Sony CDX-GT383A de handleiding

Categorie
CD spelers
Type
de handleiding
©2009 Sony Corporation
CDX-GT383A
Operating Instructions
Bedienungsanleitung
Mode d’emploi
Istruzioni per l’uso
Gebruiksaanwijzing
NL
IT
FR
GB
DE
To cancel the demonstration (DEMO) display, see page 4.
Zum Deaktivieren der Demo-Anzeige (DEMO) schlagen Sie bitte auf Seite 4 nach.
Pour annuler la démonstration (DEMO), reportez-vous à la page 4.
Per annullare la dimostrazione (DEMO), vedere pagina 4.
Om de demonstratie (DEMO) te annuleren, zie pagina 4.
FM/MW/LW
Compact Disc Player
4-132-394-32 (1)
2
Zie voor het monteren en aansluiten van het
apparaat de bijgeleverde handleiding
"Installatie en aansluitingen".
Dit label bevindt zich aan de onderkant van het
apparaat.
Opmerking voor klanten: de volgende
informatie is enkel van toepassing voor
apparaten die verkocht worden in landen
die de EU-richtlijnen in acht nemen
De fabrikant van dit apparaat is Sony
Corporation, 1-7-1 Konan, Minato-ku, Tokio,
Japan. De geautoriseerde vertegenwoordiger
voor EMC en productveiligheid is Sony
Deutschland GmbH, Hedelfinger Strasse 61,
70327 Stuttgart, Duitsland. Voor onderhouds- of
garantiekwesties kunt u de adressen gebruiken
die in de afzonderlijke onderhouds- of
garantiedocumenten worden vermeld.
Verwijdering van oude elektrische
en elektronische apparaten
(Toepasbaar in de Europese Unie en
andere Europese landen met
gescheiden ophaalsystemen)
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet
echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische
en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt
verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve
gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen
draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor
meer details in verband met het recyclen van dit product,
neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het
b
edrijf of de dienst belast met de verwijdering van
huishoudafval of de winkel waar u het product hebt
gekocht.
Accessoire waarop dit van toepassing is:
Afstandsbediening
Waarschuwing als het contactslot van
de auto geen ACC-positie heeft
Zorg ervoor dat u de functie voor automatisch
uitschakelen instelt (pagina 13).
Hiermee wordt het apparaat na de ingestelde
tijdsduur automatisch volledig uitgeschakeld
nadat u het apparaat hebt uitgeschakeld. Zo
voorkomt u dat de accu leeg raakt.
Als u de functie voor automatisch uitschakelen
niet instelt, houdt u (OFF) ingedrukt totdat het
scherm verdwijnt wanneer u het contactslot
uitzet.
Verwijdering van oude batterijen (in
de Europese Unie en andere
Europese landen met afzonderlijke
inzamelingssystemen)
Dit symbool op de batterij of verpakking wijst erop dat de
meegeleverde batterij van dit product niet als
huishoudelijk afval behandeld mag worden. Door deze
batterijen op juiste wijze af te voeren, voorkomt u voor
mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden
kunnen voordoen in geval van verkeerde
afvalbehandeling. Het recycleren van materialen draagt bij
tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen.
In het geval dat de producten om redenen van veiligheid,
prestaties dan wel in verband met data-integriteit een
permanente verbinding met batterij vereisen, dient deze
batterij enkel door gekwalificeerd servicepersoneel
vervangen te worden. Om ervoor te zorgen dat de batterij
op een juiste wijze zal worden behandeld, dient het
product aan het eind van zijn levenscyclus overhandigd te
worden aan het desbetreffende inzamelingspunt voor de
recyclage van elektrisch en elektronisch materiaal.
Voor alle andere batterijen verwijzen we u naar het
gedeelte over hoe de batterij veilig uit het product te
verwijderen. Overhandig de batterij bij het desbetreffende
inzamelingspunt voor de recyclage van batterijen.
Voor meer details in verband met het recyclen van dit
product of batterij, neemt u contact op met de
gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast
met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar
u het product hebt gekocht.
Windows Media en het
Windows-logo zijn
geregistreerde handelsmerken
van Microsoft Corporation in
de VS en/of andere landen.
3
Inhoudsopgave
Aan de slag
Discs die kunnen worden afgespeeld op dit
apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Het apparaat opnieuw instellen . . . . . . . . . . . . . 4
De DEMO-stand annuleren . . . . . . . . . . . . . . . . 4
De kaartafstandsbediening voorbereiden. . . . . . 4
De klok instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4
Het voorpaneel verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . 5
Het voorpaneel bevestigen . . . . . . . . . . . . . . 5
Bedieningselementen en algemene
handelingen
Hoofdeenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Kaartafstandsbediening RM-X151 . . . . . . . . 6
Radio
Zenders opslaan en ontvangen. . . . . . . . . . . . . . 8
Automatisch opslaan — BTM . . . . . . . . . . . 8
Handmatig opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
De opgeslagen zenders ontvangen . . . . . . . . 8
Automatisch afstemmen . . . . . . . . . . . . . . . . 8
RDS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Overzicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
AF en TA instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
PTY selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
CT instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
CD
Schermitems . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . . 10
Beveiligingsfunctie
Het beveiligingsalarm gebruiken. . . . . . . . . . . 11
Het beveiligingsalarm instellen . . . . . . . . . 11
De beveiligingsalarmfunctie activeren . . . . 11
De beveiligingsinstellingen aanpassen . . . . 11
Overige functies
De geluidsinstellingen wijzigen . . . . . . . . . . . 12
De geluidskenmerken aanpassen
— BAL/FAD/SUB. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
De equalizercurve aanpassen — EQ3 . . . . 12
Instelitems aanpassen — SET. . . . . . . . . . . . . 13
Optionele apparaten gebruiken. . . . . . . . . . . . 14
Randapparatuur voor audio . . . . . . . . . . . . 14
Bedieningssatelliet RM-X4S . . . . . . . . . . . 14
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 15
Opmerkingen over discs. . . . . . . . . . . . . . . 15
Afspeelvolgorde van
MP3-/WMA-bestanden . . . . . . . . . . . . . . . 16
Informatie over MP3-bestanden. . . . . . . . . 16
Informatie over WMA-bestanden . . . . . . . 16
Opmerkingen over de
beveiligingsalarmfunctie . . . . . . . . . . . . . . 16
Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Het apparaat verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18
Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Foutmeldingen/berichten . . . . . . . . . . . . . . 21
4
Aan de slag
Discs die kunnen worden
afgespeeld op dit apparaat
Dit apparaat kan CD-DA's (ook met CD TEXT)
en CD-R's/CD-RW's (MP3-/WMA-bestanden
(pagina 16)) afspelen.
Het apparaat opnieuw instellen
Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt of
na het vervangen van de accu of het wijzigen van
de aansluitingen, moet u het apparaat opnieuw
instellen.
Maak het voorpaneel los (pagina 5) en druk met
een puntig voorwerp, zoals een balpen, op de
RESET toets (pagina 6).
Opmerking
Als u op de RESET toets drukt, worden de
klokinstelling en bepaalde opgeslagen gegevens
gewist.
De DEMO-stand annuleren
U kunt het demonstratiescherm annuleren dat
wordt weergegeven tijdens het uitschakelen.
1 Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "DEMO" wordt weergegeven.
3 Draai de regelknop om "DEMO-OFF"
te selecteren.
4 Houd de selectietoets ingedrukt.
Het instellen is voltooid en het scherm keert
terug naar de normale weergave-/
ontvangststand.
De kaartafstandsbediening
voorbereiden
Verwijder het beschermende laagje.
Tip
Zie pagina 17 voor meer informatie over het
vervangen van de batterij.
De klok instellen
De digitale klok werkt met het 24-uurs systeem.
1 Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "CLOCK-ADJ" wordt weergegeven.
3 Druk op (SEEK) +.
De aanduiding voor het uur gaat knipperen.
4 Draai de regelknop om de uren en
minuten in te stellen.
Als u de digitale aanduiding wilt verplaatsen,
drukt u op (SEEK) –/+.
5 Na het instellen van de minuten drukt
u op de selectietoets.
Het instellen is voltooid en de klok begint te
lopen.
Als u de klok wilt weergeven, drukt u op
(DSPL). Druk nogmaals op (DSPL) om terug te
keren naar het vorige scherm.
Tip
U kunt de klok automatisch instellen met de RDS-
functie (pagina 10).
Soorten discs Label op de disc
CD-DA
MP3
WMA
5
Het voorpaneel verwijderen
U kunt het voorpaneel van het apparaat
verwijderen om diefstal te voorkomen.
Waarschuwingstoon
Wanneer u het contact in de stand OFF zet
zonder het voorpaneel te verwijderen, hoort u
gedurende enkele seconden de
waarschuwingstoon.
U hoort de waarschuwingstoon alleen als de
ingebouwde versterker wordt gebruikt.
1 Druk op (OFF).
Het apparaat wordt uitgeschakeld.
2 Druk op en trek het voorpaneel
naar u toe.
Opmerkingen
• Laat het voorpaneel niet vallen en druk niet te hard
op het voorpaneel en het display.
• Stel het voorpaneel niet bloot aan hitte/hoge
temperaturen of vocht. Laat het voorpaneel niet
achter in een geparkeerde auto of op het
dashboard/de hoedenplank.
Het voorpaneel bevestigen
Plaats deel A van het voorpaneel op deel B van
het apparaat, zoals wordt weergegeven, en druk
op de linkerzijde tot deze vastklikt.
Opmerking
Plaats niets op de binnenkant van het voorpaneel.
B
A
6
Bedieningselementen en algemene handelingen
Hoofdeenheid
Kaartafstandsbediening
RM-X151
In dit gedeelte vindt u informatie over de locatie
van bedieningselementen en instructies voor
algemene handelingen.
Bekijk de betreffende pagina's voor meer
informatie.
De overeenkomstige toetsen op de
kaartafstandsbediening bedienen dezelfde
functies als die op het apparaat.
A OFF toets
Uitschakelen; de bron stoppen.
B SEEK +/– toetsen
CD:
Tracks overslaan (indrukken); tracks blijven
overslaan (indrukken, vervolgens binnen
1 seconde nogmaals indrukken en
vasthouden); een track snel terug-/
vooruitspoelen (ingedrukt houden).
Radio:
Automatisch afstemmen op zenders
(indrukken); handmatig zoeken naar zenders
(ingedrukt houden).
C SOURCE toets
Inschakelen; de bron wijzigen (radio/CD/
AUX).
D EQ3 (equalizer) toets pagina 12
Een equalizertype selecteren (XPLOD,
VOCAL, EDGE, CRUISE, SPACE,
GRAVITY, CUSTOM of OFF).
E Regelknop/selectietoets pagina 12
Volume aanpassen (draaien); instelitems
selecteren (indrukken en draaien).
F Discsleuf
Plaats de disc (met het label omhoog) en het
afspelen begint.
ALBM PTY STTRACK SHUFLOUD
SET UP
DISC REGTPTAAF
AUX
1 2 3 4 5 6
AF
/
TA
SOURCE
M
O
DE
SEEK
SEEK
EQ3
DSPL
SCRL
PUSH SELECT
PAUSEREP SHUF
OFF
ALBUMPTY
1
q
s
q
a
q
;
2
q
d
q
f
q
h
q
g
4 65 9783
OFF
DSPL
SCRL
SEL
SOURCE
MODE
132
465
ATT
VOL
+
–
+
–
3
wa
qs
1
wd
qj
qk
w;
ql
wf
ws
7
G Display
H AUX-ingang pagina 14
Een draagbaar audioapparaat aansluiten.
I Z (uitwerpen) toets
De disc uitwerpen.
J DSPL (scherm)/SCRL (rollen) toets
pagina 8, 10
Schermitems wijzigen (indrukken); het
schermitem rollen (ingedrukt houden).
K (voorpaneel loslaten) toets
pagina 5
L MODE toets pagina 8
De radioband selecteren (FM/MW/LW).
M RESET toets (bevindt zich achter het
voorpaneel) pagina 4
N AF (alternatieve frequenties)/TA
(verkeersinformatie)/PTY
(programmatype) toets pagina 9
AF en TA instellen (indrukken); PTY
selecteren (ingedrukt houden) in RDS.
O Cijfertoetsen
CD:
(1)/(2): ALBUM –/+ (tijdens het afspelen
van MP3/WMA)
Albums overslaan (indrukken); albums
blijven overslaan (ingedrukt houden).
(3): REP pagina 10
(4): SHUF pagina 10
(6): PAUSE
Afspelen onderbreken. Druk nogmaals
op de toets om te annuleren.
Radio:
De opgeslagen zenders ontvangen
(indrukken); zenders opslaan (ingedrukt
houden).
P Ontvanger voor de
kaartafstandsbediening
De volgende toetsen op de
kaartafstandsbediening verschillen van de
toetsen op het apparaat of hebben andere functies
dan de toetsen op het apparaat. Verwijder het
beschermende laagje vóór gebruik (pagina 4).
qj < (.)/, (>) toetsen
CD/radio bedienen, dezelfde functie als
(SEEK) –/+ op het apparaat.
Instellingen, geluidsinstellingen, enzovoort
kunnen worden geregeld met < ,.
qk DSPL (scherm) toets
De schermitems wijzigen.
ql VOL (volume) +/– toets
Het volume aanpassen.
w; ATT (dempen) toets
Het geluid dempen. Druk nogmaals op de
toets om te annuleren.
wa SEL (selectie) toets
Dezelfde functie als de selectietoets op het
apparaat.
ws M (+)/
m (–) toetsen
CD bedienen, dezelfde functie als (1)/(2)
(ALBUM –/+) op het apparaat.
Instellingen, geluidsinstellingen, enzovoort
kunnen worden geregeld met M m.
wd SCRL (rollen) toets
Het schermitem rollen.
wf Cijfertoetsen
De opgeslagen zenders ontvangen
(indrukken); zenders opslaan (ingedrukt
houden).
Opmerking
Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het scherm
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de kaartafstandsbediening, tenzij op (SOURCE) op
het apparaat wordt gedrukt of er een disc wordt
geplaatst om het apparaat eerst te activeren.
8
Radio
Zenders opslaan en ontvangen
Let op
Als u afstemt op zenders tijdens het rijden, moet
u de BTM-functie (geheugen voor beste
afstemming) gebruiken om ongelukken te
vermijden.
Automatisch opslaan — BTM
1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot
"TUNER" wordt weergegeven.
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band
te wijzigen. U kunt FM1, FM2, FM3, MW of
LW selecteren.
2 Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
3 Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "BTM" wordt weergegeven.
4 Druk op (SEEK) +.
Het apparaat slaat de zenders in de volgorde
van frequentie op onder de cijfertoetsen.
Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling
is opgeslagen.
Handmatig opslaan
1 Als u de zender ontvangt die u wilt
opslaan, houdt u een cijfertoets
((1) tot en met (6)) ingedrukt tot
"MEMORY" wordt weergegeven.
Opmerking
Als u een andere zender opslaat onder dezelfde
cijfertoets, wordt de eerder opgeslagen zender
vervangen.
Tip
Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de
AF-/TA-instelling ook opgeslagen (pagina 9).
De opgeslagen zenders ontvangen
1 Selecteer de band en druk vervolgens
op een cijfertoets ((1) tot en met (6)).
Automatisch afstemmen
1 Selecteer de band en druk op
(SEEK) +/– om de zender te zoeken.
Het zoeken stopt zodra een zender wordt
ontvangen. Herhaal deze procedure tot de
gewenste zender wordt ontvangen.
Tip
Als u de frequentie kent van de zender die u wilt
beluisteren, houdt u (SEEK) +/– ingedrukt tot de
frequentie ongeveer is bereikt en drukt u vervolgens
herhaaldelijk op (SEEK) +/– om nauwkeurig af te
stemmen op de gewenste frequentie (handmatig
afstemmen).
RDS
Overzicht
FM-zenders met de RDS-dienst
(radiogegevenssysteem) sturen onhoorbare
digitale informatie mee met het gewone
radioprogrammasignaal.
Schermitems
A Frequentie*
1
(programmaservicenaam),
voorinstelnummer, klok, RDS-gegevens
B TA /TP *
2
*1 Als u de RDS-zender ontvangt, wordt " *" links van
de frequentieaanduiding weergegeven.
*2 "TA" knippert tijdens de verkeersinformatie. "TP"
gaat branden als dergelijke zenders worden
ontvangen.
Als u de schermitems A wilt wijzigen, drukt u
op (DSPL).
RDS-diensten
Dit apparaat biedt automatisch RDS-diensten op
de volgende manier:
AF (alternatieve frequenties)
Hiermee wordt de zender met het sterkste
signaal in een netwerk geselecteerd en wordt
opnieuw op deze zender afgestemd. Als u deze
functie gebruikt, kunt u onafgebroken naar
hetzelfde programma luisteren tijdens een lange
rit zonder dat u steeds handmatig op dezelfde
zender hoeft af te stemmen.
TA (verkeersinformatie)/
TP (verkeersprogramma)
Hiermee ontvangt u de huidige
verkeersinformatie/-programma's. De huidige
bron wordt onderbroken door eventuele
verkeersinformatie/-programma's.
PTY (programmatypen)
Hiermee geeft u het ontvangen programmatype
weer. Hiermee zoekt u ook naar het
geselecteerde programmatype.
BA
9
Opmerkingen
• In bepaalde landen/regio's zijn wellicht niet alle
RDS-functies beschikbaar.
• RDS functioneert wellicht niet als het
ontvangstsignaal zwak is of als de zender waarop u
hebt afgestemd, geen RDS-gegevens verzendt.
AF en TA instellen
1 Druk herhaaldelijk op (AF/TA) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
RDS-zenders met de AF- en
TA-instelling opslaan
U kunt RDS-zenders vooraf instellen met de
AF-/TA-instelling. Als u de BTM-functie
gebruikt, worden alleen RDS-zenders met
dezelfde AF-/TA-instelling opgeslagen.
Als u handmatig vooraf instelt, kunt u zowel
RDS- als niet-RDS-zenders instellen met de
bijbehorende AF-/TA-instelling.
1 Stel AF/TA in en sla de zender vervolgens met
BTM of handmatig op.
Noodberichten ontvangen
Als AF of TA is ingeschakeld, wordt de
geselecteerde bron automatisch onderbroken
door de noodberichten.
Tip
Als u het volume aanpast tijdens een verkeersbericht,
wordt dat volume opgeslagen in het geheugen voor
volgende verkeersberichten, onafhankelijk van het
normale volume.
Een regionaal programma
beluisteren — REG
Als de AF-functie is ingeschakeld: met de
fabrieksinstelling van het apparaat wordt
ontvangst tot een bepaalde regio beperkt, zodat er
niet automatisch wordt overgeschakeld naar een
andere regionale zender met een sterkere
frequentie.
Wanneer u het ontvangstgebied van het regionale
programma verlaat, stelt u tijdens FM-ontvangst
"REG-OFF" in bij de instellingen (pagina 13).
Opmerking
Deze functie werkt niet in het Verenigd Koninkrijk en
bepaalde andere gebieden.
Local Link-functie (alleen voor het
Verenigd Koninkrijk)
Met deze functie kunt u andere lokale zenders in
het gebied selecteren, ook als deze niet zijn
opgeslagen onder de cijfertoetsen.
1 Druk tijdens FM-ontvangst op een cijfertoets
((1) tot en met (6)) waaronder een lokale
zender is opgeslagen.
2 Druk binnen 5 seconden nogmaals op de
cijfertoets van de lokale zender.
Herhaal dit tot de lokale zender wordt
ontvangen.
PTY selecteren
1 Houd (AF/TA) (PTY) ingedrukt tijdens
FM-ontvangst.
De naam van het huidige programmatype
verschijnt als de zender PTY-gegevens
uitzendt.
2 Druk herhaaldelijk op (AF/TA) (PTY) tot
het gewenste programmatype
verschijnt.
3 Druk op (SEEK) –/+.
Het apparaat begint te zoeken naar een zender
die het geselecteerde programmatype
uitzendt.
CT (kloktijd)
Met de CT-gegevens van de RDS-uitzending
wordt de klok ingesteld.
Selecteer Actie
AF-ON AF inschakelen en TA
uitschakelen.
TA-ON TA inschakelen en AF
uitschakelen.
AF, TA-ON AF en TA inschakelen.
AF, TA-OFF AF en TA uitschakelen.
vervolg op volgende pagina t
10
Programmatypen
Opmerking
U kunt deze functie niet gebruiken in bepaalde landen/
regio's waar geen PTY-gegevens beschikbaar zijn.
CT instellen
1 Stel "CT-ON" in bij de instellingen
(pagina 13).
Opmerkingen
• Het is mogelijk dat de CT-functie niet werkt, ook al
wordt er wel een RDS-zender ontvangen.
• Er kan een verschil zijn tussen de tijd van de CT-
functie en de werkelijke tijd.
CD
Schermitems
*1 De informatie over een CD TEXT, MP3/WMA wordt
weergegeven.
*2 Het albumnummer wordt alleen weergegeven als
het album wordt gewijzigd.
Als u de schermitems wilt wijzigen, drukt u op
(DSPL).
Tip
De weergegeven items zijn afhankelijk van het
disctype, de opname-indeling en de instellingen. Zie
pagina 16 voor meer informatie over MP3/WMA.
Herhaaldelijk en willekeurig
afspelen
1 Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk
op (3) (REP) of (4) (SHUF) tot de
gewenste instelling wordt
weergegeven.
* Bij het afspelen van een MP3-/WMA-bestand.
Als u wilt terugkeren naar de normale
weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF
OFF".
NEWS (Nieuws), AFFAIRS (Actualiteiten),
INFO (Informatie), SPORT (Sport),
EDUCATE (Educatieve programma's),
DRAMA (Toneel), CULTURE (Cultuur),
SCIENCE (Wetenschap), VARIED (Diversen),
POP M (Populaire muziek), ROCK M (Rock-
muziek), EASY M (Easy Listening), LIGHT M
(Licht klassiek), CLASSICS (Klassiek),
OTHER M (Ander type muziek), WEATHER
(Weerberichten), FINANCE (Financiën),
CHILDREN (Kinderprogramma's), SOCIAL A
(Sociale zaken), RELIGION (Religie),
PHONE IN (Phone In), TRAVEL (Reizen),
LEISURE (Ontspanning), JAZZ (Jazz-muziek),
COUNTRY (Country-muziek), NATION M
(Nationale muziek), OLDIES (Oldies),
FOLK M (Folk-muziek), DOCUMENT
(Documentaires)
Selecteer Actie
TRACK Track herhaaldelijk
afspelen.
ALBUM* Album herhaaldelijk
afspelen.
SHUF ALBUM* Album in willekeurige
volgorde afspelen.
SHUF DISC Disc in willekeurige
volgorde afspelen.
Tracknaam*
1
, disc-/artiestennaam*
1
,
albumnummer*
2
, albumnaam*
1
,
tracknummer/verstreken speelduur,
klok
11
Beveiligingsfunctie
Het beveiligingsalarm
gebruiken
Als u het beveiligingsalarm instelt, neemt dit
apparaat (geluids) trillingen in de auto waar en
wordt er een hard geluid weergegeven.
(Bijvoorbeeld wanneer een ongeautoriseerde
persoon de deur probeert te openen, enzovoort.)
Het beveiligingsalarm instellen
1 Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "S.SET" wordt weergegeven.
3 Draai de regelknop om "ON" te
selecteren.
4 Houd de selectietoets ingedrukt.
Het instellen is voltooid en het scherm keert
terug naar de normale weergave-/
ontvangststand.
De beveiligingsalarmfunctie
activeren
Stel het beveiligingsalarm van tevoren in op
"ON".
1 Zet het contact van de auto in de stand
OFF en verwijder het voorpaneel.
De STANDBY-stand voor de
beveiligingsfunctie wordt geactiveerd en de
beveiligings-LED (geel) knippert.
In de STANDBY-stand voor de
beveiligingsfunctie wordt het alarm niet
weergegeven, zelfs als er trillingen worden
waargenomen. Ondertussen stapt u uit de auto,
haalt u uw bagage uit de auto, enzovoort. De
beveiligingsstand wordt na 1 minuut
(standaardinstelling) geactiveerd.
Tip
Als u niet beschikt over het voorpaneel, kan de
beveiligingsalarmfunctie worden geactiveerd door het
contact van de auto in de stand OFF te zetten.
Wanneer de beveiligingsstand van het
apparaat is geactiveerd, werkt het
apparaat als volgt:
• Als "S.LED" is ingesteld op "ON", knipperen
de beveiligings-LED's (geel en rood)
beurtelings.
• Als de sensor een trilling in de auto waarneemt,
knipperen de LED's (geel en rood) tegelijkertijd
en wordt een zachte alarmtoon weergegeven
(zachte alarmstand).
Als er gedurende 10 seconden na de eerste trilling
geen andere trillingen worden waargenomen,
wordt de beveiligingsstand van het apparaat weer
geactiveerd.
• Als de sensor binnen 10 seconden na het activeren
van de zachte alarmstand een nieuwe trilling
waarneemt, wordt het alarmgeluid steeds harder.
Binnen 15 seconden bereikt het alarmgeluid het
maximumvolume. Het alarmgeluid wordt
45 seconden weergegeven en vervolgens wordt de
beveiligingsstand opnieuw geactiveerd (harde
alarmstand).
Opmerking
Als de harde alarmstand 10 keer achter elkaar is
geactiveerd, wordt de beveiligingsalarmfunctie
automatisch uitgeschakeld om te voorkomen dat de
accu leeg raakt.
De beveiligingsalarmfunctie
annuleren
Bevestig het voorpaneel of zet het contact van de
auto in de ACC-positie.
Wanneer u de beveiligingsalarmfunctie
annuleert, geeft het apparaat weer hoe vaak de
harde alarmstand is geactiveerd wegens (geluids)
trillingen in de auto.
Als de harde alarmstand 10 keer achter elkaar is
geactiveerd, wordt "SECU OFF" weergegeven.
De beveiligingsinstellingen
aanpassen
1 Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot de instellingen voor het
beveiligingsalarm worden
weergegeven.
3 Draai de regelknop om de instelling te
selecteren.
Beveiligings-LED's
vervolg op volgende pagina t
12
4 Houd de selectietoets ingedrukt.
Het instellen is voltooid en het scherm keert
terug naar de normale weergave-/
ontvangststand.
De volgende items kunnen worden ingesteld:
Overige functies
De geluidsinstellingen wijzigen
De geluidskenmerken aanpassen
— BAL/FAD/SUB
U kunt de balans, de fader en het
subwoofervolume regelen.
1 Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "BAL", "FAD" of "SUB" wordt
weergegeven.
Het item wordt als volgt gewijzigd:
LOW*
1
t MID*
1
t HI*
1
t
BAL (links-rechts) t FAD (voor-achter) t
SUB (subwoofervolume)*
2
t AUX*
3
*1 Als EQ3 is ingeschakeld (pagina 12).
*2 Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB"
(pagina 13).
"ATT" wordt weergegeven bij de laagste
instelling en u kunt deze instelling maximaal
21 stappen aanpassen.
*3 Als AUX-bron is ingeschakeld (pagina 14).
2 Draai de regelknop om het
geselecteerde item aan te passen.
Na 5 seconden is het instellen voltooid en
keert het scherm terug naar de normale
weergave-/ontvangststand.
De equalizercurve aanpassen
— EQ3
Met "CUSTOM" bij EQ3 kunt u zelf
equalizerinstellingen opgeven.
1 Selecteer een bron en druk
herhaaldelijk op (EQ3) om "CUSTOM"
te selecteren.
2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot "LOW", "MID" of "HI" wordt
weergegeven.
3 Draai de regelknop om het
geselecteerde item aan te passen.
Het volume kan worden aangepast in stappen
van 1 dB, van –10 dB tot +10 dB.
Herhaal stap 2 en 3 om de equalizercurve aan
te passen.
Als u de fabrieksinstelling voor de
equalizercurve wilt herstellen, houdt u de
selectietoets ingedrukt voordat het instellen is
voltooid.
S.LED (beveiligings-LED)
De knipperende LED van de beveiligingsstand
activeren: "ON", "OFF".
S.TIME (starttijd van beveiligingsalarm)
De tijd selecteren tussen het verwijderen van het
voorpaneel en het activeren van de
beveiligingsstand: "15S" (seconden), "1M"
(minuut), "3M" (minuten).
S.SENS (gevoeligheid voor beveiligingsalarm)
De gevoeligheid voor het waarnemen van
trillingen selecteren: "LOW", "MID", "HI".
13
Na 5 seconden is het instellen voltooid en
keert het scherm terug naar de normale
weergave-/ontvangststand.
Tip
Andere equalizertypen kunnen ook worden
aangepast.
Instelitems aanpassen — SET
1 Houd de selectietoets ingedrukt.
Het installatievenster wordt weergegeven.
2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets
tot het gewenste item wordt
weergegeven.
3 Draai de regelknop om de instelling
(bijvoorbeeld "ON" of "OFF") te
selecteren.
4 Houd de selectietoets ingedrukt.
Het instellen is voltooid en het scherm keert
terug naar de normale weergave-/
ontvangststand.
Opmerking
De weergegeven items zijn afhankelijk van de bron en
de instelling.
De volgende items kunnen worden ingesteld
(volg de paginaverwijzing voor meer informatie):
CLOCK-ADJ (klok aanpassen) (pagina 4)
CT (kloktijd)
De klok automatisch instellen: "ON", "OFF"
(pagina 9, 10).
BEEP
De pieptoon inschakelen: "ON", "OFF".
AUX-A*
1
(AUX-audio)
Het AUX-bronscherm inschakelen: "ON",
"OFF" (pagina 14).
A.OFF (automatisch uitschakelen)
Automatisch uitschakelen na de gewenste tijd
wanneer het apparaat is uitgeschakeld: "NO",
"30S" (seconden), "30M" (minuten), "60M"
(minuten).
SUB/REAR*
1
De audio-uitvoer wijzigen: "SUB-OUT"
(subwoofer), "REAR-OUT" (versterker).
DEMO
(demonstratie)
De demonstratie inschakelen: "ON", "OFF".
DIM (dimmer)
De helderheid van het scherm wijzigen: "ON",
"OFF".
M.DSPL (bewegingsdisplay)
De stand voor het bewegingsdisplay selecteren.
– "ON": bewegende patronen weergeven.
– "OFF": het bewegingsdisplay uitschakelen.
A.SCRL (automatisch rollen)
Lange items automatisch laten rollen: "ON",
"OFF".
LOCAL (lokale zoekfunctie)
– "ON": alleen afstemmen op zenders met sterke
signalen.
– "OFF": afstemmen met normale ontvangst.
MONO*
2
(monostand)
Mono-ontvangststand selecteren om slechte
FM-ontvangst te verbeteren: "ON", "OFF".
REG*
2
(regionaal) (pagina 9)
LPF*
3
(laagdoorlaatfilter)
De kantelfrequentie van de subwoofer
selecteren: "OFF", "80Hz", "100Hz", "120Hz",
"140Hz", "160Hz".
LPF NORM/REV*
3
(laagdoorlaatfilter normaal/
omgekeerd)
De fase selecteren wanneer het LPF is
ingeschakeld: "NORM", "REV".
HPF (hoogdoorlaatfilter)
De kantelfrequentie van de voor-/
achterluidspreker selecteren: "OFF", "80Hz",
"100Hz", "120Hz", "140Hz", "160Hz".
LOUD (loudness)
Hoge en lage tonen versterken voor helder
geluid bij lagere volumeniveaus: "ON", "OFF".
BTM (pagina 8)
S.SET (pagina 11)
S.LED (pagina 12)
S.TIME (pagina 12)
S.SENS (pagina 12)
*1 Als het apparaat is uitgeschakeld.
*2 Als FM wordt ontvangen.
*3 Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB-OUT".
14
Optionele apparaten gebruiken
Randapparatuur voor audio
Door een optioneel draagbaar audioapparaat aan
te sluiten op de AUX-ingang (stereo mini-
aansluiting) op het apparaat en vervolgens de
bron te selecteren, kunt u het audioapparaat
beluisteren via de autoluidsprekers. Het volume
kan worden aangepast voor elk verschil tussen
het apparaat en het draagbare audioapparaat.
Volg de onderstaande procedure:
Een draagbaar audioapparaat
aansluiten
1 Schakel het draagbare audioapparaat uit.
2 Verlaag het volume op het apparaat.
3 Sluit het draagbare audioapparaat aan.
* Gebruik een rechte stekker.
Het volume aanpassen
Pas het volume voor elk aangesloten
audioapparaat aan voordat u het afspelen start.
1 Verlaag het volume op het apparaat.
2 Druk herhaaldelijk op (SOU RCE) tot "AUX"
wordt weergegeven.
"FRONT IN" wordt weergegeven.
3 Start het afspelen op het draagbare
audioapparaat met een normaal volume.
4 Stel uw gebruikelijke luistervolume in op het
apparaat.
5 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot
"AUX" wordt weergegeven en draai de
regelknop om het ingangsniveau aan te passen
(–8 dB tot +18 dB).
Bedieningssatelliet RM-X4S
Het label bevestigen
Houd bij het bevestigen van het label rekening
met de positie waarin de bedieningssatelliet
wordt gemonteerd.
Bedieningselementen
De overeenkomstige toetsen op de
bedieningssatelliet bedienen dezelfde functies als
die op dit apparaat.
De volgende bedieningselementen op de
bedieningssatelliet moeten op een andere manier
worden bediend dan op het apparaat.
• ATT (dempen) toets
Het geluid dempen. Druk nogmaals op de toets
om te annuleren.
• SEL (selectie) toets
Dezelfde functie als de selectietoets op het
apparaat.
• PRESET/DISC* regelaar
CD: dezelfde functie als (1)/(2)
(ALBUM –/+) op het apparaat (indrukken en
draaien).
Radio: de opgeslagen zenders ontvangen
(indrukken en draaien).
• VOL (volume) regelaar
Dezelfde functie als de regelknop op het
apparaat (draaien).
• SEEK/AMS regelaar
Dezelfde functie als (SEEK ) +/– op het
apparaat (draaien of draaien en vasthouden).
• DSPL (scherm) toets
De schermitems wijzigen.
* Niet beschikbaar voor dit apparaat.
AUX
AUX
Verbindingskabel*
(niet bijgeleverd)
SEL
D
S
PL
M
O
D
E
S
E
L
D
S
P
L
M
O
D
E
OFF
ATT
SEL
SOURCE
DSPL
MODE
OFF
VOL
SEEK/AMS
PRESET/
DISC
15
De werkingsrichting wijzigen
De werkingsrichting van de bedieningselementen
is in de fabriek ingesteld, zoals hieronder wordt
aangegeven.
Als u de bedieningssatelliet rechts op de
stuurkolom moet monteren, kan de
werkingsrichting worden omgekeerd.
1 Terwijl u de VOL regelaar indrukt, houdt u
(SEL) ingedrukt.
Aanvullende informatie
Voorzorgsmaatregelen
• Laat het apparaat afkoelen als de auto geparkeerd
heeft gestaan in de volle zon.
• De elektrisch bediende antenne schuift
automatisch uit.
Condensvorming
Als er vocht condenseert in het apparaat, verwijdert
u de disc en wacht u ongeveer een uur tot het
apparaat is gedroogd; anders kan de werking van het
apparaat worden verstoord.
Optimale geluidskwaliteit behouden
Mors geen vocht op het apparaat of de discs.
Opmerkingen over discs
• Stel een disc niet bloot aan direct zonlicht of
warmtebronnen, zoals heteluchtkanalen, en laat
deze niet achter in een auto die in de volle zon
staat geparkeerd.
• Veeg een disc van binnen naar
buiten schoon met een doekje
voordat u deze afspeelt.
Gebruik geen oplosmiddelen
zoals benzine, thinner en in de
handel verkrijgbare
reinigingsmiddelen.
• Dit apparaat is ontworpen om
discs af te spelen die voldoen
aan de CD-norm (Compact Disc). DualDiscs en
sommige muziekdiscs die zijn gecodeerd met
copyrightbeveiligingstechnologieën voldoen niet
aan de CD-norm (Compact Disc) en kunnen
daarom mogelijk niet worden afgespeeld met dit
apparaat.
• Discs die NIET kunnen worden afgespeeld
met dit apparaat
– Discs waarop labels, stickers, tape of papier zijn
geplakt. Hierdoor kan de werking worden
verstoord of de disc worden beschadigd.
– Discs met afwijkende vormen (bijvoorbeeld hart,
vierkant, ster). Als u dit toch probeert, kan het
apparaat worden beschadigd.
– 8-cm discs.
Opmerkingen over CD-R's/CD-RW's
• Het maximumaantal: (alleen CD-R/CD-RW)
– mappen (albums): 150 (inclusief hoofdmap)
– bestanden (tracks) en mappen: 300 (misschien
minder dan 300 als de map-/bestandsnaam veel
tekens bevat)
– tekens die kunnen worden weergegeven voor de
naam van een map/bestand: 32 (Joliet)/64
(Romeo)
Verhogen
Verlagen
vervolg op volgende pagina t
16
• Als een disc met Multi Session (meerdere sessies)
begint met een CD-DA-sessie, wordt deze herkend
als een CD-DA-disc, en worden andere sessies
niet afgespeeld.
• Discs die NIET kunnen worden afgespeeld
met dit apparaat
– CD-R's/CD-RW's met slechte opnamekwaliteit.
– CD-R's/CD-RW's die zijn opgenomen met een
incompatibel opnameapparaat.
– CD-R's/CD-RW's die onjuist zijn gefinaliseerd.
– CD-R's/CD-RW's die niet zijn opgenomen in de
muziek-CD-indeling of MP3-indeling conform
ISO9660 Level 1/Level 2, Joliet/Romeo of Multi
Session (meerdere sessies).
Afspeelvolgorde van MP3-/WMA-
bestanden
Informatie over MP3-bestanden
• MP3 (MPEG-1 Audio Layer-3) is een compressie-
indeling voor muziekbestanden. Audio-CD-
gegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer
1/10 van de oorspronkelijke grootte.
• ID3-tag versies 1.0, 1.1, 2.2, 2.3 en 2.4 gelden
alleen voor MP3. ID3-tag is 15/30 tekens (1.0 en
1.1) of 63/126 tekens (2.2, 2.3 en 2.4).
• Wanneer u een MP3-bestand een naam geeft, moet
u altijd de extensie ".mp3" aan de bestandsnaam
toevoegen.
• Als u een MP3-bestand met VBR (variabele
bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/terugspoelt,
wordt de verstreken speelduur wellicht niet
nauwkeurig weergegeven.
Opmerking
Als u een MP3-bestand met een hoge bitsnelheid
afspeelt, zoals 320 kbps, wordt het geluid
waarschijnlijk onderbroken.
Informatie over WMA-bestanden
• WMA (Windows Media Audio) is een
compressie-indeling voor muziekbestanden.
Audio-CD-gegevens worden gecomprimeerd tot
ongeveer 1/22* van de oorspronkelijke grootte.
• WMA-tag is 63 tekens.
• Wanneer u een WMA-bestand een naam geeft,
moet u altijd de extensie ".wma" aan de
bestandsnaam toevoegen.
• Als u een WMA-bestand met VBR (variabele
bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/terugspoelt,
wordt de verstreken speelduur wellicht niet
nauwkeurig weergegeven.
* Alleen voor 64 kbps
Opmerking
Het afspelen van de volgende WMA-bestanden wordt
niet ondersteund.
– compressie zonder gegevensverlies (lossless)
– auteursrechtelijk beveiligd
Opmerkingen over de
beveiligingsalarmfunctie
• De beveiligingsalarmfunctie verbetert de
beveiliging van een auto door deze te beschermen
met een geïntegreerde impactsensor in het
apparaat. Als u het beveiligingsalarm wilt
gebruiken, moet het apparaat correct zijn
geïnstalleerd en moet u een geschikte
gevoeligheidsinstelling opgeven en de functie
activeren in het installatievenster.
• De beveiligingsalarmfunctie is niet bedoeld ter
vervanging van een speciaal beveiligingssysteem
of om samen te werken met dergelijke systemen of
hun accessoires. We bieden geen garanties voor
gedeeltelijke of totale beveiliging tegen schade,
diefstal, vandalisme of andere acties wanneer u het
apparaat installeert en/of gebruikt met de
beveiligingsalarmfunctie.
Met alle vragen of problemen met betrekking tot dit
apparaat die niet aan bod komen in deze
gebruiksaanwijzing, kunt u terecht bij uw Sony-
handelaar.
Map
(album)
MP3-/WMA-
bestand
(track)
MP3/WMA
17
Onderhoud
De lithiumbatterij van de
kaartafstandsbediening vervangen
Onder normale omstandigheden gaat de batterij
ongeveer 1 jaar mee. (Afhankelijk van de
gebruiksomstandigheden kan de levensduur korter
zijn.)
Wanneer de batterij verzwakt, wordt het bereik van
de kaartafstandsbediening kleiner. Vervang de
batterij door een nieuwe CR2025-lithiumbatterij.
Bij een andere batterij bestaat er brand- of
explosiegevaar.
Opmerkingen over de lithiumbatterij
• Houd de lithiumbatterij buiten het bereik van
kinderen. Raadpleeg meteen een arts wanneer een
batterij wordt ingeslikt.
• Veeg de batterij schoon met een droge doek voor
een goed contact.
• Houd bij het plaatsen van de batterij rekening met
de juiste polariteit.
• Houd de batterij niet vast met een metalen tang.
Hierdoor kan er kortsluiting ontstaan.
Zekeringen vervangen
Vervang een zekering altijd
door een identiek exemplaar.
Als de zekering doorbrandt,
moet u de voedingsaansluiting
controleren en de zekering
vervangen. Brandt de zekering
vervolgens nogmaals door, dan
kan er sprake zijn van een
defect in het apparaat.
Raadpleeg in dat geval de
dichtstbijzijnde Sony-
handelaar.
Aansluitingen schoonmaken
De werking van het apparaat kan worden verstoord
als de aansluitingen tussen het apparaat en het
voorpaneel niet schoon zijn. U kunt dit voorkomen
door het voorpaneel (pagina 5) los te maken en de
aansluitingen te reinigen met een wattenstaafje.
Gebruik hierbij niet teveel kracht. Anders kunnen de
aansluitingen worden beschadigd.
Opmerkingen
• Uit veiligheidsoverwegingen moet u de motor
uitschakelen en de sleutel uit het contactslot halen
voordat u de aansluitingen reinigt.
• Raak de aansluitingen nooit rechtstreeks aan met
uw vingers of een metalen voorwerp.
1
2
+ zijde omhoog
c
WAARSCHUWING
Bij oneigenlijk gebruik kan de batterij
ontploffen.
Probeer niet de batterij op te laden of te
openen; werp ook een lege batterij nooit in
het vuur.
Zekering (10 A)
Hoofdeenheid
Achterkant van
het voorpaneel
18
Het apparaat verwijderen
1 Verwijder de beschermende rand.
1 Maak het voorpaneel los (pagina 5).
2 Duw de zijkanten van de beschermende
rand naar binnen en trek de beschermende
rand naar buiten.
2 Verwijder het apparaat.
1 Plaats beide ontgrendelingssleutels
tegelijkertijd en duw hierop tot deze
vastklikken.
2 Trek de ontgrendelingssleutels naar u toe
om het apparaat los te maken.
3 Schuif het apparaat uit de houder.
Technische gegevens
CD-speler
Signaal/ruis-afstand: 120 dB
Frequentiebereik: 10 – 20.000 Hz
Snelheidsfluctuaties: Minder dan meetbare waarden
Tuner
FM
Afstembereik: 87,5 – 108,0 MHz
Antenne-aansluiting:
Aansluiting voor externe antenne
Tussenfrequentie: 150 kHz
Bruikbare gevoeligheid: 10 dBf
Selectiviteit: 75 dB bij 400 kHz
Signaal/ruis-afstand: 70 dB (mono)
Scheiding: 40 dB bij 1 kHz
Frequentiebereik: 20 – 15.000 Hz
MW/LW
Afstembereik:
MW: 531 – 1.602 kHz
LW: 153 – 279 kHz
Antenne-aansluiting:
Aansluiting voor externe antenne
Tussenfrequentie: 25 kHz
Gevoeligheid: MW: 26 µV, LW: 45 µV
Versterker
Uitgang: Luidsprekeruitgangen (sure seal)
Luidsprekerimpedantie: 4 – 8 ohm
Maximaal uitgangsvermogen: 45 W × 4 (bij 4 ohm)
Algemeen
Uitgangen:
Audio-uitgangen (schakelen tussen subwoofer/
versterker)
Relaisaansluiting elektrische antenne
Aansluiting versterker
Ingangen:
Afstandsbedieningsingang
Antenne-ingang
Telephone ATT-bedieningsaansluiting
AUX-ingang (stereo mini-aansluiting)
Toonregelingen:
Laag: ±10 dB bij 60 Hz (XPLOD)
Midden: ±10 dB bij 1 kHz (XPLOD)
Hoog: ±10 dB bij 10 kHz (XPLOD)
Voe din g: 12 V gelijkstroom accu (negatieve aarde)
Afmetingen: Ongeveer 178 × 50 × 179 mm (b/h/d)
Montageafmetingen: Ongeveer 182 × 53 × 162 mm
(b/h/d)
Gewicht: Ongeveer 1,2 kg
Bijgeleverde accessoires:
Kaartafstandsbediening: RM-X151
Onderdelen voor installatie en aansluitingen (1 set)
Optioneel accessoire/apparaat:
Bedieningssatelliet: RM-X4S
x
Haakje wijst
naar binnen.
19
Het is mogelijk dat niet alle vermelde accessoires
verkrijgbaar zijn bij uw Sony-handelaar. Neem
contact op met uw Sony-handelaar voor meer
informatie.
Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens
voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving.
Problemen oplossen
De onderstaande controlelijst kan u helpen bij het
oplossen van problemen die zich met het apparaat
kunnen voordoen.
Voordat u de onderstaande controlelijst doorneemt,
moet u eerst de aanwijzingen voor aansluiting en
gebruik controleren.
MPEG Layer-3 audio-codeertechnologie en
-patenten gebruikt onder licentie van Fraunhofer
IIS en Thomson.
Dit product wordt beschermd door bepaalde
intellectuele eigendomsrechten van Microsoft
Corporation. Het gebruik of de verspreiding van
dergelijke technologie buiten dit product om is
verboden zonder een licentie van Microsoft of een
erkend dochterbedrijf van Microsoft.
• Er werden geen halogene brandvertragende
producten gebruikt in de betreffende
printplaat/printplaten.
• In het omhulsel werden geen halogeen bevattende
brandvertragende producten gebruikt.
• Als beschermings- en opvulmateriaal werd er
papier gebruikt.
Algemeen
Het apparaat wordt niet van stroom voorzien.
• Controleer de aansluiting of de zekering.
• Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het scherm
verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met
de afstandsbediening.
t Schakel het apparaat in.
De elektrisch bediende antenne schuift niet uit.
De elektrisch bediende antenne heeft geen relaisdoos.
Geen geluid.
• De ATT-functie is ingeschakeld of de Telephone
ATT-functie (als de interfacekabel of een
autotelefoon is aangesloten op de ATT-kabel) is
ingeschakeld.
• De positie van de faderregelaar "FAD" is niet
ingesteld op een systeem met 2 luidsprekers.
Geen pieptoon.
• De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 13).
• Er is een optionele versterker aangesloten en u
gebruikt de ingebouwde versterker niet.
De geheugeninhoud is gewist.
• De RESET toets is ingedrukt.
t Sla opnieuw op in het geheugen.
• De voedingskabel of de accu is losgekoppeld of niet
juist aangesloten.
Opgeslagen zenders en tijd zijn gewist.
De zekering is doorgebrand.
Maakt geluid wanneer de positie van de
contactsleutel wordt gewijzigd.
De kabels zijn niet goed verbonden met de
voedingsaansluiting voor accessoires van de auto.
Tijdens het afspelen of radio-ontvangst wordt
de demonstratie gestart.
Als er 5 minuten geen handeling wordt uitgevoerd en
"DEMO-ON" is ingesteld, wordt de demonstratie
gestart.
t Stel "DEMO-OFF" in (pagina 13).
Het scherm verdwijnt van/verschijnt niet in het
display.
• De dimmer is ingesteld op "DIM-ON" (pagina 13).
• Het scherm verdwijnt als u op (OFF) drukt en deze
toets ingedrukt houdt.
t Druk op (OFF) op het apparaat en houd deze
toets ingedrukt tot het scherm verschijnt.
• De aansluitingen zijn vuil (pagina 17).
vervolg op volgende pagina t
20
De functie voor automatisch uitschakelen
werkt niet.
Het apparaat is ingeschakeld. De functie voor het
automatisch uitschakelen wordt geactiveerd nadat het
apparaat is uitgeschakeld.
t Schakel het apparaat uit.
CD's afspelen
De disc kan niet worden geplaatst.
• Er zit al een disc in het apparaat.
• De disc is met kracht omgekeerd of in de verkeerde
richting geplaatst.
De disc wordt niet afgespeeld.
• Disc defect of vuil.
• De CD-R's/CD-RW's zijn niet geschikt voor
audiogebruik (pagina 15).
MP3-/WMA-bestanden kunnen niet worden
afgespeeld.
De disc is niet compatibel met de MP3-/WMA-
indeling en -versie (pagina 16).
MP3-/WMA-bestanden worden minder snel
afgespeeld dan andere bestanden.
Bij de volgende discs duurt het langer voordat het
afspelen wordt gestart:
– discs opgenomen met een ingewikkelde structuur.
– discs die in Multi Session (meerdere sessies) zijn
opgenomen.
– discs waaraan gegevens kunnen worden toegevoegd.
De schermitems rollen niet.
• Bij sommige discs met heel veel tekens kunnen de
tekens niet rollen.
• "A.SCRL" is ingesteld op "OFF".
tStel "A.SCRL-ON" in (pagina 13).
tHoud (DSPL) (SCRL) ingedrukt.
Het geluid verspringt.
• Het apparaat is niet goed geïnstalleerd.
tInstalleer het apparaat onder een hoek van minder
dan 45° op een stabiele plaats in de auto.
• Disc defect of vuil.
De bedieningstoetsen werken niet.
De disc wordt niet uitgeworpen.
Druk op de RESET toets (pagina 6).
Radio-ontvangst
De zenders kunnen niet worden ontvangen.
Het geluid is gestoord.
De aansluiting is niet juist.
t Sluit de bedieningskabel van de elektrische antenne
(blauw) of voedingskabel voor accessoires (rood)
aan op de voedingskabel van de auto-
antenneversterker (alleen als uw auto is uitgerust
met een FM/MW/LW-antenne in de achter- of
zijruit).
t Controleer de aansluiting van de auto-antenne.
t Als de automatische antenne niet uitschuift,
controleert u de aansluiting van de bedieningskabel
van de elektrische antenne.
Er kan niet worden afgestemd op
voorkeurzenders.
• Sla de juiste frequentie op in het geheugen.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
Er kan niet automatisch worden afgestemd op
zenders.
• De lokale zoekfunctie is niet correct ingesteld.
t Het afstemmen wordt te vaak onderbroken:
Stel "LOCAL-ON" in (pagina 13).
t Het afstemmen stopt niet bij een zender:
Stel "LOCAL-OFF" in (pagina 13).
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stem handmatig af.
Tijdens FM-ontvangst knippert de aanduiding
"ST".
• Stem nauwkeurig af op de frequentie.
• Het ontvangstsignaal is te zwak.
t Stel "MONO-ON" in (pagina 13).
Een stereo-uitzending van een FM-programma
wordt mono weergegeven.
Het apparaat staat in de mono-ontvangststand.
t Stel "MONO-OFF" in (pagina 13).
RDS
SEEK begint na enkele seconden weergave.
De zender is geen TP-zender of heeft een zwak
signaal.
t Schakel TA uit (pagina 9).
Geen verkeersinformatie.
• Schakel TA in (pagina 9).
• De zender is een TP-zender, maar zendt toch geen
verkeersinformatie uit.
t Stem af op een andere zender.
PTY geeft "- - - - - - - -" weer.
• De huidige zender is geen RDS-zender.
• Geen RDS-gegevens ontvangen.
• De zender geeft het programmatype niet door.
21
Foutmeldingen/berichten
Als deze oplossingen niet helpen, moet u de
dichtstbijzijnde Sony-handelaar raadplegen.
Als u het apparaat ter reparatie wegbrengt omdat
CD's niet goed worden afgespeeld, kunt u het beste
de disc meenemen waarmee het probleem is
begonnen.
ERROR
• De disc is vuil of is omgekeerd geplaatst.
t Reinig de disc of plaats deze op de juiste manier.
• Er is een lege disc in het apparaat geplaatst.
• De disc kan niet worden afgespeeld wegens een
probleem.
t Plaats een andere disc.
FAILURE
De luidsprekers of versterkers zijn niet correct
aangesloten.
tRaadpleeg de handleiding voor installatie/
aansluitingen van dit model om de aansluitingen te
controleren.
L. SEEK +/–
De lokale zoekfunctie is ingeschakeld tijdens
automatisch afstemmen.
NO AF
Er is geen alternatieve frequentie voor de huidige
zender.
tDruk op (SEEK) –/+ terwijl de
programmaservicenaam knippert. Het apparaat gaat
zoeken naar een andere frequentie met dezelfde PI-
gegevens (programma-identificatie) ("PI SEEK"
wordt weergegeven).
NO MUSIC
De disc bevat geen muziekbestanden.
tPlaats een muziek-CD in het apparaat.
NO NAME
Er is geen naam voor de disc/artiest/track of het album
naar de track geschreven.
NO TP
Het apparaat blijft zoeken naar beschikbare
TP-zenders.
OFFSET
Er is wellicht een interne storing.
tControleer de aansluiting. Als de foutmelding in
het scherm blijft staan, moet u de dichtstbijzijnde
Sony-handelaar raadplegen.
READ
Alle track- en albuminformatie op de disc wordt
gelezen.
tWacht totdat het lezen is voltooid en het afspelen
automatisch wordt gestart. Afhankelijk van de
discstructuur kan dit meer dan een minuut in beslag
nemen.
RESET
De CD-speler kan niet worden gebruikt wegens een
probleem.
tDruk op de RESET toets (pagina 4).
"" of ""
Tijdens het snel terug- of vooruitspoelen hebt u het
begin of het einde van de disc bereikt en kunt u niet
verder.
""
Het teken kan niet worden weergegeven met het
apparaat.

Documenttranscriptie

4-132-394-32 (1) FM/MW/LW Compact Disc Player Operating Instructions GB Bedienungsanleitung DE Mode d’emploi FR Istruzioni per l’uso IT Gebruiksaanwijzing NL To cancel the demonstration (DEMO) display, see page 4. Zum Deaktivieren der Demo-Anzeige (DEMO) schlagen Sie bitte auf Seite 4 nach. Pour annuler la démonstration (DEMO), reportez-vous à la page 4. Per annullare la dimostrazione (DEMO), vedere pagina 4. Om de demonstratie (DEMO) te annuleren, zie pagina 4. CDX-GT383A ©2009 Sony Corporation Zie voor het monteren en aansluiten van het apparaat de bijgeleverde handleiding "Installatie en aansluitingen". Dit label bevindt zich aan de onderkant van het apparaat. Opmerking voor klanten: de volgende informatie is enkel van toepassing voor apparaten die verkocht worden in landen die de EU-richtlijnen in acht nemen De fabrikant van dit apparaat is Sony Corporation, 1-7-1 Konan, Minato-ku, Tokio, Japan. De geautoriseerde vertegenwoordiger voor EMC en productveiligheid is Sony Deutschland GmbH, Hedelfinger Strasse 61, 70327 Stuttgart, Duitsland. Voor onderhouds- of garantiekwesties kunt u de adressen gebruiken die in de afzonderlijke onderhouds- of garantiedocumenten worden vermeld. Verwijdering van oude elektrische en elektronische apparaten (Toepasbaar in de Europese Unie en andere Europese landen met gescheiden ophaalsystemen) Het symbool op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als huishoudelijk afval mag worden behandeld. Het moet echter naar een plaats worden gebracht waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de correcte manier wordt verwijderd, voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. De recycling van materialen draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product, neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. Accessoire waarop dit van toepassing is: Afstandsbediening 2 Verwijdering van oude batterijen (in de Europese Unie en andere Europese landen met afzonderlijke inzamelingssystemen) Dit symbool op de batterij of verpakking wijst erop dat de meegeleverde batterij van dit product niet als huishoudelijk afval behandeld mag worden. Door deze batterijen op juiste wijze af te voeren, voorkomt u voor mens en milieu negatieve gevolgen die zich zouden kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalbehandeling. Het recycleren van materialen draagt bij tot het vrijwaren van natuurlijke bronnen. In het geval dat de producten om redenen van veiligheid, prestaties dan wel in verband met data-integriteit een permanente verbinding met batterij vereisen, dient deze batterij enkel door gekwalificeerd servicepersoneel vervangen te worden. Om ervoor te zorgen dat de batterij op een juiste wijze zal worden behandeld, dient het product aan het eind van zijn levenscyclus overhandigd te worden aan het desbetreffende inzamelingspunt voor de recyclage van elektrisch en elektronisch materiaal. Voor alle andere batterijen verwijzen we u naar het gedeelte over hoe de batterij veilig uit het product te verwijderen. Overhandig de batterij bij het desbetreffende inzamelingspunt voor de recyclage van batterijen. Voor meer details in verband met het recyclen van dit product of batterij, neemt u contact op met de gemeentelijke instanties, het bedrijf of de dienst belast met de verwijdering van huishoudafval of de winkel waar u het product hebt gekocht. Windows Media en het Windows-logo zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation in de VS en/of andere landen. Waarschuwing als het contactslot van de auto geen ACC-positie heeft Zorg ervoor dat u de functie voor automatisch uitschakelen instelt (pagina 13). Hiermee wordt het apparaat na de ingestelde tijdsduur automatisch volledig uitgeschakeld nadat u het apparaat hebt uitgeschakeld. Zo voorkomt u dat de accu leeg raakt. Als u de functie voor automatisch uitschakelen niet instelt, houdt u (OFF) ingedrukt totdat het scherm verdwijnt wanneer u het contactslot uitzet. Inhoudsopgave Aan de slag Overige functies Discs die kunnen worden afgespeeld op dit apparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Het apparaat opnieuw instellen . . . . . . . . . . . . . 4 De DEMO-stand annuleren . . . . . . . . . . . . . . . . 4 De kaartafstandsbediening voorbereiden. . . . . . 4 De klok instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Het voorpaneel verwijderen. . . . . . . . . . . . . . . . 5 Het voorpaneel bevestigen . . . . . . . . . . . . . . 5 De geluidsinstellingen wijzigen . . . . . . . . . . . De geluidskenmerken aanpassen — BAL/FAD/SUB. . . . . . . . . . . . . . . . . . . De equalizercurve aanpassen — EQ3 . . . . Instelitems aanpassen — SET. . . . . . . . . . . . . Optionele apparaten gebruiken . . . . . . . . . . . . Randapparatuur voor audio . . . . . . . . . . . . Bedieningssatelliet RM-X4S . . . . . . . . . . . Bedieningselementen en algemene handelingen Aanvullende informatie Hoofdeenheid . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6 Kaartafstandsbediening RM-X151 . . . . . . . . 6 Radio Zenders opslaan en ontvangen. . . . . . . . . . . . . . 8 Automatisch opslaan — BTM . . . . . . . . . . . 8 Handmatig opslaan . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 De opgeslagen zenders ontvangen . . . . . . . . 8 Automatisch afstemmen . . . . . . . . . . . . . . . . 8 RDS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Overzicht. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 AF en TA instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 PTY selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9 CT instellen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Voorzorgsmaatregelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . Opmerkingen over discs. . . . . . . . . . . . . . . Afspeelvolgorde van MP3-/WMA-bestanden . . . . . . . . . . . . . . . Informatie over MP3-bestanden. . . . . . . . . Informatie over WMA-bestanden . . . . . . . Opmerkingen over de beveiligingsalarmfunctie . . . . . . . . . . . . . . Onderhoud . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Het apparaat verwijderen . . . . . . . . . . . . . . . . Technische gegevens . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Problemen oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . Foutmeldingen/berichten . . . . . . . . . . . . . . 12 12 12 13 14 14 14 15 15 16 16 16 16 17 18 18 19 21 CD Schermitems . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Herhaaldelijk en willekeurig afspelen . . . . 10 Beveiligingsfunctie Het beveiligingsalarm gebruiken. . . . . . . . . . . 11 Het beveiligingsalarm instellen . . . . . . . . . 11 De beveiligingsalarmfunctie activeren . . . . 11 De beveiligingsinstellingen aanpassen . . . . 11 3 Aan de slag Discs die kunnen worden afgespeeld op dit apparaat De kaartafstandsbediening voorbereiden Verwijder het beschermende laagje. Dit apparaat kan CD-DA's (ook met CD TEXT) en CD-R's/CD-RW's (MP3-/WMA-bestanden (pagina 16)) afspelen. Soorten discs Label op de disc CD-DA Tip Zie pagina 17 voor meer informatie over het vervangen van de batterij. De klok instellen MP3 WMA Het apparaat opnieuw instellen Voordat u het apparaat voor het eerst gebruikt of na het vervangen van de accu of het wijzigen van de aansluitingen, moet u het apparaat opnieuw instellen. Maak het voorpaneel los (pagina 5) en druk met een puntig voorwerp, zoals een balpen, op de RESET toets (pagina 6). Opmerking Als u op de RESET toets drukt, worden de klokinstelling en bepaalde opgeslagen gegevens gewist. De DEMO-stand annuleren U kunt het demonstratiescherm annuleren dat wordt weergegeven tijdens het uitschakelen. 4 1 Houd de selectietoets ingedrukt. Het installatievenster wordt weergegeven. 2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot "DEMO" wordt weergegeven. 3 Draai de regelknop om "DEMO-OFF" te selecteren. 4 Houd de selectietoets ingedrukt. Het instellen is voltooid en het scherm keert terug naar de normale weergave-/ ontvangststand. De digitale klok werkt met het 24-uurs systeem. 1 Houd de selectietoets ingedrukt. Het installatievenster wordt weergegeven. 2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot "CLOCK-ADJ" wordt weergegeven. 3 Druk op (SEEK) +. De aanduiding voor het uur gaat knipperen. 4 Draai de regelknop om de uren en minuten in te stellen. Als u de digitale aanduiding wilt verplaatsen, drukt u op (SEEK) –/+. 5 Na het instellen van de minuten drukt u op de selectietoets. Het instellen is voltooid en de klok begint te lopen. Als u de klok wilt weergeven, drukt u op (DSPL). Druk nogmaals op (DSPL) om terug te keren naar het vorige scherm. Tip U kunt de klok automatisch instellen met de RDSfunctie (pagina 10). Het voorpaneel verwijderen U kunt het voorpaneel van het apparaat verwijderen om diefstal te voorkomen. Het voorpaneel bevestigen Plaats deel A van het voorpaneel op deel B van het apparaat, zoals wordt weergegeven, en druk op de linkerzijde tot deze vastklikt. Waarschuwingstoon Wanneer u het contact in de stand OFF zet zonder het voorpaneel te verwijderen, hoort u gedurende enkele seconden de waarschuwingstoon. U hoort de waarschuwingstoon alleen als de ingebouwde versterker wordt gebruikt. 1 Druk op (OFF). Het apparaat wordt uitgeschakeld. 2 Druk op en trek het voorpaneel naar u toe. A B Opmerking Plaats niets op de binnenkant van het voorpaneel. Opmerkingen • Laat het voorpaneel niet vallen en druk niet te hard op het voorpaneel en het display. • Stel het voorpaneel niet bloot aan hitte/hoge temperaturen of vocht. Laat het voorpaneel niet achter in een geparkeerde auto of op het dashboard/de hoedenplank. 5 Bedieningselementen en algemene handelingen Hoofdeenheid 1 2345 6 7 89 OFF SOURCE SEEK LOUD DSPL DISC ALBM TRACK PTY AUX ST SHUF AF TA TP REG EQ3 SCRL SET UP SEEK PTY MODE PUSH SELECT q; qa qs AF / TA qd qf Kaartafstandsbediening RM-X151 1 3 qj OFF SOURCE ATT SEL MODE w; wa qs ws – ql SCRL DSPL 1 2 3 4 5 6 + VOL – 2 REP SHUF 3 4 qg PAUSE 5 6 qh In dit gedeelte vindt u informatie over de locatie van bedieningselementen en instructies voor algemene handelingen. Bekijk de betreffende pagina's voor meer informatie. De overeenkomstige toetsen op de kaartafstandsbediening bedienen dezelfde functies als die op het apparaat. A OFF toets Uitschakelen; de bron stoppen. + qk ALBUM 1 wd wf B SEEK +/– toetsen CD: Tracks overslaan (indrukken); tracks blijven overslaan (indrukken, vervolgens binnen 1 seconde nogmaals indrukken en vasthouden); een track snel terug-/ vooruitspoelen (ingedrukt houden). Radio: Automatisch afstemmen op zenders (indrukken); handmatig zoeken naar zenders (ingedrukt houden). C SOURCE toets Inschakelen; de bron wijzigen (radio/CD/ AUX). D EQ3 (equalizer) toets pagina 12 Een equalizertype selecteren (XPLOD, VOCAL, EDGE, CRUISE, SPACE, GRAVITY, CUSTOM of OFF). E Regelknop/selectietoets pagina 12 Volume aanpassen (draaien); instelitems selecteren (indrukken en draaien). 6 F Discsleuf Plaats de disc (met het label omhoog) en het afspelen begint. G Display H AUX-ingang pagina 14 Een draagbaar audioapparaat aansluiten. I Z (uitwerpen) toets De disc uitwerpen. J DSPL (scherm)/SCRL (rollen) toets pagina 8, 10 Schermitems wijzigen (indrukken); het schermitem rollen (ingedrukt houden). K (voorpaneel loslaten) toets pagina 5 L MODE toets pagina 8 De radioband selecteren (FM/MW/LW). M RESET toets (bevindt zich achter het voorpaneel) pagina 4 N AF (alternatieve frequenties)/TA (verkeersinformatie)/PTY (programmatype) toets pagina 9 AF en TA instellen (indrukken); PTY selecteren (ingedrukt houden) in RDS. O Cijfertoetsen CD: (1)/(2): ALBUM –/+ (tijdens het afspelen van MP3/WMA) Albums overslaan (indrukken); albums blijven overslaan (ingedrukt houden). (3): REP pagina 10 (4): SHUF pagina 10 (6): PAUSE Afspelen onderbreken. Druk nogmaals op de toets om te annuleren. Radio: De opgeslagen zenders ontvangen (indrukken); zenders opslaan (ingedrukt houden). P Ontvanger voor de kaartafstandsbediening De volgende toetsen op de kaartafstandsbediening verschillen van de toetsen op het apparaat of hebben andere functies dan de toetsen op het apparaat. Verwijder het beschermende laagje vóór gebruik (pagina 4). qj < (.)/, (>) toetsen CD/radio bedienen, dezelfde functie als (SEEK) –/+ op het apparaat. Instellingen, geluidsinstellingen, enzovoort kunnen worden geregeld met < ,. qk DSPL (scherm) toets De schermitems wijzigen. ql VOL (volume) +/– toets Het volume aanpassen. w; ATT (dempen) toets Het geluid dempen. Druk nogmaals op de toets om te annuleren. wa SEL (selectie) toets Dezelfde functie als de selectietoets op het apparaat. ws M (+)/m (–) toetsen CD bedienen, dezelfde functie als (1)/(2) (ALBUM –/+) op het apparaat. Instellingen, geluidsinstellingen, enzovoort kunnen worden geregeld met M m. wd SCRL (rollen) toets Het schermitem rollen. wf Cijfertoetsen De opgeslagen zenders ontvangen (indrukken); zenders opslaan (ingedrukt houden). Opmerking Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het scherm verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met de kaartafstandsbediening, tenzij op (SOURCE) op het apparaat wordt gedrukt of er een disc wordt geplaatst om het apparaat eerst te activeren. 7 Radio Zenders opslaan en ontvangen Let op Als u afstemt op zenders tijdens het rijden, moet u de BTM-functie (geheugen voor beste afstemming) gebruiken om ongelukken te vermijden. Automatisch opslaan — BTM 1 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "TUNER" wordt weergegeven. Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band te wijzigen. U kunt FM1, FM2, FM3, MW of LW selecteren. 2 Houd de selectietoets ingedrukt. Het installatievenster wordt weergegeven. 3 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot "BTM" wordt weergegeven. 4 Druk op (SEEK) +. Het apparaat slaat de zenders in de volgorde van frequentie op onder de cijfertoetsen. Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling is opgeslagen. Handmatig opslaan 1 Als u de zender ontvangt die u wilt opslaan, houdt u een cijfertoets ((1) tot en met (6)) ingedrukt tot "MEMORY" wordt weergegeven. Opmerking Als u een andere zender opslaat onder dezelfde cijfertoets, wordt de eerder opgeslagen zender vervangen. Tip Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de AF-/TA-instelling ook opgeslagen (pagina 9). De opgeslagen zenders ontvangen 1 Selecteer de band en druk vervolgens op een cijfertoets ((1) tot en met (6)). Automatisch afstemmen 1 8 Selecteer de band en druk op (SEEK) +/– om de zender te zoeken. Het zoeken stopt zodra een zender wordt ontvangen. Herhaal deze procedure tot de gewenste zender wordt ontvangen. Tip Als u de frequentie kent van de zender die u wilt beluisteren, houdt u (SEEK) +/– ingedrukt tot de frequentie ongeveer is bereikt en drukt u vervolgens herhaaldelijk op (SEEK) +/– om nauwkeurig af te stemmen op de gewenste frequentie (handmatig afstemmen). RDS Overzicht FM-zenders met de RDS-dienst (radiogegevenssysteem) sturen onhoorbare digitale informatie mee met het gewone radioprogrammasignaal. Schermitems A B A Frequentie*1 (programmaservicenaam), voorinstelnummer, klok, RDS-gegevens B TA/TP*2 *1 Als u de RDS-zender ontvangt, wordt " *" links van de frequentieaanduiding weergegeven. *2 "TA" knippert tijdens de verkeersinformatie. "TP" gaat branden als dergelijke zenders worden ontvangen. Als u de schermitems A wilt wijzigen, drukt u op (DSPL). RDS-diensten Dit apparaat biedt automatisch RDS-diensten op de volgende manier: AF (alternatieve frequenties) Hiermee wordt de zender met het sterkste signaal in een netwerk geselecteerd en wordt opnieuw op deze zender afgestemd. Als u deze functie gebruikt, kunt u onafgebroken naar hetzelfde programma luisteren tijdens een lange rit zonder dat u steeds handmatig op dezelfde zender hoeft af te stemmen. TA (verkeersinformatie)/ TP (verkeersprogramma) Hiermee ontvangt u de huidige verkeersinformatie/-programma's. De huidige bron wordt onderbroken door eventuele verkeersinformatie/-programma's. PTY (programmatypen) Hiermee geeft u het ontvangen programmatype weer. Hiermee zoekt u ook naar het geselecteerde programmatype. CT (kloktijd) Met de CT-gegevens van de RDS-uitzending wordt de klok ingesteld. Opmerkingen • In bepaalde landen/regio's zijn wellicht niet alle RDS-functies beschikbaar. • RDS functioneert wellicht niet als het ontvangstsignaal zwak is of als de zender waarop u hebt afgestemd, geen RDS-gegevens verzendt. AF en TA instellen 1 Druk herhaaldelijk op (AF/TA) tot de gewenste instelling wordt weergegeven. Een regionaal programma beluisteren — REG Als de AF-functie is ingeschakeld: met de fabrieksinstelling van het apparaat wordt ontvangst tot een bepaalde regio beperkt, zodat er niet automatisch wordt overgeschakeld naar een andere regionale zender met een sterkere frequentie. Wanneer u het ontvangstgebied van het regionale programma verlaat, stelt u tijdens FM-ontvangst "REG-OFF" in bij de instellingen (pagina 13). Opmerking Deze functie werkt niet in het Verenigd Koninkrijk en bepaalde andere gebieden. Selecteer Actie Local Link-functie (alleen voor het Verenigd Koninkrijk) AF-ON AF inschakelen en TA uitschakelen. TA-ON TA inschakelen en AF uitschakelen. Met deze functie kunt u andere lokale zenders in het gebied selecteren, ook als deze niet zijn opgeslagen onder de cijfertoetsen. AF, TA-ON AF en TA inschakelen. AF, TA-OFF AF en TA uitschakelen. RDS-zenders met de AF- en TA-instelling opslaan U kunt RDS-zenders vooraf instellen met de AF-/TA-instelling. Als u de BTM-functie gebruikt, worden alleen RDS-zenders met dezelfde AF-/TA-instelling opgeslagen. Als u handmatig vooraf instelt, kunt u zowel RDS- als niet-RDS-zenders instellen met de bijbehorende AF-/TA-instelling. 1 Druk tijdens FM-ontvangst op een cijfertoets ((1) tot en met (6)) waaronder een lokale zender is opgeslagen. 2 Druk binnen 5 seconden nogmaals op de cijfertoets van de lokale zender. Herhaal dit tot de lokale zender wordt ontvangen. PTY selecteren 1 Houd (AF/TA) (PTY) ingedrukt tijdens FM-ontvangst. 1 Stel AF/TA in en sla de zender vervolgens met BTM of handmatig op. De naam van het huidige programmatype verschijnt als de zender PTY-gegevens uitzendt. Noodberichten ontvangen Als AF of TA is ingeschakeld, wordt de geselecteerde bron automatisch onderbroken door de noodberichten. Tip Als u het volume aanpast tijdens een verkeersbericht, wordt dat volume opgeslagen in het geheugen voor volgende verkeersberichten, onafhankelijk van het normale volume. 2 Druk herhaaldelijk op (AF/TA) (PTY) tot het gewenste programmatype verschijnt. 3 Druk op (SEEK) –/+. Het apparaat begint te zoeken naar een zender die het geselecteerde programmatype uitzendt. vervolg op volgende pagina t 9 Programmatypen NEWS (Nieuws), AFFAIRS (Actualiteiten), INFO (Informatie), SPORT (Sport), EDUCATE (Educatieve programma's), DRAMA (Toneel), CULTURE (Cultuur), SCIENCE (Wetenschap), VARIED (Diversen), POP M (Populaire muziek), ROCK M (Rockmuziek), EASY M (Easy Listening), LIGHT M (Licht klassiek), CLASSICS (Klassiek), OTHER M (Ander type muziek), WEATHER (Weerberichten), FINANCE (Financiën), CHILDREN (Kinderprogramma's), SOCIAL A (Sociale zaken), RELIGION (Religie), PHONE IN (Phone In), TRAVEL (Reizen), LEISURE (Ontspanning), JAZZ (Jazz-muziek), COUNTRY (Country-muziek), NATION M (Nationale muziek), OLDIES (Oldies), FOLK M (Folk-muziek), DOCUMENT (Documentaires) Opmerking U kunt deze functie niet gebruiken in bepaalde landen/ regio's waar geen PTY-gegevens beschikbaar zijn. CT instellen 1 Stel "CT-ON" in bij de instellingen (pagina 13). Opmerkingen • Het is mogelijk dat de CT-functie niet werkt, ook al wordt er wel een RDS-zender ontvangen. • Er kan een verschil zijn tussen de tijd van de CTfunctie en de werkelijke tijd. CD Schermitems Tracknaam*1, disc-/artiestennaam*1, albumnummer*2, albumnaam*1, tracknummer/verstreken speelduur, klok *1 De informatie over een CD TEXT, MP3/WMA wordt weergegeven. *2 Het albumnummer wordt alleen weergegeven als het album wordt gewijzigd. Als u de schermitems wilt wijzigen, drukt u op (DSPL). Tip De weergegeven items zijn afhankelijk van het disctype, de opname-indeling en de instellingen. Zie pagina 16 voor meer informatie over MP3/WMA. Herhaaldelijk en willekeurig afspelen 1 Druk tijdens het afspelen herhaaldelijk op (3) (REP) of (4) (SHUF) tot de gewenste instelling wordt weergegeven. Selecteer Actie TRACK Track herhaaldelijk afspelen. ALBUM* Album herhaaldelijk afspelen. SHUF ALBUM* Album in willekeurige volgorde afspelen. SHUF DISC Disc in willekeurige volgorde afspelen. * Bij het afspelen van een MP3-/WMA-bestand. Als u wilt terugkeren naar de normale weergavestand, selecteert u " OFF" of "SHUF OFF". 10 1 Houd de selectietoets ingedrukt. Het installatievenster wordt weergegeven. 2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot "S.SET" wordt weergegeven. 3 Draai de regelknop om "ON" te selecteren. Wanneer de beveiligingsstand van het apparaat is geactiveerd, werkt het apparaat als volgt: • Als "S.LED" is ingesteld op "ON", knipperen de beveiligings-LED's (geel en rood) beurtelings. • Als de sensor een trilling in de auto waarneemt, knipperen de LED's (geel en rood) tegelijkertijd en wordt een zachte alarmtoon weergegeven (zachte alarmstand). Als er gedurende 10 seconden na de eerste trilling geen andere trillingen worden waargenomen, wordt de beveiligingsstand van het apparaat weer geactiveerd. • Als de sensor binnen 10 seconden na het activeren van de zachte alarmstand een nieuwe trilling waarneemt, wordt het alarmgeluid steeds harder. Binnen 15 seconden bereikt het alarmgeluid het maximumvolume. Het alarmgeluid wordt 45 seconden weergegeven en vervolgens wordt de beveiligingsstand opnieuw geactiveerd (harde alarmstand). 4 Houd de selectietoets ingedrukt. Het instellen is voltooid en het scherm keert terug naar de normale weergave-/ ontvangststand. Opmerking Als de harde alarmstand 10 keer achter elkaar is geactiveerd, wordt de beveiligingsalarmfunctie automatisch uitgeschakeld om te voorkomen dat de accu leeg raakt. Beveiligingsfunctie Het beveiligingsalarm gebruiken Als u het beveiligingsalarm instelt, neemt dit apparaat (geluids) trillingen in de auto waar en wordt er een hard geluid weergegeven. (Bijvoorbeeld wanneer een ongeautoriseerde persoon de deur probeert te openen, enzovoort.) Het beveiligingsalarm instellen De beveiligingsalarmfunctie activeren Stel het beveiligingsalarm van tevoren in op "ON". 1 Zet het contact van de auto in de stand OFF en verwijder het voorpaneel. De STANDBY-stand voor de beveiligingsfunctie wordt geactiveerd en de beveiligings-LED (geel) knippert. De beveiligingsalarmfunctie annuleren Bevestig het voorpaneel of zet het contact van de auto in de ACC-positie. Wanneer u de beveiligingsalarmfunctie annuleert, geeft het apparaat weer hoe vaak de harde alarmstand is geactiveerd wegens (geluids) trillingen in de auto. Als de harde alarmstand 10 keer achter elkaar is geactiveerd, wordt "SECU OFF" weergegeven. Beveiligings-LED's In de STANDBY-stand voor de beveiligingsfunctie wordt het alarm niet weergegeven, zelfs als er trillingen worden waargenomen. Ondertussen stapt u uit de auto, haalt u uw bagage uit de auto, enzovoort. De beveiligingsstand wordt na 1 minuut (standaardinstelling) geactiveerd. Tip Als u niet beschikt over het voorpaneel, kan de beveiligingsalarmfunctie worden geactiveerd door het contact van de auto in de stand OFF te zetten. De beveiligingsinstellingen aanpassen 1 Houd de selectietoets ingedrukt. Het installatievenster wordt weergegeven. 2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot de instellingen voor het beveiligingsalarm worden weergegeven. 3 Draai de regelknop om de instelling te selecteren. vervolg op volgende pagina t 11 4 Houd de selectietoets ingedrukt. Het instellen is voltooid en het scherm keert terug naar de normale weergave-/ ontvangststand. Overige functies De geluidsinstellingen wijzigen De volgende items kunnen worden ingesteld: S.LED (beveiligings-LED) De knipperende LED van de beveiligingsstand activeren: "ON", "OFF". S.TIME (starttijd van beveiligingsalarm) De tijd selecteren tussen het verwijderen van het voorpaneel en het activeren van de beveiligingsstand: "15S" (seconden), "1M" (minuut), "3M" (minuten). S.SENS (gevoeligheid voor beveiligingsalarm) De gevoeligheid voor het waarnemen van trillingen selecteren: "LOW", "MID", "HI". De geluidskenmerken aanpassen — BAL/FAD/SUB U kunt de balans, de fader en het subwoofervolume regelen. 1 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot "BAL", "FAD" of "SUB" wordt weergegeven. Het item wordt als volgt gewijzigd: LOW*1 t MID*1 t HI*1 t BAL (links-rechts) t FAD (voor-achter) t SUB (subwoofervolume)*2 t AUX*3 *1 Als EQ3 is ingeschakeld (pagina 12). *2 Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB" (pagina 13). "ATT" wordt weergegeven bij de laagste instelling en u kunt deze instelling maximaal 21 stappen aanpassen. *3 Als AUX-bron is ingeschakeld (pagina 14). 2 Draai de regelknop om het geselecteerde item aan te passen. Na 5 seconden is het instellen voltooid en keert het scherm terug naar de normale weergave-/ontvangststand. De equalizercurve aanpassen — EQ3 Met "CUSTOM" bij EQ3 kunt u zelf equalizerinstellingen opgeven. 1 Selecteer een bron en druk herhaaldelijk op (EQ3) om "CUSTOM" te selecteren. 2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot "LOW", "MID" of "HI" wordt weergegeven. 3 Draai de regelknop om het geselecteerde item aan te passen. Het volume kan worden aangepast in stappen van 1 dB, van –10 dB tot +10 dB. Herhaal stap 2 en 3 om de equalizercurve aan te passen. Als u de fabrieksinstelling voor de equalizercurve wilt herstellen, houdt u de selectietoets ingedrukt voordat het instellen is voltooid. 12 Na 5 seconden is het instellen voltooid en keert het scherm terug naar de normale weergave-/ontvangststand. Tip Andere equalizertypen kunnen ook worden aangepast. Instelitems aanpassen — SET 1 Houd de selectietoets ingedrukt. Het installatievenster wordt weergegeven. 2 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot het gewenste item wordt weergegeven. 3 Draai de regelknop om de instelling (bijvoorbeeld "ON" of "OFF") te selecteren. 4 Houd de selectietoets ingedrukt. Het instellen is voltooid en het scherm keert terug naar de normale weergave-/ ontvangststand. Opmerking De weergegeven items zijn afhankelijk van de bron en de instelling. De volgende items kunnen worden ingesteld (volg de paginaverwijzing voor meer informatie): CLOCK-ADJ (klok aanpassen) (pagina 4) CT (kloktijd) De klok automatisch instellen: "ON", "OFF" (pagina 9, 10). BEEP De pieptoon inschakelen: "ON", "OFF". AUX-A*1 (AUX-audio) Het AUX-bronscherm inschakelen: "ON", "OFF" (pagina 14). A.OFF (automatisch uitschakelen) Automatisch uitschakelen na de gewenste tijd wanneer het apparaat is uitgeschakeld: "NO", "30S" (seconden), "30M" (minuten), "60M" (minuten). SUB/REAR*1 De audio-uitvoer wijzigen: "SUB-OUT" (subwoofer), "REAR-OUT" (versterker). DEMO (demonstratie) De demonstratie inschakelen: "ON", "OFF". DIM (dimmer) De helderheid van het scherm wijzigen: "ON", "OFF". M.DSPL (bewegingsdisplay) De stand voor het bewegingsdisplay selecteren. – "ON": bewegende patronen weergeven. – "OFF": het bewegingsdisplay uitschakelen. A.SCRL (automatisch rollen) Lange items automatisch laten rollen: "ON", "OFF". LOCAL (lokale zoekfunctie) – "ON": alleen afstemmen op zenders met sterke signalen. – "OFF": afstemmen met normale ontvangst. MONO*2 (monostand) Mono-ontvangststand selecteren om slechte FM-ontvangst te verbeteren: "ON", "OFF". REG*2 (regionaal) (pagina 9) LPF*3 (laagdoorlaatfilter) De kantelfrequentie van de subwoofer selecteren: "OFF", "80Hz", "100Hz", "120Hz", "140Hz", "160Hz". LPF NORM/REV*3 (laagdoorlaatfilter normaal/ omgekeerd) De fase selecteren wanneer het LPF is ingeschakeld: "NORM", "REV". HPF (hoogdoorlaatfilter) De kantelfrequentie van de voor-/ achterluidspreker selecteren: "OFF", "80Hz", "100Hz", "120Hz", "140Hz", "160Hz". LOUD (loudness) Hoge en lage tonen versterken voor helder geluid bij lagere volumeniveaus: "ON", "OFF". BTM (pagina 8) S.SET (pagina 11) S.LED (pagina 12) S.TIME (pagina 12) S.SENS (pagina 12) *1 Als het apparaat is uitgeschakeld. *2 Als FM wordt ontvangen. *3 Als de audio-uitvoer is ingesteld op "SUB-OUT". 13 Optionele apparaten gebruiken Randapparatuur voor audio Door een optioneel draagbaar audioapparaat aan te sluiten op de AUX-ingang (stereo miniaansluiting) op het apparaat en vervolgens de bron te selecteren, kunt u het audioapparaat beluisteren via de autoluidsprekers. Het volume kan worden aangepast voor elk verschil tussen het apparaat en het draagbare audioapparaat. Volg de onderstaande procedure: Een draagbaar audioapparaat aansluiten 1 Schakel het draagbare audioapparaat uit. 2 Verlaag het volume op het apparaat. 3 Sluit het draagbare audioapparaat aan. Bedieningssatelliet RM-X4S Het label bevestigen Houd bij het bevestigen van het label rekening met de positie waarin de bedieningssatelliet wordt gemonteerd. SEL MODE DSPL DSPL MODE SEL Bedieningselementen De overeenkomstige toetsen op de bedieningssatelliet bedienen dezelfde functies als die op dit apparaat. ATT SEL PRESET/ DISC MODE AUX OFF SOURCE DSPL AUX VOL SEEK/AMS OFF De volgende bedieningselementen op de bedieningssatelliet moeten op een andere manier worden bediend dan op het apparaat. Verbindingskabel* (niet bijgeleverd) * Gebruik een rechte stekker. Het volume aanpassen Pas het volume voor elk aangesloten audioapparaat aan voordat u het afspelen start. 1 Verlaag het volume op het apparaat. 2 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "AUX" wordt weergegeven. "FRONT IN" wordt weergegeven. 3 Start het afspelen op het draagbare audioapparaat met een normaal volume. 4 Stel uw gebruikelijke luistervolume in op het apparaat. 5 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot "AUX" wordt weergegeven en draai de regelknop om het ingangsniveau aan te passen (–8 dB tot +18 dB). 14 • ATT (dempen) toets Het geluid dempen. Druk nogmaals op de toets om te annuleren. • SEL (selectie) toets Dezelfde functie als de selectietoets op het apparaat. • PRESET/DISC* regelaar CD: dezelfde functie als (1)/(2) (ALBUM –/+) op het apparaat (indrukken en draaien). Radio: de opgeslagen zenders ontvangen (indrukken en draaien). • VOL (volume) regelaar Dezelfde functie als de regelknop op het apparaat (draaien). • SEEK/AMS regelaar Dezelfde functie als (SEEK) +/– op het apparaat (draaien of draaien en vasthouden). • DSPL (scherm) toets De schermitems wijzigen. * Niet beschikbaar voor dit apparaat. De werkingsrichting wijzigen De werkingsrichting van de bedieningselementen is in de fabriek ingesteld, zoals hieronder wordt aangegeven. Verhogen Aanvullende informatie Voorzorgsmaatregelen • Laat het apparaat afkoelen als de auto geparkeerd heeft gestaan in de volle zon. • De elektrisch bediende antenne schuift automatisch uit. Verlagen Als u de bedieningssatelliet rechts op de stuurkolom moet monteren, kan de werkingsrichting worden omgekeerd. 1 Terwijl u de VOL regelaar indrukt, houdt u (SEL) ingedrukt. Condensvorming Als er vocht condenseert in het apparaat, verwijdert u de disc en wacht u ongeveer een uur tot het apparaat is gedroogd; anders kan de werking van het apparaat worden verstoord. Optimale geluidskwaliteit behouden Mors geen vocht op het apparaat of de discs. Opmerkingen over discs • Stel een disc niet bloot aan direct zonlicht of warmtebronnen, zoals heteluchtkanalen, en laat deze niet achter in een auto die in de volle zon staat geparkeerd. • Veeg een disc van binnen naar buiten schoon met een doekje voordat u deze afspeelt. Gebruik geen oplosmiddelen zoals benzine, thinner en in de handel verkrijgbare reinigingsmiddelen. • Dit apparaat is ontworpen om discs af te spelen die voldoen aan de CD-norm (Compact Disc). DualDiscs en sommige muziekdiscs die zijn gecodeerd met copyrightbeveiligingstechnologieën voldoen niet aan de CD-norm (Compact Disc) en kunnen daarom mogelijk niet worden afgespeeld met dit apparaat. • Discs die NIET kunnen worden afgespeeld met dit apparaat – Discs waarop labels, stickers, tape of papier zijn geplakt. Hierdoor kan de werking worden verstoord of de disc worden beschadigd. – Discs met afwijkende vormen (bijvoorbeeld hart, vierkant, ster). Als u dit toch probeert, kan het apparaat worden beschadigd. – 8-cm discs. Opmerkingen over CD-R's/CD-RW's • Het maximumaantal: (alleen CD-R/CD-RW) – mappen (albums): 150 (inclusief hoofdmap) – bestanden (tracks) en mappen: 300 (misschien minder dan 300 als de map-/bestandsnaam veel tekens bevat) – tekens die kunnen worden weergegeven voor de naam van een map/bestand: 32 (Joliet)/64 (Romeo) vervolg op volgende pagina t 15 • Als een disc met Multi Session (meerdere sessies) begint met een CD-DA-sessie, wordt deze herkend als een CD-DA-disc, en worden andere sessies niet afgespeeld. • Discs die NIET kunnen worden afgespeeld met dit apparaat – CD-R's/CD-RW's met slechte opnamekwaliteit. – CD-R's/CD-RW's die zijn opgenomen met een incompatibel opnameapparaat. – CD-R's/CD-RW's die onjuist zijn gefinaliseerd. – CD-R's/CD-RW's die niet zijn opgenomen in de muziek-CD-indeling of MP3-indeling conform ISO9660 Level 1/Level 2, Joliet/Romeo of Multi Session (meerdere sessies). Informatie over WMA-bestanden • WMA (Windows Media Audio) is een compressie-indeling voor muziekbestanden. Audio-CD-gegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer 1/22* van de oorspronkelijke grootte. • WMA-tag is 63 tekens. • Wanneer u een WMA-bestand een naam geeft, moet u altijd de extensie ".wma" aan de bestandsnaam toevoegen. • Als u een WMA-bestand met VBR (variabele bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/terugspoelt, wordt de verstreken speelduur wellicht niet nauwkeurig weergegeven. * Alleen voor 64 kbps Afspeelvolgorde van MP3-/WMAbestanden MP3/WMA Map (album) MP3-/WMAbestand (track) Informatie over MP3-bestanden • MP3 (MPEG-1 Audio Layer-3) is een compressieindeling voor muziekbestanden. Audio-CDgegevens worden gecomprimeerd tot ongeveer 1/10 van de oorspronkelijke grootte. • ID3-tag versies 1.0, 1.1, 2.2, 2.3 en 2.4 gelden alleen voor MP3. ID3-tag is 15/30 tekens (1.0 en 1.1) of 63/126 tekens (2.2, 2.3 en 2.4). • Wanneer u een MP3-bestand een naam geeft, moet u altijd de extensie ".mp3" aan de bestandsnaam toevoegen. • Als u een MP3-bestand met VBR (variabele bitsnelheid) afspeelt of snel vooruit-/terugspoelt, wordt de verstreken speelduur wellicht niet nauwkeurig weergegeven. Opmerking Als u een MP3-bestand met een hoge bitsnelheid afspeelt, zoals 320 kbps, wordt het geluid waarschijnlijk onderbroken. 16 Opmerking Het afspelen van de volgende WMA-bestanden wordt niet ondersteund. – compressie zonder gegevensverlies (lossless) – auteursrechtelijk beveiligd Opmerkingen over de beveiligingsalarmfunctie • De beveiligingsalarmfunctie verbetert de beveiliging van een auto door deze te beschermen met een geïntegreerde impactsensor in het apparaat. Als u het beveiligingsalarm wilt gebruiken, moet het apparaat correct zijn geïnstalleerd en moet u een geschikte gevoeligheidsinstelling opgeven en de functie activeren in het installatievenster. • De beveiligingsalarmfunctie is niet bedoeld ter vervanging van een speciaal beveiligingssysteem of om samen te werken met dergelijke systemen of hun accessoires. We bieden geen garanties voor gedeeltelijke of totale beveiliging tegen schade, diefstal, vandalisme of andere acties wanneer u het apparaat installeert en/of gebruikt met de beveiligingsalarmfunctie. Met alle vragen of problemen met betrekking tot dit apparaat die niet aan bod komen in deze gebruiksaanwijzing, kunt u terecht bij uw Sonyhandelaar. Aansluitingen schoonmaken Onderhoud De lithiumbatterij van de kaartafstandsbediening vervangen Onder normale omstandigheden gaat de batterij ongeveer 1 jaar mee. (Afhankelijk van de gebruiksomstandigheden kan de levensduur korter zijn.) Wanneer de batterij verzwakt, wordt het bereik van de kaartafstandsbediening kleiner. Vervang de batterij door een nieuwe CR2025-lithiumbatterij. Bij een andere batterij bestaat er brand- of explosiegevaar. + zijde omhoog 2 De werking van het apparaat kan worden verstoord als de aansluitingen tussen het apparaat en het voorpaneel niet schoon zijn. U kunt dit voorkomen door het voorpaneel (pagina 5) los te maken en de aansluitingen te reinigen met een wattenstaafje. Gebruik hierbij niet teveel kracht. Anders kunnen de aansluitingen worden beschadigd. Hoofdeenheid Achterkant van het voorpaneel Opmerkingen • Uit veiligheidsoverwegingen moet u de motor uitschakelen en de sleutel uit het contactslot halen voordat u de aansluitingen reinigt. • Raak de aansluitingen nooit rechtstreeks aan met uw vingers of een metalen voorwerp. c 1 Opmerkingen over de lithiumbatterij • Houd de lithiumbatterij buiten het bereik van kinderen. Raadpleeg meteen een arts wanneer een batterij wordt ingeslikt. • Veeg de batterij schoon met een droge doek voor een goed contact. • Houd bij het plaatsen van de batterij rekening met de juiste polariteit. • Houd de batterij niet vast met een metalen tang. Hierdoor kan er kortsluiting ontstaan. WAARSCHUWING Bij oneigenlijk gebruik kan de batterij ontploffen. Probeer niet de batterij op te laden of te openen; werp ook een lege batterij nooit in het vuur. Zekeringen vervangen Vervang een zekering altijd door een identiek exemplaar. Als de zekering doorbrandt, moet u de voedingsaansluiting controleren en de zekering vervangen. Brandt de zekering vervolgens nogmaals door, dan kan er sprake zijn van een defect in het apparaat. Raadpleeg in dat geval de dichtstbijzijnde Sonyhandelaar. Zekering (10 A) 17 Het apparaat verwijderen 1 Technische gegevens Verwijder de beschermende rand. CD-speler 1 Maak het voorpaneel los (pagina 5). Signaal/ruis-afstand: 120 dB Frequentiebereik: 10 – 20.000 Hz Snelheidsfluctuaties: Minder dan meetbare waarden 2 Duw de zijkanten van de beschermende rand naar binnen en trek de beschermende rand naar buiten. Tuner FM Afstembereik: 87,5 – 108,0 MHz Antenne-aansluiting: Aansluiting voor externe antenne Tussenfrequentie: 150 kHz Bruikbare gevoeligheid: 10 dBf Selectiviteit: 75 dB bij 400 kHz Signaal/ruis-afstand: 70 dB (mono) Scheiding: 40 dB bij 1 kHz Frequentiebereik: 20 – 15.000 Hz x MW/LW Afstembereik: MW: 531 – 1.602 kHz LW: 153 – 279 kHz Antenne-aansluiting: Aansluiting voor externe antenne Tussenfrequentie: 25 kHz Gevoeligheid: MW: 26 µV, LW: 45 µV 2 Verwijder het apparaat. Versterker 1 Plaats beide ontgrendelingssleutels tegelijkertijd en duw hierop tot deze vastklikken. Uitgang: Luidsprekeruitgangen (sure seal) Luidsprekerimpedantie: 4 – 8 ohm Maximaal uitgangsvermogen: 45 W × 4 (bij 4 ohm) Algemeen Haakje wijst naar binnen. 2 Trek de ontgrendelingssleutels naar u toe om het apparaat los te maken. 3 Schuif het apparaat uit de houder. 18 Uitgangen: Audio-uitgangen (schakelen tussen subwoofer/ versterker) Relaisaansluiting elektrische antenne Aansluiting versterker Ingangen: Afstandsbedieningsingang Antenne-ingang Telephone ATT-bedieningsaansluiting AUX-ingang (stereo mini-aansluiting) Toonregelingen: Laag: ±10 dB bij 60 Hz (XPLOD) Midden: ±10 dB bij 1 kHz (XPLOD) Hoog: ±10 dB bij 10 kHz (XPLOD) Voeding: 12 V gelijkstroom accu (negatieve aarde) Afmetingen: Ongeveer 178 × 50 × 179 mm (b/h/d) Montageafmetingen: Ongeveer 182 × 53 × 162 mm (b/h/d) Gewicht: Ongeveer 1,2 kg Bijgeleverde accessoires: Kaartafstandsbediening: RM-X151 Onderdelen voor installatie en aansluitingen (1 set) Optioneel accessoire/apparaat: Bedieningssatelliet: RM-X4S Het is mogelijk dat niet alle vermelde accessoires verkrijgbaar zijn bij uw Sony-handelaar. Neem contact op met uw Sony-handelaar voor meer informatie. MPEG Layer-3 audio-codeertechnologie en -patenten gebruikt onder licentie van Fraunhofer IIS en Thomson. Dit product wordt beschermd door bepaalde intellectuele eigendomsrechten van Microsoft Corporation. Het gebruik of de verspreiding van dergelijke technologie buiten dit product om is verboden zonder een licentie van Microsoft of een erkend dochterbedrijf van Microsoft. Wijzigingen in ontwerp en technische gegevens voorbehouden zonder voorafgaande kennisgeving. • Er werden geen halogene brandvertragende producten gebruikt in de betreffende printplaat/printplaten. • In het omhulsel werden geen halogeen bevattende brandvertragende producten gebruikt. • Als beschermings- en opvulmateriaal werd er papier gebruikt. Problemen oplossen De onderstaande controlelijst kan u helpen bij het oplossen van problemen die zich met het apparaat kunnen voordoen. Voordat u de onderstaande controlelijst doorneemt, moet u eerst de aanwijzingen voor aansluiting en gebruik controleren. Algemeen Het apparaat wordt niet van stroom voorzien. • Controleer de aansluiting of de zekering. • Als het apparaat wordt uitgeschakeld en het scherm verdwijnt, kan het apparaat niet worden bediend met de afstandsbediening. t Schakel het apparaat in. De elektrisch bediende antenne schuift niet uit. De elektrisch bediende antenne heeft geen relaisdoos. Geen geluid. • De ATT-functie is ingeschakeld of de Telephone ATT-functie (als de interfacekabel of een autotelefoon is aangesloten op de ATT-kabel) is ingeschakeld. • De positie van de faderregelaar "FAD" is niet ingesteld op een systeem met 2 luidsprekers. Geen pieptoon. • De pieptoon is uitgeschakeld (pagina 13). • Er is een optionele versterker aangesloten en u gebruikt de ingebouwde versterker niet. De geheugeninhoud is gewist. • De RESET toets is ingedrukt. t Sla opnieuw op in het geheugen. • De voedingskabel of de accu is losgekoppeld of niet juist aangesloten. Opgeslagen zenders en tijd zijn gewist. De zekering is doorgebrand. Maakt geluid wanneer de positie van de contactsleutel wordt gewijzigd. De kabels zijn niet goed verbonden met de voedingsaansluiting voor accessoires van de auto. Tijdens het afspelen of radio-ontvangst wordt de demonstratie gestart. Als er 5 minuten geen handeling wordt uitgevoerd en "DEMO-ON" is ingesteld, wordt de demonstratie gestart. t Stel "DEMO-OFF" in (pagina 13). Het scherm verdwijnt van/verschijnt niet in het display. • De dimmer is ingesteld op "DIM-ON" (pagina 13). • Het scherm verdwijnt als u op (OFF) drukt en deze toets ingedrukt houdt. t Druk op (OFF) op het apparaat en houd deze toets ingedrukt tot het scherm verschijnt. • De aansluitingen zijn vuil (pagina 17). vervolg op volgende pagina t 19 De functie voor automatisch uitschakelen werkt niet. Het apparaat is ingeschakeld. De functie voor het automatisch uitschakelen wordt geactiveerd nadat het apparaat is uitgeschakeld. t Schakel het apparaat uit. CD's afspelen De disc kan niet worden geplaatst. • Er zit al een disc in het apparaat. • De disc is met kracht omgekeerd of in de verkeerde richting geplaatst. De disc wordt niet afgespeeld. • Disc defect of vuil. • De CD-R's/CD-RW's zijn niet geschikt voor audiogebruik (pagina 15). MP3-/WMA-bestanden kunnen niet worden afgespeeld. De disc is niet compatibel met de MP3-/WMAindeling en -versie (pagina 16). MP3-/WMA-bestanden worden minder snel afgespeeld dan andere bestanden. Bij de volgende discs duurt het langer voordat het afspelen wordt gestart: – discs opgenomen met een ingewikkelde structuur. – discs die in Multi Session (meerdere sessies) zijn opgenomen. – discs waaraan gegevens kunnen worden toegevoegd. De schermitems rollen niet. • Bij sommige discs met heel veel tekens kunnen de tekens niet rollen. • "A.SCRL" is ingesteld op "OFF". t Stel "A.SCRL-ON" in (pagina 13). t Houd (DSPL) (SCRL) ingedrukt. Het geluid verspringt. • Het apparaat is niet goed geïnstalleerd. t Installeer het apparaat onder een hoek van minder dan 45° op een stabiele plaats in de auto. • Disc defect of vuil. De bedieningstoetsen werken niet. De disc wordt niet uitgeworpen. Druk op de RESET toets (pagina 6). 20 Radio-ontvangst De zenders kunnen niet worden ontvangen. Het geluid is gestoord. De aansluiting is niet juist. t Sluit de bedieningskabel van de elektrische antenne (blauw) of voedingskabel voor accessoires (rood) aan op de voedingskabel van de autoantenneversterker (alleen als uw auto is uitgerust met een FM/MW/LW-antenne in de achter- of zijruit). t Controleer de aansluiting van de auto-antenne. t Als de automatische antenne niet uitschuift, controleert u de aansluiting van de bedieningskabel van de elektrische antenne. Er kan niet worden afgestemd op voorkeurzenders. • Sla de juiste frequentie op in het geheugen. • Het ontvangstsignaal is te zwak. Er kan niet automatisch worden afgestemd op zenders. • De lokale zoekfunctie is niet correct ingesteld. t Het afstemmen wordt te vaak onderbroken: Stel "LOCAL-ON" in (pagina 13). t Het afstemmen stopt niet bij een zender: Stel "LOCAL-OFF" in (pagina 13). • Het ontvangstsignaal is te zwak. t Stem handmatig af. Tijdens FM-ontvangst knippert de aanduiding "ST". • Stem nauwkeurig af op de frequentie. • Het ontvangstsignaal is te zwak. t Stel "MONO-ON" in (pagina 13). Een stereo-uitzending van een FM-programma wordt mono weergegeven. Het apparaat staat in de mono-ontvangststand. t Stel "MONO-OFF" in (pagina 13). RDS SEEK begint na enkele seconden weergave. De zender is geen TP-zender of heeft een zwak signaal. t Schakel TA uit (pagina 9). Geen verkeersinformatie. • Schakel TA in (pagina 9). • De zender is een TP-zender, maar zendt toch geen verkeersinformatie uit. t Stem af op een andere zender. PTY geeft "- - - - - - - -" weer. • De huidige zender is geen RDS-zender. • Geen RDS-gegevens ontvangen. • De zender geeft het programmatype niet door. Foutmeldingen/berichten ERROR • De disc is vuil of is omgekeerd geplaatst. t Reinig de disc of plaats deze op de juiste manier. • Er is een lege disc in het apparaat geplaatst. • De disc kan niet worden afgespeeld wegens een probleem. t Plaats een andere disc. FAILURE De luidsprekers of versterkers zijn niet correct aangesloten. t Raadpleeg de handleiding voor installatie/ aansluitingen van dit model om de aansluitingen te controleren. L. SEEK +/– De lokale zoekfunctie is ingeschakeld tijdens automatisch afstemmen. NO AF Er is geen alternatieve frequentie voor de huidige zender. t Druk op (SEEK) –/+ terwijl de programmaservicenaam knippert. Het apparaat gaat zoeken naar een andere frequentie met dezelfde PIgegevens (programma-identificatie) ("PI SEEK" wordt weergegeven). NO MUSIC De disc bevat geen muziekbestanden. t Plaats een muziek-CD in het apparaat. NO NAME Er is geen naam voor de disc/artiest/track of het album naar de track geschreven. NO TP Het apparaat blijft zoeken naar beschikbare TP-zenders. OFFSET Er is wellicht een interne storing. t Controleer de aansluiting. Als de foutmelding in het scherm blijft staan, moet u de dichtstbijzijnde Sony-handelaar raadplegen. READ Alle track- en albuminformatie op de disc wordt gelezen. t Wacht totdat het lezen is voltooid en het afspelen automatisch wordt gestart. Afhankelijk van de discstructuur kan dit meer dan een minuut in beslag nemen. RESET De CD-speler kan niet worden gebruikt wegens een probleem. t Druk op de RESET toets (pagina 4). " " of " " Tijdens het snel terug- of vooruitspoelen hebt u het begin of het einde van de disc bereikt en kunt u niet verder. " " Het teken kan niet worden weergegeven met het apparaat. Als deze oplossingen niet helpen, moet u de dichtstbijzijnde Sony-handelaar raadplegen. Als u het apparaat ter reparatie wegbrengt omdat CD's niet goed worden afgespeeld, kunt u het beste de disc meenemen waarmee het probleem is begonnen. 21
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104

Sony CDX-GT383A de handleiding

Categorie
CD spelers
Type
de handleiding