Scholtes CI 66H I de handleiding

Categorie
Ovens
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NL
FORNUIS EN OVEN
CI 66 H W
CI 66 H I
CI 66 H A
Gebruiksaanwijzing
Nederlands,43
NL
Italiano, 1
IT
Français, 29
Deutsch, 57
English,15
GB FR
DE
Inhoud
Installatie, 44-45
Plaatsen en waterpas zetten
Elektrische aansluiting
Tabel eigenschappen
Beschrijving van het apparaat, 46
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
Display
Starten en gebruik, 47-51
De klok instellen
De timer instellen
Gebruik van de oven
Handmatige kookprogrammas
Automatische kookprogrammas
De bereiding programmeren
Praktische kooktips
Kooktabel oven
Starten en gebruik, 52
De kookzones in- en uitschakelen
De kookzones
Voorzorgsmaatregelen en advies, 53
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Energiebesparing en milieubehoud
Onderhoud en verzorging, 54-55
De elektrische stroom afsluiten
Reinigen van het apparaat
Vervangen van het ovenlampje
Het reinigen van de glaskeramische kookplaat
Automatische reiniging PYROLYSE
Service, 56
44
NL
Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor
eventuele raadpleging in de toekomst. In het geval u
het apparaat verkoopt, weggeeft of wanneer u
verhuist, moet het boekje bij het apparaat bewaard
worden.
Lees de instructies aandachtig door: er staat
belangrijke informatie in over installatie, gebruik en
veiligheid.
De installatie van het apparaat moet volgens deze
instructies worden uitgevoerd door een bevoegde
installateur.
Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u
tot onderhoud of regeling van het fornuis overgaat.
Plaatsen en waterpas zetten
Het apparaat kan naast meubels worden geplaatst
die niet hoger zijn dan het werkvlak.
Controleer dat de wand die in contact komt met de
achterzijde van het apparaat van niet ontvlambaar
materiaal is gemaakt en bestand is tegen hoge
temperaturen (T 90°C).
Voor een correcte installatie:
plaats het apparaat in de keuken, in de eetkamer
of in een eenkamerappartement (niet in de
badkamer);
als het kookvlak hoger is dan de meubels, moeten
zij op minstens 600 mm van het apparaat vandaan
worden geplaatst;
als het fornuis onder een keukenkastje wordt
geïnstalleerd, moet de afstand tussen de twee
minstens 420 mm zijn.
Deze afstand moet 700
mm worden als de
keukenkastjes zijn
vervaardigd uit
ontvlambaar materiaal
(zie afbeelding);
hang geen gordijnen
achter het fornuis, of op
minder dan 200 mm
van de zijkanten;
eventuele afzuigkappen moeten volgens de
instructies van hun eigen gebruiksaanwijzing
worden geïnstalleerd.
Waterpas zetten
Indien het nodig is het
apparaat te nivelleren, kunnen
de bijgeleverde stelvoetjes in
de daarvoor geschikte
openingen in de hoeken van
het onderstuk van het fornuis
worden geschroefd (zie
afbeelding).
De poten* moeten aan het
onderstuk van het fornuis
worden vastgeklemd.
Elektrische aansluiting
Monteren voedingskabel
Opening klemmenbord:
Licht de lipjes aan de zijkant van het deksel van
het klemmenbord op met een schroevendraaier;
Trek het deksel van
het klemmenbord open.
Het aansluiten van de kabel:
schroef de schroef van de kabelklem en de
schroeven van de contacten los.
de bruggen zijn door de fabriek voorbestemd voor
aansluiting aan enkelfasig 230V (zie afbeelding).
NL
230V 1N~
H07RN-F 3x4 CEI-UNEL 35364
1
3
2
4
5
voor het uitvoeren van de elektrische
aansluitingen van de afbeeldingen C en D worden
de twee overbruggingsklemmen die zich in de
doos bevinden gebruikt (afb. B - referentie "P")
Installatie
HOOD
420
Min.
min. 650 mm. with hood
min.
700 mm. without hood
mm.
600
Min. mm.
420
Min. mm.
NL
45
N
L2
L1
L3
P
NL2L1
400V 2N~
H05RR-F 4x2.5 CEI-UNEL 35363
1
3
2
4
5
NL3L1L2
400V 3N~
H05RR-F 5x2.5 CEI-UNEL 35363
1
3
2
4
5
zet de kabel vast in de speciale kabelklem en
sluit het deksel.
Het aansluiten van de voedingskabel aan het net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje( zie tabel Technische gegevens).
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het elektrische
net wordt aangesloten, moet u tussen het apparaat en
het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met
een afstand tussen de contacten van minstens 3 mm,
aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend
aan de geldende nationale normen (de aarding mag
niet worden onderbroken door de schakelaar). De
voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij
nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan
de kamertemperatuur.
Vóór het aansluiten moet u controleren dat:
de contactdoos geaard is en voldoet aan de
geldende normen;
de contactdoos in staat is het maximale
vermogen van het apparaat te dragen, zoals
aangegeven op het typeplaatje;
de spanning zich bevindt tussen de waarden die
staan aangegeven op het typeplaatje;
de contactdoos en de stekker van het apparaat
overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de
stekker ofwel de contactdoos te vervangen;
gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers.
Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de
elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te
bereiken zijn.
De kabel mag niet gebogen of samengedrukt
worden.
De kabel moet van tijd tot tijd worden
gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs
worden vervangen.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld wanneer deze normen niet
worden
nageleefd.
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
TABEL EIGENSCHAPPEN
Afmetingen Oven
HxBxD
32x43,5x40 cm
Inhoud liter 56
Afmetingen
van de
verwarmingslade
breedte 42 cm
diepte 44 cm
hoogte 8,5 cm
Branders
geschikt voor alle soorten gas
aangegeven op het typeplaatje
Spanning en
frequentie van de
elektrische voeding
zie typeplaatje
Keramisch
Kookvlak
Rechts achter
Rechts voor
Links voor
Links achter
Max vermogen
Keramisch Kookplaat
1700W
1200W
2200W
1200W
6300W
ENERGY LABEL
Richtlijn 2002/40/EG op het etiket van
elektrische ovens. Norm EN 50304
Energieverbruik convectie Natuurlijk -
verwarmingsfunctie:
Traditioneel
Energieverbruikverklaring Klasse
geforceerde convectie -
verwarmingsfunctie: Braden
EU Richtlijnen: 2006/95/EEG van
12.12.06 (Laagspanning) en
daaropvolgende wijzigingen -
89/336/EEG van 03/05/89
(Elektromagnetische Compatibiliteit) en
daaropvolgende wijzigingen -
90/369/EEG van 29/06/90 (Gas) en
daaropvolgende wijzigingen -
93/68/EEG van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen -
2002/96/EG.
46
NL
Beschrijving van het apparaat
Aanzichttekening
Bedieningspaneel
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
Knoppen ELEKTRISCHE
KOOKPLAAT van de
kookplaat
PROGRAMMAKNOP
Knop THERMOSTAAT/INSTELLEN
TIJDEN
DISPLAY
Toets
INSTELLEN TIJDEN
Controlelampje
ELEKTRISCHE
KOOKPLAAT
Toets
PYROLYSE
Display
Symbolen AUTOMATISCHE
PROGRAMMA'S
Symbool PROGRAMMA
LAGE TEMPERATUR
Symbool
EINDE BEREIDING
Symbool
KLOK
Cijfers TEMPERATUREN
en TIJDEN
Symbool
DUUR
Symbool
TIMER
Aanwijzer van de
Voorverwarming
Symbool
STOP
Aanwijzer
DEURBLOKKERING
Bedieningspaneel
Rooster GRILL
Rooster LEKPLAAT
Stelvoetje
GELEIDERS
van de roosters
stand 3
stand 2
stand 1
Stelvoetje
stand 5
stand 4
Keramisch
kookvlak
NL
47
Starten en gebruik
De klok instellen
U kunt de klok zowel instellen als de oven uit is als
wanneer hij aan is, maar alleen als u geen
uitgestelde bereiding heeft ingesteld.
1. Druk meerdere malen op de
toets totdat het
symbool
en de eerste twee cijfers op het
DISPLAY beginnen te knipperen;
2. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de +
en de - om de uren in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
totdat de andere
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
4. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
5. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
De timer instellen
Deze functie onderbreekt de bereiding niet en is
onafhankelijk van het gebruik van de oven. Hij dient
er uitsluitend voor een geluidssignaal te laten horen
als de ingestelde minuten zijn verstreken.
1. Druk meerdere malen op de toets
totdat het
symbool
en de drie cijfers op het DISPLAY
beginnen te knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
Nu verschijnt het terugtellen, aan het einde waarvan
u een geluidssignaal zult horen.
Gebruik van de oven
Vóór gebruik is het strikt noodzakelijk het plastic
folie aan de zijkanten van het apparaat te
verwijderen.
Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven
minstens een uur leeg te laten functioneren, op
maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat
u de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur
en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door
het verdampen van de middelen die worden
gebruikt om de oven te beschermen.
1. Selecteer het gewenste kookprogramma door aan
de PROGRAMMAKNOP te draaien.
2. De oven begint voor te verwarmen, de aanwijzers
van de voorverwarming gaan aan.
De temperatuur kan veranderd worden door te
draaien aan de THERMOSTAATKNOP.
3. Als de aanwijzer van de voorverwarming
uitgaat en u een geluidssignaal hoort, is de
voorverwarming compleet: zet de etenswaren in de
oven.
4. Tijdens het koken kunt u nog altijd:
- het kookprogramma veranderen met behulp van de
PROGRAMMAKNOP;
- de temperatuur veranderen met behulp van de
THERMOSTAATKNOP;
- de kookduur programmeren of de tijd van einde
bereiding ( zie kookprogrammas);
- het koken onderbreken door de
PROGRAMMAKNOP weer op stand 0 te zetten.
5. U kunt de kookduur veranderen ( zie
kookprogrammas).
6. Indien de stroom uitvalt en de oventemperatuur
niet te laag is geworden, gaat de oven automatisch
terug naar het punt waar het koken is onderbroken.
De geprogrammeerde functies worden echter niet
onthouden. U dient ze daarom bij het terugkeren van
de stroom opnieuw in te stellen.
Bij de programmas BRADEN is geen
voorverwarming nodig.
! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u
riskeert hiermee het email te beschadigen.
! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde
roosters.
Ventilator
Om de oven van buiten niet te heet te laten worden,
brengt een verkoelingsventilator een luchtstroom teweeg
die tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar
buiten komt. Aan het begin van het programma
PYROLYSE draait de ventilator op lage snelheid.
Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator draaien
totdat de oven voldoende is afgekoeld.
Ovenverlichting
Als de oven uit is, kan het ovenlicht op ieder willekeurig
moment aan worden gedaan door de ovendeur te openen.
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
48
NL
Handmatige kookprogrammas
Alle programmas hebben een vooringestelde
kooktemperatuur. Deze kan handmatig worden
aangepast,en naar wens worden ingesteld tussen de
40°C en de 250°C. In het programma DRAAISPIT is
de ingestelde temperatuur 270°C.
Functie TRADITIONELE OVEN
Met deze traditionele kookwijze is het beter een
enkel rooster te gebruiken.
Functie MULTILEVEL
Aangezien de warmte in de hele oven constant is, zorgt
de lucht dat de gerechten op gelijkmatige wijze gekookt
en gebakken worden. Het is mogelijkmaximaal twee
roosters tegelijk te gebruiken.
Functie BRADEN
Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte van de
grill gecombineerd met de geforceerde
luchtcirculatie in de oven.
Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo
vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar
de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht.
Functie DRAAISPIT
Deze functie is optimaal voor het braden aan het
draaispit. Kook met de ovendeur dicht.
Functie LAGE TEMPERATUUR
Deze kookfunctie is ideaal voor rijzen, ontdooien, het
bereiden van yoghurt, het snel of langzaam
opwarmen van gerechten en het langzaam koken
van etenswaren op lage temperatuur. De in te stellen
temperaturen zijn: 40, 65, 90 °C.
Draaispit
Voor het activeren van het
draaispit ( zie afbeelding)
gaat u als volgt te werk:
1. plaats de lekplaat in
stand 1;
2. zet de steun van het
draaispit op de 3e
stand en steek de
vleespen in de speciale
opening achterin de
oven;
3. activeer het draaispit door middel van de
symbolen
;
Als u de ovendeur opent als het programma is
gestart, houdt het draaispit op met draaien.
Automatische kookprogrammas
 De temperatuur en de duur van de bereiding zijn
ingesteld en kunnen niet worden gewijzigd door het
systeem C.O.P (Cottura Ottimale Programmata
(Optimale Geprogrammeerde Bereiding)) die
automatisch een perfect resultaat garandeert. De
bereiding wordt automatisch gestopt en de oven geeft
aan wanneer het gerecht gaar is. De duur van de
bereiding kan enkele minuten worden gewijzigd zoals
als volgt wordt beschreven bij de afzonderlijke
functies.
Functie PIZZA
Gebruik deze functie voor het bereiden van pizzas. Zie
het volgende hoofdstuk voor recepten en details. Het is
mogelijk alleen de duur -5/+5 minuten te wijzigen.
Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de
volgende aanwijzingen nauwkeurig op te volgen:
houdt u zich aan het recept;
het gewicht van het deeg moet tussen de 500 g en
de 700 g zijn.
vet de lekplaat en de ovenschalen licht in.
Plaats het gerecht in de koude oven. Als u het in de
warme oven wilt plaatsen, nadat u eerst een ander
gerecht heeft gekookt, dan zal het display de tekst
Hot tonen totdat de oventemperatuur de 120° zal
hebben bereikt. Nu kunt u de pizza in de oven zetten.
Recept voor PIZZA:
1 Bakplaat, lage ovenstand, oven koud of warm
Recept voor 3 pizzas van ongeveer 550 g: 1000 g meel,
500 g water, 20 g zout, 20 g suiker, 10 cl olijfolie, 20 g
bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist)
Rijzen op kamertemperatuur: 1 uur of handmatige
functie LAGE TEMPERATUUR op 40°. Laat circa 30/
45 minuten rijzen.
Plaats het gerecht in de koude oven.
Start de bereiding
PIZZA
Functie BROOD
Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende
aanwijzingen nauwkeurig op te volgen:
houdt u zich aan het recept;
het maximum gewicht per bakplaat;
vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de
bakplaat op stand 5;
Plaats het brood in de koude oven. Als u het in de
warme oven wilt plaatsen, nadat u eerst een ander
gerecht heeft gekookt, dan zal het display de tekst
Hot tonen totdat de oventemperatuur de 40° zal
hebben bereikt. Nu kunt u het brood in de oven zetten.
NL
49
Recept voor BROOD:
1 bakplaat van 1000 g max, onderste ovenstand
Recept voor 1000 g deeg: 600 g meel, 360 g water, 11 g
zout, 25 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist)
Procedure:
Meng het meel en het zout in een grote kom.
Doe de gist in lauw water (circa 35 graden).
Maak een kuil in het meel.
Giet er het mengsel van water en gist in
Kneed het geheel totdat een homogeen deeg is
gevormd dat niet plakkerig is, door het deeg 10
minuten lang met de palm van de hand plat te
drukken en vervolgens weer dicht te vouwen.
Maak een bal van het deeg, doe het in een
slakom en bedek het met plastic folie om te
voorkomen dat de buitenkant ervan uitdroogt. Doe
de slakom in de oven op de handmatige functie
LAGE TEMPERATUUR op 40°C en laat het
ongeveer 1 uur lang rijzen (het volume van het
deeg moet verdubbelen).
Verdeel de bal om de verschillende broden te
maken.
Leg ze op ovenpapier op de bakplaat.
Bestrooi de broden met meel.
Maak sneden in de broden.
vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de
bakplaat op stand 5; Voor het reinigen kunt u het
beste water en azijn gebruiken.
Plaats het vlees in de koude oven.
Start het programma
BROOD
Aan het einde van de kooktijd laat u de broden rusten
op een rooster totdat ze geheel zijn afgekoeld.
Functie TAARTEN
Deze functie kan worden gebruikt voor het koken van
taarten. Plaats het gerecht in de koude oven. U kunt
de gerechten eventueel ook in de warme oven
plaatsen. Het is mogelijk alleen de duur -10/+10
minuten te wijzigen.
De bereiding programmeren
De programmering is alleen mogelijk wanneer een
kookprogramma is geselecteerd.
Het programmeren van de kookduur
1. Druk meerdere malen op de toets
totdat het
symbool
en de drie cijfers op het DISPLAY
beginnen te knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de gewenste duur in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
4. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de
bereiding en klinkt een geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur en u programmeert een duur
van 1 uur en 15 minuten. Het programma stopt
automatisch om 10:15.
Het einde van een bereiding programmeren
Het programmeren van het einde van een bereiding
is alleen mogelijk nadat u een kookduur heeft
geselecteerd.
1. Volg de procedure van de duur van punt 1 t/m 3;
2. druk daarna op de toets
totdat het symbool
en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te
knipperen;
3. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de uren in te stellen;
4. druk nogmaals op de toets
totdat de andere
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
5. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
6. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen;
7. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de
bereiding en klinkt een geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur, u programmeert een duur van
1 uur en 15 minuten en de eindtijd om 12:30. Het
programma zal automatisch om 11:15 beginnen.
De symbolen
en gaan aan om aan te geven
dat een programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY
verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van
de bereiding.
Om een programmering te annuleren draait u de
PROGRAMMAKNOP op stand 0.
Praktische kooktips
Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit
de standen 1 en 5: in deze standen zou de hete
lucht de fijne gerechten kunnen verbranden.
Bij de functies DRAAISPIT en ROOSTEREN raden
wij u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om vet of
jus op te vangen.
MULTIKOKEN
Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de
gerechten die meer warmte nodig hebben op
stand 2.
Plaats de lekplaat op de onderste stand en het
rooster op de hoogste.
50
NL
Kooktabel oven
GERECHTEN VOORBEELDEN FUNCTIE TEMPERATUUR HET PLAATSEN
Gebraden gevogelte kip, eend, haantje, kapoen. Braden 200 °C gevogelte op rooster
Gevogelte aan het spit kip, haantje Braadspit 270 °C vleespen van braadspit
Braadstukken
varkensgebraad, kalfsgebraad, kalkoen, roastbeef,
lamsbout, reebout, gefarceerde kalfsborst, enz.
Braden 200 °C vlees op rooster
braadstukken van grote
afmetingen
hele lamsbout, grote kapoen of kalkoen enz. Multiniveau
180 °C (op een
derde van de
braadtijd verlagen
tot 160 °C)
vlees op bakplaat, regelmatig
bedruipen met de jus
Gesauteerd vlees in
ovenschotel en traditionele
gerechten
boeuf bourguignon, konijn alla cacciatora,
gesauteeerd kalfsvlees Marengo, gestoofd
lamsvlees, kip a la basque, enz.
Traditie 190 °C cocotte op bakplaat
Grilleren
biefstuk, karbonaden, worstjes, vleesstokjes,
kippenborst, enz.
Multiniveau 200 °C
op rooster (inzethoogte naar
gelang de dikte
Vlees in deegkorst
filet van rundvlees à la Wellington, lamsbout in
deegkorst, enz.
Multiniveau 200 °C
op bakplaat (voor grote
stukken, verlagen tot 160 °C als
het deeg gaar is)
VLEES
Gerechten met deegkorst gevogelte met deegkorst, enz. Multiniveau 240 °C
vlees op bakplaat of schotel op
bakplaat
Gegrillde vis en aan
satéstokjes
baars, makreel, sardine, zeebarbeel, tonijn enz. Multiniveau 180 °C
op rooster (inzethoogte naar
gelang de dikte
Hele vissen (gefarceerd) zeebrasem, karper enz. Multiniveau 200 °C op bakplaat
Visfilets (met wijn of andere
vloeistof)
zalm, schorpioenvis, kabeljouw, baars enz. Traditie 200 °C op bakplaat
In aluminiumfolie tong, schelpen saint jacques, enz. Multiniveau 200 °C op bakplaat
Vis in deegkorst (bladerdeeg of
pasteideeg)
zalm, vis aan satéstokjes enz. Multiniveau 200 °C op bakplaat
Vis au gratin kabeljouw gegratineerd a là provençale enz. gratin (of braden) 200-210 °C schotel op bakplaat
Soufflé schelpen Saint Jacques enz. Multiniveau 200 °C vorm op bakplaat
VIS
Vis in zoute deegkorst baars, karper enz. Multiniveau 240 °C
vis op bakplaat of schotel op
bakplaat
GERECHTEN
VOORBEELDEN
FUNCTIE
TEMPERATUUR
HULPMIDDELEN
Hartige plum-cakes
plum-cake met olijven, tonijn, enz.
Gebak- of
multiniveau
160 °C
taartvorm op lekplaat
Boerentaarten
kaastaart, zalmschotel
Gebak- of
multiniveau
200 °C
op lekplaat
Terrines
terrine van vis, vlees, groenten, foie gras, enz.
Traditioneel
160 °C
terrinevorm op lekplaat (au
bain-marie met warm
water)
Ovenschotel
leverpastei van gevogelte, zalmpuree, eieren en cocotte, enz.
Traditioneel
160 °C
schotel op lekplaat (au
bain-marie met warm
water)
VOORGERECHTEN
Soufflé
kaassoufflé, groentesoufflé, vissoufflé, enz.
Multiniveau
200 °C
taartvorm op lekplaat
Gegratineerde gerechten
gegratineerde aardappels, parmentiersoep, lasagne, enz.
gratineren
(of braden)
200-210 °C
schotel op lekplaat
Gevulde groenten
aardappels, tomaten, courgettes, kool, enz.
Multiniveau
200 °C
op lekplaat
of vorm op bakplaat
Gestoofde groenten en cocotte
sla, wortels, haverwortel, enz.
Traditioneel
200 °C
cocotte op lekplaat
Flan
paddestoelenflan, groentebeignets, enz.
Traditioneel
160 °C
schotel of taartvorm op
lekplaat (au bain-marie
met warm water)
Terrines
groenteterrine
Traditioneel
160 °C
taartvorm op lekplaat (au
bain-marie met warm
water)
Soufflé
soufflé van asperges, tomaten, enz.
Multiniveau
200 °C
taartvorm op lekplaat
Gerechten in beslag
groenteschotel, enz.
Multiniveau
200 °C
op lekplaat
In aluminiumfolie
truffels, enz.
Multiniveau
200 °C
aluminiumfolie op lekplaat
PEULVRUCHTEN
Rijst
Pilaf
Traditioneel
180 °C
schotel op lekplaat
NL
51
Kooktabel oven
Automatisc he kook p rogram m as
Functie
Aanbevolen bereiding voor...
VOORBEELDEN
HULPMIDDELEN
Niveau bakplaat
Kooktijd
(minuten)
In oven
plaatsen
Plum-cake en marmercake (met gedroogde
gist)
vruchtencake, marmercake, enz.
taartvorm op
lekplaat
2
Vruchtentaart (kruimeldeeg of bladerdeeg,
met of zonder flan)
appeltaart, pruimentaart, perentaart enz.
taartvorm op
lekplaat
2
Bladerdeeg
apfelstrudel, boerentaarten, pasteitjes,
enz.
op lekplaat
2
Taarten
Gebak zonder gist (clafoutis, amandeltaart,
boerentaart, enz.)
op lekplaat
2
45** Koud
Pizza
Dikke pizza's (brooddeeg
)
2 28** Warm of koud
PaneBrood *** 2 55 Koud
* De kooktijden dienen slechts als indicatie en kunnen naar eigen smaak aangepast worden. De voorverwarming van de oven is door de fabriek ingesteld en kan niet handmatig worden
gewijzigd.
** De duur van de automatische bereidingen is van te voren ingesteld. De waarden in de tabel hebben betrekking op de minimum en maximum waarden. Zij kunnen door de gebruiker worden
gewijzigd, te beginnen met de vooringesteld duur.
*** Zoals het recept aangeeft, dient u 100 gr water in de lekplaat toe te voegen.
GERECHTEN
VOORBEELDEN
FUNCTIE
TEMPERATUUR
HULPMIDDELEN
Yoghurt
LAGE TEMPERATUUR
40
°C
schotel op lekplaat
VARIA
Droge etenswaren
paddestoelen, kruiden, fruit of groenten in schijven, enz. LAGE TEMPERATUUR
65
°C
op rooster
GERECHTEN
VOORBEELDEN
FUNCTIE
TEMPERATUUR
HULPMIDDELEN
Koekjes (zonder gist)
cake, lange vingers, opgerolde koekjes, Brownies,
200 °C
taartvorm op
lekplaat
Cheesecake
200 °C
taartvorm op
lekplaat
Vruchtenaart van gistdeeg
suikertaart, vlaaien
180 °C
taartvorm op
lekplaat
Bereiding bodem voor vruchtentaarten
(zandtaartdeeg)
taart met verse vruchten (aardbeien, frambozen, enz.)
180 °C
taartvorm op
lekplaat (bruine
bonen in deegkorst)
Gebakjes (bladerdeeg of kruimeldeeg)
peergebakjes, enz.
220 °C
taartvorm op
lekplaat
soesjes
profiteroles, kleine soesjes, paris brest, gâteau saint
honoré, enz.
190 °C op lekplaat
Kleine gebakjes (bakkersgist)
croissants, suikertaarten, brioches, kleine savarins, enz.
180 °C op lekplaat
GEBAK
Groot gebak (bakkersgist)
kougloff, brioches, panettone, zoet brood
Gebak- of
multiniveau
160 °C
op lekplaat of
taartvorm op
lekplaat
Koekjesdeeg
gebakjes in papieren cups, lepelkoekjes, enz.
180 °C op lekplaat
Zandtaartdeeg
zandkoekjes, spritsen, biscuits, enz.
200 °C op lekplaat
Bladerdeeg
verschillende soorten feuilletee-gebak, enz.
200 °C op lekplaat
Bitterkoekjes, kokosballetjes
kokoskoekjes, amandelkoekjes
180 °C op lekplaat
Gistdeeg
mini-brioches, mini-croissants, enz.
180 °C op lekplaat
Lichtgebakken meringues
70 °C op lekplaat
PATISSERIE
Doorgebakken meringues
Gebak- of
multiniveau
110 °C op lekplaat
Pudding
broodpudding, rijstpudding
190 °C
taartvorm op
lekplaat
Crème en flans Griesmeelpuddingen
crème caramel, crème brûlée, chocoladeflan, enz.
160 °C
Vorm of ovenschotel
op lekplaat (au bain-
marie op lekplaat)
Rijstdesserts
rijst à la condé, rijst à l’imperatrice, enz.
180 °C
taartvorm op
lekplaat
DESSERTS
Soufflé
soufflé met likeur, soufflé met fruit, enz.
Gebak- of
multiniveau
200 °C
taartvorm op
lekplaat
FRUIT Gevuld fruit of fruit in aluminiumfolie
gestoofde appels, enz.
Multiniveau
200 °C
taartvorm of
aluminiumfolie op
lekplaat
52
NL
Keramisch kookvlak
! De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat
wat vetvlekjes achter op het glas. Voordat u het
apparaat gebruikt raden wij u aan de vlekken te
verwijderen met een speciaal niet-schurend
schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste paar uur
dat u het apparaat gebruikt kan het zijn dat u een
rubbergeur ruikt. Deze zal echter snel wegtrekken.
De kookzones in- en uitschakelen
Voor het inschakelen van een kookzone drukt u de
bijbehorende knop rechtsom.
Om hem uit te schakelen draait u de knop linksom
tot aan de "0".
Het aangaan van het controlelampje WERKING
KOOKPLATEN geeft aan dat minstens één
kookplaat aan is.
De kookzones
De kookplaat is voorzien van 3 stralingselementen
en 1 halogeen verwarmingselement. De
verwarmingselementen bevinden zich onder het
kookoppervlak (gedeeltes die rood worden tijdens
de werking):
A. Gloei-elementen
B. Halogeenelementen
C. Lichtjes die aangeven dat
de temperatuur van de
betreffende
verwarmingselementen
boven de 60°C C is, ook als
de kookzone is
uitgeschakeld.
Beschrijving van de kookzones
De stralingselementen zijn ronde
verwarmingselementen die na 10-20 seconden na
het aansteken rood worden.
De halogene verwarmingselementen bestaan uit
ronde verwarmingselementen die een gelijkmatige
verspreiding van de temperatuur verzekeren, naast
de kenmerken waarover de halogene elementen in
het algemeen al beschikken.
Halogeenlampen verspreiden onmiddellijk een grote
hoeveelheid licht en warmte met de daaruit
voortkomende praktische voordelen:
· snelle verwarming (ten opzichte van een
gasbrander);
· snelle afkoeling;
· gelijkmatige temperatuur over het gehele
oppervlak (dankzij de ronde
verwarmingselementen).
Aangezien ze erg lijken op andere kookelementen,
zijn ze eenvoudig in het gebruik. Raadpleeg de
kooktabellen in de gebruiksaanwijzing.
Pos.
Stralingsplaten in keramiek
Normale of snell kook plaat
Halogeenplaten in keramiek
Automatische kookplaten
0
Uit Uit
1
Vis Boter, chocola smelten
2
Aardappelen (op stoom)
soep, bonen
Vloeistoffen opwarmen
3
Doorkoken grote
hoeveelheden, soep
4
Braden (medium)
Vla en sausen
5
Braden (hard)
6
Fruiten of snel aan de kook
brengen
Koken op het kookpunt
7
8
Braadstukken
9
10
Groot stoofvlees
11
12
Bakken
Praktische tips voor het gebruik van het apparaat
gebruik pannen met een platte bodem die perfect
aansluiten op het verwarmgedeelte;
gebruik pannen die groot genoeg zijn om de
kookplaat geheel te bedekken teneinde alle
beschikbare hitte te benutten;
houd de bodem van de pannen altijd schoon en
droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak.
Dit verlengt de levensduur van zowel de pannen
als het kookgedeelte;
vermijd dezelfde pannen te gebruiken die u ook
op een gasfornuis gebruikt: de
warmteconcentratie van gasbranders kan de
bodem van pannen vervormen, waardoor ze niet
goed meer aansluiten;
laat nooit een kookgedeelte aan staan zonder een
pan erop. De verhitting, die snel het maximum
niveau bereikt, zou de verwarmingselementen
kunnen beschadigen.
AB
C
NL
53
Voorzorgsmaatregelen en ad vies
! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften.
Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u
dient ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Deze instrukties zijn alleen geldig voor de landen
waarvan de symbolen voorkomen in de handleiding
en op het typeplaatje van het apparaat.
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst,
ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als
het in aanraking komt met regen of als het onweert.
Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of met
natte of vochtige handen of voeten.
Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag
uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen
volgens de instructies die beschreven staan in deze
handleiding.
Deze handleiding betreft een apparaat van klasse 1
(losstaand) of klasse 2 - subklasse 1 (ingebouwd tussen
2 meubels).
Tijdens het gebruik van de oven worden de
verwarmingselementen en enkele delen van de
ovendeur zeer heet. Raak ze niet aan en houd
kinderen op een afstand.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van het apparaat
terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Plaats geen wankele of vervormde pannen op de
branders en kookplaten om omvallen te vermijden. Zorg
dat de handvaten naar het midden van het fornuis zijn
gericht zodat men er niet tegen kan stoten.
Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven te
zetten en eruit te halen.
Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol, benzine
enz.) in de buurt van het apparaat als het in gebruik is.
Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste
opberglade of in de oven: als de oven plotseling aan
zou worden gezet zou dit materiaal vlam kunnen vatten.
De interne oppervlakken van de lade (indien aanwezig)
kunnen warm worden.
Het glaskeramische kookvlak is bestand tegen
mechanische stoten. Het kan echter worden beschadigd
(of barsten) als het wordt geraakt door een puntig object,
bijvoorbeeld door gereedschap. Als dit gebeurt moet u
onmiddellijk het apparaat afsluiten van de elektrische
stroom en contact opnemen met de Technische Dienst.
Als het oppervlak van de kookplaat gebarsten is moet u
het apparaat uitschakelen om te voorkomen dat u een
elektrische schok krijgt.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de kookplaat
terechtkomen.
Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte
aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat u
het uitschakelt. De resterende warmte wordt aangeduid
door een aanwijzer (zie Starten en gebruik).
Houd voorwerpen die kunnen smelten op afstand van de
kookplaat, zoals bv. plastic, aluminium of
suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of
aluminium verpakkingen en folie: als u ze op het nog
warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u zware schade
aanrichten.
Richt de handvaten van de pannen altijd naar de
binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per ongeluk
tegenaan stoot.
Trek de stekker nooit uit het stopcontact door aan het
snoer te trekken, maar altijd door de stekker beet te
pakken.
Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit
als de stekker nog in het stopcontact zit.
Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels,
deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet
kunnen worden.
Controleer altijd dat de knoppen in de stand staan als
het apparaat niet gebruikt wordt.
Trek nooit de stekker aan het snoer uit het stopcontact,
maar pak altijd de stekker direct beet.
Maak het apparaat niet schoon of voer geen onderhoud
uit als de stekker nog in het stopcontact zit.
Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne
mechanismen van het apparaat te repareren. Neem
contact op met de Technische Dienst.
Plaats geen zware voorwerpen op de open ovendeur.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen
(kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk,
sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet
de nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat,
tenzij onder toezicht van een persoon die
verantwoordelijk is voor hun veiligheid of nadat hun is
uitgelegd hoe het apparaat werkt.
Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen.
Kijk nooit direct in het halogeenlicht.
Als het fornuis op een voetstuk wordt geplaatst moet u
er voor zorgen dat het er niet af kan schuiven.
Afvalverwijdering
Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u
aan de plaatselijke normen zodat het materiaal
hergebruikt kan worden.
De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende
afgedankte elektrische en elektronische apparatuur
(AEEA), voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met
het normale afval mag worden meegegeven. De
verwijderde apparaten moeten apart worden opgehaald
om het terugwinnen en recyclen van de materialen
waaruit ze bestaan te optimaliseren en te voorkomen dat
er eventuele schade voortvloeit voor de gezondheid en
het milieu. Het symbool van de afvalemmer met een
kruis staat op alle producten om de consument eraan te
herinneren dat dit gescheiden afval is.
Om meer informatie te verkrijgen betreffende een juiste
verwijdering van huishoudapparaten kan de consument
zich richten tot de gemeentelijke reinigingsdienst of de
verkopers.
Energiebesparing en milieubehoud
Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur tot
aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat de
elektriciteitscentrales minder worden belast tijdens het
spitsuur. De optie waarmee u programmas
programmeert, in het bijzonder de uitgestelde start (zie
Programmas) kunnen u hierbij helpen.
Houd bij de functies DRAAISPIT en ROOSTEREN altijd
de ovendeur dicht: u bereikt betere kookresultaten en
een aanzienlijke energiebesparing (circa 10%).
Houd de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed
aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen.
54
NL
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u
tot enige handeling overgaat.
Reinigen van het apparaat
Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
Reinig het glas van de deur met een spons en
niet schurende producten. Droog met een zachte
doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of
scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden
kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou
kunnen barsten.
De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij
staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met
een spons en een sopje worden afgenomen. Als
de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een
speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Spoel en
droog het na het schoonmaken goed af. Gebruik
geen schuurmiddelen of bijtende producten.
De binnenkant van de oven kunt u het beste
direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw
is. Gebruik warm water en een
schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog
met een zachte doek. Gebruik geen
schuurmiddelen.
De accessoires kunnen gewoon worden
afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser).
Het bedieningspaneel moet worden gereinigd met
een niet schurende spons of een zachte doek.
Roestvrij staal kan vlekken vertonen als er langere
tijd kalkhoudend water of fosforhoudende
schoonmaakmiddelen op hebben gelegen. We
raden u dus aan alles goed af te spoelen en te
drogen.
Het controleren van de afdichtingen van de oven
Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen
rondom de ovendeur. In het geval de afdichting
beschadigd is, dient u zich tot de dichtstbijzijnde
Erkende Servicedienst te wenden. Gebruik de oven
niet voordat de reparatie is uitgevoerd.
Vervangen van het ovenlampje
Voor het
vervangen van het
ovenlampje:
1. Verwijder het
glazen
lampenkapje met
behulp van een
schroevendraaier.
2. Schroef het lampje los en vervang het met
eenzelfde soort lampje: vermogen 15 W, fitting E 14.
Zet het deksel weer op zijn plaats en let erop dat de
afdichting goed is bevestigd (zie afbeelding).
Het reinigen van de glaskeramische
kookplaat
Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende
middelen, zoals vlekkenmiddelen en
roestverwijderende producten, schoonmaakmiddelen
in poedervorm of schuursponzen: deze kunnen het
oppervlak onherstelbaar krassen.
Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met
een vochtige spons reinigen en afdrogen met
keukenpapier.
Als de plaat erg vuil is moet hij worden
schoongemaakt met een speciaal middel voor
keramiekplaten. Daarna moet u hem afspoelen en
afdrogen.
Voor het verwijderen van hardnekkig vuil kunt u
een hiervoor bestemd schrapertje gebruiken. Doe
dit zo snel mogelijk zonder te wachten tot het
apparaat koud is geworden, om het hard worden
van de resten te vermijden Uitstekende resultaten
kunnen ook worden bereikt met een speciaal
roestvrij staalwolsponsje voor keramiekplaten in
een sopje gedoopt.
Als er op de kookplaat onverhoopt voorwerpen of
plastic materiaal of suiker zouden smelten, moet
u ze onmiddellijk met het schrapertje verwijderen
zolang het oppervlak nog warm is.
Als de plaat is schoongemaakt, kan hij worden
behandeld met een speciaal product voor
onderhoud en bescherming: het onzichtbare
laagje dat dit product achterlaat beschermt de
plaat in het geval er iets overkookt. Dit soort
handelingen moeten worden uitgevoerd als de
plaat lauw of koud is.
Vergeet niet de kookplaat altijd met schoon water
af te spoelen en goed af te drogen: restjes
schoonmaakmiddel kunnen de volgende keer dat
u kookt aankoeken.
Speciale producten voor het
reinigen van keramisch glas
Waar het te
krijgen is
Radeermesje of scheermesje Hobby-shop en
Ijzerhandel
Stahl-Fix
SWISSCLEANER
WK TOP
Andere producten voor
keramisch glas
Huishoudwinkel
Doe-het-zelf winkel
Ijzerhandel
Supermarkt
Onderhoud en verzorging
*
Slechts op enkele modellen aanwezig.
Deksel
Afdichting
Lamp
Holte
NL
55
Automatische reiniging PYROLYSE
Het programma PYROLYSE brengt de
oventemperatuur op 500°C om het pyrolyseproces
(ofwel het verbranden van voedselrestjes) te starten.
Het vuil wordt letterlijk as.
Gedurende de automatische reiniging kunnen de
oppervlakken zeer heet worden: houd kinderen op
een afstand. Door de ovendeur heen kunt u zien dat
bepaalde deeltjes oplichten: dit is een plotselinge
verbranding, hetgeen een absoluut normaal
verschijnsel is dat geen enkel gevaar met zich mee
brengt.
Voor het activeren van de PYROLYSE:
verwijder met een natte spons het ergste vuil uit
de oven. Gebruik geen schoonmaakmiddelen;
haal alle accessoires uit de oven;
laat geen keukendoeken of pannenlappen aan het
handvat hangen.
zet de PROGRAMMAKNOP op 0
Als de oven te heet is kan het gebeuren dat de
pyrolyse niet start. Wacht tot de oven is afgekoeld.
Het programma zal alleen van start gaan als de
ovendeur gesloten is.
Om de reinigingscyclus PYROLYSE te activeren
drukt u circa 4 seconden op de toets
. Met de
knop INSTELLEN TIJDEN kunt u het gewenste
reinigingsniveau kiezen met een vooringestelde en
niet wijzigbare tijdsduur:
1. Economisch (ECO): draai de knop richting -.
Duur 1 uur;
2. Normaal (NOR): beginniveau. Duur 1 uur en 30
minuten;
3. Intensief (INT): draai de knop richting +. Duur 2
uur.
4. Druk op de toets
om te bevestigen.
Zoals voor een normaal kookprogramma is het ook
voor de PYROLYSE cyclus mogelijk een einde te
programmeren (zie Programmeren van het einde van
de automatische reiniging).
Veiligheidsmechanismen
het verlichte symbool
op het display geeft
aan dat de ovendeur automatisch is geblokkeerd
omdat de temperatuur zeer hoog is geworden;
het symbool
geeft aan dat op elk
willekeurig moment dat u op de toets
drukt u
de reinigingscyclus kunt annuleren;
als er iets onverwachts of vreemds gebeurt zal de
verwarming worden onderbroken;
als de deur geblokkeerd is kunnen de tijdsduur en
de eindtijd van de cyclus niet meer veranderd
worden.
Het einde van de automatische reiniging
programmeren
1. Druk op de toets
totdat het symbool en
de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te
knipperen;
2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de uren in te stellen;
3. druk nogmaals op de toets
totdat de andere
twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen;
4. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de
+ en de - om de minuten in te stellen;
5. druk nogmaals op de toets
om te bevestigen.
6. als de ingestelde tijd is verstreken verschijnt op
het DISPLAY het woord END en hoort u een
geluidssignaal.
B.v.: het is 9:00 uur, u kiest het Economische
niveau van PYROLYSE met een vooringestelde
tijd van 1 uur. U programmeert 12:30 als eindtijd.
Het programma zal automatisch om 11:30
beginnen.
De symbolen
en gaan aan om aan te geven
dat een programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY
verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van
de PYROLYSE.
Na de automatische reiniging
De ovendeur kan pas worden geopend als de
temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt. U
zult nu wat wit poeder waarnemen op de bodem en op
de wanden van de oven: verwijder dit met een natte
spons als de oven is afgekoeld. Als u wilt profiteren
van de overgebleven warmte van de oven om te gaan
koken, kunt u het witte poeder rustig laten liggen: het
levert geen enkel gevaar op voor de gerechten die u
wilt gaan koken.
56
NL
Servicedienst
Belangrijk:
Het apparaat is voorzien van een automatisch diagnostisch systeem dat eventuele storingen opspoort. Deze
kunt u op het display aflezen met berichten zoals: Fgevolgd door enkele nummers.
In deze gevallen moet u de technische dienst inschakelen.
Wendt u nooit tot niet erkende monteurs.
Dit dient u door te geven:
Het soort storing;
Het model apparaat (Mod.)
Het serienummer (S/N)
Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat.

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing FORNUIS EN OVEN IT Italiano, 1 NL GB English,15 DE Nederlands,43 Deutsch, 57 FR Français, 29 Inhoud Installatie, 44-45 Plaatsen en waterpas zetten Elektrische aansluiting Tabel eigenschappen Beschrijving van het apparaat, 46 Aanzichttekening Bedieningspaneel Display Starten en gebruik, 47-51 CI 66 H W CI 66 H I CI 66 H A De klok instellen De timer instellen Gebruik van de oven Handmatige kookprogramma’s Automatische kookprogramma’s De bereiding programmeren Praktische kooktips Kooktabel oven Starten en gebruik, 52 De kookzones in- en uitschakelen De kookzones Voorzorgsmaatregelen en advies, 53 Algemene veiligheid Afvalverwijdering Energiebesparing en milieubehoud Onderhoud en verzorging, 54-55 De elektrische stroom afsluiten Reinigen van het apparaat Vervangen van het ovenlampje Het reinigen van de glaskeramische kookplaat Automatische reiniging PYROLYSE Service, 56 NL Installatie  Bewaar dit instructieboekje zorgvuldig voor eventuele raadpleging in de toekomst. In het geval u het apparaat verkoopt, weggeeft of wanneer u verhuist, moet het boekje bij het apparaat bewaard worden. Waterpas zetten  Lees de instructies aandachtig door: er staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik en veiligheid. Indien het nodig is het apparaat te nivelleren, kunnen de bijgeleverde stelvoetjes in de daarvoor geschikte openingen in de hoeken van het onderstuk van het fornuis worden geschroefd (zie afbeelding).  De installatie van het apparaat moet volgens deze instructies worden uitgevoerd door een bevoegde installateur. De poten* moeten aan het onderstuk van het fornuis worden vastgeklemd.  Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u tot onderhoud of regeling van het fornuis overgaat. Plaatsen en waterpas zetten Elektrische aansluiting  Het apparaat kan naast meubels worden geplaatst die niet hoger zijn dan het werkvlak. Monteren voedingskabel Opening klemmenbord: • Licht de lipjes aan de zijkant van het deksel van het klemmenbord op met een schroevendraaier; • Trek het deksel van het klemmenbord open.  Controleer dat de wand die in contact komt met de achterzijde van het apparaat van niet ontvlambaar materiaal is gemaakt en bestand is tegen hoge temperaturen (T 90°C). 1 2 4 420 mm. Min. min. 650 mm. with hood min. 700 mm. without hood 420 mm. 44 230V 1N~ H07RN-F 3x4 CEI-UNEL 35364 N L 3 • eventuele afzuigkappen moeten volgens de instructies van hun eigen gebruiksaanwijzing worden geïnstalleerd. Het aansluiten van de kabel: • schroef de schroef van de kabelklem en de schroeven van de contacten los.  de bruggen zijn door de fabriek voorbestemd voor aansluiting aan enkelfasig 230V (zie afbeelding). 5 Voor een correcte installatie: • plaats het apparaat in de keuken, in de eetkamer of in een eenkamerappartement (niet in de badkamer); • als het kookvlak hoger is dan de meubels, moeten zij op minstens 600 mm van het apparaat vandaan worden geplaatst; • als het fornuis onder een keukenkastje wordt geïnstalleerd, moet de afstand tussen de twee minstens 420 mm zijn. Deze afstand moet 700 mm worden als de HOOD keukenkastjes zijn Min. 600 mm. vervaardigd uit ontvlambaar materiaal (zie afbeelding); • hang geen gordijnen achter het fornuis, of op minder dan 200 mm van de zijkanten; Min. NL • voor het uitvoeren van de elektrische aansluitingen van de afbeeldingen C en D worden de twee overbruggingsklemmen die zich in de doos bevinden gebruikt (afb. B - referentie "P") • de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan aangegeven op het typeplaatje; • de contactdoos en de stekker van het apparaat overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel de contactdoos te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers. P N L1 L2 L3 400V 2N~ H05RR-F 4x2.5 CEI-UNEL 35363 N L2 L1 1 3 5  Wanneer het apparaat geïnstalleerd is, moeten de elektrische kabel en de contactdoos gemakkelijk te bereiken zijn.  De kabel mag niet gebogen of samengedrukt worden.  De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen.  De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld wanneer deze normen niet worden nageleefd. 2 4 400V 3N~ H05RR-F 5x2.5 CEI-UNEL 35363 N L3 L2 L1 1 3 5 2 4 • zet de kabel vast in de speciale kabelklem en sluit het deksel. Het aansluiten van de voedingskabel aan het net Gebruik voor de voedingskabel een stekker die genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het typeplaatje( zie tabel Technische gegevens). Wanneer het apparaat rechtstreeks op het elektrische net wordt aangesloten, moet u tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand tussen de contacten van minstens 3 mm, aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende nationale normen (de aarding mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de kamertemperatuur. Vóór het aansluiten moet u controleren dat: • de contactdoos geaard is en voldoet aan de geldende normen; • de contactdoos in staat is het maximale vermogen van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op het typeplaatje; * Slechts op enkele modellen aanwezig. TABEL EIGENSCHAPPEN Afmetingen Oven 32x43,5x40 cm HxBxD Inhoud liter 56 Afmetingen breedte 42 cm van de diepte 44 cm verwarmingslade hoogte 8,5 cm geschikt voor alle soorten gas Branders aangegeven op het typeplaatje Spanning en frequentie van de zie typeplaatje elektrische voeding Keramisch Kookvlak Rechts achter 1700W Rechts voor 1200W Links voor 2200W Links achter 1200W Max vermogen Keramisch Kookplaat 6300W Richtlijn 2002/40/EG op het etiket van elektrische ovens. Norm EN 50304 Energieverbruik convectie Natuurlijk verwarmingsfunctie: ENERGY LABEL Traditioneel Energieverbruikverklaring Klasse geforceerde convectie verwarmingsfunctie: Braden EU Richtlijnen: 2006/95/EEG van 12.12.06 (Laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen 89/336/EEG van 03/05/89 (Elektromagnetische Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen 90/369/EEG van 29/06/90 (Gas) en daaropvolgende wijzigingen 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen 2002/96/EG. 45 NL Beschrijving van het apparaat NL Aanzichttekening Keramisch kookvlak GELEIDERS van de roosters stand 5 stand 4 stand 3 stand 2 stand 1 Bedieningspaneel Rooster GRILL Rooster LEKPLAAT Stelvoetje Stelvoetje Bedieningspaneel PROGRAMMAKNOP Knoppen ELEKTRISCHE KOOKPLAAT van de kookplaat Knop THERMOSTAAT/INSTELLEN TIJDEN DISPLAY Controlelampje ELEKTRISCHE KOOKPLAAT Toets INSTELLEN TIJDEN Toets PYROLYSE Display Symbool PROGRAMMA LAGE TEMPERATUR Symbolen AUTOMATISCHE PROGRAMMA'S Cijfers TEMPERATUREN en TIJDEN Aanwijzer van de Voorverwarming Symbool KLOK Aanwijzer DEURBLOKKERING Symbool STOP * Slechts op enkele modellen aanwezig. 46 Symbool DUUR Symbool TIMER Symbool EINDE BEREIDING Starten en gebruik De klok instellen U kunt de klok zowel instellen als de oven uit is als wanneer hij aan is, maar alleen als u geen uitgestelde bereiding heeft ingesteld. 1. Druk meerdere malen op de toets totdat het symbool en de eerste twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 2. draai de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de uren in te stellen; 3. druk nogmaals op de toets totdat de andere twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 4. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de minuten in te stellen; 5. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. De timer instellen  Deze functie onderbreekt de bereiding niet en is onafhankelijk van het gebruik van de oven. Hij dient er uitsluitend voor een geluidssignaal te laten horen als de ingestelde minuten zijn verstreken. 1. Druk meerdere malen op de toets totdat het symbool en de drie cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de minuten in te stellen; 3. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. Nu verschijnt het terugtellen, aan het einde waarvan u een geluidssignaal zult horen. Gebruik van de oven  Vóór gebruik is het strikt noodzakelijk het plastic folie aan de zijkanten van het apparaat te verwijderen.  Wij raden u aan bij het eerste gebruik de oven minstens een uur leeg te laten functioneren, op maximum temperatuur en met de deur dicht. Nadat u de oven heeft uitgeschakeld, opent u de ovendeur en lucht u het vertrek. De lucht die u ruikt komt door het verdampen van de middelen die worden gebruikt om de oven te beschermen. 1. Selecteer het gewenste kookprogramma door aan de PROGRAMMAKNOP te draaien. 2. De oven begint voor te verwarmen, de aanwijzers van de voorverwarming gaan aan. De temperatuur kan veranderd worden door te draaien aan de THERMOSTAATKNOP. NL 3. Als de aanwijzer van de voorverwarming uitgaat en u een geluidssignaal hoort, is de voorverwarming compleet: zet de etenswaren in de oven. 4. Tijdens het koken kunt u nog altijd: - het kookprogramma veranderen met behulp van de PROGRAMMAKNOP; - de temperatuur veranderen met behulp van de THERMOSTAATKNOP; - de kookduur programmeren of de tijd van einde bereiding ( zie kookprogramma’s); - het koken onderbreken door de PROGRAMMAKNOP weer op stand “0” te zetten. 5. U kunt de kookduur veranderen ( zie kookprogramma’s). 6. Indien de stroom uitvalt en de oventemperatuur niet te laag is geworden, gaat de oven automatisch terug naar het punt waar het koken is onderbroken. De geprogrammeerde functies worden echter niet onthouden. U dient ze daarom bij het terugkeren van de stroom opnieuw in te stellen.  Bij de programma’s BRADEN is geen voorverwarming nodig. ! Zet nooit voorwerpen op de bodem van de oven; u riskeert hiermee het email te beschadigen. ! Plaats de ovenschalen altijd op bijgeleverde roosters. Ventilator Om de oven van buiten niet te heet te laten worden, brengt een verkoelingsventilator een luchtstroom teweeg die tussen het bedieningspaneel en de ovendeur naar buiten komt. Aan het begin van het programma PYROLYSE draait de ventilator op lage snelheid.  Aan het einde van de kooktijd blijft de ventilator draaien totdat de oven voldoende is afgekoeld. Ovenverlichting Als de oven uit is, kan het ovenlicht op ieder willekeurig moment aan worden gedaan door de ovendeur te openen. * Slechts op enkele modellen aanwezig. 47 NL Handmatige kookprogramma’s  Alle programma’s hebben een vooringestelde kooktemperatuur. Deze kan handmatig worden aangepast,en naar wens worden ingesteld tussen de 40°C en de 250°C. In het programma DRAAISPIT is de ingestelde temperatuur 270°C. Functie TRADITIONELE OVEN Met deze traditionele kookwijze is het beter een enkel rooster te gebruiken. Automatische kookprogramma’s  De temperatuur en de duur van de bereiding zijn ingesteld en kunnen niet worden gewijzigd door het systeem C.O.P.® (Cottura Ottimale Programmata (Optimale Geprogrammeerde Bereiding)) die automatisch een perfect resultaat garandeert. De bereiding wordt automatisch gestopt en de oven geeft aan wanneer het gerecht gaar is. De duur van de bereiding kan enkele minuten worden gewijzigd zoals als volgt wordt beschreven bij de afzonderlijke functies. Functie MULTILEVEL Aangezien de warmte in de hele oven constant is, zorgt de lucht dat de gerechten op gelijkmatige wijze gekookt en gebakken worden. Het is mogelijkmaximaal twee roosters tegelijk te gebruiken. Functie BRADEN Hiermee wordt de rechtstreekse bovenhitte van de grill gecombineerd met de geforceerde luchtcirculatie in de oven. Eventueel verbranden van de buitenkant wordt zo vermeden; de warmte dringt gemakkelijker door naar de binnenkant. Kook met de ovendeur dicht. Functie DRAAISPIT Deze functie is optimaal voor het braden aan het draaispit. Kook met de ovendeur dicht. Functie LAGE TEMPERATUUR Deze kookfunctie is ideaal voor rijzen, ontdooien, het bereiden van yoghurt, het snel of langzaam opwarmen van gerechten en het langzaam koken van etenswaren op lage temperatuur. De in te stellen temperaturen zijn: 40, 65, 90 °C. Draaispit Voor het activeren van het draaispit ( zie afbeelding) gaat u als volgt te werk: 1. plaats de lekplaat in stand 1; 2. zet de steun van het draaispit op de 3e stand en steek de vleespen in de speciale opening achterin de oven; 3. activeer het draaispit door middel van de symbolen ;  Als u de ovendeur opent als het programma is gestart, houdt het draaispit op met draaien. 48 Functie PIZZA Gebruik deze functie voor het bereiden van pizza’s. Zie het volgende hoofdstuk voor recepten en details. Het is mogelijk alleen de duur -5/+5 minuten te wijzigen. Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende aanwijzingen nauwkeurig op te volgen: • houdt u zich aan het recept; • het gewicht van het deeg moet tussen de 500 g en de 700 g zijn. • vet de lekplaat en de ovenschalen licht in. Plaats het gerecht in de koude oven. Als u het in de warme oven wilt plaatsen, nadat u eerst een ander gerecht heeft gekookt, dan zal het display de tekst “Hot” tonen totdat de oventemperatuur de 120° zal hebben bereikt. Nu kunt u de pizza in de oven zetten. Recept voor PIZZA: 1 Bakplaat, lage ovenstand, oven koud of warm Recept voor 3 pizza’s van ongeveer 550 g: 1000 g meel, 500 g water, 20 g zout, 20 g suiker, 10 cl olijfolie, 20 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist) • Rijzen op kamertemperatuur: 1 uur of handmatige functie LAGE TEMPERATUUR op 40°. Laat circa 30/ 45 minuten rijzen. • Plaats het gerecht in de koude oven. • Start de bereiding PIZZA Functie BROOD Voor een optimaal resultaat raden wij u aan de volgende aanwijzingen nauwkeurig op te volgen: • houdt u zich aan het recept; • het maximum gewicht per bakplaat; • vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de bakplaat op stand 5; Plaats het brood in de koude oven. Als u het in de warme oven wilt plaatsen, nadat u eerst een ander gerecht heeft gekookt, dan zal het display de tekst “Hot” tonen totdat de oventemperatuur de 40° zal hebben bereikt. Nu kunt u het brood in de oven zetten. Recept voor BROOD: 1 bakplaat van 1000 g max, onderste ovenstand Recept voor 1000 g deeg: 600 g meel, 360 g water, 11 g zout, 25 g bakkersgist (of 2 zakjes gedroogde gist) Procedure: • Meng het meel en het zout in een grote kom. • Doe de gist in lauw water (circa 35 graden). • Maak een kuil in het meel. • Giet er het mengsel van water en gist in • Kneed het geheel totdat een homogeen deeg is gevormd dat niet plakkerig is, door het deeg 10 minuten lang met de palm van de hand plat te drukken en vervolgens weer dicht te vouwen. • Maak een bal van het deeg, doe het in een slakom en bedek het met plastic folie om te voorkomen dat de buitenkant ervan uitdroogt. Doe de slakom in de oven op de handmatige functie LAGE TEMPERATUUR op 40°C en laat het ongeveer 1 uur lang rijzen (het volume van het deeg moet verdubbelen). • Verdeel de bal om de verschillende broden te maken. • Leg ze op ovenpapier op de bakplaat. • Bestrooi de broden met meel. • Maak sneden in de broden. • vergeet niet 1 dl koud water te gieten in de bakplaat op stand 5; Voor het reinigen kunt u het beste water en azijn gebruiken. • Plaats het vlees in de koude oven. • Start het programma BROOD • Aan het einde van de kooktijd laat u de broden rusten op een rooster totdat ze geheel zijn afgekoeld. Functie TAARTEN Deze functie kan worden gebruikt voor het koken van taarten. Plaats het gerecht in de koude oven. U kunt de gerechten eventueel ook in de warme oven plaatsen. Het is mogelijk alleen de duur -10/+10 minuten te wijzigen. Het einde van een bereiding programmeren  Het programmeren van het einde van een bereiding is alleen mogelijk nadat u een kookduur heeft geselecteerd. 1. Volg de procedure van de duur van punt 1 t/m 3; 2. druk daarna op de toets totdat het symbool en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 3. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de uren in te stellen; 4. druk nogmaals op de toets totdat de andere twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 5. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de minuten in te stellen; 6. druk nogmaals op de toets om te bevestigen; 7. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de bereiding en klinkt een geluidssignaal. • B.v.: het is 9:00 uur, u programmeert een duur van 1 uur en 15 minuten en de eindtijd om 12:30. Het programma zal automatisch om 11:15 beginnen. De symbolen en gaan aan om aan te geven dat een programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van de bereiding. Om een programmering te annuleren draait u de PROGRAMMAKNOP op stand “0”. Praktische kooktips  Gebruik voor het koken met de heteluchtoven nooit de standen 1 en 5: in deze standen zou de hete lucht de fijne gerechten kunnen verbranden. De bereiding programmeren  De programmering is alleen mogelijk wanneer een kookprogramma is geselecteerd. Het programmeren van de kookduur 1. Druk meerdere malen op de toets 3. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. 4. als de ingestelde duur is verstreken verschijnt op het DISPLAY het woord END, beëindigt de oven de bereiding en klinkt een geluidssignaal. • B.v.: het is 9:00 uur en u programmeert een duur van 1 uur en 15 minuten. Het programma stopt automatisch om 10:15. totdat het symbool en de drie cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de gewenste duur in te stellen;  Bij de functies DRAAISPIT en ROOSTEREN raden wij u aan de lekplaat op stand 1 te zetten om vet of jus op te vangen. MULTIKOKEN • Gebruik de standen 2 en 4, en plaats de gerechten die meer warmte nodig hebben op stand 2. • Plaats de lekplaat op de onderste stand en het rooster op de hoogste. 49 NL PEULVRUCHTEN VOORGERECHTEN Kooktabel oven GERECHTEN VOORBEELDEN Hartige plum-cakes plum-cake met olijven, tonijn, enz. Boerentaarten kaastaart, zalmschotel VLEES TEMPERATUUR HULPMIDDELEN 160 °C taartvorm op lekplaat 200 °C op lekplaat 200 °C terrinevorm op lekplaat (au bain-marie met warm water) schotel op lekplaat (au bain-marie met warm water) taartvorm op lekplaat 200-210 °C schotel op lekplaat terrine van vis, vlees, groenten, foie gras, enz. Traditioneel 160 °C Ovenschotel leverpastei van gevogelte, zalmpuree, eieren en cocotte, enz. Traditioneel 160 °C Soufflé kaassoufflé, groentesoufflé, vissoufflé, enz. Gegratineerde gerechten gegratineerde aardappels, parmentiersoep, lasagne, enz. Multiniveau gratineren (of braden) Gevulde groenten aardappels, tomaten, courgettes, kool, enz. Multiniveau 200 °C Gestoofde groenten en cocotte sla, wortels, haverwortel, enz. Traditioneel 200 °C Flan paddestoelenflan, groentebeignets, enz. Traditioneel 160 °C Terrines groenteterrine Traditioneel 160 °C Soufflé Gerechten in beslag In aluminiumfolie Rijst soufflé van asperges, tomaten, enz. groenteschotel, enz. truffels, enz. Pilaf Multiniveau Multiniveau Multiniveau Traditioneel 200 °C 200 °C 200 °C 180 °C op lekplaat of vorm op bakplaat cocotte op lekplaat schotel of taartvorm op lekplaat (au bain-marie met warm water) taartvorm op lekplaat (au bain-marie met warm water) taartvorm op lekplaat op lekplaat aluminiumfolie op lekplaat schotel op lekplaat GERECHTEN VOORBEELDEN FUNCTIE TEMPERATUUR HET PLAATSEN Gebraden gevogelte Gevogelte aan het spit kip, eend, haantje, kapoen. kip, haantje varkensgebraad, kalfsgebraad, kalkoen, roastbeef, lamsbout, reebout, gefarceerde kalfsborst, enz. Braden Braadspit 200 °C 270 °C gevogelte op rooster vleespen van braadspit Braden 200 °C vlees op rooster Multiniveau 180 °C (op een derde van de braadtijd verlagen tot 160 °C) vlees op bakplaat, regelmatig bedruipen met de jus Traditie 190 °C braadstukken van grote afmetingen Gesauteerd vlees in ovenschotel en traditionele gerechten Grilleren hele lamsbout, grote kapoen of kalkoen enz. boeuf bourguignon, konijn alla cacciatora, gesauteeerd kalfsvlees Marengo, gestoofd lamsvlees, kip a la basque, enz. biefstuk, karbonaden, worstjes, vleesstokjes, kippenborst, enz. Multiniveau 200 °C Vlees in deegkorst filet van rundvlees à la Wellington, lamsbout in deegkorst, enz. Multiniveau 200 °C Gerechten met deegkorst gevogelte met deegkorst, enz. Multiniveau 240 °C Gegrillde vis en aan satéstokjes Hele vissen (gefarceerd) Visfilets (met wijn of andere vloeistof) In aluminiumfolie Vis in deegkorst (bladerdeeg of pasteideeg) Vis au gratin Soufflé Vis in zoute deegkorst 50 FUNCTIE Gebak- of multiniveau Gebak- of multiniveau Terrines Braadstukken VIS NL baars, makreel, sardine, zeebarbeel, tonijn enz. Multiniveau 180 °C zeebrasem, karper enz. Multiniveau 200 °C cocotte op bakplaat op rooster (inzethoogte naar gelang de dikte op bakplaat (voor grote stukken, verlagen tot 160 °C als het deeg gaar is) vlees op bakplaat of schotel op bakplaat op rooster (inzethoogte naar gelang de dikte op bakplaat zalm, schorpioenvis, kabeljouw, baars enz. Traditie 200 °C op bakplaat tong, schelpen saint jacques, enz. Multiniveau 200 °C op bakplaat zalm, vis aan satéstokjes enz. Multiniveau 200 °C op bakplaat kabeljouw gegratineerd a là provençale enz. schelpen Saint Jacques enz. gratin (of braden) Multiniveau 200-210 °C 200 °C baars, karper enz. Multiniveau 240 °C schotel op bakplaat vorm op bakplaat vis op bakplaat of schotel op bakplaat Kooktabel oven NL GERECHTEN VOORBEELDEN Koekjes (zonder gist) cake, lange vingers, opgerolde koekjes, Brownies, FUNCTIE TEMPERATUUR GEBAK Cheesecake 200 °C Vruchtenaart van gistdeeg suikertaart, vlaaien Bereiding bodem voor vruchtentaarten (zandtaartdeeg) taart met verse vruchten (aardbeien, frambozen, enz.) Gebakjes (bladerdeeg of kruimeldeeg) soesjes Kleine gebakjes (bakkersgist) peergebakjes, enz. 220 °C profiteroles, kleine soesjes, paris brest, gâteau saint honoré, enz. croissants, suikertaarten, brioches, kleine savarins, enz. 190 °C op lekplaat 180 °C op lekplaat op lekplaat of taartvorm op lekplaat op lekplaat op lekplaat op lekplaat op lekplaat op lekplaat op lekplaat op lekplaat taartvorm op lekplaat Vorm of ovenschotel op lekplaat (au bainmarie op lekplaat) taartvorm op lekplaat taartvorm op lekplaat taartvorm of aluminiumfolie op lekplaat kougloff, brioches, panettone, zoet brood 160 °C Koekjesdeeg Zandtaartdeeg Bladerdeeg Bitterkoekjes, kokosballetjes Gistdeeg Lichtgebakken meringues Doorgebakken meringues gebakjes in papieren cups, lepelkoekjes, enz. zandkoekjes, spritsen, biscuits, enz. verschillende soorten feuilletee-gebak, enz. kokoskoekjes, amandelkoekjes mini-brioches, mini-croissants, enz. 180 °C 200 °C 200 °C 180 °C 180 °C 70 °C 110 °C Pudding broodpudding, rijstpudding Crème en flans Griesmeelpuddingen crème caramel, crème brûlée, chocoladeflan, enz. Rijstdesserts rijst à la condé, rijst à l’imperatrice, enz. 180 °C Soufflé soufflé met likeur, soufflé met fruit, enz. 200 °C Gevuld fruit of fruit in aluminiumfolie gestoofde appels, enz. Yoghurt Droge etenswaren paddestoelen, kruiden, fruit of groenten in schijven, enz. Gebak- of multiniveau 190 °C 160 °C Gebak- of multiniveau Multiniveau VOORBEELDEN GERECHTEN VARIA 180 °C Groot gebak (bakkersgist) PATISSERIE DESSERTS FRUIT 180 °C Gebak- of multiniveau HULPMIDDELEN taartvorm op lekplaat taartvorm op lekplaat taartvorm op lekplaat taartvorm op lekplaat (bruine bonen in deegkorst) taartvorm op lekplaat 200 °C 200 °C FUNCTIE TEMPERATUUR HULPMIDDELEN LAGE TEMPERATUUR 40 °C schotel op lekplaat LAGE TEMPERATUUR 65 °C op rooster A u to m atisc he ko o k prog ram m a ’s Functie Taarten Aanbevolen bereiding voor... Plum-cake en marmercake (met gedroogde gist) Vruchtentaart (kruimeldeeg of bladerdeeg, met of zonder flan) Bladerdeeg Gebak zonder gist (clafoutis, amandeltaart, boerentaart, enz.) Pizza PaneBrood VOORBEELDEN vruchtencake, marmercake, enz. appeltaart, pruimentaart, perentaart enz. apfelstrudel, boerentaarten, pasteitjes, enz. HULPMIDDELEN taartvorm op lekplaat taartvorm op lekplaat Niveau bakplaat Kooktijd (minuten) In oven plaatsen 45** Koud 2 2 op lekplaat 2 op lekplaat 2 Dikke pizza's (brooddeeg) 2 28** Warm of koud *** 2 55 Koud * De kooktijden dienen slechts als indicatie en kunnen naar eigen smaak aangepast worden. De voorverwarming van de oven is door de fabriek ingesteld en kan niet handmatig worden gewijzigd. ** De duur van de automatische bereidingen is van te voren ingesteld. De waarden in de tabel hebben betrekking op de minimum en maximum waarden. Zij kunnen door de gebruiker worden gewijzigd, te beginnen met de vooringesteld duur. *** Zoals het recept aangeeft, dient u 100 gr water in de lekplaat toe te voegen. 51 Keramisch kookvlak NL  ! De lijm die gebruikt is voor de afdichtingen laat wat vetvlekjes achter op het glas. Voordat u het apparaat gebruikt raden wij u aan de vlekken te verwijderen met een speciaal niet-schurend schoonmaakmiddel. Gedurende de eerste paar uur dat u het apparaat gebruikt kan het zijn dat u een rubbergeur ruikt. Deze zal echter snel wegtrekken. De kookzones in- en uitschakelen Voor het inschakelen van een kookzone drukt u de bijbehorende knop rechtsom. Om hem uit te schakelen draait u de knop linksom tot aan de "0". Het aangaan van het controlelampje WERKING KOOKPLATEN geeft aan dat minstens één kookplaat aan is. Aangezien ze erg lijken op andere kookelementen, zijn ze eenvoudig in het gebruik. Raadpleeg de kooktabellen in de gebruiksaanwijzing. Pos. 0 Uit Uit 1 Vis Boter, chocola smelten 2 Aardappelen (op stoom) soep, bonen 3 Doorkoken grote hoeveelheden, soep 4 Braden (medium) 5 Braden (hard) 6 Fruiten of snel aan de kook brengen 9 10 De kookplaat is voorzien van 3 stralingselementen en 1 halogeen verwarmingselement. De verwarmingselementen bevinden zich onder het kookoppervlak (gedeeltes die rood worden tijdens de werking): A. Gloei-elementen B. Halogeenelementen C. Lichtjes die aangeven dat A B de temperatuur van de betreffende verwarmingselementen C boven de 60°C C is, ook als de kookzone is uitgeschakeld. Beschrijving van de kookzones De stralingselementen zijn ronde verwarmingselementen die na 10-20 seconden na het aansteken rood worden. De halogene verwarmingselementen bestaan uit ronde verwarmingselementen die een gelijkmatige verspreiding van de temperatuur verzekeren, naast de kenmerken waarover de halogene elementen in het algemeen al beschikken. Halogeenlampen verspreiden onmiddellijk een grote hoeveelheid licht en warmte met de daaruit voortkomende praktische voordelen: · snelle verwarming (ten opzichte van een gasbrander); · snelle afkoeling; · gelijkmatige temperatuur over het gehele oppervlak (dankzij de ronde verwarmingselementen). 52 Vloeistoffen opwarmen Vla en sausen Koken op het kookpunt 7 8 De kookzones Stralingsplaten in keramiek Halogeenplaten in keramiek Normale of snell kook plaat Automatische kookplaten 11 12 Braadstukken Groot stoofvlees Bakken Praktische tips voor het gebruik van het apparaat • gebruik pannen met een platte bodem die perfect aansluiten op het verwarmgedeelte; • gebruik pannen die groot genoeg zijn om de kookplaat geheel te bedekken teneinde alle beschikbare hitte te benutten; • houd de bodem van de pannen altijd schoon en droog zodat ze goed aansluiten op het kookvlak. Dit verlengt de levensduur van zowel de pannen als het kookgedeelte; • vermijd dezelfde pannen te gebruiken die u ook op een gasfornuis gebruikt: de warmteconcentratie van gasbranders kan de bodem van pannen vervormen, waardoor ze niet goed meer aansluiten; • laat nooit een kookgedeelte aan staan zonder een pan erop. De verhitting, die snel het maximum niveau bereikt, zou de verwarmingselementen kunnen beschadigen. Voorzorgsmaatregelen en advies ! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen. Algemene veiligheidsmaatregelen • Deze instrukties zijn alleen geldig voor de landen waarvan de symbolen voorkomen in de handleiding en op het typeplaatje van het apparaat. • Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel gebruik binnenshuis. • Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of als het onweert. • Raak het apparaat niet aan als u blootsvoets bent of met natte of vochtige handen of voeten. • Het apparaat dient om gerechten te koken. Het mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen volgens de instructies die beschreven staan in deze handleiding. • Deze handleiding betreft een apparaat van klasse 1 (losstaand) of klasse 2 - subklasse 1 (ingebouwd tussen 2 meubels). • Tijdens het gebruik van de oven worden de verwarmingselementen en enkele delen van de ovendeur zeer heet. Raak ze niet aan en houd kinderen op een afstand. • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van het apparaat terechtkomen. • Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij. • Plaats geen wankele of vervormde pannen op de branders en kookplaten om omvallen te vermijden. Zorg dat de handvaten naar het midden van het fornuis zijn gericht zodat men er niet tegen kan stoten. • Gebruik altijd ovenwanten om gerechten in de oven te zetten en eruit te halen. • Gebruik geen ontvlambare vloeistoffen (alcohol, benzine enz.) in de buurt van het apparaat als het in gebruik is. • Plaats geen brandbaar materiaal in de onderste opberglade of in de oven: als de oven plotseling aan zou worden gezet zou dit materiaal vlam kunnen vatten. • De interne oppervlakken van de lade (indien aanwezig) kunnen warm worden. • Het glaskeramische kookvlak is bestand tegen mechanische stoten. Het kan echter worden beschadigd (of barsten) als het wordt geraakt door een puntig object, bijvoorbeeld door gereedschap. Als dit gebeurt moet u onmiddellijk het apparaat afsluiten van de elektrische stroom en contact opnemen met de Technische Dienst. • Als het oppervlak van de kookplaat gebarsten is moet u het apparaat uitschakelen om te voorkomen dat u een elektrische schok krijgt. • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van de kookplaat terechtkomen. • Vergeet niet dat de temperatuur in het kookgedeelte aanzienlijk hoog blijft tot minstens 30 minuten nadat u het uitschakelt. De resterende warmte wordt aangeduid door een aanwijzer (zie Starten en gebruik). • Houd voorwerpen die kunnen smelten op afstand van de kookplaat, zoals bv. plastic, aluminium of suikerhoudende etenswaren. Let vooral op plastic of aluminium verpakkingen en folie: als u ze op het nog warme of lauwe kookvlak neerlegt, kunt u zware schade aanrichten. • Richt de handvaten van de pannen altijd naar de binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per ongeluk tegenaan stoot. • Trek de stekker nooit uit het stopcontact door aan het snoer te trekken, maar altijd door de stekker beet te pakken. • Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Plaats geen metalen voorwerpen (messen, lepels, deksels enz.) op de kookplaat aangezien zij heet kunnen worden. • Controleer altijd dat de knoppen in de stand • staan als het apparaat niet gebruikt wordt. • Trek nooit de stekker aan het snoer uit het stopcontact, maar pak altijd de stekker direct beet. • Maak het apparaat niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne mechanismen van het apparaat te repareren. Neem contact op met de Technische Dienst. • Plaats geen zware voorwerpen op de open ovendeur. • Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet de nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het apparaat werkt. • Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen. • Kijk nooit direct in het halogeenlicht. • Als het fornuis op een voetstuk wordt geplaatst moet u er voor zorgen dat het er niet af kan schuiven. Afvalverwijdering • Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan de plaatselijke normen zodat het materiaal hergebruikt kan worden. • De Europese richtlijn 2002/96/EG, betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA), voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met het normale afval mag worden meegegeven. De verwijderde apparaten moeten apart worden opgehaald om het terugwinnen en recyclen van de materialen waaruit ze bestaan te optimaliseren en te voorkomen dat er eventuele schade voortvloeit voor de gezondheid en het milieu. Het symbool van de afvalemmer met een kruis staat op alle producten om de consument eraan te herinneren dat dit gescheiden afval is. Om meer informatie te verkrijgen betreffende een juiste verwijdering van huishoudapparaten kan de consument zich richten tot de gemeentelijke reinigingsdienst of de verkopers. Energiebesparing en milieubehoud • Door de oven te gebruiken vanaf het late middaguur tot aan de vroege ochtend zorgt u ervoor dat de elektriciteitscentrales minder worden belast tijdens het ‘spitsuur’. De optie waarmee u programma’s programmeert, in het bijzonder de “uitgestelde start” (zie Programma’s) kunnen u hierbij helpen. • Houd bij de functies DRAAISPIT en ROOSTEREN altijd de ovendeur dicht: u bereikt betere kookresultaten en een aanzienlijke energiebesparing (circa 10%). • Houd de afdichtingen altijd schoon zodat ze goed aansluiten op de deur en er geen hitte vrij kan komen. 53 NL Onderhoud en verzorging NL De elektrische stroom afsluiten Sluit altijd eerst de elektrische stroom af voordat u tot enige handeling overgaat. Reinigen van het apparaat  Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat. • Reinig het glas van de deur met een spons en niet schurende producten. Droog met een zachte doek. Gebruik geen ruwe schurende materialen of scherpe schrapertjes die het oppervlak zouden kunnen krassen waardoor als gevolg het glas zou kunnen barsten. • De buitenkant, dus zowel het email en het roestvrij staal als de rubberen afdichtingen, kunnen met een spons en een sopje worden afgenomen. Als de vlekken moeilijk te verwijderen zijn, kunt u een speciaal reinigingsmiddel gebruiken. Spoel en droog het na het schoonmaken goed af. Gebruik geen schuurmiddelen of bijtende producten. • De binnenkant van de oven kunt u het beste direct na gebruik schoonmaken, als hij nog lauw is. Gebruik warm water en een schoonmaakmiddel, spoel vervolgens af en droog met een zachte doek. Gebruik geen schuurmiddelen. • De accessoires kunnen gewoon worden afgewassen (eventueel ook in de vaatwasser). • Het bedieningspaneel moet worden gereinigd met een niet schurende spons of een zachte doek. • Roestvrij staal kan vlekken vertonen als er langere tijd kalkhoudend water of fosforhoudende schoonmaakmiddelen op hebben gelegen. We raden u dus aan alles goed af te spoelen en te drogen. 2. Schroef het lampje los en vervang het met eenzelfde soort lampje: vermogen 15 W, fitting E 14. Zet het deksel weer op zijn plaats en let erop dat de afdichting goed is bevestigd (zie afbeelding). Het reinigen van de glaskeramische kookplaat Het controleren van de afdichtingen van de oven Controleer regelmatig de staat van de afdichtingen rondom de ovendeur. In het geval de afdichting beschadigd is, dient u zich tot de dichtstbijzijnde Erkende Servicedienst te wenden. Gebruik de oven niet voordat de reparatie is uitgevoerd.  Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende middelen, zoals vlekkenmiddelen en roestverwijderende producten, schoonmaakmiddelen in poedervorm of schuursponzen: deze kunnen het oppervlak onherstelbaar krassen. • Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met een vochtige spons reinigen en afdrogen met keukenpapier. • Als de plaat erg vuil is moet hij worden schoongemaakt met een speciaal middel voor keramiekplaten. Daarna moet u hem afspoelen en afdrogen. • Voor het verwijderen van hardnekkig vuil kunt u een hiervoor bestemd schrapertje gebruiken. Doe dit zo snel mogelijk zonder te wachten tot het apparaat koud is geworden, om het hard worden van de resten te vermijden Uitstekende resultaten kunnen ook worden bereikt met een speciaal roestvrij staalwolsponsje voor keramiekplaten in een sopje gedoopt. • Als er op de kookplaat onverhoopt voorwerpen of plastic materiaal of suiker zouden smelten, moet u ze onmiddellijk met het schrapertje verwijderen zolang het oppervlak nog warm is. • Als de plaat is schoongemaakt, kan hij worden behandeld met een speciaal product voor onderhoud en bescherming: het onzichtbare laagje dat dit product achterlaat beschermt de plaat in het geval er iets overkookt. Dit soort handelingen moeten worden uitgevoerd als de plaat lauw of koud is. • Vergeet niet de kookplaat altijd met schoon water af te spoelen en goed af te drogen: restjes schoonmaakmiddel kunnen de volgende keer dat u kookt aankoeken. Vervangen van het ovenlampje Speciale producten voor het Waar het te reinigen van keramisch glas krijgen is Holte Voor het vervangen van het ovenlampje: Lamp Afdichting Deksel 54 1. Verwijder het glazen lampenkapje met behulp van een schroevendraaier. Radeermesje of scheermesje Hobby-shop en Ijzerhandel Stahl-Fix SWISSCLEANER WK TOP Andere producten voor keramisch glas Huishoudwinkel Doe-het-zelf winkel Ijzerhandel Supermarkt * Slechts op enkele modellen aanwezig. Automatische reiniging PYROLYSE Veiligheidsmechanismen Het programma PYROLYSE brengt de oventemperatuur op 500°C om het pyrolyseproces (ofwel het verbranden van voedselrestjes) te starten. Het vuil wordt letterlijk as. Gedurende de automatische reiniging kunnen de oppervlakken zeer heet worden: houd kinderen op een afstand. Door de ovendeur heen kunt u zien dat bepaalde deeltjes oplichten: dit is een plotselinge verbranding, hetgeen een absoluut normaal verschijnsel is dat geen enkel gevaar met zich mee brengt. • het verlichte symbool op het display geeft aan dat de ovendeur automatisch is geblokkeerd omdat de temperatuur zeer hoog is geworden; Voor het activeren van de PYROLYSE: • verwijder met een natte spons het ergste vuil uit de oven. Gebruik geen schoonmaakmiddelen; • haal alle accessoires uit de oven; • laat geen keukendoeken of pannenlappen aan het handvat hangen. • zet de PROGRAMMAKNOP op “0”  Als de oven te heet is kan het gebeuren dat de pyrolyse niet start. Wacht tot de oven is afgekoeld.  Het programma zal alleen van start gaan als de ovendeur gesloten is. Om de reinigingscyclus PYROLYSE te activeren drukt u circa 4 seconden op de toets . Met de knop INSTELLEN TIJDEN kunt u het gewenste reinigingsniveau kiezen met een vooringestelde en niet wijzigbare tijdsduur: 1. Economisch (ECO): draai de knop richting “-”. Duur 1 uur; 2. Normaal (NOR): beginniveau. Duur 1 uur en 30 minuten; 3. Intensief (INT): draai de knop richting “+”. Duur 2 uur. 4. Druk op de toets om te bevestigen. Zoals voor een normaal kookprogramma is het ook voor de PYROLYSE cyclus mogelijk een einde te programmeren (zie Programmeren van het einde van de automatische reiniging). • het symbool NL geeft aan dat op elk willekeurig moment dat u op de toets de reinigingscyclus kunt annuleren; drukt u • als er iets onverwachts of vreemds gebeurt zal de verwarming worden onderbroken; • als de deur geblokkeerd is kunnen de tijdsduur en de eindtijd van de cyclus niet meer veranderd worden. Het einde van de automatische reiniging programmeren 1. Druk op de toets totdat het symbool en de twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 2. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de uren in te stellen; 3. druk nogmaals op de toets totdat de andere twee cijfers op het DISPLAY beginnen te knipperen; 4. draai aan de knop INSTELLEN TIJDEN richting de “+” en de “-” om de minuten in te stellen; 5. druk nogmaals op de toets om te bevestigen. 6. als de ingestelde tijd is verstreken verschijnt op het DISPLAY het woord END en hoort u een geluidssignaal. • B.v.: het is 9:00 uur, u kiest het Economische niveau van PYROLYSE met een vooringestelde tijd van 1 uur. U programmeert 12:30 als eindtijd. Het programma zal automatisch om 11:30 beginnen. De symbolen en gaan aan om aan te geven dat een programmering is uitgevoerd. Op het DISPLAY verschijnen om de beurt de eindtijd en de duur van de PYROLYSE. Na de automatische reiniging De ovendeur kan pas worden geopend als de temperatuur tot op een acceptabel niveau is gezakt. U zult nu wat wit poeder waarnemen op de bodem en op de wanden van de oven: verwijder dit met een natte spons als de oven is afgekoeld. Als u wilt profiteren van de overgebleven warmte van de oven om te gaan koken, kunt u het witte poeder rustig laten liggen: het levert geen enkel gevaar op voor de gerechten die u wilt gaan koken. 55 Servicedienst NL Belangrijk: Het apparaat is voorzien van een automatisch diagnostisch systeem dat eventuele storingen opspoort. Deze kunt u op het display aflezen met berichten zoals: “F” gevolgd door enkele nummers. In deze gevallen moet u de technische dienst inschakelen.  Wendt u nooit tot niet erkende monteurs. Dit dient u door te geven: • Het soort storing; • Het model apparaat (Mod.) • Het serienummer (S/N) Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje op het apparaat. 56
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72

Scholtes CI 66H I de handleiding

Categorie
Ovens
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor