Bauknecht 1FIC-37L de handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
de handleiding
22
GEBRUIKSAANWIJZING
Pagina
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN 23
MILIEUTIPS 23
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN 24
EN ADVIEZEN
EERSTE GEBRUIK 25
REINIGING EN ONDERHOUD 25
ALS HET APPARAAT NIET WORDT GEBRUIKT 25
STROOMONDERBREKING 25
FUNCTIONERING KOEL- EN VRIESGEDEELTE 25
KOELGEDEELTE 26
VRIESGEDEELTE 26
HOE HET VRIESGEDEELTE ONTDOOIEN 26
HOE DE LEVENSMIDDELEN CONSERVEREN 27
HET OPSPOREN VAN STORINGEN 27
KLANTENSERVICE 27
23
ALVORENS HET APPARAAT TE GEBRUIKEN
Het door u aangeschafte apparaat is uitsluitend
bestemd voor huishoudelijk gebruik.
Voor een optimaal gebruik van uw apparaat is
het raadzaam de gebruiksaanwijzing
aandachtig door te lezen, hierin vindt u een
beschrijving van het apparaat en adviezen
voor het conserveren van voedingsmiddelen.
Bewaar dit boekje zodat u het naderhand nog
eens kunt raadplegen.
1. Controleer na het uitpakken van het apparaat
of het niet beschadigd is en of de deur goed
sluit. Uw leverancier dient binnen 24 uur vanaf
de levering van het product van eventuele
schade op de hoogte te worden gesteld.
2. Het is raadzaam minstens twee uur te wachten
alvorens het apparaat in werking te stellen, om
het koelcircuit perfect te kunnen laten
functioneren.
3. Zorg ervoor dat de installatie en de elektrische
aansluiting door een gekwalificeerd technicus
worden verricht overeenkomstig de
aanwijzingen van de fabrikant en de plaatselijke
veiligheidsvoorschriften.
4. Reinig de binnenkant van het product alvorens
het in gebruik te nemen.
1. Verpakking
Het verpakkingsmateriaal is voor 100% recyclebaar
en draagt het recyclingsymbool. Voor de verwerking
moeten de plaatselijke voorschriften worden
nageleefd. Het verpakkingsmateriaal (plastic zakken,
stukken polystyreen enz.) moet buiten het bereik
van kinderen worden gehouden, omdat het een
bron van gevaar kan vormen.
2. Afdanken van het apparaat
Het product is vervaardigd van materiaal dat kan
worden gerecycled. Dit apparaat is voorzien van het
merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG
inzake Afgedankte elektrische en elektronische
apparaten (AEEA). Door ervoor te zorgen dat dit
product op de juiste manier als afval wordt
verwerkt, helpt u mogelijk negatieve consequenties
voor het milieu en de menselijke gezondheid te
voorkomen.
Het symbool op het product of op de
bijbehorende documentatie geeft aan dat dit product
niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld.
In plaats daarvan moet het worden afgegeven bij een
verzamelpunt voor recycling van elektrische en
elektronische apparaten. Maak het apparaat op het
moment dat het wordt afgedankt onbruikbaar door
de voedingskabel door te snijden en de deuren en
schappen te verwijderen, zodat kinderen niet
gemakkelijk in het apparaat kunnen kruipen. Volg bij
het afdanken van het apparaat de plaatselijke
voorschriften voor afvalverwerking en breng het
naar een speciaal afvalverwerkingscentrum, en laat
het niet onbewaakt achter, ook niet voor slechts een
paar dagen, aangezien het voor kinderen een bron
van gevaar kan opleveren. Voor nadere informatie
over de behandeling, terugwinning en recycling van
dit product wordt u verzocht contact op te nemen
met het stadskantoor in uw woonplaats, uw
afvalophaaldienst of de winkel waar u het product
heeft aangeschaft.
Informatie:
Dit apparaat bevat geen CFK. Het koelcircuit bevat
R134a (HFC) of R600a (HC), zie
serienummerplaatje in het apparaat.
Voor apparaten met isobutaan (R600a): isobutaan is
een natuurlijk gas dat geen schadelijke invloed heeft
op het milieu, maar wel ontvlambaar is. Het is
daarom noodzakelijk om te controleren of de
leidingen van het koelcircuit niet beschadigd zijn.
Dit product kan een gefluorideerd broeikasgas
bevatten dat onder het Protocol van Kyoto valt; het
koelgas zit in een hermetisch verzegeld systeem.
Koelgas: R134a heeft een globaal
verwarmingsvermogen (GWP) van 1300.
Conformiteitsverklaring
Dit apparaat is bestemd voor het conserveren van
voedingsmiddelen en is vervaardigd in
overeenstemming met de Verordening (EG) nr.
1935/2004
Dit apparaat is ontwikkeld, gefabriceerd en op de
markt gebracht in overeenstemming met:
- veiligheidsvoorschriften van de
"Laagspanningsrichtlijn" 2006/95/EG (die de
richtlijn 73/23/EEG en latere verordeningen
vervangt);
- de veiligheidsvereisten van de "EMC"-richtlijn
2004/108/EG.
De elektrische veiligheid is alleen gewaarborgd
wanneer het op de juiste
wijze op een efficiënt
werkende installatie is
aangesloten, die volgens de
wettelijke voorschriften is
geaard.
MILIEUTIPS
24
INSTALLATIE
Het apparaat moet door twee of meerdere
personen worden verplaatst en geïnstalleerd.
Wees voorzichtig bij het verplaatsen van het
apparaat om te voorkomen dat de vloer
beschadigd raakt (b.v. parket).
Zorg ervoor dat het product tijdens de installatie
de voedingskabel niet beschadigt.
Installeer het product niet in de buurt van een
warmtebron.
Laat een vrije ruimte aan de zijkanten en boven
het apparaat om een goede ventilatie te
garanderen of volg de installatie-instructies.
Houd de ventilatie-openingen van het apparaat
vrij van obstakels.
Beschadig de leidingen van het koelcircuit van de
koelkast niet.
Installeer het product waterpas op een vloer die
het gewicht kan dragen en in een ruimte die
geschikt is voor de afmetingen en het gebruik
van het product.
Plaats het apparaat in een droge en goed
geventileerde ruimte. Het apparaat is afgesteld
om te werken in ruimten waarin de
temperatuur binnen de volgende waarden ligt,
die op hun beurt weer afhankelijk zijn van de
klimaatklasse die op het serienummerplaatje
staat aangegeven: het is mogelijk dat het
apparaat niet goed functioneert als het voor een
lange tijd in een ruimte wordt gelaten met een
hogere of lagere temperatuur dan het
genoemde bereik.
Controleer of de spanning op het typeplaatje
overeenkomt met de spanning in uw woning.
Gebruik geen enkele of meervoudige adapters
of verlengsnoeren.
Gebruik voor de aansluiting op de waterleiding
de bij het nieuwe apparaat geleverde slang en
niet die van het vorige apparaat.
De voedingskabel mag alleen door
gekwalificeerd personeel worden gewijzigd of
vervangen.
Het moet mogelijk zijn het apparaat van het
elektriciteitsnet af te koppelen door de stekker
uit het stopcontact te halen of via een
tweepolige netschakelaar die bovenstrooms van
het stopcontact is geplaatst.
VEILIGHEID
Bewaar of gebruik geen benzine of andere
gassen en licht ontvlambare stoffen in de buurt
van het apparaat of van andere elektrische
huishoudelijke apparatuur. De dampen die
hieruit voortkomen kunnen brand of explosies
veroorzaken.
Gebruik geen andere mechanische, elektrische
of chemische systemen die het ontdooiproces
versnellen dan door de fabrikant zijn
aanbevolen.
Gebruik of plaats geen elektrische apparaten in
de vakken van het apparaat, als hiervoor geen
uitdrukkelijke toestemming door de fabrikant is
gegeven.
Dit apparaat is niet bestemd om gebruikt te
worden door personen (met inbegrip van
kinderen) met beperkte fysieke, sensorische of
mentale vermogens, of zonder ervaring of
kennis van het apparaat, behalve als zij tijdens
het gebruik instructies ontvangen van of begeleid
worden door een persoon die verantwoordelijk
is voor hun veiligheid.
Om het risico te vermijden dat kinderen in de
koelkast opgesloten raken en stikken, mag hen
niet worden toegestaan in het product te spelen
of zich erin te verstoppen.
Slik de (niet-giftige) vloeistof uit de
vrieselementen niet in (niet op alle modellen).
Eet geen ijsblokjes of waterijsjes die net uit de
vriezer komen, aangezien deze zo koud zijn dat
ze ijsbrand kunnen veroorzaken.
GEBRUIK
Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de
stroomtoevoer af voordat u met reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden begint.
Alle apparaten met ijsmakers en
waterdispensers moeten op een waterleidingnet
aangesloten worden dat uitsluitend drinkwater
levert (met een waterleidingdruk van tussen de
0,17 en 0,81 MPa (1,7 en 8,1 bar)). De ijsmakers
en/of waterdispensers die niet rechtstreeks op
het waterleidingnet zijn aangesloten, mogen
uitsluitend met drinkwater worden gevuld.
Gebruik het koelgedeelte uitsluitend voor het
bewaren van verse levensmiddelen en het
vriesgedeelte uitsluitend voor het bewaren van
diepvriesproducten, het invriezen van verse
levensmiddelen en het maken van ijsblokjes.
Bewaar geen dranken in glas in het vriesgedeelte
want deze kunnen barsten.
De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld, indien bovenstaande adviezen en
voorzorgsmaatregelen niet in acht zijn
genomen.
ALGEMENE VOORZORGSMAATREGELEN
EN ADVIEZEN
Klimaatklasse
Omg. Temp.
(°C)
Omg. Temp.
(°F)
SN van 10 tot 32 van 50 tot 90
N van 16 tot 32 van 61 tot 90
ST van 16 tot 38 van 61 tot 100
T van 16 tot 43 van 61 tot 110
25
Sluit het apparaat aan op het elektriciteitsnet. De temperaturen voor de ideale conservering van de
levensmiddelen worden van te voren door de fabriek ingesteld (3-5/MED).
Opmerking: Na de in werking stelling is het noodzakelijk 2/3 uur te wachten voordat de geschikte
conserveringstemperatuur voor een normale lading van het product bereikt is.
EERSTE GEBRUIK
• Als uw product aan de binnenkant van het koelgedeelte voorzien is van een thermostaatdoos en
eventueel van een extern paneel, kunt u de temperatuur van beiden delen regelen door aan de
thermostaatknop te draaien zoals in de afbeelding 1 staat aangegeven. Door de thermostaatknop op
te
draaien schakelt het product zich uit.
• Als uw product naast de interne thermostaatdoos voorzien is van een extern bedieningspaneel met een
knop, kunt u de temperatuur van het koel- en vriesgedeelte afzonderlijk instellen. Door aan de knop van
de interne thermostaatdoos te draaien regelt u de temperatuur van het koelgedeelte (zie afbeelding 1) en
met behulp van het externe bedieningspaneel kunt u de temperatuur van het vriesgedeelte instellen (zie
handleiding voor snelle consultatie). Het is mogelijk om het koel- en vriesgedeelte afzonderlijk van elkaar
uit te schakelen door de desbetreffende knop op
te draaien.
Opmerking: De omgevingstemperatuur, de frequentie waarmee de deuren worden geopend en de plaats
van het apparaat kunnen van invloed zijn op de binnentemperatuur van de twee gedeelten. De stand van
de thermostaatknop dient op basis van deze factoren te worden
aangepast.
A. Thermostaatknop
B. Lichtknop
C. Referentiemarkering voor stand thermostaat
D. Lampje (zie aanwijzingen in de nabijheid van het lampje)
Thermostaat op 1/MIN : matige koeling
Thermostaat op 3-5/MED : middelmatige koeling
Thermostaat op 7/MAX : zeer intense koeling
Thermostaat op
: de koeling en verlichting zijn uitgeschakeld
Voor het verwijderen van het lampje draai tegen de klok in zoals in de afbeelding 1 aangegeven staat.
FUNCTIONERING KOEL- EN VRIESGEDEELTE
Reinig het apparaat regelmatig met behulp van een doek en een oplossing van lauw
water en neutrale reinigingsmiddelen die specifiek voor de interne reiniging van
koelkasten zijn. Maak nooit gebruik van reinigings- of schuurmiddelen. Om de
correcte en constante afvloeiing van het dooiwater te waarborgen, reinig regelmatig
de binnenkant van de afvoeropening aan de achterkant van de koelkast in de
nabijheid van de groente- en fruitlade. Gebruik hiervoor het meegeleverde
gereedschap (zie afbeelding).
Haal de stekker uit het stopcontact of koppel het apparaat van de stroomvoorziening los
alvorens reinigings- of onderhoudswerkzaamheden uit te voeren.
Sluit het apparaat van het elektriciteitsnet af, leeg het apparaat, laat hem ontdooien en reinig hem. Laat de
deuren van het apparaat op een kier staan zodat er lucht in de verschillende gedeelten kan circuleren. Op
die manier wordt de vorming van schimmel en luchtjes vermeden.
Laat de deuren van het apparaat dicht. Op die manier blijven de voedingsmiddelen zo lang mogelijk koud. De
gedeeltelijk ontdooide diepvriesproducten mogen niet opnieuw worden ingevroren, maar moeten binnen 24 uur
worden geconsumeerd.
ALS HET APPARAAT NIET WORDT GEBRUIKT
STROOMONDERBREKING
Afb. 1
REINIGING EN ONDERHOUD
26
VRIESGEDEELTE
Dit apparaat is een koelkast met een sterren vriesgedeelte. Hierin kunt u diepgevroren
levensmiddelen bewaren gedurende de periode die op de verpakking aangegeven staat en kunt
u verse levensmiddelen invriezen. Zorg er in dit geval voor dat de verse producten niet in
aanraking komen met de al diepgevroren producten. De hoeveelheid aan verse levensmiddelen
die u in 24 uur kunt invriezen staat op het serienummerplaatje aangegeven. We raden u aan
om gedeeltelijk ontdooide producten nooit opnieuw in te vriezen, maar om ze binnen 24 uur te
gebruiken. Raadpleeg voor verdere informatie met betrekking tot het invriezen van verse
levensmiddelen de handleiding voor snelle consultatie.
Verwijderen van de laden (afhankelijk van het model)
Trek de laden zo ver mogelijk uit, til ze een stukje op en haal ze weg.
Opmerking: Het vriesgedeelte kan ook zonder de bovenste laden worden gebruikt om zo een groter
volume te verkrijgen. Voor de correcte functionering van het vriesgedeelte bent u verplicht om de
onderste lade op zijn plaats te laten. Controleer, nadat u de levensmiddelen op de roosters geplaatst heeft,
dat de deur van het vriesgedeelte goed afsluit.
Ijsblokjes maken (indien mogelijk)
Vul het ijsbakje voor 2/3 met water en zet het in het vriesgedeelte. Maak in geen enkel geval gebruik van
puntige of scherpe voorwerpen om het bakje te verwijderen.
We raden u aan om het vriesgedeelte 1 à 2 keer per jaar of als er
zich overmatig veel ijs (3 mm dikte)gevormd heeft te ontdooien.
De vorming van ijs is een geheel normaal fenomeen. De
hoeveelheid en de snelheid, waarmee het ijs gevormd wordt,
hangt af van de omgevingsomstandigheden en de frequentie
waarmee de deur geopend wordt.
Schakel, om te ontdooien, afhankelijk van het model het hele product
of het vriesgedeelte uit en verwijder alle levensmiddelen.
Laat de deur open om het ontdooien van het ijs mogelijk te maken.
Verwijder alleen bij de producten die in de afb. 2 aangegeven staan het
afvoerkanaaltje voor dooiwater en plaats een recipiënt onder de
afvoer.
Breng aan het einde van de handeling het afvoerkanaaltje weer aan.
Reinig de binnenkant van de vriezer. Spoel na en droog zorgvuldig af.
Schakel het product of het vriesgedeelte weer in en plaats de producten
weer in de vriezer.
Het ontdooiproces van het koelgedeelte is volledig automatisch.
Als er af en toe druppels water op de achterwand aan de binnenzijde van het koelgedeelte zijn dan duidt
dit op de automatische ontdooifase. Het dooiwater wordt automatisch in een afvoeropening geleid en
daarna opgevangen in een bakje waar het verdampt.
Ventilator (indien mogelijk)
De functionering van de ventilator is geheel automatisch. De ventilator staat een gelijkmatige verdeling van
de temperaturen in het koel- en vriesgedeelte toe met een betere conservering van de levensmiddelen en
een vermindering van overmatige vochtophoping als gevolg. Blokkeer de aspiratiezone nooit. De ventilator
wordt alleen tijdens de functioneringsfase van de motor geactiveerd.
Let op: de accessoires van de koelkast mogen niet in de afwasmachine worden gewassen.
KOELGEDEELTE
HOE HET VRIESGEDEELTE ONTDOOIEN
Afb. 2
27
1.Het apparaat functioneert niet.
Is de stroom uitgevallen?
Zit de stekker goed in het stopcontact?
Is de tweepolige netschakelaar ingeschakeld?
Is de zekering doorgebrand?
Is de voedingskabel beschadigd?
De thermostaat staat op
(Stop)?
2.De temperatuur in de vakken is te hoog.
Sluiten de deuren wel goed?
Staat het apparaat dicht bij een warmtebron?
De thermostaat staat op de juiste stand?
Wordt de luchtcirculatie door de
ventilatieroosters aan de onderkant van het
apparaat gehinderd?
3.De temperatuur aan de binnenkant van het
koelgedeelte is te laag.
De thermostaat staat op de juiste stand?
4.Er staat water op de bodem van het
koelgedeelte.
Is de afvoer van het dooiwater misschien
verstopt? (zie Reiniging en onderhoud)
5.De binnenverlichting werkt niet.
Controleer eerst de aanwijzingen onder punt 1,
en vervolgens:
Haal de stekker van het apparaat uit het
stopcontact. Raadpleeg het hoofdstuk
"Functionering van het koel- en vriesgedeelte"
voor de toegang tot het lampje.
Controleer het lampje en vervang het, indien
nodig, door een nieuw (zie de aanwijzingen in
de nabijheid van het lampje).
6.Het rode controlelampje op het
bedieningspaneel van de vriezer blijft
branden / geluidsalarm geactiveerd.
(afhankelijk van het model)
Er is zojuist een grote hoeveelheid vers voedsel
in de vriezer geplaatst.
De deur van de vriezer sluit niet goed
(raadpleeg tevens de handleiding voor snelle
consultatie)
Opmerkingen:
Als de rand aan de voorkant van de
koelkast warm is, is dit niet een defect.
Hierdoor wordt de vorming van condens
voorkomen.
Borrelende geluiden en blaasgeluiden als
gevolg van het uitzetten van het koelcircuit
zijn normaal.
HET OPSPOREN VAN STORINGEN
Voordat u contact opneemt met de
klantenservice:
Zet het apparaat opnieuw aan om te zien of het
ongemak is verholpen. Als dit niet het geval is,
schakel het apparaat dan opnieuw uit en herhaal de
handeling na een uur.
Als uw apparaat na de controles in de gids voor
het opsporen van storingen en nadat u het
apparaat opnieuw gestart hebt nog steeds niet
goed werkt, neem dan contact op met de
klantenservice en leg het probleem duidelijk uit.
Geef het volgende door:
de aard van de storing,
het model,
het type en het serienummer van het apparaat
(deze zijn te vinden op het serienummerplaatje),
het servicenummer (nummer achter het woord
SERVICE op het typeplaatje binnenin het
apparaat).
Opmerking:
Het omkeren van de deuren van het apparaat
door onze klantenservice wordt niet
beschouwd als een ingreep die onder de
garantie valt.
KLANTENSERVICE
Het is van belang dat de voedingsmiddelen zo worden ingepakt dat er geen water, vocht of condens in kan
komen; op die manier wordt voorkomen dat er geuren of aroma's van het ene gebied naar het andere in
de koelkast worden overgebracht, en blijven de ingevroren voedingsmiddelen beter geconserveerd.
Zet nooit warme voedingsmiddelen in de vriezer. Door de voedingsmiddelen eerst te laten afkoelen voor
ze in te vriezen is het mogelijk om energie te besparen en de levensduur van het apparaat te verlengen.
HOE DE LEVENSMIDDELEN CONSERVEREN
1 / 1