MARYNEN CM 3350 DB Handleiding

Categorie
Accessoires voor het maken van koffie
Type
Handleiding
H/Ma/7. (05.)
200370383
KOELKAST
CM 3350 DB
Gebruiksaanwijzing
2
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door voordat u het apparaat installeert en in gebruik
neemt. U vindt hierin aanwijzingen m.b.t. de veiligheid, praktische informatie, informatie m.b.t. het
milieu en tips. Als u het apparaat volgens de aanwijzingen gebruikt, zal het naar volle tevredenheid
werken.
M.b.v. onderstaande symbolen kunt u informatie makkelijk vinden:
Aanwijzingen m.b.t. de veilligheid
Aanwijzingen die belangrijk zijn voor uw veiligheid of voor het functioneren van het apparaat.
Praktische informatie
Informatie m.b.t. het milieu
Tips
Tips m.b.t. levensmiddelen en het bewaren daarvan.
Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudaf-
val mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elek-
trische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de
correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijk voor mens en milieu negatieve gevol-
gen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Voor meer
details in verband met het recyclen van dit product, neemt u het best contact op met de
gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudaf-
val of de winkel waar u het product hebt gekocht.
From the Electrolux Group. The world’s No.1 choice.
De Electrolux Groep is de grootste producent ter wereld van aangedreven apparaten voor gebruik in de keuken, reinigingswerkzaamheden en voor
gebruik buitenshuis. In meer dan 150 landen over de hele wereld worden ieder jaar meer dan 55 miljoen Electrolux producten (zoals koelkasten, for-
nuizen, wasautomaten, stofzuigers, kettingzagen en grasmaaiers) verkocht ter waarde van circa USD 14 miljard.
3
Inhoudsopga
Inhoudsopga
v
v
e
e
Belangrijke aanwijzingen m.b.t. de veiligheid ............................................................................4
Algemene aanwijzingen m.b.t. de veiligheid ...............................................................................4
Veiligheid van kinderen ...........................................................................................................4
Vóór het in gebruik nemen ......................................................................................................4
Veiligheidsmaatregelen voor isobutaan ......................................................................................4
Aanwijzingen voor de gebruiker................................................................................................5
Algemene informatie...............................................................................................................5
Beschrijving en hoofdonderdelen van het apparaat......................................................................5
Bedienen van het apparaat......................................................................................................6
In gebruik nemen ..............................................................................................................6
Temperatuur instellen .........................................................................................................6
Gebruik van het koelapparaat ..............................................................................................6
Bewaren in de koelruimte ...................................................................................................6
Bewaartijden en temperaturen .............................................................................................7
Gebruik van de vriezer ............................................................................................................7
Inverzen...........................................................................................................................7
Bewaren in de vrieskast......................................................................................................8
IJsblokjes maken...............................................................................................................8
Praktische informatie ..............................................................................................................8
Tips .....................................................................................................................................8
Energie besparen ..............................................................................................................8
Het apparaat en het milieu ..................................................................................................8
Onderhoud ...........................................................................................................................8
Ontdooiing .......................................................................................................................8
Reiniging en onderhoud....................................................................................................10
Als de koelkast niet in gebruik is ........................................................................................10
Problemen oplossen.............................................................................................................10
Verwisselen van de gloeilamp ............................................................................................10
Als iets niet werkt .................................................................................................................11
Aanwijzingen voor de installateur............................................................................................12
Technische gegevens ...........................................................................................................12
Installeren van het apparaat ...................................................................................................12
Vervoer, uitpakken ...........................................................................................................12
Reiniging ........................................................................................................................12
Plaatsing ........................................................................................................................13
Draairichting deur veranderen ............................................................................................14
Elektrische aansluiting ......................................................................................................15
Bewaartijdentabel (1) ............................................................................................................15
Bewaartijdentabel (2) ............................................................................................................16
Garantie en service ................................................................................................................16
Garantiebepalingen en Service ..............................................................................................16
Algemene Garantiebepalingen ...........................................................................................16
Garantie-uitbreidingen ......................................................................................................17
Garantie-uitsluitingen ........................................................................................................17
Belangrijk advies..............................................................................................................17
Garantievoorwaarden.............................................................................................................18
4
Belangri
Belangri
jk
jk
e aanwi
e aanwi
jzingen m.b.t. de v
jzingen m.b.t. de v
eiligheid
eiligheid
Algemene aanwijzingen
m.b.t. de veiligheid
Bewaar deze gebruiksaanwijzing goed en geef
hem door aan een evt. volgende eigenaar van het
apparaat.
Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik in het
huishouden, voor het bewaren van levensmiddelen
en dient volgens de voorschriften te worden
gebruikt.
Reparaties aan dit apparaat, ook vervangen
van het aansluitsnoer, mogen alleen door
Service worden uitgevoerd. Daarbij mogen
alleen originele Service-onderdelen gebruikt wor-
den. Onvakkundige reparaties kunnen tot aanzien-
lijke risico's voor de gebruiker leiden!
Het apparaat is alleen spanningloos als de stekker
uit het stopcontact is getrokken. Voordat u het
apparaat gaat reinigen, dient u het altijd span-
ningloos te maken. Trek de stekker nooit aan het
snoer, maar aan de stekker zelf uit het stopcontact.
Als het stopcontact moeilijk bereikbaar is, schakel
dan de zekering in de huisinstallatie uit.
Het aansluitsnoer mag niet verlengd worden.
Zorg ervoor dat de stekker niet wordt platge-
drukt of beschadigd door de achterkant van
het koel/vriesapparaat.
- Een beschadigde stekker kan oververhit raken en
brand veroorzaken.
Plaats geen zware voorwerpen of het
koel/vriesapparaat zelf op het aansluitsnoer.
- Daardoor bestaat kans op kortsluiting en brand.
Trek de stekker niet uit het stopcontact door
aan het snoer te trekken, vooral niet als het
koel/vriesapparaat uit de nis wordt getrokken.
- Schade aan het snoer kan kortsluiting, brand
en/of een elektrische schok veroorzaken.
- Als het aansluitsnoer beschadigd is, moet het wor-
den vervangen door onze service-afdeling of door
een erkend installateur.
Als het stopcontact los zit, steek de stekker er
dan niet in.
- Daardoor bestaat kans op een elektrische schok
of brand.
Gebruik het apparaat niet zonder de afdekking van
de binnenverlichting.
Gebruik bij het schoonmaken, het ontdooien of het
uitnemen van diepvriesproducten of het ijsblokjes-
bakje geen scherpe of puntige voorwerpen. Die
kunnen het apparaat beschadigen.
Zorg ervoor dat er geen vloeistoffen bij de temper-
atuurregelaar en de verlichting komen.
Consumptie-ijs en ijsblokjes niet direct uit de vries-
ruimte in de mond stoppen. IJs kan aan lippen of
tong vastvriezen en verwondingen veroorzaken.
Eenmaal ontdooide levensmiddelen mogen niet
opnieuw ingevroren worden, maar moeten zo snel
mogelijk geconsumeerd worden.
Kant-en-klare diepvriesproducten volgens de aan-
wijzingen van de fabrikant van deze producten
bewaren.
Probeer niet het ontdooiproces te versnellen m.b.v.
elektrische verwarmingstoestellen of chemische
stoffen.
Veiligheid van kinderen
Houd de verpakking uit de buurt van kinderen.
Kunststof folie kan verstikkingsgevaar oplev-
eren.
Het apparaat is bedoeld voor gebruik door vol-
wassenen. Laat kinderen niet met het apparaat
of de bedieningselementen spelen.
Als u het apparaat afdankt, trek dan de stekker
uit het stopcontact, snijd het aansluitsnoer af (zo
dicht mogelijk bij het apparaat) en haal de deur
eruit. U verhindert daardoor, dat spelende
kinderen een elektrische schok krijgen of elkaar
of zichzelf in het apparaat opsluiten.
Vóór het in gebruik nemen
Zet het apparaat tegen de muur om te
voorkomen dat u zich verbrandt aan warmte
afgevende onderdelen (compressor, conden-
sor).
Trek altijd eerst de stekker uit het stopcontact
voordat u het apparaat gaat verplaatsen.
Let erop dat het apparaat niet op het aansluits-
noer staat.
Rond het apparaat moet voldoende luchtcircu-
latie zijn. Gebrek aan luchtcirculatie kan tot
oververhitting leiden. Volg daarom de aanwijzin-
gen m.b.t. de installatie.
Als u zich niet aan deze aanwijzingen
houdt, kan de fabrikant niet aansprakelijk
worden gesteld voor eventuele schade.
Veiligheidsmaatregelen
voor isobutaan
Waarschuwing
Het koelmiddel van het apparaat is isobutaan
(R 600a) dat in hoge mate brandbaar en
explosief is.
Houd ventilatie-openingen in het apparaat of in
het inbouwmeubel vrij.
Gebruik geen mechanische apparaten of andere
middelen om het ontdooiproces te bespoedi-
gen, die niet door de fabrikant worden aanger-
aden.
Beschadig het koelcircuit niet.
Gebruik geen elektrische apparaten binnenin
het apparaat, tenzij ze door de fabrikant worden
geadviseerd.
Laat kunststof onderdelen niet met hete voorw-
erpen in aanraking komen.
Geen bussen of flessen met brandbaar gas of
vloeistof in het apparaat bewaren.
Explosiegevaar!
Geen koolzuurhoudende dranken, flessen en
blikjes in de diepvriesruimte bewaren.
Het dooiwaterafvoergootje regelmatig control-
eren en schoonmaken. Bij verstopping kan het
verzamelde dooiwater storingen veroorzaken.
5
Aanwi
Aanwi
jzingen v
jzingen v
oor de gebr
oor de gebr
uik
uik
er
er
Beschrijving en hoofdonderdelen van het apparat
Algemene informatie
Dit apparaat is een huishoud-koel/vriescombinatie
met één compressor. De vriesruimte onderin heeft
een eigen deur en is geheel afgesloten van de koel-
ruimte.
Het is geschikt voor het koelen van levensmiddelen,
het bewaren van diepvriesproducten, het invriezen van
levensmiddelen en het maken van ijsblokjes.
Het apparaat is geschikt voor gebruik in een
bepaalde klimaatklasse (bepaalde omgevingstem-
peraturen).
De klimaatklasse vindt u op het typeplaatje.
13. In hoogte verstelbare pootjes
14. Afdekklep van het botervakje
15. Eierenrekje
16. Deurvak
17. Isolatiestrip deur
18. Flessenvak
19. Deurgrepen
20. IJsblokjesbakje
21. Kondensator
22. Afvoer dooiwater
23. Afstandhouder
24. Verdampingsschaal
25. Kompressor
26. Wieltjes
A - Koelkast
B - Vrieskast
1. Bovenkant
2. Verlichtingseenheid
3. Glasplaten
4. Vak met flessenrekje
5. Koelwand
6. Lekbak voor dooiwater
7. Glasplaat
8. Groentebakken
9. Typeplaatje
10. Invriesvak met mand
11. Bewaarvak(ken) met mand
12. Afvoergoot dooiwater
6
Bedienen van het apparaat
In gebruik nemen
Zet de accessoires op hun plaats in het apparaat en
steek de stekker in het stopcontact.
Met de temperatuurregelaar, te vinden in de verlicht-
ingseenheid in de koelkast, wordt het apparaat
aangezet en kan men de temperatuur instellen door
de knop met de wijzers van de klok mee te draaien.
In het volgende hoofdstuk vindt u aanwijzingen m.b.t.
de instelling.
Temperatuur instellen
De temperatuurregelaar zal, afhankelijk van de
ingestelde stand, de werking van het apparaat voor
kortere of langere tijd onderbreken en opnieuw
opstarten, waarmee de juiste temperatuur wordt
verzekerd.
Hoe dichter bij de maximum stand, hoe intensiever de
koeling. Als u de draaiknop van de temperatuurrege-
laar in de middelste stand zet (tussen minimum en
maximum) wordt er in de koelkast een temperatuur
van +5°C bereikt en in de vriezer -18°C. Deze stand is
voldoende voor het dagelijkse gebruik.
De temperatuur in het apparaat wordt, naast de stand
van de temperatuurregelaar, ook beďnvloedt door de
omgevingstemperatuur, het al dan niet vaak openen
van de deuren, de hoeveelheid verse levensmiddelen,
enz.
Op de maximale stand (gedurende een
zwaardere belasting, b.v. tijdens een hitte-
golf) werkt de kompressor continue. Dit is niet
schadelijk voor het apparaat.
Gebruik van het koelapparaat
Voor een optimale koeling is een goede luchtcir-
culatie noodzakelijk. Bedek daarom de roosters
nooit met papier, schalen, enz.
Zet nooit warme etenswaren in de koel-
ruimte, maar laat ze eerst tot kamertemper-
atuur afkoelen. Zo voorkomt u ongewenste
rijpvorming.
Levensmiddelen kunnen geurtjes overne-
men, daarom is een goede verpakking,
zoals gesloten schaaltjes, aluminium- of ver-
shoudfolie, noodzakelijk. Op die manier worden
ook de natuurlijke vochtgehaltes behouden en
blijven bijvoorbeeld groentes dagenlang vers.
Bewaren in de koelruimte
Bewaar de levensmiddelen zoals aangegeven in de
afbeelding:
1. gebak, kant-en-klare producten, levensmiddelen in
schaaltjes, vers vlees, vleeswaren, dranken
2. melk, zuivelproducten, levensmiddelen in schaalt-
jes
3. fruit, groenten
4. kaas, boter
7
Bewaartijden en temperaturen
De tabellen achterin de gebruiksaanwijzing
informeren u over bewaartijden.
De bewaartijd kan niet exact worden aangegeven,
omdat hij afhankelijk is van de versheid en de behan-
deling van de levensmiddelen. De bewaartijden zijn
daarom slechts richtlijnen.
Als u gekochte diepvriesproducten niet direct wilt con-
sumeren, kunnen ze ongeveer 1 dag (tot ze gaan ont-
dooien) in de koelkast bewaard worden.
Gebruik van de vriezer
Invriezen
Het apparaat is geschikt om de in het gegevenss-
chema genoemde hoeveelheid verse levensmiddelen
in te vriezen. Het invriezen moet, nadat de voorberei-
dingen zijn uitgevoerd, op de volgende manier
gebeuren.
Draai de temperatuurregelaar op de middelste stand.
Leg de reeds ingevroren levensmiddelen uit de boven-
ste mand in een bewaarmand. Leg de verse levens-
middelen in de invriesmand, zodanig, dat er vol-
doende ruimte voor de luchtcirculatie blijft. Mocht er
toch nog ingevroren levensmiddelen in de invries-
mand blijven, leg deze dan aan de achterkant,
zodanig, dat de verse levensmiddelen niet worden
geraakt.
Laat het apparaat 24 uur lang in deze stand staan.
Draai na 24 uur de temperatuurregelaar terug in de
gebruikelijke stand of hou de middelste stand aan,
deze stand is in het algemeen goed geschikt voor het
dagelijkse gebruik.
Het is niet aan te raden de temperatuurregelaar
voor langere tijd op een hoge stand (bv maxi-
male stand) te zetten. Uiteraard verkort dit de invriesti-
jd, echter ook de temperatuur in het koelgedeelte kan
voor langere tijd onder de 0°C dalen, wat tot gevolg
heeft dat de daar bewaarde levensmiddelen en
dranken zullen bevriezen.
Probeer nooit meer in te vriezen, dan de in
de “technische gegevens” vermeldde invri-
escapaciteit. Het invriezen van te grote hoeveel-
heden zou niet perfekt verlopen, waardoor er ver-
schillende beschadigingen aan de levensmidde-
len kunnen ontstaan (zoals bv sap- of smaakver-
lies).
Probeer gelijktijdig invriezen en het maken van
ijs te verkomen, daar het ijs maken capaciteit
van het invriezen wegneemt.
5. eieren
6. yoghurt, zure room
7. kleine flessen, frisdrank
8. grote flessen, dranken
8
Bewaren in de vrieskast
De ingevroren voedingsmiddelen moeten na het
invriezen in de aanwezige (1 of 2) vrieslades worden
gelegd. Daardoor komt er onmiddellijk plaats vrij voor
een nieuwe hoeveelheid in te vriezen voedingsmidde-
len. De reeds ingevroren voedingsmiddelen komen op
die manier niet contact met de andere voedingsmid-
delen.
Indien er grotere hoeveelheden aan levensmiddelen
bewaard moeten worden, kunnen de laden, behalve
de onderste, uit het apparaat worden gehaald en kun-
nen de levensmiddelen onmiddellijk op de koelplaten
worden gelegd.
Bij aankoop van diepvriesproducten moet u
steeds rekening houden met de bewaartijd die
op de verpakking aangegeven is. Indien u zelf levens-
middelen invriest kan u de richtlijnen aan de bin-
nenkant van de deur van het diepvriesgedeelte raad-
plegen. De icoontjes staan voor de verschillende lev-
ensmiddelen, de cijfers voor de maximale bewaartijd
in maanden.
Het bewaren van diepvriesproducten is alleen
veilig, wanneer deze producten, voordat ze in
het vriesgedeelte worden gelegd, zelfs niet voor korte
tijd ontdooit zijn geweest.
Indien een diepvriesproduct reeds ontdooit is
geweest, is het niet wenselijk dit opnieuw in te vriezen,
maar moet het product zo snel mogelijk worden
gebruikt.
IJsblokjes maken
Vul het ijsblokjesbakje met water en zet het in de vries-
ruimte. Als u de bodem van het ijsblokjesbakje nat
maakt en de temperatuurregelaar op de maximale
stand zet, gaat het invriezen sneller. Vergeet niet, de
temperatuurregelaar na het invriezen weer op de nor-
male stand te draaien.
U kunt de ijsblokjes makkelijker losmaken door het ijs-
blokjesbakje onder stromend water te houden en het
dan iets te verdraaien. Mocht het ijsblokjesbakje vast-
gevroren zijn, gebruik dan geen scherpe voorwerpen
om het los te maken. Daarmee kunt u beschadigingen
veroorzaken.
Praktische informatie
Dankzij de variabele platen kunt u de koelruimte
aan uw eisen aanpassen. U kunt de platen ook ver-
plaatsen als de deur 90° open staat.
Na openen en sluiten van de deur van de vries-
ruimte ontstaat in het apparaat een vacuüm. Na
sluiten van de deur duurt het 2-3 minuten voordat u
de deur weer kunt openen.
Stel de vriesruimte zodanig in dat de binnentemper-
atuur nooit warmer dan -18°C wordt. Bij te hoge
temperaturen bederven de diepvriesproducten.
Controleer elke dag even of het apparaat goed
functioneert. Zo constateert u evt. storingen tijdig.
Tips
In dit hoofdstuk vindt u praktische tips om het appa-
raat zo energiezuinig mogelijk te gebruiken. U vindt
hier ook informatie m.b.t. het milieu.
Energie besparen
Zet het apparaat niet op een plaats waar het
blootgesteld wordt aan de zon of aan een hitte-
bron.
Zorg voor voldoende ventilatie van de conden-
sator en de compressor. Hou de luchtcirculatie
rond het apparaat vrij.
Bewaar de levensmiddelen altijd in goed slui-
tende bewaardozen of verpakt in huishoud- of
aluminiumfolie zodoende onnodige rijp- of
ijsvorming te voorkomen.
Open de deuren niet onnodig en laat ze niet
langer open staan dan absoluut noodzakelijk is.
Laat warme levensmiddelen eerst afkoelen tot
op kamertemperatuur vooraleer ze in de vriezer
te plaatsen.
Zorg ervoor dat de condensator steeds schoon
is.
Het apparaat en het milieu
Dit apparaat bevat, zowel in het koelcircuit als in het
isolatiemateriaal, geen gassen die de ozonlaag
kunnen aantasten. Het apparaat mag niet samen
met huisvuil of gesloopte apparaten weggegooid
worden. Uit het oogpunt van milieubescherming
moeten afgedankte koel- en vriestoestellen volgens
de plaatselijke regelingen op deskundige wijze ver-
werkt worden. Informeer bij de gemeente naar de
mogelijkheden in uw woonplaats. Zorg ervoor dat
het koelcircuit, vooral aan de achterkant bij de
warmtewisselaar, niet beschadigd wordt.
De materialen met het symbool „ ” zijn geschikt
voor recycling.
Onderhoud
Ontdooiing
Een deel van het vocht in de gekoelde ruimtes van
het apparaat zet zich om in rijp of ijs.
Een dikke laag rijp of ijs heeft een isolerend effect,
waardoor de werking van het koelapparaat
achteruitgaat. De temperatuur in de gekoelde
ruimtes stijgt en het energieverbruik neemt
bijgevolg toe.
Bij dit type gebeurt het ontdooien van de koelplaten
geheel automatisch, zonder tussenkomst van buite-
naf. De temperatuurregelaar onderbreekt op
bepaalde tijdstippen de werking van de compressor
(zodat er geen koeling is), waardoor de temperatu-
ur van de koelplaat boven 0°C stijgt en het ont-
dooien begint. Wanneer de temperatuur van de
9
koelplaat is opgelopen tot +3 - +4°C zet de temperatu-
urregelaar het koelproces weer in gang..
Het smeltwater loopt via een afvoergootje naar een
reservoir boven de compressor en verdampt door de
warmte van de compressor.
Controleer en reinig regelmatig de afvoer-
goot voor het smeltwater. Bij verstopping
van het afvoergootje kan het smeltwater alleen via
de isolatie wegvloeien, wat vroegtijdige defecten
aan het apparaat tot gevolg kan hebben.
Het reinigen van de afvoergoot moet gebeuren m.b.v.
het meegeleverde krabbertje (zie ook de tekening). Dit
krabbertje moet in de afvoer worden opgeborgen.
Eén van de meest voorkomende oorzaken van ver-
stopping van het afvoergootje is het vastvriezen van
voedselverpakkingen aan de achterwand van het
apparaat. Wanneer u het voedingsmiddel uit de
koelkast haalt, scheurt de papieren verpakking die ver-
volgens tijdens het automatische ontdooien in het afvo-
ergootje terecht komt en verstopping veroorzaakt.
Wees daarom uiterst voorzichtig wanneer u in papier
verpakte levensmiddelen in de koelkast legt.
Wanneer er meer koelvermogen vereist wordt,
b.v. tijdens een hittegolf, kan het gebeuren, dat
de koelkast voortdurend werkt. Er wordt dan niet
automatisch ontdooit.
Het is niet ongewoon als er na het ontdooien kleine
resten ijs of rijp op de achterwand van de koelkast bli-
jven zitten.
Het vriesgedeelte kan niet worden voorzien van een
automatische ontdooifunctie, want de bevroren en
diepgevroren levensmiddelen verdragen de temper-
atuur niet die nodig is om ijs te doen smelten.
Daarom wordt er een kunststoffen schraper
meegeleverd, waarmee kleine hoeveelheden ijs of rijp
kunnen worden verwijderd. Wanneer de ijs- of rijplaag
echter te dik is en niet meer met de schraper kan wor-
den verwijderd, moet het vriesgedeelte worden ont-
dooit. De frequentie hiervan hangt af van het gebruik
(gemiddeld 2 of 3 keer per jaar).
Haal de bevroren levensmiddelen uit het apparaat en
leg deze, goed verpakt in isolerende materialen, op
een koele plaats of in een andere vriezer.
Trek de stekker uit het stopcontact, waardoor de
stroomtoevoer naar beide gedeelten van het apparaat
onderbroken wordt.
Doe de deuren van beide gedeelten open en maak het
koelgedeelte schoon volgens de aanwijzingen in het
hoofdstuk “Schoonmaken”. Het schoonmaken van het
vriesgedeelte moet alsvolgt worden uitgevoerd:
Het afvoergootje onderin het vriesgedeelte dient voor
de optimale afvoer van het smeltwater. Haal het afvoer-
gootje los en zet het op zijn plaats (zie tekening). Plaats
onder het afvoergootje een bak, pan of kleine emmer.
Vergeet het afvoergootje niet terug te plaatsen wan-
neer u klaar bent.
Het bakje zichtbaar op de tekening is geen
meegeleverd accessoire!
10
Als de koelkast niet in gebruik is
Als de koelkast langere tijd niet in gebruik is, gaat u als
volgt te werk:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Maak de koelkast leeg.
Ontdooien en schoonmaken zoals hiervoor
beschreven.
De deur open laten om geurvorming te voorkomen.
Problemen oplossen
Verwisselen van de gloeilamp
Wanneer het gloeilampje van de binnenverlichting
stuk is, kan u dit probleem alsvolgt zelf oplossen:
Haal de stekker uit het stopcontact.
Druk het lipje (1) aan de achterkant van de verlicht-
ingseenheid in (zie tekening) en verwijder daarna het
afdekkapje in de richting die de pijl aangeeft. Nu kan
men de gloeilamp makkelijk verwisselen (type gloeil-
amp: T25 230-240 V, 25 W, fitting E14).
Plaats na het verwisselen van de gloeilamp het
afdekkapje weer op zijn plaats en stop de stekker in
het stopcontact. Het niet branden van de gloeilamp
heeft geen gevolgen voor de werking van het appa-
raat.
Reiniging en onderhoud
Wij adviseren u de binnenzijde van de koelruimte elke
3 tot 4 weken schoon te maken (u kunt het beste
tegelijkertijd de vriesruimte ontdooien).
Gebruik geen reinigingsmiddel of zeep.
Trek de stekker uit het stopcontact. De binnenzijde
van het apparaat met handwarm water schoonmaken
en droog wrijven. Reinig het deurrubber met schoon
water. Steek na het reinigen de stekker weer in het
stopcontact.
Stof en vuil die zich op de achterkant van de koelkast
en de condensor hebben afgezet, dient u één of twee
maal per jaar te verwijderen. Maak dan ook het con-
densbakje bovenop de compressor schoon.
Na het ontdooien de binnenkant goed droog wrijven.
Steek de stekker weer in het stopcontact en leg de lev-
ensmiddelen weer in de laden.
Het is aan te raden het apparaat gedurende enkele
uren op de hoogste stand te zetten, zodat de gewen-
ste bewaartemperatuur snel wordt bereikt.
11
Als iets niet werkt
Er kan soms een kleine storing optreden, die u zelf
kunt verhelpen. In de tabel vindt u informatie m.b.t.
het opheffen van zulke kleine storingen.
Als het apparaat aanstaat, is er soms wat geluid te
horen (compressor, circulatie). Dan is er geen sprake
van een storing.
Probleem
Het is te warm in de
koelruimte.
Het is te warm in de
vriesruimte.
Er loopt water langs
de achterwand van de
koelruimte.
Er loopt water in de
koelruimte.
Er loopt water op de
vloer.
Er zijn te veel rijp en
ijs.
De compressor werkt
continu.
Het apparaat werkt
helemaal niet. Noch
de koeling, noch de
binnenverlichting
werkt.
Het apparaat maakt
veel geluid.
Mogelijke oorzaak
De temperatuurregelaar is te laag
ingesteld.
De levensmiddelen zijn niet koud genoeg
of staan op een verkeerde plek.
De deur gaat niet goed dicht of is niet
goed gesloten.
De temperatuurregelaar is te laag
ingesteld.
De deur gaat niet goed dicht of is niet
goed gesloten.
U wilt te veel levensmiddelen tegelijk
invriezen.
De in te vriezen levensmiddelen staan te
dicht op elkaar.
Dat is normaal. Tijdens het automatische
ontdooien smelt het ijs op de achter-
wand.
De afvoer van de koelruimte kan verstopt
zijn.
Levensmiddelen kunnen de lekbak
blokkeren zodat er geen water in kan
stromen.
Het afvoergootje loopt niet in de con-
densbak boven de compressor.
De levensmiddelen zijn niet goed
ingepakt.
De deuren gaan niet goed dicht of zijn
niet goed gesloten.
De temperatuurregelaar is niet goed
ingesteld.
De temperatuurregelaar is niet goed
ingesteld.
De deuren gaan niet goed dicht of zijn
niet goed gesloten.
U wilt te veel levensmiddelen tegelijk
invriezen.
U hebt warme levensmiddelen in het
apparaat gezet.
Het apparaat staat op een te warme plek.
De stekker zit niet in het stopcontact.
De zekering in de huisinstallatie is uit-
geschakeld.
De temperatuurregelaar is niet ingesteld.
Er staat geen spanning op het stopcon-
tact. (Probeer er een ander apparaat op
aan te sluiten.)
Het apparaat staat niet goed.
Oplossing
Op een hogere stand instellen.
De levensmiddelen op de juiste plek
zetten.
Controleren of de deur goed dicht kan en
of het deurrubber onbeschadigd en
schoon is.
Op een hogere stand instellen.
Controleren of de deur goed dicht kan en
of het deurrubber onbeschadigd en
schoon is.
Een paar uur wachten en de temperatuur
nog eens controleren.
De levensmiddelen zodanig neerzetten
dat de koude lucht goed kan circuleren.
Maak de afvoer schoon.
Zet de levensmiddelen zodanig neer dat
ze de achterwand niet direct raken.
Plaats het de afvoergootje in de condens-
bak.
De levensmiddelen beter inpakken.
Controleren of de deuren goed dicht kun-
nen en of de deurrubbers onbeschadigd
en schoon zijn.
De temperatuurregelaar op een lagere
stand instellen.
De temperatuurregelaar op een lagere
stand instellen.
Controleren of de deuren goed dicht kun-
nen en of de deurrubbers onbeschadigd
en schoon zijn.
Een paar uur wachten en de temperatuur
nog eens controleren.
Laat de levensmiddelen tot kamertemper-
atuur afkoelen.
Probeer de omgevingstemperatuur te ver-
lagen.
De aansluiting controleren.
Zekering vervangen.
Apparaat in werking stellen volgens de
aanwijzingen in hoofdstuk „In gebruik
nemen”.
Contact opnemen met een elektro-instal-
lateur.
Controleren of het apparaat stabiel staat
(alle vier voeten moeten op de vloer
staan).
Als u de storing aan de hand van de aanwijzingen niet kunt oplossen, neem dan contact op met Service.
Wij willen u er nogmaals op wijzen dat het
apparaat met onderbrekingen werkt. Als de
compressor stopt, wil dat niet zeggen dat het appa-
raat niet werkt. Daarom moet u altijd eerst de
stekker uit het stopcontact trekken, voordat u elek-
trische onderdelen aanraakt.
12
Aanwi
Aanwi
jzingen v
jzingen v
oor de ins
oor de ins
t
t
allat
allat
eur
eur
Technische gegevens
Model
Brutto inhoud (l)
Netto inhoud (l)
Breedte (mm)
Hoogte (mm)
Diepte (mm)
Energieverbruik - (kWh / 24uur)
- (kWh / jaar)
Energieklasse volgens de EU richtlijn
Invriescapaciteit (kg/24uur)
Maximale bewaartijd in geval van storing
Neutrale stroomsterkte (A)
Geluidsniveau (dB)
Gewicht (kg)
Aantal compressoren
CM 3350 DB
Koelgedeelte:
226
Vriesgedeelte:
110
Koelgedeelte:
223
Vriesgedeelte:
92
595
1750
632
0,93
339
A
4
20
0,9
38
66
1
Installeren van het apparaat
Vervoer, uitpakken
U kunt het apparaat het beste rechtop in de orig-
inele verpakking vervoeren. Zie ook de aanwi-
jzingen op de verpakking.
Na elk transport mag het apparaat pas na ca. 2 uur
ingeschakeld worden.
Pak het apparaat uit en controleer het op transports-
chade. Neem in geval van transportschade contact op
met de leverancier en sluit het apparaat niet aan.
Reiniging
Verwijder de plakband en andere voorwerpen
waarmee de losse onderdelen aan de binnenkant van
het apparaat zijn bevestigd.
Reinig de binnenkant van het apparaat met lauw water
en een kleine hoeveelheid afwasmiddel. Gebruik een
zachte doek.
Wrijf de binnenkant na het schoonmaken droog.
13
Plaatsing
De omgevingstemperatuur oefent een invloed uit op
het stroomverbruik en de juiste werking van het appa-
raat.
Hou er rekening mee dat het apparaat wordt gebruikt
in een omgeving, die overeenkomt met de klimaatk-
lasse vermeldt op het typeplaatje. De omgevingstem-
peraturen en hun klimaatklasse, zijn hieronder in het
schema vermeldt.
Indien de omgevingstemperatuur onder de minimale
waarde daalt, zal de temperatuur in het koelgedeelte
boven de voorgeschreven temperatuur stijgen.
Indien de omgevingstemperatuur boven de maximale
waarde stijgt, dan moet de compressor langer werken
en wordt het automatische ontdooiingproces versto-
ord waardoor de temperatuur in het koelgedeelte en
het stroomverbruik stijgt.
Monteer de afstandhouders, te vinden in de
accessoiretas. Druk de afstandhouders op hun
plaats (zie tekening) en draai ze daarna 90° (in de
ovale gaten aan de achterkant).
Zorg ervoor, dat het apparaat waterpas staat. Gebruikt
hiervoor de stelpoten aan de voorzijde van het appa-
raat.
Stel het apparaat niet bloot aan de zon of plaats het
niet in de onmiddellijke omgeving van een kachel, ver-
warming of fornuis.
Is plaatsing naast een warmtebron onvermijdelijk,
houd dan de volgende richtlijnen aan:
Is de afstand tussen het apparaat en een gas- of
elektrisch fornuis 3 cm of minder, dan moet een
brandvrije isolatieplaat met een dikte tussen de 0,5
cm tot 1 cm tussen de 2 apparaten geplaatst wor-
den.
Afstand tot een kolen- of petroleumkachel moet
minstens 30 cm zijn.
De koelkast moet tegen de muur aangeschoven wor-
den.
Bij de plaatsing van de koelkast moeten de min-
imale afstanden, vermeld op de tekening, strikt
worden toegepast:
A: plaatsing onder een keukenkastje
B: vrijstaand
Klimaatklasse
Omgevingstemperaturen
SN +10 ...+32 °C
N +16 ...+32 °C
ST +18 ...+38 °C
14
Draairichting deur veranderen
Indien praktischer kan de draairichting van de deur veran-
derd worden.
De apparaten worden in de handel gebracht met deuren,
die naar rechts open gaan.
De aanpassing is volgens de onderstaande tekeningen
en beschrijving uitvoerbaar:
De onderstaande werkzaamheden kunnen het beste
uitgevoerd worden door 2 personen, zodat één per-
soon de deuren tijdens de werkzaamheden goed kan
vasthouden.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Open de deuren en schroef het scharnier (a, b),
bevestigt met 2 schroeven (c), los (tekening 2).
Haal het complete scharnier (a, b, c,) van zijn plaats
door de deuren voorzichtig te kantelen. Vergeet de
kunststof afstandhouder (b) onder het scharnier niet
(tekening 2)!
Verwijder de deur van de koelkast door deze
voorzichtig naar beneden te trekken.
Verwijder de deur van de vrieskast door deze
voorzichtig naar boven te trekken.
Haal de stift uit de bovenkant van de deur van de
koelkast en plaats deze aan de andere kant.
Haal de stift uit de bovenkant van de deur van de
vrieskast en plaats deze aan de andere kant.
Schroef de bovenste stift van de deur van de koelkast
(d) los en plaats deze aan de andere kant (tekening 1).
Verwijder de afdekplaatjes (u) uit de onderkant van het
apparaat (tekening 3).
Schroef de onderste deursteun (e) los door de
schroeven (s) los te draaien en zet deze weer vast aan
de andere kant (tekening 3).
Demonteer de onderste deursteun (f) en de daarbijbe-
horende ring (h) en zet deze in het andere gat.
Plaats de afdekplaatjes (u) aan de andere kant.
Haal de afdekpennen (3 stuks) voor de scharnier-
bevestiging (n, k) aan de linkerkant en zet ze aan de
andere kant (tekening 2).
Plaats de pen (m) van het scharnier van de deur van de
vrieskast in het gat aan de linkerkant (tekening 2).
Zet de deur van de vrieskast op de onderste (f) deurs-
teun (tekening 3).
Druk de deur van de koelkast in de bovenste (d) deurs-
teun. Hierna moeten de deuren iets worden gekanteld
en kan men de scharnier (m) in het gat van de deur van
de koelkast drukken.
Open nu de deuren en schroef de scharnier vast aan
de linkerkant me behulp van de 2 schroeven (c).
Vergeet de kunststof afstandhouder (b) niet, die onder
het scharnier moet komen. Let er goed op, dat de
rand van de deuren gelijk loopt met de zijkant van het
apparaat.
Plaats de deurgrepen (r) aan de andere kant en druk
de afdekplaatjes (p), te vinden in het zakje, dat bij deze
handleiding zit, in de vrije gaten (tekening 4).
Zet het apparaat op de plaats, plaats het waterpas en
steek de stekker in het stopcontact.
Natuurlijk kunt u ook contact opnemen met de dichtstbi-
jzijnde servicepunt, mocht u het omzetten van de deur-
draairichting liever niet zelf uitvoeren. Hier kunt u infor-
matie vragen over de kosten van het omzetten door één
van onze servicemonteurs en een afspraak maken.
tekering 1.
tekering 2.
tekering 3.
tekering 4.
15
Elektrische aansluiting
Deze koelkast is ontworpen voor 230 V AC (
~
) 50
Hz.
Het apparaat moet worden aangesloten aan een
volgens de voorschriften geďnstalleerd stopcon-
tact met randaarde. Als zo'n stopcontact niet aan-
wezig is, laat het dan door een erkend installateur
in de buurt van de koelkast aanbrengen.
Dit apparaat voldoet aan de volgende EU-
richtlijnen:
73/23/EEG van 19.02.1973 (incl. wijzig-
ingsrichtlijnen) - laagspanningsrichtlijn
89/336/EEG van 03.05.1989 (incl. wijzig-
ingsrichtlijnen - EMC-richtlijn
Be
Be
w
w
aar
aar
ti
ti
jdent
jdent
abel (1)
abel (1)
Verse levensmiddelen in de koelkast bewaren
X: normale bewaartijd
x: mogelijke bewaartijd (geldt alleen voor echt verse producten)
Soort Bewaartijd in dagen Verpakking
1234567
rauw vlees XXx x x vershoudfolie, luchtdicht
gekookt vlees XXX x x x afgesloten schaaltje
gebraden vlees XXX x x afgesloten schaaltje
rauw gehakt X afgesloten schaaltje
gebraden gehakt XXx x afgesloten schaaltje
vleeswaren XXx x vershoudfolie, vetvrij papier
verse vis X x x vershoudfolie, luchtdicht
gekookte vis XXx x afgesloten schaaltje
gebakken vis XXx x x afgesloten schaaltje
vis uit blik X x x afgesloten schaaltje
verse kip XXX x x x vershoudfolie, luchtdicht
gebraden kip XXX x x x afgesloten schaaltje
verse eend, gans XXX x x x vershoudfolie, luchtdicht
gebraden eend, gans XXXXx x x afgesloten schaaltje
boter ongeopend XXXXXXXoriginele verpakking
boter geopend XXx x x x x originele verpakking
melk XXX x x originele verpakking
room XXx x kunststof schaaltje
zure room XXXXx x x kunststof schaaltje
kaas (hard) XXXXXXXaluminium folie
kaas (zacht) XXXXx x x vershoudfolie
kwark XXXXx x x vershoudfolie
eieren XXXXXXX
spinazie. XXx x vershoudfolie
erwten, bonen XXXXx x x vershoudfolie
paddestoelen XXx x x vershoudfolie
wortelen, bieten XXXXXXXvershoudfolie
tomaten XXXXXXXvershoudfolie
kool XXXXXx x vershoudfolie
snel rottend fruit (aardbei,
framboos enz.) XXX x x vershoudfolie
ander fruit XXXXx x x vershoudfolie
fruit uit blik XXX x x afgesloten schaaltje
16
Soort in de koelruimte in de ****-vriesruimte
+2 – +7 °C -18°C
groente 1 dag 12 maanden
kant-en-klare producten 1 dag 6 maanden
aardappelgerechten, pastagerechten 1 dag 12 maanden
soep 1 dag 6 maanden
fruit 1 dag 12 maanden
vlees 1 dag 5 maanden
consumptie-ijs 1 dag 3 weken
Be
Be
w
w
aar
aar
ti
ti
jdent
jdent
abel (2)
abel (2)
Diepvriesproducten bewaren
Gar
Gar
antie en ser
antie en ser
vice
vice
Garantiebepalingen en Service
Bij aanspraak op kosteloos herstel dient het origineel
van de betreffende aankoopnota of kwitantie te wor-
den getoond of meegezonden.
Algemene Garantiebepalingen
1 De fabrikant verleent een jaar garantie op het op
de bijbehorende koopnota vermelde apparaat,
gerekend vanaf de koopdatum. Indien zich binnen
deze periode een storing voordoet, welke het
gevolg is van een materiaal- en/of constructiefout,
heeft de koper het recht op kosteloos herstel.
1a Voor stofzuigers, bedoeld voor huishoudelijk
gebruik, geldt een algemene garantieperiode van
twee jaar. Accessoires zijn aan directe slijtage
onderhevig; deze verbruiksartikelen zijn derhalve
van garantie uitgesloten.
2 Indien binnen de garantietermijn door ZANKER
reparaties worden verricht, wordt de oorspronke-
lijke garantietermijn niet verlengd.
Op reparaties buiten de garantietermijn door
ZANKER verricht, en op de hierbij geleverde,
betaalde en gemonteerde onderdelen wordt 1 jaar
garantie verleend.
Indien na drie maal uitvoeren van eenzelfde
reparatie, hetzelfde defect opnieuw optreedt en
geen resultaat van een opnieuw uitvoeren van een
reparatie verwacht mag worden, zal een nieuw
exemplaar of soortgelijk toestel worden aangebo-
den. De aanbieding geschiedt tegen bijbetaling op
basis van een te bepalen jaarlijks afschrijvingsper-
centage.
3 Servicebezoeken aan huis worden alleen
gebracht voor grote, moeilijk transporteerbare
apparaten, per definitie: wasautomaten, trommel-
droogautomaten, afwasautomaten, koelkasten,
diepvrieskasten/-kisten, ovens, fornuizen en
inbouwapparaten.
3a De regeling als genoemd onder punt 3 geldt
ook voor caravankoelkasten, mits de plaats
waar zich het apparaat bevindt binnen de lands-
grenzen ligt en over normale, voor het autover-
keer opengestelde wegen bereikbaar is. Voorts
dienen ten tijde van het bezoek het apparaat en
de eigenaar, of diens gemachtigde plaatsver-
vanger, op de afgesproken bezoekplaats aan-
wezig te zijn.
4 Indien, naar het oordeel van de fabrikant, het
apparaat zoals bedoeld onder punt 3 naar haar
servicewerkplaats getransporteerd moet wor-
den, dan geschiedt dit transport op de door de
fabrikant vastgestelde wijze en voor rekening en
risico van de fabrikant.
5 Alle niet onder punt 3 en punt 3a genoemde
apparaten, alsmede apparaten welke wel de
betreffende functionele eigenschappen hebben
maar daarnaast juist bedoeld zijn voor
gemakkelijk transport, dienen franco aan het
adres van de servicedienst verzonden of aange-
boden te worden. Binnen de algemene
garantieperiode vindt terugzending voor reken-
ing van de fabrikant plaats.
6 Indien een onder garantie en binnen de
algemene garantieperiode vallend defect aan
een apparaat niet hersteld kan worden, vindt
kosteloze vervanging van het apparaat plaats.
17
Garantie-uitbreidingen
7 Voor koel-/vries-motorcompressoren (exclusief
startrelais en motorbeveiliging) geldt een
aflopende garantieperiode, in gelijke percentages
van 20 procent per jaar, van vijf jaar na koopdatum
van het op de bijbehorende koopnota vermelde
apparaat, met inachtname van volledig kosteloos
herstel binnen de algemene garantieperiode. Na
de algemene garantieperiode worden bezoek-,
arbeidsloon- en bijkomende materiaalkosten in
rekening gebracht.
Garantie-uitsluitingen
8 Het kosteloos uitvoeren van herstel- en/of ver-
vangingswerkzaamheden, zoals bedoeld in de
betreffende hieraan voorafgaande punten, is niet
van toepassing indien:
- de aankoopnota of kwitantie, waaruit tenminste
de aankoopdatum en de identificatie van het
apparaat blijkt, niet getoond kan worden of niet
meegezonden werd;
- het apparaat voor andere, of ook voor andere
dan de huishoudelijke doeleinden waarvoor het
apparaat bestemd is gebruikt wordt;
- het apparaat niet volgens de aanwijzingen in het
installatievoorschrift of de gebruikaanwijzing
geďnstalleerd, bediend, gebruikt of behandeld
wordt;
- het apparaat op ondeskundige wijze door daar-
toe niet bevoegde personen hersteld of gewi-
jzigd werd.
8a Indien het apparaat zodanig ingebouwd, onderge-
bouwd, opgehangen of geplaatst is dat de ben-
odigde tijd voor het uit- en inbouwen samen meer
dan dertig minuten bedraagt, dan worden de hier-
door ontstane extra kosten aan de eigenaar in
rekening gebracht.
8b Schade welke ontstaat door het, met toestemming
van de eigenaar, op abnormale wijze uit- of
inbouwen van een apparaat, kan niet op de fab-
rikant of haar servicedienst verhaald worden.
8c Beschadigingen, zoals krassen en deuken of zoals
een breuk van uit- of afneembare delen, welke niet
ten tijde van de aflevering ter kennis van de fab-
rikant gebracht worden, vallen niet onder garantie.
Belangrijk advies
De constructie van dit apparaat is zodanig dat de
veiligheid daarvan gewaarborgd is. Ondeskundige
reparaties kunnen echter de veiligheid in gevaar
brengen. Terwille van een blijvende veiligheid en
ook om mogelijke schade te voorkomen, is het
raadzaam dat reparaties uitsluitend verricht worden
door personen die daarvoor de vereiste vakbek-
waamheid bezitten.
Wij adviseren u herstel- en/of controlewerkzaamhe-
den door uw vakhandelaar of door ELGROEP FAB-
RIEKSSERVICE laten uitvoeren en uitsluitend orig-
inele DISTRIPARTS onderdelen te laten plaatsen.
Vennootsweg 1
2404 CG Alphen aan den Rijn
Postbus 120
2400 AC Alphen aan den Rijn
Storingsmeldingen op werkdagen
tijdens kantooruren:
Tel. 0172 - 46 83 00
Fax 0172 - 46 83 66
Onderdelenverkoop op werkdagen tijdens kan-
tooruren:
Tel. 0172 - 46 84 00
Fax 0172 - 46 83 76
Productwijzigingen voorbehouden.
18
Gar
Gar
antie
antie
v
v
oor
oor
w
w
aar
aar
den
den
Onze producten worden met de grootst mogelijke
zorgvuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het
voorkomen dat er een defect optreedt. Onze service-
dienst zal dit op verzoek herstellen, zowel binnen als
buiten de garantietermijn. De levensduur van het prod-
uct wordt daardoor niet negatief beďnvloed.
Onderstaande garantievoorwaarden zijn gestoeld op
de EU Richtlijn 99/44/EG en het Burgerlijk Wetboek.
De daaruit voortvloeiende rechten blijven onverlet.
Ook de garantieverplichtingen van de verkoper naar
de eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit product verlenen wij garantie volgens onder-
staande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de
voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het
product die zich openbaren binnen 24 maanden
vanaf de datum van levering aan de eindgebruiker.
In geval van professioneel of daarmee gelijk te
stellen gebruik is de garantie beperkt tot 12 maan-
den. Voor tweedehands producten geldt eve-
neens een termijn van 12 maanden.
2. De garantieprestatie houdt in dat het product
kosteloos wordt teruggebracht in de toestand die
het had voor het defect optrad. Gebrekkige
onderdelen worden hersteld of vervangen.
Kosteloos vervangen onderdelen worden ons
eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om
mogelijke verdere schade te voorkomen. De
garantieaanspraak vervalt indien het gebrek niet
binnen twee maanden na vaststelling is gemeld.
4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbe-
wijs met aankoop- en/of leveringsdatum te wor-
den overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander
overtuigend bewijs te worden overlegd.
5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan
kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch)
glas, kunststof, rubber, die ontstaan is door
onzorgvuldig gebruik
6. De garantie heeft geen betrekking op kleine
afwijkingen van de gestelde kwaliteit die voor de
waarde en deugdelijkheid van het product
onbeduidend zijn.
7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorza-
akt door:
a. chemische en elektrochemische inwerking van
water,
b. abnormale milieuomstandigheden in het alge-
meen
c. voor het product oneigenlijke bedrijfsom-
standigheden
d. contact met agressieve stoffen.
8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken
door transportschade die buiten onze verant-
woordelijkheid is ontstaan, niet-vakkundige
installatie of montage, verkeerd gebruik,
gebrekkig onderhoud, of het niet in acht nemen
van de gebruiks- of montageaanwijzingen.
9. Het recht op garantie vervalt wanneer het
defect werd veroorzaakt door herstelling of
ingrepen door derden die niet bevoegd of niet
deskundig zijn, of wanneer het product
voorzien werd van toebehoren of onderdelen
die niet origineel zijn en daardoor een defect
veroorzaken.
10. Producten die gemakkelijk kunnen worden ver-
voerd dienen te worden overhandigd aan of
gezonden naar onze servicedienst. Herstelling
ter plaatse kan slechts worden gevraagd voor
grote of ingebouwde producten.
11. Indien het product zodanig is ingebouwd,
ondergebouwd, opgehangen of geplaatst dat
de benodigde tijd voor het in- en uitbouwen
samen meer dan 30 minuten bedraagt, worden
de hierdoor ontstane extra kosten aan de
gebruiker in rekening gebracht. Schade die
ontstaat door abnormale in- of uitbouw komt ten
laste van de gebruiker.
12. Indien binnen de garantieperiode de herstelling
van hetzelfde defect herhaaldelijk mislukt of de
herstellingkosten disproportioneel zijn wordt in
overleg met de gebruiker een gelijkwaardige
vervanging geleverd. In geval van vervanging
behouden we ons het recht voor om een ver-
goeding te rekenen naar rato van de verstreken
gebruiksperiode.
13. Herstelling onder garantie heeft geen verleng-
ing van de garantietermijn noch aanvang van
een nieuwe garantietermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een garantie van 12
maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder
vergoeding van schade ontstaan buiten het
product, zijn uitgesloten voor zover een
aansprakelijkheid niet wettelijk is vastgelegd.
16. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoed-
ing de aankoopwaarde van het product niet
overtreffen, tenzij wettelijk anders is bepaald.
19
Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland
gekochte en/of in gebruik zijnde producten. Indien
een product naar het buitenland wordt gebracht dient
de gebruiker na te gaan of het product voldoet aan de
technische voorwaarden ( o.a. spanning, frequentie,
installatievoorschriften, gassoort, klimaatomstandighe-
den) in het betreffende land. Voor in het buitenland
aangeschafte producten dient de gebruiker zich te
vergewissen van de bepalingen in Nederland.
Noodzakelijke of gewenste aanpassingen vallen niet
onder de garantie, en kunnen niet altijd worden aange-
bracht.
Ook na afloop van de garantietermijn staat onze ser-
vicedienst u ter beschikking.
Adres Servicedienst:
Electrolux Service
Vennootsweg 1
2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN
Printed by Océ Hungária Kft.
2005. 11. 02.
From the Electrolux Group. The world’s No.1 choice.
The Electrolux Group is the world's largest producer of powered appliances for kitchen, cleaning and outdoor use. More than 55 million Electrolux
Group products (such as refrigerators, cookers, washing machines, vacuum cleaners, chain saws and lawn mowers) are sold each year to a value of
approx. USD 14 billion in more than 150 countries around the world.
1 / 1