51
NL
DAGELIJKS GEBRUIK
1. WAS IN DE MACHINE DOEN.
• Sorteer uw wasgoed volgens de aanbevelingen in de
paragraaf "HINTS en TIPS". - Maak de deur open en
doe de was in de trommel, de maximale belading
wasmachinecapaciteit die in de programmatabel
staat niet overschrijden.
• De deur sluiten, indrukken totdat het slot
hoorbaar wordt vergrendeld, en
controleren of er geen was vastzit tussen
het deurglas en de rubberen sluitband.
2. DE WATERKRAAN OPENDRAAIEN
Controleer of de was-droogmachine goed sis
aangesloten op het netsnoer. Draai de kraan open.
3. INSCHAKELEN VAN DE WAS-DROOGCOMBINATIE .
Druk op de toets ; de lamp gaat langzaam knipperen.
4. EEN PROGRAMMA KIEZEN EN EEN CYCLUS AANPASSEN.
De volgende functies zijn met dit apparaat mogelijk:
• Alleen wassen
• Wassen en drogen
• Alleen drogen
Alleen wassen
Het benodigde programma selecteren met de PROGRAMMA
keuze toets. De duur van de wascyclus wordt op het display
weergegeven. De was-droogcombinatie geeft automatisch
de mogelijke instellingen van de maximum temperatuur en
centrifugeersnelheid voor het geselecteerde programma
aan. Zo nodig de instellingen voor de temperatuur en/of
centrifugeersnelheid aanpassen met de betreende toetsen.
• De toets indrukken om geleidelijk aan langs lagere
temperatuurinstellingen te gaan, totdat op het display
"koude was ingesteld ("- -") wordt weergegeven.
• De toets indrukken om geleidelijk aan langs lagere
instellingen voor centrifugeersnelheden te gaan, totdat op
het display "centrifugeercyclus uitgeschakeld ("0") wordt
weergegeven.
Wanneer de toets opnieuw wordt ingedrukt wordt het de
hoogst mogelijke instelling gezet.
Selecteer de gevraagde opties (indien nodig).
• Drukopdetoetsomdeoptieteselecteren;de
bijbehorende toetslamp gaat branden.
• Drukopnieuwopdeknopomdeoptieteannuleren;de
lamp gaat uit.
! Wanneer de geselecteerde optie niet compatibel is met de
programma-instelling, klinkt er een foutwaarschuwingstoon
en het controlelampje knippert driemaal. De optie is niet
geselecteerd.
Wassen en drogen
Om een waslading te laten wassen en drogen zonder
onderbreking tussen de was- en droogcyclussen mag de
lading niet hoger zijn dan de maximaal toelaatbare
drooglading voor het geselecteerde programma (zie de
kolom "Max. lading voor droogcyclus" in de programmatabel).
1. Volg de instructies in de paragraaf "Alleen wassen" om het
gewenste programma te selecteren en eventueel aan te
passen.
2. indrukken om de gevraagde droogmodus te selecteren.
Er zijn twee droogmodussen beschikbaar: automatisch of
met timer.
- Automatisch drogen met selecteerbare niveaus:
In de automatische droogmodus wordt het wasgoed in de
was-droogcombinatie gedroogd totdat het ingestelde
droogniveau wordt bereikt. Door eenmaal de toets in te
drukken wordt voor het gekozen programma automatisch
het hoogste beschikbare droogniveau geselecteerd.
Opnieuw de toets indrukken om het droogniveau te
reduceren.
De volgende niveaus zijn beschikbaar:
Kastdroog : het wasgoed is helemaal droog en klaar om in
de kast te leggen, zonder strijken.
Hangdroog : het wasgoed is nog en beetje vochtig, om
kreuken te beperken. De kleding moet worden opgehangen,
om volledig aan de lucht te drogen.
Strijkdroog : de kleding is nog behoorlijk vochtig, om het
gemakkelijker te kunnen strijken.
- Timer droogmodus:
De -toets herhaaldelijk indrukken om de timer
droogmodus in te stellen. Nadat alle automatische
droogniveaus zijn doorlopen de -toets blijven indrukken,
totdat de gewenste tijd wordt weergegeven. Er kunnen
waarden van 210 tot 30 minuten worden ingesteld.
Voor het wassen van een waslading die groter is dan de
maximaal toelaatbare drooglading (zie de kolom “Max.
lading voor droogcyclus” in de programmatabel) na de
wascyclus een aantal kledingstukken verwijderen, voordat
de droogcyclus wordt gestart. Ga als volgt te werk:
1. Volg de instructies in de paragraaf "Alleen wassen" om het
gewenste programma te selecteren en eventueel aan te
passen.
2. Geen droogcyclus invoeren.
3. Wanneer de wascyclus klaar is de deur openen en een paar
kledingstukken verwijderen, om de lading te verkleinen.
Volg nu de instructies voor "Alleen drogen".
OPMERKING: na het drogen de was altijd even laten afkoelen
voordat de deur wordt geopend.
Bij gebruik van de twee vooraf ingestelde cyclussen
en hoeft er geen droogcyclus te worden geselecteerd
en gestart.
Alleen drogen
Deze functie wordt gebruikt om eenvoudig een natte
waslading te drogen die tevoren in de was-droogcombinatie
of met de hand is gewassen.
1. Selecteer een geschikt programma voor het wasgoed dat u
wilt drogen (selecteer bv. Katoen om nat katoenen wasgoed
te drogen).
2. De -toets indrukken om zonder wascyclus te drogen.
3. indrukken om de gevraagde droogmodus te selecteren.
Er zijn twee droogmodussen beschikbaar: automatisch of
met timer .
Voor meer informatie over de functies kunt u een getailleerde
handleiding aanvragen of downloaden van de website, volgens
de instructies op de laatste pagina.
WWW