Miller Maxstar 150 STH de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

en niet CE modellen
Processen
Beschrijving
TIG-lassen (GTAW)
Beklede elektrodelassen
(SMAW)
OM-2242/dut 208 580K
200610
Lasstroombron
Maxstar 150 STH
met Auto-Linet
HANDLEIDING
www.MillerWelds.com
Miller Electric maakt een complete lijn
lasapparaten en aanverwante
lasproducten. Wilt u meer informatie
over de andere kwaliteitsproducten van Miller, neem dan contact op met uw
Miller-leverancier. Hij heeft de nieuwste overzichtscatalogus en afzonderlijke
productleaflets voor u.
Bedankt en gefeliciteerd dat u voor Miller hebt gekozen. Nu kunt u aan de
slag en alles meteen goed doen. Wij weten dat u geen tijd heeft om het an-
ders dan meteen goed te doen.
Om die reden zorgde Niels Miller, toen hij in 1929 voor het eerst met het
bouwen van booglasapparatuur begon, er dan ook voor dat zijn producten
lang meegingen en van superieure kwaliteit waren. Net als u nu konden
zijn klanten toen zich geen mindere kwaliteit veroorloven. De producten
van Miller moesten het beste van het beste zijn. Zij moesten gewoon het
allerbeste zijn dat er te koop was.
Tegenwoordig zetten de mensen die Miller-producten bouwen en verkopen
die traditie voort. Ook zij zijn vastbesloten om apparatuur en service te
bieden die voldoet aan de hoge kwaliteits- en prestatiestandaards die in
1929 zijn vastgelegd.
Deze handleiding voor de eigenaar is gemaakt om u optimaal gebruik te
kunnen laten maken van uw Miller-producten. Neem even de tijd om de
veiligheidsvoorschriften door te lezen. Ze helpen u om uzelf te beschermen
tegen mogelijke gevaren op de werkplek. We hebben ervoor gezorgd, dat u
de apparatuur snel en gemakkelijk kunt installeren. Bij Miller kunt u reke-
nen op jarenlange betrouwbare service en goed
onderhoud. En mocht uw apparatuur om wat
voor reden dan ook ooit moeten worden gerepa-
reerd, dan kunt u in het hoofdstuk Onderhoud &
Storingen precies nagaan wat het probleem is.
Aan de hand van de onderdelenlijst kunt u bepa-
len welk onderdeel u precies nodig hebt om het
probleem te verhelpen. Ook vindt u de garantie
en de onderhoudsinformatie voor uw specifieke
model bijgesloten.
Miller was de allereerste
fabrikant van lasapparatuur in
de VS die het ISO
9001:2000-kwaliteitscertifi-
caat behaalde.
Elke krachtbron van Miller
gaat vergezeld de meest
probleemloze garantie in
onze bedrijfstak u werkt er
hard genoeg voor.
Van Miller voor u
INHOUDSOPGAVE
SECTIE 1 VEILIGHEIDSMAATREGELEN - LEES DIT VÓÓR GEBRUIK 1 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1-1. De betekenis van de symbolen 1 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1-2. De risico’s van het booglassen 1 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1-3. Aanvullende symbolen voor installatie, bediening en onderhoud 3 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1-4. Californië-voorstel 65, waarschuwingen 3 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1-5. Belangrijkste Veiligheidsvoorschriften 4 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
1-6. Informatie over elektrische en magnetische velden (EMV -informatie) 4 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
SECTIE 2 DEFINITIES 5 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2-1. Definities voor de waarschuwingslabels 5 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2-2. Symbolen en definities 6 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
SECTIE 3 TECHNISCHE GEGEVENS EN INSTALLATIE 7 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-1. Technische gegevens 7 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-2. Inschakelduur en oververhitting 7 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-3. Stroom-spanning grafieklijnen 7 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-4. De schouderband aanbrengen, een locatie kiezen en de netstekker aansluiten 8 . . . . . . . . . . . . . . . . .
3-6. Informatie over de 6-pens contrastekker 9 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
SECTIE 4 WERKING 9 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4-1. Bedieningsfuncties op het voorpaneel 9 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4-2. Keuze van het lasproces 10 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4-3. Lift-Arc en TIG-puls startprocedures 10 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4-4. Instelprocedure voor het TIG-proces en het terugzetten van de fabrieksinstellingen 12 . . . . . . . . . . . . .
SECTIE 5 ONDERHOUD EN PROBLEMEN OPLOSSEN 14 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5-1. Routineonderhoud 14 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5-2. Storingen verhelpen 14 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
SECTIE 6 ELECTRISCH SCHEMA 16 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
SECTIE 7 ONDERDELENLIJST 18 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
GARANTIE
dec_stat_dut6/05
Verklaring van conformiteit voor
producten voor de Europese
Gemeenschap (CE)
Deze informatie wordt verschaft voor apparaten met een CEcertificatie (zie het
gegevenslabel op het apparaat).
OPMERKING
Fabrikant:: Contactpersoon voor Europa:
Miller Electric Mg. Co. Mr. Danilo Fedolfi,
1635 W. Spencer St. Managing Director
Appleton, WI 54914 USA ITW Welding Products Italy S.r.l.
Phone: (920) 734-9821 Via Privata Iseo 6/E
20098 San Giuliano
Milanese, Italy
Phone: 39(02)98290-1
Fax: 39(02)98290203
Contactpersoon voor Europa (Handtekening):
Verklaart dat het product:: Maxstar 150 STH
in overeenstemming is met de volgende richtlijnen en normen:
Richtlijnen
Normen: 73/23/EEC
Richtlijnen voor Elektromagnetische Compatibiliteit: 89/336/EEC, 92/31/EEC
Machinerichtlijnen: 98/37EEC, 91/368/EEC, 92/31/EEC, 133/04, 93/68/EEC
Normen
Uitrusting voor booglassen Deel 10: Vereisten voor elektromagnetische compatibiliteit (EMC).
IEC 60974-10 augustus 2002
Uitrusting voor booglassen Deel 1: Lasstroombronnen: IEC 60974-1 ed. 2.1
Beveiligingsgraad van de afscherming van elektrisch materieel (IP-code): IEC 60529 ed. 2.1
Isolatie-coördinatie voor onderdelen met laagspanningssystemen:
Deel 1: Principes, vereisten en testen: IEC 60664-1 Ed. 1.1
De technische producten file wordt bijgehouden door de verantwoordelijke Business Unit(s) in de locatie waar de pro-
ductie plaatsvindt.
OM-2242 Pagina 1
SECTIE 1 VEILIGHEIDSMAATREGELEN - LEES DIT VÓÓR GEBRUIK
som dut_2/05
Waarschuwing: Bescherm uzelf en anderen tegen letsel; lees deze voorzorgsmaatregelen en volg ze op.
1-1. De betekenis van de symbolen
Dit betekent waarschuwing! Kijk uit! Er zijn risico’s tijdens
deze procedure! De mogelijke risico’s worden getoond in
de begeleidende symbolen.
Dit symbool geeft een speciale veiligheidsboodschap aan.
Betekent “Opmerking”; heeft geen betrekking op de veiligheid.
Deze groep symbolen betekent Waarschuwing! Kijk uit! Mogelijke
ELEKTRISCHE SCHOK EN BEWEGENDE OF HETE ONDER-
DELEN. Raadpleeg de symbolen en de bijbehorende instructies om
deze risico’s te vermijden.
1-2. De risico’s van het booglassen
Onderstaande symbolen worden in de hele handleiding gebruikt
om u ergens op te attenderen en om mogelijke risico’s aan te
geven. Als u een dergelijk symbool ziet, wees dan voorzichtig en
volg de bijbehorende instructies op om problemen te voorkomen.
De veiligheidsinformatie hieronder is slechts een samenvatting
van de veiligheidsvoorschriften in Sectie 1-5. Lees en volg alle
veiligheidsvoorschriften.
Alleen bevoegde personen moeten dit onderdeel installeren,
bedienen, onderhouden en repareren.
Zorg dat iedereen, en vooral kinderen, uit de buurt blijven tijdens
het gebruik van dit apparaat.
Een ELEKTRISCHE SCHOK kan dodelijk zijn.
Het aanraken van onder stroom staande onderdelen
kan fatale schokken en ernstige brandwonden
veroorzaken. De elektrode en het werkstuk staan
onder stroom als de uitgangsspanning aan staat. De
invoerspanning en de interne circuits van de machine staan eveneens
onder stroom als het apparaat aan staat. Bij semi-automatisch of
automatisch draadlassen staan het draad, de spoel, de ruimte waar het
lasdraad zich in de machine bevindt en alle metalen onderdelen die in
aanraking zijn met de lasdraad onder stroom. Verkeerd geïnstalleerde of
onvoldoende randgeaarde installaties kunnen gevaren opleveren.
Raak onderdelen die onder stroom staan niet aan.
Draag droge, geïsoleerde handschoenen en lichaamsbescherming
zonder gaten.
Isoleer u zelf van het werkstuk en de grond door droge isolatiematjes
of kleden te gebruiken die groot genoeg zijn om elk contact met de
grond of het werkstuk te voorkomen.
Gebruik geen wissel- (AC) uitgangsspanning in een vochtige
omgeving als u beperkte bewegingsvrijheid hebt of als het gevaar
bestaat dat u kunt vallen.
Gebruik ALLEEN wissel- (AC) uitgangsspanning als het lasproces dit
vereist.
Als er wissel- (AC) uitgangsspanning is vereist, gebruik dan de
afstandsbediening als die op het apparaat aanwezig is.
Er zijn extra veiligheidsmaatregelen nodig als zich een van de
volgende elektrisch gevaarlijke omstandigheden voordoet: op
vochtige locaties of als u natte kleding draagt; op metalen
constructies zoals vloeren, roosters of steigers; in een verkrampte
lichaamshouding bijvoorbeeld als u zit, knielt of ligt; of wanneer het
risico van onvermijdelijk of toevallig contact met het werkstuk of de
aarde groot is. Gebruik onder deze omstandigheden de volgende
apparatuur in de aangegeven volgorde: 1) een semi-automatisch
gelijkstroom (draad-) lasapparaat met constante spanning, 2) een
handbediend gelijkstroom (elektrode-) lasapparaat, of 3) een
wisselstroom lasapparaat met een lagere spanning en open circuit. In
de meeste gevallen wordt het gebruik van een gelijkstroom
lasapparaat met lagere spanning aanbevolen. En werk niet alleen!
Zet de hoofdstroom uit of stop de motor voordat u deze installatie
installeert of nakijkt. Zet de stroom uit volgens OSHA 29 CFR
1910.147 (zie de Veiligheidsvoorschriften).
Installeer en aard deze installatie volgens de Handleiding voor
gebruikers en nationale of locale codes.
Controleer altijd de randgeaarde aanvoer en wees er zeker van dat de
randgeaarde invoerspanningskabel goed aangesloten is op de
randgeaarde aansluitklem van het apparaat en of dat de stekker van
de kabel aangesloten is op een correct randgeaarde contactdoos.
Als u ingangspanningsaansluitingen maakt, verbind dan eerst de
randgeaarde geleider en controleer de aansluitingen grondig.
Controleer de kabel regelmatig op beschadigingen of openliggende
bedrading en vervang de kabel onmiddellijk als deze beschadigd is
openliggende bedrading kan dodelijk zijn.
Zet alles af als het apparaat niet gebruikt wordt.
Gebruik geen versleten, beschadigde, te korte of slecht verbonden
kabels.
Draag de kabels niet op uw lichaam.
Als het werkstuk geaard moet worden, doe dit dan met een aparte
kabel. Gebruik hiervoor niet de massaklem of de massakabel.
Raak de elektrode niet aan als u in contact staat met het werkstuk, de
grond of een andere elektrode van een ander apparaat.
Gebruik alleen goed onderhouden installaties. Repareer of vervang
beschadigde onderdelen onmiddellijk. Onderhoud het apparaat zoals
beschreven staat in de handleiding.
Draag een lasoverall als u boven grondniveau werkt.
Houd alle panelen en afdekplaten veilig op hun plaats.
Klem de werkkabel zo dicht mogelijk bij de las met een goed
metaal-op-metaal contact op het werkstuk of werktafel.
Isoleer de massaklem wanneer deze niet is aangesloten op het
werkstuk om contact met een metalen object te voorkomen.
Sluit niet meer dan één elektrode of massakabel aan op één enkele
lasbron.
Er staat na het afsluiten van de ingangsspanning nog een
AANZIENLIJKE GELIJKSTROOMSPANNING op las-
stroombronnen van het omzettertype.
Zet de gelijkstroom- wisselstroomomzetter uit, maak de voedingsstekker
los en ontlaad de invoercondensatoren overeenkomstig de aanwijzingen
in de Sectie Onderhoud, voordat u enig onderdeel aanraakt.
Tijdens het lassen komen rook en gassen vrij. Het
inademen hiervan kan gevaarlijk zijn voor uw
gezondheid.
ROOK EN GASSEN kunnen gevaarlijk zijn.
Zorg ervoor dat uw niet in de rook staat. Adem de rook niet in.
Als u binnen last, ventileer de ruimte dan goed en/of zorg dat de
lasdamp en -gassen worden afgezogen met behulp van actieve
ventilatie ter plekke.
Als er een slechte ventilatie is, draag dan goedgekeurde
beademingsapparatuur.
Lees de Materiaalveiligheid Informatiebladen en de instructies van de
fabrikant voor metalen, elektroden, elektrodebekledingen,
schoonmaakmiddelen en ontvetters en zorg dat u alles goed begrijpt.
Werk alleen in een besloten ruimte als deze goed geventileerd wordt,
of als u een gasmasker draagt. Zorg ervoor dat er altijd een ervaren
persoon toekijkt. Lasrook en gassen kunnen lucht verdringen en het
zuurstofgehalte verlagen, wat schadelijke invloed heeft op uw
lichaam en zelfs dodelijk zijn.
Las niet in ruimtes waar dingen worden ontvet, schoongemaakt of
waar wordt gesproeid. De hitte en stralen van de boog kunnen
reageren met dampen en op deze manier zwaar vergiftigde en
irriterende gassen vormen.
Las geen beklede metalen zoals gegalvaniseerd of met lood of
cadmium bedekt staal, tenzij de bekleding verwijderd wordt van het
gedeelte dat gelast moet worden, de ruimte goed geventileerd wordt
en u beademingsapparatuur draagt. De bekledingen en metalen die
deze elementen bevatten kunnen giftige dampen produceren als ze
gelast worden.
OM-2242 Pagina 2
Boogstralen van het lasproces produceren zichtbare
en onzichtbare (ultraviolette en infrarood) stralen die
uw ogen en huid kunnen verbranden. Tijdens het
lassen vliegen lasspatten en vonken in het rond.
De STRALEN UIT DE BOOG kunnen
ogen en huid verbranden.
Draag een goedgekeurde lashelm voorzien van goede lasglazen met
de juiste tint om uw gezicht en ogen te beschermen tijdens het lassen
of toekijken tijdens het lassen (zie ANSI Z49.1 en Z87.1 in de
Veiligheidsvoorschriften).
Draag een goedgekeurde veiligheidsbril met zijschermen onder uw
helm.
Gebruik beschermende lasgordijnen of schermen om anderen tegen
flitsen, verblindend licht en vonken te beschermen; waarschuw
anderen om niet in de boog te kijken.
Draag beschermende kleding gemaakt van duurzaam, brandwerend
materiaal (leer, zware katoen of wol) en beschermend schoeisel.
Als er gelast wordt in besloten ruimtes zoals tanks,
trommels of pijpen, kunnen deze opgeblazen worden.
Er kunnen vonken van de lasboog afvliegen. De
rondvliegende vonken, de temperatuur van het
werkstuk en het gereedschap kunnen brand en brandwonden
veroorzaken. Toevallig contact van een elektrode met metalen
voorwerpen kan vonken, explosies, oververhitting of brand veroorzaken.
Controleer eerst of de omgeving veilig is voordat u begint met lassen.
LASSEN kan brand of explosies
veroorzaken.
Verwijder alle brandbare materialen in een straal van 10,7 m van de
lasboog. Als dit niet mogelijk is, dek ze dan goed af met brandwerende
materialen.
Las niet op plaatsen waar rondvliegende vonken brandbaar materiaal
kunnen raken.
Bescherm uzelf en anderen tegen rondvliegende vonken en heet
metaal.
Wees erop attent dat vonken en hete materialen van het lassen
gemakkelijk door kleine hoeken en gaten naar naastliggende ruimtes
kunnen vliegen.
Kijk goed uit voor brand en houd een brandblusser in de buurt.
Wees erop bedacht dat bij het lassen van plafonds, vloeren,
scheidingswanden of tussenschotten brand kan ontstaan aan de
tegenovergestelde kant.
Las niet in besloten ruimtes zoals tanks, trommels of pijpen, tenzij ze
voldoende voorbereid zijn volgens AWS F4.1 (zie
Veiligheidsvoorschriften).
Verbind de werkkabel met het werkstuk zo dicht mogelijk bij de plaats
waar gelast moet worden, zodat de lasstroom zo direct mogelijk
verplaatst kan worden en elektrische schokken, vonken en
brandrisico’s vermeden kunnen worden.
Gebruik een lasapparaat niet om bevroren pijpen te ontdooien.
Haal de elektrode uit de elektrodehouder of snij de lasdraad los bij het
uiteinde als ze niet gebruikt worden.
Draag olievrije beschermende kledingstukken zoals leren
handschoenen, leren schort, broek zonder omslagen, hoge schoenen
en een helm.
Zorg ervoor dat u geen brandbare voorwerpen zoals aanstekers of
lucifers bij u draagt als u gaat lassen.
Volg de vereisten in OSHA 1910.252 (a) (2) (iv) en NFPA 51B voor
werken met hoge temperaturen, zorg dat er een brandmelder
aanwezig is en dat u een blusapparaat onder handbereik hebt.
RONDVLIEGEND METAAL kan de
ogen verwonden.
Door lassen, bikken, het gebruik van
draadborstels en slijpen kunnen vonken en
rondvliegende metaalschilfers ontstaan. Als
lasrupsen afkoelen, kunnen er slakresten
rondvliegen.
Draag een goedgekeurde veiligheidsbril met
zijschermen, zelfs onder uw lashelm.
GASVORMING kan schadelijk voor
de gezondheid of zelfs dodelijk zijn.
Draai de gastoevoer dicht, wanneer u geen gas
gebruikt.
Zorg altijd voor ventilatie in enge ruimtes of
gebruik goedgekeurde beademings-
apparatuur.
HETE ONDERDELEN kunnen
ernstige brandwonden veroorzaken.
Hete onderdelen niet met blote handen
aanraken.
Laat een pistool of een toorts altijd afkoelen,
voor u eraan gaat werken.
Gebruik de juiste gereedschappen om hete
onderdelen beet te pakken en/of draag zware
geïsoleerde lashandschoenen en -kleding om
brandwonden te voorkomen.
MAGNETISCHE VELDEN kunnen van
invloed zijn op pacemakers.
Personen met die een pacemaker dragen
wegblijven.
Pacemakerdragers moeten hun dokter
raadplegen voordat ze in de buurt komen van
activiteiten die met booglassen, gutsen of
puntlassen te maken hebben.
LAWAAI kan het gehoor aantasten.
Lawaai van bepaalde werkwijzen of apparatuur kan
uw gehoor aantasten.
Draag goedgekeurde gehoorbescherming als
het geluidsniveau te hoog is.
Gasflessen met beschermend gas bevatten gas
onder hoge druk. Als een gasfles beschadigd wordt,
kan deze exploderen. Aangezien gasflessen
normaal gesproken een onderdeel zijn van de
lasprocedure, moet u er voorzichtig mee omgaan.
GASFLESSEN kunnen exploderen
als ze beschadigd worden.
Bescherm gasflessen tegen hoge temperaturen, mechanische
schokken, fysieke beschadigingen, slak, open vuur, vonken en
vlambogen.
Plaats de gasflessen rechtop in een rek of in de laskar zodat ze niet
kunnen vallen of omkantelen.
Houd de flessen uit buurt van alle las- of andere stroomkringen.
Hang nooit een elektrodehouder over een gasfles.
Laat nooit een laselektrode in aanraking komen met een gasfles.
Las nooit op een gasfles onder druk. een explosie zal het gevolg zijn.
Gebruik alleen flessen met beschermd gas, reduceerventielen,
slangen en hulpstukken die speciaal bedoeld zijn voor een bepaalde
toepassing; onderhoud deze en bijbehorende onderdelen goed.
Draai bij het openen van de gasfles uw hoofd weg van het
reduceerventiel van de gasfles.
Laat de beschermende dop over het ventiel zitten, behalve als de fles
gebruikt wordt of aangesloten is voor gebruik.
Gebruik de juiste apparatuur, de juiste procedures en een voldoende
aantal personen om gasflessen te tillen en verplaatsen.
Lees en volg de instructies op de flessen met gecomprimeerd gas,
bijbehorend materiaal en de CGA (Compressed Gas Association)
publicatie P-1 die in de Veiligheidsvoorschriften staat.
OM-2242 Pagina 3
1-3. Aanvullende symbolen voor installatie, bediening en onderhoud
BRAND- EN EXPLOSIEGEVAAR.
Installeer of plaats het apparaat niet op, boven
of vlakbij ontbrandbare oppervlakken.
Het apparaat niet in de buurt van brandbare
stoffen installeren.
Overbelast de bedrading van het gebouw niet controleer of het
voedingsnet sterk genoeg is, goed beschermd is en dit apparaat
aankan.
EEN VALLEND APPARAAT kan letsel
veroorzaken.
Gebruik het alleen het hijsoog om het apparaat
op te tillen, en NIET de laskar, gasflessen of
andere accessoires.
Gebruik gereedschap met voldoende capaciteit
om het apparaat op te tillen en te ondersteunen.
Als u hefvorken gebruikt om het apparaat te
verplaatsen, zorg er dan voor dat de vorken zo
lang zijn, dat ze aan de andere kant onder het
apparaat uitsteken.
TE LANGDURIG GEBRUIK kan leiden
tot OVERVERHITTING
Laat het apparaat goed afkoelen; houd u aan de
nominale inschakelduur.
Verminder de stroomsterkte of de
inschakelduur voordat u opnieuw begint met
lassen.
Blokkeer of filter de luchtaanvoer naar het
apparaat niet.
STATISCHE ELEKTRICITEIT (ESD) kan
PC-printplaten beschadigen.
Doe een geaarde polsband om VOORDAT u
printplaten of onderdelen aanraakt.
Gebruik goede antistatische zakken of dozen
voor het opslaan, verplaatsen of verschepen
van PC printplaten.
BEWEGENDE ONDERDELEN kunnen
verwondingen veroorzaken.
Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen.
Blijf uit de buurt van afknijppunten zoals
aandrijfrollen.
LASDRAAD kan letsel veroorzaken.
Haal de schakelaar van het pistool pas over als
u de aanwijzing krijgt om dat te doen.
Richt het pistool niet op enig lichaamsdeel,
andere mensen of op enig metaal wanneer u
lasdraad snijdt.
BEWEGENDE ONDERDELEN kunnen
verwondingen veroorzaken.
Blijf uit de buurt van bewegende delen zoals
ventilatoren.
Houd alle deuren, panelen, afdekplaten en
beschermingsplaten op hun plaats.
Laat deuren, panelen, deksels en
beschermplaten alleen verwijderen door bevoegd
personeel voor onderhoud en wanneer nodig.
Breng eerst deuren, panelen, deksels en
beschermplaten weer aan na afloop van het
onderhoud en sluit pas dan de voeding weer aan.
LEES DE INSTRUCTIES
Lees de handleiding voordat u het systeem
gebruikt of onderhoudt.
Gebruik alleen vervangende onderdelen van
Miller/Hobart.
H.F.-straling kan interferentie veroorzaken.
Hoogfrequente (H.F.) straling kan interferentie
veroorzaken bij radionavigatie, veiligheids-
diensten, computers en communicatie
apparatuur.
Laat alleen bevoegde personen die bekend zijn
met elektronische apparatuur deze installatie
uitvoeren.
De gebruiker is verantwoordelijk voor onmiddellijk herstel door
een bevoegd elektricien bij interferentieproblemen als gevolg
van de installatie.
Als u van overheidswege klachten krijgt over interferentie, stop
dan onmiddellijk met het gebruik van de apparatuur.
Laat de installatie regelmatig nakijken en onderhouden.
Houd deuren en panelen van hoogfrequentiebronnen stevig
dicht, houd de elektrodeafstand op de juiste instelling en zorg
voor aarding en afscherming om de mogelijkheid van
interferentie tot een minimum te beperken.
BOOGLASSEN kan interferentie
veroorzaken.
Elektromagnetische energie kan interferentie
veroorzaken bij gevoelige elektronische
apparatuur zoals computers en
computergestuurde apparatuur zoals robots.
Zorg ervoor dat alle apparatuur in het lasgebied
elektromagnetisch compatibel is.
Om mogelijke interferentie te verminderen moet u de laskabels
zo kort mogelijk houden, dicht bij elkaar en laag, bijvoorbeeld op
de vloer.
Voer de laswerkzaamheden uit op 100 meter afstand van
gevoelige elektronische apparatuur.
Zorg ervoor dat dit lasapparaat conform de aanwijzingen in deze
handleiding wordt geïnstalleerd en geaard.
Als er dan nog steeds interferentie optreedt, dient de gebruiker
extra maatregelen te nemen, zoals verplaatsing van het
lasapparaat, gebruik van afgeschermde kabels, gebruik van
lijnfilters of afscherming van het werkterrein.
1-4. Californië-voorstel 65, waarschuwingen
Las- en snijapparatuur produceert dampen of gassen die
chemicaliën bevatten waarvan het de Staat Californië bekend
is dat ze geboorteafwijkingen en, in sommige gevallen, kanker
veroorzaken. (California Health & Safety Code, sectie 25249.5
en volgend.)
Accupolen, -klemmen en soortgelijke accessoires bevatten
lood en loodverbindingen, chemicaliën waarvan het de Staat
Califorrnië bekend is dat ze kanker en geboorteafwijkingen of
andere voortplantingsproblemen veroorzaken. Was uw
handen na aanraking.
Benzinemotoren:
Uitlaatgassen van motoren bevatten chemicaliën waarvan het
de Staat Califorrnië bekend is dat ze kanker,
geboorteafwijkingen of andere voortplantingsproblemen
veroorzaken.
Dieselmotoren:
Van uitlaatgassen van dieselmotoren en bepaalde
bestanddelen ervan is het de Staat Califorrnië bekend dat ze
kanker, geboorteafwijkingen en andere voortplantings
problemen veroorzaken.
OM-2242 Pagina 4
1-5. Belangrijkste Veiligheidsvoorschriften
Veiligheid bij lassen, snijden en aanverwante processen, ANSI-norm
Z49.1, van Global Engineering Documents (telefoon: 1-877-413-5184,
website: www.global.ihs.com).
Aanbevolen veilige praktijken voor het voorbereiden van het lassen en
snijden van houders en buizen, American Welding Society-norm AWS
F4.1 van Global Engineering Documents (telefoon: 1-877-413-5184,
website: www.global.ihs.com).
National Electrical Code, NFPA Veiligheidsvoorschriften 70, van de
National Fire Protection Association (Nationale Vereniging voor
Brandbescherming), Postbus 9101, 1 Battery March Park, Quincy, MA,
022699101 USA (telefoon: 6177703000, website: www.nfpa.org).
Veilig omgaan met gecomprimeerd gas in gasflessen, CGA pamflet
P-1, van de Compressed Gas Association (Vereniging van
Gecomprimeerd Gas), 1735 Jefferson Davis Highway, Suite 1004,
Arlington, VA 222024102 USA (telefoon: 7034120900, website:
www.cganet.com).
Veiligheidsvoorschriften voor lassen en snijden, CSA norm W117.2,
van de Canadian Standards Association (Canadese Vereniging van
Veiligheidsvoorschriften), Standards Sales, 178 Rexdale Boulevard,
Rexdale, Ontario, Canada M9W 1R3 (telefoon: 8004636727 of in
Toronto 4167474044, website: www.csainternational.org).
Praktijk voor beroepsmatige en onderwijskundige bescherming van
ogen en gezicht, ANSI norm Z87.1 van het American National
Standards Institute, 11 West 42nd Street, New York, NY 100368002
USA (telefoon: 2126424900, website: www.ansi.org).
Norm voor brandpreventie tijdens lassen, snijden en ander werk bij
hoge temperaturen, NFPA norm 51B van de National Fire Protection
Association, Postbus 9101, 1 Battery March Park, Quincy, MA
022699101 USA (telefoon: 6177703000, website: www.nfpa.org).
OSHA, Occupational Safety and Health Standards for General
Industry, (Amerikaanse voorschriften voor veiligheid en gezondheid op
het werk, industrie algemeen) Titel 29, Code of Federal Regulations
(CFR), Deel 1910, Onderdeel Q en Deel 1926, Onderdeel J van de U.S.
Government Printing Office, Superintendent of Documents, Postbus
371954, Pittsburgh, PA 15250 USA (er zijn 10 regionale kantoren −−
telefoon voor regio 5, Chicago, is 3123532220, website:
www.osha.gov).
1-6. Informatie over elektrische en magnetische velden (EMV -informatie)
Beschouwingen over lassen en de effecten van lage frequentie
elektrische en magnetische velden
Lasstroom die door laskabels stroomt veroorzaakt elektromagnetische
velden. Deze velden zijn altijd reden tot bezorgdheid geweest. Echter,
na bestudering van meer dan 500 onderzoeken, uitgevoerd tijdens een
periode van 17 jaar, is een speciaal comité van deskundigen van de
National Research Council tot de volgende conclusie gekomen: “Naar
het oordeel van het comité is niet aangetoond dat blootstelling aan
hoogfrequente elektrische en magnetische velden gevaar oplevert voor
de gezondheid van de mens.” Er wordt echter nog verder onderzoek op
dit gebied verricht en ook blijft men bewijzen bestuderen. Totdat er uit
het onderzoek definitieve conclusies kunnen worden getrokken, raden
we aan de blootstelling aan elektromagnetische velden tijdens het
lassen en snijden tot een minimum te beperken.
Neem de volgende maatregelen om magnetische velden te
verminderen in de werkplaats:
1. Houd kabels dicht bij elkaar door ze in elkaar te draaien of vast
te plakken.
2. Leg de kabels aan een kant uit de buurt van de lasser.
3. Rol of hang de kabels niet rond of op uw lichaam.
4. Houd de lasstroombron en de kabels zo ver mogelijk uit de buurt
van de lasser.
5. Verbind de massaklem met het werkstuk zo dicht mogelijk bij de
las.
Over pacemakers:
Dragers van pacemakers moeten eerst contact opnemen met hun arts
voordat ze gaan lassen of in de buurt van laswerkzaamheden komen.
Als die toestemming geeft, is het aan te bevelen bovenstaande
procedures te volgen.
OM-2242 Pagina 5
SECTIE 2 DEFINITIES
2-1. Definities voor de waarschuwingslabels
A. Waarschuwing! Pas op! Kans op gevaar
zoals door de symbolen wordt aangegeven.
1 Een elektrische schok van een laselektrode
of de bedrading kan dodelijk zijn.
1.1 Draag droge, geïsoleerde handschoenen.
De elektrode niet met de blote hand
aanraken. Geen natte of kapotte
handschoenen dragen.
1.2 Bescherm uzelf tegen elektrische schokken
door uzelf te isoleren van het werk en de
aarde.
1.3 Haal de stekker van de machine uit het
stopcontact of zet de machine af, voordat
u aan de machine gaat werken.
2 Het inademen van lasdampen kan
gevaarlijk zijn voor uw gezondheid.
2.1 Zorg ervoor dat u niet in de rook staat.
2.2 Gebruik actieve ventilatie of een
afvoersysteem om de dampen van de
werkplek af te voeren.
2.3 Gebruik een ventilator om de dampen
af te voeren.
3 Lasvonken kunnen ontploffingen of brand
veroorzaken.
3.1 Houd brandbare stoffen uit de buurt van
het laswerk. Niet lassen vlakbij brandbare
stoffen.
3.2 Lasvonken kunnen brand veroorzaken.
Zorg dat er een brandblusapparaat in de
buurt is en zorg dat er een toezichthouder
is die klaarstaat om dit gebruiken.
3.3 Niet op vaten of dichte containers e.d.
lassen.
4 De stralen uit de boog kunnen ogen en
huid verbranden.
4.1 Draag een hoofddeksel en een veiligheidsbril.
Bescherm uw oren en knoop de kraag van
uw overhemd dicht. Gebruik een lashelm met
de juiste filtersterkte. Draag bescherming
voor uw hele lichaam.
5 Zorg dat u geoefend raakt en lees de
aanwijzingen, voordat u aan de machine
gaat werken of gaat lassen.
6 Verwijder het label niet; verf het ook niet
over en dek het niet af.
A
A
A
OM-2242 Pagina 6
2-2. Symbolen en definities
A
Ampère Ingangsspanning
S
Geschikt op plaat-
sen met verhoogd
electrocutiegevaar
Beklede
elektrodelassen
V
Volt
Toename/afname
kwantiteit
1-fase frequentieomvormer-transformator-
gelijkrichter
Uitgangsspanning Negatief Positief
Hz
Hertz
Gasinvoer Hoge temperatuur Gelijkstroom Lijnverbinding
Percent
X
Inschakelduur
U
1
Primaire spanning
U
2
Conventionele
belastingsspanning
Wisselstroom
U
0
Nominale
nullastspanning
(gemiddeld)
I
1max
Maximale nominale
voedingsstroom
I
2
Nominale
lasstroom
I
1eff
Maximale effectieve
voedingsstroom
Van op afstand Lift-arc Start (TIG) TIGlassen
Proces TIG pulserend
HF-impuls-start
(TIG)
Aan
Uit
Het label bevindt
zich aan de onder-
zijde van de unit
OM-2242 Pagina 7
SECTIE 3 TECHNISCHE GEGEVENS EN INSTALLATIE
3-1. Technische gegevens
Ingangsver-
mogen
eenfase
wisselstroom
AC
Nominale
uitgangsspanning
Lasstroom-
bereik
Max. spanning
open circuit,
wisselstroom
Ingaande
stroom bij
nominale
uitgangsbe-
lasting,
50/60Hz,
éénfase
KVA bij
inscha-
kelduur
KW Afmetingen Gewicht
115 Volt
Beklede
70A bij 22,8 V/DC,
100% inschakelduur
20 100A
90V
17.4 2.0 1.9
B
e
kl
e
d
e
Elektrode
100A bij 24,0 V/DC,
35% inschakelduur
20
100A
*12-16
26.4 3.0 3.0
115 Volt TIG
100A bij 14,0 V/DC,
100% inschakelduur
5 150A
90V
18.4 2.1 2.1
11
5
V
o
l
t
TIG
150A bij 16,0 V/DC,
30% inschakelduur
5
1
5
0A
*12-16
28.0 3.4 3.1
H: 229 mm
B: 140 mm
6,2 kg
230 Volt
Beklede
100A bij 24 V/DC,
100% inschakelduur
20 150A
90V
13.1 3.0 2.8
B
:
140
mm
L: 337 mm
6,2 kg
B
e
kl
e
d
e
Elektrode
150A bij 26,0 V/DC,
30% inschakelduur
20
1
5
0A
*12-16
21.6 4.9 4.7
230 Volt TIG
100A bij 14,0 V/DC,
100% inschakelduur
5 150A
90V
8.3 2.0 1.9
230 V
o
l
t
TIG
150A bij 16,0 V/DC,
30% inschakelduur
5
1
5
0A
*12-16
14.2 3.2 3.1
*Open spanning voor Beklede Elektrode en TIG-Lift-Arc
3-2. Inschakelduur en oververhitting
208 608-C
De inschakelduur is het percentage
van 10 minuten dat het apparaat kan
lassen op nominale belasting zonder
oververhit te raken.
Als het apparaat oververhit raakt, is er
geen lasspanning meer, en gaat het
oververhitting-LED-lampje branden en
de koelventilator gaat draaien. Laat het
systeem vijftien minuten afkoelen.
Verlaag de stroomsterkte voor u weer
gaat lassen of verlaag de inschakelduur
Door overschrijding van de
inschakelduur kan het apparaat
beschadigen en daarmee komt
de garantie te vervallen.
Percentage inschakelduur
Uitgangsstroom
10
100
0
50
100
150
200
250
Beklede Elektrode
(230V)
Beklede Elektrode
(115V)
TIG (115 & 230V)
3-3. Stroom-spanning grafieklijnen
De stroomspanning grafieklijnen geven de minimaal en de maximaal mogelijke uitgangsspanning en -stroom aan van
de voedingsbron voor het lasapparaat. De grafieklijnen van de andere instellingen vallen tussen de aangegeven krommen.
208 604-B
TIG/Beklede
Elektrode maximaal
TIG minimaal
Beklede
Elektrode
minimaal
Ampère
Volt
115 V/AC ingangspanning
230 V/AC ingangspanning
Ampère
Volt
TIG/Beklede
Elektrode maximaal
Beklede
Elektrode
minimaal
TIG minimaal
100
80
60
40
20
0
0 50 100 150 200
100
80
60
40
20
0
0 50 100 150 200
OM-2242 Pagina 8
1 Schouderband voor
lasstroombron
Breng de band aan zoals
afgebeeld
Gebruik de band om het
apparaat op te tillen.
2 Technische gegevens
Het label bevindt zich onder op
het apparaat. Bepaal het
benodigde ingangsvermogen
aan de hand van het
identificatielabel.
3 Voedingskabel
4 115 of 230 V/AC geaard
stopcontact
Het Auto-Line circuit in dit
apparaat past zich
automatisch aan, aan de
ingangsspanning, hetzij
115 of 230 V/AC.
Het wordt aanbevolen om een
stroomaansluiting te gebruiken
die voldoende is afgezekerd.
Dit kan een normale of een
automatische zekering zijn.
Het systeem is voorzien
van een 115 V/AC
stekker (CE-modellen
worden niet geleverd
met een voeding-
stekker). Bij gebruik op
230 V/AC moet u een
bevoegd persoon een
goede stekker laten
monteren conform de
aanwijzingen van de
fabrikant.
Sluit de stekker voor de
voeding aan op een goed
stopcontact.
Mogelijk is een speciale
installatie nodig,
wanneer er benzine of
vluchtige vloeistoffen
aanwezig zijn zie NEC
artikel 511 of CEC sectie
20.
Ref. 803 351-C / 208 651-D
3
3-4. De schouderband aanbrengen, een locatie kiezen en de netstekker aansluiten
460 mm
460 mm
Vereisten voor
de luchtstroom
afstand
2
Verplaats het apparaat niet naar
en gebruik het niet op plaatsen
waar het kan omvallen.
1
Voorpaneel
Naar achterpaneel
4
Beschermd door een om meer van
de
volgende Amerikaanse patenten:
(STREEPJESCODE)
(SERIENUMMER)
Beschermd door een of meer van
de volgende Amerikaanse patenten:
3-5. Keuze van de verlengkabel (zo kort mogelijk kiezen)
Kabeldikte AWG [mm
2
]*
Ingangsspanning
éénfase wisselstroom
4 [21.2] 6 [13.3] 8 [8.4] 10 [5.3] 12 [3.3]
éénfase wisselstroom
Maximaal toegelaten kabellengte in mtr.
115 49 33 22 14 9
230 144 98 66 45 27
*Kabelsectie is gebaseerd op een spanningsval van maximaal 3%.
OM-2242 Pagina 9
3-6. Informatie over de 6-pens contrastekker
AFSTANDS-
BEDIEND 6
Con-
tact-
doos
Contactdoosinformatie
15 VOLT DC
1 Contactschakelaarregeling +13,8 V/DC.
UITGANG
(CONTACT-
SCHAKE-
LAAR)
2 Door verbinding te maken met contact 1 komt de
machine in en maakt uitgangsspanning mogelijk als
TIG-Lift-Arc met afstandbediening wordt gekozen.
AFSTANDS
3 Uitgangsspanning naar afstandsbediening:
+10 V/DC.
AFSTANDS-
BEDIENDE
UITGANGS-
SPANNING
4 0 tot +10 V/DC ingaand stuursignaal vanaf
de afstandsbediening.
SPANNING
5 Gemeenschappelijke van het afstandsbedienings-
circuit.
Ref. 803 351-C
GEMEENSCHAP-
PELIJKE NUL
6 Gemeenschappelijke chassis.
SECTIE 4 WERKING
1 Lampje gereed (LED)
Dit LED gaat ongeveer twee seconden
branden, nadat de hoofdschakelaar is
ingeschakeld, Alleen bij de stand Lift-Arc of
beklede Elektrode. Als TIG-stand is gekozen,
gaat deze LED pas branden als de uitgangs-
spanning is ingeschakeld. De LED geeft aan
dat er stroom staat op het apparaat en dat het
klaar is om te gaan lassen. Een knipperend
LED geeft aan dat er een storing is.
De motor van de ventilator wordt gestuurd
d.m.v. een thermostaat.
2 Hoge-temperatuur-lampje (LED)
Dit LED gaat branden als het systeem overver-
hit raakt. Als het systeem weer is afgekoeld,
kan verder worden gegaan met lassen. Als dit
LED blijft branden, laat dan een bevoegd
onderhoudsmonteur naar het systeem kijken.
3 Afstelling stroomsterkte
Met deze regeling stelt u de lasstroom in.
4 Proceskeuzeschakelaar
Zie Sectie 4-2.
5 Positieve laskabelaansluiting
Om te lassen met Beklede Elektrode moet u de
elektrodekabel aansluiten op deze contrastekker.
Voor TIG-lasen moet u de aardkabel aansluiten
op deze contrastekker.
6 Negatieve laskabelaansluiting
Om te lassen met Beklede Elektrode moet u de
aardkabel aansluiten op deze contrastekker.
Voor TIG-lasen moet u de toortskabel aansluiten
op deze contrastekker.
7 Contrastekker afstandsbediening
Voor TIG-puls of TIG-Lift-Arc kan de uitvoer-
spanning met een afstandsbediening op het
voorpaneel worden afgesteld van min tot max.
8 Hoofdschakelaar
Zet de schakelknop naar behoefte op de On (I)
of Off (0) stand.
9 Gasinvoeraansluiting
Aansluiting heeft een 5/8 18 rechtse draad.
10 Gasflesventiel
De gasfles lichtjes openen om vuil van het
mondstuk weg te blazen. Terug dichtdraaien.
11 Gasontspanner/stroommeter
12 Debietregeling
Een typische waarde is 7,1 L/min.
De door de klant geleverde gasleiding tussen
de gasontspanner en de gasinvoeraansluiting
bevestigen.
4-1. Bedieningsfuncties op het voorpaneel
7
5 6
4
3
2
1
Maxstar 150 STHMaxstar 150 STH
8
11
1012
9
OM-2242 Pagina 10
4-2. Keuze van het lasproces
1 Drukschakelaar voor proceskeuze
Kies het gewenste lasproces met de regel-
knop. Blijf op drukschakelaar drukken tot
het lampje (LED) voor het gewenste proces
gaat branden.
2 TIG- starten d.m.v. toortsschakelaar
Op deze stand word een Hoogfrequent
onsteeksignaal op de uitgang gezet.
(zie Sectie 4-3).
3 Stand TIG-lassen pulserend
Op deze stand word een Hoogfrequent ont-
steeksignaal op de uitgang gezet.
De lasstroom is tevens pulserend.
Pulserend will zeggen dat de lasstroom
continue veranderd van laag naar hoog.
Zie Sectie 4-4 voor het veranderen van de
pulsfrequentie.
4 TIG-puls met Lift-Arc ontstekings-
methode
Op deze stand wordt de ontstekingsmethode
voor het TIG-puls-lassen met Lift-Arc geacti-
veerd (zie Sectie 4-3).
5 Lift-Arc ontstekingsmethode
Op deze stand moet men met de elektrode
contact maken met het werkstuk. Daarna
de toorts langzaam van het materiaal halen
(zie Sectie 4-3).
6 Beklede Elektrode (SMAW)
Op deze stand staat er lasspanning op
de uitgangen. De zogenaamde hotstart is
ingeschakeld.
1
Drukken
en loslaten
Drukken
en loslaten
Drukken
en loslaten
Drukken
en loslaten
Drukken
en loslaten
2
3
4
5
6
=LED brandt niet =LED brandt =LED knippert
4-3. Lift-Arc en TIG-puls startprocedures
Lift-Arc ontsteking
1 TIG-elektrode
2 Lasobject
Raak met de wolfraam elektrode het
werkstuk aan, houdt hem 1 à 2 seconden
vast, til de elektrode langzaam op; er
vormt zich een boog.
Er kan een open spanning aanwezig
zijn voordat de wolfraam elektrode het
werkstuk raakt.
TIG-puls
Wanneer er laspanning aanwezig is
wordt het HF ingeschakeld, waardoor er
een boog onstaat zonder het werkstuk
aan te raken. Wanneer er eenmaal een
boog aanwezig is schakelt het HF uit.
1
Geen lucifers aansteken!
2
Op de tekeningen is de zogenaamde Lift-arcMethode
te zien. Gebruik deze methode niet in de stand met
toortsschakelaar
”Aanraken”
1 2
seconden
OM-2242 Pagina 11
Aantekeningen
OM-2242 Pagina 12
4-4. Instelprocedure voor het TIG-proces en het terugzetten van de fabrieksinstellingen
M axstar 150 STHM axstar 150 STH
2
3
4
Keuzemogelijkheden:
Optie 1 Keuzemogelijkheid sstartmethode (keuze uit 3):
1 - Standaard startmethode wordt meestal gebruikt in combinatie
met een afstandsbediening voor de stroomregeling. Standaard start-
methode geeft een contactloze ontsteking . In de Lift- Arc-stand
maakt het ook een Lift-Arc-ontsteking mogelijk, met een afstandsbe-
diening.
2 - Lift-Arc paneelregeling maakt ook een Lift-Arc-ontsteking
mogelijk zonder gebruik te maken van een afstandbediening
(toortsschakelaar). De liftarcmethode wordt gebruikt, wanneer HF
niet is toegestaan.
3 - 2T start met vasthoud functie in de HF-stand gebruikt in
combinatie met een drukknop toortsschakelaar. In de Lift-Arcstand
activeert men met deze schakelaar het starten en stoppen van de
lasstroom (zie Sectie 4-3) Tevens komt dan de kratervuller in
werking. Deze Auto Crater laat de lasstroom geleidelijk afnemen
waardoor er geen laskrater ontstaat.
Om de startmethode te veranderen moet u naar de instelfunctie gaan
zoals hierboven is beschreven en is afgebeeld op de volgende pagina.
Optie 2 pulsfrequentie: Kies een van de volgende vier intervallen:
0,5 PPS, 1 PPS, 2,5 PPS of 60 PPS.
Om de pulsfrequentie te veranderen moet u naar de instelfunctie
gaan zoals hierboven is beschreven en is afgebeeld op de volgende
pagina.
De fabrieksinstellingen weer terugzetten
De fabrieksinstellingen weer terugzetten: druk op de processchake-
laarl en houd het ingedrukt terwijl u het apparaat aanzet. De LED’s
voor Gereed en Hoge temperatuur gaan om en om knipperen. Blijf
het schakelpaneel ongeveer 10 seconden lang ingedrukt houden tot
de LED’s gelijktijdig knipperen. Laat het schakelpaneel los. De origi-
nele fabrieksinstellingen zijn nu weer hersteld. De LED’s blijven
knipperen tot het lasapparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat
weer in om weer te kunnen gaan lassen.
Fabrieksinstellingen:
Startmethoden: TIG-puls-Standaard; Lift-ArcAan
Startmethoden (allen voor modellen 907 136-014):
TIG-puls-Standaard; Lift-ArcStandaard
Pulsfrequentie 2,5 PPS
Instelprocedure
1 Hoofdschakelaar
2 Proces-drukschakelaar
3 LED: Gereed
4 LED: Hoge temperatuur
5 LED: TIG HF
6 LED: TIG-puls
7 LED: TIG Lift-Arc
8 LED: Beklede elektrode
1
Zo komt u in de instelfunctie: schakel de
hoofdschakelaar in en houdt tegelijkertijd de
proces-drukschakelaar ongeveer 5 seconden
lang ingedrukt tot de LED’s voor Gereed (3)
en Hoge temperatuur (4) om en om knipperen.
2
5
6
7
8
OM-2242 Pagina 13
Standaard
Lift-Arc
paneelregeling
2T start en
vasthoudfuntie
2,5 PPS
60 PPS
0,5 PPS
1 PPS
De LED’s geven de actieve keuze aan
LED aan = Gekozen mogelijkheid bij Optie 1 of 2
LED knippert = Actieve Optie
Om de veranderingen te
bewaren en uit de instel-
functie te gaan moet u de
toortsschakelaar indruk-
ken en loslaten of de
voeding uitschakelen en
wachten tot de lichtjes
uitgaan, waarna u het
toestel weer inschakelt.
Indrukken en vasthouden om te bladeren van
optie naar optie.
Laat het los bij de gewenste mogelijkheid.
Optie 1
Optie 2
Startmethode
Pulsfrequentie (PPS)
OPMERKING: Als er binnen 5 seconden geen actie wordt onder-
nomen, begint het LED voor Optie 1 te knipperen en blijft de laatst
gekozen startmethode actief.
Druk op de paneelschakelaar en laat het weer
los om de actieve startmethode te zien. Blijf op
de paneelschakelaar drukken en laat het dan
weer los om van startmethode te veranderen.
Druk op de paneelschakelaar en laat
het weer los om de actieve pulsfrequentie
te zien. Blijf op de paneelschakelaars
drukken en laat het dan weer los om
van pulsfrequentie te veranderen.
OPMERKING: Als er binnen 5 seconden geen actie wordt
ondernomen, begint het LED voor Optie 2 te knipperen en
blijft de laatst gekozen pulsfrequentie actief.
OM-2242 Pagina 14
SECTIE 5 ONDERHOUD EN PROBLEMEN OPLOSSEN
5-1. Routineonderhoud
Ontkoppel de voeding voordat u met het onderhoud begint.
Geef vaker een onderhoudsbeurt als het apparaat zwaar belast wordt.
3 maanden
Vervang
onleesbare
labels
Vervang
beschadigde
gasslangen
Repareer of
vervang kapotte
kabels en snoeren
6 maanden
Blaas de binnenkant schoon. Blaas de lucht door
de ventilatiekanalen voor en achter.
De kast niet verwijderen als u de binnenzijde van het apparaat schoon blaast.
5-2. Storingen verhelpen
Probleem Oplossing
Geen lasspanning; het apparaat werkt totaal
i t G d LED b dt i t
Schakel de voedingsschakelaar in.
Geen lasspanning; het apparaat werkt totaal
niet; Gereed-LED brandt niet.
Controleer de netzekering(en) en vervang ze indien noodzakelijk, of reset de stroombevelilging.
Zorg ervoor dat de voedingskabel is aangesloten, en er voedingsspanning aanwezig is.
Geen lasspanning; Gereed-LED brandt. Controleer of de laskabel(s) los in de contrastekker(s) zitten en zet ze goed vast.
Controleer of er een slechte verbinding is tussen de aardklem en het werkstuk, en herstel dit.
Geen lasspanning; Hoge-temperatuur-LED
brandt.
Het apparaat is oververhit waardoor het thermisch is uitgeschakeld. Laat het apparaat afkoelen met de ventilator
aan (zie Sectie 3-2).
brandt.
Kortere inschakelduur of minder stroomsterkte.
Controleer of er sprake is van een geblokkeerde of slechte luchtstroming naar het apparaat
(zie Sectie 3-4).
Geen lasspanning; Hoge-temperatuur-LED
knippert.
Schakel de voedingsstroom uit en weer in. Als de LED blijft knipperen, ga dan naar een bevoegde onderhouds-
monteur.
Geen lasspanning. De blauwe LED knip-
pert continu en de gele LED brandt niet
De netspanning is te hoog of te laag. De lijnspanning moet binnen een marge van ±10% liggen.
pg p
pert continu en de gele LED brandt niet.
Het systeem moet even rusten. Schakel de voeding uit en vervolgens weer in. Als het probleem hiermee niet
is opgelost, laat dan een bevoegd onderhoudsmonteur naar het apparaat kijken.
Geen lasspanning. De blauwe LED knip-
pert herhaaldelijk 3 maal. De gele LED
brandt niet.
De toortsschakelaar staat ingeschakeld Schakel deze uit, wacht 5 seconden en start de machine opnieuw.
Geen lasspanning. De blauwe LED knip-
pert herhaaldelijk 4 maal. De gele LED
brandt niet.
Het systeem moet even rusten. Schakel de voeding uit en vervolgens weer in. Als het probleem hiermee niet
is opgelost, laat dan een bevoegd onderhoudsmonteur naar het apparaat kijken.
Onregelmatige of onjuiste lasboog of
li
Gebruik een laskabel van het juiste formaat en het juiste type (raadpleeg uw dealer).
Onregelmatige of onjuiste lasboog of
lasspanning.
Schoonmaken en vastzetten van aansluitingen.
Controleer de polariteit en keer deze om controleer of er slechte verbindingen naar het werkstuk zijn en herstel dit.
De ventilator werkt niet. Het systeem is niet voldoende opgewarmd om ventilatorkoeling in te laten komen.
Kijk of er iets is dat de ventilator blokkeert, waardoor hij niet kan draaien.
Laat een door de fabriek erkende onderhoudsmonteur de ventilatormotor en het stuurcircuit nakijken.
Problemen met het lassen met een bekle-
de elektrode: moeilijk starten; slechte
Gebruik een elektrode van het juiste type en het juiste formaat.
d
e
e
l
e
k
tro
d
e:
moe
ilijk
starten;
s
l
ec
h
te
laskarakteristieken, ongewoon spatten.
Controleer de polariteit van de elektrode en keer deze om; controleer of er slechte verbindingen zijn en herstel dit.
Zorg dat er geen afstandsbediening is aangesloten.
Problemen met TIG-lassen: een weglopende
boog; moeilijk starten; slechte laskarakteris-
Gebruik wolfraam van het juiste type en het juiste formaat.
b
oog;
moe
ilijk
starten;
s
l
ec
h
te
l
as
k
ara
k
ter
i
s-
tieken; problemen met spatten.
Gebruik op de juiste wijze geprepareerd wolfraam.
Controleer de polariteit van de elektrode en keer deze om.
Problemen met TIG-lassen: de wolfraam
elektrode oxideert en blijft niet helder na
Scherm het lasgebied af tegen tocht.
elektrode oxideert en blijft niet helder na
h
et
l
asse
n.
Controleer op juiste type beschermgas.
het lassen
.
Kijk de gaskoppelingen na en draai ze aan.
Controleer de polariteit van de elektrode en wissel deze om.
OM-2242 Pagina 15
Aantekeningen
OM-2242 Pagina 16
SECTIE 6 ELECTRISCH SCHEMA
208 601-G
Figuur 6-1. Stroomkringschema voor lasstroombronnen (niet CE)
OM-2242 Pagina 17
Figuur 6-2. Stroomkringschema voor lasstroombronnen (CE)
219 160-A
OM-2242 Pagina 18
SECTIE 7 ONDERDELENLIJST
De bevestigingsmaterialen zijn
algemeen gangbaar en alleen
te bestellen als ze op de lijst
staan.
803 447-F
22
23
20
24
27
28
29
30
31
32
25
26
1
2
3
4
5
6
7
8
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
34
24
35
10
33
36
8
24
2
37
38
9
OM-2242 Page 19
Description
Part
No.
Dia.
Mkgs.
Item
No. Quantity
1 208 701 Insulator w/label 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
2 146 549 Fastener, push-in 2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3 208 622 Label, warning 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4 PC1 222 765 Kit, pcb assy (windtunnel w/cmpnts) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
4 PC1 222 766 Kit, pcb assy (windtunnel w/cmpnts) (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5 208 627 Label, warning 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
5 219 674 Label, warning (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
6 195 666 Screw, 010-32x .50 torx 2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7 208 700 Wrapper w/label 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
7 219 979 Wrapper w/label (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
8 208 569 Hose and clamps (2) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9 GS1 219 967 Valve, gas w/fittings 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
9 GS1 208 598 Valve, 14 vdc 2way .37519 thd 2.0mm orf 100psi (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
10 208 558 Term, friction .250 x .032 2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
11 208 703 Panel, rear w/label 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
11 219 982 Panel, rear w/label (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
12 208 549 Nameplate, rear 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
12 219 880 Nameplate, rear (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
13 208 550 Switch, rocker dpst 16A 250 vac 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
14 208 536 Screw, K50 x 25 rnd washer, hd-trx 2. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
15 219 167 Cable, power 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
16 208 548 Strap, shoulder 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
17 FM 208 496 Fan w/leads and plug 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
18 L1, L2, T1 208 702 Windtunnel, magnetics w/cmpnt 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
18 L1, L2, T1 219 169 Windtunnel, magnetics w/cmpnt (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
19 208 552 Insulator, negative stud 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
20 Base w/label, order by serial number 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
22 208 561 Work Cable 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
23 208 596 Holder, electrode 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
24 208 535 Screw, k50 x 12 rnd washer hd-trx 4. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
25 208 612 Receptacle, twist lock power/gas 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
26 208 588 Nut, plastic 625-27.81 hex x .14 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
27 229 337 Screw, m5-.8 x 12 soc hd -torx 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
28 208 498 Receptacle, twist lock power 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
29 208 589 Cover, dust 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
30 174 992 Knob, pointer 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
31 208 575 Nameplate, front 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
31 208 547 Nameplate, front (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
32 208 573 Panel, front w/nameplate 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
32 219 172 Panel, front w/nameplate (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
33 PC2, PC3 212 895 Circuit board, operator interface 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
33 PC2, PC3 218 773 Circuit board, operator interface (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
33 PC2, PC3 221 717 Circuit board, operator interface (Japanese models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
34 PC4 212 890 Circuit board, arc starter 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
35 208 556 Insualtor, heat sink 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
36 208 497 Nut, m08-1.2 13 mm hex 8.3 mm t semi cone washer 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
37 L3 219 078 Core, toroidal (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
38 T3 219 076 Core ferrite (CE models) 1. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
To maintain the factory original performance of your equipment, use only Manufacturer’s Suggested
Replacement Parts. Model and serial number required when ordering parts from your local distributor.
Aantekeningen
Aantekeningen
Aantekeningen
Geldig vanaf 1 januari 2006
(Installaties waarvan het serienummer begint met “LG” of nieuwer)
Deze beperkte garantie vervangt alle vorige Miller garanties en is exclusief zonder
andere expliciete of impliciete waarborgen of garanties.
BEPERKTE GARANTIE Afhankelijk van de onderstaande
bepalingen en voorwaarden garandeert Miller Electric Mfg.
Co., Appleton, Wisconsin, zijn erkende verdeler dat nieuwe
Miller installaties die verkocht zijn na de geldende datum van
deze beperkte garantie geen materiaal- en/of
fabricagefouten hebben. DEZE GARANTIE VERVANGT
UITDRUKKELIJK ALLE ANDERE GARANTIES, EXPLI-
CIET OF IMPLICIET, VAN VERKOOPBAARHEID EN
GESCHIKTHEID.
Binnen de onderstaande garantieperioden zal Miller alle
onderdelen of componenten die niet meer functioneren door
dergelijke fabricage- en materiaalfouten met garantie repa-
reren of vervangen. Miller moet binnen dertig (30) dagen
schriftelijk op de hoogte worden gebracht van een dergelijke
fout of storing, waarop Miller instructies zal geven over de
garantieclaim-procedure die hierop volgt.
In het geval van een dergelijke storing binnen de garantie-
periode zal Miller garantieclaims toestaan op installaties met
garantie die hieronder zijn vermeld. Alle garantieperioden
gelden vanaf de dag dat de installatie geleverd werd aan de
erkende verdeler, of achttien maanden nadat de installatie
naar een internationale distributeur gezonden is.
1. 5 jaar onderdelen 3 jaar arbeidsloon
* Originele hoofdgelijkrichters
2. 3 jaar — onderdelen en arbeidsloon
* Transformator/gelijkrichter stroombronnen
* Stroombronnen plasmasnijders
* Procesbeheersingsapparatuur
* Semi-automatische en automatische draadaanvoe-
reenheden
* Stroomvoorziening ondulatoren (tenzij anders vast-
gesteld)
* Waterkoelingssystemen (geïntegreerde)
* Intellitig
* Lasaggregaten met aandrijfmotor
(OPMERKING: Motoren vallen onder aparte ga-
rantie bij de fabrikant van de motor.)
3. 1 jaar — onderdelen en arbeidsloon tenzij anders ge-
specifieerd
* Motoraangedreven pistolen (uitgezonderd de Spool-
guns)
* Positionerings- en regelapparatuur
* Automatisch bewegende apparatuur
* RFCS Voetbediening
* IPKS stroombronnen, koeler, en opname apparatuur.
* Waterkoelingssystemen (niet-geïntegreerde)
* Gasontspanners en debietregelaars (geen arbeids-
loon)
* HF apparaat
* Weerstandskasten
* Puntlasapparaten
* Elektrische belastingsbanken
* Stiftlasmachine en stiftlaspistool
* Laskar
* Laskarren/trailers
* Plasmasnijtoortsen (behalve APT, & SAF modellen)
* Inbouwopties
(OPMERKING: Field Options zijn gedekt onder True
Blue®
voor de resterende garantieperiode van het
produkt waarin ze in geïnstalleerd zijn, of voor een mi-
nimum van één jaar — afhankelijk van welke van de
twee het langste duurt.)
* MIG-pistool - Bernard (geen arbeidsloon)
* TIG-lastoortsen - Weldcraft (geen arbeidsloon)
* Draadaanvoer-systemen voor het OP-lassen.
4. 6 maanden — accu’s
5. 90 dagen — onderdelen en arbeidsloon
* MIG-pistolen/Tig-lastoortsen sen laskoppen voor
het OP-lassen.
* Windingen en dekens voor inductieverwarming, ka-
bels en handmatige bedieningen
* APT-, SAF-modellen plasmasnijtoortsen
* Afstandsbedieningen
* Toebehoren
* Vervangende onderdelen (niet het werkloon)
* Spoolmate Spoolguns
* Beschermzeil
Miller’s True Blue® Beperkte garantie geldt niet voor:
1. Elektrodepunten, snijmondstukken, schakelaars, bor-
stels, sleepringen, relais of andere onderdelen die niet
meer werken als gevolg van normale slijtage (Uitzonde-
ring: borstels, sleepringen en relais zijn wel onder ga-
rantie op de modellen Bobcat, Trailblazer en Legend)
6. Onderdelen geleverd door Miller maar geprodu-
ceerd door anderen, zoals motoren of handelsac-
cessoires. Deze onderdelen vallen onder de
eventuele garanties door de fabrikanten.
7. Installaties die veranderingen hebben ondergaan door
andere partijen dan Miller, of installaties die onjuist
geïnstalleerd of verkeerd gebruikt zijn volgens indu-
strierichtlijnen, of installaties die geen redelijk en nood-
zakelijk onderhoud hebben gehad, of installaties die
gebruikt zijn voor andere dan de aangegeven toepas-
singen voor de installatie.
MILLER PRODUKTEN ZIJN BEDOELD VOOR VERKOOP
EN GEBRUIK DOOR COMMERCIËLE/INDUSTRIËLE
GEBRUIKERS EN PERSONEN DIE OPGELEID ZIJN EN
ERVARING HEBBEN MET HET GEBRUIK EN ONDER-
HOUD VAN LASINSTALLATIES.
In het geval van een garantieclaim gedekt door deze
garantie, zullen de exclusieve Miller-oplossingen zijn: (1)
repareren; of (2) vervangen; of, als dit schriftelijk door Miller
is toegestaan in bepaalde gevallen, (3) de redelijke kosten
van repareren of vervangen bij een goedgekeurd Miller
onderhoudsbedrijf; of (4) krediet of betaling van de
aankoopprijs (redelijke waardevermindering op basis van
het eigenlijke gebruik) bij het retourneren van de goederen
op risico en kosten van de klant. Miller’s optie van repareren
of vervangen zal f.o.b. zijn (met inbegrip van vervoerskosten
tot in de boot), naar de fabriek in Appleton, Wisconsin of f.o.b.
naar een door Miller goedgekeurd onderhoudsbedrijf zoals
bepaald is door Miller. Daarom zal er geen compensatie of
terugbetaling voor transportkosten worden toegestaan.
VOOR ZOVER DE WET DIT TOESTAAT, STAAN ER GEEN
ANDERE VERHAALSMOGELIJKHEDEN OPEN DAN
DEGENE DIE HIER VOORZIEN ZIJN. IN GEEN GEVAL
ZAL MILLER CONTRACTUEEL, UIT ONRECHTMATIGE
DAAD, OF ANDERSZINS, AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR
RECHTSTREEKSE, ONRECHTSTREEKSE, BIJZONDE-
RE, INCIDENTELE, OF GEVOLGSCHADE (HIERIN
BEGREPEN GEDERFDE WINST).
MILLER VERWERPT EN SLUIT, M.B.T. ALLE
GEREEDSCHAP DAT DOOR HAAR GELEVERD WORDT,
ELKE UITDRUKKELIJKE GARANTIE DIE HIER NIET
VOORZIEN IS, EN ELKE GEÏMPLICEERDE GARANTIE OF
VERKLARING M.B.T. PRESTATIE, EN ELK VERHAAL OP
GROND VAN CONTRACTUELE WANPRESTATIE, UIT
ONRECHTMATIGE DAAD, OF DAT, WARE DEZE
BEPALING NIET OPGENOMEN, IMPLICIET, VAN
RECHTSWEGE, NAAR HANDELSGEWOONTE OF NAAR
AANLEIDING VAN DE CONCRETE OMSTANDIGHEDEN
VAN DE TRANSACTIE ZOU VOORTVLOEIEN UIT GELIJK
WELKE ANDERE RECHTSTHEORIE, HIERIN BEGREPEN
ELKE GEÏMPLICEERDE GARANTIE M.B.T.
VERKOOPBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN
BEPAALD GEBRUIK, UIT.
Sommige staten in de V.S. staan geen beperkingen toe met
betrekking tot de duur van de garantie, noch uitsluiting van
bijkomende schade, indirecte schade, speciale schade of
gevolgschade, dus bovenstaande beperking kan mogelijk
niet van toepassing zijn voor u. Deze garantie biedt specifie-
ke wettelijke rechten en er kunnen eventueel ook andere
rechten van toepassing zijn; deze kunnen echter per staat
verschillen.
In Canada biedt de wetgeving in enkele provincies bepaalde
extra garanties of oplossingen die afwijken van de bepalin-
gen die hierin zijn opgenomen, en bovenstaande beperkin-
gen en uitsluitingen zijn mogelijk niet van toepassing,
voorzover er niet van mag worden afgezien. Deze Beperkte
Garantie biedt specifieke wettelijke rechten en er kunnen
eventueel ook andere rechten zijn; deze kunnen echter per
provincie verschillen.
miller warr_dut 200601
PRINTED IN USA © 2006 Miller Electric Mfg. Co 200601
Miller Electric Mfg. Co.
An Illinois Tool Works Company
1635 West Spencer Street
Appleton, WI 54914 USA
International HeadquartersUSA
USA Phone: 920-735-4505 Auto-attended
USA & Canada FAX: 920-735-4134
International FAX: 920-735-4125
European Headquarters
United Kingdom
Phone: 44 (0) 1204-593493
FAX: 44 (0) 1204-598066
www.MillerWelds.com
Naam van het model Serie-/typenumber
Aankoopdatum (datum waarop de apparatuur bij de oorspronkelijke klant werd bezorgd.)
Leverancier
Adres
Plaats
Staat Postcode
S.v.p. volledig invullen en goed bewaren.
Vermeld altijd de naam van het model en het serie-/typenummer
Ga naar uw leverancier voor: Toebehoren en elektroden
Optionele apparatuur en accessoires
Persoonlijke beschermingsmiddelen
Service en reparaties
Vervangende onderdelen
Trainingen en opleidingen (scholen, videos,
boeken)
Technische handboeken (onderhoudsinformatie
en onderdelen)
Stroomkringschema’s
Handboeken over lasprocessen
Neem contact op met het
vervoersbedrijf:
Neem contact op met de transportafdeling van uw
distributeur en/of de fabrikant van de apparatuur
voor hulp bij het indienen en afhandelen van scha-
declaims.
Service
Papieren van de eigenaar
Om een schadeclaim in te dienen bij verlies of
beschadiging tijdens verscheping,
Contacteer een verdeler of een service bureau
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

Miller Maxstar 150 STH de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor