16
Invriezen en diepgevroren opslaan
In uw koelapparaat kunt u diepvriesproducten bewaren en verse leven-
smiddelen zelf invriezen.
Attentie!
• Voor het invriezen van levensmiddelen dient de temperatuur in de vrie-
sruimte –18 °C of lager te zijn.
• Let op het op het typeplaatje aangegeven vriesvermogen. Het vries-ver-
mogen is de maximale hoeveelheid verse waren die binnen 24 uur inge-
vroren kunnen worden. Als er gedurende meerdere dagen achter elkaar
ingevroren wordt, neem dan slechts 2/3 tot 3/4 van de hoeveelheid aan-
gegeven op het typeplaatje. De kwaliteit is beter, als de levensmiddelen
snel tot in de kern bevriezen.
• Warme levensmiddelen voor het invriezen laten afkoelen. De warmte leidt
tot verhoogde ijsvorming en verhoogt het energieverbruik.
• Bij het bewaren van kantenklare diepvriesproducten dient u zich beslist
aan de door de fabrikant opgegeven bewaartijd te houden.
• Eenmaal ontdooide levensmiddelen zonder verdere verwerking (berei-
den tot panklare gerechten) in geen geval een tweede keer invriezen.
• Containers met brandbare gassen of vloeistoffen kunnen lek raken door
de inwerking van koude. Explosiegevaar! Leg geen containers met brand-
bare stoffen zoals bijv. spraybussen, aanstekers, navullingen van aan-
stekers etc. in het vriesapparaat.
• Flessen en blikken mogen niet in de vriesruimte. Ze kunnen springen als
de inhoud bevriest – bij koolzuurhoudende inhoud zelfs exploderen! Leg
nooit limonades, sappen, bier, wijn, champagne etc. in de vriesruimte. Uit-
zondering: sterke drank met een zeer hoog alcoholpercentage kan in de
vriesruimte gelegd worden.
• Alle levensmiddelen voor het invriezen luchtdicht verpakken, zodat ze
niet uitdrogen, de smaak niet verloren gaat en de smaak niet op andere
diepvriesproducten overgebracht wordt.
Voorzichtig! Diepvriesartikelen niet met natte handen aanraken. De handen
kunnen daaraan vast vriezen.
1. De verpakte levensmiddelen in de laden leggen. De in te vriezen levensmid-
delen in de bovenste lade van het apparaat plaatsen. Niet-bevroren artike-
len mogen niet in aanraking komen met reeds bevroren waren omdat
anders de bevroren artikelen kunnen ontdooien.
33
C - E. Temperature setting buttons
The temperature can be adjusted between +2°C and +8°C.
By pressing the button (C or E), the current temperature setting flashes on
the indicator. It is possible to modify the setting temperature only with fla-
shed indicator. To set a warmer temperature, press button (C). To set a col-
der temperature, press button (E). The indicator display the newly selected-
temperature for a few seconds and then shows again the inside compart-
ment temperature.
Attention!
During the stability period by the first starting the temperature displayed
can not correspond to the setting temperature. During this time it is possi-
ble that the temperature displayed is lower than the setting temperature.
D. Temperature indicator
During normal functioning the indicator shows the temperature inside the
fridge.
Attention!
Difference between the temperature displayed and temperature setting is
normal. Especially when:
- a new setting has recently been selected
- the door has been left open for a long time
- warm food has been placed in the compartment
F. Super cooling pilot light
G. Super cooling button
The maximum performance is obtained by setting the supercooling func-
tion. It’s recommended when loading large quantities of food.
Press the supercooling button (G).The relevant pilot light (F) switches on.
The internal temperature goes down to +2°C.
After about 6 hours the supercooling function switches off automatically.
Starting up and temperature regulation
Insert the plug in the power socket. Press the button ON/OFF (B). The frid-
ge is switched on.