Documenttranscriptie
2
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit
apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te
presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone
apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar
minuten de tijd om het door te lezen zodat u er
optimaal van kunt profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om
al uw apparaten van AEG mooi te houden en perfect te
laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal
accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de
hoge kwaliteitsnormen die u verwacht, van speciaal
kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot
waszakken…
Bezoek onze webshop op
www.aeg-electrolux.com/shop
Inhoud
3
INHOUD
4
7
10
10
15
16
19
21
22
23
Veiligheidsinformatie
Bedieningspaneel
Het eerste gebruik
Dagelijks gebruik
Nuttige aanwijzingen en tips
Onderhoud en reiniging
Problemen oplossen
Technische gegevens
Montage
Het milieu
In deze gebruiksaanwijzing worden de
volgende symbolen gebruikt:
Belangrijke informatie over uw
persoonlijke veiligheid en informatie
over het voorkomen van schade aan
het apparaat.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden
4
Veiligheidsinformatie
VEILIGHEIDSINFORMATIE
In het belang van uw veiligheid en om een correct gebruik te kunnen waarborgen is het
van belang dat u, alvorens het apparaat te installeren en in gebruik te nemen, deze gebruiksaanwijzing, inclusief de tips en waarschuwingen, grondig doorleest. Om onnodige
vergissingen en ongevallen te voorkomen is het belangrijk ervoor te zorgen dat alle mensen die het apparaat gebruiken, volledig bekend zijn met de werking ervan en de veiligheidsvoorzieningen. Bewaar deze instructies en zorg ervoor dat zij bij het apparaat blijven als het wordt verplaatst of verkocht, zodat iedereen die het apparaat gedurende zijn
hele levensduur gebruikt, naar behoren is geïnformeerd over het gebruik en de veiligheid
van het apparaat.
Voor de veiligheid van mensen en eigendommen dient u zich aan de voorzorgsmaatregelen uit dit instructieboekje te houden, de fabrikant is niet verantwoordelijk voor schade
die door het niet opvolgen van de aanwijzingen veroorzaakt is.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen
• Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder begrepen kinderen) met verminderde fysieke, zintuiglijke vermogens of een gebrek aan ervaring en
kennis, tenzij dit onder toezicht gebeurt van een voor hun veiligheid verantwoordelijke
persoon of tenzij zij van een dergelijke persoon instructie hebben ontvangen over het
gebruik van het apparaat.
Houd kinderen uit de buurt om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
• Houd alle verpakkingsmateriaal buiten het bereik van kinderen. Gevaar voor verstikking.
• Als u het apparaat afdankt trek dan de stekker uit het stopcontact, snij de voedingskabel door (zo dicht mogelijk bij het apparaat) en verwijder de deur om te voorkomen
dat kinderen een elektrische schok krijgen of zichzelf in het apparaat opsluiten.
• Als dit apparaat, dat voorzien is van een magnetische deursluiting, een ouder apparaat
vervangt, dat voorzien is van een veerslot (slot) op de deur of het deksel, zorg er dan
voor dat u het slot onbruikbaar maakt voordat u het oude apparaat weggooit. Dit voorkomt dat kinderen er in opgesloten kunnen raken.
Algemene veiligheid
LET OP!
Houd de ventilatie-openingen altijd vrij van obstructies.
• Dit apparaat is bedoeld voor het bewaren van levensmiddelen en/of dranken in een
gewoon huishouden, zoals uitgelegd in dit instructieboekje.
• Gebruik geen mechanische hulpmiddelen of kunstgrepen om het ontdooiproces te versnellen.
• Gebruik geen andere elektrische apparaten (bijvoorbeeld ijsmachines) in koelkasten, tenzij ze voor dit doel goedgekeurd zijn door de fabrikant.
• Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
• Het koelmiddel isobutaan (R600a) bevindt zich in het koelcircuit van het apparaat, dit
is een natuurlijk gas dat weliswaar milieuvriendelijk is, maar ook uiterst ontvlambaar.
Veiligheidsinformatie
5
Controleer of de onderdelen van het koelcircuit tijdens transport en installatie van het
apparaat niet beschadigd zijn geraakt.
Indien het koelcircuit beschadigd is:
– open vuur en ontstekingsbronnen vermijden
– de ruimte waar het apparaat zich bevindt grondig ventileren
• Het is gevaarlijk om wijzigingen aan te brengen in de specificaties of dit product op
enigerlei wijze te modificeren. Een beschadigd netsnoer kan kortsluiting, brand en/of
een elektrische schok veroorzaken.
WAARSCHUWING!
Alle elektrische onderdelen (netsnoer, stekker, compressor) mogen uitsluitend vervangen
worden door een erkende onderhoudsdienst of gekwalificeerd onderhoudspersoneel.
•
•
•
•
1. Het netsnoer mag niet verlengd worden.
2. Verzeker u ervan dat de stekker niet platgedrukt of beschadigd wordt door de achterkant van het apparaat. Een platgedrukte of beschadigde stekker kan oververhit
raken en brand veroorzaken.
3. Verzeker u ervan dat u de stekker van het apparaat kunt bereiken.
4. Trek niet aan het snoer.
5. Als de stekker los zit, steek hem dan niet in het stopcontact. Dan bestaat er een
risico op een elektrische schok of brand.
6. U mag het apparaat niet gebruiken zonder de afdekking van het lampje. 1) voor de
binnenverlichting.
Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig als u het apparaat verplaatst.
Haal geen artikelen uit het vriesvak en raak ze niet aan als uw handen vochtig/nat zijn,
dit kan uw huid beschadigen of vrieswonden veroorzaken.
Stel het apparaat niet langdurig bloot aan direct zonlicht.
Gloeilampjes 2) gebruikt voor dit apparaat is een speciaal lampje voor huishoudelijke
apparaten. De lampjes zijn niet geschikt voor de verlichting van ruimtes.
Dagelijks gebruik
•
•
•
•
Zet geen hete potten op de kunststof onderdelen in het apparaat.
Bewaar geen brandbare gassen of vloeistoffen in het apparaat, deze kunnen ontploffen.
Zet geen levensmiddelen direct tegen de luchtopening in de achterwand. 3)
Diepgevroren voedsel mag niet opnieuw worden ingevroren als het eenmaal ontdooid
is.
• Bewaar voorverpakte diepvriesproducten volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
• U dient zich strikt te houden aan de aanbevelingen van de fabrikant van het apparaat
met betrekking tot het bewaren van voedsel. Raadpleeg de betreffende aanwijzingen.
• Leg geen koolzuurhoudende of mousserende dranken in de vriezer, deze veroorzaken
druk op de fles die daardoor kan ontploffen, dit kan schade toebrengen aan het apparaat.
1) Als er een afdekking voor het lampje is voorzien
2) Als er is voorzien in een lamp
3) Als het apparaat vorstvrij is
6
Veiligheidsinformatie
• IJslollies kunnen vrieswonden veroorzaken als ze rechtstreeks vanuit het apparaat geconsumeerd worden.
Onderhoud en reiniging
• Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
• Maak het apparaat niet schoon met metalen voorwerpen.
• Gebruik geen scherpe voorwerpen om ijs van het apparaat te krabben. Gebruik een
kunststof schraper.
• Controleer de afvoer in de koelkast regelmatig op dooiwater. Maak de afvoer, indien
nodig, schoon. Als de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat
liggen.
Installatie
Voor de aansluiting van elektriciteit dienen de instructies in de desbetreffende paragrafen nauwgezet te worden opgevolgd.
• Pak het apparaat uit en controleer of er beschadigingen zijn. Sluit het apparaat niet
aan als het beschadigd is. Meld mogelijke beschadigingen onmiddellijk bij de winkel
waar u het apparaat gekocht heeft. Gooi in dat geval de verpakking niet weg.
• Wij adviseren u om 4 uur te wachten voordat u het apparaat aansluit, dan kan de olie
terugvloeien in de compressor.
• Rond het apparaat dient adequate luchtcirculatie te zijn, anders kan dit tot oververhitting leiden. Om voldoende ventilatie te verkrijgen de instructies met betrekking tot de
installatie opvolgen.
• De achterkant dient zo mogelijk tegen een muur geplaatst te worden, teneinde te voorkomen dat hete onderdelen (compressor, condensator) aangeraakt kunnen worden en
brandwonden veroorzaken.
• Het apparaat mag niet vlakbij radiatoren of kooktoestellen geplaatst worden.
• Verzeker u ervan dat de stekker bereikbaar is nadat het apparaat geïnstalleerd is.
• Sluit het apparaat alleen aan op een drinkwaterleiding. 4)
Onderhoud
• Alle elektrotechnische werkzaamheden die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van onderhoud aan het apparaat, dienen uitgevoerd te worden door een gekwalificeerd elektricien of competent persoon.
• Dit product mag alleen worden onderhouden door een erkend onderhoudscentrum en
er dient alleen gebruik te worden gemaakt van originele reserveonderdelen.
4) Indien er een wateraansluiting voorzien is
Bedieningspaneel
7
Bescherming van het milieu
Dit apparaat bevat geen gassen die de ozonlaag kunnen beschadigen, niet in het koelcircuit en evenmin in de isolatiematerialen. Het apparaat mag niet worden weggegooid bij
het normale huishoudelijke afval. Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen: het apparaat moet weggegooid worden conform de van toepassing zijnde regels die u bij de lokale overheidsinstanties kunt verkrijgen. Voorkom beschadiging aan de koeleenheid, vooral
aan de achterkant bij de warmtewisselaar. De materialen die gebruikt zijn voor dit apparaat en die voorzien zijn van het symbool zijn recyclebaar.
BEDIENINGSPANEEL
1
2
3
4
5
6
1 ON/OFF -toets
2 Mode-toets
3 OK -toets
4 Toets temperatuur lager
5 Toets temperatuur hoger
6 Display
Het ingestelde geluid van de toetsen kan harder worden gezet door een paar seconden
gelijktijdig te drukken op de toets Mode en de toets Temperatuur lager. De wijziging kan
weer ongedaan worden gemaakt.
Display
7
COOL
MATIC
1
1
2
3
4
5
6
7
2
FROST
MATIC
3 4 5
Timerfunctie
COOLMATIC-functie
Minute Minder -functie
Kinderslotfunctie
Alarmlampje
temperatuurlampje
FROSTMATIC-functie
Inschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat in te schakelen:
1. Steek de stekker in het stopcontact.
6
8
Bedieningspaneel
2. Druk op de ON/OFF -toets van het apparaat als het display uit is.
3. Het alarm kan na een paar seconden afgaan.
Zie 'Alarm hoge temperatuur' voor informatie over het resetten van het alarm.
4. Het temperatuurlampje toont de ingestelde standaardtemperatuur.
Zie 'Temperatuurregeling' om een andere temperatuur in te stellen.
Uitschakelen
Ga als volgt te werk om het apparaat uit te schakelen:
1. Druk de ON/OFF-toets van het apparaat gedurende 5 seconden in.
2. Het display wordt uitgeschakeld.
3. Trek de stekker uit het stopcontact om de stroomtoevoer naar het apparaat af te sluiten.
Temperatuurregeling
De ingestelde temperatuur van de koelkast kan worden aangepast door op de thermostaatknoppen te drukken.
Standaard ingestelde temperatuur:
• +5°C voor de koelkast
Het temperatuurlampje toont de ingestelde temperatuur.
De ingestelde temperatuur zal binnen 24 uur worden bereikt.
Na een stroomonderbreking blijft de ingestelde temperatuur opgeslagen.
Minute Minder-functie
De Minute Minder -functie moet worden gebruikt om een akoestisch alarm op de gewenste tijd in te stellen. Dit is bijvoorbeeld handig als in een recept staat dat een mengsel
een bepaalde tijd moet afkoelen, of als u een herinnering nodig hebt om niet te vergeten
flessen, die u snel in de vriezer wil afkoelen, weer uit de vriezer te halen.
Om de functie aan te zetten:
1. Druk op de Mode-toets tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het Minute Minder -lampje knippert.
De timer toont gedurende enkele seconden de ingestelde waarde (30 minuten).
2. Druk op de timerknop om de waarde van de timer te wijzigen van 1 tot 90 minuten.
3. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
Het Minute Minder -lampje wordt getoond.
De timer begint te knipperen (min).
Op het einde van de aftelling knippert het Minute Minder -lampje en klinkt een alarm:
1. Verwijder de drankjes uit het vriesvak.
2. Schakel de functie uit.
Om de functie uit te zetten:
1. Druk op de Mode-knop tot het Minute Minder -lampje knippert.
2. Druk op de OK-toets om te bevestigen.
3. Het Minute Minder -lampje gaat uit.
De functie kan op elk moment worden uitgeschakeld.
Bedieningspaneel
9
Het is mogelijk om te allen tijde en voor het einde van de ingestelde tijd, de tijd te veranderen door op de toets voor het omlaag zetten van de temperatuur en op de toets voor
het omhoog zetten van de temperatuur te drukken.
Kinderslot-functie
Selecteer de kinderslotfunctie om de bediening van de knoppen te vergrendelen tegen
onbedoelde bediening.
Voor inschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
2. Het indicatielampje Kinderslot knippert.
3. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
Het indicatielampje Kinderslot wordt getoond.
Voor uitschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het indicatielampje Kinderslot knippert.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
3. Het indicatielampje Kinderslot gaat uit.
Alarm bij open deur
Als de deur enkele minuten heeft opengestaan, klinkt er een geluidsalarm. De alarmtoestand bij geopende deur wordt aangegeven door:
• Een knipperend alarmlampje
• Zoemer
Als de normale omstandigheden zijn hersteld (deur gesloten), wordt het geluidsalarm uitgeschakeld.
Tijdens het alarm kan de zoemer worden uitgeschakeld door op de alarmknop te drukken.
COOLMATIC-functie
Indien een grote hoeveelheid warm eten wilt plaatsen na bijvoorbeeld boodschappen te
hebben gedaan, raden we aan om de COOLMATIC-functie te activeren om de producten
sneller te koelen en om te voorkomen dat ander voedsel in de koelkast wordt verwarmd.
Voor inschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het COOLMATIC-indicatielampje knippert.
De temperatuurweergave van de koelkast toont de ingestelde temperatuur.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
Het COOLMATIC-indicatielampje wordt weergegeven.
Het COOLMATIC-functie wordt automatisch na ongeveer 6 uur uitgeschakeld.
Om de functie uit te schakelen voor deze automatisch afloopt:
1. Druk op de Mode-knop totdat het COOLMATIC-indicatielampje knippert.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
3. Het COOLMATIC-indicatielampje gaat uit.
De functie gaat uit door een andere ingestelde koelkasttemperatuur te selecteren.
10
Het eerste gebruik
FROSTMATIC-functie
Het is mogelijk om vers voedsel dat moet worden ingevroren in alle compartimenten te
plaatsen, behalve de laagste.
Voor inschakeling van de functie:
1. Druk op de Mode-knop tot het bijbehorende pictogram verschijnt.
Het FROSTMATIC-lampje knippert.
-symbool.
Het indicatielampje van de vriezertemperatuur toont het
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
Het FROSTMATIC-indicatielampje wordt weergegeven.
Er start een animatie.
Deze functie stopt automatisch na 52 uur.
Om de functie uit te schakelen voor deze automatisch afloopt:
1. Druk op de Mode-knop totdat het FROSTMATIC-lampje knippert.
2. Druk op de OK-knop om te bevestigen.
3. Het FROSTMATIC-indicatielampje gaat uit.
De functie gaat uit door een andere ingestelde vriezertemperatuur te selecteren.
HET EERSTE GEBRUIK
De binnenkant schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne
accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van
een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af.
Gebruik geen oplosmiddelen of schuurpoeders. Deze beschadigen de lak.
DAGELIJKS GEBRUIK
Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en voor het voor een lange
periode bewaren van ingevroren en diepgevroren voedsel.
Activeer om vers voedsel in te vriezen de FROSTMATIC-functie ten minste 24 uur voordat
u het in te vriezen voedsel in het vriesvak legt.
De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur kan worden ingevroren wordt aangegeven op het typeplaatje 5)
Het invriesproces duurt 24 uur: voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen voedsel toe.
5) Raadpleeg "Technische gegevens
Dagelijks gebruik
11
Het bewaren van ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is inschakelt,
het apparaat minstens 2 uur op een hoge instelling laten werken voordat u er producten
in plaatst.
Als er grote hoeveelheden voedsel bewaard moeten worden, alle laden en korven uit het
apparaat verwijderen en het voedsel op de koelschappen zetten, hiermee verkrijgt u het
beste resultaat.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat het voedsel de beladingslimiet, die op de zijkant van het bovenste gedeelte is vermeld, niet overschrijdt (indien van toepassing)
In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen
dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "tijdsduur" is vermeld,
moet het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden
en dan weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is).
Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt, voordat het gebruikt wordt, in het koelvak of
op kamertemperatuur laten ontdooien, afhankelijk van de hoeveelheid tijd die hiervoor
nodig is.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden als ze nog bevroren zijn: in dat geval zal de bereiding iets langer duren.
Verplaatsbare schappen
De wanden van de koelkast zijn voorzien van een
aantal geleiders zodat de schappen op de gewenste plaats gezet kunnen worden.
Voor een beter gebruik van de ruimte kunnen de
voorste halve schappen over de achterste worden geplaatst.
Het plaatsen van de deurschappen
Om het bewaren van voedselpakketten van verschillende afmetingen mogelijk te maken,
kunnen de schappen op verschillende hoogtes geplaatst worden.
12
Dagelijks gebruik
Koolstofluchtfilter
Uw apparaat is voorzien van een koolstoffilter
(CLEANAIR CONTROL) dat zich achter een klepje
op de achterkant van het koelvak bevindt.
Het filter zuivert de lucht van ongewenste geuren in de koelkast en het LONGFRESH -vak, waardoor de bewaarkwaliteit verder wordt verbeterd.
C L E A N A I R
C O N T R O L
Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd
gesloten.
LONGFRESH -vak
In het LONGFRESH 0°C -vak wordt de temperatuur automatisch geregeld. Deze blijft constant op ongeveer 0°C; u hoeft niets in te stellen.
De constante conserveringstemperatuur van ongeveer 0°C en de relatieve vochtigheid
van tussen de 45 en 90 % bieden optimale omstandigheden voor verschillende soorten
voedsel.
U kunt daarom verschillende soorten voedsel in het LONGFRESH 0°C -vak bewaren, waar
het tot 3 keer langer houdbaar blijft met een betere kwaliteit vergeleken met normale
koelkastvakken. Hierdoor kunt u meer vers voedsel bewaren. Smaak, versheid, kwaliteit
en voedingswaarde (vitamines en mineralen) blijven goed behouden. Het gewichtsverlies
van groenten en fruit wordt minder. Het voedsel levert een hogere voedingswaarde.
Het LONGFRESH 0°C -vak is ook geschikt voor het ontdooien van voedsel.
In dit geval kan het ontdooide voedsel maximaal twee dagen bewaard worden.
Vochtigheidsregeling
Beide vakken kunnen worden gebruikt in overeenstemming met de gewenste opslagcondities,
onafhankelijk van elkaar, met lagere of hogere
luchtvochtigheid.
Elk vak wordt apart geregeld met behulp van
een schuifklep op de voorkant van het vak.
• "Droog": lage luchtvochtigheid, tot 50% relatieve luchtvochtigheid
Dit luchtvochtigheidsgehalte wordt bereikt wanneer beide schuifkleppen in deze positie worden gezet en de ventilatie-openingen helemaal open staan.
• "Vochtig": hoge relatieve luchtvochtigheid, maximaal 90%
Dit luchtvochtigheidsgehalte wordt bereikt wanneer beide schuifkleppen in deze posien de ventilatie-openingen zijn gesloten. Het vocht in de lucht
tie worden gezet
blijft behouden en kan niet ontsnappen.
Dagelijks gebruik
Lade
De draadroosters in de laden laten lucht vrij
rond het voedsel circuleren en daardoor kan het
voedsel beter bewaard worden.
Het vak heeft grendels om te voorkomen dat de
laden uit de koelkast vallen als deze volledig worden uitgetrokken.
Om de laden te verwijderen (bijv. om ze schoon
te maken) trekt u ze tot de grendels uit, tilt u ze
op en haalt u ze eruit. .
Bewaardtijd in het longfresh 0°C-vak voor vers voedsel
Soort voedsel
Instelling luchtvochtigheid
Bewaartijd
Uien
"droog"
max. 5 maanden
Boter
"droog"
max. 1 maand
Grote stukken varkensvlees
"droog"
max. 10 dagen
Rundvlees, wild, kleine stukken varkensvlees, gevogelte
"droog"
max. 7 dagen
Tomatensaus
"droog"
max. 4 dagen
Vis, schelpdieren, gekookte
vleesproducten
"droog"
max. 3 dagen
Gekookte vis en schelpdieren
"droog"
max. 2 dagen
Salade, groenten Wortels,
kruiden, spruitjes, selderij
"vochtig"
max. 1 maand
Artisjokken, bloemkool, cichorei, ijsbergsla, andijvie, veldsla, botersla, prei, radicchio
"vochtig"
max. 21 dagen
Broccoli, paksoi, boerenkool,
kool, radijsjes, savooiekool
"vochtig"
max. 14 dagen
Erwten, koolrabi
"vochtig"
max. 10 dagen
Lente-ui, radijsjes, asperges,
spinazie
"vochtig"
max. 7 dagen
Fruit 1)
Peren, dadels (vers), aardbeien, perziken 1)
"vochtig"
max. 1 maand
13
14
Dagelijks gebruik
Soort voedsel
Instelling luchtvochtigheid
Bewaartijd
Pruimen 1)
rabarber, kruisbessen
"vochtig"
max. 21 dagen
Appels (niet gevoelig voor
koude), kweeperen
"vochtig"
max. 20 dagen
Abrikozen, kersen
"vochtig"
max. 14 dagen
Kriekpruimen, druiven
"vochtig"
max. 10 dagen
Zwarte bessen, aalbessen
"vochtig"
max. 8 dagen
Vijgen (verse)
"vochtig"
max. 7 dagen
Bosbessen, frambozen
"vochtig"
max. 5 dagen
1) Hoe rijper het fruit, hoe korter de bewaartijd
Taarten met room en andere banketbakkersproducten kunnen 2 tot 3 dagen worden bewaard in het longfresh 0°C-vak.
De volgende producten mogen niet in het longfresh 0°C-vak worden gelegd:
• fruit dat gevoelig is voor koude dat in een kelder of op kamertemperatuur moet worden bewaard, zoals ananas, bananen, grapefruits, meloenen, mango, papaya, sinaasappels, citroenen, kiwi's.
• Soorten voedsel die niet in bovenstaande tabel worden genoemd moeten in het koelvak worden bewaard (b.v. alle soorten kaas, vleeswaren etc.)
De luchtvochtigheid in de laden is afhankelijk van de hoeveelheid vocht in het bewaarde
voedsel, groenten en fruit en van de frequentie waarmee de deur wordt geopend
Het longfresh 0°C-vak is ook geschikt voor het langzaam laten ontdooien van voedsel. In
dit geval kan het ontdooide voedsel maximaal twee dagen worden bewaard in het longfresh 0°C-vak.
Tips:
• Let op de versheid van het voedsel, vooral op de houdbaarheidsdatum. De kwaliteit en
de versheid zijn van invloed op de bewaartijd.
• De volledige bewaarcyclustijd is afhankelijk van de maatregelen die genomen worden
voordat het voedsel in de koelkast wordt gelegd.
• Voedsel, fruit of groenten moeten altijd worden verpakt voordat ze worden bewaard.
• Dierenvoeding moet altijd verpakt en droog worden bewaard.
• Voedsel dat rijk is aan eiwitten bederft sneller. Dit betekent dat schelpdieren eerder
bederven dan vis, dat op zijn beurt eerder bederft dan vlees. Bij het bewaren van voed-
Nuttige aanwijzingen en tips
15
sel in een 0°C-vak kan de bewaartijd voor dat soort voedsel wel drie keer zo lang worden, zonder verlies van kwaliteit.
• Al het voedsel dat bewaard wordt in een 0°C-vak moet ongeveer 15-30 min. voor consumptie uit de laden worden gehaald, vooral fruit en groenten die u zonder ze te verhitten gaat eten. Door fruit en groente op kamertemperatuur te laten komen, worden
de smaak en de textuur beter.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
Tips voor energiebesparing
• De deur niet vaker openen of open laten staan dan strikt noodzakelijk.
• Als de omgevingstemperatuur hoog is, de thermostaatknop op een lage temperatuur
staat en het apparaat volledig gevuld is, kan de compressor continu aan staan waardoor er ijs op de verdamper ontstaat. Als dit gebeurt, zet u de thermostaatknop naar
een warmere instelling om de koelkast automatisch te laten ontdooien en zo elektriciteitsverbruik te besparen.
Tips voor het koelen van vers voedsel
Om de beste prestatie te verkrijgen:
• Zet geen warm voedsel of verdampende vloeistoffen in de koelkast
• dek het voedsel af of verpak het, in het bijzonder als het een sterke geur heeft
• plaats het voedsel zodanig dat de lucht er vrijelijk omheen kan circuleren
Nuttige tips voor het koelen
Nuttige tips:
Vlees (alle soorten) in plastic zakken verpakken en op het glazen schap leggen, boven de
groentelade.
Bewaar het, voor de veiligheid, slechts een of maximaal twee dagen op deze manier.
Gekookt voedsel, koude schotels, enz.: deze moeten afgedekt worden en mogen op willekeurig welk schap gezet worden.
Fruit en groente: deze moeten zorgvuldig schoongemaakt worden en in de speciaal daarvoor bedoelde lade(n) geplaatst worden.
Boter en kaas: dit moet in speciale luchtdichte bakjes gelegd of in aluminiumfolie of plastic zakjes gewikkeld worden om zoveel mogelijk lucht buiten te sluiten.
Melkflessen: deze moeten een afdekdop hebben en opgeslagen worden in het flessenrek
in de deur.
Bananen, aardappelen, uien en knoflook, indien niet verpakt, mogen niet in de koelkast
bewaard worden.
Tips voor het invriezen
Om u te helpen om het beste van het invriesproces te maken, volgen hier een paar belangrijke tips:
• de maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur ingevroren kan worden. is vermeld op
het typeplaatje;
16
Onderhoud en reiniging
• het invriesproces duurt 24 uur. Voeg gedurende deze periode niet meer in te vriezen
voedsel toe;
• vries alleen vers en grondig schoongemaakte levensmiddelen van uitstekende kwaliteit
in;
• bereid het voedsel in kleine porties voor, zo kan het snel en volledig worden ingevroren en zo kunt u later alleen die hoeveelheid laten ontdooien die u nodig heeft;
• wikkel het voedsel in aluminiumfolie of plastic en zorg ervoor dat de pakjes luchtdicht
zijn;
• leg vers, nog niet ingevroren voedsel niet tegen het al ingevroren voedsel, om te voorkomen dat dit laatste warm wordt;
• smalle pakjes zijn makkelijker op te bergen dan dikke; zout maakt voedsel minder lang
houdbaar;
• water bevriest, als dit rechtstreeks uit het vriesvak geconsumeerd wordt, kan het aan
de huid vastvriezen;
• het is aan te bevelen de invriesdatum op elk pakje te vermelden, dan kunt u zien hoe
lang het al bewaard is;
Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel
Om de beste resultaten van dit apparaat te verkrijgen, dient u:
• er zich van te verzekeren dat de commercieel ingevroren levensmiddelen op geschikte
wijze door de detailhandelaar werden opgeslagen;
• ervoor te zorgen dat de ingevroren levensmiddelen zo snel mogelijk van de winkel
naar uw vriezer gebracht worden;
• de deur niet vaker te openen of open te laten staan dan strikt noodzakelijk.
• Als voedsel eenmaal ontdooid is, bederft het snel en kan het niet opnieuw worden ingevroren.
• Bewaar het voedsel niet langer dan de door de fabrikant aangegeven bewaarperiode.
ONDERHOUD EN REINIGING
LET OP!
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact
trekken.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen; onderhoud en herladen mag alleen uitgevoerd worden door bevoegde technici.
Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
• maak de binnenkant en de accessoires schoon met lauw water en wat neutrale zeep.
• controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze schoon om u ervan te verzekeren
dat ze schoon en vrij van restjes zijn.
• spoel ze af en maak ze grondig droog.
Onderhoud en reiniging
17
Trek niet aan leidingen en/of kabels aan de binnenkant van de kast en verplaats of beschadig ze niet.
Gebruik nooit schoonmaakmiddelen, schuurpoeders, erg geparfumeerde reinigingsproducten en waspolijstmiddelen om de binnenkant schoon te maken, aangezien deze het oppervlak beschadigen en een sterke geur achterlaten.
Maak de condensor (zwart rooster) en de compressor op de achterkant van het apparaat
schoon met een borstel of stofzuiger. Deze handeling zal de prestatie van het apparaat
verbeteren en het elektriciteitsverbruik verminderen.
Het onderste schap, tussen het koelvak en het LONGFRESH 0°C -vak, kan verwijderd worden om schoongemaakt te worden. Om het te verwijderen het schap recht naar buiten
trekken.
De afdekplaten boven de lades in het vak kunnen verwijderd worden om ze schoon te
kunnen maken.
Om de volledige functionaliteit van het LONGFRESH 0°C -vak te garanderen moeten het
onderste schap en de afdekplaten, na reiniging, weer op hun oorspronkelijke plaats gezet
worden.
Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt.
Veel normaal verkrijgbare keukenreinigers bevatten chemicaliën die de kunststoffen die
in dit apparaat gebruikt zijn kunnen aantasten/beschadigen. Daarom wordt het aanbevolen de buitenkant van dit apparaat alleen schoon te maken met warm water met een
beetje afwasmiddel.
Steek, na het schoonmaken van het apparaat, de stekker weer in het stopcontact.
Het koolstoffilter vervangen
Het koolstoffilter draagt bij tot minder geurtjes in de koelkast, waardoor het risico van
ongewenste aroma's in delicate levensmiddelen beperkt blijft.
Voor optimale prestaties moet het koolstoffilter eenmaal per jaar vervangen worden.
Nieuwe actieve luchtfilters zijn verkrijgbaar bij uw vakhandelaar.
18
Onderhoud en reiniging
• Het luchtfilter wordt achter het klepje geplaatst en kan worden bereikt door het klepje naar buiten te trekken (1)
• Trek het gebruikte luchtfilter uit de gleuf.
1
2
• Plaats het nieuwe luchtfilter in de gleuf (2)
• Sluit het klepje.
Het luchtfilter is een verbruiksartikel en als zodanig geldt hiervoor geen garantie.
Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd gesloten.
Het luchtfilter dient zorgvuldig te worden behandeld om te voorkomen dat het oppervlak
bekrast wordt.
Het ontdooien van de koelkast
Het koelvak wordt automatisch ontdooid.
Het vrijkomende water stroomt in een bak bovenop de compressor en verdampt. Deze
bak kan niet verwijderd worden.
De vriezer ontdooien
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd vormen op de schappen van de vriezer en rond
het bovenste vak.
Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 3-5 mm bereikt heeft.
Zet, ongeveer 12 uur voordat u gaat ontdooien, de thermostaatknop op een hogere
stand, om voldoende koudereserve op te bouwen voor de onderbreking tijdens de werking.
Volg onderstaande aanwijzingen om de rijp te verwijderen:
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen krantenpapier en
leg het op een koele plaats.
LET OP!
Raak ingevroren voedsel niet met natte handen aan. Uw handen kunnen dan aan de producten vastvriezen.
3. Laat de deur open staan.
Problemen oplossen
19
Om het ontdooiproces te versnellen kunt u een bak warm water in het vriesvak zetten.
Verwijder bovendien stukken ijs die afbreken voordat het ontdooien voltooid is.
4. Na afloop van het ontdooien de binnenkant grondig droog maken.
5. Schakel het apparaat in.
6. Zet het eerder verwijderde voedsel na twee tot drie uur terug in het vriesvak.
Gebruik nooit scherpe metalen om de rijp van de verdamper te krabben, deze zou beschadigd kunnen raken.
Gebruik geen mechanische of kunstmatige middelen om het ontdooiproces te versnellen,
behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen.
Een temperatuurstijging tijdens het ontdooien van de ingevroren levensmiddelen, kan de
veilige bewaartijd verkorten.
Periodes dat het apparaat niet gebruikt wordt
Als het apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt, neem dan de volgende voorzorgsmaatregelen:
• trek de stekker uit het stopcontact
• verwijder al het voedsel,
• ontdooi de koelkast, 6)en maak het apparaat en alle accessoires schoon,
• laat de deur/deuren op een kier staan om de vorming van onaangename luchtjes te
voorkomen.
Als uw apparaat aan blijft staan, vraag dan iemand om het zo nu en dan te controleren,
om te voorkomen dat het bewaarde voedsel bederft, als de stroom uitvalt.
PROBLEMEN OPLOSSEN
WAARSCHUWING!
Voordat u storingen opspoort, de stekker uit het stopcontact trekken.
Het opsporen van storingen die niet in deze handleiding vermeld zijn, dient te worden
verricht door een gekwalificeerd technicus of deskundig persoon.
Er zijn tijdens de normale werking geluiden te horen (compressor, koelcircuit).
Probleem
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Het apparaat maakt lawaai
Het apparaat wordt niet goed
ondersteund
Controleer of het apparaat stabiel staat (alle vier de voetjes
moeten op de vloer staan)
Het apparaat werkt niet.
Het lampje brandt niet.
Het apparaat is uitgeschakeld.
Schakel het apparaat in.
De stekker zit niet goed in het
stopcontact.
Steek de stekker goed in het stopcontact.
6) indien nodig,
20
Problemen oplossen
Probleem
Het lampje brandt niet.
Mogelijke oorzaak
Oplossing
Het apparaat krijgt geen
stroom. Er staat geen spanning
op het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat aan op het stopcontact.
Neem contact op met een gekwalificeerde elektricien.
Het lampje staat in stand-by.
Open en sluit de deur.
Het lampje is stuk.
Zie "Het lampje vervangen".
De compressor werkt con- De temperatuur is niet goed in- Stel een hogere temperatuur in.
gesteld.
tinu.
De deur is niet goed gesloten.
Zie "De deur sluiten".
De deur is te vaak open gedaan. Laat de deur niet langer open
staan dan noodzakelijk.
De temperatuur van het voedsel is te hoog.
Laat het voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het
conserveert.
De kamertemperatuur is te
hoog.
Verlaag de kamertemperatuur.
Dit is normaal, er is geen storing. De compressor start na enige tijd.
De compressor start niet
onmiddellijk na het drukken op de COOLMATIC of
de FROSTMATIC -schakelaar, of na het veranderen
van de temperatuur.
Er loopt water over de
achterkant van de koelkast.
Tijdens het automatische ontdooiproces, ontdooit de rijp tegen de achterwand.
Dat is normaal.
Er loopt water in de koelkast.
De waterafvoer is verstopt.
Maak de waterafvoer schoon.
Producten verhinderen het water om in de wateropvangbak
te lopen.
Zorg ervoor dat de producten de
achterwand niet raken.
COOLMATIC of FROSTMATIC is
ingeschakeld.
Schakel COOLMATIC of FROSTMATIC handmatig uit, of wacht
met het instellen van de temperatuur tot de functie automatisch wordt uitgeschakeld. Zie "
COOLMATIC - of FROSTMATICfunctie".
De temperatuur kan niet
worden ingesteld.
De temperatuur in het ap- De temperatuur is niet goed in- Stel een hogere/lagere temperagesteld.
tuur in.
paraat is te laag/hoog.
De deur is niet goed gesloten.
Zie "De deur sluiten".
De temperatuur van het voedsel is te hoog.
Laat het voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het
conserveert.
Technische gegevens
Probleem
Mogelijke oorzaak
21
Oplossing
Er zijn veel producten tegelijk
geconserveerd.
Conserveer minder producten tegelijk.
De temperatuur in de
koelkast is te hoog.
Er is geen koude luchtcirculatie
in het apparaat.
Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het apparaat is.
De temperatuur in het
vriesvak is te hoog.
Producten liggen te dicht op elk- Berg de producten zodanig op
aar.
dat er koude lucht kan circuleren.
Er is te veel rijp.
Het voedsel is niet goed verpakt. Verpak het voedsel op de juiste
manier.
De deur is niet goed gesloten.
Zie "De deur sluiten".
De temperatuur is niet goed in- Stel een hogere temperatuur in.
gesteld.
Het lampje vervangen
Het apparaat is uitgerust met een LED-binnenlampje dat een lange levensduur heeft.
Alleen een onderhoudsmonteur mag de verlichting vervangen. Neem contact op met uw
servicecentrum.
De deur sluiten
1. Maak de afdichtingen van de deur schoon.
2. Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg "Montage".
3. Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen. Neem contact met de serviceafdeling.
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmetingen van de uitsparing
Tijdsduur
Hoogte
1225 mm
Breedte
560 mm
Diepte
550 mm
12 h
De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de linker binnenkant in het apparaat en op het energielabel.
22
Montage
MONTAGE
Opstelling
WAARSCHUWING!
Als u een oud apparaat weggooit dat voorzien is van een deurslot of vergrendeling, zorg
er dan voor dat dit onbruikbaar gemaakt wordt, zodat kinderen er niet in opgesloten kunnen raken.
De stekker van het apparaat moet na installatie toegankelijk zijn.
Installeer dit apparaat op een plaats waar de omgevingstemperatuur overeenkomt met
de klimaatklasse die vermeld is op het typeplaatje van het apparaat:
Klimaatklasse
Omgevingstemperatuur
SN
+10°C tot + 32°C
N
+16°C tot + 32°C
ST
+16°C tot + 38°C
T
+16°C tot + 43°C
Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis.
Het apparaat moet geaard zijn. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit
doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk
aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels, raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien.
De fabrikant neemt geen verantwoordelijkheid op zich als de bovenstaande veiligheidsmaatregelen niet worden nageleefd.
Dit apparaat voldoet aan de EU. richtlijnen.
Ventilatievereisten
De luchtstroom achter het apparaat moet voldoende zijn.
50 mm
min.
200 cm2
min.
200 cm2
Het milieu
23
Installatie van het koolstofluchtfilter
Het koolstofluchtfilter is een filter met actieve koolstof dat vervelende geurtjes absorbeert. Hierdoor blijven de optimale smaak en het aroma van het voedsel bewaard zonder
dat luchtjes van het ene levensmiddel op het andere worden overgebracht.
Bij aflevering zit het koolstoffilter in een plastic
1
zak om de levensduur en eigenschappen ervan
te garanderen. Het filter moet achter de klep geplaatst worden voordat het apparaat wordt ingeschakeld.
1. Open de klep (1)
2. Haal het filter uit de plastic zak
3. Plaats het filter in de gleuf in de achterkant
van het klepdeksel (2)
2
4. Sluit de klep
Houd tijdens de werking de ventilatieklep altijd
gesloten.
Het filter moet voorzichtig worden gehanteerd
om te voorkomen dat deeltjes van het oppervlak
loskomen.
HET MILIEU
Het symbool
op het product of op de verpakking wijst erop dat dit product niet als
huishoudafval mag worden behandeld, maar moet worden afgegeven bij een
verzamelpunt waar elektrische en elektronische apparatuur wordt gerecycled. Als u
ervoor zorgt dat dit product op de juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke
negatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden kunnen voordoen in geval van
verkeerde afvalverwerking. Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit
product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de gemeentereiniging of de winkel
waar u het product hebt gekocht.