Proline TFP230W Handleiding

Categorie
Combi-koelkasten
Type
Handleiding
Gebruiks-
aanwijzing
Koelkast-Vrie-
zer
User manual
Fridge-Freezer
Notice
d'utilisation
Réfrigérateur-
congélateur
TFP230W
Inhoud
Veiligheidsinformatie 2
Bediening 3
Het eerste gebruik 4
Dagelijks gebruik 4
Nuttige aanwijzingen en tips 6
Onderhoud en reiniging 7
Problemen oplossen 9
Technische gegevens 11
Montage 11
Milieu-informatie 16
Wijzigingen voorbehouden
Veiligheidsinformatie
In het belang van uw veiligheid en om een
correct gebruik te kunnen waarborgen is het
van belang dat u, alvorens het apparaat te
installeren en in gebruik te nemen, deze ge-
bruiksaanwijzing, inclusief de tips en waar-
schuwingen, grondig doorleest. Om onnodi-
ge vergissingen en ongevallen te voorkomen
is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle
mensen die het apparaat gebruiken, volledig
bekend zijn met de werking ervan en de vei-
ligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instruc-
ties en zorg ervoor dat zij bij het apparaat
blijven als het wordt verplaatst of verkocht,
zodat iedereen die het apparaat gedurende
zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is
geïnformeerd over het gebruik en de veilig-
heid van het apparaat.
Voor de veiligheid van mensen en eigendom-
men dient u zich aan de voorzorgsmaatre-
gelen uit dit instructieboekje te houden, de
fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade
die door het niet opvolgen van de aanwijzin-
gen veroorzaakt is.
Belangrijke veiligheidsinformatie
Controleer of het voltage op het typeplaatje
overeenkomt met het voltage van de netvoe-
ding in uw woning. Als niet het juiste voltage
wordt gebruikt, VERVALT de garantie en kan
er schade worden veroorzaakt aan het ap-
paraat. De fabrikant is NIET aansprakelijk
voor het gebruik van andere voltages dan
aangegeven op het typeplaatje. Dit apparaat
is uitsluitend bedoeld voor huishoudelijk ge-
bruik; elk ander gebruik kan de garantie on-
geldig maken en kan gevaarlijk zijn. Dit ap-
paraat is alleen bedoeld voor gebruik bin-
nenshuis. Gebruik het apparaat niet buitens-
huis en sla het niet buiten op. Dit apparaat
mag niet worden blootgesteld aan regen.
De netstekker is het belangrijkste uitschakel-
middel en moet te allen tijde toegankelijk zijn.
Er is een kort netsnoer bijgeleverd om het ri-
sico op uitschakeling te verminderen. Dom-
pel het apparaat, de kabel of de stekker niet
onder in water of enige andere vloeistof. Ver-
wijder alle levensmiddelen uit het apparaat en
trek de stekker uit het stopcontact wanneer
u het apparaat niet gebruikt en voordat u het
reinigt.
Als het netsnoer beschadigd raakt, moet het
worden vervangen door de fabrikant, een
servicemonteur van de fabrikant of een ge-
kwalificeerde vakman. Om gevaarlijke situ-
aties te voorkomen moet een speciaal ge-
prepareerd snoer van hetzelfde type en de-
zelfde specificaties worden gebruikt.
Gebruik het apparaat niet met een bescha-
digd snoer of een beschadigde stekker of als
het apparaat storingen vertoont, of op eni-
gerlei manier is beschadigd. De netstekker is
het belangrijkste uitschakelmiddel en moet te
allen tijde toegankelijk zijn.
Laat het netsnoer niet over de rand van het
bovenblad hangen, of hete oppervlakken ra-
ken.
Plaats het apparaat niet op of in de buurt van
hete oppervlakken of in direct zonlicht.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen
dat ze aan de deur gaan hangen.
Toegankelijke oppervlakken kunnen heet
worden tijdens gebruik; gebruik altijd de
handgrepen en de knoppen.
Bevestig altijd een stekker aan het apparaat,
en steek deze vervolgens in een wandstop-
contact en schakel het apparaat in.
Om het apparaat volledig los te koppelen van
de netvoeding schakelt u het apparaat UIT
en trekt u daarna de stekker uit het stopcon-
tact.
2
Als u een oud apparaat wegdoet met een slot
of een vergrendeling op de deur gemon-
teerd, zorg er dan voor dat deze uitgescha-
keld is om te voorkomen dat kleine kinderen
zich opsluiten in het apparaat als ze ermee
spelen.
Aangezien oude koelkasten CFK's kunnen
bevatten die schadelijk zijn voor de ozonlaag,
dient u contact op te nemen met uw plaat-
selijke afvalverwerkingsdienst voor informatie
over de juiste manier van afdanking van oude
koelkasten.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik
door personen (waaronder begrepen kinde-
ren) met verminderde fysieke, zintuiglijke ver-
mogens of een gebrek aan ervaring en ken-
nis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een
voor hun veiligheid verantwoordelijke per-
soon of tenzij zij van een dergelijke persoon
instructie hebben ontvangen over het ge-
bruik van het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen
dat ze met of in de buurt van het apparaat
spelen.
Koelgas
Het koelgas in het koelcircuit van dit apparaat
is isobuteen (R600a); dit veroorzaakt weinig
vervuiling, maar is wel ontvlambaar.
Let op! Wees zeer voorzichtig wanneer
u het apparaat verplaatst.
Waarschuwing! Wees zeer voorzichtig
bij het transporteren en installeren van
het apparaat om letsel te voorkomen.
Let erop dat u geen enkel onderdeel van
het koelsysteem beschadigt.
Gebruik geen scherpe of puntige voorwer-
pen zoals messen om ijs te verwijderen tij-
dens het ontdooien.
Gebruik geen mechanische of andere mid-
delen om het ontdooiproces te versnellen,
behalve die middelen die door de fabrikant
zijn aanbevolen.
Gebruik geen elektrische apparaten in de
koelkast, tenzij deze door de fabrikant wor-
den aanbevolen.
Als het apparaat in een ruimte met vloerbe-
dekking wordt geïnstalleerd, zorg er dan voor
dat het tapijt de ventilatiegaten in de onder-
kant van het apparaat niet blokkeert, en stel
de pootjes na een paar uur bij om eventuele
beweging van het tapijt te compenseren.
Houd de ventilatieopeningen in de behuizing
van het apparaat of in het inbouwmeubel vrij
van blokkeringen.
Bediening
Thermostaatinstelling
U kunt de binnentemperatuur instellen door
de thermostaatknop op de behuizing van de
thermostaat op de gewenste instelling te
draaien (1 - 6).
De normale aanbevolen instelling is 3 of 4.
Belangrijk! De kamertemperatuur moet
voor een correcte werking tussen de 16 ºC
en 32 ºC liggen.
Instelling van de thermostaat
Instelling 0 schakelt het apparaat UIT, maar
koppelt het niet los van de netvoeding; hier-
voor moet u de stekker uit het stopcontact
trekken.
Om de binnentemperatuur te regelen zet u
de thermostaatknop op de gewenste stand.
De thermostaatknop zit aan de zijkant van de
thermostaatbehuizing.
De temperatuurknop heeft zes instellingen:
0,1,2,3,4,5,6, waarbij 1 de warmste en 6 de
koudste instelling is. 0 is de UIT-stand.
Zet de temperatuurknop op de instelling 3 of
4 om een temperatuur van –18 ºC in het
vriesvak te behouden.
Belangrijk! Als de stekker van het apparaat
uit het stopcontact is getrokken, als de
stroom is uitgevallen of uitgeschakeld, dient
u 10 minuten te wachten voordat u het
apparaat weer inschakelt.
Als u het apparaat eerder probeert in te scha-
kelen, start het mogelijk niet.
3
Belangrijk! De temperatuur van het vriesvak
en de snelheid waarmee vers voedsel wordt
ingevroren is afhankelijk van de
kamertemperatuur, de hoeveelheid vers
voedsel die wordt ingevroren en hoe vaak de
deur wordt geopend.
Zet de thermostaatknop indien nodig op een
hogere instelling.
Het eerste gebruik
De binnenkant schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer
gebruikt, wast u de binnenkant en de interne
accessoires met lauwwarm water en een
beetje neutrale zeep om de typische geur van
een nieuw product weg te nemen. Droog
daarna grondig af.
Belangrijk! Gebruik geen oplosmiddelen of
schuurpoeders. Deze beschadigen de lak.
Dagelijks gebruik
Vers voedsel invriezen
Zorg ervoor dat u hygiënisch werkt, omdat
door invriezen alleen het voedsel niet wordt
gesteriliseerd. Zet nooit hete of warme le-
vensmiddelen in het vriesvak.
Verpak de voedingsmiddelen in plastic zak-
ken, aluminiumfolie of diepvriesbakjes en zet
ze in het vriesvak. Zet de nieuwe producten
niet tegen eerder ingevroren voedingsmid-
delen aan.
Zie het blad met technische gegevens aan de
achterkant van dit boekje voor het maximaal
toegestane aantal kilo verse levensmiddelen
die in 24 uur kunnen worden ingevroren bij
een kamertemperatuur van 25 ºC.
Vries nooit meer in dan het maximaal toege-
stane gewicht (3 kg).
Om vers voedsel in te vriezen hoeft de ge-
middelde instelling niet veranderd te worden.
Om het invriezen sneller te laten verlopen
moet u de thermostaatknop echter op een
hogere stand instellen om de maximale kou-
de te kunnen verkrijgen.
Belangrijk! In deze omstandigheden kan de
temperatuur in de koelkast tot onder de 0 °C
dalen. Als dat gebeurt de thermostaatknop
op een warmere stand instellen.
Bevroren voedsel bewaren
• Als u het vriesvak voor de eerste keer ge-
bruikt of nadat u het ontdooid heeft, dient
u de thermostaatknop minimaal twee uur
voordat u het voedsel in het vriesvak legt,
op instelling 5 te zetten. Zet de thermo-
staat vervolgens op de gewenste instel-
ling.
• Alle diepvriesproducten die u koopt moe-
ten zo snel mogelijk in het vriesvak worden
gelegd, zodat ze niet ontdooien.
• Volg altijd de aanwijzingen op de verpak-
king van de diepvriesproducten.
Belangrijk! In het geval van onbedoelde
ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer
is uitgevallen dan de duur die op de kaart met
technische kenmerken onder "tijdsduur" is
vermeld, moet het ontdooide voedsel snel
geconsumeerd worden of onmiddellijk
bereid worden en dan weer worden
ingevroren (nadat het afgekoeld is).
Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt,
voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of
op kamertemperatuur laten ontdooien, af-
hankelijk van de hoeveelheid tijd die hiervoor
nodig is.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks
vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog
bevroren zijn: in dat geval zal de bereiding
iets langer duren.
Het maken van ijsblokjes
Dit apparaat is uitgerust met een of meer
bakjes voor het maken van ijsblokjes. Vul de-
ze bakjes met water en zet ze dan in het
vriesvak.
Giet water in het bakje voor ijsblokjes tot dit
voor tweederde is gevuld, en zet het in het
vriesvak.
De ijsblokjes zijn na ongeveer 2 tot 3 uur
klaar. De ijsblokjes kunnen gemakkelijk wor-
den verwijderd door het bakje te draaien of
4
door het onder koud stromend water te hou-
den.
Belangrijk! Gebruik geen metalen
instrumenten om de bakjes uit het vriesvak te
halen.
Belangrijk! Dit apparaat wordt verkocht in
Frankrijk.
In overeenstemming met de richtlijnen die
gelden in dit land, moet dit apparaat worden
geleverd met een speciaal onderdeel (zie af-
beelding). Dit onderdeel is geplaatst in de
onderste lade van de koelkast om de koud-
ste zone aan te geven.
Verplaatsbare schappen
De wanden van de koelkast zijn voorzien van
een aantal geleiders zodat de schappen op
de gewenste plaats gezet kunnen worden.
Belangrijk! Verwijder de glasplaat boven de
groentelade niet om een goede
luchtcirculatie te garanderen.
Het plaatsen van de deurschappen
Om het bewaren van voedselpakketten van
verschillende afmetingen mogelijk te maken,
kunnen de schappen op verschillende hoog-
tes geplaatst worden.
Om deze aanpassingen uit te voeren, gaat u
als volgt te werk:
trek het schap geleidelijk in de richting van de
pijlen totdat het los komt en plaats op een
andere gewenste hoogte terug.
5
Nuttige aanwijzingen en tips
Normale bedrijfsgeluiden
• U kunt een zwak gorgelend en borrelend
geluid horen wanneer het koelmiddel door
leidingen wordt gepompt. Dat is normaal.
• Als de compressor aan staat, wordt het
koelmiddel rondgepompt en dan zult u een
zoemend en kloppend geluid van de com-
pressor horen. Dat is normaal.
• De thermische uitzetting kan een plotse-
ling krakend geluid veroorzaken. Dit is een
natuurlijk, niet gevaarlijk fysisch verschijn-
sel. Dat is normaal.
• Als de compressor in- of uitgeschakeld
wordt, zult u een zacht "klikje" van de ther-
mostaat horen. Dat is normaal.
Tips voor energiebesparing
• De deur niet vaker openen of open laten
staan dan strikt noodzakelijk.
• Als de omgevingstemperatuur hoog is, de
thermostaatknop op een lage temperatuur
staat en het apparaat volledig gevuld is,
kan de compressor continu aan staan
waardoor er ijs op de verdamper ontstaat.
Als dit gebeurt, zet u de thermostaatknop
naar een warmere instelling om de koel-
kast automatisch te laten ontdooien en zo
elektriciteitsverbruik te besparen.
Tips voor het koelen van vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
• zet geen warm voedsel of verdampende
vloeistoffen in de koelkast
• dek het voedsel af of verpak het, in het bij-
zonder als het een sterke geur heeft
• plaats het voedsel zodanig dat de lucht er
vrijelijk omheen kan circuleren
Tips voor het koelen
Nuttige tips:
Vlees (alle soorten) : in plastic zakken ver-
pakken en op het glazen schap leggen, bo-
ven de groentelade.
Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of
maximaal twee dagen op deze manier.
Gekookt voedsel, koude schotels, enz: deze
moeten afgedekt worden en mogen op wil-
lekeurig welk schap gezet worden.
Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig
schoongemaakt worden en in de speciaal
daarvoor bedoelde lade(n) geplaatst worden.
Boter en kaas: dit moet in speciale luchtdich-
te bakjes gelegd of in aluminiumfolie of plas-
tic zakjes gewikkeld worden om zoveel mo-
gelijk lucht buiten te sluiten.
Melkflessen: deze moeten een afdekdop
hebben en opgeslagen worden in het fles-
senrek in de deur.
Bananen, aardappelen, uien en knoflook, in-
dien niet verpakt, mogen niet in de koelkast
bewaard worden.
Tips voor het invriezen
Om u te helpen het voedsel zo goed mogelijk
in te vriezen, volgen hier een paar belangrijke
tips:
• de maximale hoeveelheid voedsel die in 24
uur ingevroren kan worden is vermeld op
het typeplaatje;
• het invriezen duurt 24 uur: Voeg geduren-
de deze periode niet meer in te vriezen
voedsel toe;
• vries alleen vers en grondig schoonge-
maakte levensmiddelen van uitstekende
kwaliteit in;
• bereid het voedsel in kleine porties voor,
zo kan het snel en volledig worden inge-
vroren en zo kunt u later alleen die hoe-
veelheid laten ontdooien die u nodig heeft;
• wikkel het voedsel in aluminiumfolie of
plastic en zorg ervoor dat de pakjes lucht-
dicht zijn;
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet
tegen het al ingevroren voedsel, om te
voorkomen dat dit laatste warm wordt;
• smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen
dan dikke; zout maakt voedsel minder lang
houdbaar;
• water bevriest, als dit rechtstreeks uit het
vriesvak geconsumeerd wordt, kan het
aan de huid vastvriezen;
• het is aan te bevelen de invriesdatum op
elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe
lang het al bewaard is.
Tips voor het bewaren van ingevroren
voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat te
verkrijgen, dient u:
• verzeker u ervan dat de commercieel in-
gevroren levensmiddelen op geschikte wij-
ze door de detailhandelaar werden opge-
slagen;
• zorg ervoor dat de ingevroren levensmid-
delen zo snel mogelijk van de winkel naar
uw vriezer gebracht worden;
6
• doe de deur niet vaker open of laat hem
niet langer open staan dan strikt noodza-
kelijk.
• Als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft
het snel en kan het niet opnieuw worden
ingevroren.
• Bewaar het voedsel niet langer dan de
door de fabrikant aangegeven bewaarpe-
riode.
Wat u wel en niet moet doen
Wel doen - Reinig en ontdooi uw apparaat
regelmatig (zie "Ontdooien").
Wel doen - Haal vieze bladeren van groenten
af en neem vuil af.
Wel doen - Laat sla, kool, peterselie en
bloemkool aan de stronk zitten.
Wel doen - Wikkel rauw vlees en gevogelte
los in plastic folie of aluminiumfolie. Hierdoor
droogt het niet uit.
Wel doen - Doe vis in plastic zakken.
Wel doen - Doe voedingsmiddelen met een
sterke geur of die kunnen uitdrogen in plastic
zakken, wikkel ze in aluminiumfolie of doe ze
in een luchtdicht afgesloten bakje.
Wel doen - Controleer de inhoud van het
vriesvak regelmatig.
Wel doen - Bewaar voedsel zo kort mogelijk
en houd u aan de uiterste consumptiedata.
Wel doen - Bewaar kant-en-klare producten
volgens de instructies op de verpakking.
Wel doen - Kies altijd vers kwaliteitsvoedsel
en zorg ervoor dat dit grondig schoon is
voordat u het invriest.
Wel doen - Wikkel al het voedsel in alumini-
umfolie of plastic zakken en zorg ervoor dat
er geen lucht achterblijft.
Niet doen - Leg geen beschermend materiaal
op de schappen, omdat dit de luchtcirculatie
kan hinderen.
Niet doen - Giftige of gevaarlijks stoffen in uw
vriesvak bewaren. Dit apparaat is uitsluitend
ontworpen voor het conserveren van eetbare
levensmiddelen.
Niet doen - Voedsel eten dat te lang in de
vriezer heeft gelegen.
Niet doen - Gekookt en vers voedsel in het-
zelfde bakje bewaren. Dit moet apart worden
verpakt en bewaard.
Niet doen - Ontdooiend voedsel of voedsel-
sappen op reeds geconserveerd voedsel la-
ten druppelen.
Niet doen - De deur lang openlaten, omdat
dit het apparaat duurder in het gebruik maakt
en voor overmatige ijsvorming zorgt.
Niet doen - Scherpe voorwerpen als messen
en vorken gebruiken om het ijs te verwijde-
ren.
Niet doen - Gebruik nooit haardrogers of
elektrische apparaten om te ontdooien; ge-
bruik alleen voorwerpen die aanbevolen zijn
door de fabrikant.
Niet doen - Warm voedsel in het apparaat
zetten. Laat het eerst afkoelen.
Niet doen - Met vloeistof gevulde flessen of
dichte blikjes met koolzuurhoudende dran-
ken in de vriezer zetten, omdat deze kunnen
barsten.
Niet doen - Kinderen ijs en ijsblokjes geven
die rechtstreeks uit de vriezer komen. De la-
ge temperatuur kan 'vrieswonden' op de lip-
pens veroorzaken.
Niet doen - Bevroren voedsel proberen te
bewaren dat ontdooid is; dit moet binnen 24
uur worden gegeten of gekookt en opnieuw
ingevroren worden.
Onderhoud en reiniging
Let op! Voordat u welke
onderhoudshandeling dan ook verricht,
de stekker uit het stopcontact trekken.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat
koolwaterstoffen; onderhoud en herla-
den mag alleen uitgevoerd worden door
bevoegde technici.
Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden
schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires
schoon met lauw water en wat neutrale
zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig en
wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren
dat ze schoon en vrij van restjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog.
7
Belangrijk! Trek niet aan leidingen en/of
kabels aan de binnenkant van de kast en
verplaats of beschadig ze niet.
Gebruik nooit schoonmaakmiddelen,
schuurpoeders, erg geparfumeerde reini-
gingsproducten en waspolijstmiddelen om
de binnenkant schoon te maken, aangezien
deze het oppervlak beschadigen en een ster-
ke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de
compressor op de achterkant van het appa-
raat schoon met een borstel of stofzuiger.
Deze handeling zal de prestatie van het ap-
paraat verbeteren en het elektriciteitsverbruik
besparen.
Belangrijk! Zorg ervoor dat u het
koelsysteem niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers
bevatten chemicaliën die de kunststoffen die
in dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantas-
ten/beschadigen. Daarom wordt het aanbe-
volen de buitenkant van dit apparaat alleen
schoon te maken met warm water met een
beetje afwasmiddel.
Steek, na het schoonmaken van het appa-
raat, de stekker weer in het stopcontact.
Het ontdooien van de koelkast
Rijp wordt elke keer als de compressormotor
tijdens normale werking stopt, automatisch
van de verdamper van het koelvak verwij-
derd. Het dooiwater loopt via een gootje in
een speciale opvangbak aan de achterkant
van het apparaat, boven de compressormo-
tor, waar het verdampt.
Het is belangrijk om het afvoergaatje van het
dooiwater in het midden van het koelvak re-
gelmatig schoon te maken, om te voorko-
men dat het water overloopt en op het voed-
sel in de koelkast gaat druppelen. Gebruik
daarvoor de speciale reiniger, die al in het af-
voergaatje zit.
De vriezer ontdooien
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd
vormen op de schappen van de vriezer
en rond het bovenste vak.
Belangrijk! Ontdooi de vriezer wanneer de
rijplaag een dikte van ongeveer 3-5 mm
bereikt heeft.
Volg onderstaande aanwijzingen om de rijp
te verwijderen:
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wik-
kel het in een paar lagen krantenpapier en
leg het op een koele plaats.
3. Laat de deur open staan.
4. Na afloop van het ontdooien de binnen-
kant grondig droog maken en de dop te-
rugzetten.
5. Schakel het apparaat in.
6. Zet de thermostaatknop op de maximale
koude en laat het apparaat twee tot drie
uur in deze instelling werken.
7. Zet het eerder verwijderde voedsel terug
in het vriesvak.
8
Belangrijk! Gebruik nooit scherpe metalen
om de rijp van de verdamper te krabben,
deze zou beschadigd kunnen raken. Gebruik
geen mechanische of andere middelen om
het ontdooiproces te versnellen, behalve die
middelen die door de fabrikant zijn
aanbevolen. Een temperatuurstijging tijdens
het ontdooien van de ingevroren
levensmiddelen, kan de veilige bewaartijd
verkorten.
Periodes dat het apparaat niet gebruikt
wordt
Als het apparaat gedurende lange tijd niet
gebruikt wordt, neem dan de volgende voor-
zorgsmaatregelen:
•
trek de stekker uit het stopcontact
• haal al het voedsel eruit
•
ontdooi de koelkast
1)
en maak het appa-
raat en alle accessoires schoon
• laat de deur/deuren op een kier staan om
de vorming van onaangename luchtjes te
voorkomen.
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan
iemand om het zo nu en dan te controleren,
om te voorkomen dat het bewaarde voedsel
bederft, als de stroom uitvalt.
Problemen oplossen
Waarschuwing! Voordat u problemen
oplost, trekt u eerst de stekker uit het
stopcontact.
Het opsporen van storingen die niet in
deze handleiding vermeld zijn, dient te
worden verricht door een gekwalificeerd
technicus of deskundig persoon.
Belangrijk! Er zijn tijdens de normale
werking geluiden te horen (compressor,
koelcircuit).
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat maakt la-
waai
Het apparaat wordt niet goed on-
dersteund
Controleer of het apparaat stabiel
staat (alle vier de voetjes moeten
op de vloer staan)
Het apparaat werkt niet.
Het lampje brandt niet.
Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in.
De stekker zit niet goed in het
stopcontact.
Steek de stekker goed in het stop-
contact.
Het apparaat krijgt geen stroom.
Er staat geen spanning op het
stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat
aan op het stopcontact.
Neem contact op met een gekwa-
lificeerde elektricien.
Het lampje brandt niet. Het lampje staat in stand-by. Open en sluit de deur.
Het lampje is stuk. Zie "Het lampje vervangen".
De compressor werkt
continu.
De temperatuur is niet goed inge-
steld.
Stel een hogere temperatuur in.
De deur is niet goed gesloten. Zie "De deur sluiten".
De deur is te vaak open gedaan. Laat de deur niet langer open staan
dan noodzakelijk.
De temperatuur van het voedsel
is te hoog.
Laat het voedsel afkoelen tot ka-
mertemperatuur voordat u het
conserveert.
De kamertemperatuur is te hoog. Verlaag de kamertemperatuur.
1) indien nodig.
9
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Er loopt water over de
achterkant van de koel-
kast.
Tijdens het automatische ont-
dooiproces, ontdooit de rijp te-
gen de achterwand.
Dat is normaal.
Er loopt water in de koel-
kast.
De waterafvoer is verstopt. Maak de waterafvoer schoon.
Producten verhinderen het water
om in de wateropvangbak te lo-
pen.
Zorg ervoor dat de producten de
achterwand niet raken.
Er loopt water over de
vloer.
De dooiwaterafvoer loopt niet in
de verdamperbak boven de com-
pressor.
Maak de dooiwaterafvoer vast op
de verdamperbak.
De temperatuur in het ap-
paraat is te laag.
De temperatuur is niet goed inge-
steld.
Stel een hogere temperatuur in.
De temperatuur in het ap-
paraat is te hoog.
De temperatuur is niet goed inge-
steld.
Stel een lagere temperatuur in.
De deur is niet goed gesloten. Zie "De deur sluiten".
De temperatuur van het voedsel
is te hoog.
Laat het voedsel afkoelen tot ka-
mertemperatuur voordat u het
conserveert.
Er zijn veel producten tegelijk ge-
conserveerd.
Conserveer minder producten te-
gelijk.
De temperatuur in de
koelkast is te hoog.
Er is geen koude luchtcirculatie in
het apparaat.
Zorg ervoor dat er koude luchtcir-
culatie in het apparaat is.
De temperatuur in het
vriesvak is te hoog.
Producten liggen te dicht op elk-
aar.
Berg de producten zodanig op dat
er koude lucht kan circuleren.
Er is te veel rijp.
Het voedsel is niet goed verpakt. Verpak het voedsel op de juiste
manier.
De deur is niet goed gesloten. Zie "De deur sluiten".
De temperatuur is niet goed inge-
steld.
Stel een hogere temperatuur in.
Het lampje vervangen
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder de schroef van de afdekking
van het lampje.
3. Verwijder de afdekking van het lampje
(raadpleeg de afbeelding).
4. Vervang het kapotte lampje door een
nieuw lampje met hetzelfde vermogen
(het maximumvermogen is vermeld op de
afdekking van het lampje).
5. Plaats het lampenkapje terug.
6. Draai de schroef van de afdekking van het
lampje vast.
7. Steek de stekker in het stopcontact.
8. Open de deur. Controleer of het lampje
gaat branden.
10
De deur sluiten
1. Maak de afdichtingen van de deur
schoon.
2. Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg
"Installatie".
3. Vervang, indien nodig, de defecte deur-
afdichtingen. Neem contact met de ser-
vice-afdeling.
Technische gegevens
Productcategorie Fridge-Freezer
Hoogte mm 1404
Breedte mm 545
Diepte mm 604
Netto capaciteit koelkast Liter 186
Netto capaciteit vriezer Liter 44
Energieklasse A
Energieverbruik (afhankelijk van het gebruik
en de plaatsing)
kWh/y 285
Aantal sterren ****
Tijdsduur uur 19
Invriescapaciteit kg/24u 2
Klimaatklasse SN-N-ST
Spanning Volt 230
Geluidsniveau dB/A 40
De technische gegevens staan op het type-
plaatje aan de linker binnenkant in het appa-
raat en op het energielabel.
Montage
Lees voor uw eigen veiligheid en
correcte werking van het apparaat eerst
de "veiligheidsinformatie" aandachtig
door, alvorens het apparaat te
installeren.
Opstelling
Installeer dit apparaat op een plaats waar de
omgevingstemperatuur overeenkomt met de
klimaatklasse die vermeld is op het typepla-
tje van het apparaat:
Klimaat-
klasse
Omgevingstemperatuur
SN +10°C tot + 32°C
N +16°C tot + 32°C
ST +16°C tot + 38°C
D +16°C tot + 43°C
Afmetingen
1100 mm
680 mm
105
o
Ruimte die nodig is voor het gebruik
11
Afstandsstukken achterkant
In het zakje met de handleiding zitten twee
afstandhouders die gemonteerd moeten
worden zoals te zien is in de afbeelding.
1. Plaats de afstandhouders in de openin-
gen. Zorg er voor dat de pijl (A) is gepo-
sitioneerd, zoals in de afbeelding te zien
is.
2. Draai de houders 45° linksom totdat ze
vergrendelen op de juiste plaats.
Waterpas zetten
Zorg er voor dat het apparaat waterpas staat
wanneer u het plaatst. Deze stand kan be-
reikt worden met de twee afstelbare voetjes
die aan de voorkant en onderkant van het
apparaat bevestigd zijn.
Plaats
Het apparaat moet ver van hittebronnen,
zoals radiatoren, boilers, direct zonlicht enz.,
vandaan worden geïnstalleerd. Zorg er voor
dat lucht vrij kan circuleren aan de achterkant
van het keukenkastje. Als het apparaat onder
een muur met een afdakje wordt geplaatst,
moet de minimale afstand tussen de boven-
kant van de kast en de muur ten minste 100
mm bedragen om optimale prestaties te ga-
randeren . Voor de beste prestatie kunt u het
apparaat beter niet onder een afdakje zetten.
De afstelbare voetjes aan de onderkant van
het apparaat garanderen een nauwkeurig
horizontale uitlijning.
Als het keukenkastje in een hoek is geplaatst
en de zijkant bevat scharnieren die naar de
muur wijzen, moet de afstand tussen de
muur en het keukenkastje ten minste 10 mm
zijn om de deur ver genoeg open te krijgen
zodat de planken verwijderd kunnen worden.
Waarschuwing! Het moet mogelijk zijn
het apparaat van de
hoofdstroomtoevoer af te halen; de
stekker moet daarom na installatie
gemakkelijk toegankelijk zijn.
12
15mm
15mm 100mm
Omkeerbaarheid van de deur
Belangrijk! Om de volgende handelingen uit
te voeren, raden we aan dat dit wordt gedaan
met de hulp van een tweede persoon die de
deuren van het apparaat stevig vasthoudt
tijdens de werkzaamheden.
Om de draairichting van de deur te verande-
ren, gaat u als volgt te werk:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Open de deur van de vriezer. Maak de
scharnier los.
3. Verwijder de deuren door ze licht omh-
oog te trekken en verwijder daarna het
scharnier.
1
2
3
4. Verwijder aan de tegenovergestelde zij-
de de openingbedekking.
5. Schroef beide afstelbare voetjes en de
schroeven van het onderste deurschar-
nier los. Verwijder het onderste deur-
scharnier en monteer deze op de tegen-
overliggende zijde.
13
6. Schroef de onderste, achterste schroef
los en monteer deze op de tegenover-
liggende zijde.
7. Draai de borgpen van de bovenste deur
los.
8. Schroef de pen aan de andere zijde weer
aan.
9. Plaats de deuren in de pennen en mon-
teer de deuren. Monteer het scharnier.
14
3
2
1
10. Monteer aan de tegenoverliggende zijde
de openingbedekking die in het acces-
soirezakje zijn meegeleverd.
11. Draai het scharnier vast. Zorg ervoor dat
de deuren zijn uitgelijnd.
12.
Verwijder en monteer het handvat
2)
op
de tegenoverliggende zijde.
13. Zet het apparaat op zijn plaats, zet het
waterpas, wacht minstens vier uur en
steek dan de stekker in het stopcontact.
Controleer goed en verzeker u ervan dat:
• alle schroeven zijn aangehaald,
• de deur goed open en dicht gaat.
Als de omgevingstemperatuur laag is (bijv. in
de winter), kan het zijn dat de pakking niet
precies op de kast past. Wacht in dat geval
tot de pakking op natuurlijke wijze passend
wordt.
Als u bovenstaande handelingen liever niet
zelf uitvoert, neem dan contact op met de
dichtstbijzijnde Klantenservice. De deskun-
dige van de Klantenservice zal de draairich-
ting van de deuren op uw kosten veranderen.
Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het vol-
tage en de frequentie op het typeplaatje
overeenkomen met de stroomtoevoer in uw
huis.
Het apparaat moet geaard zijn. De netsnoer-
stekker is voorzien van een contact voor dit
doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit
het apparaat dan aan op een afzonderlijk
aardepunt, in overeenstemming met de gel-
dende regels, raadpleeg hiervoor een ge-
kwalificeerd elektricien.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld
worden als bovenstaande veiligheidsvoor-
schriften niet opgevolgd worden.
Dit apparaat voldoet aan de EU- richtlijnen:
2) indien aanwezig
15
Milieu-informatie
Belangrijke instructies m.b.t. het
afdanken van het apparaat
Als verantwoordelijk
bedrijf hebben wij
zorg voor het milieu.
Daarom verzoeken wij u
met klem om uw product
en de verpakkingsmate-
rialen op de juiste manier
af te danken.
Hierdoor helpt u de natuurlijke bronnen te
beschermen, en zorgt u ervoor dat het pro-
duct wordt gerecycled op een manier waarbij
de gezondheid en het milieu worden be-
schermd.
U moet dit product en de verpakking weg-
gooien volgens de plaatselijke wetgeving en
voorschriften. Omdat dit product elektroni-
sche onderdelen bevat, mogen dit product
en de bijbehorende accessoires niet bij het
huishoudelijke afval worden weggegooid aan
het eind van de levensduur van het product.
Neem contact op met uw plaatselijke instan-
tie voor informatie over afvalverwerking en
recycling.
Het product en de eventuele accu's moeten
bij een plaatselijk afvalverzamelpunt worden
ingeleverd. Bij de meeste verzamelpunten
worden producten gratis geaccepteerd.
Als iets niet lijkt te werken
Als er iets met uw apparaat is wat u niet be-
grijpt, en u woont in Groot-Brittannië, dan
kunt u tijdens kantooruren onze hulplijn bel-
len: 0844 8009595
Voor reparaties gelden de standaard ta-
rieven.
Wij bieden onze excuses aan voor eventueel
ongemak dat veroorzaakt is door kleine in-
consistenties in deze instructies, die kunnen
optreden als gevolg van productverbetering
en -ontwikkeling.
KESA U.K HU1 3AU 19 / 01 / 2009
16

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing TFP230W User manual Notice d'utilisation Koelkast-Vriezer Fridge-Freezer Réfrigérateurcongélateur 2 Inhoud Veiligheidsinformatie Bediening Het eerste gebruik Dagelijks gebruik Nuttige aanwijzingen en tips 2 3 4 4 6 Onderhoud en reiniging Problemen oplossen Technische gegevens Montage Milieu-informatie 7 9 11 11 16 Wijzigingen voorbehouden Veiligheidsinformatie In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige vergissingen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid van het apparaat. Voor de veiligheid van mensen en eigendommen dient u zich aan de voorzorgsmaatregelen uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade die door het niet opvolgen van de aanwijzingen veroorzaakt is. Belangrijke veiligheidsinformatie Controleer of het voltage op het typeplaatje overeenkomt met het voltage van de netvoeding in uw woning. Als niet het juiste voltage wordt gebruikt, VERVALT de garantie en kan er schade worden veroorzaakt aan het apparaat. De fabrikant is NIET aansprakelijk voor het gebruik van andere voltages dan aangegeven op het typeplaatje. Dit apparaat is uitsluitend bedoeld voor huishoudelijk gebruik; elk ander gebruik kan de garantie ongeldig maken en kan gevaarlijk zijn. Dit apparaat is alleen bedoeld voor gebruik binnenshuis. Gebruik het apparaat niet buitenshuis en sla het niet buiten op. Dit apparaat mag niet worden blootgesteld aan regen. De netstekker is het belangrijkste uitschakelmiddel en moet te allen tijde toegankelijk zijn. Er is een kort netsnoer bijgeleverd om het risico op uitschakeling te verminderen. Dompel het apparaat, de kabel of de stekker niet onder in water of enige andere vloeistof. Verwijder alle levensmiddelen uit het apparaat en trek de stekker uit het stopcontact wanneer u het apparaat niet gebruikt en voordat u het reinigt. Als het netsnoer beschadigd raakt, moet het worden vervangen door de fabrikant, een servicemonteur van de fabrikant of een gekwalificeerde vakman. Om gevaarlijke situaties te voorkomen moet een speciaal geprepareerd snoer van hetzelfde type en dezelfde specificaties worden gebruikt. Gebruik het apparaat niet met een beschadigd snoer of een beschadigde stekker of als het apparaat storingen vertoont, of op enigerlei manier is beschadigd. De netstekker is het belangrijkste uitschakelmiddel en moet te allen tijde toegankelijk zijn. Laat het netsnoer niet over de rand van het bovenblad hangen, of hete oppervlakken raken. Plaats het apparaat niet op of in de buurt van hete oppervlakken of in direct zonlicht. Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze aan de deur gaan hangen. Toegankelijke oppervlakken kunnen heet worden tijdens gebruik; gebruik altijd de handgrepen en de knoppen. Bevestig altijd een stekker aan het apparaat, en steek deze vervolgens in een wandstopcontact en schakel het apparaat in. Om het apparaat volledig los te koppelen van de netvoeding schakelt u het apparaat UIT en trekt u daarna de stekker uit het stopcontact. 3 Als u een oud apparaat wegdoet met een slot of een vergrendeling op de deur gemonteerd, zorg er dan voor dat deze uitgeschakeld is om te voorkomen dat kleine kinderen zich opsluiten in het apparaat als ze ermee spelen. Aangezien oude koelkasten CFK's kunnen bevatten die schadelijk zijn voor de ozonlaag, dient u contact op te nemen met uw plaatselijke afvalverwerkingsdienst voor informatie over de juiste manier van afdanking van oude koelkasten. Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder begrepen kinderen) met verminderde fysieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het gebruik van het apparaat. Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met of in de buurt van het apparaat spelen. Koelgas Het koelgas in het koelcircuit van dit apparaat is isobuteen (R600a); dit veroorzaakt weinig vervuiling, maar is wel ontvlambaar. Let op! Wees zeer voorzichtig wanneer u het apparaat verplaatst. Waarschuwing! Wees zeer voorzichtig bij het transporteren en installeren van het apparaat om letsel te voorkomen. Let erop dat u geen enkel onderdeel van het koelsysteem beschadigt. Gebruik geen scherpe of puntige voorwerpen zoals messen om ijs te verwijderen tijdens het ontdooien. Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast, tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen. Als het apparaat in een ruimte met vloerbedekking wordt geïnstalleerd, zorg er dan voor dat het tapijt de ventilatiegaten in de onderkant van het apparaat niet blokkeert, en stel de pootjes na een paar uur bij om eventuele beweging van het tapijt te compenseren. Houd de ventilatieopeningen in de behuizing van het apparaat of in het inbouwmeubel vrij van blokkeringen. Bediening Thermostaatinstelling U kunt de binnentemperatuur instellen door de thermostaatknop op de behuizing van de thermostaat op de gewenste instelling te draaien (1 - 6). De normale aanbevolen instelling is 3 of 4. Belangrijk! De kamertemperatuur moet voor een correcte werking tussen de 16 ºC en 32 ºC liggen. Instelling van de thermostaat Instelling 0 schakelt het apparaat UIT, maar koppelt het niet los van de netvoeding; hiervoor moet u de stekker uit het stopcontact trekken. Om de binnentemperatuur te regelen zet u de thermostaatknop op de gewenste stand. De thermostaatknop zit aan de zijkant van de thermostaatbehuizing. De temperatuurknop heeft zes instellingen: 0,1,2,3,4,5,6, waarbij 1 de warmste en 6 de koudste instelling is. 0 is de UIT-stand. Zet de temperatuurknop op de instelling 3 of 4 om een temperatuur van –18 ºC in het vriesvak te behouden. Belangrijk! Als de stekker van het apparaat uit het stopcontact is getrokken, als de stroom is uitgevallen of uitgeschakeld, dient u 10 minuten te wachten voordat u het apparaat weer inschakelt. Als u het apparaat eerder probeert in te schakelen, start het mogelijk niet. 4 Belangrijk! De temperatuur van het vriesvak en de snelheid waarmee vers voedsel wordt ingevroren is afhankelijk van de kamertemperatuur, de hoeveelheid vers voedsel die wordt ingevroren en hoe vaak de deur wordt geopend. Zet de thermostaatknop indien nodig op een hogere instelling. Het eerste gebruik De binnenkant schoonmaken Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af. Belangrijk! Gebruik geen oplosmiddelen of schuurpoeders. Deze beschadigen de lak. Dagelijks gebruik Vers voedsel invriezen Zorg ervoor dat u hygiënisch werkt, omdat door invriezen alleen het voedsel niet wordt gesteriliseerd. Zet nooit hete of warme levensmiddelen in het vriesvak. Verpak de voedingsmiddelen in plastic zakken, aluminiumfolie of diepvriesbakjes en zet ze in het vriesvak. Zet de nieuwe producten niet tegen eerder ingevroren voedingsmiddelen aan. Zie het blad met technische gegevens aan de achterkant van dit boekje voor het maximaal toegestane aantal kilo verse levensmiddelen die in 24 uur kunnen worden ingevroren bij een kamertemperatuur van 25 ºC. Vries nooit meer in dan het maximaal toegestane gewicht (3 kg). Om vers voedsel in te vriezen hoeft de gemiddelde instelling niet veranderd te worden. Om het invriezen sneller te laten verlopen moet u de thermostaatknop echter op een hogere stand instellen om de maximale koude te kunnen verkrijgen. Belangrijk! In deze omstandigheden kan de temperatuur in de koelkast tot onder de 0 °C dalen. Als dat gebeurt de thermostaatknop op een warmere stand instellen. Bevroren voedsel bewaren • Als u het vriesvak voor de eerste keer gebruikt of nadat u het ontdooid heeft, dient u de thermostaatknop minimaal twee uur voordat u het voedsel in het vriesvak legt, op instelling 5 te zetten. Zet de thermostaat vervolgens op de gewenste instelling. • Alle diepvriesproducten die u koopt moeten zo snel mogelijk in het vriesvak worden gelegd, zodat ze niet ontdooien. • Volg altijd de aanwijzingen op de verpakking van de diepvriesproducten. Belangrijk! In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "tijdsduur" is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is). Ontdooien Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of op kamertemperatuur laten ontdooien, afhankelijk van de hoeveelheid tijd die hiervoor nodig is. Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog bevroren zijn: in dat geval zal de bereiding iets langer duren. Het maken van ijsblokjes Dit apparaat is uitgerust met een of meer bakjes voor het maken van ijsblokjes. Vul deze bakjes met water en zet ze dan in het vriesvak. Giet water in het bakje voor ijsblokjes tot dit voor tweederde is gevuld, en zet het in het vriesvak. De ijsblokjes zijn na ongeveer 2 tot 3 uur klaar. De ijsblokjes kunnen gemakkelijk worden verwijderd door het bakje te draaien of 5 door het onder koud stromend water te houden. Belangrijk! Gebruik geen metalen instrumenten om de bakjes uit het vriesvak te halen. Belangrijk! Dit apparaat wordt verkocht in Frankrijk. In overeenstemming met de richtlijnen die gelden in dit land, moet dit apparaat worden geleverd met een speciaal onderdeel (zie afbeelding). Dit onderdeel is geplaatst in de onderste lade van de koelkast om de koudste zone aan te geven. Verplaatsbare schappen De wanden van de koelkast zijn voorzien van een aantal geleiders zodat de schappen op de gewenste plaats gezet kunnen worden. Belangrijk! Verwijder de glasplaat boven de groentelade niet om een goede luchtcirculatie te garanderen. Het plaatsen van de deurschappen Om het bewaren van voedselpakketten van verschillende afmetingen mogelijk te maken, kunnen de schappen op verschillende hoogtes geplaatst worden. Om deze aanpassingen uit te voeren, gaat u als volgt te werk: trek het schap geleidelijk in de richting van de pijlen totdat het los komt en plaats op een andere gewenste hoogte terug. 6 Nuttige aanwijzingen en tips Normale bedrijfsgeluiden • U kunt een zwak gorgelend en borrelend geluid horen wanneer het koelmiddel door leidingen wordt gepompt. Dat is normaal. • Als de compressor aan staat, wordt het koelmiddel rondgepompt en dan zult u een zoemend en kloppend geluid van de compressor horen. Dat is normaal. • De thermische uitzetting kan een plotseling krakend geluid veroorzaken. Dit is een natuurlijk, niet gevaarlijk fysisch verschijnsel. Dat is normaal. • Als de compressor in- of uitgeschakeld wordt, zult u een zacht "klikje" van de thermostaat horen. Dat is normaal. Tips voor energiebesparing • De deur niet vaker openen of open laten staan dan strikt noodzakelijk. • Als de omgevingstemperatuur hoog is, de thermostaatknop op een lage temperatuur staat en het apparaat volledig gevuld is, kan de compressor continu aan staan waardoor er ijs op de verdamper ontstaat. Als dit gebeurt, zet u de thermostaatknop naar een warmere instelling om de koelkast automatisch te laten ontdooien en zo elektriciteitsverbruik te besparen. Tips voor het koelen van vers voedsel Om de beste prestatie te verkrijgen: • zet geen warm voedsel of verdampende vloeistoffen in de koelkast • dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft • plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrijelijk omheen kan circuleren Tips voor het koelen Nuttige tips: Vlees (alle soorten) : in plastic zakken verpakken en op het glazen schap leggen, boven de groentelade. Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of maximaal twee dagen op deze manier. Gekookt voedsel, koude schotels, enz: deze moeten afgedekt worden en mogen op willekeurig welk schap gezet worden. Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig schoongemaakt worden en in de speciaal daarvoor bedoelde lade(n) geplaatst worden. Boter en kaas: dit moet in speciale luchtdichte bakjes gelegd of in aluminiumfolie of plas- tic zakjes gewikkeld worden om zoveel mogelijk lucht buiten te sluiten. Melkflessen: deze moeten een afdekdop hebben en opgeslagen worden in het flessenrek in de deur. Bananen, aardappelen, uien en knoflook, indien niet verpakt, mogen niet in de koelkast bewaard worden. Tips voor het invriezen Om u te helpen het voedsel zo goed mogelijk in te vriezen, volgen hier een paar belangrijke tips: • de maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden is vermeld op het typeplaatje; • het invriezen duurt 24 uur: Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe; • vries alleen vers en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit in; • bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig worden ingevroren en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft; • wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht zijn; • leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat dit laatste warm wordt; • smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen dan dikke; zout maakt voedsel minder lang houdbaar; • water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan de huid vastvriezen; • het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe lang het al bewaard is. Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u: • verzeker u ervan dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op geschikte wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen; • zorg ervoor dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel naar uw vriezer gebracht worden; 7 • doe de deur niet vaker open of laat hem niet langer open staan dan strikt noodzakelijk. • Als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren. • Bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven bewaarperiode. Wat u wel en niet moet doen Wel doen - Reinig en ontdooi uw apparaat regelmatig (zie "Ontdooien"). Wel doen - Haal vieze bladeren van groenten af en neem vuil af. Wel doen - Laat sla, kool, peterselie en bloemkool aan de stronk zitten. Wel doen - Wikkel rauw vlees en gevogelte los in plastic folie of aluminiumfolie. Hierdoor droogt het niet uit. Wel doen - Doe vis in plastic zakken. Wel doen - Doe voedingsmiddelen met een sterke geur of die kunnen uitdrogen in plastic zakken, wikkel ze in aluminiumfolie of doe ze in een luchtdicht afgesloten bakje. Wel doen - Controleer de inhoud van het vriesvak regelmatig. Wel doen - Bewaar voedsel zo kort mogelijk en houd u aan de uiterste consumptiedata. Wel doen - Bewaar kant-en-klare producten volgens de instructies op de verpakking. Wel doen - Kies altijd vers kwaliteitsvoedsel en zorg ervoor dat dit grondig schoon is voordat u het invriest. Wel doen - Wikkel al het voedsel in aluminiumfolie of plastic zakken en zorg ervoor dat er geen lucht achterblijft. Niet doen - Leg geen beschermend materiaal op de schappen, omdat dit de luchtcirculatie kan hinderen. Niet doen - Giftige of gevaarlijks stoffen in uw vriesvak bewaren. Dit apparaat is uitsluitend ontworpen voor het conserveren van eetbare levensmiddelen. Niet doen - Voedsel eten dat te lang in de vriezer heeft gelegen. Niet doen - Gekookt en vers voedsel in hetzelfde bakje bewaren. Dit moet apart worden verpakt en bewaard. Niet doen - Ontdooiend voedsel of voedselsappen op reeds geconserveerd voedsel laten druppelen. Niet doen - De deur lang openlaten, omdat dit het apparaat duurder in het gebruik maakt en voor overmatige ijsvorming zorgt. Niet doen - Scherpe voorwerpen als messen en vorken gebruiken om het ijs te verwijderen. Niet doen - Gebruik nooit haardrogers of elektrische apparaten om te ontdooien; gebruik alleen voorwerpen die aanbevolen zijn door de fabrikant. Niet doen - Warm voedsel in het apparaat zetten. Laat het eerst afkoelen. Niet doen - Met vloeistof gevulde flessen of dichte blikjes met koolzuurhoudende dranken in de vriezer zetten, omdat deze kunnen barsten. Niet doen - Kinderen ijs en ijsblokjes geven die rechtstreeks uit de vriezer komen. De lage temperatuur kan 'vrieswonden' op de lippens veroorzaken. Niet doen - Bevroren voedsel proberen te bewaren dat ontdooid is; dit moet binnen 24 uur worden gegeten of gekookt en opnieuw ingevroren worden. Onderhoud en reiniging Let op! Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact trekken. Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onderhoud en herladen mag alleen uitgevoerd worden door bevoegde technici. Periodieke reiniging Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt: • maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep. • controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren dat ze schoon en vrij van restjes zijn. • spoel ze af en maak ze grondig droog. 8 Belangrijk! Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet. Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproducten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het oppervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten. Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat schoon met een borstel of stofzuiger. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat verbeteren en het elektriciteitsverbruik besparen. Belangrijk! Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt. Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers bevatten chemicaliën die de kunststoffen die in dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen de buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een beetje afwasmiddel. Steek, na het schoonmaken van het apparaat, de stekker weer in het stopcontact. Het ontdooien van de koelkast Rijp wordt elke keer als de compressormotor tijdens normale werking stopt, automatisch van de verdamper van het koelvak verwijderd. Het dooiwater loopt via een gootje in een speciale opvangbak aan de achterkant van het apparaat, boven de compressormotor, waar het verdampt. Het is belangrijk om het afvoergaatje van het dooiwater in het midden van het koelvak regelmatig schoon te maken, om te voorkomen dat het water overloopt en op het voedsel in de koelkast gaat druppelen. Gebruik daarvoor de speciale reiniger, die al in het afvoergaatje zit. De vriezer ontdooien Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd vormen op de schappen van de vriezer en rond het bovenste vak. Belangrijk! Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt heeft. Volg onderstaande aanwijzingen om de rijp te verwijderen: 1. Schakel het apparaat uit. 2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen krantenpapier en leg het op een koele plaats. 3. Laat de deur open staan. 4. Na afloop van het ontdooien de binnenkant grondig droog maken en de dop terugzetten. 5. Schakel het apparaat in. 6. Zet de thermostaatknop op de maximale koude en laat het apparaat twee tot drie uur in deze instelling werken. 7. Zet het eerder verwijderde voedsel terug in het vriesvak. 9 Belangrijk! Gebruik nooit scherpe metalen om de rijp van de verdamper te krabben, deze zou beschadigd kunnen raken. Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de veilige bewaartijd verkorten. Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt Als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt, neem dan de volgende voorzorgsmaatregelen: • trek de stekker uit het stopcontact • haal al het voedsel eruit • ontdooi de koelkast 1)en maak het apparaat en alle accessoires schoon • laat de deur/deuren op een kier staan om de vorming van onaangename luchtjes te voorkomen. Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren, om te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft, als de stroom uitvalt. Problemen oplossen Waarschuwing! Voordat u problemen oplost, trekt u eerst de stekker uit het stopcontact. Het opsporen van storingen die niet in deze handleiding vermeld zijn, dient te worden verricht door een gekwalificeerd technicus of deskundig persoon. Probleem Belangrijk! Er zijn tijdens de normale werking geluiden te horen (compressor, koelcircuit). Mogelijke oorzaak Oplossing Het apparaat maakt lawaai Het apparaat wordt niet goed ondersteund Controleer of het apparaat stabiel staat (alle vier de voetjes moeten op de vloer staan) Het apparaat werkt niet. Het lampje brandt niet. Het apparaat is uitgeschakeld. Schakel het apparaat in. De stekker zit niet goed in het stopcontact. Steek de stekker goed in het stopcontact. Het apparaat krijgt geen stroom. Er staat geen spanning op het stopcontact. Sluit een ander elektrisch apparaat aan op het stopcontact. Neem contact op met een gekwalificeerde elektricien. Het lampje staat in stand-by. Open en sluit de deur. Het lampje is stuk. Zie "Het lampje vervangen". Het lampje brandt niet. De compressor werkt continu. 1) indien nodig. De temperatuur is niet goed inge- Stel een hogere temperatuur in. steld. De deur is niet goed gesloten. Zie "De deur sluiten". De deur is te vaak open gedaan. Laat de deur niet langer open staan dan noodzakelijk. De temperatuur van het voedsel is te hoog. Laat het voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het conserveert. De kamertemperatuur is te hoog. Verlaag de kamertemperatuur. 10 Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Er loopt water over de achterkant van de koelkast. Tijdens het automatische ontdooiproces, ontdooit de rijp tegen de achterwand. Dat is normaal. Er loopt water in de koelkast. De waterafvoer is verstopt. Maak de waterafvoer schoon. Producten verhinderen het water om in de wateropvangbak te lopen. Zorg ervoor dat de producten de achterwand niet raken. Er loopt water over de vloer. De dooiwaterafvoer loopt niet in Maak de dooiwaterafvoer vast op de verdamperbak boven de com- de verdamperbak. pressor. De temperatuur in het apparaat is te laag. De temperatuur is niet goed inge- Stel een hogere temperatuur in. steld. De temperatuur in het apparaat is te hoog. De temperatuur is niet goed inge- Stel een lagere temperatuur in. steld. De deur is niet goed gesloten. Zie "De deur sluiten". De temperatuur van het voedsel is te hoog. Laat het voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het conserveert. Er zijn veel producten tegelijk ge- Conserveer minder producten teconserveerd. gelijk. De temperatuur in de koelkast is te hoog. Er is geen koude luchtcirculatie in het apparaat. Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het apparaat is. De temperatuur in het vriesvak is te hoog. Producten liggen te dicht op elkaar. Berg de producten zodanig op dat er koude lucht kan circuleren. Er is te veel rijp. Het voedsel is niet goed verpakt. Verpak het voedsel op de juiste manier. De deur is niet goed gesloten. Zie "De deur sluiten". De temperatuur is niet goed inge- Stel een hogere temperatuur in. steld. Het lampje vervangen 1. Trek de stekker uit het stopcontact. 2. Verwijder de schroef van de afdekking van het lampje. 3. Verwijder de afdekking van het lampje (raadpleeg de afbeelding). 4. Vervang het kapotte lampje door een nieuw lampje met hetzelfde vermogen (het maximumvermogen is vermeld op de afdekking van het lampje). 5. Plaats het lampenkapje terug. 6. Draai de schroef van de afdekking van het lampje vast. 7. Steek de stekker in het stopcontact. 8. Open de deur. Controleer of het lampje gaat branden. 11 De deur sluiten 1. Maak de afdichtingen van de deur schoon. 2. Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg "Installatie". 3. Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact met de service-afdeling. Technische gegevens Productcategorie Fridge-Freezer Hoogte mm 1404 Breedte mm 545 Diepte mm 604 Netto capaciteit koelkast Liter 186 Netto capaciteit vriezer Liter 44 Energieklasse A Energieverbruik (afhankelijk van het gebruik en de plaatsing) kWh/y 285 Aantal sterren **** Tijdsduur uur 19 Invriescapaciteit kg/24u 2 Klimaatklasse SN-N-ST Spanning Volt 230 Geluidsniveau dB/A 40 De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de linker binnenkant in het apparaat en op het energielabel. Montage Opstelling Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur overeenkomt met de klimaatklasse die vermeld is op het typeplatje van het apparaat: Klimaatklasse Omgevingstemperatuur SN +10°C tot + 32°C N +16°C tot + 32°C ST +16°C tot + 38°C D +16°C tot + 43°C Afmetingen 1100 mm Lees voor uw eigen veiligheid en correcte werking van het apparaat eerst de "veiligheidsinformatie" aandachtig door, alvorens het apparaat te installeren. 105o 680 mm Ruimte die nodig is voor het gebruik 12 Afstandsstukken achterkant In het zakje met de handleiding zitten twee afstandhouders die gemonteerd moeten worden zoals te zien is in de afbeelding. 1. Plaats de afstandhouders in de openingen. Zorg er voor dat de pijl (A) is gepositioneerd, zoals in de afbeelding te zien is. 2. Draai de houders 45° linksom totdat ze vergrendelen op de juiste plaats. Waterpas zetten Zorg er voor dat het apparaat waterpas staat wanneer u het plaatst. Deze stand kan bereikt worden met de twee afstelbare voetjes die aan de voorkant en onderkant van het apparaat bevestigd zijn. Plaats Het apparaat moet ver van hittebronnen, zoals radiatoren, boilers, direct zonlicht enz., vandaan worden geïnstalleerd. Zorg er voor dat lucht vrij kan circuleren aan de achterkant van het keukenkastje. Als het apparaat onder een muur met een afdakje wordt geplaatst, moet de minimale afstand tussen de bovenkant van de kast en de muur ten minste 100 mm bedragen om optimale prestaties te garanderen . Voor de beste prestatie kunt u het apparaat beter niet onder een afdakje zetten. De afstelbare voetjes aan de onderkant van het apparaat garanderen een nauwkeurig horizontale uitlijning. Als het keukenkastje in een hoek is geplaatst en de zijkant bevat scharnieren die naar de muur wijzen, moet de afstand tussen de muur en het keukenkastje ten minste 10 mm zijn om de deur ver genoeg open te krijgen zodat de planken verwijderd kunnen worden. Waarschuwing! Het moet mogelijk zijn het apparaat van de hoofdstroomtoevoer af te halen; de stekker moet daarom na installatie gemakkelijk toegankelijk zijn. 100mm 13 15mm 15mm 2 1 Omkeerbaarheid van de deur Belangrijk! Om de volgende handelingen uit te voeren, raden we aan dat dit wordt gedaan met de hulp van een tweede persoon die de deuren van het apparaat stevig vasthoudt tijdens de werkzaamheden. Om de draairichting van de deur te veranderen, gaat u als volgt te werk: 1. Trek de stekker uit het stopcontact. 2. Open de deur van de vriezer. Maak de scharnier los. 3. Verwijder de deuren door ze licht omhoog te trekken en verwijder daarna het scharnier. 3 4. Verwijder aan de tegenovergestelde zijde de openingbedekking. 5. Schroef beide afstelbare voetjes en de schroeven van het onderste deurscharnier los. Verwijder het onderste deurscharnier en monteer deze op de tegenoverliggende zijde. 14 8. Schroef de pen aan de andere zijde weer aan. 6. Schroef de onderste, achterste schroef los en monteer deze op de tegenoverliggende zijde. 9. Plaats de deuren in de pennen en monteer de deuren. Monteer het scharnier. 7. Draai de borgpen van de bovenste deur los. 15 2 3 1 10. Monteer aan de tegenoverliggende zijde de openingbedekking die in het accessoirezakje zijn meegeleverd. 2) indien aanwezig 11. Draai het scharnier vast. Zorg ervoor dat de deuren zijn uitgelijnd. 12. Verwijder en monteer het handvat 2) op de tegenoverliggende zijde. 13. Zet het apparaat op zijn plaats, zet het waterpas, wacht minstens vier uur en steek dan de stekker in het stopcontact. Controleer goed en verzeker u ervan dat: • alle schroeven zijn aangehaald, • de deur goed open en dicht gaat. Als de omgevingstemperatuur laag is (bijv. in de winter), kan het zijn dat de pakking niet precies op de kast past. Wacht in dat geval tot de pakking op natuurlijke wijze passend wordt. Als u bovenstaande handelingen liever niet zelf uitvoert, neem dan contact op met de dichtstbijzijnde Klantenservice. De deskundige van de Klantenservice zal de draairichting van de deuren op uw kosten veranderen. Elektrische aansluiting Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis. Het apparaat moet geaard zijn. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden als bovenstaande veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd worden. Dit apparaat voldoet aan de EU- richtlijnen: 16 Milieu-informatie Belangrijke instructies m.b.t. het afdanken van het apparaat Als verantwoordelijk bedrijf hebben wij zorg voor het milieu. Daarom verzoeken wij u met klem om uw product en de verpakkingsmaterialen op de juiste manier af te danken. Hierdoor helpt u de natuurlijke bronnen te beschermen, en zorgt u ervoor dat het product wordt gerecycled op een manier waarbij de gezondheid en het milieu worden beschermd. U moet dit product en de verpakking weggooien volgens de plaatselijke wetgeving en voorschriften. Omdat dit product elektronische onderdelen bevat, mogen dit product en de bijbehorende accessoires niet bij het huishoudelijke afval worden weggegooid aan het eind van de levensduur van het product. Neem contact op met uw plaatselijke instantie voor informatie over afvalverwerking en recycling. Het product en de eventuele accu's moeten bij een plaatselijk afvalverzamelpunt worden ingeleverd. Bij de meeste verzamelpunten worden producten gratis geaccepteerd. Als iets niet lijkt te werken Als er iets met uw apparaat is wat u niet begrijpt, en u woont in Groot-Brittannië, dan kunt u tijdens kantooruren onze hulplijn bellen: 0844 8009595 Voor reparaties gelden de standaard tarieven. Wij bieden onze excuses aan voor eventueel ongemak dat veroorzaakt is door kleine inconsistenties in deze instructies, die kunnen optreden als gevolg van productverbetering en -ontwikkeling. KESA U.K HU1 3AU 19 / 01 / 2009
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48

Proline TFP230W Handleiding

Categorie
Combi-koelkasten
Type
Handleiding