Zanussi ZFC23400WA Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en
gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of
verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en
toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
VEILIGHEID VAN KINDEREN EN KWETSBARE
MENSEN
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en
ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of
verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis,
indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen
over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het op
passende wijze weg.
ALGEMENE VEILIGHEID
Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk gebruik of
gelijksoortige toepassingen zoals:
Boerderijen, personeelskeukens in winkels, kantoren of
andere werkomgevingen
Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en andere
woonomgevingen
Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt
zowel voor losstaande als ingebouwde modellen.
Gebruik geen mechanische of andere middelen om het
ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de
fabrikant zijn aanbevolen.
Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast, tenzij deze
door de fabrikant worden aanbevolen.
2
Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te
reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek.
Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen
voorwerpen.
Bewaar geen explosieve substanties zoals spuitbussen met
drijfgas in dit apparaat.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een
erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze
vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
MONTAGE
WAARSCHUWING! Alleen een
erkende installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
Verwijder de verpakking en de transportbouten.
Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat,
want het is zwaar. Gebruik altijd
veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
Zorg ervoor dat rond het apparaat lucht kan
circuleren.
Wacht ten minste 4 uur alvorens het apparaat
aan de netstroom aan te sluiten. Hierdoor kan
de olie terug in de compressor stromen.
Installeer het apparaat niet in de nabijheid van
radiators, fornuizen, ovens of kookplaten.
De achterzijde van het apparaat moet tegen de
muur worden geplaatst.
Installeer het apparaat niet op een plaats met
direct zonlicht.
Gebruik dit apparaat niet in gebieden die te
vochtig of te koud zijn, zoals bijgebouwen,
garages of kelders.
Til de voorkant van het apparaat op als u hem
wilt verplaatsen, om krassen op de vloer te
voorkomen.
AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET
WAARSCHUWING! Gevaar voor
brand en elektrische schokken.
Dit apparaat moet worden aangesloten op een
geaard stopcontact.
Controleer of de elektrische informatie op het
typeplaatje overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact
op met een elektromonteur.
Gebruik altijd een correct geïnstalleerd,
schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Zorg dat u de elektrische onderdelen
(hoofdstekker, kabel, compressor) niet
beschadigt. Neem contact met de erkende
servicedienst of een elektricien om de
elektrische onderdelen te wijzigen.
De stroomkabel moet lager blijven dan het
niveau van de stopcontact.
Steek de stekker pas in het stopcontact als de
installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los
te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
GEBRUIK
WAARSCHUWING! Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische schokken.
De specificatie van het apparaat mag niet
worden veranderd.
Plaats geen elektrische apparaten (bijv.
ijsmachines) in het apparaat tenzij uitdrukkelijk
geschikt verklaard door de fabrikant.
Zorg ervoor dat u het koelcircuit niet
beschadigt. Het bevat isobutaan (R600a),
aardgas met een hoge ecologische
compatibiliteit. Dit gas is ontvlambaar.
3
Als er schade aan het koelcircuit optreedt, zorg
er dan voor dat er zich geen vlammen en andere
ontstekingsbronnen in de kamer bevinden.
Ventileer de kamer goed.
Zet geen hete items op de kunststofonderdelen
van het apparaat.
Plaats geen koolzuurhoudende dranken in het
vriesvak. Dit zal extra druk in de drankfles
veroorzaken.
Bewaar geen ontvlambare gassen en
vloeistoffen in het apparaat.
Plaats geen ontvlambare producten of items die
vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij
of op het apparaat.
Raak de compressor of condensator niet aan.
Ze zijn heet.
Zorg ervoor dat u nooit met natte of vochtige
handen items uit het vriesvak verwijderd of
aanraakt.
Vries ontdooide voedingswaren nooit opnieuw
in.
Bewaar de voedingswaren volgens de
instructies op de verpakking.
BINNENVERLICHTING
Het type lampje gebruikt voor dit apparaat is
niet geschikt voor de verlichting van
huishoudelijke ruimten.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel of schade aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit
het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat
koolwaterstoffen. Enkel bevoegde personen
mogen de eenheid onderhouden en herladen.
Controleer regelmatig de afvoer van het
apparaat en reinig het indien nodig. Indien de
afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van
het apparaat liggen.
VERWIJDERING
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel of verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit
weg.
Verwijder de deur om te voorkomen dat
kinderen en huisdieren opgesloten raken in het
apparaat.
Het koelcircuit en de isolatiematerialen van dit
apparaat zijn ozonvriendelijk.
Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen.
Neem contact met uw plaatselijke overheid voor
informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van
het apparaat.
Veroorzaak geen schade aan het deel van de
koeleenheid dat zich naast de warmtewisselaar
bevindt.
BEDIENING
BEDIENINGSPANEEL
21 3
1
Temperatuurknop
2
Stroomaanduidinglampje
3
Alarmlampje hoge temperatuur
4
INSCHAKELEN
B
C
A
A. Temperatuurknop
B. Halfgeladen positie
C. Volgeladen positie
1. Steek dan de stekker in het stopcontact.
2. Draai de thermostaatknop naar de volgeladen
positie en wacht 24 uur voordat u voedsel in de
koelkast plaatst, zodat de correcte temperatuur
kan worden bereikt.
Het stroomlampje licht op.
3. Pas de temperatuurknop aan volgens de
hoeveelheid opgeslagen voeding.
UITSCHAKELEN
Draai de thermostaatknop naar de stand OFF.
TEMPERATUURREGELAAR
De temperatuur in het apparaat wordt geregeld
door de thermostaatknop op het bedieningspaneel.
Ga als volgt te werk om het apparaat in werking te
stellen:
draai de thermostaatknop op een lagere stand
om de minimale koude te verkrijgen.
draai de thermostaatknop op een hogere stand
om de maximale koude te verkrijgen.
Bij het invriezen van kleinere volumes
voeding is de positie Halfgeladen de
meest geschikte. Bij het invriezen van
grote volumes voeding is de positie
Volgeladen de meest geschikte.
ALARM BIJ HOGE TEMPERATUUR
Een toename van de temperatuur in de vriezer
(bijvoorbeeld door stroomuitval) wordt aangeduid
door
het aanspringen van het alarmlampje
het geluid van de zoemer
Tijdens de alarmfase kan de zoemer worden
uitgeschakeld door op de Alarm-resetschakelaar te
drukken
Leg tijdens de alarmfase geen voedsel in de vriezer.
Als de normale omstandigheden hersteld worden
gaat het alarmlampje automatisch uit.
HET EERSTE GEBRUIK
DE BINNENKANT SCHOONMAKEN
Voordat u het apparaat voor de eerste keer
gebruikt, wast u de binnenkant en de interne
accessoires met lauwwarm water en een beetje
neutrale zeep om de typische geur van een nieuw
product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
LET OP! Gebruik geen
reinigingsmiddelen, schuurpoeders,
chloor of reinigers op oliebasis. Deze
beschadigen de afwerking.
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
INVRIEZEN VAN VERS VOEDSEL
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers
voedsel en om diepvriesvoedsel langere tijd te
bewaren.
5
De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur kan
worden ingevroren wordt aangegeven op het
typeplaatje.
1)
Het invriesproces duurt 24 uur. voeg tijdens deze
periode geen ander voedsel toe om in te vriezen.
HET BEWAREN VAN INGEVROREN VOEDSEL
Als u het apparaat voor het eerst, of na een periode
dat het niet gebruikt is, inschakelt, moet het
apparaat voordat u er producten in plaatst eerst
minstens 24 uur werken met de thermostaatknop in
de stand Vol.
LET OP! In het geval van onbedoelde
ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom
langer is uitgevallen dan de duur die
op de kaart met technische kenmerken
onder "maximale bewaartijd bij
stroomuitval" is vermeld, moet het
ontdooide voedsel snel geconsumeerd
worden of onmiddellijk bereid worden
en dan weer worden ingevroren (nadat
het afgekoeld is).
HET OPENEN EN SLUITEN VAN HET DEKSEL
LET OP! Trek nooit met grote kracht
aan het handvat
Omdat het deksel is uitgerust met een strak
sluitende afsluiting, is het niet gemakkelijk om hem
direct na het sluiten opnieuw te openen (door het
vacuüm dat aan de binnenkant wordt gevormd)
Wacht een paar minuten voordat u het apparaat
weer opent
De vacuümklep zal u helpen om het deksel te
openen
LAAG VRIESSYSTEEM
Het apparaat is uitgerust met een laag vriessysteem
(er bevindt zich een afsluiter in de achterkant aan
de binnenzijde van de vriezer) die de vorming van ijs
in de vrieskist tot 80 percent vermindert.
KUNSTSTOF LAGE VERDELER
Met de lage verdeler kunt u de ruimte boven de
compressor beter indelen. Dankzij de ruimte die
hierdoor ontstaat, kunt u eenvoudiger kleine
hoeveelheden ingevroren levensmiddelen
eenvoudig vindbaar bewaren.
De verdeler kan tevens worden
gebruikt als opbergbakje wanneer u
de vriezer ontdooit.
INVRIESAGENDA
De symbolen geven verschillende soorten
ingevroren levensmiddelen aan.
De cijfers geven de bewaartijd in maanden aan voor
de bijbehorende ingevroren levensmiddelen. Of de
hoogste of laagste waarde van de aangegeven
bewaartijd van toepassing is, hangt af van de
kwaliteit van het voedsel en eventuele bereiding
voordat het werd ingevroren.
OPSLAGMANDEN
Hang de manden aan de bovenrand van de vriezer
(A) of plaats ze in de vriezer (B). Draai de
handvaten voor deze twee posities zoals getoond in
de afbeelding en zet ze vast
A B
De onderstaande afbeeldingen tonen hoeveel
manden in de verschillende vriezermodellen kunnen
worden geplaatst
De manden schuiven in elkaar
1) Raadpleeg "Technische gegevens"
6
230
200
946 1061
1201
1336 1611
U kunt extra manden kopen bij uw plaatselijke
klantenservice
AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
TIPS VOOR HET INVRIEZEN
Om u te helpen om het beste van het invriesproces
te maken, volgen hier een paar belangrijke tips:
De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur
ingevroren kan worden, is vermeld op het
typeplaatje.
Het invriesproces duurt 24 uur. Voeg
gedurende deze periode niet meer in te vriezen
voedsel toe.
Vries alleen verse en grondig schoongemaakte
levensmiddelen van uitstekende kwaliteit in.
Bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan
het snel en volledig worden ingevroren en zo
kunt u later alleen die hoeveelheid laten
ontdooien die u nodig heeft.
Wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic
en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht zijn.
Leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen
het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat
dit laatste warm wordt.
Mager voedsel kan beter worden ingevroren dan
vet voedsel. Zout zorgt dat het voedsel minder
lang in de vriezer goed blijft.
Water bevriest, als dit rechtstreeks uit het
vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de
huid vastvriezen.
Het is aan te bevelen de invriesdatum op elk
pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe lang het
al bewaard is.
TIPS VOOR HET BEWAREN VAN
INGEVROREN VOEDSEL
Om de beste resultaten van dit apparaat te
verkrijgen, dient u
verzeker u ervan dat de commercieel ingevroren
levensmiddelen op geschikte wijze door de
detailhandelaar werden opgeslagen;
zorg ervoor dat de ingevroren levensmiddelen zo
snel mogelijk van de winkel naar uw vriezer
gebracht worden;
het deksel niet vaak te openen of langer open te
laten dan strikt noodzakelijk
Als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het
snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren.
Bewaar het voedsel niet langer dan de door de
fabrikant aangegeven bewaarperiode.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
PERIODIEKE REINIGING
LET OP! Voordat u welke
onderhoudshandeling dan ook verricht,
de stekker uit het stopcontact trekken.
7
Gebruik geen schoonmaakmiddelen,
schuurmiddelen, sterk geparfumeerde
schoonmaakproducten of boenwas om
de binnenkant van het apparaat
schoon te maken
Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet
beschadigt.
Het is niet nodig om het
compressorgedeelte schoon te maken
1. Schakel het apparaat uit.
2. Maak het apparaat en toebehoren regelmatig
schoon met warm water en neutrale zeep
Maak de afsluiting van het deksel voorzichtig
schoon
3. Maak het apparaat volledig droog
4. Steek de stekker in het stopcontact.
5. Zet het apparaat aan.
DE VRIEZER ONTDOOIEN
LET OP! Gebruik nooit scherpe
metalen gereedschappen om rijp af te
schrapen omdat u hiermee het
apparaat kunt beschadigen. Gebruik
geen mechanische of andere middelen
om het ontdooiproces te versnellen,
behalve die middelen die door de
fabrikant zijn aanbevolen. Een
temperatuurstijging tijdens het
ontdooien van de ingevroren
levensmiddelen, kan de veilige
bewaartijd verkorten.
Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte
van ongeveer 10-15 mm bereikt heeft.
De hoeveelheid rijp op de wanden van het apparaat
wordt vergroot door de hoge mate van vocht in de
buitenomgeving en als het voedsel niet goed is
verpakt.
Het beste moment om de vriezer te ontdooien is
wanneer deze geen of weinig voedsel bevat.
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het
in een paar lagen krantenpapier en leg het op
een koele plaats.
3. Laat het deksel open, haal de dop van de
ontdooiwaterafvoer en vang al het dooiwater op
in een bak
4. Na afloop van het ontdooien de binnenkant
grondig droog maken en de dop terugzetten.
5. Zet het apparaat aan.
6. Zet de thermostaatknop op de maximale koude
en laat het apparaat twee tot drie uur in deze
instelling werken.
7. Zet het eerder verwijderde voedsel terug in het
vriesvak.
PERIODES DAT HET APPARAAT NIET
GEBRUIKT WORDT
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen als het
apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt:
1. Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit
het stopcontact.
2. Haal al het voedsel eruit
3. Ontdooi het apparaat en toebehoren en maak
alles schoon
4. Laat het deksel open om onaangename
geurtjes te voorkomen
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag
dan iemand om het zo nu en dan te
controleren, om te voorkomen dat het
bewaarde voedsel bederft als de
stroom uitvalt.
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
WAT MOET U DOEN ALS…
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt niet. Het apparaat is uitgeschakeld. Zet het apparaat aan.
De stekker zit niet goed in het
stopcontact.
Steek de stekker goed in het
stopcontact.
8
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er staat geen spanning op het
stopcontact.
Sluit aan op een ander stop-
contact. Neem contact op met
een gekwalificeerd elektricien.
Het apparaat maakt lawaai. Het apparaat is niet stevig en
stabiel geplaatst.
Controleer of het apparaat sta-
biel staat.
Er is een hoorbaar of zichtbaar
alarm.
De kist is kortgeleden aangezet
of de temperatuur in het appa-
raat is nog steeds te hoog.
Zie "Alarm hoge temperatuur"
en neem contact op met de
dichtstbijzijnde klantenservice
als het probleem blijft bestaan.
Stroomindicatielampje knip-
pert.
Er is een fout opgetreden in de
temperatuurmeting of het ap-
paraat werkt niet goed.
Neem contact op met de servi-
ce-afdeling.
De deksel sluit niet volledig. De deksel wordt geblokkeerd
door voedselverpakkingen.
Rangschik de verpakkingen op
de juiste wijze, zie de sticker in
het apparaat.
Er is te veel rijp. Verwijder de overmatige rijp.
De deksel gaat moeilijk open. De pakkingen van de deksel
zijn vies of plakkerig.
Maak de pakkingen van de
deksel schoon.
De klep is geblokkeerd. Controleer de klep.
De compressor werkt continu. De temperatuur is goed inge-
steld.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Be-
diening'.
Er zijn grote hoeveelheden
voedsel tegelijk in de vriezer
geplaatst.
Wacht een paar uur en contro-
leer dan nogmaals de tempera-
tuur.
De omgevingstemperatuur is te
hoog.
Zie het typeplaatje voor de kli-
maatklasse.
Het voedsel dat in het apparaat
werd geplaatst, was te warm.
Laat voedsel afkoelen tot ka-
mertemperatuur voordat u het
opslaat.
De deksel is niet goed geslo-
ten.
Controleer of de deksel goed
sluit en dat de pakkingen on-
beschadigd en schoon zijn.
Er is te veel rijp en ijs. De deksel is niet correct geslo-
ten of de deurpakking is ver-
vormd/vies.
Raadpleeg 'Openen en sluiten
van deksel'.
De dop van de waterafvoer be-
vindt zich niet op de juiste
plaats.
Plaats de dop voor de wateraf-
voer op de juiste manier.
De temperatuur is goed inge-
steld.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Be-
diening'.
9
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De temperatuur in het apparaat
is te laag/hoog.
De temperatuurknop is niet
goed ingesteld.
Stel een hogere/lagere tempe-
ratuur in.
De deksel is niet goed geslo-
ten.
Raadpleeg 'Openen en sluiten
van deksel'.
De temperatuur van het pro-
duct is te hoog.
Laat het product afkoelen tot
kamertemperatuur voordat u
het opbergt.
Er worden veel producten te-
gelijk bewaard.
Bewaar minder producten te-
gelijk.
De dikte van de rijp is meer
dan 4-5 mm.
Ontdooi het apparaat.
De deksel is te vaak geopend. Open de deksel alleen als het
nodig is.
In te vriezen producten zijn te
dicht bij elkaar geplaatst.
Zorg ervoor dat er koude
luchtcirculatie in het apparaat
aanwezig is.
KLANTENSERVICE
Als het apparaat nog steeds niet naar behoren
werkt na uitvoeren van de bovenstaande controles,
neem dan contact op met de dichtstbijzijnde
erkende klantenservice.
Om snel geholpen te kunnen worden is het van
belang dat u het model en serienummer van uw
apparaat doorgeeft. Deze kunt u vinden op het
garantiebewijs of op het typeplaatje aan de
rechterkant aan de buitenkant van het apparaat.
HET LAMPJE VERVANGEN
Het apparaat is uitgerust met een
LED-binnenlampje dat een lange
levensduur heeft.
WAARSCHUWING! Verwijder de
afdekking van het lampje op het
moment van vervangen niet. Laat de
vriezer niet werken als de afdekking
van het lampje beschadigd is of
ontbreekt.
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Vervang het kapotte lampje door een nieuw
lampje met hetzelfde vermogen dat speciaal
bedoeld is voor huishoudelijke apparaten (het
maximumvermogen is vermeld op de afdekking
van het lampje).
3. Steek de stekker in het stopcontact.
4. Open het deksel. Controleer of het lampje gaat
branden.
MONTAGE
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
10
OPSTELLING
LET OP! Wanneer u een oud
apparaat met een slot of een
vergrendeling op het deksel afvoert,
moet u ervoor zorgen dat dit onklaar
wordt gemaakt om te voorkomen dat
kleine kinderen erin opgesloten raken
Het apparaat moet geïnstalleerd worden op een
droge, goed geventileerde plaats binnen waar de
omgevingstemperatuur overeenkomt met de
klimaatklasse die vermeld is op het typeplaatje van
het apparaat:
Klimaat-
klasse
Omgevingstemperatuur
SN +10°C tot + 32°C
N +16°C tot + 32°C
ST +16°C tot + 38°C
T +16°C tot + 43°C
Bij bepaalde modeltypes kunnen er
functionele problemen ontstaan als
deze temperaturen niet worden
gerespecteerd. De juiste werking van
het apparaat kan enkel gegarandeerd
worden als het opgegeven
temperatuurbereik wordt
gerespecteerd. Als u vragen hebt
m.b.t. de montagelocatie van het
apparaat, raadpleeg dan de dealer, uw
klantenservice of de dichtstbijzijnde
technische dienst
De stekker van het apparaat moet na
installatie toegankelijk zijn
AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage
en de frequentie op het typeplaatje
overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis.
Dit apparaat moet worden aangesloten op een
geaard stopcontact. De netsnoerstekker is
voorzien van een contact voor dit doel Als het
stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat
dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in
overeenstemming met de geldende regels,
raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd
elektricien
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld
worden als bovenstaande
veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd worden.
Dit apparaat voldoet aan de EEG-richtlijnen.
VENTILATIEVEREISTEN
De luchtcirculatie achter het apparaat moet
voldoende zijn.
1. Plaats de vriezer in horizontale positie op een
stevig oppervlak De kist moet op alle vier de
voetjes staan
2. Zorg ervoor dat de ruimte tussen het apparaat
en de achterwand 5 cm is
3. Zorg ervoor dat de ruimte tussen het apparaat
en de zijkanten 5 cm is
TECHNISCHE GEGEVENS
TECHNISCHE GEGEVENS
Hoogte mm 876
Breedte mm 1201
Diepte mm 667,5
Maximale bewaartijd bij stroomuitval Uur 53
Spanning Volt 230 - 240
Frequentie Hz 50
11
De technische gegevens staan op het typeplaatje
aan de buitenkant van het apparaat en op het
energielabel.
MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool . Gooi
de verpakking in een geschikte verzamelcontainer
om het te recyclen. Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en recycle het
afval van elektrische en elektronische apparaten.
Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool
niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de buurt of
neem contact op met de gemeente.
12

Documenttranscriptie

VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik. VEILIGHEID VAN KINDEREN EN KWETSBARE MENSEN • • • • Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Laat kinderen niet met het apparaat spelen. Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren. Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het op passende wijze weg. ALGEMENE VEILIGHEID • • • • • 2 Dit apparaat is bedoeld voor huishoudelijk gebruik of gelijksoortige toepassingen zoals: – Boerderijen, personeelskeukens in winkels, kantoren of andere werkomgevingen – Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en andere woonomgevingen Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor losstaande als ingebouwde modellen. Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt. Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast, tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen. • • • • Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen. Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen. Bewaar geen explosieve substanties zoals spuitbussen met drijfgas in dit apparaat. Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN MONTAGE • • • • • • • • • • • • WAARSCHUWING! Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren. • Verwijder de verpakking en de transportbouten. Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat. Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat. Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat, want het is zwaar. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel. Zorg ervoor dat rond het apparaat lucht kan circuleren. Wacht ten minste 4 uur alvorens het apparaat aan de netstroom aan te sluiten. Hierdoor kan de olie terug in de compressor stromen. Installeer het apparaat niet in de nabijheid van radiators, fornuizen, ovens of kookplaten. De achterzijde van het apparaat moet tegen de muur worden geplaatst. Installeer het apparaat niet op een plaats met direct zonlicht. Gebruik dit apparaat niet in gebieden die te vochtig of te koud zijn, zoals bijgebouwen, garages of kelders. Til de voorkant van het apparaat op als u hem wilt verplaatsen, om krassen op de vloer te voorkomen. • AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET WAARSCHUWING! Gevaar voor brand en elektrische schokken. • • • • • Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur. Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact. Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren. Zorg dat u de elektrische onderdelen (hoofdstekker, kabel, compressor) niet beschadigt. Neem contact met de erkende servicedienst of een elektricien om de elektrische onderdelen te wijzigen. De stroomkabel moet lager blijven dan het niveau van de stopcontact. Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is. Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker. GEBRUIK WAARSCHUWING! Gevaar op letsel, brandwonden of elektrische schokken. • • • De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd. Plaats geen elektrische apparaten (bijv. ijsmachines) in het apparaat tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard door de fabrikant. Zorg ervoor dat u het koelcircuit niet beschadigt. Het bevat isobutaan (R600a), aardgas met een hoge ecologische compatibiliteit. Dit gas is ontvlambaar. 3 • • • • • • • • • Als er schade aan het koelcircuit optreedt, zorg er dan voor dat er zich geen vlammen en andere ontstekingsbronnen in de kamer bevinden. Ventileer de kamer goed. Zet geen hete items op de kunststofonderdelen van het apparaat. Plaats geen koolzuurhoudende dranken in het vriesvak. Dit zal extra druk in de drankfles veroorzaken. Bewaar geen ontvlambare gassen en vloeistoffen in het apparaat. Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. Raak de compressor of condensator niet aan. Ze zijn heet. Zorg ervoor dat u nooit met natte of vochtige handen items uit het vriesvak verwijderd of aanraakt. Vries ontdooide voedingswaren nooit opnieuw in. Bewaar de voedingswaren volgens de instructies op de verpakking. BINNENVERLICHTING • Het type lampje gebruikt voor dit apparaat is niet geschikt voor de verlichting van huishoudelijke ruimten. ONDERHOUD EN REINIGING • • • Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen. Enkel bevoegde personen mogen de eenheid onderhouden en herladen. Controleer regelmatig de afvoer van het apparaat en reinig het indien nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen. VERWIJDERING WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of verstikking. • • • • • • Haal de stekker uit het stopcontact. Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg. Verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat. Het koelcircuit en de isolatiematerialen van dit apparaat zijn ozonvriendelijk. Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen. Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat. Veroorzaak geen schade aan het deel van de koeleenheid dat zich naast de warmtewisselaar bevindt. WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat. BEDIENING BEDIENINGSPANEEL 1 2 3 1 Temperatuurknop 2 Stroomaanduidinglampje 3 Alarmlampje hoge temperatuur 4 INSCHAKELEN A. Temperatuurknop B. Halfgeladen positie C. Volgeladen positie A B C 1. Steek dan de stekker in het stopcontact. 2. Draai de thermostaatknop naar de volgeladen positie en wacht 24 uur voordat u voedsel in de koelkast plaatst, zodat de correcte temperatuur kan worden bereikt. Het stroomlampje licht op. 3. Pas de temperatuurknop aan volgens de hoeveelheid opgeslagen voeding. UITSCHAKELEN Draai de thermostaatknop naar de stand OFF. TEMPERATUURREGELAAR De temperatuur in het apparaat wordt geregeld door de thermostaatknop op het bedieningspaneel. Ga als volgt te werk om het apparaat in werking te stellen: • draai de thermostaatknop op een lagere stand om de minimale koude te verkrijgen. • draai de thermostaatknop op een hogere stand om de maximale koude te verkrijgen. Bij het invriezen van kleinere volumes voeding is de positie Halfgeladen de meest geschikte. Bij het invriezen van grote volumes voeding is de positie Volgeladen de meest geschikte. ALARM BIJ HOGE TEMPERATUUR Een toename van de temperatuur in de vriezer (bijvoorbeeld door stroomuitval) wordt aangeduid door • het aanspringen van het alarmlampje • het geluid van de zoemer Tijdens de alarmfase kan de zoemer worden uitgeschakeld door op de Alarm-resetschakelaar te drukken Leg tijdens de alarmfase geen voedsel in de vriezer. Als de normale omstandigheden hersteld worden gaat het alarmlampje automatisch uit. HET EERSTE GEBRUIK DE BINNENKANT SCHOONMAKEN Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af. LET OP! Gebruik geen reinigingsmiddelen, schuurpoeders, chloor of reinigers op oliebasis. Deze beschadigen de afwerking. DAGELIJKS GEBRUIK WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. INVRIEZEN VAN VERS VOEDSEL Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en om diepvriesvoedsel langere tijd te bewaren. 5 De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur kan worden ingevroren wordt aangegeven op het typeplaatje. 1) Het invriesproces duurt 24 uur. voeg tijdens deze periode geen ander voedsel toe om in te vriezen. HET BEWAREN VAN INGEVROREN VOEDSEL Als u het apparaat voor het eerst, of na een periode dat het niet gebruikt is, inschakelt, moet het apparaat voordat u er producten in plaatst eerst minstens 24 uur werken met de thermostaatknop in de stand Vol. LET OP! In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "maximale bewaartijd bij stroomuitval" is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is). HET OPENEN EN SLUITEN VAN HET DEKSEL LET OP! Trek nooit met grote kracht aan het handvat Omdat het deksel is uitgerust met een strak sluitende afsluiting, is het niet gemakkelijk om hem direct na het sluiten opnieuw te openen (door het vacuüm dat aan de binnenkant wordt gevormd) Wacht een paar minuten voordat u het apparaat weer opent De vacuümklep zal u helpen om het deksel te openen LAAG VRIESSYSTEEM Het apparaat is uitgerust met een laag vriessysteem (er bevindt zich een afsluiter in de achterkant aan de binnenzijde van de vriezer) die de vorming van ijs in de vrieskist tot 80 percent vermindert. KUNSTSTOF LAGE VERDELER Met de lage verdeler kunt u de ruimte boven de compressor beter indelen. Dankzij de ruimte die hierdoor ontstaat, kunt u eenvoudiger kleine hoeveelheden ingevroren levensmiddelen eenvoudig vindbaar bewaren. De verdeler kan tevens worden gebruikt als opbergbakje wanneer u de vriezer ontdooit. 1) Raadpleeg "Technische gegevens" 6 INVRIESAGENDA De symbolen geven verschillende soorten ingevroren levensmiddelen aan. De cijfers geven de bewaartijd in maanden aan voor de bijbehorende ingevroren levensmiddelen. Of de hoogste of laagste waarde van de aangegeven bewaartijd van toepassing is, hangt af van de kwaliteit van het voedsel en eventuele bereiding voordat het werd ingevroren. OPSLAGMANDEN Hang de manden aan de bovenrand van de vriezer (A) of plaats ze in de vriezer (B). Draai de handvaten voor deze twee posities zoals getoond in de afbeelding en zet ze vast A B De onderstaande afbeeldingen tonen hoeveel manden in de verschillende vriezermodellen kunnen worden geplaatst De manden schuiven in elkaar 946 1061 1201 U kunt extra manden kopen bij uw plaatselijke klantenservice 230 200 1336 1611 AANWIJZINGEN EN TIPS WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. • • TIPS VOOR HET INVRIEZEN Om u te helpen om het beste van het invriesproces te maken, volgen hier een paar belangrijke tips: • De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden, is vermeld op het typeplaatje. • Het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe. • Vries alleen verse en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit in. • Bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig worden ingevroren en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft. • Wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht zijn. • Leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat dit laatste warm wordt. • Mager voedsel kan beter worden ingevroren dan vet voedsel. Zout zorgt dat het voedsel minder lang in de vriezer goed blijft. Water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de huid vastvriezen. Het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe lang het al bewaard is. TIPS VOOR HET BEWAREN VAN INGEVROREN VOEDSEL Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u • verzeker u ervan dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op geschikte wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen; • zorg ervoor dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel naar uw vriezer gebracht worden; • het deksel niet vaak te openen of langer open te laten dan strikt noodzakelijk • Als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren. • Bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven bewaarperiode. ONDERHOUD EN REINIGING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. PERIODIEKE REINIGING LET OP! Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact trekken. 7 Gebruik geen schoonmaakmiddelen, schuurmiddelen, sterk geparfumeerde schoonmaakproducten of boenwas om de binnenkant van het apparaat schoon te maken Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt. Het is niet nodig om het compressorgedeelte schoon te maken 1. Schakel het apparaat uit. 2. Maak het apparaat en toebehoren regelmatig schoon met warm water en neutrale zeep Maak de afsluiting van het deksel voorzichtig schoon 3. Maak het apparaat volledig droog 4. Steek de stekker in het stopcontact. 5. Zet het apparaat aan. DE VRIEZER ONTDOOIEN LET OP! Gebruik nooit scherpe metalen gereedschappen om rijp af te schrapen omdat u hiermee het apparaat kunt beschadigen. Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de veilige bewaartijd verkorten. buitenomgeving en als het voedsel niet goed is verpakt. Het beste moment om de vriezer te ontdooien is wanneer deze geen of weinig voedsel bevat. 1. Schakel het apparaat uit. 2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen krantenpapier en leg het op een koele plaats. 3. Laat het deksel open, haal de dop van de ontdooiwaterafvoer en vang al het dooiwater op in een bak 4. Na afloop van het ontdooien de binnenkant grondig droog maken en de dop terugzetten. 5. Zet het apparaat aan. 6. Zet de thermostaatknop op de maximale koude en laat het apparaat twee tot drie uur in deze instelling werken. 7. Zet het eerder verwijderde voedsel terug in het vriesvak. PERIODES DAT HET APPARAAT NIET GEBRUIKT WORDT Neem de volgende voorzorgsmaatregelen als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt: 1. Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact. 2. Haal al het voedsel eruit 3. Ontdooi het apparaat en toebehoren en maak alles schoon 4. Laat het deksel open om onaangename geurtjes te voorkomen Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 10-15 mm bereikt heeft. De hoeveelheid rijp op de wanden van het apparaat wordt vergroot door de hoge mate van vocht in de Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren, om te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft als de stroom uitvalt. PROBLEEMOPLOSSING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. WAT MOET U DOEN ALS… Probleem Het apparaat werkt niet. 8 Mogelijke oorzaak Oplossing Het apparaat is uitgeschakeld. Zet het apparaat aan. De stekker zit niet goed in het stopcontact. Steek de stekker goed in het stopcontact. Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Er staat geen spanning op het stopcontact. Sluit aan op een ander stopcontact. Neem contact op met een gekwalificeerd elektricien. Het apparaat maakt lawaai. Het apparaat is niet stevig en stabiel geplaatst. Controleer of het apparaat stabiel staat. Er is een hoorbaar of zichtbaar alarm. De kist is kortgeleden aangezet of de temperatuur in het apparaat is nog steeds te hoog. Zie "Alarm hoge temperatuur" en neem contact op met de dichtstbijzijnde klantenservice als het probleem blijft bestaan. Stroomindicatielampje knippert. Er is een fout opgetreden in de temperatuurmeting of het apparaat werkt niet goed. Neem contact op met de service-afdeling. De deksel sluit niet volledig. De deksel wordt geblokkeerd door voedselverpakkingen. Rangschik de verpakkingen op de juiste wijze, zie de sticker in het apparaat. Er is te veel rijp. Verwijder de overmatige rijp. De pakkingen van de deksel zijn vies of plakkerig. Maak de pakkingen van de deksel schoon. De klep is geblokkeerd. Controleer de klep. De temperatuur is goed ingesteld. Raadpleeg het hoofdstuk 'Bediening'. Er zijn grote hoeveelheden voedsel tegelijk in de vriezer geplaatst. Wacht een paar uur en controleer dan nogmaals de temperatuur. De omgevingstemperatuur is te hoog. Zie het typeplaatje voor de klimaatklasse. Het voedsel dat in het apparaat werd geplaatst, was te warm. Laat voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het opslaat. De deksel is niet goed gesloten. Controleer of de deksel goed sluit en dat de pakkingen onbeschadigd en schoon zijn. De deksel is niet correct gesloten of de deurpakking is vervormd/vies. Raadpleeg 'Openen en sluiten van deksel'. De dop van de waterafvoer bevindt zich niet op de juiste plaats. Plaats de dop voor de waterafvoer op de juiste manier. De temperatuur is goed ingesteld. Raadpleeg het hoofdstuk 'Bediening'. De deksel gaat moeilijk open. De compressor werkt continu. Er is te veel rijp en ijs. 9 Probleem De temperatuur in het apparaat is te laag/hoog. Mogelijke oorzaak De temperatuurknop is niet goed ingesteld. Stel een hogere/lagere temperatuur in. De deksel is niet goed gesloten. Raadpleeg 'Openen en sluiten van deksel'. De temperatuur van het product is te hoog. Laat het product afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het opbergt. Er worden veel producten tegelijk bewaard. Bewaar minder producten tegelijk. De dikte van de rijp is meer dan 4-5 mm. Ontdooi het apparaat. De deksel is te vaak geopend. Open de deksel alleen als het nodig is. In te vriezen producten zijn te dicht bij elkaar geplaatst. Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het apparaat aanwezig is. KLANTENSERVICE Als het apparaat nog steeds niet naar behoren werkt na uitvoeren van de bovenstaande controles, neem dan contact op met de dichtstbijzijnde erkende klantenservice. Om snel geholpen te kunnen worden is het van belang dat u het model en serienummer van uw apparaat doorgeeft. Deze kunt u vinden op het garantiebewijs of op het typeplaatje aan de rechterkant aan de buitenkant van het apparaat. HET LAMPJE VERVANGEN Het apparaat is uitgerust met een LED-binnenlampje dat een lange levensduur heeft. WAARSCHUWING! Verwijder de afdekking van het lampje op het moment van vervangen niet. Laat de vriezer niet werken als de afdekking van het lampje beschadigd is of ontbreekt. MONTAGE WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 10 Oplossing 1. Trek de stekker uit het stopcontact. 2. Vervang het kapotte lampje door een nieuw lampje met hetzelfde vermogen dat speciaal bedoeld is voor huishoudelijke apparaten (het maximumvermogen is vermeld op de afdekking van het lampje). 3. Steek de stekker in het stopcontact. 4. Open het deksel. Controleer of het lampje gaat branden. OPSTELLING De stekker van het apparaat moet na installatie toegankelijk zijn LET OP! Wanneer u een oud apparaat met een slot of een vergrendeling op het deksel afvoert, moet u ervoor zorgen dat dit onklaar wordt gemaakt om te voorkomen dat kleine kinderen erin opgesloten raken AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET • Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis. • Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien • De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden als bovenstaande veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd worden. • Dit apparaat voldoet aan de EEG-richtlijnen. Het apparaat moet geïnstalleerd worden op een droge, goed geventileerde plaats binnen waar de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse die vermeld is op het typeplaatje van het apparaat: Klimaatklasse Omgevingstemperatuur SN +10°C tot + 32°C N +16°C tot + 32°C ST +16°C tot + 38°C T +16°C tot + 43°C VENTILATIEVEREISTEN De luchtcirculatie achter het apparaat moet voldoende zijn. 1. Plaats de vriezer in horizontale positie op een stevig oppervlak De kist moet op alle vier de voetjes staan 2. Zorg ervoor dat de ruimte tussen het apparaat en de achterwand 5 cm is 3. Zorg ervoor dat de ruimte tussen het apparaat en de zijkanten 5 cm is Bij bepaalde modeltypes kunnen er functionele problemen ontstaan als deze temperaturen niet worden gerespecteerd. De juiste werking van het apparaat kan enkel gegarandeerd worden als het opgegeven temperatuurbereik wordt gerespecteerd. Als u vragen hebt m.b.t. de montagelocatie van het apparaat, raadpleeg dan de dealer, uw klantenservice of de dichtstbijzijnde technische dienst TECHNISCHE GEGEVENS TECHNISCHE GEGEVENS Hoogte mm 876 Breedte mm 1201 Diepte mm 667,5 Maximale bewaartijd bij stroomuitval Uur 53 Spanning Volt 230 - 240 Frequentie Hz 50 11 De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de buitenkant van het apparaat en op het energielabel. MILIEUBESCHERMING Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. 12 Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

Zanussi ZFC23400WA Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding