IKEA HB F100 W Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

25
GEBRUIKSAANWIJZING
ALVORENS DE KOOKPLAAT TE GEBRUIKEN
CONFORMITEITSVERKLARING
VOORZORGSMAATREGELEN EN ALGEMENE
AANBEVELINGEN
HET GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT
KOOKTIPS
TIPS VOOR ENERGIEBESPARING
ONDERHOUD EN REINIGING
STORINGEN OPSPOREN
KLANTENSERVICE
ELEKTRISCHE AANSLUITING
26
ALVORENS DE KOOKPLAAT TE GEBRUIKEN
Vóór het gebruik moet het volgende worden
verwijderd:
- alle stickers op de kookplaat;
- beschermende kartonnen verpakking en
plastic beschermfolie;
- Controleer of de kookplaat beschadigd is
tijdens het transport. Bij twijfel kunt u contact
opnemen met de klantenservice.
Bewaar het verpakkingsmateriaal (plastic zakken,
polystyreen, enz.) buiten het bereik van
kinderen, want het vormt een mogelijke bron
van gevaar.
Het verpakkingsmateriaal is volledig recyclebaar,
en draagt het recyclingsymbool .
Dit apparaat is voorzien van het merkteken
volgens de Europese richtlijn
2002/96/EG inzake Afgedankte elektrische en
elektronische apparaten (AEEA).
Door ervoor te zorgen dat dit product correct
wordt afgedankt, helpt u mogelijke schadelijke
gevolgen voor het milieu en de gezondheid te
voorkomen, die veroorzaakt kunnen worden als
dit product op een verkeerde manier als afval
wordt verwerkt.
Het symbool op het product of op de
begeleidende documentatie bij het product geeft
aan dat dit apparaat niet als huishoudelijk afval
behandeld mag worden. Het moet daarentegen
ingeleverd worden bij het juiste verzamelpunt
voor de recycling van elektrische en
elektronische apparatuur.
Afdanken moet worden uitgevoerd in
overeenstemming met de plaatselijke
milieuvoorschriften voor afvalverwerking.
Voor meer informatie over behandeling,
terugwinning en recycling van dit product kunt u
contact opnemen met uw plaatselijke instantie,
het afvalverzamelpunt of de winkel waar u dit
product hebt gekocht.
Zorg ervoor dat de installatie en de elektrische
aansluitingen uitgevoerd worden door een
gekwalificeerd technicus, volgens de
aanwijzingen van de fabrikant en in
overeenstemming met de plaatselijke
veiligheidsvoorschriften.
LET OP:
Deze kookplaat voldoet aan alle
voorschriften betreffende de veiligheid en de
elektromagnetische compatibiliteit.
Desondanks moeten dragers van PACEMAKERS uit
de buurt van dit huishoudelijk apparaat blijven. We
kunnen niet garanderen dat alle apparaten
(pacemakers) op de markt conform de
voorschriften zijn volgens welke deze kookplaat is
getest en derhalve kunnen we niet verzekeren dat
schadelijke interferenties zonder meer voorkomen
worden.
CONFORMITEITSVERKLARING
CONFORMITEITSVERKLARING
Dit kookvlak is geschikt voor direct contact met
levensmiddelen en voldoet aan het (EG)
voorschrift nr. 1935/2004
Dit apparaat is uitsluitend bestemd voor het
bereiden van voedsel. Elk ander gebruik van de
apparatuur
(b.v. verwarmen van een ruimte) wordt
beschouwd als oneigenlijk en dus gevaarlijk
gebruik.
Deze kookplaat is ontworpen, gebouwd en
verhandeld in overeenstemming met:
- veiligheidsvoorschriften van de
“Laagspanningsrichtlijn”
2006/95/EG (die de richtlijn 73/23/EEG en latere
verordeningen vervangt).
- de beschermingsvoorschriften van de
“EMC”-richtlijn 89/336/EEG;
De vereisten van Richtlijn 93/68/EEG.
27
VOORZORGSMAATREGELEN EN ALGEMENE
AANBEVELINGEN
Let op:
Haal de stekker uit het stopcontact voordat u met
onderhoudswerkzaamheden begint.
De afstand tussen de onderkant van de kookplaat
van glaskeramiek en de kast of het afscheidende
paneel moet minstens 40 mm zijn.
Als het oppervlak van glazen keramiek mocht
breken of als er barsten in komen, gebruik de
kookplaat dan niet meer en neem onmiddellijk
contact op met de klantenservice.
Deze kookplaat is uitsluitend bestemd voor
gebruik als huishoudelijk apparaat, voor de
bereiding van voedsel. Ander gebruik is niet
toegestaan. De fabrikant aanvaardt geen
aansprakelijkheid voor oneigenlijk gebruik van
het apparaat of voor onjuist gebruik van de
bedieningsknoppen.
Stel de kookplaat niet bloot aan de
weersomstandigheden.
Eventuele reparaties en onderhoud aan het
apparaat mogen uitsluitend worden verricht
door gekwalificeerde vakmensen.
Vermijd tijdens het gebruik van de kookplaat
contact met vochtige lichaamsdelen en het lopen
op blote voeten.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door
personen (waaronder kinderen) met
verminderde lichamelijke, zintuiglijke of
geestelijke vermogens of gebrek aan ervaring en
kennis, tenzij ze onder toezicht hebben gestaan
of instructies met betrekking tot het gebruik van
het apparaat hebben ontvangen van een persoon
die verantwoordelijk is voor hun veiligheid.
Voorkom dat kinderen in aanraking komen met:
- de kookplaat in het algemeen, om ongelukken
te voorkomen.
- De ingeschakelde, of net uitgeschakelde
kookplaat bereikt zeer hoge temperaturen;
- verpakkingsmaterialen (plastic zakken,
polystyreen, metaal enz.);
- een oude kookplaat die moet worden
afgedankt.
Zorg ervoor dat de elektrische bedrading of
andere elektrische apparatuur in de buurt van de
kookplaat niet in contact komt met hete
onderdelen.
Laat de kookplaat nooit zonder toezicht wanneer
u grote hoeveelheden vet of olie gebruikt:
brandgevaar doordat olie of vet oververhit raken
en vlam vatten!
Gebruik de kookplaat niet als werkblad.
Laat de verwarmingsplaten/kookzones niet
werken wanneer er geen pan op staat.
Leg geen plastic, aluminiumfolie, doeken, papier
enz. op de verwarmingsplaten/kookzones terwijl
deze nog heet zijn.
De kookplaat heeft verwarmingsplaten/
kookzones van verschillende afmetingen.
Gebruik pannen met bodems waarvan de
diameter gelijk, of iets groter is dan die van de
verwarmingsplaten/kookzones.
Leg geen metalen voorwerpen zoals messen,
vorken, lepels of deksels op de plaat: ze kunnen
heet worden.
De glaskeramische kookplaat heeft een goede
mechanische weerstand en is bestand tegen
kleine ongelukken of foutief gebruik; gebruik de
kookplaat echter nooit als er een voorwerp op is
gevallen en het oppervlak beschadigd is. Haal in
dat geval de stekker uit het stopcontact en bel de
dichtstbijzijnde Klantenservice.
Tijdens het gebruik van de kookplaat kunnen de
oppervlakken van de kookzones heet worden
doordat de warmte van het gekookte voedsel
wordt overgedragen op de braadpan en verder op
het glas.
Voor het beste kookresultaat kunt u het best
metalen potten en pannen met een platte bodem
gebruiken en waarvan de bodemdoorsnede
overeenkomt met die van de kookzones zodat
de magnetische sensor ze kan herkennen.
Gebruik een magneet om te controleren of de
potten en pannen van ijzerhoudend metaal zijn
gemaakt. De doorsnede van de potten en pannen
moet overeenkomen met de doorsnede van de
inductiekookzone.
Gebruikt u potten en pannen met antikleeflaag (zoals
Teflon) zonder olie of vet, verwarm de kookplaat
dan voor op
7
of
8
.
Warm nooit ingeblikte etenswaren op
zonder eerst het blik te hebben geopend:
het kan ontploffen! Deze waarschuwing
geldt ook voor alle andere typen
kookplaten.
Gebruik geen aluminiumfolie bij het koken en
plaats geen in aluminium verpakte etenswaren op
de glaskeramische inductiekookplaat. Leg nooit
metalen gebruiksvoorwerpen op de kookplaat.
Opmerking
: de kookzones zullen niet werken als
de potten en pannen niet de vereiste afmetingen
hebben of niet magnetisch herkend kunnen
worden. Als u een pot of pan van de
verwarmingsplaat haalt, zal de plaat uitgaan.
De verwarmingsplaat blijft uitgeschakeld tot er
een andere pot of pan op wordt geplaatst.
VOOR DE BESTE RESULTATEN:
Zorg ervoor dat de pan in het midden van een
van de kookzones staat die op de glaskeramische
inductiekookplaat staan omlijnd.
28
HET GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT
Gebruiksaanwijzingen
1.
Zet de pan op de verwarmingsplaat.
Plaats de pan op het midden van de keramische
plaat.
Zorg ervoor dat de ventilatie en de luchtinlaat
niet geblokkeerd worden en dat er zich geen
metalen voorwerpen rond de verwarmingsplaat
bevinden.
2.
Steek de stekker in het stopcontact
Na het inschakelen van de stroom klinkt de
zoemer.
3.
Schakel in
Wanneer u op de “on/off” knop drukt, zal de
zoemer klinken. Het “ indicatielampje gaat
branden, de LED toont “--”, ten teken dat de
verwarmingsplaat in de stand-by modus is.
Als u binnen 2 minuten geen enkele toets indrukt,
zal de inductieverwarmingsplaat automatisch
uitschakelen.
4.
Verwarming
Nadat het apparaat is aangesloten op de
elektriciteit, drukt u op “ ” knop, en
vervolgens op de “ ” knop. De zoemer klinkt,
het “ ” en het “ ” indicatielampje gaan
branden. Het standaard vermogensniveau is
niveau 4, u kunt het max. niveau instellen door de
” toets vast te houden.
U kunt instellingen verrichten door op de “
of “ ” toets te drukken.
5.
Kinderslot
Wanneer de verwarmingsplaat in werking is,
kunt u gebruik ervan door kinderen voorkomen
door het kinderslot te activeren met behulp van
de betreffende knop, tegelijkertijd zal ook de
zoemer klinken. In de kinderslotmodus kunnen
de knop “Kinderslot” en de knop “ ” worden
gebruikt, de overige knoppen zullen niet werken.
U kunt het kinderslot deactiveren door de knop van
het kinderslot opnieuw in te drukken. De zoemer
zal klinken.
6.
Timer
Tijdens de werking zal, na indrukken van de “
toets, de zoemer klinken, het alfanumerieke
display knippert en geeft een “0” weer, ten teken
dat de timerinstelling van de verwarmingsplaat
geactiveerd is. Elke keer dat u op de “ ” of
toets drukt, neemt de tijd met 1 minuut toe of af.
Wanneer de toets ingedrukt wordt gehouden, zal
de tijd snel toe- of afnemen, in stappen van 10
minuten. Wanneer de timer op het max. staat, en
u op de “ ” toets drukt, springt de tijd terug naar
het min. Met de timer op min. zal door indrukken
van de “ toets de tijd terugspringen naar max.
Na het instellen van de gewenste tijd, stabiliseert
de tijd nadat het alfanumerieke display 5
seconden heeft geknipperd, ter bevestiging van
de ingestelde periode. Als de tijd 0 is, zal de timer
niet werken.
In de tijdinstelmodus zal nogmaals indrukken van
de timerknop de ingestelde tijd bevestigen.
Als u in de tijdinstelmodus de timertoets
ingedrukt houdt, zal de timer gewist worden, de
LED toont “--”.
Wanneer de ingestelde werktijd bereikt is, zal de
verwarmingsplaat automatisch uitschakelen.
Als de timerfunctie niet geselecteerd is, zal de
verwarmingsplaat automatisch uitschakelen
wanneer de standaard uitschakeltijd voor elk niveau
wordt bereikt. De standaard uitschakeltijden voor
de verschillende niveaus zijn als volgt:
7.
Uitschakeling
Na gebruikt drukt u op de “ ” knop, de
inductieverwarmingsplaat stopt met verwarmen.
De ventilator blijft nog even werken, om de
inductieverwarmingsplaat af te koelen.
8.
Restwarmte-indicator
Als de pan werd verwijderd of de kookplaat werd
uitgeschakeld, en de plaat nog wel heet is. De
indicator geeft een “H” weer, zolang dit wordt
weergegeven dient u de verwarmingsplaat nog niet
aan te raken.
E
D
C
1.
Kookzone met inductiewarmte Ø180
2.
Bedieningsdisplay
1
2
A
B
C
F
A Kinderslot D Hogere vermogensstand
B Knop voor activering kookzone E Timer
C Verlaging van de hitte-instelling F AAN/UIT
29
KOOKTIPS
TIPS VOOR ENERGIEBESPARING
Vermogensniveau (1-8) Tabel voor het gebruik van de kookzones
1-2
Smelten van boter, chocolade, enz.
2
Voedsel warmhouden en kleine hoeveelheden vloeistoffen opwarmen
3-4
Verwarmen van grotere hoeveelheden, en voor het maken van vla en sauzen
4-5
Zachtjes laten sudderen van, bijvoorbeeld: gekookte groente, spaghetti, soepen,
stoven van braadstukken, stoofpotten
5
Voor alle soorten gebakken voedsel, karbonades, biefstuk, koken zonder deksel,
bijvoorbeeld: risotto
6-7
Bruinen van vlees, gebakken aardappelen, gebakken vis en voor het koken van grote
hoeveelheden water
8
Snel opbakken, biefstuk op bakplaat, enz.
Gebruik pannen met bodems waarvan de diameter gelijk, of iets
groter is dan die van de kookzone.
Gebruik alleen magnetische potten en pannen met een
platte bodem.
De inductiekookplaten werken alleen met pannen van
magnetisch materiaal. Deze pannen kunnen geëmailleerd, van
gietijzer of van speciaal staal zijn: de producenten geven met de
vermelding “INDUCTION” op de onderkant van de producten
de compatibiliteit met inductieplaten aan.
Deze platen werken NIET met normale roestvrij stalen, glazen,
keramische, koperen of aluminium pannen.
Gebruik een magneet om te controleren of de potten en pannen
van ijzerhoudend (magnetisch) materiaal zijn gemaakt.
Pannen voor inductie met een diameter van minstens de omvang
van de opgedrukte omlijning garanderen een optimale werking
van de kookplaat.
Zorg ervoor dat de pan in het midden van een van de kookzones
staat die op de glaskeramische inductiekookplaat staan omlijnd.
Houd tijdens het koken zo veel mogelijk de deksel op de pan.
Kook groenten, aardappelen enz. met weinig water om de
bereidingstijd zo kort mogelijk te houden.
Met een snelkookpan kunt u nog meer tijd en energie besparen.
Veiligheid
1.
Na gebruik, wanneer één verwarmingsplaat of de volledige
kookplaat is uitgeschakeld, blijft een restwarmte-indicatielampje
een
H
(heet) aangeven, om te signaleren dat de betreffende
kookzone nog steeds gevaarlijk heet is. De letter
H
blijft
oplichten tot de kookzone genoeg is afgekoeld (rond de 60° C).
2.
Als één van de kookzones per ongeluk gedurende een lange
periode niet werd uitgeschakeld, dan wordt deze automatisch
uitgeschakeld. De kookplaat kan indien nodig echter onmiddellijk
weer ingeschakeld worden met de knoppen.
3.
Om schade te voorkomen is de kookplaat voorzien van een sensor
die ervoor zorgt dat de temperatuur van de elektronische
stroomkringen permanent onder controle blijft. Bij oververhitting
wordt de plaat automatisch uitgeschakeld tot er een veilige
temperatuur is bereikt.
4.
Om te voorkomen dat kinderen en anderen het apparaat
onjuist gebruiken en dat u per ongeluk de kookplaat aanzet
tijdens het schoonmaken, is de plaat uitgerust met een
veiligheidsslot, de “sleutel”knop. Als u deze knop indrukt,
vergrendelt u de plaat en licht het rode verklikkerlampje op.
5.
Laat tijdens het gebruik de kookplaat niet rusten op textiel of
materialen (tafelkleden, servetten, doeken, etc.) die de
luchtcirculatie kunnen belemmeren waardoor de kookplaat
oververhit kan raken. Wanneer deze oververhit raakt, zal op het
display E3 of E6 verschijnen: schakel de kookplaat uit en wacht
tot het is afgekoeld (zie hoofdstuk “Troubleshooting Guide“).
Volg de aanwijzigen in het volgende schema met betrekking tot het
gebruik van de kookplaat in de buurt van wanden of meubels:
NEE!
Min. 5 cm
Min. 5 cm
30
TIPS VOOR ENERGIEBESPARING
ONDERHOUD EN REINIGING
STORINGEN OPSPOREN
De glaskeramische kookplaat werkt niet:
Heeft u de bedieningsknoppen ingedrukt zoals
aangegeven in de aanwijzingen van het hoofdstuk
“gebruik van de kookplaat”?
Is de stroom misschien uitgevallen?
Heeft u de kookplaat zorgvuldig drooggemaakt na
het schoonmaken?
1.
Als tijdens het gebruik één van de volgende
codes wordt weergegeven:
E3 - E6
wacht een aantal minuten tot de temperatuur
van de kookplaat gezakt is. De kookplaat zal nu
weer normaal werken.
2.
Als tijdens het gebruik één van de volgende
codes wordt weergegeven:
E7 - E8
wacht een aantal seconden, vervolgens zal de
inductieverwarmingsplaat weer normaal werken.
3.
Als één van onderstaande codes verschijnt als u
een knop van de kookplaat indrukt:
E1 - E2 - E4 - E5 - Eb - EC
neem dan contact op met de Klantenservice en
geef hen de code door.
Belangrijk
!
Als het niet mogelijk is de glaskeramische kookplaat
uit te schakelen na gebruik, haal dan onmiddellijk de
stekker uit het stopcontact.
Let op!
Is het oppervlak gebarsten, zet het apparaat dan uit om
het risico op elektrische schokken te voorkomen. Bel de
Klantenservice.
Als de timerfunctie niet gebruikt wordt, zal de kookzone
automatisch uitschakelen na een vaste tijd, die afhankelijk is van
het geselecteerde vermogensniveau (zie tabel).
Belangrijk:
Gebruik nooit een hogedrukspuit of een
stoomreiniger.
Maak de kookplaat na elk gebruik schoon wanneer hij is
afgekoeld. Dit voorkomt het aankoeken van vuil en maakt het
reinigen eenvoudiger.
Gebruik een schone doek, absorberend keukenpapier en
afwasmiddel of een speciaal reinigingsmiddel voor glaskeramiek.
Verwijder aangekoekt vuil met de schraper (indien
bijgeleverd) en specifieke reinigingsmiddelen.
Voedselresten moeten worden verwijderd voordat ze kunnen
inbakken op het oppervlak van glazen keramiek.
Gebruik geen schurende producten, corrosieve
reinigingsproducten op basis van chloride, ovensprays of
schuursponzen.
De kookplaat moet regelmatig behandeld worden met een in de
handel verkrijgbaar beschermend reinigingsmiddel, volgens de
aanwijzingen van de fabrikant.
Belangrijk
Controleer regelmatig of er geen stof zit onder het apparaat,
naast de koelverluchtingsinlaat of -uitlaatopeningen. Stof kan het
ventilatie- en koelsysteem van de elektronische module
belemmeren en de efficiëntie van de kookplaat doen afnemen.
Niveau
12345678
Tijd (uur)
66443322
31
KLANTENSERVICE
Voordat u contact opneemt met de
Klantenservice:
Kijk of u het probleem zelf kunt oplossen met
behulp van de tips in het gedeelte “Storingen
opsporen”.
Als dit niet helpt, kunt u contact opnemen
met de dichtstbijzijnde klantenservice.
Vermeld altijd:
een korte beschrijving van de storing;
het type en het exacte model van de kookplaat;
het servicenummer (dat is het nummer na het
woord Service op het typeplaatje, aan de
onderzijde van de kookplaat).
Het servicenummer is ook vermeld in het
garantieboekje;
uw volledige adres;
uw telefoonnummer.
Wanneer er een reparatie nodig is, neem dan
contact op met een
officieel klantenservicepunt
(om te garanderen dat er originele
reserveonderdelen worden gebruikt en de
reparatie correct wordt uitgevoerd).
Het niet naleven van deze instructies kan
nadelige gevolgen hebben voor de veiligheid
en de kwaliteit van het product.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
Alvorens de kookplaat aan te sluiten op het elektriciteitsnet:
Het apparaat moet geïnstalleerd worden door een
gekwalificeerd technicus die volledig op de hoogte is van de
geldende veiligheids- en installatievoorschriften en deze strikt
opvolgt.
Controleer of de spanning op het typeplaatje overeenkomt met de
netspanning in uw woning.
De fabrikant wijst alle verantwoordelijkheid af voor letsel aan
personen of dieren of schade aan voorwerpen die het gevolg is
van het niet naleven van de bovengenoemde voorschriften.
Gebruik voor de elektrische aansluiting een kabel van het type
H05VV-F of H05V2V2-F zoals aangegeven is in onderstaande
tabel:
Gebruik een meerpolige tussenschakelaar met een afstand
van min. 3 mm tussen de contacten om de kookplaat op
het elektriciteitsnet aan te sluiten.
Let op
: het netsnoer moet lang genoeg zijn om de kookplaat te
kunnen verwijderen uit het werkblad, en moet zodanig geplaatst
worden dat schade of oververhitting ten gevolge van contact
met de plaat vermeden wordt.
Het netsnoer mag niet worden verbogen of afgeklemd.
De installateur dient zich ervan te verzekeren dat de elektrische
aansluiting correct is uitgevoerd en voldoet aan de
veiligheidsvoorschriften.
Het netsnoer moet regelmatig gecontroleerd worden. Als het
beschadigd is of vervangen moet worden, dient dit te worden
overgelaten aan een technicus van de klantenservice, met
speciale gereedschappen.
Na de eerste elektrische aansluiting en telkens wanneer de
kookplaat AAN/UIT wordt gezet, klinkt de zoemer en verschijnt
gedurende een aantal seconden het symbool “- -”.
Netspanning Voedingskabels
(aantal en afmeting)
230 V
2 X 1,0 mm
2
min.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7

IKEA HB F100 W Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor