AEG F35000VI1P Handleiding

Categorie
Vaatwassers
Type
Handleiding
INHOUD
4 VEILIGHEIDSINFORMATIE
6 BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
7 BEDIENINGSPANEEL
8PROGRAMMAS
9 OPTIES
10 VOOR HET EERSTE GEBRUIK
13 DAGELIJKS GEBRUIK
16 ONDERHOUD EN REINIGING
17 PROBLEEMOPLOSSING
19 TECHNISCHE INFORMATIE
MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van
elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool
niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de
buurt of neem contact op met de gemeente.
GA NAAR ONZE WEBSITE VOOR:
- Producten
- Brochures
- Gebruikershandleidingen
- Oplossen van problemen
- Service-informatie
www.aeg.com
LEGENDA
Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden.
2
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om
vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben.
Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt
profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al uw apparaten van AEG
mooi te houden en perfect te laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal
accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de hoge kwaliteitsnormen die u
verwacht, van speciaal kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot
waszakken…
Bezoek onze webshop op
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan.
Wanneer u contact opneemt met de klantenservice dient u de volgende
gegevens bij de hand te hebben. Deze informatie treft u aan op het typeplaatje.
Model
Productnummer
Serienummer
NEDERLANDS
3
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instruc-
ties voor installatie en gebruik van het ap-
paraat. De fabrikant is niet verantwoorde-
lijk voor letsel en schade veroorzaakt door
een foutieve installatie. Bewaar de instruc-
ties van het apparaat voor toekomstig ge-
bruik.
VEILIGHEID VAN KINDEREN
EN KWETSBARE MENSEN
WAARSCHUWING!
Gevaar voor verstikking, letsel of
permanente invaliditeit.
Mensen, met inbegrip van kinderen,
met beperkte lichamelijke, zintuiglijke
of verstandelijke vermogens of gebrek
aan ervaring en kennis, mogen dit ap-
paraat niet bedienen. Zij moeten onder
toezicht staan of instructies krijgen over
het gebruik van dit apparaat van ie-
mand die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid. Laat kinderen niet met het
apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de
buurt van kinderen.
Houd alle reinigingsmiddelen uit de
buurt van kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de
buurt van het apparaat als de deur
open is.
MONTAGE
WAARSCHUWING!
Dit apparaat moet worden geïn-
stalleerd door een gekwalificeerd
of bekwaam persoon.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Installeer of gebruik het apparaat niet
op een plek waar de temperatuur on-
der de 0 °C komt.
Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Zorg ervoor dat het apparaat onder en
naast veilige installaties wordt geïnstal-
leerd.
Aansluiting aan de waterleiding
Zorg dat u de waterslangen niet be-
schadigt.
Laat het water stromen tot het schoon
is voordat u het apparaat aansluit op
nieuwe leidingen of leidingen die lang
niet zijn gebruikt.
Zorg dat er geen lekkages zijn als u het
apparaat de eerste keer gebruikt.
WAARSCHUWING!
Gevaarlijke spanning.
De watertoevoerslang heeft een veilig-
heidsventiel en een omhulsel met een
hoofdkabel aan de binnenkant.
Als de watertoevoerslang beschadigd
is, haal dan onmiddellijk de stekker uit
het stopcontact. Neem contact op met
de service-afdeling om de watertoe-
voerslang te vervangen.
Aansluiting aan het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en elektrische
schokken.
Dit apparaat moet worden aangesloten
op een geaard stopcontact.
Controleer of de elektrische informatie
op het typeplaatje overeenkomt met
de stroomvoorziening. Zo niet, neem
dan contact op met een elektromon-
teur.
Gebruik altijd een correct geïnstalleerd,
schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en ver-
lengsnoeren.
4
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt. Neem contact op met
de service-afdeling of een elektromon-
teur om een beschadigde hoofdkabel
te vervangen.
Steek de stekker pas in het stopcontact
als de installatie is voltooid. Zorg ervoor
dat het netsnoer na installatie bereik-
baar is.
Trek niet aan het aansluitnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel.
Gebruik dit apparaat in een huishoude-
lijke omgeving.
De specificatie van het apparaat mag
niet worden veranderd.
Doe messen en bestek met scherpe
punten in het bestekmandje met de
punten omlaag in horizontale positie.
Laat de deur van het apparaat niet
open staan zonder toezicht om te voor-
komen dat er iemand over struikelt.
Ga niet op de open deur zitten of
staan.
Vaatwasmiddel is gevaarlijk. Volg de
veiligheidsinstructies op de verpakking
van het vaatwasmiddel op.
Speel niet met het water van het appa-
raat en drink het niet op.
Verwijder de borden pas uit het appa-
raat als het programma is voltooid. Er
kan vaatwasmiddel op de borden zit-
ten.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische schokken,
brand of brandwonden.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
Gebruik geen waterstralen of stoom om
het apparaat te reinigen.
Het apparaat kan hete stoom laten ont-
snappen als u de deur opent terwijl er
een programma wordt uitgevoerd.
VERWIJDERING
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snijd het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
Verwijder de deurgreep om te voorko-
men dat kinderen en huisdieren opge-
sloten raken in het apparaat.
NEDERLANDS
5
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
1
2
3
4
5
8
10
6
7
12
9
11
1
Top sproeiarm
2
Bovenste sproeiarm
3
Onderste sproeiarm
4
Filters
5
Typeplaatje
6
Zoutreservoir
7
Waterhardheidsknop
8
Glansmiddeldoseerbakje
9
Wasmiddeldoseerlade
10
Bestekmand
11
Onderrek
12
Bovenrek
6
BEDIENINGSPANEEL
B
A
2
1
3
5
4
1
Aan/uit-toets
2
Programmalampjes
3
Indicatielampjes
4
Programmakeuzetoets
5
Toets startuitstel
Indicatie-
lampjes
Beschrijving
Einde-indicatielampje.
Glansmiddelindicatielampje. Dit indicatielampje is uit als het pro-
gramma werkt.
Zoutindicatielampje. Dit indicatielampje is uit als het programma
werkt.
NEDERLANDS
7
PROGRAMMA’S
Programma
1)
Mate van ver-
vuiling
Type lading
Programmafa-
sen
Duur
(min)
Energie
(KWh)
Water
(l)
2)
Sterk bevuild
Serviesgoed,
bestek en pan-
nen
Voorspoelen
Wassen 70 °C
Spoelingen
Drogen
120 - 130 1.8 - 2.0 22 - 24
Normaal be-
vuild
Serviesgoed
en bestek
Wassen 65 °C
Spoelingen
Drogen
105 - 115 1.5 - 1.7 23 - 25
3)
Net gemaakt
vuil
Serviesgoed
en bestek
Wassen 60 °C
Spoeling
30 0.9 9
4)
Normaal be-
vuild
Serviesgoed
en bestek
Voorspoelen
Wassen 50 °C
Spoelingen
Drogen
130 - 140 1.0 - 1.2 14 - 16
5)
Alles Voorspoelen 12 0.1 5
1)
De druk en temperatuur van het water, de variaties in stroomtoevoer, de opties en de
hoeveelheid vaat kan de programmaduur en de verbruikswaarden veranderen.
2)
Dit programma heeft een spoelfase bij hoge temperatuur voor betere resultaten voor de
hygiëne. Tijdens de spoelfase blijft de temperatuur gedurende 10 tot 14 minuten op 70 °C.
3)
Met dit programma kunt u een pas bevuilde lading wassen. Het programma geeft goede
wasresultaten in een korte tijd.
4)
Dit is het standaard programma voor testinstituten. Met dit programma hebt u de meest
efficiënte water- en energieverbruik voor normaal bevuild serviesgoed en bestek.
Raadpleeg de apart bijgeleverde documentatie voor testgegevens.
5)
Gebruik dit programma om het serviesgoed snel te spoelen. Hierdoor kunnen
voedselresten niet aan het serviesgoed vastkoeken en ontstaan er geen vieze geurtjes in
het apparaat.
U hoeft voor dit programma geen afwasmiddel te gebruiken.
8
OPTIES
GELUIDSSIGNALEN
De geluidssignalen klinken onder de vol-
gende omstandigheden:
Als het wasprogramma is voltooid.
Er is een storing opgetreden in het ap-
paraat.
Fabrieksinstelling: aan.
U kunt de geluidssignalen uitscha-
kelen.
De geluidssignalen uitschakelen
1. Druk op de aan-/uittoets om het ap-
paraat te activeren.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmo-
dus staat. Zie ‘HET PROGRAMMA IN-
STELLEN EN STARTEN'.
3. Houd de programmatoets ingedrukt
totdat het programmalampje (A) gaat
knipperen en programmalampje (B)
aan gaat.
4. Druk direct op de programmatoets.
Het programmalampje (A) gaat
branden.
Het programmalampje (B) gaat
knipperen.
5. Wacht tot het programmalampje (A)
uit gaat en het einde-indicatielampje
aan gaat (het programmalampje (B)
blijft knipperen).
De geluidssignalen staan aan.
6. Druk op de programmaknop. Het
eindlampje gaat uit.
De geluidssignalen staan uit.
7. Schakel het apparaat uit om te beves-
tigen.
De geluidssignalen inschakelen
1. Zie ‘De geluidssignalen uitschakelen’,
stap (1) tot en met (4).
2. Wacht tot programmalampje (A) uit
gaat. Het indicatielampje einde is uit
en het programma-indicatielampje (B)
blijft knipperen.
De geluidssignalen staan uit.
3. Druk op de programmaknop. Het
eindlampje gaat branden.
De geluidssignalen staan aan.
4. Schakel het apparaat uit om te beves-
tigen.
NEDERLANDS
9
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
1. Controleer of het ingestelde niveau
van de waterontharder juist is voor de
waterhardheid in uw omgeving. Als
dat niet het geval is, dan stelt u de wa-
terontharder in. Neem contact op met
uw plaatselijke waterinstantie voor in-
formatie over de hardheid van het wa-
ter in uw omgeving.
2. Het zoutreservoir vullen.
3. Vul het glansmiddeldoseerbakje.
4. Draai de waterkraan open.
5. Er kunnen wasmiddelen in het appa-
raat achtergebleven zijn. Start een
programma om ze te verwijderen. Ge-
bruik geen wasmiddel en gebruik de
mandjes niet.
DE WATERONTHARDER
INSTELLEN
Hard water bevat een grote hoeveelheid
mineralen die schade aan het apparaat en
slechte schoonmaakresultaten kan veroor-
zaken. De waterontharder neutraliseert
deze mineralen.
Het vaatwaszout houdt de waterontharder
schoon en in goede staat. Zie de tabel om
de waterontharder af te stellen op het
juiste niveau. Dit zorgt ervoor dat de wa-
terontharder de juiste hoeveelheid rege-
nereerzout en water gebruikt.
U moet de waterontharder hand-
matig en elektronisch instellen.
Waterhardheid
Waterontharder
afstelling
Duits
graden
(°dH)
Nederlands
graden
(°fH)
mmol/l Clarke
graden
Handma-
tig
Elek-
troni-
sche
51 - 70 91 - 125 9.1 - 12.5 64 - 88
2
1)
10
43 - 50 76 - 90 7.6 - 9.0 53 - 63
2
1)
9
37 - 42 65 - 75 6.5 - 7.5 46 - 52
2
1)
8
29 - 36 51 - 64 5.1 - 6.4 36 - 45
2
1)
7
23 - 28 40 - 50 4.0 - 5.0 28 - 35
2
1)
6
19 - 22 33 - 39 3.3 - 3.9 23 - 27
2
1)
5
1)
15 - 18 26 - 32 2.6 - 3.2 18 - 22 1 4
11 - 14 19 - 25 1.9 - 2.5 13 - 17 1 3
4 - 10 7 - 18 0.7 - 1.8 5 - 12 1 2
< 4 < 7 < 0.7 < 5
1
2)
1
2)
1)
Fabrieksinstelling.
2)
Gebruik geen zout op dit niveau.
10
Handmatig instellen
Zet de waterhardheidsknop in stand 1 of
2.
Elektronische instelling
1. Druk op de aan-/uittoets om het ap-
paraat te activeren.
2. Zorg dat het apparaat in de instelmo-
dus staat. Zie ‘EEN PROGRAMMA IN-
STELLEN EN STARTEN'.
3. Houd de programmatoets ingedrukt
totdat het programmalampje (A) gaat
knipperen en programmalampje B
gaat branden.
4. Wacht tot het programmalampje (B)
uit gaat en het einde-indicatielampje
aan gaat (het programmalampje (A)
blijft knipperen).
5. Druk op de programmatoets.
Het eindindicatielampje knippert.
Het aantal flitsen geeft het niveau
van de waterontharder weer. Voor-
beeld: 5 keer knipperen + pauze + 5
keer knipperen = niveau 5.
6. Als u het niveau van de wateronthar-
der wilt instellen, drukt u op de pro-
grammatoets. Telkens als u op de pro-
grammatoets drukt, gaat de instelling
naar het daaropvolgende niveau.
7. Schakel het apparaat uit om te beves-
tigen.
HET ZOUTRESERVOIR VULLEN
LET OP!
Gebruik alleen regenereerzout.
Andere producten kunnen het ap-
paraat beschadigen.
Water en zout kunnen uit het
zoutreservoir stromen als u het bij-
vult. Gevaar voor roest. Start om
dit te voorkomen een programma
nadat u het zoutreservoir heeft bij-
gevuld.
1.
Draai de dop linksom om het zoutre-
servoir te openen.
2.
Doe een liter water in het zoutreser-
voir (alleen de eerste keer).
3.
Vul het zoutreservoir met zout voor
afwasautomaten.
4.
Verwijder het zout rond de opening
van het zoutreservoir.
5.
Draai de dop rechtsom om het zout-
reservoir te sluiten.
NEDERLANDS
11
HET GLANSMIDDELDOSEERBAKJE VULLEN
M
A
X
1
2
3
4
+
-
A
B
D
C
LET OP!
Gebruik alleen glansmiddel voor
afwasautomaten. Andere produc-
ten kunnen het apparaat bescha-
digen.
Het glansmiddel helpt om tijdens
de laatste spoelfase het servies te
drogen zonder strepen en vlek-
ken.
1.
Druk op de ontgrendelknop (D) om
de deksel (C) te openen.
2.
Vul het glansmiddeldoseerbakje (A)
niet verder dan de aanduiding 'max'.
3.
Verwijder gemorst glansmiddel met
een absorberend doekje om te voor-
komen dat er te veel schuim ontstaat.
4.
Sluit de deksel. Zorg ervoor dat het
ontgrendelknopje op zijn plaats
dichtklikt.
U kunt het schuifje voor de vrij te
geven hoeveelheid (B) instellen
tussen stand 1 (laagste hoeveel-
heid) en stand 4 (hoogste hoe-
veelheid).
12
DAGELIJKS GEBRUIK
1. Draai de waterkraan open.
2. Druk op de aan-/uittoets om het ap-
paraat te activeren. Zorg dat het appa-
raat in de instelmodus staat. Zie ‘EEN
PROGRAMMA INSTELLEN EN STAR-
TEN'.
Vul het zoutreservoir als het zoutin-
dicatielampje brandt.
Vul het glansmiddeldoseerbakje als
het indicatielampje van het glans-
middel brandt.
3. Ruim de rekken in.
4. Voeg vaatwasmiddel toe.
5. U dient het juiste programma in te
stellen en te starten voor het type la-
ding en de mate van vervuiling.
DE REKKEN INRUIMEN
Zie de meegeleverde folder voor
voorbeelden voor het inruimen
van de rekken.
Gebruik het apparaat alleen om voor-
werpen af te wassen die vaatwasbe-
stendig zijn.
Doe geen voorwerpen in het apparaat
die gemaakt zijn van hout, hoorn, alu-
minium, tin en koper.
Plaats geen voorwerpen in het apparaat
die water kunnen absorberen (sponzen,
keukenhanddoeken).
Verwijder alle voedselresten van de
voorwerpen.
Maak aangebrande voedselresten op
de voorwerpen zachter.
Plaats holle voorwerpen (bijv. kopjes,
glazen en pannen) met de opening
naar beneden.
Zorg ervoor dat serviesgoed en bestek
niet in elkaar liggen. Meng lepels met
ander bestek.
Zorg er voor dat glazen andere glazen
niet aanraken
Leg kleine voorwerpen in de bestek-
mand.
Leg lichte voorwerpen in het bovenrek.
Zorg ervoor dat de voorwerpen niet
verschuiven.
Zorg er voor dat de sproeiarmen vrij
kunnen ronddraaien voordat u een pro-
gramma start.
VAATWASMIDDEL GEBRUIKEN
20
30
M
A
X
1
2
3
4
+
-
A
B
C
LET OP!
Gebruik alleen wasmiddel voor af-
wasautomaten.
1.
Druk op de ontgrendelknop (B) om
de deksel (C) te openen.
2.
Doe de vaatwastablet in het doseer-
bakje (A) .
3.
Plaats een kleine hoeveelheid van het
vaatwasmiddel in de binnenkant van
de deur van het apparaat als het pro-
gramma een voorwasfase heeft.
4.
Als u vaatwasmiddeltabletten ge-
bruikt, plaatst u deze in het doseer-
bakje (A).
5.
Sluit de deksel. Zorg ervoor dat het
ontgrendelknopje op zijn plaats
dichtklikt.
NEDERLANDS
13
Gebruik niet meer dan de juiste
hoeveelheid vaatwasmiddel. Zie
de instructies van de vaatwasmid-
delfabrikant.
Vaatwastabletten lossen niet hele-
maal op bij korte programma's en
er blijven resten van het vaatwas-
middel achter op het servies.
Wij raden aan dat u vaatwasta-
bletten gebruikt bij lange pro-
gramma's.
GECOMBINEERDE
VAATWASTABLETTEN
Deze tabletten bevatten vaatwasmiddel,
glansspoelmiddel en andere middelen.
Zorg ervoor dat deze tabletten geschikt
zijn voor de waterhardheid in uw omge-
ving. Zie de instructies op de verpakking
van de producten.
Als u tabletten gebruikt die zout en glans-
middel bevatten, is het niet nodig om de
doseerbakjes voor zout en glansmiddel te
vullen. De glansmiddelindicatie gaat altijd
aan als het glansmiddel op is.
1. Stel de waterontharder op het laagste
niveau in.
2. Stel de dosering van het glansmiddel
in op de laagste stand.
Voer deze stappen uit als u
stopt met het gebruik van alles-
in-1 tabletten voordat u
afwastabletten, spoelmiddel en
vaatwaszout apart gaat
gebruiken:
1. Druk op de aan-/uittoets om het ap-
paraat te activeren.
2. Stel de waterontharder in op het
hoogste niveau.
3. Zorg ervoor dat het zoutreservoir en
het glansmiddeldoseerbakje gevuld
zijn.
4. Start het kortste programma met een
spoelfase, zonder afwasmiddel en
zonder vaat.
5. Stel de waterontharder af op de wa-
terhardheid in uw omgeving.
6. Stel de hoeveelheid glansmiddel in.
EEN PROGRAMMA INSTELLEN
EN STARTEN
Instelmodus
Het apparaat moet in de instelmodus
staan om bepaalde acties te accepteren.
Het apparaat staat in de instelmodus als,
na de activering:
Alle programmalampjes uit zijn.
Het eindindicatielampje knippert.
Druk op de programmatoets als het be-
dieningspaneel andere omstandigheden
weergeeft, tot het apparaat in de instel-
modus staat.
Een programma starten zonder
een uitgestelde start
1. Draai de waterkraan open.
2. Druk op de aan-/uittoets om het ap-
paraat te activeren. Zorg dat het appa-
raat in de instelmodus staat.
3. Blijf op de programmatoets drukken
tot de aanduiding van het programma
dat u wilt instellen verschijnt.
4. Sluit de deur van het apparaat. Het
programma wordt gestart.
Een programma starten met
een uitgestelde start
1. Stel het programma in.
2. Druk op de toets startuitstel om de
start van het afwasprogramma met
drie uur uit te stellen. Het controle-
lampje startuitstel gaat branden.
3. Sluit de deur van het apparaat. Het af-
tellen start.
Nadat het aftelproces voltooid is,
wordt het programma gestart.
De deur openen als het
apparaat in werking is
Als u de deur opent, stopt het apparaat.
Als u de deur weer sluit, gaat het appa-
raat verder vanaf het punt van onderbre-
king.
14
De uitgestelde start annuleren
tijdens het aftellen
1. Open de deur van het apparaat.
2. Druk op de toets startuitstel, het indi-
catielampje startuitstel gaat uit.
3. Sluit de deur van het apparaat. Het
programma wordt gestart.
Het programma annuleren
1. Open de deur van het apparaat.
2. Houd de programmatoets ingedrukt
tot het lampje van het ingestelde pro-
gramma uit gaat en het eindlampje
knippert.
Controleer of er afwasmiddel in
het afwasmiddeldoseerbakje aan-
wezig is voordat u een nieuw pro-
gramma start.
Aan het einde van het
programma
Wanneer het programma is voltooid,
hoort u met tussenpozen een geluidssig-
naal.
1. Open de deur van het apparaat.
Het eindlampje staat aan.
2. Druk op de aan-/uittoets om het ap-
paraat te deactiveren.
3. Draai de waterkraan dicht.
Laat de deur van het apparaat een paar
minuten op een kier staan, voor betere
droogresultaten.
Laat de borden afkoelen voordat u de-
ze uit het apparaat neemt. Hete borden
zijn gevoelig voor beschadigingen.
Ruim eerst het onderrek en dan het bo-
venrek uit.
Er kan water liggen aan de zijkan-
ten en op de deur van het appa-
raat. Roestvrij staal koelt sneller af
dan borden.
NEDERLANDS
15
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit en trek
de stekker uit het stopcontact
voordat u onderhoudshandelin-
gen verricht.
Vuile filters en verstopte sproeiar-
men verminderen de wasresulta-
ten.
Controleer regelmatig de filters
en reinig deze zo nodig.
DE FILTERS REINIGEN
A
B
C
C
A1
A2
1.
Draai het filter (A) linksom en
verwijder het.
2.
Haal om het filter (A) te de-
monteren, (A1) en (A2) uit elk-
aar.
3.
Verwijder het filter (B).
4.
Reinig de filters met water.
5.
Zet het filter (B) terug in de
startpositie. Zorg ervoor dat ze
goed worden gemonteerd on-
der de twee geleiders (C).
6.
Monteer het filter (A) en zet
het in positie in filter (B).
Rechtsom draaien tot het vast-
zit.
Een onjuiste plaatsing van
de filters kan leiden tot
slechte wasresultaten en
het apparaat beschadigen.
DE SPROEIARMEN REINIGEN
Probeer niet de sproeiarmen te verwijde-
ren.
Als etensresten de openingen in de
sproeiarmen hebben verstopt, verwijder
deze dan met een smal en puntig voor-
werp.
BUITENKANT REINIGEN
Maak het apparaat schoon met een voch-
tige, zachte doek.
Gebruik alleen neutrale schoonmaakmid-
delen. Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes of oplosmiddelen.
16
PROBLEEMOPLOSSING
Het apparaat start of stopt niet tijdens de
werking.
Probeer eerst het probleem zelf op te los-
sen (zie tabel). Neem als dit niet lukt con-
tact op met de service-afdeling.
Bij sommige problemen knipperen be-
paalde lampjes continu en/of met tus-
senpozen en wordt er tegelijkertijd een
foutcode weergegeven.
Foutcode Probleem
Het lampje van het ingestelde pro-
gramma knippert continu.
Het eindlampje knippert 1 keer on-
derbroken.
Het apparaat wordt niet met water ge-
vuld.
Het lampje van het ingestelde pro-
gramma knippert continu.
Het eindlampje knippert 2 keer on-
derbroken.
Het apparaat pompt geen water af.
Het lampje van het ingestelde pro-
gramma knippert continu.
Het eindlampje knippert 3 keer on-
derbroken.
Anti-overstromingsbeveiliging is aan.
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit voordat u
controles uitvoert.
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
Het programma
start niet.
De stekker zit niet in het
stopcontact.
Sluit de stekker aan.
De deur van het apparaat is
open.
Sluit de deur van het appa-
raat.
De zekering in de zekering-
kast is doorgebrand.
Vervang de zekering.
Startuitstel is ingesteld. Annuleer de uitgestelde
start of wacht tot het einde
van het aftellen.
Het apparaat wordt
niet met water ge-
vuld.
De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan open.
De waterdruk is te laag. Neem contact op met het
waterleidingbedrijf.
De waterkraan is verstopt of
aangezet met kalkaanslag.
Maak de waterkraan schoon.
Het filter in de watertoe-
voerslang is verstopt.
Maak de filter schoon.
De watertoevoerslang is ge-
knikt of gebogen.
Zorg ervoor dat de positie
van de slang correct is.
NEDERLANDS
17
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
Het beschermingssysteem
tegen lekkage is aan. Er zijn
waterlekkages in het appa-
raat.
Draai de waterkraan dicht
en neem contact op met de
service-afdeling.
Het apparaat pompt
geen water weg.
De gootsteenafvoer is ge-
blokkeerd.
Ontstop de gootsteenaf-
voer.
De waterafvoerslang is ge-
knikt of gebogen.
Zorg ervoor dat de positie
van de slang correct is.
Schakel het apparaat na de controles in.
Het programma gaat verder vanaf het
punt waar het werd onderbroken.
Als het probleem opnieuw optreedt,
neemt u contact op met onze service-af-
deling.
Neem ook contact op met de service-af-
deling als andere alarmcodes worden
weergegeven.
DE WAS- EN DROOGRESULTATEN ZIJN NIET NAAR
TEVREDENHEID
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
De borden zijn niet
schoon.
De filters zijn verstopt. Reinig de filters.
De filters zijn niet juist ge-
monteerd en geplaatst.
Zorg ervoor dat de filters
juist zijn gemonteerd en ge-
installeerd.
De sproeiarmen zijn ver-
stopt.
Verder het vuil met een dun,
puntig voorwerp.
Het programma is niet ge-
schikt voor het type lading
en de mate van vervuiling.
Zorg ervoor dat het pro-
gramma geschikt is voor het
type lading en mate van ver-
vuiling.
Onjuiste positie van de
items in de mandjes. Water
kan niet alle items afwas-
sen.
Zorg ervoor dat de positie
van de items in de rekken
juist is en dat het water een-
voudig alle items kan afwas-
sen.
De sproeiarmen konden
niet vrij draaien.
Zorg ervoor dat de positie
van de items in de rekken
juist is en dat de sproeiar-
men niet worden geblok-
keerd.
Er is te weinig of geen af-
wasmiddel gebruikt.
Zorg ervoor dat u de juiste
hoeveelheid vaatwasmiddel
gebruikt in het doseerbakje
voordat u een programma
start.
18
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
Er zit geen vaatwasmiddel
in het doseerbakje.
Zorg ervoor dat er vaatwas-
middel in het doseerbakje zit
voordat u een programma
start.
Er zitten kalkresten
op de borden.
Het zoutreservoir is leeg. Zorg ervoor dat er vaatwas-
zout in het zoutreservoir zit.
Het ingestelde niveau van
de waterontharder is on-
juist.
Controleer of het ingestelde
niveau van de wateronthar-
der juist is voor de water-
hardheid in uw omgeving.
De dop van het zoutreser-
voir zit los.
Draai de dop vast.
Witte strepen of
vlekken of een blau-
we waas op glazen
en serviesgoed.
De vrijgegeven hoeveel-
heid glansmiddel is te
hoog.
Stel de hoeveelheid glans-
middel lager in.
Er is te veel vaatwasmiddel
gebruikt.
Zorg ervoor dat u de juiste
hoeveelheid vaatwasmiddel
gebruikt in het doseerbakje
voordat u een programma
start.
Opgedroogde wa-
terdruppels op de
glazen en de bor-
den.
De vrijgegeven hoeveel-
heid glansmiddel is te laag.
Stel de hoeveelheid glans-
middel hoger in.
De kwaliteit van het vaat-
wasmiddel kan de oorzaak
zijn.
Probeer een ander merk
vaatwasmiddel.
Het serviesgoed is
nat.
Het programma had
geen droogfase.
Het programma heeft
een droogfase met lage
temperatuur.
Laat de deur een paar minu-
ten op een kier staan voor
betere droogresultaten.
Het serviesgoed is
nat en mat.
Het glansmiddeldoseerbak-
je is leeg.
Zorg ervoor dat er glans-
spoelmiddel in het glansmid-
deldoseerbakje zit.
De kwaliteit van het glans-
middel kan de oorzaak zijn.
Probeer een ander merk
glansmiddel.
TECHNISCHE INFORMATIE
Afmetingen Breedte / hoogte / diepte
(mm)
596 / 818 - 898 / 550
Aansluiting op het elek-
triciteitsnet
Zie het typeplaatje.
NEDERLANDS
19
Spanning 220-240 V
Frequentie 50 Hz
Druk watertoevoer Min. / max. (bar / MPa) (0.5 / 0.05 ) / (8 / 0.8 )
Watertoevoer
1)
Koud water of warm water
2)
max. 60 °C
Vermogen Couverts 12
1)
Sluit de watertoevoerslang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad.
2)
Als het hete water door alternatieve, milieuvriendelijkere energiebronnen geproduceerd
wordt (bijv. zonnepanelen en windenergie), gebruik dan een heetwatervoorziening om het
energieverbruik te verminderen.
20

Documenttranscriptie

2 INHOUD 4 6 7 8 9 10 13 16 17 19 VEILIGHEIDSINFORMATIE BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT BEDIENINGSPANEEL PROGRAMMA’S OPTIES VOOR HET EERSTE GEBRUIK DAGELIJKS GEBRUIK ONDERHOUD EN REINIGING PROBLEEMOPLOSSING TECHNISCHE INFORMATIE MILIEUBESCHERMING Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente. GA NAAR ONZE WEBSITE VOOR: - Producten - Brochures - Gebruikershandleidingen - Oplossen van problemen - Service-informatie www.aeg.com LEGENDA Waarschuwing - Belangrijke veiligheidsinformatie. Algemene informatie en tips Milieu-informatie Wijzigingen voorbehouden. NEDERLANDS 3 VOOR PERFECTE RESULTATEN Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren. ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al uw apparaten van AEG mooi te houden en perfect te laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de hoge kwaliteitsnormen die u verwacht, van speciaal kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot waszakken… Bezoek onze webshop op www.aeg.com/shop KLANTENSERVICE Wij raden altijd het gebruik van originele onderdelen aan. Wanneer u contact opneemt met de klantenservice dient u de volgende gegevens bij de hand te hebben. Deze informatie treft u aan op het typeplaatje. Model Productnummer Serienummer 4 VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie. Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig gebruik. VEILIGHEID VAN KINDEREN EN KWETSBARE MENSEN WAARSCHUWING! Gevaar voor verstikking, letsel of permanente invaliditeit. • Mensen, met inbegrip van kinderen, met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of gebrek aan ervaring en kennis, mogen dit apparaat niet bedienen. Zij moeten onder toezicht staan of instructies krijgen over het gebruik van dit apparaat van iemand die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Laat kinderen niet met het apparaat spelen. • Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen. • Houd alle reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen. • Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als de deur open is. MONTAGE WAARSCHUWING! Dit apparaat moet worden geïnstalleerd door een gekwalificeerd of bekwaam persoon. • Verwijder alle verpakkingsmaterialen. • Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat. • Installeer of gebruik het apparaat niet op een plek waar de temperatuur onder de 0 °C komt. • Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat. • Zorg ervoor dat het apparaat onder en naast veilige installaties wordt geïnstalleerd. Aansluiting aan de waterleiding • Zorg dat u de waterslangen niet beschadigt. • Laat het water stromen tot het schoon is voordat u het apparaat aansluit op nieuwe leidingen of leidingen die lang niet zijn gebruikt. • Zorg dat er geen lekkages zijn als u het apparaat de eerste keer gebruikt. • WAARSCHUWING! Gevaarlijke spanning. De watertoevoerslang heeft een veiligheidsventiel en een omhulsel met een hoofdkabel aan de binnenkant. • Als de watertoevoerslang beschadigd is, haal dan onmiddellijk de stekker uit het stopcontact. Neem contact op met de service-afdeling om de watertoevoerslang te vervangen. Aansluiting aan het elektriciteitsnet WAARSCHUWING! Gevaar voor brand en elektrische schokken. • Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. • Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur. • Gebruik altijd een correct geïnstalleerd, schokbestendig stopcontact. • Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren. NEDERLANDS • Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet beschadigt. Neem contact op met de service-afdeling of een elektromonteur om een beschadigde hoofdkabel te vervangen. • Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is. • Trek niet aan het aansluitnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker. GEBRUIK WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel. • Gebruik dit apparaat in een huishoudelijke omgeving. • De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd. • Doe messen en bestek met scherpe punten in het bestekmandje met de punten omlaag in horizontale positie. • Laat de deur van het apparaat niet open staan zonder toezicht om te voorkomen dat er iemand over struikelt. • Ga niet op de open deur zitten of staan. • Vaatwasmiddel is gevaarlijk. Volg de veiligheidsinstructies op de verpakking van het vaatwasmiddel op. • Speel niet met het water van het apparaat en drink het niet op. • Verwijder de borden pas uit het apparaat als het programma is voltooid. Er kan vaatwasmiddel op de borden zitten. WAARSCHUWING! Gevaar voor elektrische schokken, brand of brandwonden. • Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. • Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen. • Het apparaat kan hete stoom laten ontsnappen als u de deur opent terwijl er een programma wordt uitgevoerd. 5 VERWIJDERING WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of verstikking. • Haal de stekker uit het stopcontact. • Snijd het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg. • Verwijder de deurgreep om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat. 6 BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT 1 2 12 11 10 1 Top sproeiarm 2 Bovenste sproeiarm 3 Onderste sproeiarm 4 Filters 5 Typeplaatje 6 Zoutreservoir 7 Waterhardheidsknop 8 Glansmiddeldoseerbakje 9 Wasmiddeldoseerlade 10 Bestekmand 11 Onderrek 12 Bovenrek 9 8 7 6 5 4 3 NEDERLANDS BEDIENINGSPANEEL A 1 5 B 2 4 3 1 Aan/uit-toets 4 Programmakeuzetoets 2 Programmalampjes 5 Toets startuitstel 3 Indicatielampjes Indicatielampjes Beschrijving Einde-indicatielampje. Glansmiddelindicatielampje. Dit indicatielampje is uit als het programma werkt. Zoutindicatielampje. Dit indicatielampje is uit als het programma werkt. 7 8 PROGRAMMA’S Programma1) Mate van vervuiling Type lading Programmafasen Duur (min) Energie Water (KWh) (l) 2) Sterk bevuild Serviesgoed, bestek en pannen Voorspoelen Wassen 70 °C Spoelingen Drogen 120 - 130 1.8 - 2.0 22 - 24 Normaal bevuild Serviesgoed en bestek Wassen 65 °C Spoelingen Drogen 105 - 115 1.5 - 1.7 23 - 25 Net gemaakt vuil Serviesgoed en bestek Wassen 60 °C Spoeling 30 0.9 Normaal bevuild Serviesgoed en bestek Voorspoelen Wassen 50 °C Spoelingen Drogen 130 - 140 1.0 - 1.2 14 - 16 Alles Voorspoelen 12 0.1 3) 4) 5) 9 5 1) De druk en temperatuur van het water, de variaties in stroomtoevoer, de opties en de hoeveelheid vaat kan de programmaduur en de verbruikswaarden veranderen. 2) Dit programma heeft een spoelfase bij hoge temperatuur voor betere resultaten voor de hygiëne. Tijdens de spoelfase blijft de temperatuur gedurende 10 tot 14 minuten op 70 °C. 3) Met dit programma kunt u een pas bevuilde lading wassen. Het programma geeft goede wasresultaten in een korte tijd. 4) Dit is het standaard programma voor testinstituten. Met dit programma hebt u de meest efficiënte water- en energieverbruik voor normaal bevuild serviesgoed en bestek. Raadpleeg de apart bijgeleverde documentatie voor testgegevens. 5) Gebruik dit programma om het serviesgoed snel te spoelen. Hierdoor kunnen voedselresten niet aan het serviesgoed vastkoeken en ontstaan er geen vieze geurtjes in het apparaat. U hoeft voor dit programma geen afwasmiddel te gebruiken. NEDERLANDS OPTIES GELUIDSSIGNALEN De geluidssignalen klinken onder de volgende omstandigheden: • Als het wasprogramma is voltooid. • Er is een storing opgetreden in het apparaat. Fabrieksinstelling: aan. U kunt de geluidssignalen uitschakelen. De geluidssignalen uitschakelen 1. Druk op de aan-/uittoets om het apparaat te activeren. 2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat. Zie ‘HET PROGRAMMA INSTELLEN EN STARTEN'. 3. Houd de programmatoets ingedrukt totdat het programmalampje (A) gaat knipperen en programmalampje (B) aan gaat. 4. Druk direct op de programmatoets. • Het programmalampje (A) gaat branden. • Het programmalampje (B) gaat knipperen. 5. Wacht tot het programmalampje (A) uit gaat en het einde-indicatielampje aan gaat (het programmalampje (B) blijft knipperen). • De geluidssignalen staan aan. 6. Druk op de programmaknop. Het eindlampje gaat uit. • De geluidssignalen staan uit. 7. Schakel het apparaat uit om te bevestigen. De geluidssignalen inschakelen 1. Zie ‘De geluidssignalen uitschakelen’, stap (1) tot en met (4). 2. Wacht tot programmalampje (A) uit gaat. Het indicatielampje einde is uit en het programma-indicatielampje (B) blijft knipperen. • De geluidssignalen staan uit. 3. Druk op de programmaknop. Het eindlampje gaat branden. • De geluidssignalen staan aan. 4. Schakel het apparaat uit om te bevestigen. 9 10 VOOR HET EERSTE GEBRUIK 1. Controleer of het ingestelde niveau van de waterontharder juist is voor de waterhardheid in uw omgeving. Als dat niet het geval is, dan stelt u de waterontharder in. Neem contact op met uw plaatselijke waterinstantie voor informatie over de hardheid van het water in uw omgeving. 2. Het zoutreservoir vullen. 3. Vul het glansmiddeldoseerbakje. 4. Draai de waterkraan open. 5. Er kunnen wasmiddelen in het apparaat achtergebleven zijn. Start een programma om ze te verwijderen. Gebruik geen wasmiddel en gebruik de mandjes niet. slechte schoonmaakresultaten kan veroorzaken. De waterontharder neutraliseert deze mineralen. Het vaatwaszout houdt de waterontharder schoon en in goede staat. Zie de tabel om de waterontharder af te stellen op het juiste niveau. Dit zorgt ervoor dat de waterontharder de juiste hoeveelheid regenereerzout en water gebruikt. U moet de waterontharder handmatig en elektronisch instellen. DE WATERONTHARDER INSTELLEN Hard water bevat een grote hoeveelheid mineralen die schade aan het apparaat en Waterontharder afstelling Waterhardheid Duits graden (°dH) Nederlands graden (°fH) mmol/l Clarke graden Handmatig Elektronische 51 - 70 91 - 125 9.1 - 12.5 64 - 88 2 1) 10 43 - 50 76 - 90 7.6 - 9.0 53 - 63 2 1) 9 37 - 42 65 - 75 6.5 - 7.5 46 - 52 21) 8 29 - 36 51 - 64 5.1 - 6.4 36 - 45 21) 7 23 - 28 40 - 50 4.0 - 5.0 28 - 35 21) 6 19 - 22 33 - 39 3.3 - 3.9 23 - 27 21) 51) 15 - 18 26 - 32 2.6 - 3.2 18 - 22 1 4 11 - 14 19 - 25 1.9 - 2.5 13 - 17 1 3 4 - 10 7 - 18 0.7 - 1.8 5 - 12 1 2 <4 <7 < 0.7 <5 12) 12) 1) Fabrieksinstelling. 2) Gebruik geen zout op dit niveau. NEDERLANDS 11 Handmatig instellen Zet de waterhardheidsknop in stand 1 of 2. Elektronische instelling 1. Druk op de aan-/uittoets om het apparaat te activeren. 2. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat. Zie ‘EEN PROGRAMMA INSTELLEN EN STARTEN'. 3. Houd de programmatoets ingedrukt totdat het programmalampje (A) gaat knipperen en programmalampje B gaat branden. 4. Wacht tot het programmalampje (B) uit gaat en het einde-indicatielampje aan gaat (het programmalampje (A) blijft knipperen). 5. Druk op de programmatoets. • Het eindindicatielampje knippert. Het aantal flitsen geeft het niveau van de waterontharder weer. Voorbeeld: 5 keer knipperen + pauze + 5 keer knipperen = niveau 5. 6. Als u het niveau van de waterontharder wilt instellen, drukt u op de programmatoets. Telkens als u op de programmatoets drukt, gaat de instelling naar het daaropvolgende niveau. 7. Schakel het apparaat uit om te bevestigen. HET ZOUTRESERVOIR VULLEN LET OP! Gebruik alleen regenereerzout. Andere producten kunnen het apparaat beschadigen. Water en zout kunnen uit het zoutreservoir stromen als u het bijvult. Gevaar voor roest. Start om dit te voorkomen een programma nadat u het zoutreservoir heeft bijgevuld. 1. 2. 3. 4. 5. Draai de dop linksom om het zoutreservoir te openen. Doe een liter water in het zoutreservoir (alleen de eerste keer). Vul het zoutreservoir met zout voor afwasautomaten. Verwijder het zout rond de opening van het zoutreservoir. Draai de dop rechtsom om het zoutreservoir te sluiten. 12 HET GLANSMIDDELDOSEERBAKJE VULLEN LET OP! Gebruik alleen glansmiddel voor afwasautomaten. Andere producten kunnen het apparaat beschadigen. B A M AX 4 3 2 1 + - Het glansmiddel helpt om tijdens de laatste spoelfase het servies te drogen zonder strepen en vlekken. C D 1. Druk op de ontgrendelknop (D) om de deksel (C) te openen. 2. Vul het glansmiddeldoseerbakje (A) niet verder dan de aanduiding 'max'. 3. Verwijder gemorst glansmiddel met een absorberend doekje om te voorkomen dat er te veel schuim ontstaat. 4. Sluit de deksel. Zorg ervoor dat het ontgrendelknopje op zijn plaats dichtklikt. U kunt het schuifje voor de vrij te geven hoeveelheid (B) instellen tussen stand 1 (laagste hoeveelheid) en stand 4 (hoogste hoeveelheid). NEDERLANDS 13 DAGELIJKS GEBRUIK 1. Draai de waterkraan open. 2. Druk op de aan-/uittoets om het apparaat te activeren. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat. Zie ‘EEN PROGRAMMA INSTELLEN EN STARTEN'. • Vul het zoutreservoir als het zoutindicatielampje brandt. • Vul het glansmiddeldoseerbakje als het indicatielampje van het glansmiddel brandt. 3. Ruim de rekken in. 4. Voeg vaatwasmiddel toe. 5. U dient het juiste programma in te stellen en te starten voor het type lading en de mate van vervuiling. DE REKKEN INRUIMEN Zie de meegeleverde folder voor voorbeelden voor het inruimen van de rekken. • Gebruik het apparaat alleen om voorwerpen af te wassen die vaatwasbestendig zijn. • Doe geen voorwerpen in het apparaat die gemaakt zijn van hout, hoorn, aluminium, tin en koper. • Plaats geen voorwerpen in het apparaat die water kunnen absorberen (sponzen, keukenhanddoeken). • Verwijder alle voedselresten van de voorwerpen. • Maak aangebrande voedselresten op de voorwerpen zachter. • Plaats holle voorwerpen (bijv. kopjes, glazen en pannen) met de opening naar beneden. • Zorg ervoor dat serviesgoed en bestek niet in elkaar liggen. Meng lepels met ander bestek. • Zorg er voor dat glazen andere glazen niet aanraken • Leg kleine voorwerpen in de bestekmand. • Leg lichte voorwerpen in het bovenrek. Zorg ervoor dat de voorwerpen niet verschuiven. • Zorg er voor dat de sproeiarmen vrij kunnen ronddraaien voordat u een programma start. VAATWASMIDDEL GEBRUIKEN LET OP! Gebruik alleen wasmiddel voor afwasautomaten. B 30 1. MAX + 32 C - 1 20 4 A 2. 3. 4. 5. Druk op de ontgrendelknop (B) om de deksel (C) te openen. Doe de vaatwastablet in het doseerbakje (A) . Plaats een kleine hoeveelheid van het vaatwasmiddel in de binnenkant van de deur van het apparaat als het programma een voorwasfase heeft. Als u vaatwasmiddeltabletten gebruikt, plaatst u deze in het doseerbakje (A). Sluit de deksel. Zorg ervoor dat het ontgrendelknopje op zijn plaats dichtklikt. 14 Gebruik niet meer dan de juiste hoeveelheid vaatwasmiddel. Zie de instructies van de vaatwasmiddelfabrikant. Vaatwastabletten lossen niet helemaal op bij korte programma's en er blijven resten van het vaatwasmiddel achter op het servies. Wij raden aan dat u vaatwastabletten gebruikt bij lange programma's. GECOMBINEERDE VAATWASTABLETTEN Deze tabletten bevatten vaatwasmiddel, glansspoelmiddel en andere middelen. Zorg ervoor dat deze tabletten geschikt zijn voor de waterhardheid in uw omgeving. Zie de instructies op de verpakking van de producten. Als u tabletten gebruikt die zout en glansmiddel bevatten, is het niet nodig om de doseerbakjes voor zout en glansmiddel te vullen. De glansmiddelindicatie gaat altijd aan als het glansmiddel op is. 1. Stel de waterontharder op het laagste niveau in. 2. Stel de dosering van het glansmiddel in op de laagste stand. Voer deze stappen uit als u stopt met het gebruik van allesin-1 tabletten voordat u afwastabletten, spoelmiddel en vaatwaszout apart gaat gebruiken: 1. Druk op de aan-/uittoets om het apparaat te activeren. 2. Stel de waterontharder in op het hoogste niveau. 3. Zorg ervoor dat het zoutreservoir en het glansmiddeldoseerbakje gevuld zijn. 4. Start het kortste programma met een spoelfase, zonder afwasmiddel en zonder vaat. 5. Stel de waterontharder af op de waterhardheid in uw omgeving. 6. Stel de hoeveelheid glansmiddel in. EEN PROGRAMMA INSTELLEN EN STARTEN Instelmodus Het apparaat moet in de instelmodus staan om bepaalde acties te accepteren. Het apparaat staat in de instelmodus als, na de activering: • Alle programmalampjes uit zijn. • Het eindindicatielampje knippert. Druk op de programmatoets als het bedieningspaneel andere omstandigheden weergeeft, tot het apparaat in de instelmodus staat. Een programma starten zonder een uitgestelde start 1. Draai de waterkraan open. 2. Druk op de aan-/uittoets om het apparaat te activeren. Zorg dat het apparaat in de instelmodus staat. 3. Blijf op de programmatoets drukken tot de aanduiding van het programma dat u wilt instellen verschijnt. 4. Sluit de deur van het apparaat. Het programma wordt gestart. Een programma starten met een uitgestelde start 1. Stel het programma in. 2. Druk op de toets startuitstel om de start van het afwasprogramma met drie uur uit te stellen. Het controlelampje startuitstel gaat branden. 3. Sluit de deur van het apparaat. Het aftellen start. • Nadat het aftelproces voltooid is, wordt het programma gestart. De deur openen als het apparaat in werking is Als u de deur opent, stopt het apparaat. Als u de deur weer sluit, gaat het apparaat verder vanaf het punt van onderbreking. NEDERLANDS De uitgestelde start annuleren tijdens het aftellen 1. Open de deur van het apparaat. 2. Druk op de toets startuitstel, het indicatielampje startuitstel gaat uit. 3. Sluit de deur van het apparaat. Het programma wordt gestart. Het programma annuleren 1. Open de deur van het apparaat. 2. Houd de programmatoets ingedrukt tot het lampje van het ingestelde programma uit gaat en het eindlampje knippert. Controleer of er afwasmiddel in het afwasmiddeldoseerbakje aanwezig is voordat u een nieuw programma start. Aan het einde van het programma Wanneer het programma is voltooid, hoort u met tussenpozen een geluidssignaal. 1. Open de deur van het apparaat. • Het eindlampje staat aan. 2. Druk op de aan-/uittoets om het apparaat te deactiveren. 3. Draai de waterkraan dicht. • Laat de deur van het apparaat een paar minuten op een kier staan, voor betere droogresultaten. • Laat de borden afkoelen voordat u deze uit het apparaat neemt. Hete borden zijn gevoelig voor beschadigingen. • Ruim eerst het onderrek en dan het bovenrek uit. Er kan water liggen aan de zijkanten en op de deur van het apparaat. Roestvrij staal koelt sneller af dan borden. 15 16 ONDERHOUD EN REINIGING WAARSCHUWING! Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. Vuile filters en verstopte sproeiarmen verminderen de wasresultaten. Controleer regelmatig de filters en reinig deze zo nodig. DE FILTERS REINIGEN 1. C C A B A1 A2 DE SPROEIARMEN REINIGEN Probeer niet de sproeiarmen te verwijderen. Als etensresten de openingen in de sproeiarmen hebben verstopt, verwijder deze dan met een smal en puntig voorwerp. BUITENKANT REINIGEN Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte doek. 2. 3. 4. 5. 6. Draai het filter (A) linksom en verwijder het. Haal om het filter (A) te demonteren, (A1) en (A2) uit elkaar. Verwijder het filter (B). Reinig de filters met water. Zet het filter (B) terug in de startpositie. Zorg ervoor dat ze goed worden gemonteerd onder de twee geleiders (C). Monteer het filter (A) en zet het in positie in filter (B). Rechtsom draaien tot het vastzit. Een onjuiste plaatsing van de filters kan leiden tot slechte wasresultaten en het apparaat beschadigen. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes of oplosmiddelen. NEDERLANDS 17 PROBLEEMOPLOSSING Het apparaat start of stopt niet tijdens de werking. Probeer eerst het probleem zelf op te lossen (zie tabel). Neem als dit niet lukt contact op met de service-afdeling. Bij sommige problemen knipperen bepaalde lampjes continu en/of met tussenpozen en wordt er tegelijkertijd een foutcode weergegeven. Foutcode Probleem • Het lampje van het ingestelde programma knippert continu. • Het eindlampje knippert 1 keer onderbroken. Het apparaat wordt niet met water gevuld. • Het lampje van het ingestelde programma knippert continu. • Het eindlampje knippert 2 keer onderbroken. Het apparaat pompt geen water af. • Het lampje van het ingestelde programma knippert continu. • Het eindlampje knippert 3 keer onderbroken. Anti-overstromingsbeveiliging is aan. WAARSCHUWING! Schakel het apparaat uit voordat u controles uitvoert. Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing Het programma start niet. De stekker zit niet in het stopcontact. Sluit de stekker aan. De deur van het apparaat is open. Sluit de deur van het apparaat. De zekering in de zekeringkast is doorgebrand. Vervang de zekering. Startuitstel is ingesteld. Annuleer de uitgestelde start of wacht tot het einde van het aftellen. De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan open. De waterdruk is te laag. Neem contact op met het waterleidingbedrijf. Het apparaat wordt niet met water gevuld. De waterkraan is verstopt of Maak de waterkraan schoon. aangezet met kalkaanslag. Het filter in de watertoevoerslang is verstopt. Maak de filter schoon. De watertoevoerslang is ge- Zorg ervoor dat de positie knikt of gebogen. van de slang correct is. 18 Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing Het beschermingssysteem tegen lekkage is aan. Er zijn waterlekkages in het apparaat. Draai de waterkraan dicht en neem contact op met de service-afdeling. Het apparaat pompt De gootsteenafvoer is gegeen water weg. blokkeerd. De waterafvoerslang is geknikt of gebogen. Schakel het apparaat na de controles in. Het programma gaat verder vanaf het punt waar het werd onderbroken. Als het probleem opnieuw optreedt, neemt u contact op met onze service-afdeling. Ontstop de gootsteenafvoer. Zorg ervoor dat de positie van de slang correct is. Neem ook contact op met de service-afdeling als andere alarmcodes worden weergegeven. DE WAS- EN DROOGRESULTATEN ZIJN NIET NAAR TEVREDENHEID Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing De borden zijn niet schoon. De filters zijn verstopt. Reinig de filters. De filters zijn niet juist gemonteerd en geplaatst. Zorg ervoor dat de filters juist zijn gemonteerd en geinstalleerd. De sproeiarmen zijn verstopt. Verder het vuil met een dun, puntig voorwerp. Het programma is niet geschikt voor het type lading en de mate van vervuiling. Zorg ervoor dat het programma geschikt is voor het type lading en mate van vervuiling. Onjuiste positie van de items in de mandjes. Water kan niet alle items afwassen. Zorg ervoor dat de positie van de items in de rekken juist is en dat het water eenvoudig alle items kan afwassen. De sproeiarmen konden niet vrij draaien. Zorg ervoor dat de positie van de items in de rekken juist is en dat de sproeiarmen niet worden geblokkeerd. Er is te weinig of geen afwasmiddel gebruikt. Zorg ervoor dat u de juiste hoeveelheid vaatwasmiddel gebruikt in het doseerbakje voordat u een programma start. NEDERLANDS Probleem 19 Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing Er zit geen vaatwasmiddel in het doseerbakje. Zorg ervoor dat er vaatwasmiddel in het doseerbakje zit voordat u een programma start. Het zoutreservoir is leeg. Zorg ervoor dat er vaatwaszout in het zoutreservoir zit. Het ingestelde niveau van de waterontharder is onjuist. Controleer of het ingestelde niveau van de waterontharder juist is voor de waterhardheid in uw omgeving. De dop van het zoutreservoir zit los. Draai de dop vast. De vrijgegeven hoeveelheid glansmiddel is te hoog. Stel de hoeveelheid glansmiddel lager in. Er is te veel vaatwasmiddel gebruikt. Zorg ervoor dat u de juiste hoeveelheid vaatwasmiddel gebruikt in het doseerbakje voordat u een programma start. De vrijgegeven hoeveelheid glansmiddel is te laag. Stel de hoeveelheid glansmiddel hoger in. De kwaliteit van het vaatwasmiddel kan de oorzaak zijn. Probeer een ander merk vaatwasmiddel. Het serviesgoed is nat. • Het programma had geen droogfase. • Het programma heeft een droogfase met lage temperatuur. Laat de deur een paar minuten op een kier staan voor betere droogresultaten. Het serviesgoed is nat en mat. Het glansmiddeldoseerbak- Zorg ervoor dat er glansje is leeg. spoelmiddel in het glansmiddeldoseerbakje zit. Er zitten kalkresten op de borden. Witte strepen of vlekken of een blauwe waas op glazen en serviesgoed. Opgedroogde waterdruppels op de glazen en de borden. De kwaliteit van het glansmiddel kan de oorzaak zijn. Probeer een ander merk glansmiddel. TECHNISCHE INFORMATIE Afmetingen Breedte / hoogte / diepte (mm) Aansluiting op het elek- Zie het typeplaatje. triciteitsnet 596 / 818 - 898 / 550 20 Spanning Frequentie Druk watertoevoer Min. / max. (bar / MPa) Watertoevoer 1) Koud water of warm water2) Vermogen Couverts 220-240 V 50 Hz (0.5 / 0.05 ) / (8 / 0.8 ) max. 60 °C 12 1) Sluit de watertoevoerslang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad. 2) Als het hete water door alternatieve, milieuvriendelijkere energiebronnen geproduceerd wordt (bijv. zonnepanelen en windenergie), gebruik dan een heetwatervoorziening om het energieverbruik te verminderen.
1 / 1

AEG F35000VI1P Handleiding

Categorie
Vaatwassers
Type
Handleiding