Indesit PIM 750 AS (IX) Gebruikershandleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Deutsch
Bedienungsanleitung
KOCHMULDE
Nederlands
Gebruiksaanwijzing
KOOKPLAAT
Dansk
Brugervejledning
KOGEFLADE
Inhaltsverzeichnis
Bedienungsanleitung,2
Hinweise,6
Kundendienst,10
Beschreibung Ihres Gerätes,13
Installation,52
Inbetriebsetzung und Gebrauch,57
Vorsichtsmaßregeln und Hinweise,58
Reinigung und Pege,58
Störungen und Abhilfe,59
Inhoud
Gebruiksaanwijzing,2
Belangrijk,6
Service,10
Beschrijving van het apparaat,14
Het installeren,60
Starten en gebruik,65
Voorzorgsmaatregelen en advies,66
Onderhoud en verzorging,66
Storingen en oplossingen,67
Oversigt
Brugervejledning,2
Advarsler,7
Servicecenter,10
Beskrivelse af apparatet,14
Installation,68
Start og brug,72
Forskrifter og råd,72
Vedligeholdelse,73
Problemløsning,73
10
Assistência
Comunique:
o modelo da máquina (Mod.)
o número de série (S/N)
Estas últimas informações encontram-se na placa de
identicação situada no aparelho e/ou na embalagem.
Kundendienst
Geben Sie bitte Folgendes an:
das Gerätemodell (Mod.)
die Modellnummer (S/N).
Letztere Informationen nden Sie auf dem Typenschild,
das sich auf dem Gerät und/oder der Verpackung bendet.
Service
U moet doorgeven:
het type storing
het model apparaat (Mod.)
het serienummer (S/N)
Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje links onderin
het koelgedeelte.
Servicecenter
Man skal oplyse:
Fejlens art
Apparatets model (Mod.)
Serienummer (S/N)
Disse oplysninger ndes skiltet inden i køleskabet
nederst til venstre.
14
Beschrijving van het apparaat
Algemeen aanzicht
1 Roosters voor PANNEN
2 GASBRANDERS
3 ELEKTRISCHE KOOKPLAAT*
4 Controlelampje WERKING ELEKTRISCHE KOOKPLAAT*
5 Knoppen voor het regelen van de GASBRANDERS
6 Knoppen voor het regelen van de ELEKTRISCHE
KOOKPLAAT*
7 Bougie voor ontsteking van de GASBRANDERS*
8 VEILIGHEIDSMECHANISME*
ELEKTRISCHE PLATEN kunnen verschillende
diameters en vermogen hebben: “normaal” of “snel”, dit
laatste type platen herkent u door de aanwezigheid van
een rode stip in het midden.
Controlelampje WERKING ELEKTRISCHE PLAAT:
gaat aan als de knop niet op de stand ‘uit’ staat.
GASBRANDERS hebben verschillende afmetingen en
vermogen. Kies de brander die het best overeenkomt
met de diameter van de pan die u wilt gebruiken.
Knoppen van de GASBRANDERS en van de
ELEKTRISCHE KOOKPLAAT* voor het regelen van
de vlam of van het vermogen.
• Bougie voor het ontsteken van de GASBRANDERS*: zorgt
voor een automatische ontsteking van de gekozen brander.
VEILIGHEIDSMECHANISME* zorgt ervoor dat de gastoevoer
wordt onderbroken als de vlam per ongeluk uitgaat.
* Slechts op enkele modellen aanwezig.
Beskrivelse af apparatet
Komplet oversigt
1 Støtteriste til GRYDER OG PANDER
2 GASBLUS
3 ELPLADE*
4 Kontrollampe for FUNKTION AF ELPLADEN*
5 Betjeningsknapper til GASBLUS
6 Betjeningsknapper til ELPLADEN*
7 Tændingsgnist for GASBLUS*
8 SIKKERHEDSANORDNINGER*
EL-PLADERNE kan være udformet i forskellig diameter
og med forskellig effekt: “normale” plader eller “lyn”-
plader, sidstnævnte er kendetegnet af en rød cirkel i
midten.
• Kontrollampen for EL-PLADENS FUNKTION tænder,
når knappen drejes i enhver anden stilling end slukket
GASBLUSSENE har forskellig størrelse og effekt. Vælg
det mest egnede gasblus til diameteren den gryde/
pande, der skal anvendes.
Betjeningsknapper til GASBLUSSENE og EL-
PLADERNE* til indstilling af amme eller effekt.
• Tændingsgnisten til GASBLUSSENE* tænder automatisk
det valgte gasblus.
SIKKERHEDSANORDNINGEN* i tilfælde af utilsigtet
tænding af ammen slukker for gastilførslen.
* Kun til stede på nogle modeller.
8
7
1
3
4 6
2 2
5 5
60
NL
DE
Het installeren
! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele verdere
raadpleging. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt,
of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij het apparaat
te bewaren zodat alle nodige informatie voorhanden blijft.
! Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er
staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik en
veiligheid.
De apparaten zijn gebruiksklaar gemaakt in de fabriek voor
de functies (zie typeplaatje en plaatje van de gas instelling
van het apparaat) :
Natuurlijk gas Categorie II2E+3+ voor Belgie;
Natuurlijk gas Categorie I2L voor Nederland.
Het is dus niet nodig verdere regelingen uit te voeren.
Plaatsing
! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen
en dient daarom te worden weggegooid volgens de
geldende normen voor gescheiden afvalverzameling ( zie
Voorzorgsmaatregelen en advies).
! De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde
installateur en volgens de instructies van de fabrikant. Een
verkeerde installatie kan schade berokkenen aan personen,
dieren of dingen.
! dit apparaat mag alleen geïnstalleerd worden en
funktioneren in goed geventileerde vertrekken volgens de
voorschriften van de van kracht zijnde Normen:
NBN D51-003 e NBN D51-001 (voor België);
NEN-1078 (voor Nederland).
De volgende eisen moeten in acht genomen worden:
Het vertrek moet voor de verbrandingsrook over
een afvoersysteem naar buiten toe beschikken. Dit
kan gebeuren door middel van een afzuigkap of een
elektrische ventilator die automatisch aangaan elke keer
als het apparaat wordt aangezet.
In het gevaal van een schoorsteen of vertakte
rookleiding (gereserveerd voor fornuizen)
Rechtstreeks
naar buiten
Het vertrek moet een luchttoevoersysteem hebben dat
dient voor de normale verbranding van het gas. De
luchttoevoer die nodig is voor een normale verbranding
moet niet minder dan 2 m
3
/h zijn per kW geïnstalleerd
vermogen.
Dit systeem kan worden uitgevoerd
door lucht direct van buiten te
onttrekken door middel van een
buis met een doorsnede van
minstens 100 cm
2
en die zodanig
is geplaatst dat hij niet per ongeluk
verstopt kan raken.
Een andere manier is door op
indirecte wijze lucht te onttrekken
aan de aangrenzende vertrekken die
door middel van een ventilatiebuis,
zoals boven beschreven, met
buiten zijn verbonden en die geen
gemeenschappelijke delen zijn van
het huis en ook geen ruimtes met
hoog brandgevaar of slaapkamers.
(voor België) De gassen van vloeibaar gemaakte
gasmengsels (LPG) zijn zwaarder dan lucht en blijven
laag hangen. Om deze reden moeten vertrekken waar
LPG-essen staan laag geplaatste ontluchtingsopeningen
hebben voor het afvoeren van eventueel ontsnapt gas.
Lege of halfvolle LPG-essen mogen dus niet worden
geïnstalleerd of bewaard in vertrekken die lager liggen
dan de vloer (kelders, enz.). Het is beter alleen de in
gebruik zijnde es in het vertrek te bewaren, zodanig
geplaatst dat hij niet in rechtstreeks contact staat met
warmtebronnen (oven, open haard, kachel, enz.) die
hem tot temperaturen van meer dan 50°C zouden kunnen
brengen.
Inbouw
Voor een juiste installatie van de kookplaat moeten de
volgende voorzorgsmaatregelen in acht worden genomen:
De meubels die direct naast de kookplaat staan en
hierboven uitsteken, moeten op minstens 600 mm van
de rand van de plaat staan.
Een afzuigkap moet worden geïnstalleerd volgens de
voorschriften die u kunt vinden in het instructieboekje
van de afzuigkap zelf en in ieder geval op een afstand
van minstens 650 mm.
Hang de keukenkastjes naast de kap op een minimum
hoogte van 420 mm van het keukenblad (zie afbeelding).
Als de kookplaat onder een
keukenkastje wordt geplaatst,
moet deze zich op een afstand
van minstens 700 mm van
het keukenblad bevinden (zie
afbeelding).
De opening van het meubel moet de afmetingen hebben
die in de afbeelding zijn aangegeven.
A
Voorbeelden
ventilatie-opening
voor verbrandingslucht
Verhoging van de spleet
tussen deur en vloer
Aangrenzend
vertrek
Te ventileren
vertrek
600mm min.
420mm min.
650mm min.
NL
DE
61
De bevestigingsklemmen maken een bevestiging
mogelijk van de kookplaat aan een keukenblad van
tussen de 20 en 40 mm dik. Voor een goede bevestiging
raden wij u aan alle bijgeleverde haken te gebruiken.
555 mm
55 mm
475 mm
Schema voor de bevestiging van de haken
Stand haak voor Stand haak voor
keukenblad H=20mm keukenblad H=30mm
Voor
Stand haak voor Achter
keukenblad H=40mm
! Gebruik de haken die u vindt in de “toebehorenverpakking”
Als de kookplaat niet boven een inbouwoven wordt
geïnstalleerd, moet u een houten isolatieplank aanbrengen.
Deze moet op een minimum afstand van 20 mm van de
onderkant van de kookplaat worden geplaatst.
Ventilatie
Om een goede ventilatie te bereiken moet u de achterkant
van het meubel verwijderen. Het verdient de voorkeur de
oven op twee houten balken te plaatsen, of eventueel op
een enkele plank die een opening heeft van tenminste 45
x 560 mm (zie afbeeldingen).
560 mm.
45 mm.
Als de kookplaat wordt geïnstalleerd boven een inbouwoven
die niet beschikt over een afkoelmechanisme met ventilator,
moet de nodige ventilatie binnen het meubel worden bereikt
door het creëren van openingen voor de toe- en afvoer van
de lucht. (zie afbeeldingen).
Elektrische aansluiting
De kookplaten met driepolige voedingskabel werken met de
wisselstroom, spanning en frequentie die aangegeven zijn
op het typeplaatje (aan de onderkant van de kookplaat). De
aarding van de kabel wordt aangegeven door de kleuren
geel-groen. Als het fornuis wordt geïnstalleerd boven een
inbouwoven moeten de elektrische aansluitingen van fornuis en
oven apart worden uitgevoerd, zowel voor veiligheidsredenen
als voor het eventueel makkelijker verwijderen van de oven.
Het aansluiten van de voedingskabel aan het elektrische
net
Gebruik voor de voedingskabel een stekker die
genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het
typeplaatje.
Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt
aangesloten moet u tussen het apparaat en het net een
meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand
tussen de contacten van minstens 3mm, aangepast aan
het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende
normen (de aarding mag niet worden onderbroken door
de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig worden
geplaatst dat hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C
hoger dan de kamertemperatuur.
! De installateur is verantwoordelijk voor een correcte
elektrische aansluiting en het in acht nemen van de
veiligheidsnormen.
Voor het aansluiten moet u controleren dat:
het stopcontact geaard is en voldoet aan de geldende
normen;
het stopcontact in staat is het maximale vermogen
van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op het
typeplaatje;
de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan
aangegeven op het typeplaatje;
het stopcontact en de stekker overeenkomen. Als
dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het
stopcontact te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren
of dubbelstekkers.
! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is moeten het snoer
en het stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn.
62
NL
DE
! De kabel mag niet worden gebogen of samengedrukt.
! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag
alleen door erkende monteurs worden vervangen (zie Service).
! De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden
gesteld als deze normen niet worden nageleefd.
Gasaansluiting
De aansluiting van het apparaat aan de gasbuizen moet
worden uitgevoerd zoals voorgeschreven door de geldende
normen, en nadat men er zeker van is dat het fornuis is
ingesteld voor het type gas dat men gaat gebruiken. In
het omgekeerde geval (voor België) gaat u te werk zoals
beschreven in de paragraaf “Aanpassing aan verschillende
types gas”.
Om het apparaat aan de gasbuizen
aan te sluiten (II2E+3+ voor Belgie
en I2L voor Nederland), dient men
eerst de verbinder te monteren.”R
(Deze is op aanvraag verkrijgbaar
bij de technische-service-dienst
Ariston) Tevens dient men zijn
pakking op de verbinder “G”,die
er uit ziet als een “L” , van de
voedings-struktuur te monteren. De verbinder is gedraad:
rond mannelijk 1/2 gas.
De aansluiting voert men uit met behulp van:
- een onbuigbare buis (voor Belgie volgens de normen
NBN D51-003)
- of met een exibile buis van roestvrij staal die in de muur
zit en voortzet met bedradingsverbinder.
Daarbij dient het apparaat uitgerust te zijn van een
gaskraantje (voor Belgie A.G.B.) die gemakkelijk draaibaar
dient te zijn. Voor Nederland dient dit gaskraantje aan de
huidige Nationale Normen te voldoen.
Aansluiting met onbuigzame buis (koper of staal)
! De aansluiting aan de gasleiding moet zodanig worden
uitgevoerd dat het apparaat niet beweegt.
Op de voedingsstructuur van het apparaat bevindt zich een
“L”-vormig, richtbaar verbindingsstuk waarvan de afdichting
is verzekerd door een pakking. Als het verbindingsstuk
gedraaid moet worden is het absoluut noodzakelijk de
pakking te vervangen (bij het apparaat geleverd). Het
verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het
fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische
schroefbout.
Aansluiting met een roestvrije stalen exibele buis aan
een onafgebroken wand voorzien van aanhechtingen
met schroefdraad.
Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het
fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische
schroefbout.
De in werking stelling van deze buizen moet zodanig
worden bewerkstelligd dat hun lengte in uitgerolde toestand
niet meer dan 2000 mm is. Nadat de aansluiting heeft
plaatsgevonden moet u controleren dat de exibele metalen
buis niet in contact komt met de beweegbare delen of dat
hij vastgekneld raakt.
L
G
R
! Gebruik uitsluitend buizen en afdichtingen die voldoen
aan de geldende landelijke normen.
Controleren gasdichtheid
! Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de
perfecte gasdichtheid van alle verbindingsstukken worden
gecontroleerd met een zeepoplossing en nooit met een vlam.
Aanpassen aan de verschillende soorten gas (voor
België)
Voor het aanpassen van de kookplaat aan een ander soort
gas dan waarvoor hij is bestemd (aangegeven op het
typeplaatje aan de onderkant van de kookplaat of op de
verpakking), moeten de straalpijpjes van de branders op
de volgende wijze worden vervangen:
1. verwijder de roosters van de kookplaat en schuif de
branders uit hun plaats.
2. schroef de straalpijpjes los met een steeksleutel van
7mm en vervang ze met de straalpijpjes geschikt voor
het nieuwe type gas (zie tabel 1 “Kenmerken van de
branders en de straalpijpen”).
3. zet de onderdelen weer op hun plaats door de
handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren.
4. aan het einde van deze handelingen moet u het oude
etiket dat de gasinstelling aangeeft vervangen met het
etiket dat overeenkomt met het nieuwe gas dat u gaat
gebruiken, verkrijgbaar bij onze Technische Service
Centers.
Regelen primaire lucht van de straalpijpjes (voor België)
De branders hebben geen regeling van de primaire lucht
nodig.
Het regelen van de minimumstand (voor België)
1. Zet het kraantje op de minimumstand;
2. Verwijder de knop en draai aan het regelschroefje in
of naast de spil van het kraantje totdat u een kleine,
regelmatige vlam bereikt.
3. Controleer of de brander aanblijft als u de knop snel van
hoog naar laag draait.
4. Als bij de apparaten met een veiligheidsmechanisme
(thermo-element) dit systeem niet werkt als de branders
op de minimum stand staan, moet u het minimum
verhogen door aan de stelschroef te draaien.
NL
DE
63
5. Als de regeling voltooid is moet u de zegels op de bypass
schroefjes weer op hun plaats brengen met zegellak of
dergelijk materiaal.
! Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel dicht
worden geschroefd.
! Aan het einde van deze handelingen moet u het oude
etiket van de gasinstelling vervangen met het etiket dat
correspondeert met het nieuwe gas, verkrijgbaar bij onze
Technische Service Centers.
! Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend (of
variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de toevoerbuis
een drukteregelaar worden aangebracht die voldoet aan de
geldende landelijke normen.
Elektrische
aansluitingen
TYPEPLAATJE
zie typeplaatje
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU
Richtlijnen:
- 2006/95/EEG van 12/12/06
(Laagspanning) en daaropvolgende
wijzigingen
- 2004/108/EEG van 15/12/04
(Elektromagnetische Compatibiliteit) en
daaropvolgende wijzigingen
- 93/68/EEG van 22/07/93 en
daaropvolgende wijzigingen.
- 2009/142/EEG van 30/11/09 (Gas) en
daaropvolgende wijzigingen.
- 2012/19/EC en daaropvolgende
wijzigingen.
64
NL
DE
Merkmale der Brenner und Düsen
Table 1 (Voor Belgie) Vloeibaar gas Natuurlijk gas
Gaspit Doorsnee Thermisch Thermisch By-pass Straal. Bereik* Thermisch Straal. Bereik*
vermogen vermogen 1/100 1/100 (g/h) vermogen 1/100 (l/h)
kW kW kW
(p.c.s.*) (p.c.s.*) (p.c.s.*)
(mm) Gered. Nominale (mm) (mm) Butane Propane Nominale (mm) G20 G25
Gereduc. Snel (RR) 100 0,70 2,60 41 80 189 186 2,60 110 248 288
Halp Snel (S) 75 0,40 1,90 30 70 138 136 1,90 106 181 210
Hulp (A) 55 0,40 1,00 30 50 73 71 1,00 79 95 111
Drievoudige ring (TC) 130 1,50 3,30 57 91 240 236 3,60 137 343 365
Extra sne (UR) 100 0,70 3,40 41 91 247 243 3,40 123 324 376
Spanning
van
voeding
Nominale (mbar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
28-30
20
35
37
25
45
20
17
25
25
20
30
Tabel1 (Voor Nederland)
Natuurlijk gas
Gaspit
Gereduc. Snel (RR)
Halp Snel (S)
Hulp (A)
Drievoudige ring (TC)
Extra Snel (UR)
Spanning
van
voeding
Bereik
*
(l/h)
G20
248
181
95
343
324
20
17
25
Doorsnee
(mm)
100
75
55
130
100
Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
(Gereduc.)
0,70
0,40
0,40
1,50
0,70
Thermisch
vermogen
kW (p.c.s.*)
(Nominale)
2,60
1,90
1,00
3,60
3,40
Straal.
1/100
(mm)
110
106
79
137
123
Nominale (mbar)
Minimum (mbar)
Maximum (mbar)
* A 15°C et 1013 mbar-gaz sec
Propane P.C.S. = 50,37 MJ/kg
Butane P.C.S. = 49,47 MJ/kg
Naturele G20 P.C.S. = 37,78 MJ/m³
Naturele G25 P.C.S. = 32,49 MJ/m³
PI 740 AS
PIM 740 AS
PI 741 AS PI 750 AS
PIM 750 AS
PI 750 AST
PIM 750 AST
S
A
RR
S
S
A
RR
S
UR
S
A
RR
S
TC
S
A
R
S
NL
DE
65
Starten en gebruik
! Op iedere knop staat aangegeven waar de gasbrander of
de elektrische plaat* zich precies bevindt.
Gasbranders
De gekozen brander kan met de betreffende knop als volgt
worden geregeld:
Uit
Maximum
Minimum
Om een van de branders aan te steken dient u er een vlam
of aansteker bij te houden, de knop stevig in te drukken en
tegen de klok in te draaien tot u het maximum vermogen
heeft bereikt.
In de uitvoeringen die zijn voorzien van een
veiligheidsmechanisme moet u de knop circa 2-3 seconden
lang ingedrukt houden totdat het element dat automatisch
de vlam ontstoken houdt, warm wordt.
In de uitvoeringen voorzien van een bougie moet u om
de gekozen brander aan te steken om te beginnen de
ontstekingsknop (aangegeven door het symbool , )
indrukken, dan de betreffende knop stevig indrukken en
tegen de klok indraaien tot u het maximum vermogen heeft
bereikt.
! Mocht een gasbrander per ongeluk uitgaan, draai dan de
knop uit en wacht minstens 1 minuut voordat u hem weer
probeert aan te steken.
Om de brander uit te doen moet u de knop geheel met de
klok meedraaien totdat hij niet meer verder kan (tot aan
het symbool “●”).
Elektrische kookplaten*
U kunt de kookplaten regelen door de overeenkomstige
knop met de klok mee of tegen de klok in te draaien, op 6
verschillende standen:
PositieNormale of snelle plaat
0
Uit
1
Minimum sterkte
2
- 5 Middelsterkten
6
Maximum sterkte
Als de knop niet op uit staat zal het controlelampje aangeven
dat de kookplaat in werking is.
Praktisch advies voor het gebruik van de
branders
Voor een optimaal rendement dient u het volgende te
onthouden:
gebruik voor iedere brander de pan die erop past (zie
tabel) om te vermijden dat de vlammen er onderuit
vandaan komen.
gebruik alleen pannen met een platte bodem en met een
deksel erop.
draai de knop op het minimum zodra het kookpunt is
bereikt.
Brander
Gereduceerd snel (RR)
Half-snel (S)
Hulpvlam (A)
Drievoudige Ring (TC)
Extra snel (UR)
Ø Diameter pan (cm)
24 - 26
16 - 20
10 - 14
24 - 26
24 - 26
Praktisch advies voor het gebruik van de
elektrische kookplaten*
Om warmteverlies en schade aan de kookplaten te
vermijden kunt u het beste pannen gebruiken met een
platte bodem en met een diameter die niet kleiner is dan
die van de kookplaat.
Positie
0
1
2
3
4
5
6
Normale of snelle plaat
Uit.
Groenten en vis.
Aardappelen (gestoomd), soep, capucijners,
bonen.
Doorkoken van grote hoevelheeden,
minestroni enz.
Braden (medium).
Braden (hard).
Bruin bakken of snel aan de kook brengen.
! Vóór het eerste gebruik moeten de kookplaten ongeveer 4
minuten lang op de maximale stand worden gezet, zonder
pannen erop te plaatsen. Gedurende deze beginfase
wordt de beschermlaag hard en bereikt hij zijn maximale
weerstand.
* Slechts op enkele modellen aanwezig.
66
NL
DE
Voorzorgsmaatregelen en
advies
! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de
geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze
aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient
ze derhalve goed door te nemen.
Algemene veiligheidsmaatregelen
Dit is een inbouwapparaat van klasse 3.
Gasfornuizen hebben voor een goede werking
behoefte aan een regelmatige luchtverversing.
Controleer dat bij het installeren aan de vereisten
wordt voldaan beschreven in de paragraaf
“Plaatsing”.
Deze instructies gelden alleen voor de landen
wiens symbolen in de gebruiksaanwijzing en op het
typeplaatje staan.
Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel
gebruik binnenshuis.
Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst,
ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als
het in aanraking komt met regen of onweer.
Raak het apparaat niet blootsvoets aan of met natte
handen of voeten.
Het apparaat dient gebruikt te worden om voedsel
te bereiden. Het mag uitsluitend door volwassenen
worden gebruikt en alleen volgens de instructies
die in deze handleiding beschreven staan. Elk
ander gebruik (bv.: verwarming van ruimten) is als
oneigenlijk te beschouwen en dus gevaarlijk. De
fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld
voor eventuele schade die te wijten is aan onjuist,
verkeerd of onredelijk gebruik.
Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine
keukenapparaten op warme delen van de oven
terechtkomen.
Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij.
Controleer altijd dat de knoppen in de stand “●”/“” staan
als de oven niet wordt gebruikt.
Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het
snoer te trekken maar door de stekker zelf beet te
pakken.
Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit
als de stekker nog in het stopcontact zit.
Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne
systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te
voeren. Neem contact op met de Technische Dienst (zie
Service).
Richt de handvaten van de pannen altijd naar de
binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per ongeluk
tegenaan stoot.
• Doe het glazen deksel (waar aanwezig) niet omlaag als
de gasbranders of de elektrische platen nog warm zijn.
• Laat de elektrische plaat niet werken als er geen pannen
op staan.
• Gebruik geen instabiele of vervormde pannen.
Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen
(kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk,
sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet de
nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat, tenzij
onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is
voor hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het
apparaat werkt.
Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen.
Het apparaat is niet geschikt om te worden
ingeschakeld m.b.v. een externe timer ofwel door
een gescheiden afstandsbedieningssysteem.
Afvalverwijdering
Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houd u aan
de plaatselijke normen, zodat het verpakkingsmateriaal
hergebruikt kan worden.
De Europese Richtlijn 2012/19/EC over Vernietiging
van Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE),
vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten
niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde
afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden
ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte
materialen te optimaliseren en de negatieve invloed op
de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool
op het product van de “afvalcontainer met een kruis
erdoor” herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u
het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden
ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de locale
autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van
vernietiging van hun oude apparaat.
Onderhoud en verzorging
De elektrische stroom afsluiten
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling
overgaat.
Schoonmaken van het apparaat
! Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende middelen,
zoals vlekkenmiddelen en roestverwijderende producten,
schoonmaakmiddelen in poedervorm of schuursponzen: deze
kunnen het oppervlak onherstelbaar krassen.
! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het
reinigen van het apparaat.
• Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met een
vochtige spons reinigen en afdrogen met keukenpapier.
De vlamverspreiders moeten regelmatig in een warm
sopje worden gewassen zodat eventuele etensresten
makkelijker kunnen worden verwijderd.
Bij kookplaten die zijn voorzien van een automatische
ontsteking moet het uiteinde van de elektronische
ontstekingselementen regelmatig worden gereinigd en
moet u controleren dat de gaatjes van de vlamverspreiders
niet verstopt zijn.
NL
DE
67
De elektrische kookplaten moeten worden schoongemaakt
met een vochtige doek en met een beetje olie worden
ingesmeerd als ze nog lauw zijn.
Roestvrij staal kan vlekken gaan vertonen als er
voor langere tijd kalkhoudend water of agressieve
schoonmaakmiddelen (fosforhoudend) op hebben
gelegen. Spoel en droog het dus na het schoonmaken
goed af. Droog watervlekken altijd gelijk af.
Onderhoud gaskranen
Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of vast
blijven zitten; in dat geval is het noodzakelijk hem te
vervangen.
! Dit moet worden uitgevoerd door een door de fabrikant
bevoegde installateur.
Storingen en oplossingen
Het kan gebeuren dat het kookvlak niet (afdoende)
functioneert. Voordat u de servicedienst belt dient u te
controleren of u het euvel zelf kunt oplossen. Verieer om
te beginnen of er een correcte stroom- en gastoevoer is, en
in het bijzonder of de hoofdgasleiding open staat.
De brander gaat niet aan of de vlam is niet gelijkmatig.
Heeft u gecontroleerd of:
De openingen van de vlamverspreiders niet verstopt zijn.
Alle onderdelen van de brander goed in elkaar zitten.
Het niet tocht dichtbij het kookvlak.
De vlam blijft niet aan in de uitvoeringen met
veiligheidsmechanisme.
Heeft u gecontroleerd of:
U de knop goed heeft ingedrukt.
U de knop lang genoeg heeft ingedrukt voor het activeren
van het veiligheidsmechanisme.
De gaten van de vlamverspreiders dichtbij het
veiligheidsmechanisme niet verstopt zijn.
De brander blijft niet aan als hij op minimum staat.
Heeft u gecontroleerd of:
De gaten van de vlamverspreiders niet verstopt zijn.
Het niet tocht dichtbij het kookvlak.
De minimum stand niet goed is ingesteld.
De pannen zijn wankel.
Heeft u gecontroleerd of:
De bodem van de pan helemaal plat is.
De pan in het midden van de brander of de kookplaat
staat.
De roosters niet zijn verwisseld.

Documenttranscriptie

Deutsch Bedienungsanleitung KOCHMULDE Inhaltsverzeichnis Bedienungsanleitung,2 Hinweise,6 Kundendienst,10 Beschreibung Ihres Gerätes,13 Installation,52 Inbetriebsetzung und Gebrauch,57 Vorsichtsmaßregeln und Hinweise,58 Reinigung und Pflege,58 Störungen und Abhilfe,59 Nederlands Gebruiksaanwijzing KOOKPLAAT Inhoud Gebruiksaanwijzing,2 Belangrijk,6 Service,10 Beschrijving van het apparaat,14 Het installeren,60 Starten en gebruik,65 Voorzorgsmaatregelen en advies,66 Onderhoud en verzorging,66 Storingen en oplossingen,67 Dansk Brugervejledning KOGEFLADE Oversigt Brugervejledning,2 Advarsler,7 Servicecenter,10 Beskrivelse af apparatet,14 Installation,68 Start og brug,72 Forskrifter og råd,72 Vedligeholdelse,73 Problemløsning,73 Assistência Comunique: • o modelo da máquina (Mod.) • o número de série (S/N) Estas últimas informações encontram-se na placa de identificação situada no aparelho e/ou na embalagem. Kundendienst Geben Sie bitte Folgendes an: • das Gerätemodell (Mod.) • die Modellnummer (S/N). Letztere Informationen finden Sie auf dem Typenschild, das sich auf dem Gerät und/oder der Verpackung befindet. Service U moet doorgeven: • het type storing • het model apparaat (Mod.) • het serienummer (S/N) Deze informatie bevindt zich op het typeplaatje links onderin het koelgedeelte. Servicecenter Man skal oplyse: • Fejlens art • Apparatets model (Mod.) • Serienummer (S/N) Disse oplysninger findes på skiltet inden i køleskabet nederst til venstre. 10 Beschrijving van het apparaat Beskrivelse af apparatet Algemeen aanzicht Komplet oversigt 1 Roosters voor PANNEN 2 GASBRANDERS 3 ELEKTRISCHE KOOKPLAAT* 4 Controlelampje WERKING ELEKTRISCHE KOOKPLAAT* 5 Knoppen voor het regelen van de GASBRANDERS 6 Knoppen voor het regelen van de ELEKTRISCHE KOOKPLAAT* 7 Bougie voor ontsteking van de GASBRANDERS* 8 VEILIGHEIDSMECHANISME* 1 2 3 4 5 6 7 8 • ELEKTRISCHE PLATEN kunnen verschillende diameters en vermogen hebben: “normaal” of “snel”, dit laatste type platen herkent u door de aanwezigheid van een rode stip in het midden. • Controlelampje WERKING ELEKTRISCHE PLAAT: gaat aan als de knop niet op de stand ‘uit’ staat. • GASBRANDERS hebben verschillende afmetingen en vermogen. Kies de brander die het best overeenkomt met de diameter van de pan die u wilt gebruiken. • Knoppen van de GASBRANDERS en van de ELEKTRISCHE KOOKPLAAT* voor het regelen van de vlam of van het vermogen. • Bougie voor het ontsteken van de GASBRANDERS*: zorgt voor een automatische ontsteking van de gekozen brander. • VEILIGHEIDSMECHANISME* zorgt ervoor dat de gastoevoer wordt onderbroken als de vlam per ongeluk uitgaat. Støtteriste til GRYDER OG PANDER GASBLUS ELPLADE* Kontrollampe for FUNKTION AF ELPLADEN* Betjeningsknapper til GASBLUS Betjeningsknapper til ELPLADEN* Tændingsgnist for GASBLUS* SIKKERHEDSANORDNINGER* • EL-PLADERNE kan være udformet i forskellig diameter og med forskellig effekt: “normale” plader eller “lyn”plader, sidstnævnte er kendetegnet af en rød cirkel i midten. • Kontrollampen for EL-PLADENS FUNKTION tænder, når knappen drejes i enhver anden stilling end slukket • GASBLUSSENE har forskellig størrelse og effekt. Vælg det mest egnede gasblus til diameteren på den gryde/ pande, der skal anvendes. • Betjeningsknapper til GASBLUSSENE og ELPLADERNE* til indstilling af flamme eller effekt. • Tændingsgnisten til GASBLUSSENE* tænder automatisk det valgte gasblus. • SIKKERHEDSANORDNINGEN* i tilfælde af utilsigtet tænding af flammen slukker for gastilførslen. * Kun til stede på nogle modeller. * Slechts op enkele modellen aanwezig. 3 2 2 8 1 7 5 14 4 6 5 ! Bewaar dit boekje zorgvuldig voor eventuele verdere raadpleging. Wanneer u het product weggeeft, verkoopt, of wanneer u verhuist, dient u dit boekje bij het apparaat te bewaren zodat alle nodige informatie voorhanden blijft. ! Lees de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig door: er staat belangrijke informatie in over installatie, gebruik en veiligheid. Dit systeem kan worden uitgevoerd door lucht direct van buiten te onttrekken door middel van een buis met een doorsnede van minstens 100 cm2 en die zodanig is geplaatst dat hij niet per ongeluk verstopt kan raken. A Voorbeelden ventilatie-opening voor verbrandingslucht Aangrenzend vertrek De apparaten zijn gebruiksklaar gemaakt in de fabriek voor de functies (zie typeplaatje en plaatje van de gas instelling van het apparaat) : • Natuurlijk gas Categorie II2E+3+ voor Belgie; • Natuurlijk gas Categorie I2L voor Nederland. Het is dus niet nodig verdere regelingen uit te voeren. Te ventileren vertrek Verhoging van de spleet tussen deur en vloer Plaatsing ! Het verpakkingsmateriaal is niet bestemd voor kinderen en dient daarom te worden weggegooid volgens de geldende normen voor gescheiden afvalverzameling ( zie Voorzorgsmaatregelen en advies). ! De installatie moet worden uitgevoerd door een bevoegde installateur en volgens de instructies van de fabrikant. Een verkeerde installatie kan schade berokkenen aan personen, dieren of dingen. ! dit apparaat mag alleen geïnstalleerd worden en funktioneren in goed geventileerde vertrekken volgens de voorschriften van de van kracht zijnde Normen: • NBN D51-003 e NBN D51-001 (voor België); • NEN-1078 (voor Nederland). De volgende eisen moeten in acht genomen worden: • Het vertrek moet voor de verbrandingsrook over een afvoersysteem naar buiten toe beschikken. Dit kan gebeuren door middel van een afzuigkap of een elektrische ventilator die automatisch aangaan elke keer als het apparaat wordt aangezet. Een andere manier is door op indirecte wijze lucht te onttrekken aan de aangrenzende vertrekken die door middel van een ventilatiebuis, zoals boven beschreven, met buiten zijn verbonden en die geen gemeenschappelijke delen zijn van het huis en ook geen ruimtes met hoog brandgevaar of slaapkamers. • (voor België) De gassen van vloeibaar gemaakte gasmengsels (LPG) zijn zwaarder dan lucht en blijven laag hangen. Om deze reden moeten vertrekken waar LPG-flessen staan laag geplaatste ontluchtingsopeningen hebben voor het afvoeren van eventueel ontsnapt gas. Lege of halfvolle LPG-flessen mogen dus niet worden geïnstalleerd of bewaard in vertrekken die lager liggen dan de vloer (kelders, enz.). Het is beter alleen de in gebruik zijnde fles in het vertrek te bewaren, zodanig geplaatst dat hij niet in rechtstreeks contact staat met warmtebronnen (oven, open haard, kachel, enz.) die hem tot temperaturen van meer dan 50°C zouden kunnen brengen. Inbouw Voor een juiste installatie van de kookplaat moeten de volgende voorzorgsmaatregelen in acht worden genomen: • De meubels die direct naast de kookplaat staan en hierboven uitsteken, moeten op minstens 600 mm van de rand van de plaat staan. • Een afzuigkap moet worden geïnstalleerd volgens de voorschriften die u kunt vinden in het instructieboekje van de afzuigkap zelf en in ieder geval op een afstand van minstens 650 mm. In het gevaal van een schoorsteen of vertakte rookleiding (gereserveerd voor fornuizen) Rechtstreeks naar buiten • Het vertrek moet een luchttoevoersysteem hebben dat dient voor de normale verbranding van het gas. De luchttoevoer die nodig is voor een normale verbranding moet niet minder dan 2 m3/h zijn per kW geïnstalleerd vermogen. • Hang de keukenkastjes naast de kap op een minimum hoogte van 420 mm van het keukenblad (zie afbeelding). 600mm min. 420mm min. DE Het installeren 650mm min. NL Als de kookplaat onder een keukenkastje wordt geplaatst, moet deze zich op een afstand van minstens 700 mm van het keukenblad bevinden (zie afbeelding). • De opening van het meubel moet de afmetingen hebben die in de afbeelding zijn aangegeven. 60 De bevestigingsklemmen maken een bevestiging mogelijk van de kookplaat aan een keukenblad van tussen de 20 en 40 mm dik. Voor een goede bevestiging raden wij u aan alle bijgeleverde haken te gebruiken. 555 mm m mm m 475 55 Als de kookplaat wordt geïnstalleerd boven een inbouwoven die niet beschikt over een afkoelmechanisme met ventilator, moet de nodige ventilatie binnen het meubel worden bereikt door het creëren van openingen voor de toe- en afvoer van de lucht. (zie afbeeldingen). Schema voor de bevestiging van de haken Stand haak voor Stand haak voor keukenblad H=20mm keukenblad H=30mm Voor Stand haak voor keukenblad H=40mm Achter ! Gebruik de haken die u vindt in de “toebehorenverpakking” • Als de kookplaat niet boven een inbouwoven wordt geïnstalleerd, moet u een houten isolatieplank aanbrengen. Deze moet op een minimum afstand van 20 mm van de onderkant van de kookplaat worden geplaatst. Ventilatie Om een goede ventilatie te bereiken moet u de achterkant van het meubel verwijderen. Het verdient de voorkeur de oven op twee houten balken te plaatsen, of eventueel op een enkele plank die een opening heeft van tenminste 45 x 560 mm (zie afbeeldingen). Elektrische aansluiting De kookplaten met driepolige voedingskabel werken met de wisselstroom, spanning en frequentie die aangegeven zijn op het typeplaatje (aan de onderkant van de kookplaat). De aarding van de kabel wordt aangegeven door de kleuren geel-groen. Als het fornuis wordt geïnstalleerd boven een inbouwoven moeten de elektrische aansluitingen van fornuis en oven apart worden uitgevoerd, zowel voor veiligheidsredenen als voor het eventueel makkelijker verwijderen van de oven. Het aansluiten van de voedingskabel aan het elektrische net Gebruik voor de voedingskabel een stekker die genormaliseerd is voor de lading aangegeven op het typeplaatje. Wanneer het apparaat rechtstreeks op het net wordt aangesloten moet u tussen het apparaat en het net een meerpolige schakelaar aanbrengen met een afstand tussen de contacten van minstens 3mm, aangepast aan het elektrische vermogen en voldoend aan de geldende normen (de aarding mag niet worden onderbroken door de schakelaar). De voedingskabel moet zodanig worden geplaatst dat hij nergens een temperatuur bereikt van 50°C hoger dan de kamertemperatuur. ! De installateur is verantwoordelijk voor een correcte elektrische aansluiting en het in acht nemen van de veiligheidsnormen. Voor het aansluiten moet u controleren dat: • het stopcontact geaard is en voldoet aan de geldende normen; • het stopcontact in staat is het maximale vermogen van het apparaat te dragen, zoals aangegeven op het typeplaatje; • de spanning zich bevindt tussen de waarden die staan aangegeven op het typeplaatje; 560 mm . 45 m m. • het stopcontact en de stekker overeenkomen. Als dat niet zo is, dient u ofwel de stekker ofwel het stopcontact te vervangen; gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers. ! Wanneer het apparaat geïnstalleerd is moeten het snoer en het stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn. 61 NL DE NL DE ! De kabel mag niet worden gebogen of samengedrukt. ! De kabel moet van tijd tot tijd worden gecontroleerd en mag alleen door erkende monteurs worden vervangen (zie Service). ! De fabrikant kan nergens aansprakelijk voor worden gesteld als deze normen niet worden nageleefd. Gasaansluiting De aansluiting van het apparaat aan de gasbuizen moet worden uitgevoerd zoals voorgeschreven door de geldende normen, en nadat men er zeker van is dat het fornuis is ingesteld voor het type gas dat men gaat gebruiken. In het omgekeerde geval (voor België) gaat u te werk zoals beschreven in de paragraaf “Aanpassing aan verschillende types gas”. Om het apparaat aan de gasbuizen aan te sluiten (II2E+3+ voor Belgie L en I2L voor Nederland), dient men eerst de verbinder te monteren.”R” G (Deze is op aanvraag verkrijgbaar bij de technische-service-dienst R Ariston) Tevens dient men zijn pakking op de verbinder “G”,die er uit ziet als een “L” , van de voedings-struktuur te monteren. De verbinder is gedraad: rond mannelijk 1/2 gas. De aansluiting voert men uit met behulp van: - een onbuigbare buis (voor Belgie volgens de normen NBN D51-003) - of met een flexibile buis van roestvrij staal die in de muur zit en voortzet met bedradingsverbinder. Daarbij dient het apparaat uitgerust te zijn van een gaskraantje (voor Belgie A.G.B.) die gemakkelijk draaibaar dient te zijn. Voor Nederland dient dit gaskraantje aan de huidige Nationale Normen te voldoen. Aansluiting met onbuigzame buis (koper of staal) ! De aansluiting aan de gasleiding moet zodanig worden uitgevoerd dat het apparaat niet beweegt. Op de voedingsstructuur van het apparaat bevindt zich een “L”-vormig, richtbaar verbindingsstuk waarvan de afdichting is verzekerd door een pakking. Als het verbindingsstuk gedraaid moet worden is het absoluut noodzakelijk de pakking te vervangen (bij het apparaat geleverd). Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische schroefbout. Aansluiting met een roestvrije stalen flexibele buis aan een onafgebroken wand voorzien van aanhechtingen met schroefdraad. Het verbindingsstuk waardoor het gas toegang krijgt tot het fornuis is voorzien van schroefdraad: 1/2 gas cilindrische schroefbout. De in werking stelling van deze buizen moet zodanig worden bewerkstelligd dat hun lengte in uitgerolde toestand niet meer dan 2000 mm is. Nadat de aansluiting heeft plaatsgevonden moet u controleren dat de flexibele metalen buis niet in contact komt met de beweegbare delen of dat hij vastgekneld raakt. 62 ! Gebruik uitsluitend buizen en afdichtingen die voldoen aan de geldende landelijke normen. Controleren gasdichtheid ! Nadat het installeren heeft plaats gevonden moet de perfecte gasdichtheid van alle verbindingsstukken worden gecontroleerd met een zeepoplossing en nooit met een vlam. Aanpassen aan de verschillende soorten gas (voor België) Voor het aanpassen van de kookplaat aan een ander soort gas dan waarvoor hij is bestemd (aangegeven op het typeplaatje aan de onderkant van de kookplaat of op de verpakking), moeten de straalpijpjes van de branders op de volgende wijze worden vervangen: 1. verwijder de roosters van de kookplaat en schuif de branders uit hun plaats. 2. schroef de straalpijpjes los met een steeksleutel van 7mm en vervang ze met de straalpijpjes geschikt voor het nieuwe type gas (zie tabel 1 “Kenmerken van de branders en de straalpijpen”). 3. zet de onderdelen weer op hun plaats door de handelingen in omgekeerde volgorde uit te voeren. 4. aan het einde van deze handelingen moet u het oude etiket dat de gasinstelling aangeeft vervangen met het etiket dat overeenkomt met het nieuwe gas dat u gaat gebruiken, verkrijgbaar bij onze Technische Service Centers. • Regelen primaire lucht van de straalpijpjes (voor België) De branders hebben geen regeling van de primaire lucht nodig. • Het regelen van de minimumstand (voor België) 1. Zet het kraantje op de minimumstand; 2. Verwijder de knop en draai aan het regelschroefje in of naast de spil van het kraantje totdat u een kleine, regelmatige vlam bereikt. 3. Controleer of de brander aanblijft als u de knop snel van hoog naar laag draait. 4. Als bij de apparaten met een veiligheidsmechanisme (thermo-element) dit systeem niet werkt als de branders op de minimum stand staan, moet u het minimum verhogen door aan de stelschroef te draaien. 5. Als de regeling voltooid is moet u de zegels op de bypass schroefjes weer op hun plaats brengen met zegellak of dergelijk materiaal. NL DE ! Bij vloeibaar gas moet het regelschroefje geheel dicht worden geschroefd. ! Aan het einde van deze handelingen moet u het oude etiket van de gasinstelling vervangen met het etiket dat correspondeert met het nieuwe gas, verkrijgbaar bij onze Technische Service Centers. ! Als de gasdruk van het gebruikte gas verschillend (of variabel) is dan hetgeen is voorzien, moet op de toevoerbuis een drukteregelaar worden aangebracht die voldoet aan de geldende landelijke normen. TYPEPLAATJE Elektrische zie typeplaatje aansluitingen Dit apparaat voldoet aan de volgende EU Richtlijnen: - 2006/95/EEG van 12/12/06 (Laagspanning) en daaropvolgende wijzigingen - 2004/108/EEG van 15/12/04 (Elektromagnetische Compatibiliteit) en daaropvolgende wijzigingen - 93/68/EEG van 22/07/93 en daaropvolgende wijzigingen. - 2009/142/EEG van 30/11/09 (Gas) en daaropvolgende wijzigingen. - 2012/19/EC en daaropvolgende wijzigingen. 63 NL DE Merkmale der Brenner und Düsen Table 1 (Voor Belgie) Gaspit Vloeibaar gas Doorsnee Thermisch Thermisch By-pass vermogen vermogen 1/100 kW kW (p.c.s.*) (p.c.s.*) (mm) Gered. Nominale (mm) Straal. 1/100 (mm) Natuurlijk gas Bereik* (g/h) Thermisch Straal. Bereik* vermogen 1/100 (l/h) kW (p.c.s.*) Butane Propane Nominale (mm) G20 G25 Gereduc. Snel (RR) 100 0,70 2,60 41 80 189 186 2,60 110 248 288 Halp Snel (S) 75 0,40 1,90 30 70 138 136 1,90 106 181 210 Hulp (A) 55 0,40 1,00 30 50 73 71 1,00 79 95 111 Drievoudige ring (TC) 130 1,50 3,30 57 91 240 236 3,60 137 343 365 Extra sne (UR) 100 0,70 3,40 41 91 247 243 3,40 123 324 376 28-30 20 35 37 25 45 20 17 25 25 20 30 Spanning van voeding Nominale (mbar) Minimum (mbar) Maximum (mbar) Tabel1 (Voor Nederland) Gaspit Natuurlijk gas Doorsnee Thermisch vermogen kW (p.c.s.*) Thermisch vermogen kW (p.c.s.*) Straal. 1/100 Bereik* (l/h) (mm) (Gereduc.) (Nominale) (mm) G20 Gereduc. Snel (RR) 100 0,70 2,60 110 248 Halp Snel (S) 75 0,40 1,90 106 181 Hulp (A) 55 0,40 1,00 79 95 Drievoudige ring (TC) 130 1,50 3,60 137 343 Extra Snel (UR) 100 0,70 3,40 123 324 Spanning van voeding * A 15°C et 1013 mbar-gaz sec Propane P.C.S. = 50,37 MJ/kg Butane P.C.S. = 49,47 MJ/kg Naturele G20 P.C.S. = 37,78 MJ/m³ Naturele G25 P.C.S. = 32,49 MJ/m³ S A PI 740 AS PIM 740 AS RR S RR S R 64 20 17 25 Nominale (mbar) Minimum (mbar) Maximum (mbar) A PI 741 AS S A UR PI 750 AS PIM 750 AS S RR S A S TC PI 750 AST PIM 750 AST S Starten en gebruik ! Op iedere knop staat aangegeven waar de gasbrander of de elektrische plaat* zich precies bevindt. Gasbranders De gekozen brander kan met de betreffende knop als volgt worden geregeld: ● Uit Maximum Minimum Om een van de branders aan te steken dient u er een vlam of aansteker bij te houden, de knop stevig in te drukken en tegen de klok in te draaien tot u het maximum vermogen heeft bereikt. In de uitvoeringen die zijn voorzien van een veiligheidsmechanisme moet u de knop circa 2-3 seconden lang ingedrukt houden totdat het element dat automatisch de vlam ontstoken houdt, warm wordt. In de uitvoeringen voorzien van een bougie moet u om de gekozen brander aan te steken om te beginnen de ontstekingsknop (aangegeven door het symbool , ) indrukken, dan de betreffende knop stevig indrukken en tegen de klok indraaien tot u het maximum vermogen heeft bereikt. ! Mocht een gasbrander per ongeluk uitgaan, draai dan de knop uit en wacht minstens 1 minuut voordat u hem weer probeert aan te steken. Om de brander uit te doen moet u de knop geheel met de klok meedraaien totdat hij niet meer verder kan (tot aan het symbool “●”). Elektrische kookplaten* U kunt de kookplaten regelen door de overeenkomstige knop met de klok mee of tegen de klok in te draaien, op 6 verschillende standen: Positie Normale of snelle plaat Praktisch advies voor het gebruik van de branders NL Voor een optimaal rendement dient u het volgende te onthouden: DE • gebruik voor iedere brander de pan die erop past (zie tabel) om te vermijden dat de vlammen er onderuit vandaan komen. • gebruik alleen pannen met een platte bodem en met een deksel erop. • draai de knop op het minimum zodra het kookpunt is bereikt. Brander Ø Diameter pan (cm) Gereduceerd snel (RR) 24 - 26 Half-snel (S) 16 - 20 Hulpvlam (A) 10 - 14 Drievoudige Ring (TC) 24 - 26 Extra snel (UR) 24 - 26 Praktisch advies voor het gebruik van de elektrische kookplaten* Om warmteverlies en schade aan de kookplaten te vermijden kunt u het beste pannen gebruiken met een platte bodem en met een diameter die niet kleiner is dan die van de kookplaat. Positie Normale of snelle plaat 0 Uit. 1 Groenten en vis. 2 Aardappelen (gestoomd), soep, capucijners, bonen. 3 Doorkoken van grote hoevelheeden, minestroni enz. 0 Uit 4 Braden (medium). 1 Minimum sterkte 5 Braden (hard). Middelsterkten 6 Bruin bakken of snel aan de kook brengen. 2-5 6 Maximum sterkte Als de knop niet op uit staat zal het controlelampje aangeven dat de kookplaat in werking is. ! Vóór het eerste gebruik moeten de kookplaten ongeveer 4 minuten lang op de maximale stand worden gezet, zonder pannen erop te plaatsen. Gedurende deze beginfase wordt de beschermlaag hard en bereikt hij zijn maximale weerstand. * Slechts op enkele modellen aanwezig. 65 NL Voorzorgsmaatregelen en DE advies ! Dit apparaat is ontworpen en vervaardigd volgens de geldende internationale veiligheidsvoorschriften. Deze aanwijzingen zijn geschreven voor uw veiligheid en u dient ze derhalve goed door te nemen. Algemene veiligheidsmaatregelen • Dit is een inbouwapparaat van klasse 3. • Gasfornuizen hebben voor een goede werking behoefte aan een regelmatige luchtverversing. Controleer dat bij het installeren aan de vereisten wordt voldaan beschreven in de paragraaf “Plaatsing”. • Deze instructies gelden alleen voor de landen wiens symbolen in de gebruiksaanwijzing en op het typeplaatje staan. • Dit apparaat is vervaardigd voor niet-professioneel gebruik binnenshuis. • Het apparaat dient niet buitenshuis te worden geplaatst, ook niet in overdekte toestand. Het is erg gevaarlijk als het in aanraking komt met regen of onweer. • Raak het apparaat niet blootsvoets aan of met natte handen of voeten. • Het apparaat dient gebruikt te worden om voedsel te bereiden. Het mag uitsluitend door volwassenen worden gebruikt en alleen volgens de instructies die in deze handleiding beschreven staan. Elk ander gebruik (bv.: verwarming van ruimten) is als oneigenlijk te beschouwen en dus gevaarlijk. De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor eventuele schade die te wijten is aan onjuist, verkeerd of onredelijk gebruik. • Voorkom dat elektrische snoeren van andere kleine keukenapparaten op warme delen van de oven terechtkomen. • Laat de ventilatieopeningen en warmteafvoer vrij. • Controleer altijd dat de knoppen in de stand “●”/“○” staan als de oven niet wordt gebruikt. • Haal de stekker nooit uit het stopcontact door aan het snoer te trekken maar door de stekker zelf beet te pakken. • Maak de oven niet schoon of voer geen onderhoud uit als de stekker nog in het stopcontact zit. • Als de oven defect is, mag u nooit aan het interne systeem sleutelen om een reparatie proberen uit te voeren. Neem contact op met de Technische Dienst (zie Service). • Richt de handvaten van de pannen altijd naar de binnenzijde van de kookplaat zodat u er niet per ongeluk tegenaan stoot. • Doe het glazen deksel (waar aanwezig) niet omlaag als de gasbranders of de elektrische platen nog warm zijn. • Laat de elektrische plaat niet werken als er geen pannen op staan. • Gebruik geen instabiele of vervormde pannen. • Dit apparaat mag niet worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen) met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen of personen die niet de 66 nodige ervaring of kennis hebben met het apparaat, tenzij onder toezicht van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid of nadat hun is uitgelegd hoe het apparaat werkt. • Voorkom dat kinderen met het apparaat spelen. • Het apparaat is niet geschikt om te worden ingeschakeld m.b.v. een externe timer ofwel door een gescheiden afstandsbedieningssysteem. Afvalverwijdering • Verwijdering van het verpakkingsmateriaal: houd u aan de plaatselijke normen, zodat het verpakkingsmateriaal hergebruikt kan worden. • De Europese Richtlijn 2012/19/EC over Vernietiging van Electrische en Electronische Apparatuur (WEEE), vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool op het product van de “afvalcontainer met een kruis erdoor” herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden ingezameld. Consumenten moeten contact opnemen met de locale autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van vernietiging van hun oude apparaat. Onderhoud en verzorging De elektrische stroom afsluiten Sluit altijd eerst de stroom af voordat u tot enige handeling overgaat. Schoonmaken van het apparaat ! Vermijd het gebruik van schuurmiddelen of bijtende middelen, zoals vlekkenmiddelen en roestverwijderende producten, schoonmaakmiddelen in poedervorm of schuursponzen: deze kunnen het oppervlak onherstelbaar krassen. ! Gebruik nooit stoom- of hogedrukreinigers voor het reinigen van het apparaat. • Voor normaal onderhoud moet u de kookplaat met een vochtige spons reinigen en afdrogen met keukenpapier. • De vlamverspreiders moeten regelmatig in een warm sopje worden gewassen zodat eventuele etensresten makkelijker kunnen worden verwijderd. • Bij kookplaten die zijn voorzien van een automatische ontsteking moet het uiteinde van de elektronische ontstekingselementen regelmatig worden gereinigd en moet u controleren dat de gaatjes van de vlamverspreiders niet verstopt zijn. • De elektrische kookplaten moeten worden schoongemaakt met een vochtige doek en met een beetje olie worden ingesmeerd als ze nog lauw zijn. NL DE • Roestvrij staal kan vlekken gaan vertonen als er voor langere tijd kalkhoudend water of agressieve schoonmaakmiddelen (fosforhoudend) op hebben gelegen. Spoel en droog het dus na het schoonmaken goed af. Droog watervlekken altijd gelijk af. Onderhoud gaskranen Met verloop van tijd kan een kraan stroef worden of vast blijven zitten; in dat geval is het noodzakelijk hem te vervangen. ! Dit moet worden uitgevoerd door een door de fabrikant bevoegde installateur. Storingen en oplossingen Het kan gebeuren dat het kookvlak niet (afdoende) functioneert. Voordat u de servicedienst belt dient u te controleren of u het euvel zelf kunt oplossen. Verifieer om te beginnen of er een correcte stroom- en gastoevoer is, en in het bijzonder of de hoofdgasleiding open staat. De brander gaat niet aan of de vlam is niet gelijkmatig. Heeft u gecontroleerd of: • De openingen van de vlamverspreiders niet verstopt zijn. • Alle onderdelen van de brander goed in elkaar zitten. • Het niet tocht dichtbij het kookvlak. De vlam blijft niet aan in de uitvoeringen met veiligheidsmechanisme. Heeft u gecontroleerd of: • U de knop goed heeft ingedrukt. • U de knop lang genoeg heeft ingedrukt voor het activeren van het veiligheidsmechanisme. • De gaten van de vlamverspreiders dichtbij het veiligheidsmechanisme niet verstopt zijn. De brander blijft niet aan als hij op minimum staat. Heeft u gecontroleerd of: • De gaten van de vlamverspreiders niet verstopt zijn. • Het niet tocht dichtbij het kookvlak. • De minimum stand niet goed is ingesteld. De pannen zijn wankel. Heeft u gecontroleerd of: • De bodem van de pan helemaal plat is. • De pan in het midden van de brander of de kookplaat staat. • De roosters niet zijn verwisseld. 67
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76

Indesit PIM 750 AS (IX) Gebruikershandleiding

Categorie
Kookplaten
Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor