39
Installatie
AANPASSING AAN
VERSCHILLENDE
GASSOORTEN
Als er een ander type gas
wordt gebruikt dan dat op
het typeplaatje en de oranje
sticker op de kookplaat
vermeld wordt, dan moet de
kookplaat aan het nieuwe
type gas worden aangepast.
Verwijder de oranje sticker en
plak deze op het
instructieboekje dat u bij het
apparaat moet bewaren.
Gebruik drukregelaars die
geschikt zijn voor de
gasdruk die op het aparte
Productinformatieblad
wordt vermeld.
1.
De gasmondstukken
moeten worden vervangen
door de Klantenservice of
door een gekwalificeerd
monteur. Mondstukken die
niet bij het apparaat
worden geleverd, moeten
worden besteld via de
Klantenservice.
2.
Sluit de kookplaat aan op
de gaskraan door middel
van een pijp die geschikt is
voor het gebruikte type
gas, in overeenstemming
met de plaatselijk
geldende voorschriften.
3.
Stel de laagste stand van
de kranen bij.
Opmerking
: als er vloeibaar
gas (G30/G31) wordt gebruikt,
moeten de schroeven voor de
laagste stand zo ver mogelijk
worden aangehaald.
Vervangen van de
sproeiers (zie de tabel in
het bijgaande
Productinformatieblad)
1.
Roosters verwijderen
(A)
.
2.
Branders weghalen
(B)
.
3.
Schroef de sproeier die
vervangen moet worden
los met een dopsleutel van
de juiste maat
(C)
.
4.
Vervang hem door een
sproeier die geschikt is
voor het nieuwe type gas.
5.
Monteer de sproeier weer
op
(D)
.
6.
Voor modellen met een
brander met drievoudige
krans, dient u te werk te
gaan zoals op de afbeelding.
Verwijder de twee
schroeven
(F)
en daarna
de pit
(G)
, en vervang
vervolgens beide
sproeiers
(D)
zoals
eerder beschreven is.
Breng de pit
(G)
weer
aan, en ga na of de
pakking goed op zijn
plaats zit voordat u
probeert de kookplaat
te gebruiken.
Denk er voor de installatie van
de kookplaat aan dat de
sticker waarop de
gasafstelling vermeld staat, en
die bij de sproeiers geleverd
wordt, zodanig moet worden
aangebracht dat hij de
bestaande informatie omtrent
de gasafstelling bedekt.
Instelling van de laagste
stand van de kranen
1.
Om er zeker van te zijn dat
de laagste stand goed is
afgesteld, moet de knop
(E)
worden verwijderd, waarna
u als volgt te werk gaat:
aanhalen (-) voor een
lagere vlamhoogte;
losdraaien (+) voor een
hogere vlamhoogte;
De afstelling moet worden
verricht terwijl de kraan in de
laagste stand staat (kleine
vlam) .
Na de instelling moet worden
afgedicht met afdichtingswas
of soortgelijk materiaal.
2.
De primaire lucht van de
branders hoeft niet te
worden bijgesteld.
3.
Na de afstelling van de
laagste gasstand kunt u de
branders aansteken en de
knoppen van de hoogste
stand naar de laagste
stand draaien om de
stabiliteit van de vlam na
te gaan.
4nl61591a.fm5 Page 39 Friday, February 28, 2003 2:31 PM