DeWalt DW721 T 2 de handleiding

Categorie
Elektrisch gereedschap
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Copyright DEWALT
Dansk 1
Deutsch 11
English 22
Español 32
Français 42
Italiano 52
Nederlands 62
Norsk 72
Português82
Suomi 92
Svenska 102
Türkçe
112
EÏÏËÓÈη 123
NEDERLANDS
nl - 1 62
RADIAALARMZAAG DW721
Gefeliciteerd!
U heeft gekozen voor een elektrische machine van DEWALT. Jarenlange
ervaring, voortdurende produktontwikkeling en innovatie maken DEWALT
tot een betrouwbare partner voor de professionele gebruiker.
Inhoudsopgave
Technische gegevens nl - 1
EG-Verklaring van overeenstemming nl - 1
Veiligheidsinstructies nl - 2
Inhoud van de verpakking nl - 3
Beschrijving nl - 3
Elektrische veiligheid nl - 3
Gebruik van verlengsnoeren nl - 4
Monteren en instellen nl - 4
Aanwijzingen voor gebruik nl - 6
Opties nl - 7
Onderhoud nl - 9
Garantie nl - 9
Instructiekaart nl - 10
Technische gegevens
DW721
Opgenomen vermogen W 2000
Afgegeven vermogen W 1500
Spanning V 230
Zaagbladdiameter min/max mm 270-300
Asgat mm 30
Spindelmaat mm 20
Toerental, onbelast, 50 Hz min
-1
2800
Toerental, onbelast, 60 Hz min
-1
3400
Zaagdiepte onder 90° mm 90
Zaagdiepte onder 45° mm 60
Max. afkortcapaciteit onder 0°
bij een materiaaldikte van 25 mm 610
Max. verstekzaagcapaciteit onder 45°
bij een materiaaldikte van 25 mm rechts mm 405
links mm 425
Max. afkortbreedte mm 610
Max. schulpbreedte mm 870
Afmetingen (met werkblad) mm 148 x 95 x 150
Stofafzuigadapter mm 100
Gewicht kg 112,0
Standaarduitrusting:
Tafel, hardmetalen zaagblad, zaagbladbescherming en gereedschappen,
nulspanningsuitschakelaar.
Zekeringen:
230 V machines 10 A
In deze handleiding worden de volgende pictogrammen gebruikt:
Duidt op mogelijk lichamelijk letsel, levensgevaar of kans op
beschadiging van de machine indien de instructies in deze
handleiding worden genegeerd.
Geeft elektrische spanning aan.
Scherpe randen.
EG-Verklaring van overeenstemming
DW721
D
EWALT verklaart dat deze elektrische machines in overeenstemming zijn
met: 89/392/EEG, 89/336/EEG, 73/23/EEG, EN 61029, EN 55104,
EN 55014, EN 61000-3-2 & EN 61000-3-3.
Neem voor meer informatie contact op met DEWALT, zie het adres
hieronder of op de achterkant van deze handleiding.
Niveau van de geluidsdruk overeenkomstig 86/188/EEG & 89/392/EEG,
gemeten volgens DIN 45635:
DW721
L
pA
(geluidsdruk) dB(A)* 84,2
L
WA
(geluidsvermogen) dB(A) 91,4
* op de werkplek
Neem de vereiste maatregelen voor gehoorbescherming
wanneer de geluidsdruk het niveau van 85 dB(A) overschrijdt.
Gewogen kwadratische gemiddelde waarde van de versnelling
overeenkomstig DIN 45675:
DW721
< 2,5 m/s
2
TÜV Rheinland
Sicherheit und Umweltschutz GmbH
Am Grauen Stein
D-51105 Köln
Germany
Cert. No.
BM 9511442 01
Director Engineering and Product Development
Horst Großmann
DEWALT, Richard-Klinger-Straße 40,
D-65510, Idstein, Duitsland
NEDERLANDS
63 nl - 2
Veiligheidsinstructies
Neem bij het gebruik van elektrische machines altijd de plaatselijk
geldende veiligheidsvoorschriften in acht in verband met
brandgevaar, gevaar voor elektrische schokken en lichamelijk letsel.
Lees ook onderstaande instructies aandachtig door voordat u met de
machine gaat werken.
Bewaar deze instructies zorgvuldig!
Algemeen
1 Zorg voor een opgeruimde werkomgeving
Een rommelige werkomgeving leidt tot ongelukken.
2 Houd rekening met omgevingsinvloeden
Stel elektrische machines niet bloot aan vocht. Zorg dat de
werkomgeving goed is verlicht. Gebruik elektrische machines niet in de
buurt van brandbare vloeistoffen of gassen.
3 Voorkom een elektrische schok
Vermijd lichamelijk contact met geaarde voorwerpen (bijv. buizen,
radiatoren, fornuizen en koelkasten).
Onder extreme werkomstandigheden (bijv. hoge vochtigheid,
ontwikkeling van metaalstof, enz.) kan de elektrische veiligheid door
een scheidingstransformator of een aardlek-(FI-)schakelaar voor te
schakelen, verhoogd worden.
4 Houd kinderen uit de buurt
Laat andere personen niet aan de machine of het verlengsnoer komen.
Onder 16 jaar is supervisie verplicht.
5 Verlengsnoeren voor gebruik buitenshuis
Gebruik buitenshuis uitsluitend voor dit doel goedgekeurde en als
zodanig gemerkte verlengsnoeren.
6 Berg de machine veilig op
Berg niet in gebruik zijnde elektrische machines op in een droge,
afgesloten ruimte, buiten het bereik van kinderen.
7 Draag geschikte werkkleding
Draag geen wijde kleding of loshangende sieraden. Deze kunnen door
de bewegende delen worden gegrepen. Draag bij het werken
buitenshuis bij voorkeur rubberen werkhandschoenen en schoenen
met profielzolen. Houd lang haar bijeen.
8 Draag een veiligheidsbril
Gebruik ook een gezichts- of stofmasker bij werkzaamheden waarbij
stofdeeltjes of spanen vrijkomen.
9 Let op de maximum geluidsdruk
Neem voorzorgsmaatregelen voor gehoorbescherming wanneer de
geluidsdruk het niveau van 85 dB(A) overschrijdt.
10 Klem het werkstuk goed vast
Gebruik klemmen of een bankschroef om het werkstuk te fixeren.
Dit is veiliger, bovendien kan de machine dan met beide handen
worden bediend.
11 Zorg voor een veilige houding
Zorg altijd voor een juiste, stabiele houding.
12 Voorkom onbedoeld inschakelen
Draag een op het net aangesloten machine niet met de vinger aan de
schakelaar. Laat de schakelaar los wanneer u de stekker in het
stopcontact steekt.
13 Blijf voortdurend opletten
Houd uw aandacht bij uw werk. Ga met verstand te werk. Gebruik de
machine niet als u niet geconcentreerd bent.
14 Trek de stekker uit het stopcontact
Schakel de stroom uit en wacht totdat de machine volledig stil staat
voordat u deze achterlaat. Trek de stekker uit het stopcontact wanneer
u de machine niet gebruikt, tijdens onderhoud of bij het vervangen van
accessoires.
15 Verwijder sleutels of hulpgereedschappen
Controleer vóór het inschakelen altijd of sleutels en andere
hulpgereedschappen zijn verwijderd.
16 Gebruik de juiste machine
Het gebruik volgens bestemming is beschreven in deze handleiding.
Gebruik geen lichte machine of hulpstukken voor het werk van zware
machines. De machine werkt beter en veiliger indien u deze gebruikt
voor het beoogde doel.
Waarschuwing! Gebruik ter voorkoming van lichamelijk letsel
uitsluitend de in deze gebruiksaanwijzing aanbevolen accessoires en
hulpstukken. Gebruik de machine uitsluitend voor het beoogde doel.
17 Gebruik het snoer niet verkeerd
Draag de machine nooit aan het snoer. Trek niet aan het snoer om de
stekker uit het stopcontact te verwijderen. Houd het snoer uit de buurt
van warmtebronnen, olie en scherpe randen.
18 Onderhoud de machine met zorg
Houd de machine schoon om beter en veiliger te kunnen werken.
Houdt u aan de instructies met betrekking tot het onderhoud en het
vervangen van accessoires. Controleer regelmatig het snoer en laat dit
bij beschadigingen door een erkend DEWALT Service-center repareren.
Controleer het verlengsnoer regelmatig en vervang het in geval van
beschadiging. Houd de bedieningsorganen droog en vrij van olie en vet.
19 Controleer de machine op beschadigingen
Controleer de machine vóór gebruik zorgvuldig op beschadigingen om
er zeker van te zijn dat deze naar behoren zal functioneren. Controleer
of de bewegende delen niet klemmen, verdraaid of gebroken zijn.
Ga na of de accessoires en hulpstukken correct zijn gemonteerd en of
aan alle andere voorwaarden voor een juiste werking is voldaan. Ga bij
vervanging of reparatie van beschadigde veiligheidsinrichtingen of
defecte onderdelen te werk zoals aangegeven.
Gebruik geen machine waarvan de schakelaar defect is. Laat de
schakelaar vervangen door een erkend DEWALT Service-center.
20 Wendt u voor reparaties tot een erkend DEWALT Service-center
Deze elektrische machine voldoet aan alle geldende
veiligheidsvoorschriften. Ter voorkoming van ongevallen mogen
reparaties uitsluitend door daartoe bevoegde technici worden
uitgevoerd.
Extra veiligheidsinstructies voor radiaalzaagmachines
Beveilig de elektriciteitskabel met een zekering of stroomonderbreker.
Houd de armrolbanen en de lagers van de motorslede schoon, droog
en vetvrij.
Zorg ervoor dat de achteraanslag op de juiste wijze is geplaatst
alvorens de machine in te schakelen en een zaagsnede te maken.
Het zaagblad mag het materiaal pas raken als de motorslede naar
voren wordt getrokken.
Plaats de vingerbescherming altijd zo dat deze de reeds aanwezige
sleuf in de aanslag passeert en 3 mm boven het oppervlak van het te
zagen materiaal blijft (behalve bij schulpen).
Houd bij het schulpen het spouwmes op de juiste afstand van het blad
(1 - 3 mm) en zorg ervoor dat de anti-terugslagvingers op de juiste
wijze zijn afgesteld.
Let bij het schulpen altijd op de richting van de materiaaldoorvoer.
Controleer de instellingen regelmatig op nauwkeurigheid en stel waar
nodig opnieuw in.
Zorg ervoor dat het blad in de juiste richting draait en dat de tanden
naar de achteraanslag zijn gericht.
Zorg dat alle vergrendelingen goed vastzitten alvorens met enige
bewerking te beginnen.
Laat de machine alleen draaien als alle beschermingen zijn geplaatst.
Bescherm het zaagblad wanneer de machine niet in gebruik is.
Bescherm het zaagblad boven en onder met behulp van de
zaagbladbescherming.
Schakel de stroom naar de machine uit wanneer deze niet in gebruik
is, bij het wisselen van het zaagblad of bij het uitvoeren van
onderhoudswerkzaamheden.
Gebruik altijd scherpe zaagbladen van het juiste type voor het werkstuk.
De aanbevolen bladdiameter is vermeld in de technische gegevens.
nl - 3 64
NEDERLANDS
Klem niets tegen de motorventilator om de motoras stil te houden.
Oefen tijdens het zagen geen overdreven trekkracht uit op het
motorblok. (Overbelasting van de motor kan aanzienlijke schade
veroorzaken. Laat de motor eerst op toeren komen alvorens met zagen
te beginnen.)
Til de machine niet op aan het werkblad.
Zaag geen metaal of metselwerk.
Smeer het zaagblad niet wanneer het nog draait.
Houd de handen buiten het bereik van het zaagblad wanneer de zaag
aan het net is aangesloten.
Reik niet om een draaiend zaagblad heen.
Plaats uw handen tijdens het zagen minimaal 150 mm van het
zaagblad.
Gebruik geen beschadigde of versleten zaagbladen.
Restrisico’s
De volgende risico’s zijn inherent aan het gebruik van radiaalarmzagen:
Ondanks de van toepassing zijnde veiligheidsvoorschriften en het
aanbrengen van beveiligingen blijven bepaalde restrisico’s aanwezig. Dit zijn:
- Gevaar voor gehoorbeschadiging.
- Risico als gevolg van onbeschermde delen van het roterende
zaagblad.
- Verwondingsgevaar bij het wisselen van het zaagblad.
- Gevaar voor klemmen van de vingers bij het openen van de
afschermingen.
- Gezondheidsrisico door het inademen van stof, met name bij het
verwerken van eiken- en beukenhout en MDF.
Inhoud van de verpakking
De verpakking bevat:
1 Gedeeltelijk gemonteerde machine
5 Werkbladsegmenten
1 Achteraanslag 48 mm
1 Achteraanslag 65 mm
5 Rechte tafelsteunen
3 Driehoekige tafelsteunen
1 Slinger voor hoogteverstelling
1 Motor, motorslede, rolkop met nulspanningsuitschakelaar
1 Beugel voor nulspanningsuitschakelaar
1 Zaagblad
1 Afscherming
1 Stofafzuigadapter
1 Inhoud van de verpakking:
1 onderstel (4 poten, 4 dwarsrails, 24 M8 x 16 bouten, 24 M8 moeren
en 48 D8 sluitringen)
1 Werkbladverbredingsset:
8 M8 x 30 gleufkopbouten
8 D8 schotelveren
8 M8 moeren
8 D8 sluitringen
1 Krimpfolieverpakking met inhoud:
3 steeksleutels (30, 10/13 & 17 mm)
1 ring/steeksleutels
1 dopsleutel 13 mm
5 inbussleutels (2,5, 3, 4, 5 & 8 mm)
1 kruisschroef
8 M8 x 30 schroeven
6 M8 schroeven
14 M8 moeren
1 kabelklem
1 draadklem
2 zelftappende schroeven
2 M4 moeren
2 tafelklemmen
2 klem voor terugloopveer
14 D8 schotelveren
8 D8 sluitringen
1 Krimpfolieverpakking met inhoud:
9 D8 sluitringen
19 schotelveren
19 M8 moeren
10 M8 x 30 gleufkopbouten
9 M8 x 16 gleufkopbouten
1 Handleiding
1 Onderdelentekening
Controleer de machine, losse onderdelen en accessoires op
transportschade.
Lees deze handleiding rustig en zorgvuldig door voordat u met de
machine gaat werken.
Verwijder de verpakkingsmaterialen zorgvuldig van de zaagmachine.
Beschrijving (fig. A1 & A2)
De DW721 radiaalarmzaag is ontworpen voor de professionele
houtverwerkende industrie. Deze machine met hoge precisie kan
gemakkelijk en snel ingesteld worden voor afkorten, afschuinen,
verstekzagen of schulpen. Met behulp van de vele accessoires kan uw
radiaalarmzaag nagenoeg alle werkplaatshandelingen uitvoeren. Voor een
optimale veiligheid zijn alle belangrijke bedieningselementen voorzien van
zowel een vergrendeling als een afsluitmogelijkheid. Zie ook de
instructiekaart in deze handleiding.
A1
1 AAN/UIT-schakelaar
2 Hendel
3 Zaagbladbescherming
4 Vast werkblad
5 Poot
6 Achteraanslag
7 Tafelklem
8 Kolom
9 Verstekvergrendeling
10 Verstekklemhendel
11 Hoogte-instelling
12 Radiaalarm
13 Afdekkapje
A2
14 Motorsledeaanslag
15 Schulpvergrendeling
16 Motorslede
17 Motor
18 Werkbladstrippen
19 Werkbladuitbreiding
20 Afschuinschaal
21 Rolkop
22 Resetkop
23 Kabelsteun
Elektrische veiligheid
De elektrische motor is ontwikkeld voor een bepaalde netspanning.
Controleer altijd of uw netspanning overeenkomt met de waarde op het
typeplaatje.
Vervangen van het snoer of de stekker
Als de stekker of het snoer wordt vervangen, moet de oude stekker c.q.
het oude snoer worden weggegooid. Het is gevaarlijk om de stekker van
een los snoer in het stopcontact te steken.
65 nl - 4
NEDERLANDS
Gebruik van verlengsnoeren
Wanneer een verlengsnoer wordt gebruikt, neem dan een goedgekeurd
verlengsnoer, dat geschikt is voor het vermogen van de machine (zie
technische gegevens). De aders moeten minimaal een doorsnede hebben
van 1,5 mm
2
. Wanneer het verlengsnoer op een haspel zit, rol het snoer
dan helemaal af.
Monteren en instellen
Haal vóór het monteren en instellen altijd de stekker uit het
stopcontact.
Voor een optimale werking van uw zaag is het van vitaal belang
om de procedures in onderstaande paragrafen te volgen.
Monteren van het frame met poten (fig. A1 & B)
De onderdelen en bevestigingsmiddelen van het frame met poten worden
separaat geleverd.
Verwijder alle delen uit de verpakking, behalve de arm (12).
Zet de arm met behulp van de verstekhendel (10) vast.
Kantel de doos, trek de arm eruit en plaats een stuk hout (24) onder de
rand van de tafel (fig. B).
Monteer volgens schets de poten (5) met behulp van de moeren, bouten
en sluitringen uit de folieverpakking. Trek de bouten nog niet vast.
Monteer de dwarsrails (25).
Draai alle moeren en bouten stevig vast.
Zet het geheel rechtop.
De machine moet altijd waterpas en stabiel zijn.
Montage van de slinger (fig. A1)
Monteer de slinger (11) met behulp van de kruisschroef boven aan de
kolom (8).
Montage van de rolkop (fig. A1 & C)
Draai aan de slinger (11) in de richting van + om de arm (12) zo ver
mogelijk omhoog te brengen (fig. A1).
Verwijder de twee inbusschroeven (26) en verwijder de beschermkap (13)
(fig. C).
Maak de lagerrails (27) met een stalen sponsje en verwijder al het stof
met een droge doek (fig. C).
Zorg ervoor dat de schulpvergrendeling (15) los staat (fig. A1).
Plaats voorzichtig de lagers (28) van de rolkop (21) in de lagerrails.
Plaats de rolkop op de lagerrails om te controleren op licht lopen.
Controleer of de schulpvergrendeling werkt en zet indien nodig de
rolkop vrij.
Zet de beschermkap (13) onmiddellijk terug.
Montage van de kabelsteun en de kabelklem (fig. A2 & D)
Verwijder de kruisschroef (29).
Monteer de kabelsteun (23) en monteer de kruisschroef weer (29).
Monteer de kabel (30) en gebruik de kabelklem (31).
Zorg ervoor dat de arm in horizontale en verticale richting kan
bewegen.
Zaagtafel (fig. E1 - E4)
Montage van de tafelsteunen (fig. E1)
Figuur E1 toont de juiste positie van de tafelsteunen. Alle steunen worden
met M8 x 16 bouten en bijbehorende moeren en D8 schotelveren aan de
voorzijde (niet achter) bevestigd.
Monteer de 40 mm driehoekige steun (32) tegen de zijde van het
onderstel van de tafel (33).
Monteer de twee 30 mm driehoekige tafelsteunen (34) tegen de
voorkant van het onderstel van de tafel.
Monteer de twee 75 mm rechte tafelsteunen (35), geleverd met een
rechthoekige verdieping (36), zie schets. Let erop dat deze aan de
achterkant van het onderstel van de tafel (33).
Trek de bouten nog niet aan.
Afstellen van de tafelsteunen met gebruik van de motoras (fig. A1 & E2)
Zet de afschuinhendel (37) los en trek de grendel (38) uit (fig. E2).
Draai de motor naar de verticale positie en zet de motor met de
afschuinvergrendeling (38) en de afschuinhendel (37) vast.
Zet de verstelhendel (10) los (fig. A1) om de arm te draaien tot de
motoras (39) zich recht boven de buitenste voorste rand van een van
de rechte tafelsteunen bevindt.
Laat de arm voorzichtig zakken tot de motoras de tafelsteun net raakt
en trek de overeenkomende moer van de tafelsteun met de hand aan.
Herhaal deze procedure aan de achterkant voor de andere tafelsteun.
Controleer opnieuw met behulp van de motoras.
Draai alle moeren en bouten stevig vast.
Breng de arm terug naar de centrale positie en vergrendel hem.
Afstellen van de centrale tafelsteun (fig. E3)
Plaats een waterpas op de twee rechte tafelsteunen (35).
Draai de bouten (40) in de centrale tafelsteun (41) los.
Stel de centrale tafelsteun af met een inbussleutel tot deze juist het
waterpas raakt.
Draai alle moeren en bouten stevig vast.
Montage van het vaste werkblad (fig. E1 & E4)
De standaardpositie van de werkbladdelen wordt getoond in
fig. E4.
Afhankelijk van de vereiste snedediepte, kan de aanslag (6) ook tussen de
strippen (18) gepositioneerd worden.
Plaats het vast werkbladdeel (4) op het onderstel zoals in de schets en
controleer of de gaten in het midden overeenkomen met de
stelschroeven in de centrale tafelsteun.
Gebruik de M8 x 30 bouten en D8 sluitringen boven en onder de D8
schotelveren.
Zet alle bouten in het vaste werkbladdeel (4) met de hand vast behalve
de vijf voorste bouten en de bout in het grote centrale gat.
Plaats de aanslag (6) en de strippen (18) op het onderstel van de tafel (33)
(fig. E1).
Monteer de tafelklemmen (7) (fig. E4) aan de achterkant van de rechte
tafelsteunen (35) (fig. E1).
Zet de tafelklemmen vast.
Trek alle bouten van het werkblad aan.
Zet de tafelklemmen los en verwijder de strippen en de aanslag.
Monteer de 75 mm rechte tafelsteun (zonder rechthoekige verdieping) (42)
tegen de kant van de linker driehoekige tafelsteun (34) onder de tafel
en gebruik het centrale sleufgat.
Trek de drie corresponderende bouten in het vaste werkblad (4).
Monteer de 27 mm tafelsteun (43) tegen de kant van de rechter
driehoekige tafelsteun onder de tafel en gebruik het centrale sleufgat
(fig. E1). Zorg ervoor dat de schuine kant naar rechts wijst.
Trek de twee corresponderende voorste bouten in het vaste werkblad (4)
aan.
Montage van de werkbladverbreding (fig. E1 & E4)
Plaats de werkbladverbreding (19) op het uitstekende deel van de
tafelsteunen.
Controleer of beide werkbladen gelijk liggen en draaide bouten met de
hand aan.
Verplaats de strippen (18) en zet de tafelklemmen (7) vast.
nl - 5 66
NEDERLANDS
Monteer de laatste 27 mm tafelsteun (43) (fig. E1) op de 75 mm
driehoekige tafelsteun (32) onder de werkbladverbreding en gebruik het
centrale sleufgat. Zorg ervoor dat de schuine zijde naar links wijst.
Trek de twee corresponderende voorste bouten in het vaste
werkbladdeel (4) vast.
Beide werkbladen moeten nu achter gelijk liggen.
Zaagblad (fig. F1 - F6)
Monteren van het zaagblad (fig. F1)
De tanden van een nieuw blad zijn erg scherp en kunnen
gevaarlijk zijn.
De rotatierichting wordt door de pijl op de motor aangegeven.
Houd de motoras tegen met de meegeleverde inbussleutel (44) en
verwijder de moer (45) van de motoras door deze in klokrichting met de
universeelsleutel te draaien.
Monteer het zaagblad tussen de buitenflens (46) en de binnenflens (47)
en zorg ervoor dat de onderste tand naar de achterkant van de
machine wijst.
Let erop dat de ring (48) van de moer (45) van de motoras
tegen de buitenflens rust (kijk naar de inzet in fig. F1).
Draai de moer (45) van de motoras tegen de klokrichting aan.
Controle op de parallelle stand van de arm t.o.v. het werkblad
(fig. A1, E3 & F2)
Zet de schulpvergrendeling (15) vast met het zaagblad in voorste
positie (fig. A1).
Laat het zaagblad zakken tot dit net het werkblad raakt (4) (fig. F2).
Zet de hendels (9) en (10) los (fig. A1).
Zwaai de arm zo dat het zaagblad dwars over de breedte van het
werkblad strijkt.
Verstel indien nodig de voorste stelbout (40) (fig. E3).
Herhaal deze procedure met het zaagblad in achterste positie en
verstel indien nodig de achterste bout.
Controle op de haaksheid van het zaagblad t.o.v. het werkblad
(fig. A1 & F3)
Breng de arm terug naar de centrale positie en zet de
schulpvergrendeling (15) vast (fig. A1).
Plaats een stalen winkelhaak (49) tegen het zaagblad (fig. F3).
Het afstellen geschiedt als volgt:
Verwijder de afschuinschaal (50) door het losdraaien van twee
schroeven (51).
Draai de drie inbusschroeven los die daardoor zichtbaar worden.
Plaats een inbussleutel op de motoras en tik erop tot het zaagblad vlak
tegen de winkelhaak staat.
Draai alle moeren en bouten stevig vast.
Het is van het uiterste belang om de centrale inbusschroef vast
te draaien.
Monteer de afschuinschaal (50).
Controle op de haaksheid van het afkorten t.o.v. de achteraanslag
(fig. F4 & F5)
Vergrendel het zaagblad voor de aanslag (fig. F4).
Plaats een winkelhaak (49) op een stuk board en tegen de aanslag en
die het zaagblad net raakt.
Ontgrendel de schulpvergrendeling, trek het zaagblad naar u toe om te
controleren of het zaagblad ook daar parallel aan de winkelhaak staat.
Het afstellen geschiedt als volgt:
Zet de verstekklemhendel (10) vrij, met de verstekhendel (9) gefixeerd
op 0° (fig. F5).
Draai de borgmoeren (52) aan beide zijden van de arm los.
Om de arm naar links te verstellen moet het draadeind rechts op de arm
losgezet en het tegenovergestelde draadeind aangedraaid worden.
Om de arm naar rechts te verstellen moet het draadeind links op de arm
losgezet en het tegenovergestelde draadeind aangedraaid worden.
Doe dit met kleine stappen en controleer de afstelling na elke stap met
de hendels (9) en (10) in aangrijping.
Draai de draaieinden niet te sterk aan.
Draai de borgmoeren (52) vast.
Controle op de haakse stand van het zaagblad t.o.v. de achteraanslag
(fig. F6)
Ontgrendel de motorsledehendel (53) en druk op de
motorsledevergrendeling (54).
Draai de motor 90° volgens schets.
Wanneer de motor speling heeft, trek dan de moer aan (55).
Plaats het zaagblad tegen de achteraanslag en controleer de parallelle
stand t.o.v. de achteraanslag.
Het afstellen geschiedt als volgt:
Draai de twee kruislings geplaatste bouten (56) onder de motorslede los.
Steek de inbussleutel in de motoras.
Verstel de positie van het zaagblad en zet de bouten (56) vast.
Montage en afstelling van de zaagbladbescherming (fig. G1 - G5)
De zaagbladbescherming (3) heeft meerdere functies die de volgende
beveiligingen bieden (fig. G1):
- Bovenbescherming (57) (fig. G1) en verende achterbescherming (58)
(fig. G2) voor volledige zaagbladbescherming.
- Stofafzuigadapter(59) voor afkorten en schulpen.
- Anti-terugslagvinger (60) voor gebruik tijdens schulpen.
- Instelbare vingerbescherming (61) voor gebruik tijdens afkorten.
- Spouwmes (62) om te voorkomen dat het werkstuk tijdens het
schulpen met het zaagblad beklemd raakt.
Zet de afschuinklem (37) los en trek aan de afschuingrendel (38) (fig. E2)
om de motor volgens schets te kantelen voor optimale toegankelijkheid
(fig. G3).
Verwijder de vleugelmoer (63) van de afscherming en de sluitring (64).
Draai de borgschroef (65) los en draai de borgbeugel (66) tegen de
klok in tot de verende achterbescherming (58) van de steun (68) gelicht
kan worden.
Haak alleen de twee bovenste veren (67) uit.
Draai de uitgehaakte achterbescherming (58) uit, zie fig. G2.
Laat de zaagbladbescherming over het zaagblad zakken (fig. G3).
Zet de zaagbladbescherming met de vleugelmoer (63) en sluitring (64)
vast.
Breng de verende achterbescherming (58) en de borgbeugel (66) weer
in de originele positie terug.
Het verwijderen van de bescherming gebeurt in omgekeerde volgorde.
De tanden van een nieuw blad zijn erg scherp en kunnen
gevaarlijk zijn.
Afstelling van de zaagbladbeschermingsbediening (fig. G2 - G5)
Afstelling van het spouwmes voor het schulpen
Zet de twee knoppen (69) los en schuif het spouwmes (62) omlaag tot
de tip zich ca. 10 mm van het werkblad bevindt (fig. G2 & G4).
67 nl - 6
NEDERLANDS
Het spouwmes moet correct afgesteld zijn; de afstand tussen de
gekartelde rand en het spouwmes moet 1-3 mm zijn (fig. G4).
Afstellen van de terugslagvingers voor afschuinschulpen (fig. G5)
Zet de knop (70) los en laat de beugel (71) zakken tot de
neerhouderveer (72) het oppervlak van het werkstuk net raakt.
De uiteinden van de anti-terugslagvingers (60) moeten zich nu 3 mm
onder het oppervlak van het werkstuk bevinden en de hoek moet nu
zijn als in fig. G5.
Voor afschuinschulpen moeten de inbusschroeven (73) losgedraaid en
de anti-terugslagvingers onder de vereiste hoek gebracht worden.
Afstellen van het spouwmes, de vingerbescherming en de anti-
terugslagvingers voor afkorten (fig. G2)
Voor het afkorten moeten het spouwmes en de anti-terugslagvingers
omhoog en opzij.
Zet de hendel (74) los om de vingerbescherming (61) juist boven het
werkstuk te positioneren en zet daarna de hendel (74) vast.
Afstelling van de schalen (fig. H1 - H5)
Schulpschaal
Schulpen kan worden uitgevoerd met de motor in twee posities.
Elke werkwijze vereist zijn eigen aanvoerrichting:
Positie Aanvoerrichting
- In-schulpen van rechts naar links (fig. H1)
- Uit-schulpen van links naar rechts (fig. H2)
De wijzer (75) die de schulpbreedte op de schulpschaal (76) aangeeft is
instelbaar (fig. H3):
Plaats de achteraanslag in de achterste positie.
Plaats een plank van 24 mm tegen de achteraanslag.
Ontgrendel de motorsledehendel (53), druk op de
motorsledevergrendeling (54) (fig. H1) en positioneer de motor in uit-
schulppositie (fig. H2).
Beweeg de motorslede langs de radiaalarm tot het zaagblad de rand
van het materiaal net raakt.
Draai de twee schroeven (77) los en verplaats de wijzer (75) tot de rand
van de uit-schulpwijzer (78) gelijk staat met de bekende breedte van de
plank op de onderste schaal (fig. H3).
Draai de twee schroeven (77) vast.
Plaats de motor in in-schulppositie.
Licht de bescherming op zodat het zaagblad op het vlak van de
achteraanslag kan rusten.
De in-schulpwijzer (79) moet nu gelijk staan met de nulpositie op de
bovenste schaal. Indien nodig nastellen.
Afschuinschaal (fig. H4)
Controleer of de afschuinschaal (20) 0° aangeeft als deze is
gepositioneerd voor verticaal zagen.
Draai indien nodig de schroeven (51) los en zet de wijzer op 0°.
Verstekschaal (fig. H5)
Controleer of de verstekschaal (82) 0° aangeeft wanneer deze is
gepositioneerd voor verticaal zagen.
Breng de wijzer (81) met behulp van schroef (83) naar 0°.
De verstekschaal heeft vooringestelde posities op 45° links en rechts en
op 0°.
Motorsledeaanslag (fig. A2, J1 & J2)
De motorsledeaanslag (14) moet worden ingesteld om te voorkomen dat
de lagers van de motorslede tegen de achterste begrenzing van de
lagerrails stoten (fig. A2).
Duw de motorslede zover mogelijk, trek de slede nu ca. 5 mm voorwaarts
en vergrendel daarna met de schulpvergrendeling (fig. A2) (15).
Stel de motorsledeaanslag (14) in door het loszetten van de moeren (85)
in de voorste sleuf (84) tot de rubber stop (86) stoot tegen de
achterkant van het schulpvergrendelhuis.
Trek de moeren (85) aan (fig. J1).
Trek bij het afkorten in het voorste sleufgat één moer aan en
één in het achterste sleufgat (80) (fig. J2).
Montage van de automatische terugloop (fig. K)
Monteer de terugloopveer (87) achter de motorsledeaanslag (14) met
de corresponderende bouten en bevestig het einde van de kabel met
behulp van de schroeven (88) aan de schulpvergrendeling (15).
Uw dealer verstrekt u graag de nodige informatie over de juiste
accessoires.
Aanwijzingen voor gebruik
Neem altijd de veiligheidsinstructies in acht en houdt u aan de
geldende voorschriften.
Zet het werkstuk stevig vast.
Oefen geen overmatige druk uit op de machine. Geef geen
zijdelingse druk op het zaagblad.
Voorkom overbelasting.
Breng het juiste zaagblad aan. Gebruik geen overmatig
versleten zaagbladen. Het zaagblad moet geschikt zijn voor
het maximum toerental van de machine.
Probeer niet om extreem kleine werkstukken te zagen.
Oefen bij het zagen geen overmatige druk op het zaagblad uit.
Forceer het zagen niet.
Laat de motor voor het zagen op volle toeren komen.
Zorg er voor dat alle knoppen en hendels goed vastgedraaid zijn.
Werk nooit met de machine wanneer de beschermingen niet
zijn geplaatst.
Hef de machine nooit aan het werkblad.
Zorg ervoor dat er altijd een geschikte sleuf in het werkblad is.
Raadpleeg altijd figuur L om positie en type van de
achteraanslag te controleren.
AAN- en UITschakelen (fig. A1)
De AAN/UIT-schakelaar van uw radiaalarmzaag biedt vele voordelen:
- Spanningsloze uitschakeling: wordt de spanning om een of andere
reden uitgeschakeld, dan moet de schakelaar opnieuw ingedrukt
worden.
- Beveiliging tegen overbelasting van de motor: in geval van
overbelasting van de motor wordt de spanning naar de motor
UITgeschakeld. Als dit gebeurt, laat dan de motor 10 minuten afkoelen
en druk daarna op reset (22).
I = AAN De machine werkt continu.
O = UIT
Het maken van een proefsnede (fig. A1)
Zorg dat de verstekvergrendeling (9) ingrijpt en vergrendel de
verstekklemhendel (10) zo, dat het zaagblad in rechte afkortstand 0° staat.
Zet de schulpvergrendeling (15) vrij en duw de motorslede terug tot het
zaagblad zich achter de aanslag bevindt.
Laat de arm zakken tot het zaagblad het werkblad bijna raakt.
Plaats het werkstuk tegen de voorkant van de achteraanslag.
Schakel de machine in en laat de arm zakken, zodat het zaagblad een
ondiepe snede in het werkblad kan maken.
Trek het zaagblad naar u toe en door het werkstuk.
Breng het zaagblad terug naar de ruststand en schakel de machine uit.
Controleer of de snede in alle vlakken exact 90° is en corrigeer indien
nodig.
nl - 7 68
NEDERLANDS
Basis zaagsneden (fig. L1 - L5)
De tanden van een nieuw blad zijn erg scherp en kunnen erg
gevaarlijk zijn.
Afkorten (fig. A1 & L1)
Stel de radiaalarm haaks op de achteraanslag.
Vergrendel de verstekhendel (9) in positie 0° en zet de
verstekklemhendel (10) vast (fig. A1).
Laat het zaagblad zakken.
Stel de vingerbescherming in zodat deze net vrij is van het werkstuk.
Wanneer zich in het werkblad geen sleuf bevindt, maak er dan een
zoals eerder is beschreven.
Houd het werkstuk tegen de achteraanslag en blijf daarbij met uw
vingers beslist weg van het zaagblad.
Schakel de machine IN en trek het zaagblad langzaam door de
achteraanslag en het werkstuk.
Breng het zaagblad terug naar de rustpositie en schakel de machine UIT.
Verstekzagen (fig. A1 & L3)
Zet de verstekhendel (9) en de verstekklemhendel (10) los (fig. A1).
Zwenk de arm tot de vereiste hoek op de verstekschaal.
Gebruik voor 45° links of rechts de verstekhendel (9) en vergrendel met
de verstekklemhendel (10).
Gebruik voor tussenliggende hoeken alleen de verstekklemhendel.
Handel als bij afkorten.
In het geval van linksverstek kan het zijn dat u de
achteraanslag en de strippen naar links moet verschuiven.
Afschuinen (fig. A1, E2 & L2)
Stel de arm in voor een afkorting onder 0°.
Zet het zaagblad ruim boven het werkblad.
Zet de afschuinhendel (37) los en trek de afschuinvergrendeling (38) uit
(fig. E2).
Kantel de motor naar de gewenste hoek op de afschuinschaal (20)
(fig. A1).
Gebruik voor 90° of 45° rechts de afschuinvergrendeling (38) en
vergrendel met de afschuinklemhendel (37).
Gebruik voor tussenliggende hoeken alleen de afschuinklemhendel.
Handel als bij verticaal afkorten.
Schulpzagen (fig. L5, G2, H1 & H2)
De motor kan worden vastgezet in de posities in-schulpen of uit-schulpen
(zie fig. H1 & H2) om de machine voor resp. smalle en brede werkstukken
aan te passen.
Zet de motorslede in uitgetrokken positie vast en gebruik hiervoor de
schulpvergrendeling.
Zet de motorsledehendel (53) vrij en druk op de
motorsledevergrendeling (54) om de motor naar de juiste positie te
draaien, tot de motor op zijn plaats vastzit (fig. H1).
Zet de motorsledehendel (53) vast en positioneer de achteraanslag.
Positioneer de motorslede langs de arm voor de gewenste breedte van
de snede met behulp van de schulpschaal (76) en vergrendel hem met
behulp van de schulpvergrendeling in positie.
Stel de zaagbladbescherming in zoals eerder is beschreven en draai de
stofafzuigadapter (59) van u weg (fig. G2). Denk erom dat bij schulpen
een spouwmes (62) en anti-terugslagvingers (60) nodig zijn (fig. H2).
Voer het werkstuk langzaam in het zaagblad en houd het stevig
aangedrukt op het werkblad en tegen de achteraanslag. Forceer het
zagen niet. De snelheid van het zaagblad moet constant worden
gehouden.
Gebruik altijd een duwhout.
Afschuinschulpen
Zet de machine in de positie afschuinen/afkorten.
Roteer de motorslede in schulppositie.
Positioneer de motorslede voor de juiste schulpbreedte.
Zet de anti-terugslagvingers in de gewenste hoek zodat zij plat op het
werkstuk en het spouwmes omlaag houden.
Handel als bij schulpen.
Dubbele versteksnede (fig. L4)
Deze snede is een combinatie van verstekzagen en afschuinen.
Stel de gewenste afschuinhoek in.
Zwaai de arm naar de gewenste verstekpositie.
Handel als bij verstekzagen.
Schakel altijd de machine uit wanneer het werk is beëindigd en voordat u
de stekker uit het stopcontact haalt.
Uithollen
Uw radiaalarmzaag kan worden gebruikt voor een breed scala aan
geavanceerde toepassingen, waaronder uithollen.
Zet het zaagblad onder de gewenste hoek, roteer de motorslede onder
de arm en positioneer het zaagblad boven het werkstuk op de
gewenste plaats. Verwijder het werkstuk en laat het zaagblad zakken
om een ondiepe snede te maken. Laat de anti-terugslagvingers zakken
zoals voor afschuinen/schulpen. Houd het werkstuk tegen de aanslag
en ga te werk als voor schulpen.
Maak uitsluitend ondiepe sleuven!
Stofafzuiging (fig. G2)
De machine is voorzien van een stofafzuigadapter (59).
Sluit indien mogelijk een stofafzuiger aan die voldoet aan de geldende
richtlijnen voor stofemissie.
Plaats bij het afkorten een stofzak (optie) achter de zaaglijn.
Opties
Haal vóór het aanbrengen van een accessoire altijd de stekker
uit het stopcontact.
Freeskop
De freeskop wordt gebruikt om uw werk een professionele afwerking te
geven.
Montage van de freeskop (fig. M1 - M3)
Verwijder de zaagbladeenheid en het zaagblad.
Monteer de messen (89) op de freeskop (90). Let erop dat ze beide op
dezelfde manier worden geïnstalleerd (fig. M1).
Monteer het speciale met de freeskop meegeleverde afstandsstuk (91)
op de motoras.
Plaats de freeskop op de motoras (zie schets) en vergrendel hem met
de klemmoer (92); gebruik een dopsleutel (93).
Kantel de motor tot de freeskop zich in horizontale positie bevindt.
Monteer de freeskopbescherming (94) (fig. M2) volgens de schets en
stel de gewenste freesdiepte in (fig. M3).
Frezen
Plaats de freeskop boven de aanslag. Het uitstekende deel komt
overeen met de te maken snede.
Bij bepaalde toepassingen kan het nodig zijn om de aanslag in twee
secties te verdelen en de freeskop daartussen te plaatsen. In dat geval
moet de aanslag worden vervangen wanneer de zaag weer voor gewone
toepassingen wordt gebruikt.
69 nl - 8
Gebruik altijd een duwhout.
Voer het materiaal vanaf rechts met enige druk en gelijkmatig langs de
aanslag.
Sponningfrezen
Gebruik messen met rechte snijvlakken.
Ga verder zoals beschreven voor frezen.
Om onder verstek te frezen, zwenkt u de motor in de gewenste hoek.
Voor bredere freesgroeven gebruikt u de groevenfrees in
combinatie met de beschermkap van de freeskop.
Zie de instructies voor het gebruik van de groevenfrees.
Groevenfrezen (fig. F1, N1 & N2)
Er zijn twee types groevenfrezen. Fig. N1 laat de standaard groevenfrees
zien, fig. N2 de hoogwaardige uitvoering.
Scherpe randen.
Monteren van de groevenfrees
Verwijder de zaagbladbeschermkap en het zaagblad.
Bevestig de afstandsbus (94) op de motoras, met de smalle zijde naar
de motor.
Monteer de freesbladen (95) met daartussen het juiste aantal
tussenbladen (96A) en een aantal afstandsringen (96) om de juiste
groefbreedte in te stellen.
Bevestig de groevenfrees met behulp van de standaardmoer (45) van
de motoras (fig. F1).
Verwijder het spouwmes en de spouwmeshouder van de
zaagbladbeschermkap en monteer deze.
Beweeg de groevenfrees omlaag om de gewenste freesdiepte in te
stellen.
Gebruik van de groevenfrees
- In afkort- of verstekstand
Beweeg de anti-terugslagvingers omhoog en opzij.
Stel de vingerbescherming in.
- In schulpstand
Stel de anti-terugslagvingers naar behoren in.
Schuurschijven en schuurrollen (fig. M2, O1 & O2)
Er zijn twee accessoires verkrijgbaar voor het onder elke gewenste hoek
schuren van sneden. Ze kunnen als volgt worden gebruikt:
- het werkstuk wordt langs het stationaire accessoire gevoerd
- het accessoire wordt langs het vastgeklemde werkstuk gevoerd
Verwijder de zaagbladbeschermkap en het zaagblad.
Breng de buitenflens (46) weer aan (fig. O1).
Breng de schuurschijf (97) of schuurrol (98) (fig. O2) direct op de
motoras (39) aan.
Gebruik van de schuurschijf (fig. O1)
Gebruik altijd de onderzijde (rechterzijde) van de schijf.
Als de schuurschijf (97) voor horizontaal schuren wordt gebruikt, moet
de schaafkopbescherming (94) (fig. M2) zo worden gemonteerd en
ingesteld, dat de schuurschijf de onderzijde van de bescherming net
niet raakt.
Gebruik van de schuurrol (fig. O2)
Voer bij gebruik van de schuurrol het werkstuk altijd tegen de
draairichting van de schuurrol toe.
Houder voor bovenfrees (fig. F1, P1 - P3)
Deze houder (99) maakt het mogelijk om een Elu bovenfrees (MOF96,
MOF131, MOF177 of OF97) op uw zaagmachine te monteren, zodat deze
ook voor nauwkeurig decorfrezen kan worden gebruikt (fig. P1).
Bevestigen van de houder voor de bovenfrees
Verwijder de zaagbladbeschermkap en het zaagblad.
Positioneer de houder (99) boven het uiteinde van de motoras zoals
afgebeeld in fig. P1, en bevestig hem met behulp van de vleugelmoer (63).
Vervang de geleidestangen van de parallelaanslag van uw bovenfrees
door de stangen (100) die met de houder worden meegeleverd:
- Gebruik de stangen met kleine diameter voor de MOF96 (fig. P2).
- Gebruik de stangen met grote diameter voor de MOF131/MOF177/
OF97 (fig. P3).
Draai de schroeven (101) vast.
Zorg er voor dat de bovenfrees altijd op de stangen is
gecentreerd en in de houder is bevestigd.
Gebruik van de bovenfrees
De bovenfrees kan op de juiste hoek worden ingesteld en met behulp van
de hendel (2) in fig. A door het werkstuk worden getrokken; het is ook
mogelijk om het werkstuk langs de stationaire bovenfrees te voeren.
Zorg er voor dat de houder stevig is bevestigd.
Breng indien nodig de buitenflens (46) in fig. F1 op de motoras aan en
klem de houder met behulp van de moer (45) in fig. F1 tegen de motor.
Trek de moer niet te sterk aan.
Voer het werkstuk altijd tegen de draairichting van de frees toe.
Zie ook de handleiding van uw bovenfrees.
Boren (fig. Q)
Op het tapgat (102) kan de optionele boorhouder (10 mm of 3/8") worden
aangesloten, die uw zaag in een veelzijdige radiale boormachine verandert.
Deze optie is met name handig om werkstukken voor te bereiden voor het
gebruik van duvels.
Verwijder de zaagbladbeschermkap en het zaagblad.
Draai het deksel (103) opzij.
Bevestig de boorhouder (104) direct in het tapgat (102).
Verstekaanslagen (fig. R1 & R2)
Er zijn verstekaanslagen (105) leverbaar voor snelle en veelzijdige
verstekbewerkingen (fig. R1).
Vervang de standaardaanslag door de verstekaanslag (105).
Voer het zaagblad tussen de twee delen van de aanslag door (fig. R2).
Trekbegrenzer (fig. S1 - S3)
De trekbegrenzer (106) staat garant voor optimale resultaten bij
toepassingen waarvoor een constante toevoersnelheid van belang is.
Monteren van de trekbegrenzer
Verwijder de automatische terugloop (87) in fig. K.
Verwijder de motorsledeaanslag (14) in fig. A1.
Monteer de beugel (115) en de motorsledeaanslag zoals afgebeeld in
fig. S2.
Draai de stifttap (116) in de kartelknop (108) met behulp van een
inbussleutel los en schroef de kartelknop af (fig. S3).
Draai de stifttap (117) in de achterste steun (109) los en verwijder de steun.
Schuif de cilinder (111) door de cilinderklem (110) (fig. S1).
Positioneer de cilinderklem (110) boven de schulpvergrendeling (15) en
draai de stifttappen aan beide zijden van de houder (112) vast.
NEDERLANDS
nl - 9 70
NEDERLANDS
Monteer de achterste steun (109) en de kartelknop (108) weer en draai
alle schroeven vast (fig. S3).
Positioneer de achterste steun (109) zoals afgebeeld (fig. S3) en draai
de stifttap (117) vast.
Druk de rolkop naar achteren en positioneer de cilinder zover mogelijk
in zijn klem (110) en naar achteren. Het einde van de stang moet de
ontluchtingsnippel in de balg niet raken, wanneer de balg (114) is
samengedrukt. Controleer de positie door op de ontluchtingsnippel te
drukken.
Draai de schroef (113) in de cilinderklem aan.
Stel de uitloopsnelheid in met de kartelknop (108).
Ontluchten van de trekbegrenzer
Na het bijvullen of vervangen van de olie in de trekbegrenzer moet de lucht
uit het systeem verdreven worden.
Verwijder de eenheid van de machine en klem de eenheid in verticale
positie, met de zuiger volledig uit en omlaag.
Verwijder de plug aan het achtereinde van de balg (114). Houd de balg
vast om het weglopen van olie te voorkomen.
Vul de balg volledig met hydraulische olie Castrol 210 NRL25 of
gelijkwaardig en gebruik een trechter of injectiespuit.
Plaats de vuldop en draai deze één slag aan.
Druk de balg een beetje in tot uit de vuldop enige olie ontsnapt.
Draai de vuldop vast met een steeksleutel en monteer de eenheid weer.
Onderhoud
Uw DEWALT-machine is ontworpen om gedurende lange tijd
probleemloos te functioneren met een minimum aan onderhoud. Een juiste
behandeling en regelmatige reiniging van de machine garanderen een
hoge levensduur.
Vervang bij slijtage het vaste werkblad en de aanslag.
Smering
Uw radiaalarmzaag vereist geen aanvullende smering.
Smeer nooit de armrails of lagers.
Reiniging
Reinig de armrolbanen regelmatig. Verwijder hiervoor de eindkap en de
motorslede. Verwijder ook het stof van de lagers.
Werk altijd met een schoon werkblad. Gebruik nooit uw handen om
stof van het werkblad te vegen.
Gebruikte machines en het milieu
Wanneer uw oude machine aan vervanging toe is, breng deze dan naar
een DEWALT Service-center waar de machine op milieuvriendelijke wijze
zal worden verwerkt.
GARANTIE
• 30 DAGEN “NIET GOED, GELD TERUG” GARANTIE •
Indien uw DEWALT-machine om welke reden dan ook niet geheel aan
uw verwachtingen voldoet, stuurt u de machine dan compleet zoals bij
aankoop binnen 30 dagen terug naar DEWALT, samen met uw
aankoopbewijs en uw rekeningnummer. U ontvangt dan uw geld terug.
• 1 JAAR GRATIS SERVICE-CONTRACT •
Mocht uw DEWALT-machine binnen 12 maanden na aankoop nazicht
of reparatie behoeven, dan worden deze werkzaamheden gratis
uitgevoerd in onze Service-centers op vertoon van het aankoopbewijs.
Stuur uw machine rechtstreeks of via uw dealer naar een erkend
DEWALT Service-center.
• 1 JAAR GARANTIE •
Mocht uw DEWALT-machine binnen 12 maanden na datum van
aankoop defect raken tengevolge van materiaal- of constructiefouten,
dan garanderen wij de kosteloze vervanging van alle defecte delen of
van het hele apparaat, zulks ter beoordeling van DEWALT,
op voorwaarde dat:
het produkt niet foutief gebruikt werd
het produkt niet gerepareerd is door onbevoegden
het aankoopbewijs met daarop de aankoopdatum wordt overlegd
Informeer bij uw dealer of bij het DEWALT-hoofdkantoor naar het adres
van het dichtstbijzijnde Service-center (zie de achterzijde van deze
handleiding).
Belgique et Luxembourg DEWALT Tel: 02
719
07
12
België en Luxemburg Weihoek 1, Nossegem Fax: 02
721
40
45
1930 Zaventem-Zuid Service fax: 02
719
08
10
Danmark D
EWALT Tlf: 70
20
15
10
Hejrevang 26 B Fax: 48
14
13
99
3450 Allerød
Deutschland D
EWALT Tel: 06
12
62
16
Richard-Klinger-Straße Fax: 061
26
21
24
40
65510 Idstein
EÏÏ¿˜ D
EWALT TËÏ: 019
24
28
70
§ÂˆÊ ™˘ÁÁÚÔ‡ 154 Fax: 019
24
28
69
176 71 K·ÏÏÈı¤· Service: 019
24
28
76-7
∞ı‹Ó·
España D
EWALT Tel: 977
29
71
00
Ctra de Acceso Fax: 977
29
71
38
a Roda de Barà, km 0,7 Fax: 977
29
71
19
43883 Roda de Barà, Tarragona
France D
EWALT Tel: 472
20
39
20
Le Paisy Tlx: 30
62
24F
BP 21 Fax: 472
20
39
00
69571 Dardilly Cedex
Helvetia D
EWALT/Rofo AG Tel: 037
43
40
60
Schweiz Warpel Fax: 037
43
40
61
3186 Düdingen
Ireland D
EWALT Tel: 012
78
18
00
Calpe House Rock Hill Fax: 012
78
18
11
Black Rock
Co. Dublin
Italia D
EWALT Tel: 03
92
38
72
04
Viale Elvezia 2 Fax: 03
92
38
75
93
20052 Monza (Mi)
Nederland D
EWALT Tel: 07
65
08
22
01
Florijnstraat 10 Fax: 07
65
03
81
84
4879 AH Etten-Leur
Norge D
EWALT Tel: 22
90
99
00
Strømsveien 344 Fax: 22
90
99
01
1081 Oslo
Österreich D
EWALT Tel: 022
26
61
16
Werkzeugevertriebs GmbH Tlx: 13228 Black A
Erlaaerstraße 165 Fax: 022
26
61
16
14
Postfach 320,1231 Wien
Portugal D
EWALT Tel: 468 7513/7613
Rua Egas Moniz 173 Tlx: 16607 Bladec P
Apartado 19, S. João do Estoril Fax: 466
38
41
2768 Estoril, Codex
Suomi D
EWALT Puh: 98 25
45
40
Rälssitie 7 C Fax: 98 25
45
444
01510 Vantaa
Frälsevägen 7 C Tel: 98 25
45
40
01510 Vanda Fax: 98 25
45
444
Sverige D
EWALT Tel: 031
68
61
00
Box 603 Fax: 031
68
60
08
421 26 Västra Frölunda
Besöksadr. Ekonomivägen 11
United Kingdom D
EWALT Tel: 017
53
57
42
77
210 Bath Road Fax: 017
53
52
13
12
Slough
Berks SL1 3YD
08-97

Documenttranscriptie

Dansk 1 Deutsch 11 English 22 Español 32 Français 42 Italiano 52 Nederlands 62 Norsk 72 Português 82 Suomi 92 Svenska 102 Türkçe 112 EÏÏËÓÈη 123 Copyright DEWALT NEDERLANDS RADIAALARMZAAG DW721 Gefeliciteerd! EG-Verklaring van overeenstemming U heeft gekozen voor een elektrische machine van DEWALT. Jarenlange ervaring, voortdurende produktontwikkeling en innovatie maken DEWALT tot een betrouwbare partner voor de professionele gebruiker. Inhoudsopgave Technische gegevens EG-Verklaring van overeenstemming Veiligheidsinstructies Inhoud van de verpakking Beschrijving Elektrische veiligheid Gebruik van verlengsnoeren Monteren en instellen Aanwijzingen voor gebruik Opties Onderhoud Garantie Instructiekaart nl - 1 nl - 1 nl - 2 nl - 3 nl - 3 nl - 3 nl - 4 nl - 4 nl - 6 nl - 7 nl - 9 nl - 9 nl - 10 Neem voor meer informatie contact op met DEWALT, zie het adres hieronder of op de achterkant van deze handleiding. Niveau van de geluidsdruk overeenkomstig 86/188/EEG & 89/392/EEG, gemeten volgens DIN 45635: DW721 LpA (geluidsdruk) dB(A)* 84,2 LWA (geluidsvermogen) dB(A) 91,4 * op de werkplek Neem de vereiste maatregelen voor gehoorbescherming wanneer de geluidsdruk het niveau van 85 dB(A) overschrijdt. Technische gegevens Opgenomen vermogen Afgegeven vermogen Spanning Zaagbladdiameter min/max Asgat Spindelmaat Toerental, onbelast, 50 Hz Toerental, onbelast, 60 Hz Zaagdiepte onder 90° Zaagdiepte onder 45° Max. afkortcapaciteit onder 0° bij een materiaaldikte van 25 mm Max. verstekzaagcapaciteit onder 45° bij een materiaaldikte van 25 mm rechts links Max. afkortbreedte Max. schulpbreedte Afmetingen (met werkblad) Stofafzuigadapter Gewicht DW721 DEWALT verklaart dat deze elektrische machines in overeenstemming zijn met: 89/392/EEG, 89/336/EEG, 73/23/EEG, EN 61029, EN 55104, EN 55014, EN 61000-3-2 & EN 61000-3-3. W W V mm mm mm min-1 min-1 mm mm DW721 2000 1500 230 270-300 30 20 2800 3400 90 60 Gewogen kwadratische gemiddelde waarde van de versnelling overeenkomstig DIN 45675: DW721 < 2,5 m/s2 TÜV Rheinland Sicherheit und Umweltschutz GmbH Am Grauen Stein D-51105 Köln Germany 610 Cert. No. mm mm mm mm mm mm kg 405 425 610 870 148 x 95 x 150 100 112,0 BM 9511442 01 Director Engineering and Product Development Horst Großmann Standaarduitrusting: Tafel, hardmetalen zaagblad, zaagbladbescherming en gereedschappen, nulspanningsuitschakelaar. Zekeringen: 230 V machines 10 A In deze handleiding worden de volgende pictogrammen gebruikt: Duidt op mogelijk lichamelijk letsel, levensgevaar of kans op beschadiging van de machine indien de instructies in deze handleiding worden genegeerd. Geeft elektrische spanning aan. Scherpe randen. nl - 1 DEWALT, Richard-Klinger-Straße 40, D-65510, Idstein, Duitsland 62 NEDERLANDS Veiligheidsinstructies Neem bij het gebruik van elektrische machines altijd de plaatselijk geldende veiligheidsvoorschriften in acht in verband met brandgevaar, gevaar voor elektrische schokken en lichamelijk letsel. Lees ook onderstaande instructies aandachtig door voordat u met de machine gaat werken. Bewaar deze instructies zorgvuldig! Algemeen 1 Zorg voor een opgeruimde werkomgeving Een rommelige werkomgeving leidt tot ongelukken. 2 Houd rekening met omgevingsinvloeden Stel elektrische machines niet bloot aan vocht. Zorg dat de werkomgeving goed is verlicht. Gebruik elektrische machines niet in de buurt van brandbare vloeistoffen of gassen. 3 Voorkom een elektrische schok Vermijd lichamelijk contact met geaarde voorwerpen (bijv. buizen, radiatoren, fornuizen en koelkasten). Onder extreme werkomstandigheden (bijv. hoge vochtigheid, ontwikkeling van metaalstof, enz.) kan de elektrische veiligheid door een scheidingstransformator of een aardlek-(FI-)schakelaar voor te schakelen, verhoogd worden. 4 Houd kinderen uit de buurt Laat andere personen niet aan de machine of het verlengsnoer komen. Onder 16 jaar is supervisie verplicht. 5 Verlengsnoeren voor gebruik buitenshuis Gebruik buitenshuis uitsluitend voor dit doel goedgekeurde en als zodanig gemerkte verlengsnoeren. 6 Berg de machine veilig op Berg niet in gebruik zijnde elektrische machines op in een droge, afgesloten ruimte, buiten het bereik van kinderen. 7 Draag geschikte werkkleding Draag geen wijde kleding of loshangende sieraden. Deze kunnen door de bewegende delen worden gegrepen. Draag bij het werken buitenshuis bij voorkeur rubberen werkhandschoenen en schoenen met profielzolen. Houd lang haar bijeen. 8 Draag een veiligheidsbril Gebruik ook een gezichts- of stofmasker bij werkzaamheden waarbij stofdeeltjes of spanen vrijkomen. 9 Let op de maximum geluidsdruk Neem voorzorgsmaatregelen voor gehoorbescherming wanneer de geluidsdruk het niveau van 85 dB(A) overschrijdt. 10 Klem het werkstuk goed vast Gebruik klemmen of een bankschroef om het werkstuk te fixeren. Dit is veiliger, bovendien kan de machine dan met beide handen worden bediend. 11 Zorg voor een veilige houding Zorg altijd voor een juiste, stabiele houding. 12 Voorkom onbedoeld inschakelen Draag een op het net aangesloten machine niet met de vinger aan de schakelaar. Laat de schakelaar los wanneer u de stekker in het stopcontact steekt. 13 Blijf voortdurend opletten Houd uw aandacht bij uw werk. Ga met verstand te werk. Gebruik de machine niet als u niet geconcentreerd bent. 14 Trek de stekker uit het stopcontact Schakel de stroom uit en wacht totdat de machine volledig stil staat voordat u deze achterlaat. Trek de stekker uit het stopcontact wanneer u de machine niet gebruikt, tijdens onderhoud of bij het vervangen van accessoires. 15 Verwijder sleutels of hulpgereedschappen Controleer vóór het inschakelen altijd of sleutels en andere hulpgereedschappen zijn verwijderd. 63 16 Gebruik de juiste machine Het gebruik volgens bestemming is beschreven in deze handleiding. Gebruik geen lichte machine of hulpstukken voor het werk van zware machines. De machine werkt beter en veiliger indien u deze gebruikt voor het beoogde doel. Waarschuwing! Gebruik ter voorkoming van lichamelijk letsel uitsluitend de in deze gebruiksaanwijzing aanbevolen accessoires en hulpstukken. Gebruik de machine uitsluitend voor het beoogde doel. 17 Gebruik het snoer niet verkeerd Draag de machine nooit aan het snoer. Trek niet aan het snoer om de stekker uit het stopcontact te verwijderen. Houd het snoer uit de buurt van warmtebronnen, olie en scherpe randen. 18 Onderhoud de machine met zorg Houd de machine schoon om beter en veiliger te kunnen werken. Houdt u aan de instructies met betrekking tot het onderhoud en het vervangen van accessoires. Controleer regelmatig het snoer en laat dit bij beschadigingen door een erkend DEWALT Service-center repareren. Controleer het verlengsnoer regelmatig en vervang het in geval van beschadiging. Houd de bedieningsorganen droog en vrij van olie en vet. 19 Controleer de machine op beschadigingen Controleer de machine vóór gebruik zorgvuldig op beschadigingen om er zeker van te zijn dat deze naar behoren zal functioneren. Controleer of de bewegende delen niet klemmen, verdraaid of gebroken zijn. Ga na of de accessoires en hulpstukken correct zijn gemonteerd en of aan alle andere voorwaarden voor een juiste werking is voldaan. Ga bij vervanging of reparatie van beschadigde veiligheidsinrichtingen of defecte onderdelen te werk zoals aangegeven. Gebruik geen machine waarvan de schakelaar defect is. Laat de schakelaar vervangen door een erkend DEWALT Service-center. 20 Wendt u voor reparaties tot een erkend DEWALT Service-center Deze elektrische machine voldoet aan alle geldende veiligheidsvoorschriften. Ter voorkoming van ongevallen mogen reparaties uitsluitend door daartoe bevoegde technici worden uitgevoerd. Extra veiligheidsinstructies voor radiaalzaagmachines • Beveilig de elektriciteitskabel met een zekering of stroomonderbreker. • Houd de armrolbanen en de lagers van de motorslede schoon, droog en vetvrij. • Zorg ervoor dat de achteraanslag op de juiste wijze is geplaatst alvorens de machine in te schakelen en een zaagsnede te maken. Het zaagblad mag het materiaal pas raken als de motorslede naar voren wordt getrokken. • Plaats de vingerbescherming altijd zo dat deze de reeds aanwezige sleuf in de aanslag passeert en 3 mm boven het oppervlak van het te zagen materiaal blijft (behalve bij schulpen). • Houd bij het schulpen het spouwmes op de juiste afstand van het blad (1 - 3 mm) en zorg ervoor dat de anti-terugslagvingers op de juiste wijze zijn afgesteld. • Let bij het schulpen altijd op de richting van de materiaaldoorvoer. • Controleer de instellingen regelmatig op nauwkeurigheid en stel waar nodig opnieuw in. • Zorg ervoor dat het blad in de juiste richting draait en dat de tanden naar de achteraanslag zijn gericht. • Zorg dat alle vergrendelingen goed vastzitten alvorens met enige bewerking te beginnen. • Laat de machine alleen draaien als alle beschermingen zijn geplaatst. • Bescherm het zaagblad wanneer de machine niet in gebruik is. Bescherm het zaagblad boven en onder met behulp van de zaagbladbescherming. • Schakel de stroom naar de machine uit wanneer deze niet in gebruik is, bij het wisselen van het zaagblad of bij het uitvoeren van onderhoudswerkzaamheden. • Gebruik altijd scherpe zaagbladen van het juiste type voor het werkstuk. De aanbevolen bladdiameter is vermeld in de technische gegevens. nl - 2 NEDERLANDS • Klem niets tegen de motorventilator om de motoras stil te houden. • Oefen tijdens het zagen geen overdreven trekkracht uit op het motorblok. (Overbelasting van de motor kan aanzienlijke schade veroorzaken. Laat de motor eerst op toeren komen alvorens met zagen te beginnen.) • Til de machine niet op aan het werkblad. • Zaag geen metaal of metselwerk. • Smeer het zaagblad niet wanneer het nog draait. • Houd de handen buiten het bereik van het zaagblad wanneer de zaag aan het net is aangesloten. • Reik niet om een draaiend zaagblad heen. • Plaats uw handen tijdens het zagen minimaal 150 mm van het zaagblad. • Gebruik geen beschadigde of versleten zaagbladen. Restrisico’s De volgende risico’s zijn inherent aan het gebruik van radiaalarmzagen: Ondanks de van toepassing zijnde veiligheidsvoorschriften en het aanbrengen van beveiligingen blijven bepaalde restrisico’s aanwezig. Dit zijn: - Gevaar voor gehoorbeschadiging. - Risico als gevolg van onbeschermde delen van het roterende zaagblad. - Verwondingsgevaar bij het wisselen van het zaagblad. - Gevaar voor klemmen van de vingers bij het openen van de afschermingen. - Gezondheidsrisico door het inademen van stof, met name bij het verwerken van eiken- en beukenhout en MDF. Inhoud van de verpakking De verpakking bevat: 1 Gedeeltelijk gemonteerde machine 5 Werkbladsegmenten 1 Achteraanslag 48 mm 1 Achteraanslag 65 mm 5 Rechte tafelsteunen 3 Driehoekige tafelsteunen 1 Slinger voor hoogteverstelling 1 Motor, motorslede, rolkop met nulspanningsuitschakelaar 1 Beugel voor nulspanningsuitschakelaar 1 Zaagblad 1 Afscherming 1 Stofafzuigadapter 1 Inhoud van de verpakking: 1 onderstel (4 poten, 4 dwarsrails, 24 M8 x 16 bouten, 24 M8 moeren en 48 D8 sluitringen) 1 Werkbladverbredingsset: 8 M8 x 30 gleufkopbouten 8 D8 schotelveren 8 M8 moeren 8 D8 sluitringen 1 Krimpfolieverpakking met inhoud: 3 steeksleutels (30, 10/13 & 17 mm) 1 ring/steeksleutels 1 dopsleutel 13 mm 5 inbussleutels (2,5, 3, 4, 5 & 8 mm) 1 kruisschroef 8 M8 x 30 schroeven 6 M8 schroeven 14 M8 moeren 1 kabelklem 1 draadklem 2 zelftappende schroeven 2 M4 moeren 2 tafelklemmen 2 klem voor terugloopveer nl - 3 14 D8 schotelveren 8 D8 sluitringen 1 Krimpfolieverpakking met inhoud: 9 D8 sluitringen 19 schotelveren 19 M8 moeren 10 M8 x 30 gleufkopbouten 9 M8 x 16 gleufkopbouten 1 Handleiding 1 Onderdelentekening • Controleer de machine, losse onderdelen en accessoires op transportschade. • Lees deze handleiding rustig en zorgvuldig door voordat u met de machine gaat werken. • Verwijder de verpakkingsmaterialen zorgvuldig van de zaagmachine. Beschrijving (fig. A1 & A2) De DW721 radiaalarmzaag is ontworpen voor de professionele houtverwerkende industrie. Deze machine met hoge precisie kan gemakkelijk en snel ingesteld worden voor afkorten, afschuinen, verstekzagen of schulpen. Met behulp van de vele accessoires kan uw radiaalarmzaag nagenoeg alle werkplaatshandelingen uitvoeren. Voor een optimale veiligheid zijn alle belangrijke bedieningselementen voorzien van zowel een vergrendeling als een afsluitmogelijkheid. Zie ook de instructiekaart in deze handleiding. A1 1 AAN/UIT-schakelaar 2 Hendel 3 Zaagbladbescherming 4 Vast werkblad 5 Poot 6 Achteraanslag 7 Tafelklem 8 Kolom 9 Verstekvergrendeling 10 Verstekklemhendel 11 Hoogte-instelling 12 Radiaalarm 13 Afdekkapje A2 14 Motorsledeaanslag 15 Schulpvergrendeling 16 Motorslede 17 Motor 18 Werkbladstrippen 19 Werkbladuitbreiding 20 Afschuinschaal 21 Rolkop 22 Resetkop 23 Kabelsteun Elektrische veiligheid De elektrische motor is ontwikkeld voor een bepaalde netspanning. Controleer altijd of uw netspanning overeenkomt met de waarde op het typeplaatje. Vervangen van het snoer of de stekker Als de stekker of het snoer wordt vervangen, moet de oude stekker c.q. het oude snoer worden weggegooid. Het is gevaarlijk om de stekker van een los snoer in het stopcontact te steken. 64 NEDERLANDS Gebruik van verlengsnoeren Wanneer een verlengsnoer wordt gebruikt, neem dan een goedgekeurd verlengsnoer, dat geschikt is voor het vermogen van de machine (zie technische gegevens). De aders moeten minimaal een doorsnede hebben van 1,5 mm2. Wanneer het verlengsnoer op een haspel zit, rol het snoer dan helemaal af. Monteren en instellen • Haal vóór het monteren en instellen altijd de stekker uit het stopcontact. • Voor een optimale werking van uw zaag is het van vitaal belang om de procedures in onderstaande paragrafen te volgen. Monteren van het frame met poten (fig. A1 & B) De onderdelen en bevestigingsmiddelen van het frame met poten worden separaat geleverd. • Verwijder alle delen uit de verpakking, behalve de arm (12). • Zet de arm met behulp van de verstekhendel (10) vast. • Kantel de doos, trek de arm eruit en plaats een stuk hout (24) onder de rand van de tafel (fig. B). • Monteer volgens schets de poten (5) met behulp van de moeren, bouten en sluitringen uit de folieverpakking. Trek de bouten nog niet vast. • Monteer de dwarsrails (25). • Draai alle moeren en bouten stevig vast. • Zet het geheel rechtop. • Monteer de twee 75 mm rechte tafelsteunen (35), geleverd met een rechthoekige verdieping (36), zie schets. Let erop dat deze aan de achterkant van het onderstel van de tafel (33). • Trek de bouten nog niet aan. Afstellen van de tafelsteunen met gebruik van de motoras (fig. A1 & E2) • Zet de afschuinhendel (37) los en trek de grendel (38) uit (fig. E2). • Draai de motor naar de verticale positie en zet de motor met de afschuinvergrendeling (38) en de afschuinhendel (37) vast. • Zet de verstelhendel (10) los (fig. A1) om de arm te draaien tot de motoras (39) zich recht boven de buitenste voorste rand van een van de rechte tafelsteunen bevindt. • Laat de arm voorzichtig zakken tot de motoras de tafelsteun net raakt en trek de overeenkomende moer van de tafelsteun met de hand aan. • Herhaal deze procedure aan de achterkant voor de andere tafelsteun. • Controleer opnieuw met behulp van de motoras. • Draai alle moeren en bouten stevig vast. • Breng de arm terug naar de centrale positie en vergrendel hem. Afstellen van de centrale tafelsteun (fig. E3) • Plaats een waterpas op de twee rechte tafelsteunen (35). • Draai de bouten (40) in de centrale tafelsteun (41) los. • Stel de centrale tafelsteun af met een inbussleutel tot deze juist het waterpas raakt. • Draai alle moeren en bouten stevig vast. Montage van het vaste werkblad (fig. E1 & E4) De machine moet altijd waterpas en stabiel zijn. Montage van de slinger (fig. A1) • Monteer de slinger (11) met behulp van de kruisschroef boven aan de kolom (8). Montage van de rolkop (fig. A1 & C) • Draai aan de slinger (11) in de richting van + om de arm (12) zo ver mogelijk omhoog te brengen (fig. A1). • Verwijder de twee inbusschroeven (26) en verwijder de beschermkap (13) (fig. C). • Maak de lagerrails (27) met een stalen sponsje en verwijder al het stof met een droge doek (fig. C). • Zorg ervoor dat de schulpvergrendeling (15) los staat (fig. A1). • Plaats voorzichtig de lagers (28) van de rolkop (21) in de lagerrails. • Plaats de rolkop op de lagerrails om te controleren op licht lopen. • Controleer of de schulpvergrendeling werkt en zet indien nodig de rolkop vrij. • Zet de beschermkap (13) onmiddellijk terug. Montage van de kabelsteun en de kabelklem (fig. A2 & D) • Verwijder de kruisschroef (29). • Monteer de kabelsteun (23) en monteer de kruisschroef weer (29). • Monteer de kabel (30) en gebruik de kabelklem (31). Zorg ervoor dat de arm in horizontale en verticale richting kan bewegen. Zaagtafel (fig. E1 - E4) Montage van de tafelsteunen (fig. E1) Figuur E1 toont de juiste positie van de tafelsteunen. Alle steunen worden met M8 x 16 bouten en bijbehorende moeren en D8 schotelveren aan de voorzijde (niet achter) bevestigd. • Monteer de 40 mm driehoekige steun (32) tegen de zijde van het onderstel van de tafel (33). • Monteer de twee 30 mm driehoekige tafelsteunen (34) tegen de voorkant van het onderstel van de tafel. 65 De standaardpositie van de werkbladdelen wordt getoond in fig. E4. Afhankelijk van de vereiste snedediepte, kan de aanslag (6) ook tussen de strippen (18) gepositioneerd worden. • Plaats het vast werkbladdeel (4) op het onderstel zoals in de schets en controleer of de gaten in het midden overeenkomen met de stelschroeven in de centrale tafelsteun. • Gebruik de M8 x 30 bouten en D8 sluitringen boven en onder de D8 schotelveren. • Zet alle bouten in het vaste werkbladdeel (4) met de hand vast behalve de vijf voorste bouten en de bout in het grote centrale gat. • Plaats de aanslag (6) en de strippen (18) op het onderstel van de tafel (33) (fig. E1). • Monteer de tafelklemmen (7) (fig. E4) aan de achterkant van de rechte tafelsteunen (35) (fig. E1). • Zet de tafelklemmen vast. • Trek alle bouten van het werkblad aan. • Zet de tafelklemmen los en verwijder de strippen en de aanslag. • Monteer de 75 mm rechte tafelsteun (zonder rechthoekige verdieping) (42) tegen de kant van de linker driehoekige tafelsteun (34) onder de tafel en gebruik het centrale sleufgat. • Trek de drie corresponderende bouten in het vaste werkblad (4). • Monteer de 27 mm tafelsteun (43) tegen de kant van de rechter driehoekige tafelsteun onder de tafel en gebruik het centrale sleufgat (fig. E1). Zorg ervoor dat de schuine kant naar rechts wijst. • Trek de twee corresponderende voorste bouten in het vaste werkblad (4) aan. Montage van de werkbladverbreding (fig. E1 & E4) • Plaats de werkbladverbreding (19) op het uitstekende deel van de tafelsteunen. • Controleer of beide werkbladen gelijk liggen en draaide bouten met de hand aan. • Verplaats de strippen (18) en zet de tafelklemmen (7) vast. nl - 4 NEDERLANDS • Monteer de laatste 27 mm tafelsteun (43) (fig. E1) op de 75 mm driehoekige tafelsteun (32) onder de werkbladverbreding en gebruik het centrale sleufgat. Zorg ervoor dat de schuine zijde naar links wijst. • Trek de twee corresponderende voorste bouten in het vaste werkbladdeel (4) vast. Beide werkbladen moeten nu achter gelijk liggen. Zaagblad (fig. F1 - F6) Monteren van het zaagblad (fig. F1) • De tanden van een nieuw blad zijn erg scherp en kunnen gevaarlijk zijn. • De rotatierichting wordt door de pijl op de motor aangegeven. • Houd de motoras tegen met de meegeleverde inbussleutel (44) en verwijder de moer (45) van de motoras door deze in klokrichting met de universeelsleutel te draaien. • Monteer het zaagblad tussen de buitenflens (46) en de binnenflens (47) en zorg ervoor dat de onderste tand naar de achterkant van de machine wijst. Let erop dat de ring (48) van de moer (45) van de motoras tegen de buitenflens rust (kijk naar de inzet in fig. F1). • Draai de moer (45) van de motoras tegen de klokrichting aan. Controle op de parallelle stand van de arm t.o.v. het werkblad (fig. A1, E3 & F2) • Zet de schulpvergrendeling (15) vast met het zaagblad in voorste positie (fig. A1). • Laat het zaagblad zakken tot dit net het werkblad raakt (4) (fig. F2). • Zet de hendels (9) en (10) los (fig. A1). • Zwaai de arm zo dat het zaagblad dwars over de breedte van het werkblad strijkt. • Verstel indien nodig de voorste stelbout (40) (fig. E3). • Herhaal deze procedure met het zaagblad in achterste positie en verstel indien nodig de achterste bout. Controle op de haaksheid van het zaagblad t.o.v. het werkblad (fig. A1 & F3) • Breng de arm terug naar de centrale positie en zet de schulpvergrendeling (15) vast (fig. A1). • Plaats een stalen winkelhaak (49) tegen het zaagblad (fig. F3). • Het afstellen geschiedt als volgt: • Verwijder de afschuinschaal (50) door het losdraaien van twee schroeven (51). • Draai de drie inbusschroeven los die daardoor zichtbaar worden. • Plaats een inbussleutel op de motoras en tik erop tot het zaagblad vlak tegen de winkelhaak staat. • Draai alle moeren en bouten stevig vast. Het is van het uiterste belang om de centrale inbusschroef vast te draaien. • Monteer de afschuinschaal (50). Controle op de haaksheid van het afkorten t.o.v. de achteraanslag (fig. F4 & F5) • Vergrendel het zaagblad voor de aanslag (fig. F4). • Plaats een winkelhaak (49) op een stuk board en tegen de aanslag en die het zaagblad net raakt. • Ontgrendel de schulpvergrendeling, trek het zaagblad naar u toe om te controleren of het zaagblad ook daar parallel aan de winkelhaak staat. nl - 5 • Het afstellen geschiedt als volgt: • Zet de verstekklemhendel (10) vrij, met de verstekhendel (9) gefixeerd op 0° (fig. F5). • Draai de borgmoeren (52) aan beide zijden van de arm los. • Om de arm naar links te verstellen moet het draadeind rechts op de arm losgezet en het tegenovergestelde draadeind aangedraaid worden. • Om de arm naar rechts te verstellen moet het draadeind links op de arm losgezet en het tegenovergestelde draadeind aangedraaid worden. • Doe dit met kleine stappen en controleer de afstelling na elke stap met de hendels (9) en (10) in aangrijping. Draai de draaieinden niet te sterk aan. • Draai de borgmoeren (52) vast. Controle op de haakse stand van het zaagblad t.o.v. de achteraanslag (fig. F6) • Ontgrendel de motorsledehendel (53) en druk op de motorsledevergrendeling (54). • Draai de motor 90° volgens schets. • Wanneer de motor speling heeft, trek dan de moer aan (55). • Plaats het zaagblad tegen de achteraanslag en controleer de parallelle stand t.o.v. de achteraanslag. • Het afstellen geschiedt als volgt: • Draai de twee kruislings geplaatste bouten (56) onder de motorslede los. • Steek de inbussleutel in de motoras. • Verstel de positie van het zaagblad en zet de bouten (56) vast. Montage en afstelling van de zaagbladbescherming (fig. G1 - G5) De zaagbladbescherming (3) heeft meerdere functies die de volgende beveiligingen bieden (fig. G1): - Bovenbescherming (57) (fig. G1) en verende achterbescherming (58) (fig. G2) voor volledige zaagbladbescherming. - Stofafzuigadapter(59) voor afkorten en schulpen. - Anti-terugslagvinger (60) voor gebruik tijdens schulpen. - Instelbare vingerbescherming (61) voor gebruik tijdens afkorten. - Spouwmes (62) om te voorkomen dat het werkstuk tijdens het schulpen met het zaagblad beklemd raakt. • Zet de afschuinklem (37) los en trek aan de afschuingrendel (38) (fig. E2) om de motor volgens schets te kantelen voor optimale toegankelijkheid (fig. G3). • Verwijder de vleugelmoer (63) van de afscherming en de sluitring (64). • Draai de borgschroef (65) los en draai de borgbeugel (66) tegen de klok in tot de verende achterbescherming (58) van de steun (68) gelicht kan worden. • Haak alleen de twee bovenste veren (67) uit. • Draai de uitgehaakte achterbescherming (58) uit, zie fig. G2. • Laat de zaagbladbescherming over het zaagblad zakken (fig. G3). • Zet de zaagbladbescherming met de vleugelmoer (63) en sluitring (64) vast. • Breng de verende achterbescherming (58) en de borgbeugel (66) weer in de originele positie terug. • Het verwijderen van de bescherming gebeurt in omgekeerde volgorde. De tanden van een nieuw blad zijn erg scherp en kunnen gevaarlijk zijn. Afstelling van de zaagbladbeschermingsbediening (fig. G2 - G5) Afstelling van het spouwmes voor het schulpen • Zet de twee knoppen (69) los en schuif het spouwmes (62) omlaag tot de tip zich ca. 10 mm van het werkblad bevindt (fig. G2 & G4). 66 NEDERLANDS Het spouwmes moet correct afgesteld zijn; de afstand tussen de gekartelde rand en het spouwmes moet 1-3 mm zijn (fig. G4). Afstellen van de terugslagvingers voor afschuinschulpen (fig. G5) • Zet de knop (70) los en laat de beugel (71) zakken tot de neerhouderveer (72) het oppervlak van het werkstuk net raakt. • De uiteinden van de anti-terugslagvingers (60) moeten zich nu 3 mm onder het oppervlak van het werkstuk bevinden en de hoek moet nu zijn als in fig. G5. • Voor afschuinschulpen moeten de inbusschroeven (73) losgedraaid en de anti-terugslagvingers onder de vereiste hoek gebracht worden. Afstellen van het spouwmes, de vingerbescherming en de antiterugslagvingers voor afkorten (fig. G2) • Voor het afkorten moeten het spouwmes en de anti-terugslagvingers omhoog en opzij. • Zet de hendel (74) los om de vingerbescherming (61) juist boven het werkstuk te positioneren en zet daarna de hendel (74) vast. Afstelling van de schalen (fig. H1 - H5) Schulpschaal Schulpen kan worden uitgevoerd met de motor in twee posities. Elke werkwijze vereist zijn eigen aanvoerrichting: Positie Aanvoerrichting - In-schulpen van rechts naar links (fig. H1) - Uit-schulpen van links naar rechts (fig. H2) De wijzer (75) die de schulpbreedte op de schulpschaal (76) aangeeft is instelbaar (fig. H3): • Plaats de achteraanslag in de achterste positie. • Plaats een plank van 24 mm tegen de achteraanslag. • Ontgrendel de motorsledehendel (53), druk op de motorsledevergrendeling (54) (fig. H1) en positioneer de motor in uitschulppositie (fig. H2). • Beweeg de motorslede langs de radiaalarm tot het zaagblad de rand van het materiaal net raakt. • Draai de twee schroeven (77) los en verplaats de wijzer (75) tot de rand van de uit-schulpwijzer (78) gelijk staat met de bekende breedte van de plank op de onderste schaal (fig. H3). • Draai de twee schroeven (77) vast. • Plaats de motor in in-schulppositie. • Licht de bescherming op zodat het zaagblad op het vlak van de achteraanslag kan rusten. • De in-schulpwijzer (79) moet nu gelijk staan met de nulpositie op de bovenste schaal. Indien nodig nastellen. Afschuinschaal (fig. H4) • Controleer of de afschuinschaal (20) 0° aangeeft als deze is gepositioneerd voor verticaal zagen. • Draai indien nodig de schroeven (51) los en zet de wijzer op 0°. Verstekschaal (fig. H5) • Controleer of de verstekschaal (82) 0° aangeeft wanneer deze is gepositioneerd voor verticaal zagen. • Breng de wijzer (81) met behulp van schroef (83) naar 0°. De verstekschaal heeft vooringestelde posities op 45° links en rechts en op 0°. Motorsledeaanslag (fig. A2, J1 & J2) De motorsledeaanslag (14) moet worden ingesteld om te voorkomen dat de lagers van de motorslede tegen de achterste begrenzing van de lagerrails stoten (fig. A2). • Duw de motorslede zover mogelijk, trek de slede nu ca. 5 mm voorwaarts en vergrendel daarna met de schulpvergrendeling (fig. A2) (15). 67 • Stel de motorsledeaanslag (14) in door het loszetten van de moeren (85) in de voorste sleuf (84) tot de rubber stop (86) stoot tegen de achterkant van het schulpvergrendelhuis. • Trek de moeren (85) aan (fig. J1). Trek bij het afkorten in het voorste sleufgat één moer aan en één in het achterste sleufgat (80) (fig. J2). Montage van de automatische terugloop (fig. K) • Monteer de terugloopveer (87) achter de motorsledeaanslag (14) met de corresponderende bouten en bevestig het einde van de kabel met behulp van de schroeven (88) aan de schulpvergrendeling (15). Uw dealer verstrekt u graag de nodige informatie over de juiste accessoires. Aanwijzingen voor gebruik • Neem altijd de veiligheidsinstructies in acht en houdt u aan de geldende voorschriften. • Zet het werkstuk stevig vast. • Oefen geen overmatige druk uit op de machine. Geef geen zijdelingse druk op het zaagblad. • Voorkom overbelasting. • Breng het juiste zaagblad aan. Gebruik geen overmatig versleten zaagbladen. Het zaagblad moet geschikt zijn voor het maximum toerental van de machine. • Probeer niet om extreem kleine werkstukken te zagen. • Oefen bij het zagen geen overmatige druk op het zaagblad uit. Forceer het zagen niet. • Laat de motor voor het zagen op volle toeren komen. • Zorg er voor dat alle knoppen en hendels goed vastgedraaid zijn. • Werk nooit met de machine wanneer de beschermingen niet zijn geplaatst. • Hef de machine nooit aan het werkblad. • Zorg ervoor dat er altijd een geschikte sleuf in het werkblad is. • Raadpleeg altijd figuur L om positie en type van de achteraanslag te controleren. AAN- en UITschakelen (fig. A1) De AAN/UIT-schakelaar van uw radiaalarmzaag biedt vele voordelen: - Spanningsloze uitschakeling: wordt de spanning om een of andere reden uitgeschakeld, dan moet de schakelaar opnieuw ingedrukt worden. - Beveiliging tegen overbelasting van de motor: in geval van overbelasting van de motor wordt de spanning naar de motor UITgeschakeld. Als dit gebeurt, laat dan de motor 10 minuten afkoelen en druk daarna op reset (22). • I = AAN De machine werkt continu. • O = UIT Het maken van een proefsnede (fig. A1) • Zorg dat de verstekvergrendeling (9) ingrijpt en vergrendel de verstekklemhendel (10) zo, dat het zaagblad in rechte afkortstand 0° staat. • Zet de schulpvergrendeling (15) vrij en duw de motorslede terug tot het zaagblad zich achter de aanslag bevindt. • Laat de arm zakken tot het zaagblad het werkblad bijna raakt. • Plaats het werkstuk tegen de voorkant van de achteraanslag. • Schakel de machine in en laat de arm zakken, zodat het zaagblad een ondiepe snede in het werkblad kan maken. • Trek het zaagblad naar u toe en door het werkstuk. • Breng het zaagblad terug naar de ruststand en schakel de machine uit. • Controleer of de snede in alle vlakken exact 90° is en corrigeer indien nodig. nl - 6 NEDERLANDS Basis zaagsneden (fig. L1 - L5) De tanden van een nieuw blad zijn erg scherp en kunnen erg gevaarlijk zijn. Afkorten (fig. A1 & L1) • Stel de radiaalarm haaks op de achteraanslag. • Vergrendel de verstekhendel (9) in positie 0° en zet de verstekklemhendel (10) vast (fig. A1). • Laat het zaagblad zakken. • Stel de vingerbescherming in zodat deze net vrij is van het werkstuk. • Wanneer zich in het werkblad geen sleuf bevindt, maak er dan een zoals eerder is beschreven. • Houd het werkstuk tegen de achteraanslag en blijf daarbij met uw vingers beslist weg van het zaagblad. • Schakel de machine IN en trek het zaagblad langzaam door de achteraanslag en het werkstuk. • Breng het zaagblad terug naar de rustpositie en schakel de machine UIT. Verstekzagen (fig. A1 & L3) • Zet de verstekhendel (9) en de verstekklemhendel (10) los (fig. A1). • Zwenk de arm tot de vereiste hoek op de verstekschaal. • Gebruik voor 45° links of rechts de verstekhendel (9) en vergrendel met de verstekklemhendel (10). • Gebruik voor tussenliggende hoeken alleen de verstekklemhendel. • Handel als bij afkorten. Afschuinschulpen • Zet de machine in de positie afschuinen/afkorten. • Roteer de motorslede in schulppositie. • Positioneer de motorslede voor de juiste schulpbreedte. • Zet de anti-terugslagvingers in de gewenste hoek zodat zij plat op het werkstuk en het spouwmes omlaag houden. • Handel als bij schulpen. Dubbele versteksnede (fig. L4) Deze snede is een combinatie van verstekzagen en afschuinen. • Stel de gewenste afschuinhoek in. • Zwaai de arm naar de gewenste verstekpositie. • Handel als bij verstekzagen. Schakel altijd de machine uit wanneer het werk is beëindigd en voordat u de stekker uit het stopcontact haalt. Uithollen Uw radiaalarmzaag kan worden gebruikt voor een breed scala aan geavanceerde toepassingen, waaronder uithollen. • Zet het zaagblad onder de gewenste hoek, roteer de motorslede onder de arm en positioneer het zaagblad boven het werkstuk op de gewenste plaats. Verwijder het werkstuk en laat het zaagblad zakken om een ondiepe snede te maken. Laat de anti-terugslagvingers zakken zoals voor afschuinen/schulpen. Houd het werkstuk tegen de aanslag en ga te werk als voor schulpen. In het geval van linksverstek kan het zijn dat u de achteraanslag en de strippen naar links moet verschuiven. Afschuinen (fig. A1, E2 & L2) • Stel de arm in voor een afkorting onder 0°. • Zet het zaagblad ruim boven het werkblad. • Zet de afschuinhendel (37) los en trek de afschuinvergrendeling (38) uit (fig. E2). • Kantel de motor naar de gewenste hoek op de afschuinschaal (20) (fig. A1). • Gebruik voor 90° of 45° rechts de afschuinvergrendeling (38) en vergrendel met de afschuinklemhendel (37). • Gebruik voor tussenliggende hoeken alleen de afschuinklemhendel. • Handel als bij verticaal afkorten. Schulpzagen (fig. L5, G2, H1 & H2) De motor kan worden vastgezet in de posities in-schulpen of uit-schulpen (zie fig. H1 & H2) om de machine voor resp. smalle en brede werkstukken aan te passen. • Zet de motorslede in uitgetrokken positie vast en gebruik hiervoor de schulpvergrendeling. • Zet de motorsledehendel (53) vrij en druk op de motorsledevergrendeling (54) om de motor naar de juiste positie te draaien, tot de motor op zijn plaats vastzit (fig. H1). • Zet de motorsledehendel (53) vast en positioneer de achteraanslag. • Positioneer de motorslede langs de arm voor de gewenste breedte van de snede met behulp van de schulpschaal (76) en vergrendel hem met behulp van de schulpvergrendeling in positie. • Stel de zaagbladbescherming in zoals eerder is beschreven en draai de stofafzuigadapter (59) van u weg (fig. G2). Denk erom dat bij schulpen een spouwmes (62) en anti-terugslagvingers (60) nodig zijn (fig. H2). • Voer het werkstuk langzaam in het zaagblad en houd het stevig aangedrukt op het werkblad en tegen de achteraanslag. Forceer het zagen niet. De snelheid van het zaagblad moet constant worden gehouden. Maak uitsluitend ondiepe sleuven! Stofafzuiging (fig. G2) De machine is voorzien van een stofafzuigadapter (59). • Sluit indien mogelijk een stofafzuiger aan die voldoet aan de geldende richtlijnen voor stofemissie. • Plaats bij het afkorten een stofzak (optie) achter de zaaglijn. Opties Haal vóór het aanbrengen van een accessoire altijd de stekker uit het stopcontact. Freeskop De freeskop wordt gebruikt om uw werk een professionele afwerking te geven. Montage van de freeskop (fig. M1 - M3) • Verwijder de zaagbladeenheid en het zaagblad. • Monteer de messen (89) op de freeskop (90). Let erop dat ze beide op dezelfde manier worden geïnstalleerd (fig. M1). • Monteer het speciale met de freeskop meegeleverde afstandsstuk (91) op de motoras. • Plaats de freeskop op de motoras (zie schets) en vergrendel hem met de klemmoer (92); gebruik een dopsleutel (93). • Kantel de motor tot de freeskop zich in horizontale positie bevindt. • Monteer de freeskopbescherming (94) (fig. M2) volgens de schets en stel de gewenste freesdiepte in (fig. M3). Frezen • Plaats de freeskop boven de aanslag. Het uitstekende deel komt overeen met de te maken snede. Bij bepaalde toepassingen kan het nodig zijn om de aanslag in twee secties te verdelen en de freeskop daartussen te plaatsen. In dat geval moet de aanslag worden vervangen wanneer de zaag weer voor gewone toepassingen wordt gebruikt. Gebruik altijd een duwhout. nl - 7 68 NEDERLANDS Gebruik altijd een duwhout. • Voer het materiaal vanaf rechts met enige druk en gelijkmatig langs de aanslag. Sponningfrezen • Gebruik messen met rechte snijvlakken. • Ga verder zoals beschreven voor frezen. • Om onder verstek te frezen, zwenkt u de motor in de gewenste hoek. Voor bredere freesgroeven gebruikt u de groevenfrees in combinatie met de beschermkap van de freeskop. Zie de instructies voor het gebruik van de groevenfrees. Groevenfrezen (fig. F1, N1 & N2) Er zijn twee types groevenfrezen. Fig. N1 laat de standaard groevenfrees zien, fig. N2 de hoogwaardige uitvoering. Scherpe randen. Monteren van de groevenfrees • Verwijder de zaagbladbeschermkap en het zaagblad. • Bevestig de afstandsbus (94) op de motoras, met de smalle zijde naar de motor. • Monteer de freesbladen (95) met daartussen het juiste aantal tussenbladen (96A) en een aantal afstandsringen (96) om de juiste groefbreedte in te stellen. • Bevestig de groevenfrees met behulp van de standaardmoer (45) van de motoras (fig. F1). • Verwijder het spouwmes en de spouwmeshouder van de zaagbladbeschermkap en monteer deze. • Beweeg de groevenfrees omlaag om de gewenste freesdiepte in te stellen. Gebruik van de groevenfrees - In afkort- of verstekstand • Beweeg de anti-terugslagvingers omhoog en opzij. • Stel de vingerbescherming in. - In schulpstand • Stel de anti-terugslagvingers naar behoren in. Schuurschijven en schuurrollen (fig. M2, O1 & O2) Er zijn twee accessoires verkrijgbaar voor het onder elke gewenste hoek schuren van sneden. Ze kunnen als volgt worden gebruikt: - het werkstuk wordt langs het stationaire accessoire gevoerd - het accessoire wordt langs het vastgeklemde werkstuk gevoerd • Verwijder de zaagbladbeschermkap en het zaagblad. • Breng de buitenflens (46) weer aan (fig. O1). • Breng de schuurschijf (97) of schuurrol (98) (fig. O2) direct op de motoras (39) aan. Gebruik van de schuurschijf (fig. O1) • Gebruik altijd de onderzijde (rechterzijde) van de schijf. • Als de schuurschijf (97) voor horizontaal schuren wordt gebruikt, moet de schaafkopbescherming (94) (fig. M2) zo worden gemonteerd en ingesteld, dat de schuurschijf de onderzijde van de bescherming net niet raakt. Gebruik van de schuurrol (fig. O2) • Voer bij gebruik van de schuurrol het werkstuk altijd tegen de draairichting van de schuurrol toe. 69 Houder voor bovenfrees (fig. F1, P1 - P3) Deze houder (99) maakt het mogelijk om een Elu bovenfrees (MOF96, MOF131, MOF177 of OF97) op uw zaagmachine te monteren, zodat deze ook voor nauwkeurig decorfrezen kan worden gebruikt (fig. P1). Bevestigen van de houder voor de bovenfrees • Verwijder de zaagbladbeschermkap en het zaagblad. • Positioneer de houder (99) boven het uiteinde van de motoras zoals afgebeeld in fig. P1, en bevestig hem met behulp van de vleugelmoer (63). • Vervang de geleidestangen van de parallelaanslag van uw bovenfrees door de stangen (100) die met de houder worden meegeleverd: - Gebruik de stangen met kleine diameter voor de MOF96 (fig. P2). - Gebruik de stangen met grote diameter voor de MOF131/MOF177/ OF97 (fig. P3). • Draai de schroeven (101) vast. Zorg er voor dat de bovenfrees altijd op de stangen is gecentreerd en in de houder is bevestigd. Gebruik van de bovenfrees De bovenfrees kan op de juiste hoek worden ingesteld en met behulp van de hendel (2) in fig. A door het werkstuk worden getrokken; het is ook mogelijk om het werkstuk langs de stationaire bovenfrees te voeren. • Zorg er voor dat de houder stevig is bevestigd. • Breng indien nodig de buitenflens (46) in fig. F1 op de motoras aan en klem de houder met behulp van de moer (45) in fig. F1 tegen de motor. Trek de moer niet te sterk aan. Voer het werkstuk altijd tegen de draairichting van de frees toe. Zie ook de handleiding van uw bovenfrees. Boren (fig. Q) Op het tapgat (102) kan de optionele boorhouder (10 mm of 3/8") worden aangesloten, die uw zaag in een veelzijdige radiale boormachine verandert. Deze optie is met name handig om werkstukken voor te bereiden voor het gebruik van duvels. • Verwijder de zaagbladbeschermkap en het zaagblad. • Draai het deksel (103) opzij. • Bevestig de boorhouder (104) direct in het tapgat (102). Verstekaanslagen (fig. R1 & R2) Er zijn verstekaanslagen (105) leverbaar voor snelle en veelzijdige verstekbewerkingen (fig. R1). • Vervang de standaardaanslag door de verstekaanslag (105). • Voer het zaagblad tussen de twee delen van de aanslag door (fig. R2). Trekbegrenzer (fig. S1 - S3) De trekbegrenzer (106) staat garant voor optimale resultaten bij toepassingen waarvoor een constante toevoersnelheid van belang is. Monteren van de trekbegrenzer • Verwijder de automatische terugloop (87) in fig. K. • Verwijder de motorsledeaanslag (14) in fig. A1. • Monteer de beugel (115) en de motorsledeaanslag zoals afgebeeld in fig. S2. • Draai de stifttap (116) in de kartelknop (108) met behulp van een inbussleutel los en schroef de kartelknop af (fig. S3). • Draai de stifttap (117) in de achterste steun (109) los en verwijder de steun. • Schuif de cilinder (111) door de cilinderklem (110) (fig. S1). • Positioneer de cilinderklem (110) boven de schulpvergrendeling (15) en draai de stifttappen aan beide zijden van de houder (112) vast. nl - 8 NEDERLANDS • Monteer de achterste steun (109) en de kartelknop (108) weer en draai alle schroeven vast (fig. S3). • Positioneer de achterste steun (109) zoals afgebeeld (fig. S3) en draai de stifttap (117) vast. • Druk de rolkop naar achteren en positioneer de cilinder zover mogelijk in zijn klem (110) en naar achteren. Het einde van de stang moet de ontluchtingsnippel in de balg niet raken, wanneer de balg (114) is samengedrukt. Controleer de positie door op de ontluchtingsnippel te drukken. • Draai de schroef (113) in de cilinderklem aan. • Stel de uitloopsnelheid in met de kartelknop (108). Ontluchten van de trekbegrenzer Na het bijvullen of vervangen van de olie in de trekbegrenzer moet de lucht uit het systeem verdreven worden. • Verwijder de eenheid van de machine en klem de eenheid in verticale positie, met de zuiger volledig uit en omlaag. • Verwijder de plug aan het achtereinde van de balg (114). Houd de balg vast om het weglopen van olie te voorkomen. • Vul de balg volledig met hydraulische olie Castrol 210 NRL25 of gelijkwaardig en gebruik een trechter of injectiespuit. • Plaats de vuldop en draai deze één slag aan. • Druk de balg een beetje in tot uit de vuldop enige olie ontsnapt. • Draai de vuldop vast met een steeksleutel en monteer de eenheid weer. Onderhoud Uw DEWALT-machine is ontworpen om gedurende lange tijd probleemloos te functioneren met een minimum aan onderhoud. Een juiste behandeling en regelmatige reiniging van de machine garanderen een hoge levensduur. • Vervang bij slijtage het vaste werkblad en de aanslag. GARANTIE • 30 DAGEN “NIET GOED, GELD TERUG” GARANTIE • Indien uw DEWALT-machine om welke reden dan ook niet geheel aan uw verwachtingen voldoet, stuurt u de machine dan compleet zoals bij aankoop binnen 30 dagen terug naar DEWALT, samen met uw aankoopbewijs en uw rekeningnummer. U ontvangt dan uw geld terug. • 1 JAAR GRATIS SERVICE-CONTRACT • Mocht uw DEWALT-machine binnen 12 maanden na aankoop nazicht of reparatie behoeven, dan worden deze werkzaamheden gratis uitgevoerd in onze Service-centers op vertoon van het aankoopbewijs. Stuur uw machine rechtstreeks of via uw dealer naar een erkend DEWALT Service-center. • 1 JAAR GARANTIE • Mocht uw DEWALT-machine binnen 12 maanden na datum van aankoop defect raken tengevolge van materiaal- of constructiefouten, dan garanderen wij de kosteloze vervanging van alle defecte delen of van het hele apparaat, zulks ter beoordeling van DEWALT, op voorwaarde dat: • het produkt niet foutief gebruikt werd • het produkt niet gerepareerd is door onbevoegden • het aankoopbewijs met daarop de aankoopdatum wordt overlegd Informeer bij uw dealer of bij het DEWALT-hoofdkantoor naar het adres van het dichtstbijzijnde Service-center (zie de achterzijde van deze handleiding). Smering Uw radiaalarmzaag vereist geen aanvullende smering. Smeer nooit de armrails of lagers. Reiniging • Reinig de armrolbanen regelmatig. Verwijder hiervoor de eindkap en de motorslede. Verwijder ook het stof van de lagers. • Werk altijd met een schoon werkblad. Gebruik nooit uw handen om stof van het werkblad te vegen. Gebruikte machines en het milieu Wanneer uw oude machine aan vervanging toe is, breng deze dan naar een DEWALT Service-center waar de machine op milieuvriendelijke wijze zal worden verwerkt. nl - 9 70 Belgique et Luxembourg België en Luxemburg DEWALT Weihoek 1, Nossegem 1930 Zaventem-Zuid Danmark DEWALT Hejrevang 26 B 3450 Allerød Tlf: Fax: 70 20 15 10 48 14 13 99 Deutschland DEWALT Richard-Klinger-Straße 65510 Idstein Tel: Fax: 06 12 62 16 061 26 21 24 40 EÏÏ¿˜ DEWALT §ÂˆÊ ™˘ÁÁÚÔ‡ 154 176 71 K·ÏÏÈı¤· ∞ı‹Ó· España DEWALT Ctra de Acceso a Roda de Barà, km 0,7 43883 Roda de Barà, Tarragona Tel: Fax: Fax: 977 29 71 00 977 29 71 38 977 29 71 19 France DEWALT Le Paisy BP 21 69571 Dardilly Cedex Tel: Tlx: Fax: 472 20 39 20 30 62 24F 472 20 39 00 Helvetia Schweiz DEWALT/Rofo AG Warpel 3186 Düdingen Tel: Fax: 037 43 40 60 037 43 40 61 Ireland DEWALT Calpe House Rock Hill Black Rock Co. Dublin Tel: Fax: 012 78 18 00 012 78 18 11 Italia DEWALT Viale Elvezia 2 20052 Monza (Mi) Tel: Fax: 03 92 38 72 04 03 92 38 75 93 Nederland DEWALT Florijnstraat 10 4879 AH Etten-Leur Tel: Fax: 07 65 08 22 01 07 65 03 81 84 Norge DEWALT Strømsveien 344 1081 Oslo Tel: Fax: 22 90 99 00 22 90 99 01 Österreich DEWALT Werkzeugevertriebs GmbH Erlaaerstraße 165 Postfach 320,1231 Wien Tel: Tlx: Fax: 022 26 61 16 13228 Black A 022 26 61 16 14 Portugal DEWALT Rua Egas Moniz 173 Apartado 19, S. João do Estoril 2768 Estoril, Codex Tel: Tlx: Fax: 468 7513/7613 16607 Bladec P 466 38 41 Suomi DEWALT Rälssitie 7 C 01510 Vantaa Puh: Fax: 98 25 45 40 98 25 45 444 Frälsevägen 7 C 01510 Vanda Tel: Fax: 98 25 45 40 98 25 45 444 Sverige DEWALT Box 603 421 26 Västra Frölunda Besöksadr. Ekonomivägen 11 Tel: Fax: 031 68 61 00 031 68 60 08 United Kingdom DEWALT 210 Bath Road Slough Berks SL1 3YD Tel: Fax: 017 53 57 42 77 017 53 52 13 12 08-97 Tel: Fax: Service fax: TËÏ: Fax: Service: 02 719 07 12 02 721 40 45 02 719 08 10 019 24 28 70 019 24 28 69 019 24 28 76-7
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144

DeWalt DW721 T 2 de handleiding

Categorie
Elektrisch gereedschap
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor