AEG L63470FL Handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
Handleiding
INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE.........................................................................................3
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.................................................................................4
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT........................................................................6
4. BEDIENINGSPANEEL................................................................................................. 7
5. PROGRAMMA’S ......................................................................................................... 8
6. VERBRUIKSGEGEVENS.............................................................................................10
7. OPTIES........................................................................................................................11
8. INSTELLINGEN..........................................................................................................12
9. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT....................13
10. DAGELIJKS GEBRUIK............................................................................................. 13
11. AANWIJZINGEN EN TIPS...................................................................................... 17
12. ONDERHOUD EN REINIGING...............................................................................18
13. PROBLEEMOPLOSSING.........................................................................................22
14. TECHNISCHE GEGEVENS..................................................................................... 24
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen
om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het
leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht
niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er
optimaal van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en
onderhoudsinformatie:
www.aeg.com/webselfservice
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer.
Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
www.aeg.com
2
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt
door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik.
Bewaar de instructies altijd op een veilige en
toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens
of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Kinderen van 3 jaar en jonger moeten tijdens de
werking van dit apparaat altijd uit te buurt worden
gehouden.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en
gooi het op passende wijze weg.
Houd reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het
apparaat als de deur open is.
Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet
worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
1.2
Algemene veiligheid
De specificatie van het apparaat mag niet worden
veranderd.
Overschrijd het maximale laadvermogen van 7 kg niet
(raadpleeg hoofdstuk "Programmaschema").
De waterdruk bij het watertoevoerpunt van de
aansluiting moet liggen tussen 0,5 bar (0,05 MPa) en 8
bar (0,8 MPa).
NEDERLANDS
3
De ventilatie-openingen in de onderkant mogen niet
worden afgedekt door tapijt, een mat of andere
soorten vloerbedekking.
Het apparaat moet op de waterleiding worden
aangesloten met de nieuwe meegeleverde slangsets,
of andere nieuwe slangsets geleverd door het
geautoriseerd servicecentrum.
Oude slangsets mogen niet opnieuw worden
gebruikt.
Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant,
een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd
persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties
te voorkomen.
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u onderhoudshandelingen
verricht.
Gebruik geen waterstralen onder druk en/of stoom
om het apparaat te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige doek.
Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
2.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Montage
Verwijder de verpakking en de
transportbouten.
Bewaar de transportbouten op een
veilige plaats. Als het apparaat
verplaatst moet worden in de
toekomst, moeten ze opnieuw
bevestigd worden om de trommel te
vergrendelen om interne schade te
voorkomen.
Wees altijd voorzichtig bij het
verplaatsen van het apparaat omdat
het zwaar is. Gebruik altijd
veiligheidshandschoenen en gesloten
schoeisel.
Installeer en gebruik geen
beschadigd apparaat.
Volg de installatie-instructies op die
zijn meegeleverd met het apparaat.
Gebruik of installeer het apparaat niet
als de temperatuur lager kan zijn dan
0°C of als het is blootgesteld aan het
weer.
Zorg ervoor dat de vloer van de plaats
waar u het apparaat installeert, vlak,
stabiel, hittebestendig en schoon is.
Zorg dat er lucht tussen het apparaat
en de vloer kan circuleren.
Installeer het apparaat niet direct
boven de vloerafvoer.
Pas de stelvoeten aan om de nodige
ruimte tussen het apparaat en de
vloer te creëren.
Plaats het apparaat niet op een plek
waar de deur niet helemaal open kan.
Plaats geen bak om mogelijke
waterlekkage op te vangen onder het
apparaat. Neem contact op met het
geautoriseerd servicecentrum om te
www.aeg.com
4
raadplegen welke accessoires
gebruikt mogen worden.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt. Indien de
voedingskabel moet worden
vervangen, dan moet dit gebeuren
door onze Klantenservice.
Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
Raak de stroomkabel of stekker niet
aan met natte handen.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
Dit apparaat voldoet aan de EU-
richtlijnen.
2.3 Aansluiting aan de
waterleiding
Beschadig de waterslangen niet.
Indien buizen lang niet zijn gebruikt,
er reparaties hebben plaatsgevonden
of er nieuwe apparaten zijn geplaatst
(watermeters, enz.), moet u, voordat
de nieuwe buizen worden
aangesloten, het water laten stromen
tot het schoon en helder is.
Zorg ervoor dat er geen zichtbare
waterlekken zijn tijdens en na het
eerste gebruik van het apparaat.
Gebruik geen verlengslang als de
toevoerslang te kort is. Neem contact
op met de klantenservice voor
vervanging van de toevoerslang.
U kunt de afvoerslang maximaal 400
cm verlengen. Neem contact op met
de klantenservice voor de andere
afvoerslang en het verlengstuk.
2.4 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel,
elektrische schokken, brand,
brandwonden en schade aan
het apparaat.
Dit apparaat is uitsluitend bestemd
voor huishoudelijk gebruik.
Volg de veiligheidsinstructies op de
verpakking van het wasmiddel op.
Plaats geen ontvlambare producten
of gerechten die vochtig zijn gemaakt
met ontvlambare producten in, bij of
op het apparaat.
Zorg ervoor dat alle metalen
voorwerpen uit het wasgoed
verwijderd zijn.
Was geen stoffen die zwaarbevuild
zijn met olie, vet of andere vettige
substanties. Dit kan rubberen
onderdelen van de wasmachine
beschadigen. Was dergelijke stoffen
met de hand voor, voordat u ze in de
wasmachine stopt.
Raak het glas van de deur niet aan als
een programma in werking is. Het
glas kan heet worden.
2.5 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact en
koppel het apparaat los van de
watertoevoer.
Snijd het netsnoer vlak bij het
apparaat af en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling om
te voorkomen dat kinderen of
huisdieren binnen in de trommel vast
komen te zitten.
Gooi het apparaat weg conform de
lokale voorschriften voor de
verwijdering van elektrische en
elektronische apparatuur (AEEA).
NEDERLANDS
5
3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
3.1 Apparaatoverzicht
1 2 3
5
6
7
4
1
Bovenblad
2
Wasmiddellade
3
Bedieningspaneel
4
Handgreep
5
Typeplaatje
6
Filter afvoerpomp
7
Voetjes voor het waterpas zetten van
het apparaat
3.2 Verkrijgbaar bij uw
erkende dealer
Alleen geschikte accessoires
die door AEG zijn
goedgekeurd waarborgen
de veiligheidsnormen van
het apparaat. Als niet-
goedgekeurde onderdelen
worden gebruikt, worden
alle claims ongeldig
verklaard.
Set bevestigingsplaatjes
(4055171146)
Verkrijgbaar bij uw geautoriseerde
verkooppunt.
Zet het apparaat goed vast met de
bevestigingsplaatjes als u het apparaat
op een plint plaatst.
Lees de met het accessoire
meegeleverde instructies zorgvuldig
door.
www.aeg.com6
4. BEDIENINGSPANEEL
4.1 Beschrijving Bedieningspaneel
1 2
3
456789
1
Aan/Uit-toets (Aan/Uit - Marche/
Arrêt)
2
Programmaknop
3
Weergave
4
Start/Pauze-toets (Start/Pauze -
Départ/Pause)
5
Toets Startuitstel (Startuitstel -
Départ Différé)
6
Toets tijdsbesparing (Tijd Besparen -
Gain de Temps)
7
Toets Extra spoelen (Extra Spoelen -
Rinçage+)
8
Toets Centrifugeren (T./min)
9
Toets Temperatuur (Temp.°C)
4.2 Weergave
A B C
NEDERLANDS 7
Gebied tijd:
A Programmaduur
Startuitstel
Alarmcodes
Foutbericht
Het programma is voltooid.
Deur vergrendeld-indicatielampje:
B U kunt de deur van het apparaat niet openen als het sym-
bool brandt.
U kunt de deur van het apparaat niet openen als het indica-
tielampje knippert. Wacht een paar minuten met het ope-
nen van de deur.
U kunt de deur van het apparaat openen als het symbool
uit gaat.
Kinderslot:
C Het indicatielampje gaat aan als u dit apparaat inschakelt.
5. PROGRAMMA’S
5.1 Programmaoverzicht
Programma
Temperatuurbe-
reik
Maximale la-
ding
Maximale cen-
trifugeersnel-
heid
Programmabeschrijving
(Type lading en vervuiling)
Wasprogramma's
Katoen - Blanc/
Couleurs
95°C - Koud
7 kg
1400 tpm
Wit en bont katoen. Normaal vervuild en licht ver-
vuild.
Katoen + Voorwas
- Blanc/Couleurs +
Prélavage
95°C - Koud
7 kg
1400 tpm
Wit en bont katoen. Sterke en normale vervuiling.
Katoen + Vlekken -
Blanc/Couleurs +
Taches
95°C - 40°C
7 kg
1400 tpm
Wit en bont katoen, zwaar vervuild. Zwaar ver-
vuild.
www.aeg.com8
Programma
Temperatuurbe-
reik
Maximale la-
ding
Maximale cen-
trifugeersnel-
heid
Programmabeschrijving
(Type lading en vervuiling)
Synthetica - Syn-
thétiques
60°C - Koud
3.5 kg
1200 tpm
Synthetische of gemengde stoffen. Normale ver-
vuiling.
Strijkvrij - Repassa-
ge Facile
60°C - Koud
3.5 kg
800 tpm
Synthetische stoffen die voorzichtig gewassen
moeten worden. Normaal en licht bevuild.
1)
Fijne Was - Déli-
cats
40°C - Koud
3.5 kg
1200 tpm
Fijne stoffen zoals acryl, viscose en gemengde
stoffen hebben een milde wasbeurt nodig. Nor-
male vervuiling.
Wol/Zijde - Lai-
ne/Soie
40°C - Koud
2 kg
1200 tpm
Machinewasbestendige wol, handwasbestendige
wol en andere stoffen voorzien van het symbool
«handwas».
2)
Centrif. - Essorage 7 kg
1400 tpm
Om het wasgoed te centrifugeren en het water uit
de trommel af te voeren. Alle stoffen, behalve wol
en zeer fijne stoffen.
Pompen - Vidange 7 kg Om het water in de trommel af te voeren. Alle stof-
fen.
Spoelen - Rinçage
Koud
7 kg
1400 tpm
Om het wasgoed te spoelen en te centrifugeren.
Alle stoffen, behalve wol en zeer delicate stoffen.
Verlaag de centrifugeersnelheid afhankelijk van het
type wasgoed.
Mix 20°
20°C
3 kg
1200 tpm
Speciaal programma voor katoenen, synthetische
en gemengde stoffen die licht vervuild zijn. Stel dit
programma in om het energieverbruik te verminde-
ren. Zorg ervoor dat het wasmiddel geschikt is voor
lage temperaturen om goede wasresultaten
3)
.
Jeans
60°C - Koud
7 kg
1200 tpm
Jeans en kleding van tricot. Ook voor donkere kle-
ding.
20 Min. - 3 kg
40°C - 30°C
3 kg
1200 tpm
Katoenen en synthetische kleding met lichte ver-
vuiling of slechts eenmaal gedragen.
NEDERLANDS 9
Programma
Temperatuurbe-
reik
Maximale la-
ding
Maximale cen-
trifugeersnel-
heid
Programmabeschrijving
(Type lading en vervuiling)
Katoen Eco - Co-
ton Eco
4)
60°C - 40°C
7 kg
1400 tpm
Wit katoen en kleurvast katoen. Normale vervui-
ling. Het energieverbruik daalt en de duurtijd van
het wasprogramma neemt toe.
1)
Om kreuken te beperken, regelt deze cyclus de watertemperatuur en voert een zachte wasbeurt en
centrifugeerfase uit. Het apparaat voegt extra spoelgangen toe.
2)
Tijdens deze cyclus draait de trommel langzaam om voorzichtig te wassen. Het kan lijken alsof de
trommel niet draait of niet goed draait. Dit is echter normaal voor dit programma.
3)
te krijgen. Het apparaat voert een korte verwarmingsfase uit als de watertemperatuur lager is dan
20°C. Het apparaat toont de temperatuurinstelling als "Koud".
4)
Standaardprogramma's voor de Energielabel verbruikswaarden. Volgens de regelgeving
1061/2010 zijn deze programma's respectievelijk het «standaard 60°C katoenprogramma» en het «stan-
daard 40°C katoenprogramma». Dit zijn de meest efficiënte programma's qua elektriciteits- en waterver-
bruik bij het wassen van normaal vervuild katoenen wasgoed.
De watertemperatuur van de wasfase kan verschillen van de temperatuur die is aangege-
ven voor het geselecteerde programma.
Toepasbaarheid programma-opties
6. VERBRUIKSGEGEVENS
De aangewezen waarden zijn verkregen onder laboratoriumcondities
met relevante standaarden. Verschillende oorzaken kunnen de gege-
vens wijzigen: de hoeveelheid en het type wasgoed en de omgevings-
temperatuur. De waterdruk, netvoeding en de temperatuur van het toe-
voerwater kunnen de duur van het wasprogramma ook beïnvloeden.
Bij de start van het programma toont het display de duur van het pro-
gramma voor de maximale beladingscapaciteit.
Tijdens de wasfase wordt de programmaduur automatisch berekend en
deze kan aanzienlijk worden verkort als er minder wasgoed in de trom-
mel is dan de maximale beladingscapaciteit (bijv. bij katoen 60°C, maxi-
male beladingscapaciteit 7 kg, is de programmaduur langer dan 2 uur,
maar bij een werkelijke belading van 1 kg kan de programmaduur korter
zijn dan 1 uur).
Als de machine de werkelijke programmaduur berekent, knippert er een
stip op het display.
www.aeg.com10
Programma’s Belading
(kg)
Energiever-
bruik (kWh)
Waterver-
bruik (liter)
Geschatte
program-
maduur (mi-
nuten)
Resterende
vochtigheid
(%)
1)
Katoen - Blanc/
Couleurs 60°C
7 1.30 62 157 52
Katoen - Blanc/
Couleurs 40°C
7 0.80 62 154 52
Synthetica - Synthé-
tiques 40°C
3.5 0.53 45 127 35
Fijne Was - Délicats
40°C
3.5 0.57 53 100 35
Wol/Zijde - Laine/
Soie 30°C
2)
2 0.25 45 56 30
Standaard katoenprogramma's
Standaard 60°C ka-
toen
7 0.87 52 240 52
Standaard 60°C ka-
toen
3.5 0.75 41 215 52
Standaard 40°C ka-
toen
3.5 0.54 41 210 52
1)
Aan het einde van de centrifugefase.
2)
Niet beschikbaar voor sommige modellen.
Uit-modus (W) Modus aan laten (W)
0.48 0.48
De gegevens in de bovenstaande tabel zijn in overeenstemming met verordening
1015/2010 van de Europese Commissie tot uitvoering van de richtlijn 2009/125/EG
7. OPTIES
7.1 Temp.°C
Stel deze optie in om de
standaardtemperatuur te wijzigen.
Indicatielampje Kalt - Froid = koud
water.
Het controlelampje van de ingestelde
temperatuur gaat branden.
7.2 T./min
Met deze optie kunt u de
standaardcentrifugeersnelheid verlagen.
Het lampje van de ingestelde snelheid
gaat branden.
Extra centrifugeeropties:
Spoelstop
Stel deze optie in om kreukvorming in
stoffen te voorkomen.
NEDERLANDS 11
Het relevante lampje gaat branden.
Het wasprogramma stopt met water
in de trommel. De trommel draait
regelmatig om kreukvorming van het
wasgoed te voorkomen.
De deur blijft vergrendeld. U moet
het water afvoeren om de deur te
kunnen openen.
Zie om het water weg te
pompen "Aan het einde van
het programma".
7.3 Extra Spoelen - Rinçage+
Met deze optie kunt u spoelgangen aan
sommige wasprogramma´s toevoegen.
Raadpleeg de 'Programmatabel'.
Gebruik deze optie voor personen die
allergisch zijn voor wasmiddelen en in
gebieden waar het water erg zacht is.
Het bijbehorende indicatielampje gaat
branden.
7.4 Tijd Besparen - Gain de
Temps
Met deze optie kunt u de
programmaduur inkorten.
Eenmaal drukken om 'Verkorte duur'
in te stellen voor voorwerpen met
dagelijks vuil.
Druk twee keer voor het instellen van
een extra snel programma voor licht
bevuild wasgoed.
Sommige programma's
accepteren alleen één van
de twee opties.
7.5 Startuitstel - Départ
Différé
Met deze optie kunt u de start van een
programma uitstellen van 30 minuten tot
20 uur.
Op de display verschijnt de
bijbehorende indicatie en uitsteltijd.
8. INSTELLINGEN
8.1 Geluidssignalen
De geluidssignalen weerklinken wanneer:
U het apparaat inschakelt
U het apparaat uitschakelt
U op een toets drukt.
Het programma is voltooid
Er een storing in het apparaat
optreedt.
Voor het uitschakelen/inschakelen van
de geluidssignalen, drukt u tegelijkertijd
op Temp.°C en T./min. gedurende 6
seconden.
Als u de geluidssignalen
uitschakelt, werken ze wel
als er een storing optreedt.
8.2 Kinderslot
Met deze optie kunt u voorkomen dat
kinderen met het bedieningspaneel
spelen.
Voor het inschakelen/uitschakelen
van deze optie, drukt u tegelijkertijd
op Extra Spoelen - Rinçage+ en Tijd
Besparen - Gain de temps tot het
indicatielampje
aan/uit gaat.
U kunt deze optie inschakelen:
Nadat u op Start/Pauze - Départ/
Pause heeft gedrukt: worden de
opties en de programmaknop
vergrendeld.
Voordat u op Start/Pauze - Départ/
Pause heeft gedrukt: kan het apparaat
niet starten.
www.aeg.com
12
8.3 Permanent extra spoelen
Met deze optie kunt bij elke programma
automatisch een extra spoelbeurt
instellen.
Voor het inschakelen/uitschakelen
van deze optie, drukt u tegelijkertijd
op Tijd Besparen - Gain de temps en
Startuitstel - Départ Différé tot het
relevante indicatielampje aan/uit
gaat.
9. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE
KEER GEBRUIKT
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Draai de waterkraan open.
3. Giet 2 liter water in het
wasmiddeldoseerbakje voor de
wasfase.
Dit activeert het afvoersysteem.
4. Doe een klein beetje wasmiddel in
het doseervakje voor de wasfase.
5. Stel het programma voor katoen in
op de hoogste temperatuur zonder
wasgoed en start het programma.
Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de
trommel en de kuip.
10. DAGELIJKS GEBRUIK
10.1 Wasgoed in de machine
doen
1. Open de deur van het apparaat.
2. Plaats het wasgoed stuk voor stuk in
de trommel.
3. Schud de items voor u ze in de
wasautomaat plaatst.
Zorg ervoor dat u niet te veel was in de
trommel plaatst.
4. Doe de deur stevig dicht.
LET OP!
Zorg ervoor dat er geen
wasgoed tussen het rubber
en de deur terechtkomt. Er
kan waterlekkage of
beschadigd wasgoed
ontstaan.
10.2 Vullen met wasmiddel en
toevoegingen
Vakje voor voorwasmiddel,
weekprogramma of
vlekkenverwijderaar.
Wasmiddelvakje voor wasfase.
NEDERLANDS 13
Vakje voor vloeibare toevoegingen
(textielversteviger, stijfsel).
Dit is het maximale niveau voor
vloeibare toevoegingen.
Klep voor waspoeder of vloeibaar
wasmiddel.
Gebruik wasmiddelen altijd
volgens de aanwijzingen op
de verpakking.
10.3 De stand van de klep
controleren
1. Trek de wasmiddeldoseerlade uit tot
deze niet meer verder kan.
2. Druk de hendel in om de lade uit te
trekken.
1
2
3. Draai de klep omhoog om
poederwasmiddel te gebruiken.
A
4. Draai de klep omlaag om vloeibaar
wasmiddel te gebruiken.
B
Met de klep in de stand
OMLAAG:
Gebruik geen
gelatineachtige of
dikke vloeibare
wasmiddelen.
Giet niet meer
vloeibaar wasmiddel
in het vakje dan de
limiet op de klep.
Stel de voorwasfase
niet in.
Stel de
startuitstelfunctie niet
in.
5. Meet het wasmiddel en
wasverzachter af.
6. Sluit de wasmiddeldoseerlade
voorzichtig.
Zorg bij het sluiten van de lade dat de
klep geen blokkering veroorzaakt.
10.4 Het apparaat inschakelen
1. Steek de stekker in het stopcontact.
2. Draai de waterkraan open.
3. Druk op toets Aan/Uit - Marche/Arrêt
om het apparaat in te schakelen.
Er klinkt een korte toon.
10.5 Een programma instellen
1. Draai de programmaschakelaar om
het programma in te stellen:
Het indicatielampje Start/Pauze -
Départ/Pause knippert.
Het display geeft de
programmaduur weer.
2. Indien nodig, wijzig de temperatuur,
de centrifugeersnelheid, de
cyclusduur of voeg extra opties toe.
Als u een optie activeert, gaat het
www.aeg.com
14
indicatielampje van de ingestelde
optie branden.
Als u iets niet goed instelt,
toont het display de melding
Err.
10.6 Een programma starten
zonder een uitgestelde start
Druk op toets Start/Pauze - Départ/
Pause om het programma te starten.
Het bijbehorende indicatielampje stopt
met knipperen en blijft branden.
Het programma start en de deur wordt
vergrendeld. Op het display verschijnt
het symbool
.
De afvoerpomp kan even
werken als het apparaat
gevuld wordt met water.
10.7 Cyclustijd herberekening
Na ongeveer 15 minuten na
de start van het programma:
Het apparaat past de
cyclustijd automatisch
aan op het wasgoed dat
u in de trommel hebt
gedaan, voor perfecte
wasresultaten binnen een
minimaal benodigde tijd.
Op de display verschijnt
de nieuwe tijdwaarde.
10.8 Een programma starten
met een uitgestelde start
1. Druk nogmaals op Startuitstel -
Départ Différé tot op het display het
gewenste startuitstel verschijnt.
2. Als u op de toets Start/Pauze -
Départ/Pause drukt:
Het aftellen van de uitgestelde start
wordt op het display weergegeven.
Nadat het aftelproces voltooid is, wordt
het wasprogramma automatisch gestart.
Voordat u op toets Start/
Pauze - Départ/Pause drukt
om het apparaat te starten,
kunt u de instelling van de
uitgestelde start annuleren
of wijzigen.
10.9 De uitgestelde start
annuleren
De uitgestelde start annuleren:
1. Druk op Start/Pauze - Départ/Pause
om het apparaat op pauze te zetten.
Het bijbehorende indicatielampje
knippert.
2. Druk herhaaldelijk op Startuitstel -
Départ Différé tot het display staat.
3. Druk weer op Start/Pauze - Départ/
Pause om het programma direct te
starten.
10.10 Onderbreken van een
programma en een optie
wijzigen
U kunt slechts enkele functies wijzigen
voordat ze gaan werken.
1. Druk op toets Start/Pauze - Départ/
Pause.
Het bijbehorende indicatielampje
knippert.
2. Wijzig de ingestelde optie.
3. Druk nogmaals op toets Start/Pauze -
Départ/Pause.
Het wasprogramma gaat verder.
10.11 Een actief programma
annuleren
1. Draai de programmaknop op
om het programma te annuleren.
2. Zet de programmaknop op een
nieuw afwasprogramma. Op dit
moment kunt u ook de beschikbare
functies instellen.
Het apparaat voert het water
af voordat u een nieuw
programma start. Zorg er in
dit geval voor dat het
wasmiddel nog in het
doseerbakje zit, zo niet vul
het dan bij.
NEDERLANDS 15
10.12 De deur openen als het
programma in werking is
LET OP!
Als de temperatuur en het
waterpeil in de trommel te
hoog zijn, blijft het symbool
voor de deurvergrendeling
aan en kunt u de deur
niet openen.
Ga als volgt te werk om de deur te
openen:
1. Druk een paar seconden op de knop
voor Aan/Uit - Marche/Arrêt om het
apparaat uit te schakelen.
2. Wacht een paar minuten met het
openen van de deur.
3. Sluit de deur van het apparaat.
4. Activeer het apparaat en stel het
programma weer in.
10.13 De deur openen als de
functie uitgestelde start is
ingesteld.
Als het startuitstel in werking is, is de
deur van het apparaat vergrendeld.
De deur van het apparaat openen:
1. Als u op de toets Start/Pauze -
Départ/Pause drukt:
Op het display gaat het indicatielampje
van de deurvergrendeling uit.
2. Open de deur van het apparaat.
3. Sluit de deur en druk op toets Start/
Pauze - Départ/Pause.
Het startuitstel gaat door.
10.14 Einde programma
Wanneer het programma is voltooid,
stopt het apparaat automatisch. Als het
geluidssignaal actief is, weerklinkt het
signaal.
Op het display gaat
aan en het
indicatielampje deur vergrendeld
gaat uit.
Het lampje van toets Start/Pauze -
Départ/Pause gaat uit.
1. Druk op toets Aan/Uit - Marche/Arrêt
om het apparaat uit te schakelen.
Vijf minuten na afloop van het
programma schakelt
energiebesparingsfuncie het apparaat
automatisch uit.
Als u het apparaat weer
inschakelt, wordt het einde
van het als laatste ingestelde
programma in het display
weergegeven. Draai aan de
programmaknop om een
nieuwe cyclus in te stellen.
2. Haal het wasgoed uit het apparaat.
3. Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
4. Laat de deur iets open staan om de
vorming van schimmel en
onaangename luchtjes te voorkomen
10.15 Laat het water
weglopen na afloop van de
cyclus
Het wasprogramma is voltooid, maar
er staat water in de trommel:
De trommel draait regelmatig om
kreukvorming van het wasgoed te
voorkomen.
Het indicatielampje van de deur
brandt. De deur blijft vergrendeld.
U moet het water afvoeren om de deur
te kunnen openen:
1. De centrifugeersnelheid zo nodig
verlagen.
2. Druk op de knop Start/Pauze -
Départ/Pause.
Het apparaat voert het water af en
centrifugeert.
3. Als het programma is voltooid, gaat
het deurvergrendelingssymbool
uit en kunt u de deur openen.
4. Druk een paar seconden op Aan/Uit -
Marche/Arrêt om het apparaat uit te
schakelen.
Na ongeveer 18 uur begint
het apparaat automatisch
met het afvoeren van water
en centrifugeren.
10.16 AUTO Stand-by-optie
De AUTO Stand-by-functie schakelt het
apparaat automatisch uit om stroom te
besparen als:
www.aeg.com
16
Het apparaat is 5 minuten voordat u
op de knop Start/Pauze - Départ/
Pause drukt niet gebruikt.
Druk opnieuw op de toets Aan/Uit -
Marche/Arrêt om het apparaat in te
schakelen.
5 minuten na afloop van het
wasprogramma
Druk opnieuw op de toets Aan/Uit -
Marche/Arrêt om het apparaat in te
schakelen.
De tijd van het laatst ingestelde
programma wordt weergegeven op
het display.
Draai aan de programmaknop om
een nieuwe cyclus in te stellen.
Als u een programma of
optie instelt die eindigt met
water in de trommel, wordt
het apparaat niet door de
AUTO Stand-by functie
gedeactiveerd om u eraan
te herinneren het water weg
te pompen.
11. AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
11.1 Voor u het wasgoed in de
trommel doet
Verdeel het wasgoed in: wit, bont,
synthetisch, fijne was en wol.
Volg de wasinstructies die u op de
waslabels van het wasgoed vindt.
Was witte en bonte artikelen niet
samen.
Sommige bonte weefsels kunnen
uitlopen als zij de eerste keer worden
gewassen. We raden daarom aan om
dit soort kleding de eerste keer dan
ook apart te wassen.
Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen,
haakjes en drukknopen. Rol riemen
op.
Maak alle zakken leeg en vouw alle
artikelen open.
Draai meerlagige stoffen, wollen en
kleding met geverfde opdrukken
binnenstebuiten.
Verwijder ingedroogde vlekken met
een speciaal wasmiddel.
Zwaar bevuilde was met vlekken moet
gewassen en voorbehandeld worden
voordat het in de trommel wordt
gedaan
Wees voorzichtig met gordijnen.
Verwijder de haken of stop de
gordijnen in een waszak of
kussensloop.
Was geen wasgoed zonder zomen of
met scheuren. Gebruik een waszakje
om kleine items te wassen (Bijv.
beugelbh's, riemen, panty's, etc.).
Een zeer kleine lading kan problemen
veroorzaken bij de centrifugefase. Als
dit gebeurt, kunt u de artikelen
handmatig verdelen in de trommel en
de centrifugefase opnieuw starten.
11.2 Hardnekkige vlekken
Voor sommige vlekken is water en
wasmiddel niet voldoende.
We raden u aan om deze vlekken te
behandelen voordat u deze artikelen in
de machine stopt.
Er zijn speciale vlekkenverwijderaars
verkrijgbaar. Gebruik een speciale
vlekkenverwijderaar die geschikt is voor
het type vlek en stof.
11.3 Wasmiddelen en
nabehandelingsmiddelen
Gebruik alleen wasmiddelen en
nabehandelingsproducten die
bedoeld zijn voor gebruik in een
wasautomaat:
waspoeder voor alle soorten
weefsels,
waspoeder voor delicate stoffen
(40 °C max) en wol,
vloeibare wasmiddelen, bij
voorkeur voor wasprogramma's
op lage temperatuur (60 °C max.)
voor alle soorten weefsels, of
speciaal voor alleen wol.
Vermeng geen verschillende soorten
wasmiddel met elkaar.
NEDERLANDS
17
Gebruik niet meer dan de benodigde
hoeveelheid wasmiddel om het milieu
te beschermen.
Volg altijd de instructies die u vindt
op de verpakking van deze
producten.
Gebruik de juiste producten voor het
type en de kleur stof, de
programmatemperatuur en de mate
van vervuiling.
Als uw machine geen
wasmiddeldoseerbakje heeft met
klepje, voeg dan het vloeibare
wasmiddel toe met een doseerbol
(meegeleverd bij het wasmiddel).
11.4 Milieutips
Stel een programma in zonder de
voorwasfase om wasgoed dat
normaal vervuild is te wassen.
Start een wasprogramma altijd met
de maximum toegestane hoeveelheid
wasgoed.
Gebruik indien nodig een
vlekkenverwijderaar als u een
programma met een lage
temperatuur instelt.
Controleer de waterhardheid van uw
plaatselijke systeem om de juiste
hoeveelheid wasmiddel te gebruiken.
Zie "Waterhardheid".
11.5 Waterhardheid
Als de waterhardheid in uw gebied hoog
of gemiddeld is, raden we u het gebruik
van waterverzachter voor wasautomaten
aan. In gebieden waar de waterhardheid
zacht is, is het gebruik van een
waterverzachter niet nodig.
Neem contact op met het plaatselijke
waterleidingbedrijf voor de
waterhardheid in uw gebied.
Gebruik de juiste hoeveelheid van de
waterverzachter. Volg altijd de instructies
die u vindt op de verpakking van het
product.
12. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
12.1 Buitenkant reinigen
Het apparaat alleen schoonmaken met
zeep en warm water. Maak alle
oppervlakken volledig droog.
LET OP!
Gebruik geen brandspiritus,
oplosmiddelen of chemische
producten.
12.2 Ontkalken
Als de waterhardheid in uw gebied hoog
of gemiddeld is, raden we u het gebruik
van waterontharder voor wasautomaten
aan.
Controleer de trommel regelmatig om
kalk en roestdeeltjes te voorkomen.
Gebruik alleen speciale producten voor
wasmachines om roestdeeltjes te
verwijderen. Doe dit apart van het
wassen van wasgoed.
Volg altijd de instructies die
u vindt op de verpakking van
het product.
12.3 Onderhoudswasbeurt
Bij programma's met lage temperaturen
is het mogelijk dat er wat wasmiddel
achterblijft in de trommel. Voer
regelmatig een onderhoudswasbeurt uit.
Ga als volgt te werk:
Haal al het wasgoed uit de trommel.
Kies het katoenprogramma met de
hoogste temperatuur met een kleine
hoeveelheid wasmiddel.
www.aeg.com
18
12.4 Deurrubber
Controleer het deurrubber regelmatig en
verwijder voorwerpen uit de binnenkant.
12.5 Het afwasmiddeldoseerbakje reinigen
1.
1
2
2.
3. 4.
12.6 Het afvoerfilter schoonmaken
Reinig het afvoerfilter niet als het water in de machine heet is.
Controleer het filter van de afvoerpomp regelmatig en houd het schoon.
Herhaal stap 2 en 3 tot er geen water meer wegstroomt.
NEDERLANDS 19
Houd altijd een doek bij de
hand om eventueel morsen
van water op te nemen.
12.7 Het filter van de toevoerslang en het klepfilter reinigen
1.
1
2
3
2.
3. 4.
45°
20°
12.8 Noodafvoer
Het apparaat kan geen water afvoeren
door een storing.
Als dit optreedt, voert u stappen (1) tot
(8) uit van "Het afvoerfilter reinigen".
Maak de pomp zo nodig schoon.
Als u het water afpompt met
gebruikmaking van de
noodafpompprocedure, moet u het
aftapsysteem opnieuw activeren:
1. Giet 2 liter water in het wasvak van
de wasmiddellade.
2. Start het programma om het water af
te pompen.
12.9 Voorzorgsmaatregelen bij
vorst
Als het apparaat is geïnstalleerd in een
gebied waar de temperatuur lager is dan
0° C, dan dient u het resterende water uit
de afvoerslang en de afvoerpomp te
verwijderen.
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Draai de waterkraan dicht.
3. Plaats de twee uiteinden van de
toevoerslang in een bak en laat het
water uit de slang stromen.
4. Leeg de afvoerpomp. Raadpleeg de
noodafvoerprocedure.
5. Als de afvoerpomp leeg is, installeert
u de toevoerslang opnieuw.
NEDERLANDS
21
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de
temperatuur hoger is dan
0°C voordat u het apparaat
opnieuw gebruikt.
De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor
schade die door lage
temperaturen is veroorzaakt.
13. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
13.1 Introductie
Het apparaat start niet of stopt niet
tijdens de werking.
Probeer eerst het probleem zelf op te
lossen (zie tabel). Neem indien dit niet
lukt contact op met de Servicedienst.
Bij sommige problemen werken de
geluidssignalen en toont de display
een alarmcode:
- Het apparaat wordt niet goed
gevuld met water.
- Het apparaat pompt geen
water weg.
- De deur is open of niet goed
gesloten. Controleer de deur!
- De stroomtoevoer is onstabiel.
Wacht tot de stroomtoevoer stabiel is.
- Geen communicatie tussen de
elektronische elementen van het
apparaat. Schakel uit en terug aan.
- Het beschermingssysteem
tegen waterlekkage is in werking
getreden. Koppel het apparaat los en
draai de waterkraan dicht. Neem
contact op met de klantenservice.
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit
voordat u controles uitvoert.
13.2 Mogelijke storingen
Probleem Mogelijke oplossing
Het programma start
niet.
Verzeker u ervan dat de netstekker is aangesloten op het
stopcontact.
Verzeker u ervan dat de klep van het apparaat gesloten is.
Verzeker u ervan dat er geen beschadigde zekering in het
zekeringenkastje is.
Zorg dat de knop Start/Pauze is ingedrukt.
Als uitgestelde start gekozen is: annuleer de instelling of
wacht op het einde van de aftelprocedure.
Schakel het kinderslot uit.
www.aeg.com22
Probleem Mogelijke oplossing
Het apparaat wordt niet
goed met water gevuld.
Verzeker u ervan dat de waterkraan geopend is.
Ga na of de druk van de watervoorziening niet te laag is.
Neem voor deze informatie contactpersoon op met uw
plaatselijke waterleidingsbedrijf.
Verzeker u ervan dat de waterkraan niet verstopt is.
Verzeker u ervan dat het filter van de inlaatslang en het fil-
ter van het ventiel niet verstopt zijn. Zie het hoofdstuk 'On-
derhoud en reiniging'.
Controleer of er geen knikken of bochten in de watertoe-
voerslang aanwezig zijn.
Verzeker u ervan dat de aansluiting van de waterinlaatslang
in orde is.
Verzeker u ervan dat de aansluitingen van de waterinlaat-
slangen in orde zijn.
Het apparaat vult zich
niet met water en pompt
dit direct weg.
Verzeker u ervan dat de aftapslang in de juiste positie is. De
slang kan te laag hangen. Raadpleeg 'Montage-instructies'.
Het water niet wordt af-
gepompt uit de machine.
Verzeker u ervan dat de gootsteenafvoer niet verstopt is.
Verzeker u ervan dat de aftapslang geen knikken of boch-
ten heeft.
Verzeker u ervan dat de aansluiting van de aftapslang in or-
de is.
Stel het afvoerprogramma in als u een programma zonder
afvoerfase instelt.
Stel het afvoerprogramma in als u een optie instelt waarbij
water in de trommel blijft.
Verzeker u ervan dat het afvoerfilter niet verstopt is. Reinig
indien nodig het filter. Zie 'Onderhoud en reiniging'.
Als het probleem opnieuw optreedt, neemt u contact op
met de Servicedienst.
De centrifugeerfase
werkt niet of de wascy-
clus duurt langer dan
normaal.
Stel de centrifugeersnelheid in.
Stel het afvoerprogramma in als u een optie instelt waarbij
water in de trommel blijft.
Verzeker u ervan dat het afvoerfilter niet verstopt is. Reinig
indien nodig het filter. Zie 'Onderhoud en reiniging'.
Verdeel het wasgoed met de hand in de trommel en start
de centrifugeerfase opnieuw. Dit probleem kan veroorzaakt
zijn door evenwichtsproblemen.
Er is water op de vloer.
Verzeker u ervan dat de koppelingen van de waterslangen
goed afgedicht zijn en dat er geen waterlekkage is.
Zorg ervoor dat de watertoevoer- en afvoerslangen niet be-
schadigd zijn.
Zorg ervoor dat u het juiste wasmiddel in de juiste hoeveel-
heid gebruikt.
NEDERLANDS 23
Probleem Mogelijke oplossing
U kunt de klep van de
machine niet openen.
Controleer of het wasprogramma is voltooid.
Stel het afvoer- of centrifugeerprogramma in als er zich wa-
ter in de trommel bevindt.
Houd u zich aan de noodafvoerprocedure. Zie "Voorzorgs-
maatregelen bij vorst" (in het hoofdstuk "Onderhoud en
reiniging").
Het apparaat maakt een
abnormaal geluid.
Zorg ervoor dat de machine goed waterpas staat. Raad-
pleeg 'Montage-instructies'.
Verzeker u ervan dat de verpakking en/of de transportbou-
ten verwijderd zijn. Raadpleeg 'Montage-instructies'.
Leg meer wasgoed in de trommel. De belading kan te ge-
ring zijn.
De cyclus is korter dan
de weergegeven tijd.
Het apparaat berekent een nieuwe tijd aan de hand van de
wasgoedlading. Zie het hoofdstuk 'Verbruikswaarden'.
De cyclus is langer dan
de weergegeven tijd.
Een wasgoedlading die niet in balans is verlengt de duur.
Dit is normaal gedrag van het apparaat.
De wasresultaten laten te
wensen over.
Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander wasmiddel.
Gebruik speciale producten voor het verwijderen van hard-
nekkige vlekken voordat u het wasgoed wast.
Verzeker u ervan dat u de juiste temperatuur gekozen
heeft.
Verminder de wasgoedbelading.
U kunt geen optie instel-
len.
Zorg dat u alleen op de gewenste tiptoets(en) drukt.
Schakel na de controle de machine in. Het programma wordt voortgezet vanaf het punt van
onderbreking.
Als het probleem zich nogmaals voordoet: neem contact op met een erkend
servicecentrum.
Als het display andere alarmcodes toont. Schakel de machine uit en zet hem weer aan. Als
het probleem zich blijft voordoen: neem contact op met een erkend servicecentrum.
14. TECHNISCHE GEGEVENS
Afmetingen Breedte / Hoogte/ Diep-
te/ Totale diepte
600 mm/ 850 mm/ 522 mm/ 555 mm
Aansluiting op het elek-
triciteitsnet
Spanning
Totaal vermogen
Zekering
Frequentie
230 V
2200 W
10 A
50 Hz
www.aeg.com24
Niveau van bescherming tegen het binnendringen
van vaste deeltjes en vocht gewaarborgd door het
beschermdeksel, behalve wanneer de laagspan-
ningsapparatuur geen bescherming tegen vocht
heeft
IPX4
Druk watertoevoer Minimum
Maximum
0,5 bar (0,05 MPa)
8 bar (0.8 MPa)
Watertoeover
1)
Koud water
Toelaatbare maximum
belading
Katoen 7 kg
Energiebesparingsklasse A+++
Centrifugeersnelheid Maximum 1400 tpm
1)
Sluit de waterinlaatslang aan op een waterkraan met een 3/4'' -schroefdraad.
15. MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool
. Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en
recycle het afval van elektrische en
elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg
met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de
gemeente.
NEDERLANDS 25

Documenttranscriptie

2 www.aeg.com INHOUDSOPGAVE 1. VEILIGHEIDSINFORMATIE......................................................................................... 3 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN.................................................................................4 3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT........................................................................6 4. BEDIENINGSPANEEL................................................................................................. 7 5. PROGRAMMA’S ......................................................................................................... 8 6. VERBRUIKSGEGEVENS.............................................................................................10 7. OPTIES........................................................................................................................11 8. INSTELLINGEN.......................................................................................................... 12 9. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT....................13 10. DAGELIJKS GEBRUIK............................................................................................. 13 11. AANWIJZINGEN EN TIPS...................................................................................... 17 12. ONDERHOUD EN REINIGING...............................................................................18 13. PROBLEEMOPLOSSING.........................................................................................22 14. TECHNISCHE GEGEVENS..................................................................................... 24 VOOR PERFECTE RESULTATEN Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken met functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren. Ga naar onze website voor: Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen en onderhoudsinformatie: www.aeg.com/webselfservice Registreer uw product voor een betere service: www.registeraeg.com Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat: www.aeg.com/shop KLANTENSERVICE Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: model, productnummer, serienummer. Deze informatie wordt vermeld op het typeplaatje. Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu-informatie Wijzigingen voorbehouden. NEDERLANDS 1. 3 VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik. 1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen • • • • • • • Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Laat kinderen niet met het apparaat spelen. Kinderen van 3 jaar en jonger moeten tijdens de werking van dit apparaat altijd uit te buurt worden gehouden. Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het op passende wijze weg. Houd reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen. Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als de deur open is. Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht. 1.2 Algemene veiligheid • • • De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd. Overschrijd het maximale laadvermogen van 7 kg niet (raadpleeg hoofdstuk "Programmaschema"). De waterdruk bij het watertoevoerpunt van de aansluiting moet liggen tussen 0,5 bar (0,05 MPa) en 8 bar (0,8 MPa). 4 www.aeg.com • • • • • • • De ventilatie-openingen in de onderkant mogen niet worden afgedekt door tapijt, een mat of andere soorten vloerbedekking. Het apparaat moet op de waterleiding worden aangesloten met de nieuwe meegeleverde slangsets, of andere nieuwe slangsets geleverd door het geautoriseerd servicecentrum. Oude slangsets mogen niet opnieuw worden gebruikt. Als het netsnoer beschadigd is, moet de fabrikant, een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen. Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. Gebruik geen waterstralen onder druk en/of stoom om het apparaat te reinigen. Maak het apparaat schoon met een vochtige doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen. 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 2.1 Montage • Verwijder de verpakking en de transportbouten. • Bewaar de transportbouten op een veilige plaats. Als het apparaat verplaatst moet worden in de toekomst, moeten ze opnieuw bevestigd worden om de trommel te vergrendelen om interne schade te voorkomen. • Wees altijd voorzichtig bij het verplaatsen van het apparaat omdat het zwaar is. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel. • Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat. • Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat. • Gebruik of installeer het apparaat niet als de temperatuur lager kan zijn dan 0°C of als het is blootgesteld aan het weer. • Zorg ervoor dat de vloer van de plaats waar u het apparaat installeert, vlak, stabiel, hittebestendig en schoon is. • Zorg dat er lucht tussen het apparaat en de vloer kan circuleren. • Installeer het apparaat niet direct boven de vloerafvoer. • Pas de stelvoeten aan om de nodige ruimte tussen het apparaat en de vloer te creëren. • Plaats het apparaat niet op een plek waar de deur niet helemaal open kan. • Plaats geen bak om mogelijke waterlekkage op te vangen onder het apparaat. Neem contact op met het geautoriseerd servicecentrum om te NEDERLANDS raadplegen welke accessoires gebruikt mogen worden. 2.2 Aansluiting op het elektriciteitsnet • Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. • Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schokbestendig stopcontact. • Zorg ervoor dat de parameters op het vermogensplaatje overeenkomen met elektrische vermogen van de netstroom. • Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren. • Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet beschadigt. Indien de voedingskabel moet worden vervangen, dan moet dit gebeuren door onze Klantenservice. • Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is. • Raak de stroomkabel of stekker niet aan met natte handen. • Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker. • Dit apparaat voldoet aan de EUrichtlijnen. 2.3 Aansluiting aan de waterleiding • Beschadig de waterslangen niet. • Indien buizen lang niet zijn gebruikt, er reparaties hebben plaatsgevonden of er nieuwe apparaten zijn geplaatst (watermeters, enz.), moet u, voordat de nieuwe buizen worden aangesloten, het water laten stromen tot het schoon en helder is. • Zorg ervoor dat er geen zichtbare waterlekken zijn tijdens en na het eerste gebruik van het apparaat. • Gebruik geen verlengslang als de toevoerslang te kort is. Neem contact op met de klantenservice voor vervanging van de toevoerslang. • U kunt de afvoerslang maximaal 400 cm verlengen. Neem contact op met 5 de klantenservice voor de andere afvoerslang en het verlengstuk. 2.4 Gebruik WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel, elektrische schokken, brand, brandwonden en schade aan het apparaat. • Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik. • Volg de veiligheidsinstructies op de verpakking van het wasmiddel op. • Plaats geen ontvlambare producten of gerechten die vochtig zijn gemaakt met ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. • Zorg ervoor dat alle metalen voorwerpen uit het wasgoed verwijderd zijn. • Was geen stoffen die zwaarbevuild zijn met olie, vet of andere vettige substanties. Dit kan rubberen onderdelen van de wasmachine beschadigen. Was dergelijke stoffen met de hand voor, voordat u ze in de wasmachine stopt. • Raak het glas van de deur niet aan als een programma in werking is. Het glas kan heet worden. 2.5 Verwijdering WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of verstikking. • Haal de stekker uit het stopcontact en koppel het apparaat los van de watertoevoer. • Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en gooi het weg. • Verwijder de deurvergrendeling om te voorkomen dat kinderen of huisdieren binnen in de trommel vast komen te zitten. • Gooi het apparaat weg conform de lokale voorschriften voor de verwijdering van elektrische en elektronische apparatuur (AEEA). 6 www.aeg.com 3. BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT 3.1 Apparaatoverzicht 1 2 3 4 5 1 2 3 4 5 6 7 Bovenblad Wasmiddellade Bedieningspaneel Handgreep Typeplaatje Filter afvoerpomp Voetjes voor het waterpas zetten van het apparaat 6 7 3.2 Verkrijgbaar bij uw erkende dealer Alleen geschikte accessoires die door AEG zijn goedgekeurd waarborgen de veiligheidsnormen van het apparaat. Als nietgoedgekeurde onderdelen worden gebruikt, worden alle claims ongeldig verklaard. Set bevestigingsplaatjes (4055171146) Verkrijgbaar bij uw geautoriseerde verkooppunt. Zet het apparaat goed vast met de bevestigingsplaatjes als u het apparaat op een plint plaatst. Lees de met het accessoire meegeleverde instructies zorgvuldig door. NEDERLANDS 7 4. BEDIENINGSPANEEL 4.1 Beschrijving Bedieningspaneel 1 3 2 9 1 Aan/Uit-toets (Aan/Uit - Marche/ Arrêt) 2 Programmaknop 3 Weergave 4 Start/Pauze-toets (Start/Pauze Départ/Pause) 5 Toets Startuitstel (Startuitstel Départ Différé) 8 7 6 5 4 6 Toets tijdsbesparing (Tijd Besparen Gain de Temps) Toets Extra spoelen (Extra Spoelen 7 Rinçage+) 8 Toets Centrifugeren (T./min) 9 Toets Temperatuur (Temp.°C) 4.2 Weergave A B C 8 www.aeg.com Gebied tijd: A Programmaduur Startuitstel Alarmcodes Foutbericht Het programma is voltooid. Deur vergrendeld-indicatielampje: B U kunt de deur van het apparaat niet openen als het symbool brandt. U kunt de deur van het apparaat niet openen als het indicatielampje knippert. Wacht een paar minuten met het openen van de deur. U kunt de deur van het apparaat openen als het symbool uit gaat. Kinderslot: C Het indicatielampje gaat aan als u dit apparaat inschakelt. 5. PROGRAMMA’S 5.1 Programmaoverzicht Programma Temperatuurbereik Maximale lading Maximale centrifugeersnelheid Programmabeschrijving (Type lading en vervuiling) 7 kg 1400 tpm Wit en bont katoen. Normaal vervuild en licht vervuild. Katoen + Voorwas 7 kg - Blanc/Couleurs + 1400 tpm Prélavage 95°C - Koud Wit en bont katoen. Sterke en normale vervuiling. Katoen + Vlekken - 7 kg Blanc/Couleurs + 1400 tpm Taches 95°C - 40°C Wit en bont katoen, zwaar vervuild. Zwaar vervuild. Wasprogramma's Katoen - Blanc/ Couleurs 95°C - Koud NEDERLANDS Programma Temperatuurbereik Maximale lading Maximale centrifugeersnelheid Programmabeschrijving (Type lading en vervuiling) Synthetica - Synthétiques 60°C - Koud 3.5 kg 1200 tpm Synthetische of gemengde stoffen. Normale vervuiling. Strijkvrij - Repassa- 3.5 kg ge Facile 800 tpm 60°C - Koud Synthetische stoffen die voorzichtig gewassen Fijne Was - Délicats 40°C - Koud Fijne stoffen zoals acryl, viscose en gemengde stoffen hebben een milde wasbeurt nodig. Normale vervuiling. 3.5 kg 1200 tpm 9 moeten worden. Normaal en licht bevuild.1) Wol/Zijde - Lai- 2 kg 1200 tpm ne/Soie 40°C - Koud Machinewasbestendige wol, handwasbestendige wol en andere stoffen voorzien van het symbool Centrif. - Essorage 7 kg 1400 tpm Om het wasgoed te centrifugeren en het water uit de trommel af te voeren. Alle stoffen, behalve wol en zeer fijne stoffen. Pompen - Vidange 7 kg Om het water in de trommel af te voeren. Alle stoffen. Spoelen - Rinçage Koud 7 kg 1400 tpm Om het wasgoed te spoelen en te centrifugeren. Alle stoffen, behalve wol en zeer delicate stoffen. Verlaag de centrifugeersnelheid afhankelijk van het type wasgoed. Mix 20° 20°C 3 kg 1200 tpm Speciaal programma voor katoenen, synthetische en gemengde stoffen die licht vervuild zijn. Stel dit programma in om het energieverbruik te verminderen. Zorg ervoor dat het wasmiddel geschikt is voor «handwas».2) lage temperaturen om goede wasresultaten3). Jeans 60°C - Koud 7 kg 1200 tpm Jeans en kleding van tricot. Ook voor donkere kleding. 20 Min. - 3 kg 40°C - 30°C 3 kg 1200 tpm Katoenen en synthetische kleding met lichte vervuiling of slechts eenmaal gedragen. 10 www.aeg.com Programma Temperatuurbereik Katoen Eco - Co- Maximale lading Maximale centrifugeersnelheid Programmabeschrijving (Type lading en vervuiling) 7 kg 1400 tpm Wit katoen en kleurvast katoen. Normale vervuiling. Het energieverbruik daalt en de duurtijd van het wasprogramma neemt toe. ton Eco 4) 60°C - 40°C 1) Om kreuken te beperken, regelt deze cyclus de watertemperatuur en voert een zachte wasbeurt en centrifugeerfase uit. Het apparaat voegt extra spoelgangen toe. 2) Tijdens deze cyclus draait de trommel langzaam om voorzichtig te wassen. Het kan lijken alsof de trommel niet draait of niet goed draait. Dit is echter normaal voor dit programma. 3) te krijgen. Het apparaat voert een korte verwarmingsfase uit als de watertemperatuur lager is dan 20°C. Het apparaat toont de temperatuurinstelling als "Koud". 4) Standaardprogramma's voor de Energielabel verbruikswaarden. Volgens de regelgeving 1061/2010 zijn deze programma's respectievelijk het «standaard 60°C katoenprogramma» en het «standaard 40°C katoenprogramma». Dit zijn de meest efficiënte programma's qua elektriciteits- en waterverbruik bij het wassen van normaal vervuild katoenen wasgoed. De watertemperatuur van de wasfase kan verschillen van de temperatuur die is aangegeven voor het geselecteerde programma. Toepasbaarheid programma-opties 6. VERBRUIKSGEGEVENS De aangewezen waarden zijn verkregen onder laboratoriumcondities met relevante standaarden. Verschillende oorzaken kunnen de gegevens wijzigen: de hoeveelheid en het type wasgoed en de omgevingstemperatuur. De waterdruk, netvoeding en de temperatuur van het toevoerwater kunnen de duur van het wasprogramma ook beïnvloeden. Bij de start van het programma toont het display de duur van het programma voor de maximale beladingscapaciteit. Tijdens de wasfase wordt de programmaduur automatisch berekend en deze kan aanzienlijk worden verkort als er minder wasgoed in de trommel is dan de maximale beladingscapaciteit (bijv. bij katoen 60°C, maximale beladingscapaciteit 7 kg, is de programmaduur langer dan 2 uur, maar bij een werkelijke belading van 1 kg kan de programmaduur korter zijn dan 1 uur). Als de machine de werkelijke programmaduur berekent, knippert er een stip op het display. NEDERLANDS Programma’s Belading (kg) Energieverbruik (kWh) Katoen - Blanc/ Couleurs 60°C 7 1.30 62 157 52 Katoen - Blanc/ Couleurs 40°C 7 0.80 62 154 52 Synthetica - Synthétiques 40°C 3.5 0.53 45 127 35 Fijne Was - Délicats 40°C 3.5 0.57 53 100 35 2 0.25 45 56 30 7 0.87 52 240 52 3.5 0.75 41 215 52 3.5 0.54 41 210 52 Wol/Zijde - Laine/ Soie 30°C 2) Waterverbruik (liter) 11 Geschatte Resterende programvochtigheid maduur (mi- (%)1) nuten) Standaard katoenprogramma's Standaard 60°C katoen Standaard 60°C katoen Standaard 40°C katoen 1) Aan het einde van de centrifugefase. 2) Niet beschikbaar voor sommige modellen. Uit-modus (W) Modus aan laten (W) 0.48 0.48 De gegevens in de bovenstaande tabel zijn in overeenstemming met verordening 1015/2010 van de Europese Commissie tot uitvoering van de richtlijn 2009/125/EG 7. OPTIES 7.1 Temp.°C 7.2 T./min Stel deze optie in om de standaardtemperatuur te wijzigen. Met deze optie kunt u de standaardcentrifugeersnelheid verlagen. Indicatielampje Kalt - Froid = koud water. Het lampje van de ingestelde snelheid gaat branden. Het controlelampje van de ingestelde temperatuur gaat branden. Extra centrifugeeropties: Spoelstop • Stel deze optie in om kreukvorming in stoffen te voorkomen. 12 www.aeg.com • Het relevante lampje gaat branden. • Het wasprogramma stopt met water in de trommel. De trommel draait regelmatig om kreukvorming van het wasgoed te voorkomen. • De deur blijft vergrendeld. U moet het water afvoeren om de deur te kunnen openen. Zie om het water weg te pompen "Aan het einde van het programma". 7.3 Extra Spoelen - Rinçage+ Met deze optie kunt u spoelgangen aan sommige wasprogramma´s toevoegen. Raadpleeg de 'Programmatabel'. Gebruik deze optie voor personen die allergisch zijn voor wasmiddelen en in gebieden waar het water erg zacht is. • Eenmaal drukken om 'Verkorte duur' in te stellen voor voorwerpen met dagelijks vuil. • Druk twee keer voor het instellen van een extra snel programma voor licht bevuild wasgoed. Sommige programma's accepteren alleen één van de twee opties. 7.5 Startuitstel - Départ Différé Met deze optie kunt u de start van een programma uitstellen van 30 minuten tot 20 uur. Op de display verschijnt de bijbehorende indicatie en uitsteltijd. Het bijbehorende indicatielampje gaat branden. 7.4 Tijd Besparen - Gain de Temps Met deze optie kunt u de programmaduur inkorten. 8. INSTELLINGEN 8.1 Geluidssignalen 8.2 Kinderslot De geluidssignalen weerklinken wanneer: Met deze optie kunt u voorkomen dat kinderen met het bedieningspaneel spelen. • • • • • U het apparaat inschakelt U het apparaat uitschakelt U op een toets drukt. Het programma is voltooid Er een storing in het apparaat optreedt. Voor het uitschakelen/inschakelen van de geluidssignalen, drukt u tegelijkertijd op Temp.°C en T./min. gedurende 6 seconden. Als u de geluidssignalen uitschakelt, werken ze wel als er een storing optreedt. • Voor het inschakelen/uitschakelen van deze optie, drukt u tegelijkertijd op Extra Spoelen - Rinçage+ en Tijd Besparen - Gain de temps tot het aan/uit gaat. indicatielampje U kunt deze optie inschakelen: • Nadat u op Start/Pauze - Départ/ Pause heeft gedrukt: worden de opties en de programmaknop vergrendeld. • Voordat u op Start/Pauze - Départ/ Pause heeft gedrukt: kan het apparaat niet starten. NEDERLANDS 8.3 Permanent extra spoelen Met deze optie kunt bij elke programma automatisch een extra spoelbeurt instellen. 13 op Tijd Besparen - Gain de temps en Startuitstel - Départ Différé tot het relevante indicatielampje aan/uit gaat. • Voor het inschakelen/uitschakelen van deze optie, drukt u tegelijkertijd 9. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT 1. Steek de stekker in het stopcontact. 2. Draai de waterkraan open. 3. Giet 2 liter water in het wasmiddeldoseerbakje voor de wasfase. Dit activeert het afvoersysteem. 4. Doe een klein beetje wasmiddel in het doseervakje voor de wasfase. 5. Stel het programma voor katoen in op de hoogste temperatuur zonder wasgoed en start het programma. Dit verwijdert al het mogelijke vuil uit de trommel en de kuip. 10. DAGELIJKS GEBRUIK 10.1 Wasgoed in de machine doen 1. Open de deur van het apparaat. 2. Plaats het wasgoed stuk voor stuk in de trommel. 3. Schud de items voor u ze in de wasautomaat plaatst. Zorg ervoor dat u niet te veel was in de trommel plaatst. 4. Doe de deur stevig dicht. LET OP! Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen het rubber en de deur terechtkomt. Er kan waterlekkage of beschadigd wasgoed ontstaan. 10.2 Vullen met wasmiddel en toevoegingen Vakje voor voorwasmiddel, weekprogramma of vlekkenverwijderaar. Wasmiddelvakje voor wasfase. 14 www.aeg.com Vakje voor vloeibare toevoegingen (textielversteviger, stijfsel). Dit is het maximale niveau voor vloeibare toevoegingen. Klep voor waspoeder of vloeibaar wasmiddel. B Gebruik wasmiddelen altijd volgens de aanwijzingen op de verpakking. 10.3 De stand van de klep controleren 1. Trek de wasmiddeldoseerlade uit tot deze niet meer verder kan. 2. Druk de hendel in om de lade uit te trekken. 1 2 3. Draai de klep omhoog om poederwasmiddel te gebruiken. A Met de klep in de stand OMLAAG: • Gebruik geen gelatineachtige of dikke vloeibare wasmiddelen. • Giet niet meer vloeibaar wasmiddel in het vakje dan de limiet op de klep. • Stel de voorwasfase niet in. • Stel de startuitstelfunctie niet in. 5. Meet het wasmiddel en wasverzachter af. 6. Sluit de wasmiddeldoseerlade voorzichtig. Zorg bij het sluiten van de lade dat de klep geen blokkering veroorzaakt. 10.4 Het apparaat inschakelen 1. Steek de stekker in het stopcontact. 2. Draai de waterkraan open. 3. Druk op toets Aan/Uit - Marche/Arrêt om het apparaat in te schakelen. Er klinkt een korte toon. 10.5 Een programma instellen 4. Draai de klep omlaag om vloeibaar wasmiddel te gebruiken. 1. Draai de programmaschakelaar om het programma in te stellen: • Het indicatielampje Start/Pauze Départ/Pause knippert. • Het display geeft de programmaduur weer. 2. Indien nodig, wijzig de temperatuur, de centrifugeersnelheid, de cyclusduur of voeg extra opties toe. Als u een optie activeert, gaat het NEDERLANDS indicatielampje van de ingestelde optie branden. Als u iets niet goed instelt, toont het display de melding Err. 10.6 Een programma starten zonder een uitgestelde start Druk op toets Start/Pauze - Départ/ Pause om het programma te starten. Het bijbehorende indicatielampje stopt met knipperen en blijft branden. Het programma start en de deur wordt vergrendeld. Op het display verschijnt het symbool . De afvoerpomp kan even werken als het apparaat gevuld wordt met water. 10.7 Cyclustijd herberekening Na ongeveer 15 minuten na de start van het programma: • Het apparaat past de cyclustijd automatisch aan op het wasgoed dat u in de trommel hebt gedaan, voor perfecte wasresultaten binnen een minimaal benodigde tijd. • Op de display verschijnt de nieuwe tijdwaarde. 10.8 Een programma starten met een uitgestelde start 1. Druk nogmaals op Startuitstel Départ Différé tot op het display het gewenste startuitstel verschijnt. 2. Als u op de toets Start/Pauze Départ/Pause drukt: Het aftellen van de uitgestelde start wordt op het display weergegeven. Nadat het aftelproces voltooid is, wordt het wasprogramma automatisch gestart. Voordat u op toets Start/ Pauze - Départ/Pause drukt om het apparaat te starten, kunt u de instelling van de uitgestelde start annuleren of wijzigen. 15 10.9 De uitgestelde start annuleren De uitgestelde start annuleren: 1. Druk op Start/Pauze - Départ/Pause om het apparaat op pauze te zetten. Het bijbehorende indicatielampje knippert. 2. Druk herhaaldelijk op Startuitstel Départ Différé tot het display staat. 3. Druk weer op Start/Pauze - Départ/ Pause om het programma direct te starten. 10.10 Onderbreken van een programma en een optie wijzigen U kunt slechts enkele functies wijzigen voordat ze gaan werken. 1. Druk op toets Start/Pauze - Départ/ Pause. Het bijbehorende indicatielampje knippert. 2. Wijzig de ingestelde optie. 3. Druk nogmaals op toets Start/Pauze Départ/Pause. Het wasprogramma gaat verder. 10.11 Een actief programma annuleren 1. Draai de programmaknop op om het programma te annuleren. 2. Zet de programmaknop op een nieuw afwasprogramma. Op dit moment kunt u ook de beschikbare functies instellen. Het apparaat voert het water af voordat u een nieuw programma start. Zorg er in dit geval voor dat het wasmiddel nog in het doseerbakje zit, zo niet vul het dan bij. 16 www.aeg.com 10.12 De deur openen als het programma in werking is LET OP! Als de temperatuur en het waterpeil in de trommel te hoog zijn, blijft het symbool voor de deurvergrendeling aan en kunt u de deur niet openen. Ga als volgt te werk om de deur te openen: 1. Druk een paar seconden op de knop voor Aan/Uit - Marche/Arrêt om het apparaat uit te schakelen. 2. Wacht een paar minuten met het openen van de deur. 3. Sluit de deur van het apparaat. 4. Activeer het apparaat en stel het programma weer in. 10.13 De deur openen als de functie uitgestelde start is ingesteld. Als het startuitstel in werking is, is de deur van het apparaat vergrendeld. De deur van het apparaat openen: 1. Als u op de toets Start/Pauze Départ/Pause drukt: Op het display gaat het indicatielampje van de deurvergrendeling uit. 2. Open de deur van het apparaat. 3. Sluit de deur en druk op toets Start/ Pauze - Départ/Pause. Het startuitstel gaat door. 10.14 Einde programma Wanneer het programma is voltooid, stopt het apparaat automatisch. Als het geluidssignaal actief is, weerklinkt het signaal. Op het display gaat aan en het indicatielampje deur vergrendeld gaat uit. Het lampje van toets Start/Pauze Départ/Pause gaat uit. 1. Druk op toets Aan/Uit - Marche/Arrêt om het apparaat uit te schakelen. Vijf minuten na afloop van het programma schakelt energiebesparingsfuncie het apparaat automatisch uit. Als u het apparaat weer inschakelt, wordt het einde van het als laatste ingestelde programma in het display weergegeven. Draai aan de programmaknop om een nieuwe cyclus in te stellen. 2. Haal het wasgoed uit het apparaat. 3. Zorg ervoor dat de trommel leeg is. 4. Laat de deur iets open staan om de vorming van schimmel en onaangename luchtjes te voorkomen 10.15 Laat het water weglopen na afloop van de cyclus Het wasprogramma is voltooid, maar er staat water in de trommel: De trommel draait regelmatig om kreukvorming van het wasgoed te voorkomen. Het indicatielampje van de deur brandt. De deur blijft vergrendeld. U moet het water afvoeren om de deur te kunnen openen: 1. De centrifugeersnelheid zo nodig verlagen. 2. Druk op de knop Start/Pauze Départ/Pause. Het apparaat voert het water af en centrifugeert. 3. Als het programma is voltooid, gaat het deurvergrendelingssymbool uit en kunt u de deur openen. 4. Druk een paar seconden op Aan/Uit Marche/Arrêt om het apparaat uit te schakelen. Na ongeveer 18 uur begint het apparaat automatisch met het afvoeren van water en centrifugeren. 10.16 AUTO Stand-by-optie De AUTO Stand-by-functie schakelt het apparaat automatisch uit om stroom te besparen als: NEDERLANDS • Het apparaat is 5 minuten voordat u op de knop Start/Pauze - Départ/ Pause drukt niet gebruikt. Druk opnieuw op de toets Aan/Uit Marche/Arrêt om het apparaat in te schakelen. • 5 minuten na afloop van het wasprogramma Druk opnieuw op de toets Aan/Uit Marche/Arrêt om het apparaat in te schakelen. De tijd van het laatst ingestelde programma wordt weergegeven op het display. 17 Draai aan de programmaknop om een nieuwe cyclus in te stellen. Als u een programma of optie instelt die eindigt met water in de trommel, wordt het apparaat niet door de AUTO Stand-by functie gedeactiveerd om u eraan te herinneren het water weg te pompen. 11. AANWIJZINGEN EN TIPS WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 11.1 Voor u het wasgoed in de trommel doet • Verdeel het wasgoed in: wit, bont, synthetisch, fijne was en wol. • Volg de wasinstructies die u op de waslabels van het wasgoed vindt. • Was witte en bonte artikelen niet samen. • Sommige bonte weefsels kunnen uitlopen als zij de eerste keer worden gewassen. We raden daarom aan om dit soort kleding de eerste keer dan ook apart te wassen. • Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen, haakjes en drukknopen. Rol riemen op. • Maak alle zakken leeg en vouw alle artikelen open. • Draai meerlagige stoffen, wollen en kleding met geverfde opdrukken binnenstebuiten. • Verwijder ingedroogde vlekken met een speciaal wasmiddel. • Zwaar bevuilde was met vlekken moet gewassen en voorbehandeld worden voordat het in de trommel wordt gedaan • Wees voorzichtig met gordijnen. Verwijder de haken of stop de gordijnen in een waszak of kussensloop. • Was geen wasgoed zonder zomen of met scheuren. Gebruik een waszakje om kleine items te wassen (Bijv. beugelbh's, riemen, panty's, etc.). • Een zeer kleine lading kan problemen veroorzaken bij de centrifugefase. Als dit gebeurt, kunt u de artikelen handmatig verdelen in de trommel en de centrifugefase opnieuw starten. 11.2 Hardnekkige vlekken Voor sommige vlekken is water en wasmiddel niet voldoende. We raden u aan om deze vlekken te behandelen voordat u deze artikelen in de machine stopt. Er zijn speciale vlekkenverwijderaars verkrijgbaar. Gebruik een speciale vlekkenverwijderaar die geschikt is voor het type vlek en stof. 11.3 Wasmiddelen en nabehandelingsmiddelen • Gebruik alleen wasmiddelen en nabehandelingsproducten die bedoeld zijn voor gebruik in een wasautomaat: – waspoeder voor alle soorten weefsels, – waspoeder voor delicate stoffen (40 °C max) en wol, – vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor wasprogramma's op lage temperatuur (60 °C max.) voor alle soorten weefsels, of speciaal voor alleen wol. • Vermeng geen verschillende soorten wasmiddel met elkaar. 18 www.aeg.com • Gebruik niet meer dan de benodigde hoeveelheid wasmiddel om het milieu te beschermen. • Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van deze producten. • Gebruik de juiste producten voor het type en de kleur stof, de programmatemperatuur en de mate van vervuiling. • Als uw machine geen wasmiddeldoseerbakje heeft met klepje, voeg dan het vloeibare wasmiddel toe met een doseerbol (meegeleverd bij het wasmiddel). 11.4 Milieutips • Stel een programma in zonder de voorwasfase om wasgoed dat normaal vervuild is te wassen. • Start een wasprogramma altijd met de maximum toegestane hoeveelheid wasgoed. • Gebruik indien nodig een vlekkenverwijderaar als u een programma met een lage temperatuur instelt. • Controleer de waterhardheid van uw plaatselijke systeem om de juiste hoeveelheid wasmiddel te gebruiken. Zie "Waterhardheid". 11.5 Waterhardheid Als de waterhardheid in uw gebied hoog of gemiddeld is, raden we u het gebruik van waterverzachter voor wasautomaten aan. In gebieden waar de waterhardheid zacht is, is het gebruik van een waterverzachter niet nodig. Neem contact op met het plaatselijke waterleidingbedrijf voor de waterhardheid in uw gebied. Gebruik de juiste hoeveelheid van de waterverzachter. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van het product. 12. ONDERHOUD EN REINIGING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 12.1 Buitenkant reinigen Het apparaat alleen schoonmaken met zeep en warm water. Maak alle oppervlakken volledig droog. LET OP! Gebruik geen brandspiritus, oplosmiddelen of chemische producten. 12.2 Ontkalken Als de waterhardheid in uw gebied hoog of gemiddeld is, raden we u het gebruik van waterontharder voor wasautomaten aan. Controleer de trommel regelmatig om kalk en roestdeeltjes te voorkomen. Gebruik alleen speciale producten voor wasmachines om roestdeeltjes te verwijderen. Doe dit apart van het wassen van wasgoed. Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van het product. 12.3 Onderhoudswasbeurt Bij programma's met lage temperaturen is het mogelijk dat er wat wasmiddel achterblijft in de trommel. Voer regelmatig een onderhoudswasbeurt uit. Ga als volgt te werk: • Haal al het wasgoed uit de trommel. • Kies het katoenprogramma met de hoogste temperatuur met een kleine hoeveelheid wasmiddel. NEDERLANDS 12.4 Deurrubber Controleer het deurrubber regelmatig en verwijder voorwerpen uit de binnenkant. 12.5 Het afwasmiddeldoseerbakje reinigen 1. 2. 1 2 3. 19 4. 12.6 Het afvoerfilter schoonmaken Reinig het afvoerfilter niet als het water in de machine heet is. Controleer het filter van de afvoerpomp regelmatig en houd het schoon. Herhaal stap 2 en 3 tot er geen water meer wegstroomt. NEDERLANDS 21 Houd altijd een doek bij de hand om eventueel morsen van water op te nemen. 12.7 Het filter van de toevoerslang en het klepfilter reinigen 1. 2. 1 2 3 3. 4. 45° 20° 12.8 Noodafvoer Het apparaat kan geen water afvoeren door een storing. Als dit optreedt, voert u stappen (1) tot (8) uit van "Het afvoerfilter reinigen". Maak de pomp zo nodig schoon. Als u het water afpompt met gebruikmaking van de noodafpompprocedure, moet u het aftapsysteem opnieuw activeren: 1. Giet 2 liter water in het wasvak van de wasmiddellade. 2. Start het programma om het water af te pompen. 12.9 Voorzorgsmaatregelen bij vorst Als het apparaat is geïnstalleerd in een gebied waar de temperatuur lager is dan 0° C, dan dient u het resterende water uit de afvoerslang en de afvoerpomp te verwijderen. 1. Trek de stekker uit het stopcontact. 2. Draai de waterkraan dicht. 3. Plaats de twee uiteinden van de toevoerslang in een bak en laat het water uit de slang stromen. 4. Leeg de afvoerpomp. Raadpleeg de noodafvoerprocedure. 5. Als de afvoerpomp leeg is, installeert u de toevoerslang opnieuw. 22 www.aeg.com WAARSCHUWING! Zorg ervoor dat de temperatuur hoger is dan 0°C voordat u het apparaat opnieuw gebruikt. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door lage temperaturen is veroorzaakt. 13. PROBLEEMOPLOSSING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 13.1 Introductie • - De deur is open of niet goed gesloten. Controleer de deur! • - De stroomtoevoer is onstabiel. Wacht tot de stroomtoevoer stabiel is. • - Geen communicatie tussen de elektronische elementen van het apparaat. Schakel uit en terug aan. • - Het beschermingssysteem tegen waterlekkage is in werking getreden. Koppel het apparaat los en draai de waterkraan dicht. Neem contact op met de klantenservice. Het apparaat start niet of stopt niet tijdens de werking. Probeer eerst het probleem zelf op te lossen (zie tabel). Neem indien dit niet lukt contact op met de Servicedienst. Bij sommige problemen werken de geluidssignalen en toont de display een alarmcode: • - Het apparaat wordt niet goed gevuld met water. • - Het apparaat pompt geen water weg. WAARSCHUWING! Schakel het apparaat uit voordat u controles uitvoert. 13.2 Mogelijke storingen Probleem Mogelijke oplossing Het programma start niet. • Verzeker u ervan dat de netstekker is aangesloten op het stopcontact. • Verzeker u ervan dat de klep van het apparaat gesloten is. • Verzeker u ervan dat er geen beschadigde zekering in het zekeringenkastje is. • Zorg dat de knop Start/Pauze is ingedrukt. • Als uitgestelde start gekozen is: annuleer de instelling of wacht op het einde van de aftelprocedure. • Schakel het kinderslot uit. NEDERLANDS 23 Probleem Mogelijke oplossing Het apparaat wordt niet goed met water gevuld. • Verzeker u ervan dat de waterkraan geopend is. • Ga na of de druk van de watervoorziening niet te laag is. Neem voor deze informatie contactpersoon op met uw plaatselijke waterleidingsbedrijf. • Verzeker u ervan dat de waterkraan niet verstopt is. • Verzeker u ervan dat het filter van de inlaatslang en het filter van het ventiel niet verstopt zijn. Zie het hoofdstuk 'Onderhoud en reiniging'. • Controleer of er geen knikken of bochten in de watertoevoerslang aanwezig zijn. • Verzeker u ervan dat de aansluiting van de waterinlaatslang in orde is. • Verzeker u ervan dat de aansluitingen van de waterinlaatslangen in orde zijn. Het apparaat vult zich niet met water en pompt dit direct weg. • Verzeker u ervan dat de aftapslang in de juiste positie is. De slang kan te laag hangen. Raadpleeg 'Montage-instructies'. • Verzeker u ervan dat de gootsteenafvoer niet verstopt is. • Verzeker u ervan dat de aftapslang geen knikken of bochten heeft. • Verzeker u ervan dat de aansluiting van de aftapslang in orde is. • Stel het afvoerprogramma in als u een programma zonder Het water niet wordt afafvoerfase instelt. gepompt uit de machine. • Stel het afvoerprogramma in als u een optie instelt waarbij water in de trommel blijft. • Verzeker u ervan dat het afvoerfilter niet verstopt is. Reinig indien nodig het filter. Zie 'Onderhoud en reiniging'. • Als het probleem opnieuw optreedt, neemt u contact op met de Servicedienst. De centrifugeerfase werkt niet of de wascyclus duurt langer dan normaal. • Stel de centrifugeersnelheid in. • Stel het afvoerprogramma in als u een optie instelt waarbij water in de trommel blijft. • Verzeker u ervan dat het afvoerfilter niet verstopt is. Reinig indien nodig het filter. Zie 'Onderhoud en reiniging'. • Verdeel het wasgoed met de hand in de trommel en start de centrifugeerfase opnieuw. Dit probleem kan veroorzaakt zijn door evenwichtsproblemen. Er is water op de vloer. • Verzeker u ervan dat de koppelingen van de waterslangen goed afgedicht zijn en dat er geen waterlekkage is. • Zorg ervoor dat de watertoevoer- en afvoerslangen niet beschadigd zijn. • Zorg ervoor dat u het juiste wasmiddel in de juiste hoeveelheid gebruikt. 24 www.aeg.com Probleem Mogelijke oplossing U kunt de klep van de machine niet openen. • Controleer of het wasprogramma is voltooid. • Stel het afvoer- of centrifugeerprogramma in als er zich water in de trommel bevindt. • Houd u zich aan de noodafvoerprocedure. Zie "Voorzorgsmaatregelen bij vorst" (in het hoofdstuk "Onderhoud en reiniging"). Het apparaat maakt een abnormaal geluid. • Zorg ervoor dat de machine goed waterpas staat. Raadpleeg 'Montage-instructies'. • Verzeker u ervan dat de verpakking en/of de transportbouten verwijderd zijn. Raadpleeg 'Montage-instructies'. • Leg meer wasgoed in de trommel. De belading kan te gering zijn. De cyclus is korter dan de weergegeven tijd. • Het apparaat berekent een nieuwe tijd aan de hand van de wasgoedlading. Zie het hoofdstuk 'Verbruikswaarden'. De cyclus is langer dan de weergegeven tijd. • Een wasgoedlading die niet in balans is verlengt de duur. Dit is normaal gedrag van het apparaat. • Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander wasmiddel. • Gebruik speciale producten voor het verwijderen van hardDe wasresultaten laten te nekkige vlekken voordat u het wasgoed wast. wensen over. • Verzeker u ervan dat u de juiste temperatuur gekozen heeft. • Verminder de wasgoedbelading. U kunt geen optie instellen. • Zorg dat u alleen op de gewenste tiptoets(en) drukt. Schakel na de controle de machine in. Het programma wordt voortgezet vanaf het punt van onderbreking. Als het probleem zich nogmaals voordoet: neem contact op met een erkend servicecentrum. Als het display andere alarmcodes toont. Schakel de machine uit en zet hem weer aan. Als het probleem zich blijft voordoen: neem contact op met een erkend servicecentrum. 14. TECHNISCHE GEGEVENS Afmetingen Breedte / Hoogte/ Diepte/ Totale diepte Aansluiting op het elek- Spanning triciteitsnet Totaal vermogen Zekering Frequentie 600 mm/ 850 mm/ 522 mm/ 555 mm 230 V 2200 W 10 A 50 Hz NEDERLANDS Niveau van bescherming tegen het binnendringen van vaste deeltjes en vocht gewaarborgd door het beschermdeksel, behalve wanneer de laagspanningsapparatuur geen bescherming tegen vocht heeft IPX4 Druk watertoevoer 0,5 bar (0,05 MPa) 8 bar (0.8 MPa) Minimum Maximum Koud water Watertoeover 1) Toelaatbare maximum belading Katoen Energiebesparingsklasse Centrifugeersnelheid 25 7 kg A+++ Maximum 1400 tpm 1) Sluit de waterinlaatslang aan op een waterkraan met een 3/4'' -schroefdraad. 15. MILIEUBESCHERMING Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
1 / 1

AEG L63470FL Handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
Handleiding

in andere talen