.
Het scherm is zwart-wit of heeft een vreemde
kleur, of het scherm is te donker of licht.
Controleer, zoals hierboven beschreven, de instellingen voor
<Brightness>, <Contrast > en <Color> in het menu.
Als u de diverse instellingen weer op de fabriekswaarden wilt
terugzetten, kiest u <Fabrieksinstellingen> in het menu.
Problemen oplossen
4-1
Symptomen
Netwerk
Problemen oplossen
De webbrowser start niet.
Controleer de systeemvereisten voor de computer waarmee u
verbinding wilt maken met de Web browser.
De webbrowser kan geen verbinding maken
met de projector.
1. Controleer of het netsnoer van de projector is aangesloten
(zie hoofdstuk 2-11, De stroom aansluiten)
2. Controleer of de netwerkinstellingen voor de computer en
de projector correct zijn (zie hoofdstuk 2-20 Aansluiten op een
netwerk)
3. Controleer of de juiste netwerkkaart voor de computer is
geselecteerd wanneer de computer (server) beschikt over
meer dan twee netwerkkaarten.
De installatie van Samsung Projector Manager is mislukt.
Controleer de systeem vereisten voor computers voor
Samsung Projector Manager.
De projector maakt geen verbinding met
Samsung Projector Manager.
1. Controleer of de <IP-instelling> en netwerkverbinding tussen de computer en projector correct zijn.
2. Als <IP-instelling> voor de projector is ingesteld op <Automatisch>, controleert u of de computer en projector gebruikmaken van hetzelfde netwerk. Als dit niet het geval is,
configureert u het IP-adres van de servercomputer in de optie
<Server IP Setting>.
3. Controleer of de toegang tot de projector wordt geblokkeerd
door de Windows-firewall van de computer.
4. Als de verbinding met Samsung Projector Manager nog
steeds niet tot stand kan worden gebracht, maakt u de installatie ongedaan en probeert u het opnieuw.
Ik wil Samsung Projector Manager graag verwijderen.
Samsung Projector Manager kan worden verwijderd met de
optie [Add or Remove Programs] (Software). Voer de volgende
stappen uit om Samsung Projector Manager te verwijderen:
1. Selecteer [Control Panel] (Configuratiescherm) in het menu
[Start] . (Windows XP)
2. Voer [Add or Remove Programs] (Software) uit.
3. Selecteer Samsung Projector Manager in [Add or Remove
Programs] (Software) en klik op [Change/Remove] (Wijzigen/
Verwijderen).
4. Selecteer 'Yes' (Ja) om het programma te verwijderen.
5. Volg de aanwijzingen die op het scherm worden weergegeven.
Problemen oplossen
4-1
5
Meer informatie
5-1
Specificaties
MODEL
Paneel
Formaat
0,63" 3P LCD
Resolutie
XGA (1024 x 768)
Beeldverhouding
Stroom
Lamp
SP-L301
290 W (stand-by: onder 1 W)
Voltage
100-240V AC, 50/60 Hz
Stroomverbruik
220W (Normaal : 200 W, eco: 152 W)
Levensduur
2.000 uur (eco: 2.500 uur)
Gewicht
3,8 Kg
Helderheid
3.000 ANSI
3.300 ANSI
3.500 ANSI
Contrast
500 :1
400 :1
400 :1
Schermformaat (diagonaal)
Diagonaal 40~300 inch (102~762 cm)
Projectiebereik
1~10 m
Trapezium
Auto: verticaal (±30˚)/Handmatig: verticaal (±30˚)/horizontaal (±30˚)
Netwerk
RJ 45
Zoombijstelling
Handleiding
Focusbijstelling
Handleiding
Lens
F = 1,65 - 1,93, f = 18,5 mm - 22,5 mm
Zoomverhouding
1:1,2
D-Sub 15p
Analoge RGB, analoge YPbPr
HDMI
Digitale RGB, digitale YCbCr
Mini DIN x 1
S-Video
RCA x 1
Composite video
Luidspreker
Gebruiksomgeving
0,63" 3P LCD met MLA
Stroomverbruik
291 x 289 x 127 mm
Ingangssignaal
SP-L351
4:3
Afmetingen
Belangrijkste
kenmerken
SP-L331
3 W x 2 (stereo)
Temperatuur en luchtvochtigheid
In bedrijf: Temperatuur 5 ˚C ~ 35 ˚C (41 ˚F ~ 95 ˚F), luchtvochtigheid 20 % ~ 80 %
(Zonder condensator)
Opslag: Temperatuur -10 ˚C ~ 60 ˚C (-14 ˚F ~ 140 ˚F), luchtvochtigheid 10 % ~ 90
% (Zonder condensator)
Ruis
Eco: 30 dB, normaal: 32 dB, helder: 35 dB
Deze apparatuur van Klasse B is ontworpen voor gebruik thuis en op kantoor. Deze apparatuur is geregistreerd met
betrekking tot EMI voor huishoudelijk gebruik. Het mag overal worden gebruikt. Klasse A is voor gebruik op kantoor. Klasse
A is voor bedrijven, terwijl klasse B minder elektromagnetische golven uitstraalt dan klasse A.
Meer informatie
5-1
Het LCD-paneel in de LCD-projector bestaat uit honderdduizenden fijne pixels. Net als bij andere videoweergaveapparaten
kan het voorkomen dat het LCD-paneel dode pixels bevat. Bij levering van een product worden de voorwaarden voor het
identificeren van dode pixels en het aantal dode pixels dat in een LCD-paneel wordt toegestaan, streng gecontroleerd
volgens de relevante normen die door de fabrikant van het LCD-paneel en door ons bedrijf zelf worden gegeven. Hoewel
een scherm een aantal dode pixels kan hebben, heeft dit geen invloed op de algehele beeldkwaliteit of de levensduur van
het product.
Meer informatie
5-1
5-2
RS-232C-opdrachtentabel
Communicatie-indeling (komt overeen met de RS232C-standaard)
•
Baudsnelheid: 9,600 bps
•
Pariteit: Geen
•
Databits: 8, Stopbit: 1
•
Datatransportbesturing: Geen
Serieel communicatieprotocol
1. Structuur opdrachtenpakket [7 bytes]
0x08
•
0x22
cmd1
cmd2
cmd3
waarde
CS
Een opdrachtenpakket bestaat in totaal uit 7 bytes.
•
De twee bytes 0x08 en 0x22 duiden erop dat het pakket is bedoeld voor seriële communicatie.
•
De volgende vier bytes representeren een vooraf gedefinieerde opdracht die kan worden gedefinieerd door de gebruiker.
•
De laatste byte is de controlesom waarmee de geldigheid van het huidige pakket wordt gecontroleerd.
•
Header [2 bytes]: vooraf gedefinieerde waarden, standaard 0x08 en 0x22.
•
Cmd1 [1 byte]: de eerste waarde van de code die in de lijst met opdrachten is gedefinieerd (hexadecimaal)
•
Cmd2 [1 byte]: de tweede waarde van de code die in de lijst met opdrachten is gedefinieerd (hexadecimaal)
•
Cmd3 [1 byte]: de derde waarde van de code die in de lijst met opdrachten is gedefinieerd (hexadecimaal)
•
Waarde [1 byte]: invoerparameter voor de opdracht (Standaard: 0) (decimaal)
•
CS [1 byte]: controlesom (de 2'en complementeren de som van alle waarden met uitzondering van de CS-waarde.)
2. Structuur antwoordpakket [3 bytes]
1. Voltooid
0x03
0x0C
0xF1
0x0C
0xFF
2. Mislukt
0x03
•
Wanneer het pakket van een extern apparaat een geldige waarde heeft, wordt er een voltooiingspakket verzonden.
Anders wordt er een mislukkingspakket verzonden.
•
In de volgende gevallen wordt er een mislukkingspakket verzonden:
•
•
De lengte van het ontvangen pakket is niet gelijk aan 7 bytes.
•
De waarde van de pakketheader van 2 bytes is niet gelijk aan 0x08, 0x22.
•
De controlesom is incorrect.
Er zijn fouten aangetroffen door een extern apparaat.
•
Meer informatie
Een extern apparaat classificeert het pakket als mislukt als het niet binnen 100 ms een voltooiingspakket
ontvangt.
5-2
Opdrachtentabel
ITEM VOOR BEHEER
Algemeen
Stroom
Volume
Stroom
CMD1
OSD weergeven /
Power On
Geluid Uit
0x00
CMD3
0x00
Annuleren
2
Direct Power
Off
3
0x01
0x00
(0~100)
Omhoog
0x01
0
Omlaag
0x02
0
0x00
0
0x02
0x00
0x00
Uit
Uit
1
0x03
0x00
0x00
Uit
Stilstaand
Uit
Meer informatie
Bronlijst
AV
AV
S-Video
0
1
0x04
0x00
0x00
Uit
Invoer
0
1
Uit
Blank
WAARDE
OK
Direct
Doorlopend
0x00
CMD2
0
1
0x0A
0x00
0x01
0
S-Video
0x02
0
PC
PC
0x03
0
HDMI
HDMI
0x04
0
5-2
ITEM VOOR BEHEER
Beeld
Modus
0x0B
CMD2
0X00
CMD3
0x00
WAARDE
0
Presentatie
1
Tekst
2
Film
3
Spelcomputer
4
Gebruiker
5
Contrast
0~100
0X02
0x00
(0~100)
Helderheid
0~100
0X03
0x00
(0~100)
Scherpte
0~100
0X04
0x00
(0~100)
Kleur
0~100
0X05
0x00
(0~100)
Tint (G/R)
G50 / R50
0x06
0x00
(0~100)
Kleurtemperatuur
9300K
0x0A
0x00
1
WB
Meer informatie
Standaard
CMD1
8000K
2
6500K
3
5500K
4
R-Basis
0x0B
0x00
(0~100)
G-Basis
0x01
(0~100)
B-Basis
0x02
(0~100)
R-Niveau
0x03
(0~100)
G-Niveau
0x04
(0~100)
B-Niveau
0x05
(0~100)
5-2
ITEM VOOR BEHEER
Beeld
Gamma
-3~3
Opslaan
OSD weergeven
CMD1
0x0B
Aangepast
CMD3
0x0C
0x00
(0~6)
0x0D
0x00
0
1
Annuleren
2
Direct
opslaan
3
Normaal
0x0E
0x00
0
0x0F
0x00
0
Zoom1
1
Zoom2
2
16:9
3
Aangepast
4
Top
Verlagen
0x01
Verhogen
Bottom
Left
Verlagen
0x02
Verlagen
0x03
0x04
Verhogen
0x10
0x00
0 IRE/Normaal
0x11
0x00
Uit
0x12
0x00
Uit
0x13
0x00
Omhoog
0x14
0x00
0
0x15
0x00
0
Omlaag
Fijn
Omhoog
1
0x16
0x00
Omlaag
Reset
Meer informatie
0
1
Autom.
afstellen
Grof
0
1
Uit
PC
0
1
Uit
Filmmodus
0
1
7,5 IRE/Laag
Overscan
0
1
Uit
Zwarting
0
1
Verlagen
Uit
0
1
Verhogen
Right
0
1
Verhogen
Dig. Ruisfilter
WAARDE
OK
Reset
Grootte
CMD2
OSD weergeven
0
1
0x17
0x00
0
OK
1
Annuleren
2
Direct terugzetten
3
5-2
ITEM VOOR BEHEER
Beeld
Zoom
CMD1
x1
0x0B
0x18
CMD3
0x00
WAARDE
0
x2
1
x4
2
x8
3
LEFT
Meer informatie
CMD2
0x19
0x00
0
RIGHT
1
Omhoog
2
Omlaag
3
Horizontal
Position
Doorlopend
Vertical Position
Doorlopend
LEFT
0x0B
0x1A
0x00
RIGHT
Omlaag
Omhoog
0
1
0x1B
0x00
0
1
5-2
ITEM VOOR BEHEER
Instellingen
Installeren
Lichtmodus
Hoeksteen
Achtergrond
Testpatroon
Videotype
Reset
Voor-vloer
0x0C
CMD2
0x00
CMD3
0x00
0
1
Acht.-vloer
2
Acht.-plaf.
3
ECO
0x01
0x00
0
Normaal
1
Helder
2
V-hoeksteen
-50~50
H-hoeksteen
Autom.
Hoeksteen
0x02
0x00
(0~100)
-50~50
0x01
(0~100)
Uit
0x02
0
Uit
Logo
1
0x03
0x00
0
Blauw
1
Zwart
2
Kruis
0x04
0x00
0
Schermformaat
1
Pattern Off
2
Auto
0x05
0x00
0
RGB(PC)
1
RGB(AV)
2
YCbCr(AV)
3
PC
4
AV
5
Fabrieksinstellingen
Titel
OSD weergeven
0x06
0x00
Modus
0
OK
1
Annuleren
2
Direct terug
naar
fabrieksinstellingen
3
OSD weergeven
0x01
0
OK
1
Annuleren
2
Direct filtertijd terugzetten
3
Uit
0x07
0x00
Uit
Meer informatie
WAARDE
Voor-plafond
Filtertijd
opnieuw
instellen
Titel
CMD1
Titel
0
1
0x01
0
5-2
ITEM VOOR BEHEER
Instellingen
Netwerk
Netwerk
CMD1
Uit
0x0E
CMD2
0x01
CMD3
0x00
Uit
IP-instelling
Automatisch
Subnetmasker
Gateway
IP-instelling
server
Meer informatie
Server-IP
0
1
0x02
0x00
Handm.
IP-adres
WAARDE
0
1
0x03
0x04
0x05
0x06
0x00
0~255
0x01
0~255
0x02
0~255
0x03
0~255
0x00
0~255
0x01
0~255
0x02
0~255
0x03
0~255
0x00
0~255
0x01
0~255
0x02
0~255
0x03
0~255
0x00
0~255
0x01
0~255
0x02
0~255
0x03
0~255
5-2
ITEM VOOR BEHEER
Optie
Taalkeuze
Menuoptie
English
0x0D
CMD2
0x00
CMD3
0x00
WAARDE
0
Deutsch
1
Nederlands
2
Español
3
Français
4
Italiano
5
Svenska
6
Português
7
Русский
8
???
9
???
10
Türkçe
11
???
12
Positie
Transparant
Tijd weergeven
Meer informatie
CMD1
LEFT
0x01
0x00
0
RIGHT
1
Omhoog
2
Omlaag
3
Hoog
0x02
0x00
0
Middel
1
Laag
2
Ondoorzichtig
3
5 sek
0x03
0x00
0
10 sek
1
30 sek
2
60 sek
3
90 sek
4
120 sek
5
Continu Aan
6
5-2
ITEM VOOR BEHEER
Optie
Geluid
Balans
CMD1
Omhoog
0x0D
CMD2
0x04
CMD3
0x00
Omlaag
100Hz
Omhoog
0x01
Omhoog
0x02
Omhoog
0x03
Omhoog
0x04
Omhoog
0x05
0
1
0x05
0x00
0
100
1
200
2
400
3
800
4
Auto inschakelen
Uit
Slaaptimer
Uit
Informatie
Meer informatie
Uit
0
1
Omlaag
Tijd filtercontr.
0
1
Omlaag
10KHz
0
1
Omlaag
3KHz
0
1
Omlaag
1KHz
0
1
Omlaag
300Hz
WAARDE
0x06
0x00
Aan
0
1
0x07
0x00
0
10 min
1
20 min
2
30 min
3
0x08
0x00
0
5-2
5-3
Contact opnemen met SAMSUNG WORLDWIDE
•
Wanneer u suggesties of vragen heeft met betrekking tot Samsung producten, gelieve contact op te nemen met de
consumenten dienst van Samsung
NORTH AMERICA
U.S.A
1-800-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/us
CANADA
1-800-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/ca
MEXICO
01-800-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/mx
LATIN AMERICA
ARGENTINA
0800-333-3733
http://www.samsung.com/ar
BRAZIL
0800-124-421
http://www.samsung.com/br
4004-0000
CHILE
800-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/cl
COLOMBIA
01-8000112112
http://www.samsung.com/co
COSTA RICA
0-800-507-7267
http://www.samsung.com/latin
ECUADOR
1-800-10-7267
http://www.samsung.com/latin
EL SALVADOR
800-6225
http://www.samsung.com/latin
GUATEMALA
1-800-299-0013
http://www.samsung.com/latin
HONDURAS
800-7919267
http://www.samsung.com/latin
JAMAICA
1-800-234-7267
http://www.samsung.com/latin
NICARAGUA
00-1800-5077267
http://www.samsung.com/latin
PANAMA
800-7267
http://www.samsung.com/latin
PUERTO RICO
1-800-682-3180
http://www.samsung.com/latin
REP. DOMINICA
1-800-751-2676
http://www.samsung.com/latin
TRINIDAD & TOBAGO
1-800-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/latin
VENEZUELA
0-800-100-5303
http://www.samsung.com/latin
EUROPE
AUSTRIA
0810 - SAMSUNG(7267864,€ 0.07/min)
http://www.samsung.com/at
BELGIUM
02 201 2418
http://www.samsung.com/be (Dutch)
http://www.samsung.com/be_fr (French)
CZECH REPUBLIC
800 - SAMSUNG (800-726786)
http://www.samsung.com/cz
DENMARK
8 - SAMSUNG (7267864)
http://www.samsung.com/dk
EIRE
0818 717 100
http://www.samsung.com/ie
FINLAND
30 - 6227 515
http://www.samsung.com/fi
FRANCE
01 4863 0000
http://www.samsung.com/fr
Meer informatie
5-3
EUROPE
GERMANY
01805 - SAMSUNG (7267864,€ 0.14/
Min)
http://www.samsung.de
HUNGARY
06-80-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/hu
ITALIA
800-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/it
LUXEMBURG
02 261 03 710
http://www.samsung.com/lu
NETHERLANDS
0900 - SAMSUNG (0900-7267864) (€
0,10/Min)
http://www.samsung.com/nl
NORWAY
3 - SAMSUNG (7267864)
http://www.samsung.com/no
POLAND
0 801 1SAMSUNG (172678)
http://www.samsung.com/pl
022 - 607 - 93 - 33
PORTUGAL
808 20 - SAMSUNG (7267864)
http://www.samsung.com/pt
SLOVAKIA
0800-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/sk
SPAIN
902 - 1 - SAMSUNG (902 172 678)
http://www.samsung.com/es
SWEDEN
0771 726 7864 (SAMSUNG)
http://www.samsung.com/se
SWITZERLAND
0848-SAMSUNG(7267864, CHF 0.08/
min)
http://www.samsung.com/ch
U.K
0845 SAMSUNG (7267864)
http://www.samsung.com/uk
CIS
BELARUS
810-800-500-55-500
ESTONIA
800-7267
http://www.samsung.com/ee
LATVIA
8000-7267
http://www.samsung.com/lv
LITHUANIA
8-800-77777
http://www.samsung.com/lt
MOLDOVA
00-800-500-55-500
KAZAKHSTAN
8-10-800-500-55-500
KYRGYZSTAN
00-800-500-55-500
RUSSIA
8-800-555-55-55
TADJIKISTAN
8-10-800-500-55-500
UKRAINE
8-800-502-0000
http://www.samsung.com/kz_ru
http://www.samsung.ru
http://www.samsung.com/ua
http://www.samsung.com/ua_ru
UZBEKISTAN
8-10-800-500-55-500
http://www.samsung.com/kz_ru
ASIA PACIFIC
AUSTRALIA
1300 362 603
http://www.samsung.com/au
CHINA
400-810-5858
http://www.samsung.com/cn
010-6475 1880
HONG KONG
3698 - 4698
http://www.samsung.com/hk
http://www.samsung.com/hk_en/
INDIA
3030 8282
http://www.samsung.com/in
1-800-3000-8282
1800 110011
Meer informatie
5-3
ASIA PACIFIC
INDONESIA
0800-112-8888
http://www.samsung.com/id
JAPAN
0120-327-527
http://www.samsung.com/jp
MALAYSIA
1800-88-9999
http://www.samsung.com/my
NEW ZEALAND
0800 SAMSUNG (0800 726 786)
http://www.samsung.com/nz
PHILIPPINES
1-800-10-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/ph
1-800-3-SAMSUNG(726-7864)
1-800-8-SAMSUNG(726-7864)
02-5805777
SINGAPORE
1800-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/sg
THAILAND
1800-29-3232, 02-689-3232
http://www.samsung.com/th
TAIWAN
0800-329-999
http://www.samsung.com/tw
VIETNAM
1 800 588 889
http://www.samsung.com/vn
MIDDLE EAST & AFRICA
SOUTH AFRICA
0860-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/za
TURKEY
444 77 11
http://www.samsung.com/tr
U.A.E
800-SAMSUNG(726-7864)
http://www.samsung.com/ae
8000-4726
Meer informatie
5-3
5-4
Correcte verwijdering - alleen Europa
Correcte verwijdering van dit product (elektrische & elektronische afvalapparatuur) alleen Europa
(Van toepassing in de Europese Unie en andere Europese landen met aparte inzamelsystemen.)
Deze markering op het product, accessoires of handleidingen geeft aan dat het product en zijn elektronische
accessoires (bijv. oplader, headset, USB-kabel) aan het eind van hun levensduur niet bij het gewone huishoudelijk afval mogen worden gezet. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering te voorkomen, moet u dit product van andere soorten afval scheiden en op een
verantwoorde manier recyclen, zodat het duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd.
Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de
gemeente waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze items milieuvriendelijk kunnen laten recyclen.
Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomsten nalezen. Dit product en zijn elektronische accessoires mag niet worden gemengd met ander
bedrijfsafval voor verwijdering.
Correcte behandeling van een gebruikte accu uit dit product - alleen Europa
(Van toepassing in de Europese Unie en andere Europese landen met aparte inzamelsystemen voor batterijen.)
Deze markering op de batterij, handleiding of verpakking geeft aan dat de batterijen van dit product aan het eind
van hun levensduur niet bij het gewoon huishoudelijk afval moeten worden gezet. Indien aangegeven, betekenen
de symbolen Hg, Cd of Pb dat de batterij respectievelijk kwik, cadmium of lood bevat op een hoger niveau dan de
referentieniveaus in het EU-instructie 2006/66. Als de batterijen niet goed worden verwerkt, kunnen deze stoffen
schadelijk zijn voor de gezondheid en het milieu.
Scheid batterijen van andere soorten afval en lever ze gratis in om de natuur te beschermen en het hergebruik
van materialen te bevorderen.
Meer informatie
5-4