Indesit AQ8L 292 U de handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

61
NL
Nederlands
Inhoud
Installatie, 62-63
Uitpakken en waterpas zetten
Water en elektrische aansluitingen
Technische gegevens
Beschrijving van de wasautomaat, 64-65
Bedieningspaneel
Het uitvoeren van een wascyclus, 66
Programma’s en opties, 67
Programmatabel
Wasopties
Wasmiddelen en wasgoed, 68
Wasmiddel
Voorbereiden van het wasgoed
Wastips
Balanceersysteem van de lading
Voorzorgsmaatregelen en advies, 69
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Handmatige opening van het deurtje
Onderhoud en verzorging, 70
Afsluiten van water en stroom
Reinigen van de wasautomaat
Reinigen van het wasmiddelbakje
Verzorging van de trommel
Reinigen van de pomp
Controle van de buis van de watertoevoer
Storingen en oplossingen, 71
Service, 72
NL
WASAUTOMAAT
AQUALTIS
AQ8L 292 U
Instructies voor
installatie en gebruik
NL
62
! Het is belangrijk dit boekje te bewaren, zodat u het op
ieder gewenst moment kunt raadplegen. In het geval u de
wasautomaat verkoopt of u verhuist, moet u de handleiding
bij het apparaat bewaren.
! Lees de instructies aandachtig door: u vindt er belangrijke
informatie betreffende installatie, gebruik en veiligheid.
! In de envelop vindt u samen met deze
gebruiksaanwijzing, de garantie en onderdelen die nodig
zijn voor de installatie.
Uitpakken en waterpas zetten
Uitpakken
1. Zodra u de wasautomaat uitgepakt heeft, dient u te
controleren of hij niet beschadigd is tijdens het transport.
Indien dit wel het geval is moet hij niet worden aangesloten
en moet u contact opnemen met de handelaar.
2. Verwijder de 4
beschermschroeven
voor het transport en de
bijbehorende afstandsleider
die zich aan de achterkant
bevinden (zie afbeelding).
3. Sluit de gaten af met de in de envelop bijgeleverde
plastic doppen.
4. Bewaar alle onderdelen; mocht de wasautomaat ooit
nog worden vervoerd, dan moeten deze weer worden
aangebracht om interne schade te voorkomen.
!Het verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor
kinderen.
Waterpas zetten
1. Installeer de wasautomaat op een rechte en stevige vloer
en laat hem niet tegen muren of meubels leunen.
2. Compenseer eventuele
oneffenheden door de
stelvoetjes vast of los te
draaien totdat de automaat
volledig horizontaal staat (hij
mag niet meer dan 2 graden
hellen).
! Een correcte nivellering geeft de machine stabiliteit en
vermijdt, vooral tijdens de centrifuge, vibraties en lawaai.
! In het geval de wasautomaat op vloerbedekking of
tapijt staat regelt u de stelvoetjes zodanig dat onder de
automaat genoeg ruimte is voor ventilatie.
Water en elektrische aansluitingen
Aansluiting van de watertoevoerslang
! Voordat u watertoevoerbuis aansluit op het waternet moet
u het water laten lopen totdat het helder is.
1. Verbind de
watertoevoerslang aan de
wasautomaat door hem met
de haakse aansluiting op de
betreffende watertoevoer
te schroeven, rechtsboven
aan de achterkant (zie
afbeelding).
2. Sluit de toevoerbuis aan
op de koudwaterkraan
met een mondstuk met
schroefdraad van 3/4 gas
(zie afbeelding). Voordat u
de wasautomaat aansluit
moet u het water laten lopen
totdat het helder is.
3. Let erop dat er geen knellingen of kronkels in de buis
zijn.
! De waterdruk van de kraan moet zich binnen de waarden
van de tabel Technische Gegevens bevinden (zie bladzijde
hiernaast).
! Als de toevoerbuis niet lang genoeg is moet u zich
wenden tot een gespecialiseerde winkel of een bevoegde
installateur.
! Gebruik nooit tweedehands of oude slangen, maar alleen
die slagen die bij het apparaat worden geleverd.
Installatie
63
NL
Aansluiting van de afvoerbuis
Verbind de afvoerbuis,
zonder hem te buigen, aan
een afvoerleiding of aan een
afvoer in de muur die zich
tussen de 65 en 100 cm
van de grond af bevindt.
Als alternatief kunt u
de afvoerbuis aan de
rand van een wasbak of
badkuip hangen nadat u
hem met de steun aan de
kraan heeft bevestigd (zie
afbeelding).
Het uiteinde van de
afvoerslang mag niet onder
water hangen.
! Gebruik nooit verlengstukken voor de slang; indien dit niet
te vermijden is moet het verlengstuk dezelfde doorsnede
hebben als de oorspronkelijke slang en mag hij niet langer
zijn dan 150 cm.
Elektrische aansluiting
Voordat u de stekker in het stopcontact steekt moet u zich
ervan verzekeren dat:
het stopcontact geaard is en voldoet aan de geldende
normen;
het stopcontact het maximum vermogen van de
wasautomaat kan verdragen, zoals aangegeven in de
tabel Technische Gegevens (zie hiernaast);
de spanning zich bevindt tussen de waarden die zijn
aangegeven in de tabel Technische Gegevens (zie
hiernaast);
de contactdoos geschikt is voor de stekker van de
automaat. Indien dit niet zo is moet of de stekker of het
stopcontact vervangen worden.
! De machine mag alleen binnenshuis op een vorstvrije en
droge plek worden geïnstalleerd om elektronische schade
door bevriezing of condensatie te voorkomen.
! Als de wasautomaat is geïnstalleerd moet het stopcontact
gemakkelijk te bereiken zijn.
! Gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers.
! Het snoer mag niet geknikt of samengedrukt worden.
! De voedingskabel en de stekker mogen alleen door een
bevoegde installateur worden vervangen.
Belangrijk! De fabrikant kan niet aansprakelijk worden
gesteld wanneer deze normen niet worden nageleefd.
65 - 100 cm
Technische gegevens
Model
AQ8L 292 U
Afmetingen
breedte cm 59,5
hoogte cm 85
diepte cm 64,5
Vermogen
van 1 tot 8 kg
Elektrische
aansluitingen
zie het typeplaatje met de technische
eigenschappen dat op het apparaat is
bevestigd
Aansluiting
waterleiding
max. druk 1 MPa (10 bar)
min. druk 0,05 MPa (0,5 bar)
Inhoud trommel 62 liters
Snelheid
centrifuge
tot 1200 toeren per minuu
Controle-program-
ma’s volgens de
norm EN 60456
programma
; temperatuur 60°C;
uitgevoerd met 8 kg lading
Deze apparatuur voldoet aan de volgende
CE voorschriften:
- 2004/108/CE (Elektromagnetische com-
patiabiliteit)
- 2002/96/CE
- 2006/95/CE (Laagspanning)
NL
64
DEUR
Om de deur van de
wasautomaat te openen
dient u altijd het speciale
handvat te gebruiken (zie
afbeelding).
WASMIDDELBAKJE
Het wasmiddelbakje bevindt
zich aan de binnenkant van
de automaat en verschijnt als
u de deur opent.
Voor de dosering van
wasmiddelen zie het
hoofdstuk “Wasmiddelen en
wasgoed”.
N.B.: plak de sticker
met de beschrijving van
programma’s en opties op het
wasmiddelbakje. De sticker
bevindt zich in het zakje waar ook deze handleiding zat.
1. wasmiddelbakje voorwas:
gebruik waspoeder.
! Voordat u het middel erin
strooit moet u controleren of
het aanvullende bakje 3 er
niet in zit.
2. wasmiddelbakje hoofdwas:
gebruik waspoeder of
vloeibaar wasmiddel. In dit
laatste geval raden wij u aan
het wasmiddel direct voordat
u de wasautomaat start erin
te schenken.
3. extra bakje:Bleekmiddel
! Het gebruik van het extra bakje 3 sluit de voorwas uit.
bakje wasverzachters: voor wasverzachter. We
raden u aan om nooit het maximaal aangegeven niveau
te overschrijden (aangegeven door rooster) en om
geconcentreerde wasverzachters aan te lengen.
Stand- by modus
Deze wasautomaat beschikt, in overeenkomst met de
nieuwe normen betreffende de energiebesparing, over
een systeem wat het apparaat automatisch na 30 minuten
uitschakelt (stand-by) indien men het niet gebruikt. Druk
kort op de ON/OFF toets en wacht tot de wasautomaat
weer aangaat.
BEDIENINGSPANEEL
DEUR
WASAUTOMAAT
HANDVAT DEUR
WASAUTOMAAT
VOETSTUK
STELVOETJES
3
1
2
Beschrijving van de wasautomaat
65
NL
Bedieningspaneel
Knop met controlelampje ON/OFF: druk even op
de knop om de wasautomaat aan of uit te zetten. Het
groene controlelampje geeft aan dat de wasautomaat
aanstaat. Om de wasautomaat tijdens de wascyclus uit
te zetten moet u de knop iets langer, circa 3 seconden,
ingedrukt houden. Als u de kort of per ongeluk indrukt
zal de wasautomaat niet uitgaan. Als u de wasautomaat
tijdens de wascyclus uitdoet wordt de cyclus automatisch
geannuleerd.
Knop PROGRAMMA’S: kan beide richtingen op
draaien. Voor de juiste programmakeuze kunt u de
“Programmatabel” raadplegen.
Gedurende het programma blijft de knop stilstaan.
Knop TEMPERATUUR: druk hierop om de
temperatuur te wijzigen of uit te sluiten. De aangegeven
waarde leest u af van bovenstaande controlelampjes (zie
“Het uitvoeren van een wascyclus”).
Knop CENTRIFUGEREN: druk hierop om de
centrifuge te wijzigen of uit te sluiten. De aangegeven
waarde leest u af van bovenstaande controlelampjes (zie
“Het uitvoeren van een wascyclus”).
Knop UITGESTELDE START: druk hierop om een
uitgestelde start van het gekozen programma in te stellen.
De ingestelde vertraging leest u af van bovenstaande
controlelampjes (zie “Het uitvoeren van een wascyclus”).
Knoppen met Controlelampjes OPTIES: druk hierop om
de beschikbare opties te selecteren. Het controlelampje
dat overeenkomt met de geselecteerde optie blijft aan (zie
“Het uitvoeren van een wascyclus”).
Symbolen WASFASES: gaan aan om weer te geven in
welke fase van de cyclus de automaat zich bevindt (Wassen
- Spoelen - Centrifugeren - Afpompen ).
De tekst wordt verlicht als de wascyclus is beëindigd.
Knop met controlelampje START/PAUSE: als het
groene controlelampje langzaam knippert, drukt u op
de knop om de wascyclus te starten. Als de cyclus is
gestart blijft het controlelampje vast aanstaan. Als u de
wascyclus wilt pauzeren drukt u nogmaals op de knop.
Het controlelampje wordt oranje en gaat knipperen. Als het
controlelampje “Deur Geblokkeerd” uit is, kunt u het
deurtje openen. Om het programma te hervatten drukt u
opnieuw op de knop.
Controlelampje DEUR GEBLOKKEERD: geeft aan
dat de deur geblokkeerd is. Om de deur te openen moet
u de wascyclus pauzeren (zie “Het uitvoeren van een
wascyclus”).
Knop met controlelampje TOETSBLOKKERING:
om de blokkering van het bedieningspaneel in of uit te
schakelen dient u de KNOP een aantal seconden (3-4)
ingedrukt te houden. Het ontstoken controlelampje geeft
aan dat het bedieningspaneel geblokkeerd is. Op deze
manier kunt u voorkomen dat er ongewilde wijzigingen
aan de programma’s worden aangebracht, bijvoorbeeld bij
aanwezigheid van kinderen.
Controlelampje ECO: het symbool gaat aan als,
nadat u de wasparameters heeft gewijzigd, u een
energiebesparing bereikt van minstens 10%. Bovendien
zal, voor het apparaat in de “Stand by” modus treedt, het
symbool enkele seconden lang aangaan. Als het apparaat
uitstaat zal de geschatte energiebesparing circa 80% zijn.
Knop
TEMPERATUUR
Knop PROGRAMMA’S
Knoppen met
Controlelampjes OPTIES
Controlelampje DEUR
GEBLOKKEERD
Knop met
controlelampje
START/PAUSE
Symbolen
WASFASES
Knop CENTRIFUGEREN
Knop UITGESTELDE
START
Knop met controlelampje
TOETSBLOKKERING
Knop met controlelampje
ON/OFF
Controlelampje
ECO
Knoppen met
Controlelampjes
OPTIES
NL
66
N.B.: voordat u de wasautomaat gaat gebruiken moet u
hem met wasmiddel maar zonder wasgoed een wascyclus
laten uitvoeren. Kies het programma van 90° zonder
voorwas.
1. DOE DE WASAUTOMAAT AAN. Druk op de toets
. Alle controlelampjes gaan 1 seconde lang aan,
waarna het controlelampje van de knop aanblijft.
Het controlelampje START/PAUSE zal langzaam gaan
knipperen.
2. LAAD HET WASGOED. Open de deur. Laad het
wasgoed in en zorg ervoor nooit de laadhoeveelheid
te overschrijden die wordt aangegeven in de
programmatabel op de volgende bladzijde.
3. WASMIDDEL DOSEREN. Trek het bakje naar buiten
en doe het wasmiddel in de speciale vakjes zoals
aangegeven in “Beschrijving van de wasautomaat”.
4. SLUIT DE DEUR.
5. KIES HET PROGRAMMA. Draai de
PROGRAMMAKNOP naar rechts of naar links totdat u
het gewenste programma heeft geselecteerd. Er worden
automatisch een temperatuur en een centrifugesnelheid
geselecteerd die naderhand kunnen worden gewijzigd.
6. DE WASCYCLUS AANPASSEN. Dit kunt u doen met
behulp van de knoppen op het bedieningspaneel:
Wijzigen van de temperatuur en/of de
centrifuge.
Het apparaat toont automatisch de maximale
temperatuur en centrifuge die voor het ingestelde
programma gelden of de laatst geselecteerde waarden,
mits deze compatibel zijn met het gekozen programma.
Door op de knop te drukken kunt u de temperatuur
langzaamaan verlagen, tot aan de koude wascyclus ( ).
Door op de knop te drukken kunt u het toerental
van de centrifuge langzaamaan verlagen, tot aan
een complete uitsluiting van de centrifuge ( ). Als u
nogmaals op de knoppen drukt zult u wederom op de
maximale waarden terugkeren.
! Uitzondering: als u het programma Katoen selecteert
kunt u de temperatuur tot op 90° instellen.
Een uitgestelde start instellen.
Om de uitgestelde start van het gekozen programma in
te stellen drukt u een paar keer op de betreffende toets
totdat het controlelampje met de gewenste vertraging
aangaat.
Als u zes keer achter elkaar op de knop drukt zal de
functie worden uitgeschakeld.
! Op het moment dat u de knop START/PAUSE indrukt
zal de waarde van de vertraging alleen kunnen worden
verminderd.
De eigenschappen van de cyclus
wijzigen.
Druk op de knoppen OPTIES om de wascyclus naar
wens aan te passen.
• Druk op de knop om de optie te activeren. Het
desbetreffende controlelampje gaat aan.
• Druk nogmaals op de knop om de optie te
deactiveren. Het desbetreffende controlelampje gaat uit.
! Als de gekozen optie niet geschikt is voor
het ingestelde programma zal het betreffende
controlelampje gaan knipperen, en zal de optie niet
worden geactiveerd.
! Als de geselecteerde optie niet compatibel is met een
optie die daarvòòr is ingesteld, zal het controlelampje
van de eerst geselecteerde optie gaan knipperen en
zal alleen de tweede optie worden geactiveerd. Het
controlelampje van de betreffende knop zal aanblijven.
7. HET PROGRAMMA STARTEN. Druk op de toets
START/PAUSE. Het betreffende controlelampje zal
aanblijven en de deur zal worden geblokkeerd (het
controlelampje DEUR GEBLOKKEERD blijft
aanstaan). De symbolen die horen bij de verschillende
wasfases worden tijdens de cyclus verlicht om aan te
geven welke fase bezig is.
Om een programma te wijzigen van een reeds gestarte
wascyclus doet u de wasautomaat op pauze met
behulp van de knop START/PAUSE. Selecteer daarna
de gewenste cyclus en druk nogmaals op de knop
START/PAUSE.
Om de deur te openen tijdens de wascyclus drukt u op
de knop START/PAUSE. Als het controlelampje
DEUR GEBLOKKEERD uit gaat kunt u de deur
openen. Om het programma te hervatten drukt u
opnieuw op de knop START/PAUSE.
8. EINDE VAN HET PROGRAMMA. Wordt aangegeven
door de tekst END. De deur kan gelijk worden geopend.
Als het controlelampje START/PAUSE knippert druk u op
de toets om de wascyclus te beëindigen. Open de deur,
laad het wasgoed uit en schakel de wasautomaat uit.
! Als u een reeds gestarte cyclus wilt annuleren houdt u de
knop ingedrukt totdat de cyclus wordt onderbroken en
het apparaat uitgaat.
Zak voor dekens, gordijnen en fijne was
Dankzij de speciale bijgeleverde zak kunt u met de
Aqualtis wasautomaat zelfs uw waardevolste en fijnste
kledingstukken met de machine wassen en zeker zijn van
een optimale bescherming. We raden u aan om de zak
te gebruiken voor het wassen van dekens en donzen
wasgoed met een synthetische bekleding.
Het uitvoeren van een wascyclus
67
NL
Wasopties
Super Wash
Deze optie garandeert een kwalitatief zeer hoog wasresultaat
dankzij het gebruik van een grotere hoeveelheid water in de
beginfase van de cyclus en een langere tijdsduur van het
programma. Kan met of
zonder bleekmiddel gebruikt
worden. Als u de was ook wilt
bleken, het extra bijgeleverde
bakje 3 in bakje 1 doen. Let bij
het gieten van het bleekwater
dat u het niveau “max”,
aangegeven op de centrale
pin, niet overschrijdt (zie afb.).
Als u alleen wilt bleken
zonder een volledige was uit
te voeren, giet u het bleekmiddel in het extra bakje 3, stelt u
het programma “Spoelen” in, en activeert de optie “Super
Wash” .
! Deze optie is niet beschikbaar tijdens de programma’s ,
, , , , , , .
Makkelijk Strijken
Als u deze optie selecteert zullen het wassen en de centrifuge
dusdanig worden aangepast dat er minder kreuken worden
gevormd. Aan het einde van de wascyclus zal de wasautomaat
de trommel langzaam laten ronddraaien. De controlelampjes
“Makkelijk Strijkenen START/PAUSE gaan knipperen. Om de
cyclus te beëindigen drukt u op de knop START/PAUSE of op de
knopMakkelijk Strijken”.
Bij het programmaZijde” bindigt de wasautomaat
de cyclus door het wasgoed in de week te laten staan. Het
controlelampje “Makkelijk Strijken” gaat knipperen. Om het water
af te voeren en de was uit de automaat te halen moet u op de
knop START/PAUSE drukken of op de knop “Makkelijk Strijken”.
! Deze optie is niet beschikbaar tijdens de programma’s ,
, , , .
Tijd Sparen
Als u deze optie selecteert verkort u de duur van het
programma met 30%-50% aan de hand van de gekozen
cyclus en zorgt u als gevolg voor een aanzienlijke water- en
energiebesparing. Gebruik deze cyclus voor niet zo vuil
wasgoed.
! Deze optie is niet beschikbaar tijdens de programma’s
, , , , , , , , .
Extra Spoelen
Door deze optie te selecteren verhoogt u het spoelresultaat en
zorgt u ervoor dat elk spoor van wasmiddel verdwijnt. Deze optie is
vooral nuttig bij personen wiens huid gevoelig is voor wasmiddelen.
We raden deze optie aan wanneer een volle lading moet worden
gewassen of wanneer zeer veel wasmiddel wordt gebruikt.
! Deze optie is niet beschikbaar tijdens de programma’s , , .
3
1
2
Programma’s en opties
Programmatabel
Voor alle Test Institutes:
1) Controleprogramma volgens de norm EN 60456: selecteer het programma met een temperatuur van 60°C.
2) Programma katoen lang: selecteer het programma met een temperatuur van 40°C.
3) Programma katoen kort: selecteer het programma met een temperatuur van 40°C.
Sym-
bool
Beschrijving van het Programma
Max. Temp.
C)
Max. snel-
heid (toeren
per minuut)
Wasmiddel en wasversterkers
Max.
lading
(kg)
Duurcyclus
Was-
middel
Wasver-
zachter
Bleek-
middel
Programma’s Katoen
Katoen met voorwas
(Doe het wasmiddel in het speciale vakje).
90° 1200
- 8 185
Katoen (1): zeer vuil wit en kleurecht bont wasgoed.
60°
(Max. 90°C)
1200
8 180
Katoen (2): zeer vuile witte en bonte fijne was. 40° 1200
8 175
Bont Katoen (3) 40° 1200
8 95
Shirts
40° 600
2 70
Jeans
40° 800
- 4 60
Speciale programmas
Baby: zeer vuile fijne bonte was. 40° 800
4 120
Kleurvast Synthetisch 60° 800
4 80
Fijn Synthetisch 40° 800
4 75
Bed & Bath: voor handdoeken en beddengoed. 60° 1200
8 95
Dekbedden: voor kledingstukken/beddengoed gevuld
met dons.
30° 1000
- 3,5 95
Zijde: voor zijde, viscose, lingerie. 30° 0
- 2 55
Wol: voor wol, kasjmier, etc. 40° 600
- 2 55
Gemengd 30': voor het snel opfrissen van niet zo vuil
wasgoed (niet geschikt voor wol, zijde en handwas).
30° 800
- 3,5 30
Extra programma’s
Spoelen - 1200 -
8 35
Centrifugeren - 1200 - - - 8 15
Afpompen - 0 - - - 8 2
NL
68
Wasmiddel
De keuze en de hoeveelheid wasmiddel hangen af van
het type stof (katoen, wol, zijde…), van de kleur van het
wasgoed, de wastemperatuur, de vuilgraad en de hardheid
van het water.
Een juiste dosering van het wasmiddel voorkomt
verspillingen en beschermt het milieu: ook al zijn
wasmiddelen biologisch afbreekbaar, toch bevatten ze
elementen die het evenwicht in de natuur verstoren.
We raden u aan:
waspoeder te gebruiken voor de witte katoenen was en
voor de voorwas.
vloeibaar wasmiddel te gebruiken voor fijne katoenen
was en voor alle programma’s op lage temperatuur.
speciale vloeibare wasmiddelen te gebruiken voor wol
en zijde.
Het wasmiddel kan voor het starten van het programma
in het speciale bakje worden gedaan, of in de wasbol die
direct in de trommel wordt geplaatst. Als u een wasbol
gebruikt kunt u het programma Katoen met voorwas niet
gebruiken.
! Gebruik nooit wasmiddelen voor handwas aangezien die
te veel schuim vormen.
Voorbereiden van het wasgoed
Open de kledingstukken voor u ze inlaadt.
Scheid het wasgoed volgens het type stof (symbool op
het etiket van het kledingstuk) en de kleur. Let er goed
op dat u de bonte was scheidt van de witte was;
Leeg de zakken en controleer de knopen;
Overschrijd nooit het gewicht dat wordt aangegeven in
de “Programmatabel” wat geldt voor droog wasgoed.
Hoeveel weegt wasgoed?
1 laken 400-500 gr.
1 kussensloop 150-200 gr.
1 tafellaken 400-500 gr.
1 badjas 900-1200 gr.
1 handdoek 150-250 gr.
1 spijkerbroek 400-500 gr.
1 overhemd/blouse 150-200 gr.
Wastips
Shirts: gebruik het speciale programma “Shirts” om
met maximale zorg overhemden/blouses van verschillende
soorten stof en kleur te wassen.
Jeans: gebruik het speciale programma “Jeans” voor al
uw spijkergoed. Draai de kledingstukken binnenstebuiten
voor het wassen en gebruik een vloeibaar wasmiddel.
Baby: gebruik het speciale programma “Baby” voor
het wassen van typisch kindervuil en vervolgens al het
wasmiddel te verwijderen om allergie te voorkomen op de
tere kinderhuid. Deze cyclus is speciaal ontwikkeld om de
hoeveelheid bacteriën terug te dringen door een vergroot
waterverbruik en een optimale toepassing van hygiënische
wasversterkers.
Aan het einde van de wascyclus zal de trommel langzaam
ronddraaien. Om de cyclus te beëindigen druk u op de
START/PAUSE toets.
Zijde: gebruik het speciale programma “Zijde” om alle
zijden kledingstukken te wassen. We raden u aan een
speciaal wasmiddel voor fijne was te gebruiken.
Gordijnen: Gebruik het programma “Zijde” . Vouw de
gordijnen en doe ze in de bijgeleverde zak.
Wol: is het enige bedrijf dat een wasautomaat heeft
ontwikkeld die de prestigieuze Woolmark Platinum
Care (M.0508) onderscheiding heeft gekregen van The
Woolmark Company. Dit garandeert dat u alle wollen
kledingstukken in de automaat kunt wassen, ook wasgoed
met het etiket “alleen handwas” . Met het programma
“Wol” kunt u al uw wollen wasgoed in de automaat
wassen, met gegarandeerd het beste resultaat.
Dekbedden: voor het wassen van dekens of
kledingstukken die met dons zijn gevuld zoals eenpersoons
of tweepersoons dekbedden (niet meer dan 3,5 kg),
kussens of ski-jacks gebruikt u het speciale programma
“Dekbedden” . We raden u aan het donzen wasgoed
in de trommel te laden met de randen naar binnen toe
gevouwen (zie afbeeldingen) en ervoor te zorgen de ¾ van
het volume van de trommel niet te overschrijden. Voor het
beste resultaat raden wij aan vloeibaar wasmiddel in het
doseerbakje te gieten.
Dekens: om dekens met een synthetische bekleding
te wassen moet u de bijgeleverde zak gebruiken en het
programma “Dekbedden” instellen.
Handdoeken en beddengoed: u kunt al uw linnengoed
in een enkele cyclus wassen met het programma “Bed &
Bath” . Dit programma optimaliseert het gebruik van de
wasverzachter en bespaart tijd en energie. Het beste is om
tijdens dit programma waspoeder te gebruiken.
Moeilijke vlekken: het beste kunt u moeilijke vlekken
voorbehandelen met een stuk zeep voor u ze in de
wasautomaat doet en het programma Katoen met voorwas
gebruiken.
Balanceersysteem van de lading
Om overmatige trillingen te vermijden verdeelt de automaat
de lading voor het centrifugeren op een gelijkmatige
manier. Dit gebeurt door de trommel te laten draaien op
een snelheid die iets hoger ligt dan de wassnelheid. Als na
herhaaldelijke pogingen de lading nog steeds niet goed is
gebalanceerd, zal de wasautomaat de centrifuge op een
lagere snelheid uitvoeren dan die voorzien was. Als de
lading zeer uit balans is zal de wasautomaat een verdeling
uitvoeren in plaats van een centrifuge. Teneinde een betere
distributie van de waslading en een juiste balancering te
bereiken raden wij u aan kleine en grote kledingstukken te
mengen.
Wasmiddelen en wasgoed
69
NL
Handmatige opening van het deurtje
Mocht er in het huis geen stroom aanwezig zijn en u wilt
het deurtje openen om de was op te hangen, dan dient u
het volgende te doen:
1. haal de stekker uit het
stopcontact.
2. controleer dat het
waterniveau in de automaat
lager is dan het deurtje; als
dat niet het geval is kunt het
water weg laten vloeien door
middel van de afvoerbuis en
dit opvangen in een emmer,
zoals aangegeven in de
afbeelding.
3. verwijder het paneel aan de voorkant van de
wasautomaat (zie volgende pagina).
4. trek het lipje aangegeven
in de afbeelding naar voren
totdat het plastic bandje
loskomt; trek hem daarna
naar beneden totdat u klik
hoort, wat aangeeft dat de
deur is geopend.
5. open de deur; als dat niet
lukt moet u de handeling
herhalen.
6. monteer het paneel weer, met de haakjes goed
bevestigd in de juiste openingen, voordat u het paneel
tegen de machine aandrukt.
! Deze wasautomaat is ontworpen en uitgevoerd volgens
de internationale veiligheidsnormen. Deze aanwijzingen zijn
voor uw eigen veiligheid geschreven en moeten aandachtig
worden doorgenomen.
Algemene veiligheid
Dit apparaat is uitsluitend ontworpen voor huishoudelijk
niet-professioneel gebruik.
Het apparaat mag niet worden gebruikt door personen
(kinderen inbegrepen), met beperkte lichamelijke,
sensorische of mentale vermogens of met onvoldoende
ervaring en kennis, tenzij het gebruik plaatsvindt onder
het toezicht of volgens de instructies van een persoon
die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Kinderen
moeten in de gaten worden gehouden om te verzekeren
dat ze niet met het apparaat spelen.
Raak de machine niet aan als u blootsvoets bent of met
natte of vochtige handen of voeten.
Trek de stekker nooit uit het stopcontact door aan het
snoer te trekken, maar altijd door de stekker zelf beet te
pakken.
Raak het afvoerwater niet aan aangezien het zeer heet
kan zijn.
Forceer nooit de deur van de wasautomaat: het
veiligheidsmechanisme dat een ongewild openen van de
deur voorkomt, kan beschadigd worden.
Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne
mechanismen van de wasautomaat te repareren.
Zorg ervoor dat kleine kinderen niet te dicht bij de
machine komen als deze in werking is.
Als het apparaat verplaatst moet worden doe dit dan
met twee of drie personen tegelijk en heel voorzichtig.
Doe dit nooit alleen, want het apparaat is erg zwaar.
Voordat u het wasgoed in de automaat laadt, moet u
controleren of hij leeg is.
Afvalverwijdering
Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt
u aan de plaatselijke normen zodat het materiaal
hergebruikt kan worden.
De Europese richtlijn 2002/96/CE, betreffende
afgedankte elektrische en elektronische apparatuur,
voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met
het normale afval mag worden meegegeven. De
afgedankte apparatuur moet apart worden opgehaald
om het wedergebruik van materialen waarvan hij is
gemaakt te optimaliseren en om potentiële schade
aan de gezondheid en het milieu te voorkomen. Het
symbool van de afvalemmer met een kruis staat op elk
product, om aan te geven dat het apart moet worden
weggegooid.
Voor verdere informatie betreffende het correcte
verwijderen van huishoudelijke apparatuur kunnen
de gebruikers zich wenden tot de gemeentelijke
reinigingsdienst of de verkoper.
Voorzorgsmaatregelen en
advies
NL
70
Afsluiten van water en stroom
Sluit na iedere wasbeurt de kraan af. Hiermee beperkt
u slijtage van de waterinstallatie van de wasautomaat
alsmede lekkagegevaar.
Sluit altijd eerst de stroom af voordat u de
wasautomaat schoonmaakt en gedurende
onderhoudswerkzaamheden.
Reinigen van de wasautomaat
De buitenkant en de rubberen onderdelen kunnen met een
spons en een lauw sopje worden schoongemaakt. Gebruik
nooit schuurmiddelen of oplosmiddelen.
Reinigen van het wasmiddelbakje
Verwijder het laatje door op
het hendeltje (1) te drukken en
het naar voren te trekken (2)
(zie afbeelding).
Was het onder stromend
water. Dit moet u regelmatig
doen.
Verzorging van de trommel
Laat de deur van de wasautomaat altijd op een kier
staan om te voorkomen dat er nare luchtjes worden
gevormd.
Reinigen van de pomp
De wasautomaat is voorzien van een zelfreinigende pomp
die niet hoeft te worden onderhouden. Het kan echter
gebeuren dat kleine voorwerpen (muntjes, knopen) in
het voorvakje dat de pomp beschermt en zich aan de
onderkant ervan bevindt, terechtkomen.
! Verzeker u ervan dat de wascyclus beëindigd is en haal
de stekker uit het stopcontact.
1
2
Toegang tot het voorvakje:
1. verwijder het afdekpaneel aan de voorzijde van de
wasautomaat door er op het midden op te drukken. Duw
beide zijkanten naar beneden toe en verwijder het paneel
(zie afbeeldingen).
2. plaats een bakje om het
water op te vangen dat eruit
zal lopen (circa 1,5 l) (zie
afbeelding).
3. draai het deksel eraf, tegen
de klok in (zie afbeelding).
4. maak de binnenkant goed schoon;
5. schroef het deksel er weer op;
6. monteer het paneel weer, met de haakjes goed
bevestigd in de juiste openingen, voordat u het paneel
tegen de machine aandrukt.
Controle van de buis van de watertoevoer
Controleer minstens een keer per jaar de watertoevoerbuis.
Als er barstjes of scheuren in zitten moet hij vervangen
worden: gedurende het wassen kan de hoge waterdruk
onverwachts breuken veroorzaken.
1
2
Onderhoud en verzorging
71
NL
Storingen en oplossingen
Het kan gebeuren dat het apparaat niet werkt. Voor u contact opneemt met de Servicedienst (zie “Service”) moet u
controleren of het niet een storing betreft die u zelf makkelijk kunt verhelpen met behulp van de volgende lijst.
Storingen:
De wasautomaat gaat niet aan.
De wascyclus start niet.
De wasautomaat heeft geen
watertoevoer.
De deur van het apparaat is
geblokkeerd.
De wasautomaat blijft water aan-
en afvoeren.
De wasautomaat voert het water
niet af of centrifugeert niet.
De machine trilt erg tijdens het
centrifugeren.
De wasautomaat lekt.
De symbolen van “Fase in
voortgang” knipperen snel, tegelijk
met het controlelampje ON/OFF.
Er ontstaat teveel schuim.
De deur van het apparaat is
geblokkeerd.
Mogelijke oorzaken / Oplossing:
De stekker zit niet in het stopcontact of niet ver genoeg om contact te maken.
Het hele huis zit zonder stroom.
De deur is niet goed dicht.
De START/PAUSE toets is niet ingedrukt.
De waterkraan is niet open.
U heeft een uitgestelde start ingesteld.
De watertoevoerbuis is niet aangesloten op de kraan.
De toevoerslang is gebogen.
De waterkraan is niet open.
Het hele huis zit zonder water.
Er is onvoldoende druk.
De START/PAUSE toets is niet ingedrukt.
Als u de cyclus “Baby ” selecteert of de optie “Makkelijk Strijken ”, zal
de wasautomaat aan het einde van de cyclus de trommel langzaam laten
ronddraaien. Om de cyclus te beëindigen drukt u op de knop START/PAUSE of
op de knop “Makkelijk Strijken ”. Als u de cyclus “Zijde ” selecteert zal de
wasautomaat de cyclus beëindigen door de was in het water te laten weken.
Om het water af te voeren en de was uit de automaat te halen moet u op de
knop START/PAUSE drukken of op de knop “Makkelijk Strijken ”.
De afvoerbuis is niet op 65 tot 100 cm afstand van de grond af geïnstalleerd
(zie “Installatie”).
Het uiteinde van de afvoerbuis ligt onder water (zie “Installatie”).
Als u op een van de hoogste verdiepingen van een flatgebouw woont, kan zich
een hevelingsprobleem voordoen, waarbij de wasautomaat voortdurend water
aan- en afvoert. Om deze storing te verhelpen zijn er in de handel speciale
beluchters te koop.
De afvoer in de muur heeft geen ontluchting.
Het programma voorziet geen afvoer: bij enkele programma’s moet dit met de
hand worden gestart (zie Programma’s en opties”).
De optie Makkelijk Strijken” is actief: voor het beëindigen van het programma
drukt u op de toets START/PAUSE (zie “Programma’s en opties”).
De afvoerslang is gebogen (zie “Installatie”).
De afvoerleiding is verstopt.
De trommel is bij het installeren niet op de juiste wijze gedeblokkeerd (zie
“Installatie”).
De wasautomaat staat niet goed recht (zie “Installatie”).
De wasautomaat staat te krap tussen meubels en muur (zie “Installatie”).
De waslading is niet gebalanceerd (zie “Wasmiddelen en wasgoed”).
De slang van de watertoevoer is niet goed aangeschroefd (zie “Installatie”).
Het wasmiddelbakje is verstopt (voor reiniging zie “Onderhoud en verzorging”).
De afvoerslang is niet goed aangesloten (zie “Installatie”).
Doe de wasautomaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Wacht circa
1 minuut en doe hem daarna weer aan. Als de storing voortzet, dient u de
Servicedienst in te schakelen.
Het wasmiddel is niet bedoeld voor wasautomaten (er moet “voor
wasautomaat”, “handwas en machinewas”, of dergelijke op staan).
U heeft teveel wasmiddel gebruikt.
Voer een handmatige deblokkering uit (zie “Voorzorgsmaatregelen en advies”).
NL
72
Voordat u de Servicedienst inschakelt:
Controleer eerst of u het probleem zelf kunt oplossen (zie “Storingen en oplossingen”);
Start het programma opnieuw om te controleren of de storing is verholpen;
Als dit niet het geval is, kunt u contact opnemen met de erkende Servicedienst.
! In het geval de wasautomaat verkeerd is geïnstalleerd of u hem niet correct heeft gebruikt zal u gevraagd worden de
reparatiekosten te betalen.
! Wendt u nooit tot een niet erkende installateur.
Vermeld:
het type storing;
het model wasautomaat (Mod.);
het serienummer (S/N).
Deze laatste gegevens vindt u op het typeplaatje op het apparaat.
Service
195087551.00
09/2010 - Xerox Fabriano

Documenttranscriptie

Instructies voor installatie en gebruik WASAUTOMAAT Inhoud NL Installatie, 62-63 NL Nederlands Uitpakken en waterpas zetten Water en elektrische aansluitingen Technische gegevens Beschrijving van de wasautomaat, 64-65 Bedieningspaneel Het uitvoeren van een wascyclus, 66 Programma’s en opties, 67 Programmatabel Wasopties Wasmiddelen en wasgoed, 68 AQUALTIS AQ8L 292 U Wasmiddel Voorbereiden van het wasgoed Wastips Balanceersysteem van de lading Voorzorgsmaatregelen en advies, 69 Algemene veiligheid Afvalverwijdering Handmatige opening van het deurtje Onderhoud en verzorging, 70 Afsluiten van water en stroom Reinigen van de wasautomaat Reinigen van het wasmiddelbakje Verzorging van de trommel Reinigen van de pomp Controle van de buis van de watertoevoer Storingen en oplossingen, 71 Service, 72 61 Installatie NL ! Het is belangrijk dit boekje te bewaren, zodat u het op ieder gewenst moment kunt raadplegen. In het geval u de wasautomaat verkoopt of u verhuist, moet u de handleiding bij het apparaat bewaren. ! Lees de instructies aandachtig door: u vindt er belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik en veiligheid. ! In de envelop vindt u samen met deze gebruiksaanwijzing, de garantie en onderdelen die nodig zijn voor de installatie. ! Een correcte nivellering geeft de machine stabiliteit en vermijdt, vooral tijdens de centrifuge, vibraties en lawaai. ! In het geval de wasautomaat op vloerbedekking of tapijt staat regelt u de stelvoetjes zodanig dat onder de automaat genoeg ruimte is voor ventilatie. Uitpakken en waterpas zetten ! Voordat u watertoevoerbuis aansluit op het waternet moet u het water laten lopen totdat het helder is. Water en elektrische aansluitingen Aansluiting van de watertoevoerslang Uitpakken 1. Zodra u de wasautomaat uitgepakt heeft, dient u te controleren of hij niet beschadigd is tijdens het transport. Indien dit wel het geval is moet hij niet worden aangesloten en moet u contact opnemen met de handelaar. 2. Verwijder de 4 beschermschroeven voor het transport en de bijbehorende afstandsleider die zich aan de achterkant bevinden (zie afbeelding). 3. Sluit de gaten af met de in de envelop bijgeleverde plastic doppen. 4. Bewaar alle onderdelen; mocht de wasautomaat ooit nog worden vervoerd, dan moeten deze weer worden aangebracht om interne schade te voorkomen. !Het verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor kinderen. Waterpas zetten 1. Installeer de wasautomaat op een rechte en stevige vloer en laat hem niet tegen muren of meubels leunen. 2. Compenseer eventuele oneffenheden door de stelvoetjes vast of los te draaien totdat de automaat volledig horizontaal staat (hij mag niet meer dan 2 graden hellen). 62 1. Verbind de watertoevoerslang aan de wasautomaat door hem met de haakse aansluiting op de betreffende watertoevoer te schroeven, rechtsboven aan de achterkant (zie afbeelding). 2. Sluit de toevoerbuis aan op de koudwaterkraan met een mondstuk met schroefdraad van 3/4 gas (zie afbeelding). Voordat u de wasautomaat aansluit moet u het water laten lopen totdat het helder is. 3. Let erop dat er geen knellingen of kronkels in de buis zijn. ! De waterdruk van de kraan moet zich binnen de waarden van de tabel Technische Gegevens bevinden (zie bladzijde hiernaast). ! Als de toevoerbuis niet lang genoeg is moet u zich wenden tot een gespecialiseerde winkel of een bevoegde installateur. ! Gebruik nooit tweedehands of oude slangen, maar alleen die slagen die bij het apparaat worden geleverd. Aansluiting van de afvoerbuis 65 - 100 cm Verbind de afvoerbuis, zonder hem te buigen, aan een afvoerleiding of aan een afvoer in de muur die zich tussen de 65 en 100 cm van de grond af bevindt. ! Het snoer mag niet geknikt of samengedrukt worden. NL ! De voedingskabel en de stekker mogen alleen door een bevoegde installateur worden vervangen. Belangrijk! De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld wanneer deze normen niet worden nageleefd. Als alternatief kunt u de afvoerbuis aan de rand van een wasbak of badkuip hangen nadat u hem met de steun aan de kraan heeft bevestigd (zie afbeelding). Het uiteinde van de afvoerslang mag niet onder water hangen. ! Gebruik nooit verlengstukken voor de slang; indien dit niet te vermijden is moet het verlengstuk dezelfde doorsnede hebben als de oorspronkelijke slang en mag hij niet langer zijn dan 150 cm. Technische gegevens Model AQ8L 292 U Afmetingen breedte cm 59,5 hoogte cm 85 diepte cm 64,5 Vermogen van 1 tot 8 kg Elektrische aansluiting Voordat u de stekker in het stopcontact steekt moet u zich ervan verzekeren dat: • het stopcontact geaard is en voldoet aan de geldende normen; • het stopcontact het maximum vermogen van de wasautomaat kan verdragen, zoals aangegeven in de tabel Technische Gegevens (zie hiernaast); • de spanning zich bevindt tussen de waarden die zijn aangegeven in de tabel Technische Gegevens (zie hiernaast); • de contactdoos geschikt is voor de stekker van de automaat. Indien dit niet zo is moet of de stekker of het stopcontact vervangen worden. ! De machine mag alleen binnenshuis op een vorstvrije en droge plek worden geïnstalleerd om elektronische schade door bevriezing of condensatie te voorkomen. ! Als de wasautomaat is geïnstalleerd moet het stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn. Elektrische aansluitingen Aansluiting waterleiding Snelheid centrifuge Controle-programma’s volgens de norm EN 60456 zie het typeplaatje met de technische eigenschappen dat op het apparaat is bevestigd max. druk 1 MPa (10 bar) min. druk 0,05 MPa (0,5 bar) Inhoud trommel 62 liters tot 1200 toeren per minuu programma ; temperatuur 60°C; uitgevoerd met 8 kg lading Deze apparatuur voldoet aan de volgende CE voorschriften: - 2004/108/CE (Elektromagnetische compatiabiliteit) - 2002/96/CE - 2006/95/CE (Laagspanning) ! Gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers. 63 Beschrijving van de wasautomaat NL BEDIENINGSPANEEL DEUR WASAUTOMAAT HANDVAT DEUR WASAUTOMAAT VOETSTUK STELVOETJES DEUR Om de deur van de wasautomaat te openen dient u altijd het speciale handvat te gebruiken (zie afbeelding). WASMIDDELBAKJE Het wasmiddelbakje bevindt zich aan de binnenkant van de automaat en verschijnt als u de deur opent. Voor de dosering van wasmiddelen zie het hoofdstuk “Wasmiddelen en wasgoed”. N.B.: plak de sticker met de beschrijving van programma’s en opties op het wasmiddelbakje. De sticker bevindt zich in het zakje waar ook deze handleiding zat. 64 3 1 2 1. wasmiddelbakje voorwas: gebruik waspoeder. ! Voordat u het middel erin strooit moet u controleren of het aanvullende bakje 3 er niet in zit. 2. wasmiddelbakje hoofdwas: gebruik waspoeder of vloeibaar wasmiddel. In dit laatste geval raden wij u aan het wasmiddel direct voordat u de wasautomaat start erin te schenken. 3. extra bakje:Bleekmiddel ! Het gebruik van het extra bakje 3 sluit de voorwas uit. bakje wasverzachters: voor wasverzachter. We raden u aan om nooit het maximaal aangegeven niveau te overschrijden (aangegeven door rooster) en om geconcentreerde wasverzachters aan te lengen. Stand- by modus Deze wasautomaat beschikt, in overeenkomst met de nieuwe normen betreffende de energiebesparing, over een systeem wat het apparaat automatisch na 30 minuten uitschakelt (stand-by) indien men het niet gebruikt. Druk kort op de ON/OFF toets en wacht tot de wasautomaat weer aangaat. Bedieningspaneel Knop PROGRAMMA’S Knop met controlelampje ON/OFF Knop met controlelampje Knoppen met Controlelampjes OPTIES Knop TEMPERATUUR Knop CENTRIFUGEREN Knoppen met Controlelampje ECO Controlelampjes START/PAUSE Symbolen WASFASES OPTIES Knop UITGESTELDE START NL Knop met controlelampje TOETSBLOKKERING Controlelampje DEUR GEBLOKKEERD Knop met controlelampje ON/OFF: druk even op de knop om de wasautomaat aan of uit te zetten. Het groene controlelampje geeft aan dat de wasautomaat aanstaat. Om de wasautomaat tijdens de wascyclus uit te zetten moet u de knop iets langer, circa 3 seconden, ingedrukt houden. Als u de kort of per ongeluk indrukt zal de wasautomaat niet uitgaan. Als u de wasautomaat tijdens de wascyclus uitdoet wordt de cyclus automatisch geannuleerd. Knop met controlelampje START/PAUSE: als het groene controlelampje langzaam knippert, drukt u op de knop om de wascyclus te starten. Als de cyclus is gestart blijft het controlelampje vast aanstaan. Als u de wascyclus wilt pauzeren drukt u nogmaals op de knop. Het controlelampje wordt oranje en gaat knipperen. Als het controlelampje “Deur Geblokkeerd” uit is, kunt u het deurtje openen. Om het programma te hervatten drukt u opnieuw op de knop. Knop PROGRAMMA’S: kan beide richtingen op draaien. Voor de juiste programmakeuze kunt u de “Programmatabel” raadplegen. Gedurende het programma blijft de knop stilstaan. Controlelampje DEUR GEBLOKKEERD: geeft aan dat de deur geblokkeerd is. Om de deur te openen moet u de wascyclus pauzeren (zie “Het uitvoeren van een wascyclus”). Knop TEMPERATUUR: druk hierop om de temperatuur te wijzigen of uit te sluiten. De aangegeven waarde leest u af van bovenstaande controlelampjes (zie “Het uitvoeren van een wascyclus”). Knop met controlelampje TOETSBLOKKERING: om de blokkering van het bedieningspaneel in of uit te schakelen dient u de KNOP een aantal seconden (3-4) ingedrukt te houden. Het ontstoken controlelampje geeft aan dat het bedieningspaneel geblokkeerd is. Op deze manier kunt u voorkomen dat er ongewilde wijzigingen aan de programma’s worden aangebracht, bijvoorbeeld bij aanwezigheid van kinderen. Knop CENTRIFUGEREN: druk hierop om de centrifuge te wijzigen of uit te sluiten. De aangegeven waarde leest u af van bovenstaande controlelampjes (zie “Het uitvoeren van een wascyclus”). Knop UITGESTELDE START: druk hierop om een uitgestelde start van het gekozen programma in te stellen. De ingestelde vertraging leest u af van bovenstaande controlelampjes (zie “Het uitvoeren van een wascyclus”). Knoppen met Controlelampjes OPTIES: druk hierop om de beschikbare opties te selecteren. Het controlelampje dat overeenkomt met de geselecteerde optie blijft aan (zie “Het uitvoeren van een wascyclus”). Controlelampje ECO: het symbool gaat aan als, nadat u de wasparameters heeft gewijzigd, u een energiebesparing bereikt van minstens 10%. Bovendien zal, voor het apparaat in de “Stand by” modus treedt, het symbool enkele seconden lang aangaan. Als het apparaat uitstaat zal de geschatte energiebesparing circa 80% zijn. Symbolen WASFASES: gaan aan om weer te geven in welke fase van de cyclus de automaat zich bevindt (Wassen - Spoelen - Centrifugeren - Afpompen ). De tekst wordt verlicht als de wascyclus is beëindigd. 65 Het uitvoeren van een wascyclus NL N.B.: voordat u de wasautomaat gaat gebruiken moet u hem met wasmiddel maar zonder wasgoed een wascyclus laten uitvoeren. Kies het programma van 90° zonder voorwas. 1. DOE DE WASAUTOMAAT AAN. Druk op de toets . Alle controlelampjes gaan 1 seconde lang aan, waarna het controlelampje van de knop aanblijft. Het controlelampje START/PAUSE zal langzaam gaan knipperen. 2. LAAD HET WASGOED. Open de deur. Laad het wasgoed in en zorg ervoor nooit de laadhoeveelheid te overschrijden die wordt aangegeven in de programmatabel op de volgende bladzijde. 3. WASMIDDEL DOSEREN. Trek het bakje naar buiten en doe het wasmiddel in de speciale vakjes zoals aangegeven in “Beschrijving van de wasautomaat”. 4. SLUIT DE DEUR. 5. KIES HET PROGRAMMA. Draai de PROGRAMMAKNOP naar rechts of naar links totdat u het gewenste programma heeft geselecteerd. Er worden automatisch een temperatuur en een centrifugesnelheid geselecteerd die naderhand kunnen worden gewijzigd. 6. DE WASCYCLUS AANPASSEN. Dit kunt u doen met behulp van de knoppen op het bedieningspaneel: Wijzigen van de temperatuur en/of de centrifuge. Het apparaat toont automatisch de maximale temperatuur en centrifuge die voor het ingestelde programma gelden of de laatst geselecteerde waarden, mits deze compatibel zijn met het gekozen programma. Door op de knop te drukken kunt u de temperatuur langzaamaan verlagen, tot aan de koude wascyclus ( ). Door op de knop te drukken kunt u het toerental van de centrifuge langzaamaan verlagen, tot aan een complete uitsluiting van de centrifuge ( ). Als u nogmaals op de knoppen drukt zult u wederom op de maximale waarden terugkeren. ! Uitzondering: als u het programma Katoen selecteert kunt u de temperatuur tot op 90° instellen. Een uitgestelde start instellen. Om de uitgestelde start van het gekozen programma in te stellen drukt u een paar keer op de betreffende toets totdat het controlelampje met de gewenste vertraging aangaat. Als u zes keer achter elkaar op de knop drukt zal de functie worden uitgeschakeld. ! Op het moment dat u de knop START/PAUSE indrukt zal de waarde van de vertraging alleen kunnen worden verminderd. 66 De eigenschappen van de cyclus wijzigen. Druk op de knoppen OPTIES om de wascyclus naar wens aan te passen. • Druk op de knop om de optie te activeren. Het desbetreffende controlelampje gaat aan. • Druk nogmaals op de knop om de optie te deactiveren. Het desbetreffende controlelampje gaat uit. ! Als de gekozen optie niet geschikt is voor het ingestelde programma zal het betreffende controlelampje gaan knipperen, en zal de optie niet worden geactiveerd. ! Als de geselecteerde optie niet compatibel is met een optie die daarvòòr is ingesteld, zal het controlelampje van de eerst geselecteerde optie gaan knipperen en zal alleen de tweede optie worden geactiveerd. Het controlelampje van de betreffende knop zal aanblijven. 7. HET PROGRAMMA STARTEN. Druk op de toets START/PAUSE. Het betreffende controlelampje zal aanblijven en de deur zal worden geblokkeerd (het controlelampje DEUR GEBLOKKEERD blijft aanstaan). De symbolen die horen bij de verschillende wasfases worden tijdens de cyclus verlicht om aan te geven welke fase bezig is. Om een programma te wijzigen van een reeds gestarte wascyclus doet u de wasautomaat op pauze met behulp van de knop START/PAUSE. Selecteer daarna de gewenste cyclus en druk nogmaals op de knop START/PAUSE. Om de deur te openen tijdens de wascyclus drukt u op de knop START/PAUSE. Als het controlelampje DEUR GEBLOKKEERD uit gaat kunt u de deur openen. Om het programma te hervatten drukt u opnieuw op de knop START/PAUSE. 8. EINDE VAN HET PROGRAMMA. Wordt aangegeven door de tekst END. De deur kan gelijk worden geopend. Als het controlelampje START/PAUSE knippert druk u op de toets om de wascyclus te beëindigen. Open de deur, laad het wasgoed uit en schakel de wasautomaat uit. ! Als u een reeds gestarte cyclus wilt annuleren houdt u de knop ingedrukt totdat de cyclus wordt onderbroken en het apparaat uitgaat. Zak voor dekens, gordijnen en fijne was Dankzij de speciale bijgeleverde zak kunt u met de Aqualtis wasautomaat zelfs uw waardevolste en fijnste kledingstukken met de machine wassen en zeker zijn van een optimale bescherming. We raden u aan om de zak te gebruiken voor het wassen van dekens en donzen wasgoed met een synthetische bekleding. Programma’s en opties Programmatabel NL SymBeschrijving van het Programma bool Max. snel- Wasmiddel en wasversterkers Max. Max. Temp. heid (toeren Was- Wasverlading Bleek(°C) per minuut) middel zachter (kg) middel Programma’s Katoen Katoen met voorwas (Doe het wasmiddel in het speciale vakje). Katoen (1): zeer vuil wit en kleurecht bont wasgoed. Duurcyclus 90° 1200   - 8 185 60° (Max. 90°C) 1200    8 180 40° 40° 40° 40° 1200 1200 600 800            - 8 8 2 4 175 95 70 60 40° 60° 40° 60° 800 800 800 1200             4 4 4 8 120 80 75 95 30° 1000   - 3,5 95 30° 40° 0 600     - 2 2 55 55 30° 800   - 3,5 30 - 1200 1200 0 -  -  - 8 8 8 35 15 2 Katoen (2): zeer vuile witte en bonte fijne was. Bont Katoen (3) Shirts Jeans Speciale programma’s Baby: zeer vuile fijne bonte was. Kleurvast Synthetisch Fijn Synthetisch Bed & Bath: voor handdoeken en beddengoed. Dekbedden: voor kledingstukken/beddengoed gevuld met dons. Zijde: voor zijde, viscose, lingerie. Wol: voor wol, kasjmier, etc. Gemengd 30': voor het snel opfrissen van niet zo vuil wasgoed (niet geschikt voor wol, zijde en handwas). Extra programma’s Spoelen Centrifugeren Afpompen Voor alle Test Institutes: 1) Controleprogramma volgens de norm EN 60456: selecteer het programma met een temperatuur van 60°C. 2) Programma katoen lang: selecteer het programma met een temperatuur van 40°C. 3) Programma katoen kort: selecteer het programma met een temperatuur van 40°C. Wasopties Super Wash Deze optie garandeert een kwalitatief zeer hoog wasresultaat dankzij het gebruik van een grotere hoeveelheid water in de beginfase van de cyclus en een langere tijdsduur van het programma. Kan met of 3 zonder bleekmiddel gebruikt worden. Als u de was ook wilt bleken, het extra bijgeleverde bakje 3 in bakje 1 doen. Let bij 2 het gieten van het bleekwater dat u het niveau “max”, aangegeven op de centrale pin, niet overschrijdt (zie afb.). Als u alleen wilt bleken zonder een volledige was uit te voeren, giet u het bleekmiddel in het extra bakje 3, stelt u het programma “Spoelen” in, en activeert de optie “Super Wash” . ! Deze optie is niet beschikbaar tijdens de programma’s , , , , , , , . 1 Makkelijk Strijken Als u deze optie selecteert zullen het wassen en de centrifuge dusdanig worden aangepast dat er minder kreuken worden gevormd. Aan het einde van de wascyclus zal de wasautomaat de trommel langzaam laten ronddraaien. De controlelampjes “Makkelijk Strijken” en START/PAUSE gaan knipperen. Om de cyclus te beëindigen drukt u op de knop START/PAUSE of op de knop “Makkelijk Strijken”. Bij het programma “Zijde” beëindigt de wasautomaat de cyclus door het wasgoed in de week te laten staan. Het controlelampje “Makkelijk Strijken” gaat knipperen. Om het water af te voeren en de was uit de automaat te halen moet u op de knop START/PAUSE drukken of op de knop “Makkelijk Strijken”. ! Deze optie is niet beschikbaar tijdens de programma’s , , , , . Tijd Sparen Als u deze optie selecteert verkort u de duur van het programma met 30%-50% aan de hand van de gekozen cyclus en zorgt u als gevolg voor een aanzienlijke water- en energiebesparing. Gebruik deze cyclus voor niet zo vuil wasgoed. ! Deze optie is niet beschikbaar tijdens de programma’s , , , , , , , , . Extra Spoelen Door deze optie te selecteren verhoogt u het spoelresultaat en zorgt u ervoor dat elk spoor van wasmiddel verdwijnt. Deze optie is vooral nuttig bij personen wiens huid gevoelig is voor wasmiddelen. We raden deze optie aan wanneer een volle lading moet worden gewassen of wanneer zeer veel wasmiddel wordt gebruikt. ! Deze optie is niet beschikbaar tijdens de programma’s , , . 67 Wasmiddelen en wasgoed NL Wasmiddel De keuze en de hoeveelheid wasmiddel hangen af van het type stof (katoen, wol, zijde…), van de kleur van het wasgoed, de wastemperatuur, de vuilgraad en de hardheid van het water. Een juiste dosering van het wasmiddel voorkomt verspillingen en beschermt het milieu: ook al zijn wasmiddelen biologisch afbreekbaar, toch bevatten ze elementen die het evenwicht in de natuur verstoren. We raden u aan: • waspoeder te gebruiken voor de witte katoenen was en voor de voorwas. • vloeibaar wasmiddel te gebruiken voor fijne katoenen was en voor alle programma’s op lage temperatuur. • speciale vloeibare wasmiddelen te gebruiken voor wol en zijde. Het wasmiddel kan voor het starten van het programma in het speciale bakje worden gedaan, of in de wasbol die direct in de trommel wordt geplaatst. Als u een wasbol gebruikt kunt u het programma Katoen met voorwas niet gebruiken. ! Gebruik nooit wasmiddelen voor handwas aangezien die te veel schuim vormen. Gordijnen: Gebruik het programma “Zijde” . Vouw de gordijnen en doe ze in de bijgeleverde zak. Wol: is het enige bedrijf dat een wasautomaat heeft ontwikkeld die de prestigieuze Woolmark Platinum Care (M.0508) onderscheiding heeft gekregen van The Woolmark Company. Dit garandeert dat u alle wollen kledingstukken in de automaat kunt wassen, ook wasgoed met het etiket “alleen handwas” . Met het programma “Wol” kunt u al uw wollen wasgoed in de automaat wassen, met gegarandeerd het beste resultaat. Dekbedden: voor het wassen van dekens of kledingstukken die met dons zijn gevuld zoals eenpersoons of tweepersoons dekbedden (niet meer dan 3,5 kg), kussens of ski-jacks gebruikt u het speciale programma “Dekbedden” . We raden u aan het donzen wasgoed in de trommel te laden met de randen naar binnen toe gevouwen (zie afbeeldingen) en ervoor te zorgen de ¾ van het volume van de trommel niet te overschrijden. Voor het beste resultaat raden wij aan vloeibaar wasmiddel in het doseerbakje te gieten. Voorbereiden van het wasgoed • Open de kledingstukken voor u ze inlaadt. • Scheid het wasgoed volgens het type stof (symbool op het etiket van het kledingstuk) en de kleur. Let er goed op dat u de bonte was scheidt van de witte was; • Leeg de zakken en controleer de knopen; • Overschrijd nooit het gewicht dat wordt aangegeven in de “Programmatabel” wat geldt voor droog wasgoed. Hoeveel weegt wasgoed? 1 laken 1 kussensloop 1 tafellaken 1 badjas 1 handdoek 1 spijkerbroek 1 overhemd/blouse Wastips 400-500 gr. 150-200 gr. 400-500 gr. 900-1200 gr. 150-250 gr. 400-500 gr. 150-200 gr. Shirts: gebruik het speciale programma “Shirts” om met maximale zorg overhemden/blouses van verschillende soorten stof en kleur te wassen. Jeans: gebruik het speciale programma “Jeans” voor al uw spijkergoed. Draai de kledingstukken binnenstebuiten voor het wassen en gebruik een vloeibaar wasmiddel. Baby: gebruik het speciale programma “Baby” voor het wassen van typisch kindervuil en vervolgens al het wasmiddel te verwijderen om allergie te voorkomen op de tere kinderhuid. Deze cyclus is speciaal ontwikkeld om de hoeveelheid bacteriën terug te dringen door een vergroot waterverbruik en een optimale toepassing van hygiënische wasversterkers. Aan het einde van de wascyclus zal de trommel langzaam ronddraaien. Om de cyclus te beëindigen druk u op de START/PAUSE toets. Zijde: gebruik het speciale programma “Zijde” om alle zijden kledingstukken te wassen. We raden u aan een speciaal wasmiddel voor fijne was te gebruiken. 68 Dekens: om dekens met een synthetische bekleding te wassen moet u de bijgeleverde zak gebruiken en het programma “Dekbedden” instellen. Handdoeken en beddengoed: u kunt al uw linnengoed in een enkele cyclus wassen met het programma “Bed & Bath” . Dit programma optimaliseert het gebruik van de wasverzachter en bespaart tijd en energie. Het beste is om tijdens dit programma waspoeder te gebruiken. Moeilijke vlekken: het beste kunt u moeilijke vlekken voorbehandelen met een stuk zeep voor u ze in de wasautomaat doet en het programma Katoen met voorwas gebruiken. Balanceersysteem van de lading Om overmatige trillingen te vermijden verdeelt de automaat de lading voor het centrifugeren op een gelijkmatige manier. Dit gebeurt door de trommel te laten draaien op een snelheid die iets hoger ligt dan de wassnelheid. Als na herhaaldelijke pogingen de lading nog steeds niet goed is gebalanceerd, zal de wasautomaat de centrifuge op een lagere snelheid uitvoeren dan die voorzien was. Als de lading zeer uit balans is zal de wasautomaat een verdeling uitvoeren in plaats van een centrifuge. Teneinde een betere distributie van de waslading en een juiste balancering te bereiken raden wij u aan kleine en grote kledingstukken te mengen. Voorzorgsmaatregelen en advies ! Deze wasautomaat is ontworpen en uitgevoerd volgens de internationale veiligheidsnormen. Deze aanwijzingen zijn voor uw eigen veiligheid geschreven en moeten aandachtig worden doorgenomen. Algemene veiligheid • Dit apparaat is uitsluitend ontworpen voor huishoudelijk niet-professioneel gebruik. • Het apparaat mag niet worden gebruikt door personen (kinderen inbegrepen), met beperkte lichamelijke, sensorische of mentale vermogens of met onvoldoende ervaring en kennis, tenzij het gebruik plaatsvindt onder het toezicht of volgens de instructies van een persoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Kinderen moeten in de gaten worden gehouden om te verzekeren dat ze niet met het apparaat spelen. • Raak de machine niet aan als u blootsvoets bent of met natte of vochtige handen of voeten. • Trek de stekker nooit uit het stopcontact door aan het snoer te trekken, maar altijd door de stekker zelf beet te pakken. • Raak het afvoerwater niet aan aangezien het zeer heet kan zijn. • Forceer nooit de deur van de wasautomaat: het veiligheidsmechanisme dat een ongewild openen van de deur voorkomt, kan beschadigd worden. • Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne mechanismen van de wasautomaat te repareren. Handmatige opening van het deurtje NL Mocht er in het huis geen stroom aanwezig zijn en u wilt het deurtje openen om de was op te hangen, dan dient u het volgende te doen: 1. haal de stekker uit het stopcontact. 2. controleer dat het waterniveau in de automaat lager is dan het deurtje; als dat niet het geval is kunt het water weg laten vloeien door middel van de afvoerbuis en dit opvangen in een emmer, zoals aangegeven in de afbeelding. 3. verwijder het paneel aan de voorkant van de wasautomaat (zie volgende pagina). 4. trek het lipje aangegeven in de afbeelding naar voren totdat het plastic bandje loskomt; trek hem daarna naar beneden totdat u klik hoort, wat aangeeft dat de deur is geopend. • Zorg ervoor dat kleine kinderen niet te dicht bij de machine komen als deze in werking is. • Als het apparaat verplaatst moet worden doe dit dan met twee of drie personen tegelijk en heel voorzichtig. Doe dit nooit alleen, want het apparaat is erg zwaar. • Voordat u het wasgoed in de automaat laadt, moet u controleren of hij leeg is. 5. open de deur; als dat niet lukt moet u de handeling herhalen. Afvalverwijdering • Het verwijderen van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan de plaatselijke normen zodat het materiaal hergebruikt kan worden. • De Europese richtlijn 2002/96/CE, betreffende afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, voorziet dat huishoudelijke apparatuur niet met het normale afval mag worden meegegeven. De afgedankte apparatuur moet apart worden opgehaald om het wedergebruik van materialen waarvan hij is gemaakt te optimaliseren en om potentiële schade aan de gezondheid en het milieu te voorkomen. Het symbool van de afvalemmer met een kruis staat op elk product, om aan te geven dat het apart moet worden weggegooid. Voor verdere informatie betreffende het correcte verwijderen van huishoudelijke apparatuur kunnen de gebruikers zich wenden tot de gemeentelijke reinigingsdienst of de verkoper. 6. monteer het paneel weer, met de haakjes goed bevestigd in de juiste openingen, voordat u het paneel tegen de machine aandrukt. 69 Onderhoud en verzorging NL Afsluiten van water en stroom • Sluit na iedere wasbeurt de kraan af. Hiermee beperkt u slijtage van de waterinstallatie van de wasautomaat alsmede lekkagegevaar. • Sluit altijd eerst de stroom af voordat u de wasautomaat schoonmaakt en gedurende onderhoudswerkzaamheden. Toegang tot het voorvakje: 1 2 Reinigen van de wasautomaat De buitenkant en de rubberen onderdelen kunnen met een spons en een lauw sopje worden schoongemaakt. Gebruik nooit schuurmiddelen of oplosmiddelen. Reinigen van het wasmiddelbakje Verwijder het laatje door op het hendeltje (1) te drukken en het naar voren te trekken (2) (zie afbeelding). Was het onder stromend water. Dit moet u regelmatig doen. 1 1. verwijder het afdekpaneel aan de voorzijde van de wasautomaat door er op het midden op te drukken. Duw beide zijkanten naar beneden toe en verwijder het paneel (zie afbeeldingen). 2. plaats een bakje om het water op te vangen dat eruit zal lopen (circa 1,5 l) (zie afbeelding). 3. draai het deksel eraf, tegen de klok in (zie afbeelding). 2 Verzorging van de trommel • Laat de deur van de wasautomaat altijd op een kier staan om te voorkomen dat er nare luchtjes worden gevormd. Reinigen van de pomp De wasautomaat is voorzien van een zelfreinigende pomp die niet hoeft te worden onderhouden. Het kan echter gebeuren dat kleine voorwerpen (muntjes, knopen) in het voorvakje dat de pomp beschermt en zich aan de onderkant ervan bevindt, terechtkomen. ! Verzeker u ervan dat de wascyclus beëindigd is en haal de stekker uit het stopcontact. 70 4. maak de binnenkant goed schoon; 5. schroef het deksel er weer op; 6. monteer het paneel weer, met de haakjes goed bevestigd in de juiste openingen, voordat u het paneel tegen de machine aandrukt. Controle van de buis van de watertoevoer Controleer minstens een keer per jaar de watertoevoerbuis. Als er barstjes of scheuren in zitten moet hij vervangen worden: gedurende het wassen kan de hoge waterdruk onverwachts breuken veroorzaken. Storingen en oplossingen Het kan gebeuren dat het apparaat niet werkt. Voor u contact opneemt met de Servicedienst (zie “Service”) moet u controleren of het niet een storing betreft die u zelf makkelijk kunt verhelpen met behulp van de volgende lijst. NL Storingen: Mogelijke oorzaken / Oplossing: De wasautomaat gaat niet aan. • De stekker zit niet in het stopcontact of niet ver genoeg om contact te maken. • Het hele huis zit zonder stroom. De wascyclus start niet. • • • • De deur is niet goed dicht. De START/PAUSE toets is niet ingedrukt. De waterkraan is niet open. U heeft een uitgestelde start ingesteld. De wasautomaat heeft geen watertoevoer. • • • • • • De watertoevoerbuis is niet aangesloten op de kraan. De toevoerslang is gebogen. De waterkraan is niet open. Het hele huis zit zonder water. Er is onvoldoende druk. De START/PAUSE toets is niet ingedrukt. De deur van het apparaat is geblokkeerd. • Als u de cyclus “Baby ” selecteert of de optie “Makkelijk Strijken ”, zal de wasautomaat aan het einde van de cyclus de trommel langzaam laten ronddraaien. Om de cyclus te beëindigen drukt u op de knop START/PAUSE of op de knop “Makkelijk Strijken ”. Als u de cyclus “Zijde ” selecteert zal de wasautomaat de cyclus beëindigen door de was in het water te laten weken. Om het water af te voeren en de was uit de automaat te halen moet u op de knop START/PAUSE drukken of op de knop “Makkelijk Strijken ”. De wasautomaat blijft water aan- • De afvoerbuis is niet op 65 tot 100 cm afstand van de grond af geïnstalleerd en afvoeren. (zie “Installatie”). • Het uiteinde van de afvoerbuis ligt onder water (zie “Installatie”). • Als u op een van de hoogste verdiepingen van een flatgebouw woont, kan zich een hevelingsprobleem voordoen, waarbij de wasautomaat voortdurend water aan- en afvoert. Om deze storing te verhelpen zijn er in de handel speciale beluchters te koop. • De afvoer in de muur heeft geen ontluchting. De wasautomaat voert het water • Het programma voorziet geen afvoer: bij enkele programma’s moet dit met de niet af of centrifugeert niet. hand worden gestart (zie Programma’s en opties”). • De optie “Makkelijk Strijken” is actief: voor het beëindigen van het programma drukt u op de toets START/PAUSE (zie “Programma’s en opties”). • De afvoerslang is gebogen (zie “Installatie”). • De afvoerleiding is verstopt. De machine trilt erg tijdens het centrifugeren. • De trommel is bij het installeren niet op de juiste wijze gedeblokkeerd (zie “Installatie”). • De wasautomaat staat niet goed recht (zie “Installatie”). • De wasautomaat staat te krap tussen meubels en muur (zie “Installatie”). • De waslading is niet gebalanceerd (zie “Wasmiddelen en wasgoed”). De wasautomaat lekt. • De slang van de watertoevoer is niet goed aangeschroefd (zie “Installatie”). • Het wasmiddelbakje is verstopt (voor reiniging zie “Onderhoud en verzorging”). • De afvoerslang is niet goed aangesloten (zie “Installatie”). De symbolen van “Fase in voortgang” knipperen snel, tegelijk met het controlelampje ON/OFF. • Doe de wasautomaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Wacht circa 1 minuut en doe hem daarna weer aan. Als de storing voortzet, dient u de Servicedienst in te schakelen. Er ontstaat teveel schuim. • Het wasmiddel is niet bedoeld voor wasautomaten (er moet “voor wasautomaat”, “handwas en machinewas”, of dergelijke op staan). • U heeft teveel wasmiddel gebruikt. De deur van het apparaat is geblokkeerd. • Voer een handmatige deblokkering uit (zie “Voorzorgsmaatregelen en advies”). 71 Service 195087551.00 09/2010 - Xerox Fabriano NL Voordat u de Servicedienst inschakelt: • Controleer eerst of u het probleem zelf kunt oplossen (zie “Storingen en oplossingen”); • Start het programma opnieuw om te controleren of de storing is verholpen; • Als dit niet het geval is, kunt u contact opnemen met de erkende Servicedienst. ! In het geval de wasautomaat verkeerd is geïnstalleerd of u hem niet correct heeft gebruikt zal u gevraagd worden de reparatiekosten te betalen. ! Wendt u nooit tot een niet erkende installateur. Vermeld: • het type storing; • het model wasautomaat (Mod.); • het serienummer (S/N). Deze laatste gegevens vindt u op het typeplaatje op het apparaat. 72
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72

Indesit AQ8L 292 U de handleiding

Categorie
Wasmachines
Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor