Bosch KIC82AF30, KIC82AF30/01, KIC82AF30/02, Storage centre Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Bosch KIC82AF30 Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
nl
84
nl Inhoud
nl Gebruiksaanwijzing
( Veiligheidsvoorschriften . . . . . 86
Over deze gebruiksaanwijzing . . . . . .86
Kans op explosie. . . . . . . . . . . . . . . .86
Risico van een elektrische schok . . .86
Verbrandingsgevaar door kou . . . . . .86
Risico op letsel . . . . . . . . . . . . . . . . .87
Gevaren door of van
het koelmiddel . . . . . . . . . . . . . . . . . .87
Vermijden van risico's voor kinderen
en kwetsbare personen . . . . . . . . . . .87
Materiรซle schade . . . . . . . . . . . . . . . .88
Gewicht . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .88
8 Correct gebruik van
het apparaat . . . . . . . . . . . . . . . 88
7 Milieubescherming . . . . . . . . . . 88
Verpakking . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .88
Oude apparaten. . . . . . . . . . . . . . . . .88
5 Installeren en aansluiten . . . . . 89
Inhoud van de verpakking . . . . . . . . .89
Technische gegevens . . . . . . . . . . . .89
Apparaat installeren. . . . . . . . . . . . . .89
Nisdiepte . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .90
Energie besparen . . . . . . . . . . . . . . .90
Voor het eerste gebruik . . . . . . . . . . .91
Elektrische aansluiting . . . . . . . . . . . .91
* Het apparaat leren kennen. . . . 92
Apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .92
Bedieningselementen . . . . . . . . . . . .92
Uitrusting . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .92
1 Apparaat bedienen. . . . . . . . . . .93
Apparaat inschakelen. . . . . . . . . . . . 93
Apparaat uitschakelen en buiten
werking stellen . . . . . . . . . . . . . . . . . 93
Temperatuur instellen. . . . . . . . . . . . 94
Super-functie . . . . . . . . . . . . . . . . . . 94
Vakantiemodus. . . . . . . . . . . . . . . . . 95
M Alarm . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .95
Deuralarm. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 95
U Koelvak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .95
In acht nemen bij het bewaren . . . . . 96
Let op de koudezones in
het koelvak. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 96
Groentelade met
vochtigheidsregelaar . . . . . . . . . . . . 96
W Vriesvak. . . . . . . . . . . . . . . . . . . .97
Deur van het vriesvak. . . . . . . . . . . . 97
Maximale invriescapaciteit . . . . . . . . 97
Inkopen van diepvriesproducten . . . 97
Attentie bij het inruimen . . . . . . . . . . 97
Verse levensmiddelen invriezen . . . . 98
Ontdooien van diepvrieswaren . . . . . 98
ร‰ Keldervak . . . . . . . . . . . . . . . . . .99
= Ontdooien . . . . . . . . . . . . . . . . . .99
Koelvak en keldervak . . . . . . . . . . . . 99
Vriesvak . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 99
nl
85
D Schoonmaken . . . . . . . . . . . . . 100
Schoonmaken van het interieur . . . 100
l Luchtjes . . . . . . . . . . . . . . . . . . 101
9 Verlichting . . . . . . . . . . . . . . . . 101
> Geluiden . . . . . . . . . . . . . . . . . . 101
Normale geluiden . . . . . . . . . . . . . . 101
Voorkomen van geluiden . . . . . . . . 101
3 Storingen, wat te doen? . . . . . 102
4 Servicedienst . . . . . . . . . . . . . . 103
Zelftest apparaat. . . . . . . . . . . . . . . 103
Verzoek om reparatie en
advies bij storingen. . . . . . . . . . . . . 103
Garantie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 103
nl Veiligheidsvoorschriften
86
(
Veiligheidsvoorschriften
Veiligheidsvoorschriften
Dit apparaat voldoet aan de
geldende veiligheidsbepalingen
voor elektrische apparatuur en
het is radio-ontstoord.
Het koelcircuit is op dichtheid
gecontroleerd.
Over deze gebruiksaanwijzing
โ–  Lees de gebruiksaanwijzing
en de montagehandleiding
en neem deze in acht. U
vindt daarin belangrijke
informatie over plaatsing,
gebruik en onderhoud van
het apparaat.
โ–  De fabrikant is niet
aansprakelijk wanneer
u de aanwijzingen en
waarschuwingen in
de gebruiksaanwijzing en de
montagehandleiding negeert.
โ–  Bewaar alle documenten
voor later gebruik en voor
eventuele volgende
eigenaars.
Kans op explosie
โ–  Gebruik nooit elektrische
apparaten in het apparaat
(bijv. verwarmingsapparaten
of elektrische ijsbereiders).
โ–  Geen producten met
brandbare drijfgassen (bijv.
spuitbussen) en geen
explosieve stoffen in het
apparaat opslaan.
โ–  Dranken met een hoog
alcoholpercentage altijd
goed afgesloten en staand
bewaren.
Risico van een elektrische
schok
Onvakkundige installatie en
reparaties kunnen groot gevaar
opleveren voor de gebruiker
van het apparaat.
โ–  Bij een beschadigd
aansluitsnoer: Apparaat
direct losmaken van het
stroomnet.
โ–  Het apparaat uitsluitend laten
repareren door de fabrikant,
de klantenservice of een
andere gekwalificeerde
persoon.
โ–  Alleen originele onderdelen
van de fabrikant gebruiken.
De fabrikant garandeert dat
deze onderdelen voldoen
aan de veiligheidseisen.
โ–  Een verlengsnoer voor de
aansluitkabel mag uitsluitend
via de klantenservice worden
aangeschaft.
Verbrandingsgevaar door kou
โ–  Diepvrieswaren nadat u ze
uit het vriesvak hebt gehaald,
nooit onmiddellijk in de
mond nemen.
โ–  Voorkom dat de huid
langdurig in contact komt
met diepvrieswaren, ijs en de
buizen in het vriesvak.
Veiligheidsvoorschriften nl
87
Risico op letsel
Flessen of blikjes met
koolzuurhoudende drank
kunnen barsten.
Geen flessen of blikjes met
koolzuurhoudende drank in het
vriesvak bewaren.
Gevaren door of van het
koelmiddel
De leidingen van het koelcircuit
bevatten een kleine
hoeveelheid van het
milieuvriendelijke, maar
brandbare koelmiddel R600a.
Dit is niet schadelijk voor de
ozonlaag en verhoogt het
broeikaseffect niet. Vrijkomend
koelmiddel kan echter
oogletsel veroorzaken of vlam
vatten.
โ–  Leidingen niet beschadigen.
Bij beschadiging van de
leidingen:
โ–  Vuur en ontstekingsbronnen
uit de buurt van het apparaat
houden.
โ–  De ruimte ventileren.
โ–  Het apparaat uitschakelen en
de stekker uit het
stopcontact trekken.
โ–  Contact opnemen met de
servicedienst.
Vermijden van risico's voor
kinderen en kwetsbare
personen
Er bestaat gevaar voor:
โ–  kinderen;
โ–  personen met lichamelijke,
geestelijke of zintuiglijke
beperkingen;
โ–  personen die onvoldoende
kennis hebben over de
veilige bediening van het
apparaat.
Maatregelen:
โ–  Zorg dat kinderen en
kwetsbare personen
begrijpen wat de gevaren
zijn.
โ–  Een voor de veiligheid
verantwoordelijke persoon
moet toezicht houden op
kinderen en kwetsbare
personen bij het apparaat of
hen instrueren.
โ–  Alleen kinderen vanaf 8 jaar
het apparaat laten
gebruiken.
โ–  Bij reiniging en onderhoud
toezicht houden op kinderen.
โ–  Laat kinderen nooit met het
apparaat spelen.
Kans op stikken
โ–  Bij een apparaat met
deurslot: Sleutel buiten
bereik van kinderen
opbergen.
nl Bestemming van het apparaat
88
โ–  Verpakkingsmateriaal en
onderdelen van het apparaat
zijn geen speelgoed voor
kinderen.
Materiรซle schade
Om materiรซle schade te
voorkomen:
โ–  Niet op de sokkel,
uitschuifdelen of deuren
staan of leunen.
โ–  Kunststof onderdelen en
deurafdichtingen olie- en
vetvrij houden.
โ–  Aan de stekker trekken โ€“
niet aan de aansluitkabel.
Gewicht
Houd er bij plaatsing en
transport van het apparaat
rekening mee dat het apparaat
erg zwaar kan zijn.
~ "De juiste opstelplaats"
op pagina 89
8 Correct gebruik van
het apparaat
Bestemming van het apparaat
Gebruik dit apparaat
โ–  uitsluitend voor het koelen en
invriezen van levensmiddelen en
voor ijsbereiding.
โ–  uitsluitend voor privรฉgebruik en
huishoudelijk gebruik.
โ–  uitsluitend volgens deze
gebruiksaanwijzing.
Dit apparaat is bestemd voor gebruik tot
op hoogten van maximaal 2.000 meter
boven zeeniveau.
7 Milieubescherming
Milieubescherming
Verpakking
Alle materialen zijn onschadelijk voor
het milieu en kunnen hergebruikt
worden.
โ–  Zorg dat de verpakking
milieuvriendelijk wordt afgevoerd.
โ–  Informatie over het afvoeren van
afval en het oude apparaat kunt
u opvragen bij uw speciaalzaak of bij
de gemeente.
Oude apparaten
Door een milieuvriendelijke afvoer
kunnen waardevolle grondstoffen
worden teruggewonnen.
:Waarschuwing
Kinderen kunnen zichzelf in het
apparaat opsluiten en stikken.!
โ–  Legplateaus en lades niet uit het
apparaat nemen, om te voorkomen
dat kinderen in het apparaat kruipen.
โ–  Kinderen uit de buurt van een
afgedankt apparaat houden.
Attentie!
Er kan koelmiddel en schadelijk gas
vrijkomen.
Buizen van de koelmiddelkringloop en
isolatie niet beschadigen.
1. Stekker uit het stopcontact halen.
2. Aansluitsnoer doorknippen.
3. Apparaat op deskundige wijze laten
afvoeren.
Installeren en aansluiten nl
89
Dit apparaat is gekenmerkt in
overeenstemming met de
Europese richtlijn 2012/19/EU
betreffende afgedankte
elektrische en elektronische apparatuur
(waste electrical and electronic
equipment - WEEE).
De richtlijn geeft het kader aan voor de
in de EU geldige terugneming en
verwerking van oude apparaten.
5 Installeren en
aansluiten
Installeren en aansluiten
Inhoud van de verpakking
Controleer na het uitpakken alle
onderdelen op eventuele
transportschade.
Voor klachten kunt u terecht bij de
winkel waar u het apparaat hebt
aangeschaft of bij onze servicedienst.
~ "Servicedienst" op pagina 103
De levering bestaat uit de volgende
onderdelen:
โ–  Inbouwapparaat
โ–  Uitrusting (modelafhankelijk)
โ–  Zakje met montagemateriaal
โ–  Gebruiksaanwijzing
โ–  Installatievoorschrift
โ–  Klantenserviceboekje
โ–  Garantiebijlage
โ–  Informatie over energieverbruik en
geluiden
Technische gegevens
Koelmiddel, netto inhoud van het
apparaat en andere technische
gegevens vindt u op het typeplaatje.
~ "Het apparaat leren kennen"
op pagina 92
Apparaat installeren
De juiste opstelplaats
Hoe meer koelmiddel het apparaat
bevat, des te groter moet de ruimte zijn
waarin het apparaat wordt opgesteld. In
een te kleine ruimte kan bij een lek een
ontvlambaar mengsel van gas en lucht
ontstaan.
Per 8 g koelmiddel moet het vertrek
minstens 1 mยณ groot zijn. De
hoeveelheid koelmiddel in uw apparaat
vindt u op het typeplaatje aan de
binnenkant van het apparaat.
~ "Het apparaat leren kennen"
op pagina 92
Het gewicht van het apparaat kan
afhankelijk van het model tot 74 kg
bedragen.
Toegestane omgevingstemperatuur
De toegestane binnentemperatuur is
afhankelijk van de klimaatklasse van het
apparaat.
Informatie over de klimaatklasse vindt u
op het typeplaatje.
~ "Het apparaat leren kennen"
op pagina 92
Het apparaat is volledig functioneel
binnen de toegestane
binnentemperatuur.
Wanneer een apparaat uit klimaatklasse
SN wordt gebruikt bij een lagere
binnentemperatuur, kunnen
beschadigingen aan het apparaat
worden uitgesloten tot een
binnentemperatuur van +5 ยฐC.
๎€Œ
Klimaatklasse Toegestane omgevings-
temperatuur
SN +10 ยฐC ... 32 ยฐC
N +16 ยฐC ... 32 ยฐC
ST +16 ยฐC ... 38 ยฐC
T +16 ยฐC ... 43 ยฐC
nl Installeren en aansluiten
90
Nisdiepte
Voor het apparaat wordt een nisdiepte
van 56 cm aanbevolen. Bij een kleinere
nisdiepte โ€“ minstens 55 cm โ€“ wordt het
energieverbruik iets hoger.
Energie besparen
Wanneer u de volgende aanwijzingen opvolgt, verbruikt uw apparaat minder stroom.
Aanwijzing: De plaatsing van de uitrustingsonderdelen heeft geen invloed op het
energieverbruik van het apparaat.
Apparaat installeren
Apparaat niet blootstellen aan direct zonlicht. Bij een lage omgevingstemperatuur hoeft het appa-
raat minder vaak te koelen en verbruikt daardoor
minder stroom.
Het apparaat zo ver mogelijk van radiatoren, fornuis
en andere warmtebronnen plaatsen:
Naast elektrische of gasfornuizen: 3 cm.
Naast een cv-installatie: 30 cm.
Aanwijzing: Als dat niet mogelijk is een isolatie-
plaat aanbrengen tussen het apparaat en de warmte-
bron.
Een opstelplaats met een binnentemperatuur van
ca. 20 ยฐC kiezen.
Een nisdiepte van 56 cm aanhouden.
Attentie!
Gevaar voor verbranding!
Sommige onderdelen van het apparaat worden tij-
dens het gebruik heet. Aanraking van deze onderde-
len kan brandwonden veroorzaken.
De lucht bij de achterwand van het apparaat wordt
niet zo warm. Het apparaat verbruikt minder stroom
wanneer de warme lucht kan wegtrekken.
Ventilatieopeningen niet afdekken of versperren.
De ruimte dagelijks luchten.
Gebruik van het apparaat
Deur van het apparaat slechts kort openen. De lucht in het apparaat wordt niet veel warmer. Het
apparaat hoeft minder vaak te koelen en verbruikt
daardoor minder stroom.
Gekochte levensmiddelen in een koeltas transporte-
ren en snel in het apparaat leggen.
Warme levensmiddelen en dranken eerst laten
afkoelen en daarna in het apparaat leggen.
Diepvrieswaren ter ontdooiing in het koelvak leggen,
om de koude van de diepvrieswaren te benutten.
Installeren en aansluiten nl
91
--------
Voor het eerste gebruik
1. Infomateriaal eruit nemen en zowel
plakband als beschermfolie
verwijderen.
2. Apparaat schoonmaken.
~ "Schoonmaken" op pagina 100
Elektrische aansluiting
Attentie!
Het apparaat niet aansluiten op een
elektronische electronische
energiebesparende stekker.
Aanwijzing: U kunt het apparaat
aansluiten op netvoedingsinverters en
sinusinverters.
Netvoedingsinverters worden gebruikt
bij fotovoltaรฏsche installaties met
rechtstreekse aansluiting op het
openbare elektriciteitsnet. Bij
losstaande systemen dient u
sinusinverters gebruiken. Losstaande
systemen, bijv. op schepen of in
berghutten, hebben geen rechtstreekse
aansluiting op het openbare
elektriciteitsnet.
1. Na plaatsing van het apparaat
minstens 1 uur wachten met
aansluiten, om beschadiging van
de compressor te voorkomen.
2. Het apparaat aansluiten op een
volgens de voorschriften
geรฏnstalleerd stopcontact.
Het stopcontact moet voldoen aan
de volgende voorwaarden:
Buiten Europa: controleren of de
vermelde stroomsoort van het
apparaat overeenkomt met de
waarden van uw elektriciteitsnet. De
gegevens van het apparaat staan op
het typeplaatje.
~ "Het apparaat leren kennen"
op pagina 92
3. Het apparaat aansluiten op een
stopcontact in de buurt van het
apparaat.
Het stopcontact moet vrij
toegankelijk zijn na de plaatsing van
het apparaat.
Altijd wat ruimte openlaten tussen de levensmidde-
len en de achterwand.
De lucht kan circuleren en de luchtvochtigheid blijft
constant. Het apparaat hoeft minder vaak te koelen
en verbruikt daardoor minder stroom.
Levensmiddelen luchtdicht verpakken.
Achterkant van het apparaat eenmaal per jaar
schoon zuigen.
De lucht bij de achterwand van het apparaat wordt
niet zo warm. Het apparaat verbruikt minder stroom
wanneer de warme lucht kan wegtrekken.
Ventilatieopeningen niet afdekken of versperren.
Vriesvak regelmatig ontdooien. Een laag rijp of ijs in het vriesvak vermindert de
afgifte van koude aan de diepvrieswaren en ver-
hoogt het energieverbruik.
Deur van het vriesvak zorgvuldig sluiten. Er treedt sterke ijsvorming in het vriesvak op. Het
apparaat moet vaker koelen en verbruikt meer
stroom.
Gebruik van het apparaat
Stopcontact met 220 V ... 240 V
Aardleiding 50 Hz
Zekering 10A ... 16 A
nl Het apparaat leren kennen
92
* Het apparaat leren
kennen
Het apparaat leren kennen
Klap het laatste blad met afbeeldingen
open. Afhankelijk van de uitrusting
kunnen er verschillen zijn tussen uw
apparaat en de afbeeldingen.
Apparaat
~ Afb. !
Bedieningselementen
~ Afb. "
Uitrusting
Legplateau vriesvak
~ Afb. #
U kunt het legplateau variรซren:
1. Het legplateau optillen en
verwijderen.
2. Draaglijst losmaken en verplaatsen.
3. Legplateau aanbrengen.
Legplateau
~ Afb. $
U kunt het legplateau variรซren:
โ–  Legplateau eruit trekken en
verwijderen.
Varioplateau
~ Afb. %
U kunt hoge voorwerpen koelen (bijv.
kannen of flessen):
โ–  Het voorste deel van het legplateau
verwijderen en onder het achterste
deel schuiven.
# Vriesvak
+ Koelvak
3 Keldervak
(...h Bedieningselementen
)" Verlichting
)* Groentelade met
vochtigheidsregelaar
): Uittrekbare lade
)B Draagbare lade
)2 Typeplaatje
)J Voorraadvak voor tubes en
blikjes
)R Vak voor grote flessen
( Toets %
Schakelt het apparaat in of uit.
0 Toets super keldervak
Schakelt het superkoelen in of
uit.
8 Toets </> keldervak
Stelt de temperatuur van het
keldervak in.
@ Temperatuurindicatie keldervak
Toont de ingestelde temperatuur
in ยฐC.
H Toets alarm
Schakelt het alarmsignaal uit.
P Toets holiday
Schakelt de vakantiemodus in of
uit.
X Toets </> koelvak
Stelt de temperatuur van het
koelvak in.
` Indicatie temperatuur koelvak
Toont de ingestelde temperatuur
in ยฐC.
h Toets super
Schakelt de super-functie in of
uit.
Apparaat bedienen nl
93
Reservoir
~ Afb. &
U kunt de lade verwijderen:
โ–  Reservoir tot aan de aanslag
uittrekken, vooraan optillen en
verwijderen.
Uittrekbare lade
~ Afb. '
Voor het overzichtelijk bewaren van
koudegevoelige soorten fruit en
groente.
U kunt de lade verwijderen:
โ–  Lade achteraan iets optillen en
verwijderen.
U kunt de lade aanbrengen:
โ–  Lade op de rails plaatsen en in het
apparaat schuiven.
Draagbare lade
~ Afb. (
Kleine draagbare lade
Voor het bewaren en koelen van
drukgevoelige soorten fruit en groente.
Grote draagbare lade
Voor het bewaren en koelen van flessen
en dranken.
U kunt de draagbare lades verwijderen:
โ–  Draagbare lades optillen en
verwijderen.
Voorraadvakken
~ Afb. )
U kunt het flessenrek verwijderen:
โ–  Flessenrek optillen en verwijderen.
Flessenhouder
~ Afb. *
Wanneer u de deur opent en sluit:
โ–  Het flessenrek voorkomt dat de
flessen kantelen.
1 Apparaat bedienen
Apparaat bedienen
Apparaat inschakelen
1. Toets % indrukken.
Het apparaat begint te koelen.
2. De gewenste temperatuur instellen.
~ "Temperatuur instellen"
op pagina 94
Opmerkingen bij/voor het gebruik
โ–  Na het inschakelen kan het een
aantal uren duren voordat de
ingestelde temperaturen zijn bereikt.
Geen levensmiddelen inruimen
voordat de ingestelde temperatuur is
bereikt.
โ–  De voorzijde van het apparaat achter
de deur wordt gedeeltelijk licht
verwarmd waardoor de vorming van
condenswater in de buurt van de
deurafdichting wordt voorkomen.
Apparaat uitschakelen en
buiten werking stellen
Apparaat uitschakelen
โ–  Toets % indrukken.
Het apparaat koelt niet meer.
nl Apparaat bedienen
94
Apparaat buiten werking stellen
Als u het apparaat langere tijd niet
gebruikt:
1. Toets % indrukken.
Het apparaat koelt niet meer.
2. De stekker uit het stopcontact
trekken of de zekering uitschakelen.
3. Apparaat schoonmaken.
4. Apparat open laten.
Temperatuur instellen
Aanbevolen temperatuur
Koelvak
โ–  Toets </> meermaals indrukken tot
de gewenste temperatuur verschijnt
op de display.
Vriesvak
De temperatuur in de koelruimte
beรฏnvloedt de temperatuur in het
vriesvak. Verander de temperatuur in de
koelruimte om de temperatuur in het
vriesvak te veranderen. Hoger
ingestelde koelruimtetemperaturen
zorgen voor hogere
vriesvaktemperaturen.
Keldervak
โ–  Toets </> net zo vaak indrukken tot
de gewenste temperatuur wordt
weergegeven.
Sticker OK
(niet bij alle modellen)
Met de sticker OK kunt u controleren of
de temperatuur in het koelvak +4 ยฐC
of kouder wordt.
Als de sticker niet OK aangeeft, moet
de temperatuur stapsgewijs worden
verlaagd.
Na ingebruikneming van het apparaat
kan het 12 uur duren voordat de
ingestelde temperatuur is bereikt.
Correcte instelling
Super-functie
Superkoelen keldervak
Bij het superkoelen wordt het keldervak
zo koud mogelijk gekoeld.
Het superkoelen inschakelen bijv.:
โ–  vรณรณr het inladen van grote
hoeveelheden levensmiddelen
โ–  voor het snelkoelen van dranken
Aanwijzing: Wanneer het superkoelen
ingeschakeld is,
โ–  mogen er geen koudegevoelige
soorten fruit en groente in de
koelruimte worden bewaard,
โ–  kan het apparaat meer geluid
produceren.
Na 15 uur schakelt het apparaat over
op het normale werking.
Superkoelen in-/uitschakelen:
โ–  Toets super indrukken.
De toets brandt als het
superkoelsysteem is ingeschakeld.
Koelvak: +4 ยฐC
Keldervak: +10 ยฐC
Alarm nl
95
Super-functie koelvak en vriesvak
Als de super-functie ingeschakeld is,
wordt het kouder in het koelvak en het
vriesvak.
Super-functie inschakelen bijv.:
โ–  om levensmiddelen snel tot in de
kern in te vriezen:
โ–  4 ... 6 uur vรณรณr opslag van een
levensmiddelhoeveelheid vanaf 2 kg
โ–  om het max. vriesvermogen te
benutten
~ "Maximale invriescapaciteit"
op pagina 97
Aanwijzing: Als de super-functie
ingeschakeld is, wordt het apparaat iets
luider.
Na ca. 2 ^ dag schakelt het apparaat
over op het normale werking.
Super-functie in-/uitschakelen:
โ–  Toets super indrukken.
Als de super-functie ingeschakeld is,
wordt de toets verlicht.
Vakantiemodus
Bij langere afwezigheid kunt u het
apparaat in de energiebesparende
Vakantie-modus zetten.
De temperaturen worden automatisch
omgeschakeld:
โ–  Koelvak: +9 ยฐC
โ–  Keldervak: +14 ยฐC
Bewaar gedurende deze tijd geen
levensmiddelen in de vakken.
De temperatuur in het diepvriesvak blijft
ongewijzigd.
Vakantiemodus in-/uitschakelen:
โ–  Toets holiday indrukken.
Als de vakantiemodus is
ingeschakeld, brandt de toets en
geeft de temperatuurindicatie van
het koelvak geen temperatuur meer
aan.
M Alarm
Alarm
Deuralarm
Als de deur van het apparaat langer
dan twee minuten open staat, wordt het
deuralarm (aanhoudend geluidssignaal)
ingeschakeld.
โ–  Deur sluiten of toets alarm
indrukken.
Het alarmsignaal wordt
uitgeschakeld.
U Koelvak
Koelvak
Het koelvak is geschikt voor het
bewaren van vlees, worst, vis,
melkproducten, eieren, bereide
gerechten en bakproducten.
De temperatuur is instelbaar van +2 ยฐC
... +8 ยฐC.
Door de koelopslag kunt u ook zeer
bederfelijke levensmiddelen op korte
of middellange termijn bewaren. Hoe
lager de temperatuur, hoe langzamer
de gistingsprocessen, de chemische
processen en het bederf door
micro-organismen verloopt. Een
temperatuur van +4 ยฐC of lager
waarborgt een optimale versheid en
veiligheid van de levensmiddelen.
nl Koelvak
96
In acht nemen bij het bewaren
โ–  Verse, onbeschadigde
levensmiddelen inruimen.
Zo blijft de kwaliteit en de versheid
langer bewaard.
โ–  Bij kant-en-klaarproducten en
gebottelde producten de door de
fabrikant vermelde
houdbaarheidsdatum of
gebruiksdatum niet overschrijden.
โ–  De levensmiddelen goed verpakt
of afgedekt inruimen, om
aroma/smaak, kleur en versheid te
bewaren.
Zo voorkomt u smaakvermenging en
verkleuring van de kunststof
onderdelen.
โ–  Warme gerechten en dranken eerst
laten afkoelen, dan in het koelvak
zetten.
Let op de koudezones
in het koelvak
Door de luchtcirculatie in de koelruimte
ontstaan verschillende koudezones.
De koudste zone
De koudste zone is tussen de op de
zijkant gestempelde pijl en het eronder
liggende legplateau.
~ Afb. +
Aanwijzing: Bewaar in de koudste
zone gevoelige levensmiddelen (bijv.
vis, worst en vlees).
De warmste zone
De warmste zone bevindt zich helemaal
bovenaan in de deur.
Aanwijzing: Bewaar in de warmste
zone bijv. harde kaas en boter. Kaas
kan zijn aroma/smaak verder
ontwikkelen en boter blijft goed
smeerbaar.
Groentelade met
vochtigheidsregelaar
~ Afb. ,
De groentelade is de optimale plaats
voor het bewaren van vers fruit en verse
groente. Met de vochtigheidsregelaar
en een speciale afdichting kunt u de
luchtvochtigheid in de groentelade
aanpassen. Hierdoor kunt u vers fruit en
verse groente tot tweemaal zo lang
bewaren als bij een conventionele
bewaarmethode.
De luchtvochtigheid in de groentelade
kunt u instellen afhankelijk van het soort
en de hoeveelheid bewaarde
levensmiddelen:
โ–  overwegend fruit en bij hoge
belading โ€“ lagere luchtvochtigheid
instellen
โ–  overwegend groente en bij
gemengde belading of geringe
belading โ€“ hogere luchtvochtigheid
instellen
Aanwijzingen
โ–  Koudegevoelige soorten fruit (bijv.
ananas, bananen, papaja's en
citrusvruchten) en groente (bijv.
aubergines, komkommers,
courgettes, paprika's, tomaten en
aardappels) dienen voor een
optimaal behoud van kwaliteit en
aroma in het keldervak bewaard te
worden op temperaturen van circa
+8 ยฐC ... +12 ยฐC.
โ–  Afhankelijk van de soort
levensmiddelen en de hoeveelheid
kan zich condenswater vormen in de
groentelade.
Condenswater verwijderen met een
droge doek en de luchtvochtigheid
in de groentelade aanpassen met
behulp van de vochtigheidsregelaar.
Vriesvak nl
97
W Vriesvak
Vriesvak
Het vriesvak is geschikt voor:
โ–  bewaren van diepvriesproducten;
โ–  maken van ijsblokjes;
โ–  om levensmiddelen in te vriezen.
De temperatuur in het vriesvak is
afhankelijk van de temperatuur in de
koelruimte.
Door diepvriesopslag kunt
u bederfelijke levensmiddelen vrijwel
zonder kwaliteitsafname langdurig
bewaren, omdat de lage temperatuur
het bederf sterk vertraagt of stopzet. Het
uiterlijk, het aroma en alle belangrijke
inhoudsstoffen blijven grotendeels
behouden.
De tijd die nodig is om verse
levensmiddelen volledig diep te vriezen
is afhankelijk van de volgende factoren:
โ–  ingestelde temperatuur
โ–  soort levensmiddel
โ–  vulling van het vriesvak
โ–  bewaarde hoeveelheid en soort
levensmiddelen
Deur van het vriesvak
~ Afb. -
Neem de volgende punten in acht:
โ–  De stand van de handgreep geeft
aan of het vriesvak goed gesloten is.
โ–  De deur van het vriesvak sluit met
een hoorbare klik.
โ–  Als de deur van het vriesvak open
staat, ontdooien de opgeslagen
diepvrieswaren. Er treedt sterke
ijsvorming in het vriesvak op.
Maximale invriescapaciteit
Het maximum vriesvermogen geeft de
hoeveelheid levensmiddelen aan die in
24 uur tot in de kern kunnen worden
ingevroren.
Gegevens over de maximale
invriescapaciteit vindt u op het
typeplaatje.
~ "Het apparaat leren kennen"
op pagina 92
Voorwaarden voor max.
invriesvermogen
1. Ca. 8 uur voordat u verse waar
inruimt: super-functie inschakelen.
~ "Super-functie" op pagina 94
2. Verse levensmiddelen zo dicht
mogelijk bij de zijwanden invriezen.
Inkopen van
diepvriesproducten
โ–  Op onbeschadigde verpakking
letten.
โ–  Houdbaarheidsdatum niet
overschrijden.
โ–  De temperatuur in de
supermarktvriezer moet โ€“18 ยฐC of
kouder zijn.
โ–  De diepvriesproducten liefst in een
koeltas transporteren en snel in het
vriesvak leggen.
Attentie bij het inruimen
โ–  Levensmiddelen over een groot
oppervlak van het vriesvak verdelen.
โ–  In te vriezen levensmiddelen niet in
aanraking brengen met ingevroren
levensmiddelen.
De ingevroren levensmiddelen zo
nodig anders opstapelen in het
vriesvak.
nl Vriesvak
98
Verse levensmiddelen
invriezen
Uitsluitend verse en onberispelijke
levenmiddelen invriezen.
Levensmiddelen die gekookt, gebraden
of gebakken worden geconsumeerd,
zijn geschikter voor invriezen dan
levensmiddelen die rauw worden
gegeten.
Om voedingswaarde, aroma en kleur zo
goed mogelijk te behouden, dienen de
levensmiddelen voorbereid te worden:
โ–  Groente: wassen, kleiner maken,
blancheren.
โ–  Fruit: wassen, ontpitten en eventueel
schillen, eventueel suiker of
ascorbinezuuroplossing toevoegen.
Aanwijzingen daarover vindt u in de
desbetreffende literatuur.
Geschikt voor invriezen
โ–  brood en banket;
โ–  vis en zeevruchten;
โ–  vlees;
โ–  wild en gevogelte;
โ–  groente, fruit en kruiden;
โ–  eieren zonder schaal;
โ–  melkproducten, bijv. kaas, boter en
kwark;
โ–  bereide gerechten en kliekjes, zoals
soep, stoofschotels, gaar vlees en
gare vis, aardappelgerechten,
ovenschotels en zoete toetjes.
Niet geschikt om in te vriezen
โ–  groentesoorten die meestal rauw
worden gegeten, zoals kropsla en
radijsjes;
โ–  ongepelde of hardgekookte eieren;
โ–  wijndruiven/druiven;
โ–  hele appels, peren en perziken;
โ–  yoghurt, dikke zure melk, zure room,
crรจme fraรฎche en mayonaise.
Diepvrieswaren verpakken
De juiste verpakking en materiaalkeuze
bepalen in belangrijke mate het behoud
van de productkwaliteit en het
voorkomen van vriesbrand.
1. Levensmiddelen in de verpakking
leggen.
2. Lucht eruit drukken.
3. Verpakking luchtdicht afsluiten om te
voorkomen dat de levensmiddelen
hun smaak verliezen of uitdrogen.
4. Vermeld op de pakjes inhoud en
invriesdatum.
Als verpakking geschikt:
โ–  kunststoffolie;
โ–  wrapfolie van polyethyleen (PE);
โ–  aluminiumfolie;
โ–  diepvriesdozen.
Geschikte afsluitingen:
โ–  rubber ringen;
โ–  kunststofclips;
โ–  koudebestendig plakband.
Ongeschikte verpakking:
โ–  (in)pakpapier;
โ–  perkamentpapier;
โ–  cellofaan;
โ–  vuilniszakken en plastic zakken.
Houdbaarheid van de diepvrieswaren
bij โ€“18 ยฐC
Ontdooien van diepvrieswaren
De ontdooimethode dient te worden
aangepast aan het levensmiddel en het
gebruiksdoel, om de productkwaliteit zo
goed mogelijk te behouden.
Vis, worst, klaargemaakte
gerechten, brood en banket:
tot 6 maanden
Vlees, gevogelte: tot 8 maanden
Groente, fruit: tot 12 maanden
Keldervak nl
99
Ontdooimethoden:
โ–  in het koelvak (vooral geschikt voor
dierlijke levensmiddelen zoals vis,
vlees, kaas, kwark)
โ–  op kamertemperatuur (brood)
โ–  magnetron (levensmiddelen voor
directe consumptie of directe
toebereiding)
โ–  oven/fornuis (levensmiddelen voor
directe consumptie of directe
toebereiding)
Attentie!
Half of geheel ontdooide
diepvrieswaren niet opnieuw invriezen.
Pas nadat het is verwerkt tot een
panklaar gerecht (gekookt of
gebraden), kunt u het opnieuw
invriezen.
De maximale opslagtijd van het
diepvrieswaren niet meer volledig
benutten.
ร‰ Keldervak
Keldervak
Het keldervak is geschikt voor het
bewaren van dranken, harde kaas en
koudegevoelige groenten zoals
tomaten, komkommers, avocado's,
aubergines en aardappelen.
Bovendien koudegevoelig fruit zoals
mandarijnen, bananen, ananas, meloen,
papajaโ€™s, passievruchten of fruit dat
moet narijpen.
De temperatuur is van +6 ยฐC ... +14 ยฐC
instelbaar.
Attentie!
Door de trillingen tijdens het openen
van de koelwagen kan de kurk van
aangebroken flessen met
koolzuurhoudende dranken met een
knal losschieten.
= Ontdooien
Ontdooien
Koelvak en keldervak
Terwijl de koelmachine loopt, vormen
zich dooiwaterdruppels of rijp op de
achterwand. Dit is normaal. U hoeft de
dooiwaterdrupppels of rijp niet af te
vegen. De achterwand wordt
automatisch ontdooid. Het dooiwater
loopt weg via het dooiwatergootje.
~ Afb. .
Vanuit de dooiwatergoot stroomt het
dooiwater naar de verdampingsbak,
waar het verdampt.
Aanwijzing: De dooiwatergoot en het
afvoergat schoonhouden, zodat het
dooiwater kan weglopen en
geurvorming wordt voorkomen.
Vriesvak
Omdat de diepvrieswaren niet mogen
ontdooien, wordt het vriesvak niet
automatisch ontdooid. Een laag rijp of
ijs in het vriesvak vermindert de afgifte
van koude aan de diepvrieswaren en
verhoogt het energieverbruik.
โ–  De laag rijp of ijs regelmatig
verwijderen.
Attentie!
Schade aan de leidingen van het
koelcircuit voorkomen.
Vrijkomend koelmiddel kan oogletsel
veroorzaken of vlam vatten.
โ–  Een laag rijp of ijs niet met een mes
of een scherp voorwerp afschrapen.
nl Schoonmaken
100
Ga als volgt te werk:
1. Ca. 4 uur voor het ontdooien de
super-functie inschakelen.
De levensmiddelen worden daardoor
tot zeer lage temperaturen
afgekoeld, zodat u deze langer op
kamertemperatuur kunt bewaren.
2. Diepvrieswaren verwijderen en
tussentijds op een koele plaats
bewaren.
3. Apparaat uitschakelen.
4. De stekker uit het stopcontact
trekken of de zekering uitschakelen.
5. Om het ontdooiproces te versnellen:
een pan met heet water op een
onderzetter in het vriesvak zetten.
6. Met een doek of spons het
smeltwater opnemen.
7. Vriesvak droog wrijven.
8. Apparaat inschakelen.
9. Diepvrieswaren in het diepvriesvak
leggen.
D Schoonmaken
Schoonmaken
Attentie!
Beschadiging van het apparaat en de
uitrustingsonderdelen vermijden.
โ–  Gebruik geen schoonmaak of
oplosmiddelen die zand, chloride of
zuren bevatten.
โ–  Geen schurende of krassende
sponsjes gebruiken.
Op de metalen oppervlakken kan
corrosie ontstaan.
โ–  De legplateaus en voorraadvakken
mogen niet in de afwasautomaat
gereinigd worden.
Ze kunnen vervormen.
Ga als volgt te werk:
1. Apparaat uitschakelen.
2. De stekker uit het stopcontact
trekken of de zekering uitschakelen.
3. Levensmiddelen verwijderen en op
een koele plaats bewaren.
De koude-accu (indien aanwezig) op
de levensmiddelen leggen.
4. Indien aanwezig: wachten tot rijplaag
in het koelvak is ontdooid.
5. Het apparaat schoonmaken met
een zachte doek en lauw water
met een scheutje pH neutraal
schoonmaakmiddel.
Attentie!
Het afwaswater mag niet in de
verlichting of via het afvoergat in het
verdampingsgedeelte terechtkomen.
6. Deurafdichting afvegen met schoon
water en goed afdrogen.
7. Apparaat weer aansluiten,
inschakelen en levensmiddelen
inruimen.
Schoonmaken van het
interieur
De variabele onderdelen uit het
apparaat nemen.
~ "Uitrusting" op pagina 92
Dooiwatergoot
~ Afb. .
De dooiwatergoot en het afvoergat
regelmatig reinigen met wattenstaafjes
o.i.d., zodat het dooiwater goed kan
weglopen.
Legplateau boven de groentelade
~ Afb. /
1. Groentelade uittrekken.
2. Legplateau verwijderen en ter
reiniging uit elkaar nemen.
Luchtjes nl
101
Front van keldervak
~ Afb. 0
1. De vier afdekkingen verwijderen.
2. Front van keldervak optillen.
3. Front van keldervak van de rails
losmaken.
l Luchtjes
Luchtjes
Als u onaangename luchtjes ruikt:
1. Apparaat uitschakelen met
de Aan/Uit-toets %.
2. Alle levensmiddelen uit het apparaat
halen.
3. De binnenruimte
reinigen.~ "Schoonmaken"
op pagina 100
4. Alle verpakkingen reinigen.
5. Sterk ruikende levensmiddelen
luchtdicht verpakken om luchtjes te
voorkomen.
6. Apparaat weer inschakelen.
7. Levensmiddelen inruimen.
8. Na 24 uur controleren of er opnieuw
luchtjes zijn ontstaan.
9 Verlichting
Verlichting
Het apparaat is voorzien van een
onderhoudsvrije LED verlichting.
Alleen de klantenservice of een
geautoriseerde vakman mag de
verlichting repareren.
> Geluiden
Geluiden
Normale geluiden
Brommen: Er loopt een motor, bijv.
koelaggregaat, ventilator.
Borrelen, zoemen of gorgelen:
Koelmiddel stroomt door de buizen.
Klikgeluiden: Motor, schakelaar of
magneetventielen schakelen in/uit.
Voorkomen van geluiden
Het apparaat staat niet waterpas: Het
apparaat met behulp van een waterpas
stellen. Indien nodig er iets
onderleggen.
Lades, legplateaus of flessenrekken
wiebelen of klemmen: Uitneembare
uitrustingsonderdelen controleren en
eventueel opnieuw aanbrengen.
Flessen of serviesgoed raken elkaar:
Flessen of schalen uit elkaar zetten.
nl Storingen, wat te doen?
102
3 Storingen, wat te doen?
Storingen, wat te doen?
Controleer aan de hand van deze tabel of u de storing zelf kunt verhelpen, voordat
u de klantenservice belt.
--------
De temperatuur wijkt erg af van de instelling.
Apparaat 5 minuten uitschakelen.
~ "Apparaat uitschakelen en buiten werking
stellen" op pagina 93
Wanneer de temperatuur te hoog is, de temperatuur
na een paar uur opnieuw controleren.
Wanneer de temperatuur te laag is, de temperatuur
de volgende dag opnieuw controleren.
Geen enkele indicatie brandt.
De stekker zit niet goed in het stopcontact. Stekker in het stopcontact steken.
De zekering is geactiveerd. Zekeringen controleren.
De stroom is uitgevallen. Controleren of er stroom is.
De indicatie geeft E... aan.
De elektronica heeft een fout geconstateerd. Contact opnemen met de klantenservice.
~ "Servicedienst" op pagina 103
Het apparaat koelt niet, de indicatie en de verlichting branden.
Het presentatiemodus is ingeschakeld. Toets alarm 10 seconden ingedrukt houden tot er
een bevestigingssignaal klinkt. Wachten en controle-
ren of het apparaat koelt.
Servicedienst nl
103
4 Servicedienst
Servicedienst
Als het u niet lukt om de storing zelf te
verhelpen, kunt u contact opnemen met
onze klantenservice. Wij vinden altijd
een passende oplossing, ook om een
onnodig bezoek van de monteur te
voorkomen.
De contactgegevens van de
dichtstbijzijnde Servicedienst vindt u
hier of in de lijst met
Servicedienstadressen.
Vermeld bij het telefoongesprek a.u.b.
het fabrikaatnummer (E-Nr.) en het
productnummer (FD), die u op het
typeplaatje vindt.
~ "Het apparaat leren kennen"
op pagina 92
Vertrouw op de competentie van de
fabrikant. U bent er dan van verzekerd
dat de reparatie door ervaren technici
wordt uitgevoerd die gebruik maken van
de originele reserveonderdelen voor uw
apparaat.
Zelftest apparaat
Uw apparaat beschikt over een
zelftestprogramma dat fouten aangeeft,
die uw klantenservice kan verhelpen.
1. Apparaat uitschakelen en 5 minuten
wachten.
2. Apparaat inschakelen.
3. Binnen de eerste 10 seconden na
het inschakelen de toets super
3 ... 5 seconden indrukken en
ingedrukt houden.
De zelftest start en er klinkt een
aanhoudend geluidssignaal.
โ–  Wanneer na afloop van de zelftest
tweemaal een signaal klinkt: uw
apparaat is in orde.
โ–  Als de toets super 10 seconden
knippert en er 5 signalen klinken:
contact opnemen met de
servicedienst.
Na afloop van het programma schakelt
het apparaat weer over op het normale
gebruik.
Verzoek om reparatie en
advies bij storingen
De contactgegevens in alle landen vindt
u in de bijgesloten lijst met
Servicedienstadressen.
--------
Garantie
Meer informatie over de garantieperiode
en de garantievoorwaarden in uw land
zijn verkrijgbaar bij uw klantenservice,
uw speciaalzaak en op onze website.
NL 088 424 4010
B 070 222 141
!
"
Ch
e
ese
C
h
e
es
e
(...h
)*
)2
)J
)R
#
+
3
)"
):
)B
๎€‹๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ
๎€“๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ
๎€›๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ#๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ
+๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ
3๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ;๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ
C๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ
K๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ๎€ƒ
1/111