Canon LEGRIA HF R68 Handleiding

Categorie
Camcorders
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

CEL-SV7YA280
HD Camcorder
Gebruiksaanwijzing
H
2
Belangrijke gebruiksinstructies
WAARSCHUWING MET BETREKKING TOT AUTEURSRECHTEN:
Als uzonder toestemming opnamen maakt van materialen waarop auteursrechten rusten,
wordt mogelijk inbreuk gemaakt op de rechten van de houders van de auteursrechten
en op auteursrechtwetten.
VOORZICHTIG:
VOORKOM ELEKTRISCHE SCHOKKEN EN STORENDE INTERFERENTIES.
GEBRUIK DAAROM ALLEEN DE AANBEVOLEN ACCESSOIRES.
VOORZICHTIG:
HAAL DE STEKKER VAN HET NETSNOER UIT HET STOPCONTACT ALS U HET
APPARAAT NIET GEBRUIKT.
Voorkom elektrische schokken door het apparaat niet bloot te stellen aan waterdruppels
of waterspetters.
De stekker moet ugebruiken om het apparaat uit te schakelen. U moet de stekker direct
kunnen bereiken als zich een ongeval voordoet.
Als de compacte netadapter ingeschakeld is, mag udeze niet in een doek wikkelen of met
een doek afdekken, of in een besloten, te krappe ruimte leggen.
Het identificatieplaatje CA-110E bevindt zich aan de onderzijde.
3
Uitsluitend bestemd voor de Europese Unie en EER (Noorwegen, IJsland
en Liechtenstein)
Met deze symbolen wordt aangegeven dat dit product in
overeenstemming met de AEEA-richtlijn (2012/19/EU), de richtlijn
2006/66/EG betreffende batterijen en accu's en/of de plaatselijk
geldende wetgeving waarin deze richtlijnen zijn geïmplementeerd,
niet bij het normale huisvuil mag worden weggegooid.
Indien onder het hierboven getoonde symbool een chemisch symbool gedrukt staat,
geeft dit in overeenstemming met de richtlijn betreffende batterijen en accu's aan dat
deze batterij of accu een zwaar metaal bevat (Hg = kwik, Cd = cadmium, Pb = lood)
waarvan de concentratie de toepasselijke drempelwaarde in overeenstemming met
de genoemde richtlijn overschrijdt.
Dit product dient te worden ingeleverd bij een hiervoor aangewezen inzamelpunt,
bijv. door dit in te leveren bij een hiertoe erkend verkooppunt bij aankoop van een
gelijksoortig product, of bij een officiële inzameldienst voor de recycling van elektrische
en elektronische apparatuur (EEA) en batterijen en accu's. Door de potentieel
gevaarlijke stoffen die gewoonlijk gepaard gaan met EEA, kan onjuiste verwerking
van dit type afval mogelijk nadelige gevolgen hebben voor het milieu en de menselijke
gezondheid. Uw medewerking bij het op juiste wijze weggooien van dit product draagt
bij tot effectief gebruik van natuurlijke hulpbronnen.
Voor verdere informatie over recycling van dit product kunt ucontact opnemen
met uw plaatselijke gemeente, afvaldienst, officiële dienst voor klein chemisch
afval of afvalstortplaats, of kunt uterecht op www.canon-europe.com/weee,
of www.canon-europe.com/battery.
REGIO'S VOOR GEBRUIK
De LEGRIA HF R68, LEGRIA HF R67 en LEGRIA HF R66 voldoen (vanaf januari 2015)
aan de voorschriften ten aanzien van radiosignalen in de hieronder genoemde regio's.
Als uwilt weten in welke andere regio's ze kunnen worden gebruikt, kunt umeer
informatie krijgen via de contactgegevens aan het einde van deze gebruiksaanwijzing
(A 301).
4
Verklaring ten aanzien van EU-richtlijn
Canon Inc. verklaart dat deze WM217 in overeenstemming is met de
essentiële vereisten en andere relevante bepalingen van richtlijn 1999/5/EC.
Neem contact op met het onderstaande adres voor de originele Verklaring van
Conformiteit:
CANON EUROPA N.V.
Bovenkerkerweg 59, 1185 XB Amstelveen, The Netherlands
CANON INC.
30-2, Shimomaruko 3-chome, Ohta-ku, Tokyo 146-8501, Japan
Dit product is geïnstalleerd met de WLAN-module die gecertificeerd
is volgens de normen die zijn opgesteld door IDA Singapore.
Model
ID0047: LEGRIA HF R68/LEGRIA HF R67/LEGRIA HF R66
REGIO'S
Australië, België, Bulgarije, Cyprus, Denemarken, Duitsland, Estland, Finland,
Frankrijk, Griekenland, Hongarije, Hongkong S.A.R., Ierland, IJsland, Italië, Kroatië,
Letland, Liechtenstein, Litouwen, Luxemburg, Malta, Nederland, Nieuw-Zeeland,
Noorwegen, Oostenrijk, Polen, Portugal, Roemenië, Rusland, Singapore, Slovenië,
Slowakije, Spanje, Tsjechië, Verenigd Koninkrijk, Zweden, Zwitserland
Complies with
IDA Standards
DB00671
5
Informatie over handelsmerken
Het SD-, SDHC- en SDXC-logo zijn handelsmerken van SD-3C, LLC.
Microsoft en Windows zijn handelsmerken of geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation
in de VS en/of andere landen.
App Store, iPad, iPhone, iTunes en Mac OS zijn handelsmerken van Apple Inc., gedeponeerd in de VS
en andere landen.
HDMI, het HDMI-logo en High-Definition Multimedia Interface zijn
handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van HDMI Licensing LLC
in de Verenigde Staten en andere landen.
'AVCHD', 'AVCHD Progressive' en het 'AVCHD Progressive'-logo zijn handelsmerken van Panasonic
Corporation en Sony Corporation.
Google, Android, Google Play, YouTube zijn handelsmerken van Google Inc.
Gefabriceerd onder licentie van Dolby Laboratories.
'Dolby' en het symbool met de dubbele D zijn handelsmerken van Dolby
Laboratories.
Facebook is een gedeponeerd handelsmerk van Facebook, Inc.
IOS is een handelsmerk of geregistreerd handelsmerk van Cisco in de VS en
andere landen en wordt onder licentie gebruikt.
De Twitter-naam en -merken zijn handelsmerken van Twitter, Inc.
Wi-Fi is een gedeponeerd handelsmerk van de Wi-Fi Alliance.
Wi-Fi Certified, WPA, WPA2, en het Wi-Fi Certified-logo zijn handelsmerken van de Wi-Fi Alliance.
WPS zoals gebruikt in de instellingen, op de schermen en in deze gebruiksaanwijzing van de camcorder,
duidt op Wi-Fi Protected Setup.
Het Wi-Fi Protected Setup Identifier Mark is een merk van de Wi-Fi Alliance.
Het N-teken is een handelsmerk of gedeponeerd handelsmerk van NFC Forum, Inc. in de Verenigde
Staten en in andere landen.
FlashAir is een handelsmerk van Toshiba Corporation.
Overige namen en producten die hierboven niet zijn vermeld, kunnen handelsmerken of gedeponeerde
handelsmerken zijn van de betreffende ondernemingen.
Dit apparaat omvat exFAT-technologie onder licentie van Microsoft.
'Full HD 1080' heeft betrekking op Canon-camcorders die in overeenstemming zijn
met High-Definition Video die is samengesteld uit 1.080 verticale pixels (scanlijnen).
This product is licensed under AT&T patents for the MPEG-4 standard and may be
used for encoding MPEG-4 compliant video and/or decoding MPEG-4 compliant
video that was encoded only (1) for a personal and non-commercial purpose or (2) by a video provider
licensed under the AT&T patents to provide MPEG-4 compliant video. No license is granted or implied
for any other use for MPEG-4 standard.
* Kennisgeving in Engels weergegeven, zoals vereist.
6
Over deze gebruiksaanwijzing en de camcorder
Bedankt dat uhebt gekozen voor de Canon LEGRIA HF R68/
LEGRIA HF R67/LEGRIA HF R66/LEGRIA HF R606. Lees deze handleiding
zorgvuldig door voordat ude camcorder gebruikt en bewaar deze zodat
ude handleiding later na kunt slaan. Mocht uw camcorder niet goed
werken, raadpleeg dan Problemen oplossen (A 240).
Conventies die in deze handleiding worden gebruikt
In deze handleiding worden de volgende termen gebruikt:
H Indien uit de tekst niet af te leiden is of de term 'geheugen'
betrekking heeft op enerzijds de 'geheugenkaart' of anderzijds het
'interne geheugen', dan heeft deze term betrekking op beide.
'Scène' verwijst naar één filmeenheid die is opgenomen met één
opnamehandeling.
De termen 'foto' en 'stilbeeld' worden afwisselend gebruikt,
maar hebben dezelfde betekenis.
Belangrijke voorzorgsmaatregelen die betrekking hebben
op de werking van de camcorder.
Aanvullende opmerkingen en onderwerpen die aansluiten
op de basisbedieningsprocedures.
Beperkingen, vereisten of voorwaarden voor de beschreven
functie.
A
Paginanummer ter referentie.
H Tekst die alleen van toepassing is op modellen die worden
getoond in het pictogram.
>
Deze pijl wordt gebruikt om menu-selecties af te korten.
Raadpleeg Gebruik van de menu's (A 44) voor meer
informatie over het gebruik van de menu's.
7
Vierkante haakjes [ ] verwijzen naar bedieningselementen die uop
het scherm dient aan te raken (menu's, knoppen, enzovoort) en naar
berichten zoals die op het scherm worden weergegeven.
De foto's in deze handleiding zijn gesimuleerde foto's die zijn gemaakt
met een fotocamera. Afbeeldingen en menupictogrammen hebben
betrekking op de J, tenzij anders aangegeven.
Illustraties van het scherm van de camcorder of van een computerscherm
die in deze handleiding worden gebruikt laten mogelijk alleen relevante
delen van het scherm zien.
Navigatieknoppen: de navigatiebalk onderaan de pagina biedt tot vier
knoppen waarmee usnel de informatie kunt vinden die unodig hebt.
Naar de algemene inhoudsopgave springen.
Naar een lijst met geselecteerde functies gaan die gegroepeerd
zijn aan de hand van hun gebruik in alledaagse situaties. Deze
alternatieve index kan erg handig zijn voor beginnelingen die
tegen een bepaalde uitdaging aanlopen, maar die niet zeker
weten welke functie ze het beste kunnen gebruiken.
Naar de alfabetische index springen.
Met de knop met een cijfer erin verspringt unaar het begin
van het huidige hoofdstuk, waar ueen overzicht vindt van de
informatie en gerelateerde functies die in dat hoofdstuk worden
uitgelegd. Het pictogram zelf verandert, al naargelang het
hoofdstuk dat uop dat moment aan het lezen bent.
8
Neem de onderstaande voorzorgsmaatregelen in acht wanneer
de ACCESS-indicator van de camcorder brandt of knippert.
Als udat niet doet, kunt uuw gegevens voorgoed kwijtraken
of raakt het geheugen mogelijk beschadigd.
- Open het afdekplaatje van de geheugenkaartsleuf niet.
- Verwijder de stroombron niet en zet de camcorder niet uit.
- Wijzig de filmmodus van de camcorder niet.
- Druk niet op de knop ^.
- Verwijder de USB-kabel niet indien een USB-kabel op de
camcorder is aangesloten.
9
Inhoudsopgave
Belangrijke gebruiksinstructies..............................................2
Over deze gebruiksaanwijzing en de camcorder ...................6
De functies van de camcorder in alledaagse situaties ........14
Unieke functies voor bijzondere gevallen.............................14
De uitstraling krijgen die uwilt.............................................15
Uitdagende onderwerpen en opnameomstandigheden.......16
Afspelen, bewerken en overige ...........................................17
H Draadloze functies ........................................18
Kennismaking met de camcorder........................................20
Bijgeleverde accessoires.....................................................20
Namen van onderdelen.......................................................22
Voorbereidingen .......................................................... 27
De accu opladen..................................................................28
Een geheugenkaart gebruiken.............................................32
Geheugenkaarten die umet de camcorder kunt
gebruiken ...........................................................................32
Een geheugenkaart plaatsen en verwijderen .......................33
Eerste instellingen................................................................36
Basisinstellingen .................................................................36
De tijdzone wijzigen ............................................................39
Het geheugen initialiseren ...................................................40
10
Basisbediening van de camcorder ......................................43
Het touchscreen gebruiken.................................................43
Gebruik van de menu's.......................................................44
Bedieningsstanden .............................................................50
Basisfuncties voor opnemen en afspelen.................. 52
Basisfuncties voor opnemen ...............................................53
Video-opnamen maken ......................................................53
Foto's maken .....................................................................55
AUTO-stand .......................................................................57
Zoomen..............................................................................61
Basisfuncties voor afspelen.................................................65
Films afspelen.....................................................................65
Foto's bekijken ...................................................................71
Scènes en foto's verwijderen ..............................................73
Geavanceerde opnamefuncties ................................. 77
Opname-instellingen en filmstanden ...................................78
De indeling voor filmopnamen selecteren (AVCHD/MP4).....78
De videokwaliteit selecteren................................................78
H Het geheugen (intern geheugen/
geheugenkaart) selecteren voor uw opnamen.....................80
H Dubbelopname en relay-opname ..................81
De filmmodus selecteren ....................................................82
Baby-stand.........................................................................84
Cinema-modus en cinematografische filters........................85
Speciale scènestanden.......................................................86
Stand Programma AE: instellingen afstemmen op uw
wensen...............................................................................89
11
Handige functies..................................................................90
Opnemen in slow of fast motion .........................................90
Decoratie: uw opnamen verfraaien......................................93
Videosnapshot..................................................................101
Gezichten detecteren en volgen........................................102
Faders ..............................................................................105
Als umeer zelf wilt bepalen ...............................................107
Belichting..........................................................................107
Scherpstelling...................................................................109
Witbalans .........................................................................111
Beeldsnelheid ...................................................................113
Telemacro ........................................................................114
Audio opnemen .................................................................115
Geluidsscènes ..................................................................115
Gebruik van een koptelefoon ............................................116
Geavanceerde functies voor afspelen en
bewerken ................................................................... 119
Geavanceerde afspeelfuncties ..........................................120
Videosnapshotscènes en foto's maken van een film .........120
Afspelen met achtergrondmuziek......................................123
Het punt selecteren waar met afspelen moet worden
begonnen .........................................................................125
Diavoorstelling van foto's ..................................................127
Bewerkingsfuncties ...........................................................129
Scènes splitsen ................................................................129
Scènes snijden .................................................................130
Het miniatuurbeeld van een scène wijzigen .......................132
12
H Opnamen kopiëren naar een
geheugenkaart .................................................................133
H Films converteren naar MP4-indeling ..........136
Externe aansluitingen................................................ 141
Aansluitpunten op de camcorder ......................................142
Aansluitschema's..............................................................143
Opnamen afspelen op een tv-scherm ...............................147
Uw opnamen opslaan en delen .........................................149
Opnamen opslaan op een computer.................................150
Opnamen opslaan op het optionele Connect Station
CS100 (USB)....................................................................156
H Geheugen opslaan: een compleet
geheugen opslaan op een externe harde schijf .................157
Uw opnamen kopiëren naar een externe videorecorder ....162
H Wi-Fi-functies ...................................... 164
Overzicht van de Wi-Fi-functies van de camcorder ..........165
De Wi-Fi-functies van de camcorder.................................170
Een iOS- of Android-apparaat als afstandsbediening
gebruiken .........................................................................170
Afspelen via browser: opnamen bekijken met behulp van
een internetbrowser op een iOS- of Android-apparaat ......181
Opnamen opslaan en films naar internet uploaden met
een iOS-apparaat .............................................................184
Opnamen opslaan op het optionele Connect Station
CS100 (NFC+Wi-Fi) ..........................................................186
Opnamen delen via CANON iMAGE GATEWAY................188
Draadloos afspelen op een computer ...............................195
13
Wi-Fi-verbinding en instellingen ........................................198
Wi-Fi-verbinding via een toegangspunt .............................198
Wi-Fi-instellingen bekijken en wijzigen...............................204
Overige informatie..................................................... 208
Bijlage: Menu-opties - Overzicht .......................................209
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen.....................232
Problemen? .......................................................................240
Problemen oplossen.........................................................240
Overzicht van berichten ....................................................251
Wat uwel en niet moet doen .............................................269
Hoe ude camera moet behandelen..................................269
De ingebouwde lithiumbatterij verwijderen........................275
Onderhoud/overig..............................................................278
Reinigen ...........................................................................278
Condens...........................................................................278
De camcorder in het buitenland gebruiken........................279
Algemene informatie..........................................................281
Optionele accessoires.......................................................281
Specificaties .....................................................................285
Referentietabellen..............................................................291
Index ..................................................................................296
14
De functies van de camcorder
in alledaagse situaties
Unieke functies voor bijzondere gevallen
Prachtige herinneringen van uw baby's dierbaarste
momenten bewaren en de speciaal ontworpen stempels
gebruiken om bij te houden hoeveel uw baby groeit.
Baby-modus (A 84)
Een coole time-lapsevideo opnemen of slow motion gebruiken om uw
golfswing te controleren.
Opnemen in slow of fast motion (A 90)
Films versieren met graphics en stempels.
Decoratie (A 93)
9
15
Een dynamische montage maken aan de hand van korte clips.
Videosnapshot (A 101)
Geluid opnemen met de beste kwaliteit die in uw
opnamesituatie mogelijk is, bijvoorbeeld wanneer
ueen voordracht of een muziekoptreden bijwoont.
Geluidsscènes (A 115)
De uitstraling krijgen die uwilt
De camcorder aan de hand van de
opnamescène de beste instellingen
laten selecteren voor prachtige video
en foto's.
N-modus (A 57)
Het beeld helderder of donkerder maken
dan de belichting die door de camcorder
wordt ingesteld.
Belichting (A 107)
16
Wijzigen hoe vloeiende of natuurlijke
beweging eruitziet in uw video's.
Framerate (A 113)
Uw opnamen een professionele
cinematografische uitstraling geven.
Cinema-modus en
cinematografische filters (A 85)
Kiezen of uopneemt in AVCHD-indeling of MP4-indeling.
Filmindeling (A 78)
Uitdagende onderwerpen en opnameomstandigheden
Prachtige video opnemen van speciale
scènesituaties met minimale instellingen.
Filmstanden (A 82)
Natuurlijke kleuren verkrijgen,
zelfs bij bijzondere belichting.
Witbalans (A 111)
De belichting voor het gewenste onderwerp optimaliseren door alleen
het scherm aan te raken.
Touch AE (A 108)
Cinemafilter [FILTER 2] (Levendig)
Filmmodus Nachtscène
[ü Nachtscène]
17
Blijven scherpstellen op het onderwerp en de belichting optimaal houden
terwijl ueen bewegend onderwerp vastlegt.
Gezichtsdetectie en volgen (A 102)
Afspelen, bewerken en overige
Delen van uw video opslaan als foto's of als korte videosnapshots.
Foto's/videosnapshots vastleggen (A 120)
H Uw scènes converteren naar een kleiner
bestandsformaat om te uploaden naar internet.
Films converteren naar MP4-indeling (A 136)
H Alle opnamen op een geheugen rechtstreeks op een
externe harde schijf opslaan, zelfs zonder computer.
Geheugen opslaan (A 157)
Uw bestanden vergrendelen om te voorkomen dat uze per ongelijk
verwijdert of wijzigt.
Bestanden vergrendelen voor bewerking (A 69)
Scènes of een diavoorstelling van foto's afspelen met
achtergrondmuziek.
Afspelen met achtergrondmuziek (A 123)
Van uw opnamen genieten op een tv.
HDMI-aansluiting (A 143)
Afspelen (A 147)
18
Opnamen opslaan op uw computer en ze uploaden naar het internet.
Opnamen opslaan (A 150)
Uw opnamen moeiteloos opslaan op het optionele Connect
Station CS100.
Connect Station CS100 (A 156, 186)
H Draadloze functies
Uw smartphone of tablet als afstandsbediening gebruiken terwijl
uopneemt.
CameraAccess plus (A 170)
Een webbrowser op uw smartphone of tablet gebruiken om
de opnamen op de camcorder te openen en af te spelen.
Afspelen via browser (A 181)
19
Een iOS-app gebruiken om opnamen draadloos over te zetten naar
uw iPhone/iPad en ze naar internet te uploaden.
Movie Uploader (A 184)
Uw opnamen via CANON iMAGE GATEWAY delen door ze in
fotoalbums op internet te zetten.
CANON iMAGE GATEWAY (A 188)
De NFC-functie gebruiken om moeiteloos uw camcorder te
verbinden met uw Android-apparaat dat NFC ondersteunt.
NFC (A 171, 177, 181)
De camcorder draadloos verbinden met uw thuisnetwerk en uw
opnamen draadloos streamen.
Mediaserver (A 195)
Wi-Fi-verbinding met een toegangspunt (A 198)
Wi-Fi-instellingen bekijken en aanpassen (voor gevorderde
gebruikers).
Wi-Fi-instellingen (A 204)
20
Kennismaking met de camcor der
Bijgeleverde accessoires
De volgende accessoires worden bij de camcorder geleverd:
Compacte netadapter
CA110E (inclusief netsnoer)
Accu BP-718
Groothoekconverter WA-H43
(alleen I)
USB-kabel IFC-300PCU/S
High-Speed HDMI-kabel
HTC100/S
Introductiehandleiding
Installatiehandleiding voor
Transfer Utility LE*
21
* In deze handleiding wordt beschreven hoe ude software Transfer Utility LE
van PIXELA kunt downloaden. Met deze software kunt uuw AVCHD-films
opslaan op een computer en kunt umuziekbestanden overdragen naar een
geheugenkaart. Voor informatie over het gebruik van de software raadpleegt
ude 'Softwarehandleiding Transfer Utility LE', die is inbegrepen in de
gedownloade software.
De camcorder kan een ratelend geluid maken als deze wordt
geschud (A 246).
22
Namen van onderdelen
Aanzicht linkerzijde
1 ^ afspeelknop (A 51)
2 ON/OFF-knop
3 Afdekplaatje geheugenkaartsleuf (A 33)
4 Geheugenkaartsleuf (A 33)
5 AV OUT-aansluitpunt (A 142, 145)/× (koptelefoon)-aansluitpunt
(A 116)
6 HDMI OUT-aansluitpunt (A 142, 143)
7 USB-aansluitpunt (A 142, 146)
12
567
34
23
Aanzicht rechterzijde
1 START/STOP-knop (A 53)
2 DC IN-aansluitpunt (A 28)
3 Handgreepriem
Stel de handgreepriem zo af dat umet uw
wijsvinger de zoomhendel en met uw duim
de knop Y kunt bereiken.
4 Lensafdekkingsschakelaar
Schuif de lensafdekkingsschakelaar omlaag
naar om de lensafdekking te openen.
12 3 4
24
Vooraanzicht Bovenaanzicht
1 Stereomicrofoon (A 115, 230)
2 H NFC-contactpunt (near field communication)
(A 173, 186)
3 Luidspreker (A 68)
4 Zoomhendel (A 61)
1
23 4
25
Achteraanzicht Onderaanzicht
1 LCD-touchscreen (A 26, 43)
2 ACCESS-indicator (status geheugenkaart) (A 8, 53, 55)
3 H Wi-Fi-antenne (A 169)
4 POWER/CHG-oplaadindicator:
Groen - Aan; Rood - Bezig met opladen (A 28)
5 Accu-aansluitpunt (A 28)
6 Serienummer
7 Statiefbevestiging (A 271)
8 BATTERY RELEASE-schakelaar (ontgrendeling accu) (A 29)
1234
5
26
LCD-touchscreen
Open het LCD-paneel 90 graden.
De camcorder wordt hierdoor vanzelf
aangezet. De eerste keer dat uhet LCD-
paneel opent, wordt udoor de schermen
voor de basisinstellingen geleid (A 36).
Pas de stand van het LCD-paneel aan
de opnameomstandigheden aan.
Het scherm is gefabriceerd met uiterst
verfijnde technieken. Meer dan 99,99% van de pixels functioneert
correct. Minder dan 0,01% van de pixels kan af en toe mislukken
of wordt weergegeven als zwarte, rode, blauwe of groene punten.
Dit heeft geen gevolgen voor het opgenomen beeld en duidt niet
op een defect.
Raadpleeg Hoe ude camera moet behandelen (A 269),
Reinigen (A 278) voor bijzonderheden over behandeling van
het touchscreen.
180°
circa 90°
27
Voorbereidingen
De accu opladen
De eerste stap om uw camcorder te gebruiken is de stroomtoevoer
voorbereiden. In dit gedeelte wordt beschreven hoe ueen accu
kunt opladen.
Een geheugenkaart gebruiken
Dit gedeelte legt uit wat voor types geheugenkaarten gebruikt
kunnen worden en hoe ueen kaart in de camcorder plaatst.
Eerste instellingen
De eerste keer dat ude camcorder aanzet, dient ude
basinstellingen te doorlopen en de taal, datum en tijd,
filmindeling (AVCHD of MP4) en het opnamegeheugen
(alleen H) van de camcorder in te stellen.
Basisbediening van de camcorder
In dit gedeelte kunt umeer lezen over de basisbediening,
zoals het touchscreen gebruiken, bedieningsstanden
wijzigen en de menu's gebruiken.
28
32
36
43
28
De accu opladen
De accu opladen
De camcorder kan van stroom worden voorzien met een accu of
rechtstreeks met de compacte netadapter.
1 Sluit het netsnoer aan op de compacte netadapter.
2 Steek de stekker van het netsnoer in een stopcontact.
3 Sluit de compacte netadapter aan op het DC IN-aansluitpunt
van de camcorder.
1
2
3
1
3
2
29
De accu opladen
4 Plaats de accu in de camcorder.
Druk de accu zachtjes in het accu-aansluitpunt en schuif de accu
omhoog totdat deze vastklikt.
5 Het laden begint zodra de camcorder is uitgeschakeld.
Als de camcorder ingeschakeld was, zal de groene POWER/CHG-
indicator uitgaan zodra ude camcorder uitzet. Na korte tijd gaat de
POWER/CHG-indicator branden in een rode kleur (accu bezig met
opladen). De rode POWER/CHG-indicator gaat uit zodra de accu
volledig is opgeladen.
Knippert de indicator snel, raadpleeg dan Problemen oplossen
(A 245).
Het duurt circa 5 uur en 35 minuten voordat de bijgeleverde accu
volledig is opgeladen.
De accu verwijderen
1 Schuif d in de richting van de pijl en houd deze
schakelaar ingedrukt.
2 Verschuif de accu en trek deze naar buiten.
4
5
54
30
De accu opladen
Zet de camcorder uit voordat ude compacte netadapter
aansluit of verwijdert. Nadat ude camcorder hebt uitgezet,
worden belangrijke gegevens in het geheugen opgeslagen.
Wacht totdat de groene POWER/CHG-indicator uitgaat.
Sluit op het DC IN-aansluitpunt van de camcorder of op de
compacte netadapter geen elektrische apparatuur aan die niet
uitdrukkelijk is aanbevolen voor gebruik met deze camcorder.
Sluit de bijgeleverde compacte netadapter niet aan op
spanningsomzetters bij reizen naar andere continenten of op
speciale stroombronnen zoals die in vliegtuigen en schepen,
DCAC-omzetters, etc. Anders kan het apparaat uitvallen of
te heet worden.
We raden aan dat ude accu oplaadt bij een temperatuur
tussen 10 °C en 30 °C. De accu zal niet worden opgeladen
als de omgevingstemperatuur of de temperatuur van de accu
lager is dan circa 0 °C en hoger dan circa 40 °C.
Als de omgevingstemperatuur of de temperatuur van de accu
laag is, kan het opladen langer duren dan normaal.
12
12
31
De accu opladen
De accu wordt alleen opgeladen als de camcorder uit staat.
Als tijdens het opladen van de accu de stroombron werd
losgekoppeld, controleert ueerst of de POWER/CHG-indicator
is uitgegaan voordat ude stroombron weer aansluit.
Als resterende accucapaciteit een probleem vormt, kunt ude
camcorder van stroom voorzien met de compacte netadapter,
zodat de accustroom niet wordt verbruikt.
Opgeladen accu's ontladen zich op natuurlijke wijze. Zorg er
daarom voor dat ude accu op de dag van gebruik, of de dag
ervoor, oplaadt. U bent dan verzekerd van een volle accu.
Accu's voor deze camcorder kunnen de resterende
accucapaciteit weergeven. De accu moet de eerste keer
volledig worden opgeladen en udient de camcorder vervolgens
te gebruiken totdat de accu helemaal leeg is. Hiermee zorgt
uervoor dat de resterende opnametijd nauwkeurig wordt
weergegeven.
Raadpleeg Accu (A 272) voor meer informatie over
behandeling van de accu. Raadpleeg de Referentietabellen
(A 291) voor oplaadtijden en geschatte gebruikstijden.
U kunt de laadstatus van een accu controleren met de optie
1 > q > [Accu-info].
Wij raden uaan twee- tot driemaal zoveel opgeladen accu's bij
de hand te houden dan unodig denkt te hebben.
32
Een geheugenkaart gebruiken
Een geheugenkaart gebruiken
Geheugenkaarten die umet de camcorder kunt
gebruiken
U kunt met deze camcorder gebruikmaken van de volgende soorten
SDkaarten, die in de winkel verkrijgbaar zijn. We raden aan om
geheugenkaarten te gebruiken van klasse 4, 6 of 10*.
Vanaf december 2014 is de filmopnamefunctie getest met SD/SDHC/
SDXC-kaarten die zijn gemaakt door Panasonic, Toshiba en SanDisk.
Bezoek de website van Canon voor uw regio voor de nieuwste informatie
over geheugenkaarten die ukunt gebruiken.
* Om films op te nemen met een videokwaliteit van 50P of 35 Mbps of om op te
nemen in slow of fast motion, is het raadzaam geheugenkaarten te gebruiken
van snelheidsklasse 6 of 10.
** Wanneer ueen SD-geheugenkaart gebruikt zonder aanduiding van de
snelheidsklasse of een geheugenkaart met klasse 2, kunt umogelijk geen
films opnemen.
Type geheugenkaart:
. SD-kaart
/ SDHC-kaart
0 SDXC-kaart
SD-snelheidsklasse**:
Als uin de loop der tijd herhaaldelijk opnamen hebt gemaakt
en verwijderd (gefragmenteerd geheugen), zal het langer duren
om gegevens naar de geheugenkaart te schrijven en kan het
gebeuren dat de camcorder stopt met opnemen. Maak een
back-up van uw opnamen en initialiseer de geheugenkaart
met behulp van de optie [Initalisatie voltooien] (A 40).
33
Een geheugenkaart gebruiken
SDXC-kaarten
U kunt met deze camcorder gebruikmaken van SDXC-kaarten. Bij gebruik
van SDXC-kaarten met andere apparaten, zoals digitale recorders,
computers en kaartlezers, dient ute controleren of het externe apparaat
compatibel is met SDXC-kaarten. Neem voor meer informatie over
compatibiliteit contact op met de fabrikant van de computer, het
besturingssysteem of de geheugenkaart.
Een geheugenkaart plaatsen en verwijderen
Wanneer ude camcorder de eerste keer inschakelt, verschijnt het eerste
scherm voor de basisinstellingen. Om een geheugenkaart te gebruiken
om op te nemen, zet ude camcorder uit en plaatst ude geheugenkaart
voordat ude basisinstellingen instelt. Nadat ude basisinstellingen
hebt ingesteld (A 36), dient ude geheugenkaart met de camcorder
te initialiseren voordat udeze voor het eerst gebruikt (A 40).
Over de snelheidsklasse: Snelheidsklasse (Speed Class) is
een standaard die de minimale gegarandeerde snelheid van
gegevensoverdracht van geheugenkaarten aanduidt. Controleer
bij aanschaf van een geheugenkaart op de verpakking het logo
van de snelheidsklasse.
Als ueen SDXC-kaart gebruikt op een computer met een
besturingssysteem dat niet compatibel is met SDXC, wordt
umogelijk gevraagd de geheugenkaart te formatteren. In dat
geval dient ude procedure te annuleren om te voorkomen
dat ugegevens verliest.
34
Een geheugenkaart gebruiken
1 Open het LCD-paneel.
De camcorder wordt automatisch aangezet. Als dit de eerste keer
is dat ude camcorder aanzet, verschijnt het taalkeuzescherm van
de basisinstellingen.
2 Druk op [ om de camcorder uit te zetten.
Controleer of de POWER/CHG-indicator uit is.
3 Open het afdekplaatje van de geheugenkaartsleuf.
4 Steek de geheugenkaart in zijn geheel, met het label naar de
lens gericht, in een kleine hoek in de geheugenkaartsleuf totdat
de kaart vastklikt.
De geheugenkaartsleuf staat in een kleine hoek ten opzichte van
de lens. Let er daarom op dat ude geheugenkaart niet beschadigt
als udeze in de camcorder steekt.
5 Sluit het afdekplaatje van de geheugenkaartsleuf.
Forceer de afdekking niet om deze te sluiten als ude geheugenkaart
niet op de juiste wijze hebt geplaatst.
123
23
4
Bovenaan-
zicht
SD-kaart
(lens)
35
Een geheugenkaart gebruiken
De geheugenkaart verwijderen
Druk eenmaal de geheugenkaart in om deze te ontgrendelen.
De geheugenkaart springt vervolgens naar buiten. Trek de kaart
daarna in zijn geheel naar buiten.
Geheugenkaarten hebben een voor- en achterzijde die van
elkaar verschillen. De camcorder kan defect raken als ueen
geheugenkaart verkeerd om in de camcorder plaatst. Zorg ervoor
dat ude geheugenkaart plaatst zoals beschreven in stap 4.
36
Eerste instellingen
Eerste instellingen
Basisinstellingen
De eerste keer dat ude camcorder aanzet, wordt udoor de schermen
voor de basisinstellingen van de camcorder geleid. Zo kunt ude taal kiezen,
de datum en tijd instellen, de filmindeling kiezen (AVCHD of MP4) en
het opnamegeheugen kiezen (alleen H). Raadpleeg Het
touchscreen gebruiken (A 43) voor informatie over het gebruik van
het touchscreen.
1 Open het LCD-paneel.
Als dit de eerste keer is dat ude camcorder aanzet, verschijnt het
taalkeuzescherm.
•U kunt ook op [ drukken om de camcorder aan te zetten.
2 Raak de taal aan die uwilt gebruiken voor de schermgegevens
en raak vervolgens [æ] aan.
U kunt uit 27 talen kiezen. Mogelijk moet unaar beneden scrollen
om uw taal te vinden.
Nadat ueen taal hebt geselecteerd, verschijnt het scherm
[Datumindeling].
Raak [æ] aan nadat ueen
taal hebt geselecteerd
37
Eerste instellingen
3 Raak [J.M.D], [M.D.J] of [D.M.J] aan om de door ugewenste
datumindeling te selecteren en raak vervolgens [æ] aan.
Nadat ude datumindeling hebt geselecteerd, verschijnt het scherm
[Datum/Tijd], waarin het eerste veld is geselecteerd.
4 Raak een veld aan dat uwilt wijzigen (jaar, maand, dag, uren of
minuten).
5 Raak [Í] of [Î] aan om het veld desgewenst te wijzigen.
6 Stel de juiste datum en tijd in door alle velden op dezelfde wijze
te wijzigen.
Raak [24H] aan om de 24-uurs klok te gebruiken of laat de optie
ongeselecteerd om de 12-uurs klok (AM/PM) te gebruiken.
7 Raak [OK] aan en raak vervolgens [æ] aan.
Nadat ude datum en tijd hebt ingesteld, verschijnt het scherm
[Filmindeling].
8 Raak [·] of [¸] aan om de filmindeling te selecteren en raak
vervolgens [æ] aan.
H Nadat ude filmindeling hebt geselecteerd, verschijnt
het scherm [v Opnamemedia Videos], waarin uhet geheugen kunt
selecteren waarmee films worden opgenomen.
M Ga verder met stap 11.
38
Eerste instellingen
9 Raak [&] (intern geheugen) of [8] (geheugenkaart) aan en raak
vervolgens [æ] aan.
Als uhet geheugen selecteert, kunt ucontroleren wat de
beschikbare opnametijd is op basis van de standaardinstelling
voor de videokwaliteit.
Nadat uhet geheugen hebt geselecteerd waarmee ufilms wilt
opnemen, verschijnt het scherm [{ Opnamemedia Foto's].
10 Raak [&] (intern geheugen) of [8] (geheugenkaart) aan en raak
vervolgens [æ] aan.
Wanneer uhet geheugen selecteert, kunt uhet aantal foto's
controleren dat ukunt maken op basis van een fotoresolutie
van 1920x1080.
11 Raak [OK] aan.
De basisinstellingen zijn nu voltooid. De instellingen die uhebt
geselecteerd, worden kort weergegeven en de camcorder is klaar
om opnamen te maken.
Nadat ude basisinstellingen hebt voltooid, kunt uhet LCD-paneel
sluiten of op [ drukken om de camcorder uit te zetten.
Sommige bedieningsknoppen, zoals [ON], [OFF] of [PHOTO]in
sommige schermen, worden ongeacht de geselecteerde taal in
het Engels getoond.
U kunt de basisinstellingen later aanpassen met behulp van de
menu's van de camcorder.
-Taal: 1 > q > [Taal H]
- Datum en tijd: 1 > q > [Datum/Tijd]
- Filmindeling: 3 > [Filmindeling]
- H Geheugen dat wordt gebruikt voor opname:
3 > [Opnamemedia] > [Opnamemedia Videos] of
[Opnamemedia Foto's]
39
Eerste instellingen
De tijdzone wijzigen
Kies de tijdzone die bij uw locatie past. De standaardinstelling is Parijs.
De camcorder kan bovendien de datum en tijd van een andere locatie
onthouden. Dit is handig als uop reis bent, zodat ude camcorder kunt
afstemmen op de tijd van uw thuislocatie of die van uw bestemming.
Voor dit gedeelte is het gebruik van de menu's van de camcorder nodig.
Raadpleeg Gebruik van de menu's (A 44) voor meer informatie over
het gebruik van de menu's.
1 Open het scherm [Tijdzone/DST].
Als ude camcorder circa 3 maanden niet gebruikt, raakt de
ingebouwde oplaadbare lithiumbatterij mogelijk geheel leeg en
verliest udaardoor de datum- en tijdinstelling. Laad in dat geval
de ingebouwde lithiumbatterij op (A 274). De volgende keer dat
ude camcorder aanzet, dient uopnieuw de basisinstellingen in
te voeren.
U kunt de optie 1 > q > [Aanzetten met lcd-scherm]
wijzigen zodat ude camcorder alleen kunt aan- en uitzetten
door op [ te drukken.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [1 Overige instellingen] > q > [Tijdzone/DST]
40
Eerste instellingen
2 Raak ["] aan om de tijdzone thuis in te stellen of [#] om de
tijdzone van uw bestemming in te stellen wanneer uop reis bent.
3 Raak [Í] of [Î] aan om de gewenste tijdzone in te stellen.
Raak indien nodig [$] aan om de zomertijd in te stellen.
4 Raak [X] aan om het menu te sluiten.
Het geheugen initialiseren
Voordat ueen geheugenkaart de eerste keer met de camcorder gebruikt,
moet ude geheugenkaart initialiseren. U kunt een geheugenkaart of het
interne geheugen (alleen H) ook initialiseren om de opnamen
voorgoed uit het betreffende geheugen te verwijderen.
H Het interne geheugen wordt geïnitialiseerd geleverd en bevat
muziekbestanden voor gebruik als achtergrondmuziek en beeldbestanden
om met de beeldmixfunctie te gebruiken (beeldmixkaders).
1 Voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter.
Tijdens het initialisatieproces mag ude stroombron niet loskoppelen
of de camcorder uitzetten.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
41
Eerste instellingen
2 Initialiseer het geheugen.
H
M
1
Raak deze optie aan als ualle gegevens fysiek wilt wissen in plaats van
alleen maar de bestandstoewijzingstabel van het geheugen te wissen.
2
Als ude optie [Initalisatie voltooien] hebt geselecteerd, dan kunt
u[Annuleren] aanraken als ude initialisatie wilt stopzetten terwijl deze
wordt uitgevoerd. Alle opnamen worden gewist en het geheugen kan
zonder probleem worden gebruikt.
Initialisatie van een geheugen houdt in dat alle opnamen
permanent worden gewist. Verloren geraakte opnamen kunt
udan niet meer terughalen. Zorg er daarom voor dat uvan
belangrijke opnamen eerst een kopie maakt op een extern
apparaat (A 149).
Initialisatie van een geheugenkaart wist permanent alle
muziekbestanden en beelden die umogelijk naar de
geheugenkaart hebt gekopieerd. (H De vooraf
geïnstalleerde muziekbestanden en beeldmixkaders waarmee
de camcorder wordt geleverd, worden hersteld als uhet interne
geheugen initialiseert.)
0 > [1 Overige instellingen] > q >
[Initialiseren &/8] > [& Syst. geh.] of [8 Kaart ] >
[Initialiseren] > [Initalisatie voltooien]
1
> [Ja]
2
> [OK] > [X]
0 > [1 Overige instellingen] > q > [Initialiseren 8] >
[Initialiseren] > [Initalisatie voltooien]
1
> [Ja]
2
> [OK] > [X]
42
Eerste instellingen
M Over FlashAir*-kaarten: wanneer ueen FlashAir-kaart
initialiseert met deze camcorder. worden de instellingen voor
draadloze netwerken (SSID, wachtwoorden, enzovoort) op de
kaart gereset naar de fabrieksinstellingen. We raden aan dat
uFlashAir-kaarten op een computer formatteert met behulp
van de FlashAir-configuratietools.
* Dit product ondersteunt niet gegarandeerd de functies van FlashAir-kaarten
(inclusief draadloze overdracht). Neem contact op met de kaartfabrikant als
ueen probleem met een FlashAir-kaart hebt.
In veel landen of regio's is goedkeuring vereist als uFlashAir-kaarten wilt
gebruiken. Zonder goedkeuring mag ude kaart niet gebruiken. Neem contact
op met de kaartfabrikant als uniet zeker weet of de kaart is goedgekeurd voor
gebruik in uw regio.
43
Basisbediening van de camcorder
Basisbediening van de camcorder
Het touchscreen gebruiken
Welke knoppen en menu-onderdelen op het touchscreen worden getoond,
hangt af van de bedieningsstand en de taak die uuitvoert. Met de intuïtieve
interface van het touchscreen kunt usnel alle functies instellen.
1 Aanraken
Raak een element aan dat op het touchscreen wordt weergegeven.
Wordt gebruikt om een scène af te spelen in een indexscherm, een
instelling in een menu te selecteren, enz.
2 Slepen
Schuif uw vinger omhoog of omlaag of naar links of naar rechts over het
scherm terwijl uhet scherm aanraakt.
Wordt gebruikt om door menu's te scrollen, door de pagina's van een
indexscherm te bladeren of om schuifregelaars zoals voor het volume in
te stellen.
12
44
Basisbediening van de camcorder
Gebruik van de menu's
Vanuit het menu 0 (Start) hebt utoegang tot de meeste functies en
instellingen van de camcorder. In de opnamemodus biedt het menu
0 (Start) directe toegang tot een aantal veelgebruikte functies. In de
afspeelstand kunt uvanuit het menu 0 (Start) wisselen tussen de
indexschermen van films of foto's. In beide standen kunt uvanuit het menu
0 (Start) de menu's [1 Overige instellingen] openen voor uitgebreidere
instellingen. U kunt ook de verscheidene Wi-Fi-functies van de camcorder
openen (alleen H).
In de hieronder genoemde gevallen is het wellicht niet mogelijk
om op correcte wijze het touchscreen te bedienen.
- Als uuw vingernagels of voorwerpen met een harde punt
gebruikt, zoals een balpen.
- Bediening van het touchscreen met natte handen of met
handschoenen aan.
- Als te veel druk uitoefent met uw vinger.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
45
Basisbediening van de camcorder
0-menu (Start)
1 Raak [0] in de linkerbovenhoek van het scherm aan om het
menu 0 (Start) te openen.
2 Sleep uw vinger naar links/rechts om het gewenste menu naar
het midden te halen.
•U kunt ook [Ï] of [Ð] aanraken om het pictogram van het
gewenste menu naar het midden te verplaatsen.
3 Raak het pictogram van het gewenste menu aan om het te
openen.
In de volgende tabel vindt ueen beschrijving van elk menu.
Opnamemodus Afspeelstand
46
Basisbediening van de camcorder
Menu-onderdeel
Beschrijving
[1 Overige instellingen] (A 48, 210)
Hiermee opent ude menu's [1 Overige instellingen], die
utoegang geven tot diverse instellingen van de camcorder.
[3 Opname instellen] (alleen opnamemodus) (A 78 - 81)
In dit menu kunt ude filmindeling, de videokwaliteit en het
geheugen selecteren dat wordt gebruikt voor opnamen*,
en kunt udubbelopname* of relay-opname* selecteren.
[Filmmodus]** (alleen opnamemodus) (A 82)
De camcorder beschikt over een aantal filmstanden die de meest
geschikte instellingen bieden voor diverse speciale scènes.
[2 Hoofdfuncties] (alleen opnamemodus) (A 227)
Dit menu bevat functies die veel worden gebruikt tijdens opname,
zoals scherpstelling (focus) en belichting. Met de knop [2 ] aan
de rechterkant van het opnamemodusscherm kunt udit menu
rechtstreeks openen zonder dat uhet 0-menu (Start) hoeft
te openen.
[ Afstandsbediening+streamen]* (alleen opnamemodus) (A 170)
Uw smartphone of tablet als afstandsbediening gebruiken om met
de camcorder op te nemen. U kunt ook video streamen vanaf de
camcorder en deze op de smartphone of tablet opnemen.
[} Foto afspelen] (alleen afspeelstand) (A 71)
Schakelt de camcorder over op de fotoweergavestand en opent
het indexscherm [}].
47
Basisbediening van de camcorder
[y Film afspelen] (alleen afspeelstand) (A 65)
Schakelt de camcorder over op de stand om films af te spelen
en opent het indexscherm [
y].
[9 Baby-album] (alleen afspeelstand) (A 65)
Schakelt de camcorder over op de afspeelstand en opent het
indexscherm [9], waarop alleen de scènes worden getoond
die uhebt opgenomen in de stand 9 (Baby).
[ Videosnapshot] (alleen afspeelstand) (A 65)
Schakelt de camcorder over op de stand om films af te spelen en
opent het indexscherm [¦], waarop alleen videosnapshotscènes
worden getoond die zijn opgenomen in AVCHD-indeling.
[ Wi-Fi]* (alleen afspeelstand) (A 164)
Hiermee kunt ude diverse Wi-Fi-functies gebruiken, zoals het
uploaden van opnamen naar internet of het afspelen van
opnamen met een smartphone.
* Alleen H.
** Het pictogram dat wordt getoond in het menu 0 (Start) geeft de filmmodus
aan die momenteel is geselecteerd.
Menu-onderdeel
Beschrijving
48
Basisbediening van de camcorder
Gebruik van de menu's
Het is erg eenvoudig om de verschillende instellingen van de camcorder
aan te passen met behulp van de menu's. U kunt uw keuze maken door
gewoon de knop van de gewenste optie aan te raken. Wanneer ze op
het scherm verschijnen kunt u[K] aanraken om naar het vorige scherm
terug te keren of [X] om het menu te sluiten.
In sommige schermen dient uomlaag te scrollen om de gewenste optie
te vinden.
Het menu [1 Overige instellingen]
De menu's [1 Overige instellingen] bieden tal van opties om verschillende
aspecten van de werking van de camcorder te beheren. Raadpleeg voor
meer informatie de volledige lijst met instellingen in de bijlage [1 Overige
instellingen]-menu's (A 210).
In de menu's [1 Overige instellingen] worden instellingen gegroepeerd
in submenu's (tabbladen). Naar deze instellingen wordt omwille van het
leesgemak in de gehele handleiding als volgt verwezen: '1 > q >
[Taal H]'. In dit voorbeeld (waarbij de taal wordt gewijzigd) dient uhet
volgende te doen:
1 Raak [0] aan om het menu 0 (Start) te openen.
Sommige schermen bieden
aanvullende informatie over de opties.
Sleep in dat geval gewoon uw vinger
omhoog en omlaag over de kolom met
pictogrammen.
49
Basisbediening van de camcorder
2 Sleep uw vinger naar links/rechts om [1 Overige instellingen]
naar het midden te halen. Raak vervolgens het pictogram aan
om de menu's [1 Overige instellingen] te openen.
•U kunt ook [Ï] of [Ð] aanraken om het pictogram van het
gewenste menu naar het midden te verplaatsen.
3 Raak de tab van het gewenste menu aan.
4 Sleep uw vinger omhoog/omlaag om de instelling die uwilt
wijzigen, naar de oranje selectiebalk te halen.
•U kunt ook [Í] of [Î] aanraken om omhoog of omlaag door het
menu te bladeren.
Niet-beschikbare menuonderdelen worden gedimd getoond.
U kunt elk menuonderdeel op het scherm aanraken om dit
rechtstreeks naar de selectiebalk te brengen.
5 Raak [æ] aan wanneer het gewenste menuonderdeel zich
binnen de selectiebalk bevindt.
6 Raak de gewenste optie aan en raak [X] aan.
U kunt op elk gewenst moment [X] aanraken om het menu
te sluiten.
2
34
5
50
Basisbediening van de camcorder
Bedieningsstanden
In deze handleiding worden bedieningsstanden van de camcorder
aangeduid met een balk met pictogrammen. Een volledig pictogram in
het blauw (N) geeft aan dat de beschreven functie in een specifieke
bedieningsstand kan worden gebruikt, een grijs pictogram (}) geeft
aan dat de functie niet beschikbaar is in de desbetreffende stand.
Pictogrammen worden onderverdeeld in filmindeling, filmmodus en
afspeelstand.
Filmindeling
Verwijst naar AVCHD- of MP4-opnamen. Tijdens opname kunt ude
filmindeling wijzigen via het menu [3 Opname instellen] (A 226).
Tijdens het afspelen gebruikt ude indexschermknop (A 67) om te
wisselen tussen AVCHD-scènes en MP4-scènes afspelen.
Opname
Als uhet LCD-paneel opent of op [ drukt, gaat de camcorder aan in
opnamemodus. De filmmoduspictogrammen in de bedieningsstandenbalk
zijn dezelfde pictogrammen die worden gebruikt in het selectiescherm voor
de filmmodus (A 82).
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
51
Basisbediening van de camcorder
Afspelen
Druk op ] als ude camcorder wilt overschakelen van de
opnamemodus naar de afspeelstand of omgekeerd.
In de categorie Afspelen van de bedieningsstandenbalk verwijst het
pictogram y naar het afspelen van films (A 65), ofwel vanuit het
indexscherm [y] (alle scènes), ofwel vanuit het indexscherm [9]
(alleen scènes die zijn opgenomen in de stand 9 (Baby)), ofwel vanuit
het indexscherm [¦] (alleen videosnapshotscènes die zijn opgenomen
in AVCHD-indeling). Het pictogram } verwijst naar het bekijken van
foto's vanuit het indexscherm [}] (A 71).
H Als uoverschakelt naar een afspeelstand, is het
afspeelgeheugen hetzelfde als het geheugen dat momenteel
wordt gebruikt om opnamen te maken.
52
Basisfuncties voor opnemen en
afspelen
Basisfuncties voor opnemen
In dit gedeelte wordt de handige stand N uitgelegd en wordt
beschreven hoe ugemakkelijk films en foto's maakt. Om op te
nemen met behulp van andere filmstanden, om geavanceerdere
functies te gebruiken en om volledige toegang te hebben tot alle
menu-instellingen, raadpleegt uGeavanceerde opnamefuncties
(A 77).
Basisfuncties voor afspelen
In dit gedeelte wordt beschreven hoe ufilms en foto's afspeelt en
verwijdert. Raadpleeg Geavanceerde functies voor afspelen en
bewerken (A 119) voor geavanceerdere functies, zoals afspelen
met achtergrondmuziek, scènes splitsen en meer.
53
65
53
Basisfuncties voor opnemen
Basisfuncties voor opnemen
Video-opnamen maken
U kunt nu films opnemen.
1 Open het LCD-paneel om de camcorder aan te zetten.
•U kunt ook op [ drukken.
H Films worden standaard opgenomen op het interne
geheugen. U kunt selecteren welk geheugen wordt gebruikt om films
op te nemen (A 80).
Voordat umet opnemen begint, kunt uhet beste eerst een
testopname maken om te controleren of de camcorder goed
functioneert.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
11
233
12
33
54
Basisfuncties voor opnemen
De filmmodus van de camcorder is standaard ingesteld op N
(A 57). U kunt een andere filmmodus selecteren die past bij de
opnameomstandigheden (A 82).
2 Schuif de lensafdekkingsschakelaar omlaag.
3 Druk op Y om met opnemen te beginnen.
Druk nogmaals op Y om de opname te stoppen. De scène
wordt opgenomen in het geheugen.
De ACCESS-indicator gaat van tijd tot tijd knipperen terwijl de scène
wordt opgenomen.
Nadat uklaar bent met het maken van opnamen
1 Controleer of de ACCESS-indicator uit staat.
2 Sluit het LCD-paneel of druk op [ om de camcorder uit
te zetten.
3 Schuif de lensafdekkingsschakelaar omhoog.
Houd de lensafdekking gesloten wanneer uniets opneemt.
Zo beschermt ude lens.
Zorg ervoor dat uregelmatig een back-up van uw opnamen
maakt (A 149), vooral nadat ubelangrijke opnamen hebt
gemaakt. Canon is niet aansprakelijk voor verlies of beschadiging
van gegevens.
55
Basisfuncties voor opnemen
Foto's maken
Met de camcorder kunt ugemakkelijk foto's maken. U kunt zelfs foto's
maken terwijl ufilms opneemt.
•Als 1 > q > [Automatisch uit] is ingesteld op [i Aan]
en de camcorder met een accu van stroom wordt voorzien, wordt
de camcorder automatisch uitgeschakeld indien u3 minuten lang
geen bedieningshandelingen verricht. Dit is om stroom te
besparen. Mocht dit gebeuren, zet de camcorder dan weer aan.
Als uopnamen maakt op heldere plaatsen, kan het moeilijk zijn
gebruik te maken van het LCD-scherm. In dergelijke gevallen
kunt ude LCD-achtergrondverlichting instellen met de optie
1 > t > [LCD Backlight] of de helderheid van het LCD-
scherm instellen met de optie 1 > t > [Helderheid].
Als uvan plan bent om een lange opname te maken terwijl de
camcorder in een vaste positie staat, bijvoorbeeld op een statief,
kunt uopnemen met gesloten LCD-paneel om accustroom te
besparen. Om deze functie te gebruiken, stelt u1 > q >
[Aanzetten met lcd-scherm] in op [Uit].
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
56
Basisfuncties voor opnemen
1 Open het LCD-paneel om de camcorder aan te zetten.
•U kunt ook op [ drukken.
H Foto's worden standaard opgeslagen in het interne
geheugen. U kunt het geheugen selecteren dat wordt gebruikt om
foto's mee te maken (A 80).
De filmmodus van de camcorder is standaard ingesteld op N
(A 57). U kunt een andere filmmodus selecteren die past bij de
opnameomstandigheden (A 82).
2 Schuif de lensafdekkingsschakelaar omlaag.
3 Raak [PHOTO] aan om een foto te maken.
Tijdens het maken van de foto wordt op het scherm kort een groen
pictogram (g) en { Ð & (alleen H) of { Ð 8
weergegeven en knippert de ACCESS-indicator. Als uechter een
foto maakt terwijl ueen film opneemt, wordt g niet weergegeven.
112
3
1
3
2
57
Basisfuncties voor opnemen
Als uklaar bent met het maken van foto's
Zet de camcorder uit en sluit de lensafdekking (A 54).
AUTO-stand
Wanneer de filmmodus is ingesteld op N, worden de volgende
automatische functies geactiveerd, zodat ukunt genieten van het
maken van video-opnamen en foto's terwijl de camcorder de optimale
instellingen kiest.
Smart AUTO (A 58): de camcorder detecteert automatisch de scène
en het onderwerp en past de instellingen toe die daar het beste bij
passen.
Intelligente IS (A 60): de camcorder automatisch selecteert de beste
beeldstabilisatie-modus (IS) voor de opnameomstandigheden.
Gezichtsdetectie (A 102): de camcorder blijft scherpstellen op het
onderwerp, past de belichting aan en volgt het onderwerp terwijl het
beweegt.
Automatische telemacro (A 114): breng de camcorder gewoon met
volledige telefoto op korte afstand van een klein onderwerp en dan kunt
uscherpstellen op onderwerpen die slechts 50 cm veraf zijn.
De informatie in de hoofdstukken (belangrijke
voorzorgsmaatregelen) en (extra opmerkingen) op de vorige
pagina's (A 54 - 55) heeft ook betrekking op foto's maken.
Meer informatie over het geschatte aantal foto's dat ukunt
maken met een geheugenkaart vindt uin de Referentietabellen
(A 292).
Foto's kunnen niet worden gemaakt tijdens het infaden of
uitfaden van een scène.
58
Basisfuncties voor opnemen
Smart AUTO
Bij het maken van opnamen in de stand N detecteert de camcorder
automatisch bepaalde kenmerken van het onderwerp, de achtergrond,
lichtomstandigheden, enzovoort. De camcorder past vervolgens
diverse instellingen aan (waaronder scherpstelling, belichting, kleur,
beeldstabilisatie, beeldkwaliteit) en selecteert de optimale instellingen
voor de scène die uwilt vastleggen. Het pictogram in de filmmodusknop
verandert automatisch in een van de volgende Smart AUTO-pictogrammen.
Onder bepaalde omstandigheden komt het Smart AUTO-
pictogram dat op het scherm verschijnt, mogelijk niet overeen
met de feitelijke scène. Vooral als uopnamen maakt tegen een
oranje of blauwe achtergrond, kan het pictogram van de
zonsondergang of een van de pictogrammen van de blauwe
luchten verschijnen en worden de kleuren mogelijk niet natuurlijk
weergegeven. In dat geval raden we aan om opnamen te maken
in de stand (A 89).
In sommige gevallen kan de functie Smart AUTO de scène
niet waarnemen, bijvoorbeeld wanneer ueen onderwerp op
het scherm aanraakt (volgfunctie). In dat geval wordt op het
scherm N weergegeven als het Smart AUTO-pictogram.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
59
Basisfuncties voor opnemen
Smart AUTO-pictogrammen
* Het pictogram tussen haakjes verschijnt bij situaties met tegenlicht.
Onderwerp
Achtergrond
Helder*
Blauwe
luchten*
Levendige
kleuren*
Mensen (stilstaand)
( )
( )
( )
Mensen (bewegend)
( )
( )
( )
Andere onderwerpen
dan mensen, zoals
landschappen
( ) ( ) ( )
Nabijgelegen onderwerpen
/
( / )
/
( / )
/
( / )
Onderwerp
Achtergrond
Zonson-
dergang
Donker
Donker +
Spotlight
Donker +
Nacht-
scène
Mensen (stilstaand)
Mensen (bewegend)
Andere onderwerpen
dan mensen, zoals
landschappen
Nabijgelegen onderwerpen
/
60
Basisfuncties voor opnemen
Intelligente IS
Met Intelligente IS kan de camcorder de beste optie voor beeldstabilisatie
selecteren op basis van uw opnamemethode. Als de filmmodus is ingesteld
op N of 9, verandert het pictogram Intelligente IS in een van de
volgende pictogrammen. In andere filmstanden kunt ude beeldstabilisatie
handmatig instellen (A 214).
* U kunt de optie 1 > p > [Intelligente IS] gebruiken om in te stellen
of Powered IS beschikbaar is wanneer Intelligente IS is geactiveerd.
Opnamemethode Pictogram
Meeste algemene situaties/Uitgezoomd
(zoomen richting T)/Onderwerpen die naar
links of rechts bewegen op een afstand volgen
Ä (Dynamic IS)
Ingezoomd (zoomen richting S) op
onderwerpen op een afstand, terwijl
ustil blijft staan
È (Powered IS)*
Close-up van een onderwerp  (Macro IS)
Bij gebruik van een statief à (Statiefstand)
61
Basisfuncties voor opnemen
Zoomen
Gebruik de zoomhendel op de camcorder om in en uit te zoomen. U kunt
de zoomsnelheid wijzigen met de optie 1 > p > [Zoomsnelheid]
(A 212). Daarnaast kunt u, als de filmmodus is ingesteld op een andere
stand dan N of 9, het zoomtype (optisch, geavanceerd of digitaal)
selecteren met de instelling 2 > [Zoomtype] (A 227).
Verplaats de zoomhendel naar T (groothoek) om uit te zoomen.
Verplaats de zoomhendel naar S (telefoto) om in te zoomen.
Houd een afstand van ten minste 1 meter tot het onderwerp aan.
Bij maximale groothoek kunt uscherpstellen op onderwerpen
die slechts 1 centimeter veraf zijn. Met gebruik van telemacro
(A 114) kunt ubij maximale telefoto tot op 50 centimeter vanaf
een onderwerp scherpstellen.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
W
T
W
T
T Uitzoomen
S Inzoomen
62
Basisfuncties voor opnemen
Framinghulp
Wanneer uinzoomt op een onderwerp dat ver weg is (grote
zoomverhouding), kan het voorkomen dat uhet onderwerp tijdelijk
'kwijtraakt' doordat het onderwerp uit beeld beweegt. In dat geval
kunt ude functie Framinghulp gebruiken om tijdelijk een beetje uit
te zoomen. Zo kunt uhet onderwerp gemakkelijker terugvinden.
1 Houd [ ] ingedrukt om tijdelijk uit te zoomen.
De oorspronkelijke zoomstand wordt aangeduid met een wit kader.
2 Wijzig de compositie zodat het gewenste onderwerp zich in het
witte kader bevindt.
U kunt de zoomhendel gebruiken om de afmetingen van het kader
te wijzigen.
3 Wanneer uhet gewenste onderwerp goed in het kader hebt,
laat u[ ] los.
De camcorder zoomt in op het gebied dat wordt aangeduid met
het witte kader.
•Als 1 > p > [Zoomsnelheid] is ingesteld op
[Y Variabel], is de zoomsnelheid in de opnamestand-bystand
sneller dan tijdens de daadwerkelijke opname, behalve wanneer
vooropname (A 229) is geactiveerd.
•Met de optie 1 > p > [Positie zoomen bij start] kunt
ude camcorder de zoompositie laten onthouden wanneer ude
camcorder uitzet, zodat de zoompositie ongewijzigd is wanneer
ude camcorder weer aanzet.
De optionele groothoekconverter WD-H43 en filterset FS-43U II
kunnen niet op deze camcorder worden aangesloten.
63
Basisfuncties voor opnemen
I De bijgeleverde groothoekconverter WA-H43
gebruiken
U kunt de bijgeleverde groothoekconverter WA-H43 op de camcorder
aansluiten om de brandpuntsafstand te verminderen en een grotere
beeldhoek te krijgen. Gebruikt ude groothoekconverter, voer dan de
volgende procedure uit om de camcorder optimaal in te stellen.
1 Plaats de groothoekconverter op de lens en zorg er daarbij voor
dat de uitlijningshulp naar boven is gericht.
U kunt de oorspronkelijke afmetingen van het witte kader
voor framinghulp selecteren met de instelling 1 > p >
[Framinghulp].
123
Uitlijningshulp
64
Basisfuncties voor opnemen
2 Druk de groothoekconverter zachtjes aan en draai deze met de
klok mee.
3 Zet de optimalisatie van instellingen voor de groothoekconverter
aan.
¿ verschijnt op het scherm.
0 > [1 Overige instellingen] > p >
[Groothoekaccessoire] > [i Aan] > [X]
65
Basisfuncties voor afspelen
Basisfuncties voor afspelen
Films afspelen
1 Druk op ] om het afspeelindexscherm weer te geven.
U kunt herhaaldelijk op ] drukken als uvan de opnamemodus
naar de afspeelstand wilt gaan of omgekeerd.
•U kunt op ] drukken als de camcorder uitgeschakeld is om
deze direct in de afspeelstand aan te zetten.
Het indexscherm dat wordt getoond, hangt af van de opnamemodus
die daarvoor is gebruikt.
2 Zoek in het indexscherm de scène die uwilt afspelen.
Kies, indien nodig, een ander indexscherm.
Om het indexscherm [¦] (alleen videosnapshotscènes die
zijn opgenomen in AVCHD-indeling) of het indexscherm [9]
(Babyalbum met alleen scènes die zijn opgenomen in stand 9)
te openen:
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
1
Indexschermknop (A 67)
66
Basisfuncties voor afspelen
Wanneer de indexschermknop op het scherm verschijnt, kunt
uook kiezen welk geheugen uwilt gebruiken om af te spelen
(alleen H) en wat de indeling is van scènes die uwilt
weergeven (A 67).
Sleep uw vinger naar rechts/links (2a) of raak [Ï] of [Ð] aan (2b)
om het vorige/volgende indexscherm weer te geven.
0 > [ Videosnapshot] of [9 Baby-album]
2a 2a
2b
2b
De getoonde balk geeft
de relatieve locatie aan
van het huidige
indexscherm.
AVCHD-films:
Scène-informatie (A 70)
MP4-films:
Mapnaam. De laatste 4 cijfers
geven de opnamedatum weer
(1103 = 3 november)
Opnamedatum Tijdlijn (A 125)
[Bew.]-knop (A 231):
om opnamen te verwijderen,
scènes te splitsen, enzovoort.
U kunt de functie ook
vergrendelen (A 69) om uw
opnamen te beschermen.
67
Basisfuncties voor afspelen
3 Raak de scène aan die uwilt afspelen.
De camcorder speelt de geselecteerde scène af en gaat door met
afspelen tot het einde van de laatste scène in het indexscherm.
Raak het scherm aan om de afspeelregelaars op te roepen. Tijdens
het afspelen verdwijnen de afspeelregelaars automatisch als een
aantal seconden niets gebeurd is.
Wijzigen welk geheugen (alleen H) of welke filmindeling
uwilt afspelen
Met de indexschermknop (A 65), kunt uselecteren welk geheugen uwilt
afspelen (alleen H) en wat de indeling is van scènes die uwilt
weergeven. De pictogrammen die worden getoond in de indexschermknop
kunnen afwijken of mogelijk wordt de knop niet op het scherm getoond,
afhankelijk van het model van uw camcorder en welk indexscherm
momenteel wordt weergegeven.
H Vanuit het indexscherm [y]:
H Vanuit het indexscherm [9], [¦] of [}]:
M Vanuit het indexscherm [y]:
Raak de indexschermknop aan > Geheugen dat uwilt afspelen
(& of 8) > Filmindeling (· of ¸) > [OK]
Raak de indexschermknop aan > Geheugen dat uwilt afspelen
(& of 8) > [OK]
Raak de indexschermknop aan > Filmindeling (· of ¸) > [OK]
68
Basisfuncties voor afspelen
Het volume wijzigen
1 Raak tijdens het afspelen het scherm aan om de
afspeelregelaars op te roepen.
2 Raak [Ý] aan, raak [Ø] of [Ù] aan om het volume aan
te passen en raak vervolgens [K] aan.
Afspeelbediening
1 Stoppen met afspelen.
2 Naar het begin van de scène gaan. Dubbel aantikken om naar
de vorige scène te gaan.
3 Het afspelen onderbreken.
4 De volumeregelaars (A 68) en mixbalansregelaars van de
achtergrondmuziek (A 123) weergeven.
5 Decoratie (A 93).
6 Alleen AVCHD-scènes: een videosnapshotscène vastleggen (A 120).
7 Versneld achteruit/vooruit afspelen*.
8 AVCHD-scènes: opnamedatum en tijd.
MP4-scènes: opnamedatum.
9 Naar het begin van de volgende scène gaan.
10 Het afspelen hervatten.
76589
1
2
3
4
Afspelen Afspeelpauze
11
12
10
69
Basisfuncties voor afspelen
11 Het weergegeven beeld vastleggen als een foto (A 122).
12 Vertraagd vooruit/achteruit afspelen**.
* Raak deze knop meerdere keren aan als ude afspeelsnelheid wilt verhogen
naar 5x 15x 60x de normale snelheid.
** Raak deze knop meerdere keren aan als ude afspeelsnelheid wilt vertragen
tot 1/8x 1/4x de normale snelheid.
Bestanden vergrendelen
In de afspeelstand kunt ude functie voor het vergrendelen
van bestanden gebruiken om de [Bew.]-knop uit te schakelen.
Zo voorkomt udat uopnamen per ongeluk wist of wijzigt.
Stel 1 > q > [Bestanden vergrendelen] in op [C Aan].
De knop [Bew.] wordt gewijzigd in [C] en wordt grijs getoond.
70
Basisfuncties voor afspelen
U kunt de optie 1 > t > [Datum/tijd weergeven]
gebruiken om te kiezen of ude opnamedatum (MP4-scènes)
of de datum en tijd (AVCHD-scènes) wilt weergeven wanneer
uscènes afspeelt.
Op het indexschermscherm voor MP4-scènes kunt u[I]
aanraken en vervolgens een scène aanraken om gegevens
over de scène weer te geven, zoals de videokwaliteit, lengte,
opnamedatum en -tijd van de scène. Raak [K] tweemaal
aan om terug te gaan naar het indexscherm.
Videosnapshotscènes die zijn opgenomen in MP4-indeling kunt
ualleen afspelen vanuit het indexscherm [y].
Afhankelijk van de opnameomstandigheden is tussen scènes
mogelijk een korte pauze in de video- of geluidsweergave
merkbaar.
Er komt geen geluid uit de ingebouwde luidspreker terwijl een
koptelefoon of de bijgeleverde HTC-100 High-Speed HDMI-kabel
op de camcorder is aangesloten.
Het kan zijn dat uop deze camcorder geen films kunt afspelen
die met een ander apparaat op de geheugenkaart zijn
opgenomen of die met een ander apparaat naar de
geheugenkaart zijn gekopieerd.
Over afspelen in fast/slow motion:
- In het afspeelbeeld ziet umogelijk videoafwijkingen (blokken,
strepen, enzovoort). Ook wordt er geen geluid uitgevoerd.
- Op het scherm wordt bij benadering de snelheid getoond.
- Langzaam achteruit afspelen ziet er hetzelfde uit als continu
beeldje voor beeldje achteruit afspelen.
71
Basisfuncties voor afspelen
Foto's bekijken
1 Druk op ].
2 Open het indexscherm [}].
H Wijzig indien nodig het geheugen dat uwilt afspelen
(A 67).
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
1
Indexschermknop (A 67)
0 > [} Foto afspelen]
72
Basisfuncties voor afspelen
3 Zoek de foto die uwilt bekijken.
Sleep uw vinger naar rechts/links (3a) of raak [Ï] of [Ð] aan (3b) om
het vorige/volgende indexscherm weer te geven.
4 Raak de foto aan die uwilt bekijken.
De foto wordt weergegeven in de schermweergave van één foto.
Sleep uw vinger naar links/rechts om één voor één door de foto's te
bladeren.
Afspeelbediening
3b
3a
3b
3a
Mapnaam. De laatste vier cijfers
geven de opnamedatum weer
(1103 = 3 november).
De getoonde balk geeft
de relatieve locatie aan
van het huidige
indexscherm.
[Bew.]-knop (A 231):
om foto's te verwijderen, enzovoort.
U kunt de functie ook vergrendelen
(A 69) om uw opnamen te
beschermen.
2
13
73
Basisfuncties voor afspelen
1 Diavoorstelling (A 127).
2 Terugkeren naar het indexscherm [}].
3 Foto's doorlopen
Raak [Ï] of [Ð] aan, of sleep uw vinger over de scrollbalk om de
gewenste foto te vinden. Raak [K] aan om terug te keren naar de
weergave van één foto.
Scènes en foto's verwijderen
Opnamen die uniet wilt bewaren, kunt uverwijderen. Door opnamen
te verwijderen, maakt uook ruimte vrij in het geheugen.
U kunt de functie voor het vergrendelen van bestanden gebruiken om
de bewerkingsfunctie uit te schakelen. Zo voorkomt udat uopnamen
per ongeluk wist of wijzigt (A 69).
Scènes of foto's verwijderen uit het indexscherm
De volgende beeldbestanden worden mogelijk niet correct op
deze camcorder weergegeven als ze met een ander apparaat
op de geheugenkaart zijn vastgelegd of met een ander apparaat
naar de geheugenkaart zijn gekopieerd.
- Foto's die niet met deze camcorder zijn gemaakt.
- Beelden die zijn bewerkt op een computer.
- Foto's waarvan de bestandsnamen zijn gewijzigd.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
74
Basisfuncties voor afspelen
1 Open het indexscherm dat de scène of foto bevat die uwilt
verwijderen (A 65, 71).
Als ualle scènes of foto's die op dezelfde datum zijn opgenomen
(oftewel in dezelfde map zijn opgeslagen) wilt verwijderen, sleept
uuw vinger naar links/rechts totdat een scène of foto verschijnt
die uwilt verwijderen.
2 Verwijder de opnamen.
* Als u[Selecteer] selecteert, voert uvoordat u[Ja] aanraakt de volgende
procedure uit om de afzonderlijke opnamen te selecteren die uwilt
verwijderen.
** Raak [Stop] aan als ude procedure wilt onderbreken terwijl deze wordt
uitgevoerd. Sommige opnamen zullen desondanks worden verwijderd.
Afzonderlijke scènes of foto's selecteren
1 Raak de afzonderlijke scènes of foto's aan die uwilt verwijderen.
Op de scènes of foto's die uaanraakt, verschijnt een vinkje !.
Het totale aantal geselecteerde scènes of foto's wordt weergegeven
naast het pictogram ".
Raak een geselecteerde scène of foto aan als uhet vinkje
wilt verwijderen. Om alle vinkjes tegelijk te verwijderen, raakt
u[Alle verw.] > [Ja] aan.
2 Raak [OK] aan nadat ualle gewenste opnamen hebt
geselecteerd.
[Bew.] > [Verwijderen] > Gewenste optie* > [Ja]** > [OK]
75
Basisfuncties voor afspelen
Opties
Eén enkele scène verwijderen
1 Speel de scène af die uwilt verwijderen (A 65).
2 Verwijder de scène.
[<datum>] of [<mapnaam>]
Alle scènes/foto's verwijderen die op een bepaalde datum zijn
vastgelegd. Bij AVCHD-scènes wordt een datum weergegeven in de
knop. Bij MP4-scènes en foto's wordt een mapnaam weergegeven.
De laatste 4 cijfers van de mapnaam geven de datum aan waarop
de opnamen werden gemaakt (bijvoorbeeld 1103 = 3 november).
[Selecteer]:
Afzonderlijke scènes of foto's selecteren om te verwijderen.
[Alle scenes] of [Alle foto's]:
Alle scènes of foto's verwijderen.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
Raak het scherm aan om de afspeelknoppen weer te geven >
[Ý] > [Bew.] > [Verwijderen] > [Ja] > [OK]
76
Basisfuncties voor afspelen
Eén enkele foto verwijderen
1 Selecteer in de schermweergave van één foto de foto die uwilt
verwijderen (A 71).
2 Verwijder de foto.
3 Sleep uw vinger naar links/rechts om een andere foto die uwilt
verwijderen te selecteren of raak [X] aan.
Wees voorzichtig bij het verwijderen van opnamen. Zodra
uopnamen hebt verwijderd, bent udeze voorgoed kwijt.
Maak van belangrijke opnamen eerst een back-up voordat
uze verwijdert (A 149).
Foto's die werden beveiligd met andere apparaten en
vervolgens naar de geheugenkaart werden gekopieerd
toen deze aangesloten was op een computer, kunnen
met deze camcorder niet worden verwijderd.
Als ualle opnamen wilt verwijderen en alle opnameruimte
weer vrij wilt maken, kan het handiger zijn om het geheugen
te initialiseren (A 40).
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
Raak het scherm aan om de afspeelknoppen weer te geven >
[Bew.] > [Verwijderen] > [¸ Doorgaan] > [Ja]
77
Geavanceerde opnamefuncties
Opname-instellingen en filmstanden
Dit gedeelte legt uit hoe ude opname-instellingen van de
camcorder wijzigt (filmindeling, videokwaliteit, enzovoort)
en hoe ude verschillende filmstanden kunt gebruiken om
opnamen te krijgen die er geweldig uitzien.
Handige functies
Dit gedeelte introduceert een aantal functies van de camcorder die
in bepaalde situaties handig kunnen zijn. Bijvoorbeeld: opnemen in
slow of fast motion om unieke time-lapsescènes te creëren, leuke
decoraties of faders voor uw scènes en meer.
Als umeer zelf wilt bepalen
Dit gedeelte legt functies uit die ukunt gebruiken als umeer controle
wilt over hoe uw opnamen eruitzien. Dit gedeelte is meer bedoeld
voor gevorderde gebruikers en beslaat functies zoals witbalans,
belichtingscompensatie en beeldsnelheid.
Audio opnemen
Dit gedeelte legt diverse functies uit die te maken hebben met audio
opnemen, zoals selectie van een audioscène en het gebruik van een
koptelefoon.
78
90
107
115
78
Opname-instellingen en filmstanden
Opname-instellingen en filmstanden
De indeling voor filmopnamen selecteren
(AVCHD/MP4)
U kunt films opnemen in de AVCHD-indeling of de MP4-indeling. AVCHD-
films bieden fantastische beeldkwaliteit tijdens het afspelen. Ze kunnen ook
gemakkelijk worden gekopieerd naar externe apparaten, zoals een Blu-ray
Disc-recorder. MP4-films zijn veelzijdig en kunnen gemakkelijk worden
afgespeeld op smartphones of naar internet worden geüpload.
De videokwaliteit selecteren
De camcorder biedt diverse opties voor de videokwaliteit (bitsnelheden) om
films op te nemen. Selecteer bij AVCHD-films 50P of MXP voor een hogere
kwaliteit of selecteer LP voor een langere opnametijd. Selecteer bij MP4-
films de optie 35 Mbps of 24 Mbps voor een hogere kwaliteit of selecteer
4 Mbps voor een langere opnametijd.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [3 Opname instellen] > [Filmindeling] > Gewenste
filmindeling > [K] > [X]
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
79
Opname-instellingen en filmstanden
* U kunt informatie over de videokwaliteit bekijken met de volgende procedure.
Informatie over de videokwaliteit bekijken
1 Raak [I] aan.
Er verschijnt een scherm met de resolutie, bitsnelheid en
beeldsnelheid.
2 Raak [K] aan.
Raadpleeg de Referentietabellen (A 291) voor meer informatie
over geschatte opnametijden.
Als u50P of 35 Mbps selecteert, worden films opgenomen
met 50 beeldjes per seconde, progressief.
Bitsnelheid (uitgedrukt in Mbps) geeft aan hoeveel videodata
wordt vastgelegd in 1 seconde.
Afhankelijk van het apparaat dat gebruikt wordt, kunt uuw
opnamen mogelijk niet afspelen op andere apparaten.
Films die uhebt opgenomen met de 50P- of MXP-modus,
kunt uniet opslaan op AVCHD-schijven. U kunt dergelijke films
kopiëren van de geheugenkaart naar Blu-ray-schijven met behulp
van een Blu-ray Disc-recorder die een SD-kaartsleuf heeft en die
compatibel is met AVCHD versie 2.0.
De camcorder maakt gebruik van een variabele bit rate (VBR) om
video te coderen; de feitelijke opnameduur zal daarom afhangen
van de inhoud van de scènes.
0 > [3 Opname instellen] > [Videokwaliteit] >
Gewenste videokwaliteit* > [X]
80
Opname-instellingen en filmstanden
H Het geheugen (intern geheugen/
geheugenkaart) selecteren voor uw opnamen
U kunt kiezen voor het interne geheugen of voor een geheugenkaart om
films op te nemen of foto's te maken. Het standaardgeheugen voor het
maken van zowel films als foto's is het interne geheugen.
De volgende soorten MP4-scènes worden op andere apparaten
herkend als meerdere bestanden.
- Scènes die groter zijn dan 4 GB.
- Scènes die zijn opgenomen met 35 Mbps en langer zijn dan
30 minuten.
- Scènes die zijn opgenomen met een andere videokwaliteit
dan 35 Mbps en langer zijn dan 1 uur.
Afhankelijk van de tv kunt umogelijk geen films afspelen die zijn
opgenomen met 50P of 35 Mbps.
Als de filmmodus is ingesteld op , kunt uniet opnemen met
50P of 35 Mbps. Als de filmmodus is ingesteld op 9, kunt uniet
opnemen met 50P.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [3 Opname instellen] > [Opnamemedia] >
[Opnamemedia Videos] of [Opnamemedia Foto's] >
Gewenst geheugen > [K] > [K] > [X]
81
Opname-instellingen en filmstanden
H Dubbelopname en relay-opname
Tijdens filmopname kunt udubbelopname gebruiken om tegelijkertijd
nog een scène op te nemen (in MP4-indeling met een videokwaliteit
van 4 Mbps), naast de hoofdscène die wordt opgenomen. Deze extra
MP4scène wordt opgeslagen in het geheugen dat momenteel niet is
geselecteerd voor opnamen. De resulterende scène heeft een MP4-
indeling, wat ideaal is om de film te kopiëren naar een ander apparaat
of te uploaden naar internet.
In plaats daarvan kunt urelay-opname activeren, zodat de opname
automatisch op het andere geheugen wordt voortgezet wanneer het
toegewezen geheugen vol raakt tijdens filmopname.
* Alleen relay-opname.
De gewenste functie activeren
Dubbelopname is niet beschikbaar in de volgende gevallen.
- Wanneer de videokwaliteit is ingesteld op 50P of 35 Mbps.
- Tijdens opnemen in slow of fast motion.
9
*
N
*
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [3 Opname instellen] > [Dubbel-/relay-opn.] >
Gewenste functie > [K] > [X]
82
Opname-instellingen en filmstanden
De filmmodus selecteren
Naast de stand N beschikt de camcorder over een aantal filmstanden
die de meest geschikte instellingen bieden voor diverse speciale scènes.
U kunt de filmmodus ook gebruiken als ude camcorder automatisch
de belichting wilt laten instellen, maar een aantal geavanceerde instellingen
handmatig wilt aanpassen.
* Behalve voor stand 9.
1 Raak linksboven in het scherm de filmmodusknop aan.
De knop toont het pictogram van de filmmodus die momenteel is
geselecteerd. Als de camcorder is ingesteld op stand N toont
de knop een van de Smart AUTO-pictogrammen (A 59).
U kunt het selectiescherm voor de filmmodus ook openen via het
menu 0 (Start): 0 > [Filmmodus].
9
N
ƒ
y }
*
Filmmodus Afspelen
Indeling
Filmmodusknop
83
Opname-instellingen en filmstanden
2 Sleep uw vinger omhoog/omlaag om de gewenste filmmodus
naar het midden te halen en raak vervolgens [OK] aan.
•Als u[ Cinema] of [ƒ Scène] hebt geselecteerd, gaat
uverder met de procedure om het cinemafilter (A 85) of de
speciale scènestand te selecteren (A 86).
Opties (
standaardwaarde)
[9 Baby]
Gebruik de 9-stand om alle dierbare momenten van uw baby vast
te leggen (A 84).
[N Automatisch]
In deze stand verzorgt de camcorder de meeste instellingen, terwijl
uzich kunt concentreren op het maken van de opnamen. Uitstekende
keus voor beginners of wanneer uzich niet druk wilt maken over
gedetailleerde camcorderinstellingen.
[ Cinema]
In deze stand kunt uuw opnamen een cinematografisch karakter
geven en cinematografische filters gebruiken om unieke films te
maken (A 85).
[ƒ Scène]
Laat de camcorder de beste instellingen selecteren voor de situatie
waarin ude opname maakt, variërend van nachtscènes tot opnamen
op het strand (A 86).
[ Programma AE]
In deze stand hebt uvolledig toegang tot de menu's, instellingen en
geavanceerde functies (A 89).
84
Opname-instellingen en filmstanden
Baby-stand
Met de geoptimaliseerde instellingen van de stand 9 wordt de huid van
uw baby levensecht en helder weergegeven. Daarnaast kunt ueen stempel
toevoegen aan de video om te laten zien hoeveel tijd er is verstreken sinds
uw baby werd geboren.
* Als ude filmmodus wijzigt naar 9 wordt de video-indeling automatisch
ingesteld op AVCHD, zelfs als de video-indeling was ingesteld op MP4.
Als de filmmodus wordt ingesteld op 9 wordt vooropname
(A 229) geactiveerd. Deze functie kan niet worden
uitgeschakeld. Zo mist unooit een gedenkwaardig moment.
U kunt opnamen die zijn gemaakt in de stand 9 afspelen vanuit
het indexscherm [9] of [y]. Het baby-album (indexscherm
[9]) is vooral handig omdat het, in chronologische volgorde,
alleen de scènes bevat die zijn opgenomen in de stand 9.
Als de filmmodus is ingesteld op 9, zijn dubbelopname en
opnemen in 50P niet beschikbaar.
Als de filmmodus wordt ingesteld op 9, zijn de meeste
geavanceerde instellingen niet beschikbaar, maar kunt
uwel de decoratiefunctie gebruiken (A 93).
9
N
ƒ
y }
*
Filmmodus Afspelen
Indeling
Raak de filmmodusknop aan (A 82) > [9 Baby] > [OK]
85
Opname-instellingen en filmstanden
Cinema-modus en cinematografische filters
In de stand past de camcorder de beeldsnelheid en diverse andere
beeldgerelateerde instellingen zo aan dat uw opnamen een cinematografisch
karakter krijgen. In deze stand kunt uook gebruikmaken van een aantal
cinematografische filters, waarmee uunieke films kunt maken met een
eigen uitstraling.
H U kunt ook cinematografische filters toevoegen wanneer
ufilms converteert naar MP4 (A 136).
Het geselecteerde cinematografische filter wordt toegepast en het
nummer hiervan wordt weergegeven op de bedieningsknop.
Een ander cinematografisch filter selecteren
1 Raak de knop [FILTER] aan (die het momenteel geselecteerde
cinematografische filter weergeeft).
2 Raak het gewenste cinematografische filter aan en raak
vervolgens [OK] aan.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
Raak de filmmodusknop aan (A 82) > [ Cinema] > [OK] >
Gewenst cinematografisch filter > [OK]
86
Opname-instellingen en filmstanden
Opties (
standaardwaarde)
De camcorder biedt 7 cinematografische filters. Selecteer het gewenste
filter terwijl uop het scherm vooraf het effect bekijkt.
Speciale scènestanden
Opnamen maken in een zeer helder skigebied of alle kleuren van een
zonsondergang of vuurwerk vastleggen is heel gemakkelijk. U hoeft
alleen maar een speciale scènestand te selecteren.
[1. Cinemastandaard]
[5. Sepia]
[2. Levendig] [6. Oude film]
[3. Koel] [7. Dramatisch zwart-wit]
[4. Nostalgisch]
Filternummer
(wordt weergegeven
op de bedieningsknop)
Korte beschrijving
(scherminformatie)
Bekijk vooraf het
effect op het scherm
Filternaam
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
87
Opname-instellingen en filmstanden
Opties (
standaardwaarde)
[H Portret]
De camcorder gebruikt een groot diafragma om
het onderwerp scherp in beeld te brengen terwijl
de achtergrond waziger wordt.
[I Sport]
Om scènes op te nemen met veel beweging,
zoals sportevenementen en dansscènes.
[J Nachtscène]
Voor het opnemen van nachtlandschappen met
minder beeldruis.
[K Sneeuw]
Voor het maken van opnamen in heldere skigebieden
zonder dat het onderwerp onderbelicht wordt.
[L Strand]
Voor het maken van opnamen op een zonnig strand
zonder dat het onderwerp onderbelicht wordt.
Raak de filmmodusknop aan (A 82) > [ƒ Scène] > [OK] >
Gewenste speciale scènestand > [OK]
88
Opname-instellingen en filmstanden
[M Zonsonderg.]
Voor het opnemen van zonsondergangen in
levendige kleuren.
[N Weinig licht]
Voor het opnemen van scènes in situaties met
weinig licht.
[O Spotlight]
Voor het opnemen van scènes onder spotlights.
[P Vuurwerk]
Voor het opnemen van vuurwerk.
•[H Portret]/[I Sport]/[K Sneeuw]/[L Strand]: tijdens het
afspelen is het beeld mogelijk niet vloeiend.
•[H Portret]: het wazigheidseffect van de achtergrond neemt toe
naarmate uverder inzoomt (S).
•[K Sneeuw]/[L Strand]: het onderwerp kan overbelicht raken
op bewolkte dagen of op plaatsen in de schaduw. Controleer het
beeld op het scherm.
89
Opname-instellingen en filmstanden
Stand Programma AE: instellingen afstemmen op
uw wensen
Geef uzelf met de filmmodus Programma AE (AE: automatische belichting)
zoveel mogelijk controle terwijl uopnamen maakt. Zoals bij andere
filmstanden stelt de camcorder automatisch de sluitertijd en het diafragma
in. Deze stand biedt uechter de meeste veelzijdigheid doordat uandere
instellingen kunt aanpassen om de gewenste resultaten te verkrijgen.
•[N Weinig licht]:
- Bewegende onderwerpen kunnen een nabeeld met sporen
achterlaten.
- De beeldkwaliteit is mogelijk niet zo goed als bij de andere
standen.
- Op het scherm kunnen witte punten verschijnen.
- Autofocus werkt mogelijk niet zo goed als bij andere
standen. In dat geval moet uhandmatig scherpstellen.
•[P Vuurwerk]: we raden aan dat ueen statief gebruikt
om wazige beelden (door beweging van de camcorder)
te voorkomen.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
Raak de filmmodusknop aan (A 82) > [ Programma AE] > [OK]
90
Handige functies
Handige functies
Opnemen in slow of fast motion
Als de filmindeling is ingesteld op MP4, kunt uslow motion gebruiken om
op halve snelheid scènes vast te leggen met veel beweging of fast motion
gebruiken om het verstrijken van de tijd te comprimeren tot unieke time-
lapsescènes. Met opnemen in slow of fast motion kunt ukiezen uit een van
8 snelheidsopties, van 1/2x tot 1200x de normale snelheid, om films op te
nemen met een unieke uitstraling. Daarnaast kunt ubij sommige instellingen
voor fast motion ervoor kiezen om een enkel frame vast te leggen of een
korte video (circa 0,5 seconde) bij elk interval.
Geluid wordt niet opgenomen tijdens opnemen in slow of fast motion.
1 Zorg ervoor dat de camcorder genoeg stroom heeft om het
proces volledig te doorlopen.
Plaats een volledig opgeladen accu of gebruik de bijgeleverde
compacte netadapter.
2 Selecteer de opnamesnelheid.
* Als ueen snelheid tussen [x10] en [x1200] selecteert, kunt umet de
volgende procedure de gewenste opnametijd selecteren voordat u[X]
aanraakt.
en de geselecteerde opnamesnelheid verschijnen op het scherm.
Om de opnamestand voor slow en fast motion uit te schakelen,
herhaalt ude procedure maar selecteert u[Uit].
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
[2] > [ Slow & Fast Motion] > Gewenste opnamesnelheid* >
[X]
91
Handige functies
3 Druk op Y om met opnemen te beginnen.
Tijdens de opname verschijnt een scèneteller waarvan de
scheidingstekens ( : ) knipperen. Houd er rekening mee dat
hoe hoger de opnamesnelheid is die ugebruikt, hoe trager
de scèneteller afloopt.
4 Druk nogmaals op Y om de opname van de time-
lapsescène of de scène in slow motion te stoppen.
De opnametijd instellen
Door één frame op te nemen bij elk interval ontstaat een vloeiendere time-
lapsevideo. Voor snel bewegende onderwerpen kan het beter zijn om bij
elk interval circa 0,5 seconde video op te nemen.
Opties
Opname-
snelheid
Opnametijd en -interval* Echte tijd die
verstreken is in
een scène van
1 minuut
[1 frame] [0,5 sec.]
Slow motion:
[x1/2]
Elke 0,02 (1/50) sec. 30 sec.
Fast motion:
[x2]
Elke 0,08 sec. 2 min.
[x4] Elke 0,16 sec. 4 min.
[x10] Elke 0,4 sec. Elke 4,8 sec. 10 min.
[x20] Elke 0,8 sec. Elke 9,6 sec. 20 min.
[w] > Selecteer [1 frame] of [0,5 sec] > [K]
92
Handige functies
* Sommige tijden zijn afgeronde waarden die bij benadering zijn gegeven.
[x60] Elke 2,4 sec. Elke 28,8 sec. 1 uur
[x120] Elke 4,8 sec. Elke 57,6 sec. 2 uur
[x1200] Elke 48 sec. Elke 9,6 min. 20 uur
Opnemen in slow of fast motion kunt uniet gebruiken in de
volgende gevallen.
- Wanneer de videokwaliteit is ingesteld op 35Mbps of 4 Mbps.
Slow motion [x1/2] is alleen beschikbaar als de videokwaliteit
is ingesteld op 17 Mbps.
- H Als de camcorder op afstand wordt bestuurd
vanaf een iOS- of Android-apparaat.
Opname-
snelheid
Opnametijd en -interval* Echte tijd die
verstreken is in
een scène van
1 minuut
[1 frame] [0,5 sec.]
93
Handige functies
Decoratie: uw opnamen verfraaien
Verfraai uw scènes door deze te
decoreren. U kunt gemakkelijk
bewegende animaties, stempels
en zelfs zelfgemaakte tekeningen
toevoegen, gewoon door uw
vingertoppen te gebruiken.
H U kunt ook decoraties
toevoegen wanneer ufilms converteert
naar MP4 (A 136).
Scènes decoreren terwijl uopnamen maakt
1 Raak [Ò] in de rechterbenedenhoek van het scherm aan om
het decoratiescherm te openen.
2 Gebruik het gereedschap in de werkbalk zoals wordt uitgelegd
in de volgende procedures.
3 Druk op Y om films met uw decoraties op te nemen.
U kunt zelfs decoraties toevoegen wanneer ueen scène opneemt.
4 Raak [X] aan als uhet decoratiescherm wilt verlaten.
U kunt [Bewegende stempels] en de stempels voor [Datum/Tijd]
of [9] niet tegelijkertijd gebruiken.
Decoratie is niet beschikbaar als dubbelopname is geactiveerd
(alleen H) of wanneer de videokwaliteit is ingesteld
op 50P of 35 Mbps.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
94
Handige functies
1 Tekenblad - Het gebied waarin uuw tekeningen maakt en uw
decoraties in actie ziet.
2 Werkbalk.
3 [Ó Pennen en stempels] Hiermee kunt uhet type pen of stempel
en de gewenste kleur selecteren.
4 [× Bewegende stempels] Hiermee kunt ubewegende stempels
toevoegen aan uw decoratie.
5 [& Datum/Tijd] of [9] (in stand 9) Hiermee voegt ude datum en/of
tijd toe als een bijschrift dat samen met de opname wordt opgenomen.
In de stand 9 kunt ustempels toevoegen aan de video om de leeftijd,
de lengte en het gewicht van de baby bij te houden.
6 [Ü] (Beeldmix) Hiermee voegt ueen van de 26 verschillende kaders
toe aan het tekenblad.
7 [Ý] In de opnamemodus: onderbreek de live video. Raak [Þ]
opnieuw aan om de live video te hervatten. U kunt decoraties
toevoegen aan het stilgezette beeld en dit zelfs opnemen.
In de afspeelstand: onderbreek het afspelen. Raak [Ð] aan om het
afspelen van de scène te hervatten.
8 [ß] Hiermee minimaliseert ude werkbalk naar de bovenzijde van
het scherm, zodat uhet tekenblad bijna in zijn geheel kunt bekijken.
Raak [à] aan als ude werkbalk terug wilt zetten naar de
oorspronkelijke plaats.
3 4 5 6 7 8
1
2
95
Handige functies
[Pennen en stempels] gebruiken
1 Raak [Ó] aan.
Het scherm [Pennen en stempels] verschijnt.
2 Raak de gewenste pen of stempel aan bij de 6 pictogrammen
links en druk vervolgens op [OK].
Het hoofddecoratiescherm verschijnt opnieuw.
3 Teken met uw vingertop uit de vrije hand op het tekenblad.
Een andere pen of stempel selecteren: herhaal stap 1 en 2.
Een andere kleur kiezen: raak [Ó] aan > [Ö] > Selecteer een
kleur uit het kleurenpalet > [OK].
Zelfgemaakte tekeningen en stempels wissen: raak [Ó] >
[Wissen] > [Ja] > [OK] aan.
Uw zelfgemaakte tekeningen en stempels opslaan in het geheugen:
raak [Ó] > [& Opslaan]* of [8 Opslaan]* > [Ja] > [OK] aan.
Een eerder opgeslagen tekenblad (alleen zelfgemaakte tekeningen
en stempels) laden vanuit het geheugen: raak [Ó] > [& Laden]**
of [8 Laden]** > [Ja] > [OK] aan.
Een tekenblad kan alleen worden opgeslagen of geladen in de
opnamestand-bystand of wanneer het afspelen is onderbroken.
* H Het tekenbladbestand wordt opgeslagen in het interne
geheugen. M Het tekenbladbestand wordt opgeslagen op de
geheugenkaart.
** De camcorder gebruikt de zelfgemaakte tekeningen en stempels
die als laatste zijn opgeslagen in het interne geheugen (alleen
H) of op de geheugenkaart (alleen M).
96
Handige functies
[Bewegende stempels] gebruiken
Als de filmmodus is ingesteld op 9, kunt ubewegende stempels
gebruiken die speciaal zijn ontworpen rond het thema baby's.
1 Raak [×] aan.
Het scherm [Bewegende stempels] verschijnt.
2 Raak een van de knoppen aan en raak vervolgens [OK] aan.
3 Raak een willekeurig gebied op het tekenblad aan waar ude
geselecteerde bewegende stempel wilt plaatsen.
U kunt ook een aantal bewegende stempels naar een andere
plaats slepen.
[Datum/Tijd] gebruiken
* Behalve wanneer uafspeelt vanuit het indexscherm [9] (Baby-album).
1 Raak [&] aan.
Het scherm [Datum/Tijd] verschijnt.
Als ueen geheugen initialiseert, wist uook tekenbladbestanden
die uhebt gemaakt met [Pennen en stempels] en
beeldbestanden die umogelijk hebt opgeslagen. (H
De beeldmixkaders die vooraf zijn geïnstalleerd in het interne
geheugen, worden hersteld als uhet interne geheugen
initialiseert.)
9
N
ƒ
y
*
}
Filmmodus Afspelen
Indeling
97
Handige functies
2 Raak [Datum] of [Tijd] aan.
Als ueen geselecteerde stempel wilt verwijderen, raakt udeze
opnieuw aan.
3 Raak [OK] aan.
De geselecteerde stempel(s) verschijnen.
4 U kunt een willekeurige stempel aanraken en naar de gewenste
locatie slepen.
Stempels gebruiken vanuit het menu [9]
Als de filmmodus is ingesteld op 9 in de opnamemodus of tijdens het
afspelen vanuit het Baby-album, kunt ustempels toevoegen aan de video
om de lengte, het gewicht en de leeftijd van de baby bij te houden. U kunt
gegevens bijhouden van maximaal 3 baby's.
* Alleen wanneer uafspeelt vanuit het indexscherm [9] (Baby-album).
1 Raak [9] aan.
Het scherm met stempels voor de stand 9 verschijnt.
2 Raak [91], [92] of [93] aan om de gewenste baby te
selecteren.
Het ontwerp van de stempels is voor elke baby een beetje anders.
3 Registreer desgewenst de gegevens van de baby.
Om de geboortedatum van de baby vast te leggen: raak [w] aan
naast de knop voor de leeftijd van de baby. Raak jaar*/maand/dag
aan, raak [Í]/[Î] aan om de waarde te wijzigen en raak vervolgens
[OK] aan. De huidige leeftijd van de baby wordt berekend en
weergegeven in de leeftijdknop.
9
N
ƒ
y
*
}
Filmmodus Afspelen
Indeling
98
Handige functies
Om de lengte of het gewicht van de baby vast te leggen:
raak [w] aan naast de knop van de informatie die uwilt wijzigen.
Raak [Í]/[Î] aan om de lengte/het gewicht in te stellen en raak
vervolgens [OK] aan.
* Het geboortejaar kan alleen worden ingesteld op 2013 of later.
4 Raak een van de knoppen aan om de bijbehorende stempel toe
te voegen: [Datum] (de huidige datum), [Tijd] (de huidige tijd),
de leeftijd, lengte of het gewicht van de baby.
Als ueen geselecteerde stempel wilt verwijderen, raakt udeze
opnieuw aan.
5 Raak [OK] aan.
De geselecteerde stempel(s)
verschijnen.
6 U kunt een willekeurige stempel
aanraken en naar de gewenste
locatie slepen.
Voor de leeftijdstempel wordt de weergave als volgt gewijzigd:
- Voor 1 week: dagen
- 1 week – minder dan 1 maand oud: weken
- 1 maand – minder dan 1 jaar oud: maanden
- 1 jaar – minder dan 2 jaar oud: jaren en maanden
- 2 jaar oud en ouder: alleen jaren
99
Handige functies
Gebruik van beeldmix
Beeldmixkaders kunnen worden gecombineerd met de live video voor
speciale effecten. U kunt de beeldmixfunctie gebruiken in combinatie
met extra decoraties [Pennen en stempels] of [Bewegende stempels].
De beeldmixkaders worden opgeslagen in het interne geheugen
(alleen H). Als ude beeldmixfunctie wilt gebruiken terwijl
uop een geheugenkaart opneemt, dient ueerst de beeldmixbestanden
te downloaden en de beeldmixbestanden naar de geheugenkaart te
kopiëren, bijvoorbeeld met behulp van een kaartlezer (A 294).
1 Raak [Ü] aan om het scherm [Beeldkeuze] te openen.
2 Raak [+] of [-] aan om een ander beeldmixkader te selecteren.
U kunt kiezen uit 26 beeldmixkaders (of 20 speciaal ontworpen
beeldmixkaders, in de stand 9).
H Alleen wanneer uopnamen maakt op een
geheugenkaart of opnamen afspeelt vanaf een geheugenkaart:
ukunt ook [&] aanraken om de beeldmixkaders te lezen die zijn
opgeslagen in het interne geheugen.
3 Raak [OK] aan om het geselecteerde kader te mixen met de
live video.
H Zorg voordat udeze procedure uitvoert dat het
geheugen dat is geselecteerd voor de opname (A 80) of voor
het afspelen (A 67) de beeldmixkaders bevat.
Het beeldmixkader kan niet worden geselecteerd tijdens de
opname of het afspelen.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
100
Handige functies
Scènes decoreren tijdens het afspelen
U kunt scènes decoreren terwijl ze worden afgespeeld. Decoraties
die worden toegevoegd tijdens het afspelen worden niet in de scène
vastgelegd. U kunt ook een tekenblad met eerder opgeslagen decoraties
laden en toepassen.
1 Speel de scène af die uwilt decoreren (A 65).
Om de diverse decoraties te gebruiken die speciaal zijn ontworpen
voor de stand 9, speelt ueen scène af vanuit het baby-album
(indexscherm [9]).
2 Raak het scherm aan om de afspeelregelaars op te roepen.
3 Raak [Ò] aan als ude decoratiewerkbalk wilt weergeven.
4 Verfraai de scène met behulp van de gereedschappen in de
werkbalk zoals beschreven in de vorige paragrafen.
5 Raak [X] aan als uhet decoratiescherm wilt verlaten.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
101
Handige functies
Videosnapshot
U kunt een reeks korte scènes opnemen die elk een paar seconden
duren. Als ude videosnapshotscènes een voor een afspeelt, leidt
dit tot een dynamische video met een snel tempo. U kunt zelfs de
videosnapshotscènes afspelen in combinatie met achtergrondmuziek
(A 123).
1 Activeer videosnapshot.
Raak in plaats hiervan de optie [OFF] aan als uvideosnapshot wilt
uitschakelen.
Op het scherm verschijnt een blauwe rand.
2 Druk op Y.
De camcorder neemt circa 4 seconden lang op (het blauwe kader
geeft visueel de voortgang weer) en keert daarna automatisch terug
naar de opnamestand-bystand.
U kunt de lengte van vastgelegde videosnapshotscènes wijzigen
met de optie 1 > p > [Lengte videosnapshot].
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
[2] > [¦ Videosnapshot] > [ON] > [X]
102
Handige functies
Gezichten detecteren en volgen
De camcorder detecteert automatisch de gezichten van mensen en blijft de
juiste belichting en scherpstelling voor het onderwerp instellen. Om op een
andere persoon scherp te stellen dan de persoon die de camcorder heeft
geselecteerd, raakt uhet gewenste gezicht aan op het scherm (volgen).
U kunt de volgfunctie ook gebruiken om andere bewegende onderwerpen
altijd scherp te houden, zoals huisdieren of bewegende voertuigen.
* Gezichtsdetectie is in de stand N en 9 altijd geactiveerd.
Gezichtsdetectie is standaard geactiveerd. U kunt stap 1 in de volgende
procedure daarom overslaan. Als ude functie eerder hebt uitgeschakeld,
voer dan de volgende procedure uit vanaf stap 1.
De videosnapshotfunctie wordt uitgeschakeld als ueen van
de volgende handelingen verricht.
- Als ude camcorder uitzet, op ] drukt, de filmmodus
wijzigt, enzovoort.
- Als ude filmindeling (AVCHD/MP4), videokwaliteit of
beeldsnelheid wijzigt.
- Als uopnemen in slow of fast motion inschakelt.
9
*
N
*
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
103
Handige functies
1 Activeer gezichtsdetectie.
Om gezichtsdetectie uit te schakelen, herhaalt ude procedure
maar selecteert u[j Uit].
2 Richt de camcorder op een persoon.
Als er in het beeld meer dan één persoon aanwezig is, zal
de camcorder automatisch één persoon aanwijzen als het
hoofdonderwerp. Het hoofdonderwerp wordt aangegeven
met een wit kader en de camcorder kiest vervolgens de
optimale instellingen voor die persoon. Andere gezichten
krijgen grijze kaders.
3 Raak een ander gezicht op het touchscreen aan als uwilt dat
de belichting voor iemand anders wordt geoptimaliseerd.
U kunt ook andere bewegende onderwerpen aanraken, zoals een
huisdier.
Rondom het geselecteerde onderwerp wordt een wit kader getoond
dat het onderwerp volgt terwijl het beweegt.
Raak [ ] aan als uhet volgkader wilt verwijderen.
0 > [1 Overige instellingen] > p >
[Gezichtsdet. en volgen] > [i Aan }] > [X]
Hoofdonderwerp
104
Handige functies
Het kan gebeuren dat de camcorder de gezichten detecteert
van niet-menselijke onderwerpen. Schakel in dat geval de
gezichtsdetectiefunctie uit.
Als gezichtsdetectie is geactiveerd, is 1/25 de langzaamste
sluitertijd die de camcorder kan gebruiken.
Het maakt het gemakkelijker een onderwerp te volgen door
een gebied aan te raken met een voor het onderwerp unieke
kleur of kenmerkend patroon. Als er in de buurt echter een
ander onderwerp is met vergelijkbare kenmerken als die van het
geselecteerde onderwerp, kan het gebeuren dat de camcorder
het verkeerde onderwerp gaat volgen. Raak het scherm dan
opnieuw aan om het gewenste onderwerp te selecteren.
In bepaalde gevallen kunnen gezichten mogelijk niet correct
worden gedetecteerd. Typische voorbeelden hiervan zijn:
- Gezichten die in relatie tot het algehele beeld extreem klein,
groot, donker of helder zijn.
- Gezichten die zijwaarts zijn gericht, diagonaal staan,
ondersteboven staan of gedeeltelijk verborgen zijn.
Gezichtsdetectie is niet beschikbaar in de volgende situaties.
- Als de filmmodus is ingesteld op ƒ en de speciale
scènestand is ingesteld op [J Nachtscène], [N Weinig licht]
of [P Vuurwerk].
- Tijdens opnemen in slow of fast motion.
- Als de gebruikte sluitertijd langer is dan 1/25.
- Als de digitale zoom wordt geactiveerd en de zoomverhouding
groter is dan 228x.
- H Als de camcorder op afstand wordt bestuurd
vanaf een iOS- of Android-apparaat.
105
Handige functies
Faders
De camcorder is uitgerust met twee overgangseffecten met een
professionele uitstraling, waarmee uscènes kunt laten beginnen
en eindigen met een fade.
* U kunt het overgangseffect vooraf bekijken op het scherm.
Het pictogram van de geselecteerde fader wordt weergegeven.
Om faders uit te schakelen, herhaalt ude procedure maar selecteert
u[j Uit].
U kunt de faderinstellingen ook tijdens opname wijzigen (om bijvoorbeeld
alleen uitfaden toe te passen).
In bepaalde gevallen kan met de volgfunctie het onderwerp
mogelijk niet worden gevolgd. Typische voorbeelden hiervan zijn:
- Onderwerpen die in relatie tot het algehele beeld extreem klein
of extreem groot zijn.
- Onderwerpen die te veel gelijkenis met de achtergrond
vertonen.
- Onderwerpen met onvoldoende contrast.
- Snel bewegende onderwerpen.
- Als ubinnenopnamen maakt bij onvoldoende licht.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
[2] > [R Faders] > Gewenste fader* >
Gewenste kleur van fadescherm* > [X]
106
Handige functies
In-/uitfaden
Druk in de opnamestand-bystand op Y om de opname te
beginnen met een fade-in. Druk op Y tijdens de opname om
uit te faden en de opname te stoppen.
Als ueen fader gebruikt, wordt deze niet alleen toegepast op het
beeld maar ook op het geluid.
Faders kunt uniet gebruiken in de volgende gevallen:
- Als de filmmodus is ingesteld op en het cinematografische
filter is ingesteld op [Oude film].
- Tijdens opnemen in slow of fast motion.
- Wanneer uscènes opneemt met decoraties.
- Wanneer uvideosnapshotopnamen maakt.
- Terwijl vooropname geactiveerd is.
- Wanneer de videokwaliteit is ingesteld op 50P of 35 Mbps.
Door de camcorder uit te zetten, wordt de geselecteerde fader
uitgeschakeld.
107
Als umeer zelf wilt bepalen
Als umeer zelf wilt bepalen
Belichting
Als ueen onderwerp wilt vastleggen dat veel helderder of donkerder
is dan de omgeving, is het mogelijk dat de automatische belichting
van de camcorder niet optimaal is voor het onderwerp.
Om dit te corrigeren kunt ude belichting compenseren om het volledige
beeld helderder of donkerder te maken. U kunt ook Touch AE gebruiken
om de belichting voor een bepaald onderwerp door de camcorder te laten
optimaliseren, of een combinatie van compensatie en Touch AE gebruiken.
Open het scherm voor belichtingsinstelling.
Belichtingscompensatie
1 Raak [n] aan.
De belichting is vergrendeld en de knop voor belichtingscompensatie
verschijnt. De compensatiewaarde is ingesteld op ±0.
•Raak [n] nogmaals aan als ude camcorder weer automatische
belichting wilt laten gebruiken.
2 Raak [Ï] of [Ð] aan of sleep uw vinger over de knop om de
belichting te compenseren.
Het compensatiebereik varieert al naargelang de aanvankelijke
helderheid van het beeld. Sommige waarden zijn mogelijk niet
beschikbaar en worden grijs weergegeven.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
[2] > [y Belichting]
108
Als umeer zelf wilt bepalen
3 Raak [X] aan om de belichtingscompensatiewaarde toe te
passen en te vergrendelen.
Tijdens belichtingsvergrendeling worden y en de geselecteerde
belichtingscompensatiewaarde op het scherm getoond.
Touch AE
1 Raak een onderwerp aan dat zich binnen het y-kader bevindt.
Het symbool Touch AE (I) gaat knipperen en de belichting
wordt automatisch geoptimaliseerd voor het onderwerp dat
uhebt gekozen.
•Raak [n] aan als ude camcorder weer automatische belichting
wilt laten gebruiken.
2 Raak [X] aan om de aangepaste belichting toe te passen.
Met Touch AE wordt ook de belichting vergrendeld (de knop voor
belichtingscompensatie verschijnt met een compensatiewaarde die
is ingesteld op ±0). Voordat u[X] aanraakt, kunt ude belichting
nog meer compenseren (stap 2 en 3 in de vorige procedure).
Tijdens belichtingsvergrendeling worden y en de geselecteerde
belichtingscompensatiewaarde op het scherm getoond.
Als utijdens belichtingscompensatie een andere filmmodus
selecteert, keert de camcorder terug naar automatische
belichting.
De camcorder corrigeert standaard voor situaties met tegenlicht.
U kunt de automatische correctie uitschakelen met de optie
1 > p > [Autom. achtergr.verl.corr.].
Belichtingsinstelling is niet beschikbaar als de filmmodus is
ingesteld op ƒ en de speciale scènestand is ingesteld
op [P Vuurwerk].
109
Als umeer zelf wilt bepalen
Scherpstelling
Autofocus werkt mogelijk niet goed bij de volgende onderwerpen. Stel in
dat geval handmatig scherp.
1 Stel de zoom in voordat ude scherpstelling aanpast.
2 Open het scherm voor handmatige scherpstelling.
Handmatige scherpstelling
1 Raak [D] aan.
•Raak [D] nogmaals aan als ude camcorder weer autofocus wilt
laten gebruiken.
2 Raak [F] of [E] aan en houd dit symbool ingedrukt om de
scherpstelling aan te passen.
De getoonde scherpstelafstand verandert als ude scherpstelling
wijzigt. De scherpstelafstand wordt circa 2 seconden weergegeven.
U kunt met de optie 1 > q > [Weergegeven eenheden]
selecteren welke afstandsmaat uwilt gebruiken om weer te geven.
•Als 1 > p > [Focushulp] wordt ingesteld op [i Aan],
wordt het beeld in het midden van het scherm vergroot zodat
ugemakkelijker kunt scherpstellen.
Reflecterende oppervlakken
Onderwerpen met weinig contrast
of zonder verticale lijnen
Snel bewegende onderwerpen
Opnamen door natte ramen
Nachtscènes
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
[2] > [< Focus]
110
Als umeer zelf wilt bepalen
Als uwilt scherpstellen op verafgelegen onderwerpen zoals bergen
of vuurwerk, raakt u[F] aan en houdt udit symbool ingedrukt
totdat de scherpstelafstand in G verandert.
3 Raak [X] aan om de scherpstelling te vergrendelen voor de
geselecteerde afstand.
Tijdens handmatige scherpstelling wordt [D] op het scherm
getoond.
Touch AF
1 Raak een onderwerp aan dat zich binnen het <-kader bevindt.
Het symbool Touch AF (I) gaat knipperen en de camcorder stelt
automatisch scherp op het onderwerp of het punt dat uop het
scherm hebt aangeraakt.
•Raak [D] nogmaals aan als ude camcorder weer autofocus wilt
laten gebruiken.
U kunt desgewenst de scherpstelling handmatig aanpassen (stap 2
in de vorige procedure).
2 Raak [X] aan om de scherpstelling te vergrendelen voor de
geselecteerde afstand.
Tijdens handmatige scherpstelling wordt [D] op het scherm
getoond.
Wanneer u[E] en [F] gebruikt om handmatig scherp te stellen,
kunt uhet scherm binnen het kader aanraken om automatisch op
dat punt scherp te stellen.
111
Als umeer zelf wilt bepalen
Witbalans
De witbalansfunctie helpt ubij het nauwkeurig reproduceren van kleuren
onder verschillende lichtomstandigheden, zodat witte objecten in uw
opnamen altijd echt wit overkomen.
* Wanneer u[Å Aangep.WB] selecteert, stelt ude aangepaste witbalans in
met de volgende procedure voordat u[X] aanraakt.
Het pictogram van de geselecteerde witbalansinstelling verschijnt op het
scherm.
De aangepaste witbalans instellen
1 Richt de camcorder zodanig op een wit voorwerp dat het gehele
scherm door het voorwerp wordt gevuld.
2 Raak [WB inst.] aan.
Als de instelling is voltooid, stopt Å met knipperen en verdwijnt dit
symbool. De camcorder onthoudt de aangepaste witbalans ook als
ude camcorder uitschakelt.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
[2] > [Ä Witbalans] > Gewenste optie* > [X]
112
Als umeer zelf wilt bepalen
Opties (
standaardwaarde)
[Ã Auto]
De camcorder stelt de witbalans automatisch in op natuurlijk lijkende
kleuren.
[¼ Daglicht]
Voor het maken van buitenopnamen.
[É Lamplicht]
Voor het maken van opnamen onder kunstlicht en tl-verlichting
(3 golflengten).
[Å Aangep.WB]
Gebruik de aangepaste witbalansinstelling om witte onderwerpen
onder een gekleurde verlichting wit uit te laten komen.
Als ude aangepaste witbalans instelt:
-Stel 2 > [Zoomtype] in op [ Optisch].
- Reset de witbalans als uvan locatie wisselt of wanneer
de verlichting of andere omstandigheden veranderen.
- Afhankelijk van de lichtbron blijft Å mogelijk knipperen.
Het resultaat zal echter nog steeds beter zijn dan met de
optie [Ã Auto].
De aangepaste witbalans geeft mogelijk een beter resultaat in
de volgende gevallen.
- Bij veranderende lichtomstandigheden.
- Bij close-ups.
- Bij onderwerpen met één kleur (lucht, zee of bos).
- Onder kwiklampen, bepaalde typen tl-verlichting en ledlampen.
113
Als umeer zelf wilt bepalen
Beeldsnelheid
U kunt de beeldsnelheid (het aantal beeldjes dat per seconde wordt
opgenomen) van AVCHD-films wijzigen om de uitstraling van uw films te
wijzigen. MP4-films met een videokwaliteitsinstelling van 35 Mbps worden
opgenomen met 50P, terwijl films met andere videokwaliteitsinstellingen
worden opgenomen met 25P. Deze beeldsnelheden kunnen niet worden
gewijzigd.
Opties (
standaardwaarde)
[μ]
50 velden per seconde, interlaced. Standaardbeeldsnelheid van
analoge PAL-tv-signalen.
[¸]
Opnamen maken met 25 beeldjes per seconde, progressief*.
Als udeze beeldsnelheid gebruikt, krijgen uw opnamen een
cinematografische uitstraling. Het effect wordt verder versterkt
door opnamen te maken in de stand .
* Opgenomen als 50i.
Wanneer de videokwaliteit wordt ingesteld op [50P -opname]
(50P of 35 Mbps), wordt de beeldsnelheid automatisch ingesteld
op 50P. Dit kan niet worden gewijzigd.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [3 Opname instellen] > [Videokwaliteit] > [I] >
Gewenste beeldsnelheid > [K] > [K] > [X]
114
Als umeer zelf wilt bepalen
Telemacro
Met telemacro kan de camcorder scherpstellen op een kortere afstand
(tot 50 centimeter vanaf het onderwerp bij maximale telefoto), zodat ukleine
onderwerpen zoals bloemen en insecten van zeer dichtbij kunt opnemen.
Deze functie maakt ook de scherpstelling van de achtergrond zachter,
zodat het onderwerp niet alleen groter lijkt maar ook duidelijker uitkomt.
* Als de filmmodus wordt ingesteld op N, wordt telemacro automatisch
geactiveerd als uinzoomt naar maximale telefoto en de camcorder dicht
naar het onderwerp toe brengt.
•Raak [W] opnieuw aan als utelemacro wilt uitschakelen.
De camcorder zoomt automatisch naar het telefoto-uiteinde.
De volgende situaties zorgen er elk voor dat de telemacro-functie
wordt uitgeschakeld.
- Als ude camcorder uitschakelt.
-Als uop ] drukt.
- Als ude filmmodus instelt op stand N, 9 of als
ude speciale scènestand [P Fireworks] selecteert
in de stand ƒ.
- Als uuitzoomt naar T (groothoek).
Telemacro kunt uniet in-/uitschakelen terwijl uopneemt.
9
N
*
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
[2] > [Zoomtype] > [W] (telemacro) > [X]
115
Audio opnemen
Audio opnemen
Geluidsscènes
U kunt de camcorder de audio-instellingen van de ingebouwde microfoon
laten optimaliseren door de audioscène te selecteren die overeenkomt met
uw omgeving. Dit versterkt in hoge mate het gevoel 'alsof uerbij bent'.
* Als de filmmodus wordt ingesteld op 9, wordt de audioscène automatisch
ingesteld op [ Standaard].
Opties (
standaardwaarde)
[ Standaard]
Voor het maken van opnamen van de meeste algemene situaties.
De camcorder maakt opnamen met standaardinstellingen.
[ Muziek]
Voor het maken van levensechte opnamen van muziekvoorstellingen
en gezang binnen gebouwen.
[ Spraak]
Hiermee worden menselijke stemmen en dialogen het beste
opgenomen.
9
*
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
[2] > [ Geluidsscène] > Gewenste audioscène > [X]
116
Audio opnemen
Gebruik van een koptelefoon
Gebruik een koptelefoon tijdens het afspelen of als utijdens het maken van
opnamen het niveau van het geluid wilt controleren. Sluit de koptelefoon
aan op het AV OUT/×-aansluitpunt. Dit aansluitpunt wordt zowel voor de
koptelefoon als voor analoge audio/video-uitvoer gebruikt. Zorg er daarom
voor dat uvan tevoren de functie van het aansluitpunt instelt.
1 Wijzig de functie van het aansluitpunt in koptelefoonuitvoer.
2 Sluit de koptelefoon aan op het AV OUT/×-aansluitpunt.
[ Woud en vogels]
Voor het maken van opnamen van vogels en scènes in bossen.
De camcorder legt het geluid duidelijk vast terwijl het zich verspreidt.
[ Ruisonderdrukking]
Voor het opnemen van scènes terwijl lawaai van wind, passerende
voertuigen en vergelijkbare omgevingsgeluiden worden onderdrukt.
Ideaal voor het maken van opnamen op het strand of op plaatsen
met veel lawaai.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [1 Overige instellingen] > q > [AV/Koptelef.] >
[Ó Koptelefoon] > [K]
117
Audio opnemen
3 Wijzig zo nodig het volume.
* U kunt ook uw vinger over de [Koptelefoon]-balk slepen.
Ó verschijnt op het scherm.
Het volume wijzigen tijdens het afspelen
* Alleen tijdens het afspelen van een diavoorstelling van foto's. Raadpleeg voor
die procedure Diavoorstelling (A 127).
[Volume] > [Ô] of [Õ]* om het volume aan te passen > [X]
9
N
ƒ
y }
*
Filmmodus Afspelen
Indeling
118
Audio opnemen
Nadat ude functie van het AV OUT/×-aansluitpunt hebt gewijzigd en
de koptelefoon hebt aangesloten, kunt uhet volume van de koptelefoon
ook tijdens het afspelen aanpassen. Tijdens het afspelen van films past
uhet volume van de koptelefoon op dezelfde wijze aan als wanneer
uhet luidsprekervolume instelt (A 68), maar in dit geval kiest ude
koptelefoonpictogrammen [Ô], [Õ].
Bij gebruik van een koptelefoon moet uhet volume tot een
aanvaardbaar niveau terugbrengen.
Sluit de koptelefoon niet aan op het AV OUT/×-aansluitpunt
als 1 > q > [AV/Koptelef.] is ingesteld op [Ò AV].
Het geluid dat wordt voortgebracht kan uw gehoor beschadigen.
Gebruik in de winkel verkrijgbare koptelefoons met een mini-jack
van 3,5 mm en een kabel die niet langer is dan 3 meter.
Zelfs als [AV/Koptelef.] tijdens een afspeelstand werd ingesteld
op [Ó Koptelefoon], keert de functie van het AV OUT/×-
aansluitpunt automatisch terug naar AV-uitvoer als ude
camcorder uitschakelt.
H Audio wordt niet uitgevoerd vanuit het ×-
aansluitpunt (koptelefoon) terwijl Wi-Fi-functies worden gebruikt.
119
Geavanceerde functies voor
afspelen en bewerken
Geavanceerde afspeelfuncties
Dit gedeelte legt uit hoe ufoto's of videosnapshotscènes kunt
maken van een bestaande scène, hoe uopnamen kunt afspelen
met achtergrondmuziek, hoe ueen diavoorstelling van uw foto's
kunt afspelen en meer.
Bewerkingsfuncties
Dit gedeelte legt uit hoe uscènes bijsnijdt of splitst en hoe uhet
beeld kunt wijzigen dat als miniatuur wordt gebruikt van een scène
in het Baby-album. Alleen H: in dit gedeelte vindt uook
de procedure waarmee uopnamen kopieert en scènes converteert
naar MP4-indeling.
120
129
120
Geavanceerde afspeelfuncties
Geavanceerde afspeelfuncties
Videosnapshotscènes en foto's maken van
een film
U kunt videosnapshotscènes of foto's maken van een scène die ueerder
hebt opgenomen. Het kan bijvoorbeeld zijn dat ufoto's wilt afdrukken
van video die is opgenomen op een feestje of dat ueen kleine videoclip
wilt maken door gebruik te maken van videosnapshotscènes van de
hoogtepunten van een gebeurtenis.
Een videosnapshotopname maken
1 Speel de AVCHD-scène af waarvan ueen videosnapshotscène
wilt maken (A 65).
2 Op het punt waar ude videosnapshotscène wilt laten beginnen,
drukt uop Y.
De camcorder maakt gedurende circa 4 seconden de
videosnapshotopname (het blauwe kader geeft visueel de voortgang
weer) en schakelt daarna over op de afspeelpauzestand.
In plaats daarvan kunt uook het scherm aanraken en vervolgens
[¦] aanraken om de videosnapshotscène vast te leggen.
3 Raak [Ñ] aan om het afspelen te stoppen.
De nieuwe videosnapshotscène wordt toegevoegd aan het
einde van het indexscherm van dezelfde opnamedatum als
de oorspronkelijke scène.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
121
Geavanceerde afspeelfuncties
U kunt de lengte van videosnapshotscènes die uvastlegt wijzigen
met de optie 1 > p > [Lengte videosnapshot].
Een videosnapshotscène kan alleen worden gemaakt tijdens
het afspelen en niet als het afspelen wordt onderbroken.
U kunt geen videosnapshotopnamen maken van scènes die
korter zijn dan 1 seconde.
Als de filmscène zelf een videosnapshotopname is, kunt
uwellicht geen videosnapshotopname maken. Dit hangt af
van de lengte van de betreffende filmscène en de lengte die
momenteel is geselecteerd voor videosnapshotscènes.
Als ubegint met het maken van een videosnapshotopname
die minder dan 1 seconde is verwijderd vanaf het eind van de
filmscène, dan wordt de videosnapshotopname gemaakt
vanaf het begin van de volgende filmscène.
Tijdens het afspelen van videosnapshotscènes die zijn gemaakt
van een eerder opgenomen film, kan het voorkomen dat het
beeld of geluid videoafwijkingen vertoont bij het punt waar tijdens
het afspelen wordt overgegaan op een nieuwe filmscène.
122
Geavanceerde afspeelfuncties
Foto's maken
1 Speel de scène af waarvan ueen foto wilt maken (A 65).
2 Onderbreek het afspelen bij het moment dat uwilt vastleggen
en maak de foto.
3 Raak [Ñ] aan om het afspelen te stoppen.
De afmetingen van foto's die zijn gemaakt van een scène zijn
1920x1080 (1280x720 als een foto wordt gemaakt van een MP4-
scène die is opgenomen met een videokwaliteit van 4 Mbps).
De opnamedatum/-tijd van de foto's geeft de datum en tijd weer
van de opname van de originele scène.
Foto's die worden gemaakt van een scène met veel beweging,
kunnen wazig zijn.
H Foto's worden vastgelegd in het geheugen dat is
geselecteerd voor het maken van foto's.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
Raak het scherm aan om de afspeelknoppen weer te geven >
[Ý] > [PHOTO]
123
Geavanceerde afspeelfuncties
Afspelen met achtergrondmuziek
Canon stelt 3 muzieknummers beschikbaar als download, die ukunt
gebruiken als achtergrondmuziek wanneer uuw films of een diavoorstelling
van uw foto's afspeelt. U kunt de oorspronkelijke audio en
achtergrondmuziek ook mixen en de mixbalans naar wens instellen.
* Alleen tijdens het afspelen van een diavoorstelling van foto's. Raadpleeg voor
die procedure Diavoorstelling (A 127).
1 Open het gewenste indexscherm (A 65).
2 Selecteer het muzieknummer.
1 Het gewenste muzieknummer selecteren.
2 De balans van de achtergrondmuziek aanpassen.
3 Het originele geluid afspelen (geen achtergrondmuziek).
4 Het geselecteerde muzieknummer verwijderen.
5 Het geselecteerde muzieknummer beluisteren. Raak (Ñ) nogmaals
aan als uwilt stoppen met afspelen.
9
N
ƒ
y }
*
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [1 Overige instellingen] > s > [Muziekkeuze] >
[i Aan] > [Í] of [Î] om het gewenste muzieknummer te
selecteren
1
2
3
4
5
124
Geavanceerde afspeelfuncties
3 Stel de mixbalans af tussen het originele geluid en de
achtergrondmuziek.
•Raak [y] aan (meer van het originele geluid) of raak [Û] aan
(meer van de achtergrondmuziek) of sleep uw vinger over de balk
[Muziekbalans] om de balans van de achtergrondmuziek naar
wens in te stellen.
4 Raak [X] aan en raak vervolgens een scène aan om het
afspelen te beginnen met de geselecteerde achtergrondmuziek.
De balans van de achtergrondmuziek instellen tijdens het afspelen
Tijdens het afspelen:
Een muzieknummer verwijderen
Raak in het scherm [Muziekkeuze] de optie [Í] of [Î] aan om het
muzieknummer te selecteren dat uwilt verwijderen.
Maakt uin uw videocreaties gebruik van liedjes en
muzieknummers waarop auteursrechten rusten, houd er dan
rekening mee dat ugeen gebruik mag maken van muziek waarop
auteursrechten rusten als udaarvoor geen toestemming van de
houder van de auteursrechten hebt gekregen, behalve in gevallen
die zijn toegestaan volgens geldende wetgeving, zoals voor
persoonlijk gebruik. Zorg ervoor dat ude geldende wetten in
acht neemt als ugebruikmaakt van muziekbestanden.
Raak het scherm aan om de afspeelknoppen weer te geven > [Ý] >
[y] of [Û] om de balans van de achtergrondmuziek naar wens in te
stellen > [K]
[] > [Ja]
125
Geavanceerde afspeelfuncties
Het punt selecteren waar met afspelen moet
worden begonnen
Als ueen zeer lange scène hebt, wilt ude scène wellicht vanaf een bepaald
punt afspelen. U kunt de filmtijdlijn gebruiken (alleen AVCHD-scènes) om de
scène in segmenten op te splitsen met een vast tijdsinterval van 6 seconden
tot 6 minuten.
1 Open het gewenste indexscherm voor AVCHD-films (A 65).
De muziekbestanden die worden gebruikt als achtergrondmuziek
worden opgeslagen in het interne geheugen (alleen
H). Om opnamen met achtergrondmuziek af
te spelen vanaf een geheugenkaart, downloadt ueerst
de muziekbestanden (A 294).
Nadat ude muziekbestanden hebt gedownload naar
uw computer, gebruikt uTransfer Utility LE om ze over
te dragen naar het geheugen dat de opnamen bevat die
umet achtergrondmuziek wilt afspelen. Raadpleeg de
'Softwarehandleiding Transfer Utility LE' (PDF-bestand)
voor meer informatie.
Initialisatie van een geheugenkaart wist voorgoed alle
muziekbestanden die umogelijk naar de geheugenkaart hebt
gekopieerd. (H De muziekbestanden die vooraf zijn
geïnstalleerd in het interne geheugen, worden hersteld als uhet
interne geheugen initialiseert.)
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
126
Geavanceerde afspeelfuncties
2 Open het scherm [Tijdslijn] van de scène.
Het scherm [Tijdslijn] verschijnt. Op de grote miniatuur ziet uhet
eerste beeldje van de scène. Daaronder toont de tijdlijnverdeling
beeldjes die met een vast interval uit de scène zijn genomen.
•Raak [K] tweemaal aan om terug te gaan naar het indexscherm.
3 Raak in de tijdlijnverdeling het gewenste beeldje aan waar umet
het afspelen van de scène wilt beginnen.
1 Raak deze knop tweemaal aan om terug te keren naar het
indexscherm.
2 Vorige/volgende scène.
3 Sleep uw vinger naar links over de tijdlijnverdeling als ude volgende
5 beeldjes wilt weergeven.
4 Videokwaliteit en lengte van scène.
5 Opnamedatum en -tijd.
6 Sleep uw vinger naar rechts over de tijdlijnverdeling als ude vorige
5 beeldjes wilt weergeven.
7 Huidige scène/totale aantal scènes.
8 Momenteel geselecteerd interval tussen beeldjes.
[j] > Gewenste scène
1
7 8
4
5
6
2
3
127
Geavanceerde afspeelfuncties
Het interval tussen beeldjes wijzigen
Diavoorstelling van foto's
U kunt alle foto's gebruiken om een diavoorstelling af te spelen en ukunt
de diavoorstelling ook van muziek voorzien.
1 Open het indexscherm [}] (A 71).
2 Selecteer het muzieknummer.
3 Raak de foto aan die de diavoorstelling opent in de
schermweergave van één foto.
4 Raak het scherm aan om de afspeelknoppen op te roepen en
raak vervolgens [Ð] aan om de diavoorstelling af te spelen in
combinatie met het geselecteerde muzieknummer.
[6 sec] > Gewenst interval > [K]
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [1 Overige instellingen] > > [Muziekkeuze] >
[i Aan] > [Í] of [Î] om het gewenste muzieknummer te
selecteren (A 123) > [X]
128
Geavanceerde afspeelfuncties
Tijdens de diavoorstelling
Raak het scherm aan en raak [Ø] of [Ù] aan om het volume aan
te passen.
Raak het scherm aan en raak [Ý] aan als ude diavoorstelling wilt
stopzetten.
De muziekbestanden die worden gebruikt als achtergrondmuziek
worden opgeslagen in het interne geheugen (alleen
H). Om een diavoorstelling van foto's met
achtergrondmuziek af te spelen vanaf een geheugenkaart,
downloadt ueerst de muziekbestanden (A 294).
Nadat ude muziekbestanden hebt gedownload naar uw
computer, gebruikt uTransfer Utility LE om ze over te
dragen naar het geheugen dat de opnamen bevat die
umet achtergrondmuziek wilt afspelen. Raadpleeg de
'Softwarehandleiding Transfer Utility LE' (PDF-bestand)
voor meer informatie.
Initialisatie van een geheugenkaart wist voorgoed alle
muziekbestanden die umogelijk naar de geheugenkaart hebt
gekopieerd. (H De muziekbestanden die vooraf zijn
geïnstalleerd in het interne geheugen, worden hersteld als uhet
interne geheugen initialiseert.)
129
Bewerkingsfuncties
Bewerkingsfuncties
Scènes splitsen
U kunt AVCHD-scènes splitsen om de beste delen te bewaren en later de
rest weg te snijden.
1 Speel de gewenste scène af (A 65).
2 Op het punt waar ude scène wilt splitsen opent uhet scherm
waarmee scènes gesplitst kunnen worden.
3 Breng de scène desgewenst naar een specifiek punt.
Op het scherm verschijnen afspeelknoppen (A 68). Gebruik
eventueel de speciale afspeelstanden (versneld afspelen, beeldje
voor beeldje vooruit/achteruit afspelen) om het gewenste punt te
lokaliseren.
4 Splits de scène.
De video-opname vanaf het splitsingspunt tot het eind van de scène
verschijnt als een nieuwe scène in het indexscherm.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
Raak het scherm aan om de afspeelknoppen weer te geven >
[Ý] > [Bew.] > [Splitsen]
[μ Splitsen] > [Ja]
130
Bewerkingsfuncties
Scènes snijden
U kunt MP4-scènes snijden door alles tot een bepaald punt of alles na een
bepaald punt te verwijderen. Zodoende bewaart ualleen de memorabele
momenten voor het nageslacht.
1 Speel de scène af die uwilt bijsnijden (A 65).
2 Op het punt waar ude scène wilt snijden opent uhet scherm
waarmee de scène gesneden kan worden.
Als utijdens het splitsen van scènes beeldje voor beeldje
vooruit- of achteruitgaat, dan is het interval tussen beeldjes
circa 0,5 seconde.
Indien de scène niet kan worden gesplitst op het punt waar
utijdens het afspelen een pauze hebt ingelast, ga dan een
beeldje vooruit/achteruit en splits vervolgens de scène.
Tijdens het afspelen van een gesplitste scène kan het gebeuren
dat op het punt waar de scène werd gesplitst onregelmatigheden
in het beeld/geluid voorkomen.
•Scènes die te kort zijn (minder dan 3 seconden) kunt uniet
splitsen.
Scènes kunnen niet worden gesplitst binnen 1 seconde vanaf
het begin of vanaf het eind van de scène.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
131
Bewerkingsfuncties
3 Breng de scène desgewenst naar een specifiek punt.
De markering ´ geeft aan op welk punt de film wordt gesneden.
Op het scherm verschijnen afspeelknoppen (A 68). Gebruik
eventueel de speciale afspeelstanden (versneld afspelen, beeldje
voor beeldje vooruit/achteruit afspelen) om het gewenste punt te
lokaliseren.
4 Snijd de scène.
U kunt kiezen of uhet gedeelte voor of na de markering ´ wilt
snijden en of uhet resterende deel van de film als nieuwe scène
wilt opslaan (waarbij de oorspronkelijke scène bewaard blijft) of
de oorspronkelijke scène wilt overschrijven.
Raak [Stop] aan als ude procedure wilt onderbreken terwijl deze
wordt uitgevoerd.
De volgende soorten MP4-scènes kunt umogelijk niet goed
bijsnijden.
- H Scènes die zijn gekopieerd vanaf het interne
geheugen naar een SDXC-geheugenkaart.
- Scenes die met een ander apparaat op een geheugenkaart
zijn opgenomen of gekopieerd.
De eerste en de laatste 0,5 seconden van een scène kunnen
niet worden bijgesneden.
Raak het scherm aan om de afspeelknoppen weer te geven >
[Ý] > [Bew.] > [Snijden]
[Snijden] > [Snijd begin af] of [Snijd einde af] > [Nieuw bestand]
of [Overschrijven]
132
Bewerkingsfuncties
Het miniatuurbeeld van een scène wijzigen
Voor scènes die zijn opgenomen in de stand 9 kunt ude
miniatuurafbeelding wijzigen die wordt getoond in het Baby-album
(indexscherm [9]).
1 Open het indexscherm [9] (A 65).
2 Speel de gewenste scène af.
3 Wanneer het beeld verschijnt dat uals miniatuurbeeld van de
scène wilt gebruiken, onderbreekt uhet afspelen en opent uhet
scherm [Miniatuur instellen].
4 Breng de scène desgewenst naar een specifiek punt.
Op het scherm verschijnen afspeelknoppen (A 68). Gebruik
eventueel de speciale afspeelstanden (versneld afspelen, beeldje
voor beeldje vooruit/achteruit afspelen) om het gewenste punt te
lokaliseren.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
Raak het scherm aan om de afspeelknoppen weer te geven >
[Ý] > [Bew.] > [Miniatuur instellen]
133
Bewerkingsfuncties
5 Stel het getoonde beeld in als het miniatuurbeeld van de scène.
H Opnamen kopiëren naar een
geheugenkaart
U kunt uw opnamen kopiëren vanuit het interne geheugen naar een
geheugenkaart.
Scènes kopiëren vanuit het indexscherm
Alleen het miniatuurbeeld van de scène die wordt getoond in het
Baby-album (indexscherm [9]) wordt gewijzigd.
Door een scène te splitsen waarvan het miniatuurbeeld was
gewijzigd, wordt het miniatuurbeeld van de scène gereset.
Plaats de geheugenkaart waar ude opnamen naartoe wilt
kopiëren in de geheugenkaartsleuf en controleer of de
geheugenkaart voldoende vrije ruimte beschikbaar heeft.
[Instellen] > [Ja]
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
134
Bewerkingsfuncties
1 Open het gewenste indexscherm in het interne geheugen
(A 65, 71).
Als ualle scènes/foto's wilt kopiëren die op een specifieke datum
zijn opgenomen, sleept uuw vinger naar links/rechts totdat een
scène of foto verschijnt die uwilt kopiëren.
2 Kopieer de opnamen.
* Als u[Selecteer] selecteert, voert uvoordat u[Ja] aanraakt de volgende
procedure uit om de afzonderlijke opnamen te selecteren die uwilt
kopiëren.
** Raak [Stop] aan als ude procedure wilt onderbreken terwijl deze wordt
uitgevoerd.
Afzonderlijke opnamen selecteren
1 Raak de afzonderlijke scènes/foto's aan die uwilt kopiëren.
Op de door uaangeraakte opnamen verschijnt een vinkje !.
Het totale aantal geselecteerde opnamen wordt weergegeven
naast het pictogram ".
Raak een geselecteerde scène of foto aan als uhet vinkje
wilt verwijderen. Om alle vinkjes tegelijk te verwijderen,
raakt u[Alle verw.] > [Ja] aan.
2 Raak [OK] aan nadat ualle gewenste opnamen hebt
geselecteerd.
[Bew.] > [Kopieren (&'8)] > Gewenste optie* > [Ja]** > [OK]
135
Bewerkingsfuncties
Opties
Eén enkele foto kopiëren
1 Selecteer in de schermweergave van één foto de foto die uwilt
kopiëren (A 71).
2 Kopieer de foto.
3 Sleep uw vinger naar links/rechts om een andere foto te
selecteren die uwilt kopiëren of raak [X] aan.
[<datum>] of [<mapnaam>]
Alle scènes/foto's kopiëren die op een bepaalde datum zijn vastgelegd.
Bij AVCHD-scènes wordt een datum weergegeven in de knop.
Bij MP4scènes en foto's wordt een mapnaam weergegeven.
De laatste 4 cijfers van de mapnaam geven de datum aan waarop
de opnamen werden gemaakt (bijvoorbeeld 1103 = 3 november).
[Selecteer]
Afzonderlijke opnamen selecteren die uwilt kopiëren.
[Alle scenes] of [Alle foto's]
Alle scènes of foto's kopiëren.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
Raak het scherm aan om de afspeelknoppen weer te geven >
[Bew.] > [Kopieren (&'8)] > [¨ Doorgaan] > [Ja]
136
Bewerkingsfuncties
H Films converteren naar MP4-indeling
U kunt AVCHD-scènes of MP4-scènes die zijn opgenomen op het interne
geheugen, converteren naar MP4-scènes op de geheugenkaart. U kunt
niet alleen de filmindeling wijzigen naar de meer gangbare MP4-indeling,
afhankelijk van de oorspronkelijke scène kunt uook een lagere
videokwaliteit selecteren voor de geconverteerde scènes. Dit levert kleinere
bestanden op en wordt ook wel down-conversion genoemd. Dit komt
bijvoorbeeld van pas wanneer uvideo's wilt uploaden naar het internet,
aangezien kleinere bestanden sneller geüpload kunnen worden. Daarnaast
kunt ucinematografische filters toepassen en achtergrondmuziek of
decoraties aan de geconverteerde kopie toevoegen.
1 Open het gewenste indexscherm in het interne geheugen
(A 65).
Als uachtergrondmuziek toe wilt voegen aan de geconverteerde
scène, selecteert ueen muzieknummer (stap 2, A 123).
In de volgende gevallen kunt uopnamen niet kopiëren naar de
geheugenkaart:
- Als het afdekplaatje van de geheugenkaartsleuf openstaat.
- Als de LOCK-schakelaar op de geheugenkaart zo ingesteld
staat dat de kaart niet kan worden beschreven.
- Als de map- en bestandsnummers hun maximale waarde
hebben bereikt (A 223).
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
137
Bewerkingsfuncties
2 Open het scherm waarin ude scènes voor de conversie kunt
selecteren.
* Alleen nodig als ualle geselecteerde scènes wilt samenvoegen tot één
geconverteerde film.
3 Raak de individuele scènes aan die uwilt converteren.
Op de door uaangeraakte scènes verschijnt een vinkje !.
Het totale aantal geselecteerde scènes wordt weergegeven
naast het pictogram ".
Raak een geselecteerde scène aan als uhet vinkje wilt verwijderen.
Om alle vinkjes tegelijk te verwijderen, raakt u[Alle verw.] > [Ja] aan.
4 Raak na selectie van alle gewenste scènes [OK] en vervolgens
[Volgende] aan.
Indien een bericht over auteursrechten verschijnt, leest udit
zorgvuldig door en raakt u[OK] aan als uakkoord gaat.
Een cinematografisch filter toevoegen*:
Om het cinematografische filter uit te schakelen, raakt u[FILTER]
opnieuw aan.
Om de audio-instellingen te wijzigen: u kunt het volume van
de geconverteerde scène aanpassen of de balans tussen het
oorspronkelijke geluid en de achtergrondmuziek aanpassen als
ueen muzieknummer hebt geselecteerd.
[Bew.] > [Conv. naar MP4 (&`8)] > [OK] >
[Scènes samenvoegen]* > Gewenste videokwaliteit van
geconverteerde films
[FILTER 1] > Selecteer het gewenste filter (A 86) > [OK]
138
Bewerkingsfuncties
** [Ô] of [Õ] wanneer een koptelefoon wordt gebruikt.
Decoraties toevoegen*:
* Cinematografische filters en decoraties kunnen niet tegelijk worden
toegepast.
5 Raak [START] aan om de scène te converteren.
Raak [STOP] aan als ude procedure wilt onderbreken terwijl deze
wordt uitgevoerd.
6 Raak [OK] aan.
[Ý] > [Ø] of [Ù]** om het volume aan te passen > [y] of
[Û] om de balans van achtergrondmuziek aan te passen > [K]
[Ò] > Decoreer de scène (A 93)
139
Bewerkingsfuncties
AVCHD-films:
Videokwaliteit en afmetingen van scènes voor en na conversie
Oorspronkelijke
AVCHD-scène
(&)
Geconverteerde MP4-scène (8)
24 Mbps
(1920x1080)
17 Mbps
(1920x1080)
4 Mbps
(1280x720)
50P
(1920x1080)
––
MXP
(1920x1080)
ÜÜ Ü
FXP
(1920x1080)
ÜÜ Ü
LP (1280x720) ÜÜ Ü
140
Bewerkingsfuncties
MP4-films:
Videokwaliteit en afmetingen van scènes voor en na conversie
Oorspronkelijke
scène (&)
Geconverteerde scène (8)
24 Mbps
(1920x1080)
17 Mbps
(1920x1080)
4 Mbps
(1280x720)
35 Mbps
(1920x1080)
––
24 Mbps
(1920x1080)
ÜÜ Ü
17 Mbps
(1920x1080)
ÜÜ Ü
4 Mbps
(1280x720)
––Ü
Als uAVCHD-films met een beeldsnelheid van 50i converteert,
heeft de MP4-film die daardoor ontstaat een beeldsnelheid
van 25P.
Als uin de loop der tijd herhaaldelijk scènes hebt gemaakt en
verwijderd (gefragmenteerd geheugen) kan het voorkomen dat
MP4-conversie niet langer naar behoren functioneert.
Scènes die zijn opgenomen met verschillende beeldsnelheden
kunnen niet worden samengevoegd tot één scène tijdens
MP4conversie.
141
Externe aansluitingen
Aansluitpunten op de camcorder
Dit gedeelte geeft meer uitleg over de outputaansluitingen van
de camcorder. Ook worden er aansluitschema's getoond die
weergeven hoe uuw camcorder met andere apparaten verbindt.
Opnamen afspelen op een tv-scherm
In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe ude camcorder aansluit op een
HD-tv om uw opnamen af te spelen.
Uw opnamen opslaan en delen
Dit gedeelte legt uit hoe uuw opnamen opslaat op allerlei externe
apparaten: een computer, videorecorders, het optionele Connect
Station CS100 of een externe harde schijf zonder dat ueen
computer nodig heeft (alleen H).
* H Houd er rekening mee dat in dit hoofdstuk alleen
bekabelde verbindingen met andere apparaten besproken worden.
Voor informatie over hoe ude handige draadloze verbindingen van de
camcorder kunt gebruiken, raadpleegt uWi-Fi-functies (A 164).
142
147
149
142
Aansluitpunten op de camcorder
Aansluitpunten op de camcorder
Open het LCD-paneel om toegang te krijgen tot de aansluitpunten op de
camcorder.
1 AV OUT/×-aansluitpunt
2 HDMI OUT-aansluitpunt
Het HDMI OUT-aansluitpunt biedt een digitale verbinding van hoge
kwaliteit met een handige combinatie van audio en video in één kabel.
Dit aansluitpunt is een mini-aansluiting voor een HDMI-verbinding.
Zorg bij gebruik van een in de winkel verkrijgbare HDMI-kabel dat de
HDMI-kabel van het type A-naar-C is en niet langer dan 3 meter is.
3 USB-aansluitpunt
Dit aansluitpunt is een mini-AB-aansluiting. U kunt gebruikmaken van
de bijgeleverde USB-kabel om verbinding te maken met een computer
of andere digitale apparaten met standaard-A-aansluitingen.
Alleen H: ukunt ook de optionele USB-adapter UA-100
gebruiken om de camcorder aan te sluiten op een externe harde
schijf of een ander opslagapparaat met een standaard-A-kabel.
123
143
Aansluitpunten op de camcorder
Aansluitschema's
In de volgende aansluitschema's ziet uaan de linkerkant de aansluitingen
op de camcorder en ziet uaan de rechterkant (alleen ter referentie) een
voorbeeld van de aansluitingen op een aangesloten apparaat.
Aansluitmethode 1
HDMI
Type: digitaal Kwaliteit: High-Definition Alleen uitvoer
Voor het aansluiten van de camcorder op een High-Definition TV (HD-tv)
met een HDMI-ingang.
Over de HDMI
TM
-verbinding
De aansluitmethode voor HDMI (High-Definition Multimedia Interface)
(1) is een handige, volledig digitale verbinding waarbij gebruik wordt
gemaakt van één kabel voor zowel video als audio. Als ude
camcorder aansluit op een HD-tv die uitgerust is met een HDMI-
aansluitpunt, dan kunt ugenieten van een video- en audioweergave
van de hoogste kwaliteit. De camcorder past de outputresolutie
automatisch aan de capaciteiten van de HD-tv aan.
High Speed HDMI-kabel
HTC-100/S (bijgeleverd)
HDMI-
miniconnector
HDMI-connector
(standaard)
144
Aansluitpunten op de camcorder
Het HDMI OUT-aansluitpunt op de camcorder is alleen bestemd
voor uitvoersignalen. Maak geen verbinding tussen dit
aansluitpunt en een HDMI-uitgang op een extern apparaat,
omdat de camcorder hierdoor beschadigd kan raken.
Als een kabel is aangesloten op het HDMI OUT-aansluitpunt,
is er geen video-uitvoer vanuit het AV OUT/×-aansluitpunt.
Bij aansluiting van de camcorder op DVI-monitors kan een juiste
werking niet worden gegarandeerd.
Afhankelijk van de HD-tv kan het voorkomen dat persoonlijke
video-opnamen via aansluitmethode 1 niet correct worden
afgespeeld. Probeer dan aansluitmethode 2.
145
Aansluitpunten op de camcorder
Aansluitmethode 2-
Composite Video
Type: analoog Kwaliteit: standaard definitie Alleen uitvoer
Aansluiten op een standaard-tv of een videorecorder met audio/video-
ingangen. Wijzig de volgende instellingen op de camcorder:
- 1 > t > [TV-Type] op basis van het tv-toestel (breedbeeld
of 4:3) indien de tv de hoogte/breedteverhouding niet automatisch
kan detecteren en wijzigen
- 1 > q > [AV/Koptelef.] wijzigen in [Ò AV]
Aansluitmethode 2-
Composite Video (SCART)
In alle opzichten exact hetzelfde als aansluitmethode 2-.
Voor aansluiting op een standaard-tv of videorecorder met SCART-
ingang. Vereist een SCART-adapter (in de winkel verkrijgbaar).
Rood
Wit
Geel
Stereovideokabel STV-250N
(optioneel)
Stereovideokabel STV-250N
(optioneel)
SCART-adapter
(in de winkel verkrijgbaar)
Geel
Rood
Wit
146
Aansluitpunten op de camcorder
Aansluitmethode 3
USB
Type: digitale gegevensverbinding Alleen uitvoer
Sluit de camcorder aan op een computer om uw opnamen op te slaan
of sluit de camcorder aan op de optionele Connect Station CS100 om
automatisch back-ups van uw opnamen te maken. Alleen H:
ukunt ook verbinding maken met een externe harde schijf om een
perfecte kopie op te slaan van het hele geheugen.
USB-kabel (bijgeleverd)
Mini-AB
Standaard-A
(computer, optionele Connect
Station CS100)
Mini-AB
USB-adapter
UA-100
(optioneel)
USB-kabel geleverd bij/ingebouwd
in het externe opslagmedium
Standaard-A
Externe harde schijf
앱햳
alleen H
147
Opnamen afspelen op een tv-scherm
Opnamen afspelen op een tv-scherm
Sluit de camcorder aan op een tv om samen met familie en vrienden van
uw opnamen te genieten.
1 Zet de camcorder en tv uit.
2 Sluit de camcorder aan op de tv.
Raadpleeg Aansluitschema's (A 143) en selecteer de meest
geschikte aansluitmethode voor de tv die ugebruikt.
3 Zet de aangesloten tv aan.
Selecteer op de tv als video-ingang hetzelfde aansluitpunt als
het aansluitpunt waarop ude camcorder hebt aangesloten.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de aangesloten tv.
4 Zet de camcorder aan en kies de afspeelstand.
5 Open het gewenste indexscherm (A 65, 71).
Speel de gewenste films of foto's af.
Als resterende accucapaciteit een probleem vormt, kunt ude
camcorder van stroom voorzien met de compacte netadapter,
zodat de accustroom niet wordt verbruikt.
Geluid uit de ingebouwde luidspreker wordt gedempt als er
een kabel is aangesloten op het HDMI OUT- of AV OUT/×-
aansluitpunt.
H Audio en video worden niet uitgevoerd vanuit het
HDMI OUT- of AV OUT/×-aansluitpunt terwijl Wi-Fi-functies
worden gebruikt.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
148
Opnamen afspelen op een tv-scherm
Aansluitmethode 2- of 2-: wanneer u16:9 films afspeelt op
een standaard-tv met een hoogte/breedteverhouding van 4:3,
schakelt de tv automatisch over naar breedbeeld als de tv
compatibel is met het WSS-systeem. In andere gevallen moet
ude hoogte/breedteverhouding van uw tv handmatig wijzigen.
AVCHD-compatibele HD-tv's en digitale recorders met een
compatibele geheugenkaartsleuf kunnen rechtstreeks vanaf de
geheugenkaart AVCHD-films afspelen die umet deze camcorder
opneemt. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het apparaat dat
ugebruikt. Afhankelijk van het apparaat kan het voorkomen dat
opnamen niet correct worden afgespeeld, zelfs als het apparaat
AVCHD-compatibel is. In dat geval moet ude opnamen op de
geheugenkaart afspelen op de camcorder zelf.
149
Uw opnamen opslaan en delen
Uw opnamen opslaan en delen
Sla uw opnamen regelmatig op. U hebt meerdere opties om uw opnamen
op te slaan. Elek methode heeft zijn eigen voordelen. Selecteer daarom hoe
uuw opnamen wilt opslaan, afhankelijk van hoe uze wilt gebruiken.
Computer (A 150)
Afspelen op de computer, films bewerken,
opnamen delen op internet, enzovoort.
2
Rechtstreeks vanaf
de geheugenkaart
1
Externe harde schijf (A 157)
Afspelen vanaf de harde schijf
met behulp van de camcorder,
archiveren, enzovoort.
USB-aansluiting
Blu-ray Disc-recorder en andere
videorecorders
3
(A 162)
Afspelen op een aangesloten tv,
schijven maken, enzovoort.
Connect Station CS100
(optioneel, A 156, 186)
Afspelen op een aangesloten tv,
opnamen delen
4
, enzovoort.
H NFC+
Wi-Fi-verbinding
150
Uw opnamen opslaan en delen
1
H Als uopnamen wilt opslaan vanaf het interne geheugen,
kopieert udeze eerst naar de geheugenkaart (A 133).
2
De functies voor bewerken/afspelen die kunnen worden gebruikt voor
uw opnamen zijn afhankelijk van de specificaties van de computer en
de geïnstalleerde software.
3
De functies voor bewerken/afspelen die kunnen worden gebruikt voor uw
opnamen zijn afhankelijk van de specificaties van de recorder die ugebruikt.
Daarnaast kunt umogelijk geen MP4-films opslaan.
4
Tussen CS100 Connect Stations, met behulp van CANON iMAGE GATEWAY-
services.
Opnamen opslaan op een computer
In deze paragraaf wordt uitgelegd hoe uvia een USB-aansluiting uw
opnamen kunt opslaan op een computer. Gebruik de software Transfer
Utility LE
1
voor AVCHD-films en de software CameraWindow
2
voor
MP4films en foto's.
1
Software voor AVCHD-films, gratis beschikbaar als download via de website
van PIXELA.
2
Software voor foto's en MP4-films, gratis beschikbaar als download via de
website van Canon voor uw regio.
AVCHD-films opslaan (Windows/Mac OS)
Met de software Transfer Utility kunt ude door uopgenomen AVCHD-
scènes opslaan op uw computer. Voordat ude camcorder de eerste keer
aansluit op de computer, moet ude software downloaden en installeren.
Een internetverbinding is vereist om de software te downloaden. Voer de
volgende procedures uit terwijl ude bijgeleverde 'Installatiehandleiding voor
Transfer Utility LE' raadpleegt.
151
Uw opnamen opslaan en delen
Installatie
1 Download het gecomprimeerde bestand vanaf de PIXELA-
website.
Ga naar de volgende website om het gecomprimeerde
installatiebestand te downloaden.
http://pixela.jp/cetule_dl
2 Pak het bestand uit.
Het gecomprimeerde bestand bevat het installatieprogramma
(setup.exe) en de softwarehandleiding (PDF-bestand).
3 Installeer de software zoals wordt uitgelegd in het PDF-bestand
met de Softwarehandleiding.
De camcorder aansluiten op een computer
1 Camcorder: voorzie de camcorder van stroom met de compacte
netadapter.
2 Camcorder: open het gewenste indexscherm voor AVCHD-films
(A 65).
3 Sluit de camcorder op de computer aan met de bijgeleverde
USB-kabel.
Voordat ude software installeert, moet ucontroleren of de
computer aangesloten is op het internet.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
152
Uw opnamen opslaan en delen
Aansluitmethode 3-. Raadpleeg de Aansluitschema's (A 146).
Als een scherm verschijnt om een apparaat te kiezen, selecteert
u[Computer].
Wanneer de verbinding met succes tot stand is gebracht, verschijnt
[USB-aansluiting] op het scherm.
Windows-computers: sluit het dialoogvenster Automatisch afspelen,
als dit venster verschijnt.
4 Computer: dubbelklik op het pictogram dat rechts
wordt getoond.
5 Computer: sla uw opnamen op, zoals wordt uitgelegd
in het PDF-bestand met de Softwarehandleiding.
MP4-films en foto's opslaan (Windows/Mac OS)
Met de software CameraWindow kunt uMP4-films en foto's kopiëren naar
uw computer en deze vervolgens gemakkelijk op uw computer ordenen.
Bezoek de website van Canon voor uw regio voor de nieuwste informatie
over compatibiliteit en systeemvereisten.
Installatie
Voordat ude camcorder de eerste keer aansluit op de computer, moet
ueerst de software installeren. Zorg ervoor dat ude software altijd
installeert, zelfs wanneer ueen andere versie van CameraWindow op
uw computer hebt. De automatische updatefunctie van de software kan
uvoorzien van functies die voor deze camcorder geoptimaliseerd zijn.
Voordat ude software installeert, moet ucontroleren of de
computer aangesloten is op het internet.
153
Uw opnamen opslaan en delen
1 Download de software via de website van Canon voor uw regio.
Ga naar de volgende website om het pakket met CAMCORDER-
software te downloaden.
http://www.canon.com/icpd/
(Klik op uw land/regio, zoek naar uw model camcorder en ga
vervolgens verder naar de downloadpagina.)
2 Volg de instructies op het scherm om CameraWindow te
installeren.
Raadpleeg de aanwijzingen op de downloadpagina voor
meer informatie over hoe uhet softwarepakket opent en het
installatieprogramma uitvoert.
Voor Windows-gebruikers: als er een dialoogscherm voor
gebruikersaccountbeheer verschijnt, volgt u de instructies
op het scherm.
Wanneer het scherm van de laatste stap (Finish/Voltooien) wordt
weergegeven, is de software correct geïnstalleerd. Klik op Finish/
Voltooien om het installatieprogramma te sluiten.
De camcorder aansluiten op een computer
1 Voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter.
2 Open het indexscherm voor MP4-films [y] (A 65) of het
indexscherm [}] (A 71).
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
154
Uw opnamen opslaan en delen
3 Sluit de camcorder op de computer aan met de bijgeleverde
USB-kabel.
Aansluitmethode 3-. Raadpleeg de Aansluitschema's (A 146).
Als een scherm verschijnt om een apparaat te kiezen, selecteert
u[Computer].
Wanneer de verbinding met succes tot stand is gebracht, verschijnt
[USB-aansluiting] op het scherm.
4 Computer: CameraWindow wordt automatisch gestart en het
hoofdscherm verschijnt.
Windows: als in plaats daarvan het dialoogvenster Automatisch
afspelen verschijnt, klikt uop Downloads Images From Canon
Camera/Beelden downloaden vanaf Canon Camera om het
programma CameraWindow te openen.
Mac OS: als een scherm verschijnt om een apparaat te kiezen,
selecteert ude naam van uw model camcorder uit de lijst en klikt
uop OK.
5 Computer: in het hoofdscherm van CameraWindow klikt uop
Import Images from Camera/Beelden importeren van camera >
Import Untransferred Images/Niet-overgedragen beelden
importeren.
MP4-films en foto's die unog niet hebt overgedragen naar de
computer, worden opgeslagen.
Klik op Cancel/Annuleren aan als ude bestandsoverdracht wilt
onderbreken terwijl deze wordt uitgevoerd.
Wanneer de bestandsoverdracht is voltooid, klikt uop OK en sluit
uCameraWindow.
155
Uw opnamen opslaan en delen
Wanneer de camcorder is aangesloten op een computer:
- Open het afdekplaatje van de geheugenkaartsleuf niet.
- Wijzig of verwijder mappen en bestanden op de camcorder
niet rechtstreeks vanaf de computer, omdat uanders het risico
loopt gegevens voorgoed kwijt te raken. Als uopnamen
opslaat op een computer, raden we aan dat ude software
gebruikt die wordt beschreven in dit hoofdstuk (Transfer
Utility LE voor AVCHD-films, CameraWindow voor MP4-films
en foto's).
- Zet de computer niet in de slaapstand of sluimerstand
(Windows) en activeer de slaapstand niet (Mac OS).
Als ude opnamen op de computer wilt gebruiken, maakt u eerst
kopieën hiervan. Gebruik de gekopieerde bestanden en bewaar
de originele.
Om CameraWindow te verwijderen:
- Windows: open in het Configuratiescherm de optie
Programma's en onderdelen of Programma's toevoegen
of verwijderen. Selecteer Canon Utilities CameraWindow
DC 8, klik op Verwijderen of Verwijderen/wijzigen en klik
vervolgens op OK.
- Mac OS: sleep de volgende map naar de prullenmand.
/Programma's/Canon Utilities/CameraWindow
De volgende soorten MP4-scènes worden op een computer
herkend als meerdere bestanden.
- Scènes die groter zijn dan 4 GB.
- Scènes die zijn opgenomen met 35 Mbps en langer zijn dan
30 minuten.
- Scènes die zijn opgenomen met een andere videokwaliteit
dan 35 Mbps en langer zijn dan 1 uur.
156
Uw opnamen opslaan en delen
Opnamen opslaan op het optionele Connect
Station CS100 (USB)
U kunt gemakkelijk alle door ugemaakte films en foto's opslaan op het
optionele Connect Station CS100. U kunt uw opnamen ordenen in albums,
afspelen op een aangesloten HD-tv of delen op internet. Raadpleeg voor
meer informatie de gebruiksaanwijzing van de CS100.
Dit gedeelte legt uit hoe ude camcorder op de CS100 aansluit met de
bijgeleverde USB-kabel. Alleen H: ukunt ook gebruikmaken
van de handige NFC/Wi-Fi-aansluitmethode (A 186).
1 Voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter.
2 Druk op ] om de camcorder in de afspeelstand te zetten en
open een willekeurig indexscherm.
3 Selecteer de USB-aansluiting als verbindingstype.
Afhankelijk van de computer kan de software mogelijk niet naar
behoren werken of kunt umogelijk geen films afspelen.
Wanneer de camcorder alleen van stroom wordt voorzien
met behulp van de accu, wordt de accucapaciteit in het
schermgedeelte van CameraWindow met details van de
camcorder (Battery Capacity/Accucapaciteit) altijd als
Full/vol weergegeven, ongeacht de resterende acculading
van de camcorder.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
157
Uw opnamen opslaan en delen
4 Sluit de camcorder op het Connect Station aan met de
bijgeleverde USB-kabel.
Aansluitmethode 3-. Raadpleeg de Aansluitschema's (A 146).
Als een scherm verschijnt om een apparaat te kiezen, selecteert
u[Connect Station].
Wanneer de verbinding met succes tot stand is gebracht,
wordt automatisch begonnen met de bestandsoverdracht.
U kunt op het Connect Station controleren of alle bestanden zijn
opgeslagen. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de CS100.
5 Koppel de USB-kabel los.
Het indexscherm verschijnt opnieuw op het scherm van de
camcorder.
H Geheugen opslaan: een compleet
geheugen opslaan op een externe harde schijf
U kunt gemakkelijk alle door ugemaakte films en foto's opslaan op een
in de winkel verkrijgbare externe harde schijf, die rechtstreeks aangesloten
wordt op uw camcorder. U kunt de camcorder ook gebruiken om uw
opnamen rechtstreeks af te spelen vanaf de harde schijf.
Initialiseer de harde schijf (A 161) wanneer udeze voor de eerste keer
met deze camcorder wilt gebruiken.
0 > [1 Overige instellingen] > q >
[USB aansluiting type] > [ Connect Station] of
[ Sluit aan & stel in] > [X]
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
158
Uw opnamen opslaan en delen
Een geheugen opslaan op een externe harde schijf
1 Voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter.
2 Druk op ] om de camcorder in de afspeelstand te zetten
en open een willekeurig indexscherm.
3 Sluit de camcorder aan op de externe harde schijf.
Aansluitmethode 3. Raadpleeg de Aansluitschema's (A 146).
Als de USB-kabel die bij de externe harde schijf wordt geleverd
een standaard-A-connector heeft, gebruikt ude optionele
USBadapter UA-100.
4 Sla de volledige inhoud van het gewenste geheugen op.
* Raak [Stop] > [Ja] aan als ude procedure wilt onderbreken terwijl deze
wordt uitgevoerd.
Nadat uhet geheugen hebt geselecteerd, kunt ude naam van de
map controleren die op de harde schijf zal worden aangemaakt.
Elke keer dat een geheugen wordt opgeslagen, wordt een
afzonderlijke geheugenopslagmap aangemaakt met de datum
(in numerieke vorm) als mapnaam.
Voordat de verbinding met de externe harde schijf wordt verbroken
Voordat ude externe harde schijf uitschakelt of loskoppelt, dient ueerst
de verbinding met de camcorder veilig te beëindigen om te voorkomen dat
uw bestanden beschadigd raken. In het scherm [Externe harde schijf]:
[Opslaan naar harde schijf] > Gewenst geheugen > [Ja]* > [OK]
[Harde schijf veilig verwijderen] > [Ja]
159
Uw opnamen opslaan en delen
Zorg ervoor dat de camcorder van stroom wordt voorzien via de
compacte netadapter, voordat ueen geheugen opslaat op de
externe harde schijf. Als de compacte netadapter losraakt, wordt
de verbinding tussen de camcorder en de harde schijf verbroken.
Dit kan ervoor zorgen dat van gegevens op de harde schijf
beschadigd raken.
Over geheugenopslagmappen:
- Hebt uop dezelfde dag meerdere malen een geheugen naar
de externe harde schijf gekopieerd (bijvoorbeeld als ueerst het
interne geheugen en later de geheugenkaart hebt gekopieerd),
dan zal de mapnaam van geheugenopslagmappen na de
eerste mapnaam eindigen op een numeriek achtervoegsel
(bijvoorbeeld '-1', '-2').
- Op één harde schijf kunnen maximaal 10 geheugenopslag-
mappen worden aangemaakt voor een bepaalde datum en
maximaal 300 geheugenopslagmappen in totaal.
U kunt de volgende soorten externe harde schijven niet
gebruiken. Bezoek de website van Canon voor uw regio voor
de nieuwste informatie over apparaten die ukunt gebruiken.
- Draagbare harde schijven die via USB van stroom worden
voorzien.
- Harde schijven met een capaciteit van meer dan 2 TB.
- USB-flashstations of media die zijn aangesloten op kaartlezers.
Als de externe harde schijf in partities is verdeeld, wordt alleen de
eerste partitie herkend.
160
Uw opnamen opslaan en delen
Eerder opgeslagen opnamen afspelen vanaf de externe
harde schijf
1 Sluit de externe harde schijf aan op de camcorder.
Stap 1 tot 3 van de vorige procedure (A 158).
2 Raak [Afspelen van harde schijf] aan en selecteer de
geheugenopslagmap die uwilt afspelen.
Het indexscherm verschijnt.
3 Raak een opname aan om deze af te spelen.
Om naar een andere geheugenopslagmap te gaan, raakt u[(]
aan en selecteert ude geheugenopslagmap van de datum die
uwilt afspelen.
4 Bent uklaar met afspelen, zorg er dan voor dat ude verbinding
met de externe harde schijf veilig beëindigt voordat udeze
loskoppelt.
De geheugenopslagmap verwijderen die momenteel wordt
weergegeven
1 Verwijder de geheugenopslagmap.
2 Beëindig eerst op veilige wijze de verbinding met de externe
harde schijf, voordat udeze loskoppelt.
[(] > [K] > [Harde schijf veilig verwijderen] > [Ja]
0 > [1 Overige instellingen] > q >
[Geh.opslagmap verwijderen] > [Ja] > [OK]
161
Uw opnamen opslaan en delen
De externe harde schijf initialiseren
1 Sluit de externe harde schijf aan op de camcorder.
Stap 1 tot 3 van de vorige procedure (A 158).
2 Initialiseer de externe harde schijf.
1
Raak deze optie aan als ualle gegevens fysiek wilt wissen in plaats van
alleen maar de bestandstoewijzingstabel van de harde schijf te wissen.
Bij harde schijven met een grote capaciteit kan dit meerdere uren in
beslag nemen.
2
Als ude optie [Initalisatie voltooien] hebt geselecteerd, kunt
u[Annuleren] > [OK] aanraken om de initialisatie te annuleren
terwijl deze wordt uitgevoerd. Alle opnamen worden gewist en
de harde schijf kan zonder probleem worden gebruikt.
3 Beëindig eerst op veilige wijze de verbinding met de externe
harde schijf, voordat udeze loskoppelt.
Wees voorzichtig bij het verwijderen van opnamen. Zodra
opnamen zijn verwijderd, kunnen ze niet meer hersteld worden.
Door initialisatie van de externe harde schijf worden alle
gegevens op de harde schijf voorgoed gewist (inclusief
uw opnamen, eerdere gegevens die niet met de camcorder
zijn opgeslagen, en gepartitioneerde schijven). Zorg ervoor
dat uvan belangrijke gegevens eerst een back-up maakt
op een computer of ander apparaat.
0 > [1 Overige instellingen] > q > [Initialiseren '] >
[Initialiseren] > [Initalisatie voltooien]
1
> [Ja]
2
> [OK]
162
Uw opnamen opslaan en delen
Uw opnamen kopiëren naar een externe
videorecorder
In High-Definition
Als de externe digitale videorecorder uitgerust is met een SD-kaartsleuf
die compatibel is met het type geheugenkaart dat ugebruikt, kunt uuw
opnamen rechtstreeks in High-Definition vanaf de geheugenkaart kopiëren.
Alleen H: als ude opnamen vanaf het interne geheugen wilt
kopiëren, kopieert udeze eerst naar de geheugenkaart (A 133).
De exacte procedure hangt af van het apparaat dat ugebruikt. Zorg er
daarom voor dat ude gebruiksaanwijzing van de digitale videorecorder
raadpleegt.
In Standard-Definition
U kunt uw films kopiëren door de camcorder aan te sluiten op een analoge
videorecorder of op een digitale videorecorder met analoge audio/video-
ingangen. De video-uitvoer is dan in Standard-Definition, ondanks dat de
originele scènes in High-Definition zijn.
1 Voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter.
2 Sluit de camcorder op de videorecorder aan via de optionele
stereovideokabel STV-250N.
Aansluitmethode 2- of 2-. Raadpleeg de Aansluitschema's
(A 145).
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
163
Uw opnamen opslaan en delen
3 Open het indexscherm dat de scènes bevat die uwilt
kopiëren (A 65).
Controleer of 1 > q > [AV/Koptelef.] is ingesteld
op [Ò AV].
4 Externe recorder: plaats een lege cassette of schijf en zet
de recorder in de opnamepauzestand.
5 Camcorder: zoek de scène die uwilt kopiëren en onderbreek
het afspelen net voor de gewenste scène.
6 Camcorder: hervat het afspelen.
Standaard worden de datum en tijd ingesloten in het video-
uitvoersignaal. U kunt dit wijzigen met de optie 1
> t >
[Datum/tijd weergeven].
7 Externe recorder: begin op te nemen wanneer de scène
verschijnt die uwilt kopiëren, stop de opname wanneer
de scène eindigt.
8 Camcorder: stop met afspelen.
Gebruik een externe Blu-ray Disc-recorder die voldoet aan de
specificaties van AVCHD versie 2.0, om films die zijn opgenomen
met de 50P- of in de MXP-modus, te kopiëren naar Blu-Ray.
164
H Wi-Fi-functies
Overzicht van de Wi-Fi-functies van de camcorder
Dit is een inleiding tot alle Wi-Fi-functies die de camcorder biedt.
Daarnaast vindt uhier belangrijke informatie over de ondersteunde
Wi-Fi-standaarden.
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Raadpleeg dit gedeelte voor informatie over hoe ude handige
WiFifuncties van de camcorder gebruikt. U kunt bijvoorbeeld de
camcorder op afstand bedienen met een iOS- of Android-apparaat,
opnamen van de camcorder afspelen via een internetbrowser op een
apparaat dat is uitgerust met Wi-Fi of het optionele Connect Station
CS100 gebruiken om uw opnamen gemakkelijk op te slaan.
Wi-Fi-verbinding en instellingen
Dit gedeelte legt uit hoe uuw camcorder aansluit op een
toegangspunt (draadloze router) in een bestaand Wi-Fi-netwerk
en hoe ude Wi-Fi-instellingen controleert of indien nodig aanpast.
165
170
198
165
Overzicht van de Wi-Fi-functies van de camcorder
Overzicht van de Wi-Fi-functies van de
camcorder
U kunt de Wi-Fi-functie van de camcorder gebruiken om draadloos
verbinding te maken met apparaten die Wi-Fi ondersteunen* zoals
een smartphone of tablet. Zo kunt uuw opnamen opslaan, afspelen
en uploaden. Raadpleeg Woordenlijst (A 207) voor de definitie van
een aantal van de termen die in deze tekst vaak worden gebruikt.
* 'iOS-apparaat' wordt in deze tekst gebruikt om te verwijzen naar iPhones,
iPads met Wi-Fi-functie terwijl 'Android-apparaat' betrekking heeft op
Android-smartphones en Android-tablets met Wi-Fi-functie.
iOS-apparaten
Installeer de app CameraAccess plus en gebruik uw iPhone of iPad
als afstandsbediening om met de camcorder op te nemen (A 170).
U kunt zelfs video streamen vanaf de camcorder en direct op uw iOS-
apparaat opnemen.
Nadat ude app Movie Uploader hebt geïnstalleerd, kunt uuw opnamen
opslaan op uw iOS-apparaat. U kunt ze zelfs naar YouTube of
Facebook uploaden (A 184).
Gebruik een internetbrowser voor toegang tot de camcorder. Zo kunt
uuw opnamen afspelen op uw iOS-apparaat (A 181).
CameraAccess plus Movie Uploader
166
Overzicht van de Wi-Fi-functies van de camcorder
Android-apparaten
Installeer de app CameraAccess plus en gebruik uw smartphone
of tablet als afstandsbediening om met de camcorder op te nemen
(A 170). U kunt zelfs video streamen vanaf de camcorder en direct
op uw Android-apparaat opnemen.
Gebruik een internetbrowser voor toegang tot de camcorder. Zo kunt
uuw opnamen afspelen op uw Android-apparaat. U kunt ook een
lokale kopie op uw Android-apparaat opslaan (A 181).
Connect Station CS100 (optioneel)
Een handige optie voor het opslaan, afspelen en delen van uw
opnamen. U kunt NFC-technologie gebruiken om eenvoudig een
bestandsoverdracht tot stand te brengen via een Wi-Fi-verbinding
(A 186).
CameraAccess plus
167
Overzicht van de Wi-Fi-functies van de camcorder
Computers en andere Wi-Fi-apparaten
Op computers met een Wi-Fi-ontvanger gebruikt ueen internetbrowser
voor toegang tot de camcorder. Zo kunt uuw opnamen afspelen.
U kunt ook een lokale kopie op de computer opslaan (A 181).
Verbind de camcorder als mediaserver met een toegangspunt en speel
uw opnamen af op computers en andere apparaten die op hetzelfde
thuisnetwerk zijn aangesloten (A 195).
CANON iMAGE GATEWAY
Door de camcorder te verbinden met een toegangspunt (thuisnetwerk)
dat met internet verbonden is, kunt uook opnamen delen via CANON
iMAGE GATEWAY en genieten van een aantal webservices, waaronder
opnamen uploaden naar Facebook en YouTube (A 188).
168
Overzicht van de Wi-Fi-functies van de camcorder
Voordat uWi-Fi-functies gebruikt
Afhankelijk van de gebruikte Wi-Fi-functie zal de camcorder rechtstreeks
draadloos verbinding maken met een apparaat met ingeschakelde Wi-Fi,
zoals bijvoorbeeld een smartphone, of via een toegangspunt (draadloze
router)* verbinding maken met een Wi-Fi-netwerk. Volg - nadat ude
functie hebt geselecteerd die uwilt gebruiken - de schermaanwijzingen
om verbinding te maken met de camcorder.
Deze camcorder ondersteunt ook internationale normen voor NFC
(near field communication). Wanneer ueen Android-apparaat** gebruikt
dat NFC ondersteunt, kunt uhet apparaat en de camcorder gemakkelijk
koppelen door de NFC-contactpunten op beide apparaten tegen elkaar
aan te houden.
* Afhankelijk van de fabrikant wordt het toegangspunt mogelijk anders
genoemd, bijvoorbeeld een draadloze LAN-router of draadloze netwerkrouter.
** Alleen NFC-compatibele apparaten die draaien op Android 4.0 tot 4.4.
169
Overzicht van de Wi-Fi-functies van de camcorder
Gebruik van een onbeveiligd Wi-Fi-netwerk kan tot gevolg
hebben dat onbevoegden uw bestanden en gegevens kunnen
inzien. Wees uzelf bewust van de inherente risico's.
We raden aan dat ueen volledig opgeladen accu plaatst of de
bijgeleverde compacte netadapter gebruikt wanneer uWi-Fi-
functies gebruikt.
Bij gebruik van de Wi-Fi-functies van de
camcorder mag uhet achterste gebied van
de bovenkant van de camcorder niet met
uw hand of een ander voorwerp bedekken.
De Wi-Fi-antenne bevindt zich op deze plek.
Als ude antenne bedekt, kan dit een
belemmering betekenen voor draadloze
signalen.
Open het afdekplaatje van de geheugenkaartsleuf niet terwijl
de draadloze verbinding actief is.
Tijdens gebruik van Wi-Fi-functies is de functie voor
automatische uitschakeling niet actief, zodat de camcorder
niet automatisch wordt uitgeschakeld.
Wi-Fi-antenne
170
De Wi-Fi-functies van de camcorder
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Een iOS- of Android-apparaat als
afstandsbediening gebruiken
Met de CameraAccess plus-app* kunt uhet beeld dat vanaf de camcorder
wordt gestreamd bekijken op uw iOS-Android-apparaat, zelfs als de
camcorder zich ergens anders bevindt. U kunt uw iOS/Android-apparaat
als afstandsbediening gebruiken om te beginnen opnemen met de
camcorder en als ude functie Bewaking vanuit huis gebruikt, kunt uhet
gestreamde beeld zelfs lokaal opslaan op uw iOS/Android-apparaat.
Wanneer ueen Android-apparaat** gebruikt dat NFC ondersteunt (A 168),
kunt uhet apparaat en de camcorder gemakkelijk met elkaar verbinden.
* De CameraAccess plus-app, geleverd door PIXELA, is gratis verkrijgbaar bij
de App Store (voor iOS-apparaten) en Google Play™ (voor Android-
apparaten).
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
171
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Streamen via Wi-Fi (Bewaking vanuit huis)
Met deze functie kunt uhet beeld dat vanaf de camcorder wordt
gestreamd, wanneer deze zich op een andere locatie bevindt binnen het
bereik van de Wi-Fi-verbinding, in bijvoorbeeld een andere ruimte in huis
bekijken. Uw kunt uw iOS/Android-apparaat gebruiken om de camcorder
te bedienen.
1 Camcorder: activeer de functie [Bewaking vanuit huis].
De SSID (netwerknaam) en het wachtwoord van de camcorder
worden weergegeven.
De camcorder is gereed om verbinding te maken met het iOS- of
Android-apparaat.
Voordat udeze procedures de eerste keer uitvoert, dient ude
nieuwste versie van de CameraAccess plus-app op uw iOS-
of Android-apparaat te downloaden en installeren. De app
kan gratis worden gedownload vanaf de volgende websites
(alleen in het Engels).
- iOS-apparaten (App Store):
http://appstore.com/cameraaccessplus
- Android-apparaten* (Google Play™):
http://play.google.com/store/apps/
details?id=jp.co.pixela.cameraaccessplus
* Android-apparaten die NFC ondersteunen: ukunt het Android-
apparaat tegen de camcorder houden (A 173) zonder dat de
app is geïnstalleerd, om automatisch de downloadpagina van
Google Play te openen.
0 > [ Afstandsbediening+streamen] >
[ Bewaking vanuit huis] > [OK]
172
De Wi-Fi-functies van de camcorder
2 Android-apparaten die NFC ondersteunen: verbind de
camcorder en het apparaat met elkaar, zoals wordt beschreven
bij Een Android-apparaat koppelen dat NFC ondersteunt
(A 173).
Wanneer de Wi-Fi-verbinding met succes tot stand is gebracht,
verschijnt [Aangesloten] op het scherm van de camcorder en
wordt het live videobeeld weergegeven in het scherm van de
CameraAccess plus-app op het Android-apparaat.
Gebruik de knoppen in het scherm van de app om de camcorder
te bedienen terwijl uop het apparaat het live beeld bekijkt. De rest
van deze procedure is niet nodig.
iOS-/Android-apparaten die NFC niet ondersteunen: in het
WiFi-instellingenscherm zet uWi-Fi aan en selecteert ude
netwerknaam die op het scherm van de camcorder verschijnt
(stap 1). Voer indien nodig het wachtwoord in dat op het
camcorderscherm verschijnt.
De netwerknaam van de camcorder (SSID) zou moeten verschijnen
in de lijst met netwerken/toegangspunten die het apparaat kan
vinden.
Zolang uhet Wi-Fi-wachtwoord van de camcorder niet reset,
hoeft uhet wachtwoord alleen in te voeren wanneer uhet
apparaat voor de eerste keer aansluit.
Als de Wi-Fi-verbinding correct tot stand is gebracht, verschijnt
[Aangesloten] op het scherm van de camcorder.
3 iOS/Android-apparaat: start de CameraAccess plus-app.
Gebruik de knoppen in het scherm van de app om de camcorder
te bedienen terwijl uop het apparaat het live beeld bekijkt.
173
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Nadat uklaar bent met het maken van opnamen
1 Camcorder: raak [Einde] aan om de draadloze verbinding te
beëindigen en zet de camcorder uit.
2 iOS/Android-apparaat: sluit de CameraAccess plus-app.
Een Android-apparaat koppelen dat NFC ondersteunt
1 Raak het NFC-contactpunt op de camcorder aan met het
NFCcontactpunt op het Android-apparaat.
Breng het midden van de NFC-contactpunten op beide apparaten
op één lijn met elkaar. Als er niets gebeurt, probeert uom het
Android-apparaat van positie te veranderen terwijl het de camcorder
aanraakt.
Wanneer het apparaat wordt herkend, laat het Android-apparaat een
geluid horen** en wordt de CameraAccess plus-app automatisch
geopend.
2 Android-apparaat: raak OK aan.
* Alleen bedoeld ter illustratie. Voor meer informatie over de NFC-functie van het
apparaat en de locatie/aanduiding van het NFC-contactpunt, raadpleegt ude
gebruiksaanwijzing van het Android-apparaat dat ugebruikt.
1
2*
1, 2
Aanraken Piep!** NFC-
contactpunt
174
De Wi-Fi-functies van de camcorder
** Afhankelijk van de instellingen en specificaties van het Android-apparaat dat
ugebruikt, is er mogelijk geen geluid te horen.
Streamen via Wi-Fi en internet (Bewaking bij
afwezigheid)
Met deze functie kunt ude camcorder thuis laten en het gestreamde beeld
in de gaten houden terwijl uweg bent. U kunt uw iOS/Android-apparaat
zelfs gebruiken om de camcorder te laten beginnen met opnemen.
Gebruik het hulpprogramma Remote Monitoring Checker (alleen voor
Windows) om te controleren of het toegangspunt van uw thuisnetwerk en
uw internetverbinding voldoen aan de vereisten om de functie Bewaking
bij afwezigheid te kunnen gebruiken*. Voor meer informatie over dit
programma en koppelingen naar de downloadpagina gaat unaar de
website van PIXELA (alleen in het Engels).
http://pixela.jp/cermc
Bij gebruik van apparaten die NFC ondersteunen.
- Wees voorzichtig en sla het apparaat niet hard tegen de
camcorder wanneer ueen apparaat dat NFC ondersteunt,
tegen de camcorder aan houdt. Wanneer ute veel kracht
gebruikt, kunt ude camcorder of het NFC-compatibele
apparaat beschadigen.
- Als het apparaat dat NFC ondersteunt of de camcorder wordt
bedekt door een beschermende hoes, kunnen de apparaten
mogelijk geen draadloze verbinding tot stand brengen.
- Wanneer de camcorder per ongeluk in contact komt met een
apparaat dat NFC ondersteunt (bijvoorbeeld in een draagtas),
kan het voorkomen dat de camcorder zich vanzelf inschakelt.
U kunt 1 > q > [NFC] instellen op [j Uit] om dit te
voorkomen.
175
De Wi-Fi-functies van de camcorder
* Om de functie Bewaking bij afwezigheid te gebruiken zijn een toegangspunt
nodig dat compatibel is met UPnP (Universal Plug and Play) en een
internetverbinding die wereldwijde IP-adressen kan verkrijgen.
1 Activeer de functie [Bewaking bij afwezigheid].
De eerste keer dat ude functie inschakelt, dient ueerst een
wachtwoord en de poort die door deze functie wordt gebruikt in
te stellen (stap 2 tot en met 4). Als ude instellingen voor de functie
Bewaking bij afwezigheid al hebt ingesteld, gaat uverder bij stap 5.
2 Raak [OK] aan om het instellingenscherm te openen.
3 Om het veld [Wachtwoord] in te vullen, raakt u[Niet
geconfigureerd] aan. Voer een uniek wachtwoord in voor
de functie Bewaking bij afwezigheid en raak [OK] aan.
Het wachtwoord is verplicht voor deze functie en moet 4 tot 8 tekens
lang zijn. We raden aan dat ueen wachtwoord gebruikt van
8 tekens, dat zowel cijfers als grote en kleine letters bevat.
Om het wachtwoord in te voeren (en het poortnummer bij de
volgende stap), gebruikt uhet virtuele toetsenbord (A 179).
4 Om het poortnummer dat wordt gebruikt te wijzigen, raakt u[80]
aan. Voer een ander poortnummer in en raak [OK] tweemaal aan.
Het poortnummer is standaard ingesteld op 80, maar ukunt het
desgewenst wijzigen.
0 > [ Afstandsbediening+streamen] >
[ Bewaking bij afwezigheid] > [OK]
176
De Wi-Fi-functies van de camcorder
5 Stel indien nodig een verbinding met een toegangspunt in.
Als ual eerder een verbinding met niet meer dan één toegangspunt
hebt geconfigureerd en opgeslagen, maakt de camcorder
automatisch verbinding met dat toegangspunt. Ga verder bij stap 6.
Als umeerdere verbindingen met een toegangspunt hebt
opgeslagen, raakt u[OK] aan om het toegangspunt te gebruiken
dat op het scherm wordt weergegeven. Ga vervolgens verder
bij stap 6. Als ueen ander toegangspunt wilt gebruiken, raakt
u[Verbindingspunt wijzigen] > gewenst toegangspunt > [OK] aan.
Ga vervolgens verder bij stap 6.
Als er geen verbindingen met toegangspunten zijn opgeslagen op de
camcorder, verschijnt het bericht [Sla het toegangspunt op.] op het
scherm. Raak [OK] aan om een nieuw toegangspunt te configureren
en op te slaan (stap 2 bij Wi-Fi-verbinding via een toegangspunt
(A 198)) voordat uverdergaat met deze procedure.
6 Als de Wi-Fi-verbinding met succes tot stand is gebracht,
verschijnt de camcorder-id op het scherm.
De camcorder is gereed om verbinding te maken met het
iOS/Android-apparaat.
Als dit de eerste keer is dat udeze functie gebruikt of als ude
instellingen van de camcorder reset, dient ude camcorder-id te
registreren met de volgende procedure. Anders kunt uverdergaan
zoals wordt beschreven bij De functie Bewaking bij afwezigheid
gebruiken (A 178).
177
De Wi-Fi-functies van de camcorder
De camcorder-id in de CameraAccess plus-app registreren
1 Android-apparaten die NFC ondersteunen: verbind de
camcorder en het apparaat.
Voer alleen stap 1 uit van Een Android-apparaat koppelen
dat NFC ondersteunt (A 173).
Android-apparaat: zodra de camcorder-id correct is geregistreerd,
wordt uin een bericht gevraagd om Wi-Fi op het apparaat uit te
zetten. Selecteer Turn off Wi-Fi/Wi-Fi uitschakelen of Do not
turn off Wi-Fi/Wi-Fi niet uitschakelen (om Wi-Fi op het apparaat
te blijven gebruiken) en raak vervolgens Set/Instellen aan.
Camcorder: nadat de Wi-Fi-verbinding met het Android-apparaat
is beëindigd, maakt de camcorder automatisch opnieuw verbinding
met het eerder gekozen toegangspunt.
De rest van deze procedure is niet nodig. Ga verder zoals wordt
beschreven bij De functie Bewaking bij afwezigheid gebruiken
(A 178).
iOS-/Android-apparaten die NFC niet ondersteunen: zet Wi-Fi
aan op het apparaat en selecteer hetzelfde toegangspunt als
dat waarmee de camcorder is verbonden (stap 5 van de vorige
procedure).
2 Start de CameraAccess plus-app, raak Setting/Instellen aan
raak vervolgens Start aan.
De camcorder-id wordt geregistreerd en weergegeven in de
CameraAccess plus-app.
3 Raak Finish/Afronden aan en sluit de CameraAccess plus-app.
Verbreek de verbinding tussen het iOS/Android-apparaat en het
toegangspunt.
178
De Wi-Fi-functies van de camcorder
De functie Monitor while Out/Bewaking bij afwezigheid gebruiken
1 Start wanneer uweg bent de CameraAccess plus-app.
2 Raak Start aan onder Monitor while Out/Bewaking bij
afwezigheid.
3 Voer het wachtwoord in dat uin de camcorder hebt ingesteld
voor de functie Monitor while Out/Bewaking bij afwezigheid
(stap 3, A 175) en raak vervolgens Connect/Verbinden aan.
Gebruik de knoppen in het scherm van de app om de camcorder
te bedienen terwijl uop het apparaat het live beeld bekijkt.
Nadat uklaar bent met het maken van opnamen
1 Camcorder: raak [Einde] aan om de draadloze verbinding te
beëindigen en zet de camcorder uit.
2 iOS/Android-apparaat: sluit de CameraAccess plus-app.
179
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Het virtuele toetsenbord gebruiken
Als uvoor diverse instellingen tekst moet invoeren, raakt uhet
tekstveld aan, waarna er een virtueel toetsenbord op het scherm
verschijnt. In de onderstaande afbeelding ziet ueen overzicht van
de diverse toetsen die ukunt gebruiken.
1 Wisselen tussen letters en cijfers/speciale tekens.
2 De positie van de cursor wijzigen.
3 Het karakter links van de cursor verwijderen (backspace).
4 Caps Lock. Wanneer het numerieke toetsenbord wordt
weergegeven, dan kunt uvoor gebruik van speciale tekens met
[#%?] afwisselend een keuze maken voor set 1 en set 2.
Meer informatie over de CameraAccess plus-app vindt uop
de website van PIXELA (alleen in het Engels).
http://pixela.jp/cecap
Als de camcorder is ingesteld op de stand Bewaking vanuit huis
of Bewaking bij afwezigheid, wordt de filmmodus automatisch
ingesteld op N.
Deze functie is niet beschikbaar in de volgende situaties.
- Wanneer de videokwaliteit 50P is.
- Wanneer dubbelopname of relay-opname is geactiveerd.
2
4
3
1
180
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Afhankelijk van de verbinding en de sterkte van het draadloze
signaal, kan het voorkomen dat het live videobeeld hapert of dat
de reactie vertraagd is.
Over de optionele camerapantafel CT-V1
- Als ude camcorder op de optionele camerapantafel CT-V1
plaatst, kunt ude CameraAccess plus-app op uw iOS/
Android-apparaat gebruiken als afstandsbediening om de
camcorder zijwaarts te bewegen (pannen) naast het starten/
stoppen van de opname.
- Houd er rekening mee dat een camcorder in twee mogelijke
richtingen op de CT-V1 kan worden geplaatst. Deze camcorder
dient zo te worden bevestigd dat de lens op een lijn ligt met
de
B-markering op de onderkant van camcordervoet van de
CTV1. Raadpleeg voor meer informatie de gebruiksaanwijzing
van de CT-V1.
181
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Afspelen via browser: opnamen bekijken met
behulp van een internetbrowser op een iOS- of
Android-apparaat
Met de Afspelen via browser-functie kunt ude internetbrowser op elk
apparaat dat is uitgerust met een Wi-Fi-ontvanger (iOS/Android-apparaten,
computers, enzovoort), gebruiken voor toegang tot de camcorder. U kunt
vervolgens uw opnamen afspelen met de internetbrowser. U kunt zelfs
lokale kopieën van uw opnamen op uw apparaat opslaan*.
Wanneer ueen Android-apparaat gebruikt dat NFC ondersteunt (A 168),
kunt uhet apparaat en de camcorder gemakkelijk met elkaar verbinden.
* Het kan voorkomen dat uopnamen niet kunt afspelen of opslaan. Dit hangt
af van het apparaat, het besturingssysteem, de browser en de videokwaliteit.
Ga voor meer informatie naar de Canon-website voor uw regio.
1 Camcorder: open vanuit een willekeurig filmindexscherm de
modus Afspelen via browser.
De SSID (netwerknaam) en het wachtwoord van de camcorder
worden weergegeven.
De camcorder is gereed om verbinding te maken met het draadloze
apparaat.
Android-apparaten die NFC ondersteunen: download en
installeer eerst de CameraAccess plus-app (A 171).
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [ Wi-Fi] > [5 Afspelen via browser] > [OK]
182
De Wi-Fi-functies van de camcorder
2 Android-apparaten die NFC ondersteunen: verbind de
camcorder en het apparaat met elkaar, zoals wordt beschreven
bij Een Android-apparaat koppelen dat NFC ondersteunt
(A 173).
Android-apparaat: als de Wi-Fi-verbinding met succes tot stand
is gebracht, wordt de standaard browser-app geopend en wordt
automatisch het scherm Afspelen via browser getoond. Ga verder
met stap 4.
Camcorder: [Aangesloten] verschijnt op het scherm van de
camcorder.
iOS-/Android-apparaten die NFC niet ondersteunen: in het
WiFi-instellingenscherm zet uWi-Fi aan en selecteert ude
netwerknaam die op het scherm van de camcorder verschijnt
(stap 1). Voer indien nodig het wachtwoord in dat op het
camcorderscherm verschijnt.
De netwerknaam van de camcorder (SSID) zou moeten verschijnen
in de lijst met netwerken/toegangspunten die het apparaat kan
vinden.
Zolang uhet Wi-Fi-wachtwoord van de camcorder niet reset, hoeft
uhet wachtwoord alleen in te voeren wanneer uhet apparaat voor
de eerste keer aansluit.
Als de Wi-Fi-verbinding correct tot stand is gebracht, verschijnt
[Aangesloten] op het scherm van de camcorder.
3 iOS/Android-apparaat: open de internetbrowser en voer in de
adresbalk van de browser de URL in die op het
camcorderscherm wordt weergegeven.
Het scherm Afspelen via browser verschijnt.
De URL is altijd dezelfde. Het is daarom misschien handig om van de
URL een bladwijzer te maken.
183
De Wi-Fi-functies van de camcorder
4 iOS/Android-apparaat: raak de gewenste opname aan in de lijst.
Raak de knop linksboven in het scherm aan om het indexscherm
dat wordt weergegeven te wijzigen. Raak · (AVCHD-films),
¸ (MP4-films) of } (foto's) aan van het gewenste geheugen
(& intern geheugen of 8 geheugenkaart).
Raak een miniatuurbeeld aan om een foto weer te geven (of het
eerste frame van een film).
Alleen MP4-films: raak nogmaals aan als ude film wilt afspelen.
AVCHD-films kunnen niet worden afgespeeld.
•Raak ö aan om terug te keren naar het indexscherm.
Voor apparaten die geen iOS-apparaat zijn: raak õ aan om een
lokale kopie van de film/foto op het apparaat op te slaan.
Als uklaar bent
Camcorder: raak [Einde] > [OK] aan om de draadloze verbinding te
beëindigen en zet de camcorder uit.
De volgende soorten MP4-scènes worden op andere apparaten
herkend als meerdere bestanden.
- Scènes die groter zijn dan 4 GB.
- Scènes die zijn opgenomen met 35 Mbps en langer zijn dan
30 minuten.
- Scènes die zijn opgenomen met een andere videokwaliteit dan
35 Mbps en langer zijn dan 1 uur.
Voor meer informatie over Wi-Fi-verbindingen op computers en
andere apparaten raadpleegt ude gebruiksaanwijzing van het
besturingssysteem, de computer of het apparaat dat ugebruikt.
184
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Opnamen opslaan en films naar internet uploaden
met een iOS-apparaat
Met de Movie Uploader-app* kunt uuw films en foto's afspelen en
opslaan** op een iOS-apparaat. Daarnaast kunt uuw opnamen uploaden
naar YouTube en Facebook, zelfs wanneer uniet in de buurt bent van uw
thuisnetwerk.
* De Movie Uploader-app, geleverd door PIXELA, is gratis verkrijgbaar bij de
App Store.
** Afhankelijk van iOS-versie die wordt gebruikt, is deze functie niet beschikbaar
voor MP4-films die zijn opgenomen met 35 Mbps.
1 Camcorder: stel vanuit een willekeurig filmindexscherm de
camcorder zo in dat deze verbinding maakt met het iOS-
apparaat.
De SSID (netwerknaam) en het wachtwoord van de camcorder
worden weergegeven.
De camcorder is gereed om verbinding te maken met het iOS-
apparaat.
Voordat udeze procedure de eerste keer uitvoert, moet ude
Movie Uploader-app installeren op uw iOS-apparaat. De app
kan gratis worden gedownload vanaf de volgende website
(alleen in het Engels).
http://appstore.com/movieuploader
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [ Wi-Fi] > [6 Movie Uploader] > [OK]
185
De Wi-Fi-functies van de camcorder
2 iOS-apparaat: in het Wi-Fi-instellingenscherm zet uWi-Fi aan
en selecteert ude netwerknaam die op het scherm van de
camcorder verschijnt (stap 1). Voer indien nodig het wachtwoord
in dat op het camcorderscherm verschijnt.
De netwerknaam van de camcorder (SSID) zou moeten verschijnen
in de lijst met netwerken/toegangspunten die het apparaat kan
vinden.
Zolang uhet Wi-Fi-wachtwoord van de camcorder niet reset, hoeft
uhet wachtwoord alleen in te voeren wanneer uhet apparaat voor
de eerste keer aansluit.
Als de Wi-Fi-verbinding correct tot stand is gebracht, verschijnt
[Aangesloten] op het scherm van de camcorder.
3 iOS-apparaat: open de Movie Uploader-app en selecteer de
naam van uw model camcorder uit de lijst op het scherm.
4 iOS-apparaat: gebruik de Movie Uploader-app om de films en
foto's van de camcorder te uploaden.
Daarnaast kunt ufilms en foto's afspelen of opslaan op het iOs-
apparaat.
Als uklaar bent
Camcorder: raak [Einde] > [OK] aan om de draadloze verbinding te
beëindigen en zet de camcorder uit.
Afhankelijk van factoren zoals de omstandigheden van het
draadloze netwerk, kan het enige tijd duren om videobestanden
te uploaden.
De procedure kan afwijken van de bovenstaande procedure.
Dit hangt af van de iOS-versie die ugebruikt.
186
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Opnamen opslaan op het optionele Connect
Station CS100 (NFC+Wi-Fi)
U kunt gemakkelijk alle door ugemaakte films en foto's opslaan op het
optionele Connect Station CS100. U kunt uw opnamen ordenen in albums,
afspelen op een aangesloten HD-tv of delen op internet. Raadpleeg voor
meer informatie de gebruiksaanwijzing van de CS100.
Dit gedeelte legt uit hoe ueenvoudig en moeiteloos de camcorder met
de CS100 verbindt met behulp van de NFC- (near field communication)
en WiFi-functies. U kunt de camcorder ook op het Connect Station
aansluiten met de bijgeleverde USB-kabel (A 156).
Voor meer informatie over de Movie Uploader-app gaat unaar
de website van PIXELA (alleen in het Engels).
http://www.pixela.co.jp/oem/canon/e/movieuploader/
De volgende soorten MP4-scènes worden op andere apparaten
herkend als meerdere bestanden.
- Scènes die groter zijn dan 4 GB.
- Scènes die zijn opgenomen met 35 Mbps en langer zijn dan
30 minuten.
- Scènes die zijn opgenomen met een andere videokwaliteit
dan 35 Mbps en langer zijn dan 1 uur.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
187
De Wi-Fi-functies van de camcorder
1 Voorzie de camcorder van stroom met de compacte netadapter.
2 Zorg dat de camcorder is uitgeschakeld of een indexscherm
weergeeft in de afspeelstand. Houd vervolgens het NFC-
contactpunt van de camcorder voorzichtig naast het NFC-
aansluitpunt op het Connect Station.
Breng het -teken op de camcorder en het midden van het
aansluitpunt op het Connect Station op één lijn met elkaar.
Gebeurt er niets, probeer dan om de positie/hoek van de camcorder
een beetje aan te passen terwijl udeze voorzichtig naast het
aansluitpunt op het Connect Station houdt of probeer de camcorder
voorzichtig tegen het Connect Station aan te houden.
Als de camcorder was uitgeschakeld, gaat de camcorder aan
in de afspeelstand, zelfs als het LCD-paneel is gesloten. Open,
indien nodig, het LCD-paneel.
Het Connect Station laat een piepgeluid horen. Wanneer de Wi-Fi-
verbinding met succes tot stand is gebracht, wordt automatisch
begonnen met de bestandsoverdracht.
3 Camcorder: wanneer de bestandsoverdracht is voltooid, raakt
u[OK] aan.
Aanraken Piep! NFC-
contactpunt
188
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Opnamen delen via CANON iMAGE GATEWAY
Nadat uzich hebt geregistreerd voor CANON iMAGE GATEWAY*, kunt
ugebruikmaken van diverse webdiensten**. U kunt films en foto's uploaden
naar online-albums, films uploaden naar Facebook en YouTube,
koppelingen naar uw online-albums verzenden naar uw vrienden en familie,
en meer! Om deze functie te gebruiken, hebt ueen toegangspunt nodig
dat verbonden is met internet.
* Beschikbaarheid verschilt per regio.
** 'Webservices' en 'webdiensten' in deze tekst heeft betrekking op diverse
internetdiensten die worden ondersteund door CANON iMAGE GATEWAY.
Het duurt circa 5 minuten om een scène op te slaan die
4 minuten lang is. Wanneer ueen groot aantal bestanden
opslaat, kan dit enige tijd duren.
189
De Wi-Fi-functies van de camcorder
CANON iMAGE GATEWAY
CANON iMAGE GATEWAY is een website waar eigenaars van
bepaalde Canon-producten gebruik kunnen maken van diverse
diensten op fotogebied. Nadat uzich online gratis hebt geregistreerd,
kunt ude webdiensten gebruiken, online fotoalbums maken, en nog
veel meer. Ga naar de website van Canon (ook toegankelijk met
smartphones of tablets) voor informatie over registratie en landen/
regio's waar udeze dienst kunt gebruiken.
http://canon.com/cig
Zorg ervoor dat ude volgende algemene vereisten hebt
uitgevoerd.
- Installeer CameraWindow op uw computer (A 152).
- Doorloop de gratis registratie voor CANON iMAGE GATEWAY.
- Zorg dat urelevante accountinstellingen (gebruikersnaam,
wachtwoord, enzovoort) bij de hand hebt voor alle diensten die
uvan plan bent te gebruiken (YouTube, Facebook, enzovoort).
Beschikbare diensten kunnen per land/regio verschillen.
190
De Wi-Fi-functies van de camcorder
De gewenste webservices instellen in de camcorder
Meld uaan bij CANON iMAGE GATEWAY en stel de webservices in die
uwilt gebruiken.
1 Camcorder: open het indexscherm voor MP4-films [y] (A 65)
of het indexscherm [}] (A 71).
2 Sluit de camcorder op de computer aan met de bijgeleverde
USB-kabel.
Aansluitmethode 3-. Raadpleeg de Aansluitschema's (A 146).
3 Computer: CameraWindow wordt automatisch gestart en het
hoofdscherm verschijnt.
Windows: als in plaats daarvan het dialoogvenster Automatisch
afspelen verschijnt, klikt uop Downloads Images From Canon
Camera/Beelden downloaden vanaf Canon Camera om het
programma CameraWindow te openen.
Mac OS: als een scherm verschijnt om een apparaat te kiezen,
selecteert ude naam van uw model camcorder en klikt uop OK.
4 Computer: in het hoofdscherm van CameraWindow klikt uop
Camera Settings/Camera-instellingen > Set Up Web Services/
Webservices instellen.
5 Computer: log in bij CANON iMAGE GATEWAY en voltooi het
installatieproces.
Volg de instructies op het scherm om de diensten te registreren die
uwilt gebruiken. Om sommige diensten te registreren heeft ude
accountgegevens nodig (gebruikersnaam, wachtwoord, enzovoort).
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
191
De Wi-Fi-functies van de camcorder
CANON iMAGE GATEWAY en alle andere geselecteerde
webservices worden in de camcorder ingesteld en het
menuscherm van CameraWindow verschijnt.
6 Computer: verlaat CameraWindow en verbreek vervolgens
de verbinding tussen de camcorder en de computer.
Beschikbare webservices verschillen afhankelijk van het land/de
regio van gebruik en kunnen van tijd tot tijd worden vernieuwd.
Bezoek de website van CANON iMAGE GATEWAY voor uw regio
voor de nieuwste gegevens over beschikbare diensten en
gebruiksvoorwaarden.
Als de datum die in de camcorder is ingesteld, niet correct is,
kan de camcorder geen verbinding maken met CANON iMAGE
GATEWAY. Controleer of de datum juist is voordat uprobeert
een verbinding tot stand te brengen.
Zodra uhet maximale aantal webservices in de camcorder
hebt ingesteld, kunt ugeen diensten meer toevoegen.
Verwijder onnodige webdiensten en stel vervolgens de
gewenste webdienst in.
U kunt voor webdiensten niet meerdere accounts instellen,
behalve voor e-mail.
192
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Uw opnamen delen met webservices
Deel uw opnamen op handige wijze met familie en vrienden door
webdiensten te gebruiken.
1 Open vanuit een willekeurig filmindexscherm de
webservicefunctie.
Als ual eerder een verbinding met niet meer dan één toegangspunt
hebt geconfigureerd en opgeslagen, maakt de camcorder
automatisch verbinding met dat toegangspunt. Ga verder bij stap 2.
Als umeerdere verbindingen met een toegangspunt hebt
opgeslagen, raakt u[OK] aan om het toegangspunt te gebruiken
dat op het scherm wordt weergegeven. Ga vervolgens verder
bij stap 2. Als ueen ander toegangspunt wilt gebruiken, raakt
u[Verbindingspunt wijzigen] > gewenst toegangspunt > [OK] aan.
Ga vervolgens verder bij stap 2.
Als er geen verbindingen met toegangspunten zijn opgeslagen op de
camcorder, verschijnt het bericht [Sla het toegangspunt op.] op het
scherm. Raak [OK] aan om een nieuw toegangspunt te configureren
en op te slaan (stap 2 bij Wi-Fi-verbinding via een toegangspunt
(A 198)) voordat uverdergaat met deze procedure.
Als de Wi-Fi-verbinding met succes tot stand is gebracht, verschijnt
het scherm [Naar webservice] op het scherm van de camcorder.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [ Wi-Fi] > [7 Naar webservice] > [OK]
193
De Wi-Fi-functies van de camcorder
2 Selecteer de gewenste webdienst.
Als u (e-mail) selecteert, verschijnt de lijst met geregistreerde
emailadressen. Selecteer de e-mailadressen waar ueen
emailmelding naartoe wilt sturen.
3 Selecteer het type opnamen dat uwilt delen en het geheugen
dat uwilt lezen.
Het type opnamen dat ukunt uploaden, hangt af van de webservice.
4 Raak de scène of foto('s) aan die uwilt uploaden.
Als ufoto's uploadt, kunt utot 10 foto's tegelijk aanwijzen om
te uploaden.
Om een selectie te annuleren, raakt ude geselecteerde foto
nogmaals aan. Om alle selecties tegelijk te annuleren, raakt
u[Alle verw.] > [Ja] aan.
Zodra ude gewenste foto's hebt geselecteerd, raakt u[OK] aan.
Als uuploadt naar YouTube, lees dan de YouTube-overeenkomst
zorgvuldig door en raak [Accoord] aan als uhiermee instemt.
De upload begint automatisch.
Om de draadloze overdracht te annuleren terwijl wordt uitgevoerd,
kunt u[Stop] aanraken.
5 Raak [OK] aan.
194
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Uw uploads controleren met de CANON iMAGE
GATEWAY-bibliotheek
U kunt het scherm met de CANON iMAGE GATEWAY-bibliotheek of
het album gebruiken om te zien welke films en foto's uhebt geüpload.
U kunt ook controleren welke bestanden uhebt verzonden, evenals
de diverse instellingen voor de webdiensten. Raadpleeg voor
bijzonderheden over CANON iMAGE GATEWAY de Help-module
(in de rechterbovenhoek van het scherm).
U kunt per keer niet meer dan één film uploaden, maar ukunt
wel 10 foto's tegelijk uploaden.
De maximale lengte en grootte die ukunt uploaden, hangt af
van de webservice.
Afhankelijk van de instellingen en mogelijkheden van het
toegangspunt (de draadloze router) kan het enige tijd duren
om bestanden te uploaden.
E-mailadressen moeten bestaan uit single-byte tekens. In de
camcorder kunnen alleen e-mailadressen met 16 of minder
tekens vóór het @-teken worden ingesteld.
195
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Draadloos afspelen op een computer
Met de mediaserverfunctie kunt ufilms en foto's draadloos bekijken op uw
computer of een vergelijkbaar apparaat. Hiervoor hebt ueen toegangspunt
nodig dat is verbonden met uw thuisnetwerk en op de computer
geïnstalleerde software, waarmee uvanaf een mediaserver films kunt
afspelen en foto's kunt weergeven. Het is raadzaam om de computer te
verbinden met het toegangspunt via een LAN-kabel. Raadpleeg ook de
gebruiksaanwijzingen van de computer, de software en het toegangspunt.
1 Camcorder: open vanuit een willekeurig filmindexscherm de
mediaserverfunctie.
Als ual eerder een verbinding met een toegangspunt hebt
geconfigureerd en opgeslagen, maakt de camcorder automatisch
verbinding met het toegangspunt dat als laatste is gebruikt.
Toegangspunt
LAN-kabel
Computer
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [ Wi-Fi] > [8 Mediaserver] > [OK]
196
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Als er geen verbindingen met toegangspunten zijn opgeslagen op de
camcorder, verschijnt het bericht [Sla het toegangspunt op.] op het
scherm. Raak [OK] aan om een nieuw toegangspunt te configureren
en op te slaan (stap 2 bij Wi-Fi-verbinding via een toegangspunt
(A 198)) voordat uverdergaat met deze procedure.
2 Camcorder: als de Wi-Fi-verbinding met succes tot stand
is gebracht, verschijnt [Aangesloten] op het scherm van de
camcorder.
U kunt [Informatie bekijken] aanraken om de SSID van het
toegangspunt, het verbindingsprotocol, en het IP-adres en
MACadres van de camcorder te bekijken.
Nadat u[Informatie bekijken] hebt aangeraakt, kunt
u[Verbindingspunt wijzigen] aanraken om een andere SSID
te selecteren die in de camcorder is opgeslagen om van
toegangspunt te wisselen.
3 Computer: open de mediaspelersoftware die uwenst te
gebruiken en selecteer de modelnaam van uw camcorder
uit de lijst met mediaservers.
Op autonome mediaspelers en andere apparaten sluit uhet
apparaat aan op het thuisnetwerk en selecteert ude modelnaam
van uw camcorder uit de lijst met mediaservers.
4 Computer: selecteer de map voor het interne geheugen of de
geheugenkaart van de camcorder en speel de films en foto's af.
5 Camcorder: raak [Einde] > [OK] aan als uklaar bent.
197
De Wi-Fi-functies van de camcorder
Afhankelijk van de instellingen en mogelijkheden van het
toegangspunt (de draadloze router) kan het enige tijd duren
voordat het afspelen wordt gestart, of worden opnamen mogelijk
niet vloeiend afgespeeld. Raadpleeg Problemen oplossen
(A 249) voor meer informatie.
198
Wi-Fi-verbinding en instellingen
Wi-Fi-verbinding en instellingen
Wi-Fi-verbinding via een toegangspunt
De camcorder kan verbinding maken met een Wi-Fi-netwerk via een
toegangspunt (draadloze router) en zelfs de instellingen onthouden
voor 4 toegangspunten.
Algemene vereisten
Een correct geconfigureerde router die voldoet aan
het 802.11b/g/n-protocol en Wi-Fi gecertificeerd is
(voorzien van het logo dat rechts wordt getoond) en
een thuisnetwerk.
1 Open het scherm [ Netwerkinstelling].
2 Raak de gewenste instellingsmethode aan.
De procedure verschilt al naargelang de gekozen instellingsmethode.
Lees de beschrijvingen hieronder en ga verder met de procedure die
op de desbetreffende pagina wordt uitgelegd.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [ Afstandsbediening+streamen] (vanuit de opnamestand-
bystand) of [ Wi-Fi] (vanuit een willekeurig filmindexscherm in de
afspeelstand) > [w Instellingen bekijken/bewerken] > [OK] >
[Toegangspunt-verbindingsinstellingen] > [Niet geconfigureerd]
199
Wi-Fi-verbinding en instellingen
Opties
* WPS (Wi-Fi Protected Setup) is een standaard die verbinding maken met een
toegangspunt vergemakkelijkt.
[WPS: knop]*
Houd gewoon de WPS-knop op uw draadloze router ingedrukt en
raak vervolgens het camcorderscherm aan. Dit is de gemakkelijkste
verbindingsmethode als ueen WPS-compatibele router gebruikt.
Ga verder met de procedure die wordt beschreven bij Wi-Fi
Protected Setup (WPS) (A 200).
[WPS: pincode]*
Open het configuratiescherm van het toegangspunt met behulp van uw
internetbrowser. De camcorder genereert een pincode, die uinvoert in
de browser. U hebt een WPS-compatibele router nodig waarop een
computer of een apparaat is aangesloten. Ga verder met de procedure
die wordt beschreven bij Wi-Fi Protected Setup (WPS) (A 200).
[Zoeken naar toegangspunten]
Selecteer aan de hand van de instructies op het scherm van de
camcorder het gewenste toegangspunt uit een lijst en voer vervolgens
het wachtwoord in. Ga verder met de procedure die wordt beschreven
bij Toegangspunten zoeken (A 201).
[Handmatig instellen]
U voert handmatig de naam, het wachtwoord en andere
netwerkinstellingen van het toegangspunt in. Deze methode wordt
alleen aangeraden voor geavanceerde gebruikers van Wi-Fi-netwerken.
Ga verder met de procedure die wordt beschreven bij Handmatig
instellen (A 202).
200
Wi-Fi-verbinding en instellingen
Wi-Fi Protected Setup (WPS)
Als uw toegangspunt compatibel is met WPS (voorzien van het logo dat
hieronder wordt getoond), is het heel gemakkelijk om verbinding te maken
met de camcorder. Als ude camcorder niet kunt aansluiten door WPS
te gebruiken, probeer dan de methode [Zoeken naar toegangspunten].
Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing van het toegangspunt (de draadloze
router).
1 Methode [WPS: knop]
Druk de WPS-knop op uw draadloze router in en houd deze
ingedrukt.
Afhankelijk van de router verschilt de benodigde tijd.
Controleer of de WPS-functie van de router geactiveerd is.
Methode [WPS: pincode]
Gebruik op een computer of vergelijkbaar apparaat dat aangesloten
is op het toegangspunt, de webbrowser om het scherm met WPS-
instellingen van de router te openen. De 8-cijferige pincode verschijnt
op het scherm van de camcorder. Geef deze pincode op in het
scherm met WPS-instellingen van uw router.
2 Raak binnen 2 minuten [OK] aan op het scherm van de
camcorder.
De camcorder maakt vervolgens verbinding met het toegangspunt.
U kunt [Stop] en vervolgens [OK] aanraken om de Wi-Fi Protected
Setup te onderbreken terwijl deze wordt uitgevoerd.
Als de Wi-Fi Protected Setup is afgerond, verschijnt [Configuratie
voltooid] op het scherm.
201
Wi-Fi-verbinding en instellingen
3 Raak [OK] aan om de configuratie op te slaan.
Als ureeds bezig bent om een andere procedure uit te voeren,
maakt de camcorder automatisch verbinding met het toegangspunt.
Ga terug naar de procedure van de functie die ueerder gebruikte:
Stap 6 bij Streamen via Wi-Fi en internet (Bewaking bij
afwezigheid) (A 176)
Stap 2 bij Uw opnamen delen met webservices (A 193)
Stap 2 bij Draadloos afspelen op een computer (A 196)
•U kunt ook [K] > [X] aanraken om het menu te sluiten.
Toegangspunten zoeken
Nadat u[Zoeken naar toegangspunten] hebt aangeraakt, vindt de
camcorder binnen enkele seconden de beschikbare toegangspunten in
de buurt. Het eerste toegangspunt wordt weergegeven. Schrijf vooraf de
netwerknaam (SSID) en het wachtwoord (de versleutelingscode) op van het
toegangspunt dat uwilt gebruiken. (Meestal is dat de draadloze router van
uw thuisnetwerk.)
Gebruik het virtuele toetsenbord om tekst in te voeren voor de diverse
instellingen (A 179).
1 Selecteer het gewenste toegangspunt.
Als het gewenste toegangspunt niet wordt weergegeven, kunt
u[Í]of [Î] aanraken om de lijst met gevonden toegangspunten
te doorlopen. U kunt ook [Opnieuw zoeken] aanraken om de
camcorder nogmaals naar toegangspunten te laten zoeken.
Wanneer de netwerknaam (SSID) van het gewenste toegangspunt
verschijnt, raakt u[OK] aan.
202
Wi-Fi-verbinding en instellingen
2 Om het veld [Versleutelingscode] in te vullen, raakt u[Niet
geconfigureerd] aan. Voer het wachtwoord (versleutelingscode)
van het toegangspunt in en raak [OK] aan.
Als het bij stap 1 geselecteerde toegangspunt geen [C]-pictogram
had, is deze niet stap niet nodig.
3 Raak [OK] aan om de configuratie op te slaan.
Als ureeds bezig bent om een andere procedure uit te voeren,
maakt de camcorder automatisch verbinding met het toegangspunt.
Ga terug naar de procedure van de functie die ueerder gebruikte:
Stap 6 bij Streamen via Wi-Fi en internet (Bewaking bij
afwezigheid) (A 176)
Stap 2 bij Uw opnamen delen met webservices (A 193)
Stap 2 bij Draadloos afspelen op een computer (A 196)
•U kunt ook [K] > [X] aanraken om het menu te sluiten.
Handmatig instellen
Voer deze procedure uit om de draadloze verbindingsinstellingen handmatig
te configureren. Dit kan bijvoorbeeld nodig zijn als de netwerknaam (SSID)
van uw toegangspunt niet kan worden gedetecteerd wegens de
ingeschakelde stealth-functie. Handmatige instelling is bedoeld voor
geavanceerde gebruikers van Wi-Fi-netwerken.
Gebruik het virtuele toetsenbord om tekst in te voeren voor de diverse
instellingen (A 179).
1 Raak [Niet geconfigureerd] aan in het veld [SID] en voer de
SSID in. Raak [OK] aan en raak vervolgens [Volgende] aan.
2 Raak in het veld [Verificatie/versleutelingsmethode] de optie
[OPENEN ZONDER] aan en raak vervolgens de gewenste
methode aan.
Als u[OPENEN MET WEP] selecteert, is 1 de WEP-index.
203
Wi-Fi-verbinding en instellingen
3 Voer in het veld [Versleutelingscode] het wachtwoord in.
Raak [OK] aan en raak vervolgens [Volgende] aan.
Als u[OPENEN ZONDER] hebt geselecteerd bij stap 2 is deze
stap niet nodig,
4 Raak [Auto] of [Handmatig] aan om te selecteren hoe het
IPadres moet worden verkregen.
Als u[Auto] selecteert, gaat uverder met stap 9.
5 Om het [IP-adres] in te voeren, raakt u[0.0.0.0] aan. Raak het
eerste veld aan en raak [Í]/[Î] aan om de waarde te wijzigen.
Wijzig de rest van de velden op dezelfde wijze en raak [OK] aan.
6 Voer de waarde voor [Subnetmasker] op dezelfde wijze in en
raak vervolgens [Volgende] aan.
7 Voer de waarde voor [Standaard-gateway] op dezelfde wijze
in en raak vervolgens [Volgende] aan.
8 Voer de waarden voor [Primaire DNS-server] en [Secundaire
DNS-server] op dezelfde wijze in en raak vervolgens
[Volgende] aan.
9 Raak [OK] aan om de configuratie op te slaan.
Als ureeds bezig bent om een andere procedure uit te voeren,
maakt de camcorder automatisch verbinding met het toegangspunt.
Ga terug naar de procedure van de functie die ueerder gebruikte:
Stap 6 bij Streamen via Wi-Fi en internet (Bewaking bij
afwezigheid) (A 176)
Stap 2 bij Uw opnamen delen met webservices (A 193)
Stap 2 bij Draadloos afspelen op een computer (A 196)
•U kunt ook [K] > [X] aanraken om het menu te sluiten.
204
Wi-Fi-verbinding en instellingen
Wi-Fi-instellingen bekijken en wijzigen
U kunt indien nodig de instellingen bekijken en wijzigen die voor de
diverse Wi-Fi-verbindingen en voor de functie Bewaking bij afwezigheid
worden gebruikt.
1 Open het scherm [ Controleer huidige configuratie].
De verbindingsinstellingen voor iOS/Android-apparaten bekijken
2 Raak [Smartphone-verbindingsinstellingen] aan.
De SSID en het wachtwoord van de camcorder verschijnen.
3 Wijzig indien nodig de netwerknaam (SSID) en het wachtwoord
van de camcorder.
De volgende keer dat ueen draadloze verbinding maakt, dient ude
Wi-Fi-instellingen op het iOS/Android-apparaat te wijzigen.
Welke Wi-Fi-functies beschikbaar zijn en wat de
instellingsmethode is, hangt af van de specificaties en
kenmerken van het Wi-Fi-netwerk dat uwilt gebruiken.
9
N
ƒ
y }
Filmmodus Afspelen
Indeling
0 > [ Afstandsbediening+streamen] (vanuit de opnamestand-
bystand) of [ Wi-Fi] (vanuit een willekeurig filmindexscherm in de
afspeelstand) > [w Instellingen bekijken/bewerken] > [OK]
[Bew.] > [OK] > [OK]
205
Wi-Fi-verbinding en instellingen
4 Raak [K] herhaaldelijk aan om naar het scherm 0 (Start) terug
te keren en raak vervolgens [X] aan om het menu te sluiten.
De verbindingsinstellingen van het toegangspunt bekijken
2 Raak [Toegangspunt-verbindingsinstellingen] aan.
Er worden SSID's getoond van maximaal 4 toegangspunten die in
de camcorder zijn opgeslagen.
Als er minder dan 4 toegangspuntverbindingen zijn geregistreerd,
kunt u[Niet geconfigureerd] aanraken om een nieuw toegangspunt
in te stellen (A 198).
3 Raak de SSID aan van het toegangspunt waarvan ude
instellingen wilt bekijken.
De instellingen van het toegangspunt verschijnen.
•Raak [Í] en [Î] aan om meer informatie te bekijken.
Om de getoonde toegangspuntverbinding te verwijderen,
raakt u[Bew.] > [Verwijderen] > [Ja] aan.
Om de instellingen van de getoonde toegangspuntverbinding
handmatig aan te passen, raakt u[Bew.] > [Handmatig instellen]
aan. Doorloop vervolgens de procedure bij Handmatig instellen
(A 202).
•Raak [K] aan om terug te gaan naar het scherm waarmee
toegangspunten geselecteerd worden.
4 Raak [K] herhaaldelijk aan om naar het scherm 0 (Start) terug
te keren en raak vervolgens [X] aan om het menu te sluiten.
De instellingen voor de functie Bewaking bij afwezigheid bekijken
(alleen opnamemodus)
2 Raak [Instellingen Bewaking bij afwezigheid] aan.
Het wachtwoord en het poortnummer dat wordt gebruikt voor
de functie Bewaking bij afwezigheid verschijnen.
206
Wi-Fi-verbinding en instellingen
3 Wijzig indien nodig de instellingen.
Stap 3 en 4 bij Streamen via Wi-Fi en internet (Bewaking bij
afwezigheid) (A 175).
4 Raak [K] herhaaldelijk aan om naar het scherm 0 (Start) terug
te keren en raak vervolgens [X] aan om het menu te sluiten.
207
Wi-Fi-verbinding en instellingen
Woordenlijst
Dit is een woordenlijst van sommige van de basistermen die in
dit hoofdstuk vaak worden gebruikt. De documentatie van uw
toegangspunt bevat mogelijk ook een woordenlijst die ukunt
raadplegen.
IP-adres
Uniek nummer dat toegewezen is aan elk apparaat dat verbonden
is met het netwerk.
NFC
Near field communication. Standaard voor smartphones en andere
apparaten, die het mogelijk maakt om een verbindingsprotocol met een
ander apparaat tot stand te brengen door de apparaten gewoon bij
elkaar in de buurt te brengen (of door ze tegen elkaar aan te houden).
SSID
Service Set Identifier. Dit is eenvoudigweg de publieke naam van een
Wi-Fi netwerk.
Toegangspunt (Access Point)
Een draadloos toegangspunt (WAP) is een apparaat waarmee
op basis van de Wi-Fi standaard draadloze apparaten, zoals uw
camcorder, verbinding kunnen maken met een bekabeld netwerk
(waaronder het internet). In de meeste gevallen zal dit uw draadloze
router zijn.
WPS
Wi-Fi Protected Setup. Standaard voor gemakkelijke en veilige instelling
van Wi-Fi-netwerken die is ontwikkeld door de Wi-Fi Alliance.
208
Overige informatie
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
Dit gedeelte bevat tabellen waarin alle menu-instellingen van
de camcorder en instellingsopties kunnen worden opgezocht.
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen
Dit gedeelte legt pictogrammen en schermen uit die op de diverse
camcorderschermen worden weergegeven, met verwijzingen naar
pagina's over de desbetreffende functies.
Problemen?
Raadpleeg het advies voor het oplossen van problemen en de lijst
met berichten die ute zien kunt krijgen als er problemen zijn met
uw camcorder.
Wat uwel en niet moet doen
Dit gedeelte bevat belangrijke tips en waarschuwingen voor het
gebruik, en onderhoudsinstructies.
Algemene informatie
Dit gedeelte bevat informatie over optionele accessoires die met
de camcorder kunnen worden gebruikt. Aan het einde vindt ueen
uitgebreide lijst met technische specificaties.
209
232
240
269
281
209
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
Welke functies beschikbaar zijn hangt af van de bedieningsstand van de
camcorder. Op het scherm van de camcorder worden menu-opties die niet
beschikbaar zijn, gedimd weergegeven. Raadpleeg Gebruik van de menu's
(A 44) voor meer informatie over hoe ueen optie kunt selecteren.
Raadpleeg de pagina waarnaar wordt verwezen voor bijzonderheden
over elke functie. Instelopties in dikke blauwe letters, zoals hier, zijn de
standaardinstellingen.
0-menu (Start)
Menu-onderdeel
Instelopties
[1 Overige instellingen] (A 48, 210)
[3 Opname instellen] (A 226)
[Filmmodus] (A 82)
[9 Baby], [N Automatisch], [ Cinema], [ƒ Scène],
[ Programma AE]
[2 Hoofdfuncties] (A 227)
H [ Afstandsbediening+streamen] (A 170, 204)
[ Bewaking vanuit huis], [ Bewaking bij afwezigheid],
[w Instellingen bekijken/bewerken]
[} Foto afspelen] (A 71)
[y Film afspelen] (A 65)
210
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[1 Overige instellingen]-menu's
[9 Baby-album] (A 65)
[ Videosnapshot] (A 65)
H [ Wi-Fi] (A 164)
[6 Movie Uploader], [5 Afspelen via browser],
[7 Naar webservice], [8 Mediaserver],
[w Instellingen bekijken/bewerken]
p Camera-instellingen (alleen opnamemodus)
Menu-onderdeel
Instelopties
[Zelftimer] (A 212)
[i Aan < ], [j Uit]
[Zoomsnelheid] (A 212)
[Y Variabel], [Z Snelheid 3], [[ Snelheid 2],
[] Snelheid 1]
[Positie zoomen bij start] (A 212)
[Volledig groothoek], [Laatste positie]
[Framinghulp] (A 62)
[ Wijd], [ Normaal], [ Smal]
Menu-onderdeel
Instelopties
211
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[Focushulp] (A 213)
[i Aan], [j Uit]
[Gezichtsdet. en volgen] (A 102)
[i Aan }], [j Uit]
[Autom. achtergr.verl.corr.] (A 213)
[i Aan], [j Uit]
[Auto Langz.Sluiter] (A 213)
[i Aan], [j Uit]
[Knipperreductie] (A 214)
[j Uit], [: 50 Hz], [; 60 Hz]
[Beeldstabilisator] (A 214)
[ Dynamisch], [ Standaard], [j Uit]
[Intelligente IS] (A 60)
[È Met È], [Á Zonder È]
[Lengte videosnapshot] (A 101)
[C 2 sec], [D 4 sec], [F 8 sec]
I [Groothoekaccessoire] (A 63)
[i Aan], [j Uit]
p Camera-instellingen (alleen opnamemodus) (vervolg)
Menu-onderdeel
Instelopties
212
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[Zelftimer]: ukunt de camcorder laten beginnen met opnemen na eerst
10 seconden af te tellen. Stel eerst [Zelftimer] in op [i Aan <], druk
op Y om het aftellen te starten en video op te nemen of raak
[PHOTO] aan om het aftellen te starten en een foto te maken.
Deze functie is niet beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
op 9.
Zodra het aftellen is begonnen, wordt de zelfontspanner stopgezet
door een van de volgende handelingen:
-Als uop Y drukt terwijl ufilms opneemt.
- Als u[PHOTO] aanraakt wanneer ufoto's maakt.
- Als ude camcorder uitschakelt.
- Als ude bedieningsstand van de camcorder wijzigt.
[Zoomsnelheid]: bepaalt de zoomsnelheid van de zoomhendel.
[Y Variabel]: de zoomhendel werkt met een variabele snelheid. Druk
zachtjes om langzaam te zoomen, druk harder om sneller te zoomen.
[] Snelheid 1] tot [Z Snelheid 3]: de zoomhendel werkt met een
constante snelheid. Snelheid 1 is het langzaamst en snelheid 3 is het snelst.
[Positie zoomen bij start]: hiermee kunt ukiezen wat de stand van de
zoom is wanneer ude camcorder aanzet.
[Volledig groothoek]: de zoomstand staat op maximale groothoek.
[Laatste positie]: de zoomstand is hetzelfde als de laatste keer toen
uzoomen gebruikte.
Wanneer deze functie is ingesteld op [Volledig groothoek] en uhandmatig
scherpstelt, verliest ude scherpstelling en wordt autofocus geactiveerd
bij de volgende keer wanneer ude camcorder aanzet.
213
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[Focushulp]: als scherpstelhulp is geactiveerd, wordt het beeld in het
midden van het scherm vergroot om ute helpen handmatig scherp te
stellen (A 109).
Gebruik van scherpstelhulp heeft geen invloed op de opnamen.
De scherpstelhulp wordt automatisch geannuleerd na 4 seconden
of wanneer ubegint met opnemen.
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
op , ƒ of .
Deze functie is alleen beschikbaar voor het opnemen van films.
[Autom. achtergr.verl.corr.]: als deze instelling op [i Aan] is ingesteld,
corrigeert de camcorder automatisch het tegenlicht bij het opnemen van
onderwerpen met een sterke lichtbron op de achtergrond.
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
op , ƒ of .
Automatische tegenlichtcorrectie is niet beschikbaar in de volgende
gevallen.
- Als de filmmodus is ingesteld op als een ander cinematografisch
filter gebruikt wordt dan [Cinemastandaard].
- Als de filmmodus is ingesteld op ƒ en de speciale scènestand
is ingesteld op [J Nachtscène], [K Sneeuw], [L Strand],
[M Zonsonderg.] of [O Spotlight].
[Auto Langz.Sluiter]: de camcorder gebruikt op plaatsen met onvoldoende
verlichting automatisch lange sluitertijden om heldere opnamen te maken.
Snelste sluitertijd die wordt gebruikt: 1/25, 1/12 wanneer de
beeldsnelheid is ingesteld op PF25 of 25P.
Deze functie is niet beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
op ƒ.
Als ubewegende onderwerpen opneemt, zet ude langzame sluitertijd
op [j Uit] indien er een nabeeld met sporen verschijnt.
214
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[Knipperreductie]: als het scherm gaat flikkeren als uonder TL-verlichting
films opneemt, wijzig dan de instelling om het effect te reduceren.
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
op of .
[Beeldstabilisator]: de Image Stabilizer vermindert de wazigheid die de
camcorder veroorzaakt (wazigheid vanwege camcorderbewegingen), zodat
umooie en stabiele opnamen krijgt. Selecteer de beeldstabilisatie-modus
op basis van de opnameomstandigheden.
[ Dynamisch]: deze instelling biedt compensatie voor sterke
camcordertrillingen, bijvoorbeeld als uopnamen maakt terwijl uloopt,
en is effectiever wanneer de zoom maximale groothoek nadert. Is alleen
beschikbaar wanneer 2 > [Zoomtype] is ingesteld op [ Optisch].
[ Standaard]: deze instelling biedt compensatie voor camcordertrillingen
die minder sterk zijn, bijvoorbeeld als uopnamen maakt terwijl ustilstaat,
en is geschikt voor het opnemen van natuurlijk ogende scènes.
[j Uit]: gebruik deze instelling wanneer de camcorder op een statief
staat.
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
op , ƒ of .
Als de camcordertrillingen te sterk zijn, kunnen deze door de Image
Stabilizer mogelijk niet volledig worden gecompenseerd.
U kunt de functie Powered IS (A 229) activeren als er een krachtigere
beeldstabilisatie nodig is.
215
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[Overgang diashow]: u kunt het overgangseffect tussen foto's in een
diavoorstelling selecteren.
[k Vervagen]: de foto die momenteel wordt weergegeven vervaagt terwijl
de volgende foto langzaam zichtbaar wordt.
[l Verschuiven]: foto's schuiven naar links wanneer de diavoorstelling
verdergaat.
s / Afspelen instellen (alleen afspeelstand)
Menu-onderdeel
Instelopties
[Muziekkeuze] (A 123, 127)
[i Uit], [j Aan]
Als [i Aan] staat - lijst met muzieknummers, [Muziekbalans]
[y] [Û] (origineel geluid/achtergrondmuziek)
[Overgang diashow] (A 215)
[j Uit], [k Vervagen], [l Verschuiven]
[Lengte videosnapshot] (A 120)
[C 2 sec], [D 4 sec], [F 8 sec]
216
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
t Scherminstellingen
Menu-onderdeel
Instelopties
[Markeringen] (A 217)
[j Uit], [3 Horizon (wit)], [4 Horizon (grijs)],
[5 Raster (wit)], [6 Raster (grijs)]
[Datum/tijd weergeven] (A 217)
[i Aan], [j Uit]
[TV-scherm] (A 217)
[i Aan], [j Uit]
[Helderheid] (A 217)
[LCD Backlight] (A 217)
[H Helder], [M Normaal], [L Donker]
[LCD Spiegelbeeld] (A 217)
[i Aan], [j Uit]
[HDMI-status] (A 218)
[Demo Modus] (A 218)
[i Aan], [j Uit]
[TV-Type] (A 218)
[+ 4:3 tv], [, Breedb TV]
217
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[Markeringen] (alleen opnamemodus): tijdens de opname kunt uin het
midden van het scherm een raster of een horizontale lijn weergeven.
Gebruik de markeringen als referentie om ervoor te zorgen dat uw
onderwerp juist wordt ingekaderd (verticaal en/of horizontaal).
Gebruik van de schermmarkeringen heeft geen invloed op de opnamen.
[Datum/tijd weergeven] (alleen afspeelstand): selecteer of utijdens het
afspelen de datum en tijd wilt tonen.
•Bij MP4-films wordt alleen de datum getoond.
[TV-scherm]: als deze optie op [i Aan] staat, worden
de schermgegevens van de camcorder ook getoond op
een aangesloten tv of monitor.
[Helderheid]: stelt de helderheid van het LCD-scherm in.
Wijziging van de helderheid van het LCD-scherm heeft geen invloed op
de helderheid van de opnamen of op de helderheid van het afspeelbeeld
op een TV.
[LCD Backlight]: hiermee kan de helderheid worden ingesteld. U kunt
kiezen tussen drie niveaus.
Wijziging van de helderheid van het LCD-scherm heeft geen invloed op
de helderheid van de opnamen of op de helderheid van het afspeelbeeld
op een TV.
De optie [H Helder] gebruiken verkort de effectieve gebruiksduur van de
accu.
Wanneer de compacte netadapter wordt aangesloten, verandert
[LCD Backlight] automatisch in [H Helder].
[LCD Spiegelbeeld] (alleen opnamemodus): als deze optie is ingesteld op
[i Aan], wordt het beeld op het scherm horizontaal omgekeerd als uhet
LCD-paneel 180 graden naar het onderwerp draait. Met andere woorden:
op het scherm ziet ueen spiegelbeeld van het onderwerp.
Als het LCD-paneel naar het onderwerp is gedraaid, kunt ude scène niet
decoreren.
218
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[HDMI-status]: toont een scherm waarin ukunt controleren wat de
standaard is van het videosignaal dat wordt uitgevoerd vanuit het HDMI
OUT-aansluitpunt.
[Demo Modus] (alleen opnamemodus): met de demonstratiefunctie
kunt ude belangrijkste functies van de camcorder bekijken.
De demonstratiefunctie wordt automatisch gestart als de camcorder
van stroom wordt voorzien met behulp van de compacte netadapter
en ude camcorder langer dan 5 minuten zonder geheugenkaart
ingeschakeld laat staan in de opnamestand-bystand.
Druk op een willekeurige knop of zet de camcorder uit als ude
demonstratiefunctie wilt stopzetten zodra deze is gestart.
[TV-Type] (alleen afspeelstand): als ude camcorder op een tv aansluit met
de optionele stereovideokabel STV-250N, selecteert ude instelling op basis
van het type tv om het beeld volledig en in de juiste hoogte/
breedteverhouding te kunnen weergeven.
[+ 4:3 tv]: tv's met een hoogte/breedteverhouding van 4:3.
[, Breedb TV]: tv's met een hoogte/breedteverhouding van 16:9.
Als het tv-type is ingesteld op [+ 4:3 tv], wordt het beeld niet in de
volledige schermweergave getoond tijdens het afspelen van video die
oorspronkelijk werd opgenomen met een hoogte/breedteverhouding
van 16:9.
Deze optie is niet beschikbaar wanneer de camcorder is aangesloten
op een HD-tv via de bijgeleverde High-Speed HDMI-kabel.
219
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
q Systeeminstelling
Menu-onderdeel
Instelopties
[Taal H] (A 36)
[ ], [Dansk], [Deutsch], [ ], [English], [Español],
[Français], [Italiano], [Magyar], [Melayu], [Nederlands], [Norsk],
[Polski], [Português], [ ], [Suomi], [Svenska], [Türkçe],
[ ], [ ], [ ], [ ], [ ], [ ],
[], [], []
[Tijdzone/DST] (A 39)
["] (tijdzone thuis) of [#] (tijdzone op reis):
[Parijs], lijst met tijdzones van de wereld
[$] (instelling zomertijd): schakel in of uit
[Datum/Tijd] (A 36)
[Datum/Tijd]: –
[Datumindeling]: [J.M.D], [M.D.J], [D.M.J] (J- jaar, M- maand,
D- dag)
[24H]: schakel in (24-uursklok) of uit (12-uursklok)
[Bestanden vergrendelen] (A 69)
[C Aan], [j Uit]
[Beschikbaar geheugen] (A 222)
H [&] (intern geheugen), [8] (geheugenkaart)
M
220
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[Gebruikt geheugen] (A 222)
H [&] (intern geheugen), [8] (geheugenkaart)
M
H [Info externe harde schijf]* (A 222)
[AV/Koptelef.] (A 116, 145)
[Ò AV], [Ó Koptelefoon]
[volume] (A 68, 116)
[Luidspreker]: , Ú
[Koptelefoon]: , Ö
[Piepje] (A 222)
[÷ Hoog volume], [ø Laag volume], [j Uit]
[Aangepaste knop] (A 222)
Functies in het menu [2 Hoofdfuncties] (A 227)
Standaard: [Ò Decoratie]
[Accu-info] (A 223)
[Weergegeven eenheden] (A 223)
[. Meters/grammen], [/ Voeten/ponden]
[Bestandsnummering] (A 223)
[m Reset], [n Continu]
[Automatisch uit] (A 224)
[i Aan], [j Uit]
q Systeeminstelling (vervolg)
Menu-onderdeel
Instelopties
ÔÕ
221
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
* Optie alleen beschikbaar nadat een externe harde schijf is aangesloten op de
camcorder.
** Optie alleen beschikbaar als een FlashAir-kaart in de camcorder is geplaatst.
[Aanzetten met lcd-scherm] (A 224)
[Inschakelen], [Uit]
[USB aansluiting type] (A 224)
[Computer], [ Connect Station],
[ Sluit aan & stel in]
[NFC] (A 174)
[i Aan], [j Uit]
M [FlashAir]** (A 225)
[i Aan], [j Uit]
H [Initialiseren &/8] (A 40)
M [Initialiseren 8]
[& Syst. geh.], [8 Kaart] (alleen H)
[Initalisatie voltooien]: schakel in of uit
H [Initialiseren ']* (A 161)
[Firmware] (A 225)
[Certificaatlogo weergeven] (A 225)
H [Geh.opslagmap verwijderen]* (A 160)
[Alles terugstellen] (A 225)
[Nee], [Ja]
q Systeeminstelling (vervolg)
Menu-onderdeel
Instelopties
222
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[Beschikbaar geheugen] (alleen opnamemodus)/[Gebruikt geheugen]
(alleen afspeelstand): toont een scherm waarin ukunt controleren hoeveel
ruimte van de geheugenkaart momenteel beschikbaar is voor het maken
van opnamen of hoeveel ruimte er wordt gebruikt (ª geeft foto's aan).
De geschatte resterende opnametijd voor films en het geschatte
resterende aantal foto's gelden bij benadering en worden gebaseerd
op de momenteel geselecteerde videokwaliteit en fotoresolutie.
Het informatiescherm geeft ook de snelheidsklasse (Speed Class) van
de geheugenkaart weer.
H De [Totale ruimte] die wordt weergegeven voor het interne
geheugen, geeft de ruimte aan die daadwerkelijk bruikbaar is. Deze is
mogelijk iets kleiner dan de nominale capaciteit van het interne geheugen
die staat vermeld onder de specificaties.
H [Info externe harde schijf] (alleen afspeelstand): wanneer
de camcorder is aangesloten op een externe harde schijf, wordt met deze
optie informatie over de harde schijf getoond.
[Piepje]: bij sommige handelingen (het aanzetten van de camcorder,
het aftellen van de zelfontspanner, enzovoort) is een pieptoon te horen.
Stel deze optie in op [j Uit] als ude pieptoon wilt uitschakelen.
Als vooropname (A 229) is geactiveerd, laat de camcorder niet alle
pieptonen horen.
[Aangepaste knop]
(alleen opnamemodus)
:
een bedieningsknop die als
een snelkoppeling gebruikt wordt voor een van de functies in het menu
[
2
Hoofdfuncties] wordt rechts onderaan het opnamescherm weergegeven.
Door deze instelling te wijzigen kunt ude snelkoppeling wijzigen, zodat usnel
en comfortabel toegang hebt tot een van de functies die uvaak gebruikt.
Wanneer de filmmodus is ingesteld op 9, wordt deze functie
automatisch ingesteld op [Ò Decoratie]. Deze instelling kan niet
worden gewijzigd.
223
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[Accu-info]: als ueen accu gebruikt die compatibel is met Intelligent
System, wordt met deze optie een scherm getoond waarin ukunt
controleren in hoeverre (weergegeven als een percentage) de accu nog is
opgeladen en wat de resterende opnametijd (tijdens de opnamemodus)
of afspeeltijd (tijdens de afspeelstand) is.
Wanneer de accu volledig leeg is, wordt de informatie over de accu
mogelijk niet weergegeven.
[Weergegeven eenheden]: hiermee selecteert uin de opnamemodus of
tijdens handmatige scherpstelling de scherpstelafstand wordt weergegeven
in meters of voet. Dit is ook van invloed op de stempels voor lengte en
gewicht in de stand 9.
[Bestandsnummering]: MP4-films en foto's worden in het geheugen
opgeslagen als bestanden in mappen en krijgen oplopende
bestandsnummers toegewezen. Deze instelling bepaalt hoe bestanden
worden genummerd.
[m Reset]: telkens wanneer uopnamen maakt in een geheugen dat is
geïnitialiseerd, begint de bestandsnummering opnieuw vanaf 100-0001.
[n Continu]: de bestandsnummering gaat verder bij het nummer dat volgt
op het nummer van het laatste bestand dat met de camcorder is gemaakt.
Als een geplaatste geheugenkaart al een bestand met een hoger nummer
bevat, wordt aan een nieuw bestand een nummer toegewezen dat één
hoger is dan dat van het laatste bestand op de geheugenkaart.
We raden aan dat ude instelling [n Continu] gebruikt.
Mappen kunnen maximaal 500 bestanden bevatten (MP4-films en
foto's samen).
Bestandsnummers bestaan uit 7 cijfers, bijvoorbeeld '101-0107'.
De 3 cijfers voor het streepje lopen van 100 tot 999 en geven de
map aan waar het bestand is opgeslagen. De 4 cijfers na het streepje
vormen een voor elk bestand uniek herkenningsnummer. Dit nummer
kan van 0001 tot 9900 lopen.
De laatste vier cijfers van de mapnaam geven de datum aan waarop
de map werd gemaakt.
224
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
Het bestandsnummer en de mapnaam geven ook de locatie van het
bestand op het geheugen aan. Een opname met bestandsnummer
'1010107', gemaakt op 3 november, is te vinden in map
DCIM\101_1103. Als het een MP4-film is, heet het bestand
MVI_0107.MP4. Als het een foto is, heet het bestand IMG_0107.JPG.
[Automatisch uit]: bij gebruik van de accu schakelt de camcorder zichzelf
automatisch uit als er 3 minuten lang geen bedieningshandelingen zijn
verricht. Dit wordt gedaan om stroom te besparen.
Circa 30 seconden voordat de camcorder wordt uitgeschakeld, verschijnt
[Automatisch uit]. De camcorder wordt niet automatisch uitgeschakeld
als ueen van de bedieningselementen van de camcorder gebruikt terwijl
dit bericht wordt weergegeven.
[Aanzetten met lcd-scherm]: als deze optie is ingesteld op [Inschakelen]
en uhet LCD-paneel opent, wordt de camcorder ingeschakeld; als uhet
LCD-paneel sluit, wordt de camcorder uitgeschakeld. Stel deze functie in
op [Uit] als udeze functie wilt uitschakelen. In beide gevallen kunt unog
steeds [ gebruiken.
[USB aansluiting type] (alleen afspeelstand): selecteert het type verbinding
dat standaard wordt gebruikt wanneer de camcorder wordt aangesloten
op een extern apparaat met behulp van een USB-aansluiting.
[ Computer] of [ Connect Station]: selecteer een van deze opties
als uvan plan bent om de camcorder op slechts één type apparaat aan
te sluiten (respectievelijk een computer of het optionele Connect Station
CS100).
[ Sluit aan & stel in]: deze optie is handiger als uniet van plan bent om
de camcorder met slechts één type apparaat te gebruiken en de camcorder
soms op een computer en soms op het optionele Connect Station CS100
wordt aangesloten.
225
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
M [FlashAir]: bepaalt de manier waarop draadloos wordt
gecommuniceerd met de FlashAir-kaart in de camcorder.
Dit product ondersteunt niet gegarandeerd de functies van FlashAir-
kaarten (inclusief draadloze overdracht). Neem contact op met de
kaartfabrikant als ueen probleem met een FlashAir-kaart hebt.
In veel landen of regio's is goedkeuring vereist als uFlashAir-kaarten
wilt gebruiken. Zonder goedkeuring mag ude kaart niet gebruiken.
Neem contact op met de kaartfabrikant als uniet zeker weet of de
kaart is goedgekeurd voor gebruik in uw regio.
[Firmware] (alleen opnamemodus): ukunt controleren wat de huidige
versie is van de camcorderfirmware. Dit is de software die de camcorder
bestuurt. Deze menuoptie is gewoonlijk niet beschikbaar.
[Certificaatlogo weergeven]: met deze optie worden specifieke
certificaatlogo's weergegeven die op deze camcorder van toepassing zijn.
De certificaatlogo's zijn alleen van toepassing op Australië en Nieuw-
Zeeland.
[Alles terugstellen]: reset alle instellingen van de camcorder, inclusief
eventuele opgeslagen toegangspuntverbindingen, wachtwoorden en
andere instellingen voor Wi-Fi (alleen H).
226
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
Menu [3 Opname instellen]
1
Het getoonde pictogram ( of ) hangt af van de huidige selectie voor
[Opnamemedia].
Menu-onderdeel
Instelopties
[Filmindeling] (A 78)
[· AVCHD], [¸ MP4]
[Videokwaliteit] (A 78)
Als [Filmindeling] is ingesteld op [· AVCHD]:
[ª 50P-opname], [© Hoge kwaliteit]*,
[¨ Standaard (volledig HD)]*, [¥ Langz. afspeelsnelh.]*
Als [Filmindeling] is ingesteld op [· MP4]:[ 50P-opname],
[ Hoge kwaliteit], [ Standaard (volledig HD)],
[ Langz. afspeelsnelh.]
* Voor deze opties ook [I] ([Framerate]): [μ], [¸]
H [Opnamemedia] (A 80)
[Opnamemedia Videos]:
[& Intern geheugen], [8 Geheugenkaart]
[Opnamemedia Foto's]:
[& Intern geheugen], [8 Geheugenkaart]
H [Dubbel-/relay-opn.] (A 81)
[j Standaardopname], [ Dubbelopname],
[ Relay-opname]
1
(alleen opnamemodus)
227
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[2 Hoofdfuncties]-menu
Knop
Instelopties/functie
[¦ Videosnapshot] (A 101)
[ON], [OFF]
[ Geluidsscène] (A 115)
[ Standaard], [ Muziek], [ Spraak], [ Woud en vogels],
[ Ruisonderdrukking]
[Ò Decoratie] (A 93)
[Ó Pennen en stempels], [× Bewegende stempels],
[& Datum/Tijd] of [9] (stempels voor Baby-modus),
[Ü] (beeldmix), [Ý] (live video onderbreken),
[ß] (werkbalk minimaliseren)
[ Slow & Fast Motion] (A 90)
[Uit], [x1/2], [x2], [x4], [x10], [x20], [x60], [x120], [x1200]
[w] (opnametijd): [1 frame], [0,5 sec]
[R Faders] (A 105)
[j Uit], [T Begin fade], [V Wegvegen]
[Zwart scherm], [Wit scherm]
[Zoomtype] (A 228)
[Optisch], [ Advanced], [ Digitaal] (alleen ?:
[ Digitaal])
[W] (telemacro): schakel in of uit
(alleen opnamemodus)
228
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[Zoomtype]: de camcorder biedt drie zoomtypes.
[ Optisch]: bij optische zoom gebruikt de camcorder de optimale
vergrotingsfactor van de lens.
[ Advanced]: bij geavanceerde zoom is de maximumvergroting 57x.
Bij maximale groothoek is de beeldhoek met geavanceerde zoom breder
dan de beeldhoek met optische zoom.
[È Powered IS] (A 229)
[ON], [OFF]
[z Pre-opname] (A 229)
[ON], [OFF]
[< Focus] (A 109)
[D] (handmatige scherpstelling): schakel in of uit,
Tou ch A F-k ad er
[y Belichting] (A 107)
[n] (handmatige belichting): schakel in of uit, Touch AE-kader
[ä Niveau micro] (A 230)
[m] (automatisch), [n] (handmatig)
[Audioniveau]: schakel in of uit
[Ä Witbalans] (A 111)
[Ã Auto], [¼ Daglicht], [É Lamplicht], [Å Aangep.WB]
Knop
Instelopties/functie
229
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[ Digitaal] (K [ Digitaal]): bij digitale zoom (lichtblauw gebied op
de zoombalk) wordt het beeld digitaal verwerkt, waardoor de beeldkwaliteit
verslechtert naarmate uinzoomt.
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
op , ƒ of .
Als de filmmodus is ingesteld op N of 9, wordt [Zoomtype]
automatisch ingesteld op [ Optisch].
•Als 1 > p > [Groothoekaccessoire] is ingesteld op [i Aan],
is [ Digitaal] (alleen K: [ Digitaal]) niet beschikbaar.
[È Powered IS]: met Powered IS kunt ude beeldstabilisatie nog
krachtiger maken. Powered IS is bijzonder doeltreffend wanneer uvan veraf
opnamen maakt van stilstaande onderwerpen vanuit een vaste positie.
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
op , ƒ of .
Door de camcorder uit te zetten, wordt de functie Powered IS
uitgeschakeld.
[z Pre-opname]: als deze functie is geactiveerd, begint de camcorder
3 seconden voordat uop Y drukt automatisch met opnemen,
om ervoor te zorgen dat ugeen belangrijke momenten mist.
Wanneer de filmmodus is ingesteld op 9, wordt [z Pre-opname]
automatisch ingesteld op [ON] en kan vooropname niet worden
uitgeschakeld.
De camcorder neemt niet de volledige 3 seconden op voordat uop
Y drukt als de knop wordt ingedrukt binnen 3 seconden na
inschakeling van vooropname of binnen 3 seconden na voltooiing van
de vorige opname.
Elk van de volgende situaties heeft tot gevolg dat vooropname wordt
uitgeschakeld.
- Als ude camcorder langer dan 5 minuten niet gebruikt.
- Als ude camcorder uitzet, op ] drukt, de filmmodus wijzigt,
enzovoort.
- Als uvideosnapshots of opnemen in slow of fast motion inschakelt.
230
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
- Als uhet scherm 0 > [3 Opname instellen] > [Filmindeling],
[Videokwaliteit] of [Opnamemedia] opent.
- Als uhet scherm 2 (of 0 > [2 Hoofdfuncties]) >
[ Geluidsscène], [R Faders] of [Ä Witbalans] opent.
- Als de camcorder niet meer kan opnemen, bijvoorbeeld doordat het
geheugen vol is of doordat het afdekplaatje van de geheugenkaartsleuf
openstaat.
[ä Niveau micro]: u kunt het audio-opnameniveau van de ingebouwde
microfoon instellen.
Raak [m] aan om het geluidsniveau weer automatisch aan te laten
passen. Raak [Audioniveau] aan om zelfs tijdens automatische aanpassing
van het geluidsniveau de audioniveau-indicator weer te geven.
Stel het audio-opnameniveau zo in dat de audioniveaumeter alleen af
en toe rechts van de aanduiding -12 dB (geel gebied) komt.
Als de audioniveaumeter het rode punt (0 dB) bereikt, raakt het geluid
mogelijk vervormd.
Het is raadzaam om een koptelefoon (A 116) te gebruiken om het
geluidsniveau te controleren terwijl uhet audio-opnameniveau instelt.
Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de filmmodus is ingesteld
op , ƒ of .
[2] > [ä Niveau micro] > [n] (handmatig) > [Ï]/[Ð] om het
geluidsniveau aan te passen > [X]
231
Bijlage: Menu-opties - Overzicht
[Bew.]-paneel
Knop
Instelopties
H [Kopieren (&'8)] (alleen het interne geheugen) (A 133)
Afhankelijk van het indexscherm: <datum> of <mapnaam>,
[Selecteer], [Alle scenes] of [Alle foto's]
Bij schermweergave van één foto: [¨ Doorgaan]
(kopieert de huidige foto)
H [Conv. naar MP4 (&'8)] (A 136)
(alleen het interne geheugen)
[Verwijderen] (A 73)
Afhankelijk van het indexscherm: <datum> of <mapnaam>,
[Selecteer], [Alle scenes] of [Alle foto's]
Tijdens een afspeelpauze: [Deze scene]
Bij schermweergave van één foto: [¸ Doorgaan]
(verwijdert de huidige foto)
[Splitsen] (A 129)
[Snijden] (A 130)
(alleen afspeelstand)
232
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen
Bijlage: Schermgegevens en
pictogrammen
De volgende tabellen tonen de pictogrammen die in de verschillende
standen worden weergegeven. De pictogrammen in de tabel zijn
gegroepeerd aan de hand van het gebied in het scherm waar ze
getoond worden, zodat uze gemakkelijk terug kunt vinden. Houd er
rekening mee dat de filmindeling, filmmodus en andere functies bepalen
welke pictogrammen getoond worden.
Raadpleeg de pagina waarnaar wordt verwezen voor bijzonderheden
over elke functie.
Opnamemodus
Gezichtsdetectiekader
(A 102)
Door de gebruiker
geselecteerd volgkader
(A 102)
Markeringen (A 217,
[3 Horizon (wit)]
getoond)
233
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen
Pictogrammen bovenin het scherm
Pictogram Beschrijving/functie A
0 [0]-knop: opent het menu 0 (Start) 45
v 000
Totale aantal scènes (alleen bij opname in
AVCHD-indeling)
0:00:00
Scèneteller (uren : minuten : seconden).
Telt alleen verder tijdens opname.
x000
0:00:00
Opnemen in slow of fast motion en
geselecteerde opnamesnelheid,
scèneteller (alleen tijdens opname)
90
< 00 Zelfontspanner en aftelling 212
z Vooropname 229
Ü, Ñ Geheugenkaart bedienen 239
Å, Ä Beeldstabilisatie 214
Powered IS 229
Ä, , Â,
Ã
Intelligent IS (alleen in de stand N)60
W Telemacro 114
è, é, ê,
ë, ,
000 min
Resterende accutijd 239
234
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen
* Alleen H.
&*, 8
Foto's maken en het geselecteerde
geheugen voor het vastleggen van foto's
(kortstondig nadat een foto wordt
gemaakt).
In geval van een kaartfout, wordt 9
weergegeven (in het rood) en wordt de
foto niet vastgelegd.
55
Pictogrammen links in het scherm
Pictogram Beschrijving/functie A
ó, 9, ,
ƒ,
Filmmodusknop
(In de stand N: Smart AUTO-
pictogrammen)
82
58
y±0,00 Belichtingscompensatie 107
D Handmatige scherpstelling 109
} Gezichtsdetectie 102
¼, É, Å Witbalans 111
T, V Faders 105
Audioniveau-indicator 230
Pictogrammen bovenin het scherm (vervolg)
Pictogram Beschrijving/functie A
235
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen
* Alleen H.
Pictogrammen rechts in het scherm
Pictogram Beschrijving/functie A
&0u00m*,
80u00m
Gekozen geheugen voor filmopname
en resterende video-opnametijd.
Als het geheugen vol is, wordt [&Einde]*
of [8Einde] weergegeven en stopt de
opname.
¸, ¼ Beeldsnelheid 113
·, ¸ Filmindeling 78
, ©, ¨, ¥,
, ,
Videokwaliteit 78
,
M FlashAir-kaart.
In geval van een FlashAir-kaartfout
wordt weergegeven. Controleer
de FlashAir-kaart.
225
, , , , Geluidsscène 115
2
[2]-knop: opent het menu
[2 Hoofdfuncties]
227
¿ Groothoekconverter 63
236
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen
* Het pictogram toont het zoomtype dat momenteel is geselecteerd.
Afspeelstand (tijdens afspelen)
Pictogrammen onderin het scherm
Pictogram Beschrijving/functie A
PHOTO [PHOTO]-knop: een foto maken 55
FILTER 1 tot en met
FILTER 7
Knop [FILTER]: een ander
cinematografisch filter selecteren
85
:, ; Flikkervermindering 214
[ ]-knop: blijf aanraken om de functie
Framinghulp te activeren
62
g
Scherpstelling en belichting vergrendeld
(tijdelijk wanneer ueen foto maakt)
55
[ ]-knop: de volgfunctie annuleren 102
Ó Koptelefoonuitvoer 116
¦, , Ò, ,
R, *,
È, z,
<, y, ä, Ä
Aangepaste knop: snelkoppeling
naar een van de functies in het
menu [2 Hoofdfuncties]
222
237
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen
* Alleen H.
Pictogrammen bovenin het scherm
Pictogram Beschrijving/functie A
Bew., C
[Bew.]-knop: opent het [Bew.]-paneel voor
bewerkingen
Functie voor het vergrendelen van
bestanden
231
69
Ð, Ý, Ö, Õ, Ø,
×, Ô, Ó
Geheugenkaart bedienen 239
,
M FlashAir-kaart.
In geval van een FlashAir-kaartfout
wordt weergegeven. Controleer
de FlashAir-kaart.
225
&0:00:00*,
80:00:00
Geheugen dat is geselecteerd voor
afspelen en afspeeltijd van scène
(uren : minuten : seconden)
&00/00*, 800/00
Geheugen dat is geselecteerd voor
afspelen en de huidige foto/het totale
aantal foto's
·, ¸ Filmindeling 78
, ©, ¨, ¥,
, ,
Videokwaliteit 78
000 Scènenummer
000-0000 Bestandsnummer 223
238
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen
* Alleen H.
Pictogrammen onderin het scherm
Pictogram Beschrijving/functie A
Voor films:
Ú, Ù, Ý, Ð,
Û, Ø, ×, Ö,
Õ
Afspeelbedieningsknoppen 68
Voor foto's:
Ð
[Ð]-knop: diavoorstelling 127
f
[f]-knop: terugkeren naar het
indexscherm [}]
71
h [h]-knop: foto's doorlopen 73
Ý
[Ý]-knop: volume en balans van
achtergrondmuziek aanpassen
123
PHOTO [PHOTO]-knop: een foto maken 122
Ò [Ò]-knop: decoratie 100
¦
[¦]-knop: een videosnapshotscène
maken
120
00:00 AM
1.Jan.2015
Datum en tijd van opname 217
239
Bijlage: Schermgegevens en pictogrammen
Geheugenkaart bedienen
Ü Opnemen, Ñ Opname stand-by, Ð Afspelen,
Ý Afspelen onderbreken, × Versneld afspelen,
Ø Versneld achteruit afspelen, Õ Langzaam afspelen,
Ö Langzaam achteruit afspelen,
Ó Beeldje voor beeldje vooruit afspelen,
Ô Beeldje voor beeldje achteruit afspelen.
Resterende accutijd
Het pictogram laat een ruwe schatting zien van de resterende lading
van de accu. Een schatting van de resterende opname-/afspeeltijd
(in minuten) wordt naast het pictogram getoond.
Als de accu leeg is, wordt (in het rood) weergegeven. Vervang
de accu door een volledig opgeladen exemplaar.
Afhankelijk van de conditie van de camcorder of accu kan het
voorkomen dat de feitelijke accucapaciteit niet overeenkomt met
wat op het scherm wordt getoond.
240
Problemen?
Problemen?
Problemen oplossen
Loop eerst door de lijst hieronder wanneer uproblemen ondervindt bij het
gebruik van uw camcorder. Soms bestaat er een simpele oplossing voor
iets waarvan udenkt dat het een camcorderstoring is - lees daarom eerst
de tekst in het vak 'EERST CONTROLEREN' voordat uvervolgt met de
meer gedetailleerde problemen en oplossingen. Neem contact op met
uw dealer of een Canon Service Center als het probleem aanhoudt.
EERST CONTROLEREN
Voeding
Is de accu opgeladen? Is de compacte netadapter op de juiste wijze
aangesloten op de camcorder? (A 28)
Opname
Hebt ude camcorder aangezet en op de juiste wijze in de opnamestand
gezet? (A 53, 55) Als uwilt opnemen op een geheugenkaart, is er een
compatibele kaart op de juiste wijze in de camcorder geplaatst? (A 33)
Afspelen
Hebt ude camcorder aangezet en op de juiste wijze in een
afspeelstand gezet? (A 65, 71) Als uopnamen wilt afspelen vanaf
een geheugenkaart, is er een compatibele kaart op de juiste wijze
in de camcorder geplaatst? (A 33) Bevat de geheugenkaart
opnamen?
241
Problemen?
Stroombron
De camcorder kan niet worden ingeschakeld of schakelt zichzelf uit.
- De accu is leeg. Vervang de accu of laad deze op.
- Verwijder de accu en plaats deze op de juiste wijze.
Ik kan de accu niet opladen.
- Zorg ervoor dat de camcorder uit staat, zodat umet opladen kunt
beginnen.
- De temperatuur van de accu ligt buiten het werkbereik (circa 0–40 °C).
Verwijder de accu, verwarm de accu of laat deze afkoelen, en probeer
daarna de accu opnieuw op te laden.
- Laad de accu op bij temperaturen tussen circa 0 °C en 40 °C.
- De accu is defect. Vervang de accu.
- De camcorder kan niet met de aangesloten accu communiceren.
Accu's die niet door Canon voor gebruik met deze camcorder
worden aanbevolen, kunt umet deze camcorder niet opladen.
- Als ueen accu gebruikt die door Canon aanbevolen is voor gebruik
met deze camcorder, is er mogelijk een probleem met de accu.
Neem contact op met een Canon Service Center.
De compacte netadapter produceert geluid.
- Een zacht geluid is hoorbaar als de compacte netadapter op een
stopcontact wordt aangesloten. Dit is normaal en duidt niet op
een storing.
De accu is zelfs bij normale temperaturen snel leeg.
- De accu heeft het einde van zijn levensduur bereikt. Schaf een nieuwe
accu aan.
242
Problemen?
Opname
De camcorder begint niet met opnemen nadat op Y is
gedrukt.
- U kunt geen opnamen maken terwijl de camcorder eerdere opnamen
wegschrijft naar het geheugen (terwijl de ACCESS-indicator brandt
of knippert). Wacht totdat de camcorder klaar is.
- Het geheugen is vol of bevat al het maximale aantal AVCHD-scènes
(3.999 scènes). Verwijder een aantal opnamen (A 73) of initialiseer
het geheugen (A 40) om ruimte vrij te maken.
- De bestandsnummers voor MP4-films en foto's hebben hun maximale
waarde bereikt. Sla een back-up van uw opnamen op (A 149), stel
1 > q > [Bestandsnummering] in op [Reset] en initialiseer het
geheugen (A 40).
Het punt waar Y werd ingedrukt komt niet overeen met het
begin/einde van de opname.
- Er is een kleine vertraging tussen het moment waarop ude knop
indrukt en het daadwerkelijke begin/einde van de opname. Dit is
normaal en duidt niet op een storing.
De camcorder stelt niet scherp.
- De automatische scherpstelling werkt niet op het onderwerp.
Stel handmatig scherp (A 109).
- De lens is vuil. Maak de lens schoon (A 278).
Het beeld ziet er enigszins gekromd uit als een onderwerp snel voorbij
de lens flitst.
- Dit is een verschijnsel dat kenmerkend is voor CMOS-beeldsensors.
Als een onderwerp zeer snel langs de voorzijde van de camcorder
beweegt, kan het beeld er enigszins gekromd uitzien. Dit is normaal
en duidt niet op een storing.
243
Problemen?
Wisselen van bedieningsstand tussen opnemen (Ü)/
opnamestand-by (Ñ)/afspelen (Ð) duurt langer dan normaal.
- Als het geheugen een groot aantal scènes bevat, kunnen sommige
procedures langer duren dan normaal. Sla een back-up van uw
opnamen op (A 149) en initialiseer het geheugen (A 40).
Ik kan geen goede film- of foto-opnamen maken.
- Dit kan zich voordoen na het herhaaldelijk maken van films en foto's.
Sla een back-up van uw opnamen op (A 149) en initialiseer het
geheugen met behulp van de optie [Initalisatie voltooien] (A 40).
Ik kan geen foto maken als ik films opneem.
- U kunt geen foto's maken als de filmmodus is ingesteld op of
terwijl ueen scène begint of eindigt met een fader (A 105).
Na lang gebruik van de camcorder wordt deze heet.
- De camcorder kan warm worden nadat deze een lange tijd
ononderbroken is gebruikt; dit wijst niet op een storing. Als de
camcorder ongebruikelijk heet wordt of heet wordt nadat udeze
slechts korte tijd hebt gebruikt, dan kan dit duiden op een probleem
met de camcorder. Neem contact op met een Canon Service Center.
Afspelen
Het verwijderen van scènes neemt meer tijd in beslag dan gewoonlijk.
- Als het geheugen een groot aantal scènes bevat, kunnen sommige
procedures langer duren dan normaal. Sla een back-up van uw
opnamen op (A 149) en initialiseer het geheugen (A 40).
Ik kan van een filmscène geen videosnapshotopname maken.
U kunt geen videosnapshotopnamen maken van scènes die zijn
opgenomen of bewerkt met een ander apparaat en die vervolgens
met een computer naar een geheugenkaart zijn gekopieerd. U kunt
ook geen videosnapshotscènes maken aan de hand van MP4-films.
-Het geheugen is vol. Verwijder een aantal opnamen (A 73) om ruimte
vrij te maken.
244
Problemen?
Tijdens het afspelen van scènes of een diavoorstelling met
achtergrondmuziek wordt het muzieknummer niet correct afgespeeld.
- Dit kan zich voordoen als ude muziekbestanden naar een geheugen
kopieert nadat uherhaaldelijk scènes hebt opgenomen en verwijderd
(gefragmenteerd geheugen).
Opnamen in het interne geheugen
(alleen H): initialiseer een
geheugenkaart met de camcorder door middel van de optie [Initalisatie
voltooien] (A 40). Draag de muziekbestanden over naar de
geheugenkaart (A 294) en kopieer vervolgens de opnamen die uwilt
afspelen, naar de geheugenkaart die uhebt voorbereid (A 133).
Speel de opnamen af met achtergrondmuziek van de geheugenkaart.
Om hetzelfde probleem te voorkomen, slaat ude opnamen in het
interne geheugen ergens anders op (A 149) en initialiseert uhet
interne geheugen met behulp van de optie [Initalisatie voltooien]
(A 40).
Opnamen op een geheugenkaart
: sla uw opnamen op een computer
op (A 150). Initialiseer de geheugenkaart met behulp van de optie
[Initalisatie voltooien] (A 40). Draag de muziekbetanden over naar
de geheugenkaart (A 294) en kopieer vervolgens al uw opnamen
terug van de computer naar de geheugenkaart.
- Muzieknummers worden niet juist afgespeeld als de verbinding werd
onderbroken terwijl umuziekbestanden naar een geheugenkaart
kopieerde. Verwijder de muzieknummers en kopieer de
muziekbestanden nogmaals naar de camcorder.
- De overdrachtssnelheid van de gebruikte geheugenkaart is te
langzaam. Gebruik een aanbevolen geheugenkaart (A 32).
Ik kan scènes niet splitsen.
-Het geheugen is vol. Verwijder een aantal opnamen (A 73) om ruimte
vrij te maken.
Afzonderlijke scènes/foto's in het indexscherm kunnen niet met een
vinkje ! worden gemarkeerd.
- U kunt niet meer dan 100 scènes/foto's afzonderlijk selecteren.
Selecteer de optie [Alle scenes] of [Alle foto's] in plaats van [Selecteer].
245
Problemen?
Indicatoren en schermgegevens
verschijnt (in het rood) op het scherm.
- De accu is vrijwel leeg. Vervang de accu door een volledig opgeladen
exemplaar.
verschijnt (in het rood) op het scherm.
- De camcorder kan niet met de accu communiceren, waardoor de
resterende accucapaciteit niet kan worden weergegeven.
verschijnt (in het rood) op het scherm.
- Er is een geheugenkaartfout opgetreden. Zet de camcorder uit.
Verwijder de geheugenkaart en plaats deze terug. Initialiseer de
geheugenkaart als het scherm niet terugkeert naar normale weergave.
(in het rood) en [Einde] verschijnen op het scherm.
- De geheugenkaart is vol. Vervang de geheugenkaart of verwijder een
aantal opnamen (A 73) om ruimte vrij te maken op de geheugenkaart.
Zelfs nadat ik ben gestopt met opnemen, gaat de ACCESS-indicator
niet uit.
- De scène wordt nog opgenomen in het geheugen. Dit is normaal en
duidt niet op een storing.
De rode POWER/CHG-indicator knippert snel ( elke
0,5 seconde wordt er geknipperd).
- De temperatuur van de accu ligt buiten het werkbereik (circa 0–40 °C).
Verwijder de accu, verwarm de accu of laat deze afkoelen, en probeer
daarna de accu opnieuw op te laden.
- Laad de accu op bij temperaturen tussen circa 0 °C en 40 °C.
- De accu is beschadigd. Gebruik een andere accu.
- Het opladen is stopgezet omdat de compacte netadapter of de accu
defect is. Neem contact op met een Canon Service Center.
246
Problemen?
Beeld en geluid
De camcorder maakt een ratelend geluid.
- Als udit niet hoort terwijl de camcorder in de opnamemodus staat,
is dit geluid afkomstig van de beweging van de interne lensbevestiging.
Dit is normaal en duidt niet op een storing.
Het scherm is te donker.
- Het LCD-scherm is gedimd. Wijzig de optie 1 > t >
[LCD Backlight] in [Normaal] of [Helder].
De schermgegevens verschijnen en verdwijnen herhaaldelijk.
- De accu is leeg. Vervang de accu of laad deze op.
- Verwijder de accu en plaats deze op de juiste wijze.
Op het scherm worden abnormale tekens weergegeven en de
camcorder functioneert niet naar behoren.
- Verwijder de accu, wacht even, en plaats de accu dan opnieuw.
Op het scherm verschijnt videoruis.
- Houd voldoende afstand aan tussen de camcorder en apparaten
die sterke elektromagnetische velden afgeven (plasma-tv's, mobiele
telefoons, etc.).
Op het scherm verschijnen horizontale strepen.
- Dit is een verschijnsel dat zich typisch voordoet bij CMOS-
beeldsensors als uopnamen maakt onder sommige tl-lampen,
kwiklampen of natriumlampen. Dit is normaal en duidt niet op een
storing. Wijzig de optie 1 > p > [Knipperreductie] om de
symptomen te verminderen.
Het geluid is vervormd of wordt opgenomen op een lager niveau.
- Als uopnamen maakt bij harde geluiden (zoals vuurwerk, shows of
concerten), kan het geluid vervormd raken of wordt het geluid mogelijk
niet op het feitelijke niveau opgenomen. Dit is normaal en duidt niet
op een storing. Stel het audio-opnameniveau handmatig in (A 230).
247
Problemen?
Het beeld wordt correct weergegeven, maar de ingebouwde luidspreker
produceert geen geluid.
- Het luidsprekervolume staat uit. Pas het volume aan (A 68).
- Als de bijgeleverde High-Speed HDMI-kabel of de optionele
stereovideokabel STV-250N is aangesloten op de camcorder,
verwijdert udeze.
-Het AV OUT/×-aansluitpunt is ingesteld op koptelefoonuitvoer.
Stel 1 > q > [AV/Koptelef.] in op [Ò AV].
Er komt geen geluid uit het AV OUT/×-aansluitpunt (koptelefoon).
- H Audio wordt niet uitgevoerd vanuit het AV OUT/×-
aansluitpunt terwijl Wi-Fi-functies worden gebruikt.
Geheugenkaart en accessoires
Ik kan de geheugenkaart niet plaatsen.
- U houdt de geheugenkaart verkeerd vast. Keer de geheugenkaart
om en plaats de kaart in de camcorder.
Ik kan geen opnamen maken op de geheugenkaart.
- De geheugenkaart is vol. Verwijder een aantal opnamen (A 73) om
ruimte vrij te maken of vervang de geheugenkaart.
- Initialiseer de geheugenkaart met de optie [Initalisatie voltooien] (A 40)
wanneer udeze voor het eerst gebruikt in de camcorder.
- De LOCK-schakelaar op de geheugenkaart staat zo ingesteld dat
gegevens op de kaart niet per abuis kunnen worden gewist. Wijzig
de stand van de LOCK-schakelaar.
- Om op een geheugenkaart films op te kunnen nemen, dient ueen
compatibele geheugenkaart te gebruiken (A 32).
- De map- en bestandsnummers voor MP4-films en foto's hebben hun
maximale waarde bereikt. Plaats een nieuwe geheugenkaart en stel
1 > q > [Bestandsnummering] in op [Reset].
248
Problemen?
Aansluiten van externe apparaten
Op het tv-scherm verschijnt videoruis.
- Als ude camcorder gebruikt in een kamer waar een tv staat, houd dan
tussen de compacte netadapter en het netsnoer en de antennekabels
van de tv voldoende afstand aan.
Het tv-scherm geeft geen beeld en geen geluid.
- De video-ingang op de tv is niet afgestemd op het videoaansluitpunt
waarop ude camcorder hebt aangesloten. Selecteer de juiste video-
ingang.
- Verwijder de bijgeleverde High-Speed HDMI-kabel en herstel
vervolgens de verbinding of zet de camcorder uit en weer aan.
- Als een HDMI-kabel wordt aangesloten op de camcorder, wordt er
geen video uitgevoerd via het AV OUT/×-aansluitpunt. Verwijder
de bijgeleverde High Speed HDMI-kabel.
- H Video en audio worden niet uitgevoerd vanuit de
camcorder terwijl Wi-Fi functies worden gebruikt.
De computer herkent de camcorder niet, hoewel de camcorder correct
aangesloten is.
- Verwijder de USB-kabel en zet de camcorder uit. Zet na korte tijd de
camcorder weer aan en herstel de verbinding.
- Sluit de camcorder aan op een andere USB-poort van de computer.
Ik kan opnamen niet opslaan op mijn computer
- Als de geheugenkaart te veel opnamen bevat (Windows – 2.500 foto's/
MP4-films of meer, Mac OS – 1.000 foto's/MP4-films of meer), kunt
ufoto's wellicht niet kopiëren naar een computer. Probeer dan een
kaartlezer te gebruiken om opnamen vanaf de geheugenkaart over
te dragen.
Alleen H: als ude opnamen vanuit het interne geheugen
wilt overdragen, kopieert udeze eerst naar de geheugenkaart
(A 133).
249
Problemen?
Nadat het NFC-contactpunt van de camcorder het contactpunt heeft
aangeraakt van een apparaat dat NFC ondersteunt, wordt het apparaat
niet goed herkend.
- Breng het midden van de contactpunten op de camcorder en het
andere apparaat op één lijn met elkaar. Als er niets gebeurt, probeert
uom de apparaten voorzichtig heen en weer te bewegen terwijl ze
elkaar aanraken.
- Mogelijk is de NFC-functie uitgeschakeld. Stel 1 > q > [NFC]
in op [i Aan].
H Wi-Fi-functies
Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing van het toegangspunt en andere
apparaten die uwilt gebruiken.
Ik kan geen verbinding maken met het toegangspunt.
- Controleer of het toegangspunt correct werkt.
- Het effectieve communicatiebereik tussen de camcorder en het
toegangspunt kan variëren, afhankelijk van de sterkte van het
draadloze signaal. Probeer de camcorder dichter in de buurt van
het toegangspunt te gebruiken.
- Om storing te voorkomen, is het raadzaam om de camcorder op enige
afstand te gebruiken van apparaten die elektromagnetische straling
afgeven (draadloze telefoons, magnetrons, enzovoort).
- Wi-Fi-netwerken met een stealth-functie die hun netwerknaam (SSID)
niet uitzenden, worden door de camcorder niet gedetecteerd tijdens
het instellen van het Wi-Fi-netwerk. Voer de instelling handmatig uit
(A 202) of schakel de stealth-functie van het toegangspunt uit.
Draadloos afspelen op een computer of vergelijkbaar apparaat verloopt
niet vloeiend.
- Het hangt van de instellingen en mogelijkheden van het toegangspunt
af of de film vloeiend wordt afgespeeld. Probeer de camcorder dichter
in de buurt van het toegangspunt te gebruiken en verwijder eventuele
belemmerende voorwerpen of obstakels tussen de twee apparaten.
250
Problemen?
- Sluit de computer met een LAN-kabel aan op het toegangspunt.
- Schakel de draadloze functies uit van draadloze apparaten in de buurt,
met uitzondering van de computer of het vergelijkbare apparaat dat
ugebruikt voor het afspelen.
- Stel het draadloze toegangspunt in op IEEE 802.11n. Raadpleeg
de betreffende gebruiksaanwijzing voor bijzonderheden.
- Als dit het probleem niet verhelpt, is het probleem mogelijk te wijten
aan het apparaat of specifieke omgevingsomstandigheden. Gebruik
de bijgeleverde High Speed HDMI-kabel om de camcorder op een tv
aan te sluiten (A 147).
De draadloze verbinding werd onderbroken terwijl bestanden werden
verzonden.
- Op de bestemmingslocatie worden mogelijk incomplete bestanden
afgeleverd. Als op de bestemming incomplete bestanden worden
afgeleverd, controleer dan de inhoud hiervan en controleer of deze
bestanden veilig kunnen worden verwijderd voordat udat doet.
- Selecteer [Nieuwe bestanden] en verzend de bestanden opnieuw.
Er kan geen draadloze verbinding tot stand worden gebracht met de
camcorder.
- Als ude instellingen van de camcorder reset met 1 > q >
[Alles terugstellen], worden ook de SSID (netwerknaam) en
netwerkwachtwoorden van de camcorder gereset. Verwijder de
eerdere netwerkinstellingen uit het iOS- of Android-apparaat en verbind
het apparaat opnieuw met de camcorder.
Het scherm Afspelen via browser wordt niet juist weergegeven in de
internetbrowser.
- Dit apparaat, dit besturingssysteem of deze internetbrowser wordt
mogelijk niet ondersteund. Bezoek de website van Canon voor uw
regio voor de nieuwste informatie over ondersteunde systemen.
- Schakel JavaScript en cookies in de instellingen van uw
internetbrowser in. Raadpleeg de hulpmodules of online
documentatie van de internetbrowser die ugebruikt.
251
Problemen?
Overzicht van berichten
H Op de volgende pagina vindt usubparagrafen over berichten
die verschijnen wanneer ugebruikmaakt van een externe harde schijf
(A 260), Wi-Fi-functies (A 261) of webservices (A 267).
Controleer het aangesloten apparaat.
- De camcorder werd aangesloten op een apparaat dat afwijkt van
het type dat geselecteerd was met de optie 1 > q > [USB
aansluiting type]. Wijzig de instelling in het type apparaat dat uwilt
gebruiken en sluit de camcorder en het apparaat opnieuw aan.
Controleer kaart
- Ik krijg geen toegang tot de geheugenkaart. Controleer de
geheugenkaart en zorg ervoor dat de kaart correct geplaatst is.
- Er is een geheugenkaartfout opgetreden. De camcorder kan de
foto niet maken of niet weergeven. Verwijder de kaart en plaats
deze weer terug, of gebruik een andere geheugenkaart.
- U hebt een MultiMediaCard (MMC) in de camcorder geplaatst.
Gebruik een aanbevolen geheugenkaart (A 32).
- Als het bericht verdwijnt en 9 daarna in het rood wordt weergegeven,
gaat uals volgt te werk: zet de camcorder uit, verwijder de
geheugenkaart en plaats deze weer terug in de camcorder. Als 8
weer groen wordt, kunt uhet opnemen/afspelen hervatten. Als het
probleem zich blijft voordoen, slaat ueen back-up van uw opnamen
op (A 149) en initialiseert ude geheugenkaart (A 40).
Controleer of de lenskap open is
- Schuif de lensafdekkingsschakelaar omlaag.
De kaart is tegen wissen beveiligd
- De LOCK-schakelaar op de geheugenkaart staat zo ingesteld
dat gegevens op de kaart niet per abuis kunnen worden gewist.
Wijzig de stand van de LOCK-schakelaar.
(op alfabetische volgorde)
252
Problemen?
Fout in bestandsnaam
- De map- en bestandsnummers hebben hun maximale waarde bereikt.
Sla een back-up van uw opnamen op en stel 1 > q>
[Bestandsnummering] in op [Reset]. Initialiseer vervolgens het
geheugen (A 40) of verwijder alle MP4-films en foto's (A 73).
H Fout ingebouwd geheugen
- Het interne geheugen kan niet worden gelezen. Neem contact op
met een Canon Service Center.
Geen communicatie met accu. Dit accupack blijven gebruiken?
- U hebt een accu aangesloten die niet door Canon wordt aanbevolen
voor gebruik met deze camcorder.
- Als uwel een accu gebruikt die door Canon aanbevolen is voor
gebruik met deze camcorder, is er mogelijk een probleem met de
camcorder of de accu. Neem contact op met een Canon Service
Center.
Geen kaart
- Plaats een compatibele geheugenkaart in de camcorder (A 33).
- De geheugenkaart is mogelijk niet correct geplaatst. Steek de
geheugenkaart in zijn geheel in de geheugenkaartsleuf totdat
de kaart vast klikt.
H Geen toegang tot ingebouwd geheugen
- Er is een probleem met het interne geheugen. Neem contact op
met een Canon Service Center.
Geheugenkaartdeksel staat open
- Sluit het afdekplaatje van de geheugenkaartsleuf nadat ueen
geheugenkaart hebt geplaatst.
Het is eventueel niet mogelijk videos op deze kaart op te nemen
- Het kan zijn dat ugeen films kunt opnemen op een geheugenkaart
zonder aanduiding van de snelheidsklasse of op een geheugenkaart
met snelheidsklasse 2. Vervang de geheugenkaart door een
geheugenkaart van snelheidsklasse 4, 6 of 10.
253
Problemen?
H Ingebouwd geheugen vol
- Het interne geheugen is vol (op het scherm wordt [& Einde]
weergegeven). Verwijder een aantal opnamen (A 73) om ruimte
vrij te maken. In plaats daarvan kunt uook uw opnamen opslaan
(A 149) en het interne geheugen initialiseren (A 40).
Initialiseer alleen met de camcorder
- Er is een probleem met het bestandssysteem waardoor geen
toegang mogelijk is tot het geheugen. Initialiseer het geheugen
met deze camcorder (A 40).
Kaart Kan data niet herkennen.
- De geheugenkaart bevat scènes die zijn opgenomen met een
videoconfiguratie die niet wordt ondersteund (NTSC). Speel de
opnamen op de geheugenkaart af met het apparaat dat werd
gebruikt om de opnamen te maken.
H Kaart Maximum aantal scenes bereikt
- De geheugenkaart bevat al het maximumaantal AVCHD-scènes
(3.999 scènes), er kunnen geen scènes meer worden gekopieerd
naar de geheugenkaart. Verwijder een aantal scènes (A 73) om
ruimte vrij te maken.
Kaart is vol
- Verwijder een aantal opnamen (A 73) om ruimte vrij te maken of
vervang de geheugenkaart.
Kan data niet herkennen.
- De camcorder kan geen scènes afspelen die zijn opgenomen met
een videoconfiguratie die niet wordt ondersteund (NTSC). Speel de
opnamen af met het apparaat dat werd gebruikt om de opnamen
te maken.
254
Problemen?
Kan de scène niet snijden
- Scènes die zijn gekopieerd naar een SDXC-kaart (alleen H)
en scènes die zijn opgenomen of bewerkt met andere apparaten
en die vervolgens met de computer werden gekopieerd naar een
geheugenkaart, kunnen niet worden gesneden met deze camcorder.
Kan de scene niet splitsen
- De scène kan niet worden gesplitst omdat het gegevenslog van het
interne scènebeheer in de camcorder vol is. Verwijder een aantal
scènes en foto's (A 73) en probeer de scène opnieuw te splitsen.
Kan doek niet laden
- Het tekenbladbestand dat in het geheugen werd opgeslagen,
is beschadigd.
- Tekenbladgegevens kunt uniet lezen vanuit tekenbladbestanden
die werden gemaakt met andere apparaten en vervolgens met
een computer naar een geheugenkaart werden gekopieerd.
Kan doek niet opslaan
- Uw [Pennen en stempels]-tekeningen kunnen niet worden opgeslagen
in het geheugen. Sla een back-up van uw opnamen op (A 149) en
initialiseer het geheugen (A 40).
H Kan geen scènes converteren die zijn opgenomen met 50P
- Scènes die zijn opgenomen met 50P kunnen niet naar MP4-indeling
worden geconverteerd.
H Kan geen videos op ingebouwd geheugen opnemen
Initialiseer alleen met de camcorder
- Het interne geheugen van de camcorder kan niet goed worden
herkend. Initialiseer het interne geheugen met deze camcorder
(A 40).
Kan geen videos opnemen op deze kaart
- Films kunnen niet worden opgenomen op een kaart van 64 MB
of minder. Gebruik een aanbevolen geheugenkaart (A 32).
255
Problemen?
Kan geen videos opnemen op deze kaart Initialiseer alleen met de
camcorder
- De geheugenkaart is met een computer geïnitialiseerd. Initialiseer
de geheugenkaart met deze camcorder (A 40).
Kan gegevens niet herstellen
- Een beschadigd bestand kon niet worden hersteld. Sla een back-up
van uw opnamen op (A 149) en initialiseer het geheugen (A 40).
H Kan niet kopieren
- Het totale aantal scènes dat uhebt geselecteerd om te worden
gekopieerd, past niet in de beschikbare ruimte op de geheugenkaart.
Verwijder een aantal opnamen op de geheugenkaart (A 73) of
verminder het aantal te kopiëren scènes.
- De geheugenkaart bevat reeds het maximale aantal AVCHD-scènes
(3.999 scènes). Verwijder een aantal scènes (A 73) om ruimte vrij
te maken.
Kan niet opnemen
- U kunt geen videosnapshot-opnamen maken van scènes die zijn
opgenomen of bewerkt met een ander apparaat en die vervolgens
met een computer naar een geheugenkaart zijn gekopieerd.
- Er is een probleem met het geheugen. Als dit bericht vaak zonder
duidelijke reden verschijnt, neem dan contact op met een Canon
Service Center.
Kan niet opnemen Controleer kaart
- Er is een probleem met de geheugenkaart. Sla een back-up van uw
opnamen op (A 149) en initialiseer de geheugenkaart met behulp
van de optie [Initalisatie voltooien] (A 40). Als het probleem
aanhoudt, gebruik dan een andere geheugenkaart.
256
Problemen?
H Kan niet opnemen Geen toegang tot ingebouwd
geheugen
- Er is een probleem met het interne geheugen. Sla een back-up van uw
opnamen op (A 149) en initialiseer het interne geheugen met behulp
van de optie [Initalisatie voltooien] (A 40). Als het probleem zich blijft
voordoen, neemt ucontact op met een Canon Service Center.
Kan niet weergeven
- Scènes die zijn opgenomen met andere apparaten of die zijn gemaakt
of bewerkt op een computer en die vervolgens met de computer
werden gekopieerd naar een geheugenkaart kunnen mogelijk niet
worden afgespeeld.
- Er is een probleem met het geheugen. Als dit bericht vaak zonder
duidelijke reden verschijnt, neem dan contact op met een Canon
Service Center.
Kan niet weergeven Controleer kaart
- Er is een probleem met de geheugenkaart. Initialiseer de
geheugenkaart met behulp van de optie [Initalisatie voltooien] (A 40).
Als het probleem aanhoudt, gebruik dan een andere geheugenkaart.
H Kan niet weergeven Geen toegang tot ingebouwd
geheugen
- Er is een probleem met het interne geheugen. Initialiseer het interne
geheugen met behulp van de optie [Initalisatie voltooien] (A 40).
Als het probleem zich blijft voordoen, neemt ucontact op met een
Canon Service Center.
Kan videos op deze kaart niet afspelen
- Films kunnen niet worden afgespeeld vanaf een kaart van 64 MB
of minder. Gebruik een aanbevolen geheugenkaart (A 32).
Kan videos op deze kaart niet afspelen Initialiseer alleen met de
camcorder
- De geheugenkaart is met een computer geïnitialiseerd. Initialiseer
de geheugenkaart met deze camcorder (A 40).
257
Problemen?
H Kan videos op ingebouwd geheugen niet afspelen
Initialiseer alleen met de camcorder
- Het interne geheugen van de camcorder kan niet goed worden
herkend. Initialiseer het interne geheugen met deze camcorder
(A 40).
Laad de accu
- De accu is vrijwel leeg. Laad de accu
LCD-scherm is gedimd Met de instelling [LCD Backlight] wijzigt ude
helderheid
-Wijzig de optie 1 > t > [LCD Backlight] in [Normaal] of
[Helder].
Maak regelmatig backups van opnamen
- Bij het aanzetten van de camcorder kan dit bericht verschijnen.
Sla regelmatig een back-up van de opnamen op, omdat uopnamen
kunt kwijtraken bij een storing in het apparaat (A 149).
Maximum aantal scenes bereikt
- Het maximale aantal AVCHD-scènes (3.999 scènes) is bereikt.
Verwijder een aantal scènes (A 73) om ruimte vrij te maken.
Moet bestanden van kaart ophalen. Zet de LOCK-schakelaar op
kaart om.
- Dit bericht verschijnt de volgende keer dat ude camcorder aanzet
nadat de voedingstoevoer per abuis werd onderbroken terwijl de
camcorder bezig was met het wegschrijven van gegevens naar
de geheugenkaart, en later de stand van de LOCK-schakelaar
van de kaart werd gewijzigd om ongewild wissen van gegevens
te voorkomen. Wijzig de stand van de LOCK-schakelaar.
H Niet genoeg beschikbare ruimte
- Verwijder een aantal opnamen van de geheugenkaart (A 73).
- Stel de videokwaliteit in op [Langz. afspeelsnelh.] (LP of 4 Mbps)
(A 78).
258
Problemen?
Om video op deze geheugenkaart op te nemen, kunt uhet beste
[Langz. afspeelsnelh.] videokwaliteit gebruiken.
- Bij gebruik van een geheugenkaart met snelheidsklasse 2 kunt
umogelijk geen films opnemen als ueen andere videokwaliteitsoptie
dan LP of 4 Mbps gebruikt.
Om video op deze geheugenkaart op te nemen, kunt u het beste een
videokwaliteit anders dan [50P-opname] gebruiken.
- Bij gebruik van een geheugenkaart met snelheidsklasse 4, kunt
umogelijk geen films opnemen als ude videokwaliteit instelt op 50P
of 35 Mbps.
Onbekend beeld
- U kunt mogelijk geen foto's weergeven die zijn gemaakt met andere
apparaten of beeldbestanden weergeven die zijn gemaakt of bewerkt
op een computer en die vervolgens met een computer naar de
geheugenkaart zijn gekopieerd.
Opname beëindigd wegens onvoldoende schrijfsnelheid van de
geheugenkaart
- De gegevensoverdrachtssnelheid was te hoog voor de gebruikte
geheugenkaart en de opname werd stopgezet. Vervang de
geheugenkaart door een kaart met een snelheidsklasse van 4, 6
of 10 (snelheidsklasse 6 of 10 wanneer ufilms opneemt met een
videokwaliteit van 50P of 35 Mbps.
- Als uin de loop der tijd herhaaldelijk opnamen hebt gemaakt en
verwijderd (gefragmenteerd geheugen), zal het langer duren om
gegevens naar de geheugenkaart te schrijven en kan het gebeuren
dat de camcorder stopt met opnemen. Sla een back-up van uw
opnamen op (A 149) en initialiseer de geheugenkaart met behulp
van de optie [Initalisatie voltooien] (A 40).
259
Problemen?
Scene opgenomen met ander apparaat Kan de scene niet splitsen.
- Scènes die niet zijn opgenomen met deze camcorder en die met de
computer werden overgedragen naar een geheugenkaart, kunnen niet
worden gesplitst met deze camcorder.
- Scènes die zijn bewerkt met software, kunnen niet worden gesplitst.
Scene opgenomen met ander apparaat Kan scene niet afspelen.
- Scènes die niet zijn opgenomen met deze camcorder en die met de
computer werden overgedragen naar een geheugenkaart, kunnen niet
worden afgespeeld met deze camcorder.
Schrijffout geheugenkaart Poging tot herstel bestanden?
- Dit bericht zal verschijnen wanneer ude volgende keer de camcorder
aanzet nadat de stroomtoevoer per abuis was onderbroken terwijl
de camcorder bezig was met het wegschrijven van gegevens naar
de geheugenkaart. Selecteer [Ja] om te proberen de opnamen te
herstellen. Als ueen geheugenkaart hebt geplaatst die scènes bevat
die zijn opgenomen met een ander apparaat, dan verdient het
aanbeveling om [Nee] te selecteren.
H Schrijffout ingebouwd geheugen Poging tot herstel
bestanden?
- Dit bericht verschijnt de volgende keer wanneer ude camcorder
aanzet, indien de stroomtoevoer per ongeluk werd onderbroken terwijl
de camcorder bezig was met het wegschrijven van gegevens naar het
interne geheugen. Selecteer [Ja] om te proberen de opnamen te
herstellen.
Selecteer het gewenste scènenummer
- Een aantal scènes hebben dezelfde opnamedatum maar bevatten
verschillende bestandsbeheerinformatie. Dit kan zich bijvoorbeeld
voordoen als ufilms opneemt in het gebied van de internationale
datumgrens. Selecteer een nummer om de corresponderende
groep scènes op te roepen.
260
Problemen?
H Overzicht van berichten voor aansluiting
op een externe harde schijf
Sluit het afdekplaatje van de geheugenkaartsleuf.
- Het afdekplaatje van de geheugenkaartsleuf van de camcorder
werd geopend terwijl de camcorder was aangesloten op het
optionele Connect Station CS100. Sluit het afdekplaatje.
Sommige scenes zijn niet gewist
- Films die zijn beschermd/bewerkt met andere apparaten en
die vervolgens met de computer werden gekopieerd naar een
geheugenkaart, kunnen niet worden verwijderd met deze camcorder.
Taken in voortgang. Netvoeding niet verwijderen.
- De camcorder is het geheugen aan het bijwerken. Wacht totdat
de procedure is voltooid en verwijder de accu niet.
Te veel foto's en MP4-filmpjes. Koppel de USB-kabel los.
- Koppel de USB-kabel los. Probeer een geheugenkaartlezer te
gebruiken of verlaag het aantal foto's en films op de geheugenkaart
tot minder dan 2.500 (Windows) of 1.000 (Mac OS). Herstel
vervolgens de verbinding.
- H Kopieer de foto's en MP4-films naar een geheugenkaart
en probeer een kaartlezer te gebruiken.
- Verschijnt er een dialoogvenster op het computerscherm, sluit het
dan. Verwijder de USB-kabel en herstel na korte tijd de verbinding.
[
Fout bij schrijven naar harde schijf.
- Dit bericht verschijnt de volgende keer wanneer ude camcorder
aanzet, indien de stroomtoevoer per ongeluk werd onderbroken terwijl
de camcorder bezig was met het wegschrijven van gegevens naar
de externe harde schijf. Selecteer [Ja] om te proberen de opnamen
te herstellen.
261
Problemen?
H Overzicht van berichten voor Wi-Fi-functies
Raadpleeg ook de gebruiksaanwijzing van het toegangspunt en andere
apparaten die uwilt gebruiken.
[
Snel alle bestanden wissen en partities verwijderen van de externe
harde schijf. Initialiseren?
- Als ude harde schijf initialiseert, gaan alle gegevens daarop verloren,
inclusief eventuele gepartitioneerde schijven. Maak, indien nodig, een
back-up van uw gegevens en initialiseer de harde schijf vervolgens
met de camcorder.
Another user is already controlling the camcorder. Try again later./
De camcorder wordt al bediend door een andere gebruiker. Probeer
het later nogmaals.
- Dit bericht verschijnt op het scherm van het Wi-Fi apparaat. Meerdere
Wi-Fi apparaten proberen verbinding te maken met de camcorder.
Zorg ervoor dat slechts één Wi-Fi apparaat verbinding probeert te
maken en raak vervolgens Retry aan.
Draadloze communicatie werkt niet correct
- Om storing te voorkomen, is het raadzaam om de camcorder op
enige afstand te gebruiken van apparaten die elektromagnetische
straling afgeven (draadloze telefoons, magnetrons, enzovoort).
- Zet de camcorder en het toegangspunt uit. Zet deze na korte tijd weer
aan en voer opnieuw de instelling van het Wi-Fi-netwerk uit. Als het
probleem zich blijft voordoen, neemt ucontact op met een Canon
Service Center.
262
Problemen?
Geen toegangspunten gevonden
- Het toegangspunt dat in de camcorder ingesteld is, kan niet worden
gevonden.
- Om storing te voorkomen, is het raadzaam om de camcorder op
enige afstand te gebruiken van apparaten die elektromagnetische
straling afgeven (draadloze telefoons, magnetrons, enzovoort).
- Controleer of ude SSID van het toegangspunt gebruikt voor de
WiFiinstellingen van de camcorder (A 201).
- Als het toegangspunt gebruikmaakt van filtering van MAC-adressen,
voer dan in het configuratiescherm van het toegangspunt het
MACadres van de camcorder in.
Geheugenkaartdeksel staat open
- Het deksel van de geheugenkaart werd geopend terwijl de
geheugenkaart in werking was. Stop de Wi-Fi functie die in
gebruik is en beëindig de Wi-Fi verbinding.
Het toegangspunt is niet compatibel met UPnP
- Er kon geen toegangspunt in het aangesloten netwerk worden
gevonden dat compatibel is met UPnP (Universal Plug and Play).
U dient een toegangspunt te gebruiken dat compatibel is met UPnP.
Mocht uw toegangspunt wel compatibel zijn, zorg er dan voor dat
UPnP geactiveerd is.
IP-adresconflict
- Wijzig het IP-adres van de camcorder of van apparaten die conflicten
veroorzaken om te voorkomen dat hetzelfde IP-adres wordt
toegewezen aan meerdere apparaten in hetzelfde netwerk.
263
Problemen?
Kan bestanden niet overbrengen.
- Er is een probleem opgetreden tijdens het overdragen van bestanden
naar het optionele Connect Station CS100. Controleer of zich fouten
hebben voorgedaan op het Connect Station. Raadpleeg voor meer
informatie de gebruiksaanwijzing van de CS100.
- Probeer de camcorder en het Connect Station uit te zetten. Zet beide
na korte tijd weer aan en herstel de verbinding. Als het probleem zich
blijft voordoen, neemt ucontact op met een Canon Service Center.
Kan configuratiebestanden niet openen
- Zet de camcorder uit. Zet deze na korte tijd weer aan. Als het
probleem zich blijft voordoen, neemt ucontact op met een Canon
Service Center.
Kan geen global IP-adres verkrijgen.
- Aan het toegangspunt waarmee de camcorder is verbonden, is geen
wereldwijd IP-adres toegewezen. Controleer de WAN-instellingen van
de breedbandrouter om te zien of er een wereldwijd IP-adres is
toegewezen.
- Er zijn meerdere draadloze routers aangesloten op hetzelfde
thuisnetwerk. Laat slechts één draadloze router als toegangspunt
fungeren.
264
Problemen?
Kan geen IP-adres verkrijgen
- Als ugeen gebruikmaakt van een DHCP-server, maakt uverbinding
met de optie [Handmatig instellen] en voert uhet IP-adres in met de
optie [Handmatig] (A 202).
- Schakel de DHCP-server in. Als deze al ingeschakeld is, controleer
dan of deze goed werkt.
- Controleer of het adresbereik voor de DHCP-server toereikend is.
- Als ugeen DNS-server gebruikt, stel het DNS-adres dan in op
[0.0.0.0].
- Stel het IP-adres van de DNS-server in de camcorder in.
- Schakel de DNS-server in. Als deze al ingeschakeld is, controleer
dan of deze goed werkt.
- Zorg ervoor dat het IP-adres van de DNS-server en de naam voor
dat adres juist geconfigureerd zijn.
- Als ugebruikmaakt van een draadloze gateway-router, zorg er dan
voor dat alle apparaten in het netwerk, waaronder de camcorder,
worden geconfigureerd met het juiste gateway-adres.
Kan geen verbinding maken
- Om storing te voorkomen, is het raadzaam om de camcorder op
enige afstand te gebruiken van apparaten die elektromagnetische
straling afgeven (draadloze telefoons, magnetrons, enzovoort).
Kan geen verbinding maken met het Connect Station.
- Er is een fout opgetreden terwijl er werd geprobeerd om de camcorder
en het Connect Station CS100 te koppelen. Controleer of het Connect
Station klaar is om een verbinding tot stand te brengen. Houd de
camcorder nogmaals voorzichtig in de buurt van het aansluitpunt
op het Connect Station (A 186).
265
Problemen?
Kan niet verbinden met server
- De camcorder kon geen verbinding maken met de externe server die
wordt gebruikt voor de functie Bewaking bij afwezigheid. Zorg ervoor
dat het toegangspunt op de juiste wijze verbonden is met internet.
- Controleer of 1 > q > [Datum/tijd] op de juiste datum en tijd
is ingesteld.
Kan Wi-Fi-netwerk niet verifiëren
- Zorg ervoor dat de camcorder en het toegangspunt dezelfde
verificatie-/encryptiemethode en dezelfde encryptiesleutel gebruiken.
- Als het toegangspunt gebruikmaakt van filtering van MAC-adressen,
voer dan in het configuratiescherm van het toegangspunt het MAC-
adres van de camcorder in.
Kan WPS niet voltooien.
- Zet de camcorder en het toegangspunt uit. Zet deze na korte tijd weer
aan en herstel de verbinding. Als het probleem zich blijft voordoen,
voert uinstellingen in met behulp van de optie [Zoeken naar
toegangspunten] (A 198).
Kan WPS niet voltooien. Probeer het opnieuw.
- Sommige toegangspunten vereisen dat de Wi-Fi Protected Setup
(WPS)-knop wordt ingedrukt en ingedrukt wordt gehouden.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van uw toegangspunt voor
bijzonderheden.
- Zorg ervoor dat uop het camcorderscherm binnen 2 minuten
[OK] aanraakt nadat het Wi-Fi Protected Setup-signaal op het
toegangspunt is geactiveerd, hetzij door op de knop te drukken
hetzij door de pincode in te voeren.
Meerdere toegangspunten gevonden. Probeer het opnieuw.
- Er zijn meerdere toegangspunten die tegelijkertijd een WPS-signaal
uitzenden. Probeer het later opnieuw of voer instellingen in met behulp
van de optie [WPS: pincode] of [Zoeken naar toegangspunten]
(A 198).
266
Problemen?
Ongeldig poortnummer. Voer de instelling nogmaals uit.
- Het ingevoerde poortnummer kan niet worden gebruikt. In de
instellingen voor de functie Bewaking bij afwezigheid (A 175)
wijzigt uhet poortnummer naar een poort die geen conflict
veroorzaakt met andere apparaten.
Wanneer u het lcd-scherm sluit, zet u de camcorder uit. Een actieve
bestands- overdracht wordt onderbroken.
- Houd het LCD-paneel van de camcorder open terwijl een draadloze
bestandsoverdracht naar het optionele Connect Station CS100 wordt
uitgevoerd.
Wi-Fi-fout. Onjuiste verificatiemethode.
- Zorg ervoor dat de camcorder en het toegangspunt dezelfde
verificatie-/encryptiemethode en dezelfde encryptiesleutel gebruiken.
- Als het toegangspunt gebruikmaakt van filtering van MAC-adressen,
voer dan in het configuratiescherm van het toegangspunt het MAC-
adres van de camcorder in.
Wi-Fi-fout. Onjuiste versleutelingscode.
- De encryptiesleutel (wachtwoord) is hoofdlettergevoelig; let er daarom
op dat udeze juist invoert.
Wi-Fi-fout. Onjuiste versleutelingsmethode.
- Zorg ervoor dat de camcorder en het toegangspunt dezelfde
verificatie-/encryptiemethode gebruiken.
- Als het toegangspunt gebruikmaakt van filtering van MAC-adressen,
voer dan in het configuratiescherm van het toegangspunt het MAC-
adres van de camcorder in.
267
Problemen?
H Overzicht van berichten voor webdiensten
Wi-Fi-verbinding beëindigd
- Om storing te voorkomen, is het raadzaam om de camcorder op
enige afstand te gebruiken van apparaten die elektromagnetische
straling afgeven (draadloze telefoons, magnetrons, enzovoort).
- De camcorder kan mogelijk geen verbinding maken met het
toegangspunt als te veel apparaten hier gebruik van maken.
Breng na korte tijd de verbinding weer tot stand.
Controleer netwerkinstellingen
- De netwerkinstellingen in de camcorder zijn niet juist geconfigureerd.
Controleer het verbindingspunt, de SSID en andere
netwerkinstellingen.
Kan niet verbinden met server
- De camcorder kon geen verbinding maken met de CANON iMAGE
GATEWAY-server. Maak verbinding met het toegangspunt waarmee
de camcorder verbonden is met internet.
Maak verbinding met een computer en gebruik de speciale software
om in te stellen Mogelijk is deze service niet beschikbaar in uw regio
- Om webdiensten te kunnen gebruiken, dient uin de camcorder
de instellingen te gebruiken die zijn opgeslagen op CANON iMAGE
GATEWAY. Installeer CameraWindow op uw computer en configureer
de instellingen met behulp van CANON iMAGE GATEWAY.
Maak verbinding met een pc en gebruik de speciale software om opn.
in te stellen
- Er is een fout opgetreden tijdens het maken van een verbinding met
de CANON iMAGE GATEWAY-server. Controleer de instellingen die
zijn opgeslagen op CANON iMAGE GATEWAY en stel deze in de
camcorder opnieuw in.
268
Problemen?
Max. te verz filmclips: X min.
- U hebt geprobeerd een film te verzenden waarvan de lengte groter
is dan de maximale lengte die door de webdienst is toegestaan
(de maximale lengte verschilt per webdienst). Maak de film korter
en probeer de film daarna opnieuw te verzenden.
Onvoldoende ruimte op server
- U hebt de hoeveelheid gegevens overschreden die ukunt opslaan
op de CANON iMAGE GATEWAY-server. Verwijder enkele gegevens
om ruimte vrij te maken.
Probeer het nogmaals
- Er is een probleem opgetreden tijdens de communicatie met de
CANON iMAGE GATEWAY-server of de server is tijdelijk uitgevallen.
Probeer opnieuw verbinding te maken met de server. Als dezelfde fout
zich opnieuw voordoet, wacht ueven en probeert uhet opnieuw.
Server bezet Probeer het later nogmaals
- De CANON iMAGE GATEWAY-server is bezet vanwege een groot
aantal gebruikers die verbinding proberen te maken met de server.
Beëindig de Wi-Fi-verbinding en probeer het later opnieuw.
Verzenden beeld niet mogelijk
- U hebt geprobeerd een type opname of een bestand te verzenden
met een indeling die niet wordt ondersteund door de geselecteerde
webdienst. Controleer de opname voordat udeze verzendt.
269
Wat uwel en niet moet doen
Wat uwel en niet moet doen
Hoe ude camera moet behandelen
Camcorder
Houd uaan de instructies hieronder om ervoor te zorgen dat de camcorder
optimaal blijft functioneren.
Sla uw opnamen regelmatig op een extern apparaat op. Zorg ervoor
dat uuw opnamen overdraagt naar een extern apparaat, zoals een
computer, digitale videorecorder of de optionele Connect Station CS100
(A 149) en maak regelmatig back-ups. Hierdoor behoudt ubelangrijke
opnamen in geval van schade en zorgt uvoor meer ruimte in het
geheugen. Canon kan niet aansprakelijk worden gesteld voor verlies
van gegevens.
Houd de camcorder niet vast aan het LCD-paneel als ude camcorder
draagt. Wees voorzichtig als uhet LCD-paneel sluit.
Behandel het touchscreen met de nodige voorzichtigheid. Oefen niet
te veel kracht uit en gebruik geen balpen of ander gereedschap met een
harde punt om op het touchscreen bedieningshandelingen uit te voeren.
Hierdoor kan het oppervlak van het touchscreen beschadigd raken.
Vermijd contact met metalen voorwerpen. Als metalen voorwerpen in
aanraking komen met het touchscreen kan dit ertoe leiden dat de
camcorder niet naar behoren functioneert.
Houd de camcorder niet lange tijd in dezelfde houding vast, omdat dit
kan leiden tot brandwonden als gevolg van contact bij lage temperatuur.
Zelfs als de camcorder niet te heet aanvoelt, kan langdurig contact met
hetzelfde lichaamsdeel roodheid van de huid of blaren veroorzaken.
Het gebruik van een statief wordt aanbevolen voor mensen die
problemen met de bloedsomloop of een zeer gevoelige huid hebben,
of wanneer de camcorder op zeer hete plaatsen wordt gebruikt.
270
Wat uwel en niet moet doen
Laat de camcorder niet achter op plaatsen met hoge temperaturen (zoals
in een geparkeerde auto of onder direct zonlicht) of hoge vochtigheid.
Gebruik de camcorder niet in de buurt van sterke elektromagnetische
velden zoals boven een tv of in de buurt van plasma-tv's.
H Gebruik de Wi-Fi-functies van de camcorder niet in
ziekenhuizen of medische klinieken. Gebruik deze functies ook niet in de
buurt van medische of gevoelige elektronische apparaten, omdat deze
hierdoor slechter zullen functioneren. Bij gebruik van pacemakers moet
de camcorder op ten minste 22 cm afstand hiervan worden gehouden.
Voor wat betreft het gebruik van Wi-Fi-functies aan boord van vliegtuigen,
dient ude instructies van de bemanning/het cabinepersoneel op te
volgen.
H De Wi-Fi-functies van de camcorder kunnen onderhevig
zijn aan storing die afkomstig is van apparaten zoals draadloze telefoons
en magnetrons. Houd zoveel mogelijk afstand tot deze apparaten of
gebruik de Wi-Fi-functies van de camcorder op een ander tijdstip van
de dag om interferentie te voorkomen.
Richt de camcorder niet op een zeer krachtige lichtbron, zoals de zon
op een zonnige dag of een krachtige kunstmatige lichtbron. Als udit wel
doet, kunt ude beeldsensor of interne onderdelen van de camcorder
beschadigen.
Gebruik en bewaar de camcorder niet op stoffige of zanderige plaatsen.
De camcorder is niet waterdicht – vermijd daarom ook water, modder
of zout. De camcorder en/of lens kan beschadigd raken als dergelijke
substanties de camcorder binnendringen.
Let op hitte die door verlichtingsapparatuur wordt afgegeven.
Demonteer de camcorder niet. Werkt de camcorder niet naar behoren,
neem dan contact op met een deskundige reparateur.
Ga voorzichtig met de camcorder om. Stel de camcorder niet bloot
aan schokken of trillingen, omdat hierdoor schade kan ontstaan.
271
Wat uwel en niet moet doen
Als ude camcorder op een statief plaatst, zorgt uervoor dat de
bevestigingsschroef van het statief korter is dan 5,5 mm. Gebruik
van andere statieven kan de camcorder beschadigen.
Probeer bij het opnemen van films een kalm, stabiel beeld te krijgen.
Als utijdens het opnemen de camcorder te veel beweegt en vaak snel
zoomt en pant (door de camcorder zijwaarts te bewegen), kan dit tot
onrustige scènes leiden. In extreme gevallen kan het afspelen van
dergelijke scènes tot gevolg hebben dat door de visuele waarneming
bij ubewegingsziekte wordt veroorzaakt. Als ueen dergelijke reactie
ervaart, stop dan onmiddellijk met afspelen en wacht een tijdje totdat
uverdergaat.
Opbergen voor langere tijd
Indien uvan plan bent de camcorder lange tijd niet te gebruiken, bergt
udeze op een plaats op die vrij is van stof, met een lage luchtvochtigheid
en bij een temperatuur die niet hoger wordt dan 30 °C.
5,5 mm
272
Wat uwel en niet moet doen
Accu
Vuile polen kunnen tot gevolg hebben dat het contact tussen de accu
en de camcorder of acculader niet goed is. Veeg de polen schoon met
een zachte, droge doek.
Opbergen voor langere tijd
Berg accu's op een droge plaats op waar de temperatuur niet hoger
wordt dan 30 °C.
U verlengt de levensduur van de accu door deze volledig te ontladen
voordat ude accu opbergt.
Accu's moet uminstens eenmaal per jaar volledig opladen en volledig
ontladen.
GEVAAR!
Behandel de accu met de nodige voorzichtigheid.
Houd de accu uit de buurt van open vuur (de accu kan exploderen).
Stel de accu niet bloot aan een temperatuur die hoger is dan 60°C.
Laat de accu niet achter in de buurt van een ingeschakeld
verwarmingsapparaat of binnen een auto bij heet weer.
Probeer de accu niet uit elkaar te halen of er aan te knutselen.
Laat de accu niet vallen en stel de accu niet bloot aan schokken.
Laat de accu niet nat worden.
273
Wat uwel en niet moet doen
Resterende accucapaciteit
Gebruikt ueen accu die compatibel is met Intelligent System en wordt de
resterende accucapaciteit niet correct weergegeven, laad de accu dan
volledig op. Toch kan het voorkomen dat de juiste tijd niet goed wordt
weergegeven, bijvoorbeeld nadat de accu vele malen herhaaldelijk is
gebruikt, als een volledig opgeladen accu lange tijd niet wordt gebruikt
of wanneer een accu lange tijd wordt gebruikt bij hoge temperaturen.
Gebruik de weergegeven tijd op het scherm als indicatie.
Geheugenkaart
Het verdient aanbeveling van de opnamen op de geheugenkaart
een back-up te maken op uw computer. Gegevens kunnen vanwege
geheugenkaartdefecten of blootstelling aan statische elektriciteit
beschadigd of verloren raken. Canon is niet aansprakelijk voor
gegevens die verloren of beschadigd zijn geraakt.
Raak de contactpunten niet aan en stel deze niet bloot aan stof of vuil.
Gebruik geen geheugenkaarten op plaatsen die blootstaan aan sterke
magnetische velden.
Laat geheugenkaarten niet achter op plaatsen met een hoge vochtigheid
en hoge temperaturen.
Demonteer of verbuig een geheugenkaart niet, laat een geheugenkaart
niet vallen en stel een geheugenkaart niet bloot aan schokken of water.
Controleer hoe ude geheugenkaart naar de camcorder gericht houdt
voordat udeze in de camcorder plaatst. Als ueen geheugenkaart
verkeerd om in de sleuf probeert te plaatsen, kan de geheugenkaart
of camcorder beschadigd raken.
Plak geen labels of stickers op de geheugenkaart.
274
Wat uwel en niet moet doen
Secure Digital (SD)-geheugenkaarten zijn
voorzien van een schakelaar die uzo kunt
instellen dat de kaart niet kan worden
beschreven. Hierdoor wordt voorkomen
dat gegevens per ongeluk worden gewist.
Als ude geheugenkaart tegen schrijven
wilt beschermen, zet u de schakelaar in
de LOCK-stand.
Interne oplaadbare lithiumbatterij
Deze camcorder is uitgerust met een interne oplaadbare lithiumbatterij
waarmee de camcorder de datum, tijd en andere instellingen kan
onthouden. De ingebouwde lithiumbatterij wordt weer opgeladen als
ude camcorder gebruikt. Als ude camcorder echter circa 3 maanden
niet gebruikt, raakt de ingebouwde lithiumbatterij geheel leeg.
De interne lithiumbatterij laadt uals volgt opnieuw op: sluit de compacte
netadapter aan op de camcorder en houd de camcorder hierop aangesloten
terwijl de camcorder uit staat. Na ongeveer 24 uur is de interne lithiumbatterij
volledig opgeladen.
Afdanken
Wanneer ufilms verwijdert of het geheugen initialiseert, wordt alleen de
bestandstoewijzingstabel gewijzigd en worden de opgeslagen bestanden
niet fysiek gewist. Als ude camcorder of de geheugenkaart afdankt of
weggeeft aan iemand anders, initialiseert uhet interne geheugen van
de camcorder (alleen H) of de geheugenkaart met de optie
[Initalisatie voltooien] (A 40). Maak vervolgens het geheugen vol met
onbelangrijke opnamen en initialiseer het geheugen opnieuw met dezelfde
optie. Dit maakt het voor anderen heel moeilijk om de originele opnamen
terug te halen.
LOCK-schakelaar
275
De ingebouwde lithiumbatterij verwijderen
De ingebouwde lithiumbatterij verwijderen
Verwijder de ingebouwde lithiumbatterij voordat ude camcorder afdankt
volgens de plaatselijke recyclingvoorschriften.
1 Verwijder de handgreepriem.
2 Verwijder de 3 schroeven die in de afbeelding worden getoond.
Eén schroef wordt bedekt door een zwarte sticker. Gebruik een
puntig voorwerp om de sticker te verwijderen en de schroef bloot
te leggen.
3 Verwijder de 2 schroeven en maak vervolgens de afdekking aan
de rechterzijde los.
4 Open het LCD-paneel en verwijder de 3 schroeven.
Twee van de schroeven worden bedekt door een zwarte sticker.
Gebruik een puntig voorwerp om de stickers te verwijderen en de
schroeven bloot te leggen.
Verwijder eerst de sticker om
de schroef bloot te leggen
276
De ingebouwde lithiumbatterij verwijderen
5 Verwijder de schroef die in de afbeelding wordt getoond.
6 Maak de 4 flexibele circuitconnectoren los die in de afbeelding
worden getoond, en verwijder de bovenste afdekking.
M U hoeft alleen de twee connectoren van het flexibele circuit
aan de linkerkant te verwijderen. Dit model camcorder heeft geen
flexibel circuit aan de rechterkant.
Verwijder eerst de stickers om
de schroeven bloot te leggen
Flexibele circuitconnectoren
(Alleen H)
277
De ingebouwde lithiumbatterij verwijderen
7 Pak de lithiumbatterij vervolgens stevig vast met een isolatietang
of vergelijkbaar gereedschap en verwijder de batterij van de
printplaat.
Verwijder de afdekking alleen als ude batterij moet verwijderen
wanneer ude camcorder afdankt.
Zorg dat de camcorder niet aangesloten is op stroombronnen
(compacte netadapter of accu) voordat ude lithiumbatterij
verwijdert.
Houd de batterij buiten bereik van kinderen nadat ude batterij
hebt verwijderd. Schakel direct medische hulp in wanneer deze
wordt ingeslikt. De behuizing van de batterij kan openscheuren,
waarna de batterijvloeistoffen tot inwendig letsel kunnen leiden.
Lithiumbatterij
278
Onderhoud/overig
Onderhoud/overig
Reinigen
Camcorderbehuizing
Gebruik een zachte, droge doek om de camcorderbehuizing te reinigen.
Gebruik nooit met chemicaliën behandelde doeken of vluchtige
oplosmiddelen zoals verfverdunner.
Lens
De autofocus werkt mogelijk niet correct als het lensoppervlak vuil is.
Verwijder stof of vuildeeltjes met een blaaskwastje (geen spuitbus
gebruiken).
Gebruik een schoon, zacht lensreinigingsdoekje om de lens schoon te
maken. Doe dit voorzichtig. Gebruik nooit tissuepapier.
LCD-touchscreen
Reinig het LCD-touchscreen met een schoon, zacht lensreinigingsdoekje.
Bij plotselinge temperatuurschommelingen kan zich op het oppervlak van
het scherm condens voordoen. Veeg het vocht weg met een zachte,
droge doek.
Condens
Als ude camcorder snel verplaatst tussen locaties met hete en koude
temperaturen, kan er op de interne oppervlakken van de camcorder
condens (waterdruppeltjes) ontstaan. Gebruik de camcorder niet als
condens wordt gesignaleerd. Als ude camcorder blijft gebruiken,
kan deze beschadigd raken.
279
Onderhoud/overig
Condens kan zich in de volgende situaties voordoen:
Als de camcorder snel wordt verplaatst van koude naar warme plaatsen
Wanneer de camcorder wordt achtergelaten in een vochtige kamer
Wanneer een koude kamer snel wordt verwarmd
Condens voorkomen
Stel de camcorder niet bloot aan plotselinge of extreme
temperatuurswijzigingen.
Verwijder de geheugenkaart en accu. Plaats de camcorder vervolgens
in een luchtdichte zak en laat de camcorder langzaam op temperatuur
komen voordat ude camcorder uit de zak haalt.
Als condens wordt gedetecteerd
Hoe lang het precies duurt voordat de waterdruppeltjes zijn verdampt,
hangt af van de locatie en weersomstandigheden. Als vuistregel geldt:
wacht 2 uur voordat uhet gebruik van de camcorder hervat.
De camcorder in het buitenland gebruiken
Stroombronnen
U kunt gebruikmaken van de compacte netadapter om de camcorder te
bedienen en accu's op te laden in elk land met een voeding tussen 100 en
240 V AC, 50/60 Hz. Neem contact op met een Canon Service Center voor
informatie over stekkeradapters voor gebruik in het buitenland.
Opnamen afspelen op een tv-scherm
U kunt uw opnamen alleen afspelen op tv's die compatibel zijn met het PAL/
SECAM-systeem of digitale tv-uitzendingen van 50 Hz. Deze worden in de
volgende regio's/landen gebruikt:
280
Onderhoud/overig
Europa: in heel Europa en in Rusland. Noord-, Midden- en Zuid-Amerika:
alleen in Argentinië, Brazilië, Uruguay en de Franstalige gebieden (Frans
Guyana, Guadeloupe, Martinique, enz.). Azië: het overgrote deel van Azië
(behalve Japan, de Filipijnen, Zuid-Korea en Myanmar). Afrika: in heel Afrika
en de Afrikaanse eilanden. Australië/Oceanië: Australië, Nieuw-Zeeland,
Papoe-Nieuw-Guinea; de meeste eilanden van de Pacific (behalve
Micronesië, Samoa, Tonga en VS-gebiedsdelen zoals Guam en
Amerikaans Samoa).
281
Algemene informatie
Algemene informatie
Optionele accessoires
De volgende optionele accessoires worden ondersteund door deze
camcorder. De beschikbaarheid ervan kan per regio verschillen. De meeste
accessoires worden op de volgende pagina's gedetailleerder beschreven.
Ga voor de meest recente informatie naar de Canon-website voor uw regio.
Accu
BP-718, BP-727
Acculader
CG-700
Compacte netadapter
CA-110E
High-Speed HDMI-kabel
HTC-100
Stereovideokabel
STV-250N
USB-kabel
IFC-400PCU
282
Algemene informatie
* Dit accessoire wordt gebruikt bij een functie die alleen beschikbaar is op
de H.
USB-adapter
UA-100*
CT-V1
Camerapantafel*
Connect Station CS100
(binnenkort)
Zachte draagtas
SC-2000
283
Algemene informatie
Accu's
Als uextra accu's nodig hebt, kunt ukiezen
uit een van de volgende modellen: BP-718
of BP-727.
Als uaccu's met de aanduiding Intelligent
System gebruikt, kan de camcorder met
de accu communiceren en de resterende
gebruiksduur weergeven (met een nauwkeurigheid van 1 minuut).
Deze accu's kunt ualleen gebruiken met camcorders en opladers
die compatibel zijn met Intelligent System.
USB-adapter UA-100
H Hiermee kunt umet een
standaard-A-kabel de camcorder aansluiten
op een externe harde schijf of een
vergelijkbaar opslagapparaat. Daarna kunt
ueen compleet geheugen op het apparaat
opslaan. Controleer eerst de USB-kabel die bij uw externe harde schijf
is geleverd.
Gebruik van originele Canon-accessoires wordt aanbevolen.
Dit product is zodanig ontworpen dat het uitstekende prestaties levert
wanneer het wordt gebruikt in combinatie met originele Canon-
accessoires. Canon kan niet aansprakelijk worden gehouden voor
schade aan dit product en/of ongelukken zoals brand, enzovoort, als
gevolg van defecten in niet-originele Canon-accessoires (zoals lekkage
en/of explosie van een accu). Houd er rekening mee dat deze garantie
niet geldt voor reparaties die het gevolg zijn van defecten in niet-
originele Canon-accessoires, hoewel udergelijke reparaties wel
tegen betaling kunt laten verrichten.
284
Algemene informatie
Zachte draagtas SC-2000
Een handige camcordertas met gevoerde
vakjes en genoeg ruimte voor accessoires.
Dit merkteken is het symbool van originele Canon-
videoaccessoires. Als ugebruikmaakt van Canon-
videoapparatuur, raden wij uaan om gebruik te maken
van accessoires of producten van het Canon-merk met
hetzelfde merkteken.
285
Algemene informatie
Specificaties
LEGRIA HF R68/LEGRIA HF R67/
LEGRIA HF R66/LEGRIA HF R606
— Waarden zijn bij benadering gegeven.
Systeem
Opnamesysteem
Films:
1. AVCHD-indeling, compatibel met AVCHD versie 2.0
Video: MPEG-4 AVC/H.264, Audio: Dolby Digital 2 kanalen
2. MP4-indeling
Video: MPEG-4 AVC/H.264, Audio: MPEG-4 AAC-LC (2 kanalen)
Foto's:
DCF (Design rule for Camera File system), compatibel met Exif*
versie 2.3
Beeldcompressie: JPEG
* Deze camcorder ondersteunt Exif 2.3 (ook wel 'Exif Print' genoemd). Exif Print
is een standaard voor verbetering van de communicatie tussen camcorders
en printers. Door een met Exif Print compatibele printer aan te sluiten,
gebruikt en optimaliseert ude beeldgegevens die tijdens het opnemen
met de camcorder zijn gemaakt. Hierdoor worden afdrukken van zeer
hoge kwaliteit geproduceerd.
Filmindeling: AVCHD, MP4
Opnamemedia
- H Intern geheugen: 8 GB
- SD-, SDHC (SD High Capacity)- of SDXC (SD eXtended Capacity)-
geheugenkaarten (niet bijgeleverd)
Raadpleeg de Referentietabellen (A 291) voor geschatte
opnametijden.
286
Algemene informatie
Beeldsensor
CMOS van het type 1/4.85, 3.280.000 pixels
Effectief aantal pixels:
2.070.000 pixels
(1920 x 1080)
Als geavanceerde zoom is ingeschakeld:
1920 x 1080 (groothoek) 1280 x 720 (maximale telefoto)
LCD-touchscreen
7,51 cm (3 inch), TFT-kleur, 230.000 beeldpunten
, bediening met
capacitief touchscreen
Microfoon: stereo electreet condensmicrofoon
Lens
f=2.8-89.6 mm, F/1.8-4.5, 32x optische zoom, 57x geavanceerde
zoom
35 mm-equivalent:
38,5 – 1.232 mm
32,5* – 1.853 mm
(als geavanceerde zoom is ingeschakeld)
* Alleen I: 26,9 mm als de bijgeleverde groothoekconverter
WA-H43 wordt gebruikt.
Lensconfiguratie
10 elementen in 7 groepen, 1 asferisch element
Filterdiameter: 43 mm
AF-systeem: autofocus (TTL) of handmatige scherpstelling
Minimale scherpstelafstand
1 cm bij volledige groothoek, 1 m in het gehele zoombereik
Als telemacro is ingeschakeld: 50 cm bij maximale telefoto
287
Algemene informatie
Witbalans
Automatische witbalans, aangepaste witbalans of voorkeuzewitbalans:
[Daglicht], [Lamplicht]
Minimale verlichting
0,4 lx (speciale scènestand [Weinig licht], sluitertijd ingesteld op 1/2)
4 lx (filmmodus [Programma AE], automatische lange sluitertijd [Aan],
sluitertijd ingesteld op 1/25)
Aanbevolen verlichting: meer dan 100 lx
Beeldstabilisatie
Optisch systeem (lensverschuiving) met elektronische compensatie
Grootte (resolutie) van video-opnamen
AVCHD-films:
50P, MXP, FXP: 1920 x 1080 pixels; LP: 1440 x 1080 pixels
MP4-films:
35 Mbps, 24 Mbps, 17 Mbps: 1920 x 1080 pixels;
4 Mbps: 1280 x 720 pixels
Resolutie van foto's
1920 x 1080 pixels
1280 x 720 pixels (alleen bij het opnemen van MP4-films met 4 Mbps)
Aansluitpunten
AV OUT/×-aansluitpunt
3,5 mm 4-pins mini-jack, alleen uitvoer (aansluiting met dubbele
functie, ook voor de aansluiting van een stereokoptelefoon)
Video:1 Vp-p/75 Ω asymmetrisch
Audio:–10 dBV (47 kΩ belasting)/3 kΩ of minder
USB-aansluitpunt: mini-AB, Hi-Speed USB, alleen uitvoer
HDMI OUT-aansluitpunt: HDMI mini-connector, alleen uitvoer
288
Algemene informatie
H Wi-Fi/NFC
•Wi-Fi
Standaard voor draadloze communicatie
Voldoet aan het IEEE 802.11b/g/n-protocol
Verbindingsmethoden
Wi-Fi Protected Setup (WPS), zoeken naar toegangspunten,
handmatig, koppelen via NFC (met compatibele apparaten)
Maximale snelheden voor gegevensoverdracht (theoretische
waarden)
11 Mbps (IEEE802.11b), 54 Mbps (IEEE802.11g),
150 Mbps (IEEE802.11n)
Draadloze frequentie: 2,4 GHz
Ondersteunde kanalen: 1–13
Versleutelingmethoden: WEP-64/WEP-128, TKIP/AES
NFC-standaard: voldoet aan Type B/F van NFC Forum
Voeding/overig
Voeding (nominaal)
3,6 V DC (accu), 5,3 V DC (compacte netadapter)
Stroomverbruik (MP4-films van 17 Mbps met automatische
scherpstelling, normale helderheid)
2,8 W
Gebruikstemperatuur
: 0–40 °C
•Afmetingen
[B x H x D] (zonder de handgreepriem)
53 x 58 x 116 mm
•Gewicht
(alleen camcorderbehuizing)
H 240 g, M 235 g
289
Algemene informatie
Compacte netadapter CA-110E
•Voeding: 100 - 240 V AC, 50/60 Hz
Nominale uitgangsspanning/verbruik
5,3 V DC, 1,5 A/17 VA (100 V) - 23 VA (240 V)
Gebruikstemperatuur
: 0–40 °C
Afmetingen
: 49 x 27 x 79 mm
Gewicht
: 110 g
Accu BP-718
Accutype: oplaadbare lithium-ion-accu
Nominale spanning: 3,6 V DC
Gebruikstemperatuur
: 0–40 °C
Accucapaciteit
1.840 mAh (typisch), 6,5 Wh/1.790 mAh (minimum)
Afmetingen
: 30,3 x 24,9 x 40,1 mm
Gewicht
: 42 g
290
Algemene informatie
I Groothoekconverter WA-H43
Lensconfiguratie: 2 elementen in 2 groepen
Filterdiameter: 43 mm
Afmetingen
: 64,7 x 20,0 mm (maximale diameter x breedte)
Gewicht
: 55 g
Gewicht en afmetingen zijn bij benadering gegeven. Fouten en omissies
voorbehouden.
De informatie in deze handleiding geldt vanaf januari 2015. Specificaties en
het uiterlijk kunnen zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
291
Referentietabellen
Referentietabellen
Geschatte opnametijden
1
Kan verwijzen naar een geheugenkaart of het interne geheugen (alleen
H). Het interne geheugen bevat echter muziekbestanden
en beeldbestanden (beeldmixkaders), waardoor de daadwerkelijke
opnametijden korter kunnen zijn dan de vermelde nominale waarden.
Filmindeling,
kwaliteit en
resolutie
Geheugencapaciteit
1
8 GB 16 GB 32 GB 64 GB
· 50P
(1920x1080)
35 min.
1 uur
15 min.
2 uur
30 min.
5 uur
5 min.
¸ 35 Mbps
(1920x1080)
30 min. 1 uur 2 uur 4 uur
· MXP,
¸ 24 Mbps
(1920x1080)
40 min.
1 uur
25 min.
2 uur
55 min.
5 uur
55 min.
· FXP,
¸ 17 Mbps
(1920x1080)
1 uur
2 uur
5 min.
4 uur
10 min.
8 uur
20 min.
· LP
(1440x1080)
3 uur
6 uur
5 min.
12 uur
15 min.
2
24 uur
30 min.
2
¸ 4 Mbps
(1280x720)
4 uur
20 min.
8 uur
40 min.
17 uur
20 min.
2
34 uur
45 min.
2
292
Referentietabellen
2
Een afzonderlijke scène kan 12 uur ononderbroken worden opgenomen,
daarna stopt de camcorder gedurende circa 3 seconden. Daarna wordt
de opname als aparte scène voortgezet.
Het aantal foto's dat bij benadering op een geheugenkaart van
4GB past
De getallen in de volgende tabel zijn bij benadering gegeven en variëren
al naargelang de opnameomstandigheden en het onderwerp.
* Foto's die zijn gemaakt met een video-indeling van MP4 en een videokwaliteit
van 4 Mbps.
Oplaadtijden
De oplaadtijd voor de diverse accu's in de volgende tabel is bij benadering
gegeven en varieert al naargelang de oplaadomstandigheden en de
aanvankelijke laadstatus van de accu.
Fotogrootte Aantal foto's
1920 x 1080 2.700
1280 x 720* 6.100
Oplaadomstandigheden
Accu
BP-718 BP-727
Bij gebruik van de camcorder 5 uur 35 min. 7 uur 45 min.
Bij gebruik van de optionele
acculader CG-700
3 uur 40 min. 5 uur 15 min.
293
Referentietabellen
Geschatte gebruikstijden
De opname- en afspeeltijden in de tabellen hieronder zijn bij benadering
gegeven en zijn gemeten onder de volgende omstandigheden:
- Er werd een volledig opgeladen accu gebruikt.
- Opname in FXP-modus (AVCHD-indeling) of met 17 Mbps (MP4-indeling)
op het interne geheugen (alleen H). Bij bewerkingen op de
geheugenkaart kunnen de gebruikstijden tot circa 5 minuten korter zijn.
- LCD op normale helderheid.
- Opnametijden bij normaal gebruik meten opname met herhaalde
bedieningshandelingen, zoals opname starten/stoppen en stroom
aan/uit.
De daadwerkelijke tijden variëren al naargelang de gebruikte
opnameconfiguratie en de oplaad-, opneem- of afspeelomstandigheden.
De effectieve gebruiksduur van de accu kan afnemen als uopnamen
maakt in koude omstandigheden, bij gebruik van de meer heldere
scherminstellingen, etc.
Accu
Filmindeling
(videokwaliteit)
Opname
(maximum)
Opname
(normaal
gebruik)
Afspelen
BP-718
AVCHD (FXP) 115 min. 65 min. 175 min.
MP4 (17 Mbps) 120 min. 70 min. 175 min.
BP-727
AVCHD (FXP) 175 min. 100 min. 265 min.
MP4 (17 Mbps) 190 min. 105 min. 270 min.
294
Referentietabellen
Muziekbestanden en beeldbestanden
downloaden (beeldmixkaders)
Canon biedt als download muziekbestanden aan om te gebruiken
voor achtergrondmuziek en beeldbestanden (beeldmixkaders) voor de
beeldmixfunctie. Ga naar de volgende website, klik op uw land/regio en
volg de aanwijzingen op het scherm om de bestanden te downloaden.
http://www.canon.com/icpd/
Over de muziekbestanden
Hieronder vindt ude specificaties van de muziekbestanden die compatibel
zijn met de camcorder.
Audiocodering: lineair PCM
Audiosampling: 48 kHz, 16 bits, 2 kanalen
Minimale lengte: 1 seconde
Bestandstype: WAV
H Er zijn 3 muziekbestanden vooraf geïnstalleerd in het
interne geheugen, in de volgende map.
CANON\MY_MUSIC\
Op opnamen vanaf een geheugenkaart af te spelen met
achtergrondmuziek, gebruikt uTransfer Utility LE om de
muziekbestanden vanaf uw computer over te brengen naar de volgende
map op de geheugenkaart, die de opnamen bevat.
CANON\PRIVATE\MY_MUSIC\
De camcorder kan muziekbestanden herkennen met namen
MUSIC_01.WAV tot MUSIC_99.WAV.
295
Referentietabellen
Over de beeldbestanden voor de beeldmixfunctie
Als ude beeldmixfunctie wilt gebruiken terwijl uop een geheugenkaart
opneemt, gebruikt ueen kaartlezer om de beeldbestanden vanaf uw
computer naar de volgende mappen op de geheugenkaart te kopiëren,
afhankelijk van de filmmodus die uwilt gebruiken.
Beeldmixkaders die alleen in de stand 9 kunnen worden gebruikt:
CANON\PRIVATE\MY_PICT\BABY\
Beeldmixkaders die alleen in andere standen kunnen worden gebruikt:
CANON\PRIVATE\MY_PICT\
De camcorder kan beeldbestanden herkennen met namen MIX_01.JPG
tot MIX_99.JPG.
296
Index
50P-opname ...................... 78
A
Aansluitingen met externe
apparaten ..................... 143
Accu
Accu-informatie ............... 223
Indicator resterende
capaciteit .................... 239
Opladen .......................... 28
Achtergrondmuziek....123, 127
Afspelen
Films
............................... 65
Foto's ............................. 71
Afspelen via browser* ......... 181
Afstandsbediening+
Streamen*...................... 170
Alle camcorderinstellingen
resetten
........................ 225
Audio-opnameniveau ......... 230
Automatische lange
sluitertijd.........................213
Automatische tegenlicht-
correctie.........................213
AUTO-stand........................57
AV OUT/×-
aansluitpunt ........... 142, 145
B
Baby (filmmodus) .................84
Baby-album ........................65
Beeldmix ............................99
Beeldmixkaders
(downloaden) ..................294
Beeldsnelheid....................113
Belichting .........................107
Belichtingscompensatie.......107
Bestanden vergrendelen........69
Bestandsnummering...........223
Bewaking bij afwezigheid*....174
Bewaking vanuit huis* .........171
* Alleen H.
297
Bewerkingspaneel ............. 231
Buitenland, gebruik van
de camcorder ................. 279
C
CameraAccess plus* .......... 170
Camerapantafel*................ 180
CameraWindow
(download) ..................... 152
CANON iMAGE
GATEWAY* .................... 188
Cinema (filmmodus) ............. 85
Cinematografische
filters.......................85, 136
Condens.......................... 278
Connect Station* .......156, 186
D
Datum en tijd ...................... 36
Decoratie ........................... 93
Diavoorstelling .................. 127
Dubbelopname* .................. 81
E
Externe harde schijf*........... 157
F
Facebook ................184, 188
Faders............................. 105
Filmindeling (AVCHD/MP4) .....78
Filmmodus..........................82
Filmmodusknop ...................82
Films converteren/formaat
wijzigen*.........................136
FlashAir-kaarten** ..............225
Flikkervermindering.............214
Focus ..............................109
Foto's/videosnapshotscènes
maken van een film
..........120
Foutberichten ....................251
G
Geheugen initialiseren ...........40
Geheugen opslaan* ............157
Geheugen selecteren*
voor afspelen ....................67
voor opnamen ...................80
Geheugenkaart........... 32, 273
Geluidsscènes...................115
Gezichtsdetectie ................102
Groothoek ..........................61
Groothoekconverter*** ..........63
H
Handgreepriem....................23
HDMI OUT-
aansluitpunt
........... 142, 143
* Alleen H. ** Alleen M. *** Alleen I.
298
Helderheid van het
LCD-scherm................... 217
Hoofdfuncties-menu........... 227
Hoogte/breedteverhouding
van een aangesloten TV
(TV-type)........................ 218
I
Image Stabilizer................. 214
Indexschermknop ................ 67
Intelligente IS ...................... 60
Interne
ondersteuningsbatterij
...... 274
K
Koptelefoon...................... 116
L
LCD-touchscreen ................ 43
M
Mapnaam ........................ 223
Markeringen ..................... 217
Miniatuurbeeld van een
scène wijzigen
................. 132
Movie Uploader*................ 184
Muziekbestanden
(downloaden)
.................. 294
N
Nachtscène (speciale
scènestand)
......................86
NFC (near field
communication)* ..... 173, 186
O
Onderhoud .......................278
Opnamen kopiëren naar
een geheugenkaart*..........133
Opnamen uploaden
naar internet*
.......... 184, 188
Opnamen verwijderen ...........73
Opnametijd.......................291
Opnemen
Films ...............................53
Foto's ..............................55
Opslaan van opnamen ........149
Overige instellingen,
menu's ................... 48, 210
P
P (Programma AE
filmmodus)
........................89
Pictogrammen...................232
Pieptoon ..........................222
Pieptoon uitschakelen .........222
Portret (speciale
scènestand) ......................86
* Alleen H.
299
Powered IS ...................... 229
Problemen oplossen .......... 240
R
Referentietabellen (opladen,
gebruiks- en opnametijden,
enzovoort)
...................... 291
Relay-opname* ................... 81
S
Scène (filmmodus) ............... 86
SCN (filmmodus voor
speciale scènes)
................ 86
Serienummer ...................... 25
Slow en fast motion
opnemen
......................... 90
Smart AUTO....................... 58
Sneeuw (speciale
scènestand)
...................... 86
Snijden van scènes ............ 130
Spaarstand ........................ 55
Splitsen van scènes ........... 129
Sport (speciale
scènestand)...................... 86
Spotlight (speciale
scènestand)...................... 86
Start-menu.................45, 209
Statief..............................271
Strand (speciale
scènestand) ......................86
T
Taal...................................36
Telefoto .............................61
Telemacro ........................114
Touch AE .........................108
Touch AF .........................110
Touchscreen, bediening ........43
Transfer Utility LE
(download)
......................151
Tijdlijn ..............................125
Tijdzone/zomertijd ................39
U
USB-aansluitpunt...... 142, 146
V
Videokwaliteit ......................78
Videosnapshot ......... 101, 120
Volume ..............................68
Vooropname .....................229
Vuurwerk (speciale
scènestand) ......................86
* Alleen H.
300
W
Weinig licht (speciale
scènestand)
...................... 86
Wi-Fi-functies* .................. 164
Witbalans......................... 111
Y
YouTube*.................184, 188
Z
Zelfontspanner .................. 212
Zonsondergang (speciale
scènestand)...................... 86
Zoom
Framinghulp
..................... 62
Zoomsnelheid ................. 212
Zoomtype ...................... 228
* Alleen H.
© CANON INC. 2015
Canon Europa N.V.
Bovenkerkerweg 59, 1185 XB Amstelveen, The Netherlands
www.canon-europe.comCEL-SV7YA280
Raadpleeg uw garantiekaart of ga naar www.canon-europe.com/Support voor
informatie over het dichtstbijzijnde Canon-kantoor
Dit product en de hieraan gekoppelde garantie worden in landen in Europa geleverd
door Canon Europa N.V.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260
  • Page 261 261
  • Page 262 262
  • Page 263 263
  • Page 264 264
  • Page 265 265
  • Page 266 266
  • Page 267 267
  • Page 268 268
  • Page 269 269
  • Page 270 270
  • Page 271 271
  • Page 272 272
  • Page 273 273
  • Page 274 274
  • Page 275 275
  • Page 276 276
  • Page 277 277
  • Page 278 278
  • Page 279 279
  • Page 280 280
  • Page 281 281
  • Page 282 282
  • Page 283 283
  • Page 284 284
  • Page 285 285
  • Page 286 286
  • Page 287 287
  • Page 288 288
  • Page 289 289
  • Page 290 290
  • Page 291 291
  • Page 292 292
  • Page 293 293
  • Page 294 294
  • Page 295 295
  • Page 296 296
  • Page 297 297
  • Page 298 298
  • Page 299 299
  • Page 300 300
  • Page 301 301

Canon LEGRIA HF R68 Handleiding

Categorie
Camcorders
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor