Indesit IDVL 75 B (EU) Gebruikershandleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Indesit IDVL 75 B (EU) Gebruikershandleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
NL
1
Nederlands,1
NL
IDVL 75 B
Gebruiksaanwijzing
WASDROGER
! Dit symbool herinnert u eraan om deze
gebruikshandleiding te lezen.
! Houd het boekje altijd bij de hand, om het gemakkelijk te kunnen
raadplegen zovaak als nodig is.
Houd het boekje altijd dicht bij de wasdroger; als men het
apparaat verkoopt of weggeeft, moet men zich herinneren om
dit boekje ook erbij te geven, zodat de nieuwe bezitters kennis
kunnen nemen van de waarschuwingen en hints voor het gebruik
van de wasdroger.
! Lees zorgvuldig deze aanwijzingen: op de volgende pagina’s
vindt men belangrijk informatie over de installatie en nuttige wen-
ken voor de werking van het toestel.
Inhoudsopgave
Installatie, 2
Waar men de wasdroger moet installeren
Ventilatie
Electrische aansluiting
Egalisatie/Nivellering van de droger
Informatie vooraf
Waarschuwingen, 4
Algemene veiligheid
Energiebesparing en milieurespect
Zorg en onderhoud, 6
Onderbreking van de electrische voeding
Reiniging van het filter na elke cyclus
Controle van het mandje na elke cyclus
Reiniging van de wasdroger
Beschrijving van de wasdroger, 7
Voorkant
Achterkant
Bedieningspaneel
Hoe men de machine laat drogen, 9
Starten en kiezen van het programma
Programma’s en opties, 10
Tabel van de programma’s
Speciale programma’s/Sport/Gedeeltelijk
Opties
Openen van het deurtje
De Was, 13
Sorteren van de was
Wasetiketten
Bijzondere kledingsstukken
Droogtijden
Problemen en oplossingen, 14
Service, 15
Reserveonderdelen
Informatie voor het hergebruik en ontzorging
Türkçe,17
TR
2
NL
10
m
m
15 mm
15 mm
15 mm
15 mm
Installatie
Waar men de wasdroger moet
installeren
• Vlammen kunnen de
wasdroger beschadigen,
zet deze dus ver af van
kookplaten, kachels,
verwarmingen en
dergelijke.Indien het
toestel geïnstalleerd
moet worden onder een
bank, is het noodzakelijk
om een ruimte van 10
mm vrij te laten tussen het bovenste paneel van
het apparaat en andere voorwerpen hierboven,
ook moet er 15 mm vrije ruimte zijn tussen de
zijkanten van het apparaat en de wanden of
meubels ernaast. Op deze manier is men er
zeker van dat er voldoende luchtcirculatie is.
Zorg er bovendien voor dat de ruimte waarin
de droger geplaatst wordt niet vochtig is en
dat er voldoende luchtverversing is.
! Het wordt niet aangeraden om de droog-
machine in een kast te plaatsen; installeer de
machine nooit achter een deur die met een
sleutel afgesloten kan worden, achter een
schuifdeur of achter een deur waarvan de
scharnieren aan de andere kant zijn geplaatst
dan de scharnier van de droomachinedeur.
! Het apparaat moet met de achterwand
tegen een muur aan worden geïnstalleerd.
Ventilatie
Dit huishoudelijk apparaat droogt het wasgoed door koude,
schone en relatief droge lucht op te nemen, deze lucht te
verwarmen en door het wasgoed te laten stromen, dat zo zacht
gedroogd wordt. Om het drogen te vergemakkelijken, wordt
de vochtige lucht via een luchtafvoerslang aan de bovenkant
uitgestoten. Het is belangrijk dat de ruimte waarin de droger wordt
gebruikt voldoende geventileerd is, zodat de hercirculatie van
verbrandingsgassen van andere apparaten voorkomen wordt.
Mobiel ventilatiesysteem
Wanneer de droger met het mobiel ventilatiesysteem gebruikt
wordt, moet een luchtafvoerslang aangesloten worden. De
slang moet stevig op de achterste luchtafvoeropening van de
droger vastgemaakt worden (zie paragraaf Productbeschrijving).
Het wordt aanbevolen om de slang indien mogelijk aan een
afvoer in de buurt van de droger te bevestigen. Wanneer de
slang niet op een definitieve manier kan worden bevestigd, zal
de droger toch optimaal presteren door de luchtafvoerslang
door een half geopend raam te laten lopen.
! Let erop om de luchtafvoerslang niet te plaatsen in de
richting van de luchtaanvoerslang die zich aan de andere
kant van de droger bevindt.
! De luchtafvoerslang mag niet langer dan 2,4 meter zijn, en moet
vaak geschut worden om mogelijke resten wol, stof of water te
verwijderen. Zorg ervoor om niet op de slang te trappen.
Vast luchtaanvoer- en afvoersysteem
Het wordt aanbevolen om de luchtafvoerslang op één van de
luchtaanvoer- en afvoersystemen voor ramen of deuren aan te
sluiten, die verkrijgbaar zijn bij de detailhandelaar waar de droger
is aangeschaft of bij de dichtstbijzijnde onderdelenhandel.
Ventilatieopening in de muur
B
A
1. Zorg dat er ruimte overblijft
aan de kant van de muur links
van de plek waarop de droger
geïnstalleerd wordt.
2. Zorg ervoor dat de slang
zo kort en recht mogelijk is,
zodat voorkomen wordt dat
condenserend vocht in de
droger terug kan lopen.
3. Identiek moet ook de
opening in de muur recht en
afdalend zijn, zodat het doorstromen van lucht naar buiten
niet belemmerd wordt.
Plekken A en B dienen regelmatig gecontroleerd te worden
om te voorkomen dat zich wol- of stofresten vormen, met
name in het geval van veelvuldig gebruik van de droger. Het
aansluitstuk voor de luchtafvoerslang moet goed bevestigd
worden, zodat voorkomen wordt dat vochtige lucht de
ruimte binnenstroomt.
Luchtafvoeropening in het raam
De luchtopening moet direct
achter de droogmachine worden
geplaast zodat de verbinding zo
kort mogelijk is.
! Let erop om de droger
niet te ver naar achteren
te duwen: hierdoor zou de
luchtafvoerslang platgedrukt of
gevouwen kunnen worden of
zelfs kunnen losraken.
! De slang mag geen inkepingen, vernauwingen of “U
bochten hebben: deze zouden de luchtafvoer kunnen
belemmeren of het condens kunnen laten vastlopen.
Luchtaanvoer en -afvoer door middel van een
open raam
Het uiteinde van de slang moet
naar beneden gericht zijn, zodat
voorkomen wordt dat de
vochtige warme lucht in de
ruimte of in de droger
gecondenseerd wordt.
! Zorg ervoor dat de droger luchtafvoer van de droger
voldoende is, en dat het uiteinde van de luchtafvoerslang niet in
de richting van de luchtaanvoer aan de achterkant gericht is.
! Om te zorgen voor een goede werking van de droger, moet
de luchtafvoerslang altijd bevestigd worden.
! Controleer of de luchtafvoerslang en de
luchtaanvoerleidingen niet verstopt of dichtgeslibd zijn.
! Voorkom dat de droger gebruikte lucht hercirculeert.
! Oneigenlijk gebruikt van de droger kan voor brandgevaar zorgen.
! De door de droger uitgestoten lucht mag niet worden via hetzelfde
kanaal worden afgevoerd dat de door andere apparaten die gas of
andere brandstoffen verbranden uitgestoten rook afvoeren.
! De lucht niet uitladen met een afzuigsysteem of een
gekanaliseerde ventilator om te voorkomen dat de werking
van het thermische systeem wordt beinvloed waardoor
brandgevaar kan ontstaan.
Electrische aansluiting
Voordat men de steker in de electrische
contactdoos steekt moet men het volgende
controleren:
Dat uw handen droog zijn.
De steker is voorzien van een aardaansluiting.
De contactdoos moet het maximale
vermogen van de machine kunnen
verdragen, men vindt deze aanwijzing op
het typeplaatje met de technische gegevens
(zie Beschrijving van de wasdroger).
De voedingsspanning moet in het
bereik liggen, dat is aangegeven op het
typeplaatje met de technische gegevens
(zie Beschrijving van de wasdroger).
De contactdoos moet geschikt zijn voor het
type steker van de wasdroger. Anders moet
men de contactdoos of de steker vervangen.
! GEBRUIK GEEN VERLENGSNOEREN.
! De wasdroger mag niet buiten worden
geïnstalleerd, zelfs als deze afgedekt is. Het
kan inderdaad zeer gevaarlijk zijn om deze
huishoudelijke apparaten bloot te stellen aan
regen en onweer.
! Na installatie van de wasdroger moeten
de electrische kabel en de steker onder
handbereik blijven.
! De electrische kabel mag niet gevouwen of
platgedrukt worden.
! Als de te vervangen steker aan het snoer
gegoten is, moet men deze op een veilige
manier onbruikbaar maken en ontzorgen.
Laat hem dus NIET achter, anders zou
iemand hem in een contactdoos kunnen
steken en een electrische schok veroorzaken.
! De elektrische kabel moet regelmatig worden
gecontroleerd. Als de voedingskabel beschadigd
is, moet hij, teneinde gevaarlijk situaties te
voorkomen, worden vervangen, ofwel door de
fabrikant, of door de servicedienst of door een
andere gekwalificeerde monteur. (zie Service).
De nieuwe of langere electrische kabels worden
door bevoegde dealers geleverde tegen betaling.
! De fabrikant aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid indien men zich niet aan
deze regels houdt.
! In geval van twijfel over het
bovenstaande wordt men verzocht
contact op te nemen met een
gekwalificeerde electricien.
Egalisatie/Nivellering van de droger
Ten behoeve van een correcte werking moet de droger op
een plat vlak worden geïnstalleerd.
Nadat de droger op zijn definitieve plaats is geïnstalleerd,
controleren of hij waterpas staat: eerst van zijkant tot zijkant,
vervolgens van achterkant tot voorkant.
Als de droger niet waterpas staat, een stuk hout gebruiken om
de droger te ondersteunen terwijl u de twee voorwieltjes naar
boven of beneden afstelt totdat het apparaat waterpas staat.
Informatie vooraf
Heeft men de wasdroger geïnstalleerd, dan moet men hem
eerst schoonmaken (vanwege het transport), de droogtrommel
van binnen reinigen en dan pas in gebruik nemen.
NL
3
10
m
15 mm
15 mm
15 mm
15 mm
Installatie
Waar men de wasdroger moet
installeren
• Vlammen kunnen de
wasdroger beschadigen,
zet deze dus ver af van
kookplaten, kachels,
verwarmingen en
dergelijke.Indien het
toestel geïnstalleerd
moet worden onder een
bank, is het noodzakelijk
om een ruimte van 10
mm vrij te laten tussen het bovenste paneel van
het apparaat en andere voorwerpen hierboven,
ook moet er 15 mm vrije ruimte zijn tussen de
zijkanten van het apparaat en de wanden of
meubels ernaast. Op deze manier is men er
zeker van dat er voldoende luchtcirculatie is.
Zorg er bovendien voor dat de ruimte waarin
de droger geplaatst wordt niet vochtig is en
dat er voldoende luchtverversing is.
! Het wordt niet aangeraden om de droog-
machine in een kast te plaatsen; installeer de
machine nooit achter een deur die met een
sleutel afgesloten kan worden, achter een
schuifdeur of achter een deur waarvan de
scharnieren aan de andere kant zijn geplaatst
dan de scharnier van de droomachinedeur.
! Het apparaat moet met de achterwand
tegen een muur aan worden geïnstalleerd.
Ventilatie
Dit huishoudelijk apparaat droogt het wasgoed door koude,
schone en relatief droge lucht op te nemen, deze lucht te
verwarmen en door het wasgoed te laten stromen, dat zo zacht
gedroogd wordt. Om het drogen te vergemakkelijken, wordt
de vochtige lucht via een luchtafvoerslang aan de bovenkant
uitgestoten. Het is belangrijk dat de ruimte waarin de droger wordt
gebruikt voldoende geventileerd is, zodat de hercirculatie van
verbrandingsgassen van andere apparaten voorkomen wordt.
Mobiel ventilatiesysteem
Wanneer de droger met het mobiel ventilatiesysteem gebruikt
wordt, moet een luchtafvoerslang aangesloten worden. De
slang moet stevig op de achterste luchtafvoeropening van de
droger vastgemaakt worden (zie paragraaf Productbeschrijving).
Het wordt aanbevolen om de slang indien mogelijk aan een
afvoer in de buurt van de droger te bevestigen. Wanneer de
slang niet op een definitieve manier kan worden bevestigd, zal
de droger toch optimaal presteren door de luchtafvoerslang
door een half geopend raam te laten lopen.
! Let erop om de luchtafvoerslang niet te plaatsen in de
richting van de luchtaanvoerslang die zich aan de andere
kant van de droger bevindt.
! De luchtafvoerslang mag niet langer dan 2,4 meter zijn, en moet
vaak geschut worden om mogelijke resten wol, stof of water te
verwijderen. Zorg ervoor om niet op de slang te trappen.
Vast luchtaanvoer- en afvoersysteem
Het wordt aanbevolen om de luchtafvoerslang op één van de
luchtaanvoer- en afvoersystemen voor ramen of deuren aan te
sluiten, die verkrijgbaar zijn bij de detailhandelaar waar de droger
is aangeschaft of bij de dichtstbijzijnde onderdelenhandel.
Ventilatieopening in de muur
B
A
1. Zorg dat er ruimte overblijft
aan de kant van de muur links
van de plek waarop de droger
geïnstalleerd wordt.
2. Zorg ervoor dat de slang
zo kort en recht mogelijk is,
zodat voorkomen wordt dat
condenserend vocht in de
droger terug kan lopen.
3. Identiek moet ook de
opening in de muur recht en
afdalend zijn, zodat het doorstromen van lucht naar buiten
niet belemmerd wordt.
Plekken A en B dienen regelmatig gecontroleerd te worden
om te voorkomen dat zich wol- of stofresten vormen, met
name in het geval van veelvuldig gebruik van de droger. Het
aansluitstuk voor de luchtafvoerslang moet goed bevestigd
worden, zodat voorkomen wordt dat vochtige lucht de
ruimte binnenstroomt.
Luchtafvoeropening in het raam
De luchtopening moet direct
achter de droogmachine worden
geplaast zodat de verbinding zo
kort mogelijk is.
! Let erop om de droger
niet te ver naar achteren
te duwen: hierdoor zou de
luchtafvoerslang platgedrukt of
gevouwen kunnen worden of
zelfs kunnen losraken.
! De slang mag geen inkepingen, vernauwingen of “U
bochten hebben: deze zouden de luchtafvoer kunnen
belemmeren of het condens kunnen laten vastlopen.
Luchtaanvoer en -afvoer door middel van een
open raam
Het uiteinde van de slang moet
naar beneden gericht zijn, zodat
voorkomen wordt dat de
vochtige warme lucht in de
ruimte of in de droger
gecondenseerd wordt.
! Zorg ervoor dat de droger luchtafvoer van de droger
voldoende is, en dat het uiteinde van de luchtafvoerslang niet in
de richting van de luchtaanvoer aan de achterkant gericht is.
! Om te zorgen voor een goede werking van de droger, moet
de luchtafvoerslang altijd bevestigd worden.
! Controleer of de luchtafvoerslang en de
luchtaanvoerleidingen niet verstopt of dichtgeslibd zijn.
! Voorkom dat de droger gebruikte lucht hercirculeert.
! Oneigenlijk gebruikt van de droger kan voor brandgevaar zorgen.
! De door de droger uitgestoten lucht mag niet worden via hetzelfde
kanaal worden afgevoerd dat de door andere apparaten die gas of
andere brandstoffen verbranden uitgestoten rook afvoeren.
! De lucht niet uitladen met een afzuigsysteem of een
gekanaliseerde ventilator om te voorkomen dat de werking
van het thermische systeem wordt beinvloed waardoor
brandgevaar kan ontstaan.
Electrische aansluiting
Voordat men de steker in de electrische
contactdoos steekt moet men het volgende
controleren:
Dat uw handen droog zijn.
De steker is voorzien van een aardaansluiting.
De contactdoos moet het maximale
vermogen van de machine kunnen
verdragen, men vindt deze aanwijzing op
het typeplaatje met de technische gegevens
(zie Beschrijving van de wasdroger).
De voedingsspanning moet in het
bereik liggen, dat is aangegeven op het
typeplaatje met de technische gegevens
(zie Beschrijving van de wasdroger).
De contactdoos moet geschikt zijn voor het
type steker van de wasdroger. Anders moet
men de contactdoos of de steker vervangen.
! GEBRUIK GEEN VERLENGSNOEREN.
! De wasdroger mag niet buiten worden
geïnstalleerd, zelfs als deze afgedekt is. Het
kan inderdaad zeer gevaarlijk zijn om deze
huishoudelijke apparaten bloot te stellen aan
regen en onweer.
! Na installatie van de wasdroger moeten
de electrische kabel en de steker onder
handbereik blijven.
! De electrische kabel mag niet gevouwen of
platgedrukt worden.
! Als de te vervangen steker aan het snoer
gegoten is, moet men deze op een veilige
manier onbruikbaar maken en ontzorgen.
Laat hem dus NIET achter, anders zou
iemand hem in een contactdoos kunnen
steken en een electrische schok veroorzaken.
! De elektrische kabel moet regelmatig worden
gecontroleerd. Als de voedingskabel beschadigd
is, moet hij, teneinde gevaarlijk situaties te
voorkomen, worden vervangen, ofwel door de
fabrikant, of door de servicedienst of door een
andere gekwalificeerde monteur. (zie Service).
De nieuwe of langere electrische kabels worden
door bevoegde dealers geleverde tegen betaling.
! De fabrikant aanvaardt geen enkele
aansprakelijkheid indien men zich niet aan
deze regels houdt.
! In geval van twijfel over het
bovenstaande wordt men verzocht
contact op te nemen met een
gekwalificeerde electricien.
Egalisatie/Nivellering van de droger
Ten behoeve van een correcte werking moet de droger op
een plat vlak worden geïnstalleerd.
Nadat de droger op zijn definitieve plaats is geïnstalleerd,
controleren of hij waterpas staat: eerst van zijkant tot zijkant,
vervolgens van achterkant tot voorkant.
Als de droger niet waterpas staat, een stuk hout gebruiken om
de droger te ondersteunen terwijl u de twee voorwieltjes naar
boven of beneden afstelt totdat het apparaat waterpas staat.
Informatie vooraf
Heeft men de wasdroger geïnstalleerd, dan moet men hem
eerst schoonmaken (vanwege het transport), de droogtrommel
van binnen reinigen en dan pas in gebruik nemen.
4
NL
! Dit apparaat is ontworpen en uitgevoerd
volgens de geldende internationale
veiligheidsnormen. Deze aanwijzingen zijn
voor uw eigen veiligheid geschreven en
moeten aandachtig worden doorgenomen.
Algemene veiligheid
Deze droger mag niet worden gebruikt
door personen (kinderen van 8 jaar en
ouder inbegrepen) met beperkte fysieke,
gevoels- of mentale capaciteit, of zonder
ervaring of kennis, tenzij ze onder toezicht
staan of aanwijzingen ontvangen over het
gebruik van het toestel van personen die
verantwoordelijk zijn voor hun veiligheid.
Deze droger is ontwikkeld voor niet
professioneel huishoudelijk gebruik.
Raak het apparaat niet aan als u
blootsvoets bent of met natte handen of
voeten.
Schakel het apparaat los van het
elektriciteitsnet door aan de stekker zelf te
trekken en niet aan de kabel.
Doe de droger na het gebruik uit en
schakel hem los van het elektriciteitsnet.
Houd de deur dicht om te voorkomen dat
kinderen met de droger spelen.
Let goed op kinderen om te voorkomen
dat ze met de droger spelen.
Onderhoud en reiniging mogen niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder
supervisie.
Kinderen van 3 jaar of minder mogen niet
dicht bij de droger komen, tenzij onder
constant toezicht.
Het apparaat moet juist geïnstalleerd
worden en moet goed geventileerd zijn.
De luchttoevoer op de voorzijde van
de droger en de luchtroosters aan de
achterzijde mogen nooit worden bedekt
(zie Installatie).
Gebruik de droger nooit op een
vloerbedekking als de hoogte van de haren
belemmert dat er lucht wordt toegevoerd
via de onderzijde van de droger.
Controleer of de droger leeg is voordat u
hem inlaadt.
De achterzijde van de droger kan erg
heet worden: raak hem nooit aan als
het apparaat in werking is.
Gebruik de droger niet als het filter, het
waterreservoir en de Warmtepomp niet
goed op hun plaats zitten (zie Onderhoud).
Doe niet teveel wasgoed in de droger ( zie
Wasgoed voor maximaal laadvermogen).
Doe geen drijfnatte was in de droger.
Volg altijd aandachtig de was- en
drooginstructies op de etiketten van de
kledingstukken (zie Wasgoed).
Doe geen overmatig grote kledingstukken
in de droger.
Droog geen acrylvezels op hoge
temperatuur.
Schakel de droger niet uit als er nog warm
wasgoed in zit.
Reinig het filter na elk gebruik (zie
Onderhoud en verzorging).
Leeg het waterreservoir na elk gebruik (zie
Onderhoud).
Reinig regelmatig de Warmtepomp (zie
Onderhoud) .
Vermijd het ophopen van pluis rondom de
droger.
Ga niet op het bovenpaneel van de droger
staan omdat u het apparaat zou kunnen
beschadigen.
Respecteer altijd de normen en de
elektrische eigenschappen (zie Installatie) .
Koop altijd originele accessoires en
reserveonderdelen (zie Service).
Om het risico op brandontwikkeling
in uw droogautomaat te
minimaliseren, moeten de volgende
instructies in acht worden genomen:
Droog alleen artikelen in de droogautomaat
die gewassen zijn met wasmiddel en
water en die vervolgens zijn afgespoeld en
gecentrifugeerd. Het drogen van artikelen
die NIET met water zijn gewassen kan
brandgevaar opleveren.
Droog geen kleding die behandeld is met
chemische middelen.
Stop geen items in de droogautomaat
die zijn bemorst of doordrenkt met
plantaardige olie of slaolie, aangezien
dit risico’s op brandontwikkeling
teweegbrengt. Oliebevattende items
kunnen spontaan ontbranden, in
het bijzonder wanneer ze worden
blootgesteld aan hittebronnen zoals
een droogautomaat. De items worden
warm, wat een oxidatiereactie met de olie
veroorzaakt. Door oxidatie ontstaat hitte.
Als de hitte niet kan ontsnappen, kunnen
de items zo warm worden dat ze vuur
vatten. Het opeenstapelen of opbergen van
oliebevattende items kan ertoe leiden dat
de hitte niet kan ontsnappen waardoor er
een risico op brandontwikkeling ontstaat.
Als het onvermijdelijk is dat stoffen die
plantaardige olie of slaolie bevatten of die
vervuild zijn met haarverzorgingsproducten,
in een droogautomaat worden geplaatst,
moeten ze eerst worden gewassen
met extra wasmiddel – dit zal het risico
verminderen maar niet volledig elimineren.
De items mogen niet uit de droogautomaat
worden gehaald en opeengestapeld
wanneer ze nog warm zijn.
Droog geen items die voordien zijn gereinigd
in, zijn gewassen in, zijn doordrenkt met
of zijn vervuild met petrolium/benzine,
solventen voor chemische reiniging
of andere ontvlambare of explosieve
substanties. Erg ontvlambare stoffen die
vaak worden gebruikt in huishoudelijke
omgevingen, waaronder slaolie, aceton,
gedenatureerde alcohol, kerosine,
vlekverwijderaars ,terpentijn, was en
wasverwijderaars. Zorg ervoor dat deze
items zijn gewassen in warm water met een
extra hoeveelheid wasmiddel alvorens ze
worden gedroogd in de droogautomaat.
Droog geen items die schuimrubber of
gelijkaardige rubberachtige materialen
met dezelfde structuur bevatten.
Schuimrubbermaterialen kunnen, wanneer
ze worden verwarmd, vuur produceren door
spontante ontbranding.
Wasverzachter of gelijkaardige producten
mogen niet worden gebruikt in een
droogautomaat om statische elektriciteit
te voorkomen, tenzij de praktijk specifiek
wordt aanbevolen door de fabrikant van de
wasverzachter.
Droog geen ondergoed dat metalen
verstevigingen bevat, zoals beha’s met
metalen beugels. Wanneer de metalen
beugels loskomen tijdens het drogen, kan
de droogautomaat worden beschadigd.
Droog geen rubber, plastic items zoals
douchekapjes of waterdichte hoezen voor
babies, polyethyleen of papier.
Droog geen items met een rubberen
achterkant, kledij met schuimrubberen
vulkussentjes, kussens, overschoenen en
tennisschoenen met rubberen coating.
Verwijder alle voorwerpen, zoals aanstekers
en lucifers, uit de zakken.
! BELANGRIJK: stop de droger nooit voor
het einde van de droogcyclus, tenzij u alle
kledingstukken snel verwijdert en ophangt
zodat de warmte wordt verdreven.
Energiebesparing en respect voor het
milieu
Voor u de kledingstukken droogt kunt u ze beter goed
uitwringen om zoveel mogelijk water te verwijderen
(als het wasgoed uit de wasautomaat komt kunt u de
centrifuge gebruiken). Op deze manier bespaart u energie
tijdens het drogen.
Als u de droger altijd met volle lading gebruikt bespaart u
energie: enkele kledingstukken en kleine ladingen doen er
langer over om te drogen.
Reinig het filter aan het einde van elke cyclus zodat
de kosten van energie kunnen worden beperkt (zie
Onderhoud) .
Waarschuwingen
NL
5
! Dit apparaat is ontworpen en uitgevoerd
volgens de geldende internationale
veiligheidsnormen. Deze aanwijzingen zijn
voor uw eigen veiligheid geschreven en
moeten aandachtig worden doorgenomen.
Algemene veiligheid
Deze droger mag niet worden gebruikt
door personen (kinderen van 8 jaar en
ouder inbegrepen) met beperkte fysieke,
gevoels- of mentale capaciteit, of zonder
ervaring of kennis, tenzij ze onder toezicht
staan of aanwijzingen ontvangen over het
gebruik van het toestel van personen die
verantwoordelijk zijn voor hun veiligheid.
Deze droger is ontwikkeld voor niet
professioneel huishoudelijk gebruik.
Raak het apparaat niet aan als u
blootsvoets bent of met natte handen of
voeten.
Schakel het apparaat los van het
elektriciteitsnet door aan de stekker zelf te
trekken en niet aan de kabel.
Doe de droger na het gebruik uit en
schakel hem los van het elektriciteitsnet.
Houd de deur dicht om te voorkomen dat
kinderen met de droger spelen.
Let goed op kinderen om te voorkomen
dat ze met de droger spelen.
Onderhoud en reiniging mogen niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder
supervisie.
Kinderen van 3 jaar of minder mogen niet
dicht bij de droger komen, tenzij onder
constant toezicht.
Het apparaat moet juist geïnstalleerd
worden en moet goed geventileerd zijn.
De luchttoevoer op de voorzijde van
de droger en de luchtroosters aan de
achterzijde mogen nooit worden bedekt
(zie Installatie).
Gebruik de droger nooit op een
vloerbedekking als de hoogte van de haren
belemmert dat er lucht wordt toegevoerd
via de onderzijde van de droger.
Controleer of de droger leeg is voordat u
hem inlaadt.
De achterzijde van de droger kan erg
heet worden: raak hem nooit aan als
het apparaat in werking is.
Gebruik de droger niet als het filter, het
waterreservoir en de Warmtepomp niet
goed op hun plaats zitten (zie Onderhoud).
Doe niet teveel wasgoed in de droger ( zie
Wasgoed voor maximaal laadvermogen).
Doe geen drijfnatte was in de droger.
Volg altijd aandachtig de was- en
drooginstructies op de etiketten van de
kledingstukken (zie Wasgoed).
Doe geen overmatig grote kledingstukken
in de droger.
Droog geen acrylvezels op hoge
temperatuur.
Schakel de droger niet uit als er nog warm
wasgoed in zit.
Reinig het filter na elk gebruik (zie
Onderhoud en verzorging).
Leeg het waterreservoir na elk gebruik (zie
Onderhoud).
Reinig regelmatig de Warmtepomp (zie
Onderhoud) .
Vermijd het ophopen van pluis rondom de
droger.
Ga niet op het bovenpaneel van de droger
staan omdat u het apparaat zou kunnen
beschadigen.
Respecteer altijd de normen en de
elektrische eigenschappen (zie Installatie) .
Koop altijd originele accessoires en
reserveonderdelen (zie Service).
Om het risico op brandontwikkeling
in uw droogautomaat te
minimaliseren, moeten de volgende
instructies in acht worden genomen:
Droog alleen artikelen in de droogautomaat
die gewassen zijn met wasmiddel en
water en die vervolgens zijn afgespoeld en
gecentrifugeerd. Het drogen van artikelen
die NIET met water zijn gewassen kan
brandgevaar opleveren.
Droog geen kleding die behandeld is met
chemische middelen.
Stop geen items in de droogautomaat
die zijn bemorst of doordrenkt met
plantaardige olie of slaolie, aangezien
dit risico’s op brandontwikkeling
teweegbrengt. Oliebevattende items
kunnen spontaan ontbranden, in
het bijzonder wanneer ze worden
blootgesteld aan hittebronnen zoals
een droogautomaat. De items worden
warm, wat een oxidatiereactie met de olie
veroorzaakt. Door oxidatie ontstaat hitte.
Als de hitte niet kan ontsnappen, kunnen
de items zo warm worden dat ze vuur
vatten. Het opeenstapelen of opbergen van
oliebevattende items kan ertoe leiden dat
de hitte niet kan ontsnappen waardoor er
een risico op brandontwikkeling ontstaat.
Als het onvermijdelijk is dat stoffen die
plantaardige olie of slaolie bevatten of die
vervuild zijn met haarverzorgingsproducten,
in een droogautomaat worden geplaatst,
moeten ze eerst worden gewassen
met extra wasmiddel – dit zal het risico
verminderen maar niet volledig elimineren.
De items mogen niet uit de droogautomaat
worden gehaald en opeengestapeld
wanneer ze nog warm zijn.
Droog geen items die voordien zijn gereinigd
in, zijn gewassen in, zijn doordrenkt met
of zijn vervuild met petrolium/benzine,
solventen voor chemische reiniging
of andere ontvlambare of explosieve
substanties. Erg ontvlambare stoffen die
vaak worden gebruikt in huishoudelijke
omgevingen, waaronder slaolie, aceton,
gedenatureerde alcohol, kerosine,
vlekverwijderaars ,terpentijn, was en
wasverwijderaars. Zorg ervoor dat deze
items zijn gewassen in warm water met een
extra hoeveelheid wasmiddel alvorens ze
worden gedroogd in de droogautomaat.
Droog geen items die schuimrubber of
gelijkaardige rubberachtige materialen
met dezelfde structuur bevatten.
Schuimrubbermaterialen kunnen, wanneer
ze worden verwarmd, vuur produceren door
spontante ontbranding.
Wasverzachter of gelijkaardige producten
mogen niet worden gebruikt in een
droogautomaat om statische elektriciteit
te voorkomen, tenzij de praktijk specifiek
wordt aanbevolen door de fabrikant van de
wasverzachter.
Droog geen ondergoed dat metalen
verstevigingen bevat, zoals beha’s met
metalen beugels. Wanneer de metalen
beugels loskomen tijdens het drogen, kan
de droogautomaat worden beschadigd.
Droog geen rubber, plastic items zoals
douchekapjes of waterdichte hoezen voor
babies, polyethyleen of papier.
Droog geen items met een rubberen
achterkant, kledij met schuimrubberen
vulkussentjes, kussens, overschoenen en
tennisschoenen met rubberen coating.
Verwijder alle voorwerpen, zoals aanstekers
en lucifers, uit de zakken.
! BELANGRIJK: stop de droger nooit voor
het einde van de droogcyclus, tenzij u alle
kledingstukken snel verwijdert en ophangt
zodat de warmte wordt verdreven.
Energiebesparing en respect voor het
milieu
Voor u de kledingstukken droogt kunt u ze beter goed
uitwringen om zoveel mogelijk water te verwijderen
(als het wasgoed uit de wasautomaat komt kunt u de
centrifuge gebruiken). Op deze manier bespaart u energie
tijdens het drogen.
Als u de droger altijd met volle lading gebruikt bespaart u
energie: enkele kledingstukken en kleine ladingen doen er
langer over om te drogen.
Reinig het filter aan het einde van elke cyclus zodat
de kosten van energie kunnen worden beperkt (zie
Onderhoud) .
Waarschuwingen
Maximaal laadvermogen: 7 kg
6
NL
Onderbreking van de electrische
voeding
! Maak de wasdroger los van het net als deze
niet werkt of als men bezig is met de reiniging
of het onderhoud.
Reiniging van het filter na elke
cyclus
Het filter is van fundamentele betekenis bij het
drogen: het dient voor het verzamelen van de
stof, dat zich vormt tijdens het drogen.
Na afloop van de droging moet men het filter
dus reinigen door het onder stromend water
af te spoelen, of met een stofzuiger. Een
vol filter belemmert de luchtstroming in de
wasdroger met ernstige gevolgen voor: de
droogtijd en het energieverbruik.
Ook kan de wasdroger schade oplopen.
Het filter bevindt zich
vóór de afdichting
van de wasdroger
(zie afbeelding).
Verwijdering van het filter:
1. Trek het filter aan
de plastic handgreep
omhoog (zie afbeelding).
2. Reinig het filter en
zet het op de juiste
manier weer terug.
Controleer dat het filter
helemaal erin zit: het
moet opgelijnd zijn met
de afdichting van de
wasdroger.
! Gebruik de wasdroger niet zonder eerst het
filter op zijn plaats te hebben terug gezet.
Controle van het mandje na elke cyclus
Draai met de hand de trommel rond om te controleren of er
nog (kleine) stukken inzitten, zoals zakdoeken.
Reiniging van de trommel
! Voor de reiniging van de trommel mag men geen
schuurmiddelen, staalwol of schoonmaakmiddelen voor inox
gebruiken.
Anders kan er zich een gekleurd laagje op de trommel
vormen, dit kan komen door een reactie tussen water en/of
reinigingsmiddelen, zoals wasverzachter. Dit gekleurde laagje
heeft geen enkele invloed op de prestaties van de wasdroger.
Reiniging van de wasdroger
De externe metalen, rubber en plastic delen kunnen met
een vochtige doek worden schoongemaakt.
Elke 6 maanden moet men met een stofzuiger het
luchtinlaatrooster aan de voorkant en de luchtuitlaten aan
de achterkant van de wasdroger schoonmaken om stof
te verwijderen. Bovendien moet men met een stofzuiger
de stof aan de voorkant van de condensator en het filter
verwijderen.
! Gebruik geen oplosmiddelen of schuurmiddelen
! Laat de wasdroger regelmatig controleren door bevoegd
technisch personeel, zodat de veiligheid van de electrische
en mechanische onderdelen kan worden gegarandeerd (zie
Service).
Zorg en onderhoud
Deze huishoudelijke droger is Geventil.
Gemiddeld jaarlijks energieverbruik (AEc)* Kwh 1) 474.2
Energieverbruik bij volle lading: Edry-kWh 2) 4.04
Energieverbruik bij gedeeltelijke lading: Edry1/2,-kWh 2) 2.12
Stroomverbruik: off modus (Po) - Watts 0.42
Stroomverbruik: modus aan (PI)- Watts 2.24
Volle lading (Tdry) - minuten 108
Gedeeltelijke lading (Tdry1/2) - minuten 58
gemiddelde (Ct) volle en gedeeltelijke lading 3)
volle lading Cdr
gedeeltelijke lading Cdry1/2
Synthetisch: Energieverbruik bij volle lading: kWh 1.49
Synthetisch: Volle lading - minuten 49
1) Het "standaard katoenprogramma" met een volle en gedeeltelijke lading en het
"standaard katoenprogramma" met een gedeeltelijke lading zijn de standaard
programma's waarop de informatie op het etiket en op de kaart betrekking heeft.
Deze programma's zijn geschikt voor het kastdroog (0%) maken van katoenen
wasgoed en zijn de meest efficiënte programma's v.w.b. het energieverbruik. De
gedeeltelijke lading is de helft van de nominale lading.
2) Verbruik per jaar is gebaseerd op 160 droogcycli van het standaard
katoenprogramma bij volle en gedeeltelijke lading, en het verbruik bij laagstroom
modus. Daadwerkelijk energieverbruik per cyclus zal afhangen van hoe het
apparaat wordt gebruikt.
3) Gemiddeld gewicht van 3 cycli met volle lading en 4 cycli met halve lading.
V
oorschrift 932/2012.
Synthetisch: Gedeeltelijke lading N/A
Progr. Tijd - gemiddeld (Tt) volle en gedeeltelijke lading - minuten
3)
79
Condensatie efficiëntieklasse op een schaal van G (minst
efficiënt) tot A (meest efficiënt)
N/A
Gemiddelde condensatie efficiëntie - %
Luchtgedragen akoestische geluidsemissies - dB(A) re 1 pW 69.0
Energie-efficiëntieklasse op een schaal van A+++ (laag gebruilk)
tot D (hoog gebruik)
B
Deze huishoudelijke droger is een Automatisch
Duur van de 'modus aan' voor stroommanagementsysteem -
minuten
30
P
rodukt Information - Voorschrift 392/2012.
Merk
Indesit
Model
IDVL 75 B (EU)
Geschatte capaciteit voor katoenen wasgoed voor het
"standaard katoenprogramma" bij volle lading - kg
7.0
8
NL
Knop ON/OFF/Reset
De OFF positie zet de droger uit (Zie Opstarten en programmakeuze).
Handknop Programma’s
Hiermee kan men het programma kiezen: draai aan de knop totdat de indicator op het gewenste programma staat (Zie Opstarten
en programmakeuze).
Knoppen voor de opties
Maken het mogelijk om de opties te kiezen, die beschikbaar zijn voor het gekozen programma. De betreffende controlelampen gaan
aan om aan te geven dat de optie is gekozen (zie Programma’s en opties).
Knop en controlelamp START/PAUSE
Wanneer de groene controlelamp langzaam knippert, druk dan op de knop om het programma te starten. Wanneer de cyclus
is opgestart zal de controlelamp altijd aan blijven. Om het programma in pauze te zetten drukt men opnieuw op de knop; de
controlelamp wordt oranje en begint opnieuw te knipperen.
Om het programma opnieuw te starten vanaf het punt waar deze onderbroken werd, moet men opnieuw de knop indrukken (Zie
Opstarten en programmakeuze).
Controlelampen
De controlelampen geven belangrijke informatie. Ziehier wat ze betekenen:
Controlelamp Reiniging filter
Controlelamp Reiniging filter voordat men enig programma start moet men zich herinnneren dat het van fundamenteel belang is
om het filter te reinigen, elke keer dat men de wasdroger wil gebruiken (zie Onderhoud).
Lampjes “Droogfasen”
Het lampje betekent dat de droogfase aan de gang is.
Het lampje betekent dat de koelfase aan de gang is.
Het lampje END geeft het einde van het programma aan.
Lampjes voor Uitgestelde start
Als de functie “Uitgestelde Start” is geactiveerd
(zie “Programma’s en opties”) zal, nadat het programma is gestart, het controlelampje dat bij de uitgestelde start hoort gaan knippe-
ren:
Naar gelang de tijd verloopt wordt de resterende wachttijd getoond, met het knipperen van het betreffende controlelampje:
Als de geselecteerde vertraging is verlopen zal het ingestelde programma van start gaan.
NL
9
Hoe men de machine laat
drogen
Starten en kiezen van het programma
1. Steek de steker van de wasdroger in de contactdoos van de electrische voeding.
2. Kies het programma op basis van het type was (zie Was).
3. Open het deurtje en controleer dat het filter schoon is en in de goede positie zit (zie Onderhoud).
4. Doe de was in de machine en let erop dat er geen kleding tussen het deurtje en de betreffende afdichting blijft zitten. Sluit het
deurtje.
5. Zet de droogmachine aan door de knop in een andere positie te zetten dan OFF.
6. Draai aan de handknop Programma’s totdat de indicator naar het programma wijst, dat overeenkomt met het type weefsel
dat men wil drogen, controleer dit op de tabel van de programma’s (zie Programma’s en opties) en de aanwijzingen voor elk type
weefsel (zie Witte was).
! Opgelet: indien de positie van de handknop van de programma’s veranderd is na de knop START/PAUSE ingedrukt te hebben,
zal de nieuwe positie het gekozen programma NIET wijzigen. Om het programma te wijzigen drukt men op de knop START/PAUSE
om het programma in pauze te zetten. De controlelamp zal met een oranje kleure knipperen. Kies nu het nieuwe programma en de
betreffende opties.
Druk op de knop START/PAUSE om het nieuwe programma te starten.
7. Indien noodzakelijk kan men de vertraagde starttijd en de andere opties instellen (zie Programma’s en opties).
8. Om te starten drukt men op de knop START/PAUSE.
Tijdens het droogprogramma kan men de was controleren en de reeds droge kleren eruit halen terwijl men de rest verder laat dro-
gen. Na het weer sluiten van het deurtje, moet men op START/PAUSE drukken om de machine weer in bedrijf te brengen.
9. Tijdens de laatste minuten van de droogprogramma’s zal de laatste fase (KOUDE DROGING) worden opgestart, om de was af te
koelen; men moet de machine deze fase altijd laten afmaken.
10. Als het lampje END aangaat, is het programma afgelopen. Om aan te geven dat het programma is beëindigd, zult u 3 piepsi-
gnalen horen. Open het deurtje, haal de was eruit, reinig het filter en steek deze weer erin (zie Onderhoud).
Als de was niet direct na de cyclus wordt verwijderd zorgt de optie Anti-kreukel (ANTI CREASE), indien voorzien bij het gekozen
programma, ervoor dat de trommel af en toe gaat draaien gedurende 10 uur om de kreukelvorming te verminderen. De fase stopt
als de deur wordt geopend of als de knop op OFF wordt gezet.
11. Zet de programmaknop op OFF om de machine uit te zetten.
12. Haal de wasdroger van het electrische net af.
Optie Automatische Anit-kreukel
Dit is een automatische mogelijkheid waarmee een anti-kreukel behandeling wordt uitgevoerd voor en na het droogprogramma. Het
af en toe draaien van de trommel voordat de droogcyclus wordt gestart, door de optie vertraging start te kiezen, wordt de kreukel-
vorming voorkomen. Bij bepaalde programma’s draait de trommel af en toe aan het einde van de droogcyclus. De fase stopt als de
deur wordt geopend of als de knop op OFF wordt gezet.
Stand- by modus
Deze droger beschikt, in overeenkomst met de nieuwe normen betreffende de energiebesparing, over een systeem wat het
apparaat automatisch na 30 minuten uitschakelt (stand-by) indien men het niet gebruikt. Druk op de ON/OFF toets en houdt de
toets ingedrukt totdat de droger weer in werking treedt.
10
NL
Tabel van de Programma’s
Programma’s en opties
Programma
Max. la-
ding (kg)
Passende mogelijkheden Tijd cyclus*
Energy Saver
1 Eco Katoen
2 Vertraging start
60’
2 Eco Synthetisch
1 Vertraging start
30’
Katoen
3 Standaard Katoen
Max Vertraging start - Licht drogen
120'
4 Katoen Extra droog
Max Vertraging start
130'
5 Katoen Snel strijken
Max Vertraging start - Licht drogen
100'
Speciale zorg
6 Synthetisch
4 Vertraging start - Licht drogen
55'
7 Gemengd
3 Vertraging start
100'
8 Wol
1 -
50’
Sport&Vrije tijd
9 Fitness
4 Vertraging start
55’
10 Outwear
2 Vertraging start
75'
11 Jeans
3 Vertraging start
65’
Mijn eigen tijd
12 Smart 15’
1.5 Vertraging start - Licht drogen
-
13 Xpress 35’
1 Vertraging start - Licht drogen
-
14 Dagelijks 60’
2 Vertraging start - Licht drogen
-
Extra
Opfrissen
- -
10’
* N.B.: De duur van deze programma’s hangt af van de kwantiteit van de lading, het soort weefsel, de gekozen centrifugesnelheid
en van iedere extra functie die is gekozen.
Speciale programma’s/Sport/Gedeeltelijk
Energy Saver Programma’s
De Energy Saver programma’s verlagen het energieverbruik en helpen dus niet alleen het milieu, maar zorgen ook voor een lagere
energierekening!
Er zijn Energy Saver programma’s voor verschillende soorten weefsels: er is een programma voor katoenen wasgoed,, één voor
overhemden en een derde programma voor synthetische stoffen. Deze programma’s zijn ontworpen om uitstekende droogresulta-
ten voor kleine wasladingen te garanderen. De Energy Saver programma’s bieden uitstekende droogresultaten dankzij de perfecte
temperatuurregeling en de nauwkeurige vaststelling van de vochtigheid, die geoptimaliseerd zijn om met kleine wasladingen het
beste resultaat te bereiken.
Katoen
Standaard Katoen: Aan het einde van het drogen kunnen de kledingstukken direct angetrokken worden nadat ze uit de droogma-
chine zijn gehaald.
Katoen Extra droog: Uw kledingstukken worden tot op het hoogst mogelijke niveau gedroogd, zelfs hoger dan de optie Katoen
Standaard.
Katoen Snel strijken: het droogniveau van uw kledingstukken zorgt ervoor dat de tijd voor het strijken wordt verminderd.
Synthetisch
Geschikt voor het delikaat drogen van synthetische weefsels. Dit programma kan ook gebruikt worden voor delikate/ acrylische
weefsels ( 2kg) door de optie Delikaat drogen te kiezen.
NL
11
Gemengd
Dit programma is ideaal katoenen en synthetische weefsels samen te drogen.
Wolprogramma
Dit is een speciaal programma voor kledingstukken, die tegen trommeldrogers kunnen en het symbool dragen. Het programma
kan worden gebruikt voor ladingen tot 1 kg (ongeveer 3 truien). Er wordt aangeraden de kledingstukken binnenste buiten te keren
voordat men ze droogt. De met dit programma gedroogde kledingstukken kunnen normaal gesproken meteen worden aange-
trokken, maar enkele zwaardere kledingstukken hebben mogelijk enigszins vochtige randen. Laat deze op natuurlijke manier verder
drogen, als men ze terug in de wasdroger doet, kan men ze beschadigen.
Programma Fitness
Dit is een programma voor het veilig drogen van kleding zoals bijvoorbeeld gymnastiekpakken en kousen met het symbool . Het
programma kan worden gebruikt voor ladingen tot 4 kg. We raden aan om de kledingstukken binnenste buiten te keren voordat
men ze begint te drogen.
Programma Outwear
Dit programma is bestemd voor het drogen van waterafstotende weefsels en windjacks (bv. goretex, polyester, nylon). Het drogen
na het wassen heeft een weldadig effect op de kledingstukken omdat hierdoor de waterafstotende behandeling weer opgewekt
wordt.
Kan gebruikt worden voor ladingen tot aan 2 kg.
Programma Jeans
Dit is een programma voor jeans en denim katoen. Voordat jeans wordt gedroogd keer de zakken om. Geen lichte en donkere
artikelen mengen. Het programma kan ook gebruikt worden voor andere kledingstukken van hetzelfde materiaal zoals jacks/ vesten.
De kledingstukken die gedroogd worden met de instelling Extra Drogen zijn normaal gesproken klaar om aangetrokken te worden
ook al kan het zijn dat de stiksel en deranden nog iets vochtig zijn. In dit geval probeer om de jeans om binnenste buiten te keren en
het programma korte tijd nogmaals uit te voeren.
!Het wordt afgeraden om dit programma te gebruiken voor jeans met elastieke stukken, spijkers of borduurwerk.
My TiME (15’ - 35’ - 60’)
Deze programmas kunnen gebruikt worden als u de tijd en de temperatuur van het drogen zelf wilt instellen.
Smart 15’: Een perfect programma om snel het vocht uit de weefels te halen. Bij voorbeeld: badjassen, handdoeken, theedoeken,
die slechts één keer gebruikt zijn.
Xpress 35’: een snel programma op tijd, ideaal voor het drogen van kledingstukken die op hoge snelheid zijn gecentrifugeert in de
wasmachine, bijvoorbeeld overhemden die gedurende een werkweek zijn gebruikt.
Dagelijks 60’: een programma op tijd, ideaal voor het drogen van stukken die die op hoge snelheid zijn gecentrifugeert in de wa-
smachine, bijvoorbeeld; lakens verwisselen.
Opfrissen
Kort programma, geschikt voor het verfrissen van weefsels en kledingstukken met verse lucht. Het duurt ongeveer 20 minuten.
! Dit is geen droogprogramma en moet dus niet worden gebruikt met natte kleren.
Het gebruik van iedere hoeveelheid lading is toegestaan maar het het maximale resultaat wordt verkregen bij kleinere ladingen.
12
NL
Opties
Met de opties kan men het gekozen programma aanpassen aan de eigen wensen.
Uitgestelde start
Het starten van bepaalde programma’s (zie Programma’s en opties) kan worden vertraagd tot 9 uur. Druk meerdere malen op de
knop totdat men de gewenste vertraging heeft bereikt. Voordat men een vertraagde start in gaat stellen, moet men het filter schoon
is.
Child Lock
Voorkomt dat de instelling van een programma worden veranderd. Nadat het programma en de beschikbare opties zijn gekozen,
houtdt de twee keuzeknoppen 3 secondes ingedrukt (zie ”Beschrijving van de droogmachine”). Nadat de knoppen zijn ingedrukt
hoort u een lange pieptoon en de leds van de keuzetoetsen knipperen twee keer langzaam. Vervolgesn blijven de keuzeleds, die
vooraf zijn gekozen, aanstaan maar kunnen niet meer veranderd worden.
Als wordt geprobeert om de instellingen te veranderen terwijl de KEY LOCK is ingesteld; geluidsignalen (drie korte pieptonen) en
lichtsignalen (leds knipperen 3 keer snel) geven aan dat het niet mogelijk is om het programma of de keuzes die in werking zijn te
veranderen.
Om de optie KEY LOCK uit te zetten, houdt de keuzetoetsen drie secondes ingedrukt. De KEY LOCK kan gekozen worden bij alle
programma’s .
De positie OFF zet de droogmachine uit.
Delikaat drogen
Delikaat drogen een optie die uitgedacht is voor het drogen van de meeste delikate stukken .
Door op deze knop te drukken gaat de overeenkomstige verklikker branden en het drogen wordt uitgevoerd op lagere
temperaturen.
Door de functie “Delikaat drogen” in te stellen wordt de duur van de droogcyclus verlengd.
! Niet alle opties zijn beschikbaar voor alle programma’s (zie Programma’s en opties).
Openen van het deurtje
Opent men tijdens een programma het deurtje (of men drukt op de knop START/PAUSE) dan zal de droger tot stilstand komen en:
• het lampje START/PAUSE met oranje kleur knipperen.
• La spia AVVIO/PAUSA lampeggia di colore arancione.
• Tijdens het Uitgestelde starten zal de timer door blijven tellen. Men moet op de knop START/PAUSE drukken om het vertraagde
programma weer opnieuw te laten beginnen. Een van de lampjes van de “Vertraagde start” knippert om de huidige instelling van de
vertraging aan te geven.
• Als de automatische fase anti-kreukel aangaat aan het einde van de cylcus, betekent dit dat het droogprogramma is beëindigd.
De controlelampen voor de voortgang geven de huidige fase aan terwijl de controlelamp START/PAUSE ophoudt met knipperen en
groen wordt.
• Tijdens de antikreukel-fase na het drogen zal het programma eindigen. Drukt men op de knop START/PAUSE, dan zal een nieuw
programma vanaf het begin worden gestart.
• Draait men aan de handknop van de programma’s, dan zal men een nieuw programma kiezen en de controlelamp START/PAUSE
met groene kleur knipperen. Men kan deze procedure gebruiken voor het kiezen van het programma Koud drogen, om de kle-
dingstukken af te koelen als men vindt dat ze droog genoeg zijn.
Druk op de knop START/PAUSE om het nieuwe programma te starten.
Opmerking: In het geval van een stroomstoring, de stroom uitschakelen of de stekker verwijderen. Door de knop op het gewenste
programma te draaien gaat de droogmachine aan (om het programma te starten druk op de START/PAUSA). De positie OFF zet
de droogmachine uit.
NL
13
Sorteren van de was
Controleer de symbolen op de etiketten van alle kle-
dingstukken om te zien of ze met de trommel gedroogd
mogen worden.
• Sorteer de was afhankelijk van het type weefsel.
• Haal alles uit de zakken en controleer de knopen.
• Sluit ritsen en haakjes, en maak riemen en lussen vast
zonder ze aan te trekken.
• Wring de kledingstukken uit om zoveel mogelijk water eruit
te verwijderen.
! Vul de droger niet met drijfnatte kledingstukken.
Maximale afmetingen van de lading
Laadt de droogtrommel niet meer dan is toegestaan.
De volgende waarden hebben betrekking op het gewicht van
de droge kledingstukken:
Natuurlijke weefsels: maximaal kg
Syntetische weefsels: maximaal kg
! Om een daling van de prestaties te vermijden moet men
niet teveel in de
wasdroger stoppen.
Wasetiketten
Controleer de wasetiketten, vooral als de kledingstukken
voor het eerst in de
wasdroger worden gedaan. Hieronder
worden de meest voorkomende symbolen gegeven:
Mag in de wasdroger.
Kan niet in de wasdroger worden gedroogd
Drogen bij hoge temperatuur.
Drogen bij lage temperatuur.
Droogtijden
De tijden zijn bij benadering aangegeven en kunnen varieren
afhankelijk van:
• Hoeveelheid water in de was na de centrifuge: handdoeken
en delicate was bevat nog veel water.
• Weefsels: kledingsstukken met hetzelfde weefsel maar met
andere weefpatronen en dikte kan een andere droogtijd
hebben.
• Hoeveelheid was: afzonderlijke kledingsstukken en kleine
ladingen kunnen meer droogtijd nodig hebben.
• Droogte: als de kledingsstukken nog gestreken moeten wor-
den kunnen ze eerder uit de machine worden gehaald, als ze
nog wat vochtig zijn. De kledingsstukken die helemaal droog
moeten zijn kunnen daarentegen langer in de machine blijven.
• Ingestelde temperatuur
• Temperatuur van de kamer: hoe lager de temperatuur van
de kamer is waarin de wasdroger staat, hoe langer men op
droge kleding moet wachten.
• Volume: enkele omvangrijke kledingsstukken hebben veel
aandacht nodig bij het droogproces. We raden aan om deze
uit de machine te halen, te schudden en opnieuw in de dro-
ger te stoppen: doe dit herhaaldelijk tijdens de droogcyclus.
! Droog de kledingsstukken niet te veel.
Alle weefsels hebben een natuurlijke vochtigheid, die ervoor
dient om de zachtheid en de luchtigheid ervan te handhaven.
De gegeven tijden hebben betrekking op de automatische
programma’s. De gewichten hebben betrekking op droge
kledingsstukken.
De was
7
4
Tijden voor de automatische droging
Katoen
Droogtijd na een wascyclus op 800-1000 toeren per minuut met een vochtigheidsgraad aan het begi van 60%
1 kg
2 kg 3 kg 4 kg 5 kg 6 kg 7 kg
20 - 30 minutes
35 - 45 minutes 45 - 60 minutes 60 - 70 minutes 70 - 80 minutes
80 - 100
minutes
90 - 120
minutes
Syntetisch
Delikaat drogen
Droogtijd na een wascyclus op een lagere snelheid met een vochtigheidsgraad aan het begi van 40%
1 kg
2 kg 3 kg 4 kg
20 - 40 minutes 30 - 50 minutes 40 - 70 minutes 55 - 90 minutes
14
NL
Problemen
en oplossingen
Waarschijnlijke oorzaken / oplossingen:
De steker zit niet goed in de contactdoos en maakt geen contact.
De spanning is uitgevallen.
De zekering is doorgebrand. Probeer een ander toestel op dezelfde contactdoos
aan te sluiten.
Indien men een verlengsnoer gebruikt kan men proberen om de wasdroger meteen
in de contactdoos te steken.
Het deurtje zit niet goed dicht
Het programma is niet op de juiste manier ingesteld (zie Hoe men de was droogt).
Niet goed gedrukt op de knop START/PAUSE (zie Hoe men de was droogt).
Men heeft een vertraging ingesteld (zie Programma’s en opties).
Men heeft gedrukt op START/PAUSE; vóór de start van de wasdroger is er een
korte vertraging. Wacht tot het drogen begint, druk niet opnieuw op START/PAUSE:
anders gaat de wasdroger in pauze en zal niet beginnen met drogen.
Het filter werd niet schoon gemaakt (zie Onderhoud).
De ingestelde temperatuur is niet geschikt voor het type te drogen weefsel (zie
Programma’s en opties).
Men heeft niet de juiste droogtijd gekozen voor deze was (zie Was).
De luchtinlaat of de luchtuitlaten achter zijn verstopt (zie Installatie en Onderhoud).
De buigzame luchtafvoerslang zou verstopt kunnen zijn (zie Installatie).
De luchtaanvoer zou verstopt kunnen zijn.
De schoep voor vaste ventilatie, die zicht voor tijdelijke ventilatie op de afdichting
bevindt, zou verstopt kunnen zijn (zie Installatie).
De kleding is te nat (zie Was).
Er zit teveel was in de wasdroger (zie Was).
! Vanwege de veiligheid hebben de droogprogramma’s een maximale tijdsduur van 4
uur.. Indien een automatisch programma niet de gevraagde vochtigheid detecteert
binnen deze tijd, zal het toch ermee ophouden. Controleer de boven aangegeven
punten en herhaal het programma; als de kleding toch nog vochtig is neem dan
contact op met het servicecentrum (zie Service).
Het komt vooral voor als de droger voor een bepaalde tijd niet is gebruikt. Indien
het lawaai tijdens het drogen niet vermindert, moet men contact opnemen met het
servicecentrum.
De droger is in de standby-modus gegaan om energie te besparen. Dit gebeurt als u
de droger aangelaten heft of als er een stroomstoring geweest is. Dit gebeurt na 30
minuten.
- Als u de droger achterlaat zonder een programma te starten;
- nadat een droogprogramma geëindigd is.
Door de knop op het gewenste programma te draaien begint de droogmachine weer te
werken (om het programma te starten druk op START/PAUZE). De positie OFF zet de
droogmachine uit.
In het geval dat men de indruk heeft dat de wasdroger niet goed werkt, moet men, voordat men naar het servicecentrum belt,
(zie Service) zorgvuldig de volgende hints raadplegen voor het zelf oplossen van problemen.
Probleem:
De wasdroger start niet.
De droogcyclus start niet.
Er zijn lange droogtijden.
Het programma stopt maar de
kledingsstukken zijn vochtiger dan
verwacht.
De wasdroger maakt lawaai tijdens de
eerste minuten.
Hoewel de droger ingeschakeld is,
zijn de lampjes van het bedieningspa-
neel van de droger uit.
NL
15
Voordat men het servicecentrum belt:
• Volg de leidraad voor het oplossen van de problemen om
te kijken of men het zelf kan oplossen (zie Problemen en
oplossingen).
• Anders moet men de wasdroger uitzetten en het
dichtstbijzijnde servicecentrum bellen.
Gegevens, die men moet melden aan het servicecen-
trum:
• Naam, adres, en postcode;
• telefoonnummer;
• het type defect;
• de datum van de aanschaf;
• het model van het apparaat (Mod.);
• het serienummer (S/N) van de wasdroger.
Deze informatie vindt men op het gegevensetiket achter het
kijkglas.
Reserveonderdelen
Deze droger is een complexe machine. Als men haar zelf
probeert te repareren of hiervoor niet gekwalificeerd perso-
neel voor inroept, riskeert men de veiligheid van personen,
schade aan de machine en het vervallen van de garantie op
reserveonderdelen.
In geval van problemen met deze machine moet men altijd
contact opnemen met een bevoegde technicus.
Service
Dit toestel is in overeenstemming met de volgende CE richtlijnen:
- 2006/95/CE (Bepalingen voor laagspanning);
- 2044/108/CE (Electromagnetische compatibiliteit).
Informatie betreffende recycling en afvalverwijdering
Met het oog op onze constante inzet het milieu te sparen behouden wij ons het recht voor gerecyclede kwaliteitsmaterialen te ge-
bruiken teneinde de kosten voor de eindgebruiker te beperken en een verspilling van materialen tot het minimum terug te dringen.
Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: volg de plaatselijke normen zodat het verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden.
Om het risico van ongelukken met kinderen te vermijden verwijdert u de deur en de stekker en snijdt u het snoer vlakbij het appa-
raat door. Verwijder deze delen op afzonderlijke wijze om u ervan te verzekeren dat het apparaat niet meer aan een stopcontact
kan worden bevestigd.
Het verwijderen van oude huishoudelijke apparatuur
De Europese richtlijn 2012/19/EG betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (AEEA) voorziet dat hui-
shoudelijke apparatuur niet met het normale afval kan worden meegegeven. De afgedankte apparatuur moet apart worden
opgehaald om het wedergebruik van materialen waarvan hij is gemaakt te optimaliseren en om potentiële schade aan de
gezondheid en het milieu te voorkomen.
Het symbool van de afvalemmer met een kruis staat op elk product, om aan te geven dat het apart moet worden weggegooid.
Voor verdere informatie betreffende het correcte verwijderen van huishoudelijke apparatuur kunnen de gebruikers zich wenden tot
de gemeentelijke reinigingsdienst of de verkoper.
/