Yamaha RX-V557 de handleiding

Categorie
AV-ontvangers
Type
de handleiding
1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale
prestaties uit uw toestel haalt, dient u deze
handleiding zorgvuldig door te lezen. Bewaar de
handleiding op een veilige plek zodat u er later nog
eens iets in kunt opzoeken.
2 Installeer dit toestel op een goed geventileerde,
koele, droge, schone plek – uit direct zonlicht, uit
de buurt van warmtebronnen, trillingen, stof, vocht
en/of kou. Zorg voor een ventilatieruimte van
tenminste 30 cm ruimte aan de bovenkant, 20 cm
aan de rechter- en linkerkant en 20 cm aan de
achterkant van dit toestel.
3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere
elektrische apparatuur, motoren of transformatoren
om storend gebrom te voorkomen.
4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge
temperatuurswisselingen van koud naar warm en
plaats het toestel niet in een omgeving met een
hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een
luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich
binnenin het toestel condens vormt, wat zou
kunnen leiden tot elektrische schokken, brand,
schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel.
5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het
toestel kunnen vallen, of waar het toestel bloot
staat aan druppelende of spattende vloeistoffen.
Plaats de volgende dingen niet bovenop dit toestel:
Andere componenten, daar deze schade kunnen
veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel
kunnen doen verkleuren.
Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar
deze brand, schade aan dit toestel en/of
persoonlijk letsel kunnen veroorzaken.
Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze
elektrische schokken voor de gebruiker en/of
schade aan dit toestel kunnen veroorzaken
wanneer de vloeistof daaruit in het toestel
terecht komt.
6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken,
gordijn enz. zodat de koeling niet belemmerd wordt.
Als de temperatuur binnenin het toestel te hoog
wordt, kan dit leiden tot brand, schade aan het
toestel en/of persoonlijk letsel.
7 Steek de stekker van dit toestel pas in het
stopcontact als alle aansluitingen gemaakt zijn.
8 Gebruik het toestel niet wanneer het
ondersteboven is geplaatst. Het kan hierdoor
oververhit raken wat kan leiden tot schade.
9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars,
knoppen en/of snoeren.
10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt,
moet u aan de stekker zelf trekken, niet aan het
snoer.
11 Maak dit toestel niet schoon met chemische
oplosmiddelen; dit kan de afwerking beschadigen.
Gebruik alleen een schone, droge doek.
12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven
voltage. Gebruik van dit toestel bij een hoger
voltage dan aangegeven is gevaarlijk en kan leiden
tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk
letsel. YAMAHA aanvaardt geen aansprakelijkheid
voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit
toestel met een ander voltage dan hetgeen
aangegeven staat.
13 Om schade door blikseminslag te voorkomen dient
u de stekker uit het stopcontact te halen wanneer
het onweert.
14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te
brengen of het te repareren. Neem contact op met
erkend YAMAHA servicepersoneel wanneer u
vermoedt dat het toestel reparatie behoeft. Probeer
in geen geval de behuizing open te maken.
15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult
gebruiken (bijv. vakantie), dient u de stekker uit het
stopcontact te halen.
16 Lees het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN
PROBLEMEN” over veel voorkomende
vergissingen bij de bediening voor u de conclusie
trekt dat het toestel een storing of defect vertoont.
17 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/
ON te drukken om dit toestel uit (standby) te
schakelen en de stekker uit het stopcontact te
halen.
LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK
NEEMT.
WAARSCHUWING
OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF
ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN,
MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL
BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN.
De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten
zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het
toestel zelf uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde
standby-stand. In deze toestand is het toestel
ontworpen een zeer kleine hoeveelheid stroom te
verbruiken.
Alleen voor klanten in Nederlands
Bij dit product zijn batterijen geleverd.
Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet
weggooien maar inleveren als KCA.
1
Nederlands
VOORBEREIDINGEN
INLEIDING
BASISBEDIENING
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
GEAVANCEERDE
BEDIENING
AANVULLENDE
INFORMATIE
KENMERKEN ....................................................... 2
VAN START........................................................... 3
Meegeleverde accessoires.......................................... 3
Inzetten van batterijen in de afstandsbediening......... 3
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES......... 4
Voorpaneel................................................................. 4
Afstandsbediening ..................................................... 6
Gebruiken van de afstandsbediening......................... 7
Display voorpaneel.................................................... 8
Achterpaneel............................................................ 10
LUIDSPREKER SETUP ..................................... 11
Opstelling van de luidsprekers................................. 11
Luidspreker-aansluitingen ....................................... 12
AANSLUITINGEN .............................................. 14
Voor u componenten gaat aansluiten.......................14
Aansluiten van videocomponenten.......................... 15
Aansluiten van audiocomponenten.......................... 18
Aansluiten van de FM en AM antennes .................. 19
Aansluiten van het netsnoer..................................... 20
Instelling luidsprekerimpedantie .............................21
Inschakelen van de stroom....................................... 21
BASIS SETUP....................................................... 22
Gebruiken van het BASIC SETUP menu................ 22
WEERGAVE ........................................................25
Basisbediening.........................................................25
Selecteren van geluidsveldprogramma’s................. 27
Selecteren van ingangsfuncties................................32
AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO ..................33
Automatisch en handmatig afstemmen....................33
Zenders voorprogrammeren..................................... 34
Selecteren van voorkeuzezenders............................ 36
Omwisselen van voorkeuzezenders.........................37
Ontvangen van Radio Data Systeem zenders..........38
Overschakelen naar een bepaalde Radio Data
Systeem functie ...................................................39
De PTY SEEK functie............................................. 40
De EON functie ....................................................... 41
OPNEMEN............................................................ 42
GELUIDSVELDPROGRAMMA
BESCHRIJVINGEN.........................................43
Voor film/video bronnen ......................................... 43
Voor muziekmateriaal ............................................. 45
GEAVANCEERDE BEDIENING.......................46
Gebruiken van de slaaptimer ................................... 46
Handmatig instellen van de luidsprekersniveaus.....47
SET MENU............................................................48
Gebruiken van het SET MENU............................... 49
1 SOUND MENU.................................................... 50
2 INPUT MENU...................................................... 52
3 OPTION MENU................................................... 53
UITGEBREID SETUP MENU............................55
KENMERKEN VAN DE
AFSTANDSBEDIENING.................................57
Set bedieningstoetsen ..............................................57
Instellen van afstandsbedieningscodes.................... 58
Bedienen van andere componenten......................... 59
Overschakelen naar een alternatieve code............... 60
Wissen van ingestelde afstandsbedieningscodes..... 60
ZONE 2 ..................................................................61
Zone 2 aansluitingen................................................ 61
Afstandsbediening vanuit Zone 2............................ 62
WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD
INSTELLINGEN ..............................................64
Wat is een geluidsveld............................................. 64
Veranderen van instellingen .................................... 64
GELUIDSVELD PARAMETER
BESCHRIJVINGEN.........................................66
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN.......................68
TERUGZETTEN OP DE
FABRIEKSINSTELLINGEN..........................72
WOORDENLIJST................................................73
Audioformaten......................................................... 73
Geluidsveldprogramma’s......................................... 74
Audio informatie...................................................... 74
Videosignaal informatie .......................................... 75
TECHNISCHE GEGEVENS...............................76
INHOUD
INLEIDING
VOORBEREIDINGEN
BASISBEDIENING
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
GEAVANCEERDE BEDIENING
AANVULLENDE INFORMATIE
KENMERKEN
2
Ingebouwde 6-kanaals eindversterker
Minimum RMS uitgangsvermogen
(0,06% THV, 20 Hz t/m 20 kHz, 8)
Voor: 90 W + 90 W
Midden: 90 W
Surround: 90 W + 90 W
Surround Achter: 90 W
Kenmerken geluidsveld
Zelf ontwikkelde YAMAHA technologie voor de
creatie van geluidsvelden
Dolby Digital/Dolby Digital EX decoder
DTS/DTS-ES Matrix 6.1, Discrete 6.1, DTS Neo:6,
DTS 96/24 decoder
Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II/Dolby Pro Logic
IIx decoder
Virtual CINEMA DSP
SILENT CINEMA
Verfijnde AM/FM tuner
Willekeurig en direct voorprogrammeren van 40
zenders
Automatisch voorprogrammeren
Wijzigen van voorkeuzezenders (Bewerken
voorkeuzezenders)
Overige kenmerken
192-kHz/24-bits D/A converter
Een SET MENU met items waarmee u dit toestel
optimaal kunt aanpassen aan uw Audio/Videosysteem
6 extra ingangsaansluitingen voor gescheiden
multikanaals signalen
S-video in-/uitgangsaansluitingen
Component video in-/uitgangsaansluitingen
Videosignaal conversie (composiet video S-video
component video) voor de monitor uitgang
Optisch en coaxiaal digitale audio-aansluitingen
Slaaptimer
Middernacht luisterfuncties voor film en muziek
Afstandsbediening met voorgeprogrammeerde
afstandsbedieningscodes
Zone 2 aangepaste installatie mogelijk
y geeft een bedieningstip aan.
Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het toestel zelf als met de afstandsbediening. Als de naam
van een toets op de afstandsbediening verschilt van die op het toestel zelf, zal de naam van de betreffende toets op de
afstandsbediening tussen haakjes vermeld worden.
Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg
van verbeteringen enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit.
Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories.
“Dolby”, “Pro Logic”, “Surround EX” en het dubbele-D symbool
zijn handelsmerken van Dolby Laboratories.
“SILENT CINEMA” is een handelsmerk van
YAMAHA CORPORATION.
“DTS”, “DTS-ES”, “Neo:6” en “DTS 96/24” zijn handelsmerken
van Digital Theater Systems, Inc.
KENMERKEN
VAN START
3
INLEIDING
Nederlands
Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt.
1 Druk op en schuif het klepje van het
batterijvak.
2 Doe de vier meegeleverde batterijen (AAA,
R03, UM-4) in het vak met de polen de goede
kant op (+ en –) zoals aangegeven in het
batterijvak.
3 Schuif het klepje terug op zijn plaats tot het
vastklikt.
Opmerkingen over batterijen
Vervang alle batterijen tegelijk wanneer u n van de volgende
dingen merkt: dat het bereik van de afstandsbediening afneemt,
dat de indicator niet knippert, of dat het licht van de indicator
zwakker wordt.
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar.
Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar
(alkali en gewone (mangaan) batterijen bijvoorbeeld). Lees de
informatie op de verpakking aandachtig door, want de
verschillende soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken.
Als de batterijen zijn gaan lekken, moet u ze onmiddellijk
weggooien. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan
en zorg ervoor dat het niet op uw kleding enz. komt. Maak het
batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet.
Gooi batterijen nooit samen met gewoon huishoudelijk afval
weg; neem bij het weggooien van batterijen de plaatselijk
geldende regelgeving in acht.
VAN START
Meegeleverde accessoires
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-AU XDVD
AMP
POWERPOWER
REC
AUDIO
MUTE
MENUTITLE
VOLUME
DISC SKIP
SET MENU
LEVEL
4321
8
10
7
09
65
EFFECT
DISPLAYRETURN
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
AVTV
A/B/C/D/E
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
ENTER
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
PRESET/CH
FREQ/TEXT
EONSTARTMODE PTY SEEK
Afstandsbediening
Batterijen (4)
(AAA, R03, UM-4)
AM ringantenne 75 Ohm/300 Ohm
antenne-adapter
(Alleen bij modellen
voor het V.K.)
FM binnenantenne
Inzetten van batterijen in de
afstandsbediening
1
3
2
Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder
batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het
geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen
gewist is, dient u nieuwe batterijen in de
afstandsbediening te doen en moet u eventueel
ingevoerde functies opnieuw programmeren.
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
4
1 STANDBY/ON
Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby). Wanneer u
het toestel aan zet, hoort u een klik, waarna het 4 a 5
seconden duurt voor er geluid wordt weergegeven.
Wanneer het toestel uit (standby) staat, wordt er nog steeds een
heel klein beetje stroom verbruikt zodat er gereageerd kan
worden op de infraroodsignalen van de afstandsbediening.
2 Sensor voor de afstandsbediening
Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening.
3 Display voorpaneel
Hierop wordt informatie getoond over de bediening en de
toestand waarin het toestel zich bevindt.
4 A/B/C/D/E, NEXT
Hiermee kunt u één van de 5 voorkeuzegroepen selecteren
(A t/m E) wanneer het toestel in de tunerfunctie (radio)
staat.
Hiermee selecteert u het in te stellen luidsprekerkanaal
wanneer het toestel niet in de tunerfunctie staat.
5 PRESET/TUNING l / h, LEVEL –/+
Hiermee stelt u een voorkeuzezender, nummer 1 t/m 8, in
wanneer er in de tunerfunctie op het display op het
voorpaneel naast de aanduiding van de radioband een
dubbele punt (:) te zien is. U stemt hiermee af op de
gewenste frequentie wanneer de dubbele punt (:) niet
getoond wordt.
Hiermee kunt u het niveau instellen van het
luidsprekerkanaal dat u heeft geselecteerd met A/B/C/D/E
(NEXT) wanneer het toestel niet in de tunerfunctie (radio)
staat.
6 MEMORY (MAN’L/AUTO FM)
Hiermee kunt u een zender in het geheugen opslaan. Houd
deze toets tenminste 3 seconden ingedrukt om het
automatisch voorprogrammeren te laten beginnen.
7 TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO)
Hiermee schakelt u heen en weer tussen automatisch
afstemmen (AUTO indicator aan) en handmatig
afstemmen (AUTO indicator uit).
8 VIDEO AUX aansluitingen
Via deze audio- en video-aansluitingen kunt u een externe
signaalbron zoals een spelcomputer aansluiten. Om de
signalen die via deze aansluitingen binnenkomen weer te
geven, dient u V-AUX in te stellen als signaalbron.
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
Voorpaneel
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
2134576
GHIEDB
9
8
0AC
F
JK
MAIN
ZONE ON/OFF
ZONE 2
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
Opmerking
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
5
INLEIDING
Nederlands
9 VOLUME
Hiermee kunt u het volume (uitgangsniveau) van alle
audiokanalen tegelijk instellen.
Dit heeft geen invloed op het REC OUT niveau.
0 PHONES (SILENT CINEMA) aansluiting
Via deze aansluiting kunt ongestoord luisteren met een
hoofdtelefoon. Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit,
zullen er geen signalen worden gereproduceerd via de
OUTPUT aansluitingen of de luidsprekers.
Alle Dolby Digital en DTS audiosignalen worden
teruggemengd naar de linker en rechter
hoofdtelefoonkanalen.
A SPEAKERS A/B
Met elke druk op de bijbehorende toets zet u de set voor-
luidsprekers aangesloten op de A en/of B aansluitingen op
het achterpaneel aan of uit.
B PRESET/TUNING (EDIT)
Hiermee schakelt u PRESET/TUNING l / h
(LEVEL –/+) heen en weer tussen voorkeuzezenders en
gewoon afstemmen.
C STRAIGHT (EFFECT)
Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer
STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen
(2-kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden
weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder
enig toegevoegd effect.
D FM/AM
Hiermee schakelt u over naar een andere radioband
wanneer het toestel in de tunerfunctie (radio) staat.
E PROGRAM
Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of de
weergave van de lage/hoge tonen regelen (samen met
TONE CONTROL).
F TONE CONTROL
Hiermee kunt u de weergave van de lage en hoge tonen
regelen voor de linker en rechter voorluidsprekers
(zie bladzijde 26).
G INPUT MODE
Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, DTS, ANALOG)
voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een
bepaalde component verbonden is met twee of meer van
de ingangsaansluitingen (zie bladzijde 32) van dit toestel.
H INPUT keuzeknop
Hiermee kunt u kiezen naar welke signaalbron u wilt
luisteren of kijken.
I MULTI CH INPUT
Hiermee selecteert u de met de MULTI CH INPUT
aansluitingen verbonden signaalbron. Indien geselecteerd,
zal de MULTI CH INPUT signaalbron voorrang krijgen
over een met INPUT (of met de ingangskeuzetoetsen op
de afstandsbediening) geselecteerde signaalbron.
J MAIN
Hiermee kunt u het toestel bedienen vanuit de
hoofdruimte (zie bladzijde 61).
K ZONE 2
Hiermee kunt u het toestel bedienen vanuit de secundaire
ruimte (Zone 2) (zie bladzijde 61).
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
6
In dit hoofdstuk worden de functies van de toetsen op de
bij dit toestel behorende afstandsbediening beschreven.
Zie “KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING”
op bladzijde 57 als u andere componenten wilt kunnen
bedienen.
1 Infrarood venster
Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden.
Richt dit venster op de component die u wilt bedienen.
2 CODE SET
Hiermee kunt u afstandsbedieningscodes instellen
(zie bladzijde 58).
3 Ingangskeuzetoetsen
Hiermee selecteert u de weer te geven signaalbron en
bepaalt u welke set bedieningstoetsen gebruikt wordt.
4 Geluidsveldprogramma/cijfertoetsen
Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren.
Wanneer het toestel in de tunerfunctie staat, kunt u met de
cijfertoetsen 1 t/m 8 direct voorkeuzezenders selecteren.
Gebruik SELECT om 2-kanaals materiaal met
surroundweergave weer te geven (zie bladzijde 29).
Gebruik EXTD SUR. om te schakelen tussen 5.1- en 6.1-
kanaals weergave van multikanaals materiaal (zie
bladzijde 28).
Gebruik DIRECT ST. om 2-kanaals materiaal met Hifi
weer te geven (zie bladzijde 30).
5 SPEAKERS A/B
Met elke druk op de bijbehorende toets kunt u de set voor-
luidsprekers die is verbonden met de A en/of B
aansluitingen op het achterpaneel in- of uitschakelen.
6 NIGHT
Hiermee kunt u de nacht-luisterfuncties aan of uit zetten
(bladzijde 30).
7 LEVEL
Hiermee kunt u een luidsprekerkanaal selecteren om het
niveau in te stellen.
8 Cursortoetsen u / d / j / i /ENTER
Hiermee kunt u geluidsveldparameters of SET MENU
onderdelen selecteren en instellen.
Druk op i om een voorkeuzegroep (A t/m E) te kiezen
wanneer het toestel in de tunerstand (radio) staat.
Druk op u / d om een voorkeuzenummer (1 t/m 8) te
kiezen wanneer het toestel in de tunerstand (radio) staat.
9 RETURN
Hiermee keert u terug naar het vorige menu bij
instellingen via het SET MENU.
0 TRANSMIT indicator
Knippert wanneer de afstandsbediening signalen uitzendt.
A STANDBY
Hiermee zet u het toestel uit (standby).
B SYSTEM POWER
Hiermee zet u het toestel aan.
Afstandsbediening
MENUTITLE
SET MENU
LEVEL
DISPLAYRETURN
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-AUXDVD
AMP
POWERPOWER
REC
AUDIO
MUTE
VOLUME
DISC SKIP
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
RAV251
WC55290 EU
AB
SPEAKERS
EFFECT
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
AVTV
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
9
0
A
B
C
D
E
F
G
H
I
1
2
3
4
5
7
8
6
FREQ/TEXT
EONSTARTMODE PTY SEEK
J
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
7
INLEIDING
Nederlands
C SLEEP
Hiermee kunt u de slaaptimer instellen.
D MULTI CH IN
Hiermee selecteert u een multikanaals ingangssignaal bij
gebruik van een externe decoder (enz.).
E AMP
Selecteren van de AMP functie. U moet de AMP functie
kiezen om het hoofdtoestel zelf te bedienen.
F VOLUME +/
Hiermee verhoogt of verlaagt u het volume.
G MUTE
Deze toets schakelt de geluidsweergave tijdelijk uit. Druk
nog eens op deze toets om de geluidsweergave op het
oorspronkelijke volume voort te zetten.
H STRAIGHT (EFFECT)
Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer
STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen
(2-kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden
weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder
enig toegevoegd effect.
I SET MENU
Hiermee schakelt u de SET MENU functie in.
J Toetsen voor Radio Data Systeem
radio-ontvangst
FREQ/TEXT
Druk op deze toets wanneer het toestel een Radio Data
Systeem zender ontvangt om te schakelen tussen de
PS functie, PTY functie, RT functie, CT functie (als de
zender deze Radio Data Systeem gegevens verzorgt) en/of
het frequentiedisplay (zie bladzijde 39).
PTY SEEK MODE
Druk op deze toets om het toestel in de PTY SEEK functie
te zetten (zie bladzijde 40).
PTY SEEK START
Druk op deze toets om het zoeken naar een geschikte
zender te laten beginnen nadat u het gewenste
programmatype heeft geselecteerd in de PTY SEEK
functie (zie bladzijde 40).
EON
Druk op deze toets om automatisch af te stemmen op een
radioprogramma van het door u gewenste type (NEWS,
INFO, AFFAIRS, SPORT) (zie bladzijde 41).
De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal
uit.
Richt de afstandsbediening op de sensor op het toestel dat
u wilt bedienen.
Omgaan met de afstandsbediening
Mors geen water of andere vloeistoffen op de
afstandsbediening.
Laat de afstandsbediening niet vallen.
Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem
niet op de volgende plekken:
zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad
plekken waar de temperatuur hoog kan worden,
zoals bij de verwarming of kachel
zeer koude plekken
stoffige plekken
Gebruiken van de
afstandsbediening
RDS MODE/FREQ EON
MODE
PTY SEEK
START
EDIT
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
MAIN
ZONE ON/OFF
ZONE 2
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
30 30
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD
MD/CD-R
TUNER
V-AUX
DVD
AMP
POWERPOWER
REC
AUDIO
MUTE
MENUTITLE
VOLUME
DISC SKIP
SET MENU
LEVEL
4321
8
10
7
09
65
EFFECT
DISPLAYRETURN
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
AVTV
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
PRESET/CH
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSIC
STEREO
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
ENTER
A/B/C/D/E
FREQ/TEXT
EON
STARTMODE PTY SEEK
Ongeveer 6 m
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
8
1 Decoder indicators
Wanneer één van de decoders van dit toestel in werking is,
zal de bijbehorende indicator oplichten.
2 VIRTUAL indicator
Licht op wanneer Virtual CINEMA DSP in werking is
(zie bladzijde 31).
3 SILENT CINEMA indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten en
er een geluidsveldprogramma is geselecteerd
(zie bladzijde 26).
4 Signaalbron indicators
Een cursorstreepje geeft aan welke signaalbron wordt
weergegeven.
5 Geluidsveld indicators
Lichten op om aan te geven welke DSP geluidsvelden er
in werking zijn.
6 CINEMA DSP indicator
Licht op wanneer u een CINEMA DSP
geluidsveldprogramma selecteert.
7 AUTO indicator
Licht op ten teken dat er automatisch kan worden
afgestemd.
8 TUNED indicator
Licht op wanneer dit toestel is afgestemd op een zender.
9 STEREO indicator
Licht op wanneer het toestel een sterk FM stereosignaal
ontvangt en de AUTO indicator brandt.
0 MEMORY indicator
Knippert ten teken dat een zender opgeslagen kan worden.
A MUTE indicator
Knippert wanneer de MUTE functie (tijdelijk uitschakelen
geluidsweergave) is ingeschakeld.
B VOLUME niveau-aanduiding
Geeft het huidige volumeniveau aan.
C PCM indicator
Licht op wanneer dit toestel PCM (pulscode modulatie)
digitale audiosignalen weergeeft.
D STANDARD indicator
Licht op wanneer Surround Standard of Surround
Enhanced is geselecteerd (zie bladzijde 29).
E NIGHT indicator
Licht op wanneer u de nacht-luisterfunctie selecteert.
F SP A B indicators
Lichten op om aan te geven welke set voor-luidsprekers is
geselecteerd. Beide indicators lichten op wanneer beide
sets luidsprekers worden geselecteerd.
G Hoofdtelefoon indicator
Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten.
H HiFi DSP indicator
Licht op wanneer u een HiFi DSP geluidsveldprogramma
selecteert.
I Multifunctioneel display
Toont de naam van het huidige geluidsveldprogramma en
andere gegevens bij het invoeren of wijzigen van
instellingen.
J SLEEP indicator
Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld.
Display voorpaneel
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
96
24
q
PL
q
EX
q
PL
MATRIX DISCRETE
SILENT CINEMA
NIGHT
ZONE2STANDARD
HD AUTO
YPAO
PS
HOLD
RT CT EONPTYPTY
XM
TUNED STEREO MUTE
VOLUME
MEMORY
SLEEP
VIRTUAL
PCM
q
PL x
A B
SP
mS
dB
ft
dB
96/24
HiFi DSP
LFE
DUAL
LCR
SL SB SR
q
DIGITAL
t
12 3456780AB9
N
EG
O
HI LJMKDC
F
DSP aanwezigheidsgeluidsveld
Luisterplek
Linker surround
DSP geluidsveld
Rechter surround
DSP geluidsveld
Achter surround DSP geluidsveld
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
9
INLEIDING
Nederlands
K 96/24 indicator
Licht op wanneer dit toestel een DTS 96/24 signaal
ontvangt.
L LFE indicator
Licht op wanneer het ingangssignaal een LFE signaal
bevat.
M Ingangskanaal/luidspreker indicators
Deze geven aan uit welke kanalen het huidige digitale
ingangssignaal bestaat.
Deze geven het aantal luidsprekers aan dat is aangesloten
via SPEAKERS (bladzijde 23), of het kanaal dat wordt
ingesteld via SP LEVEL (bladzijde 51).
N ZONE 2 indicator
Licht op wanneer Zone 2 in werking is.
O Radio Data Systeem indicators
De Radio Data Systeem gegevens die worden verzorgd
door de Radio Data Systeem zender waar op dit moment
op is afgestemd zullen oplichten.
EON licht op wanneer er is afgestemd op een Radio Data
Systeem zender die EON gegevens aanbiedt.
PTY HOLD licht op wanneer er met de PTY SEEK
zoekfunctie naar zenders wordt gezocht.
BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES
10
1 DIGITAL OUTPUT aansluiting
Zie bladzijde 18 voor details.
2 MULTI CH INPUT aansluitingen
Zie bladzijde 16 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
3 Aansluitingen voor video-apparatuur
Zie de bladzijden 15 en 17 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
4 Antenne-aansluitingen
Zie bladzijde 19 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
5 REMOTE IN/OUT aansluitingen
Zie bladzijde 61 voor details.
6 AC OUTLET(S)
Hiermee kunt eventueel andere A/V componenten van
stroom voorzien (zie bladzijde 20).
7 DIGITAL INPUT aansluiting
Zie de bladzijden 15, 17 en 18 voor details.
8 Aansluitingen voor audio-apparatuur
Zie bladzijde 18 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
9 ZONE 2 OUTPUT aansluitingen
Deze aansluitingen produceren uitsluitend analoge
signalen. Zie bladzijde 61 voor details.
0 SUBWOOFER OUTPUT aansluiting
Zie bladzijde 13 voor meer informatie over deze
aansluiting.
A Luidspreker-aansluitingen
Zie bladzijde 13 voor meer informatie over deze
aansluitingen.
B CONTROL OUT aansluiting
Dit is een bedieningsaansluiting die alleen voor
handelsdoeleinden bedoeld is.
Achterpaneel
SPEAKERS
FRONT
CENTER
SURROUND
SURROUND BACK
R
R
L
L
CENTER
SUB
WOOFER
MONITOR OUT
MULTI CH INPUT
OUTPUT
AUDIO
AUDIO
VIDEO
S VIDEO
DVD
DTV/
CBL
VIDEO
R
L
R
L
IN
(
PLAY
)
OUT
(
REC
)
MD/
CD-R
CD
OUT
ZONE 2
VCR
VIDEO
IN
FRONT
SURROUND
TUNER
AM
ANT
GND
COMPONENT VIDEO
P
R
DVD
MONITOR
OUT
DTV/
CBL
P
B
Y
DIGITAL
INPUT
DIGITAL
OUTPUT
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
CD
COAXIAL
+
+
+
+
+
+
+
+
A
B
CONTROL
OUT
REMOTE
XM/DT
XM/DT
IN
OUT
+12V
15mA MAX.
FM
ANT
OPTICAL
SUB
WOOFER
S VIDEO
R
L
AC OUTLETS
SWITCHED
MD/CD-R
75 UNBAL.
12 3 654
789
0A
B
LUIDSPREKER SETUP
11
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
Hieronder ziet u de standaard ITU-R
*
opstelling van de
luidsprekers. Met deze opstelling profiteert u optimaal van
CINEMA DSP en multikanaals audio.
*
ITU-R is de aanduiding voor de afdeling radiocommunicatie
van de ITU (International Telecommunication Union).
Voor-luidsprekers (FR en FL)
De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van
het hoofdkanaal plus effecten. Plaats deze luidsprekers op
gelijke afstand van uw luisterplek. De afstanden van deze
luidsprekers tot het beeldscherm moeten ook gelijk zijn.
Midden-luidspreker (C)
De midden-luidspreker is voor weergave van het
middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Als het om de een
of andere reden niet mogelijk is om een midden-
luidspreker te gebruiken, kunt u ook zonder. De beste
resultaten krijgt u echter met een volledig systeem. Zorg
ervoor dat de voorkant van de midden-luidspreker in lijn
ligt met de voorkant van uw beeldscherm. Plaats deze
luidspreker midden tussen de voor-luidsprekers en zo
dicht mogelijk bij het beeldscherm, bijvoorbeeld direct
erboven of eronder.
Surround-luidsprekers (SR en SL)
De surround-luidsprekers worden gebruikt voor
omhullende surroundweergave en effecten. Plaats deze
luidsprekers achter uw luisterplek, een beetje naar binnen
gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer.
Surround achter-luidspreker (SB)
De surround achter-luidspreker geeft een aanvulling op de
surround-luidsprekers en zorgt voor realistischer
overgangen van voor naar achter. Plaats deze luidspreker
direct achter de luisterplek en op dezelfde hoogte als de
surround-luidsprekers.
Subwoofer
Een subwoofer, zoals het YAMAHA Active Servo
Processing Subwoofer System, zorgt niet alleen voor een
effectieve versterking van de lage tonen in de diverse
weergavekanalen, maar ook voor een natuurgetrouwe
reproductie van het LFE (lage frequentie effecten) kanaal
in Dolby Digital en DTS geluidsmateriaal. De opstelling
van de subwoofer is niet zo belangrijk, want de zeer lage
tonen zijn niet erg richtingsgevoelig. U kunt de subwoofer
het beste in de buurt van de voor-luidsprekers plaatsen.
Richt hem een beetje naar het midden van de ruimte om
weerkaatsing via de wanden te verminderen.
LUIDSPREKER SETUP
Opstelling van de luidsprekers
60˚
30˚
SB
FL
FR
C
SL
SR
SR
80˚
SL
1,8 m
12
LUIDSPREKER SETUP
Let erop dat u de linker (L) en rechter (R) kanalen, “+”
(rood) en “–” (zwart) op de juiste manier aansluit. Als de
aansluitingen niet kloppen, zal er geen geluid worden
weergegeven via de luidsprekers en als de polariteit van de
luidspreker-aansluitingen niet correct is, zal de weergave
onnatuurlijk klinken met te weinig lage tonen.
Als u luidsprekers van 4 of 6 Ohm wilt
gebruiken moet u de luidsprekerimpedantie
van dit toestel instellen op 4 Ohm instellen
voor u het systeem gaat gebruiken
(zie bladzijde 21).
Zet het toestel uit voor u de luidsprekers gaat
aansluiten.
Laat de blote luidsprekerdraden elkaar niet raken en
zorg ervoor dat ze geen contact maken met de metalen
onderdelen van het toestel. Hierdoor kunnen het toestel
en/of de luidsprekers beschadigd raken.
Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als
dergelijke luidsprekers toch uw beeldscherm storen, zet
de luidsprekers dan verder bij het beeldscherm
vandaan.
Een luidsprekersnoer bestaat uit twee geïsoleerde draden
naast elkaar. De ene draad onderscheidt zich van de andere
door een andere kleur, of misschien een streep, groef of
ribbels. Sluit de afwijkend gestreepte (gegroefde enz.)
draad aan op de “+” (rode) aansluitingen van dit toestel en
uw luidspreker. Verbind de gewone draad met de “–”
(zwarte) aansluitingen.
1 Strip ongeveer 10 mm isolatie van het
uiteinde van elk van de luidsprekerdraden.
2 Draai de blootgekomen draadjes in elkaar om
kortsluiting te voorkomen.
3 Schroef de knop los.
4 Steek een ontbloot draadeind in het gat aan
de zijkant van de aansluiting.
5 Draai de draad vervolgens met de knop weer
vast.
Luidspreker-aansluitingen
LET OP
10 mm
1
2
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
3
4
5
13
LUIDSPREKER SETUP
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
FRONT aansluitingen
U kunt hierop een enkel of twee luidsprekersystemen
(2, 3) aansluiten. Als u een enkel luidsprekersysteem
gebruikt, kunt u dit naar keuze met de FRONT A of de B
aansluitingen verbinden.
CENTER aansluitingen
Hierop kunt u een midden-luidspreker (4) aansluiten.
SURROUND aansluitingen
Hierop kunt u surround-luidsprekers (6, 7) aansluiten.
SUBWOOFER aansluiting
Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde
eindversterker (1) aan, zoals het YAMAHA Active Servo
Processing Subwoofer System.
SURROUND BACK aansluitingen
Hierop kunt u een surround achter-luidspreker (5) aansluiten.
SPEAKERS
FRONT
CENTER
SURROUND
SURROUND BACK
R
R
L
L
+
+
+
+
+
+
+
+
A
B
2 3 6 71
54
Subwoofer-systeem
Midden-
luidspreker
Voor-luidsprekers (A)
Surround
achter-luidspreker
LinksRechts
LinksRechts
Surround-
luidsprekers
Voor-luidsprekers
(B)
1
2
3
4
5
7
6
Opstelling van de luidsprekers
AANSLUITINGEN
14
Sluit dit toestel of één van de andere componenten pas aan
op het lichtnet wanneer alle verbindingen tussen de
componenten gemaakt zijn.
Kabelaanduidingen
Analoge aansluitingen
Analoge signalen van andere audiocomponenten kunt u
via tulpstekkerkabels aansluiten op de analoge
aansluitingen van dit toestel. Verbind de rode stekkers met
de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen.
Digitale aansluitingen
Dit toestel heeft digitale aansluitingen voor directe
transmissie van digitale signalen via coaxiale bedrading of
optische glasvezelkabels. U kunt de digitale aansluitingen
gebruiken voor PCM, Dolby Digital en DTS
ingangssignalen. Wanneer u een bepaalde component
zowel met de COAXIAL als met de OPTICAL aansluiting
verbindt, zal het via de COAXIAL aansluiting
binnenkomende signaal voorrang krijgen. Alle digitale
ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen
met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz.
In dit toestel is de verwerking van digitale signalen gescheiden
van de verwerking van analoge signalen. Daarom kunnen
audiosignalen die binnenkomen via de analoge
ingangsaansluitingen ook alleen via de analoge OUT (REC)
uitgangsaansluitingen worden weergegeven. Op dezelfde manier
zullen via de digitale (OPTICAL of COAXIAL)
ingangsaansluitingen binnenkomende signalen alleen via de
DIGITAL OUTPUT uitgangsaansluitingen worden weergegeven.
Stofkapje
Trek het kapje van de optische aansluiting voor u er de
optische glasvezelkabel op aansluit. Gooi het stofkapje
niet weg. Wanneer u de optische aansluiting niet gebruikt,
dient u het stofkapje er weer op te doen. Dit kapje
beschermt de aansluiting tegen stof en vuil.
Video-aansluitingen
Dit toestel heeft drie soorten video-aansluitingen. Welke
aansluiting u nodig heeft hangt af van die van uw
beeldscherm. De signalen die binnenkomen via de S
VIDEO aansluitingen worden automatisch omgezet voor
weergave via de VIDEO aansluitingen. Wanneer V.
CONV. op ON wordt ingesteld (zie bladzijde 53), kunnen
signalen die binnenkomen via de VIDEO aansluitingen
worden weergegeven via de S VIDEO en via de
COMPONENT VIDEO aansluitingen.
VIDEO aansluitingen
Voor conventionele composiet videosignalen.
S VIDEO aansluitingen
Voor S-videosignalen, in luminantie (Y) en kleur (C)
gescheiden videosignalen voor een betere beeldkwaliteit.
COMPONENT VIDEO aansluitingen
Voor component videosignalen, in luminantie (Y) en
kleurverschil (PB, PR) gescheiden videosignalen voor de
beste beeldkwaliteit.
Wanneer er zowel signalen binnenkomen via de S VIDEO als via
de VIDEO aansluitingen, krijgen de via de S VIDEO aansluiting
binnenkomende signalen voorrang.
AANSLUITINGEN
Voor u componenten gaat
aansluiten
Opmerking
LET OP
S
V
O
L
R
C
Y
P
B
PR
linker analoge bedrading
rechter analoge bedrading
optische kabels
coaxiale bedrading
videobedrading
S-videobedrading
Voor analoge signalen
Voor digitale signalen
Voor videosignalen
component videokabels
Opmerking
VIDEO
S VIDEO
COMPONENT VIDEO
P
R
P
B
Y
S VIDEO
VIDEO
COMPONENT
VIDEO
Signaalschema binnenin het toestel
Alleen wanneer V. CONV. op ON (aan) staat
(zie bladzijde 53).
Uitgang
(MONITOR OUT)
Ingang
15
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
Aansluitingen voor DVD weergave
U moet uw videocomponenten op dezelfde manier aansluiten op dit toestel als uw videomonitor indien V. CONV. (zie bladzijde 53) is
ingesteld op OFF. Wanneer u bijvoorbeeld uw videomonitor op dit toestel heeft aangesloten via een VIDEO aansluiting, dient uw
videocomponenten ook via VIDEO aansluitingen met dit toestel te verbinden. (Zelfs wanneer V. CONV. op OFF is ingesteld, zullen
S-videosignalen die worden ontvangen van uw videocomponent automatisch door dit toestel worden omgezet naar composiet
videosignalen.)
Aansluiten van videocomponenten
Opmerking
MONITOR OUT
AUDIO
VIDEO
S VIDEO
DVD
VIDEO
R
L
VIDEO
COMPONENT VIDEO
PR
DVD
MONITOR
OUT
PB
Y
DIGITAL
INPUT
DVD
S VIDEO
S
P
R PB Y
V
LR
O
DVD-speler
Beeldscherm
Optische uitgang
Video uitgang
Audio uitgang
Video ingang
16
AANSLUITINGEN
Apparatuur verbinden met de MULTI CH INPUT aansluitingen
Dit toestel is voorzien van 6 extra ingangsaansluitingen (links en rechts FRONT, CENTER, links en rechts SURROUND
en SUBWOOFER) voor gescheiden multikanaals ingangssignalen van een multiformaat-speler, externe decoder, sound
processor of voorversterker.
Verbind de uitgangsaansluitingen van uw multiformaat-speler of externe decoder met de MULTI CH INPUT
aansluitingen. Let er goed op dat u de linker en rechter uitgangen verbindt met de linker en rechter ingangsaansluitingen
voor zowel de voor- als de surroundkanalen.
Wanneer u MULTI CH INPUT als signaalbron selecteert, zal dit toestel automatisch de digitale geluidsveldprocessor uitschakelen en
zult u geen geluidsveldprogramma’s kunnen selecteren.
Dit toestel is niet in staat de via de MULTI CH INPUT aansluitingen binnenkomende signalen zo te herschikken dat er wordt
gecompenseerd voor eventueel in uw systeem ontbrekende luidsprekers. Daarom bevelen we u aan tenminste een 5.1-kanaals
luidsprekersysteem aan te sluiten voor u gebruik maakt van deze functie.
Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, zullen alleen de linker en rechter voorkanalen worden weergegeven.
Opmerkingen
CENTER
SUB
WOOFER
MULTI CH INPUT
FRONT
SURROUND
R
L
LRLR
Multiformaat-speler/
externe decoder
Voorkanaal uitgang Surroundkanaal uitgang
Subwoofer
uitgang
Middenkanaal
uitgang
17
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
Aansluitingen voor andere videocomponenten
U moet uw videocomponenten op dezelfde manier aansluiten op dit toestel als uw videomonitor indien V. CONV. (zie bladzijde 53) is
ingesteld op OFF. Wanneer u bijvoorbeeld uw videomonitor op dit toestel heeft aangesloten via een VIDEO aansluiting, dient uw
videocomponenten ook via VIDEO aansluitingen met dit toestel te verbinden. (Zelfs wanneer V. CONV. op OFF is ingesteld, zullen
S-videosignalen die worden ontvangen van uw videocomponent automatisch door dit toestel worden omgezet naar composiet
videosignalen.)
Geconverteerde videosignalen worden alleen weergegeven via de MONITOR OUT aansluitingen. Wanneer u iets wilt opnemen moet
u gebruik maken van hetzelfde soort video-aansluitingen (bijv. S-video) tussen alle betrokken componenten.
VIDEO AUX aansluitingen
(op het voorpaneel)
Via deze aansluitingen kunt u allerlei videobronnen, zoals
spelcomputers of videocamera’s, aansluiten op dit toestel.
Opmerkingen
MONITOR OUT
AUDIO
VIDEO
S VIDEO
DTV/
CBL
VIDEO
R
L
OUT
VCR
VIDEO
IN
COMPONENT VIDEO
PR
MONITOR
OUT
DTV/
CBL
PB
Y
DIGITAL
INPUT
DTV/CBL
S VIDEO
S
V
S
V
O
LR
LR LR
V
S
P
R PB Y
Kabel TV of
satellietontvanger
DVD-recorder of
videorecorder
Audio uitgang
Video uitgang
Optische uitgang
Audio uitgang
Video uitgang
Video ingang
Audio ingang
Beeldscherm
Video ingang
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
V
L
R
Spelcomputer
of videocamera
Video uitgang
Audio uitgang L
Audio uitgang R
18
AANSLUITINGEN
Aansluitingen voor audiocomponenten
Aansluiten van audiocomponenten
AUDIO
R
L
IN
(
PLAY
)
OUT
(
REC
)
MD/
CD-R
CD
DIGITAL
INPUT
DIGITAL
OUTPUT
MD/CD-R
CD
COAXIAL
OPTICAL
MD/CD-R
L
R
LR LR
O
O
C
CD-speler
MD-recorder of
cassettedeck
Coaxiale uitgang
Audio uitgang
Audio ingang
Audio uitgang
Optische ingang
Optische uitgang
19
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
Dit toestel wordt geleverd met zowel een FM als een AM
binnenantenne. Normaal gesproken zorgen deze antennes
voor een voldoende sterke ontvangst. Verbind de antennes
op de juiste manier met de bijbehorende aansluitingen.
Aansluiten van de AM ringantenne
1 Maak de AM ringantenne gebruiksklaar.
2 Houd het lipje ingedrukt zodat u
de AM antennedraden in de AM
ANT en GND aansluitingen kunt
steken.
3 Stel de AM ringantenne zo op
dat u de beste ontvangst
verkrijgt.
De AM ringantenne moet niet te dicht bij dit toestel geplaatst
worden.
De AM ringantenne moet altijd aangesloten blijven, zelfs als er
een AM buitenantenne op dit toestel is aangesloten.
Een goed geïnstalleerde buitenantenne geeft een betere
ontvangst dan een binnenantenne. Als u last heeft van een
slechte ontvangst, probeer dan of de ontvangst verbetert met een
buitenantenne. Vraag bij uw dichtstbijzijnde erkende
YAMAHA dealer of service-centrum naar de mogelijkheden
met buitenantennes.
Aansluiten van de 75 Ohm/300 Ohm
antenne-adapter (alleen bij modellen
voor het V.K.)
1 Maak de meegeleverde 75
Ohm/300 Ohm antenne-
adapter open.
2 Strip de buitenmantel
van de 75 Ohm
coaxiale kabel en maak
deze klaar voor het
aansluiten.
3 Knip de verbindingsdraad
door en verwijder deze.
4 Steek de
binnendraad van
de kabel in de
sleuf en klem de
kabel vast met
een tang.
5 Klik de behuizing weer
dicht.
Aansluiten van de FM en AM
antennes
TUNER
AM
ANT
GND
FM
ANT
75 UNBAL.
AM ringantenne
(meegeleverd)
Aarde (GND aansluiting)
Voor de grootst mogelijke veiligheid en zo
min mogelijk storing dient u de antenne GND
aansluiting goed te aarden. Een goede aarding
wordt bijvoorbeeld verzorgd door een metalen
staaf die in vochtige grond gedreven is.
FM binnenantenne
(meegeleverd)
Opmerkingen
11
8
6
Eenheid:
mm
Verbindingsdraad
Klem
Klem
Steek de draad
in de sleuf
20
AANSLUITINGEN
Aansluiten van het netsnoer
Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact.
AC OUTLET(S) (SWITCHED)
Modellen voor het V.K. ............... 1 Netstroomaansluiting
Overige modellen .................... 2 Netstroomaansluitingen
Via de netstroomaansluitingen op dit toestel kunt u andere
componenten in uw systeem van stroom voorzien. De
stroomvoorziening van de AC OUTLET(S) stopcontacten
wordt geregeld door de STANDBY/ON toets van dit
toestel (of SYSTEM POWER en STANDBY). Deze
aansluiting(en) voorzien de erop aangesloten
componenten van stroom wanneer dit toestel aan staat.
Voor informatie over het maximale vermogen (totale
stroomverbruik van de componenten) verwijzen we u naar
de “TECHNISCHE GEGEVENS” op bladzijde 76.
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de
opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit
(standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het
stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om
een andere reden langer dan een week onderbroken wordt,
zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan.
Aansluiten van het netsnoer
21
AANSLUITINGEN
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
Als u luidsprekers van 4 of 6 Ohm gebruikt, dient u de
impedantie als volgt in te stellen op 4 of 6 Ohm voor u de
stroom inschakelt.
Zorg ervoor dat het toestel uit (standby) staat.
1 Zet het toestel uit, houd STRAIGHT (EFFECT)
ingedrukt en druk op STANDBY/ON.
Dit toestel wordt ingeschakeld en het uitgebreid setup
menu zal verschijnen op het display op het
voorpaneel.
2 Verdraai PROGRAM om door het menu te
bladeren en selecteer “SP IMP.”.
3 Druk net zo vaak op STRAIGHT (EFFECT) tot
u “4 MIN” heeft geselecteerd.
4 Druk op STANDBY/ON om de stroom uit te
schakelen.
De gemaakte instelling wordt de volgende keer wanneer u
dit toestel aan zet in werking gesteld.
Wanneer alle aansluitingen gemaakt zijn, kunt u dit toestel
aan zetten.
Druk op STANDBY/ON (of op SYSTEM POWER op
de afstandsbediening) om dit toestel aan te
zetten.
Instelling luidsprekerimpedantie
LET OP
EFFECT
STRAIGHT
STANDBY
/ON
Terwijl u de ene toets
ingedrukt houdt, drukt
u op de andere
PROGRAM
EFFECT
STRAIGHT
STANDBY
/ON
Inschakelen van de stroom
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
STANDBY/ON
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-AU XDVD
AMP
POWERPOWER
VOLUME
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
AVTV
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
SYSTEM POWER
STANDBY
/ON
SYSTEM
POWER
of
Voorpaneel Afstandsbediening
BASIS SETUP
22
De basis setup is handig wanneer u uw systeem snel en
met minimale inspanningen klaar voor gebruik wilt
maken.
y
Als u het toestel met de hand nog precieser wilt instellen, kunt u
de gedetailleerde instellingen van het SOUND MENU
(bladzijde 50) gebruiken in plaats van het BASIC SETUP
menu.
Als u een instelling verandert via de BASIC SETUP, zullen alle
instellingen in het SOUND MENU worden teruggezet.
De begininstellingen voor elk van de parameters worden vet
aangegeven.
Voor u begint:
Druk op SPEAKERS A of B op het voorpaneel (of
druk op AMP, selecteer de AMP stand en druk
vervolgens op SPEAKERS A of B op de
afstandsbediening) om de set voor-luidsprekers die u
wilt gebruiken te selecteren.
U moet uw hoofdtelefoon losmaken van het toestel.
1 Druk op AMP.
2 Druk op SET MENU.
“BASIC SETUP” zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
3 Druk op ENTER om de BASIC SETUP te
openen.
De ROOM parameter zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
4 Druk op j / i om de gewenste instelling te
selecteren.
ROOM: S M >L
Kies de afmetingen van de kamer waar u uw
luidsprekers heeft opgesteld. De afmetingen zijn
grofweg als volgt gedefinieerd:
S (klein) 3,6 x 2,8m, 10m
2
M (medium) 4,8 x 4,0m, 20m
2
L (groot) 6,3 x 5,0m, 30m
2
5 Druk op d om de SUBWOOFER parameter te
laten verschijnen.
6 Druk op j / i om de gewenste instelling te
selecteren.
YES Als u een subwoofer in uw systeem heeft.
NONE Als u geen subwoofer in uw systeem heeft.
BASIS SETUP
Gebruiken van het BASIC SETUP
menu
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-AU XDVD
AMP
POWERPOWER
VOLUME
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
AVTV
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
MENUTITLE
SET MENU
LEVEL
DISPLAYRETURN
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
REC
AUDIO
DISC SKIP
STRAIGHT
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
1
3-14
2,15
AMP
MENU
SET MENU
BASIC SETUP
ENTER
PRESET/CH
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
A/B/C/D/E
SUBWOOFER
..
YES
23
BASIS SETUP
VOORBEREIDINGEN
Nederlands
7 Druk op d om de SPEAKERS parameter te
laten verschijnen.
8 Druk op j / i en selecteer het aantal
luidsprekers dat u aangesloten heeft.
9 Druk op d zodat SET/CANCEL verschijnt.
10 Druk op j / i om de gewenste instelling te
selecteren.
>SET CANCEL
SET Om de instellingen die u in de stappen
4 t/m 8 heeft gewijzigd definitief te
maken.
CANCEL Om de instelfunctie te verlaten zonder
wijzigingen aan te brengen.
11 Druk op ENTER om uw keuze te bevestigen.
Als u SET selecteert, zult u om beurten uit elk van de
luidsprekers een testtoon horen. “CHECK:TestTone”
zal een paar seconden op het display op het
voorpaneel getoond worden, gevolgd door “CHECK
OK?”.
CHECK:TestTone
CHECK OK? YES
12 Druk op j / i om de gewenste instelling te
selecteren.
CHECK OK? YES
YES Hiermee sluit u de instelling af als de testtoon via
elk van de luidsprekers goed klonk.
NO Hiermee gaat u door naar het SP LEVEL
instelmenu voor het uitgangsniveau van de
verschillende luidsprekers.
13 Druk op ENTER om uw keuze te bevestigen.
Als u bij stap 12 NO heeft gekozen, zal het
instelscherm voor het niveau van de voorluidsprekers
op het display op het voorpaneel verschijnen.
Keuzes Display Luidsprekers
2spk
L/R voor
3spk
L/R voor, midden
4spk
L/R voor, L/R surround
5spk
L/R voor, midden, L/R surround
6spk
L/R voor, midden, L/R surround,
surround achter
ENTER
PRESET/CH
A/B/C/D/E
SPEAKERS
..
6spk
LL C R
SL SB SR
LL C R
SL SB SR
LL CR
SL SB SR
LL C R
SL SB SR
LL C R
SL SB
SB
SR
LL C R
SL SB SR
ENTER
PRESET/CH
A/B/C/D/E
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
24
BASIS SETUP
Op elkaar afstemmen van de
luidsprekerniveaus
Voer de volgende stappen uit in vervolg op stap 13
(zie bladzijde 23).
Het toestel geeft de testtoon om en om weer via de
geselecteerde luidspreker en de linker voor- (of linker
surround-) luidspreker. De indicator voor de luidspreker
die op dit moment de testtoon produceert knippert op het
display op het voorpaneel.
14 Druk op d / u om een luidspreker te
selecteren en gebruik vervolgens j / i om de
juiste balans in te stellen.
Het instelbereik loopt van +10 dB t/m –10 dB.
FR ----||----
Instellen van de balans tussen de linker en de rechter
voor-luidsprekers.
C ----||----
Instellen van de balans tussen de linker voor- en de
midden-luidspreker.
SL ----||----
Instellen van de balans tussen de linker voor- en de
linker surround-luidspreker.
SB ----||----
Instellen van de balans tussen de linker surround- en
de surround achter-luidspreker.
SR ----||----
Instellen van de balans tussen de linker surround- en
de rechter surround-luidspreker.
SWFR ----||----
Instellen van de balans tussen de linker voor-
luidspreker en de subwoofer.
15 Druk op SET MENU om de instelfunctie te
verlaten nadat u de weergave van de
luidsprekers op elkaar hebt afgestemd.
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
VOLUME
A
SP
dB
L C R
SL SR
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de
opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel
uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het
stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om
een andere reden langer dan een week onderbroken
wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan.
In een dergelijk geval dient u de instellingen opnieuw
te maken.
WEERGAVE
25
BASISBEDIENING
Nederlands
1 Druk op STANDBY/ON (of op SYSTEM
POWER op de afstandsbediening) om dit
toestel aan te zetten.
2 Zet het beeldscherm dat is aangesloten op
dit toestel aan.
3 Druk op SPEAKERS A of B (of druk op AMP
om de AMP stand te selecteren en druk
vervolgens op SPEAKERS A of B op de
afstandsbediening).
Met elke druk op de toets wordt de bijbehorende set
luidsprekers in- of uitgeschakeld.
4 Selecteer de signaalbron.
Gebruik INPUT (of druk op de ingangskeuzetoetsen
op de afstandsbediening) om de gewenste signaalbron
te selecteren.
De naam van de geselecteerde signaalbron en de
ingangsfunctie worden een paar seconden lang op het
display getoond.
5 Start de weergave of stem af op een zender
op de broncomponent.
Raadpleeg de handleiding van de betreffende
component.
6 Zet het volume op het gewenste niveau.
WEERGAVE
Basisbediening
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
1 7 43 6
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-AU XDVD
AMP
POWERPOWER
VOLUME
TV VOL TV CH
AVTV
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
MUTE
VOLU ME
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
+10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
PRESET/CH
7
3
6
1
4
3,7
STANDBY
/ON
SYSTEM
POWER
Voorpaneel Afstandsbediening
of
SPEAKERS
B
A
09
AB
SPEAKERS
Voorpaneel Afstandsbediening
of
AMP
CD MD/CD-R
TUNER
V-AUXDVD
AMP
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
INPUT
Voorpaneel Afstandsbediening
of
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
VOLUME
A
SP
dB
LR
Geselecteerde signaalbron
Ingangsfunctie
VOLUME
VOLUME
of
Afstandsbediening
Voorpaneel
26
WEERGAVE
7 Kies, indien gewenst, een
geluidsveldprogramma.
Verdraai PROGRAM (of druk op AMP om de AMP
stand te selecteren en vervolgens op één van de
geluidsveldprogrammatoetsen op de
afstandsbediening) om een geluidsveldprogramma te
selecteren. (Zie bladzijde 43 voor details over
geluidsveldprogramma’s.)
Luisteren met een hoofdtelefoon
(“SILENT CINEMA”)
De “SILENT CINEMA” functie stelt u in staat naar
multikanaals materiaal of filmsoundtracks, inclusief
Dolby Digital en DTS surroundmateriaal, te luisteren met
een normale hoofdtelefoon. “SILENT CINEMA” wordt
automatisch ingeschakeld wanneer u een hoofdtelefoon
aansluit op de PHONES aansluiting terwijl u luistert met
de CINEMA DSP of HiFi DSP geluidsveldprogramma’s.
Indien ingeschakeld zal de “SILENT CINEMA” indicator
oplichten op het display op het voorpaneel.
Dit toestel kan niet overschakelen naar de “SILENT CINEMA”
functie wanneer u MULTI CH INPUT heeft geselecteerd als
signaalbron.
“SILENT CINEMA” staat buiten werking wanneer Direct
Stereo of 2ch Stereo is geselecteerd, of wanneer de STRAIGHT
functie is ingeschakeld.
Toonregeling
U kunt de tonale kwaliteit regelen
van de weergave via uw linker en
rechter voor-luidsprekers of uw
hoofdtelefoon (indien
aangesloten).
Druk herhaaldelijk op TONE
CONTROL op het voorpaneel,
kies tussen TREBLE (hoge
tonen) en BASS (lage tonen) en
daai vervolgens PROGRAM naar
rechts of naar links om de
gekozen tonen te versterken of te
verzwakken.
Selecteer TREBLE om de weergave van de hoge tonen
te regelen.
Selecteer BASS om de weergave van de lage tonen te
regelen.
y
De instellingen voor de luidsprekers en die voor de hoofdtelefoon
worden apart opgeslagen.
Als u de hoge of lage tonen teveel versterkt of verzwakt, is het
mogelijk dat de toonkleur van de surround-luidsprekers niet
meer overeenkomt met die van de linker en rechter voor-
luidsprekers.
TONE CONTROL kan niet worden gebruikt met het Direct
Stereo programma (bladzijde 30) of met MULTI CH INPUT.
Wanneer TC.BYPASS op “AUTO” staat (bladzijde 52) en
BASS of TREBLE op 0 dB wordt gezet, zal het audiosignaal
automatisch de toonregelingsschakelingen van dit toestel
onveranderd passeren.
Tijdelijk uitschakelen van de
geluidsweergave
Druk op MUTE op de
afstandsbediening. De MUTE
indicator gaat knipperen op het display
op het voorpaneel.
Druk nog eens op MUTE om de
geluidsweergave te hervatten (of druk
op VOLUME +/–). De MUTE
indicator zal van het display
verdwijnen.
y
U kunt instellen hoe ver het volume verlaagd wordt
(zie bladzijde 52).
Opmerkingen
PROGRAM
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
Afstandsbediening
Voorpaneel
of
AMP
Opmerkingen
TONE CONTROL
PROGRAM
MUTE
27
WEERGAVE
BASISBEDIENING
Nederlands
Selecteren van MULTI CH INPUT
Druk op MULTI CH INPUT (of MULTI CH IN op de
afstandsbediening) zodat “MULTI CH INPUT” op het
display op het voorpaneel verschijnt.
MULTI CH INPUT
Wanneer “MULTI CH INPUT” wordt getoond op het display, kan
er geen andere signaalbron worden weergegeven. Om een andere
signaalbron te selecteren met INPUT (of één van de
ingangskeuzetoetsen), dient u op MULTI CH INPUT
(of MULTI CH IN op de afstandsbediening) te drukken zodat de
melding “MULTI CH INPUT” van het display op het voorpaneel
verdwijnt.
Afspelen van video op de achtergrond
U kunt videobeelden van een videobron combineren met
geluid van een audiobron. Zo kunt u bijvoorbeeld naar
klassieke muziek luisteren terwijl u op uw beeldscherm
kijkt naar mooie landschapsopnamen.
Gebruik de ingangskeuzetoetsen op de
afstandsbediening om de gewenste videobron te
selecteren en kies vervolgens de audiobron.
Als u het geluid van de MULTI CH INPUT aansluitingen wilt
laten weergeven met een videobron, moet u eerst de videobron
selecteren en vervolgens op MULTI CH INPUT (of MULTI CH
IN op de afstandsbediening) drukken.
Bediening via het voorpaneel
Verdraai PROGRAM om het gewenste
geluidsveldprogramma te selecteren.
De naam van het geselecteerde programma zal verschijnen
op het display op het voorpaneel.
Opmerking
Opmerking
MULTI CH
INPUT
MULTI CH IN
Voorpaneel
Afstandsbediening
of
AMP
MULTI CH IN
SLEEP
CD MD/CD-R
TUNER
V-AUXDVD
VCR
DTV/CBL
Audiobronnen
Videobronnen
Selecteren van
geluidsveldprogramma’s
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l
PRESET/TUNING
h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
PROGRAM
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
VOLUME
A
SP
dB
HiFi DSP
L R
TV Sports
HiFi DSP
Programmanaam
PROGRAM
28
WEERGAVE
Afstandsbediening
Druk op AMP om de AMP bedieningsfunctie in te
schakelen en druk vervolgens net zo vaak op één
van de toetsen voor de geluidsveldprogramma’s
tot u het gewenste programma geselecteerd
heeft.
De naam van het geselecteerde programma zal verschijnen
op het display op het voorpaneel.
y
Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak en
voorkeuren, niet alleen op basis van de naam van het programma.
Wanneer u een bepaalde signaalbron selecteert, zal het toestel
automatisch het laatst met die signaalbron gebruikte
geluidsveldprogramma instellen.
Er kunnen geen geluidsveldprogramma’s worden gebruikt
wanneer u MULTI CH INPUT heeft geselecteerd.
Signalen met een hogere bemonsteringsfrequentie dan 48 kHz
(met uitzondering van DTS 96/24 signalen) zullen worden
teruggebracht tot 48 kHz, waarna er geluidsveldprogramma’s
op kunnen worden toegepast.
Genieten van multikanaals materiaal
Als u een surround achter-luidspreker heeft aangesloten,
kunt u via deze functie profiteren van 6.1-kanaals
weergave van multikanaals signaalbronnen met behulp
van de Dolby Pro Logic IIx, Dolby Digital EX of DTS-ES
decoder.
Druk op AMP op de afstandsbediening om de
AMP bedieningsfunctie in te schakelen en druk
vervolgens op EXTD SUR. om te schakelen
tussen 5.1- en 6.1-kanaals weergave.
Om een decoder te selecteren, dient u
herhaaldelijk op j / i te drukken wanneer
PLIIxMusic (enz.) wordt getoond.
Automatische selectie (AUTO)
Wanneer er een speciale code (vlag) die door dit toestel
kan worden herkend in het ingangssignaal aanwezig is, zal
het toestel zelf de optimale decoder voor weergave via 6.1
kanalen selecteren.
Als het toestel de ‘vlag’ niet kan herkennen of als het
signaal geen ‘vlag’ bevat, kan er niet automatisch via 6.1
kanalen worden weergegeven.
Decoders (selecteren met j / i)
Afhankelijk van de formattering van het weergegeven
materiaal heeft u de volgende keuzemogelijkheden.
PLIIxMusic
Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 6.1
kanalen met de Pro Logic IIx muziekdecoder.
EX/ES
Voor weergave van Dolby Digital signalen via 6.1 kanalen
met de Dolby Digital EX decoder.
DTS signalen worden weergegeven via 6.1 kanalen met de
DTS-ES decoder.
EX
Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 6.1
kanalen met de Dolby Digital EX decoder.
Uit (OFF)
Er worden geen decoders gebruikt om 6.1 kanalen te
creëren.
Opmerkingen
MUTE
VOLUME
4321
8
10
7
09
65
EFFECT
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
MENUTITLE
SET MENU
LEVEL
ENTER
PRESET/CH
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
Toetsen voor de
geluidsveldprogramma’s
AMP
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
VOLUME
A
SP
dB
HiFi DSP
L R
TV Sports
HiFi DSP
AMP
Programmanaam
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
7
EXTD SUR.
AMP
PRESET/CH
A/B/C/D/E
ENTER
29
WEERGAVE
BASISBEDIENING
Nederlands
Sommige discs met 6.1-kanaals materiaal hebben geen aparte
signalering (vlag) die dit toestel automatisch kan detecteren.
Wanneer u een dergelijke disc met 6.1-kanaals materiaal
afspeelt, dient u met de hand een decoder (PLIIx Music, EX/ES
of EX) te kiezen.
In de volgende gevallen is 6.1-kanaals weergave niet mogelijk,
ook al wordt EXTD SUR. ingedrukt:
Wanneer “SUR. LR” (zie bladzijde 50) of “SUR. B”
(zie bladzijde 50) op NONE staat.
Wanneer de met de MULTI CH INPUT aansluitingen
verbonden signaalbron wordt weergegeven.
Wanneer het weergegeven materiaal geen linker en rechter
surroundsignalen bevat.
Wanneer er een Dolby Digital KARAOKE signaalbron wordt
weergegeven.
Wanneer u “2ch Stereo” of “Direct Stereo” heeft geselecteerd.
Wanneer dit toestel uit wordt gezet, zal deze instelling
terugkeren naar AUTO.
De Pro Logic IIx decoder kan niet worden gebruikt wanneer
“SUR. B” op NONE is ingesteld (zie bladzijde 50).
Genieten van surroundweergave van
2-kanaals materiaal
Ingangssignalen afkomstig van 2 kanaals bronnen kunnen
ook via meerdere kanalen worden weergegeven.
Druk op AMP om de AMP functie te selecteren en
druk vervolgens herhaaldelijk op STANDARD op
de afstandsbediening om heen en weer te
schakelen tussen de SUR. STANDARD en
SUR. ENHANCED programma’s.
Of druk op MOVIE om het MOVIE THEATER
programma te selecteren.
Druk op SELECT op de afstandsbediening om de
decoder te selecteren.
U kunt kiezen uit de volgende functies, afhankelijk van het
materiaal dat wordt afgespeeld en uw persoonlijke
voorkeuren.
Wanneer u het SUR. STANDARD programma
selecteert:
PRO LOGIC
Dolby Pro Logic verwerking voor elk bronmateriaal.
PLII Movie
Dolby Pro Logic II verwerking voor filmmateriaal.
PLII Music
Dolby Pro Logic II verwerking voor muziekmateriaal.
PLII Game
Dolby Pro Logic II verwerking voor spelmateriaal.
PLIIx Movie
Dolby Pro Logic IIx verwerking voor filmmateriaal.
PLIIx Music
Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziekmateriaal.
PLIIx Game
Dolby Pro Logic IIx verwerking voor spelmateriaal.
Neo:6 Cinema
DTS verwerking voor filmmateriaal.
Neo:6 Music
DTS verwerking voor muziekmateriaal.
Wanneer u het SUR. ENHANCED of MOVIE
THEATER programma selecteert:
PRO LOGIC
Dolby Pro Logic verwerking voor elk bronmateriaal.
PLII Movie
Dolby Pro Logic II verwerking voor filmmateriaal.
PLIIx Movie
Dolby Pro Logic IIx verwerking voor filmmateriaal.
Neo:6 Cinema
DTS verwerking voor filmmateriaal.
y
U kunt ook een decoder kiezen met j / i op de afstandsbediening
wanneer het decodertype al op het display op het voorpaneel
wordt getoond.
De Pro Logic IIx decoder is niet beschikbaar wanneer “SUR. B”
is ingesteld op NONE (zie bladzijde 50).
Opmerkingen
AMP
5
STANDARD
4
MOVIE
6
SELECT
Opmerking
30
WEERGAVE
Luisteren naar High Fidelity
stereoweergave (Direct Stereo)
Direct Stereo stelt u in staat de decoders en DSP
processors van dit toestel te passeren zodat u naar het pure
HiFi geluid van uw 2-kanaals PCM en analoge
bronmateriaal kunt luisteren.
Verdraai PROGRAM (of druk op AMP om de AMP
stand te selecteren en vervolgens op DIRECT ST.
op de afstandsbediening) om “DIRECT STEREO”
te selecteren.
DIRECT STEREO
Om onverwacht lawaai te voorkomen mag u geen DTS
gecodeerde CD’s afspelen in deze stand.
Wanneer er multikanaals signalen (Dolby Digital of DTS)
binnenkomen in deze stand, zal het toestel automatisch
overschakelen naar de corresponderende analoge signaalbron.
(Wanneer DTS is ingesteld als ingangsfunctie zal er geen geluid
worden weergegeven.)
Er zal geen geluid worden weergegeven via de subwoofer.
De TONE CONTROL (bladzijde 26) en SET MENU
(bladzijde 48) instellingen staan buiten werking.
Het display op het voorpaneel wordt automatisch donkerder.
Als u met AMP op de afstandsbediening de AMP stand
selecteert en vervolgens op DIRECT ST. drukt, zal het toestel
automatisch in de Direct Stereo weergavefunctie gaan en kunt u
geen andere geluidsveldprogramma’s meer inschakelen.
Middernacht luisterfunctie
De middernacht luisterfuncties zijn ontworpen om bij lage
volumes, bijvoorbeeld wanneer u s nachts wilt luisteren,
toch alles te kunnen verstaan. Kies NIGHT:CINEMA of
NIGHT:MUSIC afhankelijk van wat voor materiaal u gaat
afspelen.
Druk op AMP om de AMP functie te selecteren en
druk vervolgens herhaaldelijk op NIGHT op de
afstandsbediening om te kiezen tussen de
bioscoop- (Cinema) of muziekstand (Music).
De NIGHT indicator zal oplichten op het display op het
voorpaneel wanneer de middernacht luisterfunctie is
ingeschakeld.
Selecteer NIGHT:CINEMA wanneer u naar een film
gaat kijken om het dynamisch bereik van de soundtrack
te verminderen en de gesproken tekst beter
verstaanbaar te maken bij lagere volumes.
Selecteer NIGHT:MUSIC wanneer u naar muziek wilt
luisteren om alle geluiden beter verstaanbaar te maken.
Selecteer OFF als u deze functie niet wilt gebruiken.
Druk op j / i om het effectniveau in te stellen
terwijl NIGHT:CINEMA of NIGHT:MUSIC getoond
wordt.
Hiermee kunt u regelen hoeveel het dynamisch bereik
wordt gecomprimeerd.
Selecteer MIN voor minimale compressie.
Selecteer MID voor standaard compressie.
Selecteer MAX voor maximale compressie.
y
De NIGHT:CINEMA en NIGHT:MUSIC instellingen worden
apart opgeslagen.
U kunt de middernacht luisterfuncties niet gebruiken met het
Direct Stereo programma of met MULTI CH INPUT.
Hoe groot het effect is van de nachtluisterfuncties hangt mede
af van het weergegeven materiaal en van uw instellingen voor
surroundweergave.
Opmerkingen
AMP
Voorpaneel
of
PROGRAM
Afstandsbediening
8
DIRECT ST.
Opmerkingen
10
NIGHT
AMP
PRESET/CH
A/B/C/D/E
ENTER
Afstandsbediening
Effect.Lvl:MID
31
WEERGAVE
BASISBEDIENING
Nederlands
Terugmengen naar 2 kanalen
U kunt naar multikanaals bronmateriaal luisteren als 2-
kanaals stereoweergave.
Verdraai PROGRAM (of druk op AMP om de AMP
stand te selecteren en vervolgens op STEREO op
de afstandsbediening) om 2ch Stereo te
selecteren.
2ch Stereo
y
U kunt een subwoofer gebruiken met dit programma wanneer
SWFR of BOTH is ingesteld bij “BASS OUT”.
Luiteren naar onveranderde
ingangssignalen
In de STRAIGHT functie zal tweekanaals stereomateriaal
alleen via de linker en rechter voor-luidsprekers worden
weergegeven. Multikanaals materiaal zal rechtstreeks via
de diverse kanalen worden weergegeven zonder verdere
toevoeging van effecten.
Druk op STRAIGHT (of druk op AMP om de AMP
stand te selecteren en vervolgens op STRAIGHT
op de afstandsbediening) om STRAIGHT te
selecteren.
STRAIGHT
Druk nog eens op STRAIGHT (EFFECT) zodat
“STRAIGHT” verdwijnt van het display wanneer u de
geluidseffecten weer wilt inschakelen.
Virtual CINEMA DSP
Virtual CINEMA DSP stelt u in staat te profiteren van de
CINEMA DSP programma’s zonder surround-
luidsprekers. Dit programma maakt virtuele luidsprekers
om het oorspronkelijke geluidsveld te reproduceren.
Als u “SUR. LR”
op NONE (zie bladzijde 50), zal Virtual
CINEMA DSP automatisch worden ingeschakeld wanneer
u een CINEMA DSP geluidsveldprogramma selecteert.
In de volgende gevallen zal Virtual CINEMA DSP niet in
werking treden, ook al staat “SUR. LR” op NONE
(zie bladzijde 50):
Wanneer u MULTI CH INPUT heeft geselecteerd als
signaalbron.
Wanneer er een hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting zit.
Voorpaneel
of
PROGRAM
Afstandsbediening
AMP
1
STEREO
EFFECT
STRAIGHT
STRAIGHT
ENT.
EFFECT
Voorpaneel Afstandsbediening
of
AMP
Opmerking
32
WEERGAVE
Dit toestel is uitgerust met allerlei ingangsaansluitingen. U
kunt als volgt bepalen wat voor ingangssignalen u wilt
gebruiken.
1 Verdraai INPUT om de gewenste signaalbron
te selecteren.
2 Druk op INPUT MODE om de ingangsfunctie
te selecteren. In de meeste gevallen kunt u
gewoon AUTO gebruiken.
AUTO Ingangssignalen worden automatisch
geselecteerd in deze volgorde:
1) Digitale signalen
*
2) Analoge signalen
DTS Alleen DTS gecodeerde digitale
signalen zullen worden geselecteerd.
Als er geen DTS signalen
binnenkomen, zal er geen geluid
worden weergegeven.
ANALOG Er zullen alleen analoge signalen
worden geselecteerd. Als er geen
analoge signalen binnenkomen, zal er
geen geluid worden weergegeven.
* Wanneer het toestel een Dolby Digital of DTS signaal
detecteert, zal er automatisch worden overgeschakeld
naar de bijbehorende decoder.
y
U kunt de standaard ingangsfunctie van dit toestel zelf bepalen
(zie bladzijde 52).
Wanneer er een DTS-CD/LD wordt afgespeeld, moet u
INPUT MODE op DTS instellen.
Als het digitale uitgangssignaal van de speler op de een of
andere manier bewerkt is, is het misschien niet meer mogelijk
het DTS signaal te decoderen, ook al bestaat er een voor de
speler in kwestie geschikte digitale verbinding tussen de speler
en dit toestel.
Tonen van informatie over de signaalbron
U kunt het type, de formattering en de bemonsteringsfrequentie
van het huidige ingangssignaal laten zien.
1 Selecteer de signaalbron.
2 Druk op AMP om de AMP bedieningsfunctie
in te schakelen en druk vervolgens op
STRAIGHT zodat “STRAIGHT” op het display
verschijnt.
STRAIGHT
3 Druk op u / d om de volgende informatie
over het ingangssignaal te laten verschijnen.
(Formattering)
De formattering van het signaal wordt
getoond. Wanneer het toestel geen digitaal
signaal kan detecteren, wordt er
automatisch overgeschakeld naar analoog.
in Aantal bronkanalen in het
ingangssignaal. Bijvoorbeeld een
multikanaals soundtrack met 3
voorkanalen, 2 surroundkanalen en
een LFE kanaal, zal worden getoond
als “3/2/LFE”.
fs Bemonsteringsfrequentie. Wanneer
het toestel de
bemonsteringsfrequentie niet kan
bepalen, zal “Unknown” verschijnen.
rate Bitsnelheid. Wanneer het toestel de
bitsnelheid niet kan bepalen, zal
“Unknown” verschijnen.
flg
Signalering (vlag) die in DTS of Dolby
Digital signalen is meegecodeerd en
die dit toestel in staat stelt automatisch
van decoder te wisselen.
Selecteren van ingangsfuncties
Opmerkingen
INPUT
INPUT MODE
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
VOLUME
A
SP
dB
LR
IngangsfunctieSignaalbron
CD MD/CD-R
TUNER
V-AUXDVD
AMP
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
STRAIGHT
ENT.
EFFECT
AMP
vervolgens
PRESET/CH
A/B/C/D/E
ENTER
AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO
33
BASISBEDIENING
Nederlands
U kunt op 2 manieren afstemmen op een radiozender:
automatisch of met de hand.
Automatisch afstemmen gaat goed wanneer u sterke
signalen ontvangt en er weinig storing is.
Automatisch afstemmen
1 Verdraai INPUT om TUNER als signaalbron te
selecteren.
2 Druk op FM/AM om de radioband te kiezen.
“FM” of “AM” zal op het display op het voorpaneel
verschijnen.
3 Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L
MONO) zodat de AUTO indicator op het
display oplicht.
Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display,
kunt u niet afstemmen. Druk op PRESET/TUNING
(EDIT) om de dubbele punt (:) uit te schakelen.
4 Druk één keer op PRESET/TUNING l / h om
het automatisch afstemmen te laten
beginnen.
Druk op h om af te stemmen op een hogere
frequentie, of op l om af te stemmen op een lagere
frequentie.
Wanneer er is afgestemd op een zender, zal de
TUNED indicator oplichten en zal de frequentie
waarop is afgestemd worden getoond op het display.
AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO
Automatisch en handmatig
afstemmen
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
3 312 4
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
INPUT
FM/AM
of
AM
FM
AUTO/MAN'L MONO
TUNING MODE
AUTO
Licht op
PRESET/TUNING
EDIT
TUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
AUTO
TUNED
A
SP
TUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
AUTO
TUNED
A
SP
LEVEL
l PRESET/TUNING h
34
AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO
Handmatig afstemmen
Als het signaal van de zender waar u op wilt afstemmen te
zwak is, moet u er met de hand op afstemmen. Handmatig
afstemmen op een FM zender zal automatisch de
ontvangst naar mono overschakelen om de kwaliteit van
de ontvangst te verbeteren.
1 Selecteer TUNER en de gewenste radioband
volgens de stappen 1 en 2 onder
“Automatisch afstemmen”.
2 Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L
MONO) zodat de AUTO indicator van het
display verdwijnt.
Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display,
kunt u niet afstemmen. Druk op PRESET/TUNING
(EDIT) om de dubbele punt (:) uit te schakelen.
3 Druk op PRESET/TUNING l / h om met de
hand af te stemmen op de gewenste zender.
Houd de toets ingedrukt
om de frequentie
doorlopend te laten
veranderen.
Automatisch voorprogrammeren van FM
zenders
Met de automatische voorprogrammering kunt u FM
zenders voorprogrammeren. Met deze functie zal het
toestel automatisch afstemmen op FM zenders met een
goede ontvangst en deze, op volgorde, opslaan tot een
maximum van 40 (8 zenders in 5 groepen, A1 t/m E8). U
kunt vervolgens gemakkelijk via de bijbehorende
voorkeuzenummers afstemmen op de
voorgeprogrammeerde zenders.
1 Druk op FM/AM en selecteer de FM band.
2 Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L
MONO) zodat de AUTO indicator op het
display oplicht.
Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display,
kunt u niet afstemmen. Druk op PRESET/TUNING
(EDIT) om de dubbele punt (:) uit te schakelen.
AUTO/MAN'L MONO
TUNING MODE
AUTO
Verdwijnt
TUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
AUTO
A
SP
PRESET/TUNING
EDIT
LEVEL
l PRESET/TUNING h
Zenders voorprogrammeren
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
231
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
FM/AM
FM
AUTO/MAN'L MONO
TUNING MODE
AUTO
Licht op
PRESET/TUNING
EDIT
TUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
AUTO
A
SP
35
AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO
BASISBEDIENING
Nederlands
3 Houd MEMORY (MAN’L/AUTO FM) tenminste
3 seconden ingedrukt.
Het voorkeuzenummer en de MEMORY en AUTO
indicators gaan knipperen. Na ongeveer 5 seconden
zal het automatisch voorprogrammeren beginnen
vanaf de huidige frequentie naar hogere frequenties.
Wanneer het automatisch voorprogrammeren klaar is,
zal de frequentie voor de laatst voorgeprogrammeerde
zender op het display getoond worden.
Zendergegevens die reeds zijn opgeslagen onder een bepaald
nummer zullen worden gewist wanneer u een andere zender
onder dat voorkeuzenummer opslaat.
Als het aantal voorgeprogrammeerde zenders niet tot het maximum
40 (E8) komt, konden er met het automatisch voorprogrammeren
niet meer geschikte zenders gevonden worden.
Alleen FM zenders met een voldoende sterke ontvangst worden
opgeslagen bij het automatisch voorprogrammeren. Als u een
zwakkere zender wilt opslaan, dient u hierop met de hand af te
stemmen bij mono-ontvangst en kunt u de zender opslaan via de
procedure onder “Zenders handmatig voorprogrammeren”.
Andere mogelijkheden bij het automatisch
voorprogrammeren:
U kunt instellen vanaf welk voorkeuzenummer het toestel
FM zenders zal opslaan en/of beginnen met zoeken in
lagere frequenties.
Nadat u bij stap 3 op MEMORY heeft gedrukt:
1
Druk op A/B/C/D/E (NEXT) en dan op
PRESET/
TUNING l / h
om het voorkeuzenummer te
selecteren waaronder de eerst gevonden zender zal
worden opgeslagen. Het automatisch voorprogrammeren
stopt wanneer voorkeuzenummer E8 bereikt is.
2 Druk op PRESET/TUNING (EDIT) om de dubbele
punt (:) te laten verdwijnen en druk dan op PRESET/
TUNING l om te zoeken in lagere frequenties.
Zenders handmatig voorprogrammeren
U kunt ook met de hand maximaal 40 zenders (8 zenders x
5 groepen) voorprogrammeren.
1 Stem af op een zender.
Zie bladzijde 33 voor aanwijzingen over hoe u moet
afstemmen op een zender.
Wanneer er is afgestemd op een zender zal de
bijbehorende frequentie op het display getoond
worden.
2 Druk op MEMORY (MAN’L/AUTO FM).
De MEMORY indicator knippert ongeveer
5 seconden lang.
3 Druk, terwijl de MEMORY indicator knippert,
net zo vaak op A/B/C/D/E (NEXT) tot u de
gewenste voorkeuzegroep (A t/m E) heeft
geselecteerd.
De letter van de gekozen groep zal nu verschijnen.
Controleer of de dubbele punt (:) inderdaad verschijnt
op het display.
Opmerkingen
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de
opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel
uit (standby) staat, wanneer de stekker uit het stopcontact
is, of wanneer de stroomvoorziening tijdelijk wordt
onderbroken door een stroomstoring. Wanneer echter de
stroomvoorziening langer dan een week onderbroken
wordt, zullen de voorkeuzezenders gewist worden. In een
dergelijk geval zult u de zenders opnieuw op één van de
aangegeven manieren moeten opslaan.
MAN'L/AUTO FM
MEMORY
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
AUTO
TUNED
VOLUME
MEMORY
A
SP
dB
L R
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
43 2,5
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
TUNED
VOLUME
A
SP
dB
LR
MAN'L/AUTO FM
MEMORY
MEMORY
Knippert
NEXT
A/B/C/D/E
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
TUNED
VOLUME
MEMORY
A
SP
dB
LR
Voorkeuzegroep
36
AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO
4 Druk op PRESET/TUNING l / h om het
gewenste voorkeuzenummer (1 t/m 8) te
selecteren terwijl de MEMORY indicator nog
aan het knipperen is.
Druk op h om een hoger voorkeuzenummer te
selecteren.
Druk op l om een lager voorkeuzenummer te
selecteren.
5 Druk op MEMORY (MAN’L/AUTO FM) op het
voorpaneel terwijl de MEMORY indicator nog
aan het knipperen is.
De radioband en de
frequentie voor deze zender
verschijnen op het display,
samen met de door u
geselecteerde
voorkeuzegroep en het
voorkeuzenummer.
6 Herhaal de stappen 1 t/m 5 om andere
zenders op te slaan.
Zendergegevens die reeds zijn opgeslagen onder een bepaald
nummer zullen worden gewist wanneer u een andere zender
onder dat voorkeuzenummer opslaat.
De soort ontvangst (stereo of mono) wordt samen met de
frequentie van de zender opgeslagen.
U kunt op de gewenste zender afstemmen door
eenvoudigweg het voorkeuzenummer waaronder die
zender is opgeslagen te selecteren.
y
Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening,
moet u eerst op TUNER drukken om de afstandsbediening in de
tunerfunctie te zetten.
1 Druk op A/B/C/D/E (NEXT) (of A/B/C/D/E i op
de afstandsbediening) om de gewenste
voorkeuzegroep te selecteren.
De letter van de voorkeuzegroep verschijnt op het
display op het voorpaneel en verandert met elke druk
op de toets.
Opmerkingen
LEVEL
l PRESET/TUNING h
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
TUNED
VOLUME
MEMORY
A
SP
dB
LR
Voorkeuzenummer
MAN'L/AUTO FM
MEMORY
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
TUNED
VOLUME
MEMORY
A
SP
dB
LR
Laat zien dat de getoonde zender is
opgeslagen als C3.
Selecteren van voorkeuzezenders
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
2
1
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
REC
AUDI O
STRAIGHT
1009
ENT.
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
MENUTITLE
SET MENU
LEVEL
DISPLAYRETURN
BAND
SRCH MODE
MEMORY
A-E/CAT.
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
2
1
NEXT
A/B/C/D/E
PRESET/CH
A/B/C/D/E
ENTER
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
37
AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO
BASISBEDIENING
Nederlands
2 Druk op PRESET/TUNING l / h ( of
PRESET/CH u / d op de afstandsbediening)
om het voorkeuzenummer (1 t/m 8) te
selecteren.
De voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer
verschijnen op het display op het voorpaneel, samen
met de radioband en de frequentie, en de TUNED
indicator zal oplichten.
U kunt twee voorkeuzezenders van plaats laten wisselen.
In het voorbeeld hieronder ziet u hoe u voorkeuzezender
“E1” van plaats kunt laten wisselen met voorkeuzezender
“A5”.
1 Selecteer voorkeuzezender “E1”.
Zie “Selecteren van voorkeuzezenders”.
2 Houd PRESET/TUNING (EDIT) tenminste
3 seconden ingedrukt.
De “E1” en MEMORY indicators zullen gaan
knipperen op het display op het voorpaneel.
3 Selecteer voorkeuzezender “A5” met
A/B/C/D/E en PRESET/TUNING l / h.
De “A5” en MEMORY indicators zullen gaan
knipperen op het display op het voorpaneel.
LEVEL
l PRESET/TUNING h
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
TUNED
A
SP
PRESET/CH
A/B/C/D/E
ENTER
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
Omwisselen van voorkeuzezenders
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
2,4 1,31,3
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
PRESET/TUNING
EDIT
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
TUNED MEMORY
A
SP
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
TUNED MEMORY
A
SP
LEVEL
l PRESET/TUNING h
NEXT
A/B/C/D/E
38
AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO
4 Druk nog eens op PRESET/TUNING (EDIT).
De zenders onder de twee voorkeuzenummers
worden nu omgewisseld.
Radio Data Systeem is een systeem voor gegevensoverdracht dat door
FM zenders in een groot aantal landen worden gebruikt. De Radio
Data Systeem functies worden verzorgd door zenders in een netwerk.
Dit toestel is geschikt voor verschillende soorten
Radio Data Systeem gegevens, zoals PS (Programma
Service naam), PTY (Programmatype), RT (Radio Tekst),
CT (Klok-tijd), EON (Enhanced Other Networks;
Verbeterde service andere netwerken) wanneer er wordt
afgestemd op Radio Data Systeem zenders.
PS (Programma Service naam) functie:
De naam van de Radio Data Systeem zender waarop is
afgestemd zal worden getoond.
PTY (Programmatype) functie:
Radio Data Systeem zenders maken onderscheid tussen 15 soorten programma’s.
RT (Radio Tekst) functie:
Informatie over het programma (de titel van het muziekstuk,
naam van de artiest enz.) op de Radio Data Systeem zender
waar u op afgestemd heeft kan tot maximaal 64 alfanumerieke
tekens, inclusief het trema, op het display worden getoond. Als
er andere tekens worden gebruikt voor de RT gegevens, zullen
deze worden aangegeven met een streepje (_).
CT (Klok Tijd) functie:
De tijd op dit moment wordt getoond en elke minuut bijgewerkt.
In het geval deze gegevens wegvallen, kan “CT WAIT” verschijnen.
EON (Enhanced Other Networks;
Verbeterde service andere netwerken):
Zie “De EON functie” op bladzijde 41.
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
TUNED
A
SP
PRESET/TUNING
EDIT
Ontvangen van Radio Data
Systeem zenders
NEWS Nieuws
AFFAIRS Actualiteiten
INFO Algemene informatie
SPORT Sport
EDUCATE Educatief
DRAMA Theater
CULTURE Cultuur
SCIENCE Wetenschap
VARIED Licht amusement
POP M Pop
ROCK M Rock
M.O.R. M Middle-of-the-road muziek
(easy-listening)
LIGHT M Licht klassiek
CLASSICS Klassiek
OTHER M Overige muziek
39
AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO
BASISBEDIENING
Nederlands
Er zijn vier manieren waarop de Radio Data Systeem
gegevens getoond kunnen worden. De PS, PTY, RT en/of
CT indicators die corresponderen met de Radio Data
Systeem gegevens die door de huidige zender verzorgd
worden zullen oplichten op het display op het voorpaneel.
1 Druk op TUNER op de afstandsbediening om
dit toestel in de tunerfunctie (radio) te zetten.
2 Druk herhaaldelijk op FREQ/TEXT op de
afstandsbediening om de diverse Radio Data
Systeem gegevens te bekijken die worden
verzorgd door de huidige zender.
Druk pas op FREQ/TEXT wanneer er een Radio Data Systeem
indicator oplicht op het display op het voorpaneel. Er zal niets
kunnen veranderen wanneer u eerder op de toets drukt. De
reden hiervoor is dat het toestel dan nog niet alle relevante
Radio Data Systeem gegevens heeft ontvangen van de zender.
U kunt natuurlijk geen Radio Data Systeem gegevens selecteren
die niet worden verzorgd door de zender in kwestie.
Dit toestel kan geen gebruik maken van de Radio Data Systeem
gegevens indien het ontvangen signaal te zwak is. Voor met
name de RT functie is een grote hoeveelheid gegevens nodig,
dus het kan gebeuren dat de RT functie niet beschikbaar is,
terwijl andere Radio Data Systeem functies (PS, PTY enz.) wel
naar behoren functioneren.
Wanneer de ontvangst slecht is kunnen er mogelijk helemaal
geen Radio Data Systeem gegevens worden ontvangen. Druk in
een dergelijk geval op TUNING MODE (AUTO/MAN’L
MONO) zodat de AUTO indicator van het display verdwijnt.
Alhoewel hierdoor op handmatig afstemmen wordt
overgeschakeld, is het mogelijk dat er nu wel Radio Data
Systeem gegevens verschijnen wanneer u overschakelt naar de
Radio Data Systeem functie.
Als de ontvangst gestoord wordt door externe omstandigheden
terwijl u afgestemd heeft op een Radio Data Systeem zender, is
het mogelijk dat de Radio Data Systeem gegevensoverdracht
plotseling wordt onderbroken en dat de melding “...WAIT” op
het display op het voorpaneel verschijnt.
Overschakelen naar een bepaalde
Radio Data Systeem functie
TUNER
FREQ/TEXT
PS
PTY
RT
CT
Frequentiedisplay
Afstandsbediening
Opmerkingen
40
AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO
U kunt het door u gewenste programmatype kiezen en het
toestel vervolgens automatisch alle voorgeprogrammeerde
Radio Data Systeem zenders laten afzoeken naar een
zender die een programma van dat type aan het uitzenden
is.
y
Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening,
moet u eerst op TUNER drukken om de afstandsbediening in de
tunerfunctie te zetten.
1 Druk op PTY SEEK MODE op de
afstandsbediening om dit toestel in de PTY
SEEK functie te zetten.
Het type van het programma dat op dit moment wordt
ontvangen, of “NEWS”, gaat knipperen op het
display op het voorpaneel.
Om de PTY SEEK functie af te sluiten, dient u nog
een keer op PTY SEEK MODE te drukken.
2 Druk op PRESET/TUNING l / h (of op
PRESET/CH u / d op de afstandsbediening)
om het gewenste programmatype te
selecteren.
Het geselecteerde programmatype verschijnt op het
display op het voorpaneel.
3 Druk op PTY SEEK START op de
afstandsbediening om alle
voorgeprogrammeerde Radio Data Systeem
zenders af te zoeken.
Het geselecteerde programmatype blijft knipperen op
het display op het voorpaneel en de PTY HOLD
indicator licht op terwijl er naar een geschikte zender
gezocht wordt.
Druk nog eens op PTY SEEK START om het zoeken
te annuleren.
Het toestel stopt met zoeken zodra er een zender
gevonden is die een programma van het
geselecteerde type uitzendt.
Als de gevonden zender niet naar uw wens is, kunt
u nog eens op PTY SEEK START drukken. Het
toestel gaat dan op zoek naar een andere zender die
het gewenste programmatype uitzendt.
De PTY SEEK functie
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
2
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
REC
AUDI O
DISC SKIP
FREQ/TEXT
EONSTARTMODE PTY SEEK
EFFECT
1,3
2
MENU
TITLE
SET MENU
LEVEL
DISPLAY
RETURN
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
STARTMODE PTY SEEK
Afstandsbediening Knippert
LEVEL
l PRESET/TUNING h
PRESET/CH
A/B/C/D/E
ENTER
Afstandsbediening
of
Voorpaneel
POP M
STARTMODE PTY SEEK
PTY HOLD
Afstandsbediening
Licht op
41
AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO
BASISBEDIENING
Nederlands
Deze functie maakt gebruik van de EON gegevens die
worden uitgezonden door het Radio Data Systeem
zendernetwerk. Als u een bepaald programmatype
selecteert (NEWS, INFO, AFFAIRS of SPORT), zal dit
toestel automatisch alle voorgeprogrammeerde Radio Data
Systeem zenders die een uitzending van het gewenste type
in hun zendschema hebben opgenomen opzoeken en
overschakelen naar de nieuwe zender wanneer de
uitzending van het gewenste soort programma begint.
y
Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening,
moet u eerst op TUNER drukken om de afstandsbediening in de
tunerfunctie te zetten.
Deze functie kan alleen worden gebruikt wanneer u heeft
afgestemd op een Radio Data Systeem zender die EON gegevens
aanbiedt. Wanneer u heeft afgestemd op een dergelijke zender,
zal de EON indicator op het display op het voorpaneel oplichten.
1 Controleer of de EON indicator inderdaad
verschijnt op het display op het voorpaneel.
Als de EON indicator niet oplicht, dient u af te
stemmen op een andere Radio Data Systeem zender
waarbij de EON indicator wel gaat branden.
2 Druk herhaaldelijk op EON op de
afstandsbediening om het gewenste
programmatype (NEWS, INFO, AFFAIRS of
SPORT) te selecteren.
Het geselecteerde programmatype verschijnt op het
display op het voorpaneel.
Zodra een voorgeprogrammeerde Radio Data
Systeem zender begint met de uitzending van een
programma van het gewenste type, zal het toestel
automatisch van het huidige programma daarnaar
overschakelen. (De EON indicator knippert.)
Wanneer de uitzending van het programma van het
geselecteerde type afgelopen is, zal het toestel weer
terugkeren naar de oorspronkelijke zender (of een
ander programma op dezelfde zender).
Annuleren van deze functie
Druk net zo vaak op EON tot er geen programmatype
meer op het display op het voorpaneel staat.
De EON functie
Opmerking
REC
AUDI O
DISC SKIP
FREQ/TEXT
EONSTARTMODE
PTY SEEK
DISPLAY
RETURN
A-E/CAT.
2
EON
Afstandsbediening
OPNEMEN
42
Opname-instellingen en andere handelingen dienen te
worden verricht op de opname-apparatuur. Raadpleeg
eventueel de handleidingen van de betreffende
componenten.
1 Zet dit toestel en alle aangesloten
componenten aan.
2 Selecteer de signaalbron waarvan u wilt
opnemen.
3 Start de weergave (of stem af op een zender)
op de broncomponent.
4 Start de opname op de opnemende
component.
y
Maak een test-opname voor u aan de echte opname begint.
Wanneer dit toestel uit (standby) staat, kunt u niet opnemen
tussen op dit toestel aangesloten componenten.
De instellingen van TONE CONTROL, VOLUME,
“SP LEVEL” (bladzijde 51) en eventuele
geluidsveldprogramma’s hebben geen invloed op de opnamen.
Er kunnen geen opnamen gemaakt worden van een signaalbron
via de MULTI CH INPUT aansluitingen van dit toestel.
S-video- en composiet videosignalen worden gescheiden
verwerkt door dit toestel. Daarom kunt u bij het opnemen of
kopiëren van videosignalen van een component die alleen is
aangesloten op een S-video aansluiting (of alleen op een
composiet video-aansluiting) alleen een S-videosignaal (of
alleen een composiet videosignaal) opnemen met uw VCR.
Digitale signalen die binnenkomen via de DIGITAL INPUT
aansluitingen worden voor opname gereproduceerd via de
analoge AUDIO OUT (L/R) aansluitingen. Op dezelfde manier
worden analoge signalen die binnenkomen via de AUDIO IN
(L/R) aansluitingen niet gereproduceerd via de DIGITAL
OUTPUT aansluiting. Als uw signaalbron alleen digitaal (of
alleen analoog) is aangesloten, kunt u dus ook alleen maar
digitale (of alleen analoge) signalen opnemen.
Een bepaalde signaalbron wordt niet gereproduceerd via
hetzelfde REC OUT kanaal. (Het ingangssignaal van VCR IN
wordt bijvoorbeeld niet gereproduceerd via VCR OUT.)
Controleer de regelingen met betrekking tot het auteursrecht in
het gebied waar u zich bevindt voor u opnamen gaat maken van
platen, CD’s, radio enz. Opnemen van auteursrechtelijk
beschermd materiaal kan inbreuk maken op de op het materiaal
rustende rechten.
Speciale overwegingen bij het opnemen
van DTS materiaal
Het DTS signaal bestaat uit een digitale bitstroom. Als u
probeert digitale opnamen te maken van de DTS
bitstroom, zal er slechts ruis worden opgenomen. Als u dit
toestel wilt gebruiken om DTS materiaal op te nemen,
moet u een aantal dingen in gedachten houden en dient u
de volgende instellingen te verrichten.
Voor DVD’s en CD’s met DTS gecodeerd materiaal en
met een speler die geschikt is voor DTS weergave, dient u
de handleiding van de speler te volgen en deze zo in te
stellen dat de speler een analoog signaal produceert.
OPNEMEN
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
1 2
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-AU XDVD
AMP
POWERPOWER
VOLUME
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
AVTV
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
1
2
INPUT
CD MD/CD-R
TUNER
V-AUXDVD
AMP
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
of
Voorpaneel Afstandsbediening
Opmerkingen
Als u videomateriaal weergeeft met gescramblede of
gecodeerde signalen die moeten voorkomen dat het
materiaal gekopieerd wordt, is het mogelijk dat deze
signalen de weergave zelf storen.
GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN
43
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
Nederlands
Dit toestel is uitgerust met diverse zeer preciese digitale decoders waarmee u kunt profiteren van multikanaals weergave
van vrijwel elke geluidsbron (stereo of multikanaals). Dit toestel is tevens voorzien van een YAMAHA digitale
geluidsveldprogramma (DSP) processor met een aantal geluidsveldprogramma’s waarmee u uw luister-ervaring een extra
dimensie kunt geven. De meeste van deze geluidsveldprogramma’s zijn preciese digitale nabootsingen van de werkelijke
akoestische omstandigheden in beroemde concertzalen, theaters en bioscopen.
y
De YAMAHA CINEMA DSP functies zijn geheel compatibel met alle Dolby Digital, DTS en Dolby Surround bronnen. Zet de
ingangsfunctie op AUTO (zie bladzijde 32) zodat dit toestel automatisch kan overschakelen naar de juiste digitale decoder voor het
binnenkomende ingangssignaal.
De DSP geluidsveldprogramma’s van dit toestel zijn natuurgetrouwe reproducties van echte akoestische omgevingen, samengesteld
aan de hand van exacte metingen verricht in de betreffende ruimtes zelf. Op deze manier kunt u de variaties waarnemen in de
weerkaatsingen van voren, achteren, links en rechts.
Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak en voorkeuren, niet alleen op basis van de naam van het programma.
U kunt kiezen uit de volgende geluidsvelden wanneer u film- of videomateriaal afspeelt. De met “MULTI” aangeduide
geluidsvelden kunnen worden gebruikt met multikanaals signaalbronnen, zoals DVD, digitale TV enz. De met “2-CH”
aangeduide kunnen worden gebruikt met 2-kanaals (stereo) bronnen zoals TV programma’s, videobanden enz.
De manier waarop een programma geselecteerd kan worden hangt mede af van het type
geluidsveldprogramma. Voor details omtrent het selecteren van geluidsveldprogramma’s verwijzen
we u naar “Selecteren van geluidsveldprogramma’s” op de bladzijden 27 t/m 31.
GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN
Opmerkingen
Voor film/video bronnen
Toets
afstandsbediening
Programma Kenmerken Bronnen
1
STEREO:
2ch Stereo
Brengt multikanaals materiaal terug tot 2 kanalen (links en rechts) of geeft 2-
kanaals materiaal onveranderd weer.
MULTI
2-CH
2
MUSIC:
Pop/Rock
Dit programma produceert een enthousiaste atmosfeer en geeft u het gevoel
alsof u echt bij een jazz of rock concert bent.
3
ENTERTAINMENT:
TV Sports
Alhoewel het aanwezigheidsveld relatief smal is, zorgt het surround geluidsveld
voor de akoestiek van een grote concertzaal. Dit effect verbetert de
geluidsweergave van allerlei TV programma’s, zoals nieuws, amusementsshows,
muziek- en sportprogramma’s.
ENTERTAINMENT:
Mono Movie
Dit programma is bedoeld voor de reproductie van mono videomateriaal (zoals
oude films). Het programma produceert optimale natrillingen om het geluid ook
alleen met het aanwezigheidsveld diepte te kunnen geven.
ENTERTAINMENT:
Game
Dit programma geeft de geluidsweergave bij videospelletjes een diepe en
ruimtelijke dimensie.
44
GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN
4
MOVIE THEATER:
Spectacle
CINEMA DSP verwerking. Dit programma zorgt voor een zeer weids
geluidsveld, zoals in een 70-mm bioscoop. Het oorspronkelijke geluid wordt
zeer precies en gedetailleerd weergegeven, waardoor het geluidsveld en het
beeld bijzonder echt lijken. Dit is ideaal voor Dolby Surround, Dolby Digital of
DTS gecodeerd videomateriaal (vooral groots opgezette films).
MULTI
2-CH
MOVIE THEATER:
Sci-Fi
CINEMA DSP verwerking. Dit programma zorgt voor duidelijke weergave van
gesproken tekst en geluidseffecten in een vorm die opgang doet in science
fiction films, zodat er een weidse cinematische ruimte wordt gecreëerd temidden
van de koude stilte. U kunt zo beter genieten van science fiction films in een
virtuele geluidsruimte met Dolby Surround, Dolby Digital en DTS gecodeerd
materiaal dat gebruik maakt van de meest geavanceerde technieken.
MOVIE THEATER:
Adventure
CINEMA DSP verwerking. Dit programma is ideaal voor een preciese
reproductie van de nieuwste 70-mm films en films met multikanaals
soundtracks. Het geluidsveld bootst dat van de nieuwste bioscopen na, zodat de
natrillingen in het geluidsveld zelf zo veel mogelijk beperkt worden.
MOVIE THEATER:
General
CINEMA DSP verwerking. Dit programma is bedoeld voor de reproductie van
70-mm films en films met multikanaals soundtracks en wordt gekenmerkt door
een zacht en weids geluidsveld.
5
SUR. STANDARD
Standaard verwerking voor de geselecteerde decoder.
SUR. ENHANCED
Verbeterde verwerking voor de geselecteerde decoder.
Toets
afstandsbediening
Programma Kenmerken Bronnen
45
GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN
GELUIDSVELDPROGRAMMA’S
Nederlands
U kunt kiezen uit de volgende geluidsvelden bij weergave van muziek, zoals CD’s, FM/AM uitzendingen, cassettes enz.
De manier waarop een programma geselecteerd kan worden hangt mede af van het type
geluidsveldprogramma. Voor details omtrent het selecteren van geluidsveldprogramma’s verwijzen
we u naar “Selecteren van geluidsveldprogramma’s” op de bladzijden 27 t/m 31.
Voor muziekmateriaal
Toets
afstandsbediening
Programma Kenmerken Bronnen
1
STEREO:
2ch Stereo
2-kanaals (links en rechts) weergave.
2-CH
STEREO:
6ch Stereo
Wordt gebruikt om stereomateriaal weer te geven via alle luidsprekers (in
stereo). Dit geeft een groter geluidsveld en is ideaal voor achtergrondmuziek bij
feesten en partijen enz.
2
MUSIC:
Hall in Vienna
HiFi DSP verwerking. Een klassieke doosvormige concertzaal met ongeveer
1700 stoelen. De zuilen en ingewikkelde versieringen zorgen voor zeer
complexe reflecties en voor een volle en rijke geluidsweergave.
MULTI
2-CH
MUSIC:
The Bttm Line
HiFi DSP verwerking. Dit is het geluidsveld vlak voor het podium in “The
Bottom Line”, de befaamde New Yorkse jazz club. Er is plaats voor 300 mensen
links en rechts en het geluidsveld biedt een realistische en levendige weergave.
MUSIC:
The Roxy Thtr
HiFi DSP verwerking. Het ideale programma voor levendige, dynamische
rockmuziek. De gegevens voor dit programma werden opgenomen in de
“hottest” rock club in LA. U bevindt zich virtueel in het midden links in de zaal.
3
ENTERTAINMENT:
Disco
HiFi DSP verwerking. Dit programma bootst de akoestiek na van een
wervelende disco in het hart van een grote stad. De geluidsweergave is krachtig
en zeer geconcentreerd. Het wordt ook gekenmerkt door een grote energie en
directheid.
5
SUR. STANDARD
Standaard verwerking voor de geselecteerde decoder.
SUR. ENHANCED
Verbeterde verwerking voor de geselecteerde decoder.
GEAVANCEERDE BEDIENING
46
Met deze functie kunt het toestel zichzelf uit (standby)
laten schakelen na een door u bepaalde tijd. Deze
slaaptimer is bijvoorbeeld handig wanneer u gaat slapen
terwijl uw installatie nog aan het spelen of opnemen is. De
slaaptimer schakelt ook automatisch de op de AC
OUTLET(S) netstroomaansluitingen aangesloten externe
apparatuur uit.
Instellen van de slaaptimer
1 Selecteer de gewenste signaalbron en start
de weergave op de broncomponent.
2 Druk herhaaldelijk op SLEEP
om de gewenste tijd in te
stellen.
Met elke druk op SLEEP zal het
display op het voorpaneel als volgt
veranderen. De SLEEP indicator
knippert terwijl u de tijd voor de
slaaptimer aan het instellen bent.
De SLEEP indicator zal oplichten op het display op
het voorpaneel en het display keert terug naar het
geselecteerde geluidsveldprogramma.
Annuleren van de slaaptimer
Druk net zo vaak op SLEEP tot “SLEEP OFF” op het
display op het voorpaneel verschijnt.
Na een paar seconden zal “SLEEP OFF” verdwijnen en de
SLEEP indicator uit gaan.
y
U kunt de slaaptimer ook annuleren door met STANDBY op de
afstandsbediening (of STANDBY/ON op het voorpaneel) het
toestel uit (standby) te zetten.
GEAVANCEERDE BEDIENING
Gebruiken van de slaaptimer
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-AU XDVD
AMP
POWERPOWER
VOLUME
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
AVTV
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
2
SLEEP
SLEEP 90min
SLEEP 60minSLEEP 30minSLEEP OFF
SLEEP 120min
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
TUNED
VOLUME
SLEEP
A
SP
dB
HiFi DSP
LR
CDTUNER
MD/CD-R
DVD
DTV/CBL
V-AUX
VCR
TUNED
VOLUME
SLEEP
A
SP
dB
HiFi DSP
L R
TV Sports
SLEEP indicator
SLEEP
SLEEP OFF
47
GEAVANCEERDE BEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
U kunt het uitgangsniveau van de luidsprekers instellen
terwijl u naar muziek aan het luisteren bent. Dit is ook
mogelijk wanneer u een signaal dat via de MULTI CH
INPUT aansluitingen binnenkomt afspeelt.
Vergeet niet dat hierdoor de instellingen gemaakt via de
“BASIC SETUP” (bladzijde 22) en “SP LEVEL”
(bladzijde 51) zullen worden vervangen.
1 Druk op AMP.
2 Druk net zo vaak op LEVEL tot u de
luidspreker geselecteerd heeft die u wilt
instellen.
FRONT L Linker voor-luidsprekerniveau
CENTER Midden-luidsprekerniveau
FRONT R Rechter voor-luidsprekerniveau
SUR. R Rechter surround-luidsprekerniveau
SUR. B Surround achter-luidsprekerniveau
SUR. L Linker surround-luidsprekerniveau
SWFR Subwooferniveau
y
Wanneer u op LEVEL heeft gedrukt, kunt u de gewenste
luidspreker ook selecteren met u / d.
3 Druk op j / i om het uitgangsniveau (volume)
van de luidspreker te regelen.
Het instelbereik loopt van +10 dB t/m –10 dB.
4 Druk op ENTER wanneer u klaar bent met
instellen.
y
Deze handeling kan ook worden uitgevoerd met de
bedieningsorganen op het voorpaneel. Druk net zo vaak op NEXT
tot u de gewenste luidspreker geselecteerd heeft en druk
vervolgens op LEVEL –/+ om het uitgangsniveau (volume)
daarvan in te stellen.
Handmatig instellen van de
luidsprekersniveaus
AMP
REC
AUDIO
MUTE
VOLUME
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
VCR
MENUTITLE
SET MENU
LEVEL
DISPLAYRETURN
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
3
4
2
1
SET MENU
48
Met behulp van het SET MENU (instelmenu) kunt u allerlei systeeminstellingen wijzigen en kunt u de manier waarop
het toestel werkt aanpassen aan uw voorkeuren. Verander de begininstellingen (hieronder vet gedrukt aangeduid) op basis
van uw specifieke systeem en uw voorkeuren.
BASIC SETUP
Hiermee kunt u snel en makkelijk de basisinstellingen voor uw systeem invoeren (zie bladzijde 22).
MANUAL SETUP
Hiermee kunt u met de hand de luidspreker- en systeeminstellingen wijzigen.
1 SOUND MENU
Hiermee kunt u met de hand alle luidspreker-instellingen wijzigen, de kwaliteit en de toonkleur van de weergave van uw
systeem aanpassen of compenseren voor eventueel vertraagde videoweergave bij gebruik van LCD monitoren of
projectoren.
y
De meeste instellingen in het SOUND MENU menu worden automatisch uitgevoerd wanneer u de “BASIC SETUP” doet
(zie bladzijde 22). U kunt het SOUND MENU gebruiken voor verdere instellingen
.
2 INPUT MENU
Via dit menu kunt u digitale in-/uitgangen opnieuw toewijzen en kunt u de ingangsfunctie selecteren.
3 OPTION MENU
Wijzigen van de optionele systeeminstellingen.
SET MENU
Onderdeel Kenmerken Bladzijde
A)SPEAKER SET
Selecteren van de afmetingen van de luidsprekers, de luidsprekers voor weergave van lage tonen
en de crossover frequentie.
50
B)SPEAKER LEVEL
Instellen van het uitgangsniveau van elke luidspreker.
51
C)SP DISTANCE
Instellen van de vertraging voor elke luidspreker.
51
D)CENTER GEQ
Instellen van de klankkleur (toon) van de midden-luidspreker.
51
E)LFE LEVEL
Instellen van het uitgangsniveau van het LFE kanaal bij Dolby Digital of DTS signalen.
51
F)D. RANGE
Instellen van het dynamisch bereik bij Dolby Digital of DTS signalen.
51
G)AUDIO SET
Aanpassen van de volume-afname bij de MUTE functie, de audiovertraging en de instelling voor
het passeren van de toonregeling.
52
Onderdeel Kenmerken Bladzijde
A)I/O ASSIGN
Toewijzen van aansluitingen aan de daarmee verbonden componenten.
52
B)INPUT MODE
Selecteren van de begininstelling van de ingangsfunctie voor de signaalbron.
52
C)INPUT RENAME
Hiermee kunt u een signaalbron een andere naam geven.
53
Onderdeel Kenmerken Bladzijde
A)DISPLAY SET
Instellen van de helderheid van het display en het omzetten van videosignalen.
53
B)MEMORY GUARD
Vergrendelen van instellingen voor de geluidsveldprogramma’s en andere SET MENU
instellingen.
53
C)PARAM. INI
Initialiseren van de instellingen voor een groep geluidsveldprogrammas.
54
D)MULTI ZONE
Specificeert de locatie van de luidsprekers die zijn verbonden met de SPEAKERS B
aansluitingen.
54
49
SET MENU
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Gebruik de afstandsbediening om de menu’s te openen en
de instellingen te verrichten.
y
U kunt SET MENU instellingen wijzigen terwijl het toestel aan
het weergeven is.
Sommige SET MENU instellingen kunnen niet worden gewijzigd
terwijl het toestel in de Cinema of Music nacht-luisterfunctie
staat.
1 Druk op AMP.
2 Druk op SET MENU.
“BASIC SETUP” zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
3 Druk op u / d zodat MANUAL SETUP
verschijnt.
MANUAL SETUP
4 Druk op ENTER om de MANUAL SETUP te
openen.
1 SOUND MENU zal op het display op het
voorpaneel verschijnen.
1 SOUND MENU
5 Druk op u / d om het gewenste menu te
tonen.
6 Druk op ENTER om het gewenste menu te
openen.
Herhaal de stappen 5 en 6 om door de mogelijkheden
te bladeren en de in te stellen onderdelen op te
zoeken.
Druk op RETURN om terug te keren naar het vorige
menu.
7 Druk op u / d en ENTER om het submenu te
selecteren en gebruik vervolgens u / d om
het gewenste gewenste item te selecteren en
j / i om de instelling van de parameter te
wijzigen.
Herhaal deze handeling om de diverse instellingen te
selecteren en te wijzigen.
Druk op RETURN om terug te keren naar het vorige
menu.
8 Druk op SET MENU om af te sluiten wanneer
u klaar bent.
Gebruiken van het SET MENU
Opmerking
AMP
REC
AUDIO
MUTE
VOLUME
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
VCR
MENUTITLE
SET MENU
LEVEL
DISPLAYRETURN
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
3-7
1
2,8
1 SOUND MENU
2 INPUT MENU
3 OPTION MENU
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de
opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel
uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het
stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om
een andere reden langer dan een week onderbroken
wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan.
In een dergelijk geval dient u de instellingen opnieuw
te maken.
50
SET MENU
Via dit menu kunt u met de hand luidspreker-instellingen
wijzigen of compenseren voor vertraging in de
videoweergave bij gebruik van LCD schermen of
projectoren. De meeste instellingen in het SOUND
MENU worden automatisch uitgevoerd wanneer u de
“BASIC SETUP” doet (zie bladzijde 22).
Luidspreker-instellingen A)SPEAKER SET
Via dit menu kunt u met de hand de luidspreker-
instellingen wijzigen.
y
Als u niet tevreden bent met de door uw luidsprekers
geproduceerde lage tonen, kunt u deze instellingen aanpassen aan
uw voorkeuren.
Voor-luidsprekers FRONT
Keuzes: LARGE, SMALL
Selecteer LARGE als u grote voor-luidsprekers heeft.
Het toestel zal zo het hele toonbereik van de linker en
rechter voorkanalen naar de linker en rechter voor-
luidsprekers sturen.
Selecteer SMALL als u kleine voor-luidsprekers heeft.
Het toestel zal nu de lage tonen uit het voorkanaal naar
de luidsprekers sturen die u heeft geselecteerd met
“BASS OUT”.
Midden-luidspreker CENTER
Keuzes: LRG, SML, NONE
Selecteer LRG als u een grote midden-luidspreker
heeft. Het toestel zal zo het hele toonbereik van het
middenkanaal naar de midden-luidspreker sturen.
Selecteer SML als u een kleine midden-luidspreker
heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit het
middenkanaal naar de luidsprekers sturen die u heeft
geselecteerd met “BASS OUT”.
Selecteer NONE als u geen midden-luidspreker heeft.
Het toestel zal in dat geval alle signalen voor de
midden-luidspreker naar de linker en rechter voor-
luidsprekers sturen.
Linker/rechter surround-luidsprekers SUR. LR
Keuzes: LRG, SML, NONE
Selecteer LRG als u grote linker en rechter surround-
luidsprekers heeft. Het hele toonbereik van het
surroundkanaal zal naar de linker en rechter surround-
luidsprekers worden gestuurd.
Selecteer SML als u kleine linker en rechter surround-
luidsprekers heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit
het surroundkanaal naar de luidsprekers sturen die u
heeft geselecteerd met “BASS OUT”.
Selecteer NONE als u geen surround-luidsprekers
heeft. Hierdoor wordt het toestel in de Virtual
CINEMA DSP stand gezet (zie bladzijde 31) en zal de
surround achter-luidspreker (SUR. B) automatisch op
NONE worden ingesteld.
Surround achter-luidspreker SUR. B
Keuzes: LRG, SML, NONE
Selecteer LRG als u één grote surround achter-
luidspreker heeft.
Selecteer SML als u één kleine surround achter-
luidspreker heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit
het surround-achterkanaal naar de luidsprekers sturen
die u heeft geselecteerd met “BASS OUT” en de rest
van het signaal zal naar de surround achter-luidspreker
worden gestuurd.
Selecteer NONE als u geen surround achter-
luidspreker heeft. Het toestel zal in dat geval alle
signalen voor het surround achterkanaal naar de linker
en rechter surround-luidsprekers sturen.
Lage tonen weergave BASS OUT
De lage tonen (bass) kunnen naar de subwoofer en/of de
linker en rechter voor-luidsprekers worden gestuurd als
dat beter overeenkomt met de karakteristieken van uw
systeem. Deze instelling bepaalt ook waar het LFE (Lage
Frequentie Effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS
signalen naartoe wordt gestuurd.
Keuzes: SWFR (subwoofer), FRONT, BOTH
Selecteer SWFR als u een subwoofer aangesloten
heeft. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere
kanalen worden nu in overeenstemming met de
luidspreker-instellingen naar de subwoofer gestuurd.
Selecteer FRONT als u geen subwoofer gebruikt. Het
LFE kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden
nu in overeenstemming met de luidspreker-instellingen
naar de voor-luidsprekers gestuurd (ook al had u
oorspronkelijk de voor-luidsprekers op SML ingesteld).
Selecteer BOTH als u een subwoofer heeft aangesloten
en u de lage tonen voor beide voorkanalen zowel via de
voor-luidsprekers als via de subwoofer wilt laten
weergeven. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere
kanalen worden ook naar de subwoofer gestuurd in
overeenstemming met de luidspreker-instellingen.
Gebruik deze functie om lage tonen te benadrukken
met behulp van de subwoofer bij weergave van
bijvoorbeeld CD’s.
Crossover frequentie CrossOver
Met deze functie kunt u de crossover (afsnij) frequentie
instellen voor alle lage tonen. Alle frequenties beneden de
ingestelde frequentie zullen naar de subwoofer worden
gedirigeerd.
Keuzes: 40Hz, 60Hz, 80Hz, 90Hz, 100Hz, 110Hz,
120Hz, 160Hz, 200Hz
Subwooferfase SWFR PHASE
Als de lage tonen niet of onduidelijk worden
weergegeven, kunt u hiermee de frequentie-fase van uw
subwoofer omschakelen.
Keuzes: NRM (normaal), REV (tegengesteld)
Selecteer NRM als u de fase voor uw subwoofer niet
wilt omkeren.
Selecteer REV om de fase voor uw subwoofer om te
keren.
1 SOUND MENU
51
SET MENU
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Luidsprekerniveau B)SP LEVEL
Via deze instellingen kunt u met de hand de balans
instellen tussen de luidsprekers die u heeft geselecteerd bij
SPEAKER SET (bladzijde 50).
Keuzes: –10,0 dB t/m +10,0 dB
FL instellen van de balans voor de linker voor-
luidspreker.
FR instellen van de balans voor de rechter voor-
luidspreker.
C instellen van de balans voor de midden-luidspreker.
SL instellen van de balans voor de linker surround-
luidspreker.
SR instellen van de balans voor de rechter surround-
luidspreker.
SB instellen van de balans voor de surround achter-
luidspreker.
SWFR instellen van de balans voor de subwoofer.
y
Gebruik de testtoonfunctie (zie bladzijde 24) om uw instellingen
te ijken.
Luidsprekerafstand C)SP DISTANCE
Met deze functie kunt u met de hand de afstand van elke
luidspreker tot de luisterplek invoeren en zo de vertraging
voor het bijbehorende kanaal instellen. In het ideale geval
zouden alle luidsprekers op dezelfde afstand van de
luisterplek moeten staan. Maar in de meeste gevallen is dat
praktisch gezien niet mogelijk. Daarom moet de weergave
van luidsprekers die eigenlijk te dichtbij staan heel
eventjes vertraagd worden, zodat het geluid van alle
luidsprekers op hetzelfde moment op de luisterplek
arriveert.
Eenheid UNIT
Keuzes: meters (m), feet (ft)
Selecteer meters om de afstanden van de luidsprekers
in meters in te kunnen voeren.
Selecteer feet om de afstanden van de luidsprekers in
voeten (feet) in te kunnen voeren.
Luidsprekerafstanden
Keuzes: 0,3 t/m 24.0 m
FRONT L instellen van de afstand van de linker voor-
luidspreker. Begininstelling: 3,0 m
FRONT R instellen van de afstand van de rechter
voor-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m
CENTER instellen van de afstand van de midden-
luidspreker. Begininstelling: 3,0 m
SUR. L instellen van de afstand van de linker
surround-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m
SUR. R instellen van de afstand van de rechter
surround-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m
SUR. B instellen van de afstand van de surround
achter-luidspreker. Begininstelling: 2.10 m
SWFR instellen van de afstand van de subwoofer.
Begininstelling: 3,0 m
Grafische equalizer voor het
middenkanaal
D)CENTER GEQ
Met deze functie kunt u de geluidsweergave via het
middenkanaal zo aanpassen met de ingebouwde 5-banden
grafische equalizer, dat de toonkwaliteit van de
middenluidspreker overeenkomt met die van de
voorluidsprekers. U kunt de instelling verrichten terwijl u naar
de huidige signaalbron luistert, of luisterend naar een testtoon.
U kunt 5 frequentiebanden apart instellen:
100Hz, 300Hz, 1kHz, 3kHz, 10kHz
Keuzes: –6 t/m +6 dB
Selecteer ON om de linker voor- en de midden-
luidspreker een testtoon te laten produceren en stel aan
de hand daarvan de toonkwaliteit van de midden-
luidspreker in.
Selecteer OFF om de testtoon te stoppen en de op dit
moment geselecteerde signaalbron weer te laten geven.
Niveau Lage Frequentie Effecten
E)LFE LEVEL
Deze functie stelt u in staat het volume (uitgangsniveau)
van het LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal aan te passen
aan uw subwoofer of hoofdtelefoon. Het LFE kanaal zorgt
voor de weergave van speciale effecten met zeer lage
tonen bij bepaalde passages. Deze instelling treedt alleen
in werking bij weergave wanneer dit toestel Dolby Digital
of DTS signalen decodeert.
Keuzes: –20 t/m 0 dB
Luidspreker SP LFE
Kies deze mogelijkheid om het LFE niveau bij weergave
via uw luidsprekers in te stellen.
Hoofdtelefoon HP LFE
Kies deze mogelijkheid om het LFE niveau bij weergave
via uw hoofdtelefoon in te stellen.
Afhankelijk van de instellingen bij “LFE LEVEL” is het mogelijk
dat sommige signalen niet via de SUBWOOFER OUTPUT
aansluiting worden gereproduceerd.
Dynamisch bereik F)D. RANGE
Via deze instelling kunt u instellen hoeveel het dynamisch
bereik moet worden gecomprimeerd voor uw luidsprekers
of uw hoofdtelefoon. Deze instelling treedt alleen in
werking wanneer dit toestel Dolby Digital of DTS
signalen decodeert.
Keuzes:
MAX
(maximum), STD (standard), MIN (minimum)
Luidspreker SP D.R
Kies deze mogelijkheid om de compressie bij weergave
via uw luidsprekers in te stellen.
Hoofdtelefoon HP D.R
Kies deze mogelijkheid om de compressie bij weergave
via uw hoofdtelefoon in te stellen.
Selecteer MAX voor speelfilms.
Selecteer STD voor algemeen gebruik.
Selecteer MIN als u bij een laag volume wilt luisteren.
Opmerking
52
SET MENU
Audio instellingen G)AUDIO SET
Hiermee kunt algemene audio instellingen voor dit toestel
wijzigen.
Tijdelijk uit of lager zetten van het geluid
MUTE TYP.
U kunt zelf bepalen hoeveel het volume verlaagd moet
worden wanneer u deze functie gebruikt.
Keuzes: FULL, –20dB
Selecteer FULL om de geluidsweergave helemaal te
stoppen.
Selecteer –20dB om het huidige volume met 20 dB te
verlagen.
Audio vertraging A. DELAY
U kunt de geluidsweergave vertragen zodat deze
synchroon loopt met de videobeelden. Dit is soms nodig
bij gebruik van bepaalde LCD monitors of projectoren.
Keuzes: 0 t/m 160 ms
Passeren toonregeling TC.BYPASS
U kunt de geluidssignalen de schakelingen voor de
toonregeling helemaal laten negeren wanneer TREBLE en
BASS (bladzijde 26) op 0 dB zijn ingesteld.
Keuzes: AUTO, OFF
Selecteer AUTO als u de schakelingen voor de
toonregeling wilt laten negeren om een zo puur
mogelijke weergave te verkrijgen.
Selecteer OFF als u niet wilt dat de toonregeling
helemaal genegeeerd wordt.
Via dit menu kunt u digitale in-/uitgangen opnieuw
toewijzen en kunt u de ingangsfunctie selecteren.
Toewijzen van in-/uitgangsaansluitingen
I/O ASSIGN
U kunt de aansluitingen toewijzen aan andere componenten als de
begininstellingen van dit toestel niet overeenkomen met uw
voorkeuren. Wijzig de volgende instellingen om de
respectievelijke aansluitingen toe te wijzen aan andere apparatuur
en uiteindelijk meer componenten te kunnen aansluiten.
Wanneer de ingangsaansluitingen opnieuw zijn
toegewezen, kunt u de daarbij behorende component
selecteren als signaalbron met INPUT op het voorpaneel
of met de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening.
Voor de COMPONENT VIDEO aansluitingen
A(
C.V[A]
) en B (
C.V[B]
)
Keuzes: [A] DVD, DTV/CBL, V-AUX, VCR
[B] DVD, DTV/CBL, V-AUX, VCR
Voor OPTICAL OUTPUT aansluiting 1 (
OUT(1)
)
Keuzes:
MD/CD-R
, CD, V-AUX, DTV/CBL, VCR, DVD
Voor de OPTICAL INPUT aansluitingen
2(IN (2)), 3 (IN (3)) en 4 (IN (4))
Keuzes: (2) CD,
MD/CD-R
, DVD, DTV/CBL, V-AUX, VCR
(3) CD, MD/CD-R,
DVD
, DTV/CBL, V-AUX, VCR
(4) CD, MD/CD-R, DVD,
DTV/CBL
, V-AUX, VCR
Voor COAXIAL INPUT aansluiting 5 (
IN (5)
)
Keuzes:
CD
, MD/CD-R, DVD, DTV/CBL, V-AUX, VCR
U kunt een bepaalde naam maar één keer gebruiken voor een
bepaald soort aansluiting.
Wanneer u een bepaalde component zowel met de COAXIAL
als met de OPTICAL aansluiting verbindt, zal het via de
COAXIAL aansluiting binnenkomende signaal voorrang
krijgen.
Ingangsfunctie B)INPUT MODE
Met deze instelling kunt u de ingangsfunctie bepalen voor
signaalbronnen op de DIGITAL INPUT aansluitingen op
het moment dat dit toestel wordt ingeschakeld (zie
bladzijde 32 voor details omtrent de ingangsfunctie).
Keuzes: AUTO, LAST
Kies AUTO om het toestel automatisch het soort
ingangssignaal te laten bepalen en de bijbehorende
ingangsfunctie te laten instellen.
Kies LAST om het toestel automatisch de
ingangsfunctie in te laten schakelen die het laatst met
de signaalbron in kwestie gebruikt is.
Ook als u LAST heeft ingesteld, kan de laatst gebruikte functie
voor de EXTD SUR. toets niet worden onthouden.
2 INPUT MENU
Opmerkingen
Opmerking
53
SET MENU
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Signaalbronnen nieuwe namen geven
C)INPUT RENAME
Via deze functie kunt u de namen van de
ingangsaansluitingen zoals getoond op het display op het
voorpaneel veranderen.
1 Druk op de ingangskeuzetoets om de
signaalbron waarvan u de naam wilt
veranderen te selecteren.
2 Druk op AMP.
3 Druk op j / i en verplaats de _
(onderstreping) naar het teken of de spatie
die u wilt veranderen.
4 Druk op u / d, selecteer het gewenste teken
en gebruik vervolgens j / i om naar de
volgende tekenpositie te gaan.
U kunt maximaal 8 tekens gebruiken voor elke
signaalbron.
Druk op d om de tekens als volgt te laten
veranderen, of druk op u om deze reeks in
omgekeerde volgorde te doorlopen:
A t/m Z, spatie, 0 t/m 9, spatie, a t/m z, spatie,
symbolen (#, *, –, +, enz.).
5 Herhaal de stappen 1 t/m 4 als u de namen
van andere signaalbronnen wilt veranderen.
6 Druk op SET MENU om af te sluiten wanneer
u klaar bent.
Wijzigen van de optionele systeeminstellingen.
Display instellingen A)DISPLAY SET
Dimmer DIMMER
Hiermee kunt u de helderheid van het display op het
voorpaneel instellen.
Keuzes: –4 t/m 0
Video conversie V. CONV.
Gebruik deze functie om de omzetting van composiet
(VIDEO) signalen naar S-videosignalen aan/uit te zetten.
Dit stelt u in staat om omgezette videosignalen te
produceren via de S VIDEO aansluitingen wanneer er
geen S-video- of component signalen worden ontvangen.
Deze functie converteert ook S-videosignalen naar
component signalen wanneer er geen component signalen
binnenkomen.
Keuzes: ON, OFF
Selecteer OFF wanneer u niet wilt dat er signalen
worden omgezet (behalve S-video naar composiet).
Selecteer ON om composiet signalen om te laten zetten
naar S-video en component signalen en
S-videosignalen naar component signalen.
Ongeacht de gekozen instelling zullen S-videosignalen
altijd worden omgezet naar composiet videosignalen.
De geconverteerde videosignalen worden alleen gereproduceerd
via de MONITOR OUT aansluitingen. Bij het maken van
opnamen moet u tussen de diverse componenten telkens gebruik
maken van dezelfde soorten aansluitingen (bijv. S-Video).
Wanneer composiet video- of S-videosignalen van een
videorecorder worden omgezet naar component signalen, kan
de beeldkwaliteit achteruitgaan, afhankelijk van uw
videorecorder.
Geheugen beveiliging B)MEMORY GUARD
Met deze functie kunt u voorkomen dat de DSP
programma instellingen en andere systeeminstellingen per
abuis gewijzigd worden.
Keuzes: ON, OFF
Kies ON om de inhoud van het geheugen te beveiligen:
DSP programma instellingen
Alle SET MENU onderdelen
Alle ingestelde luidsprekerniveaus
Wanneer de “MEMORY GUARD” beveiliging is
ingeschakeld (ON), kunt u geen gebruik meer maken van
de testtoon of andere SET MENU onderdelen selecteren.
3 OPTION MENU
Opmerkingen
54
SET MENU
Parameters initialiseren C)PARAM. INI
Hiermee kunt u de instellingen voor alle
geluidsveldprogramma’s in een programmagroep tegelijk
initialiseren. Wanneer u een geluidsveldprogrammagroep
initialiseert, zullen alle gewijzigde instellingen voor de
programma’s in die groep worden teruggezet op hun
beginwaarden.
Druk op de cijfertoets voor de
geluidsveldprogrammagroep die u wilt initialiseren.
Keuzes: STEREO, MUSIC, ENTERTAINMENT,
MOVIE, STANDARD
U kunt de eerder ingestelde waarden niet meer automatisch
terughalen nadat u een geluidsveldprogrammagroep
heeft
geïnitialiseerd.
U kunt geen individuele geluidsveldprogramma’s
initialiseren.
U kunt geen geluidsveldprogrammagroepen initialiseren
wanneer de “MEMORY GUARD” beveiliging is ingeschakeld
ON.
Zone instelling D)MULTI ZONE
Via deze instelling kunt u de locatie aangeven van de
luidsprekers die zijn verbonden met de SPEAKERS B
aansluitingen.
Instelling luidsprekerset B SP B
Via deze instelling kunt u de locatie aangeven van de voor-
luidsprekers die zijn verbonden met de SPEAKERS B
aansluiting.
Keuzes: FRONT, ZONE B
Kies FRONT om SPEAKERS A en B aan/uit te zetten
wanneer de met SPEAKERS B verbonden luidsprekers
zich in het hoofdvertrek bevinden.
Kies ZONE B wanneer de met SPEAKERS B
verbonden luidsprekers zich in een andere ruimte
bevinden. Als SPEAKERS A uit (OFF) staat en
SPEAKERS B aan (ON), zullen alle luidsprekers in het
hoofdvertrek, inclusief de subwoofer, worden
uitgeschakeld en zal het toestel alleen via SPEAKERS
B geluid produceren.
Als u een hoofdtelefoon aansluit op de PHONES aansluiting
van het toestel terwijl “SP B” is ingesteld op ZONE B, zal het
geluid zowel via de hoofdtelefoon als via SPEAKERS B
worden weergegeven.
Als er een DSP programma wordt geselecteerd wanneer “SP B”
is ingesteld op ZONE B, zal het toestel automatisch de Virtual
CINEMA DSP functie inschakelen.
Opmerkingen
Opmerkingen
UITGEBREID SETUP MENU
55
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Het uitgebreid setup menu zal verschijnen op het display
op het voorpaneel.
y
Tijdens de uitgebreide setup zal er geen geluid worden
weergegeven.
Tijdens de geavanceerde setup kunnen alleen de
STANDBY/ON, STRAIGHT (EFFECT) en PROGRAM
toetsen op het voorpaneel gebruikt worden.
U moet de luidsprekerimpedantie correct instellen voor u
dit toestel gaat gebruiken om audio- of videosignalen weer
te geven.
1 Zet het toestel uit, houd STRAIGHT (EFFECT)
ingedrukt en druk op STANDBY/ON.
Dit toestel wordt ingeschakeld en het uitgebreid setup
menu zal verschijnen op het display op het
voorpaneel.
2 Draai aan PROGRAM op het voorpaneel om
door het menu te bladeren en het gewenste
item te selecteren.
Zie het eind van dit hoofdstuk voor een lijst met alle
beschikbare parameters.
3 Druk herhaaldelijk op STRAIGHT (EFFECT)
om heen en weer te schakelen tussen de
beschikbare parameters.
4 Druk op STANDBY/ON om uw keuze te
bevestigen.
Hiermee sluit u de uitgebreide setup af.
De gewijzigde instellingen worden van kracht wanneer het
toestel de volgende keer wordt ingeschakeld.
UITGEBREID SETUP MENU
LET OP
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
STANDBY
/ON
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
2
1,3
1,4
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l
PRESET/TUNING
h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
EFFECT
STRAIGHT
STANDBY
/ON
Houd ingedrukt
en druk op
PROGRAM
EFFECT
STRAIGHT
STANDBY
/ON
56
UITGEBREID SETUP MENU
Uitgebreid setup menu items
Verander de begininstellingen (hieronder vet gedrukt
aangeduid) op basis van uw specifieke systeem en uw
voorkeuren.
Luidsprekerimpedantie SP IMP.
Hiermee kunt u de impedantie van de op dit toestel
aangesloten luidsprekers instellen.
Keuzes: 8 MIN, 4 MIN
Selecteer 8 Ω ΜΙΝ om de luidsprekerimpedantie in te
stellen op 8 .
Selecteer 4 Ω ΜΙΝ om de luidsprekerimpedantie in te
stellen op 4 .
Fabrieksinstellingen PRESET
Via deze functie kunt u alle parameters terugzetten op de
fabrieksinstellingen (zie bladzijde 72).
Keuzes: CANCEL, RESET
Selecteer CANCEL als u niet wilt dat de parameters
van dit toestel worden geïnitialiseerd wanneer u het
terugzet op de fabrieksinstellingen.
Selecteer RESET als u wel wilt dat alle parameters van
dit toestel worden geïnitialiseerd wanneer u het
terugzet op de fabrieksinstellingen.
Deze instelling heeft geen invloed op de uitgebreid setup menu
item parameters.
Afstandsbediening REMOTE
U kunt indien nodig de ID voor de afstandsbediening van
dit toestel veranderen.
Keuzes: ID1, ID2
Selecteer ID1 om het toestel te gebruiken met de
standaardcode.
Selecteer ID2 om het toestel te gebruiken met een
alternatieve code.
U moet de bijbehorende instelling verrichten op de
afstandsbediening zelf (zie bladzijde 60).
SP IMP. Luidspreker Impedantieniveau
4 Ω ΜΙΝ
Vo o r
Als u één set (A of B)
gebruikt, moet de impedantie
van elk van de luidsprekers
4 of hoger zijn.
Als u twee sets (A en B)
gebruikt, moet de impedantie
van elk van de luidsprekers
8 of hoger zijn.
Midden
De impedantie van elk van
de luidsprekers moet 6 of
hoger zijn.
Surround
Surround achter
8 Ω ΜΙΝ
Vo o r
Als u één set (A of B)
gebruikt, moet de impedantie
van elk van de luidsprekers
8 of hoger zijn.
Als u twee sets (A en B)
gebruikt, moet de impedantie
van elk van de luidsprekers
16 of hoger zijn.
Midden
De impedantie van elk van
de luidsprekers moet 8 of
hoger zijn.
Surround
Surround achter
Opmerking
Opmerking
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
57
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Naast dit toestel kan de afstandsbediening ook andere A/V componenten van YAMAHA en van andere fabrikanten
aansturen. Om andere componenten te kunnen bedienen, moet u de juiste afstandsbedieningscodes instellen op de
afstandsbediening.
Bedienen van dit toestel
De grijze toetsen kunnen worden gebruikt om dit toestel te
bedienen wanneer de AMP bedieningsfunctie is
ingeschakeld. Druk op AMP om de AMP
bedieningsfunctie in te schakelen.
Bedienen van andere componenten
De grijs aangegeven toetsen hieronder kunnen worden
gebruikt om andere componenten te bedienen. De functies
van de toetsen hangen mede af van de geselecteerde
componenten. Selecteer de component die u wilt bedienen
met een ingangskeuzetoets.
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
Set bedieningstoetsen
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-A UXDVD
AMP
POWERPOWER
REC
AUDIO
MUTE
VOLUME
DISC SKIP
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
AVTV
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
MENUTITLE
SET MENU
LEVEL
DISPLAYRETURN
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
FREQ/TEXT
EONSTARTMODE PTY SEEK
De toetsen binnen de
stippellijnen
(SYSTEM POWER,
STANDBY, SLEEP,
MULTI CH IN,
VOLUME +/,
MUTE en de
ingangskeuzetoetsen)
functioneren in elke
stand.
Druk op
AMP om dit
toestel te
bedienen.
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-A UXDVD
AMP
REC
AUDIO
MUTE
MENUTITLE
VOLUME
DISC SKIP
SET MENU
BAND FAVOR.
ALL CH
LEVEL
A/B/C/D/E
CATEGORY CATEGORY
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
DISPLAYRETURN
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
ENTER
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
PRESET/CH
POWERPOWER
AVTV
POWERPOWER
AVTV
MENUTITLE
SET MENU
LEVEL
DISPLAYRETURN
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
FREQ/TEXT
EONSTARTMODE
PTY SEEK
REC
AUDIO
DISC SKIP
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
Met de / toetsen en
de ingangskeuzetoetsen
kunt u zoals hieronder
aangegeven een andere set
bedieningstoetsen kiezen.
*
Gebruik de /
toetsen om andere
componenten te bedienen,
ongeacht of ze op dit toestel
zijn aangesloten of niet.
Component
bedieningstoetsen
Door de juiste
afstandsbedieningscodes
in te stellen kunt u tot
maximaal 9 verschillende
componenten bedienen
(zie bladzijde 58).
58
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
U kunt andere componenten bedienen als u de
bijbehorende afstandsbedieningscodes heeft ingesteld.
Voor elke set bedieningstoetsen kan een code worden
ingevoerd. Raadpleeg de “LIJST MET
AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van
deze handleiding voor een complete lijst met de
beschikbare afstandsbedieningscodes.
In de volgende tabel staan de standaard ingestelde
componenten (Archief: componentencategorie) en de
afstandsbedieningscode voor elke set bedieningstoetsen.
Standaardinstellingen afstandsbedieningscodes
*1
Modellen voor het V.K. en Europa
*2
Overige modellen
Het is mogelijk dat u uw specifieke YAMAHA component niet
kunt bedienen, ook al is er een YAMAHA
afstandsbedieningscode voorgeprogrammeerd. Probeer in een
dergelijk geval een andere YAMAHA afstandsbedieningscode in
te stellen.
1 Druk op een ingangskeuzetoets of op /
om de component die u wilt instellen te
selecteren.
2 Druk met een balpen of iets dergelijks CODE
SET in.
De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening
knippert twee keer.
3 Voer met de cijfertoetsen (0 t/m 9) de vier
cijfers van de afstandsbedieningscode voor
de component in kwestie in.
Raadpleeg de “LIJST MET
AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van
deze handleiding.
De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening
knippert twee keer, waarna de
afstandsbedieningscode voor de geselecteerde
component zal zijn ingesteld.
Als er meerdere codes zijn voor de fabrikant van uw
component, probeer ze dan één voor één tot u de juiste
gevonden heeft.
Als u bij stap 3 langer dan 30 seconden wacht, zal de
instelfunctie worden geannuleerd. Begin in dit geval opnieuw
vanaf stap 2.
Instellen van
afstandsbedieningscodes
Ingang
Componentencategorie
(Archief)
Fabrikant
Standaard
YAMAHA
code
CD CD YAMAHA 0005
MD/CD-R MD YAMAHA 0024
TUNER TUNER YAMAHA
0023
*1
0033
*2
DVD DVD YAMAHA 0098
DTV/CBL
V-AUX
VCR
DVR YAMAHA 0208
––
Opmerking
Opmerkingen
CD MD/CD-R
TUNER
V-AUXDVD
AMP
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
TRANSMIT
CODE SET
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
59
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Wanneer u de bijbehorende afstandsbedieningscodes heeft
ingesteld, kunt u met deze afstandsbediening ook uw
andere apparatuur bedienen. Het is mogelijk dat sommige
toetsen niet het verwachte effect hebben op uw apparatuur.
Gebruik de ingangskeuzetoetsen om de component te
selecteren die u wilt bedienen. De afstandsbediening zal
automatisch overschakelen naar de bedieningsfunctie voor
die component.
*1
Deze toets werkt alleen wanneer de originele afstandsbediening van de component in kwestie een POWER (aan/uit) toets heeft.
*2
Met deze toetsen kunt u uw TV bedienen zonder de signaalbron om te schakelen indien de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld
onder DTV/CBL of . Als u de afstandsbedieningscode voor uw TV heeft ingesteld voor zowel de DTV/CBL als de set
bedieningstoetsen, zal voorrang worden gegeven aan het signaal voor de DTV/CBL set.
*3
Met deze toetsen kunt u uw videorecorder bedienen zonder de signaalbron om te schakelen indien de juiste afstandsbedieningscode is
ingesteld onder VCR.
Bedienen van andere componenten
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-A UXDVD
AMP
POWERPOWER
MUTE
VOLUME
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
AVTV
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
MENUTITLE
SET MENU
LEVEL
DISPLAYRETURN
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
REC
AUDIO
DISC SKIP
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
4
3
2
5
6
7
8
9
B
D
0
1
A
C
FREQ/TEXT
EONSTARTMODE PTY SEEK
DVD-speler/
DVD-recorder
Videorecorder
Digitale TV/
Kabel TV
CD-speler MD/CD-recorder Tuner
1 AV POWER
Aan/uit *1 Aan/uit *1 VCR aan/uit *3 Aan/uit *1 Aan/uit *1 Aan/uit *1
2 TV POWER
TV aan/uit *2 TV aan/uit *2 TV aan/uit TV aan/uit *2 TV aan/uit *2 TV aan/uit *2
3 TV CH +
TV volgende kanaal *2 TV volgende kanaal *2 TV volgende kanaal TV volgende kanaal *2 TV volgende kanaal *2 TV volgende kanaal *2
TV CH – TV vorige kanaal *2 TV vorige kanaal *2 TV vorige kanaal TV vorige kanaal *2 TV vorige kanaal *2 TV vorige kanaal *2
4 TV VOL +
TV volume hoger *2 TV volume hoger *2 TV volume hoger TV volume hoger *2 TV volume hoger *2 TV volume hoger *2
TV VOL – TV volume lager *2 TV volume lager *2 TV volume lager TV volume lager *2 TV volume lager *2 TV volume lager *2
5 TV MUTE
TV geluid uit *2 TV geluid uit *2 TV geluid uit TV geluid uit *2 TV geluid uit *2 TV geluid uit *2
6 TV INPUT
TV ingang *2 TV ingang *2 TV ingang TV ingang *2 TV ingang *2 TV ingang *2
7 1-9, 0, +10
Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Voorkeuzezenders (1-8)
8 TITLE
Titel
9 PRESET/CH u
Hoger VCR volgende kanaal
Volgende
voorkeuzezender (1-8)
PRESET/CH d Lager VCR vorige kanaal
Vorige voorkeuzezender
(1-8)
j Rechts
i Links
Volgende
voorkeuzezender (A-E)
ENTER Enter
0 RETURN
Terug
A REC/
DISC SKIP
Disc overslaan (speler)
Opname (recorder)
Opname VCR opname *3 Disc overslaan Opname (MD)
p Weergave Weergave VCR weergave *3 Weergave Weergave
w Terug zoeken Terug zoeken VCR terug zoeken *3 Terug zoeken Terug zoeken
f Vooruit zoeken Vooruit zoeken VCR vooruit zoeken *3 Vooruit zoeken Vooruit zoeken
AUDIO Audio
e Pauze Pauze VCR pauze *3 Pauze Pauze
b Terug springen Terug springen Terug springen
a Vooruit springen Vooruit springen Vooruit springen
s Stop Stop VCR stop *3 Stop Stop
B ENT.
Titel/Index Enter Enter Index Index
C MENU
Menu
D DISPLAY
Display Display Display Display
60
KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING
U kunt indien nodig een andere archiefcode instellen voor
de afstandsbediening zelf om het gewenste toestel te
bedienen.
1 Druk met een balpen of iets dergelijks CODE
SET in.
De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening
knippert twee keer.
2 Voer codenummer “9991” of “9992” in
(zie de tabel hieronder).
De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening
knippert twee keer, waarna de archiefcode zal zijn
ingesteld.
Wanneer u verschillende YAMAHA receivers/versterkers
gebruikt is het mogelijk dat u de andere componenten ook
bedient met de standaardcode voor de afstandsbediening.
Stel in een dergelijk geval één vd alternatieve codes in om
dit toestel apart te kunnen bedienen.
U moet ook instellingen maken voor de receiver/versterker.
1 Druk op een ingangskeuzetoets of op /
om de set bedieningstoetsen waarvoor u de
afstandsbedieningscode wilt wissen te
selecteren.
2 Druk met een balpen of iets dergelijks CODE
SET in.
De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening
knippert twee keer.
3 Voer het codenummer “0000” in.
De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening
knippert twee keer, waarna de
afstandsbedieningscode voor de geselecteerde
component zal zijn gewist.
y
Als u na stap 2 niet binnen 30 seconden op een toets drukt, zal
het wissen worden geannuleerd. Begin in dit geval opnieuw
vanaf stap 1.
U kunt alle ingevoerde afstandsbedieningscodes in één keer
wissen door het codenummer “9990” in te voeren.
Overschakelen naar een
alternatieve code
AMP archiefcode
(afstandsbediening
instelling)
Functie
Afstandsbediening
ID
(instelling voor
het toestel,
zie bladzijde 56)
9991
Bedienen van het toestel
met de standaardcode.
ID1
(begininstelling)
9992
Om het toestel te gebruiken
met een alternatieve code.
ID2
Opmerking
TRANSMIT
CODE SET
Wissen van ingestelde
afstandsbedieningscodes
CD MD/CD-R
TUNER
V-AUXDVD
AMP
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
TRANSMIT
CODE SET
ZONE 2
61
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Dit toestel stelt u in staat uw audiosysteem in meerdere ruimten te gebruiken. Met de meegeleverde afstandsbediening
kunt u dit toestel ook vanuit de andere ruimte bedienen.
Om ook in een andere ruimte gebruik te kunnen maken van dit toestel heeft u de volgende extra apparatuur nodig.
Een infrarood ontvanger in de tweede ruimte.
Een infrarood zender in de hoofdruimte. Deze zender geeft de infraroodsignalen van de afstandsbediening in de
tweede ruimte door naar de hoofdruimte (naar een CD-speler, bijv.).
Een versterker en luidsprekers in de tweede ruimte.
y
Omdat er ellerlei manieren zijn waarop dit toestel aangesloten en gebruikt kan worden in een installatie met weergave in meerdere
ruimten, raden we u aan uw dichtstbijzijnde erkende YAMAHA dealer of service-centrum te raadplegen omtrent de Zone 2
aansluitingen die het best zouden voldoen aan uw wensen.
Sommige YAMAHA modellen kunnen direct worden verbonden met de REMOTE CONTROL OUT aansluiting van dit toestel. Als u
een dergelijk product heeft, is het mogelijk dat u geen infraroodzender nodig heeft. Er kunnen maximaal 6 YAMAHA componenten
worden aangesloten op de aangegeven manier.
Voorbeeld systeemconfiguratie en aansluitingen
Wanneer u de hoofdruimte niet gebruikt, kunt u het beste het volume van dit toestel in de hoofdruimte laag zetten. Regel het volume
met de regelaar op de versterker in de tweede ruimte.
Om onverwacht lawaai te voorkomen mag u IN GEEN GEVAL de Zone 2 functie gebruiken met DTS gecodeerde CD’s.
ZONE 2
Er kunnen alleen analoge signalen gebruikt worden in de secundaire ruimte. Een signaalbron waarnaar u ook in de
tweede ruimte wilt kunnen luisteren moet via de analoge (AUDIO L/R) ingangsaansluitingen op dit toestel zijn
aangesloten.
Zone 2 aansluitingen
Opmerkingen
OUT
IN
OUT
IN
REMOTE
CONTROL OUT
Dit toestel
REMOTE CONTROL OUT
DVD INPUT
ZONE 2 REMOTE IN
ZONE 2 OUTPUT
Dit toestel
Infraroodzender
DVD-speler
(of andere component)
Versterker
Afstandsbediening
Infraroodontvanger
Tweede ruimte
Hoofdruimte
62
ZONE 2
De meegeleverde afstandsbediening kan worden gebruikt
voor de bediening vanuit Zone 2. U kunt zelfs de
signaalbron selecteren en apparatuur in de hoofdruimte
bedienen vanuit de tweede ruimte, ongeacht de
luisteromstandigheden in de hoofdruimte zelf.
y
U kunt de weergave in het hoofdvertrek of in Zone 2 ook aan/uit
zetten door op het voorpaneel op MAIN of op ZONE 2 te
drukken.
Inschakelen van de Zone 2 functie op de
afstandsbediening
1 Druk op .
2 Druk met een balpen of iets dergelijks
CODE SET in.
De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening
knippert twee keer.
3 Voer het codenummer “2999” in.
Onmiddellijk nadat u de afstandsbediening heeft
ingesteld voor de Zone 2 functie, kunt u met de
afstandsbediening het hoofdtoestel bedienen. Met de
afstandsbediening in deze stand kunt u het toestel aan
zetten, of uit (standby) onafhankelijk van Zone 2 door
op SYSTEM POWER of STANDBY te drukken.
Als u Zone 2 inschakelt, zal deze functie gelden voor wat betreft
de huidige afstandsbedieningsidentificatie (ID1:
standaardinstelling; ID2: alternatieve code).
Omdat echter de afstandsbedieningscodes voor Zone 2 gedeeld
wordt door ID1 zowel als ID2, zal de
afstandsbedieningsidentificatie (ID) niet veranderen, ook al
wordt er omgeschakeld.
Om ZONE 2 af te sluiten dient u de afstandsbedieningscode die
is ingesteld voor te wissen, of dient u voor een andere
afstandsbedieningscode dan een TV code in te stellen.
Zone 2 bedienen
1 Druk op om de afstandsbediening op de
Zone 2 stand te zetten.
De TRANSMIT indicator op de afstandsbediening
licht op wanneer de afstandsbediening in de Zone 2
stand staat.
2 Druk op SYSTEM POWER om de stroom voor
Zone 2 in te schakelen.
3 Druk op een ingangskeuzetoets om de
signaalbron te selecteren waar u naar wilt
luisteren in de tweede ruimte.
4 U kunt Zone 2 bedienen met de
ingangskeuzetoetsen, STANDBY, SYSTEM
POWER en MUTE.
y
Zone 2 volume kan niet worden geregeld met de
afstandsbediening. Regel het volume via de versterker in de
tweede ruimte.
De afstandsbediening zal 10 seconden nadat u op heeft
gedrukt teruggaan naar de stand voor het hoofdtoestel, of wanneer
u een andere toets indrukt dan SYSTEM POWER, STANDBY,
MUTE of de ingangskeuzetoetsen. Druk met de TRANSMIT
indicator uit op om de afstandsbediening in de Zone 2 stand
te zetten voor u de stroom voor Zone 2 aan of uit zet, de
signaalbron verandert of het geluid tijdelijk uitschakelt.
Afstandsbediening vanuit Zone 2
Opmerkingen
TRANSMIT
CODE SET
Opmerking
CD MD/CD-R
TUNER
V-AUXDVD
AMP
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-A UXDVD
AMP
POWERPOWER
MUTE
VOLUME
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
AVTV
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
63
ZONE 2
GEAVANCEERDE
BEDIENING
Nederlands
Het hoofdtoestel en Zone 2 toestel aan/
uit (standby) zetten.
Uit (standby) zetten van alle toestellen
(hoofdtoestel en Zone 2 toestel):
Houd AMP ingedrukt en druk op STANDBY.
Aan zetten van alle toestellen (hoofdtoestel en
Zone 2 toestel):
Houd AMP ingedrukt en druk op SYSTEM POWER.
y
STANDBY en SYSTEM POWER werken anders afhankelijk van
de geselecteerde functie.
Waar u aan moet denken bij gebruik van
DTS materiaal
Het DTS signaal bestaat uit een digitale bitstroom. Als u
probeert om een DTS signaal naar de tweede ruimte te
sturen, zult u alleen digitale ruis horen (die zo luid kan zijn
dat uw luidsprekers beschadigd raken). Daarom moet u op
de volgende punten letten wanneer u DTS gecodeerde
discs afspeelt.
Voor DTS gecodeerde DVD’s
Alleen 2-kanaals analoge audiosignalen kunnen naar de
tweede ruimte worden doorgestuurd.
Gebruik het discmenu om de DVD-speler 2-kanaals (links
en rechts) audiosignalen te laten produceren van een PCM
of Dolby Digital soundtrack.
Voor DTS gecodeerde CD’s
Om onverwacht lawaai te voorkomen mag u IN GEEN
GEVAL de Zone 2 functie gebruiken met DTS gecodeerde
CD’s.
Functie
TRANSMIT
indicator
STANDBY/
SYSTEM POWER
Stand voor het
hoofdtoestel
Uit
Druk op STANDBY om
het hoofdtoestel uit
(standby) te zetten.
Druk op SYSTEM
POWER
om het
hoofdtoestel aan te zetten.
Zone 2 stand Aan
Druk op STANDBY om de
Zone 2 component uit
(standby) te zetten.
Druk op SYSTEM
POWER
om de Zone 2
component aan te zetten.
WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN
64
Wat het meeste bijdraagt aan de rijke, volle tonen van een
live voorstelling, zijn de ingewikkelde weerkaatsingen via
de wanden van de ruimte. Naast het feit dat deze
weerkaatsingen het “live” aspect van het geluid
belichamen, vertellen ze ons ook waar de muzikanten zich
bevinden en hoe groot de ruimte waar we in zitten is en
welke vorm deze heeft.
Onderdelen van een geluidsveld
In elke situatie zijn er, naast de door de muzikanten
geproduceerde geluiden die onze oren direct bereiken,
twee verschillende soorten weerkaatsingen die samen
onze waarneming van het geluid bepalen:
Vroege weerkaatsingen
Deze bereiken onze oren het eerst (50 ms – 100 ms na het
directe geluid) en zijn slechts door één enkel oppervlak
weerkaatst – bijvoorbeeld het plafond of een muur. Deze
vroege weerkaatsingen maken het direct waargenomen
geluid voor ons helderder.
Natrillingen
Deze worden veroorzaakt door weerkaatsingen via meer
dan één oppervlak – muren, plafond, de achterwand van
de ruimte – en zijn zo talrijk dat ze samensmelten tot een
bijna doorlopende “nagalm”. Deze natrillingen zijn niet
richtinggevoelig en maken het directe geluid in onze
waarneming minder helder.
Het directe geluid, de vroege weerkaatsingen en de
natrillingen samen helpen ons bij het bepalen van onze
indruk van de grootte en de vorm van de ruimte en het is
deze informatie die door de digitale geluidsveld processor
wordt gereproduceerd bij het samenstellen van het
geluidsveld.
Als u in de kamer waar u altijd naar uw muziek luistert de
juiste vroege weerkaatsingen en natrillingen zou kunnen
maken, zou u uw eigen akoestische luisterparadijs kunnen
bouwen. U zou de akoestiek van uw kamer kunnen
veranderen in die van een concertzaal, een danshol of in
die van vrijwel elke ruimte die u zich zou kunnen
indenken. Deze kunst om zelf geluidsvelden samen te
stellen is precies wat YAMAHA nu heeft bereikt met de
digitale geluidsveld processor.
U kunt een goede geluidskwaliteit bereiken met de
fabrieksinstellingen. U hoeft deze begininstellingen niet te
veranderen, maar u kunt dat wel doen wanneer u de
weergave beter wilt proberen aan te passen aan de
specifieke omstandigheden in uw kamer.
1 Druk op AMP.
2 Selecteer het geluidsveldprogramma
waarvan u de instellingen wilt wijzigen.
3 Druk op u / d en
selecteer de
parameters.
4 Druk op j / i om de
huidige waarde voor
deze parameter te
wijzigen.
y
Als u j / i ingedrukt houdt bij het wijzigen van
parameterwaarden, zal de aangegeven waarde op het display op
het voorpaneel even stil houden bij de fabrieksinstelling.
WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN
Wat is een geluidsveld Veranderen van instellingen
TRANSMITCODE SET
STANDBY
SYSTEM
POWER
CD MD/CD-R
TUNER
V-AU XDVD
AMP
POWERPOWER
VOLUME
TV MUTE TV INPUT
TV VOL TV CH
AVTV
VCR
DTV/CBL
MULTI CH IN
SLEEP
REC
AUDI O
MUTE
DISC SKIP
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
MENUTITLE
SET MENU
LEVEL
DISPLAYRETURN
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
3,4
1
2
AMP
STRAIGHT
MOVIE
ENTERTAIN
MUSICSTEREO
4321
8
10
7
09
65
ENT.
DIRECT ST.
EXTD SUR.
STANDARD
SELECT
NIGHT
AB
SPEAKERS
EFFECT
PRESET/CH
A/B/C/D/E
ENTER
PRESET/CH
A/B/C/D/E
ENTER
65
WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
5 Herhaal de stappen 2 t/m 4 indien u nog
andere parameters voor dit programma wilt
veranderen.
U kunt geen parameterwaarden wijzigen wanneer de “MEMORY
GUARD” beveiliging is ingeschakeld (ON). Als u toch
parameterwaarden wilt wijzigen, dient u “MEMORY GUARD”
op OFF te zetten (zie bladzijde 53).
Parameters terugzetten op hun
fabrieksinstelling
Gebruik PARAM. INI (zie bladzijde 54).
Opmerking
Geheugen back-up
De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de
opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel
uit (standby) staat, wanneer de stekker uit het
stopcontact is, of wanneer de stroomvoorziening
tijdelijk wordt onderbroken door een stroomstoring.
Als de stroomvoorziening echter langer dan een week
onderbroken wordt, zullen de parameterwaarden
terugkeren naar hun fabrieksinstellingen. In een
dergelijk geval zult u de parameterwaarden opnieuw
moeten wijzigen.
GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN
66
U kunt de waarden van bepaalde parameters van de digitale geluidsveldprogramma’s wijzigen om de weergave aan te
passen aan de omstandigheden in uw kamer. Niet alle onderstaande parameters gelden voor alle programma’s.
DSP LEVEL (DSP niveau)
Functie: Regelt het niveau van alle DSP effectgeluiden binnen een klein bereik.
Omschrijving: Afhankelijk van de akoestiek in uw kamer wilt u mogelijk het DSP effectniveau verhogen of
verlagen ten opzichte van het niveau van de directe weergave.
Instelbereik: –6 dB t/m +3 dB
INIT.DLY (Aanvankelijke vertraging)
Functie: Wijzigt de schijnbare afstand tot de geluidsbron door het verschil te regelen tussen het moment
dat de luisteraar het directe geluid hoort en wanneer hij of zij de eerste weerkaatsing daarvan
hoort.
Omschrijving: Hoe kleiner deze waarde, hoe dichter de geluidsbron bij de luisteraar lijkt te zijn. Hoe groter
deze waarde, hoe verder weg het lijkt. Gebruik een kleine waarde voor een kleine kamer.
Gebruik een grotere waarde voor een grote kamer.
Instelbereik: 1 t/m 99 msec
Voor 2ch Stereo:
DIRECT (Direct)
Functie: Passeert de decoders en DSP processors van dit toestel voor pure High-Fidelity weergave van
2-kanaals analoog bronmateriaal. De AUTO instelling werkt alleen wanneer BASS en TREBLE
zijn ingesteld op 0 dB.
Instelmogelijkheden: AUTO, OFF
Wanneer er multi-kanaals signalen (Dolby Digital en DTS) binnenkomen, zullen deze worden teruggemengd naar 2 kanalen en
worden weergegeven via de linker en rechter voor-luidsprekers.
Wanneer “BASS OUT” op BOTH staat, of wanneer “FRONT” op SMALL staat en “BASS OUT” op SWFR, zullen de lage tonen in
de linker en rechter voorkanalen naar de subwoofer worden gestuurd.
GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN
Opmerkingen
Brongeluid
Vroege
weerkaatsingen
Tijd
Tijd
Tijd
Vertraging
Vertraging
Vertraging
Geluidsbron
Weerkaatsend oppervlak
Niveau
Kleine waarde = 1 ms Grote waarde = 99 ms
Niveau
Niveau
67
GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
Voor 6ch Stereo:
Functie: Deze parameters regelen het volumeniveau voor elk kanaal in de 6-kanaals stereo
weergavefunctie.
Instelbereik: 0 t/m 100%
CT LEVEL (Midden niveau)
SL LEVEL (Linker surround niveau)
SR LEVEL (Rechter surround niveau)
SB LEVEL (Surround-achter niveau)
Voor PRO LOGIC IIx Music en PRO LOGIC II Music:
PANORAMA (Panorama)
Functie: Stuurt stereosignalen naar zowel de surround-luidsprekers als naar de voor-luidsprekers voor een
omhullend effect.
Instelmogelijkheden: OFF, ON
DIMENSION (Dimensie)
Functie: Zorgt voor een graduele aanpassing van het geluidsveld naar voren of naar achteren.
Instelbereik: –3 (naar achteren) t/m +3 (naar voren), de begininstelling is STD (standaard).
CT WIDTH (Midden breedte)
Functie: Regelt het middengeluidsveld via alle drie de voor-luidsprekers. Een grotere waarde breidt het
middenveld uit in de richting van de linker en rechter voor-luidsprekers.
Instelbereik: 0 (geluid voor het middenkanaal wordt alleen maar weergegeven via de midden-luidspreker) t/m
7 (het middenkanaal wordt helemaal via de linker en rechter voor-luidsprekers weergegeven)
Begininstelling: 3
Deze parameter kan alleen worden ingesteld wanneer SUR. STANDARD is geselecteerd.
Voor DTS Neo:6 Music:
C. IMAGE (Middenbeeld)
Functie: Regelt het geluidsbeeld in het midden via alle drie de voor-luidsprekers.
Instelbereik: 0 t/m 1,0
Begininstelling: 0,3
Deze parameter kan alleen worden ingesteld wanneer SUR. STANDARD is geselecteerd.
Opmerking
Opmerking
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
68
Raadpleeg de tabel hieronder wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet hieronder vermeld
staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, zet het toestel dan uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde YAMAHA dealer of servicecentrum.
Algemeen
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem Oorzaak Oplossing
Raadpleeg
bladzijde
Het toestel gaat niet
aan wanneer u op
STANDBY/ON (of
SYSTEM POWER)
drukt, of gaat direct
weer uit (standby)
zodra de stroom
wordt ingeschakeld.
Het netsnoer of de stekker is niet of niet
goed aangesloten.
Sluit het netsnoer op de juiste manier aan.
De instelling voor de impedantie is niet
correct.
Stel de impedantie in zodat deze overeenkomt met die
van uw luidsprekers.
56
De beveiliging is in werking getreden. Controleer of alle luidsprekerbedrading, op het toestel
en op de luidsprekers zelf, op de juiste manier is
aangesloten en dat de draden geen contact maken met
andere dingen dan de bijbehorende aansluitingen.
11-13
Het toestel heeft blootgestaan aan een
sterke, externe elektrische schok
(bijvoorbeeld een blikseminslag of een
ontlading van statische elektriciteit).
Zet het toestel uit (standby), haal de stekker uit het
stopcontact, wacht 30 seconden voor u de stekker
weer terug doet en probeer het toestel vervolgens
weer gewoon te gebruiken.
Geen geluid In- of uitgangskabels niet op de juiste
manier aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het
probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis
is met de kabels.
14-20
De ingangsfunctie staat op DTS of
ANALOG.
Selecteer AUTO.
32
Er is geen geschikte signaalbron
geselecteerd.
Selecteer een geschikte signaalbron met INPUT,
MULTI CH INPUT (of MULTI CH IN op de
afstandsbediening) of de ingangskeuzetoetsen.
25
De luidsprekers zijn niet goed
aangesloten.
Sluit de luidsprekers op de juiste manier aan.
12
De te gebruiken voor-luidsprekers zijn
niet op de juiste manier geselecteerd.
Selecteer de voor-luidsprekers met SPEAKERS A en/
of B.
25
Het volume staat uit. Zet het volume hoger.
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Druk op MUTE of op een andere bedieningstoets
voor dit toestel om de geluidsweergave te herstellen
en het volume te kunnen regelen.
26
De ingangsfunctie staat op ANALOG
maar er wordt een DTS gecodeerd
bronsignaal weergegeven.
Wijzig de instelling voor de ingangsfunctie naar
AUTO of DTS.
32
Er worden van een signaalbron signalen
ontvangen die niet door dit toestel
weergegeven kunnen worden,
bijvoorbeeld een CD-ROM.
Gebruik een signaalbron waarvan de signalen wel
door dit toestel kunnen worden gereproduceerd.
Geen beeld Er wordt gebruik gemaakt van
verschillende types video-aansluitingen
voor de in- en uitgang van het
beeldsignaal.
Schakel de videoconversie-functie in.
53
69
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
Probleem Oorzaak Oplossing
Raadpleeg
bladzijde
Het geluid valt
plotseling uit.
De beveiliging is in werking getreden
vanwege kortsluiting enz.
Controleer of de impedantie correct is ingesteld.
56
Controleer of de luidsprekerbedrading nergens
kortsluiting maakt en zet vervolgens het toestel weer
aan.
De slaaptimer heeft het toestel
uitgeschakeld.
Zet het toestel aan en speel de gewenste signaalbron
weer af.
De geluidsweergave is tijdelijk
uitgeschakeld.
Druk op MUTE om de geluidsweergave te herstellen.
26
Alleen de luidspreker
aan de ene kant doet
het.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het
probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis
is met de kabels.
12
Onjuiste balans ingesteld via het SET
MENU.
Wijzig de SP LEVEL instellingen.
51
Er wordt alleen flink
geluid geproduceerd
door de midden-
luidspreker.
Wanneer er een mono bronsignaal wordt
weergegeven met een CINEMA DSP
programma, zal dit signaal via het
middenkanaal worden weergegeven,
terwijl alleen eventuele door het
programma toegevoegde effecten via de
voor- en surround-luidsprekers worden
geproduceerd.
Geen geluid uit de
effect-luidsprekers.
De geluidsveldprogramma’s zijn
uitgeschakeld.
Kies STRAIGHT (EFFECT) om de effecten in te
schakelen.
31
U gebruikt een signaalbron of een
programmacombinatie waarbij niet via
alle kanalen geluid wordt geproduceerd.
Probeer een ander geluidsveldprogramma.
27, 43
Geen geluid uit de
midden-luidspreker.
Het uitgangsniveau van de midden-
luidspreker staat op een te lage waarde.
Stel het niveau van de midden-luidspreker hoger in.
51
“CENTER” in het SET MENU staat op
NONE.
Selecteer de juiste instelling voor uw midden-
luidspreker.
50
Eén van de HiFi DSP programma’s
(uitgezonderd 6ch Stereo) is geselecteerd.
Probeer een ander geluidsveldprogramma.
27, 43
Geen geluid uit de
surround-
luidsprekers.
Het uitgangsniveau van de surround-
luidsprekers staat op een te lage waarde.
Stel het niveau van de surround-luidsprekers hoger in.
51
“SUR. LR” in het SET MENU staat op
NONE.
Selecteer de juiste instelling voor de linker en rechter
surround-luidsprekers.
50
Er wordt een mono bronsignaal
afgespeeld met STRAIGHT.
Druk op STRAIGHT (EFFECT) om de
geluidsveldeffecten in te schakelen.
Geen geluid uit de
surround achter-
luidspreker.
“SUR. LR” in het SET MENU staat op
NONE.
Als NONE is ingesteld voor de linker en rechter
surround-luidsprekers, zal de surround achter-
luidspreker automatisch ook op NONE worden
ingesteld. Selecteer de juiste instelling voor uw
surround-luidsprekers.
50
“SUR. B” in het SET MENU staat op
NONE.
Selecteer LRG of SML.
50
Geen geluid uit de
subwoofer.
“BASS OUT” staat op FRONT in het SET
MENU terwijl er een Dolby Digital of
DTS signaal wordt weergegeven.
Selecteer SWFR of BOTH.
50
“BASS OUT” in het SET MENU staat op
SWFR of FRONT terwijl er een 2-kanaals
bronsignaal wordt weergegeven.
Selecteer BOTH.
50
Het bronsignaal bevat geen zeer lage
tonen.
70
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
Probleem Oorzaak Oplossing
Raadpleeg
bladzijde
Er kunnen geen Dolby
Digital of DTS bronnen
worden weergegeven.
(De Dolby Digital of DTS
indicator op het display
op het voorpaneel licht
niet op.)
De aangesloten component is niet correct
ingesteld voor het produceren van Dolby
Digital of DTS digitale signalen.
Volg de handleiding van de apparatuur in kwestie en
maak de vereiste instellingen.
De ingangsfunctie staat op ANALOG. Wijzig de instelling voor de ingangsfunctie naar
AUTO of DTS.
32
U hoort een zeker
“gebrom”.
Bedrading niet op de juiste manier
aangesloten.
Steek de stekkers goed in de aansluitingen. Als dit het
probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis
is met de kabels.
Het volume kan niet
worden verhoogd, of
het geluid klinkt
vervormd.
De op de OUT (REC) aansluitingen van
dit toestel aangesloten component staat
uit.
Zet de betreffende component aan.
Geluidseffecten
worden niet
opgenomen.
Het is niet mogelijk door het toestel
toegevoegde effecten op te nemen met
aangesloten opname-apparatuur.
Er kan niet worden
opgenomen door
digitale opname-
apparatuur die is
aangesloten op de
DIGITAL OUTPUT
aansluiting van dit
toestel.
De signaalbron waarvan u wilt opnemen is
niet aangesloten op de DIGITAL INPUT
aansluitingen van dit toestel.
Sluit de signaalbron aan op de DIGITAL INPUT
aansluitingen.
14-18
Sommige componenten kunnen geen
Dolby Digital of DTS bronmateriaal
opnemen.
Er kan niet worden
opgenomen door
analoge opname-
apparatuur die is
aangesloten op de
AUDIO OUT
aansluitingen.
De signaalbron waarvan u wilt opnemen is
niet aangesloten op de analoge AUDIO IN
aansluitingen.
Sluit de signaalbron aan op de analoge AUDIO IN
aansluitingen.
14-18
Sommige instellingen
en geluidsveld
parameters van dit
toestel kunnen niet
meer worden
gewijzigd.
“MEMORY GUARD” in het SET MENU
staat op ON.
Selecteer OFF.
53
Het toestel
functioneert niet naar
behoren.
De interne microcomputer is vastgelopen
door een externe elektrische schok
(bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading
van statische elektriciteit) of door een te
laag voltage van de stroomvoorziening.
Haal de stekker uit het stopcontact en doe hem na
ongeveer 30 seconden weer terug.
“CHECK SP WIRES”
zal op het display op
het voorpaneel
verschijnen.
De luidsprekerbedrading maakt
kortsluiting.
Controleer of alle luidsprekerkabels op de juiste
manier zijn aangesloten.
12
U ondervindt storing
van digitale of
hoogfrequente
apparatuur, of van dit
toestel.
Dit toestel staat te dicht bij de digitale of
hoogfrequente apparatuur.
Zet het toestel verder bij dergelijke apparatuur
vandaan.
De beeldweergave
wordt gestoord.
De videobron maakt gebruik van
gescramblede of gecodeerde signalen om
kopiëren tegen te gaan.
Het toestel gaat
plotseling uit
(standby).
De interne temperatuur is te hoog
opgelopen en de
oververhittingsbeveiliging is in werking
getreden.
Wacht ongeveer 1 uur tot het toestel afgekoeld is voor
u het weer aan zet.
71
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
Tuner
Afstandsbediening
Probleem Oorzaak Oplossing
Raadpleeg
bladzijde
FM
Veel ruis in de FM
stereo-ontvangst.
Dit probleem is inherent aan FM
stereo-uitzendingen wanneer de zender
te ver weg is of het ontvangstsignaal
dat binnenkomt via de antenne niet
sterk genoeg is.
Controleer de aansluitingen van de antenne.
Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige
FM antenne.
19
Stem met de hand af.
34
Er is vervorming en ook
een betere FM antenne
zorgt niet voor een
betere ontvangst.
U ondervindt interferentie doordat
hetzelfde signaal op verschillende
manieren ontvangen wordt.
Verander de opstelling van de antenne zodat
u van deze interferentie geen last meer hebt.
Er kan niet automatisch
worden afgestemd op
de gewenste zender.
Het radiosignaal is te zwak. Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige
FM antenne.
19
Stem met de hand af.
34
Er kan niet langer worden
afgestemd op eerder
voorgeprogrammeerde
zenders.
Het toestel is te lang zonder stroom
geweest.
Programmeer de zenders opnieuw.
34
AM
Er kan niet automatisch
worden afgestemd op
de gewenste zender.
Het signaal is te zwak of de antenne is
los.
Controleer de aansluitingen van de AM
ringantenne en stel deze zo op dat u de beste
ontvangst verkrijgt.
Stem met de hand af.
34
U hoort doorlopend
gekraak en gesis.
Deze geluiden kunnen het gevolg zijn
van bliksem, TL verlichting, motoren,
thermostaten en andere elektrische
apparatuur.
Gebruik een buitenantenne en een goede
aarding. Dit kan in sommige gevallen helpen,
maar het blijft moeilijk om alle
storingsbronnen te elimineren.
U hoort gezoem en
gefluit.
Er wordt in de buurt van het toestel een
TV gebruikt.
Zet dit toestel verder bij de TV vandaan.
Probleem Oorzaak Oplossing
Raadpleeg
bladzijde
De afstandsbediening
werkt niet of niet naar
behoren.
Te ver weg of onder te scherpe hoek
gebruikt.
De afstandsbediening werkt binnen een maximaal
bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten
opzichte van loodrecht op het voorpaneel.
7
Direct zonlicht of sterke verlichting (vooral
van TL lampen enz.) valt op de sensor voor
de afstandsbediening van dit toestel.
Stel het toestel anders op.
De batterijen raken leeg. Vervang alle batterijen.
3
De afstandsbedieningscode is niet goed
ingesteld.
Stel de afstandsbedieningscode op de juiste manier in
met behulp van de “LIJST MET
AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van
deze handleiding.
58
Probeer een andere code voor dezelfde fabrikant met
behulp van de “LIJST MET
AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van
deze handleiding.
58
De ID van de afstandsbediening en de ID van
dit toestel komen niet met elkaar overeen.
Schakel over naar een andere archiefcode.
60
Ook als de juiste afstandsbedieningscode
is ingesteld is het mogelijk dat bepaalde
modellen niet goed reageren op de
afstandsbediening.
TERUGZETTEN OP DE FABRIEKSINSTELLINGEN
72
Als u om de één of andere reden alle instellingen van uw
toestel wilt terugzetten op de fabrieksinstellingen, dient u
als volgt te werk te gaan. Via deze procedure worden
ALLE instellingen teruggezet, inclusief die van het SET
MENU, niveaus, toewijzingen en voorgeprogrammeerde
zenders.
U moet het toestel eerst uit (standby) zetten.
1 Houd, terwijl het toestel uit (standby) staat,
STRAIGHT (EFFECT) op het voorpaneel
ingedrukt en druk op STANDBY/ON.
Het uitgebreid setup menu zal verschijnen op het
display op het voorpaneel.
y
Om de initialisatie af te breken zonder wijzigingen aan te
brengen, dient u op STANDBY/ON te drukken.
2 Verdraai PROGRAM om door het menu te
bladeren en selecteer “PRESET”.
3 Druk op STRAIGHT (EFFECT) om de
gewenste instelling te selecteren.
RESET Terugzetten van het toestel op de
fabrieksinstellingen.
CANCEL Om het terugzetten te annuleren zonder
wijzigingen aan te brengen.
4 Druk op STANDBY/ON om uw keuze te
bevestigen.
Als u “RESET” heeft geselecteerd, zal het toestel
worden teruggezet op de fabrieksinstellingen en
vervolgens uit (standby) gaan.
Als u “CANCEL” heeft geselecteerd, zal het toestel
uit (standby) gaan zonder dat de instellingen worden
teruggezet.
TERUGZETTEN OP DE FABRIEKSINSTELLINGEN
EFFECT
PROGRAM
INPUT MODETONE CONTROLSTRAIGHT
SPEAKERS
PHONES
SILENT CINEMA
BA
MULTI CH
INPUT
VOLUME
INPUT
STANDBY
/ON
VIDEO L AUDIO R
VIDEO AUX
1,4
1,3
2
LEVEL
NEXT
MEMORY
FM/AM
PRESET/TUNING A/B/C/D/E
l PRESET/TUNING h
TUNING MODE
MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO
EDIT
EFFECT
STRAIGHT
STANDBY
/ON
Terwijl u de ene toets
ingedrukt houdt, drukt
u op de andere
PROGRAM
EFFECT
STRAIGHT
WOORDENLIJST
73
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
Dolby Digital
Dolby Digital is een digitaal surroundsysteem met
volledig van elkaar gescheiden multikanaals audio. Met 3
voorkanalen (links, midden en rechts), en 2 surround-
stereokanalen biedt Dolby Digital in totaal 5 audiokanalen
met het volle frequentiebereik. Met een extra kanaal
speciaal voor de lage tonen, het zogenaamde LFE (Lage
Frequentie Effect) kanaal, biedt dit systeem in totaal 5.1
kanalen (het LFE kanaal wordt als 0.1 kanaal geteld).
Door 2-kanaals stereo voor de surround-luidsprekers te
gebruiken is er een betere weergave van bewegende
geluidsbronnen en een beter algeheel surroundeffect
mogelijk dan bij Dolby Surround. Het grote dynamische
bereik (van het zachtste tot het hardste geluid wat nog kan
worden weergegeven) van de 5 kanalen met het volle
frequentiebereik en de preciese plaatsing van het geluid
door de digitale verwerking biedt de luisteraar een
ongehoord realistische weergave.
Met dit toestel kunt u zelf kiezen wat voor weergave u wilt
horen, van mono tot 5.1 kanaals weergave, u vraagt, wij
draaien.
Dolby Digital EX
Dolby Digital EX creëert 6 kanalen met het volledige
frequentiebereik van 5.1-kanaals bronmateriaal. Dit wordt
bereikt met een matrix decoder die 3 surroundkanalen
samenstelt uit de gegevens voor de 2 surroundkanalen uit
de oorspronkelijke opnamen. Voor de beste resultaten
moet Dolby Digital EX gebruikt worden met
filmsoundtracks die zijn opgenomen in Dolby Digital
Surround EX. Met dit extra kanaal krijgt u een betere en
meer dynamische weergave van bewegende
geluidsbronnen, vooral bij zogenaamde “fly-over” en “fly-
around” effecten.
Dolby Pro Logic II
Dolby Pro Logic II is een verbeterde decoderingstechniek
voor de grote hoeveelheid aan bestaand Dolby Surround
materiaal. Deze nieuwe technologie maakt gescheiden 5-
kanaals weergave mogelijk met 2 voorkanalen, links en
rechts, 1 middenkanaal en 2 surroundkanalen, links en
rechts (in plaats van slechts 1 surroundkanaal bij
conventionele Pro Logic weergave). Naast de Movie stand
is er ook een Music stand en een Game stand voor 2-
kanaals bronmateriaal.
Dolby Pro Logic IIx
Dolby Pro Logic IIx is een nieuwe technologie die
gescheiden multikanaals weergave mogelijk maakt van 2-
kanaals of multikanaals bronmateriaal. Er is een Music
stand voor muziek, een Movie stand voor films (alleen
voor 2-kanaals bronmateriaal) en een Game stand voor
spelletjes.
Dolby Surround
Dolby Surround maakt gebruik van een een 4-kanaals
analoog opnamesysteem voor de reproductie van
realistische en dynamische geluidseffecten: 2
voorkanalen, links en rechts (stereo), een middenkanaal
voor gesproken tekst (mono) en een surroundkanaal voor
speciale geluidseffecten (mono). Het surroundkanaal geeft
alleen geluiden binnen een beperkt frequentiebereik weer.
Dolby Surround wordt veel gebruikt op videobanden en
laserdiscs en ook wel bij TV en kabelprogramma’s. De in
dit toestel ingebouwde Dolby Pro Logic decoder maakt
gebruik van een digitale signaalverwerking die
automatisch het volume van de verschillende kanalen
stabiliseert om de richtingsgevoeligheid en de weergave
van bewegende geluidsbronnen te verbeteren.
DTS 96/24
DTS 96/24 biedt een ongekend hoog niveau
audiokwaliteit voor multikanaals weergave van DVD-
Video en is volledig compatibel met alle vroegere DTS
decoders. “96” refereert aan de 96 kHz
bemonsteringsfrequentie (vergeleken met een normale
waarde van 48 kHz). “24” refereert aan de gebruikte
codelengte van 24 bits. DTS 96/24 biedt een
geluidskwaliteit die vergelijkbaar is met die van de
originele 96/24 masteropnamen, en 96/24 5.1-kanaals
weergave met video van hoge kwaliteit voor
muziekprogramma’s zowel als speelfilms op DVD-video.
DTS (Digital Theater Systems) Digital
Surround
DTS digitale surroundweergave is ontwikkeld om de
analoge filmsoundtracks te vervangen door een 6-kanaals
digitale soundtrack en is over de hele wereld bezig aan een
opmars in de bioscoop. Digital Theater Systems Inc. heeft
tevens een thuisbioscoopsysteem ontwikkeld zodat u
gewoon thuis kunt profiteren van de verbluffende DTS
digitale surroundweergave. Dit systeem produceert vrijwel
vervormingsvrije 6-kanaals weergave (technisch
gesproken, linker, rechter en midden voorkanalen, 2
surroundkanalen, plus een LFE 0.1 kanaal voor de
subwoofer, dus anders gezegd 5.1 kanalen). Dit toestel is
uitgerust met een DTS-ES decoder die 6.1-kanaals
weergave mogelijk maakt door uit bestaand 5.1-kanaals
bronmateriaal een surround-achterkanaal te destilleren.
Neo:6
Neo:6 bewerkt conventioneel 2-kanaals bronmateriaal
voor 6-kanaals weergave met een speciale decoder.
Hierdoor wordt weergave mogelijk met kanalen met het
volle bereik en met een verbeterde kanaalscheiding, zoals
bij weergave van digitale signalen met gescheiden
kanalen. Er zijn twee standen; “Music” voor weergave van
muziek en “Cinema” voor films.
WOORDENLIJST
Audioformaten
74
WOORDENLIJST
CINEMA DSP
Omdat de Dolby Surround en DTS systemen
oorspronkelijk bedoeld waren voor de bioscoop, werken
deze systemen het best in een theatrale ruimte met een
heleboel luidsprekers opgesteld voor het maximale
akoestische effect. Maar de omstandigheden bij mensen
thuis, de afmetingen van de kamer, het materiaal waar de
muur van gemaakt is, het aantal luidsprekers enz., zijn zo
verschillend, dat de weergave ook anders wordt. Op basis
van een massa in het echt gemeten gegevens maken nu de
YAMAHA CINEMA DSP programma’s gebruik van de
origineel door YAMAHA ontwikkelde
geluidsveldentechnologie om in combinatie met Dolby
Pro Logic, Dolby Digital en DTS systemen te komen tot
een zo goed mogelijke benadering in uw huiskamer van de
audiovisuele ervaring die tot nog toe alleen in de bioscoop
gerealiseerd kon worden.
SILENT CINEMA
YAMAHA heeft een natuurlijk en realistisch DSP
geluidsveldprogramma ontwikkeld voor hoofdtelefoons.
Voor elk apart geluidsveld zijn parameters voor weergave
via een hoofdtelefoon opgenomen zodat alle
geluidsveldprogramma’s natuurgetrouw kunnen worden
weergegeven.
Virtual CINEMA DSP
YAMAHA heeft een Virtual CINEMA DSP
geluidsveldprogramma ontwikkeld dat u ook zonder
daadwerkelijke surround-luidsprekers in staat stelt te
profiteren van DSP surroundeffecten door middel van
virtuele surround-luidsprekers.
U kunt Virtual CINEMA DSP zelfs gebruiken op een
minimaal systeem met slechts twee luidsprekers zonder
midden-luidspreker.
ITU-R
ITU-R is de radio-communicatie afdeling van de ITU
(International Telecommunication Union). De ITU-R
beveelt een standaard luidspreker-opstelling aan die vaak
wordt gebruikt in professionele luisterruimtes, in het
bijzonder bij het masteren van opnamen.
LFE 0.1 kanaal
Dit kanaal is speciaal bedoeld voor de weergave van zeer
lage tonen. Het frequentiebereik voor dit kanaal is 20 Hz
t/m 120 Hz. Dit kanaal wordt meestal als 0.1 geteld omdat
niet het volledige frequentiebereik wordt weergegeven,
zoals de andere 5/6 kanalen in een Dolby Digital of DTS
5.1/6.1-kanaals systeem.
PCM (Lineair PCM)
Lineair PCM is een signaalformaat voor het
ongecomprimeerd digitaliseren, opnemen en overbrengen
van analoge audiosignalen. Dit wordt gebruikt als
opnamemethode van CD’s en DVD audio. Het PCM
systeem maakt gebruik van een techniek waarmee het
analoge signaal zeer vaak per seconde wordt gemeten. De
afkorting staat voor “Puls Code Modulatie”, het analoge
signaal wordt gecodeerd als pulsjes en dan gemoduleerd
voor opname.
Bemonsteringsfrequentie en aantal
kwantisatiebits
Bij het digitaliseren van een analoog audiosignaal wordt
het aantal keren dat het signaal per seconde wordt gemeten
de bemonsteringsfrequentie genoemd en de
gedetailleerdheid waarmee het geluid in een numerieke
waarde wordt omgezet, het aantal kwantisatiebits.
Het frequentiebereik dat kan worden weergegeven is
gebaseerd op de bemonsteringsfrequentie, terwijl het
dynamisch bereik, het verschil tussen het zachtste en het
hardste geluid, bepaald wordt door het aantal
kwantisatiebits. In principe is het zo dat hoe hoger de
bemonsteringsfrequentie is, hoe groter het aantal tonen is
dat kan worden weergegeven, en hoe hoger het aantal
kwantisatiebits is, hoe precieser het geluidsniveau kan
worden gereproduceerd.
Geluidsveldprogramma’s Audio informatie
75
WOORDENLIJST
AANVULLENDE
INFORMATIE
Nederlands
Component videosignaal
In een component video systeem wordt het videosignaal
gescheiden in een Y signaal voor de luminantie en in P
B
en PR signalen voor de kleuren. Dit systeem zorgt voor een
betere kleurweergave omdat elk van deze signalen
onafhankelijk is van de andere. Componentsignalen
worden ook wel “kleurverschilsignalen” genoemd omdat
het luminantiesignaal wordt afgetrokken van het
kleursignaal.
U heeft een monitor met component ingangsaansluitingen
nodig om component videosignalen te kunnen weergeven.
Composiet videosignaal
Een composiet videosignaal bestaat uit alle drie de
basiselementen van het videobeeld: kleur, helderheid en
synchronisatiegegevens. Een composiet video-aansluiting
op een videocomponent geeft deze drie elementen
gecombineerd door.
S-videosignaal
In een S-video systeem wordt het videosignaal dat
normaal via een enkele kabel zou worden doorgegeven
gescheiden in een Y signaal voor de luminantie en een C
signaal voor de kleur en doorgegeven via speciale S-video
aansluitingen. Gebruik van een S VIDEO aansluiting
vermindert signaalverslechtering bij lange verbindingen
en zorgt voor een betere beeldkwaliteit.
Videosignaal informatie
TECHNISCHE GEGEVENS
76
AUDIO GEDEELTE
Minimum RMS uitgangsvermogen voor, midden, surround,
surround-achter
20 Hz t/m 20 kHz, 0,06% THV, 8 .................................... 90 W
Maximum vermogen (EIAJ)
[Modellen voor Azië, Korea en algemene modellen]
1 kHz, 10% THV, 8 ........................................................ 130 W
Dynamisch vermogen (IHF)
8/6/4/2 ....................................................... 120/155/190/235 W
DIN standaard uitgangsvermogen
[Modellen voor het V.K. en Europa]
1 kHz, 0,7% THV, 4 ....................................................... 135 W
IEC uitgangsvermogen [Modellen voor het V.K. en Europa]
1 kHz, 0,06% THV, 8 ..................................................... 100 W
Dempingsfactor (IHF)
20 Hz t/m 20 kHz, 8 ............................................... 120 of meer
Frequentierespons
CD aansluiting naar L/R voor ............. 10 Hz t/m 100 kHz, –3 dB
Totale harmonische vervorming
CD, enz. naar L/R voor (20 Hz t/m 20 kHz, 40 W, 8 Ω)
.......................................................................... 0,06% of minder
Signaal-ruis verhouding (IHF-A netwerk)
CD (250 mV) naar L/R voor, Effect uit ............... 100 dB of meer
Restruis (IHF-A netwerk)
L/R voor ............................................................ 150 µV of minder
Kanaalscheiding (1 kHz/10 kHz)
CD (5,1 k afgesloten) naar L/R voor ........ 60 dB/45 dB of meer
Toonregeling (L/R voor)
BASS versterking/drempel ...................................... ±10 dB/60 Hz
TREBLE versterking/drempel .............................. ±10 dB/20 kHz
Hoofdtelefoon uitgangsvermogen ............................ 150 mV/100
Ingangsgevoeligheid/ingangsimpedantie
CD, enz. ................................................................. 200 mV/47 k
MULTI CH INPUT ............................................... 200 mV/47 k
Uitgangsniveau/uitgangsimpedantie
REC OUT ............................................................. 200 mV/1,2 k
SUBWOOFER ............................................................ 4 V/1,2 k
ZONE 2 OUTPUT
[Modellen voor de V.S., Canada, Australië, V.K. en Europa]
............................................................................ 200 mV/1,2 k
VIDEO GEDEELTE
Videosignaaltype ........................................................... PAL/NTSC
Signaal-ruis verhouding ............................................. 50 dB of meer
Frequentierespons (MONITOR OUT)
Composiet, S-Video ............................... 5 Hz t/m 10 MHz, –3 dB
Component ............................................ 5 Hz t/m 60 MHz, –3 dB
FM GEDEELTE
Afstembereik
[Modellen voor de V.S. en Canada] .............. 87,5 t/m 107,9 MHz
[Modellen voor Azië en algemene modellen]
.............................................. 87,5/87,50 t/m 108,0/108,00 MHz
[Overige modellen] ................................... 87,50 t/m 108,00 MHz
Bruikbare gevoeligheid (IHF) .............................. 1,0 µV (11,2 dBf)
Signaal-ruis verhouding (IHF)
Mono/Stereo ............................................................. 76 dB/70 dB
Harmonische vervorming (1 kHz)
Mono/Stereo ................................................................ 0,2%/0,3%
Stereoscheiding (1 kHz) ......................................................... 42 dB
Frequentierespons ........................... 20 Hz t/m 15 kHz, +0,5, –2 dB
AM GEDEELTE
Afstembereik
[Modellen voor de V.S. en Canada] .................. 530 t/m 1710 kHz
[Modellen voor Azië en algemene modellen]
........................................................ 530/531 t/m 1710/1611 kHz
[Overige modellen] ........................................... 531 t/m 1611 kHz
Bruikbare gevoeligheid ..................................................... 300 µV/m
ALGEMEEN
Stroomvoorziening
[Modellen voor de V.S. en Canada] .... 120 V, 60 Hz wisselstroom
[Modellen voor Australië] .................. 240 V, 50 Hz wisselstroom
[Modellen voor Korea] ....................... 220 V, 60 Hz wisselstroom
[Modellen voor het V.K. en Europa]
.......................................................... 230 V, 50 Hz wisselstroom
[Algemene modellen] ............ 110/120/220/230240 V, 50/60 Hz
wisselstroom
[Modellen voor Azië] .... 220/230240 V, 50/60 Hz wisselstroom
Stroomverbruik
[Modellen voor de V.S. en Canada] ....................... 350 W/440 VA
[Overige modellen] ............................................................. 360 W
Stroomverbruik Uit (standby) ................................ 0,1 W of minder
Netstroomaansluitingen
[Modellen voor het V.K. en Australië]
........................................................ 1 (Totaal 100 W maximum)
[Modellen voor de V.S. en Canada]
........................................................ 2 (Totaal 100 W maximum)
[Modellen voor Europa, Azië en algemene modellen]
.......................................................... 2 (Totaal 50 W maximum)
Afmetingen (b x h x d) .................................... 435 x 171 x 420 mm
Gewicht .................................................................................... 11 kg
TECHNISCHE GEGEVENS

Documenttranscriptie

LET OP: LEES HET VOLGENDE VOOR U DIT TOESTEL IN GEBRUIK NEEMT. 1 Om er zeker van te kunnen zijn dat u de optimale prestaties uit uw toestel haalt, dient u deze handleiding zorgvuldig door te lezen. Bewaar de handleiding op een veilige plek zodat u er later nog eens iets in kunt opzoeken. 2 Installeer dit toestel op een goed geventileerde, koele, droge, schone plek – uit direct zonlicht, uit de buurt van warmtebronnen, trillingen, stof, vocht en/of kou. Zorg voor een ventilatieruimte van tenminste 30 cm ruimte aan de bovenkant, 20 cm aan de rechter- en linkerkant en 20 cm aan de achterkant van dit toestel. 3 Plaats dit toestel uit de buurt van andere elektrische apparatuur, motoren of transformatoren om storend gebrom te voorkomen. 4 Stel dit toestel niet bloot aan plotselinge temperatuurswisselingen van koud naar warm en plaats het toestel niet in een omgeving met een hoge vochtigheidsgraad (bijv. in een ruimte met een luchtbevochtiger) om te voorkomen dat zich binnenin het toestel condens vormt, wat zou kunnen leiden tot elektrische schokken, brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel. 5 Vermijd plekken waar andere voorwerpen op het toestel kunnen vallen, of waar het toestel bloot staat aan druppelende of spattende vloeistoffen. Plaats de volgende dingen niet bovenop dit toestel: – Andere componenten, daar deze schade kunnen veroorzaken en/of de afwerking van dit toestel kunnen doen verkleuren. – Brandende voorwerpen (bijv. kaarsen), daar deze brand, schade aan dit toestel en/of persoonlijk letsel kunnen veroorzaken. – Voorwerpen met vloeistoffen, daar deze elektrische schokken voor de gebruiker en/of schade aan dit toestel kunnen veroorzaken wanneer de vloeistof daaruit in het toestel terecht komt. 6 Dek het toestel niet af met een krant, tafellaken, gordijn enz. zodat de koeling niet belemmerd wordt. Als de temperatuur binnenin het toestel te hoog wordt, kan dit leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. 7 Steek de stekker van dit toestel pas in het stopcontact als alle aansluitingen gemaakt zijn. 8 Gebruik het toestel niet wanneer het ondersteboven is geplaatst. Het kan hierdoor oververhit raken wat kan leiden tot schade. 9 Gebruik geen overdreven kracht op de schakelaars, knoppen en/of snoeren. 10 Wanneer u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u aan de stekker zelf trekken, niet aan het snoer. 11 Maak dit toestel niet schoon met chemische oplosmiddelen; dit kan de afwerking beschadigen. Gebruik alleen een schone, droge doek. 12 Gebruik alleen het op dit toestel aangegeven voltage. Gebruik van dit toestel bij een hoger voltage dan aangegeven is gevaarlijk en kan leiden tot brand, schade aan het toestel en/of persoonlijk letsel. YAMAHA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor enige schade veroorzaakt door gebruik van dit toestel met een ander voltage dan hetgeen aangegeven staat. 13 Om schade door blikseminslag te voorkomen dient u de stekker uit het stopcontact te halen wanneer het onweert. 14 Probeer niet zelf wijzigingen in dit toestel aan te brengen of het te repareren. Neem contact op met erkend YAMAHA servicepersoneel wanneer u vermoedt dat het toestel reparatie behoeft. Probeer in geen geval de behuizing open te maken. 15 Wanneer u dit toestel voor langere tijd niet zult gebruiken (bijv. vakantie), dient u de stekker uit het stopcontact te halen. 16 Lees het hoofdstuk “OPLOSSEN VAN PROBLEMEN” over veel voorkomende vergissingen bij de bediening voor u de conclusie trekt dat het toestel een storing of defect vertoont. 17 Voor u dit toestel verplaatst, dient u op STANDBY/ ON te drukken om dit toestel uit (standby) te schakelen en de stekker uit het stopcontact te halen. WAARSCHUWING OM DE RISICO’S VOOR BRAND OF ELEKTRISCHE SCHOKKEN TE VERMINDEREN, MAG U DIT TOESTEL IN GEEN GEVAL BLOOTSTELLEN AAN VOCHT OF REGEN. De stroomvoorziening van dit toestel is niet afgesloten zolang de stekker in het stopcontact zit, ook al is het toestel zelf uitgeschakeld. Dit is de zogenaamde standby-stand. In deze toestand is het toestel ontworpen een zeer kleine hoeveelheid stroom te verbruiken. Alleen voor klanten in Nederlands Bij dit product zijn batterijen geleverd. Wanneer deze leeg zijn, moet u ze niet weggooien maar inleveren als KCA. INHOUD GELUIDSVELDPROGRAMMA’S KENMERKEN ....................................................... 2 VAN START ........................................................... 3 GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN.........................................43 Meegeleverde accessoires.......................................... 3 Inzetten van batterijen in de afstandsbediening......... 3 Voor film/video bronnen ......................................... 43 Voor muziekmateriaal ............................................. 45 INLEIDING INLEIDING BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES......... 4 GEAVANCEERDE BEDIENING VOORBEREIDINGEN Voorpaneel................................................................. 4 Afstandsbediening ..................................................... 6 Gebruiken van de afstandsbediening ......................... 7 Display voorpaneel .................................................... 8 Achterpaneel ............................................................ 10 GEAVANCEERDE BEDIENING.......................46 Gebruiken van de slaaptimer ................................... 46 Handmatig instellen van de luidsprekersniveaus..... 47 SET MENU ............................................................48 VOORBEREIDINGEN LUIDSPREKER SETUP ..................................... 11 AANSLUITINGEN .............................................. 14 Voor u componenten gaat aansluiten....................... 14 Aansluiten van videocomponenten.......................... 15 Aansluiten van audiocomponenten.......................... 18 Aansluiten van de FM en AM antennes .................. 19 Aansluiten van het netsnoer..................................... 20 Instelling luidsprekerimpedantie ............................. 21 Inschakelen van de stroom....................................... 21 Gebruiken van het BASIC SETUP menu................ 22 BASISBEDIENING WEERGAVE ........................................................ 25 Basisbediening......................................................... 25 Selecteren van geluidsveldprogramma’s ................. 27 Selecteren van ingangsfuncties................................ 32 Automatisch en handmatig afstemmen.................... 33 Zenders voorprogrammeren..................................... 34 Selecteren van voorkeuzezenders ............................ 36 Omwisselen van voorkeuzezenders......................... 37 Ontvangen van Radio Data Systeem zenders .......... 38 Overschakelen naar een bepaalde Radio Data Systeem functie ................................................... 39 De PTY SEEK functie ............................................. 40 De EON functie ....................................................... 41 Zone 2 aansluitingen................................................ 61 Afstandsbediening vanuit Zone 2 ............................ 62 AANVULLENDE INFORMATIE WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN ..............................................64 Wat is een geluidsveld ............................................. 64 Veranderen van instellingen .................................... 64 GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN.........................................66 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN .......................68 TERUGZETTEN OP DE FABRIEKSINSTELLINGEN..........................72 WOORDENLIJST ................................................73 Audioformaten......................................................... 73 Geluidsveldprogramma’s......................................... 74 Audio informatie...................................................... 74 Videosignaal informatie .......................................... 75 AANVULLENDE INFORMATIE OPNEMEN............................................................ 42 ZONE 2 ..................................................................61 GEAVANCEERDE BEDIENING AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO .................. 33 Set bedieningstoetsen .............................................. 57 Instellen van afstandsbedieningscodes .................... 58 Bedienen van andere componenten ......................... 59 Overschakelen naar een alternatieve code............... 60 Wissen van ingestelde afstandsbedieningscodes ..... 60 GELUIDSVELDPROGRAMMA’S BASIS SETUP....................................................... 22 UITGEBREID SETUP MENU ............................55 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING.................................57 BASISBEDIENING Opstelling van de luidsprekers................................. 11 Luidspreker-aansluitingen ....................................... 12 Gebruiken van het SET MENU............................... 49 1 SOUND MENU.................................................... 50 2 INPUT MENU...................................................... 52 3 OPTION MENU................................................... 53 TECHNISCHE GEGEVENS...............................76 Nederlands 1 KENMERKEN KENMERKEN Ingebouwde 6-kanaals eindversterker Overige kenmerken ◆ Minimum RMS uitgangsvermogen (0,06% THV, 20 Hz t/m 20 kHz, 8Ω) Voor: 90 W + 90 W Midden: 90 W Surround: 90 W + 90 W Surround Achter: 90 W ◆ 192-kHz/24-bits D/A converter ◆ Een SET MENU met items waarmee u dit toestel optimaal kunt aanpassen aan uw Audio/Videosysteem ◆ 6 extra ingangsaansluitingen voor gescheiden multikanaals signalen ◆ S-video in-/uitgangsaansluitingen ◆ Component video in-/uitgangsaansluitingen ◆ Videosignaal conversie (composiet video ↔ S-video → component video) voor de monitor uitgang ◆ Optisch en coaxiaal digitale audio-aansluitingen ◆ Slaaptimer ◆ Middernacht luisterfuncties voor film en muziek ◆ Afstandsbediening met voorgeprogrammeerde afstandsbedieningscodes ◆ Zone 2 aangepaste installatie mogelijk Kenmerken geluidsveld ◆ Zelf ontwikkelde YAMAHA technologie voor de creatie van geluidsvelden ◆ Dolby Digital/Dolby Digital EX decoder ◆ DTS/DTS-ES Matrix 6.1, Discrete 6.1, DTS Neo:6, DTS 96/24 decoder ◆ Dolby Pro Logic/Dolby Pro Logic II/Dolby Pro Logic IIx decoder ◆ Virtual CINEMA DSP ◆ SILENT CINEMA™ Verfijnde AM/FM tuner ◆ Willekeurig en direct voorprogrammeren van 40 zenders ◆ Automatisch voorprogrammeren ◆ Wijzigen van voorkeuzezenders (Bewerken voorkeuzezenders) • y geeft een bedieningstip aan. • Sommige handelingen kunnen zowel worden uitgevoerd met de toetsen op het toestel zelf als met de afstandsbediening. Als de naam van een toets op de afstandsbediening verschilt van die op het toestel zelf, zal de naam van de betreffende toets op de afstandsbediening tussen haakjes vermeld worden. • Deze handleiding is gedrukt voor uw toestel geproduceerd werd. Daarom kunnen ontwerp en specificaties gewijzigd zijn als gevolg van verbeteringen enz. Als de handleiding en het product van elkaar verschillen, heeft het product de prioriteit. Vervaardigd in licentie van Dolby Laboratories. “Dolby”, “Pro Logic”, “Surround EX” en het dubbele-D symbool zijn handelsmerken van Dolby Laboratories. “SILENT CINEMA” is een handelsmerk van YAMAHA CORPORATION. 2 “DTS”, “DTS-ES”, “Neo:6” en “DTS 96/24” zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc. VAN START VAN START INLEIDING Meegeleverde accessoires Controleer of u alle volgende onderdelen inderdaad ontvangen hebt. Afstandsbediening CODE SET TRANSMIT Batterijen (4) (AAA, R03, UM-4) SYSTEM POWER POWER STANDBY POWER TV AV CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN AM ringantenne 75 Ohm/300 Ohm antenne-adapter (Alleen bij modellen voor het V.K.) AMP VCR TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT STEREO MUSIC ENTERTAIN 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 7 8 NIGHT STRAIGHT VOLUME MUTE A SPEAKERS B 9 0 MOVIE 10 ENT. FM binnenantenne EFFECT PRESET/CH LEVEL SET MENU TITLE MENU ENTER A/B/C/D/E RETURN DISPLAY REC AUDIO DISC SKIP FREQ/TEXT MODE PTY SEEK START EON Inzetten van batterijen in de afstandsbediening 2 1 3 Druk op en schuif het klepje van het batterijvak. 2 Doe de vier meegeleverde batterijen (AAA, R03, UM-4) in het vak met de polen de goede kant op (+ en –) zoals aangegeven in het batterijvak. 3 Schuif het klepje terug op zijn plaats tot het vastklikt. • Vervang alle batterijen tegelijk wanneer u n van de volgende dingen merkt: dat het bereik van de afstandsbediening afneemt, dat de indicator niet knippert, of dat het licht van de indicator zwakker wordt. • Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door elkaar. • Gebruik geen verschillende soorten batterijen door elkaar (alkali en gewone (mangaan) batterijen bijvoorbeeld). Lees de informatie op de verpakking aandachtig door, want de verschillende soorten batterijen kunnen erg op elkaar lijken. • Als de batterijen zijn gaan lekken, moet u ze onmiddellijk weggooien. Raak het uit de batterijen gelekte materiaal niet aan en zorg ervoor dat het niet op uw kleding enz. komt. Maak het batterijvak goed schoon voor u er nieuwe batterijen in doet. • Gooi batterijen nooit samen met gewoon huishoudelijk afval weg; neem bij het weggooien van batterijen de plaatselijk geldende regelgeving in acht. Als de afstandsbediening langer dan 2 minuten zonder batterijen zit, of als er lege batterijen in zitten, zal het geheugen gewist worden. Wanneer het geheugen gewist is, dient u nieuwe batterijen in de afstandsbediening te doen en moet u eventueel ingevoerde functies opnieuw programmeren. Nederlands 1 Opmerkingen over batterijen 3 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Voorpaneel 1 2 3 4 5 6 7 8 9 VOLUME PRESET/TUNING FM/AM EDIT A/B/C/D/E l PRESET/TUNING h MEMORY TUNING MODE NEXT LEVEL MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO PROGRAM INPUT PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE MULTI CH INPUT STANDBY /ON VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT SILENT CINEMA ZONE ON/OFF MAIN ZONE 2 0 A BC D E F 1 STANDBY/ON Hiermee zet u het toestel aan of uit (standby). Wanneer u het toestel aan zet, hoort u een klik, waarna het 4 a 5 seconden duurt voor er geluid wordt weergegeven. Opmerking Wanneer het toestel uit (standby) staat, wordt er nog steeds een heel klein beetje stroom verbruikt zodat er gereageerd kan worden op de infraroodsignalen van de afstandsbediening. 2 Sensor voor de afstandsbediening Deze ontvangt de signalen van de afstandsbediening. 3 Display voorpaneel Hierop wordt informatie getoond over de bediening en de toestand waarin het toestel zich bevindt. 4 A/B/C/D/E, NEXT Hiermee kunt u één van de 5 voorkeuzegroepen selecteren (A t/m E) wanneer het toestel in de tunerfunctie (radio) staat. Hiermee selecteert u het in te stellen luidsprekerkanaal wanneer het toestel niet in de tunerfunctie staat. 4 G H I J K 5 PRESET/TUNING l / h, LEVEL –/+ Hiermee stelt u een voorkeuzezender, nummer 1 t/m 8, in wanneer er in de tunerfunctie op het display op het voorpaneel naast de aanduiding van de radioband een dubbele punt (:) te zien is. U stemt hiermee af op de gewenste frequentie wanneer de dubbele punt (:) niet getoond wordt. Hiermee kunt u het niveau instellen van het luidsprekerkanaal dat u heeft geselecteerd met A/B/C/D/E (NEXT) wanneer het toestel niet in de tunerfunctie (radio) staat. 6 MEMORY (MAN’L/AUTO FM) Hiermee kunt u een zender in het geheugen opslaan. Houd deze toets tenminste 3 seconden ingedrukt om het automatisch voorprogrammeren te laten beginnen. 7 TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO) Hiermee schakelt u heen en weer tussen automatisch afstemmen (AUTO indicator aan) en handmatig afstemmen (AUTO indicator uit). 8 VIDEO AUX aansluitingen Via deze audio- en video-aansluitingen kunt u een externe signaalbron zoals een spelcomputer aansluiten. Om de signalen die via deze aansluitingen binnenkomen weer te geven, dient u V-AUX in te stellen als signaalbron. BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES 9 VOLUME Hiermee kunt u het volume (uitgangsniveau) van alle audiokanalen tegelijk instellen. Dit heeft geen invloed op het REC OUT niveau. K ZONE 2 Hiermee kunt u het toestel bedienen vanuit de secundaire ruimte (Zone 2) (zie bladzijde 61). INLEIDING 0 PHONES (SILENT CINEMA) aansluiting Via deze aansluiting kunt ongestoord luisteren met een hoofdtelefoon. Wanneer u een hoofdtelefoon aansluit, zullen er geen signalen worden gereproduceerd via de OUTPUT aansluitingen of de luidsprekers. Alle Dolby Digital en DTS audiosignalen worden teruggemengd naar de linker en rechter hoofdtelefoonkanalen. J MAIN Hiermee kunt u het toestel bedienen vanuit de hoofdruimte (zie bladzijde 61). A SPEAKERS A/B Met elke druk op de bijbehorende toets zet u de set voorluidsprekers aangesloten op de A en/of B aansluitingen op het achterpaneel aan of uit. B PRESET/TUNING (EDIT) Hiermee schakelt u PRESET/TUNING l / h (LEVEL –/+) heen en weer tussen voorkeuzezenders en gewoon afstemmen. C STRAIGHT (EFFECT) Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen (2-kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder enig toegevoegd effect. D FM/AM Hiermee schakelt u over naar een andere radioband wanneer het toestel in de tunerfunctie (radio) staat. E PROGRAM Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren of de weergave van de lage/hoge tonen regelen (samen met TONE CONTROL). F TONE CONTROL Hiermee kunt u de weergave van de lage en hoge tonen regelen voor de linker en rechter voorluidsprekers (zie bladzijde 26). G INPUT MODE Hiermee bepaalt u uw voorkeur (AUTO, DTS, ANALOG) voor het soort signaal dat u wilt weergeven wanneer een bepaalde component verbonden is met twee of meer van de ingangsaansluitingen (zie bladzijde 32) van dit toestel. H INPUT keuzeknop Hiermee kunt u kiezen naar welke signaalbron u wilt luisteren of kijken. Nederlands I MULTI CH INPUT Hiermee selecteert u de met de MULTI CH INPUT aansluitingen verbonden signaalbron. Indien geselecteerd, zal de MULTI CH INPUT signaalbron voorrang krijgen over een met INPUT (of met de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening) geselecteerde signaalbron. 5 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Afstandsbediening In dit hoofdstuk worden de functies van de toetsen op de bij dit toestel behorende afstandsbediening beschreven. Zie “KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING” op bladzijde 57 als u andere componenten wilt kunnen bedienen. 0 1 2 3 CODE SET TRANSMIT SYSTEM POWER POWER STANDBY POWER TV AV CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN A B C D AMP VCR E F TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT VOLUME G MUTE 4 5 6 7 8 9 STEREO MUSIC ENTERTAIN MOVIE 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 7 8 NIGHT STRAIGHT A SPEAKERS B 9 0 10 ENT. PRESET/CH SET MENU TITLE MENU H I 3 Ingangskeuzetoetsen Hiermee selecteert u de weer te geven signaalbron en bepaalt u welke set bedieningstoetsen gebruikt wordt. 4 Geluidsveldprogramma/cijfertoetsen Hiermee kunt u geluidsveldprogramma’s selecteren. Wanneer het toestel in de tunerfunctie staat, kunt u met de cijfertoetsen 1 t/m 8 direct voorkeuzezenders selecteren. Gebruik SELECT om 2-kanaals materiaal met surroundweergave weer te geven (zie bladzijde 29). Gebruik EXTD SUR. om te schakelen tussen 5.1- en 6.1kanaals weergave van multikanaals materiaal (zie bladzijde 28). Gebruik DIRECT ST. om 2-kanaals materiaal met Hifi weer te geven (zie bladzijde 30). 6 NIGHT Hiermee kunt u de nacht-luisterfuncties aan of uit zetten (bladzijde 30). 7 LEVEL Hiermee kunt u een luidsprekerkanaal selecteren om het niveau in te stellen. ENTER A/B/C/D/E RETURN 2 CODE SET Hiermee kunt u afstandsbedieningscodes instellen (zie bladzijde 58). 5 SPEAKERS A/B Met elke druk op de bijbehorende toets kunt u de set voorluidsprekers die is verbonden met de A en/of B aansluitingen op het achterpaneel in- of uitschakelen. EFFECT LEVEL 1 Infrarood venster Hiervandaan worden de infraroodsignalen verzonden. Richt dit venster op de component die u wilt bedienen. DISPLAY REC AUDIO DISC SKIP FREQ/TEXT MODE PTY SEEK START EON RAV251 WC55290 EU J 8 Cursortoetsen u / d / j / i /ENTER Hiermee kunt u geluidsveldparameters of SET MENU onderdelen selecteren en instellen. Druk op i om een voorkeuzegroep (A t/m E) te kiezen wanneer het toestel in de tunerstand (radio) staat. Druk op u / d om een voorkeuzenummer (1 t/m 8) te kiezen wanneer het toestel in de tunerstand (radio) staat. 9 RETURN Hiermee keert u terug naar het vorige menu bij instellingen via het SET MENU. 0 TRANSMIT indicator Knippert wanneer de afstandsbediening signalen uitzendt. A STANDBY Hiermee zet u het toestel uit (standby). B SYSTEM POWER Hiermee zet u het toestel aan. 6 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES C SLEEP Hiermee kunt u de slaaptimer instellen. E AMP Selecteren van de AMP functie. U moet de AMP functie kiezen om het hoofdtoestel zelf te bedienen. De afstandsbediening zendt een gerichte infraroodstraal uit. Richt de afstandsbediening op de sensor op het toestel dat u wilt bedienen. F VOLUME +/– Hiermee verhoogt of verlaagt u het volume. RDS MODE/FREQ G MUTE Deze toets schakelt de geluidsweergave tijdelijk uit. Druk nog eens op deze toets om de geluidsweergave op het oorspronkelijke volume voort te zetten. H STRAIGHT (EFFECT) Hiermee zet u de geluidsvelden aan of uit. Wanneer STRAIGHT is geselecteerd zullen de ingangssignalen (2-kanaals of multikanaals) direct, onveranderd worden weergegeven via de bijbehorende luidsprekers, zonder enig toegevoegd effect. I SET MENU Hiermee schakelt u de SET MENU functie in. J Toetsen voor Radio Data Systeem radio-ontvangst FREQ/TEXT Druk op deze toets wanneer het toestel een Radio Data Systeem zender ontvangt om te schakelen tussen de PS functie, PTY functie, RT functie, CT functie (als de zender deze Radio Data Systeem gegevens verzorgt) en/of het frequentiedisplay (zie bladzijde 39). EON VOLUME ZONE ON/OFF PTY SEEK MAIN ZONE MODE START2 PRESET/TUNING FM/AM EDIT EDIT A/B/C/D/E l PRESET/TUNING h NEXT LEVEL PROGRAM PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT MEMORY TUNING MODE MAN'L/AUTO FM AUTO/MAN'L MONO INLEIDING D MULTI CH IN Hiermee selecteert u een multikanaals ingangssignaal bij gebruik van een externe decoder (enz.). Gebruiken van de afstandsbediening INPUT TONE CONTROL STANDBY /ON INPUT MODE MULTI CH INPUT VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT SILENT CINEMA 30 30 CODE SET Ongeveer 6 m TRANSMIT SYSTEM POWER POWER STANDBY POWER TV AV CD MD/CD-R TUNER SLEEP DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN DVD VCR AMP TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT VOLUME MUTE STEREO MUSIC 1 2 ENTERTAIN MOVIE 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 9 8 7 A SPEAKERS B NIGHT 0 STRAIGHT ENT. 10 EFFECT PRESET/CH LEVEL SET MENU TITLE MENU ENTER A/B/C/D/E RETURN DISPLAY REC AUDIO DISC SKIP FREQ/TEXT MODE PTY SEEK START EON ■ Omgaan met de afstandsbediening • Mors geen water of andere vloeistoffen op de afstandsbediening. • Laat de afstandsbediening niet vallen. • Laat de afstandsbediening niet liggen en bewaar hem niet op de volgende plekken: – zeer vochtige plekken, bijvoorbeeld bij een bad – plekken waar de temperatuur hoog kan worden, zoals bij de verwarming of kachel – zeer koude plekken – stoffige plekken PTY SEEK MODE Druk op deze toets om het toestel in de PTY SEEK functie te zetten (zie bladzijde 40). PTY SEEK START Druk op deze toets om het zoeken naar een geschikte zender te laten beginnen nadat u het gewenste programmatype heeft geselecteerd in de PTY SEEK functie (zie bladzijde 40). EON Druk op deze toets om automatisch af te stemmen op een radioprogramma van het door u gewenste type (NEWS, INFO, AFFAIRS, SPORT) (zie bladzijde 41). Nederlands 7 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Display voorpaneel 1 t 2 96 24 MATRIX DISCRETE q DIGITAL q EX q PL q PL q PL x 3 VCR 4 5 V-AUX 6 DTV/CBL 7 DVD MD/CD-R 90 TUNER B CD SP AB HiFi DSP XM PTY HOLD PS PTY RT CT EON SLEEP dB ft 96/24 DUAL L C R mS LFE SL SB SR dB PCM C A YPAO HD AUTO TUNED STEREO MEMORY MUTE VOLUME VIRTUAL SILENT CINEMA STANDARD ZONE2 NIGHT 8 D N E FG 1 Decoder indicators Wanneer één van de decoders van dit toestel in werking is, zal de bijbehorende indicator oplichten. 2 VIRTUAL indicator Licht op wanneer Virtual CINEMA DSP in werking is (zie bladzijde 31). 3 SILENT CINEMA indicator Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten en er een geluidsveldprogramma is geselecteerd (zie bladzijde 26). 4 Signaalbron indicators Een cursorstreepje geeft aan welke signaalbron wordt weergegeven. 5 Geluidsveld indicators Lichten op om aan te geven welke DSP geluidsvelden er in werking zijn. DSP aanwezigheidsgeluidsveld Luisterplek Linker surround DSP geluidsveld Rechter surround DSP geluidsveld Achter surround DSP geluidsveld H I O J KL M 0 MEMORY indicator Knippert ten teken dat een zender opgeslagen kan worden. A MUTE indicator Knippert wanneer de MUTE functie (tijdelijk uitschakelen geluidsweergave) is ingeschakeld. B VOLUME niveau-aanduiding Geeft het huidige volumeniveau aan. C PCM indicator Licht op wanneer dit toestel PCM (pulscode modulatie) digitale audiosignalen weergeeft. D STANDARD indicator Licht op wanneer Surround Standard of Surround Enhanced is geselecteerd (zie bladzijde 29). E NIGHT indicator Licht op wanneer u de nacht-luisterfunctie selecteert. F SP A B indicators Lichten op om aan te geven welke set voor-luidsprekers is geselecteerd. Beide indicators lichten op wanneer beide sets luidsprekers worden geselecteerd. G Hoofdtelefoon indicator Licht op wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten. 6 CINEMA DSP indicator Licht op wanneer u een CINEMA DSP geluidsveldprogramma selecteert. H HiFi DSP indicator Licht op wanneer u een HiFi DSP geluidsveldprogramma selecteert. 7 AUTO indicator Licht op ten teken dat er automatisch kan worden afgestemd. I Multifunctioneel display Toont de naam van het huidige geluidsveldprogramma en andere gegevens bij het invoeren of wijzigen van instellingen. 8 TUNED indicator Licht op wanneer dit toestel is afgestemd op een zender. 9 STEREO indicator Licht op wanneer het toestel een sterk FM stereosignaal ontvangt en de AUTO indicator brandt. 8 J SLEEP indicator Licht op wanneer de slaaptimer is ingeschakeld. BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES K 96/24 indicator Licht op wanneer dit toestel een DTS 96/24 signaal ontvangt. INLEIDING L LFE indicator Licht op wanneer het ingangssignaal een LFE signaal bevat. M Ingangskanaal/luidspreker indicators Deze geven aan uit welke kanalen het huidige digitale ingangssignaal bestaat. Deze geven het aantal luidsprekers aan dat is aangesloten via SPEAKERS (bladzijde 23), of het kanaal dat wordt ingesteld via SP LEVEL (bladzijde 51). N ZONE 2 indicator Licht op wanneer Zone 2 in werking is. O Radio Data Systeem indicators De Radio Data Systeem gegevens die worden verzorgd door de Radio Data Systeem zender waar op dit moment op is afgestemd zullen oplichten. EON licht op wanneer er is afgestemd op een Radio Data Systeem zender die EON gegevens aanbiedt. PTY HOLD licht op wanneer er met de PTY SEEK zoekfunctie naar zenders wordt gezocht. Nederlands 9 BEDIENINGSORGANEN EN FUNCTIES Achterpaneel 1 2 3 4 5 6 TUNER 75Ω UNBAL. FM ANT COMPONENT VIDEO Y PB PR GND AM ANT DVD MULTI CH INPUT R L DIGITAL OUTPUT MD/CD-R AUDIO R VIDEO L VIDEO S VIDEO XM/DT DTV/ CBL FRONT DVD AC OUTLETS REMOTE OPTICAL MD/CD-R SWITCHED MONITOR OUT DTV/ CBL SURROUND IN CONTROL OUT CENTER SUB WOOFER OUT IN +12V 15mA MAX. VCR DVD + OUT CD SPEAKERS + + – – + – – A DTV/CBL CD COAXIAL DIGITAL INPUT IN (PLAY) R ZONE 2 OUT (REC) SUB WOOFER VIDEO S VIDEO MONITOR OUT B L R AUDIO OUTPUT + 8 9 0 1 DIGITAL OUTPUT aansluiting Zie bladzijde 18 voor details. 2 MULTI CH INPUT aansluitingen Zie bladzijde 16 voor meer informatie over deze aansluitingen. 3 Aansluitingen voor video-apparatuur Zie de bladzijden 15 en 17 voor meer informatie over deze aansluitingen. 4 Antenne-aansluitingen Zie bladzijde 19 voor meer informatie over deze aansluitingen. 5 REMOTE IN/OUT aansluitingen Zie bladzijde 61 voor details. 6 AC OUTLET(S) Hiermee kunt eventueel andere A/V componenten van stroom voorzien (zie bladzijde 20). 7 DIGITAL INPUT aansluiting Zie de bladzijden 15, 17 en 18 voor details. 8 Aansluitingen voor audio-apparatuur Zie bladzijde 18 voor meer informatie over deze aansluitingen. 10 + + – – R 7 L SURROUND MD/ CD-R FRONT L A + – – CENTER SURROUND BACK B 9 ZONE 2 OUTPUT aansluitingen Deze aansluitingen produceren uitsluitend analoge signalen. Zie bladzijde 61 voor details. 0 SUBWOOFER OUTPUT aansluiting Zie bladzijde 13 voor meer informatie over deze aansluiting. A Luidspreker-aansluitingen Zie bladzijde 13 voor meer informatie over deze aansluitingen. B CONTROL OUT aansluiting Dit is een bedieningsaansluiting die alleen voor handelsdoeleinden bedoeld is. LUIDSPREKER SETUP LUIDSPREKER SETUP Opstelling van de luidsprekers Hieronder ziet u de standaard ITU-R* opstelling van de luidsprekers. Met deze opstelling profiteert u optimaal van CINEMA DSP en multikanaals audio. * ITU-R is de aanduiding voor de afdeling radiocommunicatie van de ITU (International Telecommunication Union). C FR De surround-luidsprekers worden gebruikt voor omhullende surroundweergave en effecten. Plaats deze luidsprekers achter uw luisterplek, een beetje naar binnen gericht en ongeveer 1,8 m van de vloer. Surround achter-luidspreker (SB) De surround achter-luidspreker geeft een aanvulling op de surround-luidsprekers en zorgt voor realistischer overgangen van voor naar achter. Plaats deze luidspreker direct achter de luisterplek en op dezelfde hoogte als de surround-luidsprekers. Subwoofer 30˚ SL SR 60˚ SL 80˚ SR SB Een subwoofer, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System, zorgt niet alleen voor een effectieve versterking van de lage tonen in de diverse weergavekanalen, maar ook voor een natuurgetrouwe reproductie van het LFE (lage frequentie effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS geluidsmateriaal. De opstelling van de subwoofer is niet zo belangrijk, want de zeer lage tonen zijn niet erg richtingsgevoelig. U kunt de subwoofer het beste in de buurt van de voor-luidsprekers plaatsen. Richt hem een beetje naar het midden van de ruimte om weerkaatsing via de wanden te verminderen. VOORBEREIDINGEN FL Surround-luidsprekers (SR en SL) 1,8 m Voor-luidsprekers (FR en FL) De voor-luidsprekers worden gebruikt voor weergave van het hoofdkanaal plus effecten. Plaats deze luidsprekers op gelijke afstand van uw luisterplek. De afstanden van deze luidsprekers tot het beeldscherm moeten ook gelijk zijn. Midden-luidspreker (C) Nederlands De midden-luidspreker is voor weergave van het middenkanaal (dialoog, vocalen enz.). Als het om de een of andere reden niet mogelijk is om een middenluidspreker te gebruiken, kunt u ook zonder. De beste resultaten krijgt u echter met een volledig systeem. Zorg ervoor dat de voorkant van de midden-luidspreker in lijn ligt met de voorkant van uw beeldscherm. Plaats deze luidspreker midden tussen de voor-luidsprekers en zo dicht mogelijk bij het beeldscherm, bijvoorbeeld direct erboven of eronder. 11 LUIDSPREKER SETUP Luidspreker-aansluitingen Let erop dat u de linker (L) en rechter (R) kanalen, “+” (rood) en “–” (zwart) op de juiste manier aansluit. Als de aansluitingen niet kloppen, zal er geen geluid worden weergegeven via de luidsprekers en als de polariteit van de luidspreker-aansluitingen niet correct is, zal de weergave onnatuurlijk klinken met te weinig lage tonen. Draai de draad vervolgens met de knop weer vast. 3 5 LET OP • Als u luidsprekers van 4 of 6 Ohm wilt gebruiken moet u de luidsprekerimpedantie van dit toestel instellen op 4 Ohm instellen voor u het systeem gaat gebruiken (zie bladzijde 21). • Zet het toestel uit voor u de luidsprekers gaat aansluiten. • Laat de blote luidsprekerdraden elkaar niet raken en zorg ervoor dat ze geen contact maken met de metalen onderdelen van het toestel. Hierdoor kunnen het toestel en/of de luidsprekers beschadigd raken. • Gebruik magnetisch afgeschermde luidsprekers. Als dergelijke luidsprekers toch uw beeldscherm storen, zet de luidsprekers dan verder bij het beeldscherm vandaan. Een luidsprekersnoer bestaat uit twee geïsoleerde draden naast elkaar. De ene draad onderscheidt zich van de andere door een andere kleur, of misschien een streep, groef of ribbels. Sluit de afwijkend gestreepte (gegroefde enz.) draad aan op de “+” (rode) aansluitingen van dit toestel en uw luidspreker. Verbind de gewone draad met de “–” (zwarte) aansluitingen. 10 mm 1 2 1 Strip ongeveer 10 mm isolatie van het uiteinde van elk van de luidsprekerdraden. 2 Draai de blootgekomen draadjes in elkaar om kortsluiting te voorkomen. 3 Schroef de knop los. 4 Steek een ontbloot draadeind in het gat aan de zijkant van de aansluiting. 12 5 Rood: positief (+) Zwart: negatief (–) 4 LUIDSPREKER SETUP Voor-luidsprekers (A) Rechts Links Surroundluidsprekers Rechts Links Subwoofer-systeem 1 3 + – – 6 7 VOORBEREIDINGEN 2 SPEAKERS + + + – – A R L SURROUND B + + + – – R FRONT L + – – CENTER SURROUND BACK 4 Voor-luidsprekers (B) 5 Middenluidspreker Surround achter-luidspreker ■ FRONT aansluitingen U kunt hierop een enkel of twee luidsprekersystemen (2, 3) aansluiten. Als u een enkel luidsprekersysteem gebruikt, kunt u dit naar keuze met de FRONT A of de B aansluitingen verbinden. 4 ■ CENTER aansluitingen Hierop kunt u een midden-luidspreker (4) aansluiten. 2 1 6 3 ■ SURROUND aansluitingen Hierop kunt u surround-luidsprekers (6, 7) aansluiten. 7 5 ■ SUBWOOFER aansluiting Sluit hierop een subwoofer met ingebouwde eindversterker (1) aan, zoals het YAMAHA Active Servo Processing Subwoofer System. Opstelling van de luidsprekers ■ SURROUND BACK aansluitingen Nederlands Hierop kunt u een surround achter-luidspreker (5) aansluiten. 13 AANSLUITINGEN AANSLUITINGEN Stofkapje Trek het kapje van de optische aansluiting voor u er de optische glasvezelkabel op aansluit. Gooi het stofkapje niet weg. Wanneer u de optische aansluiting niet gebruikt, dient u het stofkapje er weer op te doen. Dit kapje beschermt de aansluiting tegen stof en vuil. Voor u componenten gaat aansluiten LET OP Sluit dit toestel of één van de andere componenten pas aan op het lichtnet wanneer alle verbindingen tussen de componenten gemaakt zijn. ■ Kabelaanduidingen ■ Video-aansluitingen Voor analoge signalen linker analoge bedrading L rechter analoge bedrading R Voor digitale signalen optische kabels O coaxiale bedrading C Voor videosignalen videobedrading V S-videobedrading S Dit toestel heeft drie soorten video-aansluitingen. Welke aansluiting u nodig heeft hangt af van die van uw beeldscherm. De signalen die binnenkomen via de S VIDEO aansluitingen worden automatisch omgezet voor weergave via de VIDEO aansluitingen. Wanneer V. CONV. op ON wordt ingesteld (zie bladzijde 53), kunnen signalen die binnenkomen via de VIDEO aansluitingen worden weergegeven via de S VIDEO en via de COMPONENT VIDEO aansluitingen. S VIDEO VIDEO COMPONENT VIDEO PR PB Y PR component videokabels PB Y ■ Analoge aansluitingen Analoge signalen van andere audiocomponenten kunt u via tulpstekkerkabels aansluiten op de analoge aansluitingen van dit toestel. Verbind de rode stekkers met de rechter en de witte stekkers met de linker aansluitingen. ■ Digitale aansluitingen Dit toestel heeft digitale aansluitingen voor directe transmissie van digitale signalen via coaxiale bedrading of optische glasvezelkabels. U kunt de digitale aansluitingen gebruiken voor PCM, Dolby Digital en DTS ingangssignalen. Wanneer u een bepaalde component zowel met de COAXIAL als met de OPTICAL aansluiting verbindt, zal het via de COAXIAL aansluiting binnenkomende signaal voorrang krijgen. Alle digitale ingangsaansluitingen zijn geschikt voor digitale signalen met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz. Opmerking In dit toestel is de verwerking van digitale signalen gescheiden van de verwerking van analoge signalen. Daarom kunnen audiosignalen die binnenkomen via de analoge ingangsaansluitingen ook alleen via de analoge OUT (REC) uitgangsaansluitingen worden weergegeven. Op dezelfde manier zullen via de digitale (OPTICAL of COAXIAL) ingangsaansluitingen binnenkomende signalen alleen via de DIGITAL OUTPUT uitgangsaansluitingen worden weergegeven. 14 VIDEO aansluitingen Voor conventionele composiet videosignalen. S VIDEO aansluitingen Voor S-videosignalen, in luminantie (Y) en kleur (C) gescheiden videosignalen voor een betere beeldkwaliteit. COMPONENT VIDEO aansluitingen Voor component videosignalen, in luminantie (Y) en kleurverschil (PB, PR) gescheiden videosignalen voor de beste beeldkwaliteit. Signaalschema binnenin het toestel Ingang Uitgang (MONITOR OUT) COMPONENT VIDEO S VIDEO VIDEO Alleen wanneer V. CONV. op ON (aan) staat (zie bladzijde 53). Opmerking Wanneer er zowel signalen binnenkomen via de S VIDEO als via de VIDEO aansluitingen, krijgen de via de S VIDEO aansluiting binnenkomende signalen voorrang. AANSLUITINGEN Aansluiten van videocomponenten ■ Aansluitingen voor DVD weergave Opmerking U moet uw videocomponenten op dezelfde manier aansluiten op dit toestel als uw videomonitor indien V. CONV. (zie bladzijde 53) is ingesteld op OFF. Wanneer u bijvoorbeeld uw videomonitor op dit toestel heeft aangesloten via een VIDEO aansluiting, dient uw videocomponenten ook via VIDEO aansluitingen met dit toestel te verbinden. (Zelfs wanneer V. CONV. op OFF is ingesteld, zullen S-videosignalen die worden ontvangen van uw videocomponent automatisch door dit toestel worden omgezet naar composiet videosignalen.) VOORBEREIDINGEN Video uitgang Optische uitgang DVD-speler Audio uitgang R O L V PR S PB Y COMPONENT VIDEO Y PB PR DVD AUDIO R VIDEO L VIDEO S VIDEO DVD MONITOR OUT Video ingang Beeldscherm DVD VIDEO S VIDEO MONITOR OUT DIGITAL INPUT Nederlands 15 AANSLUITINGEN ■ Apparatuur verbinden met de MULTI CH INPUT aansluitingen Dit toestel is voorzien van 6 extra ingangsaansluitingen (links en rechts FRONT, CENTER, links en rechts SURROUND en SUBWOOFER) voor gescheiden multikanaals ingangssignalen van een multiformaat-speler, externe decoder, sound processor of voorversterker. Verbind de uitgangsaansluitingen van uw multiformaat-speler of externe decoder met de MULTI CH INPUT aansluitingen. Let er goed op dat u de linker en rechter uitgangen verbindt met de linker en rechter ingangsaansluitingen voor zowel de voor- als de surroundkanalen. MULTI CH INPUT R L FRONT SURROUND CENTER SUB WOOFER R L Subwoofer uitgang R L Middenkanaal uitgang Voorkanaal uitgang Multiformaat-speler/ externe decoder Surroundkanaal uitgang Opmerkingen • Wanneer u MULTI CH INPUT als signaalbron selecteert, zal dit toestel automatisch de digitale geluidsveldprocessor uitschakelen en zult u geen geluidsveldprogramma’s kunnen selecteren. • Dit toestel is niet in staat de via de MULTI CH INPUT aansluitingen binnenkomende signalen zo te herschikken dat er wordt gecompenseerd voor eventueel in uw systeem ontbrekende luidsprekers. Daarom bevelen we u aan tenminste een 5.1-kanaals luidsprekersysteem aan te sluiten voor u gebruik maakt van deze functie. • Wanneer er een hoofdtelefoon is aangesloten, zullen alleen de linker en rechter voorkanalen worden weergegeven. 16 AANSLUITINGEN ■ Aansluitingen voor andere videocomponenten Opmerkingen • U moet uw videocomponenten op dezelfde manier aansluiten op dit toestel als uw videomonitor indien V. CONV. (zie bladzijde 53) is ingesteld op OFF. Wanneer u bijvoorbeeld uw videomonitor op dit toestel heeft aangesloten via een VIDEO aansluiting, dient uw videocomponenten ook via VIDEO aansluitingen met dit toestel te verbinden. (Zelfs wanneer V. CONV. op OFF is ingesteld, zullen S-videosignalen die worden ontvangen van uw videocomponent automatisch door dit toestel worden omgezet naar composiet videosignalen.) • Geconverteerde videosignalen worden alleen weergegeven via de MONITOR OUT aansluitingen. Wanneer u iets wilt opnemen moet u gebruik maken van hetzelfde soort video-aansluitingen (bijv. S-video) tussen alle betrokken componenten. Video uitgang VOORBEREIDINGEN Optische uitgang Kabel TV of satellietontvanger Audio uitgang O R V L PR S PB Y COMPONENT VIDEO Y PB PR AUDIO VIDEO L R VIDEO S VIDEO DTV/ CBL MONITOR OUT DTV/ CBL Video ingang Beeldscherm IN VCR OUT DTV/CBL VIDEO S VIDEO MONITOR OUT DIGITAL INPUT R L R Audio ingang Audio uitgang S V L Video uitgang VIDEO AUX VIDEO L V L AUDIO R R Audio uitgang R Audio uitgang L Spelcomputer of videocamera Video uitgang 17 Nederlands Via deze aansluitingen kunt u allerlei videobronnen, zoals spelcomputers of videocamera’s, aansluiten op dit toestel. S Video ingang DVD-recorder of videorecorder ■ VIDEO AUX aansluitingen (op het voorpaneel) V AANSLUITINGEN Aansluiten van audiocomponenten ■ Aansluitingen voor audiocomponenten DIGITAL OUTPUT MD/CD-R OPTICAL Audio uitgang MD/CD-R L CD-speler R CD IN (PLAY) Coaxiale uitgang MD/ CD-R C OUT (REC) CD COAXIAL L R DIGITAL INPUT AUDIO O R L R Audio uitgang L Audio ingang MD-recorder of cassettedeck Optische uitgang Optische ingang 18 O AANSLUITINGEN Aansluiten van de FM en AM antennes Dit toestel wordt geleverd met zowel een FM als een AM binnenantenne. Normaal gesproken zorgen deze antennes voor een voldoende sterke ontvangst. Verbind de antennes op de juiste manier met de bijbehorende aansluitingen. AM ringantenne (meegeleverd) FM binnenantenne (meegeleverd) Opmerkingen • De AM ringantenne moet niet te dicht bij dit toestel geplaatst worden. • De AM ringantenne moet altijd aangesloten blijven, zelfs als er een AM buitenantenne op dit toestel is aangesloten. • Een goed geïnstalleerde buitenantenne geeft een betere ontvangst dan een binnenantenne. Als u last heeft van een slechte ontvangst, probeer dan of de ontvangst verbetert met een buitenantenne. Vraag bij uw dichtstbijzijnde erkende YAMAHA dealer of service-centrum naar de mogelijkheden met buitenantennes. TUNER 75Ω UNBAL. FM ANT GND AM ANT Aarde (GND aansluiting) 1 Maak de meegeleverde 75 Ohm/300 Ohm antenneadapter open. 2 Strip de buitenmantel van de 75 Ohm coaxiale kabel en maak deze klaar voor het aansluiten. Voor de grootst mogelijke veiligheid en zo min mogelijk storing dient u de antenne GND aansluiting goed te aarden. Een goede aarding wordt bijvoorbeeld verzorgd door een metalen staaf die in vochtige grond gedreven is. ■ Aansluiten van de AM ringantenne 1 3 11 8 6 Knip de verbindingsdraad door en verwijder deze. VOORBEREIDINGEN ■ Aansluiten van de 75 Ohm/300 Ohm antenne-adapter (alleen bij modellen voor het V.K.) Eenheid: mm Verbindingsdraad Maak de AM ringantenne gebruiksklaar. 4 Houd het lipje ingedrukt zodat u de AM antennedraden in de AM ANT en GND aansluitingen kunt steken. 3 Stel de AM ringantenne zo op dat u de beste ontvangst verkrijgt. 5 Klem Klem Steek de draad in de sleuf Klik de behuizing weer dicht. Nederlands 2 Steek de binnendraad van de kabel in de sleuf en klem de kabel vast met een tang. 19 AANSLUITINGEN Aansluiten van het netsnoer ■ Aansluiten van het netsnoer Steek de stekker van het netsnoer in het stopcontact. ■ AC OUTLET(S) (SWITCHED) Modellen voor het V.K. ............... 1 Netstroomaansluiting Overige modellen .................... 2 Netstroomaansluitingen Via de netstroomaansluitingen op dit toestel kunt u andere componenten in uw systeem van stroom voorzien. De stroomvoorziening van de AC OUTLET(S) stopcontacten wordt geregeld door de STANDBY/ON toets van dit toestel (of SYSTEM POWER en STANDBY). Deze aansluiting(en) voorzien de erop aangesloten componenten van stroom wanneer dit toestel aan staat. Voor informatie over het maximale vermogen (totale stroomverbruik van de componenten) verwijzen we u naar de “TECHNISCHE GEGEVENS” op bladzijde 76. ■ Geheugen back-up De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om een andere reden langer dan een week onderbroken wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan. 20 AANSLUITINGEN Instelling luidsprekerimpedantie Inschakelen van de stroom Wanneer alle aansluitingen gemaakt zijn, kunt u dit toestel aan zetten. LET OP Als u luidsprekers van 4 of 6 Ohm gebruikt, dient u de impedantie als volgt in te stellen op 4 of 6 Ohm voor u de stroom inschakelt. VOLUME Zorg ervoor dat het toestel uit (standby) staat. PRESET/TUNING l PRESET/TUNING h A/B/C/D/E FM/AM EDIT NEXT MEMORY MAN'L/AUTO FM LEVEL PROGRAM TUNING MODE AUTO/MAN'L MONO INPUT PHONES SPEAKERS A B 1 STRAIGHT EFFECT Terwijl u de ene toets ingedrukt houdt, drukt u op de andere TONE CONTROL INPUT MODE VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT SILENT CINEMA STANDBY/ON CODE SET TRANSMIT SYSTEM STANDBY /ON STANDBY Verdraai PROGRAM om door het menu te bladeren en selecteer “SP IMP.”. POWER POWER POWER TV AV CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN SYSTEM POWER AMP VCR 2 MULTI CH INPUT STANDBY /ON VOORBEREIDINGEN Zet het toestel uit, houd STRAIGHT (EFFECT) ingedrukt en druk op STANDBY/ON. Dit toestel wordt ingeschakeld en het uitgebreid setup menu zal verschijnen op het display op het voorpaneel. STRAIGHT TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT VOLUME PROGRAM Druk op STANDBY/ON (of op SYSTEM POWER op de afstandsbediening) om dit toestel aan te zetten. SYSTEM POWER STANDBY /ON 3 Druk net zo vaak op STRAIGHT (EFFECT) tot u “4 Ω MIN” heeft geselecteerd. Voorpaneel of Afstandsbediening STRAIGHT EFFECT 4 Druk op STANDBY/ON om de stroom uit te schakelen. STANDBY /ON De gemaakte instelling wordt de volgende keer wanneer u dit toestel aan zet in werking gesteld. Nederlands 21 BASIS SETUP BASIS SETUP De basis setup is handig wanneer u uw systeem snel en met minimale inspanningen klaar voor gebruik wilt maken. 3 Druk op ENTER om de BASIC SETUP te openen. y PRESET/CH • Als u het toestel met de hand nog precieser wilt instellen, kunt u de gedetailleerde instellingen van het SOUND MENU (bladzijde 50) gebruiken in plaats van het BASIC SETUP menu. • Als u een instelling verandert via de BASIC SETUP, zullen alle instellingen in het SOUND MENU worden teruggezet. • De begininstellingen voor elk van de parameters worden vet aangegeven. Gebruiken van het BASIC SETUP menu ENTER A/B/C/D/E De ROOM parameter zal op het display op het voorpaneel verschijnen. 4 Voor u begint: • Druk op SPEAKERS A of B op het voorpaneel (of druk op AMP, selecteer de AMP stand en druk vervolgens op SPEAKERS A of B op de afstandsbediening) om de set voor-luidsprekers die u wilt gebruiken te selecteren. • U moet uw hoofdtelefoon losmaken van het toestel. CODE SET TRANSMIT 1 2 3 STANDARD SELECT EXTD SUR. 5 6 ROOM: S M >L Kies de afmetingen van de kamer waar u uw luidsprekers heeft opgesteld. De afmetingen zijn grofweg als volgt gedefinieerd: S (klein) 3,6 x 2,8m, 10m2 M (medium) 4,8 x 4,0m, 20m2 L (groot) 6,3 x 5,0m, 30m2 4 DIRECT ST. 7 8 NIGHT STRAIGHT SYSTEM STANDBY POWER POWER POWER TV AV CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN A SPEAKERS B 9 0 1 ENT. EFFECT LEVEL PRESET/CH TITLE SET MENU MENU ENTER AMP VCR 10 Druk op j / i om de gewenste instelling te selecteren. A/B/C/D/E RETURN DISPLAY 2,15 3-14 5 Druk op d om de SUBWOOFER parameter te laten verschijnen. REC AUDIO TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT VOLUME DISC SKIP PRESET/CH ENTER 1 A/B/C/D/E Druk op AMP. AMP 6 2 Druk op SET MENU. “BASIC SETUP” zal op het display op het voorpaneel verschijnen. SET MENU MENU 22 BASIC SETUP Druk op j / i om de gewenste instelling te selecteren. SUBWOOFER..YES YES NONE Als u een subwoofer in uw systeem heeft. Als u geen subwoofer in uw systeem heeft. BASIS SETUP 7 Druk op d om de SPEAKERS parameter te laten verschijnen. 11 Druk op ENTER om uw keuze te bevestigen. PRESET/CH PRESET/CH ENTER A/B/C/D/E ENTER A/B/C/D/E Druk op j / i en selecteer het aantal luidsprekers dat u aangesloten heeft. SPEAKERS..6spk Keuzes 9 Display 2spk L C R SL SB SR 3spk L C R SL SB SR 4spk L C R SL SB SR 5spk L C R SL SB SR 6spk L C R SL SB SR CHECK:TestTone Luidsprekers VOORBEREIDINGEN 8 Als u SET selecteert, zult u om beurten uit elk van de luidsprekers een testtoon horen. “CHECK:TestTone” zal een paar seconden op het display op het voorpaneel getoond worden, gevolgd door “CHECK OK?”. L/R voor CHECK OK? L/R voor, midden 12 YES Druk op j / i om de gewenste instelling te selecteren. L/R voor, L/R surround CHECK OK? L/R voor, midden, L/R surround YES L/R voor, midden, L/R surround, surround achter NO YES Hiermee sluit u de instelling af als de testtoon via elk van de luidsprekers goed klonk. Hiermee gaat u door naar het SP LEVEL instelmenu voor het uitgangsniveau van de verschillende luidsprekers. Druk op d zodat SET/CANCEL verschijnt. 13 Druk op ENTER om uw keuze te bevestigen. PRESET/CH PRESET/CH ENTER A/B/C/D/E ENTER A/B/C/D/E 10 Druk op j / i om de gewenste instelling te selecteren. Als u bij stap 12 NO heeft gekozen, zal het instelscherm voor het niveau van de voorluidsprekers op het display op het voorpaneel verschijnen. >SET CANCEL SET CANCEL Nederlands Om de instellingen die u in de stappen 4 t/m 8 heeft gewijzigd definitief te maken. Om de instelfunctie te verlaten zonder wijzigingen aan te brengen. 23 BASIS SETUP ■ Op elkaar afstemmen van de luidsprekerniveaus Voer de volgende stappen uit in vervolg op stap 13 (zie bladzijde 23). VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER CD VOLUME SP A dB L C R SL SR Het toestel geeft de testtoon om en om weer via de geselecteerde luidspreker en de linker voor- (of linker surround-) luidspreker. De indicator voor de luidspreker die op dit moment de testtoon produceert knippert op het display op het voorpaneel. 14 Druk op d / u om een luidspreker te selecteren en gebruik vervolgens j / i om de juiste balans in te stellen. Het instelbereik loopt van +10 dB t/m –10 dB. FR ----||---Instellen van de balans tussen de linker en de rechter voor-luidsprekers. C ----||---Instellen van de balans tussen de linker voor- en de midden-luidspreker. SL ----||---Instellen van de balans tussen de linker voor- en de linker surround-luidspreker. SB ----||---Instellen van de balans tussen de linker surround- en de surround achter-luidspreker. SR ----||---Instellen van de balans tussen de linker surround- en de rechter surround-luidspreker. SWFR ----||---Instellen van de balans tussen de linker voorluidspreker en de subwoofer. 15 24 Druk op SET MENU om de instelfunctie te verlaten nadat u de weergave van de luidsprekers op elkaar hebt afgestemd. Geheugen back-up De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om een andere reden langer dan een week onderbroken wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan. In een dergelijk geval dient u de instellingen opnieuw te maken. WEERGAVE WEERGAVE Basisbediening 4 Selecteer de signaalbron. Gebruik INPUT (of druk op de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening) om de gewenste signaalbron te selecteren. VOLUME PRESET/TUNING FM/AM EDIT A/B/C/D/E l PRESET/TUNING h NEXT LEVEL PROGRAM MEMORY MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN AUTO/MAN'L MONO PHONES SPEAKERS A B CD INPUT TUNING MODE MAN'L/AUTO FM INPUT STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE of MULTI CH INPUT STANDBY /ON VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT SILENT CINEMA AMP VCR 1 3 7 CODE SET 6 SYSTEM STANDBY POWER TV AV MD/CD-R TUNER SLEEP 4 3,7 DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN POWER TV VOL TV CH TV CH VOLUME VCR TV MUTE TV INPUT STEREO MUSIC ENTERTAIN MOVIE 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 7 8 NIGHT STRAIGHT A SPEAKERS B VOLUME 9 0 +10 DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER CD SP A dB L 7 ENT. Geselecteerde signaalbron 3 EFFECT PRESET/CH 1 V-AUX VOLUME MUTE AMP VCR TV VOL Afstandsbediening De naam van de geselecteerde signaalbron en de ingangsfunctie worden een paar seconden lang op het display getoond. TRANSMIT CD POWER Voorpaneel 6 Druk op STANDBY/ON (of op SYSTEM POWER op de afstandsbediening) om dit toestel aan te zetten. R Ingangsfunctie 5 Start de weergave of stem af op een zender op de broncomponent. Raadpleeg de handleiding van de betreffende component. 6 Zet het volume op het gewenste niveau. BASISBEDIENING 1 4 SYSTEM POWER STANDBY /ON of Voorpaneel Afstandsbediening VOLUME 2 Zet het beeldscherm dat is aangesloten op dit toestel aan. 3 Druk op SPEAKERS A of B (of druk op AMP om de AMP stand te selecteren en druk vervolgens op SPEAKERS A of B op de afstandsbediening). Met elke druk op de toets wordt de bijbehorende set luidsprekers in- of uitgeschakeld. SPEAKERS B A AMP of Voorpaneel of Voorpaneel VOLUME Afstandsbediening A SPEAKERS B 9 0 Afstandsbediening Nederlands 25 WEERGAVE ■ Toonregeling 7 Kies, indien gewenst, een geluidsveldprogramma. Verdraai PROGRAM (of druk op AMP om de AMP stand te selecteren en vervolgens op één van de geluidsveldprogrammatoetsen op de afstandsbediening) om een geluidsveldprogramma te selecteren. (Zie bladzijde 43 voor details over geluidsveldprogramma’s.) PROGRAM Voorpaneel of AMP STEREO MUSIC ENTERTAIN MOVIE 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 7 8 NIGHT STRAIGHT A SPEAKERS B 9 0 10 ENT. EFFECT Afstandsbediening ■ Luisteren met een hoofdtelefoon (“SILENT CINEMA”) De “SILENT CINEMA” functie stelt u in staat naar multikanaals materiaal of filmsoundtracks, inclusief Dolby Digital en DTS surroundmateriaal, te luisteren met een normale hoofdtelefoon. “SILENT CINEMA” wordt automatisch ingeschakeld wanneer u een hoofdtelefoon aansluit op de PHONES aansluiting terwijl u luistert met de CINEMA DSP of HiFi DSP geluidsveldprogramma’s. Indien ingeschakeld zal de “SILENT CINEMA” indicator oplichten op het display op het voorpaneel. Opmerkingen • Dit toestel kan niet overschakelen naar de “SILENT CINEMA” functie wanneer u MULTI CH INPUT heeft geselecteerd als signaalbron. • “SILENT CINEMA” staat buiten werking wanneer Direct Stereo of 2ch Stereo is geselecteerd, of wanneer de STRAIGHT functie is ingeschakeld. 26 U kunt de tonale kwaliteit regelen TONE CONTROL van de weergave via uw linker en rechter voor-luidsprekers of uw hoofdtelefoon (indien aangesloten). Druk herhaaldelijk op TONE PROGRAM CONTROL op het voorpaneel, kies tussen TREBLE (hoge tonen) en BASS (lage tonen) en daai vervolgens PROGRAM naar rechts of naar links om de gekozen tonen te versterken of te verzwakken. • Selecteer TREBLE om de weergave van de hoge tonen te regelen. • Selecteer BASS om de weergave van de lage tonen te regelen. y De instellingen voor de luidsprekers en die voor de hoofdtelefoon worden apart opgeslagen. Opmerkingen • Als u de hoge of lage tonen teveel versterkt of verzwakt, is het mogelijk dat de toonkleur van de surround-luidsprekers niet meer overeenkomt met die van de linker en rechter voorluidsprekers. • TONE CONTROL kan niet worden gebruikt met het Direct Stereo programma (bladzijde 30) of met MULTI CH INPUT. • Wanneer TC.BYPASS op “AUTO” staat (bladzijde 52) en BASS of TREBLE op 0 dB wordt gezet, zal het audiosignaal automatisch de toonregelingsschakelingen van dit toestel onveranderd passeren. ■ Tijdelijk uitschakelen van de geluidsweergave Druk op MUTE op de afstandsbediening. De MUTE indicator gaat knipperen op het display op het voorpaneel. Druk nog eens op MUTE om de geluidsweergave te hervatten (of druk op VOLUME +/–). De MUTE indicator zal van het display verdwijnen. MUTE y U kunt instellen hoe ver het volume verlaagd wordt (zie bladzijde 52). WEERGAVE ■ Selecteren van MULTI CH INPUT Druk op MULTI CH INPUT (of MULTI CH IN op de afstandsbediening) zodat “MULTI CH INPUT” op het display op het voorpaneel verschijnt. Selecteren van geluidsveldprogramma’s ■ Bediening via het voorpaneel MULTI CH INPUT MULTI CH IN of VOLUME Voorpaneel Afstandsbediening PRESET/TUNING FM/AM l PRESET/TUNING h A/B/C/D/E EDIT NEXT MEMORY MAN'L/AUTO FM LEVEL PROGRAM TUNING MODE AUTO/MAN'L MONO INPUT PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE MULTI CH INPUT STANDBY /ON VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT MULTI CH INPUT SILENT CINEMA Opmerking PROGRAM Verdraai PROGRAM om het gewenste geluidsveldprogramma te selecteren. De naam van het geselecteerde programma zal verschijnen op het display op het voorpaneel. PROGRAM ■ Afspelen van video op de achtergrond U kunt videobeelden van een videobron combineren met geluid van een audiobron. Zo kunt u bijvoorbeeld naar klassieke muziek luisteren terwijl u op uw beeldscherm kijkt naar mooie landschapsopnamen. Gebruik de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening om de gewenste videobron te selecteren en kies vervolgens de audiobron. CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER BASISBEDIENING Wanneer “MULTI CH INPUT” wordt getoond op het display, kan er geen andere signaalbron worden weergegeven. Om een andere signaalbron te selecteren met INPUT (of één van de ingangskeuzetoetsen), dient u op MULTI CH INPUT (of MULTI CH IN op de afstandsbediening) te drukken zodat de melding “MULTI CH INPUT” van het display op het voorpaneel verdwijnt. CD VOLUME SP A HiFi DSP TV Sports dB L R Programmanaam Audiobronnen VCR AMP Videobronnen Opmerking Als u het geluid van de MULTI CH INPUT aansluitingen wilt laten weergeven met een videobron, moet u eerst de videobron selecteren en vervolgens op MULTI CH INPUT (of MULTI CH IN op de afstandsbediening) drukken. Nederlands 27 WEERGAVE ■ Afstandsbediening CODE SET TRANSMIT ■ Genieten van multikanaals materiaal TV VOL TV CH VOLUME SYSTEM POWER AMP POWER STANDBY POWER TV AV CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN TV INPUT MUSIC ENTERTAIN 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 7 8 NIGHT STRAIGHT MUTE AMP VCR TV MUTE STEREO A SPEAKERS B 9 0 MOVIE 10 Toetsen voor de geluidsveldprogramma’s ENT. EFFECT TV VOL TV CH VOLUME PRESET/CH LEVEL SET MENU TITLE TV MUTE MENU TV INPUT ENTER Druk op AMP om de AMP bedieningsfunctie in te schakelen en druk vervolgens net zo vaak op één van de toetsen voor de geluidsveldprogramma’s tot u het gewenste programma geselecteerd heeft. De naam van het geselecteerde programma zal verschijnen op het display op het voorpaneel. AMP STEREO MUSIC ENTERTAIN MOVIE 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 7 8 NIGHT STRAIGHT A SPEAKERS B 9 0 10 Als u een surround achter-luidspreker heeft aangesloten, kunt u via deze functie profiteren van 6.1-kanaals weergave van multikanaals signaalbronnen met behulp van de Dolby Pro Logic IIx, Dolby Digital EX of DTS-ES decoder. Druk op AMP op de afstandsbediening om de AMP bedieningsfunctie in te schakelen en druk vervolgens op EXTD SUR. om te schakelen tussen 5.1- en 6.1-kanaals weergave. EXTD SUR. AMP 7 Om een decoder te selecteren, dient u herhaaldelijk op j / i te drukken wanneer PLIIxMusic (enz.) wordt getoond. PRESET/CH ENTER A/B/C/D/E ENT. EFFECT VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER CD VOLUME SP A HiFi DSP TV Sports dB L R Programmanaam y Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak en voorkeuren, niet alleen op basis van de naam van het programma. Opmerkingen • Wanneer u een bepaalde signaalbron selecteert, zal het toestel automatisch het laatst met die signaalbron gebruikte geluidsveldprogramma instellen. • Er kunnen geen geluidsveldprogramma’s worden gebruikt wanneer u MULTI CH INPUT heeft geselecteerd. • Signalen met een hogere bemonsteringsfrequentie dan 48 kHz (met uitzondering van DTS 96/24 signalen) zullen worden teruggebracht tot 48 kHz, waarna er geluidsveldprogramma’s op kunnen worden toegepast. Automatische selectie (AUTO) Wanneer er een speciale code (vlag) die door dit toestel kan worden herkend in het ingangssignaal aanwezig is, zal het toestel zelf de optimale decoder voor weergave via 6.1 kanalen selecteren. Als het toestel de ‘vlag’ niet kan herkennen of als het signaal geen ‘vlag’ bevat, kan er niet automatisch via 6.1 kanalen worden weergegeven. Decoders (selecteren met j / i) Afhankelijk van de formattering van het weergegeven materiaal heeft u de volgende keuzemogelijkheden. PLIIxMusic Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 6.1 kanalen met de Pro Logic IIx muziekdecoder. EX/ES Voor weergave van Dolby Digital signalen via 6.1 kanalen met de Dolby Digital EX decoder. DTS signalen worden weergegeven via 6.1 kanalen met de DTS-ES decoder. EX Voor weergave van Dolby Digital of DTS signalen via 6.1 kanalen met de Dolby Digital EX decoder. Uit (OFF) Er worden geen decoders gebruikt om 6.1 kanalen te creëren. 28 WEERGAVE Wanneer u het SUR. STANDARD programma selecteert: Opmerkingen ■ Genieten van surroundweergave van 2-kanaals materiaal Ingangssignalen afkomstig van 2 kanaals bronnen kunnen ook via meerdere kanalen worden weergegeven. Druk op AMP om de AMP functie te selecteren en druk vervolgens herhaaldelijk op STANDARD op de afstandsbediening om heen en weer te schakelen tussen de SUR. STANDARD en SUR. ENHANCED programma’s. AMP STANDARD 5 Of druk op MOVIE om het MOVIE THEATER programma te selecteren. MOVIE 4 Druk op SELECT op de afstandsbediening om de decoder te selecteren. PRO LOGIC Dolby Pro Logic verwerking voor elk bronmateriaal. PLII Movie Dolby Pro Logic II verwerking voor filmmateriaal. PLII Music Dolby Pro Logic II verwerking voor muziekmateriaal. PLII Game Dolby Pro Logic II verwerking voor spelmateriaal. PLIIx Movie Dolby Pro Logic IIx verwerking voor filmmateriaal. PLIIx Music Dolby Pro Logic IIx verwerking voor muziekmateriaal. PLIIx Game Dolby Pro Logic IIx verwerking voor spelmateriaal. BASISBEDIENING • Sommige discs met 6.1-kanaals materiaal hebben geen aparte signalering (vlag) die dit toestel automatisch kan detecteren. Wanneer u een dergelijke disc met 6.1-kanaals materiaal afspeelt, dient u met de hand een decoder (PLIIx Music, EX/ES of EX) te kiezen. • In de volgende gevallen is 6.1-kanaals weergave niet mogelijk, ook al wordt EXTD SUR. ingedrukt: – Wanneer “SUR. LR” (zie bladzijde 50) of “SUR. B” (zie bladzijde 50) op NONE staat. – Wanneer de met de MULTI CH INPUT aansluitingen verbonden signaalbron wordt weergegeven. – Wanneer het weergegeven materiaal geen linker en rechter surroundsignalen bevat. – Wanneer er een Dolby Digital KARAOKE signaalbron wordt weergegeven. – Wanneer u “2ch Stereo” of “Direct Stereo” heeft geselecteerd. • Wanneer dit toestel uit wordt gezet, zal deze instelling terugkeren naar AUTO. • De Pro Logic IIx decoder kan niet worden gebruikt wanneer “SUR. B” op NONE is ingesteld (zie bladzijde 50). Neo:6 Cinema DTS verwerking voor filmmateriaal. Neo:6 Music DTS verwerking voor muziekmateriaal. Wanneer u het SUR. ENHANCED of MOVIE THEATER programma selecteert: PRO LOGIC Dolby Pro Logic verwerking voor elk bronmateriaal. PLII Movie Dolby Pro Logic II verwerking voor filmmateriaal. PLIIx Movie Dolby Pro Logic IIx verwerking voor filmmateriaal. Neo:6 Cinema DTS verwerking voor filmmateriaal. y U kunt ook een decoder kiezen met j / i op de afstandsbediening wanneer het decodertype al op het display op het voorpaneel wordt getoond. Opmerking SELECT 6 De Pro Logic IIx decoder is niet beschikbaar wanneer “SUR. B” is ingesteld op NONE (zie bladzijde 50). U kunt kiezen uit de volgende functies, afhankelijk van het materiaal dat wordt afgespeeld en uw persoonlijke voorkeuren. Nederlands 29 WEERGAVE ■ Luisteren naar High Fidelity stereoweergave (Direct Stereo) ■ Middernacht luisterfunctie Direct Stereo stelt u in staat de decoders en DSP processors van dit toestel te passeren zodat u naar het pure HiFi geluid van uw 2-kanaals PCM en analoge bronmateriaal kunt luisteren. De middernacht luisterfuncties zijn ontworpen om bij lage volumes, bijvoorbeeld wanneer u ’s nachts wilt luisteren, toch alles te kunnen verstaan. Kies NIGHT:CINEMA of NIGHT:MUSIC afhankelijk van wat voor materiaal u gaat afspelen. Verdraai PROGRAM (of druk op AMP om de AMP stand te selecteren en vervolgens op DIRECT ST. op de afstandsbediening) om “DIRECT STEREO” te selecteren. Druk op AMP om de AMP functie te selecteren en druk vervolgens herhaaldelijk op NIGHT op de afstandsbediening om te kiezen tussen de bioscoop- (Cinema) of muziekstand (Music). PROGRAM AMP of DIRECT ST. 8 De NIGHT indicator zal oplichten op het display op het voorpaneel wanneer de middernacht luisterfunctie is ingeschakeld. NIGHT AMP Voorpaneel 10 Afstandsbediening DIRECT STEREO Opmerkingen • Om onverwacht lawaai te voorkomen mag u geen DTS gecodeerde CD’s afspelen in deze stand. • Wanneer er multikanaals signalen (Dolby Digital of DTS) binnenkomen in deze stand, zal het toestel automatisch overschakelen naar de corresponderende analoge signaalbron. (Wanneer DTS is ingesteld als ingangsfunctie zal er geen geluid worden weergegeven.) • Er zal geen geluid worden weergegeven via de subwoofer. • De TONE CONTROL (bladzijde 26) en SET MENU (bladzijde 48) instellingen staan buiten werking. • Het display op het voorpaneel wordt automatisch donkerder. • Als u met AMP op de afstandsbediening de AMP stand selecteert en vervolgens op DIRECT ST. drukt, zal het toestel automatisch in de Direct Stereo weergavefunctie gaan en kunt u geen andere geluidsveldprogramma’s meer inschakelen. • Selecteer NIGHT:CINEMA wanneer u naar een film gaat kijken om het dynamisch bereik van de soundtrack te verminderen en de gesproken tekst beter verstaanbaar te maken bij lagere volumes. • Selecteer NIGHT:MUSIC wanneer u naar muziek wilt luisteren om alle geluiden beter verstaanbaar te maken. • Selecteer OFF als u deze functie niet wilt gebruiken. Druk op j / i om het effectniveau in te stellen terwijl NIGHT:CINEMA of NIGHT:MUSIC getoond wordt. Hiermee kunt u regelen hoeveel het dynamisch bereik wordt gecomprimeerd. PRESET/CH ENTER A/B/C/D/E Afstandsbediening Effect.Lvl:MID • Selecteer MIN voor minimale compressie. • Selecteer MID voor standaard compressie. • Selecteer MAX voor maximale compressie. y De NIGHT:CINEMA en NIGHT:MUSIC instellingen worden apart opgeslagen. Opmerkingen • U kunt de middernacht luisterfuncties niet gebruiken met het Direct Stereo programma of met MULTI CH INPUT. • Hoe groot het effect is van de nachtluisterfuncties hangt mede af van het weergegeven materiaal en van uw instellingen voor surroundweergave. 30 WEERGAVE ■ Terugmengen naar 2 kanalen ■ Virtual CINEMA DSP U kunt naar multikanaals bronmateriaal luisteren als 2kanaals stereoweergave. Virtual CINEMA DSP stelt u in staat te profiteren van de CINEMA DSP programma’s zonder surroundluidsprekers. Dit programma maakt virtuele luidsprekers om het oorspronkelijke geluidsveld te reproduceren. Als u “SUR. LR” op NONE (zie bladzijde 50), zal Virtual CINEMA DSP automatisch worden ingeschakeld wanneer u een CINEMA DSP geluidsveldprogramma selecteert. Verdraai PROGRAM (of druk op AMP om de AMP stand te selecteren en vervolgens op STEREO op de afstandsbediening) om 2ch Stereo te selecteren. Opmerking PROGRAM AMP of STEREO 1 Voorpaneel Afstandsbediening In de volgende gevallen zal Virtual CINEMA DSP niet in werking treden, ook al staat “SUR. LR” op NONE (zie bladzijde 50): – Wanneer u MULTI CH INPUT heeft geselecteerd als signaalbron. – Wanneer er een hoofdtelefoon in de PHONES aansluiting zit. BASISBEDIENING 2ch Stereo y U kunt een subwoofer gebruiken met dit programma wanneer SWFR of BOTH is ingesteld bij “BASS OUT”. ■ Luiteren naar onveranderde ingangssignalen In de STRAIGHT functie zal tweekanaals stereomateriaal alleen via de linker en rechter voor-luidsprekers worden weergegeven. Multikanaals materiaal zal rechtstreeks via de diverse kanalen worden weergegeven zonder verdere toevoeging van effecten. Druk op STRAIGHT (of druk op AMP om de AMP stand te selecteren en vervolgens op STRAIGHT op de afstandsbediening) om STRAIGHT te selecteren. STRAIGHT STRAIGHT AMP of ENT. EFFECT Voorpaneel EFFECT Afstandsbediening STRAIGHT Druk nog eens op STRAIGHT (EFFECT) zodat “STRAIGHT” verdwijnt van het display wanneer u de geluidseffecten weer wilt inschakelen. Nederlands 31 WEERGAVE ■ Tonen van informatie over de signaalbron Selecteren van ingangsfuncties Dit toestel is uitgerust met allerlei ingangsaansluitingen. U kunt als volgt bepalen wat voor ingangssignalen u wilt gebruiken. 1 U kunt het type, de formattering en de bemonsteringsfrequentie van het huidige ingangssignaal laten zien. 1 Selecteer de signaalbron. Verdraai INPUT om de gewenste signaalbron te selecteren. INPUT MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN AMP VCR 2 2 CD Druk op INPUT MODE om de ingangsfunctie te selecteren. In de meeste gevallen kunt u gewoon AUTO gebruiken. Druk op AMP om de AMP bedieningsfunctie in te schakelen en druk vervolgens op STRAIGHT zodat “STRAIGHT” op het display verschijnt. STRAIGHT AMP INPUT MODE ENT. vervolgens EFFECT VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER STRAIGHT CD VOLUME SP A dB L R 3 Signaalbron AUTO DTS ANALOG Ingangsfunctie Ingangssignalen worden automatisch geselecteerd in deze volgorde: 1) Digitale signalen* 2) Analoge signalen Alleen DTS gecodeerde digitale signalen zullen worden geselecteerd. Als er geen DTS signalen binnenkomen, zal er geen geluid worden weergegeven. Er zullen alleen analoge signalen worden geselecteerd. Als er geen analoge signalen binnenkomen, zal er geen geluid worden weergegeven. * Wanneer het toestel een Dolby Digital of DTS signaal detecteert, zal er automatisch worden overgeschakeld naar de bijbehorende decoder. y U kunt de standaard ingangsfunctie van dit toestel zelf bepalen (zie bladzijde 52). Opmerkingen • Wanneer er een DTS-CD/LD wordt afgespeeld, moet u INPUT MODE op DTS instellen. • Als het digitale uitgangssignaal van de speler op de een of andere manier bewerkt is, is het misschien niet meer mogelijk het DTS signaal te decoderen, ook al bestaat er een voor de speler in kwestie geschikte digitale verbinding tussen de speler en dit toestel. 32 Druk op u / d om de volgende informatie over het ingangssignaal te laten verschijnen. PRESET/CH ENTER A/B/C/D/E (Formattering) De formattering van het signaal wordt getoond. Wanneer het toestel geen digitaal signaal kan detecteren, wordt er automatisch overgeschakeld naar analoog. in Aantal bronkanalen in het ingangssignaal. Bijvoorbeeld een multikanaals soundtrack met 3 voorkanalen, 2 surroundkanalen en een LFE kanaal, zal worden getoond als “3/2/LFE”. fs Bemonsteringsfrequentie. Wanneer het toestel de bemonsteringsfrequentie niet kan bepalen, zal “Unknown” verschijnen. rate Bitsnelheid. Wanneer het toestel de bitsnelheid niet kan bepalen, zal “Unknown” verschijnen. Signalering (vlag) die in DTS of Dolby flg Digital signalen is meegecodeerd en die dit toestel in staat stelt automatisch van decoder te wisselen. AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO Automatisch en handmatig afstemmen 3 U kunt op 2 manieren afstemmen op een radiozender: automatisch of met de hand. Automatisch afstemmen gaat goed wanneer u sterke signalen ontvangt en er weinig storing is. Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO) zodat de AUTO indicator op het display oplicht. TUNING MODE AUTO AUTO/MAN'L MONO Licht op Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display, kunt u niet afstemmen. Druk op PRESET/TUNING (EDIT) om de dubbele punt (:) uit te schakelen. ■ Automatisch afstemmen VOLUME PRESET/TUNING FM/AM EDIT A/B/C/D/E l PRESET/TUNING h NEXT LEVEL PROGRAM MEMORY MAN'L/AUTO FM PRESET/TUNING EDIT TUNING MODE AUTO/MAN'L MONO INPUT PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE MULTI CH INPUT STANDBY /ON VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER AUTO TUNED SP A 3 2 1 4 1 3 Verdraai INPUT om TUNER als signaalbron te selecteren. INPUT 4 Druk één keer op PRESET/TUNING l / h om het automatisch afstemmen te laten beginnen. Druk op h om af te stemmen op een hogere frequentie, of op l om af te stemmen op een lagere frequentie. BASISBEDIENING SILENT CINEMA l PRESET/TUNING h 2 LEVEL Druk op FM/AM om de radioband te kiezen. “FM” of “AM” zal op het display op het voorpaneel verschijnen. VCR FM/AM V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER AUTO TUNED FM of AM SP A Wanneer er is afgestemd op een zender, zal de TUNED indicator oplichten en zal de frequentie waarop is afgestemd worden getoond op het display. Nederlands 33 AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO ■ Handmatig afstemmen Als het signaal van de zender waar u op wilt afstemmen te zwak is, moet u er met de hand op afstemmen. Handmatig afstemmen op een FM zender zal automatisch de ontvangst naar mono overschakelen om de kwaliteit van de ontvangst te verbeteren. 1 Selecteer TUNER en de gewenste radioband volgens de stappen 1 en 2 onder “Automatisch afstemmen”. 2 Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO) zodat de AUTO indicator van het display verdwijnt. Zenders voorprogrammeren ■ Automatisch voorprogrammeren van FM zenders Met de automatische voorprogrammering kunt u FM zenders voorprogrammeren. Met deze functie zal het toestel automatisch afstemmen op FM zenders met een goede ontvangst en deze, op volgorde, opslaan tot een maximum van 40 (8 zenders in 5 groepen, A1 t/m E8). U kunt vervolgens gemakkelijk via de bijbehorende voorkeuzenummers afstemmen op de voorgeprogrammeerde zenders. VOLUME AUTO TUNING MODE Verdwijnt AUTO/MAN'L MONO PRESET/TUNING FM/AM EDIT A/B/C/D/E l PRESET/TUNING h NEXT LEVEL MEMORY MAN'L/AUTO FM PROGRAM TUNING MODE AUTO/MAN'L MONO INPUT PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE MULTI CH INPUT STANDBY /ON VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT SILENT CINEMA Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display, kunt u niet afstemmen. Druk op PRESET/TUNING (EDIT) om de dubbele punt (:) uit te schakelen. 1 3 2 PRESET/TUNING EDIT 1 Druk op FM/AM en selecteer de FM band. FM/AM VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R FM TUNER AUTO SP A 2 3 Druk op PRESET/TUNING l / h om met de hand af te stemmen op de gewenste zender. Houd de toets ingedrukt l PRESET/TUNING h om de frequentie doorlopend te laten veranderen. Druk op TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO) zodat de AUTO indicator op het display oplicht. AUTO TUNING MODE Licht op AUTO/MAN'L MONO LEVEL Als er een dubbele punt (:) verschijnt op het display, kunt u niet afstemmen. Druk op PRESET/TUNING (EDIT) om de dubbele punt (:) uit te schakelen. PRESET/TUNING EDIT VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R AUTO SP A 34 TUNER AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO ■ Zenders handmatig voorprogrammeren 3 Houd MEMORY (MAN’L/AUTO FM) tenminste 3 seconden ingedrukt. Het voorkeuzenummer en de MEMORY en AUTO indicators gaan knipperen. Na ongeveer 5 seconden zal het automatisch voorprogrammeren beginnen vanaf de huidige frequentie naar hogere frequenties. U kunt ook met de hand maximaal 40 zenders (8 zenders x 5 groepen) voorprogrammeren. VOLUME PRESET/TUNING FM/AM A/B/C/D/E l PRESET/TUNING h NEXT LEVEL EDIT MEMORY MAN'L/AUTO FM PROGRAM MEMORY TUNING MODE AUTO/MAN'L MONO INPUT PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE MULTI CH INPUT STANDBY /ON VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT MAN'L/AUTO FM VCR V-AUX DTV/CBL DVD SILENT CINEMA MD/CD-R TUNER AUTO TUNED 3 4 CD MEMORY 2,5 VOLUME SP A dB L R 1 Wanneer het automatisch voorprogrammeren klaar is, zal de frequentie voor de laatst voorgeprogrammeerde zender op het display getoond worden. Stem af op een zender. Zie bladzijde 33 voor aanwijzingen over hoe u moet afstemmen op een zender. VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER CD Opmerkingen • Zendergegevens die reeds zijn opgeslagen onder een bepaald nummer zullen worden gewist wanneer u een andere zender onder dat voorkeuzenummer opslaat. • Als het aantal voorgeprogrammeerde zenders niet tot het maximum 40 (E8) komt, konden er met het automatisch voorprogrammeren niet meer geschikte zenders gevonden worden. • Alleen FM zenders met een voldoende sterke ontvangst worden opgeslagen bij het automatisch voorprogrammeren. Als u een zwakkere zender wilt opslaan, dient u hierop met de hand af te stemmen bij mono-ontvangst en kunt u de zender opslaan via de procedure onder “Zenders handmatig voorprogrammeren”. VOLUME dB L R Wanneer er is afgestemd op een zender zal de bijbehorende frequentie op het display getoond worden. 2 BASISBEDIENING TUNED SP A Druk op MEMORY (MAN’L/AUTO FM). De MEMORY indicator knippert ongeveer 5 seconden lang. MEMORY MEMORY Andere mogelijkheden bij het automatisch voorprogrammeren: U kunt instellen vanaf welk voorkeuzenummer het toestel FM zenders zal opslaan en/of beginnen met zoeken in lagere frequenties. Nadat u bij stap 3 op MEMORY heeft gedrukt: 1 Druk op A/B/C/D/E (NEXT) en dan op PRESET/ TUNING l / h om het voorkeuzenummer te selecteren waaronder de eerst gevonden zender zal worden opgeslagen. Het automatisch voorprogrammeren stopt wanneer voorkeuzenummer E8 bereikt is. 2 Druk op PRESET/TUNING (EDIT) om de dubbele punt (:) te laten verdwijnen en druk dan op PRESET/ TUNING l om te zoeken in lagere frequenties. MAN'L/AUTO FM Knippert 3 Druk, terwijl de MEMORY indicator knippert, net zo vaak op A/B/C/D/E (NEXT) tot u de gewenste voorkeuzegroep (A t/m E) heeft geselecteerd. De letter van de gekozen groep zal nu verschijnen. Controleer of de dubbele punt (:) inderdaad verschijnt op het display. A/B/C/D/E NEXT VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER TUNED CD MEMORY VOLUME SP A dB L R Nederlands Geheugen back-up De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat, wanneer de stekker uit het stopcontact is, of wanneer de stroomvoorziening tijdelijk wordt onderbroken door een stroomstoring. Wanneer echter de stroomvoorziening langer dan een week onderbroken wordt, zullen de voorkeuzezenders gewist worden. In een dergelijk geval zult u de zenders opnieuw op één van de aangegeven manieren moeten opslaan. Voorkeuzegroep 35 AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO 4 Druk op PRESET/TUNING l / h om het gewenste voorkeuzenummer (1 t/m 8) te selecteren terwijl de MEMORY indicator nog aan het knipperen is. Druk op h om een hoger voorkeuzenummer te selecteren. Druk op l om een lager voorkeuzenummer te selecteren. Selecteren van voorkeuzezenders U kunt op de gewenste zender afstemmen door eenvoudigweg het voorkeuzenummer waaronder die zender is opgeslagen te selecteren. VOLUME PRESET/TUNING l PRESET/TUNING h FM/AM A/B/C/D/E l PRESET/TUNING h NEXT LEVEL EDIT MEMORY MAN'L/AUTO FM PROGRAM TUNING MODE AUTO/MAN'L MONO INPUT PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE MULTI CH INPUT STANDBY /ON VIDEO AUX VIDEO LEVEL L AUDIO R EFFECT SILENT CINEMA VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER TUNED 1 2 CD MEMORY VOLUME SP A dB L R A SPEAKERS B 9 NIGHT 0 10 STRAIGHT ENT. EFFECT PRESET/CH LEVEL TITLE MENU 1 SRCH MODE BAND Voorkeuzenummer SET MENU ENTER A-E/CAT. RETURN A/B/C/D/E DISPLAY MEMORY 2 REC AUDIO 5 Druk op MEMORY (MAN’L/AUTO FM) op het voorpaneel terwijl de MEMORY indicator nog aan het knipperen is. De radioband en de MEMORY frequentie voor deze zender verschijnen op het display, samen met de door u geselecteerde voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer. y Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening, moet u eerst op TUNER drukken om de afstandsbediening in de tunerfunctie te zetten. MAN'L/AUTO FM VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER TUNED CD MEMORY VOLUME SP A 1 Druk op A/B/C/D/E (NEXT) (of A/B/C/D/E i op de afstandsbediening) om de gewenste voorkeuzegroep te selecteren. De letter van de voorkeuzegroep verschijnt op het display op het voorpaneel en verandert met elke druk op de toets. dB L R PRESET/CH Laat zien dat de getoonde zender is opgeslagen als C3. A/B/C/D/E of NEXT ENTER A/B/C/D/E Voorpaneel Afstandsbediening 6 Herhaal de stappen 1 t/m 5 om andere zenders op te slaan. Opmerkingen • Zendergegevens die reeds zijn opgeslagen onder een bepaald nummer zullen worden gewist wanneer u een andere zender onder dat voorkeuzenummer opslaat. • De soort ontvangst (stereo of mono) wordt samen met de frequentie van de zender opgeslagen. 36 AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO 2 Druk op PRESET/TUNING l / h ( of PRESET/CH u / d op de afstandsbediening) om het voorkeuzenummer (1 t/m 8) te selecteren. De voorkeuzegroep en het voorkeuzenummer verschijnen op het display op het voorpaneel, samen met de radioband en de frequentie, en de TUNED indicator zal oplichten. Omwisselen van voorkeuzezenders U kunt twee voorkeuzezenders van plaats laten wisselen. In het voorbeeld hieronder ziet u hoe u voorkeuzezender “E1” van plaats kunt laten wisselen met voorkeuzezender “A5”. VOLUME PRESET/CH PRESET/TUNING FM/AM EDIT l PRESET/TUNING h A/B/C/D/E NEXT MEMORY MAN'L/AUTO FM LEVEL PROGRAM l PRESET/TUNING h TUNING MODE AUTO/MAN'L MONO INPUT PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE MULTI CH INPUT STANDBY /ON of VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT ENTER SILENT CINEMA LEVEL A/B/C/D/E Voorpaneel 2,4 Afstandsbediening V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER 1 Selecteer voorkeuzezender “E1”. Zie “Selecteren van voorkeuzezenders”. 2 Houd PRESET/TUNING (EDIT) tenminste 3 seconden ingedrukt. De “E1” en MEMORY indicators zullen gaan knipperen op het display op het voorpaneel. BASISBEDIENING VCR 1,3 1,3 CD TUNED SP A PRESET/TUNING EDIT VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER TUNED CD MEMORY SP A 3 Selecteer voorkeuzezender “A5” met A/B/C/D/E en PRESET/TUNING l / h. De “A5” en MEMORY indicators zullen gaan knipperen op het display op het voorpaneel. A/B/C/D/E l PRESET/TUNING h NEXT LEVEL VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER TUNED CD MEMORY SP A Nederlands 37 AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO 4 Druk nog eens op PRESET/TUNING (EDIT). De zenders onder de twee voorkeuzenummers worden nu omgewisseld. PRESET/TUNING EDIT VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER TUNED SP A CD Ontvangen van Radio Data Systeem zenders Radio Data Systeem is een systeem voor gegevensoverdracht dat door FM zenders in een groot aantal landen worden gebruikt. De Radio Data Systeem functies worden verzorgd door zenders in een netwerk. Dit toestel is geschikt voor verschillende soorten Radio Data Systeem gegevens, zoals PS (Programma Service naam), PTY (Programmatype), RT (Radio Tekst), CT (Klok-tijd), EON (Enhanced Other Networks; Verbeterde service andere netwerken) wanneer er wordt afgestemd op Radio Data Systeem zenders. ■ PS (Programma Service naam) functie: De naam van de Radio Data Systeem zender waarop is afgestemd zal worden getoond. ■ PTY (Programmatype) functie: Radio Data Systeem zenders maken onderscheid tussen 15 soorten programma’s. NEWS Nieuws AFFAIRS Actualiteiten INFO Algemene informatie SPORT Sport EDUCATE Educatief DRAMA Theater CULTURE Cultuur SCIENCE Wetenschap VARIED Licht amusement POP M Pop ROCK M Rock M.O.R. M Middle-of-the-road muziek (easy-listening) LIGHT M Licht klassiek CLASSICS Klassiek OTHER M Overige muziek ■ RT (Radio Tekst) functie: Informatie over het programma (de titel van het muziekstuk, naam van de artiest enz.) op de Radio Data Systeem zender waar u op afgestemd heeft kan tot maximaal 64 alfanumerieke tekens, inclusief het trema, op het display worden getoond. Als er andere tekens worden gebruikt voor de RT gegevens, zullen deze worden aangegeven met een streepje (_). ■ CT (Klok Tijd) functie: De tijd op dit moment wordt getoond en elke minuut bijgewerkt. In het geval deze gegevens wegvallen, kan “CT WAIT” verschijnen. ■ EON (Enhanced Other Networks; Verbeterde service andere netwerken): Zie “De EON functie” op bladzijde 41. 38 AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO Overschakelen naar een bepaalde Radio Data Systeem functie Er zijn vier manieren waarop de Radio Data Systeem gegevens getoond kunnen worden. De PS, PTY, RT en/of CT indicators die corresponderen met de Radio Data Systeem gegevens die door de huidige zender verzorgd worden zullen oplichten op het display op het voorpaneel. 1 Druk op TUNER op de afstandsbediening om dit toestel in de tunerfunctie (radio) te zetten. TUNER 2 FREQ/TEXT PS Afstandsbediening • Druk pas op FREQ/TEXT wanneer er een Radio Data Systeem indicator oplicht op het display op het voorpaneel. Er zal niets kunnen veranderen wanneer u eerder op de toets drukt. De reden hiervoor is dat het toestel dan nog niet alle relevante Radio Data Systeem gegevens heeft ontvangen van de zender. • U kunt natuurlijk geen Radio Data Systeem gegevens selecteren die niet worden verzorgd door de zender in kwestie. • Dit toestel kan geen gebruik maken van de Radio Data Systeem gegevens indien het ontvangen signaal te zwak is. Voor met name de RT functie is een grote hoeveelheid gegevens nodig, dus het kan gebeuren dat de RT functie niet beschikbaar is, terwijl andere Radio Data Systeem functies (PS, PTY enz.) wel naar behoren functioneren. • Wanneer de ontvangst slecht is kunnen er mogelijk helemaal geen Radio Data Systeem gegevens worden ontvangen. Druk in een dergelijk geval op TUNING MODE (AUTO/MAN’L MONO) zodat de AUTO indicator van het display verdwijnt. Alhoewel hierdoor op handmatig afstemmen wordt overgeschakeld, is het mogelijk dat er nu wel Radio Data Systeem gegevens verschijnen wanneer u overschakelt naar de Radio Data Systeem functie. • Als de ontvangst gestoord wordt door externe omstandigheden terwijl u afgestemd heeft op een Radio Data Systeem zender, is het mogelijk dat de Radio Data Systeem gegevensoverdracht plotseling wordt onderbroken en dat de melding “...WAIT” op het display op het voorpaneel verschijnt. PTY BASISBEDIENING Druk herhaaldelijk op FREQ/TEXT op de afstandsbediening om de diverse Radio Data Systeem gegevens te bekijken die worden verzorgd door de huidige zender. Opmerkingen RT CT Frequentiedisplay Nederlands 39 AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO De PTY SEEK functie 2 U kunt het door u gewenste programmatype kiezen en het toestel vervolgens automatisch alle voorgeprogrammeerde Radio Data Systeem zenders laten afzoeken naar een zender die een programma van dat type aan het uitzenden is. Druk op PRESET/TUNING l / h (of op PRESET/CH u / d op de afstandsbediening) om het gewenste programmatype te selecteren. Het geselecteerde programmatype verschijnt op het display op het voorpaneel. l PRESET/TUNING h LEVEL VOLUME PRESET/TUNING FM/AM EDIT A/B/C/D/E l PRESET/TUNING h NEXT LEVEL MEMORY MAN'L/AUTO FM PROGRAM Voorpaneel POP M of TUNING MODE AUTO/MAN'L MONO INPUT PRESET/CH PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE MULTI CH INPUT STANDBY /ON VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT SILENT CINEMA ENTER A/B/C/D/E 2 Afstandsbediening EFFECT PRESET/CH LEVEL SET MENU TITLE MENU ENTER A/B/C/D/E RETURN DISPLAY 2 REC AUDIO DISC SKIP FREQ/TEXT MODE PTY SEEK START 1,3 EON y Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening, moet u eerst op TUNER drukken om de afstandsbediening in de tunerfunctie te zetten. 3 Druk op PTY SEEK START op de afstandsbediening om alle voorgeprogrammeerde Radio Data Systeem zenders af te zoeken. Het geselecteerde programmatype blijft knipperen op het display op het voorpaneel en de PTY HOLD indicator licht op terwijl er naar een geschikte zender gezocht wordt. Druk nog eens op PTY SEEK START om het zoeken te annuleren. PTY HOLD MODE PTY SEEK START Licht op 1 Druk op PTY SEEK MODE op de afstandsbediening om dit toestel in de PTY SEEK functie te zetten. Het type van het programma dat op dit moment wordt ontvangen, of “NEWS”, gaat knipperen op het display op het voorpaneel. Om de PTY SEEK functie af te sluiten, dient u nog een keer op PTY SEEK MODE te drukken. MODE PTY SEEK START Afstandsbediening 40 Knippert Afstandsbediening • Het toestel stopt met zoeken zodra er een zender gevonden is die een programma van het geselecteerde type uitzendt. • Als de gevonden zender niet naar uw wens is, kunt u nog eens op PTY SEEK START drukken. Het toestel gaat dan op zoek naar een andere zender die het gewenste programmatype uitzendt. AFSTEMMEN OP FM/AM RADIO ■ Annuleren van deze functie De EON functie Deze functie maakt gebruik van de EON gegevens die worden uitgezonden door het Radio Data Systeem zendernetwerk. Als u een bepaald programmatype selecteert (NEWS, INFO, AFFAIRS of SPORT), zal dit toestel automatisch alle voorgeprogrammeerde Radio Data Systeem zenders die een uitzending van het gewenste type in hun zendschema hebben opgenomen opzoeken en overschakelen naar de nieuwe zender wanneer de uitzending van het gewenste soort programma begint. Druk net zo vaak op EON tot er geen programmatype meer op het display op het voorpaneel staat. A-E/CAT. RETURN DISPLAY REC AUDIO DISC SKIP FREQ/TEXT MODE PTY SEEK START EON 2 BASISBEDIENING y Wanneer u deze handeling uitvoert met de afstandsbediening, moet u eerst op TUNER drukken om de afstandsbediening in de tunerfunctie te zetten. Opmerking Deze functie kan alleen worden gebruikt wanneer u heeft afgestemd op een Radio Data Systeem zender die EON gegevens aanbiedt. Wanneer u heeft afgestemd op een dergelijke zender, zal de EON indicator op het display op het voorpaneel oplichten. 1 Controleer of de EON indicator inderdaad verschijnt op het display op het voorpaneel. Als de EON indicator niet oplicht, dient u af te stemmen op een andere Radio Data Systeem zender waarbij de EON indicator wel gaat branden. 2 Druk herhaaldelijk op EON op de afstandsbediening om het gewenste programmatype (NEWS, INFO, AFFAIRS of SPORT) te selecteren. Het geselecteerde programmatype verschijnt op het display op het voorpaneel. EON Afstandsbediening Nederlands • Zodra een voorgeprogrammeerde Radio Data Systeem zender begint met de uitzending van een programma van het gewenste type, zal het toestel automatisch van het huidige programma daarnaar overschakelen. (De EON indicator knippert.) • Wanneer de uitzending van het programma van het geselecteerde type afgelopen is, zal het toestel weer terugkeren naar de oorspronkelijke zender (of een ander programma op dezelfde zender). 41 OPNEMEN OPNEMEN Opname-instellingen en andere handelingen dienen te worden verricht op de opname-apparatuur. Raadpleeg eventueel de handleidingen van de betreffende componenten. VOLUME PRESET/TUNING FM/AM A/B/C/D/E l PRESET/TUNING h NEXT LEVEL EDIT MEMORY MAN'L/AUTO FM PROGRAM TUNING MODE AUTO/MAN'L MONO INPUT PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE MULTI CH INPUT STANDBY /ON VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT SILENT CINEMA 1 2 CODE SET TRANSMIT SYSTEM STANDBY POWER POWER POWER TV AV CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN 2 1 AMP VCR TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT VOLUME 1 Zet dit toestel en alle aangesloten componenten aan. 2 Selecteer de signaalbron waarvan u wilt opnemen. INPUT CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN Opmerkingen • Wanneer dit toestel uit (standby) staat, kunt u niet opnemen tussen op dit toestel aangesloten componenten. • De instellingen van TONE CONTROL, VOLUME, “SP LEVEL” (bladzijde 51) en eventuele geluidsveldprogramma’s hebben geen invloed op de opnamen. • Er kunnen geen opnamen gemaakt worden van een signaalbron via de MULTI CH INPUT aansluitingen van dit toestel. • S-video- en composiet videosignalen worden gescheiden verwerkt door dit toestel. Daarom kunt u bij het opnemen of kopiëren van videosignalen van een component die alleen is aangesloten op een S-video aansluiting (of alleen op een composiet video-aansluiting) alleen een S-videosignaal (of alleen een composiet videosignaal) opnemen met uw VCR. • Digitale signalen die binnenkomen via de DIGITAL INPUT aansluitingen worden voor opname gereproduceerd via de analoge AUDIO OUT (L/R) aansluitingen. Op dezelfde manier worden analoge signalen die binnenkomen via de AUDIO IN (L/R) aansluitingen niet gereproduceerd via de DIGITAL OUTPUT aansluiting. Als uw signaalbron alleen digitaal (of alleen analoog) is aangesloten, kunt u dus ook alleen maar digitale (of alleen analoge) signalen opnemen. • Een bepaalde signaalbron wordt niet gereproduceerd via hetzelfde REC OUT kanaal. (Het ingangssignaal van VCR IN wordt bijvoorbeeld niet gereproduceerd via VCR OUT.) • Controleer de regelingen met betrekking tot het auteursrecht in het gebied waar u zich bevindt voor u opnamen gaat maken van platen, CD’s, radio enz. Opnemen van auteursrechtelijk beschermd materiaal kan inbreuk maken op de op het materiaal rustende rechten. Als u videomateriaal weergeeft met gescramblede of gecodeerde signalen die moeten voorkomen dat het materiaal gekopieerd wordt, is het mogelijk dat deze signalen de weergave zelf storen. of VCR Voorpaneel AMP Afstandsbediening 3 Start de weergave (of stem af op een zender) op de broncomponent. 4 Start de opname op de opnemende component. y Maak een test-opname voor u aan de echte opname begint. 42 ■ Speciale overwegingen bij het opnemen van DTS materiaal Het DTS signaal bestaat uit een digitale bitstroom. Als u probeert digitale opnamen te maken van de DTS bitstroom, zal er slechts ruis worden opgenomen. Als u dit toestel wilt gebruiken om DTS materiaal op te nemen, moet u een aantal dingen in gedachten houden en dient u de volgende instellingen te verrichten. Voor DVD’s en CD’s met DTS gecodeerd materiaal en met een speler die geschikt is voor DTS weergave, dient u de handleiding van de speler te volgen en deze zo in te stellen dat de speler een analoog signaal produceert. GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN Dit toestel is uitgerust met diverse zeer preciese digitale decoders waarmee u kunt profiteren van multikanaals weergave van vrijwel elke geluidsbron (stereo of multikanaals). Dit toestel is tevens voorzien van een YAMAHA digitale geluidsveldprogramma (DSP) processor met een aantal geluidsveldprogramma’s waarmee u uw luister-ervaring een extra dimensie kunt geven. De meeste van deze geluidsveldprogramma’s zijn preciese digitale nabootsingen van de werkelijke akoestische omstandigheden in beroemde concertzalen, theaters en bioscopen. y De YAMAHA CINEMA DSP functies zijn geheel compatibel met alle Dolby Digital, DTS en Dolby Surround bronnen. Zet de ingangsfunctie op AUTO (zie bladzijde 32) zodat dit toestel automatisch kan overschakelen naar de juiste digitale decoder voor het binnenkomende ingangssignaal. Opmerkingen • De DSP geluidsveldprogramma’s van dit toestel zijn natuurgetrouwe reproducties van echte akoestische omgevingen, samengesteld aan de hand van exacte metingen verricht in de betreffende ruimtes zelf. Op deze manier kunt u de variaties waarnemen in de weerkaatsingen van voren, achteren, links en rechts. • Kies een geluidsveldprogramma op basis van uw smaak en voorkeuren, niet alleen op basis van de naam van het programma. Voor film/video bronnen U kunt kiezen uit de volgende geluidsvelden wanneer u film- of videomateriaal afspeelt. De met “MULTI” aangeduide geluidsvelden kunnen worden gebruikt met multikanaals signaalbronnen, zoals DVD, digitale TV enz. De met “2-CH” aangeduide kunnen worden gebruikt met 2-kanaals (stereo) bronnen zoals TV programma’s, videobanden enz. De manier waarop een programma geselecteerd kan worden hangt mede af van het type geluidsveldprogramma. Voor details omtrent het selecteren van geluidsveldprogramma’s verwijzen we u naar “Selecteren van geluidsveldprogramma’s” op de bladzijden 27 t/m 31. Programma Kenmerken 1 STEREO: 2ch Stereo Brengt multikanaals materiaal terug tot 2 kanalen (links en rechts) of geeft 2kanaals materiaal onveranderd weer. 2 MUSIC: Pop/Rock Dit programma produceert een enthousiaste atmosfeer en geeft u het gevoel alsof u echt bij een jazz of rock concert bent. ENTERTAINMENT: TV Sports Alhoewel het aanwezigheidsveld relatief smal is, zorgt het surround geluidsveld voor de akoestiek van een grote concertzaal. Dit effect verbetert de geluidsweergave van allerlei TV programma’s, zoals nieuws, amusementsshows, muziek- en sportprogramma’s. ENTERTAINMENT: Mono Movie Dit programma is bedoeld voor de reproductie van mono videomateriaal (zoals oude films). Het programma produceert optimale natrillingen om het geluid ook alleen met het aanwezigheidsveld diepte te kunnen geven. ENTERTAINMENT: Game Dit programma geeft de geluidsweergave bij videospelletjes een diepe en ruimtelijke dimensie. 3 Bronnen GELUIDSVELDPROGRAMMA’S Toets afstandsbediening MULTI 2-CH Nederlands 43 GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN Toets afstandsbediening Programma MOVIE THEATER: Spectacle CINEMA DSP verwerking. Dit programma zorgt voor een zeer weids geluidsveld, zoals in een 70-mm bioscoop. Het oorspronkelijke geluid wordt zeer precies en gedetailleerd weergegeven, waardoor het geluidsveld en het beeld bijzonder echt lijken. Dit is ideaal voor Dolby Surround, Dolby Digital of DTS gecodeerd videomateriaal (vooral groots opgezette films). MOVIE THEATER: Sci-Fi CINEMA DSP verwerking. Dit programma zorgt voor duidelijke weergave van gesproken tekst en geluidseffecten in een vorm die opgang doet in science fiction films, zodat er een weidse cinematische ruimte wordt gecreëerd temidden van de koude stilte. U kunt zo beter genieten van science fiction films in een virtuele geluidsruimte met Dolby Surround, Dolby Digital en DTS gecodeerd materiaal dat gebruik maakt van de meest geavanceerde technieken. MOVIE THEATER: Adventure CINEMA DSP verwerking. Dit programma is ideaal voor een preciese reproductie van de nieuwste 70-mm films en films met multikanaals soundtracks. Het geluidsveld bootst dat van de nieuwste bioscopen na, zodat de natrillingen in het geluidsveld zelf zo veel mogelijk beperkt worden. MOVIE THEATER: General CINEMA DSP verwerking. Dit programma is bedoeld voor de reproductie van 70-mm films en films met multikanaals soundtracks en wordt gekenmerkt door een zacht en weids geluidsveld. SUR. STANDARD Standaard verwerking voor de geselecteerde decoder. SUR. ENHANCED Verbeterde verwerking voor de geselecteerde decoder. 4 5 44 Kenmerken Bronnen MULTI 2-CH GELUIDSVELDPROGRAMMA BESCHRIJVINGEN Voor muziekmateriaal U kunt kiezen uit de volgende geluidsvelden bij weergave van muziek, zoals CD’s, FM/AM uitzendingen, cassettes enz. De manier waarop een programma geselecteerd kan worden hangt mede af van het type geluidsveldprogramma. Voor details omtrent het selecteren van geluidsveldprogramma’s verwijzen we u naar “Selecteren van geluidsveldprogramma’s” op de bladzijden 27 t/m 31. Toets afstandsbediening 1 2 3 Kenmerken STEREO: 2ch Stereo 2-kanaals (links en rechts) weergave. STEREO: 6ch Stereo Wordt gebruikt om stereomateriaal weer te geven via alle luidsprekers (in stereo). Dit geeft een groter geluidsveld en is ideaal voor achtergrondmuziek bij feesten en partijen enz. MUSIC: Hall in Vienna HiFi DSP verwerking. Een klassieke doosvormige concertzaal met ongeveer 1700 stoelen. De zuilen en ingewikkelde versieringen zorgen voor zeer complexe reflecties en voor een volle en rijke geluidsweergave. MUSIC: The Bttm Line HiFi DSP verwerking. Dit is het geluidsveld vlak voor het podium in “The Bottom Line”, de befaamde New Yorkse jazz club. Er is plaats voor 300 mensen links en rechts en het geluidsveld biedt een realistische en levendige weergave. MUSIC: The Roxy Thtr HiFi DSP verwerking. Het ideale programma voor levendige, dynamische rockmuziek. De gegevens voor dit programma werden opgenomen in de “hottest” rock club in LA. U bevindt zich virtueel in het midden links in de zaal. ENTERTAINMENT: Disco HiFi DSP verwerking. Dit programma bootst de akoestiek na van een wervelende disco in het hart van een grote stad. De geluidsweergave is krachtig en zeer geconcentreerd. Het wordt ook gekenmerkt door een grote energie en directheid. SUR. STANDARD Standaard verwerking voor de geselecteerde decoder. SUR. ENHANCED Verbeterde verwerking voor de geselecteerde decoder. Bronnen 2-CH MULTI 2-CH GELUIDSVELDPROGRAMMA’S 5 Programma Nederlands 45 GEAVANCEERDE BEDIENING GEAVANCEERDE BEDIENING ■ Annuleren van de slaaptimer Gebruiken van de slaaptimer Met deze functie kunt het toestel zichzelf uit (standby) laten schakelen na een door u bepaalde tijd. Deze slaaptimer is bijvoorbeeld handig wanneer u gaat slapen terwijl uw installatie nog aan het spelen of opnemen is. De slaaptimer schakelt ook automatisch de op de AC OUTLET(S) netstroomaansluitingen aangesloten externe apparatuur uit. CODE SET TRANSMIT SYSTEM POWER TV AV STANDBY POWER CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN 2 AMP VCR TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT VOLUME 1 Selecteer de gewenste signaalbron en start de weergave op de broncomponent. 2 Druk herhaaldelijk op SLEEP om de gewenste tijd in te stellen. Met elke druk op SLEEP zal het display op het voorpaneel als volgt veranderen. De SLEEP indicator knippert terwijl u de tijd voor de slaaptimer aan het instellen bent. SLEEP 120min SLEEP OFF VCR V-AUX SLEEP SLEEP 90min SLEEP 30min DTV/CBL DVD SLEEP 60min MD/CD-R TUNER CD TUNED SP A HiFi DSP VOLUME SLEEP dB L R De SLEEP indicator zal oplichten op het display op het voorpaneel en het display keert terug naar het geselecteerde geluidsveldprogramma. SLEEP indicator VCR V-AUX DTV/CBL DVD MD/CD-R TUNER CD TUNED SP A HiFi DSP TV Sports 46 SLEEP SLEEP OFF y U kunt de slaaptimer ook annuleren door met STANDBY op de afstandsbediening (of STANDBY/ON op het voorpaneel) het toestel uit (standby) te zetten. ■ Instellen van de slaaptimer POWER Druk net zo vaak op SLEEP tot “SLEEP OFF” op het display op het voorpaneel verschijnt. Na een paar seconden zal “SLEEP OFF” verdwijnen en de SLEEP indicator uit gaan. VOLUME SLEEP dB L R GEAVANCEERDE BEDIENING Handmatig instellen van de luidsprekersniveaus U kunt het uitgangsniveau van de luidsprekers instellen terwijl u naar muziek aan het luisteren bent. Dit is ook mogelijk wanneer u een signaal dat via de MULTI CH INPUT aansluitingen binnenkomt afspeelt. Vergeet niet dat hierdoor de instellingen gemaakt via de “BASIC SETUP” (bladzijde 22) en “SP LEVEL” (bladzijde 51) zullen worden vervangen. AMP VCR TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT STEREO MUSIC ENTERTAIN 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 7 8 NIGHT STRAIGHT 1 VOLUME MUTE A SPEAKERS B 9 0 MOVIE 10 ENT. EFFECT 2 LEVEL PRESET/CH TITLE SET MENU MENU ENTER 4 A/B/C/D/E RETURN DISPLAY REC AUDIO 3 1 Druk op AMP. 2 Druk net zo vaak op LEVEL tot u de luidspreker geselecteerd heeft die u wilt instellen. Linker voor-luidsprekerniveau Midden-luidsprekerniveau Rechter voor-luidsprekerniveau Rechter surround-luidsprekerniveau Surround achter-luidsprekerniveau Linker surround-luidsprekerniveau Subwooferniveau GEAVANCEERDE BEDIENING FRONT L CENTER FRONT R SUR. R SUR. B SUR. L SWFR y Wanneer u op LEVEL heeft gedrukt, kunt u de gewenste luidspreker ook selecteren met u / d. 3 Druk op j / i om het uitgangsniveau (volume) van de luidspreker te regelen. Het instelbereik loopt van +10 dB t/m –10 dB. 4 Druk op ENTER wanneer u klaar bent met instellen. y Nederlands Deze handeling kan ook worden uitgevoerd met de bedieningsorganen op het voorpaneel. Druk net zo vaak op NEXT tot u de gewenste luidspreker geselecteerd heeft en druk vervolgens op LEVEL –/+ om het uitgangsniveau (volume) daarvan in te stellen. 47 SET MENU SET MENU Met behulp van het SET MENU (instelmenu) kunt u allerlei systeeminstellingen wijzigen en kunt u de manier waarop het toestel werkt aanpassen aan uw voorkeuren. Verander de begininstellingen (hieronder vet gedrukt aangeduid) op basis van uw specifieke systeem en uw voorkeuren. ■ BASIC SETUP Hiermee kunt u snel en makkelijk de basisinstellingen voor uw systeem invoeren (zie bladzijde 22). ■ MANUAL SETUP Hiermee kunt u met de hand de luidspreker- en systeeminstellingen wijzigen. 1 SOUND MENU Hiermee kunt u met de hand alle luidspreker-instellingen wijzigen, de kwaliteit en de toonkleur van de weergave van uw systeem aanpassen of compenseren voor eventueel vertraagde videoweergave bij gebruik van LCD monitoren of projectoren. y De meeste instellingen in het SOUND MENU menu worden automatisch uitgevoerd wanneer u de “BASIC SETUP” doet (zie bladzijde 22). U kunt het SOUND MENU gebruiken voor verdere instellingen. Onderdeel Kenmerken Bladzijde A)SPEAKER SET Selecteren van de afmetingen van de luidsprekers, de luidsprekers voor weergave van lage tonen en de crossover frequentie. 50 B)SPEAKER LEVEL Instellen van het uitgangsniveau van elke luidspreker. 51 C)SP DISTANCE Instellen van de vertraging voor elke luidspreker. 51 D)CENTER GEQ Instellen van de klankkleur (toon) van de midden-luidspreker. 51 E)LFE LEVEL Instellen van het uitgangsniveau van het LFE kanaal bij Dolby Digital of DTS signalen. 51 F)D. RANGE Instellen van het dynamisch bereik bij Dolby Digital of DTS signalen. 51 G)AUDIO SET Aanpassen van de volume-afname bij de MUTE functie, de audiovertraging en de instelling voor het passeren van de toonregeling. 52 2 INPUT MENU Via dit menu kunt u digitale in-/uitgangen opnieuw toewijzen en kunt u de ingangsfunctie selecteren. Onderdeel Kenmerken Bladzijde A)I/O ASSIGN Toewijzen van aansluitingen aan de daarmee verbonden componenten. 52 B)INPUT MODE Selecteren van de begininstelling van de ingangsfunctie voor de signaalbron. 52 C)INPUT RENAME Hiermee kunt u een signaalbron een andere naam geven. 53 3 OPTION MENU Wijzigen van de optionele systeeminstellingen. Onderdeel Kenmerken Bladzijde A)DISPLAY SET Instellen van de helderheid van het display en het omzetten van videosignalen. 53 B)MEMORY GUARD Vergrendelen van instellingen voor de geluidsveldprogramma’s en andere SET MENU instellingen. 53 C)PARAM. INI Initialiseren van de instellingen voor een groep geluidsveldprogramma’s. 54 D)MULTI ZONE Specificeert de locatie van de luidsprekers die zijn verbonden met de SPEAKERS B aansluitingen. 54 48 SET MENU Gebruiken van het SET MENU 6 Druk op ENTER om het gewenste menu te openen. Herhaal de stappen 5 en 6 om door de mogelijkheden te bladeren en de in te stellen onderdelen op te zoeken. Druk op RETURN om terug te keren naar het vorige menu. 7 Druk op u / d en ENTER om het submenu te selecteren en gebruik vervolgens u / d om het gewenste gewenste item te selecteren en j / i om de instelling van de parameter te wijzigen. Herhaal deze handeling om de diverse instellingen te selecteren en te wijzigen. Druk op RETURN om terug te keren naar het vorige menu. 8 Druk op SET MENU om af te sluiten wanneer u klaar bent. Gebruik de afstandsbediening om de menu’s te openen en de instellingen te verrichten. AMP VCR TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT STEREO MUSIC ENTERTAIN 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 7 8 NIGHT STRAIGHT 1 VOLUME MUTE A SPEAKERS B 9 0 MOVIE 10 ENT. EFFECT LEVEL PRESET/CH TITLE SET MENU MENU 2,8 ENTER A/B/C/D/E RETURN DISPLAY REC AUDIO 3-7 y U kunt SET MENU instellingen wijzigen terwijl het toestel aan het weergeven is. Opmerking Sommige SET MENU instellingen kunnen niet worden gewijzigd terwijl het toestel in de Cinema of Music nacht-luisterfunctie staat. 1 Druk op AMP. 2 Druk op SET MENU. “BASIC SETUP” zal op het display op het voorpaneel verschijnen. 3 Druk op u / d zodat MANUAL SETUP verschijnt. Geheugen back-up De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat. Wanneer echter de stekker uit het stopcontact gehaald wordt of de stroomvoorziening om een andere reden langer dan een week onderbroken wordt, zullen de opgeslagen gegevens verloren gaan. In een dergelijk geval dient u de instellingen opnieuw te maken. 4 GEAVANCEERDE BEDIENING MANUAL SETUP Druk op ENTER om de MANUAL SETUP te openen. 1 SOUND MENU zal op het display op het voorpaneel verschijnen. 1 SOUND MENU 5 Druk op u / d om het gewenste menu te tonen. 1 SOUND MENU Nederlands 2 INPUT MENU 3 OPTION MENU 49 SET MENU 1 SOUND MENU Via dit menu kunt u met de hand luidspreker-instellingen wijzigen of compenseren voor vertraging in de videoweergave bij gebruik van LCD schermen of projectoren. De meeste instellingen in het SOUND MENU worden automatisch uitgevoerd wanneer u de “BASIC SETUP” doet (zie bladzijde 22). ■ Luidspreker-instellingen A)SPEAKER SET Via dit menu kunt u met de hand de luidsprekerinstellingen wijzigen. y Als u niet tevreden bent met de door uw luidsprekers geproduceerde lage tonen, kunt u deze instellingen aanpassen aan uw voorkeuren. Voor-luidsprekers FRONT Keuzes: LARGE, SMALL • Selecteer LARGE als u grote voor-luidsprekers heeft. Het toestel zal zo het hele toonbereik van de linker en rechter voorkanalen naar de linker en rechter voorluidsprekers sturen. • Selecteer SMALL als u kleine voor-luidsprekers heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit het voorkanaal naar de luidsprekers sturen die u heeft geselecteerd met “BASS OUT”. Midden-luidspreker CENTER Keuzes: LRG, SML, NONE • Selecteer LRG als u een grote midden-luidspreker heeft. Het toestel zal zo het hele toonbereik van het middenkanaal naar de midden-luidspreker sturen. • Selecteer SML als u een kleine midden-luidspreker heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit het middenkanaal naar de luidsprekers sturen die u heeft geselecteerd met “BASS OUT”. • Selecteer NONE als u geen midden-luidspreker heeft. Het toestel zal in dat geval alle signalen voor de midden-luidspreker naar de linker en rechter voorluidsprekers sturen. Linker/rechter surround-luidsprekers SUR. LR Keuzes: LRG, SML, NONE • Selecteer LRG als u grote linker en rechter surroundluidsprekers heeft. Het hele toonbereik van het surroundkanaal zal naar de linker en rechter surroundluidsprekers worden gestuurd. • Selecteer SML als u kleine linker en rechter surroundluidsprekers heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit het surroundkanaal naar de luidsprekers sturen die u heeft geselecteerd met “BASS OUT”. • Selecteer NONE als u geen surround-luidsprekers heeft. Hierdoor wordt het toestel in de Virtual CINEMA DSP stand gezet (zie bladzijde 31) en zal de surround achter-luidspreker (SUR. B) automatisch op NONE worden ingesteld. 50 Surround achter-luidspreker SUR. B Keuzes: LRG, SML, NONE • Selecteer LRG als u één grote surround achterluidspreker heeft. • Selecteer SML als u één kleine surround achterluidspreker heeft. Het toestel zal nu de lage tonen uit het surround-achterkanaal naar de luidsprekers sturen die u heeft geselecteerd met “BASS OUT” en de rest van het signaal zal naar de surround achter-luidspreker worden gestuurd. • Selecteer NONE als u geen surround achterluidspreker heeft. Het toestel zal in dat geval alle signalen voor het surround achterkanaal naar de linker en rechter surround-luidsprekers sturen. Lage tonen weergave BASS OUT De lage tonen (bass) kunnen naar de subwoofer en/of de linker en rechter voor-luidsprekers worden gestuurd als dat beter overeenkomt met de karakteristieken van uw systeem. Deze instelling bepaalt ook waar het LFE (Lage Frequentie Effecten) kanaal in Dolby Digital en DTS signalen naartoe wordt gestuurd. Keuzes: SWFR (subwoofer), FRONT, BOTH • Selecteer SWFR als u een subwoofer aangesloten heeft. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden nu in overeenstemming met de luidspreker-instellingen naar de subwoofer gestuurd. • Selecteer FRONT als u geen subwoofer gebruikt. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden nu in overeenstemming met de luidspreker-instellingen naar de voor-luidsprekers gestuurd (ook al had u oorspronkelijk de voor-luidsprekers op SML ingesteld). • Selecteer BOTH als u een subwoofer heeft aangesloten en u de lage tonen voor beide voorkanalen zowel via de voor-luidsprekers als via de subwoofer wilt laten weergeven. Het LFE kanaal en de lage tonen uit andere kanalen worden ook naar de subwoofer gestuurd in overeenstemming met de luidspreker-instellingen. Gebruik deze functie om lage tonen te benadrukken met behulp van de subwoofer bij weergave van bijvoorbeeld CD’s. Crossover frequentie CrossOver Met deze functie kunt u de crossover (afsnij) frequentie instellen voor alle lage tonen. Alle frequenties beneden de ingestelde frequentie zullen naar de subwoofer worden gedirigeerd. Keuzes: 40Hz, 60Hz, 80Hz, 90Hz, 100Hz, 110Hz, 120Hz, 160Hz, 200Hz Subwooferfase SWFR PHASE Als de lage tonen niet of onduidelijk worden weergegeven, kunt u hiermee de frequentie-fase van uw subwoofer omschakelen. Keuzes: NRM (normaal), REV (tegengesteld) • Selecteer NRM als u de fase voor uw subwoofer niet wilt omkeren. • Selecteer REV om de fase voor uw subwoofer om te keren. SET MENU ■ Luidsprekerniveau B)SP LEVEL Via deze instellingen kunt u met de hand de balans instellen tussen de luidsprekers die u heeft geselecteerd bij SPEAKER SET (bladzijde 50). Keuzes: –10,0 dB t/m +10,0 dB • FL instellen van de balans voor de linker voorluidspreker. • FR instellen van de balans voor de rechter voorluidspreker. • C instellen van de balans voor de midden-luidspreker. • SL instellen van de balans voor de linker surroundluidspreker. • SR instellen van de balans voor de rechter surroundluidspreker. • SB instellen van de balans voor de surround achterluidspreker. • SWFR instellen van de balans voor de subwoofer. ■ Grafische equalizer voor het middenkanaal D)CENTER GEQ y ■ Niveau Lage Frequentie Effecten Gebruik de testtoonfunctie (zie bladzijde 24) om uw instellingen te ijken. ■ Luidsprekerafstand C)SP DISTANCE Met deze functie kunt u met de hand de afstand van elke luidspreker tot de luisterplek invoeren en zo de vertraging voor het bijbehorende kanaal instellen. In het ideale geval zouden alle luidsprekers op dezelfde afstand van de luisterplek moeten staan. Maar in de meeste gevallen is dat praktisch gezien niet mogelijk. Daarom moet de weergave van luidsprekers die eigenlijk te dichtbij staan heel eventjes vertraagd worden, zodat het geluid van alle luidsprekers op hetzelfde moment op de luisterplek arriveert. Luidspreker SP LFE Kies deze mogelijkheid om het LFE niveau bij weergave via uw luidsprekers in te stellen. Hoofdtelefoon HP LFE Kies deze mogelijkheid om het LFE niveau bij weergave via uw hoofdtelefoon in te stellen. Opmerking Afhankelijk van de instellingen bij “LFE LEVEL” is het mogelijk dat sommige signalen niet via de SUBWOOFER OUTPUT aansluiting worden gereproduceerd. ■ Dynamisch bereik F)D. RANGE Via deze instelling kunt u instellen hoeveel het dynamisch bereik moet worden gecomprimeerd voor uw luidsprekers of uw hoofdtelefoon. Deze instelling treedt alleen in werking wanneer dit toestel Dolby Digital of DTS signalen decodeert. Keuzes: MAX (maximum), STD (standard), MIN (minimum) Luidspreker SP D.R Kies deze mogelijkheid om de compressie bij weergave via uw luidsprekers in te stellen. Hoofdtelefoon HP D.R Kies deze mogelijkheid om de compressie bij weergave via uw hoofdtelefoon in te stellen. • Selecteer MAX voor speelfilms. • Selecteer STD voor algemeen gebruik. • Selecteer MIN als u bij een laag volume wilt luisteren. 51 Nederlands Luidsprekerafstanden Keuzes: 0,3 t/m 24.0 m • FRONT L instellen van de afstand van de linker voorluidspreker. Begininstelling: 3,0 m • FRONT R instellen van de afstand van de rechter voor-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m • CENTER instellen van de afstand van de middenluidspreker. Begininstelling: 3,0 m • SUR. L instellen van de afstand van de linker surround-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m • SUR. R instellen van de afstand van de rechter surround-luidspreker. Begininstelling: 3,0 m • SUR. B instellen van de afstand van de surround achter-luidspreker. Begininstelling: 2.10 m • SWFR instellen van de afstand van de subwoofer. Begininstelling: 3,0 m E)LFE LEVEL Deze functie stelt u in staat het volume (uitgangsniveau) van het LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal aan te passen aan uw subwoofer of hoofdtelefoon. Het LFE kanaal zorgt voor de weergave van speciale effecten met zeer lage tonen bij bepaalde passages. Deze instelling treedt alleen in werking bij weergave wanneer dit toestel Dolby Digital of DTS signalen decodeert. Keuzes: –20 t/m 0 dB GEAVANCEERDE BEDIENING Eenheid UNIT Keuzes: meters (m), feet (ft) • Selecteer meters om de afstanden van de luidsprekers in meters in te kunnen voeren. • Selecteer feet om de afstanden van de luidsprekers in voeten (feet) in te kunnen voeren. Met deze functie kunt u de geluidsweergave via het middenkanaal zo aanpassen met de ingebouwde 5-banden grafische equalizer, dat de toonkwaliteit van de middenluidspreker overeenkomt met die van de voorluidsprekers. U kunt de instelling verrichten terwijl u naar de huidige signaalbron luistert, of luisterend naar een testtoon. U kunt 5 frequentiebanden apart instellen: 100Hz, 300Hz, 1kHz, 3kHz, 10kHz Keuzes: –6 t/m +6 dB • Selecteer ON om de linker voor- en de middenluidspreker een testtoon te laten produceren en stel aan de hand daarvan de toonkwaliteit van de middenluidspreker in. • Selecteer OFF om de testtoon te stoppen en de op dit moment geselecteerde signaalbron weer te laten geven. SET MENU ■ Audio instellingen G)AUDIO SET Hiermee kunt algemene audio instellingen voor dit toestel wijzigen. Tijdelijk uit of lager zetten van het geluid MUTE TYP. U kunt zelf bepalen hoeveel het volume verlaagd moet worden wanneer u deze functie gebruikt. Keuzes: FULL, –20dB • Selecteer FULL om de geluidsweergave helemaal te stoppen. • Selecteer –20dB om het huidige volume met 20 dB te verlagen. Audio vertraging A. DELAY U kunt de geluidsweergave vertragen zodat deze synchroon loopt met de videobeelden. Dit is soms nodig bij gebruik van bepaalde LCD monitors of projectoren. Keuzes: 0 t/m 160 ms Passeren toonregeling TC.BYPASS U kunt de geluidssignalen de schakelingen voor de toonregeling helemaal laten negeren wanneer TREBLE en BASS (bladzijde 26) op 0 dB zijn ingesteld. Keuzes: AUTO, OFF • Selecteer AUTO als u de schakelingen voor de toonregeling wilt laten negeren om een zo puur mogelijke weergave te verkrijgen. • Selecteer OFF als u niet wilt dat de toonregeling helemaal genegeeerd wordt. 2 INPUT MENU Via dit menu kunt u digitale in-/uitgangen opnieuw toewijzen en kunt u de ingangsfunctie selecteren. ■ Toewijzen van in-/uitgangsaansluitingen I/O ASSIGN U kunt de aansluitingen toewijzen aan andere componenten als de begininstellingen van dit toestel niet overeenkomen met uw voorkeuren. Wijzig de volgende instellingen om de respectievelijke aansluitingen toe te wijzen aan andere apparatuur en uiteindelijk meer componenten te kunnen aansluiten. Wanneer de ingangsaansluitingen opnieuw zijn toegewezen, kunt u de daarbij behorende component selecteren als signaalbron met INPUT op het voorpaneel of met de ingangskeuzetoetsen op de afstandsbediening. Voor de COMPONENT VIDEO aansluitingen A (C.V[A]) en B (C.V[B]) Keuzes: [A] DVD, DTV/CBL, V-AUX, VCR [B] DVD, DTV/CBL, V-AUX, VCR Voor OPTICAL OUTPUT aansluiting 1 (OUT(1)) Keuzes: MD/CD-R, CD, V-AUX, DTV/CBL, VCR, DVD Voor de OPTICAL INPUT aansluitingen 2 (IN (2)), 3 (IN (3)) en 4 (IN (4)) Keuzes: (2) CD, MD/CD-R, DVD, DTV/CBL, V-AUX, VCR (3) CD, MD/CD-R, DVD, DTV/CBL, V-AUX, VCR (4) CD, MD/CD-R, DVD, DTV/CBL, V-AUX, VCR Voor COAXIAL INPUT aansluiting 5 (IN (5)) Keuzes: CD, MD/CD-R, DVD, DTV/CBL, V-AUX, VCR Opmerkingen • U kunt een bepaalde naam maar één keer gebruiken voor een bepaald soort aansluiting. • Wanneer u een bepaalde component zowel met de COAXIAL als met de OPTICAL aansluiting verbindt, zal het via de COAXIAL aansluiting binnenkomende signaal voorrang krijgen. ■ Ingangsfunctie B)INPUT MODE Met deze instelling kunt u de ingangsfunctie bepalen voor signaalbronnen op de DIGITAL INPUT aansluitingen op het moment dat dit toestel wordt ingeschakeld (zie bladzijde 32 voor details omtrent de ingangsfunctie). Keuzes: AUTO, LAST • Kies AUTO om het toestel automatisch het soort ingangssignaal te laten bepalen en de bijbehorende ingangsfunctie te laten instellen. • Kies LAST om het toestel automatisch de ingangsfunctie in te laten schakelen die het laatst met de signaalbron in kwestie gebruikt is. Opmerking Ook als u LAST heeft ingesteld, kan de laatst gebruikte functie voor de EXTD SUR. toets niet worden onthouden. 52 SET MENU ■ Signaalbronnen nieuwe namen geven C)INPUT RENAME Via deze functie kunt u de namen van de ingangsaansluitingen zoals getoond op het display op het voorpaneel veranderen. 1 Druk op de ingangskeuzetoets om de signaalbron waarvan u de naam wilt veranderen te selecteren. 2 Druk op AMP. 3 Druk op j / i en verplaats de _ (onderstreping) naar het teken of de spatie die u wilt veranderen. 4 Druk op u / d, selecteer het gewenste teken en gebruik vervolgens j / i om naar de volgende tekenpositie te gaan. • U kunt maximaal 8 tekens gebruiken voor elke signaalbron. • Druk op d om de tekens als volgt te laten veranderen, of druk op u om deze reeks in omgekeerde volgorde te doorlopen: A t/m Z, spatie, 0 t/m 9, spatie, a t/m z, spatie, symbolen (#, *, –, +, enz.). 5 Herhaal de stappen 1 t/m 4 als u de namen van andere signaalbronnen wilt veranderen. 6 Druk op SET MENU om af te sluiten wanneer u klaar bent. 3 OPTION MENU Wijzigen van de optionele systeeminstellingen. ■ Display instellingen A)DISPLAY SET Dimmer DIMMER Hiermee kunt u de helderheid van het display op het voorpaneel instellen. Keuzes: –4 t/m 0 Video conversie V. CONV. Gebruik deze functie om de omzetting van composiet (VIDEO) signalen naar S-videosignalen aan/uit te zetten. Dit stelt u in staat om omgezette videosignalen te produceren via de S VIDEO aansluitingen wanneer er geen S-video- of component signalen worden ontvangen. Deze functie converteert ook S-videosignalen naar component signalen wanneer er geen component signalen binnenkomen. Keuzes: ON, OFF • Selecteer OFF wanneer u niet wilt dat er signalen worden omgezet (behalve S-video naar composiet). • Selecteer ON om composiet signalen om te laten zetten naar S-video en component signalen en S-videosignalen naar component signalen. • Ongeacht de gekozen instelling zullen S-videosignalen altijd worden omgezet naar composiet videosignalen. Opmerkingen ■ Geheugen beveiliging B)MEMORY GUARD Met deze functie kunt u voorkomen dat de DSP programma instellingen en andere systeeminstellingen per abuis gewijzigd worden. Keuzes: ON, OFF Kies ON om de inhoud van het geheugen te beveiligen: • DSP programma instellingen • Alle SET MENU onderdelen • Alle ingestelde luidsprekerniveaus Wanneer de “MEMORY GUARD” beveiliging is ingeschakeld (ON), kunt u geen gebruik meer maken van de testtoon of andere SET MENU onderdelen selecteren. GEAVANCEERDE BEDIENING • De geconverteerde videosignalen worden alleen gereproduceerd via de MONITOR OUT aansluitingen. Bij het maken van opnamen moet u tussen de diverse componenten telkens gebruik maken van dezelfde soorten aansluitingen (bijv. S-Video). • Wanneer composiet video- of S-videosignalen van een videorecorder worden omgezet naar component signalen, kan de beeldkwaliteit achteruitgaan, afhankelijk van uw videorecorder. Nederlands 53 SET MENU ■ Parameters initialiseren C)PARAM. INI Hiermee kunt u de instellingen voor alle geluidsveldprogramma’s in een programmagroep tegelijk initialiseren. Wanneer u een geluidsveldprogrammagroep initialiseert, zullen alle gewijzigde instellingen voor de programma’s in die groep worden teruggezet op hun beginwaarden. Druk op de cijfertoets voor de geluidsveldprogrammagroep die u wilt initialiseren. Keuzes: STEREO, MUSIC, ENTERTAINMENT, MOVIE, STANDARD Opmerkingen • U kunt de eerder ingestelde waarden niet meer automatisch terughalen nadat u een geluidsveldprogrammagroep heeft geïnitialiseerd. • U kunt geen individuele geluidsveldprogramma’s initialiseren. • U kunt geen geluidsveldprogrammagroepen initialiseren wanneer de “MEMORY GUARD” beveiliging is ingeschakeld ON. ■ Zone instelling D)MULTI ZONE Via deze instelling kunt u de locatie aangeven van de luidsprekers die zijn verbonden met de SPEAKERS B aansluitingen. Instelling luidsprekerset B SP B Via deze instelling kunt u de locatie aangeven van de voorluidsprekers die zijn verbonden met de SPEAKERS B aansluiting. Keuzes: FRONT, ZONE B • Kies FRONT om SPEAKERS A en B aan/uit te zetten wanneer de met SPEAKERS B verbonden luidsprekers zich in het hoofdvertrek bevinden. • Kies ZONE B wanneer de met SPEAKERS B verbonden luidsprekers zich in een andere ruimte bevinden. Als SPEAKERS A uit (OFF) staat en SPEAKERS B aan (ON), zullen alle luidsprekers in het hoofdvertrek, inclusief de subwoofer, worden uitgeschakeld en zal het toestel alleen via SPEAKERS B geluid produceren. Opmerkingen • Als u een hoofdtelefoon aansluit op de PHONES aansluiting van het toestel terwijl “SP B” is ingesteld op ZONE B, zal het geluid zowel via de hoofdtelefoon als via SPEAKERS B worden weergegeven. • Als er een DSP programma wordt geselecteerd wanneer “SP B” is ingesteld op ZONE B, zal het toestel automatisch de Virtual CINEMA DSP functie inschakelen. 54 UITGEBREID SETUP MENU UITGEBREID SETUP MENU Het uitgebreid setup menu zal verschijnen op het display op het voorpaneel. 2 y • Tijdens de uitgebreide setup zal er geen geluid worden weergegeven. • Tijdens de geavanceerde setup kunnen alleen de STANDBY/ON, STRAIGHT (EFFECT) en PROGRAM toetsen op het voorpaneel gebruikt worden. Draai aan PROGRAM op het voorpaneel om door het menu te bladeren en het gewenste item te selecteren. Zie het eind van dit hoofdstuk voor een lijst met alle beschikbare parameters. PROGRAM LET OP U moet de luidsprekerimpedantie correct instellen voor u dit toestel gaat gebruiken om audio- of videosignalen weer te geven. 3 VOLUME PRESET/TUNING FM/AM EDIT A/B/C/D/E NEXT l PRESET/TUNING h LEVEL PROGRAM MEMORY MAN'L/AUTO FM Druk herhaaldelijk op STRAIGHT (EFFECT) om heen en weer te schakelen tussen de beschikbare parameters. TUNING MODE STRAIGHT AUTO/MAN'L MONO INPUT PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE MULTI CH INPUT STANDBY /ON VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT SILENT CINEMA EFFECT 1,4 1 4 1,3 2 Zet het toestel uit, houd STRAIGHT (EFFECT) ingedrukt en druk op STANDBY/ON. Dit toestel wordt ingeschakeld en het uitgebreid setup menu zal verschijnen op het display op het voorpaneel. Druk op STANDBY/ON om uw keuze te bevestigen. STANDBY /ON Hiermee sluit u de uitgebreide setup af. De gewijzigde instellingen worden van kracht wanneer het toestel de volgende keer wordt ingeschakeld. Houd ingedrukt en druk op GEAVANCEERDE BEDIENING STRAIGHT STANDBY /ON EFFECT Nederlands 55 UITGEBREID SETUP MENU ■ Uitgebreid setup menu items Verander de begininstellingen (hieronder vet gedrukt aangeduid) op basis van uw specifieke systeem en uw voorkeuren. Luidsprekerimpedantie SP IMP. Hiermee kunt u de impedantie van de op dit toestel aangesloten luidsprekers instellen. Keuzes: 8 Ω MIN, 4 Ω MIN • Selecteer 8 Ω ΜΙΝ om de luidsprekerimpedantie in te stellen op 8 Ω . • Selecteer 4 Ω ΜΙΝ om de luidsprekerimpedantie in te stellen op 4 Ω . SP IMP. Luidspreker Voor Impedantieniveau Als u één set (A of B) gebruikt, moet de impedantie van elk van de luidsprekers 4 Ω of hoger zijn. Als u twee sets (A en B) gebruikt, moet de impedantie van elk van de luidsprekers 8 Ω of hoger zijn. 4 Ω ΜΙΝ Midden Surround Surround achter De impedantie van elk van de luidsprekers moet 6 Ω of hoger zijn. Als u één set (A of B) gebruikt, moet de impedantie van elk van de luidsprekers 8 Ω of hoger zijn. Voor 8 Ω ΜΙΝ Midden Surround Surround achter Als u twee sets (A en B) gebruikt, moet de impedantie van elk van de luidsprekers 16 Ω of hoger zijn. De impedantie van elk van de luidsprekers moet 8 Ω of hoger zijn. Fabrieksinstellingen PRESET Via deze functie kunt u alle parameters terugzetten op de fabrieksinstellingen (zie bladzijde 72). Keuzes: CANCEL, RESET • Selecteer CANCEL als u niet wilt dat de parameters van dit toestel worden geïnitialiseerd wanneer u het terugzet op de fabrieksinstellingen. • Selecteer RESET als u wel wilt dat alle parameters van dit toestel worden geïnitialiseerd wanneer u het terugzet op de fabrieksinstellingen. Opmerking Deze instelling heeft geen invloed op de uitgebreid setup menu item parameters. 56 Afstandsbediening REMOTE U kunt indien nodig de ID voor de afstandsbediening van dit toestel veranderen. Keuzes: ID1, ID2 • Selecteer ID1 om het toestel te gebruiken met de standaardcode. • Selecteer ID2 om het toestel te gebruiken met een alternatieve code. Opmerking U moet de bijbehorende instelling verrichten op de afstandsbediening zelf (zie bladzijde 60). KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING Naast dit toestel kan de afstandsbediening ook andere A/V componenten van YAMAHA en van andere fabrikanten aansturen. Om andere componenten te kunnen bedienen, moet u de juiste afstandsbedieningscodes instellen op de afstandsbediening. Set bedieningstoetsen ■ Bedienen van dit toestel ■ Bedienen van andere componenten De grijze toetsen kunnen worden gebruikt om dit toestel te bedienen wanneer de AMP bedieningsfunctie is ingeschakeld. Druk op AMP om de AMP bedieningsfunctie in te schakelen. De grijs aangegeven toetsen hieronder kunnen worden gebruikt om andere componenten te bedienen. De functies van de toetsen hangen mede af van de geselecteerde componenten. Selecteer de component die u wilt bedienen met een ingangskeuzetoets. CODE SET TRANSMIT SYSTEM POWER POWER TV AV CD MD/CD-R DVD STANDBY POWER TUNER SLEEP MULTI CH IN V-AUX DTV/CBL AMP VCR Druk op AMP om dit toestel te bedienen. TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT VOLUME MUTE De toetsen binnen de stippellijnen (SYSTEM POWER, STANDBY, SLEEP, MULTI CH IN, VOLUME +/–, MUTE en de ingangskeuzetoetsen) functioneren in elke stand. CODE SET MUSIC ENTERTAIN MOVIE 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 7 8 POWER STANDBY POWER TV AV POWER POWER MD/CD-R TUNER CD TV DVD SLEEP AV DTV/CBL MULTI CH IN V-AUX AMP VCR TV VOL TV CH TV VOL TV MUTE STEREO TRANSMIT SYSTEM Met de / toetsen en de ingangskeuzetoetsen kunt u zoals hieronder aangegeven een andere set bedieningstoetsen kiezen. * Gebruik de / toetsen om andere componenten te bedienen, ongeacht of ze op dit toestel zijn aangesloten of niet. POWER VOLUME TV CH TV INPUT MUTE TV MUTE TV INPUT STEREO MUSIC ENTERTAIN 1 2 3 MOVIE 4 STEREO MUSIC ENTERTAIN MOVIE STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. A SPEAKERS B 9 NIGHT 0 1 STRAIGHT 10 5 STANDARD A SPEAKERS B A/B/C/D/E RETURN DISPLAY REC AUDIO DISC SKIP PTY SEEK START EON 6 0 Component bedieningstoetsen Door de juiste afstandsbedieningscodes in te stellen kunt u tot maximaal 9 verschillende componenten bedienen (zie bladzijde 58). LEVEL TITLE 9 0 PRESET/CH BAND TITLE 8 ENT. NIGHT EFFECT STRAIGHT 10 ENT. SET MENU FAVOR. MENU EFFECT PRESET/CH A/B/C/D/E SET MENU LEVEL MENU ENTER CATEGORY RETURN 7 10 CATEGORY ENTER DISPLAY ALL CH A/B/C/D/E REC RETURN DISPLAY GEAVANCEERDE BEDIENING MODE 4 8 SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. STRAIGHT NIGHT A SPEAKERS B MENU ENTER FREQ/TEXT 5 9 SET MENU TITLE 3 7 ENT. EFFECT PRESET/CH LEVEL 2 6 AUDIO DISC SKIP REC AUDIO DISC SKIP FREQ/TEXT MODE PTY SEEK START EON Nederlands 57 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING Instellen van afstandsbedieningscodes 1 Druk op een ingangskeuzetoets of op / om de component die u wilt instellen te selecteren. U kunt andere componenten bedienen als u de bijbehorende afstandsbedieningscodes heeft ingesteld. Voor elke set bedieningstoetsen kan een code worden ingevoerd. Raadpleeg de “LIJST MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van deze handleiding voor een complete lijst met de beschikbare afstandsbedieningscodes. In de volgende tabel staan de standaard ingestelde componenten (Archief: componentencategorie) en de afstandsbedieningscode voor elke set bedieningstoetsen. Componentencategorie (Archief) Fabrikant Standaard YAMAHA code CD CD YAMAHA 0005 MD/CD-R MD YAMAHA 0024 TUNER TUNER YAMAHA 0023*1 0033*2 DVD DVD YAMAHA 0098 DTV/CBL – – – V-AUX – – – VCR MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN AMP VCR 2 Standaardinstellingen afstandsbedieningscodes Ingang CD Druk met een balpen of iets dergelijks CODE SET in. De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening knippert twee keer. TRANSMIT CODE SET 3 Voer met de cijfertoetsen (0 t/m 9) de vier cijfers van de afstandsbedieningscode voor de component in kwestie in. Raadpleeg de “LIJST MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van deze handleiding. – – – STEREO MUSIC ENTERTAIN MOVIE DVR YAMAHA 0208 1 2 3 4 – – – STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 7 8 NIGHT STRAIGHT *1 Modellen voor het V.K. en Europa *2 Overige modellen A SPEAKERS B 9 0 10 ENT. EFFECT Opmerking Het is mogelijk dat u uw specifieke YAMAHA component niet kunt bedienen, ook al is er een YAMAHA afstandsbedieningscode voorgeprogrammeerd. Probeer in een dergelijk geval een andere YAMAHA afstandsbedieningscode in te stellen. De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening knippert twee keer, waarna de afstandsbedieningscode voor de geselecteerde component zal zijn ingesteld. Opmerkingen • Als er meerdere codes zijn voor de fabrikant van uw component, probeer ze dan één voor één tot u de juiste gevonden heeft. • Als u bij stap 3 langer dan 30 seconden wacht, zal de instelfunctie worden geannuleerd. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 2. 58 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING Bedienen van andere componenten Wanneer u de bijbehorende afstandsbedieningscodes heeft ingesteld, kunt u met deze afstandsbediening ook uw andere apparatuur bedienen. Het is mogelijk dat sommige toetsen niet het verwachte effect hebben op uw apparatuur. Gebruik de ingangskeuzetoetsen om de component te selecteren die u wilt bedienen. De afstandsbediening zal automatisch overschakelen naar de bedieningsfunctie voor die component. 1 2 CODE SET TRANSMIT STEREO MUSIC ENTERTAIN 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 SYSTEM POWER POWER TV AV CD MD/CD-R STANDBY TUNER POWER 7 SLEEP A SPEAKERS B DVD 9 MULTI CH IN V-AUX DTV/CBL MOVIE 7 8 NIGHT STRAIGHT 0 10 ENT. B EFFECT 8 9 0 AMP VCR 3 4 TV VOL TV CH VOLUME PRESET/CH LEVEL SET MENU TITLE MENU C ENTER A/B/C/D/E RETURN DISPLAY D REC 5 6 DVD-speler/ DVD-recorder 1 2 3 4 5 6 7 8 9 MUTE STEREO MUSIC ENTERTAIN MOVIE 1 2 3 4 AUDIO DISC SKIP FREQ/TEXT MODE PTY SEEK START CD-speler MD/CD-recorder Tuner EON AV POWER Aan/uit *1 Aan/uit *1 VCR aan/uit *3 Aan/uit *1 Aan/uit *1 Aan/uit *1 TV POWER TV aan/uit *2 TV aan/uit *2 TV aan/uit TV aan/uit *2 TV aan/uit *2 TV aan/uit *2 TV CH + TV volgende kanaal *2 TV volgende kanaal *2 TV volgende kanaal TV volgende kanaal *2 TV volgende kanaal *2 TV volgende kanaal *2 TV CH – TV vorige kanaal *2 TV vorige kanaal *2 TV vorige kanaal TV vorige kanaal *2 TV vorige kanaal *2 TV vorige kanaal *2 TV VOL + TV volume hoger *2 TV volume hoger *2 TV volume hoger TV volume hoger *2 TV volume hoger *2 TV volume hoger *2 TV VOL – TV volume lager *2 TV volume lager *2 TV volume lager TV volume lager *2 TV volume lager *2 TV volume lager *2 TV MUTE TV geluid uit *2 TV geluid uit *2 TV geluid uit TV geluid uit *2 TV geluid uit *2 TV geluid uit *2 TV INPUT TV ingang *2 TV ingang *2 TV ingang TV ingang *2 TV ingang *2 TV ingang *2 1-9, 0, +10 Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Cijfertoetsen Voorkeuzezenders (1-8) TITLE Titel PRESET/CH u Hoger VCR volgende kanaal Volgende voorkeuzezender (1-8) PRESET/CH d Lager VCR vorige kanaal Vorige voorkeuzezender (1-8) j Rechts i Links Volgende voorkeuzezender (A-E) ENTER Enter RETURN Terug REC/ DISC SKIP Disc overslaan (speler) Opname (recorder) Opname VCR opname *3 Disc overslaan Opname (MD) Weergave Weergave VCR weergave *3 Weergave Weergave w Terug zoeken Terug zoeken VCR terug zoeken *3 Terug zoeken f Vooruit zoeken Vooruit zoeken VCR vooruit zoeken *3 Vooruit zoeken Vooruit zoeken Pauze VCR pauze *3 p AUDIO Audio e Pauze Terug zoeken Pauze Pauze b Terug springen Terug springen Terug springen a Vooruit springen Vooruit springen Vooruit springen s B C D Digitale TV/ Kabel TV A TV INPUT GEAVANCEERDE BEDIENING 0 A Videorecorder TV MUTE Stop Stop VCR stop *3 Stop Stop ENT. Titel/Index Enter Enter Index Index MENU Menu DISPLAY Display Display Display Display *1 Deze toets werkt alleen wanneer de originele afstandsbediening van de component in kwestie een POWER (aan/uit) toets heeft. Met deze toetsen kunt u uw TV bedienen zonder de signaalbron om te schakelen indien de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld onder DTV/CBL of . Als u de afstandsbedieningscode voor uw TV heeft ingesteld voor zowel de DTV/CBL als de set bedieningstoetsen, zal voorrang worden gegeven aan het signaal voor de DTV/CBL set. *3 Met deze toetsen kunt u uw videorecorder bedienen zonder de signaalbron om te schakelen indien de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld onder VCR. *2 Nederlands 59 KENMERKEN VAN DE AFSTANDSBEDIENING Overschakelen naar een alternatieve code Wissen van ingestelde afstandsbedieningscodes U kunt indien nodig een andere archiefcode instellen voor de afstandsbediening zelf om het gewenste toestel te bedienen. 1 1 Druk met een balpen of iets dergelijks CODE SET in. De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening knippert twee keer. Druk op een ingangskeuzetoets of op / om de set bedieningstoetsen waarvoor u de afstandsbedieningscode wilt wissen te selecteren. CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN TRANSMIT CODE SET 2 VCR Voer codenummer “9991” of “9992” in (zie de tabel hieronder). De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening knippert twee keer, waarna de archiefcode zal zijn ingesteld. AMP archiefcode (afstandsbediening instelling) Functie 9991 Bedienen van het toestel met de standaardcode. 9992 Om het toestel te gebruiken met een alternatieve code. Afstandsbediening ID (instelling voor het toestel, zie bladzijde 56) ID1 (begininstelling) Opmerking U moet ook instellingen maken voor de receiver/versterker. Druk met een balpen of iets dergelijks CODE SET in. De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening knippert twee keer. TRANSMIT CODE SET 3 ID2 Wanneer u verschillende YAMAHA receivers/versterkers gebruikt is het mogelijk dat u de andere componenten ook bedient met de standaardcode voor de afstandsbediening. Stel in een dergelijk geval één vd alternatieve codes in om dit toestel apart te kunnen bedienen. 60 2 AMP Voer het codenummer “0000” in. De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening knippert twee keer, waarna de afstandsbedieningscode voor de geselecteerde component zal zijn gewist. y • Als u na stap 2 niet binnen 30 seconden op een toets drukt, zal het wissen worden geannuleerd. Begin in dit geval opnieuw vanaf stap 1. • U kunt alle ingevoerde afstandsbedieningscodes in één keer wissen door het codenummer “9990” in te voeren. ZONE 2 ZONE 2 Dit toestel stelt u in staat uw audiosysteem in meerdere ruimten te gebruiken. Met de meegeleverde afstandsbediening kunt u dit toestel ook vanuit de andere ruimte bedienen. Er kunnen alleen analoge signalen gebruikt worden in de secundaire ruimte. Een signaalbron waarnaar u ook in de tweede ruimte wilt kunnen luisteren moet via de analoge (AUDIO L/R) ingangsaansluitingen op dit toestel zijn aangesloten. Zone 2 aansluitingen Om ook in een andere ruimte gebruik te kunnen maken van dit toestel heeft u de volgende extra apparatuur nodig. • Een infrarood ontvanger in de tweede ruimte. • Een infrarood zender in de hoofdruimte. Deze zender geeft de infraroodsignalen van de afstandsbediening in de tweede ruimte door naar de hoofdruimte (naar een CD-speler, bijv.). • Een versterker en luidsprekers in de tweede ruimte. y • Omdat er ellerlei manieren zijn waarop dit toestel aangesloten en gebruikt kan worden in een installatie met weergave in meerdere ruimten, raden we u aan uw dichtstbijzijnde erkende YAMAHA dealer of service-centrum te raadplegen omtrent de Zone 2 aansluitingen die het best zouden voldoen aan uw wensen. • Sommige YAMAHA modellen kunnen direct worden verbonden met de REMOTE CONTROL OUT aansluiting van dit toestel. Als u een dergelijk product heeft, is het mogelijk dat u geen infraroodzender nodig heeft. Er kunnen maximaal 6 YAMAHA componenten worden aangesloten op de aangegeven manier. IN OUT OUT REMOTE CONTROL OUT IN Dit toestel ■ Voorbeeld systeemconfiguratie en aansluitingen ZONE 2 OUTPUT GEAVANCEERDE BEDIENING Versterker DVD-speler (of andere component) Dit toestel Afstandsbediening DVD INPUT Infraroodontvanger Infraroodzender Hoofdruimte REMOTE CONTROL OUT Tweede ruimte ZONE 2 REMOTE IN Opmerkingen 61 Nederlands • Wanneer u de hoofdruimte niet gebruikt, kunt u het beste het volume van dit toestel in de hoofdruimte laag zetten. Regel het volume met de regelaar op de versterker in de tweede ruimte. • Om onverwacht lawaai te voorkomen mag u IN GEEN GEVAL de Zone 2 functie gebruiken met DTS gecodeerde CD’s. ZONE 2 Afstandsbediening vanuit Zone 2 ■ Zone 2 bedienen 1 Druk op om de afstandsbediening op de Zone 2 stand te zetten. De TRANSMIT indicator op de afstandsbediening licht op wanneer de afstandsbediening in de Zone 2 stand staat. U kunt de weergave in het hoofdvertrek of in Zone 2 ook aan/uit zetten door op het voorpaneel op MAIN of op ZONE 2 te drukken. 2 Druk op SYSTEM POWER om de stroom voor Zone 2 in te schakelen. ■ Inschakelen van de Zone 2 functie op de afstandsbediening 3 Druk op een ingangskeuzetoets om de signaalbron te selecteren waar u naar wilt luisteren in de tweede ruimte. De meegeleverde afstandsbediening kan worden gebruikt voor de bediening vanuit Zone 2. U kunt zelfs de signaalbron selecteren en apparatuur in de hoofdruimte bedienen vanuit de tweede ruimte, ongeacht de luisteromstandigheden in de hoofdruimte zelf. y 1 Druk op . CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN AMP VCR 2 Druk met een balpen of iets dergelijks CODE SET in. De TRANSMIT indicator van de afstandsbediening knippert twee keer. 4 U kunt Zone 2 bedienen met de ingangskeuzetoetsen, STANDBY, SYSTEM POWER en MUTE. TRANSMIT CODE SET CODE SET TRANSMIT SYSTEM 3 Voer het codenummer “2999” in. Onmiddellijk nadat u de afstandsbediening heeft ingesteld voor de Zone 2 functie, kunt u met de afstandsbediening het hoofdtoestel bedienen. Met de afstandsbediening in deze stand kunt u het toestel aan zetten, of uit (standby) onafhankelijk van Zone 2 door op SYSTEM POWER of STANDBY te drukken. Opmerkingen • Als u Zone 2 inschakelt, zal deze functie gelden voor wat betreft de huidige afstandsbedieningsidentificatie (ID1: standaardinstelling; ID2: alternatieve code). Omdat echter de afstandsbedieningscodes voor Zone 2 gedeeld wordt door ID1 zowel als ID2, zal de afstandsbedieningsidentificatie (ID) niet veranderen, ook al wordt er omgeschakeld. • Om ZONE 2 af te sluiten dient u de afstandsbedieningscode die is ingesteld voor te wissen, of dient u voor een andere afstandsbedieningscode dan een TV code in te stellen. 62 POWER POWER TV AV STANDBY POWER CD MD/CD-R TUNER SLEEP DVD DTV/CBL V-AUX MULTI CH IN AMP VCR TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT VOLUME MUTE y Zone 2 volume kan niet worden geregeld met de afstandsbediening. Regel het volume via de versterker in de tweede ruimte. Opmerking De afstandsbediening zal 10 seconden nadat u op heeft gedrukt teruggaan naar de stand voor het hoofdtoestel, of wanneer u een andere toets indrukt dan SYSTEM POWER, STANDBY, MUTE of de ingangskeuzetoetsen. Druk met de TRANSMIT indicator uit op om de afstandsbediening in de Zone 2 stand te zetten voor u de stroom voor Zone 2 aan of uit zet, de signaalbron verandert of het geluid tijdelijk uitschakelt. ZONE 2 ■ Het hoofdtoestel en Zone 2 toestel aan/ uit (standby) zetten. Uit (standby) zetten van alle toestellen (hoofdtoestel en Zone 2 toestel): Houd AMP ingedrukt en druk op STANDBY. Aan zetten van alle toestellen (hoofdtoestel en Zone 2 toestel): Houd AMP ingedrukt en druk op SYSTEM POWER. y STANDBY en SYSTEM POWER werken anders afhankelijk van de geselecteerde functie. Functie Stand voor het hoofdtoestel TRANSMIT indicator STANDBY/ SYSTEM POWER Druk op STANDBY om het hoofdtoestel uit (standby) te zetten. Uit Druk op SYSTEM POWER om het hoofdtoestel aan te zetten. Druk op STANDBY om de Zone 2 component uit (standby) te zetten. Zone 2 stand Aan Druk op SYSTEM POWER om de Zone 2 component aan te zetten. ■ Waar u aan moet denken bij gebruik van DTS materiaal Het DTS signaal bestaat uit een digitale bitstroom. Als u probeert om een DTS signaal naar de tweede ruimte te sturen, zult u alleen digitale ruis horen (die zo luid kan zijn dat uw luidsprekers beschadigd raken). Daarom moet u op de volgende punten letten wanneer u DTS gecodeerde discs afspeelt. GEAVANCEERDE BEDIENING Voor DTS gecodeerde DVD’s Alleen 2-kanaals analoge audiosignalen kunnen naar de tweede ruimte worden doorgestuurd. Gebruik het discmenu om de DVD-speler 2-kanaals (links en rechts) audiosignalen te laten produceren van een PCM of Dolby Digital soundtrack. Voor DTS gecodeerde CD’s Om onverwacht lawaai te voorkomen mag u IN GEEN GEVAL de Zone 2 functie gebruiken met DTS gecodeerde CD’s. Nederlands 63 WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN Wat is een geluidsveld Wat het meeste bijdraagt aan de rijke, volle tonen van een live voorstelling, zijn de ingewikkelde weerkaatsingen via de wanden van de ruimte. Naast het feit dat deze weerkaatsingen het “live” aspect van het geluid belichamen, vertellen ze ons ook waar de muzikanten zich bevinden en hoe groot de ruimte waar we in zitten is en welke vorm deze heeft. Veranderen van instellingen U kunt een goede geluidskwaliteit bereiken met de fabrieksinstellingen. U hoeft deze begininstellingen niet te veranderen, maar u kunt dat wel doen wanneer u de weergave beter wilt proberen aan te passen aan de specifieke omstandigheden in uw kamer. MUTE CODE SET TRANSMIT SYSTEM ■ Onderdelen van een geluidsveld POWER POWER TV AV CD MD/CD-R STANDBY TUNER MUSIC ENTERTAIN 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 7 8 NIGHT STRAIGHT SLEEP A SPEAKERS B In elke situatie zijn er, naast de door de muzikanten geproduceerde geluiden die onze oren direct bereiken, twee verschillende soorten weerkaatsingen die samen onze waarneming van het geluid bepalen: DVD 1 DTV/CBL V-AUX MOVIE STEREO POWER MULTI CH IN 9 AMP LEVEL 0 10 ENT. EFFECT VCR PRESET/CH SET MENU TITLE MENU ENTER A/B/C/D/E TV VOL TV CH TV MUTE TV INPUT VOLUME RETURN DISPLAY REC Vroege weerkaatsingen Deze bereiken onze oren het eerst (50 ms – 100 ms na het directe geluid) en zijn slechts door één enkel oppervlak weerkaatst – bijvoorbeeld het plafond of een muur. Deze vroege weerkaatsingen maken het direct waargenomen geluid voor ons helderder. Natrillingen Deze worden veroorzaakt door weerkaatsingen via meer dan één oppervlak – muren, plafond, de achterwand van de ruimte – en zijn zo talrijk dat ze samensmelten tot een bijna doorlopende “nagalm”. Deze natrillingen zijn niet richtinggevoelig en maken het directe geluid in onze waarneming minder helder. AUDIO Als u in de kamer waar u altijd naar uw muziek luistert de juiste vroege weerkaatsingen en natrillingen zou kunnen maken, zou u uw eigen akoestische luisterparadijs kunnen bouwen. U zou de akoestiek van uw kamer kunnen veranderen in die van een concertzaal, een danshol of in die van vrijwel elke ruimte die u zich zou kunnen indenken. Deze kunst om zelf geluidsvelden samen te stellen is precies wat YAMAHA nu heeft bereikt met de digitale geluidsveld processor. 3,4 DISC SKIP 1 Druk op AMP. 2 Selecteer het geluidsveldprogramma waarvan u de instellingen wilt wijzigen. AMP STEREO MUSIC ENTERTAIN 1 2 3 4 STANDARD SELECT EXTD SUR. DIRECT ST. 5 6 A SPEAKERS B Het directe geluid, de vroege weerkaatsingen en de natrillingen samen helpen ons bij het bepalen van onze indruk van de grootte en de vorm van de ruimte en het is deze informatie die door de digitale geluidsveld processor wordt gereproduceerd bij het samenstellen van het geluidsveld. 2 9 0 MOVIE 7 8 NIGHT STRAIGHT 10 ENT. EFFECT 3 Druk op u / d en selecteer de parameters. PRESET/CH ENTER A/B/C/D/E 4 Druk op j / i om de huidige waarde voor deze parameter te wijzigen. PRESET/CH ENTER A/B/C/D/E y Als u j / i ingedrukt houdt bij het wijzigen van parameterwaarden, zal de aangegeven waarde op het display op het voorpaneel even stil houden bij de fabrieksinstelling. 64 WIJZIGEN VAN GELUIDSVELD INSTELLINGEN 5 Herhaal de stappen 2 t/m 4 indien u nog andere parameters voor dit programma wilt veranderen. Opmerking U kunt geen parameterwaarden wijzigen wanneer de “MEMORY GUARD” beveiliging is ingeschakeld (ON). Als u toch parameterwaarden wilt wijzigen, dient u “MEMORY GUARD” op OFF te zetten (zie bladzijde 53). Geheugen back-up De geheugen back-up schakeling voorkomt dat de opgeslagen gegevens verloren gaan wanneer het toestel uit (standby) staat, wanneer de stekker uit het stopcontact is, of wanneer de stroomvoorziening tijdelijk wordt onderbroken door een stroomstoring. Als de stroomvoorziening echter langer dan een week onderbroken wordt, zullen de parameterwaarden terugkeren naar hun fabrieksinstellingen. In een dergelijk geval zult u de parameterwaarden opnieuw moeten wijzigen. ■ Parameters terugzetten op hun fabrieksinstelling Gebruik PARAM. INI (zie bladzijde 54). AANVULLENDE INFORMATIE Nederlands 65 GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN U kunt de waarden van bepaalde parameters van de digitale geluidsveldprogramma’s wijzigen om de weergave aan te passen aan de omstandigheden in uw kamer. Niet alle onderstaande parameters gelden voor alle programma’s. ■ DSP LEVEL (DSP niveau) Functie: Omschrijving: Instelbereik: Regelt het niveau van alle DSP effectgeluiden binnen een klein bereik. Afhankelijk van de akoestiek in uw kamer wilt u mogelijk het DSP effectniveau verhogen of verlagen ten opzichte van het niveau van de directe weergave. –6 dB t/m +3 dB ■ INIT.DLY (Aanvankelijke vertraging) Functie: Omschrijving: Instelbereik: Wijzigt de schijnbare afstand tot de geluidsbron door het verschil te regelen tussen het moment dat de luisteraar het directe geluid hoort en wanneer hij of zij de eerste weerkaatsing daarvan hoort. Hoe kleiner deze waarde, hoe dichter de geluidsbron bij de luisteraar lijkt te zijn. Hoe groter deze waarde, hoe verder weg het lijkt. Gebruik een kleine waarde voor een kleine kamer. Gebruik een grotere waarde voor een grote kamer. 1 t/m 99 msec Brongeluid Tijd Tijd Tijd Vertraging Niveau Niveau Niveau Vroege weerkaatsingen Vertraging Vertraging Geluidsbron Weerkaatsend oppervlak Kleine waarde = 1 ms Grote waarde = 99 ms Voor 2ch Stereo: ■ DIRECT (Direct) Functie: Instelmogelijkheden: Passeert de decoders en DSP processors van dit toestel voor pure High-Fidelity weergave van 2-kanaals analoog bronmateriaal. De AUTO instelling werkt alleen wanneer BASS en TREBLE zijn ingesteld op 0 dB. AUTO, OFF Opmerkingen • Wanneer er multi-kanaals signalen (Dolby Digital en DTS) binnenkomen, zullen deze worden teruggemengd naar 2 kanalen en worden weergegeven via de linker en rechter voor-luidsprekers. • Wanneer “BASS OUT” op BOTH staat, of wanneer “FRONT” op SMALL staat en “BASS OUT” op SWFR, zullen de lage tonen in de linker en rechter voorkanalen naar de subwoofer worden gestuurd. 66 GELUIDSVELD PARAMETER BESCHRIJVINGEN Voor 6ch Stereo: Functie: Instelbereik: Deze parameters regelen het volumeniveau voor elk kanaal in de 6-kanaals stereo weergavefunctie. 0 t/m 100% ■ CT LEVEL (Midden niveau) ■ SL LEVEL (Linker surround niveau) ■ SR LEVEL (Rechter surround niveau) ■ SB LEVEL (Surround-achter niveau) Voor PRO LOGIC IIx Music en PRO LOGIC II Music: ■ PANORAMA (Panorama) Functie: Instelmogelijkheden: Stuurt stereosignalen naar zowel de surround-luidsprekers als naar de voor-luidsprekers voor een omhullend effect. OFF, ON ■ DIMENSION (Dimensie) Functie: Instelbereik: Zorgt voor een graduele aanpassing van het geluidsveld naar voren of naar achteren. –3 (naar achteren) t/m +3 (naar voren), de begininstelling is STD (standaard). ■ CT WIDTH (Midden breedte) Functie: Instelbereik: Begininstelling: Regelt het middengeluidsveld via alle drie de voor-luidsprekers. Een grotere waarde breidt het middenveld uit in de richting van de linker en rechter voor-luidsprekers. 0 (geluid voor het middenkanaal wordt alleen maar weergegeven via de midden-luidspreker) t/m 7 (het middenkanaal wordt helemaal via de linker en rechter voor-luidsprekers weergegeven) 3 Opmerking Deze parameter kan alleen worden ingesteld wanneer SUR. STANDARD is geselecteerd. Voor DTS Neo:6 Music: ■ C. IMAGE (Middenbeeld) Functie: Instelbereik: Begininstelling: Regelt het geluidsbeeld in het midden via alle drie de voor-luidsprekers. 0 t/m 1,0 0,3 Opmerking Deze parameter kan alleen worden ingesteld wanneer SUR. STANDARD is geselecteerd. AANVULLENDE INFORMATIE Nederlands 67 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN OPLOSSEN VAN PROBLEMEN Raadpleeg de tabel hieronder wanneer het toestel niet naar behoren functioneert. Als het probleem niet hieronder vermeld staat, of als de aanwijzingen het probleem niet verhelpen, zet het toestel dan uit (standby), haal de stekker uit het stopcontact en neem contact op met uw dichtstbijzijnde YAMAHA dealer of servicecentrum. ■ Algemeen Probleem Het toestel gaat niet aan wanneer u op STANDBY/ON (of SYSTEM POWER) drukt, of gaat direct weer uit (standby) zodra de stroom wordt ingeschakeld. Geen geluid Geen beeld 68 Oorzaak Oplossing Raadpleeg bladzijde Het netsnoer of de stekker is niet of niet goed aangesloten. Sluit het netsnoer op de juiste manier aan. — De instelling voor de impedantie is niet correct. Stel de impedantie in zodat deze overeenkomt met die van uw luidsprekers. 56 De beveiliging is in werking getreden. Controleer of alle luidsprekerbedrading, op het toestel en op de luidsprekers zelf, op de juiste manier is aangesloten en dat de draden geen contact maken met andere dingen dan de bijbehorende aansluitingen. 11-13 Het toestel heeft blootgestaan aan een sterke, externe elektrische schok (bijvoorbeeld een blikseminslag of een ontlading van statische elektriciteit). Zet het toestel uit (standby), haal de stekker uit het stopcontact, wacht 30 seconden voor u de stekker weer terug doet en probeer het toestel vervolgens weer gewoon te gebruiken. In- of uitgangskabels niet op de juiste manier aangesloten. Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels. De ingangsfunctie staat op DTS of ANALOG. Selecteer AUTO. 32 Er is geen geschikte signaalbron geselecteerd. Selecteer een geschikte signaalbron met INPUT, MULTI CH INPUT (of MULTI CH IN op de afstandsbediening) of de ingangskeuzetoetsen. 25 De luidsprekers zijn niet goed aangesloten. Sluit de luidsprekers op de juiste manier aan. 12 De te gebruiken voor-luidsprekers zijn niet op de juiste manier geselecteerd. Selecteer de voor-luidsprekers met SPEAKERS A en/ of B. 25 Het volume staat uit. Zet het volume hoger. — De geluidsweergave is tijdelijk uitgeschakeld. Druk op MUTE of op een andere bedieningstoets voor dit toestel om de geluidsweergave te herstellen en het volume te kunnen regelen. 26 De ingangsfunctie staat op ANALOG maar er wordt een DTS gecodeerd bronsignaal weergegeven. Wijzig de instelling voor de ingangsfunctie naar AUTO of DTS. 32 Er worden van een signaalbron signalen ontvangen die niet door dit toestel weergegeven kunnen worden, bijvoorbeeld een CD-ROM. Gebruik een signaalbron waarvan de signalen wel door dit toestel kunnen worden gereproduceerd. — Er wordt gebruik gemaakt van verschillende types video-aansluitingen voor de in- en uitgang van het beeldsignaal. Schakel de videoconversie-functie in. 53 — 14-20 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN Probleem Het geluid valt plotseling uit. Alleen de luidspreker aan de ene kant doet het. Oorzaak Oplossing Raadpleeg bladzijde Controleer of de impedantie correct is ingesteld. 56 Controleer of de luidsprekerbedrading nergens kortsluiting maakt en zet vervolgens het toestel weer aan. — De slaaptimer heeft het toestel uitgeschakeld. Zet het toestel aan en speel de gewenste signaalbron weer af. — De geluidsweergave is tijdelijk uitgeschakeld. Druk op MUTE om de geluidsweergave te herstellen. 26 Bedrading niet op de juiste manier aangesloten. Sluit de bedrading op de juiste manier aan. Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels. 12 Onjuiste balans ingesteld via het SET MENU. Wijzig de SP LEVEL instellingen. 51 31 De beveiliging is in werking getreden vanwege kortsluiting enz. Er wordt alleen flink geluid geproduceerd door de middenluidspreker. Wanneer er een mono bronsignaal wordt weergegeven met een CINEMA DSP programma, zal dit signaal via het middenkanaal worden weergegeven, terwijl alleen eventuele door het programma toegevoegde effecten via de voor- en surround-luidsprekers worden geproduceerd. Geen geluid uit de effect-luidsprekers. De geluidsveldprogramma’s zijn uitgeschakeld. Kies STRAIGHT (EFFECT) om de effecten in te schakelen. U gebruikt een signaalbron of een programmacombinatie waarbij niet via alle kanalen geluid wordt geproduceerd. Probeer een ander geluidsveldprogramma. Het uitgangsniveau van de middenluidspreker staat op een te lage waarde. Stel het niveau van de midden-luidspreker hoger in. 51 “CENTER” in het SET MENU staat op NONE. Selecteer de juiste instelling voor uw middenluidspreker. 50 Eén van de HiFi DSP programma’s (uitgezonderd 6ch Stereo) is geselecteerd. Probeer een ander geluidsveldprogramma. Het uitgangsniveau van de surroundluidsprekers staat op een te lage waarde. Stel het niveau van de surround-luidsprekers hoger in. 51 “SUR. LR” in het SET MENU staat op NONE. Selecteer de juiste instelling voor de linker en rechter surround-luidsprekers. 50 Er wordt een mono bronsignaal afgespeeld met STRAIGHT. Druk op STRAIGHT (EFFECT) om de geluidsveldeffecten in te schakelen. — “SUR. LR” in het SET MENU staat op NONE. Als NONE is ingesteld voor de linker en rechter surround-luidsprekers, zal de surround achterluidspreker automatisch ook op NONE worden ingesteld. Selecteer de juiste instelling voor uw surround-luidsprekers. 50 “SUR. B” in het SET MENU staat op NONE. Selecteer LRG of SML. 50 “BASS OUT” staat op FRONT in het SET MENU terwijl er een Dolby Digital of DTS signaal wordt weergegeven. Selecteer SWFR of BOTH. 50 “BASS OUT” in het SET MENU staat op SWFR of FRONT terwijl er een 2-kanaals bronsignaal wordt weergegeven. Selecteer BOTH. 50 Geen geluid uit de midden-luidspreker. Geen geluid uit de surroundluidsprekers. Geen geluid uit de subwoofer. 27, 43 AANVULLENDE INFORMATIE Geen geluid uit de surround achterluidspreker. 27, 43 Nederlands Het bronsignaal bevat geen zeer lage tonen. 69 OPLOSSEN VAN PROBLEMEN Raadpleeg bladzijde Probleem Oorzaak Oplossing Er kunnen geen Dolby Digital of DTS bronnen worden weergegeven. (De Dolby Digital of DTS indicator op het display op het voorpaneel licht niet op.) De aangesloten component is niet correct ingesteld voor het produceren van Dolby Digital of DTS digitale signalen. Volg de handleiding van de apparatuur in kwestie en maak de vereiste instellingen. — De ingangsfunctie staat op ANALOG. Wijzig de instelling voor de ingangsfunctie naar AUTO of DTS. 32 U hoort een zeker “gebrom”. Bedrading niet op de juiste manier aangesloten. Steek de stekkers goed in de aansluitingen. Als dit het probleem niet verhelpt, is het mogelijk dat er iets mis is met de kabels. — Het volume kan niet worden verhoogd, of het geluid klinkt vervormd. De op de OUT (REC) aansluitingen van dit toestel aangesloten component staat uit. Zet de betreffende component aan. — Geluidseffecten worden niet opgenomen. Het is niet mogelijk door het toestel toegevoegde effecten op te nemen met aangesloten opname-apparatuur. Er kan niet worden opgenomen door digitale opnameapparatuur die is aangesloten op de DIGITAL OUTPUT aansluiting van dit toestel. De signaalbron waarvan u wilt opnemen is niet aangesloten op de DIGITAL INPUT aansluitingen van dit toestel. Er kan niet worden opgenomen door analoge opnameapparatuur die is aangesloten op de AUDIO OUT aansluitingen. Sluit de signaalbron aan op de DIGITAL INPUT aansluitingen. 14-18 De signaalbron waarvan u wilt opnemen is niet aangesloten op de analoge AUDIO IN aansluitingen. Sluit de signaalbron aan op de analoge AUDIO IN aansluitingen. 14-18 Sommige instellingen en geluidsveld parameters van dit toestel kunnen niet meer worden gewijzigd. “MEMORY GUARD” in het SET MENU staat op ON. Selecteer OFF. 53 Het toestel functioneert niet naar behoren. De interne microcomputer is vastgelopen door een externe elektrische schok (bijvoorbeeld blikseminslag of ontlading van statische elektriciteit) of door een te laag voltage van de stroomvoorziening. Haal de stekker uit het stopcontact en doe hem na ongeveer 30 seconden weer terug. — “CHECK SP WIRES” zal op het display op het voorpaneel verschijnen. De luidsprekerbedrading maakt kortsluiting. Controleer of alle luidsprekerkabels op de juiste manier zijn aangesloten. 12 U ondervindt storing van digitale of hoogfrequente apparatuur, of van dit toestel. Dit toestel staat te dicht bij de digitale of hoogfrequente apparatuur. Zet het toestel verder bij dergelijke apparatuur vandaan. — De beeldweergave wordt gestoord. De videobron maakt gebruik van gescramblede of gecodeerde signalen om kopiëren tegen te gaan. Het toestel gaat plotseling uit (standby). De interne temperatuur is te hoog opgelopen en de oververhittingsbeveiliging is in werking getreden. Wacht ongeveer 1 uur tot het toestel afgekoeld is voor u het weer aan zet. — 70 Sommige componenten kunnen geen Dolby Digital of DTS bronmateriaal opnemen. OPLOSSEN VAN PROBLEMEN ■ Tuner FM AM Raadpleeg bladzijde Probleem Oorzaak Oplossing Veel ruis in de FM stereo-ontvangst. Dit probleem is inherent aan FM stereo-uitzendingen wanneer de zender te ver weg is of het ontvangstsignaal dat binnenkomt via de antenne niet sterk genoeg is. Controleer de aansluitingen van de antenne. Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige FM antenne. 19 Stem met de hand af. 34 Er is vervorming en ook een betere FM antenne zorgt niet voor een betere ontvangst. U ondervindt interferentie doordat hetzelfde signaal op verschillende manieren ontvangen wordt. Verander de opstelling van de antenne zodat u van deze interferentie geen last meer hebt. — Er kan niet automatisch worden afgestemd op de gewenste zender. Het radiosignaal is te zwak. Probeer een hoogwaardige richtingsgevoelige FM antenne. 19 Stem met de hand af. 34 Er kan niet langer worden afgestemd op eerder voorgeprogrammeerde zenders. Het toestel is te lang zonder stroom geweest. Programmeer de zenders opnieuw. 34 Er kan niet automatisch worden afgestemd op de gewenste zender. Het signaal is te zwak of de antenne is los. Controleer de aansluitingen van de AM ringantenne en stel deze zo op dat u de beste ontvangst verkrijgt. — Stem met de hand af. 34 U hoort doorlopend gekraak en gesis. Deze geluiden kunnen het gevolg zijn van bliksem, TL verlichting, motoren, thermostaten en andere elektrische apparatuur. Gebruik een buitenantenne en een goede aarding. Dit kan in sommige gevallen helpen, maar het blijft moeilijk om alle storingsbronnen te elimineren. — U hoort gezoem en gefluit. Er wordt in de buurt van het toestel een TV gebruikt. Zet dit toestel verder bij de TV vandaan. — ■ Afstandsbediening Probleem De afstandsbediening werkt niet of niet naar behoren. Oorzaak Oplossing Raadpleeg bladzijde De afstandsbediening werkt binnen een maximaal bereik van 6 m en binnen een hoek van 30 graden ten opzichte van loodrecht op het voorpaneel. 7 Direct zonlicht of sterke verlichting (vooral van TL lampen enz.) valt op de sensor voor de afstandsbediening van dit toestel. Stel het toestel anders op. — De batterijen raken leeg. Vervang alle batterijen. 3 De afstandsbedieningscode is niet goed ingesteld. Stel de afstandsbedieningscode op de juiste manier in met behulp van de “LIJST MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van deze handleiding. 58 Probeer een andere code voor dezelfde fabrikant met behulp van de “LIJST MET AFSTANDSBEDIENINGSCODES” aan het eind van deze handleiding. 58 Schakel over naar een andere archiefcode. 60 Nederlands De ID van de afstandsbediening en de ID van dit toestel komen niet met elkaar overeen. AANVULLENDE INFORMATIE Te ver weg of onder te scherpe hoek gebruikt. Ook als de juiste afstandsbedieningscode is ingesteld is het mogelijk dat bepaalde modellen niet goed reageren op de afstandsbediening. 71 TERUGZETTEN OP DE FABRIEKSINSTELLINGEN TERUGZETTEN OP DE FABRIEKSINSTELLINGEN Als u om de één of andere reden alle instellingen van uw toestel wilt terugzetten op de fabrieksinstellingen, dient u als volgt te werk te gaan. Via deze procedure worden ALLE instellingen teruggezet, inclusief die van het SET MENU, niveaus, toewijzingen en voorgeprogrammeerde zenders. 3 Druk op STRAIGHT (EFFECT) om de gewenste instelling te selecteren. STRAIGHT EFFECT U moet het toestel eerst uit (standby) zetten. RESET CANCEL VOLUME PRESET/TUNING FM/AM EDIT A/B/C/D/E NEXT l PRESET/TUNING h LEVEL PROGRAM MEMORY MAN'L/AUTO FM TUNING MODE AUTO/MAN'L MONO INPUT PHONES SPEAKERS A B STRAIGHT TONE CONTROL INPUT MODE MULTI CH INPUT STANDBY /ON VIDEO AUX VIDEO L AUDIO R EFFECT SILENT CINEMA 1,4 1 1,3 2 Houd, terwijl het toestel uit (standby) staat, STRAIGHT (EFFECT) op het voorpaneel ingedrukt en druk op STANDBY/ON. Het uitgebreid setup menu zal verschijnen op het display op het voorpaneel. STRAIGHT EFFECT Terwijl u de ene toets ingedrukt houdt, drukt u op de andere STANDBY /ON y Om de initialisatie af te breken zonder wijzigingen aan te brengen, dient u op STANDBY/ON te drukken. 2 Verdraai PROGRAM om door het menu te bladeren en selecteer “PRESET”. PROGRAM 72 Terugzetten van het toestel op de fabrieksinstellingen. Om het terugzetten te annuleren zonder wijzigingen aan te brengen. 4 Druk op STANDBY/ON om uw keuze te bevestigen. Als u “RESET” heeft geselecteerd, zal het toestel worden teruggezet op de fabrieksinstellingen en vervolgens uit (standby) gaan. Als u “CANCEL” heeft geselecteerd, zal het toestel uit (standby) gaan zonder dat de instellingen worden teruggezet. WOORDENLIJST WOORDENLIJST Audioformaten ■ Dolby Digital Dolby Digital is een digitaal surroundsysteem met volledig van elkaar gescheiden multikanaals audio. Met 3 voorkanalen (links, midden en rechts), en 2 surroundstereokanalen biedt Dolby Digital in totaal 5 audiokanalen met het volle frequentiebereik. Met een extra kanaal speciaal voor de lage tonen, het zogenaamde LFE (Lage Frequentie Effect) kanaal, biedt dit systeem in totaal 5.1 kanalen (het LFE kanaal wordt als 0.1 kanaal geteld). Door 2-kanaals stereo voor de surround-luidsprekers te gebruiken is er een betere weergave van bewegende geluidsbronnen en een beter algeheel surroundeffect mogelijk dan bij Dolby Surround. Het grote dynamische bereik (van het zachtste tot het hardste geluid wat nog kan worden weergegeven) van de 5 kanalen met het volle frequentiebereik en de preciese plaatsing van het geluid door de digitale verwerking biedt de luisteraar een ongehoord realistische weergave. Met dit toestel kunt u zelf kiezen wat voor weergave u wilt horen, van mono tot 5.1 kanaals weergave, u vraagt, wij draaien. ■ Dolby Digital EX Dolby Digital EX creëert 6 kanalen met het volledige frequentiebereik van 5.1-kanaals bronmateriaal. Dit wordt bereikt met een matrix decoder die 3 surroundkanalen samenstelt uit de gegevens voor de 2 surroundkanalen uit de oorspronkelijke opnamen. Voor de beste resultaten moet Dolby Digital EX gebruikt worden met filmsoundtracks die zijn opgenomen in Dolby Digital Surround EX. Met dit extra kanaal krijgt u een betere en meer dynamische weergave van bewegende geluidsbronnen, vooral bij zogenaamde “fly-over” en “flyaround” effecten. ■ Dolby Pro Logic II ■ Dolby Pro Logic IIx ■ DTS 96/24 DTS 96/24 biedt een ongekend hoog niveau audiokwaliteit voor multikanaals weergave van DVDVideo en is volledig compatibel met alle vroegere DTS decoders. “96” refereert aan de 96 kHz bemonsteringsfrequentie (vergeleken met een normale waarde van 48 kHz). “24” refereert aan de gebruikte codelengte van 24 bits. DTS 96/24 biedt een geluidskwaliteit die vergelijkbaar is met die van de originele 96/24 masteropnamen, en 96/24 5.1-kanaals weergave met video van hoge kwaliteit voor muziekprogramma’s zowel als speelfilms op DVD-video. ■ DTS (Digital Theater Systems) Digital Surround DTS digitale surroundweergave is ontwikkeld om de analoge filmsoundtracks te vervangen door een 6-kanaals digitale soundtrack en is over de hele wereld bezig aan een opmars in de bioscoop. Digital Theater Systems Inc. heeft tevens een thuisbioscoopsysteem ontwikkeld zodat u gewoon thuis kunt profiteren van de verbluffende DTS digitale surroundweergave. Dit systeem produceert vrijwel vervormingsvrije 6-kanaals weergave (technisch gesproken, linker, rechter en midden voorkanalen, 2 surroundkanalen, plus een LFE 0.1 kanaal voor de subwoofer, dus anders gezegd 5.1 kanalen). Dit toestel is uitgerust met een DTS-ES decoder die 6.1-kanaals weergave mogelijk maakt door uit bestaand 5.1-kanaals bronmateriaal een surround-achterkanaal te destilleren. ■ Neo:6 Neo:6 bewerkt conventioneel 2-kanaals bronmateriaal voor 6-kanaals weergave met een speciale decoder. Hierdoor wordt weergave mogelijk met kanalen met het volle bereik en met een verbeterde kanaalscheiding, zoals bij weergave van digitale signalen met gescheiden kanalen. Er zijn twee standen; “Music” voor weergave van muziek en “Cinema” voor films. 73 Nederlands Dolby Pro Logic IIx is een nieuwe technologie die gescheiden multikanaals weergave mogelijk maakt van 2kanaals of multikanaals bronmateriaal. Er is een Music stand voor muziek, een Movie stand voor films (alleen voor 2-kanaals bronmateriaal) en een Game stand voor spelletjes. Dolby Surround maakt gebruik van een een 4-kanaals analoog opnamesysteem voor de reproductie van realistische en dynamische geluidseffecten: 2 voorkanalen, links en rechts (stereo), een middenkanaal voor gesproken tekst (mono) en een surroundkanaal voor speciale geluidseffecten (mono). Het surroundkanaal geeft alleen geluiden binnen een beperkt frequentiebereik weer. Dolby Surround wordt veel gebruikt op videobanden en laserdiscs en ook wel bij TV en kabelprogramma’s. De in dit toestel ingebouwde Dolby Pro Logic decoder maakt gebruik van een digitale signaalverwerking die automatisch het volume van de verschillende kanalen stabiliseert om de richtingsgevoeligheid en de weergave van bewegende geluidsbronnen te verbeteren. AANVULLENDE INFORMATIE Dolby Pro Logic II is een verbeterde decoderingstechniek voor de grote hoeveelheid aan bestaand Dolby Surround materiaal. Deze nieuwe technologie maakt gescheiden 5kanaals weergave mogelijk met 2 voorkanalen, links en rechts, 1 middenkanaal en 2 surroundkanalen, links en rechts (in plaats van slechts 1 surroundkanaal bij conventionele Pro Logic weergave). Naast de Movie stand is er ook een Music stand en een Game stand voor 2kanaals bronmateriaal. ■ Dolby Surround WOORDENLIJST Geluidsveldprogramma’s Audio informatie ■ CINEMA DSP ■ ITU-R Omdat de Dolby Surround en DTS systemen oorspronkelijk bedoeld waren voor de bioscoop, werken deze systemen het best in een theatrale ruimte met een heleboel luidsprekers opgesteld voor het maximale akoestische effect. Maar de omstandigheden bij mensen thuis, de afmetingen van de kamer, het materiaal waar de muur van gemaakt is, het aantal luidsprekers enz., zijn zo verschillend, dat de weergave ook anders wordt. Op basis van een massa in het echt gemeten gegevens maken nu de YAMAHA CINEMA DSP programma’s gebruik van de origineel door YAMAHA ontwikkelde geluidsveldentechnologie om in combinatie met Dolby Pro Logic, Dolby Digital en DTS systemen te komen tot een zo goed mogelijke benadering in uw huiskamer van de audiovisuele ervaring die tot nog toe alleen in de bioscoop gerealiseerd kon worden. ITU-R is de radio-communicatie afdeling van de ITU (International Telecommunication Union). De ITU-R beveelt een standaard luidspreker-opstelling aan die vaak wordt gebruikt in professionele luisterruimtes, in het bijzonder bij het masteren van opnamen. ■ SILENT CINEMA YAMAHA heeft een natuurlijk en realistisch DSP geluidsveldprogramma ontwikkeld voor hoofdtelefoons. Voor elk apart geluidsveld zijn parameters voor weergave via een hoofdtelefoon opgenomen zodat alle geluidsveldprogramma’s natuurgetrouw kunnen worden weergegeven. ■ Virtual CINEMA DSP YAMAHA heeft een Virtual CINEMA DSP geluidsveldprogramma ontwikkeld dat u ook zonder daadwerkelijke surround-luidsprekers in staat stelt te profiteren van DSP surroundeffecten door middel van virtuele surround-luidsprekers. U kunt Virtual CINEMA DSP zelfs gebruiken op een minimaal systeem met slechts twee luidsprekers zonder midden-luidspreker. 74 ■ LFE 0.1 kanaal Dit kanaal is speciaal bedoeld voor de weergave van zeer lage tonen. Het frequentiebereik voor dit kanaal is 20 Hz t/m 120 Hz. Dit kanaal wordt meestal als 0.1 geteld omdat niet het volledige frequentiebereik wordt weergegeven, zoals de andere 5/6 kanalen in een Dolby Digital of DTS 5.1/6.1-kanaals systeem. ■ PCM (Lineair PCM) Lineair PCM is een signaalformaat voor het ongecomprimeerd digitaliseren, opnemen en overbrengen van analoge audiosignalen. Dit wordt gebruikt als opnamemethode van CD’s en DVD audio. Het PCM systeem maakt gebruik van een techniek waarmee het analoge signaal zeer vaak per seconde wordt gemeten. De afkorting staat voor “Puls Code Modulatie”, het analoge signaal wordt gecodeerd als pulsjes en dan gemoduleerd voor opname. ■ Bemonsteringsfrequentie en aantal kwantisatiebits Bij het digitaliseren van een analoog audiosignaal wordt het aantal keren dat het signaal per seconde wordt gemeten de bemonsteringsfrequentie genoemd en de gedetailleerdheid waarmee het geluid in een numerieke waarde wordt omgezet, het aantal kwantisatiebits. Het frequentiebereik dat kan worden weergegeven is gebaseerd op de bemonsteringsfrequentie, terwijl het dynamisch bereik, het verschil tussen het zachtste en het hardste geluid, bepaald wordt door het aantal kwantisatiebits. In principe is het zo dat hoe hoger de bemonsteringsfrequentie is, hoe groter het aantal tonen is dat kan worden weergegeven, en hoe hoger het aantal kwantisatiebits is, hoe precieser het geluidsniveau kan worden gereproduceerd. WOORDENLIJST Videosignaal informatie ■ Component videosignaal In een component video systeem wordt het videosignaal gescheiden in een Y signaal voor de luminantie en in PB en PR signalen voor de kleuren. Dit systeem zorgt voor een betere kleurweergave omdat elk van deze signalen onafhankelijk is van de andere. Componentsignalen worden ook wel “kleurverschilsignalen” genoemd omdat het luminantiesignaal wordt afgetrokken van het kleursignaal. U heeft een monitor met component ingangsaansluitingen nodig om component videosignalen te kunnen weergeven. ■ Composiet videosignaal Een composiet videosignaal bestaat uit alle drie de basiselementen van het videobeeld: kleur, helderheid en synchronisatiegegevens. Een composiet video-aansluiting op een videocomponent geeft deze drie elementen gecombineerd door. ■ S-videosignaal In een S-video systeem wordt het videosignaal dat normaal via een enkele kabel zou worden doorgegeven gescheiden in een Y signaal voor de luminantie en een C signaal voor de kleur en doorgegeven via speciale S-video aansluitingen. Gebruik van een S VIDEO aansluiting vermindert signaalverslechtering bij lange verbindingen en zorgt voor een betere beeldkwaliteit. AANVULLENDE INFORMATIE Nederlands 75 TECHNISCHE GEGEVENS TECHNISCHE GEGEVENS AUDIO GEDEELTE VIDEO GEDEELTE • Minimum RMS uitgangsvermogen voor, midden, surround, surround-achter 20 Hz t/m 20 kHz, 0,06% THV, 8 Ω .................................... 90 W • Videosignaaltype ........................................................... PAL/NTSC • Maximum vermogen (EIAJ) [Modellen voor Azië, Korea en algemene modellen] 1 kHz, 10% THV, 8 Ω ........................................................ 130 W • Dynamisch vermogen (IHF) 8/6/4/2 Ω ....................................................... 120/155/190/235 W • DIN standaard uitgangsvermogen [Modellen voor het V.K. en Europa] 1 kHz, 0,7% THV, 4 Ω ....................................................... 135 W • IEC uitgangsvermogen [Modellen voor het V.K. en Europa] 1 kHz, 0,06% THV, 8 Ω ..................................................... 100 W • Signaal-ruis verhouding ............................................. 50 dB of meer • Frequentierespons (MONITOR OUT) Composiet, S-Video ............................... 5 Hz t/m 10 MHz, –3 dB Component ............................................ 5 Hz t/m 60 MHz, –3 dB FM GEDEELTE • Afstembereik [Modellen voor de V.S. en Canada] .............. 87,5 t/m 107,9 MHz [Modellen voor Azië en algemene modellen] .............................................. 87,5/87,50 t/m 108,0/108,00 MHz [Overige modellen] ................................... 87,50 t/m 108,00 MHz • Bruikbare gevoeligheid (IHF) .............................. 1,0 µV (11,2 dBf) • Dempingsfactor (IHF) 20 Hz t/m 20 kHz, 8 Ω ............................................... 120 of meer • Signaal-ruis verhouding (IHF) Mono/Stereo ............................................................. 76 dB/70 dB • Frequentierespons CD aansluiting naar L/R voor ............. 10 Hz t/m 100 kHz, –3 dB • Harmonische vervorming (1 kHz) Mono/Stereo ................................................................ 0,2%/0,3% • Totale harmonische vervorming CD, enz. naar L/R voor (20 Hz t/m 20 kHz, 40 W, 8 Ω) .......................................................................... 0,06% of minder • Stereoscheiding (1 kHz) ......................................................... 42 dB • Signaal-ruis verhouding (IHF-A netwerk) CD (250 mV) naar L/R voor, Effect uit ............... 100 dB of meer AM GEDEELTE • Restruis (IHF-A netwerk) L/R voor ............................................................ 150 µV of minder • Kanaalscheiding (1 kHz/10 kHz) CD (5,1 kΩ afgesloten) naar L/R voor ........ 60 dB/45 dB of meer • Toonregeling (L/R voor) BASS versterking/drempel ...................................... ±10 dB/60 Hz TREBLE versterking/drempel .............................. ±10 dB/20 kHz • Hoofdtelefoon uitgangsvermogen ............................ 150 mV/100 Ω • Ingangsgevoeligheid/ingangsimpedantie CD, enz. ................................................................. 200 mV/47 kΩ MULTI CH INPUT ............................................... 200 mV/47 kΩ • Uitgangsniveau/uitgangsimpedantie REC OUT ............................................................. 200 mV/1,2 kΩ SUBWOOFER ............................................................ 4 V/1,2 kΩ ZONE 2 OUTPUT [Modellen voor de V.S., Canada, Australië, V.K. en Europa] ............................................................................ 200 mV/1,2 kΩ • Frequentierespons ........................... 20 Hz t/m 15 kHz, +0,5, –2 dB • Afstembereik [Modellen voor de V.S. en Canada] .................. 530 t/m 1710 kHz [Modellen voor Azië en algemene modellen] ........................................................ 530/531 t/m 1710/1611 kHz [Overige modellen] ........................................... 531 t/m 1611 kHz • Bruikbare gevoeligheid ..................................................... 300 µV/m ALGEMEEN • Stroomvoorziening [Modellen voor de V.S. en Canada] .... 120 V, 60 Hz wisselstroom [Modellen voor Australië] .................. 240 V, 50 Hz wisselstroom [Modellen voor Korea] ....................... 220 V, 60 Hz wisselstroom [Modellen voor het V.K. en Europa] .......................................................... 230 V, 50 Hz wisselstroom [Algemene modellen] ............ 110/120/220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom [Modellen voor Azië] .... 220/230–240 V, 50/60 Hz wisselstroom • Stroomverbruik [Modellen voor de V.S. en Canada] ....................... 350 W/440 VA [Overige modellen] ............................................................. 360 W • Stroomverbruik Uit (standby) ................................ 0,1 W of minder • Netstroomaansluitingen [Modellen voor het V.K. en Australië] ........................................................ 1 (Totaal 100 W maximum) [Modellen voor de V.S. en Canada] ........................................................ 2 (Totaal 100 W maximum) [Modellen voor Europa, Azië en algemene modellen] .......................................................... 2 (Totaal 50 W maximum) • Afmetingen (b x h x d) .................................... 435 x 171 x 420 mm • Gewicht .................................................................................... 11 kg 76
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135
  • Page 136 136
  • Page 137 137
  • Page 138 138
  • Page 139 139
  • Page 140 140
  • Page 141 141
  • Page 142 142
  • Page 143 143
  • Page 144 144
  • Page 145 145
  • Page 146 146
  • Page 147 147
  • Page 148 148
  • Page 149 149
  • Page 150 150
  • Page 151 151
  • Page 152 152
  • Page 153 153
  • Page 154 154
  • Page 155 155
  • Page 156 156
  • Page 157 157
  • Page 158 158
  • Page 159 159
  • Page 160 160
  • Page 161 161
  • Page 162 162
  • Page 163 163
  • Page 164 164
  • Page 165 165
  • Page 166 166
  • Page 167 167
  • Page 168 168
  • Page 169 169
  • Page 170 170
  • Page 171 171
  • Page 172 172
  • Page 173 173
  • Page 174 174
  • Page 175 175
  • Page 176 176
  • Page 177 177
  • Page 178 178
  • Page 179 179
  • Page 180 180
  • Page 181 181
  • Page 182 182
  • Page 183 183
  • Page 184 184
  • Page 185 185
  • Page 186 186
  • Page 187 187
  • Page 188 188
  • Page 189 189
  • Page 190 190
  • Page 191 191
  • Page 192 192
  • Page 193 193
  • Page 194 194
  • Page 195 195
  • Page 196 196
  • Page 197 197
  • Page 198 198
  • Page 199 199
  • Page 200 200
  • Page 201 201
  • Page 202 202
  • Page 203 203
  • Page 204 204
  • Page 205 205
  • Page 206 206
  • Page 207 207
  • Page 208 208
  • Page 209 209
  • Page 210 210
  • Page 211 211
  • Page 212 212
  • Page 213 213
  • Page 214 214
  • Page 215 215
  • Page 216 216
  • Page 217 217
  • Page 218 218
  • Page 219 219
  • Page 220 220
  • Page 221 221
  • Page 222 222
  • Page 223 223
  • Page 224 224
  • Page 225 225
  • Page 226 226
  • Page 227 227
  • Page 228 228
  • Page 229 229
  • Page 230 230
  • Page 231 231
  • Page 232 232
  • Page 233 233
  • Page 234 234
  • Page 235 235
  • Page 236 236
  • Page 237 237
  • Page 238 238
  • Page 239 239
  • Page 240 240
  • Page 241 241
  • Page 242 242
  • Page 243 243
  • Page 244 244
  • Page 245 245
  • Page 246 246
  • Page 247 247
  • Page 248 248
  • Page 249 249
  • Page 250 250
  • Page 251 251
  • Page 252 252
  • Page 253 253
  • Page 254 254
  • Page 255 255
  • Page 256 256
  • Page 257 257
  • Page 258 258
  • Page 259 259
  • Page 260 260
  • Page 261 261
  • Page 262 262
  • Page 263 263
  • Page 264 264
  • Page 265 265
  • Page 266 266
  • Page 267 267
  • Page 268 268
  • Page 269 269
  • Page 270 270
  • Page 271 271
  • Page 272 272
  • Page 273 273
  • Page 274 274
  • Page 275 275
  • Page 276 276
  • Page 277 277
  • Page 278 278
  • Page 279 279
  • Page 280 280
  • Page 281 281
  • Page 282 282
  • Page 283 283
  • Page 284 284
  • Page 285 285
  • Page 286 286
  • Page 287 287
  • Page 288 288
  • Page 289 289
  • Page 290 290
  • Page 291 291
  • Page 292 292
  • Page 293 293
  • Page 294 294
  • Page 295 295
  • Page 296 296
  • Page 297 297
  • Page 298 298
  • Page 299 299
  • Page 300 300
  • Page 301 301
  • Page 302 302
  • Page 303 303
  • Page 304 304
  • Page 305 305
  • Page 306 306
  • Page 307 307
  • Page 308 308
  • Page 309 309
  • Page 310 310
  • Page 311 311
  • Page 312 312
  • Page 313 313
  • Page 314 314
  • Page 315 315
  • Page 316 316
  • Page 317 317
  • Page 318 318
  • Page 319 319
  • Page 320 320
  • Page 321 321
  • Page 322 322
  • Page 323 323
  • Page 324 324
  • Page 325 325
  • Page 326 326
  • Page 327 327
  • Page 328 328
  • Page 329 329
  • Page 330 330
  • Page 331 331
  • Page 332 332
  • Page 333 333
  • Page 334 334
  • Page 335 335
  • Page 336 336
  • Page 337 337
  • Page 338 338
  • Page 339 339
  • Page 340 340
  • Page 341 341
  • Page 342 342
  • Page 343 343
  • Page 344 344
  • Page 345 345
  • Page 346 346
  • Page 347 347
  • Page 348 348
  • Page 349 349
  • Page 350 350
  • Page 351 351
  • Page 352 352
  • Page 353 353
  • Page 354 354
  • Page 355 355
  • Page 356 356
  • Page 357 357
  • Page 358 358
  • Page 359 359
  • Page 360 360
  • Page 361 361
  • Page 362 362
  • Page 363 363
  • Page 364 364
  • Page 365 365
  • Page 366 366
  • Page 367 367
  • Page 368 368
  • Page 369 369
  • Page 370 370
  • Page 371 371
  • Page 372 372
  • Page 373 373
  • Page 374 374
  • Page 375 375
  • Page 376 376
  • Page 377 377
  • Page 378 378
  • Page 379 379
  • Page 380 380
  • Page 381 381
  • Page 382 382
  • Page 383 383
  • Page 384 384
  • Page 385 385
  • Page 386 386
  • Page 387 387
  • Page 388 388
  • Page 389 389
  • Page 390 390
  • Page 391 391
  • Page 392 392
  • Page 393 393
  • Page 394 394
  • Page 395 395
  • Page 396 396
  • Page 397 397
  • Page 398 398
  • Page 399 399
  • Page 400 400
  • Page 401 401
  • Page 402 402
  • Page 403 403
  • Page 404 404
  • Page 405 405
  • Page 406 406
  • Page 407 407
  • Page 408 408
  • Page 409 409
  • Page 410 410
  • Page 411 411
  • Page 412 412
  • Page 413 413
  • Page 414 414
  • Page 415 415
  • Page 416 416
  • Page 417 417
  • Page 418 418
  • Page 419 419
  • Page 420 420
  • Page 421 421
  • Page 422 422
  • Page 423 423
  • Page 424 424
  • Page 425 425
  • Page 426 426
  • Page 427 427
  • Page 428 428
  • Page 429 429
  • Page 430 430
  • Page 431 431
  • Page 432 432
  • Page 433 433
  • Page 434 434
  • Page 435 435
  • Page 436 436
  • Page 437 437
  • Page 438 438
  • Page 439 439
  • Page 440 440
  • Page 441 441
  • Page 442 442
  • Page 443 443
  • Page 444 444
  • Page 445 445
  • Page 446 446
  • Page 447 447
  • Page 448 448
  • Page 449 449
  • Page 450 450
  • Page 451 451
  • Page 452 452
  • Page 453 453
  • Page 454 454
  • Page 455 455
  • Page 456 456
  • Page 457 457
  • Page 458 458
  • Page 459 459
  • Page 460 460
  • Page 461 461
  • Page 462 462
  • Page 463 463
  • Page 464 464
  • Page 465 465
  • Page 466 466
  • Page 467 467
  • Page 468 468
  • Page 469 469

Yamaha RX-V557 de handleiding

Categorie
AV-ontvangers
Type
de handleiding