• Pas op als u het apparaat aansluit in de buurt van een
stopcontact. Voorkom contact tussen elektrische ver-
bindingen en het apparaat of heet kookgerei. Voorkom
dat elektrische verbindingen verstrikt raken.
Montage
• Lees deze instructies zorgvuldig. De fabrikant is niet
verantwoordelijk voor letsel aan personen of huisdieren
of schade aan eigendom veroorzaakt door het niet op-
volgen van de volgende vereisten.
• Om het risico op structurele schade of lichamelijk let-
sel te voorkomen, mag de installatie, de aansluiting
van het apparaat op het stopcontact en het gassysteem,
de instelling en het onderhoud alleen worden uitge-
voerd door gekwalificeerd personeel, in overeenstem-
ming met de normen en de lokale voorschriften die van
kracht zijn.
• Controleer of het apparaat niet is beschadigd tijdens
het transport Sluit geen beschadigd apparaat aan.
Neem indien nodig contact op met de leverancier.
• Inbouwapparaten mogen alleen worden gebruikt nadat
zij ingebouwd zijn in geschikte inbouwunits of werk-
bladen die aan de normen voldoen.
• Installeer de kookplaat niet op huishoudapparaten als
dit niet is toegestaan volgens de installatie-instructies.
• Installeer het apparaat alleen op een werkblad met een
plat oppervlak.
• Wijzig de specificaties van het product of het product
zelf niet. Risico op letsel en beschadiging van het ap-
paraat.
• De wetten, voorschriften, richtlijnen en normen die van
kracht zijn in het land waar het apparaat wordt gebruikt
dienen in acht genomen te worden (veiligheidsvoor-
schriften, correcte recycling overeenkomstig de voor-
schriften, veiligheidsvoorschriften met betrekking tot
elektrische installaties, enz.)
• Houd de minimumafstanden naar andere apparaten en
units in acht.
• Tijdens de installatie moet een antistootbescherming
zijn aangebracht, bv. lades mogen alleen worden aan-
gebracht als er onder het apparaat een beschermend
paneel aanwezig is.
• De uitgezaagde oppervlakken van het werkblad moeten
beschermd worden tegen vocht met een geschikte af-
dichting.
• Het juiste afdichtmiddel moet worden gebruikt om de
opening tussen het apparaat en het werkblad af te dich-
ten.
• Bescherm de onderkant van het apparaat tegen stoom
en vocht, bv. van een afwasautomaat of oven.
• Installeer het apparaat niet naast deuren of onder ra-
men. Anders kan het hete kookgerei van de kookplaat
worden gestoten, als de deuren of ramen worden geo-
pend.
• Controleer voor de installatie of de lokale toevoercon-
dities (gastype -en druk) overeenstemmen met de af-
stelling van het apparaat. De afstellingscondities voor
het apparaat zijn aangegeven op het typeplaatje, dat
zich naast de gastoevoerleiding bevindt.
• Dit apparaat mag niet aangesloten worden op een af-
voerinrichting voor verbrandingsproducten. Het moet
in plaats daarvan worden geïnstalleerd en aangesloten
volgens de actuele installatieregels. Bijzondere aan-
dacht moet gegeven worden aan de geldende regels
betreffende ventilatie.
• Het gebruik van een kooktoestel op gas veroorzaakt
warmte en vocht in de ruimte waar het geïnstalleerd is.
Zorg dat de ventilatie in de keuken goed is: houd de
natuurlijke ventilatiegaten open of installeer een me-
chanische ventilatie-inrichting (mechanische afzuig-
kap).
• Meer ventilatie (bijvoorbeeld door het openen van een
venster of het verhogen van het niveau van de mecha-
nische ventilatie, indien aanwezig) is noodzakelijk wan-
neer u het apparaat gedurende een lange periode inten-
sief gebruikt.
• Volg de instructies voor de elektrische aansluitingen
nauwkeurig op. Er kunnen verwondingen ontstaan door
elektrische stroom.
• Trek eerst de stekker van het apparaat uit het stopcon-
tact voordat u reinigings- of onderhoudswerkzaamhe-
den aan het apparaat gaat uitvoeren.
• De netaansluiting staat onder stroom
• Schakel de stroomtoevoer naar de netaansluiting uit.
• Garandeer de bescherming tegen aanraking door een
vakkundige inbouw
• Loszittende en onvakkundig aangebrachte stekkerver-
bindingen kunnen oververhitting van de aansluiting
veroorzaken.
• Laat de klemaansluitingen correct installeren door een
gekwalificeerde elektricien
3