SCAN Andersen 10 Installation And Operating Instructions Manual

Categorie
Open haarden
Type
Installation And Operating Instructions Manual

Deze handleiding is ook geschikt voor

Scan Andersen 4-5
NO - Monterings- og bruksanvisning 2
DK - Monterings- og brugsanvisning 15
FI - Asennus- ja käyttöohje 24
GB - Installation and Operating Instructions 34
FR - Manuel d’installation et d’utilisation 44
ES - Instrucciones para instalación 54
IT - Manuale di installazione ed uso 64
DE - Montage- und Bedienungsanleitung 74
NL - Installatie- en montagehandleiding 84
Andersen 4-5
Manual Version P00
Manualene må oppbevares under hele produktets levetid. The manuals which are enclosed with the product must be kept throughout the product’s entire
service life. Les manuels fournis avec le produit doivent être conservés pendant toute la durée de vie du produit. Los manuales suministrados con este producto
deben guardarse durante todo el ciclo de vida del producto. I manuali inclusi con il prodotto vanno conservati per l’intera durata di vita del prodotto. Das im
Lieferumfang des Produkts enthaltene Begleitmaterial ist über die gesamte Nutzungsdauer aufzubewahren. De bij de haard meegeleverde handleidingen
moeten gedurende de volledige gebruiksduur van de haard bewaard blij ven.
84
1.0 Wettelij ke voorschriften
Een haard moet in overeenstemming met de wetten en
voorschriften van uw land worden geïnstalleerd. Alle lokale
bepalingen, inclusief de bepalingen die betrekking hebben
op nationale en Europese normen, zullen worden nageleefd
het installeren van het product.
raden aan het geïnstalleerde product vóór gebruik door een
gekwali ceerde vakman te laten inspecteren.
Op het hitteschild bevindt zich een typeplaatje dat is
gemaakt van hittebestendig materiaal. Op het typeplaatje
staan typegegevens van het product en verwijzingen naar
documentatie.
2.0 Technische gegevens
Materiaal: gietij zer
Afwerking: zwarte lak
Brandstof: hout
Max. lengte van blokken: 30 cm
Rookafvoer: boven-/achterkant
Doorsnede van de aansluiting: Buiten: Ø125 mm/min.
177 cm
2
doorsnede,
Binnen: Ø114 mm/min. 102
cm
2
doorsnede
Gewicht , haard met:
Convectiepanelen: Ongeveer 94 kg
Spekstenen panelen: Ongeveer 178 kg
Afmetingen van het product,
afstanden: Zie a . 1
Technische gegevens volgens EN 13240
Nominaal vermogen: 4kW
Aanbevolen luchtstroom van
schoorsteen: 13 Pa
Effi ciëntie: 77%
Koolmonoxide-uitstoot (13% O
2
): 0.09%
Koolmonoxide-uitstoot (13% O
2
): 1178 mg/Nm
3
Werkingstype: cyclisch
Cyclische verbranding betekent in deze context normaal
gebruik van de haard, dat wil zeggen dat er brandstof wordt
toegevoegd wanneer de brandstof is opgebrand en er nog een
voldoende hoeveelheid gloeiende as over is.
Op al onze producten zit een sticker
waarop het lotnummer en jaar staan
vermeld. Noteer dit nummer op de
aangegeven plaats.
Als u contact opneemt met uw dealer,
wordt voor een geldige garantie
altij d naar het serienummer en de
garantiekaart/bon gevraagd.
NEDERLANDS
Inhoudsopgave
1.0 Wettelijke voorschriften ............................. 84
2.0 Technische gegevens ................................... 84
3.0 Veiligheid ..................................................... 86
4.0 Installatie .....................................................86
5.0 Dagelijks gebruik ........................................ 89
6.0 Service ..........................................................90
7.0 Onderhoud ...................................................91
8.0 Gebruiksproblemen -
problemen oplossen ....................................91
9.0 Optionele accessoires ................................. 92
10.0 Garantie ....................................................... 92
85
NEDERLANDS
X
Y
Speksteenkachel:
Convectiekachel:
* Center achter aansluiting
532
457
651*
821
164
474
164
457
758
651*
Scan Andersen 4-5
Fig. 1
Minimale afstand tot brandbare muur beschermd door brandmuur:
* = Met extra hitteschild (art.nr. 51005618 (convectiekachel) / 51005622 (speksteenkachel)).
Minimale ruimte t.o.v. brandbare muur:
Minimale afmetingen voor de vloerplaat
X/Y = In overeenstemming met nationale wet- en regelgeving.
900123
Brandmuur
Brandbare muur
850
850
300
*150
300
*150
300
5
0
724
712
1
2
5
2
5
0
100
8
9
1
5
0
289
Alle afmetingen zijn met een halfgeïsoleerde/afgeschermde kachelpijp helemaal in het product.
86
3.0 Veiligheid
NB! raden aan om de installatie door een gekwali ceerde
installateur te laten uitvoeren om optimale prestaties en
veiligheid van het product te garanderen.
Aanpassingen aan het product door de distributeur, installateur
of consument kunnen ertoe leiden dat het product en de
beveiligingen niet naar behoren functioneren. Hetzelfde geldt
voor de installatie van niet door de kachelfabrikant geleverde
accessoires of optionele extra’s. Dit kan ook het geval zij n indien
essentiële onderdelen voor het functioneren en de veiligheid
van de kachel gedemonteerd of verwij derd worden.
In al deze gevallen is de fabrikant niet verantwoordelij k of
aansprakelij k voor het product en komt de garantie te vervallen.
3.1 Maatregelen op het gebied van
brandpreventie
Elk gebruik van de haard brengt een zeker risico met zich
mee. Neem daarom de volgende instructies nauwkeurig
in acht:
De minimale veiligheidsafstanden tij dens het gebruik van
de haard zij n weergegeven in a . 1.
Zorg ervoor dat er geen meubels of andere brandbare
materialen te dicht bij de haard staan. Brandbare materialen
mogen nooit binnen 850 mm afstand van de haard geplaatst
worden.
Laat het vuur vanzelf uitgaan. Blus het vuur nooit met water.
De haard wordt tij dens gebruik warm en kan bij aanraking
brandwonden veroorzaken.
Verwijder de as niet voordat de haard koud is. De as
kan smeulende resten bevatten en moet daarom in een
onbrandbare bak worden bewaard.
De as moet naar buiten worden afgevoerd of worden
weggegooid op een plek waar geen brandgevaar bestaat.
brand in de schoorsteen
Sluit alle luiken en ventilatieopeningen.
Houd de deur van de vlamkast gesloten.
Controleer of er rook is op zolder en in de kelder.
Bel de brandweer.
Voordat u de haard opnieuw in gebruik neemt na een
brand, moet een deskundige de haard en de schoorsteen
controleren om na te gaan of deze goed werkt.
4.0 Installatie
N.B. Controleer vóór het installeren of de haard geen
transportschade heeft opgelopen.
Het product is zwaar! Zorg voor hulp bij het neerzetten en
installeren van de haard.
4.1 Vloer
Fundament
Zorg ervoor dat de vloer sterk genoeg is voor de haard. Zie «2.0
Technische gegevens» voor gewichten.
Brandbare vloerbescherming
Als de haard wordt geplaatst op een brandbare vloer, bedekt u
de vloer onder en vóór de haard met een plaat van metaal of
ander onbrandbaar materiaal. De aanbevolen minimale dikte
is 0,9 mm.
Vloeren van brandbaar materiaal, zoals linoleum, tapijt,
enzovoort, moeten onder de vloerplaat worden verwij derd.
De plaat moet in overeenstemming zij n met nationale wetten
en voorschriften.
Neem contact op met de afdeling Bouwtoezicht van uw
gemeente voor informatie over beperkingen en installatie-
eisen.
4.2 Muren ( g. 1)
Afstand tot muur van brandbaar materiaal
Afstand tot muur met geïsoleerde kachelpij p: Zie g. 1
Afstand tot muren beschermd door een
brandmuur ( g. 1)
Neem contact op met de afdeling Bouwtoezicht van uw
gemeente voor informatie over beperkingen en installatie-
eisen.
Eis brandmuur
De brandmuur moet minimaal 100 mm dik zij n en van baksteen,
betonsteen of licht beton zij n gemaakt. Andere materialen en
constructies met de juiste documentatie mogen ook worden
gebruikt.
Afstand tot niet-brandbare muren
Onder niet-brandbaar wordt verstaan een niet-dragende muur
van massief metselwerk/beton.
Neem contact op met de afdeling Bouwtoezicht van uw
gemeente voor informatie over beperkingen en installatie-
eisen.
4.3 Schoorstenen en kachelpij pen
De haard kan worden aangesloten op een schoorsteen en
kachelpij p die zij n goedgekeurd voor met vaste brandstof
gestookte apparaten met rookgastemperaturen zoals
gespeci ceerd in “2.0 Technische gegevens”.
De doorsnede van de schoorsteen moet minimaal even groot
n als de doorsnede van de kachelpij p. Zie «2.0 Technische
gegevens» voor het berekenen van de juiste doorsnede van
de schoorsteen.
NEDERLANDS
87
Als de doorsnede van de schoorsteen groot genoeg is,
kunnen er meerdere met vaste brandstof gestookte
apparaten op dezelfde schoorsteen worden aangesloten.
De aansluiting op de schoorsteen moet voldoen aan de
installatie-instructies van de leverancier van de schoorsteen.
Voordat u een opening in de schoorsteen maakt, moet de
haard op proef worden gemonteerd om de juiste positie van
de haard en het gat in de schoorsteen te kunnen bepalen.
Zie g. 1 voor minimale afmetingen.
Zorg dat de kachelpij p helemaal tot aan de schoorsteen
omhoog loopt.
Gebruik een kachelpij pbocht met een veegluik, zodat de pij p
kan worden geveegd.
Houd er rekening mee dat het erg belangrij k is dat aansluitingen
enigszins  exibel n om te voorkomen dat bewegingen in de
installatie barsten veroorzaken.
Let op: een juiste en luchtdichte aansluiting is van groot belang
voor het goed functioneren van het product.
Schoorsteentrek; Zie «2.0 Technische gegevens». Als de trek
te sterk is, kunt u een demper installeren en gebruiken om de
trek te regelen.
4.4 Vóór installatie in elkaar zetten
Het product wordt gemonteerd geleverd in twee pakketten:
pak het product uit, controleer op zichtbare schade en
controleer of de bedieningshendels werken. Pak de asrand
en onderhoudsbox uit de verbrandingskamer.
BELANGRIJK! Een blad van foamplastic is geplaatst
tussen het schot en de keerklep voor bescherming tij dens
transport. Zorg ervoor dat u deze verwij derd voordat u uw
open haard voor de eerste keer gebruikt.
4.5 Convectiepanelen plaatsen
Fig. 3
1
2
3
1. Plaats de convectiepanelen ( g. 3 - 1) met de bij geleverde
schroeven en ringen ( g. 3 - 2).
4.6 Spekstenen panelen plaatsen
(optie)
Fig. 4
4
5
1
3
2
5
1. Plaats de poten ( g. 4 - 1) met de schroeven ( g. 4 - 2) en
afstelschroeven ( g. 4 - 3).
2. Plaats de poten ( g. 4 - 1) met de schroeven ( g. 4 - 2) en
afstelschroeven ( g. 4 - 3).
3. Monteer de spekstenen panelen ( g. 4 - 4) met de moeren
en bouten ( g. 4 - 5).
4.7 Rookuitlaat
Het product is af fabriek voorbereid met een uitlaat bovenin.
Rookuitlaat bovenin realiseren
Fig. 5
2
1
1. Bevestig de losse afvoerkraag ( g. 5-1) (te vinden in de
aslade) met de klemveren en schroeven uit het servicepakket
op de afvoeropening.
2. Draai de beveiliging ( g. 5-2) dwars in de afvoerkraag vast
om beschadiging aan het schot en de uitlaatplaat bij het
vegen van de schoorsteen te voorkomen.
NEDERLANDS
88
Afvoerkraag met een uitlaat achterin
realiseren
Fig. 6
1
2
1. Til het schot ( g. 6 - 1) voorzichtig op.
2. Verwij der de pennen ( g. 6 - 2).
3. Verwij der het schot.
Fig. 7
1
2
1. Til de uitlaatplaat ( g. 7 - 1) voorzichtig op.
2. Verwij der de pennen ( g. 7 - 2).
3. Verwij der de uitlaatplaat.
Fig. 8
1
2
1. Draai het buitenste hitteschild los ( g. 8 - 1).
2. Breek de uitbreekplaat weg.
Fig. 9
2
1
1. Draai het binnenste hitteschild los ( g. 9 - 1).
2. Breek de uitbreekplaat weg ( g. 9 - 2).
Fig. 10
1
1. Verwijder de gietijzeren afdekking (fig. 10 - 1) van de
binnenkant van de verbrandingskamer.
2. Zet de gietijzeren afdekking vast in de afvoeropening
bovenin.
Fig. 11
1. Bevestig de losse afvoerkraag ( g. 11 - 1) (te vinden in de
aslade) met de klemveren en schroeven uit het servicepakket
op de afvoeropening.
NEDERLANDS
89
4.8 Asrand plaatsen
Fig. 12
1
2
1. Zet de asrand vast ( g. 12 - 1) met de bij geleverde schroeven
( g. 12 - 2).
4.9 Greep
Wilt u een vaste greep kan deze met meegeleverde lange schroef
(M5x20) permanent vastgezet worden. De loodrechte positie
van de greep kan met het inbusboutje aan de deursluiting
ingesteld worden.
5.0 Dagelij ks gebruik
Geur bij eerste gebruik van de kachel
Als de kachel voor de eerste keer wordt gebruikt, kan een
irriterend gas vrij komen dat onaangenaam kan ruiken. Dit
gas is a omstig van de verf die opdroogt. Het gas is niet giftig,
maar toch is het beter om de ruimte goed te ventileren. Stook
het vuur  ink op totdat al het gas is verdwenen en er geen rook
of geuren meer waarneembaar zij n.
5.1 Bediening
Stookadvies
Let op: houtblokken die buitenshuis of in een koude ruimte
worden bewaard, moeten 24 uur voor gebruik naar binnen
worden gehaald om op kamertemperatuur te komen.
Er zij n verschillende manieren om de kachel te stoken, maar het
is belangrij k dat u altij d voorzichtig bent met het materiaal dat
u in de kachel stopt. Zie het hoofdstuk “Houtkwaliteit”.
Houtkwaliteit
Met goed brandhout bedoelen we de bekende houtsoorten,
zoals berken-, beuken- en eikenhout.
De blokken moeten goed worden gedroogd, zodat er niet meer
dan 20% vocht in zit.
Hiervoor moeten de blokken uiterlij k aan het einde van de
winter worden gehakt. De blokken moeten worden gekloofd
en dusdanig worden gestapeld dat er voldoende ventilatie is.
De houtstapels moeten worden afgedekt om de blokken tegen
regen te beschermen. De blokken moeten aan het begin van
de herfst binnenshuis worden opgestapeld/opgeslagen voor
gebruik in de komende winter.
Let er goed op dat u de volgende materialen nooit als brandstof
voor uw kachel gebruikt:
• Huishoudelij k afval, plastic tassen, enz.
Geverfd of geïmpregneerd hout (dat is uiterst giftig).
Gelamineerde houten planken.
• Drij out.
Deze kunnen schade toebrengen aan de kachel en zijn
bovendien vervuilend.
Let op: gebruik nooit benzine, paraffi ne, methylalcohol of
dergelij ke vloeistoff en om het vuur aan te steken. Dit kan
leiden tot ernstig persoonlij k letsel en schade aan het product.
5.2 Het vuur ontsteken
Houtverbruik:
Aanmaakhout ( jngehakt hout):
Lengte: ca. 30 cm
Diameter: 2-5 cm
Benodigd aantal per keer: 6-8 blokken
Hout (gekloofd hout):
Aanbevolen lengte: 20-30 cm
Diameter: ca. 8 cm
Grootte vuur: 1,8 kg
Benodigd aantal per keer: 2 blokken
1. Leg twee houtblokken onderin de verbrandingskamer.
2. Leg de aanmaakhoutjes kruisgewij s op de houtblokken.
3. Plaats aanmaakblokjes tussen de aanmaakhoutjes en steek
deze aan.
Fig. 13
1
2
3
4. Open de ontstekingsopening ( g. 13 - 2) en de luchtklep ( g.
13 -1) helemaal totdat het hout goed brandt.
5. Controleer of de naverbranding (secundaire verbranding)
goed op gang komt. Dat is het geval als er gele,  ikkerende
vlammen voor de gaten onder het schot te zien zij n.
6. Sluit de ontstekingsopening en regel de luchtklep naar wens af.
7. De aslade moet bij het aansteken van het vuur altij d dicht zij n.
8. Het asrooster moet bij stoken halfopen zij n.
NEDERLANDS
90
Houtblokken bij vullen
Stook de kachel regelmatig op, maar gebruik steeds kleine
hoeveelheden hout tegelij k. Als de kachel te vol is, kan de
hitte voor extreme druk in de schoorsteen zorgen.
• Voeg altij d met mate hout bij .
• Vermij d smeulend vuur, omdat dit het meest vervuilend is.
Het vuur is het beste als het goed brandt en de rook uit de
schoorsteen nauwelij ks zichtbaar is.
5.3 Gevaar van oververhitting
De kachel mag nooit zo gebruikt worden dat
er oververhitting ontstaat.
Oververhitting treedt op als de kachel te veel hout bevat en/of
de luchtklep te ver openstaat, zodat te veel hitte ontwikkelt. Een
duidelij k teken van oververhitting is dat kachelonderdelen rood
gloeien. In dat geval moet u de luchtopening direct verkleinen.
Vraag om professioneel advies als u vermoedt dat de
schoorsteen niet naar behoren trekt (te veel of te weinig trek).
(Zie voor meer informatie “Schoorsteen en kachelpij p” onder
4.0 Installatie.)
5.4 As verwij deren
Dit product heeft een aslade waarmee de as eenvoudig kan
worden verwij derd.
Fig. 14
2
3
1
Het product is uitgerust met een asrooster ( g. 14 - 2). Beweeg
de hendel ( g. 14 - 1) om de as uit de verbrandingskamer in
de aslade te laten vallen ( g. 14 - 3). Belangrij k! Leeg de as
nooit in een brandbare bak. Nog lang nadat het vuur uit is
kunnen in de as nog gloeiende sintels zitten.
Zorg ervoor dat de aslade ( g. 14 - 3) nooit te vol is en er geen
as meer door het rooster in de aslade kan vallen.
6.0 Service
Waarschuwing! Er mogen geen wij zigingen aan het product
worden uitgevoerd die niet door ons zij n goedgekeurd! Gebruik
uitsluitend originele reserveonderdelen!
6.1 Schot/uitlaatplaten vervangen
Fig. 15
1
2
1. Til het schot ( g. 15 - 1) voorzichtig op.
2. Verwij der de pennen ( g. 15 - 2).
3. Verwij der het schot.
Fig. 16
1
2
1. Til de uitlaatplaat ( g. 16 - 1) voorzichtig op.
2. Verwij der de pennen ( g. 16 - 2).
3. Verwij der de uitlaatplaat.
NEDERLANDS
91
6.2 Brandplaten/binnenste
bodemplaat vervangen
Fig. 17
2
1
1. Verwijder het schot/de uitlaatplaat (zie 6.1 - Schot/
uitlaatplaten vervangen).
2. Verwij der de branderplaten aan de zij kant ( g. 17 - 1).
3. Verwij der de branderplaten aan de achterkant ( g. 17 - 2).
Fig. 18
2
1
1. Verwijder het asrooster (fig. 18 - 1) en de binnenste
bodemplaat ( g. 18 - 2).
2. Volg voor het installeren dezelfde procedure in omgekeerde
volgorde.
7.0 Onderhoud
7.1 Schoonmaken en verwij deren van
roet
dens gebruik kan zich roet afzetten op de binnenwanden
van de kachel. Roet werkt isolerend en kan daardoor de
warmteafgifte van de kachel verminderen. Als er zich te veel
roet ophoopt, kunt u dit met een roetverwij deraar eenvoudig
ver deren.
Als u wilt voorkomen dat zich water of een teerlaag ophoopt in de
kachel, moet u regelmatig  ink stoken om de gevormde laag te
ver deren. Uw product moet voor een optimale warmteafgifte
een keer per jaar van binnen worden schoongemaakt. Het is
verstandig dit tegelij k te doen met het vegen van de schoorsteen
en de kachelpij pen.
7.2 Kachelpij p naar de schoorsteen
vegen
De kachelpij pen moeten via het veegluik in de kachelpij p of via
de deuropening worden geveegd. Verwij der eerst het schot en
de uitlaatplaten.
7.3 Kachel inspecteren
Scan raadt aan na het schoonmaken/vegen zelf de kachel
grondig te inspecteren. Controleer alle zichtbare oppervlakken
op scheuren. Controleer ook of alle verbindingen goed dicht
n en of de pakkingen correct geplaatst zij n. Een versleten of
vervormde pakking moet worden vervangen.
Maak de groeven in de pakking goed schoon, breng keramische
m aan (verkrij gbaar uw lokale Scan-dealer) en druk de
pakking stevig aan. De lij m heeft een korte droogtij d.
7.4 De buitenkant onderhouden
Gelakte producten kunnen na enkele jaren gebruik verkleuren.
Voordat u een nieuwe laag verf aanbrengt, moet u het oppervlak
reinigen en alle losse deeltjes wegvegen.
8.0 Gebruiksproblemen -
problemen oplossen
Slechte trek
Controleer of de lengte van de schoorsteen overeenkomt
met nationale wet- en regelgeving (zie voor meer informatie
2.0 Technische gegevens en 4.0 Installatie (Schoorsteen en
kachelpij p)).
Controleer of de minimale diameter van de schoorsteen
overeenkomt met de speci catie in 2.0 Technische gegevens in
de installatiehandleiding.
Controleer of niks het ontsnappen van de rook hindert; denk
hierbij aan takken, bomen enz.
Vraag om professioneel advies als u vermoedt dat de
schoorsteen niet naar behoren trekt (te veel of te weinig trek).
NEDERLANDS
92
Het vuur gaat na een tij dje uit
Controleer of het hout droog genoeg is.
Controleer of in huis een onderdruk heerst. Schakel ventilatoren
uit en open een raam in de buurt van de kachel.
Controleer of de luchtklep open is.
Controleer of de rookuitlaat niet verstopt is met roet.
Overmatige roetvorming op de ruit
Er komt altij d roet op de ruit, maar de hoeveelheid hangt af van:
Hoe droog het hout is.
De trek ter plaatse.
Luchtklep afstellen.
Het meeste roet verbrandt normaal gesproken als de luchtklep
volledig wordt geopend en het vuur goed brandt (zie ook 6.1
Ruit schoonmaken - Goed advies).
9.0 Opties
9.1 Spekstenen bovenplaat
Topplaat met gat, artikelnr. 50013023
Topplaat zonder gat, artikelnr. 50013024
9.2 Extra hitteschild, achter
10.0 Garantie
Voor de externe gietij zeren delen geldt een garantie van 10 jaar
na de eerste aankooop/installatie op defecten door materiaal-
en/of productiefouten. De garantie geldt alleen als de kachel
is geïnstalleerd conform de geldende wet- en regelgeving en
op voorwaarde dat de installatie- en gebruiksaanwij zingen
n gevolgd.
De garantie dekt het volgende niet:
De installatie van optionele extra’s, bijvoorbeeld om de
trek in de schoorsteen ter plekke, de luchttoevoer of andere
omstandigheden buiten de invloedssfeer van de fabrikant te
corrigeren. De garantie dekt geen verbruiksgoederen zoals
brandplaten, rookschotten, vuurroosters, bodemroosters,
hittebestendig materiaal, dempers en pakkingen, aangezien
deze in de loop der tijd als gevolg van normale slijtage
achteruitgaan. De garantie dekt geen schade als gevolg van
het gebruik van niet-geschikte brandstof, zoals bij voorbeeld
drijfhout, geïmpregneerd en geverfd hout, plankdelen,
chipboard enz. Bij gebruik van niet-geschikte brandstof kan
oververhitting eenvoudig optreden, d.w.z. dat de kachel gloeiend
rood wordt, met als gevolg dat de verf verkleurt en de gietij zeren
delen scheuren.
De garantie dekt geen schade die tij dens het vervoer van de
distributeur naar het a everadres is ontstaan. De garantie dekt
evenmin schade als gevolg van het gebruik van niet-originele
onderdelen.
NEDERLANDS

Documenttranscriptie

Scan Andersen 4-5 Manual Version P00 Andersen 4-5 NO - Monterings- og bruksanvisning 2 DK - Monterings- og brugsanvisning 15 FI - Asennus- ja käyttöohje 24 GB - Installation and Operating Instructions 34 FR - Manuel d’installation et d’utilisation 44 ES - Instrucciones para instalación 54 IT - Manuale di installazione ed uso 64 DE - Montage- und Bedienungsanleitung 74 NL - Installatie- en montagehandleiding 84 Manualene må oppbevares under hele produktets levetid. The manuals which are enclosed with the product must be kept throughout the product’s entire service life. Les manuels fournis avec le produit doivent être conservés pendant toute la durée de vie du produit. Los manuales suministrados con este producto deben guardarse durante todo el ciclo de vida del producto. I manuali inclusi con il prodotto vanno conservati per l’intera durata di vita del prodotto. Das im Lieferumfang des Produkts enthaltene Begleitmaterial ist über die gesamte Nutzungsdauer aufzubewahren. De bij de haard meegeleverde handleidingen moeten gedurende de volledige gebruiksduur van de haard bewaard blijven. NEDERLANDS Inhoudsopgave 1.0 Wettelijke voorschriften 1.0 Wettelijke voorschriften ............................. 84 2.0 Technische gegevens................................... 84 Een haard moet in overeenstemming met de wetten en voorschriften van uw land worden geïnstalleerd. Alle lokale bepalingen, inclusief de bepalingen die betrekking hebben op nationale en Europese normen, zullen worden nageleefd bij het installeren van het product. 3.0 Veiligheid ..................................................... 86 4.0 Installatie ..................................................... 86 5.0 Dagelijks gebruik ........................................ 89 6.0 Service..........................................................90 7.0 Onderhoud ...................................................91 2.0 Technische gegevens 8.0 Gebruiksproblemen problemen oplossen ....................................91 9.0 Optionele accessoires ................................. 92 Materiaal: Afwerking: Brandstof: Max. lengte van blokken: Rookafvoer: Doorsnede van de aansluiting: Wij raden aan het geïnstalleerde product vóór gebruik door een gekwalificeerde vakman te laten inspecteren. Op het hitteschild bevindt zich een typeplaatje dat is gemaakt van hittebestendig materiaal. Op het typeplaatje staan typegegevens van het product en verwijzingen naar documentatie. 10.0 Garantie ....................................................... 92 Gewicht , haard met: Convectiepanelen: Spekstenen panelen: Afmetingen van het product, afstanden: gietijzer zwarte lak hout 30 cm boven-/achterkant Buiten: Ø125 mm/min. 177 cm2 doorsnede, Binnen: Ø114 mm/min. 102 cm2 doorsnede Ongeveer 94 kg Ongeveer 178 kg Zie afb. 1 Technische gegevens volgens EN 13240 Nominaal vermogen: Aanbevolen luchtstroom van schoorsteen: Efficiëntie: Koolmonoxide-uitstoot (13% O2): Koolmonoxide-uitstoot (13% O2): Werkingstype: 4kW 13 Pa 77% 0.09% 1178 mg/Nm3 cyclisch Cyclische verbranding betekent in deze context normaal gebruik van de haard, dat wil zeggen dat er brandstof wordt toegevoegd wanneer de brandstof is opgebrand en er nog een voldoende hoeveelheid gloeiende as over is. Op al onze producten zit een sticker waarop het lotnummer en jaar staan vermeld. Noteer dit nummer op de aangegeven plaats. Als u contact opneemt met uw dealer, wordt voor een geldige garantie altijd naar het serienummer en de garantiekaart/bon gevraagd. 84 X Y 457 * Center achter aansluiting Minimale afmetingen voor de vloerplaat X/Y = In overeenstemming met nationale wet- en regelgeving. 474 Speksteenkachel: 457 0 85 300 724 289 Brandmuur 900123 Brandbare muur Alle afmetingen zijn met een halfgeïsoleerde/afgeschermde kachelpijp helemaal in het product. 100 712 Minimale afstand tot brandbare muur beschermd door brandmuur: * = Met extra hitteschild (art.nr. 51005618 (convectiekachel) / 51005622 (speksteenkachel)). 850 532 300 *150 50 651* 651* Minimale ruimte t.o.v. brandbare muur: 1 252 821 758 300 *150 50 Convectiekachel: 891 164 164 Scan Andersen 4-5 50 Fig. 1 NEDERLANDS 85 NEDERLANDS 3.0 Veiligheid 4.0 Installatie NB! Wij raden aan om de installatie door een gekwalificeerde installateur te laten uitvoeren om optimale prestaties en veiligheid van het product te garanderen. N.B. Controleer vóór het installeren of de haard geen transportschade heeft opgelopen. Het product is zwaar! Zorg voor hulp bij het neerzetten en installeren van de haard. Aanpassingen aan het product door de distributeur, installateur of consument kunnen ertoe leiden dat het product en de beveiligingen niet naar behoren functioneren. Hetzelfde geldt voor de installatie van niet door de kachelfabrikant geleverde accessoires of optionele extra’s. Dit kan ook het geval zijn indien essentiële onderdelen voor het functioneren en de veiligheid van de kachel gedemonteerd of verwijderd worden. In al deze gevallen is de fabrikant niet verantwoordelijk of aansprakelijk voor het product en komt de garantie te vervallen. 4.1 Vloer Fundament Zorg ervoor dat de vloer sterk genoeg is voor de haard. Zie «2.0 Technische gegevens» voor gewichten. Brandbare vloerbescherming 3.1 Maatregelen op het gebied van brandpreventie • • • • • • • Elk gebruik van de haard brengt een zeker risico met zich mee. Neem daarom de volgende instructies nauwkeurig in acht: De minimale veiligheidsafstanden tijdens het gebruik van de haard zijn weergegeven in afb. 1. Zorg ervoor dat er geen meubels of andere brandbare materialen te dicht bij de haard staan. Brandbare materialen mogen nooit binnen 850 mm afstand van de haard geplaatst worden. Laat het vuur vanzelf uitgaan. Blus het vuur nooit met water. De haard wordt tijdens gebruik warm en kan bij aanraking brandwonden veroorzaken. Verwijder de as niet voordat de haard koud is. De as kan smeulende resten bevatten en moet daarom in een onbrandbare bak worden bewaard. De as moet naar buiten worden afgevoerd of worden weggegooid op een plek waar geen brandgevaar bestaat. Bij brand in de schoorsteen • • • • • Sluit alle luiken en ventilatieopeningen. Houd de deur van de vlamkast gesloten. Controleer of er rook is op zolder en in de kelder. Bel de brandweer. Voordat u de haard opnieuw in gebruik neemt na een brand, moet een deskundige de haard en de schoorsteen controleren om na te gaan of deze goed werkt. Als de haard wordt geplaatst op een brandbare vloer, bedekt u de vloer onder en vóór de haard met een plaat van metaal of ander onbrandbaar materiaal. De aanbevolen minimale dikte is 0,9 mm. Vloeren van brandbaar materiaal, zoals linoleum, tapijt, enzovoort, moeten onder de vloerplaat worden verwijderd. De plaat moet in overeenstemming zijn met nationale wetten en voorschriften. Neem contact op met de afdeling Bouwtoezicht van uw gemeente voor informatie over beperkingen en installatieeisen. 4.2 Muren (fig. 1) Afstand tot muur van brandbaar materiaal Afstand tot muur met geïsoleerde kachelpijp: Zie fig. 1 Afstand tot muren beschermd door een brandmuur (fig. 1) Neem contact op met de afdeling Bouwtoezicht van uw gemeente voor informatie over beperkingen en installatieeisen. Eis brandmuur De brandmuur moet minimaal 100 mm dik zijn en van baksteen, betonsteen of licht beton zijn gemaakt. Andere materialen en constructies met de juiste documentatie mogen ook worden gebruikt. Afstand tot niet-brandbare muren Onder niet-brandbaar wordt verstaan een niet-dragende muur van massief metselwerk/beton. Neem contact op met de afdeling Bouwtoezicht van uw gemeente voor informatie over beperkingen en installatieeisen. 4.3 Schoorstenen en kachelpijpen • • 86 De haard kan worden aangesloten op een schoorsteen en kachelpijp die zijn goedgekeurd voor met vaste brandstof gestookte apparaten met rookgastemperaturen zoals gespecificeerd in “2.0 Technische gegevens”. De doorsnede van de schoorsteen moet minimaal even groot zijn als de doorsnede van de kachelpijp. Zie «2.0 Technische gegevens» voor het berekenen van de juiste doorsnede van de schoorsteen. NEDERLANDS • • • • • Als de doorsnede van de schoorsteen groot genoeg is, kunnen er meerdere met vaste brandstof gestookte apparaten op dezelfde schoorsteen worden aangesloten. De aansluiting op de schoorsteen moet voldoen aan de installatie-instructies van de leverancier van de schoorsteen. Voordat u een opening in de schoorsteen maakt, moet de haard op proef worden gemonteerd om de juiste positie van de haard en het gat in de schoorsteen te kunnen bepalen. Zie fig. 1 voor minimale afmetingen. Zorg dat de kachelpijp helemaal tot aan de schoorsteen omhoog loopt. Gebruik een kachelpijpbocht met een veegluik, zodat de pijp kan worden geveegd. 4.6 Spekstenen panelen plaatsen (optie) Fig. 4 5 Houd er rekening mee dat het erg belangrijk is dat aansluitingen enigszins flexibel zijn om te voorkomen dat bewegingen in de installatie barsten veroorzaken. Let op: een juiste en luchtdichte aansluiting is van groot belang voor het goed functioneren van het product. Schoorsteentrek; Zie «2.0 Technische gegevens». Als de trek te sterk is, kunt u een demper installeren en gebruiken om de trek te regelen. 3 5 2 1 4.4 Vóór installatie in elkaar zetten • • • Het product wordt gemonteerd geleverd in twee pakketten: pak het product uit, controleer op zichtbare schade en controleer of de bedieningshendels werken. Pak de asrand en onderhoudsbox uit de verbrandingskamer. BELANGRIJK! Een blad van foamplastic is geplaatst tussen het schot en de keerklep voor bescherming tijdens transport. Zorg ervoor dat u deze verwijderd voordat u uw open haard voor de eerste keer gebruikt. 4.5 Convectiepanelen plaatsen Fig. 3 4 1. Plaats de poten (fig. 4 - 1) met de schroeven (fig. 4 - 2) en afstelschroeven (fig. 4 - 3). 2. Plaats de poten (fig. 4 - 1) met de schroeven (fig. 4 - 2) en afstelschroeven (fig. 4 - 3). 3. Monteer de spekstenen panelen (fig. 4 - 4) met de moeren en bouten (fig. 4 - 5). 4.7 Rookuitlaat Het product is af fabriek voorbereid met een uitlaat bovenin. Rookuitlaat bovenin realiseren Fig. 5 2 3 1 1 2 1. Plaats de convectiepanelen (fig. 3 - 1) met de bijgeleverde schroeven en ringen (fig. 3 - 2). 1. Bevestig de losse afvoerkraag (fig. 5-1) (te vinden in de aslade) met de klemveren en schroeven uit het servicepakket op de afvoeropening. 2. Draai de beveiliging (fig. 5-2) dwars in de afvoerkraag vast om beschadiging aan het schot en de uitlaatplaat bij het vegen van de schoorsteen te voorkomen. 87 NEDERLANDS Afvoerkraag met een uitlaat achterin realiseren Fig. 9 2 Fig. 6 1 1 2 1. Draai het binnenste hitteschild los (fig. 9 - 1). 2. Breek de uitbreekplaat weg (fig. 9 - 2). 1. Til het schot (fig. 6 - 1) voorzichtig op. 2. Verwijder de pennen (fig. 6 - 2). 3. Verwijder het schot. Fig. 10 Fig. 7 1 1 2 1. Til de uitlaatplaat (fig. 7 - 1) voorzichtig op. 2. Verwijder de pennen (fig. 7 - 2). 3. Verwijder de uitlaatplaat. 1. Verwijder de gietijzeren afdekking (fig. 10 - 1) van de binnenkant van de verbrandingskamer. 2. Zet de gietijzeren afdekking vast in de afvoeropening bovenin. Fig. 8 Fig. 11 2 1 1. Draai het buitenste hitteschild los (fig. 8 - 1). 2. Breek de uitbreekplaat weg. 1. Bevestig de losse afvoerkraag (fig. 11 - 1) (te vinden in de aslade) met de klemveren en schroeven uit het servicepakket op de afvoeropening. 88 NEDERLANDS 4.8 Asrand plaatsen Fig. 12 1 Let er goed op dat u de volgende materialen nooit als brandstof voor uw kachel gebruikt: • Huishoudelijk afval, plastic tassen, enz. • Geverfd of geïmpregneerd hout (dat is uiterst giftig). • Gelamineerde houten planken. • Drijfhout. Deze kunnen schade toebrengen aan de kachel en zijn bovendien vervuilend. Let op: gebruik nooit benzine, paraffine, methylalcohol of dergelijke vloeistoffen om het vuur aan te steken. Dit kan leiden tot ernstig persoonlijk letsel en schade aan het product. 5.2 Het vuur ontsteken 2 Houtverbruik: 1. Zet de asrand vast (fig. 12 - 1) met de bijgeleverde schroeven (fig. 12 - 2). 4.9 Greep Wilt u een vaste greep kan deze met meegeleverde lange schroef (M5x20) permanent vastgezet worden. De loodrechte positie van de greep kan met het inbusboutje aan de deursluiting ingesteld worden. 5.0 Dagelijks gebruik Aanmaakhout (fijngehakt hout): Lengte: ca. 30 cm Diameter: 2-5 cm Benodigd aantal per keer: 6-8 blokken Hout (gekloofd hout): Aanbevolen lengte: 20-30 cm Diameter: ca. 8 cm Grootte vuur: 1,8 kg Benodigd aantal per keer: 2 blokken 1. Leg twee houtblokken onderin de verbrandingskamer. 2. Leg de aanmaakhoutjes kruisgewijs op de houtblokken. 3. Plaats aanmaakblokjes tussen de aanmaakhoutjes en steek deze aan. Fig. 13 Geur bij eerste gebruik van de kachel Als de kachel voor de eerste keer wordt gebruikt, kan een irriterend gas vrijkomen dat onaangenaam kan ruiken. Dit gas is afkomstig van de verf die opdroogt. Het gas is niet giftig, maar toch is het beter om de ruimte goed te ventileren. Stook het vuur flink op totdat al het gas is verdwenen en er geen rook of geuren meer waarneembaar zijn. 1 5.1 Bediening 2 Stookadvies Let op: houtblokken die buitenshuis of in een koude ruimte worden bewaard, moeten 24 uur voor gebruik naar binnen worden gehaald om op kamertemperatuur te komen. Er zijn verschillende manieren om de kachel te stoken, maar het is belangrijk dat u altijd voorzichtig bent met het materiaal dat u in de kachel stopt. Zie het hoofdstuk “Houtkwaliteit”. 3 Houtkwaliteit Met goed brandhout bedoelen we de bekende houtsoorten, zoals berken-, beuken- en eikenhout. De blokken moeten goed worden gedroogd, zodat er niet meer dan 20% vocht in zit. Hiervoor moeten de blokken uiterlijk aan het einde van de winter worden gehakt. De blokken moeten worden gekloofd en dusdanig worden gestapeld dat er voldoende ventilatie is. De houtstapels moeten worden afgedekt om de blokken tegen regen te beschermen. De blokken moeten aan het begin van de herfst binnenshuis worden opgestapeld/opgeslagen voor gebruik in de komende winter. 4. Open de ontstekingsopening (fig. 13 - 2) en de luchtklep (fig. 13 -1) helemaal totdat het hout goed brandt. 5. Controleer of de naverbranding (secundaire verbranding) goed op gang komt. Dat is het geval als er gele, flikkerende vlammen voor de gaten onder het schot te zien zijn. 6. Sluit de ontstekingsopening en regel de luchtklep naar wens af. 7. De aslade moet bij het aansteken van het vuur altijd dicht zijn. 8. Het asrooster moet bij stoken halfopen zijn. 89 NEDERLANDS Houtblokken bijvullen • • • Stook de kachel regelmatig op, maar gebruik steeds kleine hoeveelheden hout tegelijk. Als de kachel te vol is, kan de hitte voor extreme druk in de schoorsteen zorgen. Voeg altijd met mate hout bij. Vermijd smeulend vuur, omdat dit het meest vervuilend is. Het vuur is het beste als het goed brandt en de rook uit de schoorsteen nauwelijks zichtbaar is. 5.3 Gevaar van oververhitting 6.0 Service Waarschuwing! Er mogen geen wijzigingen aan het product worden uitgevoerd die niet door ons zijn goedgekeurd! Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen! 6.1 Schot/uitlaatplaten vervangen Fig. 15 De kachel mag nooit zo gebruikt worden dat er oververhitting ontstaat. 1 Oververhitting treedt op als de kachel te veel hout bevat en/of de luchtklep te ver openstaat, zodat te veel hitte ontwikkelt. Een duidelijk teken van oververhitting is dat kachelonderdelen rood gloeien. In dat geval moet u de luchtopening direct verkleinen. 2 Vraag om professioneel advies als u vermoedt dat de schoorsteen niet naar behoren trekt (te veel of te weinig trek). (Zie voor meer informatie “Schoorsteen en kachelpijp” onder 4.0 Installatie.) 1. Til het schot (fig. 15 - 1) voorzichtig op. 2. Verwijder de pennen (fig. 15 - 2). 3. Verwijder het schot. 5.4 As verwijderen Dit product heeft een aslade waarmee de as eenvoudig kan worden verwijderd. Fig. 16 Fig. 14 2 2 1 3 1 • • 90 Het product is uitgerust met een asrooster (fig. 14 - 2). Beweeg de hendel (fig. 14 - 1) om de as uit de verbrandingskamer in de aslade te laten vallen (fig. 14 - 3). Belangrijk! Leeg de as nooit in een brandbare bak. Nog lang nadat het vuur uit is kunnen in de as nog gloeiende sintels zitten. Zorg ervoor dat de aslade (fig. 14 - 3) nooit te vol is en er geen as meer door het rooster in de aslade kan vallen. 1. Til de uitlaatplaat (fig. 16 - 1) voorzichtig op. 2. Verwijder de pennen (fig. 16 - 2). 3. Verwijder de uitlaatplaat. NEDERLANDS 6.2 Brandplaten/binnenste bodemplaat vervangen 7.0 Onderhoud Fig. 17 7.1 Schoonmaken en verwijderen van roet 1 2 Tijdens gebruik kan zich roet afzetten op de binnenwanden van de kachel. Roet werkt isolerend en kan daardoor de warmteafgifte van de kachel verminderen. Als er zich te veel roet ophoopt, kunt u dit met een roetverwijderaar eenvoudig verwijderen. Als u wilt voorkomen dat zich water of een teerlaag ophoopt in de kachel, moet u regelmatig flink stoken om de gevormde laag te verwijderen. Uw product moet voor een optimale warmteafgifte een keer per jaar van binnen worden schoongemaakt. Het is verstandig dit tegelijk te doen met het vegen van de schoorsteen en de kachelpijpen. 1. Verwijder het schot/de uitlaatplaat (zie 6.1 - Schot/ uitlaatplaten vervangen). 2. Verwijder de branderplaten aan de zijkant (fig. 17 - 1). 3. Verwijder de branderplaten aan de achterkant (fig. 17 - 2). Fig. 18 7.2 Kachelpijp naar de schoorsteen vegen De kachelpijpen moeten via het veegluik in de kachelpijp of via de deuropening worden geveegd. Verwijder eerst het schot en de uitlaatplaten. 7.3 Kachel inspecteren 1 2 Scan raadt aan na het schoonmaken/vegen zelf de kachel grondig te inspecteren. Controleer alle zichtbare oppervlakken op scheuren. Controleer ook of alle verbindingen goed dicht zijn en of de pakkingen correct geplaatst zijn. Een versleten of vervormde pakking moet worden vervangen. Maak de groeven in de pakking goed schoon, breng keramische lijm aan (verkrijgbaar bij uw lokale Scan-dealer) en druk de pakking stevig aan. De lijm heeft een korte droogtijd. 7.4 De buitenkant onderhouden Gelakte producten kunnen na enkele jaren gebruik verkleuren. Voordat u een nieuwe laag verf aanbrengt, moet u het oppervlak reinigen en alle losse deeltjes wegvegen. 1. Verwijder het asrooster (fig. 18 - 1) en de binnenste bodemplaat (fig. 18 - 2). 2. Volg voor het installeren dezelfde procedure in omgekeerde volgorde. 8.0 Gebruiksproblemen problemen oplossen Slechte trek Controleer of de lengte van de schoorsteen overeenkomt met nationale wet- en regelgeving (zie voor meer informatie 2.0 Technische gegevens en 4.0 Installatie (Schoorsteen en kachelpijp)). Controleer of de minimale diameter van de schoorsteen overeenkomt met de specificatie in 2.0 Technische gegevens in de installatiehandleiding. Controleer of niks het ontsnappen van de rook hindert; denk hierbij aan takken, bomen enz. Vraag om professioneel advies als u vermoedt dat de schoorsteen niet naar behoren trekt (te veel of te weinig trek). 91 NEDERLANDS Het vuur gaat na een tijdje uit Controleer of het hout droog genoeg is. Controleer of in huis een onderdruk heerst. Schakel ventilatoren uit en open een raam in de buurt van de kachel. Controleer of de luchtklep open is. Controleer of de rookuitlaat niet verstopt is met roet. Overmatige roetvorming op de ruit Er komt altijd roet op de ruit, maar de hoeveelheid hangt af van: Hoe droog het hout is. De trek ter plaatse. Luchtklep afstellen. Het meeste roet verbrandt normaal gesproken als de luchtklep volledig wordt geopend en het vuur goed brandt (zie ook 6.1 Ruit schoonmaken - Goed advies). 9.0 Opties 9.1 Spekstenen bovenplaat Topplaat met gat, artikelnr. 50013023 Topplaat zonder gat, artikelnr. 50013024 9.2 Extra hitteschild, achter 10.0 Garantie Voor de externe gietijzeren delen geldt een garantie van 10 jaar na de eerste aankooop/installatie op defecten door materiaalen/of productiefouten. De garantie geldt alleen als de kachel is geïnstalleerd conform de geldende wet- en regelgeving en op voorwaarde dat de installatie- en gebruiksaanwijzingen zijn gevolgd. De garantie dekt het volgende niet: De installatie van optionele extra’s, bijvoorbeeld om de trek in de schoorsteen ter plekke, de luchttoevoer of andere omstandigheden buiten de invloedssfeer van de fabrikant te corrigeren. De garantie dekt geen verbruiksgoederen zoals brandplaten, rookschotten, vuurroosters, bodemroosters, hittebestendig materiaal, dempers en pakkingen, aangezien deze in de loop der tijd als gevolg van normale slijtage achteruitgaan. De garantie dekt geen schade als gevolg van het gebruik van niet-geschikte brandstof, zoals bijvoorbeeld drijfhout, geïmpregneerd en geverfd hout, plankdelen, chipboard enz. Bij gebruik van niet-geschikte brandstof kan oververhitting eenvoudig optreden, d.w.z. dat de kachel gloeiend rood wordt, met als gevolg dat de verf verkleurt en de gietijzeren delen scheuren. De garantie dekt geen schade die tijdens het vervoer van de distributeur naar het afleveradres is ontstaan. De garantie dekt evenmin schade als gevolg van het gebruik van niet-originele onderdelen. 92
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96

SCAN Andersen 10 Installation And Operating Instructions Manual

Categorie
Open haarden
Type
Installation And Operating Instructions Manual
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen

Gerelateerde papieren