Groupe Brandt UFA1102E de handleiding

Type
de handleiding
Notice d'utilisation
2
Congélateur armoire FR
Nous vous remercions de votre confiance d'avoir acheté notre appareil. Nous vous souhaitons beaucoup de
plaisir en l'utilisant.
Le congélateur armoire - congélateur est destiné à l'usage
ménager pour congéler des aliments frais ainsi que pour
conserver à long terme les produits surgélées (jusqu'à un an
en fonction de la nature des aliments).
Avant le premier usage................................................... 2
Notice d'utilisation
Notice d'intégration
Notre soin à l'environnement
Conseils d'économie d'énergie
Conseils de sécurité importants..................................... 3
Enlèvement des appareils usagés
Protection de l’environnement ...................................... 3
Installation et raccordement.......................................... 4
Choix de l'endroit
Raccordement au réseau électrique
Réglage de la hauteur d’appareil
Déscription de l'appareil................................................ 4
Commande ...................................................................... 5
Tableau de commande
Interrupteur marche/arrêt (1)
Interrupteur pour la mise en marche de fonctionnement
continu (2)
Utilisation.........................................................................5
Mise en service du congélateur vide
Congélation des denrées fraîches
Conservation des produits congélés
Décongélation des denrées congelées
Entretien et nettoyage.....................................................6
Dégivrage du congélateur
Nettoyage
Arrêt prolongé
Défauts dans le fonctionnement .....................................7
Avant le premier usage
Avant de brancher l'appareil sur le réseau électrique, il faut
le laisser en place environ 2 heures. De cette manière on
diminue la possibilité d'un fonctionnement incorrect dû à
l'influence du transport sur le système de
réfrigération.
Nettoyer l'appareil, surtout son intérieur (voir le Chapitre sur
le nettoyage de l'appareil).
Notice d'utilisation
Cette notice d'utilisation est destinée au consommateur. Elle
décrit l'appareil ainsi que son emploi correct et sûr. Il est
possible qu'elle mentionne des fonctions qui ne concernent
pas votre appareil, car elle a été rédigée pour les types
différents de congélateurs.
Notice d'intégration
Les appareils intégrables sont accompagnés des notices
d'intégration et d'installation dans le meuble.
Ce travail doit être fait par un technicien et ces notices sont
destinées à lui.
Notre soin à l'environnement
Pour l’emballage de nos produits nous utilisons des
matériaux qui peuvent être recyclés, déposés ou détruits.
Aussi cette notice d'utilisation est imprimée sur le papier
recyclable, ou bien sur le papier blanchi sans chlore.
Lorsque vous cesserez d’employer cet appareil, remettez-le
aux organismes habilités pour la collecte des appareils
ménagers “usagés” (Voir le chapitre Enlèvement des
appareils usagés).
Conseils d'économie d'énergie
Ne pas ouvrir la porte plus souvent que nécessaire et la
refermer rapidement, notamment par temps chaud et
humide. Veillez à ce que l’appareil soit ouvert le moins
longtemps possible ce qui est surtout important pour les
congélateurs armoires.
Vérifiez temporairement si la ventilation suffisante est
garantie autour de l’appareil (la circulation libre de l’air à
travers les deux orifices sur le tableau de commande dans la
partie inférieure de l’appareil).
Déplacez la manette du thermostat de la position plus haute
à la position plus basse dès que l'appareil et les
circonstances le permettent.
Gebruiksaanwijzing
38
Draai de thermostaatknop van een hogere op een lagere
stand wanneer het gebruik van het apparaat en de
omstandigheden dit toelaten.
Gebruik het ononderbroken functioneren van het apparaat
niet, wanneer dit niet dringend nodig is en schakel over op
automatisch functioneren zodra dit mogelijk is.
Alvorens levensmiddelen in de koelkast te leggen, moetan
deze tot kamertemperatuur worden afgekoeld.
Rijp of ijslagen doen het stroomgebruik toenemen, verwijder
deze daarom regelmatig zodra ze 3-5 mm dik zijn.
Een verkaard of niet afdichtend deurrubber kan het
stroomverbruik verhogen, daarom moet het tijdig en
vakkundig worden vervangen.
De condensator op de bodem van het apparaat moet altijd
schoon en stofvrij zijn (neem het hoofdstuk "Reiniging van
het apparaat" in acht).
Eike instructie uit de hoofdstukken installatie en
energiebesparing die niet wordt.
Belangrijke wenken
Het apparaat is vervaardigd in overeenstemming met alle
geldende veiligheidsnormen; het is echter raadzaam om
mensen met lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke
beperkingen of mensen met onvoldoende ervaring of kennis
het apparaat niet zonder toezicht te laten gebruiken. Deze
aanbeveling geldt ook voor kinderen.
Wanneer u thuis een oude, niet meer gebruikte
koelkast/diepvriezer met een slot of grendel, die van binnen
uit niet geopend kunnen worden, vervangt, maak deze dan
onbruikbaar. Zo kunt u kinderen voor eventuele verstikking
behoeden.
Sluit het apparaat op de juiste wijze op het electriciteitsnet
aan (zie het hoofdstuk "Aansluiten").
Raak wanneer het apparaat in werking is de koelplaten niet
aan, vooral niet met vochtige of natte handen omdat dan de
huid er aan kan blijven plakken.
Bevries geen dranken in flessen, vooral geen
koolzuurhoudende dranken zoals spawater, champagne,
bier, cola enz.. Vloeistoffen zetten uit bij bevriezing en het
glas kan barsten.
Eet geen bevroren levensmiddelen (brood, fruit, groente).
Door de kou kunnen brandwonden onstaan.
Wanneer de geur of kleur van een levensmiddel verdacht is,
gooi het dan weg omdat het waarschijnlijk niet meer eetbaar
is.
Trek de stekker uit de wandcontactdoos bij reparaties (laat
de koelkast altijd door een vakman repareren!) en reiniging.
Ontdool de koelkast in geen geval met elektrische
apparatuur (zoals bijv. een föhn) en gebruik geen scherpe
voorwerpen voor het verwijderen van de rijp - resp. de
ijslaag. Gebruik uitsluitend de bijverpakte resp. door de
fabrikant toegestane hulpmiddelen.
Denk aan het milieu en zorg ervoor dat de achterwand van
de kast (condensor of pijpleiding bij het transport van de
uitgediende koelkast) resp. het koelsysteem binnen in de
kast niet worden beschadigd.
In de rand van het huis van de diepvriezer is een
verwarmingselement ingebouwd, dat tegeljik met de
compressor functioneert en voorkomt, dat de dichtingen van
de deur aan het huis van de diepvriezer vastvriezen.
Wanneer de aansluitkabel beschadigd is, moet deze door de
fabricant of zijn erkende vakman worden vernieuwd, om
ongelukken te voorkomen.
Het typeplaatje bevindt zich in de koelkast of aan de
achterkant.
Waarschuwing: Ventilatieopeningen van het apparaat of
inbouwelement dienen altijd schoon en vrij te worden
gehouden.
Waarschuwing: Gebruik geen mechanische middelen om
het ontdooiproces te versnellen, behalve dan die door de
fabrikant zijn aanbevolen.
Waarschuwing: Pas bij het plaatsen, reinigen en verwijderen van
het apparaat op dat u de isolatie en de delen van het koelsysteem
niet beschadigd. Zo kunt u milieuvervuiling voorkomen.
Waarschuwing: Gebruik geen elektrische apparaten in de
koel-vrieskast, tenzij deze uitdrukkelijk zijn aanbevolen door
de fabrikant.
De houdbaarheid van diepgevroren levensmiddelen bij
stroomuitval
Open de diepvriezer niet bij stroomstoringen of stroomuitval.
Bij een stroomuitval die langer dan 15 uur.
Afvoer van de oude koelkast
De uitgediende koelkast dient onmiddellijk buiten gebruik te
worden gesteld. Maak een eventueel deurslot of een sluiting
onbruikbaar om kinderen te beschermen tegen mogelijk
verstikkingsgevaar.
Alle koel- en vrieskasten bevatten ook koelmiddelen en
andere isolatiematerialen die een speciale verwerking
vereisen. Daarom dient u bij de afvoer van de oude kast
altijd contact op te nemen met een bevoegd en
gekwalificeerd gemsantalijk bedrijf of dienaangaande bij de
gemeente of bij de winkelier informatie in te winnen. Let er
vanwege een mogelijk risico voor vervuiling van het milieu
op om de leiding aan de achterkant van de kast niet te
beschadigen.
Pas er om het milieu niet te belasten op, dat u de slang
onder aan de achterkant niet beschadigd.
Milieubescherming
Het verpakkingsmateriaal van dit apparaat is recycleerbaar.
Doe mee aan de recycling en draag bij tot de bescherming van
het milieu door dit materiaal in de hiervoor bestemde
gemeentecontainers te deponeren.
Uw apparaat bevat tevens vele recycleerbare
materialen. Daarom is het voorzien van dit logo
wat aangeeft dat de gebruikte apparaten van ander
afval dienen te worden gescheiden in de lidstaten
van de Europese Unie. De recycling van de apparaten die
door uw fabrikant wordt georganiseerd wordt op deze
manier onder de beste omstandigheden uitgevoerd,
overeenkomstig de Europese richtlijn 2002/96/CE
betreffende elektrisch en elektronisch afval. Informeer bij
uw gemeente of bij uw verkoper naar de dichtstbijzijnde
inzamelplaats voor uw oude apparaten. Wij danken u voor
uw bijdrage aan de bescherming van het milieu.
Gebruiksaanwijzing
39
Opstellen
De keuze van de ruimte
Plaats het apparaat in een droge en regelmatig geventileerde
ruimte. De toegestane temperatuur van de omgeving voor de
juiste werking van het apparaat is afhankelijk van de uitvoering
(klasse) van het apparaat, die op het typeplaatje van het
apparaat vermeld is. Plaats het apparaat niet in de buurt van
warmtebronnen, bijvoorbeeld een gasfornuis, verwarming,
boiler enz. en stel het niet bloot aan directe zonnestraling. De
koelkast moet tenminste 3 cm van het elektrisch of gasfonuls
respectievelijk 30 cm van de ollekachel of kolenkachel worden
geinstalleerd. Bij kleinere afstanden moet er een isolatieplaat
worden gebruikt.
Klasse Raumtemperatur
SN (subnormaal) van + 10°C tot + 32°C
N (normaal) van + 16°C tot + 32°C
ST (subtropisch) van + 16°C tot + 38°C
T (tropisch) van + 16°C tot + 43°C
Aansluiten
Sluit het apparaat met de aansluitkabel op het electriciteitsnet
aan. De wandcontactdoos moet geaard zijn (veiligheids-
stopcontact). De voorgeschreven netspanning en frequentie
zijn op het typeplaatje van de koelkast vermeld. De aansluiting
op het electriciteitsnet en de aarding van het apparaat moeten
volgens de geldige standaarden en voorschriften uitgevoerd
zijn. Het apparaat laat een kortdurende spanningsafwijking toe,
echter hoogstens van -6 tot +6%.
Het apparaat voldoet aan de Europese richtlijnen en aan de
wijzigingen die hieraan zijn aangebracht.
Hoogteinstelling van het apparaat
Het apparaat heeft vier voetjes waarvan de hoogte verstelbaar
is, zodat de hoogte van het apparaat tussen de 82 en 90 cm
kan worden ingesteld. Stel de hoogte van het apparaat in
voordat u het in de opening inbouwt. De hoogte van het
apparaat moet zo worden ingesteld, dat de bovenkant van het
apparaat onder het werkblad past (zie Aanwijzingen voor de
inbouw).
Beschrijving van het apparaat
Het vriesvak (1)
Dient voor het invriezen van verse levensmiddelen.
Het bewaarmandje (2)
Dient voor het bewaren van bevroren levensmiddelen.
Het schakelpaneel (3)
(zie het hoofdstuk "Bediening")
Gebruiksaanwijzing
40
Bediening
U bedient de diepvriezer met de toetsen en thermostaatknop,
die in het onderste gedeelte van het apparaat zijn ingebouwd.
Schakelpaneel
1 Schakelaar AAN/UIT (groen lampje)
2 Schakelaar voor het inschakelen van de
continuwerking (geel lampje)
3 Schakelaar voor het uitschakelen van het alarm
(rood lampje)
Aan/uit schakelaar (1)
Het apparaat staat aan - het groene lampje brandt.
Het apparaat is uitgeschakeld - het groene lampje brandt niet.
Schakelaar voor het inschakelen van de
continuwerking (2)
Met deze schakelaar kunt u tussen twee verschillende
manieren van functioneren kiezen, ononderbroken en
automatisch.
Ononderbroken functioneren - het gele lampje brandt.
Het koelsysteem functioneert ononderbroken.
Deze manier kiest u bij het invriezen van grotere hoeveelheden
verse levensmiddelen en wanneer u bevroren levensmiddelen
heel diep wilt vriezen.
Automatisch functioneren - het gele lampje brandt niet.
De temperatuur in het apparaat wordt door de thermostaat
geregeld, die het koelsysteem aan- en uitschakelt.
De frequentie van het aan- en uitschakelen hangt af van:
de stand van de thermostaatknop (de instelling van de
thermostaat),
de frequentie van het openen van de deur,
de temperatuur van de omgeving.
Schakelaar voor het uitschakelen van het alarm en
rood lampje (3)
Door het indrukken van de schakelaar schakelt u het
geluidsalarm uit, dat door een te hoge temperatuur in de
diepvriezer (het rode lampje brandt) of omdat de condensator
stoffig is (het rode lampje brandt niet) ingeschakeld wordt.
Neem het hoofdstuk Het verhelpen van storingen in acht.
Temperatuurkeuze
De temperatuur in het apparaat wordt tijdens het automatisch
functioneren geregeld door de thermostaat.
Aanbevolen wordt, de thermostaatknop midden tussen max (7)
en min (1) te draaien.
U draait hem alleen dichter bij max (7) wanneer u intensieve
koeling voor het invriezen van kleine hoeveelheden verse
levensmiddelen wenst of wanneer u de werking van het
apparaat aan de temperatuur van de omgeving wenst aan te
passen.
De stand in de richting van min (1) is geschikt wanneer u
stroom wilt sparen. De voorwaarde is echter, dat de diepvriezer
slechts een geringe hoeveelheid levensmiddelen bevat.
Temperatuurverandering van de omgeving beinvloedt de
temperatuur in het apparaat. Pas de stand van de
thermostaatknop hierbij aan.
Gebruik
Het aanzetten van de lege diepvriezer
Schakel de diepvriezer aan. Door de hoge temperatuur is het
geluidssignaal geactiveerd. U kunt dit afzetten door op de toets
te drukken.
Zet de schakelaar voor de functiekeuze op continu. Alle drie de
lampjes branden. Plaats de verse levensmiddelen een paar uur
nadat het rode lampje is uitgegaan in de vriezer.
Het invriezen van levensmiddelen
Het juiste gebruik van de vriezer en ook een goede verpakking
van de levensmiddelen, handhaving van de juiste temperatuur
en het in acht nemen van de hygienische voorschriften voor de
levensmiddelen zijn van doorslaggevende invloed op de
kwaliteit van het invriezen van levensmiddelen resp. het
langdurige bewaren ervan.
Kies voor het invriezen levensmiddelen die hiervoor geschikt
zijn en lage temperaturen goed verdragen. De
levensmiddelen moeten vers en van goede kwaliteit zijn.
Gebuik het juiste verpakkingsmateriaal voor de
levensmiddelen en verpak ze goed.
De verpakking mag geen lucht en vocht doorlaten. Dit
zou uitdroging van de levensmiddelen en vitamineverlies
tot gevolg hebben.
De verpakkingsfolie en de zakjes moeten zacht en
soepel zijn, zodat ze zich volledig aan de inhoud
aanpassen.
Schrijf de inhoud, het gewicht de datum op de verpakte
levensmiddelen.
Het is vooral belangrijk, dat de levensmiddelen binnen de
kortstmogelijke tijd bevriezen. Maak daarom de pakjes niet
te groot en laat de levensmiddelen goed afkoelen voor ze in
de diepvriezer te leggen.
De hoeveelheid verse levensmiddellen, die in één keer in 24
uur in de diepvriezer gelegd mag worden is op het typeplaatje
vermeld (de invrieskapaciteit). Bij grotere hoeveelheden is de
kwaliteit van het invriezen minder en gaat ook de kwaliteit van
de reeds diepgevroren producten in de diepvriezer achteruit.
Het invriezen
U vriest de levensmiddelen in de invriesruimte in (zie het
hoofdstuk Beschrijving van het apparaat).
Druk 24 uur voor het invriezen van verse levensmiddelen op
de knop voor het inschakelen van de continuwerking (2) om
de functie continuewerking in te schakelen (het gele lampje
brandt). Leg na afloop van deze tijd de verse levensmiddelen
in de invriesruimte.
Na 24 uur kunt u de levensmiddelen in de bewaarruimte
leggen en desgewenst het invriezen herhalen. De verse
levensmiddelen mogen niet met de reeds ingevroren
levensmiddelen in aanraking komen.
Druk ongeveer 24 uur nadat u voor het laatst verse
levensmiddelen in de diepvriezer heeft gelegd op de
schakelaar voor de "continuwerking" (2) zodat de functie
"automatisch" in werking treedt (het gele lampje gaat uit).
Gebruiksaanwijzing
41
Voor het invriezen van kleinere hoeveelheden verse
levensmiddelen (1-2 kg) is het niet nodig om de schakelaar
voor de continuwerking (2) in te drukken.
Het bewaren van diepvriesproducten
Diepvriesproducten bewaart u in de bewaarruimte. Hiervoor
dient ook de verlaging in de bodem van het apparaat.
Desgewenst kunt u de mandjes verwijderen en de
levensmiddelen op de koelplaten leggen.
Industriële diepvriesprodukten
Op de verpakking van industriële diepvriesprodukten zijn de
houdbaarheidsduur en bewaartemperatuur vermeld. Houdt u
bij het bewaren en gebruik aan de aanwijzingen van de
producent.
Kies in de winkel alleen goed verpakte levensmiddelen, waarop
de volledige gegevens vermeld zijn en die in diepvrieskisten
met een temperatuur van minstens -18°C bewaard worden.
Koop geen levensmiddelen met rijp, deze zijn al meerdere
malen ontdooid geweest. Bescherm de levensmiddelen tegen
ontdooien. een hogere temperatuur verkort de
houdbaarheidsduur van de diepvries- produkten en vermindert
de kwaliteit.
Approximatieve houdbaarheid van bevroren levensmiddelen
Levensmiddelen Houdbaarheid (in maanden)
123456789101112
Groente +++
Fruit +++
Brood, gebak +
Melk +
Klaargemaakte gerechten +
Vlees: rundvlees +++
kalfsvlees +++
varkensvlees + + +
kip +++
wild + + +
gehakt +
Rookworst +
Vis: niet vet +
vet +
Pens +
Het ontdooien van diepvriesprodukten
Gebruik ontdooide levensmiddelen zo snel mogelijk. Koude
conserveert het levensmiddel namelijk wel, maar vernietigt de
micro-organismen niet, die na het ontdooien versneld actief zijn
en het produkt snel bederven.
Gedeeltelijk ontdooien vermindert de voedingswaarde van het
produkt, vooral van fruit en groenten en van klaargemaakte
gerechten.
.
Onderhoud en reiniging
Het ontdooien van de diepvriezer
Aan de binnenkant van de diepvriezer onstaat rijp of ijs, dat u
bij een dikte van 3-5 mm moet ontdooien.
Druk 24 uur voor het ontdooien de schakelaar voor het
inschakelen van de continuwerking in (2) (het gele lampje
brandt), zodat de levensmiddelen zeer koud worden. Neem
na afloop van deze tijd de diepgevroren levensmiddelen uit
de vriezer en bescherm ze, zodat ze niet ontdooien.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Gebruik bij het ontdoolen a.u.b. geen ontdooisprays omdat
deze kunststofoplossende resp. voor de gezondheid
schadelijke middelen kunnen bevatten.
Water dat achterblijft op de verlaagde bodem van het
apparaat met een sponsje of goed vochtopnemende doek
verwijderen.
De reiniging van het apparaat
Verwijder alvorens het apparaat te reinigen de stekker uit
het stopcontact! Gebruik geen scherpe en schurende
schoonmaak- middelen.
Reinig de buitenkant van het apparaat met water en een
vloeibaar reinigingsmiddel.
Reinig de gelakte oppervlakten met een zachte doek en een
reinigingsmiddel op basis van alcohol (bijv. een glasreiniger).
U kunt ook alcohol (ethanol of isopropylalcohol) gebruiken.
Voor plastic en gelakte delen mag u geen schurende of
speciale bijtende reinigingsmiddelen zoals
reinigingsmiddelen voor roestvrij staal e.d. gebruiken.
Neem de binnenkant van het lege apparaat as met
lauwwarm water, waaraan u een scheutje azijn heeft
toegevoegd.
De opening voor de luchtcirculatie in de lijst van het voestuk
van tijd tot tijd met een doekje of de stofzuiger reinigen.
Als de condensator stoffig is, maakt een geluidssignaal ons
hierop attent. U schakelt dit uit door op de schakelaar voor
het uitzetten van het alarm (3) te drukken.
Reiniging van de condensator
U verwijdert stof van de condensator op de volgende
manier:
steek uw vingers door de opening van het schakelpaneel
en maak de vergrendeling los,
trek het paneel naar u toe en verwijder het,
verwijder de lijst onder de voet van het element,
trek de condensatiebak er uit,
verwijder het stof van de condensator met een
stofzuiger,
plaats in omgekeerde volgorde de condensatiebak en
het schakelpaneel terug.
Gebruiksaanwijzing
42
Sluit het apparaat na het schoonmaken weer aan op het
electriciteitsnet, schakel het in en vul het met de levensmiddelen.
Van tijd tot tijd reinigen van de condensator
Voor een optimalere werking van het apparaat en een
geringer energieverbruik is aan te bevelen van tijd tot
tijd het stof van de condensator vanaf de achterkant te
verwijderen.
Voor het reinigen van het apparaat de stroomtoevoer
verbreken!
Maak het apparaat leeg.
Verwijder de voetlijst van het meubelelement.
Draai de schroef los waarmee het apparaat aan het werkvlak
van het meubelelement is bevestigd.
Trek het apparaat naar voren, zodat de condensator vanaf
de achterkant kan worden gereinigd.
Draai de schroef van het deksel van de condensator los en
verwijder het deksel.
Reinig het stof en het vuil dat zich op de condensator
bevindt.
Sluit na het reinigen het apparaat op het elektriciteitsnet aan,
schakel het aan en plaats de levensmiddelen er weer in.
Het buiten werking stellen van het apparaat
Wanneer u het apparaat langere tijd niet gebruikt, verwijder de
stekker uit het stopcontact, maak de koelkast leeg, ontdooi en
maak hem schoon. Laat de deur op een kier staan.
Storingen en hoe ze verholpen kunnen worden
Tijdens het gebruik van het apparaat kunnen storingen optreden.
Hieronder vermelden we enkele storingen, die meestal het gevolg
zijn van onjuist gebruik en die u zelf verhelpen kunt.
Het apparaat functioneert niet na aansluiting op het
electriciteitsnet
Controleer of er spanning op het stopcontact staat en of het
apparaat aan staat (het groene lampje brandt).
Geluidsalarm, het rode lampje brandt
Bij een te hoge temperatuur in de diepvriezer gaat het rode
waarschuwingslampje branden en wordt het geluidsalarm
ingeschakeld. U schakelt dit uit door op de schakelaar voor het
uitzetten van het alarm (3) te drukken. Als het lampje uitgaat, is
de juiste temperatuur weer bereikt.
Wanneer de temperatuur in de diepvriezer weer stijgt, gaat het
rode lampje weer branden en klinkt het geluidsalarm.
De oorzaken voor het bovenvermelde:
De deur wordt te vaak geopend of blijft te lang open staan.
De deur is niet goed gesloten (misschien zit er iets tussen
de deur, hangt de deur of is de rubber band beschadigd,..).
Stroomuitval gedurende langere tijd.
Er is een te grote hoeveelheid verse levensmiddelen in de
diepvriezer geplaatst.
Geluidsalarm, het rode lampje brandt niet
Als de condensator of de openingen voor de luchtcirculatie in de
lijst van het voetstuk erg stoffig zijn, wordt het gekuidsalarm
ingeschakeld. U schakelt het uit door op de schakelaar voor het
uitzetten van het alarm te drukken (3). Reinig de condensator en de
openingen voor de luchtcirculatie in de lijst van het voetstuk (zie het
hoofdstuk Reiniging van het apparaat).
Het koelsysteem werkt al langere tijd continu
De functie continuwerking is ingeschakeld (het gele lampje
brandt).
Door de schakelaar (2) in te drukken schakelt u de
continuwerking uit (het gele lampje gaat uit).
Onvoldoende koeling van de compressor en de
condensator. Het geluidsalarm maakt u hierop attent.
Controleer de luchtcirculatie door de opening in de lijst van
het voetstuk en reinig de condensator met een doek of de
stofzuiger. Neem de aanwijzingen onder het hoofdstuk
"Onderhoud en reiniging" in acht.
Moeilijkheden bij het openen van de deur
Wanneer u de deur van de diepvrieskast wilt openen als deze
juist of nier lang geleden geopend was, kan het gebeuren dat
dit moeilijk gaat. Tijdens het openen van de deur ontsnapt er
namelijk wat koude lucht uit het apparaat en hiervoor in de
plaats komt warme lucht uit de omgeving. Bij het koelen van
deze lucht onstaat een onderdruk, waardoor de deur moeilijk
geopend kan worden. Na enkele minuten (5-10) is de toestand
weer normaal en kunt u de deur zonder moeilijkheden openen.
Geluid
Voor het koelen in de koel- en diepvriesapparaten zorgt een
koelsysteem met compressor, dit
veroorzaakt echter ook een zeker geluid. De geluidssterkte is
afhankelijk van de opstelling, het juiste gebruik en hoe oud het
apparaat is.
Wanneer de compressor in werking is, horen we het
geluid van het stromen van de vloeistof, wanneer hij niet in
werking is, horen we het overgieten van de koelvloeistof. Dat
is normaal en heeft geen invloed op de levensduur van het
apparaat.
Na de ingebruikname van het apparaat kunnen de werking
van de compressor en het overgieten van de koelvloeistof
luider zijn. Dit duidt niet op een storing en heeft geen invloed
op de levensduur van het apparaat. Na verloop van tijd
nemen deze geluiden af.
WIJ BEHOUDEN HET RECHT VOOR OP VERANDERINGEN DIE DE FUNCTIE VAN HET APPARAAT
NIET BEINVLOEDEN.
Gebruiksaanwijzing
43
NL SERVICE AFDELING
De eventuele ingrepen in de machine moeten worden uitgevoerd :
of door uw vakhandelaar,
of door een andere gekwalificeerd technicus van dit merk.
Tijdens het telefoneren, dient u de complete referentie op te geven van uw machine (model, type, serienummer). Deze
informatie staat op het typeplaatje op de machine.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44

Groupe Brandt UFA1102E de handleiding

Type
de handleiding