Whirlpool FSCR80428 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Gezondheid & Veiligheid, Gebruiksaanwijzing
en Installatiegids
www.whirlpool.eu/register
2
NEDERLANDS ..................................3
3
NL
NEDERLANDS
GEZONDHEID & VEILIGHEID, GEBRUIKS-
AANWIJZING en INSTALLATIE GIDS
DANK U WEL VOOR UW AANKOOP VAN EEN WHIRLPOOL PRODUCT.
Voor verdere assistentie
kunt u het apparaat registeren op www.whirlpool.eu / register
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN .......................................................................5
MILIEUTIPS ..........................................................................................7
CONFORMITEITSVERKLARING .......................................................................7
PRODUCTBESCHRIJVING ............................................................................8
APPARAAT ............................................................................................8
WASMIDDELDOSEERBAKJE ............................................................................8
BEDIENINGSPANEEL ...................................................................................9
TECHNISCHE GEGEVENS VOOR WATERAANSLUITING ..................................................10
DEUR ................................................................................................11
TROMMELVERLICHTING (indien beschikbaar) .........................................................11
ACCESSOIRES ........................................................................................11
GEBRUIK VAN HET APPARAAT ......................................................................12
EERSTE GEBRUIK .....................................................................................12
DAGELIJKS GEBRUIK ..................................................................................13
Gids voor Gebruik en Onderhoud
Index
Gids voor Gezondheid en Veiligheid
4
PROGRAMMA'S EN OPTIES ...........................................................................17
FUNCTIES ............................................................................................23
INDICATOREN ........................................................................................25
DOSEERHULP/ EERSTE GEBRUIK ......................................................................26
DOSEERHULP/ DAGELIJKS GEBRUIK ...................................................................28
BESPAARTIPS ........................................................................................29
ONDERHOUD EN REINIGING ........................................................................30
DE BUITENKANT VAN DE WASMACHINE REINIGEN .....................................................30
DE WATERTOEVOERSLANG CONTROLEREN ............................................................31
DE MAZENFILTERS IN DE WATERTOEVOERSLANG REINIGEN ............................................32
HET WASMIDDELDOSEERBAKJE SCHOONMAKEN ......................................................33
HET WATERFILTER REINIGEN / RESTWATER AFPOMPEN .................................................34
TRANSPORT EN BEHANDELING .......................................................................36
PROBLEEMOPLOSSING .............................................................................37
DEUR – HOE TE OPEN BIJ EEN STORING, OM DE WAS ER UIT TE HALEN ..................................42
CONSUMENTENSERVICE ..............................................................................43
Installatiegids .......................................................................................44
5
NL
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
BELANGRIJK MOET WORDEN
GELEZEN EN IN ACHT GENOMEN
Lees voordat u het apparaat
gaat gebruiken zorgvuldig deze
veiligheidsinstructies.
Bewaar ze dicht bij de hand voor
toekomstige raadpleging.
Deze instructies en het apparaat
zelf zijn voorzien van belangrijke
veiligheidsaanwijzingen, die te allen
tijde moeten worden opgevolgd.
De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden voor schade die het
gevolg is van het niet opvolgen van
deze veiligheidsinstructies, oneigenlijk
gebruik of een foute programmering
van de regelknoppen.
Verwijder de transportschroeven.
De wasmachine is uitgerust met
transportschroeven, om mogelijke
interne schade tijdens het vervoer
te voorkomen. Voordat u de
machine in gebruik neemt moeten
de transportschroeven verwijderd
worden. Dek de openingen af met de
4 bijgesloten plastic doppen.
Open de deur nooit met kracht en ga
er niet op staan.
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
Heel jonge (0-3 jaar) en jonge kinderen
(3-8 jaar) dienen op afstand van het
apparaat gehouden te worden, tenzij
ze onder voortdurend toezicht staan.
Kinderen vanaf 8 jaar en personen
met verminderde fysieke, sensorische
of mentale vermogens of gebrek
aan ervaring en kennis, mogen dit
apparaat gebruiken indien ze onder
toezicht staan of instructies hebben
ontvangen over veilig gebruik
en de mogelijke gevaren ervan
begrijpen. Kinderen mogen niet met
het apparaat spelen. Reiniging en
gebruikersonderhoud mogen niet
door kinderen zonder toezicht worden
uitgevoerd.
TOEGESTAAN GEBRUIK
LET OP: Het is niet de bedoeling dat
het apparaat in werking gesteld kan
worden met een externe timer of met
een afzonderlijke afstandsbediening.
Het apparaat is uitsluitend bestemd
voor huishoudelijk, niet professioneel
gebruik.
Gebruik het apparaat niet buitenshuis.
Geen ontplofbare of ontvlambare
stoen zoals spuitbussen opslaan en
geen benzine of andere brandbare
materialen plaatsen of gebruiken in of
in de buurt van het apparaat: als het
apparaat onbedoeld in werking zou
worden gesteld, kan er band ontstaan.
Deze wasmachine is uitsluitend
bestemd voor wasgoed dat geschikt
is om in een wasmachine gewassen
te worden in hoeveelheden
die gebruikelijk zijn in een privé
huishouden.
INSTALLATIE
Het apparaat moet door twee of
meer personen worden verplaatst en
geïnstalleerd. Gebruik beschermende
handschoenen bij het uitpakken en
installeren van het apparaat.
Installatie en reparaties moeten
worden uitgevoerd door een
gespecialiseerd monteur, volgens
de instructies van de fabrikant en in
overeenstemming met de plaatselijke
veiligheidsvoorschriften. Repareer
of vervang geen enkel onderdeel
van het apparaat, behalve als dit
expliciet aangegeven wordt in het
gebruikshandleiding.
Kinderen mogen geen
installatiewerkzaamheden uitvoeren.
Tijdens het installeren moeten
kinderen er vandaan worden
gehouden. Houd, tijdens en na de
installatie, het verpakkingsmateriaal
(plastic zakken, onderdelen van
polystyreen, enz.) buiten het bereik
van kinderen.
Controleer na het uitpakken van
het apparaat of deze tijdens het
transport geen beschadigingen
heeft opgelopen. Neem in geval
van problemen contact op met uw
leverancier of de dichtstbijzijnde
Consumenten Service.
Voordat dat apparaat wordt
geïnstalleerd moet de stekker uit het
stopcontact zijn getrokken.
Zorg er tijdens de installatie voor
dat het apparaat het netsnoer niet
beschadigt.
Het apparaat alleen activeren als de
installatie is voltooid.
Wacht na de installatie van het
apparaat enkele uren alvorens het te
starten, zodat het zich kan aanpassen
aan de omgevingscondities van de
ruimte.
Uw apparaat niet installeren daar
waar het kan worden blootgesteld
aan extreme omstandigheden, zoals:
slechte ventilatie, hoge temperaturen
of temperatuur beneden 5 °C of boven
35 °C.
Controleer bij de installatie van het
apparaat of de vier pootjes stevig op
de vloer rusten, stel ze naar wens af
en controleer of het apparaat exact
horizontaal staat en gebruik hiervoor
een waterpas.
Bij houten of zogenaamde
"zwevende" vloeren (bijvoorbeeld
bepaalde parket- of laminaatvloeren)
moet het apparaat op een stevig aan
de vloer bevestigde hardboard plaat
van 60 x 60 cm en met een minimale
dikte van 3 cm worden geplaatst.
Gebruik alleen nieuwe slangen om
het apparaat aan te sluiten op de
watertoevoer. Oude slangen mogen
niet meer worden gebruikt en moeten
worden weggegooid.
Gids voor Gezondheid en Veiligheid
6
Verplaats het apparaat zonder dit aan
het bovenblad op te tillen.
Sluit de watertoevoerslang(en)
op de waterleiding aan, volgens
de voorschriften van het
Waterleidingbedrijf.
Voor modellen die alleen zijn
bestemd voor koud water: Niet op de
warmwatervoorziening aansluiten
Voor modellen met
warmwatertoevoer: de temperatuur
van de warmwatertoevoer mag niet
hoger zijn dan 60°C.
Zorg ervoor dat de
ventilatieopeningen in de onderkant
van de wasmachine (indien
aanwezig op uw model) niet worden
geblokkeerd door tapijt of ander
materiaal.
De waterdruktoevoer moet tussen het
0,1-1 MPa bereik vallen.
Als u een droger bovenop uw
wasmachine wilt plaatsen, neem
dan eerst contact op met de
Consumentenservice of met uw
speciaalzaak om te veriëren
of dit mogelijk is. Dit is alleen
toegestaan als de droger door
middel van een daarvoor bestemde
stapelset op de wasmachine wordt
bevestigd; deze set is verkrijgbaar
bij de Consumentenservice of uw
speciaalzaak.
ELEKTRISCHE WAARSCHUWINGEN
Om ervoor te zorgen dat de
installatie voldoet aan de geldende
veiligheidsvoorschriften moet er
een multipolaire schakelaar met een
afstand van minstens 3mm worden
gebruikt en moet het apparaat geaard
worden.
Vervang een beschadigde
stroomkabel door een soortgelijk
exemplaar. De stroomkabel mag
alleen worden vervangen door
een gespecialiseerde monteur,
in overeenstemming met de
aanwijzingen van de fabrikant
en in naleving van de geldende
veiligheidsnormen. Neem contact op
met een erkend Servicecentrum.
Als de bijgeleverde stekker niet
geschikt is voor uw stopcontact, neem
dan contact op met een erkende
monteur.
De stroomkabel moet lang genoeg
zijn om het apparaat, nadat dit is
ingebouwd in het meubel, te kunnen
aansluiten op het stopcontact van de
netvoeding. Niet aan de stroomkabel
trekken.
Gebruik geen verlengkabels,
meervoudige stopcontacten of
adapters.
Gebruik het apparaat niet als het
netsnoer of de stekker beschadigd
is, als het apparaat niet goed werkt
of als het beschadigd of gevallen is.
Houd het snoer uit de buurt van hete
oppervlakken.
Na de installatie mogen de elektrische
onderdelen niet meer toegankelijk zijn
voor de gebruiker.
Raak het apparaat niet aan met
vochtige lichaamsdelen en gebruik
het niet op als u op blote voeten loopt.
CORRECT GEBRUIK
Overschrijd de maximale toegestane
belading niet. Controleer de
maximale toegestane belading in de
programmatabel.
Draai de kraan dicht als u het apparaat
niet gebruikt.
Gebruik geen oplosmiddelen
(bijv. terpentijn, benzeen), geen
wasmiddelen die oplosmiddelen
bevatten, schuurpoeder, glas of
schoonmaakmiddelen voor algemeen
gebruik en brandbare vloeistoen;
Was geen stoen in de wasmachine
die behandeld zijn met oplosmiddelen
of ontvlambare vloeistoen.
REINIGING EN ONDERHOUD
Gebruik nooit stoomreinigers.
Draag bij reiniging en onderhoud
beschermende handschoenen.
Het apparaat moet worden
losgekoppeld van het
elektriciteitsnet voordat u
onderhoudswerkzaamheden uitvoert.
7
NL
zodat kinderen niet in het
apparaat kunnen klauteren en vast
komen te zitten.
Dit apparaat is vervaardigd van
recyclebaar
of herbruikbaar
materiaal. Dank het apparaat
af in overeenstemming met
plaatselijke milieuvoorschriften
voor afvalverwerking.
Voor meer informatie over
behandeling, terugwinning
en recycling van dit apparaat
kunt u contact opnemen met
uw plaatselijke instantie, de
vuilnisophaaldienst of de winkel
waar u dit product hebt gekocht.
Dit apparaat is voorzien van
het merkteken volgens de
Europese Richtlijn 2012/19/EU
inzake Afgedankte elektrische en
elektronische apparaten (AEEA).
MILIEUTIPS
VERWERKING VAN DE
VERPAKKING
De verpakking kan volledig
gerecycled worden, zoals door
het recyclingsymbool wordt
aangegeven . De diverse
onderdelen van de verpakking
mogen daarom niet bij het
gewone huisvuil worden
weggegooid, maar moeten
worden afgevoerd volgens de
plaatselijke voorschriften.
AFVALVERWERKING
VAN HUISHOUDELIJKE
APPARATEN
Bij het afdanken van het apparaat
dient u het onbruikbaar te maken
door de stroomkabel af te snijden
en de deuren en schappen te
verwijderen (indien aanwezig),
Door ervoor te zorgen dat dit
product op de juiste manier
als afval wordt verwerkt,
helpt u mogelijke schadelijke
gevolgen voor het milieu en de
volksgezondheid te voorkomen,
die veroorzaakt zouden kunnen
worden door onjuiste verwerking
van dit product als afval.
Het symbool
op het product
of op de begeleidende
documentatie geeft aan dat dit
apparaat niet als huishoudelijk
afval behandeld mag worden,
maar dat het ingeleverd
moet worden bij een speciaal
inzamelingscentrum voor de
recycling van elektrische en
elektronische apparatuur.
CONFORMITEITSVERKLARING
Dit apparaat is ontworpen,
vervaardigd en gedistribueerd
in overeenstemming met de
voorschriften van de Europese
richtlijnen:
LVD 2014/35/ EU, EMC 2014/30/EU
en RoHS 2011/65/ EU.
8
PRODUCTBESCHRIJVING
APPARAAT
WASMIDDELDOSEERBAKJE
1. Werkblad
2. Wasmiddeldoseerbakje
3. Bedieningspaneel
4. Deurknop
5. Deur
6. Waterfilter/noodafvoerslang (indien
beschikbaar) - achter de plint -
7. Plint (verwijderbaar)
8. Verstelbare pootjes (4)
1. Hoofdwasvakje
• Hoofdwasmiddel
• Vlekkenmiddelen
• Waterontharder
2. Voorwasvakje
• Voorwasmiddel
3. Wasverzachtervakje
• Wasverzachter
• Vloeibaar stijfsel
Schenk wasverzachter of stijfseloplossing
tot maximaal het teken “MAX” in het bakje.
4. De toets loslaten
(Indrukken om het wasmiddeldoseerbakje
te verwijderen voor reiniging
Gids voor Gebruik en Onderhoud
1.
3.
2.
5.
7.
6.
8.
4.
9
NL
1. Aan/uit-knop (Resetten/afpompen indien lang
ingedrukt)
2. Programmatoets
3. Kleuren 15°
4. Fresh Care toets
5. Toets doseerhulp (Doseerhulp instellingen
indien lang ingedrukt)
6. Knop (Ronddraaien voor selectie /Indrukken
voor bevestiging)
7. Toets “Start selectie“
8. Temperatuurtoets
9. Toets centrifugeersnelheid
10. Optietoets (toetsenvergrendeling indien lang
ingedrukt)
11. Start / Pauze-knop
12. Display
13. Gebied programma's
BEDIENINGSPANEEL
AAnbevolen wAsmiddelen voor de verschillende soorten wAsgoed
Stevige witte was (Koud -95°C) Zwaar wasmiddel
Fijne witte was (koud -40°C) Mild wasmiddel met witmaker
Lichte kleuren/pasteltinten (koud -60°C) Wasmiddel met witmaker en/of optische heldermakers
Intensieve kleuren (koud -60°C)
Kleurwasmiddel zonder witmaker/optische helderma-
kers
Zwarte/donkere kleuren (koud -60°C) Speciale wasmiddelen voor zwart/donker wasgoed
MAX
30’
40°
60°
1. 7.2.
13. 12.
6. 8.4. 10.3. 9.5. 11.
10
TECHNISCHE GEGEVENS VOOR
WATERAANSLUITING
WATERAANSLUITING
WATERTOEVOER Koud
WATERKRAAN schroefdraadaansluiting voor slang van 3/4”
MINIMALE TOEVOERDRUK WATER 100 kPa (1 bar)
MAXIMALE TOEVOERDRUK WATER 1000 kPa (10 bar)
11
NL
DEUR
TROMMELVERLICHTING (indien beschikbaar)
ACCESSOIRES
Trek aan de hendel om de deur te openen
• Tijdens de programmakeuze: het licht gaat aan
voor het laden van het wasgoed.
• Nadat het programma is gestart akker het
licht aan en uit terwijl het wasgoed wordt
geïnspecteerd.
• Nadat het programma is beëindigd en de deur
wordt geopend gaat het licht even aan om
het wasgoed er uit te kunnen halen. Daarna
gaat het licht uit, om energie te besparen; raak
een willekeurige toets aan om het weer in te
schakelen.
Neem contact op met onze consumentenservice, om
te controleren of de volgende accessoires voor uw
model wasmachine (en droger) verkrijgbaar zijn.
VOETSTUK
Kan onder uw wasmachine worden geïnstalleerd,
om het apparaat te verhogen en te zorgen voor
een meer comfortabele manier van in en uitladen
van het wasgoed.
PLANK VOOR STAPELSET
waarmee uw droger bovenop uw wasmachine
geïnstalleerd kan worden om ruimte te besparen
en om het in- en uitladen van uw droger te
vergemakkelijken.
Voor het sluiten van de deur de hendel vasthouden
en aanduwen, zodanig dat u de sluitklik hoort.
12
GEBRUIK VAN
HET APPARAAT
EERSTE GEBRUIK
Wanneer u de stekker van de wasmachine in het
stopcontact steekt zal deze automatisch worden
ingeschakeld.
Het verwijderen van fabricageresten.
1. Kies het programma "Katoen" op een
temperatuur van 95 ° C. Denk aan de instructies in
de paragraaf "DAGELIJKS GEBRUIK".
2. Doe een klein beetje zwaar wasmiddel
(maximaal 1/3 van de hoeveelheid die
aanbevolen wordt door de fabrikant voor licht
vervuild wasgoed) in het hoofdwasvakje van het
wasmiddeldoseerbakje.
3. Het programma starten zonder wasgoed.
Zie de paragraaf over DAGELIJKS GEBRUIK voor
informatie over het selecteren en starten van een
programma.
13
NL
1. ALLE VOORWERPEN UIT DE
ZAKKEN HALEN
• Munten, pennen etc. kunnen uw
wasgoed en onderdelen van de
wasmachine beschadigen.
• Voorwerpen als papieren zakdoekjes zullen in
kleine stukjes uiteenvallen en handmatig moeten
worden verwijderd na het wassen.
2. RITSEN, KNOPEN OF HAKEN
SLUITEN. LOSSE RIEMEN OF
LINTEN VASTKNOPEN.
• Was kleine stukken (bijv. panty's, ceintuurs e.d.)
en wasgoed met haakjes (bijv. bh's) in een waszak
of een kussensloop met rits. Haal de ringen van
de gordijnen of doe de gordijnen met ringen in
een katoenen zak.
3. SOORT WEEFSEL / SYMBOOL OP
VERZORGINGSLABEL
Katoen, gemengde vezels, strijkvrij/synthetisch,
wol, wasgoed dat met de hand moet worden
gewassen.
• Kleur
Bonte en witte was scheiden. Nieuwe gekleurde
artikelen apart wassen.
• Afmeting
(Was stukken van verschillende afmetingen
samen voor betere wasresultaten en een
verdeling van de stukken in de trommel).
• Fijne was
Tere weefsels apart wassen; ze vereisen een
zachte behandeling ze vereisen een zachte
behandeling .
DAGELIJKS GEBRUIK
SORTEREN VAN HET WASGOED
14
Meer informatie over programma's vind u in de
programmatabel.
Wijzig de temperatuur, indien nodig
Wanneer u de op het display aangegeven
temperatuur wilt wijzigen, zorg er dan voor
dat de temperatuurtoets brandt.
Draai de knop om de gewenste temperatuur te
selecteren en de knop indrukken om te bevestigen.
De centrifugeersnelheid wijzigen, indien
nodig
Wanneer u de op het display aangegeven
centrifugeersnelheid wilt wijzigen, zorg er dan voor
dat de centrifugeertoets oplicht.
Draai de knop om de gewenste
centrifugeersnelheid of spoelstop te selecteren,
daarna de knop indrukken om te bevestigen.
Als u centrifugeersnelheid "0" kiest eindigt het
programma met het afpompen van het spoelwater.
Er zal geen centrifugeercyclus aan het einde
worden toegepast.
Als je "Spoelstop" kiest, zal het programma
na de spoelfase stoppen. Het wasgoed blijft
ondergedompeld in het laatste spoelwater
staan. Kijk voor meer informatie in de paragraaf
PROGRAMMA'S EN FUNCTIES / Spoelstop.
1. WAS IN DE MACHINE DOEN
Maak de deur open en doe de was in de
machine. Houd u aan de maximale belading
die te vinden is in de programmatabel.
2.DEUR SLUITEN
• Zorg ervoor dat er geen was vast
komt te zitten tussen het deurglas
en de rubberen sluitband.
• De deur zodanig sluiten dat u de sluitklik hoort.
3. KRAAN OPENDRAAIEN
• Zorg ervoor dat de wasmachine is
aangesloten op het netsnoer.
• Draai de kraan open.
4. DE WASMACHINE INSCHAKELEN
• De Aan/Uit toets indrukken totdat de
programmatoets gaat branden. Er wordt
een animatie weergegeven en er is een geluid.
Daarna is de wasmachine bedrijfsklaar.
• De programma-instellingen die u het laatst
hebt gebruikt zullen op het bedieningspaneel
verschijnen.
5. HET GEWENSTE PROGRAMMA INSTELLEN
BEGELEIDE MODUS
het lampje van de toets zal u begeleiden bij het
instellen van uw programma in de volgende
volgorde: keuze van programma/temperatuur/
centrifugeersnelheid/opties. Zodra u een keuze
bevestigt door de toets in te drukken springt het
lampje van de toets naar de volgende stap.
Keuze van het programma
Zorg ervoor dat de programmatoets brandt.
Selecteer het gewenste programma door aan de
knop te draaien.
Het indicatielampje bij het gekozen programma
gaat branden .
Bevestig het gewenste programma door het
indrukken van de knop.
GEBRUIK VAN DE WASMACHINE
15
NL
Selecteer opties, indien nodig
Wanneer u extra opties wilt selecteren ervoor
zorgen dat de Opties toets oplicht. De opties
die voor uw programma geselecteerd kunnen
worden staan aangegeven met verlichte pijlen.
Selecteer de gewenste opties door aan de knop te
draaien.
Het symbool voor de geselecteerde optie knippert.
Druk op de toets om te bevestigen.
Een aantal opties / functies kunnen worden
geselecteerd door rechtstreeks op de toets te
drukken:
Raadpleeg de paragraaf OPTIES, FUNCTIES EN
INDICATOREN voor meer informatie.
INDIVIDUELE MODUS
Nadat u de wasmachine heeft ingeschakeld bent u
niet gedwongen de BEGELEIDE MODUS te volgen.
Het is aan u om de volgorde te kiezen waarin u het
programma instelt. Voor een instelling eerst de
betreende toets indrukken, daarna voor de keuze
de knop draaien, en tenslotte op de knop drukken
voor bevestiging.
Het bereik van temperatuur, centrifugeersnelheid
en opties is afhankelijk van het geselecteerde
programma.
Daarom is het raadzaam om te beginnen met het
selecteren van het programma.
6. WASMIDDEL TOEVOEGEN
• Wanneer u niet gebruik maakt
van de functie "Doseerhulp", het
wasmiddeldoseerbakje uitlichten en nu
wasmiddel (en nabehandelingsproducten/
wasverzachter) toevoegen, zoals
staat aangegeven in de paragraaf
WASMIDDELDOSEERBAKJE.
volg de aanwijzingen op de verpakking van
het wasmiddel. Wanneer u VOORWAS of
STARTVERTRAGER hebt geselecteerd, volg dan
de aanwijzingen in de paragraaf PROGRAMMA
'S, OPTIES EN FUNCTIES. Daarna het
wasmiddeldoseerbakje weer zorgvuldig sluiten.
• Als u gebruik maakt van de functie "Doseerhulp"
het wasmiddel later toevoegen, nadat u het
programma hebt gestart. Raadpleeg paragraaf
DOSEERHULP/DAGELIJKS GEBRUIK.
Correcte dosering van wasmiddel /
nabehandelingsproducten is belangrijk, omdat
• het wasresultaat wordt geoptimaliseerd
• het irritante resten van overtollige wasmiddel in
uw wasgoed voorkomt
• het geld bespaart door het voorkomen van
verspilling van overtollig wasmiddel
• het de machine beschermt door het voorkomen
van verkalking van onderdelen
• het aandacht heeft voor het milieu door het
voorkomen van onnodige belasting voor het
milieu
7. PROGRAMMA STARTEN
"Start/Pauze" indrukken en ingedrukt
houden, totdat de toets ononderbroken
brandt; het programma wordt gestart.
• Als u 'Doseerhulp' heeft geselecteerd geeft
de wasmachine de aanbevolen hoeveelheid
wasmiddel voor uw lading was aan, nadat
het programma is gestart. - Hoofdwasmiddel
toevoegen aan het bakje voor hoofdwasmiddel
van het wasmiddeldoseerbakje, het bakje sluiten
en "Start/Pauze" indrukken om het programma te
vervolgen
• Wanneer u"Doseerhulp" en ook "Voorwas"
heeft geselecteerd de aangegeven hoeveelheid
wasmiddel aan het hoofdwasvakje toevoegen,
en de helft van de aangegeven hoeveelheid
wasmiddel ook in het voorwasvakje gieten.
• Het wasmideldoseerbakje weer sluiten en
"Start/Pauze" indrukken om het programma te
vervolgen. Het wasmiddeldoseerbakje niet meer
openen, om overstromingen te voorkomen.
• De resterende programmaduur die op het
display wordt aangegeven kan variëren. Factoren
als onbalans in de lading van het wasgoed of
schuimvorming kan een eect hebben op de
duur van het programma.
Wanneer de resterende programmaduur
opnieuw wordt berekend, verschijnt er een
animatie op het display.
16
8. DE INSTELLINGEN VAN EEN PROGRAMMA
IN UITVOERING WIJZIGEN, INDIEN NODIG
De instellingen kunnen worden gewijzigd terwijl
een programma wordt uitgevoerd. De wijzigingen
zullen worden toegepast, mits de betreende
programmafase nog niet voltooid is.
• De betreende toets indrukken (bijvoorbeeld
de "Centrifugeersnelheid" toets om de
centrifugeersnelheid te veranderen). De
geselecteerde waarde knippert een paar
seconden.
• Terwijl het knippert kunt u de instelling
aanpassen door aan de knop te draaien. Als de
waarde niet meer knippert en u heeft nog niet
de gewenste wijziging uitgevoerd nogmaals de
toets indrukken.
• Druk op de knop om de aanpassing te
bevestigen. Als u het niet bevestigt zal de
aanpassing automatisch worden bevestigd - de
gewijzigde instelling zal stoppen met knipperen.
Het programma zal automatisch verder gaan
nadat u de instelling hebt gewijzigd. Gebruik de
"Toetsvergrendeling", om te voorkomen dat een
lopend programma per ongeluk (bijvoorbeeld
door kinderen) wordt gewijzigd (zie paragraaf
PROGRAMMA'S, OPTIES EN FUNCTIES).
Om de instellingen van een programma in
uitvoering te wijzigen kunt u ook:
• "Start/Pauze" indrukken om het
programma in uitvoering te onderbreken
• Uw Instellingen wijzigen
• Druk opnieuw op "Start/Pauze" om het
programma te vervolgen.
Als u het programma heeft gewijzigd geen
wasmiddel voor het nieuwe programma
toevoegen.
9. ONDERBREEK EEN PROGRAMMA IN
UITVOERING EN OPEN DE DEUR, INDIEN
GEWENST
Start/Pauze" indrukken om een programma in
uitvoering te onderbreken
• Mits het waterpeil of de temperatuur niet
te hoog is, zal het controlelampje voor
deur open
oplichten. U kunt de deur openen, bijvoorbeeld
om was toe te voegen om was er uit te halen die
per ongeluk in de wasmachine is gedaan.
• Druk op "Start/Pauze" om het programma te
vervolgen
10. EEN PROGRAMMA IN UITVOERING
RESETTEN, INDIEN NODIG
• De "Aan/Uit"-toets ingedrukt houden totdat
"rES" op het display verschijnt. Het water wordt
afgetapt en het programma wordt beëindigd. De
deur wordt ontgrendeld.
11. DE WASMACHINE UITSCHAKELEN
NADAT HET PROGRAMMA IS BEËINDIGD
• Er verschijnt "End" op het display en het
controlelampje voor deur open zal branden -u
kunt uw was er uit halen
• "Aan/Uit" indrukken om de wasmachine uit te
schakelen. Wanneer u de machine niet uitschakelt
wordt, een kwartier nadat het programma
is beëindigd, de wasmachine automatisch
uitgeschakeld, om energie te besparen.
• De deur open laten staan, zodat de binnenkant
van de wasmachine kan drogen.
17
NL
PROGRAMMA'S EN OPTIES
Om het juiste programma voor uw soort wasgoed te
selecteren, altijd de instructies op de waslabels van
het wasgoed in acht nemen.
PROGRAMMA Soort was en aanbevelingen Waslabels Instellingen
Eco Katoen
Normaal vervuild katoenen
wasgoed.
Bij 40 °C en 60 °C standaard
katoenprogramma en meest
gewenst programma in termen
van gecombineerd water- en
energieverbruik. Basis voor de
aangegeven waarden op het
energielabel.
max.belading max
temperatuurbereik
Koud tot 60°C
mAx. centrifugeersnelheid
max. te selecteren opties
Intensief spoelen,
Snelwas, Kleuren 15°,
Fresh Care
KATOEN
Normaal tot sterk vervuilde en
stevig wasgoed van katoen
en linnen, zoals handdoeken,
ondergoed, beddengoed enz.
max.belading max
temperatuurbereik
Koud tot 95°C
mAx. centrifugeersnelheid
max. te selecteren opties
Voorwas, Warm spoelen,
Vlekken 15°, Zware
vlekken, Intensief
spoelen, Snelwas,
Kleuren 15°, Fresh Care
GEMENGDE WAS
Licht tot normaal vervuild stevig
wasgoed van katoen, linnen,
synthetische vezels en gemengde
weefsels.
Eectief programma van één uur.
Alleen soortgelijke kleuren samen
in één wasbeurt wassen.
max. belading 4,0 kg
temperatuurbereik
Koud tot 40°C
max. centrifugeersnelheid
max. te selecteren opties
Warm spoelen, Vlekken
15 °, Intensief spoelen,
Snelwas, Kleuren 15°
SYNTHETISCH
Normaal vervuild wasgoed
van synthetische vezels (zoals
polyester, polyacryl, viscose
enz.) of gemengde weefsels met
katoen.
max. belading 3,0 kg
temperatuurbereik
Koud tot 60°C
max. centrifugeersnelheid
max. te selecteren opties
Voorwas, Vlekken 15 °,
Zware vlekken, Intensief
spoelen, Snelwas,
Kleuren 15°
FIJNE WAS
Fijne was van tere stoen, die met
zachtheid behandeld moeten
worden.
max. belading 1,5kg
temperatuurbereik
Koud tot 40°C
max. centrifugeersnelheid
1000 te selecteren opties
Voorwas, Snelwas,
Kleuren 15°
18
PROGRAMMA Soort was en aanbevelingen Waslabels Instellingen
WOL
Wollen kleding met het wolmerk
die in de machine gewassen mag
worden, evenals wasgoed van
zijde, linnen, wol en viscose dat
volgens het etiket met de hand
gewassen moet worden.
Houd u aan de aanwijzingen van
de fabrikant op het waslabel.
max. belading 1,0 kg
temperatuurbereik
Koud tot 40°C
max. centrifugeersnelheid
1000 te selecteren opties
Snelwas, Kleuren 15°
SNELWAS 30’
30’
Licht vervuild wasgoed zonder
vlekken, van katoen en/of
synthetische stoen.
Opfrisprogramma.
max. belading 3,0 kg
temperatuurbereik
Koud tot 30°C
max. centrifugeersnelheid
max. te selecteren opties
Kleuren 15°
KLEUREN
Licht tot normaal vervuild
wasgoed van katoen,
synthetische stoen of hun
mengsels; ook tere weefsels.
Draagt bij tot de bescherming
van de kleuren van uw wasgoed.
Gebruik een wasmiddel dat
geschikt is voor de kleuren van
uw wasgoed.
max. belading 4,0 kg
temperatuurbereik
Koud tot 60°C
max. centrifugeersnelheid
1000 te selecteren opties
Voorwas, Vlekken 15 °,
Zware vlekken,Snelwas,
Intensief spoelen,
Kleuren 15°
CENTRIFUGEREN
Apart intensief
centrifugeerprogramma. Geschikt
voor robuust wasgoed.
max.belading max
temperatuurbereik --
max. centrifugeersnelheid
max.
te selecteren opties --
SPOELEN EN
CENTRIFUGEREN
Programma met apart spoelen en
intensief centrifugeren. Geschikt
voor robuust wasgoed.
Voor het spoelen kan
wasverzachter worden
toegevoegd.
max.belading max
temperatuurbereik --
max. centrifugeersnelheid
max. te selecteren opties
Intensief spoelen
19
NL
TE SELECTEREN OPTIES MET BEHULP VAN
DE TOETS OPTIES
VOORWAS Helpt bij het reinigen van zwaar
vervuild wasgoed, door aan het
geselecteerde wasprogramma een
voorwasfase toe te voegen. Voor sterk
vervuild wasgoed, bijvoorbeeld bij
zand of korrelig vuil.
Het wasgoed grondig uitschudden
voordat u het in de wasmachine doet.
Verlengt het programma met
ongeveer 20 minuten.
Ook wasmiddel in het voorwasvakje
van het wasmiddeldoseerbakje
doen, of rechtstreeks in de trommel.
-Bij het kiezen van "Voorwas"
poederwasmiddel voor de hoofdwas
gebruiken, om er zeker van te
zijn dat het wasmiddel tot het
begin van de hoofdwasfase in het
wasmiddeldoseerbakje blijft. Houd u
aan de aanwijzingen van de fabrikant
over de dosering van het wasmiddel,
of gebruik de optie "Doseerhulp".
WARM SPOELEN
Het programma eindigt met een
fase van warm spoelen. Ontspant de
vezels van uw wasgoed.
De was voelt comfortabel warm aan
wanneer het kort na de beëindiging
van het programma er uit wordt
gehaald.
VLEKKEN 1
Help bij het verwijderen van alle
soorten vlekken met uitzondering
van vet/olie.
Het programma begint met een fase
van wassen met koud water.
Het programma wordt met ongeveer
10 minuten verlengd.
Voorbehandeling aanbevolen voor
hardnekkige vlekken.
Niet te kiezen voor Katoen 95 °C.
De programmatabel geeft
een overzicht van mogelijke
combinaties van programma's
en opties. Niet alle combinaties
van programma's en opties
kunnen worden geselecteerd.
Ook zijn bepaalde opties niet te
combineren. In dat geval gaat
het controlelampje van de niet
te combineren optie knipperen
en wordt weer uitgeschakeld, en
klinkt er een signaal.
20
ZWARE VLEKKEN Helpt bij het reinigen van zwaar
vervuilde was met vlekken, door het
optimaliseren van de goede werking
van nabehandelingsproducten voor
het verwijderen van vlekken.
Voeg de juiste hoeveelheid
vlekkenverwijderaar (poeder) toe
in het hoofdwasvakje, samen met
uw wasmiddel. Bij deze optie alleen
waspoeder gebruiken. Houd u aan de
doseeraanwijzingen van de fabrikant.
Deze functie kan het programma met
maximaal 15 minuten verlengen.
Belangrijk Geschikt voor gebruik
van vlekkenverwijderaars en
bleekmiddelen op basis van zuurstof.
Bleekmiddelen op basis van chloor
of perboraat mogen niet worden
gebruikt!.
INTENSIEF SPOELEN
Helpt te voorkomen dat er resten
wasmiddel in het wasgoed
achterblijven, door verlenging van de
spoelfase.
Vooral geschikt voor het wassen van
babywas, voor mensen die lijden
aan allergieën en voor gebieden met
zacht water.
SNELWAS
Maakt sneller wassen mogelijk.
Verkort de duur van het programma,
terwijl een goed wasresultaat
behouden blijft.
Aanbevolen voor slechts licht vervuild
wasgoed.
Niet te kiezen voor Katoen 95 °C.
21
NL
OPTIES DIE DIRECT TE SELECTEREN ZIJN DOOR
HET INDRUKKEN VAN DE BETREFFENDE TOETS
KLEUREN 1
Draagt bij tot de bescherming van
de kleuren van uw wasgoed, door
ze te wassen met koud water (15° C).
Bespaart energie voor het verwarmen
van water terwijl tevens een goed
wasresultaat gewaarborgd is.
Geschikt voor licht vervuild gekleurd
wasgoed zonder vlekken.
Controleer of uw wasmiddel bij
koude wastemperaturen (15 of 20°C)
kan worden gebruikt.
Niet te kiezen voor Katoen 95 °C.
FRESH CARE
Helpt uw wasgoed fris te houden
als u deze niet snel na aoop van
het programma uit de machine kan
worden gehaald.
Een paar minuten na het einde
van het programma begint de
wasmachine regelmatig te draaien.
Dit draaien duurt tot ongeveer 6 uur
na het einde van uw wasprogramma.
U kunt het op elk gewenst moment
stoppen door een willekeurige
toets in te drukken; de deur wordt
ontgrendeld en u kunt uw wasgoed
er uit halen.
TEMPERATUUR
Wanneer u de wasmachine
inschakelt verschijnt het laatst
gebruikte programma en de
temperatuurinstelling op het
bedieningspaneel.
Als u het programma wijzigt
verschijnt de standaard temperatuur
van het geselecteerde programma op
het display.
Als u de temperatuur wilt wijzigen
de temperatuurtoets indrukken
en aan de knop draaien om de
gewenste temperatuur te selecteren,
en bevestig deze door de knop in te
drukken.
22
CENTRIFUGEREN Wanneer u de wasmachine inschakelt
verschijnt het laatst gebruikte
programma en de instelling van
de centrifugeersnelheid op het
bedieningspaneel.
Als u het programma wijzigt
verschijnt de standaard
centrifugeersnelheid van het
geselecteerde programma op het
display.
Als u de centrifugeersnelheid wilt
wijzigen de centrifugeertoets
indrukken en aan de knop draaien,
om de gewenste centrifugeersnelheid
te selecteren, en bevestig deze door
de knop in te drukken.
Als u centrifugeersnelheid "0" kiest
wordt het spoelwater afgetapt aan
het einde van het programma en zal
er geen centrifugeercyclus aan het
einde zijn.
SPOELSTOP
Voorkomt automatisch centrifugeren
van de was aan het einde van
het programma. De was blijft in
het laatste spoelwater staan en
het programma wordt niet meer
voortgezet.
Geschikt voor jne was die niet
geschikt is voor centrifugeren, of
met een lagere centrifugeersnelheid
gedraaid moet worden.
Niet geschikt voor zijde.
Ter afsluiting van de "Spoelstop",
kiezen tussen:
• water afpompen, niet centrifugeren:
draai de selectieknop
voor centrifugeren naar
centrifugeersnelheid '0' en druk
daarna op "Start/Pauze": Het water
zal worden afgevoerd en het
programma wordt beëindigd
• centrifugeren van de was:
de standaard centrifugeersnelheid
knippert – de centrifugeercyclus
begint door op "Start/Pauze"
te drukken. Of selecteer een
andere centrifugeersnelheid
door te draaien aan de knop,
indrukken om de geselecteerde
centrifugeersnelheid te bevestigen,
en op Start/Pauze drukken om de
centrifugeercyclus te starten
23
NL
FUNCTIES
AAN/UIT De wasmachine inschakelen: druk
op de toets START/PAUZE totdat de
letters.
Een lopend programma
annuleren: de toets ingedrukt
houden totdat "rES" op het display
verschijnt; de wasmachine zal een
afpompcyclus uitvoeren om het
programma te beëindigen.
De wasmachine uitschakelen
nadat het programma is
beëindigd:
de toets indrukken totdat de lichten
uit gaan.
KNOP • Selecteren en bevestigen van
programma's en opties
• Draaien om te selecteren
• Drukken om te bevestigen
START/PAUZE • Het programma starten nadat u
uw instellingen hebt voltooid
• Een lopend programma
onderbreken
• Een onderbroken programma
voortzetten
TOETSENVERGRENDELING
Met deze functie kunt u de
toetsen en de knop van het
bedieningspaneel vergrendelen
tegen ongewenste bediening,
bijvoorbeeld door kleine kinderen.
De wasmachine moet ingeschakeld
zijn.
De optietoets ingedrukt houden;
totdat het toetssymbool op het
bedieningspaneel brandt.
Knop en toetsen zijn nu
vergrendeld. De enige werkende
functie is "Aan/Uit", om de
wasmachine uit te schakelen.
De toetsenvergrendeling
blijft geactiveerd, ook als u de
wasmachine uit en weer aan zet.
Om de toetsen te ontgrendelen
de optietoets opnieuw indrukken
en ingedrukt houden, totdat het
toetssymbool uit gaat.
24
DOSEERHULP
Helpt bij het doseren van de juiste
hoeveelheid wasmiddel voor uw
geladen wasgoed.
Alvorens deze functie te gebruiken:
De concentratie van wasmiddelen
verkrijgbaar op de markt
varieert aanzienlijk. Stel daarom
de wasmachine af op de
doseringshoeveelheden van de
wasmiddelen die u gebruikt.
Controleer bovendien of het vooraf
ingestelde waterhardheidsniveau
(zacht) overeenkomt met uw lokale
waterhardheidsniveau en pas het
zo nodig aan (zie "DOSEERHULP /
EERSTE GEBRUIK").
Zie afzonderlijke paragraaf
Doseerhulp - Eerste gebruik / Dagelijks
gebruik
KNOP START SELECTIE
Het begin van uw programma
wordt verplaatst naar een later
tijdstip. Hierdoor kunt u proteren
van gunstiger energietarieven (bv. 's
nachts nacht), of om de was op een
bepaalde tijd klaar te hebben.
Kies een vertraging tot maximaal
23 uur. Geen vloeibaar wasmiddel
gebruiken bij deze functie, om er
zeker van te zijn dat het wasmiddel
tot het starten van het programma
in het wasmiddeldoseerbakje blijft.
• Selecteer het programma, de
temperatuur en de extra functies.
• Druk op de knop 'Start
selectie' – het startsymbool
selectie op het display
knippert.
• Draai de knop om een
vertraging van maximaal 23 uur
te selecteren, die zal worden
getoond op het display. Bevestig
de gewenste vertraging door
het indrukken van de knop. Het
startvertragingssymbool op het
display brandt ononderbroken.
Druk op Start / Pauze - het display
toont het aftellen van de vertraging
tot aan de start van het programma.
Het indicatielampje “Start/Pauze”
gaat branden. De dubbele punt
tussen de uren en minuten op
het display knippert. De deur
wordt vergrendeld.
• Als u 'Doseerhulp' heeft
geselecteerd zal de wasmachine
de aanbevolen hoeveelheid
wasmiddel berekenen, nadat u
op Start/Pauze heeft gedrukt.
De hoeveelheid wasmiddel dat
staat aangegeven op het display
in het wasmiddeldoseerbakje
doen; gebruik poederwasmiddel,
om er zeker van te zijn dat het
wasmiddel tot het starten van het
programma in het doseerbakje
blijft. Sluit het doseerbakje en druk
opnieuw op "Start/Pauze" ,om het
aftellen voor de geselecteerde
vertragingsperiode te starten.
• Na het verstrijken van de
vertragingstijd wordt de
wasmachine automatisch
gestart. Het display geeft dan
de resterende duur van het
programma aan.
De vertraging wissen:
• Druk op "Start/pauze" om de
startvertraging te wissen; (en druk
opnieuw op "Start/pauze" om
het geselecteerde programma
onmiddellijk te starten, indien
gewenst)
• of houd "Aan/Uit" ingedrukt om
de volledige programma-instelling
te wissen.
25
NL
INDICATOREN
DE DEUR KAN
GEOPEND WORDEN
Dit controlelampje brandt
• voordat u een programma hebt gestart
• wanneer u een programma hebt onderbroken en het waterniveau
niet te hoog is, of de was niet te warm is in deze programmafase
• wanneer een programma is voltooid en de was er uit gehaald kan
worden
STORING:
ONDERHOUD
Zie paragraaf PROBLEEMOPLOSSING voor meer informatie
STORING:
WATERFILTER
VERSTOPT
STORING:
WATERKRAAN DICHT
26
DE DOSERINGSWAARDEN VOOR DE DOOR U
GEBRUIKTE WASMIDDELEN OPSLAAN
DOSEERHULP/ EERSTE GEBRUIK
Om deze functie in te schakelen om de hoeveelheid
wasmiddel zo nauwkeurig mogelijk te berekenen, de
wasmachine aanpassen aan de doseringswaarden
van de wasmiddelen die u gebruikt, en ook aan uw
plaatselijke waterhardheid.
Controleer op de verpakkingen van uw
wasmiddelen de te doseren hoeveelheid voor de
gemiddelde vervuilingsgraad en de gemiddelde
waterhardheid
wAterhArdheid
vervuilingsgrAAd
zacht gemiddeld hard
licht
gemiddeld ml
zwaar
Soorten wasmiddel: Bonte was Fijnwas Algemeen
Programma's: Kleuren Wol, jne was Alle overige
programma's
27
NL
1. De programmatoets en de doseerhulptoets
gelijktijdig ingedrukt houden.
er verschijnt "1" op het display, wat wil zeggen dat
het waterniveau 'zacht' is.
2. Draai de knop om het waterniveau aan te
passen naar.
2 = Gemiddeld
3 = Hard
en druk op de knop om te bevestigen. Zodra u de
instelling van de waterhardheid hebt bevestigd
verlaat u automatisch de instelmodus voor de
waterhardheid.
DE WASMACHINE AANPASSEN AAN UW
PLAATSELIJKE WATERHARDHEID
De wasmachine wordt geleverd met vooraf
ingesteld zacht waterhardheidsniveau.
Controleer uw regionale water hardheidsniveau,
bijvoorbeeld door uw lokale instantie te
raadplegen, of via internet. -Als uw plaatselijke
waterhardheid niet 'zacht' is, de wasmachine als
volgt aanpassen:
De waterhardheid aanpassen:
Deze waarden opslaan in de wasmachine:
1. Selecteer het programma waarvoor u
de waarde van het wasmiddel wilt opslaan.
2. De toets Doseerhulp moet ingedrukt worden
gehouden totdat het belangrijkste symbool op
het display brandt. De controlelampjes van alle
programma's voor de wasmiddelgroep gaan
branden.
%
3. Draai de knop om de doseringswaarde aan
te passen aan de waarde die u tevoren op het pak
wasmiddel hebt vastgesteld. Daarna bevestigen
door de knop in te drukken.
4. Doe dit voor alle drie programmagroepen.
Het volstaat indien u een doseerwaarde voor
EEN programma per groep opslaat - deze wordt
dan automatisch opgeslagen voor de andere
programma's in deze groep.
Om terug te keren naar de fabrieksinstellingen:
selecteren en bevestigen met "rES", zoals
beschreven in stap 3.
28
in het voorwasvakje gieten, naast de volledige
hoeveelheid die u al aan het bakje voor
hoofdwasmiddel hebt toegevoegd.
In plaats van het wasmiddel in
wasmiddeldoseerbakje te doen kan het ook
rechtstreeks in de trommel worden gestopt, in een
wasmiddelbal.
Voor programma's met voorwas: Voorwasmiddel
kan worden toegevoegd aan de trommel,
hoofdwasmiddel moet worden toegevoegd aan
het hoofdwasvakje van het wasmiddeldoseerbakje.
Gebruik in dit geval poederwasmiddel voor de
hoofdwas, om er zeker van te zijn dat het tot begin
van de hoofdwasfase in het wasmiddeldoseerbakje
blijft.
Na het toevoegen van wasmiddel het
wasmiddeldoseerbakje (of deur) sluiten.
4. Sluit het wasmiddeldoseerbakje (of de deur)
en druk op "Start/Pauze" om het programma te
vervolgen.
1. Na het selecteren van het programma en
de opties de toets "doseerhulp"indrukken; het
doseerhulp symbool op het display gaat
branden.
2. Daarna het programma starten door op
"Start/Pauze" te drukken. -De trommel draait
om te wasbelading te vinden, terwijl op het
display een animatie wordt getoond. daarna wordt
de aanbevolen hoeveelheid wasmiddel in ml op
het display aangegeven.
3. Het wasmiddeldoseerbakje uitlichten en
de hoeveelheid wasmiddel die staat
aangegeven op het display in het bakje voor
hoofdwasmiddel van het wasmiddeldoseerbakje
gieten.
Wanneer u de optie "Voorwas" heeft geselecteerd
en ook voorwasmiddel wilt toevoegen, de helft
van de aangegeven hoeveelheid wasmiddel
DOSEERHULP/ DAGELIJKS GEBRUIK
29
NL
Gebruik energie, water, wasmiddel en tijd op de
beste manier,
door de trommel altijd zo vol mogelijk te laden,
zoals aangegeven in de programmatabel.
Overschrijd de in de instructies van de
wasmiddelenfabrikant aangegeven dosering
wasmiddel niet. Gebruik de functie Doseerhulp;
deze functie voorbereiden, zoals aangegeven in
'DOSEERHULP / EERSTE GEBRUIK'.
Gebruik “voorwas” alleen voor Zware vlekken
wasgoed.
Behandel vlekken eerst met een vlekkenmiddel of
maak ingedroogde vlekken nat voor het wassen,
BESPAARTIPS
om niet op hoge temperatuur te hoeven wassen.
Bespaar energie door op 60°C te wassen in plaats
van 95°C, of op 40°C in plaats van 60°C. Gebruik
voor katoenen was bij voorkeur het Eco Katoen
programma, op 40°C of 60°C.
Bespaar energie en tijd door een hoge
centrifugeersnelheid in te stellen zodat er minder
water in het wasgoed achterblijft, voordat u een
wasdroger gaat gebruiken.
Gebruik de optie "Kleuren 15°" voor licht vervuild
wasgoed, om energie voor het verwarmen van
water te besparen.
30
ONDERHOUD EN
REINIGING
DE BUITENKANT VAN DE WASMACHINE
REINIGEN
Gebruik een zachte vochtige doek om de buitenste
delen van de wasmachine schoon te reinigen.
Gebruik geen glas of reinigingsmiddelen voor
algemeen gebruik, schuurpoeder of dergelijke
om het bedieningspaneel schoon te maken - deze
stoen kunnen de afdrukken beschadigen.
WAARSCHUWING
Voor elke reinigings- en onderhoudsbeurt de
wasmachine uitschakelen en loskoppelen.
Gebruik geen brandbare vloeistoen om de
wasmachine schoon te maken.
31
NL
Controleer de toevoerslang regelmatig op barsten
en scheuren. Als deze beschadigd is vervangen
door een nieuwe slang, beschikbaar via onze
Consumenten Service of uw gespecialiseerde
dealer.
Afhankelijk van het type slang:
Als de toevoerslang een doorzichtige coating heeft,
regelmatig controleren of de kleur plaatselijk wordt
geïntensiveerd. Zo ja, is de slang wellicht lek en
moet worden vervangen.
Voor waterstopslangen: controleer het kleine
veiligheidsklepinspectievenster (zie pijl). Als het
rood is werd de waterstopfunctie in gang gezet
en moet de slang door een nieuwe worden
vervangen.
Om deze slang los te schroeven op de
ontspanknop drukken (indien beschikbaar), terwijl
de slang wordt losgeschroefd.
DE WATERTOEVOERSLANG CONTROLEREN
32
1. De waterkraan dichtdraaien en de
toevoerslang losschroeven.
1
2
2. Het mazenlter aan het uiteinde van de slang
zorgvuldig reinigen met een jne borstel.
3. Schroef nu de toevoerslang aan de achterkant
van de wasmachine handmatig los.
Het lter van de klep aan de achterkant van de
wasmachine weghalen met behulp van een
combinatietang en zorgvuldig reinigen.
DE MAZENFILTERS IN DE
WATERTOEVOERSLANG REINIGEN
4. Het lter opnieuw insteken. De toevoerslang
opnieuw aansluiten aan de waterkraan en
wasmachine. Geen gereedschap gebruiken om de
toevoerslang aan te sluiten. Open de waterkraan en
controleer of alle aansluitingen vast zitten.
2
1
33
NL
HET WASMIDDELDOSEERBAKJE
SCHOONMAKEN
1. Verwijder het wasmiddeldoseerbakje door te
drukken op de ontspanknop en tegelijkertijd het
wasmiddeldoseerbakje weg te trekken.
1
2
2. Verwijder het inzetstuk van het
wasmiddeldoseerbakje, evenals het inzetstuk van
het wasverzachtervakje.
3. Reinig alle onderdelen onder stromend
water en verwijder alle resten wasmiddel of
wasverzachter.
4. Maak de oppervlakken droog met een zachte
doek.
5. Installeer het wasmiddeldoseerbakje opnieuw
en duw het terug in het wasmiddelvakje.
34
Als uw model wasmachine geen noodslang heeft:
Plaats een brede, vlakke bak onder het waterlter,
voor het verzamelen van het afvoerwater.
3. Water afpompen:
Als uw model wasmachine een noodslang heeft:
Verwijder de stop aan het einde van de slang en
laat het water in de bak stromen. Wanneer de
bak vol water is, de stop aan het uiteinde van de
slang aansluiten en de bak legen. Deze handeling
herhalen totdat er geen water meer uit komt.
Daarna de noodslang stevig afsluiten met de
stop en de slang opnieuw in de onderkant van de
wasmachine steken.
WAARSCHUWING
De wasmachine uitschakelen en loskoppelen,
voordat u het waterlter schoonmaakt
of resterend water aftapt. Als u een
heetwasprogramma gebruikt, wachten tot het
water is afgekoeld, voordat u het water aftapt.
Als het water niet afgetapt kan worden gaat
het controlelampje voor storing "Waterlter
verstopt" branden.
Reinig het waterlter regelmatig, om te
voorkomen dat het water niet kan worden
afgetapt na het wassen, door verstopping van het
waterlter.
HET WATERFILTER REINIGEN / RESTWATER
AFPOMPEN
1. De plint verwijderen: De klepjes links en rechts
indrukken om de plint los te maken en verwijderen.
2. Bak voor afvoerwater:
Als uw model wasmachine een noodslang heeft:
Zorg voor een platte bak voor het afvoerwater.
Verwijder de noodslang aan de onderkant van de
wasmachine
35
NL
Als uw model wasmachine geen noodslang heeft:
Het lter langzaam tegen de klok in draaien
totdat het water er uit stroomt. Laat het water
wegstromen, zonder het lter te verwijderen.
Wanneer de container vol is, het waterlter sluiten
door het met de klok mee te draaien. Leeg de bak.
Deze handeling herhalen totdat al het water is
afgetapt.
4. Filter verwijderen: Leg een katoenen
doek onder het waterlter, zodat er een kleine
hoeveelheid restwater kan worden opgenomen.
Verwijder vervolgens het waterlter, door het
linksom te draaien.
5. Maak het waterlter schoon: verwijder de
resten in het lter en reinig het met stromend
water.
6. Het waterlter invoegen en de plint opnieuw
installeren: Het waterlter opnieuw invoegen door
het rechtsom te draaien. Zorg ervoor dat het zover
mogelijk wordt gedraaid; het lter handvat moet in
verticale positie staan. Als u de waterdichtheid van
het waterlter wilt testen, kunt u ongeveer 1 liter
water in het wasmiddeldoseerbakje gieten .
Daarna de plint opnieuw installeren.
1
2
36
TRANSPORT EN BEHANDELING
1. Controleer of de deur van de wasmachine en
het wasmiddelbakje goed dicht zitten.
2. Koppel de toevoerslang los van de waterkraan
en verwijder de afvoerslang van uw aftappunt.
Verwijder al het restwater uit de slangen, en zet
ze zo vast dat ze niet beschadigd kunnen raken
tijdens het vervoer.
Haal de stekker van de wasmachine los en draai
de waterkraan dicht.
3. De transportschroeven opnieuw vastzetten.
Volg de instructies voor het verwijderen van
de transportschroeven in de Installatiegids, in
omgekeerde volgorde.
Belangrijk: De wasmachine niet vervoeren wanneer
de transportschroeven niet zijn vastgezet.
37
NL
Deze wasmachine is uitgerust met verschillende
automatische veiligheidsfuncties. Hierdoor
worden storingen snel opgespoord en kan het
veiligheidssysteem op de juiste manier reageren.
PROBLEEMOPLOSSING
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
De wasmachine start
niet, er branden geen
controlelampjes
Niet aangesloten op netsnoer Steek de stekker in het stopcontact
Stopcontact of zekering werkt niet Test de functie met een lamp, herstel
het defecte onderdeel
Stroomstoring De wasmachine gaat automatisch
verder wanneer er weer stroom is
De wasmachine start
niet, hoewel “Start/
Pauze” is ingedrukt
Deur is niet goed gesloten De deur goed aanduwen om te sluiten
totdat u de sluitklik hoort
Toetsenvergrendeling is geactiveerd De toets met het toetsensymbool ten
minste 3 seconden indrukken om te
schakelen de toetsenvergrendeling uit
te schakelen
De wasmachine stopt
tijdens het programma,
en het “Start/Pauze”-
lampje knippert
Spoelstop (= positie van de
centrifugeertoets) is geactiveerd
Beëindig de spoelstop door het water
af te tappen of de was te centrifugeren
(zie "Spoelstop"-FUNCTIES EN OPTIES).
Het programma werd onderbroken,
misschien is de deur open gegaan
Zorg ervoor dat de deur gesloten is
Druk op "Start/Pauze" om het
programma te vervolgen
Het veiligheidssysteem is geactiveerd:
het controlelampje voor storing brandt
en/of op het display wordt de storing
weergegeven (F...); waterkraan dicht
Raadpleeg de paragraaf
"controlelampjes voor storing".
Controleer of de waterkraan open staat
en of de toevoerslang geen knikken
heeft.
In het
wasmiddeldoseerbakje
zitten resten wasmiddel
nadat het programma is
beëindigd
De toevoerwaterdruk te laag; het
mazenlter van de watertoevoerslang
kan geblokkeerd zijn
Controleer of de waterkraan correct is
geopend. Controleer de mazenlters
van de toevoerslang, zie ONDERHOUD
EN REINIGING / De mazenilters in de
toevoerslang reinigen
De wasmachine trilt
tijdens het centrifugeren
De transportschroeven zijn niet
verwijderd (!)
Verwijder de transportschroeven
volgens de instructies in de
INSTALLATIEGIDS
De wasmachine staat niet even hoog op
alle vier de poten
De pootjes afstellen (INSTALLATIEGIDS).
Zorg ervoor dat wasmachine op niveau
en op een stevige ondergrond staat.
Centrifugeersnelheid
"0" knippert op het
bedieningspaneel en/of
de was is nog erg nat
Onbalans van wasbelading voorkwam
centrifugeercyclus, ter bescherming van
de wasmachine
Indien u nat wasgoed wilt
centrifugeren, dient u meerdere
stukken wasgoed van verschillende
afmetingen toe te voegen en het
programma “Spoelen & Centrifugeren”
te starten.
Voorkom kleine wasladingen bestaande
uit enkele grote, absorberende stukken
wasgoed / wassen verschillende maten
van stuks in een belading
Deze storingen zijn doorgaans zo klein dat ze
binnen enkele minuten verholpen kunnen worden.
38
PROBLEEM MOGELIJKE OORZAAK OPLOSSING
Het centrifugeerresultaat
is mager
De knop “Centrifugeren” is ingesteld op
een lage centrifugeersnelheid.
Selecteer en start het "Centrifugeren"
programma met een hogere
centrifugeersnelheid (indien
selecteerbaar).
Onbalans tijdens het centrifugeren
voorkwam uiteindelijke
centrifugeercyclus.
Zie regel hierboven.
Overmatige schuimvorming voorkwam
centrifugeren.
Start het programma "Spoelen &
centrifugeren". Doe niet te veel
wasmiddel in de wasmachine.
Aanpassen en de functie "Doseerhulp"
gebruiken.
Er zitten resten
wasmiddel op het
wasgoed na het wassen
Te veel waspoeder gebruikt / kwaliteit
van wasmiddel.
Voeg niet te veel wasmiddel toe.
Borstel het kledingstuk af.
Gebruik de optie "Intensief spoelen"
(indien selecteerbaar).
Gebruik vloeibaar wasmiddel / gebruik
van speciaal wasmiddel voor zwarte of
donkere was.
De wasmachine staat
stil tijdens programma /
het programma lijkt niet
verder te gaan / tijdens
stilstand wordt er een
animatie op het display
weergegeven
Programma loopt zonder beweging van
de trommel.
Stilstandfasen van ongeveer 2 minuten
zijn bij een aantal wasprogramma's
normaal.
Door overmatige schuimvorming
(misschien door overdosering van
wasmiddel) is het programma
onderbroken. Kan meerdere
malen worden herhaald, totdat de
vermindering van schuim voldoende is.
Het programma blijft automatisch
doorgaan, zodra de vermindering van
schuim voldoende is.
Als er Fod (= failure overdosering-
storing overdosering) op het display
staat, raadpleeg dan de tabel STORING
INDICATOREN EN MELDINGEN.
Er kan onder- of overspanning van
netspanning worden waargenomen.
Het programma blijft automatisch
doorgaan zodra de netspanning in het
juiste bereik is.
Het programma duurt
langer of korter dan
in eerste instantie
op het display / in de
programmatabel staat
aangegeven.
De wasmachine wordt aangepast
aan factoren die van invloed zijn
op de duur, zoals de grootte van de
waslading, overmatige schuimvorming,
laden onbalans, langere opwarmtijd
als gevolg van lage inlaattemperatuur
water enz. Wanneer de programmaduur
opnieuw wordt berekend,verschijnt er
een animatie op het display.
Voorkom kleine wasladingen met grote,
absorberende stukken wasgoed / voeg
artikelen van verschillende grootte toe.
Voeg niet te veel wasmiddel toe - houd
u aan de aanwijzingen van de fabrikant
over de dosering van het wasmiddel.
Aanpassen en de functie "Doseerhulp"
gebruiken.
De deur is vergrendeld,
met of zonder
storingsindicatie, en het
programma wordt niet
uitgevoerd.
De deur is vergrendeld bij stroomuitval. Het programma zal automatisch verder
gaan zodra er weer stroom is.
De wasmachine is in stilstand (zoals
beschreven in de vorige paragraaf "De
wasmachine staat stil...).
Het programma zal automatisch
worden voortgezet nadat de oorsprong
van de stilstand niet meer blijft
aanhouden.
Waterniveau of temperatuur te hoog, of
storing aan elektrisch onderdeel.
Zie instructies voor storing 'Service':
storing aan deurvergrendeling "/ FdL /
F29 in paragraaf Storingsindicatoren.
Trommelverlichting
(indien beschikbaar)
werkt niet meer.
Gloeilamp moet worden vervangen. Bel onze Consumenten Service om de
gloeilamp te verwisselen.
39
NL
STORING INDICATOREN EN MELDINGEN
Hieronder een samenvatting van eventuele
storingsoorzaken en oplossingen.
Wanneer het probleem zich blijft voordoen, nadat
de oorzaak van de storing is verwijderd, Aan/Uit
ten minste drie seconden ingedrukt houden. Als
daarna de storingsmelding nog steeds aanhoudt, de
waterkraan afsluiten, de wasmachine uitschakelen
en afkoppelen en contact opnemen met onze
Consumentenservice.
Controlelampje voor storing Mogelijke oorzaak Oplossing
WATERKRAAN DICHT
Niet of onvoldoende
watervoorziening
• Waterkraan dicht
• Knikken in toevoerslang
• Waterdruk te laag
• Mazenlters in toevoerslang
verstopt
• De watertoevoerslang is
bevroren
Kraan opendraaien
Let erop dat er geen knikken in de
toevoerslang zitten.
Zorg ervoor dat de waterdruk
voldoende is.
De mazen lters in de
toevoerslang reinigen
ONDERHOUD EN REINIGING).
Installeer de wasmachine bij een
omgevingstemperatuur van ten
minste 5° C.
Nadat het probleem is verwijderd
Start/Pauze indrukken. Wanneer
het probleem zich blijft voordoen
Aan/Uit ten minste drie seconden
ingedrukt houden.
FILTER REINIGEN
Het afvalwater wordt niet
afgepompt
• Knikken in afvoerslang
• Afvoerslang geblokkeerd of
bevroren
• Filter geblokkeerd
• Pomp geblokkeerd
Controleer de afvoerslang op
knikken.
Installeer de wasmachine bij een
omgevingstemperatuur van ten
minste 5° C.
Het waterlter reinigen zoals
beschreven in paragraaf FILTER
REINIGEN.
Nadat het probleem is verwijderd
Start/Pauze indrukken. Wanneer
het probleem zich blijft voordoen
Aan/Uit ten minste drie seconden
indrukken.
Aanwijzing op het display Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
INDICATIE “DEUR OPEN”
KNIPPERT
De deur kan niet vergrendeld
worden
Stevig op de deur drukken in
het gebied van het deurslot, om
het te goed te kunnen sluiten.
Daarna “Start (Pauze)” indrukken .
Wanneer het probleem zich blijft
voordoen Aan/Uit ten minste drie
seconden ingedrukt houden.
40
Berichtweergave Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
FdL
(of F29)
De deur kan niet ontgrendeld
worden.
Stevig op de deur drukken in het
gebied van het deurslot, daarna
Aan/Uit ten minste drie seconden
indrukken.
Als de hete cyclus is geselecteerd,
wachten tot het is afgekoeld en
nogmaals gedurende ten minste 3
seconden Aan/Uit indrukken.
De wasmachine inschakelen.
Als de storing nog steeds wordt
weergegeven, de mogelijke
oorzaak controleren en eventueel
verwijderen, zoals aangegeven
voor de storing "Filter reinigen".
Daarna de wasmachine opnieuw
inschakelen. Wanneer de deur niet
wordt ontgrendeld Aan/Uit ten
minste 3 seconden indrukken.
Als de deur nog steeds niet
ontgrendeld wordt de paragraaf
"DEUR – HOE TE OPEN BIJ EEN
STORING" raadplegen. Wachten
totdat het water is afgekoeld
voordat het water wordt afgetapt
/ de deur wordt geopend (voor
hete wasprogramma's).
Fod Door overmatige
schuimvorming (misschien door
overdosering van wasmiddel) is
het programma onderbroken.
De onderbreking meerdere
malen worden herhaald, totdat
de vermindering van schuim
voldoende is.
Start het programma "Spoelen
& Centrifugeren", met de optie
Intensief Spoelen.
Neem de aanwijzingen van de
wasmiddelenfabrikant in acht.
Aanpassen en de functie
"Doseerhulp" gebruiken.
Zorg ervoor dat het waterlter
schoon is.
41
NL
Controlelampje
voor storing
Berichtweergave Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
F20 of
F60
Storing van een elektronisch
onderdeel
De wasmachine uitschakelen
en loskoppelen; de waterkraan
dichtdraaien.
Bel de klantenservice
ONDERHOUD
F24 Teveel wasgoed voor een
programma met kleine
maximale belading
Het programma "Spoelen en
Centrifugeren" selecteren en
starten, om het onderbroken
programma te voltooien.
Voorkom dat de wasmachine
overbeladen wordt. Neem
de maximale laadruimte
van de programma's in acht,
zoals aangegeven in de
programmatabel.
Te veel toevoerwater Draai de waterkraan dicht. Aan/
Uit ten minste 3 seconden
ingedrukt houden voor het
afpompen van water; wacht
totdat de afvoerfase is beëindigd
Er verschijnt Einde op het display)
wacht totdat de afvoerfase is
beëindigd Er verschijnt Einde op
het display).
Draai de waterkraan opnieuw
open. – Als het water onmiddellijk
in de wasmachine stroomt
(zonder dat een programma is
gestart), is er een storing van
een elektrisch onderdeel. De
waterkraan dichtdraaien, de
wasmachine uitschakelen en
loskoppelen. Contact opnemen
met onze Consumenten Service.
F02 Storing waterstop –
waterlekkage waargenomen
in de onderste lade.
Aan/Uit ten minste drie seconden
indrukken. Als de fout zich blijft
voordoen, neem dan contact op
met de Consumenten Service.
Alle overige.
storingen
Storing van een elektrisch
onderdeel
De "Aan/Uit toets minstens 3
seconden indrukken om de
storing te resetten. Als het
probleem blijft aanhouden de
wasmachine uitschakelen en
loskoppelen. De waterkraan
dichtdraaien. Bel de
Consumentenservice.
42
DEUR – HOE TE OPEN BIJ EEN STORING, OM
DE WAS ER UIT TE HALEN
Voordat u de deur opent, zoals beschreven in
onderstaande paragraaf, de storing "De deur is
vergrendeld, met of zonder storingsindicatie,
en het programma wordt niet uitgevoerd"
raadplegen. De deur kan zichzelf ontgrendelen, na
omstandigheden zoals bijvoorbeeld wanneer een
stroomstoring zich niet meer voordoet.
Als u uw wasgoed meteen er uit wilt halen,
eerst proberen de deur te ontgrendelen, zoals
beschreven in STORING INDICATOREN EN
MELDINGEN (FdL of F29). Alleen als de deur niet
kan worden geopend, zoals beschreven in de
eerder vermelde paragraaf, gaat u verder zoals
hieronder beschreven.
Bij een stroomstoring zal de wasmachine verder
gaan waar het werd onderbroken, zodra er weer
stroom is.
Als er een storing optreedt op de wasmachine
en de deur is vergrendeld, maar u moet uw was
uitnemen:
1. Eerst het resterende water afpompen, zoals
beschreven in de paragraaf "Resterende water
afpompen
2. Verwijder de schroef met een
schroevendraaier.
3. Dan de band gemarkeerd met "Deur open"
naar beneden trekken. U kunt nu de deur openen
en uw wasgoed er uit halen..
4. Daarna de band opnieuw vastzetten
door de schroef stevig vast te draaien met de
schroevendraaier.
5. De plint opnieuw installeren
De wasmachine uitschakelen en loskoppelen.
De waterkraan dichtdraaien.
Wacht totdat de trommel is gestopt met
draaien. Open nooit de deur terwijl de
trommel in beweging is.
Wachten totdat het water en het wasgoed
is afgekoeld, bij het wassen op hoge
temperaturen.
Altijd het water afpompen voordat u de
deur opent, ofwel door Aan/Uit ingedrukt
te houden totdat "rES" op het display
verschijnt, of door het handmatig te doen,
zoals beschreven in de paragraaf RESTEREND
WATER AFPOMPEN.
43
CONSUMENTENSERVICE
VOORDAT U DE
CONSUMENTENSERVICE BELT
ALS DAARNA DE STORING ZICH NOG STEEDS
VOORDOET, NEEM DAN CONTACT OP MET DE
CONSUMENTENSERVICE
Bel het nummer dat in het garantieboekje staat, of
volg de instructies op de
website www.whirlpool.eu
1. Ga na of u de storingen niet zelf kunt
verhelpen door het raadplegen van de paragraaf
PROBLEEMOPLOSSING.
2. Zet de wasmachine uit en weer aan om te
controleren of het probleem is opgelost.
Geef altijd
• Een korte beschrijving van de storing
• Model van de wasmachine (zie typeplaatje aan de
binnenkant van de deur)
• Servicenummer (op servicesticker aan de
binnenkant van de deur; nummer na 'Service')
• Uw volledige adres en telefoonnummer.
Maak gebruik van onze bevoegde
Consumentenservice, om zeker te zijn van goed
herstel en gebruik originele reserveonderdelen
voor eventuele reparaties.
44
1. 2.
12 mm - 0,47 inch
17 mm - 0,67 inch
xxxxxxx xxxxx
xxxxxxx xxxxx
45
4.
3.
2 cm - 0,7 inch
46
6. 7.
5.
xxxxxxx xxxxx
xxxxxxx xxxxx
47
10.
8. 9.
max 2,5 cm
max 0,9 inch
1
2
48
13.
11. 12.
49
14.
max 125 cm
49 inch
min 60 cm
24 inch
max 125 cm
49 inch
min 60 cm
24 inch
max 125 cm
49 inch
min 60 cm
24 inch
50
15.
Type D xxx
..............
xxx V ~ xx Hz
xx A
W
IPX4
E
V
D
xxxx xxxx xxxx
Whirlpool Europe s.r.l.
Viale G.Borghi 27
21025 Comerio - Italy
16.
51
400011099064
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52

Whirlpool FSCR80428 Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding