Argus 156 Handleiding

Type
Handleiding
ARGUS
ARGUS 156 1
ARGUS 156
Beknopte handleiding
Versie: 1.03 / NL
Belangrijke informatie:
Het basispakket bevat minimaal een VDSL- of SHDSL-interface, deze omvat verschillende
functies en tests. Alle andere interfaces en functies zijn optioneel (zie datasheet).
Afhankelijk van de geleverde functies worden sommige menupunten daarom mogelijk niet
weergegeven.
ARGUS
2ARGUS 156
© by intec Gesellschaft für Informationstechnik mbH
D-58507 Lüdenscheid, Germany, 01/2024
Alle rechten voorbehouden (ook van de vertaling). Niets uit dit document mag zonder
schriftelijke toestemming in welke vorm dan ook (druk, fotokopie, microfilm of anderszins)
worden gereproduceerd, gedupliceerd of verspreid.
All rights are reserved. No one is permitted to reproduce or duplicate, in any form, the
whole or part of this document without intec's permission.
www.instagram.com/intec_argus
www.facebook.com/intec.argus
ARGUS testing the telecom network
https://www.linkedin.com/company/441568
ARGUS
ARGUS 156 3
1 Inleiding ...............................................................................................5
2 Veiligheidsaanwijzingen ....................................................................8
2.1 Veiligheids- en transportaanwijzingen voor de accupack ............11
3 Algemene technische gegevens .....................................................13
4 Korte bedieningshandleiding ..........................................................15
5 Aansluitingsinstelling ......................................................................21
5.1 Aansluitingswizard ...........................................................................22
6 Fysieke laag ......................................................................................26
7 Gebruik op G.fast- en xDSL-aansluiting .........................................27
8 Gebruik van de ethernetaansluiting ................................................28
9 Virtual Lines (VL) ..............................................................................30
9.1 Virtual Lines op het statusscherm ..................................................30
10 Services + tests ................................................................................32
11 LTE .....................................................................................................34
11.1 LTE-instellingen ................................................................................34
12 Loop ...................................................................................................36
13 IP-tests ...............................................................................................37
13.1 IP ping ................................................................................................37
13.2 Traceroute .........................................................................................39
13.3 HTTP download .................................................................................40
14 Netwerk scan .....................................................................................43
15 VoIP-tests ..........................................................................................44
15.1 VoIP-telefonie starten .......................................................................46
16 IPTV-tests ..........................................................................................48
16.1 IPTV ....................................................................................................48
17 Gebruik op ISDN-aansluiting ...........................................................51
17.1 ISDN-interface en aansluitingsmodus instellen ............................51
17.2 Initialisatiefase inclusief B-kanaaltest ............................................52
17.3 Bitfoutenkanstest .............................................................................55
17.4 Niveaumeting op ISDN-aansluiting .................................................57
18 Gebruik van de PSTN-aansluiting ...................................................60
18.1 PSTN-interface instellen ..................................................................60
ARGUS
4ARGUS 156
19 Koper tests ........................................................................................61
19.1 Lijn scope ..........................................................................................62
19.1.1 Lijn scope starten .....................................................................62
19.2 TDR ....................................................................................................64
20 Testresultaten ...................................................................................65
21 WLAN .................................................................................................66
22 ARGUS-instellingen ..........................................................................67
22.1 Cloud-services ..................................................................................67
23 Update via pc ....................................................................................68
24 Gebruik van de accupack ................................................................70
25 Bijlage ................................................................................................72
A) Software-licenties ..............................................................................72
1 Inleiding
ARGUS 156 5
1 Inleiding
Een overzicht van enkele belangrijke ARGUS-functies:
G.fast- en xDSL-interfaces (ADSL, ADSL2, ADSL2+, VDSL2, VDSL2-profiel 35b,
SHDSL, G.fast)
- Synchronisatie met DSLAM (xTU-C) en bepaling van alle relevante
verbindingsparameters en foutentellers
- Bridge-, router- en eindapparaatmodus, via IPv4 en IPv6
- SHDSL-DSLAM-simulation (STU-C)
Ethernet-interfaces
- gigabit-ethernet-test-interface (10/100/1000 Base-T)
LTE-uitbreiding, incl. LTE-scanner en datatests
IP-tests via xDSL en ethernet
- IP-tests
- Ping- en traceroute-tests (BRAS info, PPP-trace, VLAN), via IPv4 en IPv6
- Download-tests voor het bepalen van het debiet (HTTP down-, FTP up-/download)
- FTP-server-test, up-/download van ARGUS naar ARGUS
- Parallel testen van verschillende services (VoIP, IPTV, gegevens)
- VoIP-test
- VoIP-eindapparatuursimulatie, inclusief akoestiek (div. codecs), via IPv4 en IPv6
- OK-/FAIL-beoordeling van de VoIP-spraakkwaliteit (QoS) volgens:
- MOSCQE (ITU-T P.800), E-model (ITU-T G.107)
- IPTV-tests
- Streamaanvraag (STB-modus), IPTV-channel-scan, IPTV passief
- OK-/FAIL-beoordeling en weergave van de kwaliteitsparameters
1 Inleiding
6ARGUS 156
ISDN-functies
- BRI U-interface (4B3T of 2B1Q) volgens ANSI T1.601
- BRI S-/PRI-interface volgens ITU-T I.430/431 in TE- en NT-modus
- D-kanaal-monitoring via BRI S- en PRI-interface
- Test van vaste BRI S- en PRI-verbindingen (E1, 2 Mbit/s)
- E1-BERT via alle B-kanalen tegelijkertijd (MegaBERT)
- Automatische service- en servicekenmerkentests, enz.
- Beoordeling van de ISDN-spraakkwaliteit direct bij BRI S of BRI U
PSTN-functies
- Volwaardige geïntegreerde analoge testtelefoon (PSTN)
- Met DTMF- en CLIP-weergave, impulsselectie
- 2-draads monitor met spanningsmeting met hoge ohmse-weerstandswaarde
- Beoordeling van de analoge spraakkwaliteit direct bij PSTN
Kopertestfuncties (Cu-tests)
-Koper box: uitbreiding van de ARGUS-kopertestfuncties, zie ARGUS koper-box-
handboek.
-Lijn scope: krachtige realtime-kabelbewakingsfunctie met weergave in tijd- en
frequentiebereik (FFT) tot 35 MHz.
-TDR: functie voor de tijdspanne-reflectiemeting voor het meten van kabellengtes en
het opsporen van storingsbronnen.
Documentatie en analyse
-Documentatie van de gegevens door automatische aansluitingstests in
aansluitingsafnameprotocollen, in het apparaat en op de pc.
- Overdracht van resultaten via QR-code naar de smartphone.
- Kosteloze firmware-update via de cloud of de updatetool.
-WINplus pc-software voor het opslaan, activeren en printen van testresultaten
evenals de configuratie.
-WINanalyse pc-analyse-software (inclusief WINplus), ISDN-D-kanaal-decodering in
niet-gecodeerde tekst voor een protocolanalyse.
-WLAN-uitbreiding voor de overdracht van meetwaarden naar systemen voor de
elektr. afhandeling van de opdracht, access-point-modus (browsen, download) en
afstandbediening met de smartphone
1 Inleiding
ARGUS 156 7
Opmerking:
toelichtingen over de copper box zijn te vinden in een apart handboek dat bij de
levering inbegrepen zou moeten zijn.
Actuele handboeken kunt u onder http://www.argus.info/service/downloads
downloaden of neem gerust contact op met onze service:
intec Gesellschaft für Informationstechnik mbH
Rahmedestr. 90
D-58507 Lüdenscheid
Tel.: +49 (0) 2351 / 9070-0
Fax: +49 (0) 2351 / 9070-70
www.argus.info
2 Veiligheidsaanwijzingen
8ARGUS 156
2 Veiligheidsaanwijzingen
De ARGUS mag alleen met het bij de levering inbegrepen toebehoren worden gebruikt.
Het gebruik van ander toebehoren kan tot foutieve metingen en beschadigingen van de
ARGUS en de aangesloten apparatuur leiden. Gebruik de ARGUS alleen volgens de
instructies van deze gebruiksaanwijzing. Elk ander gebruik kan tot letsels en vernietiging
van de ARGUS leiden.
- Voordat de ARGUS op een aansluiting wordt aangesloten, moet er worden
gecontroleerd of er geen sprake is van gevaarlijke spanningen of spanningen,
waarvoor de ARGUS of het bijbehorende toebehoren niet is gespecificeerd.
Ook hierbij moet erop worden gelet, dat de spanning gedurende de
aansluiting kan veranderen.
- De ARGUS mag op alle interfaces en aansluitingen alleen binnen het kader
van de desbetreffende doeleinden (standaard) worden gebruikt,.
- Spanning boven 50 V, wissel- en gelijkspanning van 120 V zijn levensgevaarlijk.
- Voer metingen nooit zonder accupack uit.
- De ARGUS is niet waterdicht. De ARGUS moet derhalve tegen binnendringend
water worden beschermd!
- Voordat de accupack wordt vervangen, de voeding en alle meetkabels
verwijderen en de ARGUS uitschakelen.
LET OP: de accupack mag nooit tijdens het gebruik worden verwijderd.
- Trek de voeding uit het stopcontact zodra de ARGUS wordt uitgeschakeld en
niet meer wordt gebruikt (bijv. naar het opladen van de accu)!
- De ARGUS mag alleen door opgeleid personeel worden gebruikt.
- De ARGUS mag alleen met de meegeleverde voeding worden gebruikt.
- Op de headsetbus mogen alleen de door de fabrikant goedgekeurde headsets
worden aangesloten. Ander gebruik (bijv. aansluiting op de stereo-installatie)
is niet toegestaan.
- Op de USB-host-interface (USB-A) mogen alleen de Active Probe II,
de ARGUS Copper Box en de door de fabrikant goedgekeurde andere
USB-apparaten zonder extra voeding worden aangesloten. Ander gebruik
(bijv. aansluiting op deen computer) is niet toegestaan.
- Bij gebruik van externe USB-apparaten op de USB-host-interface (USB-A)
wordt voor verrichtingen die buiten het normale insteken mechanische
belastingen veroorzaken, geen garantie gedekt.
- De Power-bus van de ARGUS moet tijdens werking op accu altijd met de
meegeleverde beschermkap van rubber met het opschrift “Power” worden
afgedekt.
2 Veiligheidsaanwijzingen
ARGUS 156 9
- De elektromagnetische compatibiliteit (EMC) wordt volgens de voorschriften
van onze conformiteitsverklaring gecontroleerd.
De ARGUS is een uitrusting van klasse A. Deze uitrusting kan in
huishoudelijke omgevingen radio-interferentie veroorzaken. In dit geval kan
door de beheerder worden geëist om betreffende maatregelen te treffen.
- Het actief opladen van de accupack (accu opladen) en het automatisch
opladen (standaard ingeschakeld) mogen alleen binnen een
temperatuurbereik van 0 °C tot +40 °C plaatsvinden.
- Het apparaat mag niet tijdens onweer worden gebruikt.
- Als de ARGUS onder extreme omstandigheden wordt gebruikt, kan deze ter
bescherming van het apparaat en de gebruiker op een energiebesparende
modus overschakelen en beëindigt hij eventueel de lopende test en verbreekt
de verbinding.
Let er voor een betrouwbaar langdurig gebruik van de ARGUS altijd op dat
het apparaat optimaal is beschermd tegen hoge temperaturen.
- Het apparaat mag niet worden geopend.
- Let op de onderstaande veiligheids- en transportaanwijzingen voor het
gebruik van de lithium-ion-accupack.
- Leg vóór het uitvoeren van een test of het synchroniseren aan een interface
vast op welke manier de ARGUS van spanning moet worden voorzien
(accupack of voeding). De motorvoertuigoplaadadapter is alleen bedoeld
voor het opladen van het apparaat. Is de ARGUS daarop aangesloten,
mogen hiermee geen tests of de synchronisatie aan een DSL-interface
worden uitgevoerd.
- De ARGUS bevat uiterst gevoelige elektronische componenten. Afhankelijk
van de ingestelde modus kunnen er onder extreme condities bij elektronische
ontlading door de gebruiker in uitzonderingsgevallen nadelige gevolgen voor
de functie ontstaan. De benadeelde test of modus vereisen eventueel een
nieuwe activering door de gebruiker.
2 Veiligheidsaanwijzingen
10 ARGUS 156
Terugname en milieuvriendelijke verwijdering
De actuele milieuwetgeving beperkt het gebruik van bepaalde gevaarlijke stoffen in
elektrische en elektronische apparaten, in het bijzonder de concentratie resp. toepassing
van lood (Pb), cadmium (Cd), kwikzilver (Hg), zeswaardig chroom [Cr(VI)],
polygebromeerde bifenylen (PBB) en polygebromeerde difenylether (PBDE).
Hiermee bevestigen wij dat al onze meettechniek-producten van het merk ARGUS
volgens toezegging, markering en documentatie van onze leveranciers geen stoffen in
concentraties, bereidingen of toepassingen bevatten, waarvan het in omloop brengen
volgens de geldende eisen van de RoHS-richtlijn 2011/65/EU van het Europese Parlement
en de Raad van 08-06-2011 verboden is.
Ons door de EAR toegekende registratienummer is: WEEE-REG.-Nr. DE 92829367.
Conform WEEE 2002/96/EG en ElektroG is onze meetapparatuur sinds oktober 2005
voorzien van het volgende symbool:
( ) (DIN EN 50419).
Dit betekent dat de ARGUS en het bijbehorende toebehoren niet met het huisvuil mogen
worden verwijderd.
Met betrekking tot onze terugname van oude apparaten, neemt u contact op met onze
service.
2 Veiligheidsaanwijzingen
ARGUS 156 11
2.1 Veiligheids- en transportaanwijzingen voor de accupack
Transport
De accupack wordt volgens de UN-richtlijn (ST/SG/AC.10/11/rev. 4, deel III,
hoofdstukonderdeel 38.3) getest. Om overdruk, kortsluiting, vernietiging en gevaarlijke
sperstroom te voorkomen, zijn er beschermende functies geïmplementeerd. Omdat de in
de in de accupack aanwezige hoeveelheid lithium onder de actuele grenswaarde ligt, is het
noch als individueel deel, noch gemonteerd aan de ARGUS, onderhevig aan de
internationale voorschriften voor gevaarlijke goederen. Bij een transport van meerdere
accupacks kan de inachtneming van deze voorschriften echter wel noodzakelijk zijn.
Als u meer informatie nodig hebt, kunt u deze aanvragen.
Door het niet-opvolgen van de onderstaande waarschuwingen kunnen de
veiligheidseigenschappen van de accupack worden beschadigd. Hierdoor
kunnen extreem hoge stroom en spanning optreden die abnormale
chemische reacties, zuurlekkages, oververhitting, rook, explosies en/of vuur
tot gevolg kunnen hebben. Bovendien wordt bij het niet naleven van de
aanwijzingen zowel de prestatie als ook de duur negatief beïnvloed.
Waarschuwingen
1. De accupack mag niet worden gedemonteerd of kortgesloten.
2. De accupack mag niet in het vuur worden gegooid of boven 60 °C worden verhit.
3. De accupack mag niet nat of vochtig worden.
4. Het actief opladen van de accupack (accu opladen) en het automatisch opladen
(standaard ingeschakeld) mogen alleen binnen een temperatuurbereik van 0 °C
tot +40 °C plaatsvinden.
De opslag op lange termijn van een accupack mag ten gunste van de levensduur
ervan niet boven +50 °C plaatsvinden.
5. De accupack mag alleen met de bijhorende ARGUS of met een hiervoor
vrijgegeven oplaadapparaat worden opgeladen.
6. De accupack mag niet met een scherp object worden doorboord.
7. De accupack mag niet worden gegooid en mag niet worden blootgesteld aan stoten.
8. Beschadigde of vervormde accupacks mogen niet meer worden gebruikt.
9. De accupackcontacten hebben een polariteit (plus en min) en mogen niet met
omgekeerde polariteit met de ARGUS of het oplaadapparaat worden verbonden.
10. De accupack mag alleen op de ervoor bedoelde manier op de bijhorende ARGUS
of het oplaadapparaat worden aangesloten.
11. De accupack mag niet rechtstreeks met elektrische uitgangen zoals van
voedingen, motorvoertuigoplaadadapters, enz. worden verbonden.
12. De accupack mag alleen in combinatie met de ARGUS worden gebruikt.
13. De accupack mag niet met metalen voorwerpen worden verbonden,
getransporteerd of opgeslagen.
2 Veiligheidsaanwijzingen
12 ARGUS 156
14. De accupack mag niet worden blootgesteld aan hoge elektrostatische velden.
15. De accupack mag niet in combinatie met primaire batterijen of andere accupacks
worden geladen of ontladen.
16. Als het opladen van de accupack na afloop van de oplaadtijd mislukt, mag deze
niet verder worden opgeladen.
17. De accupack mag niet aan verhoogde druk worden blootgesteld.
18. Als de accupack geurtjes of hitte afgeeft, verkleurt of vervormt, of als deze tijdens
het gebruik, opladen of opslaan in welke vorm dan ook abnormale eigenschappen
vertoont, moet deze direct uit het apparaat of uit het oplaadapparaat worden
verwijderd en mag niet meer worden gebruikt.
19. Als zuurlekkages optreden en zuur in contact komt met de ogen en/of huid,
moeten deze direct met schoon water worden gespoeld. Ga niet wrijven. In beide
gevallen moet direct medische hulp worden gezocht. Dit kan anders blijvend
letsel tot gevolg hebben.
20. De accupack moet buiten bereik van kinderen blijven.
21. Vóór gebruik van de accupack moeten deze handleiding en de bijhorende
veiligheidsaanwijzingen zorgvuldig worden gelezen.
22. Indien geurtjes, roest of andere abnormaliteiten vóór ingebruikname worden
vastgesteld, neemt u contact op met de intec GmbH om de verdere afhandeling
te bespreken.
3 Algemene technische gegevens
ARGUS 156 13
3 Algemene technische gegevens
Apparaatspecificaties:
Afmetingen/gewicht In-/uitgangen
Hoogte: 235 mm
Breedte: 97 mm
Diepte: 65 mm
Gewicht: ca. 810 g
(incl. accupack)
- RJ-45 (BRI/PRI/E1) voor BRI S en PRI
-
RJ-45 (Line) voor xDSL, G.fast, PSTN, BRI U
en
koper tests
- ethernet 10/100/1000 Base-T
- 2x usb-A bus, usb-host-interface
- usb-B-bus, usb-client-interface
- ingang voor headset
Bedieningsveld
25 toetsen
LC-Display Temperatuurbereik
LC-kleurenscherm met
activeerbare
achtergrondverlichting
320 x 240 pixels
Temperatuurbereik accu opladen: 0 °C tot +40 °C
Bedrijfstemperatuur (bij werking op accu): –10 °C tot +50 °C
Bedrijfstemperatuur (met voeding/
motorvoertuigoplaadadapter): 0 °C tot +40 °C
Opslagtemperatuur: –20 °C tot +60 °C
Luchtvochtigheid: max. 95 % rel. luchtvochtigheid,
niet condenserend
Spanningsvoorziening
Lithium-ion-accupack met 7,2 V nominale spanning
(naam absoluut de veiligheidsaanwijzingen in acht!) of
12 V / 1,5 A elektr. ARGUS-voeding
Aanvullende informatie
Gebruikersveiligheid voor de ARGUS gecontroleerd volgens
EN60950-1 RoHS-conformiteit volgens WEEE-richtlijn.
De elektromagnetische compatibiliteit (EMC) wordt
volgens de voorschriften van onze conformiteitsverklaring
gecontroleerd.
CE-teken
De ARGUS 156 voldoet aan de EG-richtlijnen 2004/108/EG
en 2009/C197/03. Een gedetailleerde conformiteitsverklaring
is bij ons op aanvraag verkrijgbaar.
3 Algemene technische gegevens
14 ARGUS 156
Ondersteunde normen:
VDSL (line):
ITU-T G.993.2 (VDSL2)
ITU-T G.993.5, G.vector (vectoring)
ITU-T G.998.2, G.bond (bonding)
ITU-T G.993.2, Annex Q (Super vectoring)
Profielen:
8a, 8b, 8c, 8d, 12a, 12b, 17a, 30a, 35b
ITU-T G.998.4 (G.INP, retransmission)
ISDN-BRI S/PRI (BRI/PRI/E1):
ITU-T I.430
ITU-T I.431
ITU-T G.821
ITU-T X.31
ISDN-BRI U (line):
ANSI T1.601
Doorslagweerstand:
Line:
Gelijkspanning (DC): max. +200 V
Wisselspanning (AC): max. 100 Vpp
(alleen bij de koper tests)
Gelijkspanning (DC): max. +200 V (xDSL)
Gelijkspanning (DC): max. +130 V (bij PSTN)
Gelijkspanning (DC): max. +145 V (bij BRI U)
BRI/PRI/E1
Gelijkspanning (DC): max. +48 V
Gelijkspanningsmetingen:
- Nauwkeurigheid: ±2 %
G.fas t ( L ine ) :
ITU-T G.9700/9701 (profiel 106a)
ADSL (Line):
ITU-T G.992.1, Annex A (ADSL)
ITU-T G.992.2, Annex A (G.lite)
ITU-T G.992.3, Annex A (ADSL2)
ITU-T G.992.5, Annex A (ADSL2+)
ITU-T G.992.1, Annex B (ADSL)
ITU-T G.992.3, Annex B (ADSL2)
ITU-T G.992.5, Annex B (ADSL2+)
ITU-T G.992.5, Annex J (ADSL2+)
ITU-T G.992.3, Annex L
(RE-ADSL2 via analoog)
ITU-T G.992.3, Annex L
(RE-Narrow PSD ADSL2 via analoog)
ITU-T G.992.3, Annex M (ADSL2)
ITU-T G.992.5, Annex M (ADSL2+)
SHDSL (Line):
ITU-T G.991.2, Annex A (G.SHDSL)
ITU-T G.991.2, Annex B (G.SHDSL)
ITU-T G.991.2, Annex F (G.SHDSL.bis)
ITU-T G.991.2, Annex G (G.SHDSL.bis)
ETSI TS 101 524 V 1.2.1 (ETSI SDSL)
ETSI TS 101 524 V 1.2.2 (E.SDSL.bis)
IEEE 802.3.ah (EFM)
ITU-T G.994.1 (G.hs)
Ethernet (LAN):
IEEE 802.3
- 10 Base-T
- 100 Base-T
- 1000 Base-T
Autonegotiation
Auto-MDI(X)
4 Korte bedieningshandleiding
ARGUS 156 15
4 Korte bedieningshandleiding
LED's
Softkeys
Cursortoetsen
Bevestigingstoets
Niveautoets
Telefonie: opnemen/ophangen
Aan/uit
Microfoon Bevestiging voor draagriem
Cijferblok
LC-Display
Escape-toets
Shift-toets
Luidspreker
Power-toets
-
-
-
-
-
De ARGUS inschakelen
Opnieuw inschakelen na “Power down”
Inschakelen van de schermverlichting (ook mogelijk met de andere
toetsen). Als het apparaat op accu werkt, gaat de schermverlichting na
een in de ARGUS instelbare tijd automatisch uit om stroom te sparen.
Openen van de ARGUS-manager (kort ingedrukt houden) vanuit elk
willekeurig punt in het menu. Terugkeren van de ARGUS-manager naar
het oorspronkelijke menu.
De ARGUS uitschakelen (langer ingedrukt houden): na afloop van een
instelbare tijdspanne (bijv. na 10 minuten) zonder activiteit gaat de
ARGUS automatisch uit als deze op accu werkt (z. Pag. 70).
Bevestigingstoets
-
-
-
-
Menu openen
Naar het volgende scherm wisselen
Test starten/openen
Instelling overnemen
4 Korte bedieningshandleiding
16 ARGUS 156
Escape-toets
-
-
-
-
ARGUS gaat naar het vorige scherm zonder de actuele invoer
(bijv. wijziging van een instellingsparameter) over te nemen
Test annuleren
Verlaten van grafische weergaven
Na het inschakelen: wisselen naar het hoofdmenu
Cursortoetsen
-
-
-
-
-
-
-
Pagina na pagina doorbladeren van schermregels (verticale cursortoetsen)
Cursorbeweging binnen een schermregel (horizontale cursortoetsen)
Binnen selectielijsten of statistieken kan met de horizontale cursortoetsen
van pagina naar pagina worden gebladerd.
Selectie van een menu, functie of test
Instellen van kabeltypen bij de TDR
Schermcursor in grafische weergaven bewegen
Selectie van functies in het grafische statusscherm
Telefonie
ISDN en analoog
-
-
Opnemen en ophangen
Vereenvoudigd eenmalig kiezen: twee keer op de telefoontoets drukken
(alleen ISDN)
G.fast, xDSL (aansluitingsmodus xTU-R, xTU-R-router) en ethernet
- Start van VoIP-telefonie
Niveautoets
-
-
-
-
-
Openen van het grafische statusscherm
BRI S-/PRI-/BRI U-aansluiting: start van de laag-1-meting (niveau/spanning)
G.fast- en xDSL-aansluiting: weergave van de resultaten
Ethernet: openen van de resultaten
Start-/start-/stopfunctie bij realtimeanalysen (lijn scope/TDR)
Cijferblok
-
-
Invoer van cijfers 0 tot 9, letters en speciale tekens
Directe functieoproep afhankelijk van de geselecteerde aansluiting
4 Korte bedieningshandleiding
ARGUS 156 17
De ARGUS wordt in feite met de 4 cursortoetsen, de bevestigingstoets ,
de escape-toets , de niveautoets en de drie softkeys bediend.
De actuele functie van de drie softkeys wordt in de onderste schermregel weergegeven.
Op de volgende pagina's van de handleiding staat voor een softkey telkens alleen de
betekenis tussen punthaken< > , bijv. <Menu>. De softkey heeft dezelfde functie als
de bevestigingstoets .
Softkeys
-
-
De betekenis van de 3 softkeys is afhankelijk van de situatie: De actuele
betekenis wordt in de onderste regel van het scherm in de vorm van drie
blauwe velden met witte tekst weergegeven, bijv.:
<Menu>: het hoofdmenu wordt geopend
<Start>: tot stand brengen van een verbinding of begin van een test
Verdere softkeys worden op de betreffende plaats in het handboek
beschreven.
Shift-toets
In sommige menu's wordt op de bovenste schermregel een groene “S” in
een groene cirkel getoond:
op deze plaatsen hebben de softkeys een dubbele functie. De Shift-toets
wijzigt de functie van de softkeys.
Voorbeeld:
Shift-toets drukken: de functie van
de softkeys wordt gewijzigd.
4 Korte bedieningshandleiding
18 ARGUS 156
Aansluitingen boven
Aansluitingen beneden
PWR
Aansluiting voor externe voeding.
Als de voeding is aangesloten, schakelt de
ARGUS tijdens het bedrijf de stroomvoorziening
vanuit de accu uit.
USB-A of USB-A 1/2
USB-host-interface
(active probe II, copper box, WLAN, LTE )
USB-B (Mini-USB)
USB Client Interface (pc-aansluiting)
Aansluitingsbus voor een headset
De ARGUS controleert regelmatig of
er USB-apparaten zijn aangesloten.
Gele LED “Link/Data”:
geeft de fysieke verbinding met
een andere ethernetpoort weer
- LED knippert permanent:
verbinding is tot stand gebracht
- LED knippert: verzendings-/
ontvangstactiviteit
BRI/PRI/E1
Aansluiting BRI S
Aansluiting PRI
Pinbezetting: 3/6, 4/51
Pinbezetting: 1/8, 2/71
Line
Aansluiting analoog
Aansluiting BRI U
Aansluiting G.fast
Aansluiting xDSL
Aaansluiting
SHDSL-n-draad
Aansluiting koper
Pinbezetting: 4/5
Pinbezetting: 4/51
Pinbezetting: 4/5
Pinbezetting: 4/5
Pinbezetting: vast 4/5,
variabel 3/6, 1/2, 7/8
Pinbezetting: 4/5
LAN
Aansluiting op de netwerkkaart van een pc.
Aansluiting op de ethernetinterface van een xDSL-
modem, router (IAD) of van een hub/switch of op
een andere ethernetinterface (aansluiting: ethernet).
Groene LED "Speed" en gele
LED "Link/Data" geeft de
overdrachtssnelheid weer
- LED aan: 10/100 Base-T
Groene LED "Speed" geeft de
overdrachtssnelheid weer:
- LED aan: 10/100/1000 Base-T
4 Korte bedieningshandleiding
ARGUS 156 19
Accu opladen tijdens ingebruikname
De opname voor de accupack bevindt zich aan de onderkant van de behuizing. Bevestig
de accupack door deze tegen de houders aan de bovenkant te plaatsen en vervolgens de
kartelschroeven vast te draaien. Alleen de meegeleverde accupack mag worden gebruikt.
Lees de veiligheidsaanwijzingen: Pagina 11. Sluit nu de uitgeschakelde ARGUS aan op de
meegeleverde voeding.
Schakel de ARGUS in met de toets in. Het volgende scherm verschijnt (mogelijk
moeten van tevoren waarschuwingen en opmerkingen met <Verder> worden bevestigd):
De meegeleverde accupack moet allereerst volledig worden opgeladen (z. pagina 70
Gebruik van de accupack) voordat de volle capaciteit wordt bereikt.
Huidige functies van de softkeys
2x drukken
Zodra de accu is opgeladen, wordt dit op
het scherm aangegeven.
drukken: “Accu opladen” beëindigen
Het aansluitingsscherm kan,
afhankelijk van de configuratie,
variëren.
Geselecteerd
menupunt
Menunaam
4 Korte bedieningshandleiding
20 ARGUS 156
Energiebesparingsmodus
Als de ARGUS op accu werkt, gaat deze na 5 minuten automatisch uit als er geen
activiteit plaatsvindt. Tijdens een test (bijv. loopbox) of in de tracemodus gaat de
ARGUS niet uit.
Alternatief is het gebruik via de meegeleverde voeding mogelijk. Als de voeding is
aangesloten, wordt de stroomvoorziening via de accu uitgeschakeld.
De ARGUS moet, onafhankelijk van het voedingstype, altijd met een accu worden gebruikt.
Hierdoor wordt bijvoorbeeld gegarandeerd, dat de realtimeklok blijft werken.
Trek de voeding uit het stopcontact zodra de ARGUS wordt uitgeschakeld en niet
meer in gebruik (opladen van de accu) is.
5 Aansluitingsinstelling
ARGUS 156 21
5 Aansluitingsinstelling
De ARGUS geeft na het inschakelen
alle geconfigureerde aansluitingen
(tot 100 stuks) weer. Default zijn er
aansluitingen geconfigureerd die in
Duitsland het meest voorkomen.
Als er van aansluiting wordt gewisseld,
wordt de laatst gebruikte aansluiting met
een gemarkeerd en op het scherm
weergegeven.
De ARGUS laat bovendien een preview
zien van de geselecteerde
aansluitingsinstellingen. Het previewvenster
wordt na 2 seconden geopend.
Via de softkey <Filter> filtert de ARGUS
alle vooraf geconfigureerde aansluitingen
op hun interfacesoort (xDSL, ADSL,
VDSL, ...) en geeft deze in groepen weer.
In het voorbeeld wordt VDSL geselecteerd.
Er worden alle relevante aansluitingen
weergegeven waarvoor in de configuratie
de interface VDSL is ingesteld.
De statusregel (boven de softkeys) laat na
het inschakelen de datum, tijd, versie en
accu zien of geeft na het wisselen van
aansluiting verder de nog geselecteerde
aansluiting weer.
<Nieuw> Een nieuwe aansluiting
aanmaken, z. Pag. 22,
afbeelding 2.
<Bewerk> Aansluiting bewerken, zie
Pag. 22, afbeelding 1.
Softkeybezetting omschakelen.
Wisselen naar hoofdmenu.
<Alle> Weergave van alle mogelijke
aansluitingen, z. afbeelding 1.
<Bewerk> Geselecteerd
aansluitingsprofiel wijzigen.
ARGUS inschakelen
Vervolg op
volgende pagina
5 Aansluitingsinstelling
22 ARGUS 156
5.1 Aansluitingswizard
De ARGUS wisselt naar het hoofdmenu
“Aansluitingen”.
De geselecteerde aansluiting, in het
voorbeeld VDSL, kan nu via de
aansluitingswizard worden
geconfigureerd.
De queryparameters van de
aansluitingswizard zijn afhankelijk van de
geselecteerde interface (ADSL, VDSL ...).
Selectie van de fysieke interface (in het
voorbeeld VDSL).
- voor xDSL en G.fast, z. Pag. 27
- voor PSTN, z. Pag. 60
- voor koper tests, z. Pag. 61 en ARGUS
copper-box-handboek
Selectie van het aantal aderparen.
Voor normale VDSL-aansluitingen wordt
een 2-draads-verbinding (koperdraad met
dubbele ader) gebruikt, voor VDSL-
bonding-aansluitingen een 4-draads
verbinding.
Vervolg op
volgende pagina
5 Aansluitingsinstelling
ARGUS 156 23
De ARGUS wisselt direct naar de
instellingen voor de aansluitingsmodus.
Selectie van de aansluitingsmodus (in het
voorbeeld VDSL, VTU-R-eindapparaat).
De nu geconfigureerde aansluitings-
instellingen kunnen aan één van
20 profielen worden gekoppeld.
Deze profielen verbinden de
aansluitingsinstellingen met de
aansluitings- en testparameters.
Hier kunnen o.a. de service- en Virtual
Line-instellingen worden uitgevoerd.
Het geselecteerde profiel wordt op het
scherm blauw gemarkeerd. Het vooraf
ingestelde profiel wordt met een
gemarkeerd op het scherm.
Vervolg op
volgende pagina
5 Aansluitingsinstelling
24 ARGUS 156
Na selectie van het profiel stelt de ARGUS
een aansluitingsnaam voor afhankelijk
van de eerder geselecteerde instellingen
(in het voorb. VDSL).
Er kunnen max. 24 tekens worden
ingevoerd (in het voorb. 4/24 tekens).
De ARGUS geeft een samenvatting van
de configuratie weer.
<Wis> Aansluitingsnaam verwijderen
Markering verwijderen en
cursortoetsen naar het begin
verplaatsen.
Markering verwijderen en
cursortoetsen naar het einde
verplaatsen.
<Ab>AB> Invoer begint met hoofdletter
en gaat daarna door met kleine
letters.
<AB>12> Invoer van hoofdletters.
<12>ab> Invoer van getallen
<ab>Ab> Invoer van kleine letters.
Invoer van speciale tekens,
zoals @, /, -, ., *, ?, %, =, &, !
enz.
Invoer van speciale tekens,
zoals _, :, +, # enz.
<Phys.
param.>
Bewerken van de fysieke
parameters.
<Notitie> Invoer van notities.
Wizard beëindigen en
opslaan.
Stap terug.
Vervolg op
volgende pagina
5 Aansluitingsinstelling
ARGUS 156 25
De ARGUS wisselt weer naar het
bewerkingsoverzicht van de
geselecteerde aansluiting (in het voorb.
VDSL).
Om de services en testparameters te
configureren, selecteert u “Profiel”.
Om de ARGUS de geconfigureerde
aansluiting te laten gebruiken, moet de
aansluitingswizard worden beëindigd.
Met de bevestigingstoets wordt de
geselecteerde aansluiting, in het voorb.
VDSL, overgenomen.
De ARGUS wisselt naar de ARGUS-
statusweergave.
Aansluitingswizard
beëindigen.
Aansluiting selecteren.
<Status> Wisselt naar het statusscherm.
<Menu> Wisselen naar het hoofdmenu
<Start> Starten van de VDSL-verbinding.
2x
6 Fysieke laag
26 ARGUS 156
6 Fysieke laag
De fysieke laag (laag 1) wordt op het statusscherm (afbeelding 2) met een eigen grafisch
element (in voorbeeld VDSL) weergegeven. Van de overige elementen van het
statusscherm wordt vooralsnog alleen de naam genoemd. Meer informatie hierover vindt u
hier: Pagina 30 (Virtual Lines) en Pagina 32 (Services). De weergave van de fysieke laag
voor de G.fast-, ADSL- en ethernet-interface is gelijk aan die van VDSL. De selectie van de
aansluiting VDSL en de aansluitingsmodus VTU-R worden op het statusscherm direct
overgenomen. Als de standaardinstellingen correct zijn, kan direct via <Start> laag 1
(synchroniseren met VDSL) tot stand worden gebracht. De belangrijkste informatie, zoals
spanning (U) en de modemstatussen (Power down) wordt in de laag-1-box (blauw)
weergegeven. As de VDSL-instellingen direct moeten worden gewijzigd, moet <Edit>
worden gebruikt. Om het soort aansluiting direct via het statusscherm (afbeelding 2) te
wijzigen, drukt u op de softkey <Aansluiting> of de toetsencombinatie en .
Services,
z. Pagina 32
Laag 1
Router/bridge
(alleen bij xTU-R-bridge
en xTU-R-router)
Voor Virtual
Lines, zie
Pagina 30
Profielnaam
Huidige
aansluiting
en softkey-
functies
Niveautoets of <Status> bevestigen.
Afbeelding 2
(voorbeeld VTU-R-router):
Afbeelding 1
<Bewerk> VDSL-instellingen
wijzigen
<Toegang> Aansluitings-
selectie
<Start> Synchroniseren
7 Gebruik op G.fast- en xDSL-aansluiting
27
ARGUS 156
7 Gebruik op G.fast- en xDSL-aansluiting
De ARGUS ondersteunt G.fast en de volgende DSL-interfaces: ADSL, VDSL, SHDSL.
De ARGUS ondersteunt hierbij de volgende aansluitingsmodi:
De verschillende tests registreren gegevens en slaan deze op (bijv. bij het tracen
van IP-gegevens). De gebruiker moet hiervoor aan zijn of haar wettelijke
informatieplichten voldoen.
De aansluitkabel is bedoeld voor een maximale gelijkspanning van 200 V en is
niet bedoeld voor wisselspanning.
Voor het gebruik geldt in principe het onder “Technische gegevens” (zie Pag. 13)
opgegeven bedrijfstemperatuurbereik. Voor omgevingstemperaturen die vlak
onder +50 °C liggen, kan bij zeer krachtige bedrijfsmodi tijdens langdurig gebruik
niet worden uitgesloten dat de onder “Veiligheidsaanwijzingen” (zie Pag. 8)
beschreven temperatuurgerelateerde veiligheidseigenschappen van de ARGUS
in werking treden.
xTU-R Eindapparatuur-modus (Fast/xDSL Transceiver Unit) .
Aansluiting van de ARGUS direct op de xDSL-aansluiting (vóór of na
de splitter). De ARGUS vervangt de modem en de pc.
xTU-R bridge Bridge-modus (Fast/xDSL Transceiver Unit Bridge).
Aansluiting van ARGUS op de xDSL-aansluiting en op de pc.
De ARGUS vervangt de xDSL-modem.
xTU-R router Router-modus (Fast/xDSL Transceiver Unit Router).
Aansluiting van ARGUS op de xDSL-aansluiting en op de pc.
De ARGUS vervangt de xDSL-modem en de router.
STU-C (STU-C: SHDSL Transceiver Unit-Central Office)
De ARGUS simuleert de overdrachtskant (de DSLAM).
8 Gebruik van de ethernetaansluiting
28 ARGUS 156
8 Gebruik van de ethernetaansluiting
De ARGUS ondersteunt bij gebruik van ethernet de volgende soorten aansluiting:
Via de verschillende tests worden gegevens geregistreerd en opgeslagen.
De gebruiker moet hiervoor aan zijn of haar wettelijke informatieplichten voldoen.
Patchkabel
Bus LAN
Ethernet
Aansluiting op een modem met routerfunctie
Router-
modem
bijv. xDSL-
aansluiting
bijv. xDSL of G.fast
Patchkabel
Bus LAN
Ethernet
Aansluiting op een PPTP-router-modem
PPTP-
(router)-
modem
bijv. xDSL-
aansluiting
bijv. xDSL of G.fast
8 Gebruik van de ethernetaansluiting
ARGUS 156 29
Bus LAN
Ethernet
Aansluiting aan een pc via IP
Pc
Patchkabel
Bus LAN
Aansluiting op een IP-netwerk
Ethernet
Hub/switch
Patchkabel Pc
Pc
9 Virtual Lines (VL)
30 ARGUS 156
9 Virtual Lines (VL)
Virtual Lines (VL) vatten de instellingen van laag 2 en laag 3 in profielen samen, de
zogenaamde VL-profielen. In deze profielen staat bijv. informatie over protocollen, VPI/
VCI's, VLAN's en PPP-gegevens (in eigen onderliggende PPP-profielen) opgeslagen.
Met behulp van Virtual Lines kunnen tests via meerdere VPI/VCI's of VLAN's en via
verschillende protocollen worden uitgevoerd.
De ARGUS biedt de mogelijkheid om tot wel 20 van dergelijke VL-profielen aan te maken.
In een VL-profiel kunnen bijv. protocolinstellingen worden bewerkt. De VL-profielen kunnen
onafhankelijk van de staat van de fysieke laag (laag 1) aan één of meerdere services
worden toegewezen.
Ondanks verschillende protocollen kan op deze manier een gegevenstest (bijv. IP-ping)
en een VoIP-test (bijv. VoIP-oproep) op een actieve aansluiting worden getest, zonder dat
laag 1 (DSL, G.fast, ethernet) opnieuw tot stand moet worden gebracht.
9.1 Virtual Lines op het statusscherm
Aan de hand van het voorbeeld van de aansluiting VDSL VTU-R-router worden de Virtual
Lines op het statusscherm toegelicht:
Services
z. Pag. 32
Laag 1
Router/bridge
(alleen bij xTU-R-
bridge en xTU-R-
router)
Virtual Lines
Profielnaam
Huidige
aansluiting
Virtual Line voor
bridge/router
instellingen.
Functies van de
softkeys.
9 Virtual Lines (VL)
ARGUS 156 31
10 Services + tests
32 ARGUS 156
10 Services + tests
Op het statusscherm (z. uitleg Pagina 30) zijn vier services afgebeeld.
Via elke service kan een aantal IP-tests worden uitgevoerd (z. lijst onderaan). Bovendien is
het mogelijk om elke service onafhankelijk van andere services te starten en te stoppen.
Voorbeeldscherm van mogelijke services:
Als een service is geactiveerd, kunnen via <Test> verschillende tests worden gestart.
Mogelijke tests die via de verschillende services kunnen worden uitgevoerd.
<Bewerk> Aan service een VL-profiel
toewijzen en service
configureren.
<Profiel> Profiel configureren.
<Start> Service activeren Als Virtual
Line en de fysieke laag nog niet
zijn geactiveerd, worden zij
eveneens automatisch gestart.
Services:
- IP ping - IP ping - IP ping - IP ping
- Traceroute - Traceroute - Traceroute - Traceroute
- HTTP download - VoIP oproep - IPTV - HTTP download
- HTTP upload - VoIP wacht - IPTV scan - HTTP upload
- FTP download - VoIP oproep
generator
- IPTV passief - FTP download
- FTP upload
- FTP server
- Tekst browser
- Netwerk scan*1
- FTP upload
- FTP server
- Tekst browser
- Netwerk scan*1
- Video on demand
*1 alleen ethernet
10 Services + tests
ARGUS 156 33
11 LTE
34 ARGUS 156
11 LTE
Met de LTE-functie en een hiervoor vrijgegeven LTE-stick (incl. een sim-kaart) biedt de
ARGUS de mogelijkheid om alle beschikbare te scannen (LTE-scan) en de
verbindingsparameters ervan vast te stellen. Ook datatests zijn zo mogelijk.
11.1 LTE-instellingen
De wijzigingen van de LTE-instellingen worden net als bij VDSL uitgevoerd.
Breng vóór het gebruik een geldige sim-kaart aan (niet bij de levering
inbegrepen). Let op: u dient rekening te houden met een eventuele
beperking van uw databundel (in het bijzonder bij download-tests kan een
bundel snel op zijn).
Gebruik geen andere dan de vermelde LTE-sticks met de overeenkomstige
FW-versie met uw ARGUS.
Neem de toepassings- en veiligheidsaanwijzingen van de fabrikant in acht.
Gebruik uw LTE-stick niet buiten de betreffende specificaties.
De ARGUS mag nooit met een ingestoken LTE-stick worden opgeslagen
of getransporteerd (risico op vernietiging).
Vermijd in combinatie met de ARGUS een continubedrijf.
Gebruik alleen door de fabrikant goedgekeurde antennes.
Instelling Uitleg
Vooraf geconfigureerde aansluitingen
Phys. parameter:
LTE (usb):
Frequentie-
band
Vastleggen op welke frequentieband de LTE-verbinding moet worden
opgebouwd (800 Mhz, 1600 MHz, 2600 MHz).
Voorinstelling: Automatisch
Pin Invoer van de pin (persoonlijk identificatienummer) bij de aangebrachte
sim-kaart. Er zijn maximaal 8 tekens mogelijk. Zonder pin is er geen LTE-
scan mogelijk.
Voorinstelling: ****
Om een Virtual Line tot stand te brengen, moet het protocol “PPP”
worden geselecteerd.
11 LTE
ARGUS 156 35
12 Loop
36 ARGUS 156
12 Loop
Een loop kan op een SHDSL- (in de EFM- of ATM-modus) evenals op ethernet worden
geschakeld.
Bij een loop worden alle aankomende ethernet-frames op laag 1 (L1) ongewijzigd weer
naar de zender teruggestuurd.
Bij een loop op laag 2 (L2) van het OSI-model, wisselt de ARGUS het bron-MAC-adres
tegen het doel-MAC-adres en stuurt dan alle aankomende ethernet-frames terug.
13 IP-tests
ARGUS 156 37
13 IP-tests
13.1 IP ping
Bij de IP ping controleert de ARGUS of er een verbinding via ethernet, G.fast of xDSL via
een DSLAM en het ATM/IP-netwerk naar de Internet Service Provider (ISP) of een ander
pc- of serveradres tot stand kan worden gebracht. De ARGUS verzendt een testpakket
naar een vooraf gedefinieerd IP-adres (communicatiebestemming) en wacht vervolgens op
een antwoordpakket. Aan de hand van het ingekomen antwoordpakket kan meer worden
gezegd over de bereikbaarheid en vertraging van het ATM/IP-netwerk. Daarnaast kan de
maximale gegevenspakketgrootte van het pad worden bepaald.
Voor de IP ping zijn de volgende parameters vereist:
Protocolonafhankelijke parameters
Het openen van de testparameters staat beschreven in het hoofdstuk Aansluitingsinstelling.
Instelling Uitleg
Testparameters
IP-ping:
IP-adres Adres van communicatiebestemming. De ARGUS kan maximaal
10 IP-adressen opslaan. De opgeslagen IP-adressen zijn in alle
profielen beschikbaar.
De ARGUS geeft de in totaal tien beschikbare
opslagplaatsen voor IP-adressen weer.
Markeer met de cursortoetsen een regel met
een IP-adres die moet worden bewerkt (in het
voorbeeld is het eerste opslaggeheugen
gemarkeerd (1/10))
als naam, IPv4- of IPv6-
nummer
Vervolg op volgende
pagina
Het adres kan als IPv4-/ IPv6-nummer
of als naam worden ingevoerd.
Standaardinstelling: www.argus.info
<Bewerk> Gemarkeerd IP-adres
bewerken.
13 IP-tests
38 ARGUS 156
IPv4- of IPv6-adres als nummer invoeren.
Het bewerkbare gebied heeft een blauwe
achtergrond. Invoer via de cijfertoetsen.
<Wis> Plaats voor de cursor
verwijderen.
tot
Bij invoer van een IPv6-
adres zijn via de
toetsencombinaties de
letters A-F beschikbaar.
Gemarkeerd IP-adres als
standaardinstelling
overnemen
Met de rechtersoftkey invoer omschakelen
(de rechtersoftkey krijgt een andere functie
door te drukken). Adres als naam
invoeren, z. aansluitingsnaam Pag. 24.
<Ab>AB> Invoer begint met
hoofdletter en gaat daarna
door met kleine letters.
<AB>12> Invoer van hoofdletters.
<12>ab> Invoer van getallen
<ab>Ab> Invoer van kleine letters.
of
Invoer van speciale tekens,
zoals z. B. @, /, -, ., ...
of
_, :, ~, +, ...
Cursor in schermregel
verplaatsen
Aantal pings Invoer van het aantal pings dat de ARGUS naar het IP-adres
verzendt. Bij invoer van een 0 verzendt de ARGUS continu, totdat de
test handmatig wordt geannuleerd.
Bereik: 1 tot 99999
Voorinstelling: 10
Pauze Instelling van verzendingspauze tussen twee testpakketten.
Bereik: 0,1 tot 9,9 seconden
Voorinstelling: 1 seconde
IP-adres als IPv4-nummer
IP-adres als IPv6-nummer
Met behulp van hoekige haakjes kan
bij IPv6-adressen via “IP-adres als
naam” ook port-informatie worden
toegevoegd.
13 IP-tests
ARGUS 156 39
13.2 Traceroute
Bij de IP-traceroute verzendt de ARGUS testpakketten en geeft alle netwerknooppunten (hops)
en hun antwoordtijden op de weg naar het doeladres weer. Met deze informatie kunnen
mogelijk vertragingen op het netwerk nauwkeurig worden gelokaliseerd.
Pakketgrootte Instelling van grootte van pakket
Door variatie van de grootte kan de maximale gegevenspakketgrootte
en de antwoordtijd in verhouding tot de grootte worden bepaald.
Bereik: 36 tot 55 555 bytes
Voorinstelling: 84 bytes
Fragmentatie Instelling van fragmentatie:
Voorinstelling: aan
aan Testpakketten mogen afhankelijk van het netwerk
(resp. router) in meerdere pakketten worden
onderverdeeld.
uit Fragmentatie verboden, d.w.z. de testpakketten worden
evt. door het netwerk (resp. door routers) afgewezen
(de ARGUS ontvangt geen antwoordpakketten).
auto De ARGUS bepaalt de maximale pakketgrootte van
het pad naar het doeladres (path-MTU) en ontleedt de
testpakketten zodanig dat de pakketten met minimale
vertraging worden overgedragen (geen fragmentatie
door het netwerk/de router vereist).
13 IP-tests
40 ARGUS 156
13.3 HTTP download
Bij de HTTP download downloadt de ARGUS de gegevens van een website of een
bestand. De ARGUS geeft het huidige "nettodownloadpercentage", de
gebruikersgegevens van de IP-pakketten en na afsluiting van de HTTP-download de
gemiddelde snelheid weer (bij meerdere downloadpogingen).
Voor de IP-traceroute zijn de volgende in het profiel opgeslagen parameters vereist:
Bij downloadtests met een duur van minder dan 10 seconden kunnen geen
veelzeggende snelheidswaarden worden bepaald. Er moet daarom een zo groot
mogelijk bestand worden gedownload (afhankelijk van de aansluitingssnelheid).
Als de testduur minder is dan 10 seconden, geeft de ARGUS aan het einde van
de test geen gegevenssnelheid en geen tijd aan.
Protocolonafhankelijke parameters:
Het openen van de testparameters staat beschreven in het hoofdstuk Aansluitingsinstelling.
Instelling Uitleg
Testparameters
HTTP download:
Serverpro-
fiel:
Er kunnen 15 gebruiker gedefinieerde serverprofielen worden
opgemaakt die voor de HTTP, FTP download en voor de HTTP/FTP
upload ter beschikking staan. In de profielen zijn alle parameters voor de
HTTP, FTP download en de HTTP/FTP upload samengevat.
Serveradres Invoer van het IP-adres of de URL van de server, waarvan de ARGUS
het bestand downloadt. Bij de uploadtest: invoer van het uploaddoel
(serveradres), waar de ARGUS het bestand naar toe stuurt.
Is een bepaalde poort vereist, dan moet deze als deel van het
serveradres hier mee worden ingevoerd.
Voor bediening van de softkeys, zie Pagina 37.
Downloadbe-
standsnaam
Naam van het bestand, waarvan de ARGUS tijdens de downloadtest
gegevens laadt (HTTP download of FTP download).
Let op bij de invoer van alias-www-adressen.
Voor bediening van de softkeys, zie Pagina 37.
Uploadbe-
standsnaam
Invoer van de bestandsnaam waaronder het bij de HTTP/FTP uploadtest
verstuurde bestand op de server wordt opgeslagen (voorb. 100 MB).
Standaardinstelling: file
13 IP-tests
ARGUS 156 41
Uploadbe-
stands-
grootte
Bepaling van de bestandsgrootte die de ARGUS bij de HTTP/FTP
upload verzendt. Via de softkey <Eenheid> kan de eenheid van de
bestandsgrootte (byte, kByte, Mbyte) worden ingesteld.
Bereik: 0 tot 1000 Mbyte
Voorinstelling: 100 Mbyte
Gebruikers-
naam
Invoer van gebruikersnaam voor de FTP/HTTP server.
Voor de bediening, zie Pagina 37
Wachtwoord Invoer van het wachtwoord voor de FTP/HTTP server (max. 40 tekens).
Voor de bediening, zie Pagina 37
Aantal Geeft aan, hoe vaak de ARGUS de gegevens van het downloadbestand bij
de downloadtest achtereenvolgens laadt. Bij de uploadtest: het aantal hoe
vaak de ARGUS de gegevens van het bestand naar het doel verzendt.
“Nul” betekent eindeloos, de test moet dan handmatig worden geannuleerd.
Bereik: 0 tot 9 999 (0=eindeloos)
Voorinstelling: 3
Aant.
parall.
down.
Aantal pakketten, waarin de aangevraagde download wordt
onderverdeeld en parallel wordt gedownload.
Bereik: 1 tot 10
Voorinstelling: 3
Profielnaam Invoer van profielnaam voor het profiel.
13 IP-tests
42 ARGUS 156
14 Netwerk scan
ARGUS 156 43
14 Netwerk scan
Bij een netwerk scan spoort de ARGUS alle hosts, services en servers op die binnen een
vooraf geconfigureerd subnetwerk voorhanden zijn en geeft deze weer. De netwerk scan
kan alleen aan een ethernet-interface worden uitgevoerd. Een scan via DSL of G.fast is
niet mogelijk.
Voor de netwerk scan zijn de volgende parameters vereist.
Protocolonafhankelijke parameters:
Het openen van de testparameters staat beschreven in het hoofdstuk Aansluitingsinstelling.
Neem bij een netwerk scan de geldende juridische randvoorwaarden en de
gegevensbescherming in acht.
Instelling Uitleg
Testparameters
Netwerk scan:
Modus Bij de optie “Handmatig” wordt voor de netwerk scan het opgeslagen
netwerkadres en netwerkmasker gebruikt. Bij de optie “Automatisch”
worden de parameters door de aanwezige DHCP-server uitgelezen.
Voorinstelling: Handmatig
Netwerk-
adres
Het netwerkadres geeft aan binnen welk subnetwerk de hosts en services
moeten worden gezocht.
Bereik: 0.0.0.0 tot 255.255.255.255
Voorinstelling: 192.168.1.0
Netwerk-
masker
Het netwerkmasker behoort tot het netwerkadres en omschrijft de grootte
van het subnetwerk.
Bereik: 0.0.0.0 tot 255.255.255.255
Voorinstelling: 255.255.255.0
De ARGUS scant alleen een begrensd aantal hosts, services en servers. Het te
scannen subnetwerk moet daarom altijd zo klein mogelijk worden gekozen,
anders geeft de ARGUS geen resultaten aan.
Wordt de optie handmatig geselecteerd, vindt er toch een uitwisseling plaats
tussen de ARGUS en de DHCP-server. Stuurt deze een IP-adres dat zich niet
binnen hetzelfde subnetwerk bevindt als het handmatig geconfigureerde, dan
mislukt de test.
15 VoIP-tests
44 ARGUS 156
15 VoIP-tests
De ARGUS werkt als VoIP-eindapparaat met actieve akoestiek, zodat een spraakverbinding
tot stand kan worden gebracht. Als VoIP-signaleringsprotocol staat SIP (Session Initiation
Protocol) ter beschikking. Het tot stand brengen van de oproep kan zowel met als zonder
registrar/proxy worden bereikt. Met de ARGUS kunnen VoIP-verbindingen (DSL-telefonie) via
xDSL, G.fast en ethernet tot stand worden gebracht. Ter beoordeling van de spraakkwaliteit
wordt de MOS/R-factor aan de hand van de RTP-gegevensstroom bepaald en weergegeven.
Voor de VoIP-telefonie kunnen drie “VoIP-accounts (profielen)” worden geconfigureerd:
Protocolonafhankelijke parameters:
De ARGUS op het statusscherm.
<Bewerk> Aan service VoIP een Virtual
Line toewijzen.
<Profiel> Profielinstellingen.
<Start> Service starten.
Profiel voor bewerking selecteren.
Het geselecteerde profiel wordt op
het scherm blauw gemarkeerd. Het
vooraf ingestelde profiel wordt met
een gemarkeerd op het scherm.
De ARGUS gebruikt voor het tot
stand brengen van een ethernet-,
G.fast of xDSL-verbinding en voor
de VoIP-test de parameters uit de
vooraf ingestelde profielen.
De ARGUS gebruikt het
gemarkeerde profiel als vooraf
ingesteld profiel en wisselt naar
het menu Instellingen.
Vervolg op
volgende pagina
Services
Service VoIP
15 VoIP-tests
ARGUS 156 45
Er staan in totaal 10 door gebruikers
gedefinieerde VoIP profielen ter
beschikking.
Gemarkeerd profiel bewerken
Om te beginnen moet er worden
vastgelegd of met behulp van een
assistent moet worden geconfigureerd
of handmatig.
<Bewerk> VoIP profiel bewerken
De assistent vraagt slechts een
deelverzameling van alle
configuratiepunten op.
VoIP-account
15 VoIP-tests
46 ARGUS 156
15.1 VoIP-telefonie starten
(Voorbeeld: VDSL-aansluiting, reeds actief)
Opbouw van de service.
Het voor het tot stand brengen van de
xDSL-verbinding geselecteerde profiel
(in het voorbeeld Profiel 1) wordt ook voor
de VoIP-telefonie gebruikt.
Indien nog geen xDSL- of
ethernetverbinding tot stand is gebracht,
wordt nu automatisch een verbinding met
het vooraf ingestelde profiel tot stand
gebracht.
<Bewerk> Het vooraf ingestelde Virtual
Line-profiel wordt bewerkt.
Als de VoIP-optie niet is
vastgelegd, wordt de service
VoIP uitgegrijsd.
<Info> Duur van de activering.
<Test> Testselectie openen.
<Stop> Service deactiveren.
bijv. VoIP oproep selecteren.
Vervolg op
volgende pagina
15 VoIP-tests
ARGUS 156 47
VoIP-doel markeren
(voorinstelling wordt met aangeduid).
Met de cursor omlaag, lege regel
markeren en nieuw VoIP-doel d.m.v.
<Edit> toevoegen.
Tot stand brengen van de verbinding
De ARGUS geeft het “eigen
oproepnummer” (van: 7087) en het
nummer van de opgeroepen
gesprekspartner (naar: 87) weer.
De opgeroepen gesprekspartner heeft de
oproep nog niet aangenomen: weergave
“Verbinden!” en “geel CALL-symbool”.
De opgeroepen gesprekspartner heeft de
oproep aangenomen (“Verbonden!”).
De ARGUS bepaalt de MOS-waarde en
geeft aan of de spraakkwaliteit de ingestelde
MOS-waarde bereikt (“OK” of “FAIL”). Ook
geeft de ARGUS de classificatie van de
MOS-waarde volgens ITU-T P.800 (in het
voorbeeld Good) weer. Bovendien wordt
naast het RTP-loss-percentage ook de duur
van de verbinding en de actueel gebruikte
spraakcodec (in het voorbeeld G.711 Alaw)
weergegeven.
<Bewerk> VoIP-doel-nummer bewerken.
<Info> Weergave van de VoIP-
parameters.
<Test
status>
Weergave van de test status
zonder de test te beëindigen
of een nieuwe test te starten.
<Volume> Openen van de volume-
instelling.
Initialisatie
16 IPTV-tests
48 ARGUS 156
16 IPTV-tests
16.1 IPTV
De ARGUS vraagt een gegevensstroom aan bij een server (de ARGUS vervangt afhankelijk
van het aansluitingssoort de settopbox (STB) resp. modem en STB) en controleert de
regelmatigheid van de aankomende pakketten, het verlies van pakketten en de inschakel-
resp. omschakeltijd van het programma. Er kunnen drie gebruiker gedefinieerde “IPTV-
profielen” worden geconfigureerd (bij een reeds tot stand gebrachte xDSL-, G.fast- of
ethernetverbinding zijn de aansluitingsparameters, bijv. de streefwaarde, geblokkeerd:
Protocolonafhankelijke parameters:
De ARGUS op het statusscherm.
De IPTV-STB-emulatie vindt plaats via de
service "IPTV".
Het volgende voorbeeld toont de
procedure en bijzondere kenmerken.
<Bewerk> Aan service IPTV Virtual
Lines toewijzen.
<Profiel>Profielinstellingen.
<Start> Service starten.
Profiel voor bewerking selecteren.
Het geselecteerde profiel wordt op
het scherm blauw gemarkeerd. Het
vooraf ingestelde profiel wordt met
een gemarkeerd op het scherm.
De ARGUS gebruikt voor het tot
stand brengen van een ethernet-,
G.fast- of xDSL-verbinding en voor
de IPTV-test de parameters uit de
vooraf ingestelde profielen.
De ARGUS gebruikt het
gemarkeerde profiel als vooraf
ingesteld profiel en wisselt naar het
menu Instellingen.
Vervolg op
volgende pagina
Testparameters
IPTV / IPTV passief
16 IPTV-tests
ARGUS 156 49
Er staan in totaal 3 door gebruikers
gedefinieerde IPTV profielen ter
beschikking.
Gemarkeerd IPTV profiel bewerken
16 IPTV-tests
50 ARGUS 156
17 Gebruik op ISDN-aansluiting
ARGUS 156 51
17 Gebruik op ISDN-aansluiting
De aansluitkabel mag max. een gelijkspanning van 48 V (BRI S) resp. 145 V
(BRI U) hebben en is niet bedoeld voor wisselspanning.
17.1 ISDN-interface en aansluitingsmodus instellen
Sluit de meegeleverde aansluitkabel (BRI S) aan op de ARGUS-bus “BRI/PRI/E1” resp. op
de bus “Line” (BRI U) en op uw testaansluiting en schakel ARGUS in. Het instellen van het
aansluitingssoort “ISDN” wordt in het hoofdstuk “Aansluitingsinstelling” toegelicht. In het
voorbeeld is de aansluiting ISDN-BRI S in de TE-automodus geselecteerd.
In het hoofdmenu worden de beschikbare
menu's (afhankelijk van de aansluiting)
weergegeven
ARGUS opent het gemarkeerde
menu (in het voorbeeld enkel
tests).
Menu selecteren Het
geselecteerde menu wordt op
het scherm blauw gemarkeerd.
Terug naar het vorige scherm
(in het voorbeeld terug naar de
statusweergave).
Statusweergave
Hoofdmenu
Voor statusweergave, zie Pagina 53
<Instelling> Wissel naar het menu
“ISDN-instellingen”.
<Start> B-kanaaltest herhalen.
17 Gebruik op ISDN-aansluiting
52 ARGUS 156
TE-simulatie
Markeer in het menu Aansluitingsmodus de gewenste simulatiemodus:
NT-simulatie van een BRI S-interface
Markeer in het menu Aansluitingsmodus de gewenste simulatiemodus:
17.2 Initialisatiefase inclusief B-kanaaltest
Initialisatie op BRI S- en BRI U-aansluiting
Na de overname resp. het opnieuw selecteren van de aansluiting en de Aansluitingsmodus
start ARGUS de initialisatie:
Allereerst begint het tot stand brengen van laag 1. Tijdens het tot stand brengen van laag 1
knippert de led “Sync/L1” die zich boven het scherm bevindt. Als laag 1 niet tot stand kan
worden gebracht, geeft ARGUS "geen netwerk" weer. Bij gebruik van de BRI U-aansluiting
kan de activering van laag 1 tot 2,5 min. duren. Zodra laag 1 succesvol tot stand is
gebracht, blijft de LED "Sync/L1" continu aan.
De LED "Rx/Tx/L2" gaat aan bij het succesvolle tot stand brengen van laag 2.
Als tijdens de D-kanaallaag 2-herkenning beide modi (P-P/P-MP) worden
gevonden, moet de modus handmatig worden geselecteerd (zie Pagina 52).
- TE automatisch
Op de BRI S-aansluiting / BRI U-aansluiting voert ARGUS een automatische
herkenning van de D-kanaallaag 2-modus (P-P of P-MP) uit. Als ARGUS een
aansluiting herkent waarop beide modi beschikbaar zijn, wordt een
instellingenmenu geopend, waarin de gewenste laag 2-modus kan worden
geselecteerd.
- TE P-P (punt tot punt) of TE P-MP (punt tot meerpunt)
Allereerst worden aansluiting en protocolstack volgens de geselecteerde instelling
geïnitialiseerd.
- NT P-P (punt tot punt) of NT P-MP (punt tot meerpunt)
Allereerst worden aansluiting en protocolstack volgens de geselecteerde
instelling geïnitialiseerd.
17 Gebruik op ISDN-aansluiting
ARGUS 156 53
Als alles zonder fouten wordt herkend, geeft ARGUS de gevonden aansluiting en de
aansluitingsmodus op het scherm weer. Daarnaast wordt een kwaliteitsbeoordeling van het
niveau weergegeven.
ARGUS bepaalt automatisch het protocol (zowel in TE- als NT-modus) resp. stelt het
handmatig ingestelde protocol in. Bij een tweetalige aansluiting stelt ARGUS zich in op het
protocol DSS1.
LED „IP/L3“ gaat aan, zodra ARGUS laag 3 heeft geactiveerd. Tegelijk start de B-kanaaltest,
het resultaat geeft ARGUS op het scherm weer. Als fouten optreden tijdens de B-kanaaltest
(bijv. aansluiting omgestoken), geeft ARGUS een foutmelding weer (zie bijlage). ARGUS
blijft vervolgens stabiel in de statusweergave:
Schermweergave:
Als alleen één B-kanaal beschikbaar is, kan dit gevolgen hebben voor de
dienstentest en de test van de dienstkenmerken.
- Aansluitingssoort
(in voorbeeld BRI S)
- Aansluitingsmodus
NTs
NTm
TEs
TEm
Modus NT Simulation slave L1
Modus NT Simulation master L1
Modus TE Simulation slave L1
Modus TE Simulation master L1
- Busconfiguratie
D-kanaal laag 2-modus
P-P
P-MP
Punt tot punt
Punt tot meerpunt
- D-kanaalprotocol
in het voorbeeld DSS1
- Beschikbaarheid van B-kanalen
B12
B1-
B-2
B--
Beide kanalen beschikbaar
Alleen B-kanaal 1 beschikbaar
Alleen B-kanaal 2 beschikbaar
Geen B-kanaal beschikbaar
Voorbeeld:
Statusweergave BRI S-aansluiting
17 Gebruik op ISDN-aansluiting
54 ARGUS 156
ARGUS bepaalt de algemene busstatus slechts één keer bij het inschakelen of als er voor
het eerst iets wordt aangesloten. De staat van layer 1, 2 en 3 van de ISDN-protocolstack
wordt echter constant opnieuw bepaald en weergegeven.
- statusweergave op BRI U-aansluiting
Displayweergave:
- Aansluitingssoort (in voorb. BRI U)
- Aansluitingsmodus (in voorb. TEs)
- L2-protocol (in voorb. DSS1)
- BRI U-Variant (lijncodering)
- Nullastspanning
- Niveau en spanningsbeoordeling
OK normaal
<<
>>
--
noodvoeding
Niveau/spanning in orde
Niveau/spanning te laag
Niveau/spanning te hoog
Geen niveau/spanning
Noodvoeding
<Start> B-kanaaltest herhalen
<Instelling> Wisselen naar menu ISDN-instellingen, zie Pagina 55.
17 Gebruik op ISDN-aansluiting
ARGUS 156 55
17.3 Bitfoutenkanstest
De bitfoutenkanstest (BERT = Bit Error Rate Test) controleert de overdrachtskwaliteit van
de aansluitkabel.
De netwerkexploitant garandeert in de meeste gevallen een foutenkans van 1 x 10-7,
d.w.z. 1 bit van de 10 miljoen verzonden bits wordt in het langetermijngemiddelde vervalst.
Verhoogde bitfoutenkansen hebben vooral op gegevensoverdrachten een negatief effect.
De applicatieprogramma's herkennen met hun foutenbewakingsfuncties foutieve
gegevensbloks en vragen de overdracht van die gegevensbloks vanuit de
communicatiebestemming opnieuw aan, waardoor de effectieve doorvoer via de ISDN-
verbinding daalt.
Bij de bitfoutenkanstest brengt het testapparaat een ISDN-verbinding tot stand met een
externe tester (end-to-end) of met zichzelf (zelfoproep), verzendt een gestandaardiseerde
quasi-willekeurige getallenreeks en vergelijkt de weer ontvangen gegevens met de bekende
overdrachtsgegevens. De individuele bitfouten worden bij elkaar opgeteld en, afhankelijk
van de testprocedure en het testapparaat, volgens ITU-richtlijn G.821 beoordeeld.
ARGUS telt tijdens de tests de bitfouten en berekent aan het einde van de test de
bitfoutenkans en andere parameters conform ITU-T G.821.
Doorgaans is de kwaliteit van de aansluitkabels bij de netwerkexploitant zeer goed. Over
het algemeen treden tijdens een test van één minuut geen fouten op. Als er toch een fout
optreedt, is het aan te raden om de test met een meettijd van 15 minuten te herhalen voor
een hogere statistische nauwkeurigheid Als tijdens de test van 15 minuten meer dan
10 bitfouten optreden, is er sprake van veel interferentie op de lijn.
Neem contact op met uw netwerkexploitant of de leverancier van uw telefoonapparatuur.
Op een NGN (Next Generation Network), waarbij een circuitgeschakeld traject
(bijv. ISDN) kan worden opgevolgd door een pakketgeschakeld netwerk (bijv. IP),
moet als service voor BERT expliciet DFU64k worden geselecteerd. Er wordt
dan gewisseld naar RFC 4040 in de clearmodus, de echocanceler wordt
uitgeschakeld en er wordt geen codec gebruikt.
17 Gebruik op ISDN-aansluiting
56 ARGUS 156
BERT kan op drie verschillende manieren worden uitgevoerd:
BERT-parameter instellen
ARGUS in hoofdmenu
De wijziging van een parameter wordt aan
de hand van een voorbeeld beschreven.
De standaardinstellingen kunnen te allen
tijde worden hersteld.
1. BERT in uitgebreide zelfoproep
Er is geen communicatiebestemming vereist, omdat ARGUS een ISDN-verbinding
met zichzelf tot stand brengt. ARGUS heeft voor de test twee B-kanalen nodig.
2. BERT in combinatie met een loopbox
Hiervoor is een loopbox vereist (bijv. een extra testapparaat uit de ARGUS-reeks
dat extern is aangesloten). Voor de test is één B-kanaal vereist.
3. BERT end-to-end
Er is een extra testapparaat op stand-by vereist, bijv. een tweede ARGUS in de
bedrijfsmodus "BERT wachten". Naar dit externe testapparaat wordt een bitpatroon
verzonden.
Het externe testapparaat genereert via dezelfde procedure onafhankelijk van het
ontvangen bitpatroon een nieuw bitpatroon en stuurt dit terug. Beide richtingen
worden dus los van elkaar getest.
Argus neemt de ingevoerde
BERT-duur over als
standaardinstelling en wisselt
naar het bovenliggende menu.
Instellingen
BERT
Duur van BERT
Invoer van BERT-duur
17 Gebruik op ISDN-aansluiting
ARGUS 156 57
17.4 Niveaumeting op ISDN-aansluiting
Niveaumeting op BRI S-aansluiting
Niveaumeting communicatiebestemming
ARGUS meet het niveau van het ontvangen nuttige signaal en de fantoomspanning.
De meting wordt voortdurend bijgewerkt.
ARGUS in hoofdmenu.
Meting starten.
ARGUS geeft het niveau van het nuttige
signaal (niveau) en de voedingsspanning
weer.
- Beoordeling van het niveau van het
nuttige signaal:
- Beoordeling van het niveau van de
voedingsspanning
<< Niveau te laag
>> Niveau te hoog
OK Niveau is in orde
(0,75 V +20 % –33 % d.w.z. van 0,9 V
tot 0,5 V)
Geen Geen niveau
Spanning OK
Normaal-
spanning
Normale voeding
(40 V +4,25 %-13,75 % d.w.z. van
41,7 V tot 34,5 V)
Spanning OK
Noodvoeding
De noodvoeding is OK
Spanning
Geen
Geen voeding
<R>Aan> 100 Ω weerstand inschakelen
<R>Uit> 100 Ω weerstand uitschakelen
<Nieuw> Laag 1 opnieuw tot stand brengen
Niveaumeting
Communicatiebestemming
Niveaumeting beëindigen
Wissel naar menu
Niveaumeting
17 Gebruik op ISDN-aansluiting
58 ARGUS 156
Niveaumeting andere TE
ARGUS (in de bedrijfsmodus TE) meet het niveau van een parallel aangesloten
eindapparaat. ARGUS blijf in dit geval passief. Op het eindapparaat moet laag 1 zijn
geactiveerd. ARGUS werkt de meting voortdurend bij.
ARGUS in hoofdmenu.
Meting starten.
ARGUS geeft het niveau en een
beoordeling van het nuttige signaal.
<< Niveau te laag
>> Niveau te hoog
OK Niveau is in orde
(0,75 V +20 % –33 % d.w.z. van
0,9 V tot 0,5 V)
Geen geen niveau
<R>Aan> 100 Ω weerstand inschakelen
<R>Uit> 100 Ω weerstand uitschakelen
<Nieuw> Laag 1 opnieuw tot stand
brengen
Niveaumeting
andere TE
Niveaumeting beëindigen
Wissel naar menu
Niveaumeting.
17 Gebruik op ISDN-aansluiting
ARGUS 156 59
Spanningsmeting op BRI U-aansluiting
Meting van voedingsspanning op BRI U
ARGUS in hoofdmenu.
Meting starten.
ARGUS geeft de waarde van de
voeding weer. De meting wordt
voortdurend bijgewerkt.
Niveaumeting
Voeding BRI U
Niveaumeting beëindigen
Naar menu Niveaumeting
wisselen
Resultaat niveaumeting
18 Gebruik van de PSTN-aansluiting
60 ARGUS 156
18 Gebruik van de PSTN-aansluiting
De aansluitkabel is bedoeld voor een maximale gelijkspanning van 130 V en is
niet bedoeld voor wisselspanning.
18.1 PSTN-interface instellen
Sluit de meegeleverde aansluitkabel aan op de ARGUS-bus “Line” en op uw analoge
testaansluiting en schakel de ARGUS in. Het instellen van het aansluitingssoort “PSTN”
wordt in het hoofdstuk “Aansluitingsinstelling” toegelicht. In het voorbeeld is de aansluiting
PSTN in de eindapparaatmodus geselecteerd.
In het hoofdmenu worden de op de
ingestelde aansluiting beschikbare menu's
weergegeven.
ARGUS opent het gemarkeerde
menu (in het voorbeeld enkel
tests).
Menu selecteren Het
geselecteerde menu wordt op
het scherm blauw gemarkeerd.
Terug naar het vorige scherm
(in het voorbeeld terug naar de
statusweergave).
De ARGUS geeft de nullastspanning aan
met “niet bezet”.
Positieve spanning: polariteit op a+; op b-
(rode kabel op a, zwarte kabel op b)
Negatieve spanning: polariteit op a-; op b+
<Instel-
ling>
Opent het instellingsmenu van
de analoge parameter.
<Menu> Opent het hoofdmenu.
<Talk> Verbinding tot stand brengen.
Statusweergave
Hoofdmenu
19 Koper tests
ARGUS 156 61
19 Koper tests
In het menu Aansluiting van de ARGUS staat het menupunt "Koper tests". Met deze tests
kunnen de fysieke eigenschappen van de lijn worden onderzocht.
Er volgt een korte inleiding over de bediening van de verschillende functies.
Een handleiding over de interpretatie van de resultaten kan hier niet zoals in de gewende
omvang plaatsvinden. Omdat de resultaten meestal alleen in grafische vorm worden
weergegeven, kunnen deze alleen in combinatie met de nodige kennis over de kabel,
waarop de meting plaatsvindt, correct worden geïnterpreteerd. De ARGUS ondersteunt
hierbij met verschillende hulpmiddelen, zoals de zoom- of de cursorfunctie.
Opmerking:
De beschrijving van de ARGUS copper box vindt u in een apart copper box-handboek.
19 Koper tests
62 ARGUS 156
19.1 Lijn scope
Met de lijn scope voert de ARGUS op de aangesloten kabel een analyse in realtime uit. De
hoogohmige lijn scope kan hierbij bijv. op een bestaande verbinding tussen modem en
DSLAM worden geschakeld.
Voor de weergave van de resultaten kan worden gekozen uit het tijd- of frequentiegebied (FFT).
19.1.1 Lijn scope starten
Het instellen van het aansluitingssoort “Koper tests” wordt in het hoofdstuk
“Aansluitingsinstelling” toegelicht.
De ARGUS in de statusweergave.
Een eventuele gelijkspanning op de kabel
wordt weergegeven.
Een van de koper tests selecteren:
- Koper Box
- lijn scope
- TDR
Met de selectie van de test direct de
geselecteerde koper test starten.
In het voorbeeld de lijn scope.
De aansluitkabel mag max. een gelijkspanning van 200 V en een
wisselspanning van 100 Vpp hebben.
<Menu> Wisselen naar het hoofdmenu
<Start> Directe oproep van menu
enkel test.
Vervolg op
volgende pagina
19 Koper tests
ARGUS 156 63
Lijn scope statusweergave
De lijn scope helpt met het begrijpen van
verschillende situaties of gebeurtenissen
op de aansluitkabel.
In het voorbeeld wordt de tot stand
gebrachte ADSL-verbinding (Annex B)
tussen modem en DSLAM met ISDN-BRI
U weergegeven.
De lijn scope bevindt zich direct bij de
modem, omdat de upstream in het
spectrum bijzonder uitsteekt.
Als de upstream aanzienlijk minder was
dan de download, zou dit direct bij de
DSLAM zijn.
Modem vinden:
naast de algemene staat van de kabel/
verbinding kunnen ook verschillende
gebeurtenissen worden vastgesteld.
Als voorbeeld kan men de door de modem
geïnitieerde handshakegeluiden zien die
een op de kabel aangesloten modem
periodiek verzendt om een verbinding met
de DSLAM tot stand te brengen. Op deze
manier kan ook worden herkend, of een
actieve modem is aangesloten op een
uiteinde van de kabel of niet.
Naast de gewenste signalen (DSL-modem of handshakegeluiden) kunnen met de lijn
scope ook ongewenste signalen zoals tijdelijke interferenties (realtimebedrijf) of opvallende
elementen in de ruis (tegenover het achtergrondruis) worden gedetecteerd.
Aansluitingsvoorbeeld zonder Probe:
<Menu> Openen van grafische functie.
19 Koper tests
64 ARGUS 156
19.2 TDR
Met de TDR-functie kunnen kabellengtes in realtime worden bepaald of interferenties
worden gedetecteerd. Door de correcte interpretatie van de impulsen van de ARGUS
kunnen aftaklijnen, slechte contacten of kortsluitingen worden herkend. Daarvoor verzendt
de ARGUS een impuls via de aangesloten kabel en geeft het reflectieantwoord weer.
De aansluitkabel is bedoeld voor een maximale gelijkspanning van 200 V
en moet wisselspanningsvrij zijn.
Het resultaat van een TDR-meting kan op het scherm van de ARGUS de schijn
wekken dat er meerdere storingslocaties zijn op de kabel. Het is aan te raden om
allereerst de eerste storingslocatie op te lossen en vervolgens opnieuw te meten.
Mogelijk veroorzaakte de eerste interferentie een of meerdere reflecties,
waardoor de indruk van een tweede storingslocatie kan ontstaan. Vaak is er
echter alleen maar sprake van één storingslocatie op de kabel.
De ARGUS genereert bij ongeveer 3 m een reflectie. Om korte kabels precies te
kunnen meten en om reflecties te voorkomen, is het aan te raden om bijv. een
aansluitkabel van 5m te gebruiken. Het impuls wordt in de grafiek ook verder
weergegeven, maar door het gebruik van de kabel wordt gegarandeerd dat deze
niet op de aansluitkabel ligt.
20 Testresultaten
ARGUS 156 65
20 Testresultaten
De opgeslagen testresultaten worden op het ARGUS-scherm of op de pc weergegeven.
De resultaten kunnen naar de pc worden verzonden. Hier wordt door de software WINplus /
WINanalyse o.a. een gedetailleerd meetrapport gegenereerd.
De ARGUS slaat de testresultaten samen op via vrij kiesbare opslaggeheugens (50 stuks).
Als opslagnaam wordt "Nieuw resultaat" voorgesteld. De opgeslagen testresultaten worden
bij het terugzetten van alle instellingen ook verwijderd.
De functies ("Weergeven, "Naam wijzigen", "Naar pc verzenden", "Verwijderen") in het
menu "Testresultaten" verwijzen naar een testresultaat. Er moet daarom eerst een
opslaggeheugen met een testresultaat worden geselecteerd:
De ARGUS in het hoofdmenu.
Als de ARGUS zich in de selectie van de
vooraf geconfigureerde aansluitingen
bevindt, kan worden gebruikt om
naar het verkorte menu te navigeren.
De ARGUS geeft de opslagnaam en het
aantal bezette opslagplaatsen weer.
Als meerdere testresultaten zijn
opgeslagen, kan via de ARGUS op naam
of op tijd worden gesorteerd (zoals in het
voorbeeld). Bovendien is een handmatige
sortering mogelijk.
<Sort.
tijd>
Sortering van testresultaten op tijd.
<Sort. >Het gemarkeerde testresultaat
wordt in de lijst met één plaats
naar boven verplaatst
<Sort. >Het gemarkeerde testresultaat
wordt in de lijst met één plaats
naar beneden verplaatst
<Alle> Alle testresultaten verwijderen of
naar de pc verzenden.
Testresultaten
21 WLAN
66 ARGUS 156
21 WLAN
Met een WLAN-stick (usb) kan de ARGUS WLAN-geschikt worden gemaakt. In de ARGUS
is dan WLAN als management-interface voor verschillende functies beschikbaar.
Verschillende vrijgegeven WLAN-sticks worden als toebehoren aangeboden en door
ARGUS ondersteund. Neem hiervoor gerust contact op met onze support.
De WLAN-kit (bijv. de ARGUS-usb-mini-hub) hebt u alleen nodig als uw
ARGUS slechts over één usb-host-interface beschikt en u twee usb-apparaten
(bijv. WLAN + ARGUS copper box) wilt aansluiten.
Steek altijd eerst uw usb-apparaten in de hub en de hub vervolgens in de
ARGUS.
22 ARGUS-instellingen
ARGUS 156 67
22 ARGUS-instellingen
De ARGUS kan voor speciale eisen individueel worden geconfigureerd. De voorinstellingen
(default-waarden) worden met de instelling “Terugzetten” weer hersteld.
22.1 Cloud-services
Voor de communicatie met de omgeving ondersteunt de ARGUS zogenaamde cloud-
services. Door deze services is het voor de ARGUS mogelijk om via de test-interfaces
gegevens met andere systemen uit te wisselen. Als test-interfaces staan in de ARGUS ADSL,
VDSL, G.fast, SHDSL, ethernet, en LTE ter beschikking. Als de ARGUS via deze interfaces is
aangesloten en de service Data tot stand is gebracht, kan de ARGUS firmware-updates
downloaden, een configuratie-import uitvoeren en meetprotocollen uploaden.
De default-services zijn default principieel uitgeschakeld.
Minstens de service Data moet via een VL met de geselecteerde test-interface
worden verbonden en succesvol worden gestart.
De ARGUS laadt altijd de landuitvoering die ook als laatste op het apparaat
voorhanden was.
De ARGUS controleert alleen of er een andere firmware op de server voorhanden
is dan hij reeds geladen heeft. Wees dus alert bij een eigen update-server.
Downgrades zijn mogelijk en leiden eventueel tot verlies van configuratiegegevens.
De ARGUS in het hoofdmenu.
Cloud-services selecteren.
De te configureren cloud-service
selecteren en met openen.
Instellingen
Cloud-services
23 Update via pc
68 ARGUS 156
23 Update via pc
Er kunnen via www.argus.info/service gratis firmwarebestanden worden gedownload en
vervolgens in de ARGUS worden geladen.
Open de internetpagina www.argus.info:
Klik op het menupunt “Service” (hier blauw gemarkeerd) in de navigatiebalk.
Er wordt vervolgens het productoverzicht geopend.
Selecteer uw ARGUS-model.
Nadat u het apparaat hebt geselecteerd, wordt u automatisch doorgestuurd naar de
firmwareupdates. Hier kunt u een landspecifieke firmwarevariant selecteren.
Klik op deze pagina in de
servicebalk op het
menupunt “Downloads”.
23 Update via pc
ARGUS 156 69
Nadat u de variant hebt geselecteerd, wordt een browservenster geopend, waarmee de
firmware lokaal op de pc kan worden opgeslagen. De volgende stappen worden in de
WINanalyse-handleiding en in de handleiding voor de updatetool uitgelegd.
Belangrijke informatie voor de ARGUS-firmware-update:
-De update van de ARGUS mag absoluut nooit worden uitgevoerd als de
ARGUS op accu werkt.
- De ARGUS moet op de voeding worden aangesloten, voordat het update-
bestand van de pc naar de ARGUS wordt geladen.
- U hebt een ARGUS-USB-kabel nodig voor de update (USB-kabel met Mini-
USB-stekker).
- Voordat u een update uitvoert, is het aan te raden om de configuratie en de
meetrapporten op een pc op te slaan.
- De ARGUS tijdens de update niet loskoppelen van de pc.
- De ARGUS tijdens de update niet uitschakelen.
- Absoluut de meldingen op het ARGUS-scherm in acht nemen, niet alleen de
aanwijzingen van de updatetool op de pc.
- De update is pas succesvol afgerond, als de updatetool een overeenkomstige
melding op de pc weergeeft en ARGUS na automatisch herinschakelen door
de updatetool met het “normale startscherm” opstart.
- De ARGUS wordt pas ingeschakeld, als in de updatetool een van de twee
knoppen (“Terug naar stap 1” of “Programma sluiten”) aan het einde van
update wordt aangeklikt.
Als het niet-opvolgen van deze veiligheidsaanwijzingen tot problemen leidt,
herhaalt u de updateprocedure tot drie keer. Met elke poging is het mogelijk om
verdere defecte softwaredelen te overschrijven.
Bij het aansluiten van een ARGUS copper box kan het gebeuren dat de
ARGUS de copper box automatisch met de passende FW initialiseert om
compatibiliteitsproblemen te vermijden. Dit kan een tijdje duren.
24 Gebruik van de accupack
70 ARGUS 156
24 Gebruik van de accupack
Accupackwissel
De ARGUS uitschakelen en voeding verwijderen. Vervolgens accupack via kartelschroef
losmaken.
Accupackhandleiding
De ARGUS mag alleen met de meegeleverde accupack worden gebruikt, het
aansluiten van andere spanningsvoorzieningen op de apparaatcontacten leidt tot
beschadiging van de ARGUS.
- De meegeleverde accupack mag alleen in de ARGUS worden opgeladen.
- De meegeleverde accupack mag niet in andere apparaten worden gebruikt.
- Het actief opladen van de accupack en het Automatisch opladen (default ingeschakeld)
mag alleen binnen een temperatuurbereik van 0 °C tot +40 °C gebeuren.
- Minimaal één keer per maand (ook als het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt)
volledig opladen.
- De opslag van de lithium-ion-accupack dient bij een accucapaciteit van 40 tot 60 %
te gebeuren. Deze oplaadtoestand dient bij langere opslag halfjaarlijks te worden
hersteld. Om een volledige ontlading te voorkomen, moet de accupack bij
langetermijnopslag van het apparaat worden verwijderd.
De langetermijnopslag van de accupack mag ten gunste van de levensduur niet
boven +50 °C plaatsvinden.
- Gedetailleerde veiligheids- en transportaanwijzingen voor het beheer van de lithium-
ion-accupack vindt u in de sectie "Veiligheidsaanwijzingen" (zie Pag. 8).
24 Gebruik van de accupack
ARGUS 156 71
Status
De ARGUS geeft de huidige staat van de accu op het scherm grafisch weer, voor zover
geen voeding is aangesloten. Op het scherm knippert een accusymbool als de accu nog
een loopreserve van ongeveer 8 minuten heeft (afhankelijk van de bedrijfsmodus). In deze
staat zijn geluidsstoringen en in extreme gevallen functiestoringen mogelijk. Sluit de
voeding aan. Bij aangesloten voeding kan de accupack in de ARGUS volledig worden
opgeladen. Een handmatige ontlading is bij de gebruikte accupack niet vereist.
Een volledig oplaadproces kan tot ongeveer 6 uur duren.
De ARGUS in het hoofdmenu.
Als de ARGUS zich in de selectie van de
vooraf geconfigureerde aansluitingen
bevindt, kan worden gebruikt om
naar het verkorte menu te navigeren.
Voeding aansluiten!
Oplaadproces starten.
De ARGUS geeft tijdens het oplaadproces
de huidige toestand en de spanning weer.
Automatisch opladen van de accu op de achtergrond
De ARGUS in het hoofdmenu.
Als de ARGUS zich in de selectie van de
vooraf geconfigureerde aansluitingen
bevindt, kan worden gebruikt om
naar het verkorte menu te navigeren.
De ARGUS laadt de accu bij een
aangesloten voeding automatisch op de
achtergrond op zodra de accu onder een
grenswaarde komt (accusymboolweergave
op het scherm).
Als de voeding uit de ARGUS wordt gehaald voordat de accu volledig is opgeladen,
laadt de ARGUS de accu niet automatisch verder op als de voeding weer wordt
aangesloten, omdat de waarde nu niet meer onder de grenswaardespanning ligt.
<Charge> Starten van het oplaadproces.
Accu (status, opladen)
Status
Accu (status, opladen)
Automatisch opladen
Aan
Argus neemt de instelling over en wisselt naar
het bovenliggende menu.
24 Gebruik van de accupack
72 ARGUS 156
25 Bijlage
72 ARGUS 156
25 Bijlage
A) Software-licenties
De ARGUS-firmware bevat codes uit zogenaamde “Open Source”-pakketten die onder
verschillende licenties (GPL, LGPL, MIT, BSD, enz.) zijn gepubliceerd.
Verdere informatie vindt u voor zover besteld op de bij de levering inbegrepen cd-rom
(zie Software_License.htm) of op internet via de site http://www.argus.info/web/download/
Software_License.
Als u belangstelling hebt voor de onder GPL/LGPL staande bronnen, kunt u contact
opnemen met [email protected]. De intec Gesellschaft für Informationstechnik mbH
levert u een machineleesbare kopie van de bronteksten. Hiervoor wordt wel een
vergoeding gevraagd om de kosten te dekken. Deze aanbieding is 3 jaar geldig.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73

Argus 156 Handleiding

Type
Handleiding

Gerelateerde papieren