13
onderbreking wanneer u, na het sluiten van de deur,
opnieuw op de AAN/UIT toets drukt.
13. Einde van het programma
De machine stopt automatisch en u hoort een
geluidssignaal.
SPOELSTOP : door deze optie te kiezen voert de
machine het water van de laatste spoeling niet af, om
te voorkomen dat er zich kreukels vormen in de stof.
Aan het einde van de wascyclus gaat het
controlelampje van de Start/Pauze-toets uit, de
controlelampjes en gaan aan en het
controlelampje van de wasmachinedeur zal aanblijven
om aan te geven dat het water nog moet worden
afgevoerd.
Om de cyclus af te ronden moet eerst de toets
ANNULEEREN worden ingedrukt
• alleen afpompen :
kies met de toets SOORT TEXTIEL de gewenste stof
en druk vervolgens 3 maal de toets ANNULEREN
totdat alleen nog het controlelampje
(AFPOMPEN)
brandt en druk vervolgens
START/PAUZE in.
•
(AFPOMPEN)
en (CENTRIFUGEREN):
door middel van de toets SOORT TEXTIEL het type
stof selecteren dat tevoren gewassen is, waarna
eventueel de snelheid kan worden verminderd, dan 2
maal de toets ANNULEREN indrukken totdat alleen
nog het controlelampje CENTRIFUGEREN brandt, en
ten slotte de toets START/PAUZE indrukken.
Na het beëindigen van het programma klinkt een
geluidssignaal.
Het lampje van de deur dooft onmiddellijk.
Druk een paar keer op ANNULEREN om het zojuist
beëindigde programma te annuleren. Als u dit niet
doet, hoort u bij het opnieuw inschakelen van de
machine het geluidssignaal.
Let op: bij het opnieuw inschakelen van de machine
kunt u het laatst uitgevoerde programma annuleren
door op toets SOORT TEXTIEL te drukken en het
nieuwe programma te kiezen.
Druk op de AAN/UIT toets om de machine uit te
schakelen, het betreffende lampje gaat uit.
Haal het wasgoed uit de trommel.
Controleer of de trommel helemaal leeg is door hem
met uw hand te draaien. Hiermee voorkomt u dat
wasgoed dat toevallig in de trommel achtergebleven
is, bij de volgende wasbeurt beschadigd wordt
(krimpen) of het andere wasgoed beschadigt
(verkleuren).
Wij raden u aan de waterkraan altijd dicht te draaien
en de stekker uit het stopcontact te halen.
Laat de deur op een kier staan om de machine te
luchten.
Adviezen en tips voor het wassen
Was niet te lang opsparen
In de eerste plaats adviseren wij u wasgoed niet al te
lang op te sparen, in ieder geval niet als het vochtig is
want het gaat dan schimmelen en veroorzaakt een
muffe geur.
Men zegt ook wel dat «het weer er in gekomen is»;
weervlekken krijgt u er niet meer uit.
Sorteren
Neemt u vooral even de tijd om de in dit boekje
afgedrukte kaart voor de behandelingssymbolen
aandachtig te lezen.
Een streep onder de tobbe betekent dat u het artikel
niet met de krachtige katoenprogramma’s mag
wassen.
Was gekleurd goed, met name donker gekleurd, eerst
een keer apart. De kans is groot dat het afgeeft.
Sterke kreukherstellende stoffen, zoals
polyester/katoen, vallen onder «synthetica».
Tere stoffen, zoals acryl en meestal ook vitrages,
vallen onder «fijne was».
Het wolwasprogramma van deze wasmachine werd
door Woolmark goedgekeurd, op voorwaarde dat de
kleding gewassen wordt overeenkomstig de
instructies op het kledingetiket en die van de
producent van deze wasmachine. M9604.
Bij alle andere wolsoorten en mengsels kan niet
worden uitgesloten dat deze krimpen en/of vervilten in
de wasmachine..
Temperaturen
In principe kiest u voor een bepaalde wasbeurt de
soptemperatuur niet hoger dan het gevoeligste stuk
wasgoed nog kan verdragen.
95°C: voor witte- of kookecht-gekleurd katoen en
linnen, zoals beddegoed, tafellakens, theedoeken,
handdoeken, zakdoeken en ondergoed.
Gemakshalve wordt deze groep vaak “witte was”
genoemd.
60°C: voor normaal vuile witte was, voor
lichtgekleurde bontwas en voor witte- en
lichtgekleurde synthetica.
40°C: vrijwel alle textielsoorten kunnen op 40°C
gewassen worden.
U kiest deze temperatuur ten eerste als dit door het
wasetiket aangegeven wordt, bijvoorbeeld voor
donkergekleurde textiel en fijne was.
Daarnaast kiest u 40°C als het wasgoed zo weinig vuil
is dat het met een lage temperatuur ook nog schoon
wordt.