Documenttranscriptie
LET OP: LEES EERST DEZE AANWIJZINGEN ALVORENS
HET␣ APPARAAT IN GEBRUIK TE NEMEN.
1. Lees deze handleiding nauwkeurig door om de best
mogelijke resultaten te verkrijgen. Bewaar deze
handleiding op een veilige plaats voor toekomstige
referentie.
9. Probeer nooit het apparaat te reinigen met behulp
van een chemisch reinigingsmiddel, aangezien
hierdoor de afwerking beschadigd kan worden.
Gebruik een schone, droge doek.
2. Installeer het apparaat op een koele, droge, schone
plaats — niet in de buurt van ramen, warmtebronnen
of op plaatsen die onderhevig zijn aan trillingen of op
buitengewoon stoffige, warme, koude of vochtige
plaatsen. Plaats het apparaat niet in de buurt van
mogelijke storingsbronnen (zoals transformators of
motoren). Stel het apparaat niet bloot aan regen of
vocht, om het risico van brand of een elektrische
schok te voorkomen.
10. Alvorens te concluderen dat uw apparaat defect is,
dient u eerst het hoofdstuk “FOUTOPSPORING” door
te lezen.
3. Open nooit de behuizing van dit apparaat. Raadpleeg
uw handelaar indien er een vreemd voorwerp in het
apparaat terechtgekomen is.
4. Oefen nooit overmatige kracht uit op de schakelaars
en regelaars of op de aansluitkabels. Bij het
verplaatsen van het apparaat dient u eerst de stekker
van het netsnoer uit het stopcontact te verwijderen
en de verbindingen van de kabels met overige
apparatuur los te maken. Trek nooit aan de kabels
zelf.
5. De openingen in de behuizing zorgen ervoor dat het
apparaat goed geventileerd wordt. Indien deze
openingen geblokkeerd worden, zal de temperatuur
binnen in het apparaat snel toenemen. Plaats daarom
geen voorwerpen tegen deze openingen en installeer
het apparaat op een goed geventileerde plaats om
brand en beschadiging te voorkomen.
Zorg dat u aan de achterkant van het apparaat een
ruimte van ten minste 20 cm vrijlaat, aan beide
zijkanten 20 cm, en boven het bovenpaneel 30 cm,
om brand en beschadiging te voorkomen.
6. De gebruikte spanning dient gelijk te zijn aan die
welke op dit apparaat staat aangegeven. Gebruik van
dit apparaat met een hogere spanning dan die welke
is aangegeven is gevaarlijk en kan brand of andere
ongevallen tot gevolg hebben. YAMAHA stelt zich niet
verantwoordelijk voor enigerlei vorm van
beschadiging die het gevolg is van het gebruik van
dit apparaat met een andere dan de voorgeschreven
spanning.
11. Wanneer u het apparaat gedurende een langere
periode niet gaat gebruiken (bijv. bij vakantie, enz.),
dient u altijd de stekker uit het stopcontact te
trekken.
12. Trek tijdens onweer de stekker van het netsnoer van
uit het stopcontact om schade als gevolg van
blikseminslag te voorkomen.
13. Aarding of polarisatie — Er dienen maatregelen
genomen te worden om te voorkomen dat de aarding
of de polarisatie van een apparaat ongedaan gemaakt
wordt.
14. Wisselstroom-uitgang
Sluit geen audio-apparatuur aan op de wisselstroomuitgang op het achterpaneel, indien deze apparatuur
meer stroom nodig heeft dan de nominale capaciteit
waarin deze uitgang kan voorzien.
Dit apparaat blijft aangesloten op de netspanning zolang
de stekker ervan nog in het stopcontact zit, ook al wordt
het apparaat zelf uitgeschakeld. Deze toestand wordt de
standby-modus genoemd.
In deze toestand zal het apparaat een zeer kleine
hoeveelheid stroom verbruiken.
Alleen voor klanten in Nederland
Bij dit produkt zijn batterijen
geleverd. Wanneer deze leeg zijn,
moet u ze niet weggooien maar
inleveren als KCA.
7. Digitale signalen die door dit apparaat worden
opgewekt kunnen storing veroorzaken in overige
componenten zoals tuners, ontvangers of
televisietoestellen. Plaats dit apparaat verder van
dergelijke componenten vandaan indien er blijk is
van storing.
8. Zet de VOLUME-regelaar steeds op “m” alvorens u
begint met het afspelen van de audiobron; laat het
volume geleidelijk tot het gewenste niveau toenemen
nadat het afspelen begonnen is.
LET OP
0701E800_NL
2
5/18/0, 3:56 PM
INLEIDING
BIJZONDERHEDEN
Ingebouwde 3-kanaals
vermogensversterking
Digitale geluidsveldverwerking met
meerdere functies
◆
◆
◆
◆
◆
Overige functies
OPSTELLING VAN DE LUIDSPREKERS .............. 7
AANSLUITINGEN ...................................................... 8
AFSTELLING VAN DE
LUIDSPREKERBALANS ..................................... 14
BASISBEDIENING
AFSPELEN VAN EEN BRON .................................. 16
EFFECT VAN DIGITALE
GELUIDSVELDPROCESSOR (DSP) ................. 20
OPNEMEN VAN EEN BRON OP TAPE, MD OF
VIDEOCASSETTE ................................................ 21
GEAVANCEERDE BEDIENING
GELUIDSVELDPROGRAMMA ............................ 22
SET MENU ................................................................. 25
VERTRAGINGSTIJD EN LUIDSPREKERUITGANGSNIVEAUS ........................................... 29
DE SLEEP-TIMER ................................................... 31
Vervaardigd in licentie van Dolby
Laboratories. “Dolby”, “Pro Logic” en het
dubbele D-symbool zijn handelsmerken van
Dolby Laboratories. Vertrouwelijke
onuitgegeven werken. ©1992–1997 Dolby
Laboratories Inc. Alle rechten voorbehouden.
Bedieningstips worden aangegeven door het symbool y.
• Wanneer toetsen op dit apparaat en de afstandsbediening
in deze Gebruiksaanwijzing samen vermeld worden,
worden deze in beginsel vermeld in de volgorde
“toetsnaam (toetsnaam op afstandsbediening)”.
N-1
0702E800_01-06_NL
1
5/18/0, 3:56 PM
Nederlands
Gefabriceerd onder licentie van Digital Theater Systems, Inc.
US Pat. No. 5,451,942 en overige wereldwijde patenten
geregistreerd en in aanvraag. “DTS”, “DTS Digital Surround”
zijn handelsmerken van Digital Theater Systems, Inc.
Auteursrecht 1996 Digital Theater Systems, Inc. Alle rechten
voorbehouden.
FOUTOPSPORING ................................................... 32
SPECIFICATIES ....................................................... 35
ADDENDUM
ADDENDUM
GEAVANCEERDE BEDIENING
◆ 96 kHz/24-bits D/A-omzetter
◆ SET MENU met 12 onderdelen waarmee u dit
apparaat optimaal kunt aanpassen aan uw audio- en
videosysteem
◆ Testtoongenerator om de luidsprekerbalans
gemakkelijker te kunnen instellen
◆ 6-kanaals externe decoder-ingang voor andere
toekomstige formaten
◆ Mogelijkheid voor S Video signaal-ingang/uitgang
◆ 3 optische/2 coaxiale digitale signaalingangsaansluitingen
◆ SLEEP-timer
◆ Afstandsbediening
VOORBEREIDING
BASISBEDIENING
Digitale geluidsveldprocessor (DSP)
Dolby Pro Logic-decoder
Dolby Digital-decoder
DTS-decoder
CINEMA DSP: Combinatie van YAMAHA DSPtechnologie en Dolby Pro Logic, Dolby Digital of
DTS
BIJZONDERHEDEN .................................................. 1
INHOUD ....................................................................... 1
VOORBEREIDINGEN ............................................... 2
BEDIENINGSORGANEN EN HUN FUNCTIES .... 4
VOORBEREIDING
◆ Minimaal RMS-uitgangsvermogen
(Totale harmonische vervorming 0,06%,
20 Hz – 20 kHz)
Midden: 70 W (8 Ω)
Achter:
70 W + 70 W (8 Ω)
INLEIDING
INLEIDING
Met de DSP-E800 kunt u genieten van het geavanceerde
surroundgeluid van een 5.1-kanaals systeem door dit aan te
sluiten op uw bestaande hoofdversterker.
INHOUD
VOORBEREIDINGEN
Controleren van de inhoud van de
verpakking
Plaatsing van de batterijen in de
afstandsbediening
Controleer na het uitpakken of de volgende onderdelen
aanwezig zijn:
Afstandsbediening
1
3
Batterijen (R6)
2
POWER
PROGRAM
/DTS
SUR.
1
MOVIE
THTR 1
MOVIE
THTR 2
2
3
MONO MOVIE TV SPORTS
4
5
ROCK
DISCO
6
HALL
7
8
TEST
EFFECT
DSP
TIME/LEVEL
SET MENU
1
Leg de afstandsbediening op zijn kop en
schuif het deksel van het batterijvak in de
richting van het pijltje.
2
Plaats de batterijen (R6) met de polen op de
juiste plaats in het batterijvak.
3
Sluit het deksel van het batterijvak.
6CH INPUT
CD
TUNER TAPE/MD
DVD/LD
D–TV
VCR
CBL/SAT
SLEEP
–
MUTING
VOLUME
+
Vernieuwen van de batterijen
Wanneer de afstandsbediening alleen nog maar werkt
wanneer deze dicht bij het apparaat wordt gehouden, zijn de
batterijen zwak. Vernieuw de batterijen.
Opmerkingen
• Gebruik voor het vernieuwen uitsluitend batterijen van het type
R6.
• Zorg dat de polen van de batterijen op de juiste plaats zitten. (Zie
de markeringen in het batterijvak.)
• Verwijder de batterijen indien u de afstandsbediening lange tijd
niet denkt te gebruiken.
• Indien de batterijen lekken, gooi deze dan onmiddellijk weg.
Vermijd aanraking van het gelekte materiaal en laat het niet in
aanraking komen met kleding e.d. Alvorens u nieuwe batterijen
gaat plaatsen, dient u het batterijvak grondig te reinigen.
N-2
0702E800_01-06_NL
2
5/18/0, 3:56 PM
VOORBEREIDINGEN
Gebruik van de afstandsbediening
D I G I TA L
NATURAL SOUND
CINEMA DSP
AV PROCESSOR/AMPLIFIER DSP–E800
DOLBY
D I G I T A L
SURROUND
VOLUME
INPUT SELECTOR
16
12
20
8
28
STANDBY/ON
4
40
INPUT MODE
2
60
INLEIDING
00
0
–dB
–
SET MENU
+
NEXT
TAPE/MD MON
EFFECT
PROGRAM
/6CH INPUT
Afstandsbedieningssensor
Gebruiken binnen een
bereik van circa 6 m
PREPARATION
BASIC OPERATION
De afstandsbediening verzendt infrarode signalen naar de
infrarode sensor. Houd de afstandsbediening tijdens gebruik
daarom altijd in de richting van de infrarode sensor. Indien
de sensor is afgedekt of er zich tussen de afstandsbediening
en sensor een groot obstakel bevindt, kunnen de signalen
niet door de sensor worden ontvangen. Wanneer de sensor
wordt blootgesteld aan direct zonlicht of aan fel kunstlicht
(zoals een fluorescerende lamp of stroboscooplamp), bestaat
de kans dat de signalen niet goed door de sensor worden
ontvangen. In dit geval dient u de lamp of het apparaat
zodanig te verplaatsen dat het licht niet meer direct op de
sensor schijnt.
Opmerkingen
ADVANCED OPERATION
• Ga voorzichtig met de afstandsbediening om.
• Mors geen water, thee of andere vloeistoffen op de
afstandsbediening.
• Laat de afstandsbediening niet vallen.
• Bewaar de afstandsbediening niet op de volgende plaatsen:
– plaatsen met een hoge vochtigheid of temperatuur, zoals in de
nabijheid van een verwarming, fornuis of bad;
– plaatsen met veel stof; en
– plaatsen met een extreem lage temperatuur.
APPENDIX
Nederlands
N-3
0702E800_01-06_NL
3
5/18/0, 3:56 PM
BEDIENINGSORGANEN EN HUN FUNCTIES
Voorpaneel
1
2
5
4
3
6
D I G I TA L
NATURAL SOUND
CINEMA DSP
AV PROCESSOR/AMPLIFIER DSP–E800
DOLBY
D I G I T A L
SURROUND
VOLUME
INPUT SELECTOR
16
20
STANDBY/ON
12
28
8
60
2
4
40
INPUT MODE
00
0
–dB
–
SET MENU
+
NEXT
TAPE/MD MON
EFFECT
PROGRAM
0
q
/6CH INPUT
7
8
9
1 STANDBY/ON
Druk op deze toets om het apparaat in te schakelen of in de
standby-modus te zetten. Alvorens u het apparaat inschakelt,
zet u VOLUME op “m”.
Standby-modus
In deze modus verbruikt het apparaat zeer weinig
stroom, net voldoende om de infrarode signalen van de
afstandsbediening te kunnen ontvangen.
2 Afstandsbedieningssensor
Hiermee worden de signalen van de afstandsbediening
ontvangen.
3 Display
Hierop wordt allerhande informatie weergegeven. (Zie blz. 5
voor bijzonderheden.)
4 INPUT MODE
Druk op deze toets om de gewenste ingangsfunctie te
kiezen: AUTO, DTS en ANALOG voor de DVD/LD, D-TV
en CBL/SAT.
5 INPUT SELECTOR
Draai deze keuzeschakelaar om de ingangsbron (TUNER,
CD, VCR, CBL/SAT, D-TV, DVD/LD) te kiezen waarnaar u
wilt luisteren of kijken. De gekozen ingangsbron wordt met
een pijltje aangegeven op het display.
6 VOLUME
Deze regelaar wordt gebruikt om het volume te verhogen of
te verlagen.
7 SET MENU +/–
Druk op deze toetsen om de instellingen bij SET MENU te
veranderen.
8 NEXT
Druk op deze toets om bij SET MENU het gewenste
onderdeel te kiezen. Bij gebruikmaking van SET MENU
werkt deze toets als op de afstandsbediening.
9 TAPE/MD MON / 6CH INPUT
Druk op deze toets om een tape of een MD af te spelen. Op
het display gaat de indicatie “TAPE/MD MONITOR”
branden. Wanneer u de toets opnieuw indrukt, verdwijnt de
indicatie “TAPE/MD MONITOR” en verschijnt “6CH
INPUT” op het display. U kunt dan luisteren naar een
geluidsbron die is aangesloten op de 6CH INPUTaansluitingen.
0 EFFECT
Druk op deze toets om de effectluidsprekers (midden en
achter) in of uit te schakelen. Wanneer u tijdens het afspelen
van een met Dolby Digital en DTS gecodeerde geluidsbron
deze effectluidsprekers uitschakelt, worden de signalen van
het midden- en achterkanaal uitgevoerd via de rechter en
linker hoofdluidspreker. In dat geval bestaat de kans dat de
uitgangsniveaus van de rechter en linker luidsprekers niet
met elkaar overeenstemmen.
q PROGRAM-keuzetoets
Druk op l of h om een DSP-programma te kiezen
wanneer de effectluidsprekers (midden en achter) zijn
ingeschakeld. De naam van het gekozen programma
verschijnt op het display.
N-4
0702E800_01-06_NL
4
5/18/0, 3:56 PM
BEDIENINGSORGANEN EN HUN FUNCTIES
Display
2
1
3
ENHANCED
DSP
MOVIE THEATER 12
DVD/LD
D–TV
VCR
INLEIDING
dB
ms
DIGITAL
PRO LOGIC
4
TUNER
CD
CBL/SAT
TAPE/MD
MONITOR
SLEEP
5
6
7
3 Ingangsbron-indicaties
Het pijltje van de gekozen ingangsbron gaat branden.
4 TAPE/MD MONITOR-indicatie
Deze indicatie gaat branden wanneer als ingangsbron het
tapedeck of de MD-recorder e.d. is gekozen door indrukken
van TAPE/MD MON / 6CH INPUT (of TAPE/MD).
6 x indicatie
“ x ” gaat branden wanneer de ingebouwde
digitale geluidsveldprocessor is ingeschakeld.
7 DSP-programma-indicatie
De betreffende indicatie gaat branden wanneer DSPprogramma nr. 2 of 3, of het subprogramma “ENHANCED”
van nr. 1, is gekozen.
ADVANCED OPERATION
8 SLEEP-indicatie
Deze indicatie gaat branden wanneer de ingebouwde
SLEEP-timer geactiveerd is.
BASIC OPERATION
2 Multi-informatiedisplay
Hierop wordt allerhande informatie weergegeven, zoals de
naam van het gekozen DSP-programma en de verschillende
instellingen die met SET MENU zijn gemaakt.
5 g en o indicaties
“ g ” gaat branden wanneer de ingebouwde
Dolby Digital-decoder is ingeschakeld. “ o ”
gaat branden wanneer de ingebouwde Dolby Pro Logicdecoder is ingeschakeld.
PREPARATION
1 t indicatie
De “t” indicatie gaat branden wanneer de ingebouwde
DTS-decoder wordt ingeschakeld.
8
APPENDIX
Nederlands
N-5
0702E800_01-06_NL
5
5/18/0, 3:56 PM
BEDIENINGSORGANEN EN HUN FUNCTIES
Afstandsbediening
POWER
1
PROGRAM
/DTS
SUR.
1
MOVIE
THTR 1
MOVIE
THTR 2
2
3
MONO MOVIE TV SPORTS
4
5
ROCK
3
4
5
6 SLEEP
Druk op deze toets om de SLEEP-timer in te stellen.
DISCO
6
HALL
7
2
7
8
TEST
EFFECT
8
9
DSP
TIME/LEVEL
SET MENU
8 EFFECT
Druk op deze toets om de effectluidsprekers (midden en
achter) uit te schakelen.
q
9
(volgende), (vorige)
Druk op deze toetsen om in SET MENU en in de TIME/
LEVEL-modus één selectie vooruit of achteruit te gaan.
TUNER TAPE/MD
DVD/LD
D–TV
VCR
CBL/SAT
6
SLEEP
–
MUTING
VOLUME
+
7 PROGRAM-keuzetoetsen
Deze toetsen worden gebruikt om een DSP-programma te
kiezen.
0
6CH INPUT
CD
5 6CH INPUT
Druk op deze toets om de bron te kiezen die is aangesloten
op de 6CH INPUT-aansluitingen.
w
e
1 POWER
Bij elke druk op deze toets wordt het apparaat
respectievelijk ingeschakeld of in de standby-modus gezet.
2 TEST
Druk op deze toets om voor de afzonderlijke luidsprekers de
testtoon te genereren.
0 SET MENU
Druk op deze toets om de onderdelen van SET MENU te
kiezen.
q Ingangskeuzetoetsen
Deze toetsen worden gebruikt om de ingangsbron te kiezen.
CD:
Om een CD af te spelen
TUNER:
Om naar een FM- of AM-uitzending
te luisteren
TAPE/MD: Om een tape of MD af te spelen
DVD/LD:
Om een DVD of LD af te spelen
D-TV:
Om naar een TV-uitzending te kijken
VCR:
Om een videocassette af te spelen
CBL/SAT:
Voor het kijken naar kabel-TV of
satellietuitzendingen
w MUTING
Druk op deze toets om het geluid te dempen. Om de demping
ongedaan te maken, drukt u nogmaals op deze toets.
e VOLUME +/–
Deze toetsen worden gebruikt om het volume in te stellen.
+: Om het volume te verhogen
–: Om het volume te verlagen
3 l (naar links), h (naar rechts)
Deze toetsen worden gebruikt voor het instellen van de
functies SET MENU en TIME/LEVEL.
4 TIME/LEVEL
Druk op deze toets om de onderdelen van de TIME/LEVELfunctie te kiezen.
N-6
0702E800_01-06_NL
6
5/18/0, 3:56 PM
VOORBEREIDING
OPSTELLING VAN DE LUIDSPREKERS
Bij het plaatsen van de luidsprekers dient u de onderstaande
afbeelding te raadplegen.
Hoofdluidspreker (R)
Achterluidspreker
(R)
Subwoofer
Hoofdluidspreker
(L)
1,8 m
Middenluidspreker
■ Gebruikmaking van een subwoofer
voor uitbreiding van uw
geluidsveld
Plaats de rechter en linker hoofdluidspreker op gelijke afstand
van de ideale luisterpositie. De afstand van elke luidspreker
tot elke kant van de TV-monitor dient hetzelfde te zijn.
■ Achterluidsprekers
Plaats deze luidsprekers achter uw luisterpositie, enigszins naar
binnen gericht, op een hoogte van bijna 1,8 m van de vloer.
■ Middenluidspreker
Breng de voorkant van de middenluidspreker op één lijn
met de voorkant van uw TV-monitor. Plaats de luidspreker
zo dicht mogelijk bij de monitor, zoals recht boven of onder
de monitor of precies tussen de hoofdluidsprekers.
Opmerking
• Wanneer de middenluidspreker niet in gebruik is, wordt het geluid
van het middenkanaal weergegeven via de rechter en linker
hoofdluidspreker. In dat geval dient u voor “CENTER SP” in SET
MENU altijd de positie NONE te kiezen. (Zie blz. 26 voor
bijzonderheden.)
■ Subwoofer
De positie van de subwoofer is minder belangrijk omdat de
lage basklanken niet bijzonder richtingsgevoelig zijn. Het is
echter beter om de subwoofer bij de hoofdluidsprekers te
plaatsen. Draai de subwoofer enigszins naar het midden van
de kamer om weerkaatsing van de muren te voorkomen.
LET OP
7
5/18/0, 3:56 PM
Nederlands
Bepaalde typen luidsprekers veroorzaken storing in het
TV-beeld. Indien dit probleem zich voordoet, zet de
luidsprekers dan verder weg van de monitor. Indien de
middenluidspreker of subwoofer echter beslist bij de TVmonitor moet worden geplaatst, gebruik dan magnetisch
beschermde luidsprekers.
N-7
0703E800_07-15_NL
APPENDIX
U kunt uw systeem ook nog verder uitbreiden door
toevoeging van een subwoofer. Gebruikmaking van een
subwoofer is niet alleen effectief voor het versterken van de
lage tonenfrequenties van één of alle kanalen, maar ook
voor een natuurgetrouwe weergave van het LFE (lage
frequentieëffect)-geluid tijdens het afspelen van een met
Dolby Digital of DTS gecodeerde bron. Het YAMAHA
Active Servo Processing Subwoofer System is ideaal voor
het weergeven van natuurlijke, levendige lage tonen.
■ Hoofdluidsprekers
ADVANCED OPERATION
De hoofdluidsprekers dienen modellen te zijn met een hoge
vermogenscapaciteit welke voldoende is voor de
verwerking van het maximumvermogen van uw
geluidssysteem. De overige luidsprekers hoeven niet gelijk
te zijn aan de hoofdluidsprekers. Voor een nauwkeurige
lokalisering is het echter ideaal om gebruik te maken van
modellen met hoge capaciteit die in staat zijn om de
geluiden voor de middenluidspreker en achterste
luidsprekers over het volle bereik weer te geven.
Achterluidspreker
(L)
BASIC OPERATION
De hoofdluidsprekers worden gebruikt voor de weergave
van het hoofd-brongeluid plus de effectklanken. Dit zullen
waarschijnlijk de luidsprekers van uw huidige
stereosysteem zijn. De achterluidsprekers worden gebruikt
voor de weergave van de effect- en surround-klanken en de
middenluidspreker wordt gebruikt voor de middenklanken
(dialoog, zang, enz.). Indien het om een bepaalde reden niet
praktisch is om een middenluidspreker te gebruiken, kan het
systeem ook zonder deze luidspreker worden gebruikt. De
beste resultaten worden echter verkregen met gebruik van
het volledige systeem.
VOORBEREIDING
Dit apparaat is ontworpen voor het weergeven van de beste
geluidsveld-kwaliteit met een 5-luidsprekersysteem via het
gebruik van hoofdluidsprekers, achterluidsprekers en een
middenluidspreker. Indien u voor uw systeem gebruikmaakt
van verschillende merken luidsprekers (met verschillende
klankkenmerken), is de kans aanwezig dat de klanken van
een ontroerende menselijke stem en andere soorten geluid
niet soepel in elkaar overvloeien. Wij bevelen u aan om
gebruik te maken van luidsprekers van één en dezelfde
fabrikant of luidsprekers met dezelfde klankkwaliteit.
Opstelling van de luidsprekers
INTRODUCTION
Te gebruiken luidsprekers
AANSLUITINGEN
Alvorens componenten aan te sluiten
LET OP
Maak eerst alle aansluitingen en steek pas daarna de stekker van dit apparaat en andere componenten in het stopcontact.
Wanneer u dit apparaat aansluit op andere componenten, zorg er dan voor dat alle aansluitingen correct worden uitgevoerd,
dus L (links) op L, R (rechts) op R, “+” op “+” en “–” op “–”. Bepaalde componenten moeten op een andere manier worden
aangesloten en de aansluitingen hebben soms andere namen. Raadpleeg ook de handleidingen van de verschillende
componenten die u op dit apparaat wilt aansluiten.
Indien u beschikt over andere YAMAHA-audiocomponenten (zoals een tapedeck, MD-recorder en CD-speler of -wisselaar)
met op de achterkant de nummers !, @, #, $, enz., kunnen de aansluitingen gemakkelijk tot stand worden gebracht door
de aansluitingen van elke component aan te sluiten op de aansluitingen met hetzelfde nummer op dit apparaat. YAMAHA
gebruikt dit nummeringssysteem voor al haar producten.
Gebruik RCA-penstekkerkabels voor het aansluiten van audio- en videocomponenten met de uitzondering die verderop wordt
beschreven.
De ingangs- en uitgangsaansluitingen voor penstekkers kunt u als volgt onderscheiden:
Geel
videosignalen (combinatie)
V
V
Wit
analoge audiosignalen voor het linker kanaal
L
L
Rood
analoge audiosignalen voor het rechter kanaal
R
R
coaxiale digitale signalen
C
C
Nadat alle aansluitingen gemaakt zijn, dient u deze opnieuw te controleren om ervan verzekerd te zijn dat ze correct zijn
uitgevoerd.
Aansluiting op een
externe decoder (blz. 9)
Digitale signaalingangs- Aansluiting van
aansluitingen (blz. 10)
luidsprekers (blz. 11)
Aansluiting van de externe
(Modellen voor Europa)
versterker (blz. 11)
Naar
stopcontact
MAIN
SURROUND
CENTER
6CH
INPUT
DIGITAL SIGNAL
DVD/LD
L
D–TV
CBL/SAT
SPEAKERS
DVD/LD
CBL/SAT
CAUTION
SEE INSTRUCTION MANUAL FOR CORRECT SETTING.
EXTERNAL
DECODER
SUB
WOOFER
R
CENTER
MAIN IN
OPTICAL
REAR
(SURROUND)
COAXIAL
R
AUDIO SIGNAL
L
L
L
+
OUTPUT
MAIN
R
R
IN (PLAY) OUT (REC)
CD
1
TUNER
2 3
TAPE/MD
4
IN
DVD/LD
D–TV
REAR
(SURROUND)
CENTER
AC OUTLET
SET BEFORE POWER ON
SWITCHED
100W MAX.
REAR
: 4ΩMIN./SPEAKER
CENTER : 4ΩMIN./SPEAKER
REAR
: 8ΩMIN./SPEAKER
CENTER : 8ΩMIN./SPEAKER
L
OUT
IMPEDANCE SELECTOR
VCR
CBL/SAT
–
R
SUB
WOOFER
IN
DVD/LD
D–TV
CBL/SAT
OUT
VCR
MONITOR
OUT
IN
DVD/LD
D–TV
CBL/SAT
OUT
VCR
MONITOR
OUT
VIDEO SIGNAL
S VIDEO SIGNAL
Aansluiting van de
netsnoeren (blz. 13)
Aansluiting van een
audiocomponent (blz. 9)
Aansluiting van een
videocomponent (blz. 10 en 11)
IMPEDANCE SELECTOR-schakelaar
(Impedantie-keuzeschakelaar) (blz. 13)
N-8
0703E800_07-15_NL
8
5/18/0, 3:56 PM
AANSLUITINGEN
Aansluiting van een audiocomponent
CD-speler
OUTPUT
L
R
Signaalstroom
MAIN
SURROUND
CENTER
6CH
INPUT
DIGITAL SIGNAL
DVD/LD
L
D–TV
CBL/SAT
DVD/LD
CBL/SAT
EXTERNAL
DECODER
INTRODUCTION
Zorg dat u het rechter kanaal (R), linker kanaal (L), invoer
(IN) en uitvoer (OUT) goed aansluit.
Analoog signaal
L
R
SUB
WOOFER
R
MAIN IN
OPTICAL
COAXIAL
AUDIO SIGNAL
L
L
R
IN (PLAY) OUT (REC)
1
CD
TUNER
2 3
IN
DVD/LD
D–TV
VOORBEREIDING
R
OUT
CBL/SAT
4
TAPE/MD
MONITOR
OUT
VCR
IN
DVD/LD
D–TV
CBL/SAT
DVD/LD
D–TV
CBL/SAT
IN
OUT
MONITOR
OUT
VCR
VIDEO SIGNAL
S VIDEO SIGNAL
L
OUT
VCR
R
L
OUTPUT
R
L
LINE IN
LINE OUT
BASIC OPERATION
Tuner
R
Tapedeck of
MD-recorder
Aansluiting op een externe decoder
Externe decoder
SURROUND
OUT
L
R
L
R
CENTER
OUT
MAIN
SURROUND
SUBWOOFER
OUT
CENTER
6CH
INPUT
DIGITAL SIGNAL
DVD/LD
L
D–TV
CBL/SAT
DVD/LD
CBL/SA
LET OP
EXTERNAL
DECODER
SUB
WOOFER
R
MAIN IN
OPTICAL
COAXIAL
AUDIO SIGNAL
L
R
IN (PLAY) OUT (REC)
CD
TUNER
2 3
TAPE/MD
4
IN
DVD/LD
D–TV
CBL/SAT
DVD/LD
D–TV
CBL/SAT
OUT
VCR
Opmerkingen
IN
DVD/LD
D–TV
CBL/SAT
OUT
VCR
MONITOR
OUT
IN
VIDEO SIGNAL
S VIDEO SIGNAL
EXTERNAL
DECODER
EXTERNAL
DECODER/MAIN INschakelaar
• Wanneer er een bron wordt gekozen die met deze aansluitingen is
verbonden, kan de digitale geluidsveldprocessor niet worden
gebruikt.
• De instellingen van “CENTER SP”, “REAR SP”, “MAIN SP” en
“BASS OUT” in SET MENU hebben geen effect op een bron die
met deze aansluitingen is verbonden. De instelling van “MAIN
LVL” heeft wel effect. (Zie blz. 26 en 27 voor bijzonderheden.)
• De instelling van het uitgangsniveau van de middenluidspreker,
achterluidsprekers en subwoofer heeft alleen effect wanneer de
gekozen ingangsbron met deze aansluitingen is verbonden. (Zie.
blz. 29 voor bijzonderheden.)
N-9
0703E800_07-15_NL
9
5/18/0, 3:57 PM
Nederlands
MAIN IN
OUT
VCR
APPENDIX
1
De EXTERNAL DECODER/MAIN IN-schakelaar mag
alleen in een andere stand worden gezet wanneer dit
apparaat zich in de standby-modus bevindt.
ADVANCED OPERATION
MAIN
OUT
Dit apparaat is voorzien van extra 6-kanaals audiosignaalingangsaansluitingen om signalen van een externe decoder
te kunnen invoeren in dit apparaat. Zet de EXTERNAL
DECODER/MAIN IN-schakelaar in de stand EXTERNAL
DECODER. Verbind de 6-kanaals audiosignaaluitgangsaansluitingen van de decoder met de 6CH INPUTaansluitingen van dit apparaat.
AANSLUITINGEN
Aansluiting van een videocomponent
DVD/LD-speler
DIGITAL SIGNAL
(COAXIAL)
Kabel-TV/
satelliettuner
DIGITAL
SIGNAL
(OPTICAL)
L
R
DIGITAL
SIGNAL
(COAXIAL)
DIGITAL
SIGNAL
(OPTICAL)
C
O
C
O
ANALOG
AUDIO
OUT
MAIN
SURROUND
Opmerkingen
ANALOG
AUDIO
OUT
CENTER
L
R
DIGITAL SIGNAL
DVD/LD
L
D–TV
CBL/SAT
DVD/LD
• Bevestig altijd de deksels wanneer de OPTICAL-aansluitingen
niet gebruikt worden om deze te beschermen tegen stof.
• Indien uw LD-speler is voorzien van een Dolby Digital RFsignaal-uitgangsaansluiting, gebruik dan altijd de RF-demodulator
(los verkrijgbaar).
• Indien u de Dolby Digital RF-signaal-uitgangsaansluiting van uw
LD-speler rechtstreeks verbindt met de COAXIAL DVD/LD
digitale signaal-ingangsaansluiting van dit apparaat, is er geen
geluid te horen.
CBL/SAT
y
SUB
WOOFER
R
IN
OPTICAL
• Het ingangssignaal van de DVD/LD- of CBL/SATingangsaansluitingen wordt gekozen met de volgende prioriteit,
met de ingangsfunctie ingesteld op AUTO: COAXIALaansluiting → OPTICAL-aansluiting → Analoge aansluiting. Zie
blz. 18 voor nadere bijzonderheden.
• Alle digitale signaalingangsaansluitingen zijn van toepassing op
COAXIAL
AUDIO SIGNAL
L
L
R
R
IN (PLAY) OUT (REC)
1
TUNER
2 3
TAPE/MD
4
IN
DVD/LD
DIGITAL
SIGNAL
(OPTICAL)
D–TV
CBL/SAT
OUT
VCR
bemonsteringsfrequenties van 32 kHz, 44,1 kHz, 48 kHz en 96 kHz.
(Zie blz. 19 voor 24-bits digitale signalen voor een
bemonsteringsfrequentie van 96 kHz.)
O
CD
L
R
L
R
AUDIO
OUT
ANALOG
AUDIO OUT
Analoog signaal
C
R
O
R
AUDIO
IN
Videorecorder
TV/digitale TV
L
L
Digitaal signaal
(optisch)
Digitaal signaal
(coaxiaal)
■ Videosignaalaansluitingen
(combinatie)
Indien de videoapparatuur niet is voorzien van Svideoaansluitingen, kan deze worden verbonden met de
VIDEO-aansluitingen op dit apparaat. Zorg dat u de
ingangen (IN) en uitgangen (OUT) goed aansluit.
Signaalstroom
■ Audiosignaal-aansluitingen
TV-monitor
TV/digitale TV
DVD/LD-speler
Zorg dat u het rechter kanaal (R), linker kanaal (L), invoer
(IN) en uitvoer (OUT) goed aansluit.
VIDEO
OUT
Opmerking
VIDEO OUT
V
VIDEO IN
V
V
• Maak ook de videoaansluitingen.
■ Digitale audiosignaal-aansluitingen
Indien u beschikt over een DVD/LD-speler, TV/digitale TV
of kabel-TV/satelliettuner e.d. die zijn voorzien van
coaxiale of optische digitale signaal-uitgangsaansluitingen,
kunt u deze aansluitingen verbinden met de COAXIAL en/
of OPTICAL digitale signaal-ingangsaansluitingen van dit
apparaat. Om een aansluiting te maken tussen de optische
digitale signaal-aansluitingen, verwijdert u het deksel van
elke aansluiting en sluit u deze op elkaar aan door
gebruikmaking van een in de handel verkrijgbare optische
vezelkabel die voldoet aan de EIA-normen. De kans bestaat
dat andere kabels niet goed werken.
DVD/LD
D–TV
CBL/SAT
DVD/LD
D–TV
CBL/SAT
R
VCR
IN
OUT
VCR
MONITOR
OUT
VIDEO SIGNAL
V
VIDEO
OUT
V
V
VIDEO
OUT
Kabel-TV/
satelliettuner
Videosignaal
V
VIDEO
IN
Videorecorder
Signaalstroom
Opmerkingen
Bij het onderling met elkaar verbinden van de digitale
signaal-aansluitingen dient u de componenten aan te sluiten
op de gelijknamige analoge audiosignaal-aansluitingen van
dit apparaat aangezien een digitaal signaal niet kan worden
opgenomen door een op dit apparaat aangesloten tapedeck,
MD-recorder of videorecorder.
• Maak ook de audioaansluitingen.
• Indien er videosignalen verzonden worden naar zowel de
S VIDEO-ingangsaansluitingen als naar de combinatieingangsaansluitingen, zullen de signalen naar hun respectievelijke
uitgangsaansluitingen verzonden worden.
N-10
0703E800_07-15_NL
10
5/18/0, 3:57 PM
AANSLUITINGEN
■ S VIDEO-aansluitingen
TV-monitor
Kabel-TV/
satelliettuner
TV/digitale TV
S
1
2 3
IN
DVD/LD
D–TV
S VIDEO IN
S
OUT
VCR
CBL/SAT
S
4
MONITOR
OUT
DV
S VIDEO SIGNAL
S
S video signaal
S
Signaalstroom
S
S
S VIDEO
OUT
• Gebruik een speciale S VIDEO-kabel (in de handel verkrijgbaar)
voor de S VIDEO-aansluiting.
• Indien er videosignalen verzonden worden naar zowel de
S VIDEO-ingangsaansluitingen als naar de combinatieingangsaansluitingen, zullen de signalen naar hun respectievelijke
uitgangsaansluitingen verzonden worden.
S VIDEO
IN
VOORBEREIDING
S VIDEO
OUT
Opmerkingen
Videorecorder
DVD/LD-speler
Aansluiting van luidsprekers en de externe versterker
Subwoofersysteem
Achterluidsprekers
Rechts Links
SEE INSTRUCTION MANUAL FOR CORRECT SETTING.
CENTER
REAR
(SURROUND)
R
L
BASIC OPERATION
Zorg dat u het rechter kanaal (R), linker kanaal (L), “+”
(rood) en “–” (zwart) goed aansluit. Indien de aansluitingen
verkeerd zijn, komt er geen geluid uit de luidsprekers en
indien de polariteit van de luidsprekeraansluitingen
verkeerd is, klinkt het geluid onnatuurlijk en ontbreekt het
basgeluid.
SPEAKERS
CAUTION
Basisaansluiting
Voor het aandrijven van de hoofdluidsprekers moet er op dit
apparaat een 2-kanaals versterker worden aangesloten.
Middenluidspreker
INTRODUCTION
S VIDEO
OUT
S VIDEO
OUT
Indien uw videocomponenten zijn voorzien van “S” (hoge
resolutie)-videoaansluitingen, kunnen deze worden
aangesloten op de S VIDEO-aansluitingen van dit apparaat.
Zorg dat u de ingang (IN) en uitgang (OUT) op de juiste
wijze aansluit.
IMPEDANCE
SET BEFORE
+
OUTPUT
REAR
(SURROUND)
REAR
: 4ΩM
CENTER : 4ΩM
CENTER
REAR
: 8ΩM
CENTER : 8ΩM
L
■ Aansluiting van een 2-kanaals
versterker
–
R
SUB
WOOFER
Hoofdluidspreker
Links
Hoofdluidspreker
Rechts
L
R
MAIN
IN
R
L
LET OP
Sluit een achterluidsprekersysteem aan op de REAR
SPEAKER (SURROUND)-uitgangsaansluitingen van dit
apparaat.
■ Aansluiting van een middenluidspreker
Sluit een middenluidspreker aan op de CENTER
SPEAKER-uitgangsaansluitingen van dit apparaat.
Nederlands
• Gebruik luidsprekers met een impedantie die
overeenkomt met de voorgeschreven impedantie
welke op de achterkant van dit apparaat vermeld staat.
• Pas op dat de blootgelegde luidsprekerkabels niet met
elkaar in aanraking komen, en ook niet met metalen
delen van dit apparaat. Hierdoor kunnen dit apparaat
en/of de luidsprekers beschadigd raken.
■ Aansluiting van een
achterluidsprekersysteem
■ Aansluiting van een
subwoofersysteem
Sluit de ingangsaansluiting van een subwoofersysteem aan
op de SUBWOOFER OUTPUT-aansluiting van dit
apparaat.
N-11
0703E800_07-15_NL
11
APPENDIX
2-kanaals
vermogensversterker
Sluit de ingangsaansluitingen van een 2-kanaals
vermogensversterker aan op de MAIN OUTPUTaansluitingen van dit apparaat. Wanneer u de AUXingangsaansluitingen van de externe versterker aansluit op
de MAIN OUTPUT-aansluitingen van dit apparaat, dient u
het volume van de externe versterker in te stellen op een
waarde van circa –16 dB tot –18 dB.
ADVANCED OPERATION
MAIN
5/18/0, 3:57 PM
AANSLUITINGEN
■ Luidsprekerkabels
Overige aansluitingen
■ Gebruik van dit apparaat als Dolby
Digital- of DTS-decoder
10 mm
1
2
1
Verwijder ongeveer 10 mm van de isolatie van
elke luidsprekerkabel.
2
Draai de blootgelegde draden van de kabel
ineen om kortsluiting te voorkomen.
Sluit de OUTPUT-aansluitingen (MAIN, REAR, CENTER
en SUBWOOFER) van dit apparaat aan op de EXTERNAL
DECODER- of 6 CHANNEL-ingangsaansluitingen van de
externe versterker.
■ Ontvangst van het meerkanaals
signaal van andere apparatuur
1
Zet de EXTERNAL DECODER/MAIN INschakelaar in de stand EXTERNAL DECODER
alvorens u dit apparaat inschakelt.
2
Sluit de OUTPUT-aansluiting van de externe
versterker aan op de 6CH INPUT-aansluitingen
van dit apparaat.
3
Druk herhaald op TAPE/MD MON / 6CH INPUT
(of eenmaal op 6CH INPUT) totdat “6CH
INPUT” op het display verschijnt.
• Het signaal van het hoofdkanaal wordt uitgevoerd
naar de MAIN OUTPUT-aansluitingen.
• Het algehele volumeniveau wordt geregeld door de
DSP-E800.
■ Aansluiting van de REAR- en
CENTER SPEAKERS-aansluitingen
Rood: positief (+)
Zwart: negatief (–)
1
2
3
1
2
Draai de knop los.
3
Draai de knop weer vast om de draad vast te
klemmen.
Steek één blootgelegde draad in de opening
aan de zijkant van elke aansluiting.
■ Gebruik van dit apparaat als
vermogensversterker
1
Zet de EXTERNAL DECODER/MAIN INschakelaar in de stand MAIN IN alvorens u dit
apparaat inschakelt.
2
Druk herhaald op TAPE/MD MON / 6CH INPUT
(of eenmaal op 6CH INPUT) totdat “6CH
INPUT” op het display verschijnt.
• De DSP-E800 wordt gezien als 3-kanaals
vermogensversterker. Voor het aansluiten kan
gebruik worden gemaakt van de REAR L-, REAR Ren CENTER-aansluitingen.
• De volumeregeling van dit apparaat wordt
genegeeerd.
N-12
0703E800_07-15_NL
12
5/18/0, 3:57 PM
AANSLUITINGEN
IMPEDANCE SELECTOR-schakelaar
Kies de linker of rechter stand overeenkomstig de impedantie van uw luidsprekersysteem. Verplaats deze schakelaar alleen
wanneer dit apparaat zich in de standby-modus bevindt.
IMPEDANCE
SELECTOR
Luidsprekers
Impedantie
Links
Achter
De impedantie van elke
luidsprekers dient 4 Ω of hoger te
zijn.
Midden
De impedantie dient 4 Ω of hoger
te zijn.
Achter
De impedantie van elke
luidsprekers dient 8 Ω of hoger te
zijn.
Midden
De impedantie dient 8 Ω of hoger
te zijn.
(Impedantiekeuzeschakelaar)
IMPEDANCE SELECTOR
AC OUTLET
SET BEFORE POWER ON
SWITCHED
100W MAX.
REAR
: 4ΩMIN./SPEAKER
CENTER : 4ΩMIN./SPEAKER
REAR
: 8ΩMIN./SPEAKER
CENTER : 8ΩMIN./SPEAKER
Rechts
Aansluiting van de netsnoeren
■ AC OUTLET (SWITCHED) (NETSPANNINGSAANSLUITING)
Naar
stopcontact
(Modellen voor
Europa)
AC OUTLET
SET BEFORE POWER ON
SWITCHED
100W MAX.
REAR
: 4ΩMIN./SPEAKER
CENTER : 4ΩMIN./SPEAKER
REAR
: 8ΩMIN./SPEAKER
CENTER : 8ΩMIN./SPEAKER
APPENDIX
IMPEDANCE SELECTOR
Modellen voor Verenigd Koninkrijk en Europa
..................................................... 1 netspanningsaansluiting
Gebruik deze aansluitingen om de netsnoeren van uw overige
componenten aan te sluiten op dit apparaat. De
stroomtoevoer naar de netspanningsaansluiting
(AC OUTLET) wordt geregeld door STANDBY/ON (of
POWER) van dit apparaat. Deze netspanningsaansluitingen
voorzien alle componenten van netspanning zodra dit
apparaat ingeschakeld wordt. Het maximale vermogen (het
totale stroomverbruik van de componenten) dat aangesloten
kan worden op de netspanningsaansluiting
(AC OUTLET), bedraagt 100 Watt.
ADVANCED OPERATION
Nadat u alle aansluitingen hebt gemaakt, steekt u de stekker
van het netsnoer in het stopcontact (netspanning). Indien u
dit apparaat lange tijd niet denkt te gebruiken, trek dan de
stekker uit het stopcontact.
BASIC OPERATION
Schakelstanden
VOORBEREIDING
(Modellen voor Europa)
INTRODUCTION
WAARSCHUWING
De instelling van de IMPEDANCE SELECTOR-schakelaar mag alleen worden gewijzigd wanneer de stroomtoevoer naar
dit apparaat is uitgeschakeld, aangezien dit apparaat anders kan worden beschadigd.
Indien dit apparaat bij indrukken van STANDBY/ON (of POWER) niet wordt ingeschakeld, is de kans aanwezig dat de
IMPEDANCE SELECTOR-schakelaar aan één van beide kanten niet volledig is ingesteld. In dat geval moet u de
schakelaar in de standby-modus aan één van beide kanten volledig instellen.
Nederlands
SWITCHED
N-13
0703E800_07-15_NL
13
5/18/0, 3:57 PM
AFSTELLING VAN DE LUIDSPREKERBALANS
Via deze procedure kunt u met behulp van de ingebouwde
testtoon-generator de balans tussen de hoofd-, midden- en
achterluidsprekers afstellen. Het uitgangsniveau van het
geluid dat vanuit de luisterpositie gehoord wordt, zal dan bij
elke luidspreker hetzelfde zijn. Dit is belangrijk voor een
optimale werking van de digitale geluidsveldprocessor, de
Dolby Pro Logic-decoder, de Dolby Digital-decoder en de
DTS-decoder.
De afstelling van het uitgangsniveau van de verschillende
luidsprekers dient te geschieden vanuit de luisterpositie met
behulp van de afstandsbediening. Nadat u het
uitgangsniveau van alle luidsprekers hebt afgesteld,
controleert u vanuit uw luisterpositie met behulp van
VOLUME +/– of de afstellingen naar wens zijn.
2
1
D I G I TA L
NATURAL SOUND
CINEMA DSP
AV PROCESSOR/AMPLIFIER DSP–E800
DOLBY
D I G I T A L
SURROUND
VOLUME
INPUT SELECTOR
16
20
12
28
STANDBY/ON
8
4
40
INPUT MODE
2
60
00
0
–dB
–
SET MENU
+
NEXT
TAPE/MD MON
EFFECT
PROGRAM
/6CH INPUT
1
12
8
4
40
2
60
00
0
–dB
Voorpaneel
2
Schakel het apparaat in.
POWER
of
STANDBY/ON
Voorpaneel
3
Afstandsbediening
Druk op TEST.
“TEST LEFT” verschijnt op het display.
TEST
4
Verhoog het volume.
U hoort dan een testtoon (een korte ping) vanuit de
linker hoofdluidspreker, vervolgens uit de
middenluidspreker, daarna de rechter hoofdluidspreker,
de rechter achterluidspreker en tenslotte de linker
achterluidspreker. Elke testtoon duurt circa twee
seconden. Het display verandert zoals hieronder is
aangegeven.
CD
TUNER TAPE/MD
TEST
LEFT
PROGRAM
/DTS
SUR.
1
MOVIE
THTR 1
2
MOVIE
THTR 2
5
ROCK
7
DVD/LD
D–TV
VCR
3
MONO MOVIE TV SPORTS
4
TEST
RIGHT
CBL/SAT
DISCO
6
SLEEP
HALL
TEST CENTER
MUTING
8
TEST
TIME/LEVEL
–
EFFECT
DSP
5
16
20
28
POWER
2
3,7
VOLUME
Zet VOLUME in de stand
“m”.
SET MENU
VOLUME
+
4
–
VOLUME
+
6
6CH INPUT
CD
TUNER TAPE/MD
TEST L SUR.
TEST R SUR.
Opmerkingen
• Indien de testtoon niet te horen is, verlaag dan het volume, zet het
apparaat in de standby-modus en controleer de
luidsprekeraansluitingen.
• Indien de testtoon bij de middenluidspreker niet te horen is,
controleer dan de instelling van “CENTER SP” in SET MENU.
N-14
0703E800_07-15_NL
14
5/18/0, 3:57 PM
AFSTELLING VAN DE LUIDSPREKERBALANS
6
Druk op h om het niveau
te verhogen, en op l om
het niveau te verlagen.
• Stel het uitgangsniveau van
het geluid uit de
middenluidspreker en de
achterluidsprekers zodanig af
dat dit bijna hetzelfde is als
bij de hoofdluidsprekers.
• Tijdens het afstellen is bij de
gekozen luidspreker de
testtoon te horen.
7
TIME/LEVEL
DSP
VOORBEREIDING
Druk het benodigde aantal
keren op TIME/LEVEL om
de luidspreker te kiezen
die u wilt afstellen.
“CENTER” (midden), “R
SUR.” (achter R) of “L SUR.”
(achter L) verschijnt op het
display.
INTRODUCTION
5
BASIC OPERATION
Wanneer u klaar bent met afstellen, druk dan
op TEST.
“TEST OFF” verschijnt op het display en de testtoon
stopt.
TEST
Opmerking
ADVANCED OPERATION
• Wanneer voor “CENTER SP” in SET MENU de stand NONE is
gekozen, kan bij stap 6 het uitgangsniveau van het geluid uit de
middenluidspreker niet worden afgesteld. Dit komt omdat bij
deze functie het geluid uit het middenkanaal automatisch via de
rechter en linker hoofdluidsprekers wordt weergegeven.
y
• Wanneer u klaar bent met afstellen, kunt u alleen het algehele
geluidsniveau van uw geluidsinstallatie instellen door
gebruikmaking van VOLUME (of VOLUME +/–).
• Indien er uit de middenluidspreker en de achterluidsprekers
onvoldoende geluid komt, kunt u het geluidsniveau van de
hoofdluidspreker verlagen door “MAIN LVL” in SET MENU in
te stellen op “–10 dB”. (Zie blz. 27 voor bijzonderheden.)
APPENDIX
Nederlands
N-15
0703E800_07-15_NL
15
5/18/0, 3:57 PM
BASISBEDIENING
AFSPELEN VAN EEN BRON
2
1,5
3
a.
D I G I TA L
NATURAL SOUND
CINEMA DSP
AV PROCESSOR/AMPLIFIER DSP–E800
DOLBY
D I G I T A L
SURROUND
VOLUME
INPUT SELECTOR
16
20
12
28
STANDBY/ON
8
4
40
INPUT MODE
2
60
00
Om als bron een tape of MD te kiezen
Druk op TAPE/MD MON / 6CH INPUT (of TAPE/
MD) zodat de indicatie “TAPE/MD MONITOR” op het
display gaat branden.
0
–dB
–
SET MENU
+
NEXT
TAPE/MD MON
EFFECT
TAPE/MD MON
PROGRAM
/6CH INPUT
of
TAPE/MD
/6CH INPUT
6
Voorpaneel
Afstandsbediening
DVD/LD
D–TV
VCR
POWER
2
CD
6
3
TUNER TAPE/MD
PROGRAM
/DTS
SUR.
1
MOVIE
THTR 1
2
MOVIE
THTR 2
5
ROCK
7
D–TV
VCR
3
MONO MOVIE TV SPORTS
4
DVD/LD
Gaat branden
CBL/SAT
DISCO
6
SLEEP
HALL
MUTING
b.
8
TEST
–
EFFECT
VOLUME
+
5
DSP
TIME/LEVEL
3
SET MENU
6CH INPUT
CD
TUNER
CD
CBL/SAT
TAPE/MD
MONITOR
Om een bron te kiezen die is verbonden met
de 6CH INPUT-aansluitingen
Druk het benodigde aantal keren op TAPE/MD MON /
6CH INPUT (of 6CH INPUT) totdat “6CH INPUT” op
het display verschijnt.
TUNER TAPE/MD
TAPE/MD MON
of
6CH INPUT
/6CH INPUT
Voorpaneel
1
Zet VOLUME in de stand
“m”.
Afstandsbediening
VOLUME
16
12
20
8
28
DVD/LD
D–TV
VCR
4
40
2
60
00
TUNER
CD
CBL/SAT
0
–dB
Voorpaneel
2
Opmerkingen
Schakel het apparaat in.
POWER
of
STANDBY/ON
Voorpaneel
3
Kies de gewenste
ingangsbron met INPUT
SELECTOR (of de
ingangskeuzetoetsen).
(Stel de TV-monitor in op
het afspelen van
videobronnen.)
De naam van de gekozen
ingangsbron verschijnt een
ogenblik en het pijltje van de
gekozen ingangsbron gaat
branden op het display.
Afstandsbediening
INPUT SELECTOR
Voorpaneel
of
CD
TUNER TAPE/MD
DVD/LD
D–TV
VCR
CBL/SAT
Afstandsbediening
DVD/LD
D–TV
VCR
TUNER
CD
CBL/SAT
• Wanneer de indicatie “TAPE/MD MONITOR” brandt of wanneer
“6CH INPUT” op het display verschijnt, kan er geen andere
audiobron worden afgespeeld, behalve een tape/MD-bron of een
bron die is verbonden met de 6CH INPUT-aansluitingen. Om met
INPUT SELECTOR (of de ingangskeuzetoetsen) een andere
ingangsbron te kiezen, doet u als volgt:
– Druk tweemaal op TAPE/MD MON / 6CH INPUT (of eenmaal
op TAPE/MD) om de indicatie “TAPE/MD MONITOR” uit te
schakelen.
– Druk eenmaal op TAPE/MD MON / 6CH INPUT (of 6CH
INPUT) om “6CH INPUT” uit te schakelen.
• Wanneer de indicatie “TAPE/MD MONITOR” brandt en u een
videobron kiest en afspeelt, resulteert dit in het beeld van de
videobron en het geluid van de audiobron die is verbonden met de
TAPE/MD IN (PLAY).
• Wanneer “6CH INPUT” op het display wordt aangegeven, kan er
geen videobron worden gekozen. Indien u wilt luisteren naar een
audiobron van een externe decoder die is verbonden met de 6CH
INPUT-aansluitingen en tegelijkertijd wilt kijken naar een
videobron, kiest u eerst een videobron en daarna kiest u de bron
die is verbonden met de 6CH INPUT-aansluitingen.
y
Voor de bronnen DVD/LD, D-TV en CBL/SAT wordt ook de
huidige ingangsfunctie aangegeven. Zie blz. 18 voor
bijzonderheden over de ingangsfunctie.
Ingangsbron
N-16
0704E800_16-20_NL
16
5/18/0, 3:57 PM
AFSPELEN VAN EEN BRON
4
5
Speel de bron af.
Raadpleeg hiervoor de gebruiksaanwijzing van de
broncomponent.
VOLUME
16
20
12
28
8
60
2
–
4
40
00
+
VOLUME
of
Druk op MUTING op de
MUTING
afstandsbediening zodat
“MUTE ON” op het display
verschijnt.
Om de dempingsfunctie uit te schakelen, drukt u
opnieuw op MUTING zodat “MUTE OFF” korte tijd
op het display verschijnt.
0
–dB
Voorpaneel
6
Afstandsbediening
Gebruik de digitale geluidsveldprocessor.
Zie blz. 20.
PROGRAM
/DTS
SUR.
2
MOVIE
THTR 2
3
PROGRAM
of
MONO MOVIE TV SPORTS
4
5
ROCK
7
Voorpaneel
DISCO
6
HALL
8
Afstandsbediening
Druk op STANDBY/ON (of POWER) om dit
apparaat in de standby-modus te zetten.
■ BGV (Achtergrondvideo)-functie
Met de BGV-functie kunt u een videobeeld van een
videobron combineren met het geluid van een audiobron.
(Zo kunt u bijvoorbeeld luisteren naar klassieke muziek
terwijl u naar een video zit te kijken.) Deze functie kan
alleen worden gebruikt met de afstandsbediening.
BASISBEDIENING
Begin met het afspelen van een videobron en kies daarna
een audiobron door indrukken van de betreffende
ingangskeuzetoets op de afstandsbediening. Indien u de
audiobron kiest door gebruikmaking van INPUT
SELECTOR op het voorpaneel, zal de BGV-functie niet
werken.
PREPARATION
1
MOVIE
THTR 1
■ Wanneer u klaar bent met het
gebruik van dit apparaat
INTRODUCTION
Stel het volume in op het gewenste
uitgangsniveau.
■ Om het geluid te dempen
ADVANCED OPERATION
APPENDIX
Nederlands
N-17
0704E800_16-20_NL
17
5/18/0, 3:57 PM
AFSPELEN VAN EEN BRON
Ingangsfunctie (voor DVD/LD, D-TV
en CBL/SAT als bron)
Met dit apparaat kunt u de ingangsfunctie wijzigen voor
bronnen die zowel digitale als analoge signalen naar dit
apparaat verzenden. De ingangsfuncties AUTO, DTS en
ANALOG zijn aanwezig.
■ Wijzigen van de ingangsfunctie
Druk het benodigde aantal keren op INPUT
MODE (of de ingangskeuzetoets die u hebt
ingedrukt om de ingangsbron op de
afstandsbediening te kiezen) totdat de
gewenste ingangsfunctie op het display wordt
weergegeven.
CD
Wanneer u dit apparaat inschakelt, staat de ingangsfunctie
voor de DVD/LD-bron altijd op AUTO, en die voor de DTV of CBL/SAT is ingesteld overeenkomstig “TV INPUT”
en “CBL INPUT” in het SET MENU. (Zie blz. 28 voor
bijzonderheden.)
of
TUNER TAPE/MD
DVD/LD
D–TV
VCR
INPUT MODE
CBL/SAT
Voorpaneel
Afstandsbediening
■ AUTO
Met deze functie wordt het ingangssignaal automatisch
gekozen in de onderstaande volgorde van prioriteit:
1. Digitaal ingangssignaal gecodeerd met Dolby Digital of
DTS
2. Normaal digitaal signaal (PCM)
3. Analoog signaal (ANALOG)
Opmerking
• Indien digitale signalen worden ingevoerd via zowel de
OPTICAL- als de COAXIAL-aansluitingen, wordt het digitale
signaal van de COAXIAL-aansluiting gekozen.
■ DTS
Met deze functie wordt alleen het met DTS gecodeerde
signaal gekozen, zelfs wanneer er op datzelfde tijdstip
andere signalen worden ingevoerd.
■ ANALOG
Met deze functie wordt alleen het analoge ingangssignaal
gekozen, zelfs wanneer er op datzelfde tijdstip een digitaal
signaal wordt ingevoerd. Kies deze functie wanneer u het
analoge ingangssignaal wilt gebruiken in plaats van het
digitale ingangssignaal.
DVD/LD
D–TV
VCR
Ingangsfunctie
Opmerkingen
• Voor het afspelen van een met Dolby Digital gecodeerde DVD/
LD als bron zet u de ingangsfunctie op AUTO.
• Indien de ingangsfunctie voor de bron is ingesteld op AUTO,
bepaalt dit apparaat automatisch het soort signaal van de bron.
Indien dit apparaat een Dolby Digital- of DTS-signaal vaststelt,
schakelt de decoder automatisch in de juiste stand en wordt er
5.1-kanaals geluid weergegeven.
• In de volgende situatie wordt de geluidsweergave bij bepaalde
LD- en DVD-spelers soms onderbroken: De ingangsfunctie staat
op AUTO. Tijdens het afspelen van de met Dolby Digital of DTS
gecodeerde disc wordt er gezocht naar de bron. Vervolgens wordt
het afspelen van de disc hervat. De geluidsweergave wordt
kortstondig onderbroken omdat opnieuw het digitale signaal werd
gekozen.
• Voor de bronnen CD, TUNER, TAPE/MD en VCR kan de
ingangsfunctie niet worden gewijzigd omdat hiervoor alleen
analoge signalen worden gebruikt.
• Wanneer DVD/LD, D-TV of CBL/SAT als bron wordt gekozen of
wanneer de ingangsfunctie wordt gewijzigd, verschijnt de
betreffende ingangsfunctie op het display.
N-18
0704E800_16-20_NL
18
TUNER
CD
CBL/SAT
5/18/0, 3:57 PM
AFSPELEN VAN EEN BRON
■ Opmerkingen betreffende het
afspelen van een met DTS
gecodeerde bron
■ Opmerkingen betreffende het
digitale signaal
DVD/LD
D–TV
VCR
BASISBEDIENING
De digitale ingangsaansluiting van dit apparaat kan ook 24bits digitale signalen met een bemonsteringsfrequentie van
96 kHz verwerken. (Hiervoor dient u gebruik te maken van
een bron die geschikt is voor het verwerken van ook 24-bits
digitale signalen met een bemonsteringsfrequentie van
96 kHz en de speler in te stellen op het uitvoeren van
digitale signalen. Zie de gebruiksaanwijzing van de speler.)
Wanneer in dit apparaat 24-bits digitale signalen met een
bemonsteringsfrequentie van 96 kHz worden ingevoerd,
dient u rekening te houden met de volgende punten:
1. De volgende indicatie verschijnt op het display:
PREPARATION
• Bepaalde audio- en videocomponenten, zoals een LD-speler,
sturen via hun analoge en digitale aansluitingen verschillende
audiosignalen uit. Wijzig de ingangsfunctie naar vereiste.
• Indien de LD-speler signalen op een niet-normale manier
verzendt, kan het Dolby Digital- of DTS-signaal niet door dit
apparaat worden herkend. In dat geval schakelt de decoder
automatisch over op PCM of analoog.
• Indien de LD geen digitaal geluidsspoor bevat, verbind dan de
LD-speler met de analoge aansluitingen en zet de ingangsfunctie
op AUTO of ANALOG.
• Indien u tijdens het afspelen van een met Dolby Digital
gecodeerde disc op de LD-speler overschakelt van de pauze- of
hoofdstuk-verder-functie naar de functie voor normaal afspelen, is
in sommige gevallen kortstondig het PCM- of analoge geluid te
horen voordat het Dolby Digital-geluid wordt afgespeeld.
INTRODUCTION
• Indien “DATA ERROR” op het display verschijnt terwijl er een
met DTS gecodeerde LD wordt afgespeeld, stop dan met afspelen
en schakel de LD-speler uit en vervolgens weer in.
• Indien de digitale uitvoergegevens van de speler op een of andere
manier bewerkt zijn, kan het DTS-signaal in sommige gevallen
niet worden gedecodeerd, zelfs niet wanneer u tussen dit apparaat
en de LD-speler een digitale aansluiting tot stand brengt.
• Indien u een met DTS gecodeerde LD afspeelt en de
ingangsfunctie op ANALOG zet, hoort u de ruis van een
onbewerkt DTS-signaal. Wanneer u een DTS-bron wilt afspelen,
dient u de bron te verbinden met de digitale ingangsaansluiting en
de ingangsfunctie op AUTO of DTS te zetten.
• Indien u een met DTS gecodeerde bron afspeelt en de
ingangsfunctie op AUTO zet, zal er eerst kortstondig ruis te horen
zijn omdat het apparaat op dat moment bezig is met het
vaststellen van het DTS-signaal en het activeren van de DTSdecoder. Dit is geen defect en kan worden vermeden door de
ingangsfunctie van tevoren op DTS in te stellen. Wanneer u
doorgaat met het afspelen van een met DTS gecodeerde bron
terwijl de ingangsfunctie nog op AUTO staat, schakelt dit
apparaat automatisch over op de functie “DTS-decodering” om te
voorkomen dat er bij bediening in de toekomst opnieuw ruis
optreedt. (De indicatie “t” gaat branden op het display.)
Onmiddellijk nadat het afspelen van een met DTS gecodeerde
bron is beëindigd, gaat de indicatie “t” knipperen. Zolang
deze indicatie knippert, kan er alleen een met DTS gecodeerde
bron worden afgespeeld. Indien u spoedig een normale PCM-bron
wilt afspelen, dient u de ingangsfunctie weer op AUTO te zetten.
■ Opmerkingen betreffende het
afspelen van een LD
TUNER
CD
CBL/SAT
ADVANCED OPERATION
2. Er kunnen geen DSP-programma’s worden gekozen. Het
geluid wordt alleen via de rechter en linker
hoofdluidsprekers als normaal 2-kanaals stereogeluid
weergegeven.
3. De vertragingstijd en het uitgangsniveau van de
luidsprekers kunnen niet worden ingesteld.
APPENDIX
Nederlands
N-19
0704E800_16-20_NL
19
5/18/0, 3:57 PM
EFFECT VAN DIGITALE GELUIDSVELDPROCESSOR (DSP)
Opmerkingen
Een DSP-programma kiezen
U kunt uw luisterervaring uitbreiden door een DSPprogramma te kiezen. Zie blz. 22 tot 24 voor
bijzonderheden over de verschillende programma’s.
D I G I TA L
NATURAL SOUND
CINEMA DSP
AV PROCESSOR/AMPLIFIER DSP–E800
DOLBY
D I G I T A L
SURROUND
VOLUME
INPUT SELECTOR
16
20
12
28
STANDBY/ON
8
4
40
INPUT MODE
2
60
00
0
–dB
–
SET MENU
+
NEXT
TAPE/MD MON
EFFECT
PROGRAM
/6CH INPUT
2
POWER
PROGRAM
/DTS
SUR.
2
1
MOVIE
THTR 1
2
MOVIE
THTR 2
3
MONO MOVIE TV SPORTS
4
5
ROCK
DISCO
• U kunt voor elke ingangsbron een DSP-programma kiezen. Zodra
u een programma hebt gekozen, wordt dit gekoppeld aan de
ingangsbron die op dat moment is gekozen. Wanneer u dus de
eerstvolgende keer de betreffende ingangsbron kiest, wordt
automatisch hetzelfde programma gekozen.
• Bij het afspelen van een mono-geluidsbron met PRO LOGIC/
Normal of PRO LOGIC/ENHANCED komt er geen geluid uit de
hoofdluidsprekers en de achterluidsprekers. Er komt alleen geluid
uit de middenluidspreker. Indien “CENTER SP” in SET MENU
echter is ingesteld op NONE, wordt het geluid van het
middenkanaal weergegeven via de hoofdluidsprekers.
• Wanneer er een bron wordt gekozen die is verbonden met de 6CH
INPUT-aansluitingen van dit apparaat, kan de digitale
geluidsveldprocessor niet worden gebruikt.
• Wanneer er in dit apparaat zeer snelle 24-bits digitale signalen met
een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz worden ingevoerd, kan
er geen DSP-programma worden gekozen en wordt het geluid
alleen via de rechter en linker hoofdluidsprekers als normaal 2kanaals stereogeluid weergegeven.
6
HALL
7
8
TEST
Annuleren van het geluidseffect
(uitschakelen van de
effectluidsprekers)
EFFECT
DSP
TIME/LEVEL
SET MENU
6CH INPUT
CD
TUNER TAPE/MD
1
Zorg dat de effectluidsprekers (midden en
achter) en subwoofer zijn ingeschakeld.
2
Druk het benodigde aantal keren op
PROGRAM l of h (of op één van de
PROGRAM-keuzetoetsen) om het gewenste
programma te kiezen.
De naam van het gekozen programma verschijnt op het
display.
PROGRAM
/DTS
SUR.
1
PROGRAM
of
MOVIE
THTR 1
2
MONO MOVIE TV SPORTS
4
5
ROCK
7
Voorpaneel
6
HALL
8
DVD/LD
D–TV
VCR
MOVIE THEATER
DISCO
Afstandsbediening
PRO LOGIC
DSP
MOVIE
THTR 2
3
Druk op EFFECT om het geluidseffect te
annuleren en alleen naar het geluid uit de
hoofdluidsprekers te luisteren.
Druk nogmaals op EFFECT om het geluidseffect weer
in te schakelen.
of
Voorpaneel
• Indien u tijdens het decoderen van Dolby Digital of DTS het
geluidseffect uitschakelt, worden de geluiden van het midden- en
achterkanaal met elkaar vermengd en via de hoofdluidsprekers
weergegeven.
• Wanneer u het geluidseffect uitschakelt terwijl Dolby Digital of
DTS gedecodeerd wordt, kan het gebeuren dat het geluid slechts
zwak of niet normaal wordt weergegeven, al naar gelang de bron.
In dergelijke gevallen moet u het geluidseffect weer inschakelen.
TUNER
CD
CBL/SAT
2
Naam van DSP-programma
Desgewenst kunt u ook de vertragingstijd en het uitgangsniveau van
de verschillende luidsprekers afstellen. (Zie blz. 29 en 30 voor
bijzonderheden.)
N-20
20
Afstandsbediening
Opmerkingen
y
0704E800_16-20_NL
EFFECT
EFFECT
5/18/0, 3:57 PM
OPNEMEN VAN EEN BRON OP TAPE, MD OF VIDEOCASSETTE
2
1,4
y
Wanneer u voor het opnemen gebruikmaakt van een tapedeck of
MD-recorder, kunt u desgewenst meeluisteren naar de geluiden die
worden opgenomen. Druk hiervoor op TAPE/MD MON / 6CH
INPUT (of TAPE/MD).
Opmerkingen
D I G I TA L
NATURAL SOUND
DOLBY
D I G I T A L
CINEMA DSP
AV PROCESSOR/AMPLIFIER DSP–E800
SURROUND
VOLUME
INPUT SELECTOR
16
20
12
00
0
28
STANDBY/ON
8
4
40
INPUT MODE
2
60
–dB
–
SET MENU
+
NEXT
TAPE/MD MON
EFFECT
PROGRAM
/6CH INPUT
CD
TUNER TAPE/MD
DVD/LD
D–TV
VCR
2
CBL/SAT
SLEEP
–
VOLUME
+
4
Bij het kijken naar videobanden waarvan de signalen
vervormd of gecodeerd zijn om ongeoorloofd kopiëren te
voorkomen, is de kans aanwezig dat deze signalen van
invloed zijn op het beeld zelf.
VOLUME
Zet VOLUME in de stand
“m”.
16
20
12
28
8
60
2
4
40
00
BASISBEDIENING
1
MUTING
PREPARATION
6CH INPUT
• Het DSP-programma en de instelling van VOLUME zijn niet van
invloed op het opgenomen materiaal.
• Gecombineerde video- en S-videosignalen worden onafhankelijk
van elkaar door de videoketens van dit apparaat gezonden.
Wanneer u videosignalen opneemt of kopieert en uw videobron is
aangesloten om alleen een S-videosignaal (of alleen een
gecombineerd videosignaal) voort te brengen, kunt u daarom ook
alleen een S-videosignaal (of alleen een gecombineerd signaal) op
uw videorecorder opnemen.
• Van een bron die alleen door middel van de digitale aansluitingen
met dit apparaat is verbonden, kunnen geen opnamen worden
gemaakt op een tapedeck, MD-recorder of videorecorder die op
dit apparaat is aangesloten.
• Van een bron die door middel van de 6CH INPUT-aansluitingen
met dit apparaat is verbonden, kunnen geen opnamen worden
gemaakt.
• Bij het opnemen van platen, CD’s, radio e.d. dient u rekening te
houden met de auteurswetten in uw land. Het opnemen van
auteursrechtelijk beschermd materiaal kan in strijd zijn met de
auteurswetten.
INTRODUCTION
De instellingen en andere bedieningen voor opnemen
kunnen worden uitgevoerd op het tapedeck, de MD-recorder
of de videorecorder. Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van
de betreffende component.
0
–dB
2
ADVANCED OPERATION
Voorpaneel
Kies de bron die u wilt opnemen.
INPUT SELECTOR
CD
TUNER
DVD/LD
D–TV
VCR
of
CBL/SAT
Voorpaneel
Afstandsbediening
Begin met het opnemen op het tapedeck, de
MD-recorder of videorecorder dat op dit
apparaat is aangesloten.
4
Begin met het afspelen van de bron en draai
het volume omhoog om de ingangsbron te
controleren.
APPENDIX
3
VOLUME
16
20
12
8
60
2
–
4
40
00
VOLUME
+
of
Nederlands
28
0
–dB
Voorpaneel
Afstandsbediening
N-21
0705E800_21_NL
21
5/18/0, 3:57 PM
GEAVANCEERDE BEDIENING
TEST
EFFECT
GELUIDSVELDPROGRAMMA
DSP
TIME/LEVEL
SET MENU
In dit apparaat is een geavanceerde digitale geluidsveldprocessor (DSP) met meerdere programma’s ingebouwd. Met deze
processor kunt u van zowel audio- als videobronnen de vorm van het geluidsveld op elektronische wijze uitbreiden en
wijzigen en daarmee de ruimte waarin u luistert zodanig veranderen dat u het gevoel krijgt alsof u in een bioscoop of
concertzaal zit. U kunt een uitstekend geluidsveld tot stand brengen door het kiezen van een geschikt DSP-programma (dit
zal uiteraard afhankelijk zijn van hetgeen u beluistert).
Wanneer u een CINEMA DSP programma kiest, wordt een van de ingebouwde decoders (Dolby Pro Logic, Dolby Digital en
DTS) ingeschakeld overeenkomstig het type signalen dat op de weergegeven bron is opgenomen.
Hieronder volgt een korte beschrijving van de geluidsvelden die door de verschillende DSP-programma’s tot stand gebracht
worden. Houd daarbij in gedachte dat de meeste van deze programma’s exacte digitale reproducties van werkelijk bestaande
akoestische omgevingen zijn.
• De ingangsbron die in de onderstaande tabel vermeld staat bij de programma’s 4 t/m 8 is de ingangsbron die voor het
betreffende programma het meest geschikt is.
• Kies het DSP-programma dat volgens u het beste klinkt, ongeacht de naam en de beschrijving die hieronder van het
betreffende programma worden gegeven.
■ Voor film- of audio- en videobronnen (Programma Nr.1 t/m Nr.5: CINEMA
DSP programma’s)
Nr.
1
PROGRAMMA
q/DTS
SURROUND
SUBPROGRAMMA
[1] PRO LOGIC/Normal ( o )
• Ingangsbron:
Dolby Surround
2-kanaals Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
4
• DSP:
—
[2] DOLBY DIGITAL/Normal ( g )
• Ingangsbron:
Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
—
[3] DTS DGTL SUR/Normal ( t )
• Ingangsbron:
DTS
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
—
[4] PRO LOGIC/ENHANCED
(ox)
• Ingangsbron:
Dolby Surround
2-kanaals Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
4
• DSP:
1 (surround)
[5] DOLBY DIGITAL/ENHANCED
(gx)
• Ingangsbron:
Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
2 (surround links, rechts)
[6] DTS DGTL SUR/ENHANCED
(tx)
• Ingangsbron:
DTS
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
2 (surround links, rechts)
BIJZONDERHEDEN
De ingebouwde Dolby Pro Logic-, Dolby
Digital- of DTS-decoder reproduceert exact
het geluid en effect van een met Dolby
Surround, Dolby Digital of DTS gecodeerde
bron.
Door het tot stand brengen van een uiterst
efficiënt decoderingsproces worden
overspraak en kanaalscheiding verbeterd en
wordt het geluid soepeler en nauwkeuriger
gepositioneerd.
In dit programma wordt de digitale
geluidsveldprocessor niet ingeschakeld.
Dit programma is ideaal voor het nabootsen
van de multi-surround-luidsprekersystemen
van een 35 mm bioscoop. De Dolby Pro
Logic-, Dolby Digital- en DTS-decoderingen
en digitale geluidsveldverwerkingsfuncties
worden exact uitgevoerd, zonder verandering
van de oorspronkelijke geluidsoriëntatie.
Het surround-effect dat door dit geluidsveld
tot stand gebracht wordt, breidt zich op
natuurlijke wijze rondom de kijker uit, van
achteren naar rechts en links en in de richting
van het scherm.
N-22
0706E800_22-24_NL
22
5/18/0, 3:57 PM
GELUIDSVELDPROGRAMMA
Nr.
2
MOVIE
THEATER 1
BIJZONDERHEDEN
[1] 70 mm ADVENTURE ( o x )
• Ingangsbron:
Dolby Surround
2-kanaals Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
3
• DSP:
2 (aanwezigheidseffect +
surround)
[2] DGTL ADVENTURE ( g x )
• Ingangsbron:
Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
3 (aanwezigheidseffect +
surround links, rechts)
[3] DTS ADVENTURE ( t x )
• Ingangsbron:
DTS
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
3 (aanwezigheidseffect +
surround links, rechts)
Dit programma is ideaal voor exacte weergave
van het geluid van de nieuwste films met
meerdere geluidssporen. Het geluidsveld wordt
zodanig aangepast dat het lijkt op dat van de
nieuwste bioscopen waarbij de weerkaatsingen
van het geluidsveld zelf zoveel mogelijk worden
teruggedrongen. De gegevens voor het
geluidsveld van een operagebouw worden
gebruikt voor de aanwezigheid aan de voorkant
waardoor het driedimensionele gevoel van het
geluidsveld wordt benadrukt terwijl de dialoog
precies op het scherm wordt gericht. Door
gebruikmaking van de gegevens voor het
geluidsveld van een concertzaal op het
surround-geluidsveld worden krachtige
weerkaatsingen tot stand gebracht. U kunt vol
genot kijken naar actie, avonturenfilms, enz. met
een sterke aanwezigheid.
[4] 70 mm GENERAL ( o x )
• Ingangsbron:
Dolby Surround
2-kanaals Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
3
• DSP:
2 (aanwezigheidseffect +
surround)
[5] DGTL GENERAL ( g x )
• Ingangsbron:
Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
3 (aanwezigheidseffect +
surround links, rechts)
[6] DTS GENERAL ( t x )
• Ingangsbron:
DTS
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
3 (aanwezigheidseffect +
surround links, rechts)
Dit programma wordt gebruikt voor weergave
van de geluiden van een film met meerdere
geluidssporen. Het wordt gekenmerkt door een
zacht en uitgebreid geluidsveld. Aan de
voorkant is het geluidsveld betrekkelijk smal.
Het geluid breidt zich uit naar alle kanten en in
de richting van het scherm. Hierdoor wordt het
echo-effect van gesprekken teruggedrongen
zonder dat dit ten koste gaat van de helderheid.
Voor het surround-geluidsveld klinkt de
harmonie van muziek of koorzang prachtig in
een brede ruimte aan de achterkant van het
geluidsveld.
N-23
0706E800_22-24_NL
23
5/18/0, 3:57 PM
Nederlands
Dit programma zorgt voor een heldere weergave
van dialoog en geluidseffecten in de laatste
geluidsvorm van sciencefiction-films, waardoor
er temidden van de stilte een brede en
uitgestrekte filmruimte ontstaat. U kunt genieten
van sciencefiction-films in een geluidsveld met
een virtuele ruimte waarbij gebruik wordt
gemaakt van met Dolby Surround, Dolby
Digital en DTS gecodeerde software die met de
meest geavanceerde technieken werkt.
APPENDIX
[4] 70 mm SCI-FI ( o x )
• Ingangsbron:
Dolby Surround
2-kanaals Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
3
• DSP:
2 (aanwezigheidseffect +
surround)
[5] DGTL SCI-FI ( g x )
• Ingangsbron:
Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
3 (aanwezigheidseffect +
surround links, rechts)
[6] DTS SCI-FI ( t x )
• Ingangsbron:
DTS
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
3 (aanwezigheidseffect +
surround links, rechts)
GEAVANCEERDE BEDIENING
Dit programma wordt gebruikt om het uiterst
brede geluidsveld van een bioscoop tot stand te
brengen. Het geluid van de bron wordt exact
gereproduceerd, waardoor zowel het videobeeld
als het geluidsveld ongelooflijk realistisch
overkomen. Dit programma is ideaal voor elke
videobron die met Dolby Surround, Dolby
Digital of DTS gecodeerd is (met name
grootschalige filmproducties).
BASISBEDIENING
[1] 70 mm SPECTACLE ( o x )
• Ingangsbron:
Dolby Surround
2-kanaals Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
3
• DSP:
2 (aanwezigheidseffect +
surround)
[2] DGTL SPECTACLE ( g x )
• Ingangsbron:
Dolby Digital
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
3 (aanwezigheidseffect +
surround links, rechts)
[3] DTS SPECTACLE ( t x )
• Ingangsbron:
DTS
• Uitgangskanalen:
5.1
• DSP:
3 (aanwezigheidseffect +
surround links, rechts)
PREPARATION
MOVIE
THEATER 2
SUBPROGRAMMA
INTRODUCTION
3
PROGRAMMA
GELUIDSVELDPROGRAMMA
Nr.
4
PROGRAMMA
MONO MOVIE ( x )
• Ingangsbron:
• Uitgangskanalen:
• DSP:
5
Mono
1
1
TV SPORTS ( x )
• Ingangsbron:
• Uitgangskanalen:
• DSP:
Audio/Video
2 tot 5.1
2 tot 3 (aanwezigheidseffect +
surround)
BIJZONDERHEDEN
Dit programma is speciaal ontworpen voor uitbreiding van
programma’s met mono-bronnen. In vergelijking met een
strikte mono-instelling is het geluidsbeeld dat met deze functie
tot stand gebracht wordt, breder en ten opzichte van het
luidsprekerpaar iets naar voren gebracht, waardoor de totale
klank een directer effect krijgt. Dit programma is vooral
effectief bij oude mono-films, nieuwsuitzendingen en dialogen.
Dit programma is voorzien van een strak geluidsveld waarin
het geluid niet overmatig aan de voorkant wordt verspreid. De
achterste surround zorgt daarentegen voor een dynamische
uitbreiding van het geluid. Dit is het meest geschikt voor
sportprogramma’s.
■ Voor hifi-audiobronnen
Nr.
6
PROGRAMMA
DISCO ( x )
• Ingangsbron:
• Uitgangskanalen:
• DSP:
7
ROCK CONCERT ( x )
• Ingangsbron:
• Uitgangskanalen:
• DSP:
8
2-kanaals PCM/Analoge audio
2
1
2-kanaals PCM/Analoge audio
2
1
CONCERT HALL ( x )
• Ingangsbron:
• Uitgangskanalen:
• DSP:
2-kanaals PCM/Analoge audio
2
1
BIJZONDERHEDEN
Dit programma wordt gebruikt voor het nabootsen van de
akoestiek van een disco in het centrum van een drukke stad. De
klanken worden dicht bij elkaar en zeer geconcentreerd
weergegeven.
Dit programma is bij uitstek geschikt voor rockmuziek. U zult
daarbij een dynamisch en levendig geluidsveld ervaren.
Dit programma creëert de sfeer van een grote concertzaal. Het
is bij uitstek geschikt voor orkest- en operamuziek.
CINEMA DSP: Dolby Surround + DSP/Dolby Digital + DSP/DTS + DSP
■ Dolby Pro Logic + 2 digitale geluidsvelden
De digitale geluidsvelden worden zowel in de
aanwezigheids- als in de achterste surround-zones van het
met Dolby Pro Logic gedecodeerde geluidsveld tot stand
gebracht. Zij zorgen voor een brede akoestische omgeving
en benadrukken het surround-effect in de kamer waardoor u
het gevoel krijgt alsof u in een drukbezochte Dolby Stereobioscoop naar een film zit te kijken.
■ Dolby Digital of DTS + 3 digitale geluidsvelden
De digitale geluidsvelden worden in de aanwezigheidszone
en onafhankelijk van elkaar in de linker en rechter surroundzones van het met Dolby Digital of DTS gedecodeerde
geluidsveld tot stand gebracht. Zij zorgen voor een brede
akoestische omgeving en een krachtig surround-effect in de
kamer zonder dat dit ten koste gaat van de hoge
kanaalscheiding. Met het brede dynamische bereik van
Dolby Digital- of DTS-geluid krijgt u bij deze combinatie
van geluidsvelden het gevoel alsof u in de nieuwste Dolby
Digital of in een bioscoop waarin DTS geïnstalleerd is, naar
een film zit te kijken. Dit is op dit moment het meest ideale
geluid voor uw huisbioscoop.
N-24
0706E800_22-24_NL
24
5/18/0, 3:57 PM
TEST
EFFECT
SET MENU
DSP
TIME/LEVEL
SET MENU
1.
2.
3.
4.
Druk het benodigde aantal keren op NEXT (of
SET MENU) om de functie te kiezen die u wilt
instellen.
De gekozen functie verschijnt op het display.
SET MENU
NEXT
of
Voorpaneel
Afstandsbediening
DVD/LD
D–TV
VCR
TUNER
CD
CBL/SAT
y
Nadat u eenmaal NEXT (of SET MENU) hebt ingedrukt, kunt u het
gewenste onderdeel ook kiezen door indrukken van . (Door
indrukken van gaat u één selectie terug.)
2
–
SET MENU
+
of
Voorpaneel
DSP
Afstandsbediening
TUNER
CD
CBL/SAT
Instellen van de SET MENU-functies
De instellingen dienen te worden gemaakt terwijl u de
informatie op het display in de gaten houdt.
3
Herhaal de stappen 1 en 2 om op dezelfde
manier eventuele andere functies in te stellen.
D I G I TA L
NATURAL SOUND
DOLBY
D I G I T A L
CINEMA DSP
AV PROCESSOR/AMPLIFIER DSP–E800
SURROUND
VOLUME
INPUT SELECTOR
16
20
12
28
STANDBY/ON
8
4
40
INPUT MODE
2
60
00
0
–dB
–
SET MENU
+
NEXT
TAPE/MD MON
EFFECT
PROGRAM
/6CH INPUT
1
POWER
PROGRAM
/DTS
SUR.
1
MOVIE
THTR 1
2
MOVIE
THTR 2
3
MONO MOVIE TV SPORTS
4
5
ROCK
7
DISCO
6
HALL
8
EFFECT
Nederlands
TEST
DSP
2
TIME/LEVEL
SET MENU
1
6CH INPUT
CD
TUNER TAPE/MD
N-25
0707E800_25-31_NL
APPENDIX
2
Reserve-stroomvoorziening voor geheugen
Wanneer dit apparaat in de standby-modus wordt gezet,
zorgt de reserve-stroomvoorziening voor het geheugen
ervoor dat de geprogrammeerde gegevens bewaard
blijven. Wanneer echter de stekker uit het stopcontact
wordt getrokken of de netspanning langer dan één week
wordt onderbroken, zullen de gegevens uit het geheugen
gewist worden. In dat geval moet u de onderdelen van
het SET MENU opnieuw instellen.
GEAVANCEERDE BEDIENING
DVD/LD
D–TV
VCR
BASIC OPERATION
Druk het benodigde aantal keren op SET
MENU +/– (of l of h) om de instelling te
maken.
PREPARATION
CENTER SP (Middenluidspreker)
REAR SP (Achterluidsprekers)
MAIN SP (Hoofdluidsprekers)
BASS OUT (Weergave van lage
tonen)
5. MAIN LVL (Uitgangsniveau van
hoofdluidsprekers)
6. D.D. LFE (Uitgangsniveau van LFEkanaal voor Dolby Digital)
7. D-RANGE (Dynamisch bereik)
8. DTS LFE (Uitgangsniveau van LFEkanaal voor DTS)
9. CNTR DELAY (Vertraging van
middenklanken)
10.MEM. GUARD (Vergrendeling van
instellingen)
11.TV INPUT (Ingangsfunctie van op
D-TV aangesloten bron)
12.CBL INPUT (Ingangsfunctie van op
CBL/SAT aangesloten bron)
1
INTRODUCTION
Met de volgende SET MENU-functies kunt u de prestaties
van uw systeem optimaliseren en uw audio- en
videomogelijkheden verder uitbreiden.
25
5/18/0, 3:57 PM
SET MENU
Beschrijving van de verschillende
functies
3. MAIN SP (Hoofdluidsprekers)
Keuzes: LARGE (Groot)/SMALL (Klein)
Vooringestelde stand: LARGE (Groot)
1. CENTER SP (Middenluidspreker)
Keuzes: LRG (Groot)/SML (Klein)/NONE (Geen)
Vooringestelde stand: LRG (Groot)
LRG (Groot)
Kies deze stand wanneer uw middenluidspreker ongeveer
even groot is als de hoofdluidsprekers. In deze stand worden
signalen over het volle bereik in het middenkanaal via de
middenluidspreker uitgevoerd.
SML (Klein)
Kies deze stand indien u gebruikmaakt van een
middenluidspreker die kleiner is dan de hoofdluidsprekers.
In deze stand worden de signalen van de lage tonen
(beneden 90 Hz) in het middenkanaal uitgevoerd via de
SUBWOOFER OUTPUT-aansluiting (of via de rechter en
linker hoofdluidsprekers indien “BASS OUT” is ingesteld
op MAIN).
NONE (Geen)
Kies deze stand indien u niet over een middenluidspreker
beschikt (systeem met vier luidsprekers). In deze stand
worden de signalen over het volle bereik in het
middenkanaal via de rechter en linker hoofdluidsprekers
uitgevoerd.
2. REAR SP (Achterluidsprekers)
Keuzes: LARGE (Groot)/SMALL (Klein)
Vooringestelde stand: LARGE (Groot)
LARGE (Groot)
Kies deze stand indien uw achterluidsprekers goed de lage
tonen kunnen weergeven of wanneer er op de
achterluidspreker parallel een subwoofer is aangesloten. In
deze stand worden de signalen over het volle bereik in de
achterkanalen via de achterluidsprekers uitgevoerd.
SMALL (Klein)
Kies deze stand indien uw achterluidsprekers niet goed de
lage tonen kunnen weergeven. In deze stand worden de
signalen van de lage tonen (beneden 90 Hz) bij de
achterkanalen uitgevoerd via SUBWOOFER OUTPUTaansluiting (of via de rechter en linker hoofdluidsprekers
indien “BASS OUT” is ingesteld op MAIN).
LARGE (Groot)
Kies deze stand indien uw hoofdluidsprekers goed de lage
tonen kunnen weergeven. In deze stand worden de signalen
over het volle bereik in de hoofdkanalen uitgevoerd via de
linker en rechter hoofdluidsprekers.
SMALL (Klein)
Kies deze stand indien uw hoofdluidsprekers niet goed de
lage tonen kunnen weergeven. Indien uw systeem echter
niet is voorzien van een subwoofer, moet u deze stand niet
kiezen. In deze stand worden de signalen van de lage tonen
(beneden 90 Hz) bij de hoofdkanalen uitgevoerd via de
SUBWOOFER OUTPUT-aansluiting indien “BASS OUT”
is ingesteld op SW.
4. BASS OUT (Weergave van lage
tonen)
Keuzes: SW (Subwoofer)/MAIN (Hoofdluidsprekers)/
BOTH (Beide)
Vooringestelde stand: BOTH (Beide)
SW (Subwoofer)/BOTH (Beide)
Kies de stand SW of BOTH indien uw systeem is voorzien
van een subwoofer. In elk van beide standen worden de
signalen van het LFE-kanaal en de lage tonen (beneden
90 Hz) in het midden- en achterkanaal uitgevoerd via de
SUBWOOFER OUTPUT-aansluiting indien “CENTER SP”
is ingesteld op SML of NONE en “REAR SP” is ingesteld
op SMALL. In de stand SW worden de signalen van de lage
tonen in de hoofdkanalen uitgevoerd via de SUBWOOFER
OUTPUT-aansluiting indien “MAIN SP” is ingesteld op
SMALL. In de stand BOTH worden de signalen van de lage
tonen bij de hoofdkanalen uitgevoerd via beide
hoofdluidsprekers en de SUBWOOFER OUTPUTaansluiting.
Opmerking
• Wanneer u een 2-kanaals bron (tape, MD, CD, videoband, enz.)
afspeelt, moet u BOTH kiezen om de signalen van de lage tonen
(beneden 90 Hz) via de SUBWOOFER OUTPUT-aansluitingen
uit te voeren.
MAIN (Hoofdluidsprekers)
Kies deze stand indien uw systeem niet is voorzien van een
subwoofer. In deze stand worden de signalen over het volle
bereik bij de hoofdkanalen, de signalen bij het LFE-kanaal
en andere signalen van lage tonen (beneden 90 Hz) die via
andere kanalen moeten worden verzonden, uitgevoerd via de
rechter en linker hoofdluidsprekers.
N-26
0707E800_25-31_NL
26
5/18/0, 3:57 PM
SET MENU
5. MAIN LVL (Uitgangsniveau van
hoofdluidsprekers)
7. D-RANGE (Afstelling van het
dynamisch bereik)
Keuzes: NORM (Normaal)/–10 dB
Vooringestelde stand: NORM (Normaal)
Keuzes: MAX/STD (Standaard)/MIN
Vooringestelde stand: MAX
INTRODUCTION
NORM (Normaal)
Kies gewoonlijk deze stand.
Opmerking
Opmerkingen
6. D.D. LFE (Afstelling van het
uitgangsniveau van het LFE-kanaal
voor Dolby Digital)
Afstelbereik: –20 dB tot 0 dB (in stappen van 1 dB)
Vooringestelde waarde: 0 dB
STD (Standaard)
In deze stand wordt een bron die met Dolby Digital
gecodeerd is, gereproduceerd met het “gecomprimeerde”
dynamische bereik van de bron zodat het geluid op een lager
niveau kan worden beluisterd.
MIN
In deze stand wordt het dynamische bereik meer verminderd
dan in de stand STD. Deze stand is effectief wanneer u een
bron op een lager niveau moet beluisteren.
• In deze stand wordt het geluid soms zwak of abnormaal
weergegeven, al naar gelang de bron. In een dergelijk geval moet
u de stand MAX of STD kiezen.
N-27
0707E800_25-31_NL
27
5/18/0, 3:57 PM
Nederlands
Opmerking
APPENDIX
Met deze functie kan het uitgangsniveau van het LFEkanaal worden afgesteld. Wanneer de LFE-signalen worden
vermengd met signalen van andere kanalen om deze via
dezelfde luidsprekers weer te geven, kan de verhouding van
het LFE-signaalniveau ten opzichte van het niveau van de
andere signalen worden afgesteld.
MAX
In deze stand wordt een bron die met Dolby Digital is
gecodeerd, gereproduceerd met het brede dynamische
bereik van het oorspronkelijke geluid. Hierdoor heeft het
geluid hetzelfde effect als in de bioscoop. Deze stand is nog
beter wanneer u kunt luisteren naar een bron met een hoog
uitgangsniveau in een ruimte met speciale geluidsisolatie
voor het afspelen van audio- en video-opnamen.
GEAVANCEERDE BEDIENING
Opmerking
• Deze afstelling heeft alleen effect wanneer Dolby Digital
gedecodeerd wordt en de signalen van de gekozen bron die met
Dolby Digital gecodeerd is, LFE-signalen bevat.
Het “dynamisch bereik” is het verschil tussen het
maximumniveau en het minimumniveau van geluid. Het
geluid van een film dat oorspronkelijk is gemaakt voor
bioscopen heeft een zeer breed dynamisch bereik. Met de
techniek van Dolby Digital kan het oorspronkelijke geluid
worden omgezet in een audioformaat dat geschikt is voor de
huiskamer, maar hetzelfde brede dynamische bereik heeft
als in de bioscoop. Krachtige geluiden met een zeer breed
dynamisch bereik zijn niet altijd geschikt voor de
huiskamer. Op grond van de condities van uw
luisteromgeving is het niet altijd mogelijk om het
uitgangsniveau van het geluid te verhogen tot een niveau
zoals gebruikelijk is in een bioscoop. Bij een niveau dat
geschikt is voor uw huiskamer kunnen de lage tonen van de
geluidsbron echter niet zo goed worden gehoord omdat ze
verloren zullen gaan door storende geluiden in uw
omgeving. Met de techniek van Dolby Digital is het nu ook
mogelijk om het dynamische bereik van een oorspronkelijk
geluidsspoor zodanig te verminderen dat het geschikt is om
te worden beluisterd in de huiskamer. Om dit te
bewerkstelligen, worden de geluidsdata “gecomprimeerd”.
BASIC OPERATION
• De instellingen van “CENTER SP”, “REAR SP”, “MAIN SP” en
“BASS OUT” hebben geen effect op een bron die is verbonden
met de 6CH INPUT-aansluitingen op de achterkant van dit
apparaat.
• Wanneer u “CENTER SP”, “REAR SP”, “MAIN SP”, “BASS
OUT” en “MAIN LVL” eenmaal goed hebt ingesteld, hoeft u de
instellingen niet meer te wijzigen tenzij er veranderingen in uw
luidsprekersysteem worden aangebracht.
• Deze afstelling heeft alleen effect wanneer Dolby Digital
gedecodeerd wordt.
PREPARATION
–10 dB
Kies deze stand indien het geluid dat via de
hoofdluidsprekers wordt uitgevoerd, te luid is en niet kan
worden uitgebalanceerd met het geluid dat via de middenen achterluidsprekers wordt uitgevoerd. In deze stand wordt
het via de hoofdluidsprekers weergegeven geluid gedempt.
SET MENU
8. DTS LFE (Afstelling van het
uitgangsniveau van het LFE-kanaal
voor DTS)
Afstelbereik: –10 dB tot +10 dB (in stappen van 1 dB)
Vooringestelde waarde: 0 dB
11.TV INPUT (Keuze van de
aanvankelijke ingangsfunctie voor
een bron die is verbonden met de
D-TV-ingangsaansluitingen)
Keuzes: AUTO/LAST (Laatst gekozen)
Vooringestelde stand: AUTO
Opmerking
• Deze afstelling heeft alleen effect wanneer DTS gedecodeerd
wordt en de signalen van de gekozen bron die met DTS gecodeerd
is, LFE-signalen bevat.
Met deze functie kan het uitgangsniveau van het LFEkanaal worden afgesteld. Wanneer de LFE-signalen worden
vermengd met signalen van andere kanalen om deze via
dezelfde luidsprekers weer te geven, kan de verhouding van
het LFE-signaalniveau ten opzichte van het niveau van de
andere signalen worden afgesteld.
9. CNTR DELAY (Afstelling van de
vertraging van het geluid uit de
middenluidspreker)
Afstelbereik: 0 ms tot 5 ms (in stappen van 1 ms)
Vooringestelde waarde: 0 ms
Met deze functie kunt u de vertragingstijd tussen de
hoofdgeluiden (bij de hoofdkanalen) en dialoog enz. (bij het
middenkanaal) afstellen. Hoe hoger de waarde, des te later
de dialoog e.d. zullen worden voortgebracht.
Deze functie is bedoeld om ervoor te zorgen dat de geluiden
uit de linker hoofdluidspreker, middenluidspreker en rechter
hoofdluidspreker uw luisterpositie op hetzelfde moment
bereiken. Dit wordt bewerkstelligd door het geluid van de
middenluidspreker te vertragen indien de afstand van de
middenluidspreker tot uw luisterpositie korter is dan de
afstand van de linker of rechter hoofdluidspreker tot uw
luisterpositie.
10.MEM. GUARD (Vergrendeling van
de instellingen)
Keuzes: ON (Aan)/OFF (Uit)
Vooringestelde stand: OFF (Uit)
Voor een bron die is verbonden met de D-TVingangsaansluitingen van dit apparaat kunt u aangeven
welke ingangsfunctie er bij inschakeling van dit apparaat
automatisch gekozen moet worden. Zie blz. 18 voor
bijzonderheden over de ingangsfunctie.
AUTO
In deze stand wordt altijd de AUTO-ingangsfunctie
gekozen.
LAST (Laatst gekozen)
In deze stand wordt bij inschakeling van dit apparaat
automatisch de ingangsfunctie gekozen die u het laatst hebt
gekozen.
12.CBL INPUT (Keuze van de
aanvankelijke ingangsfunctie voor
een bron die is verbonden met de
CBL/SAT-ingangsaansluitingen)
Keuzes: AUTO/LAST (Laatst gekozen)
Vooringestelde stand: AUTO
Voor een bron die is verbonden met de CBL/SATingangsaansluitingen van dit apparaat kunt u aangeven
welke ingangsfunctie er bij inschakeling van dit apparaat
automatisch gekozen moet worden. Zie blz. 18 voor
bijzonderheden over de ingangsfunctie.
AUTO
In deze stand wordt altijd de AUTO-ingangsfunctie
gekozen.
LAST (Laatst gekozen)
In deze stand wordt bij inschakeling van dit apparaat
automatisch de ingangsfunctie gekozen die u het laatst hebt
gekozen.
Indien u wilt voorkomen dat de instellingen van SET
MENU en andere instellingen op dit apparaat abusievelijk
worden gewijzigd, kiest u ON. De onderstaande instellingen
op dit apparaat kunnen hiermee worden vergrendeld:
• Instellingen van andere functies in SET MENU
• Instellingen in de TIME/LEVEL-modus
• Instellingen bij gebruikmaking van TEST
N-28
0707E800_25-31_NL
28
5/18/0, 3:57 PM
TEST
EFFECT
DSP
TIME/LEVEL
SET MENU
VERTRAGINGSTIJD EN LUIDSPREKER-UITGANGSNIVEAUS
Opmerking
• Wanneer er in dit apparaat zeer snelle 24-bits digitale signalen
met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz worden ingevoerd,
kunnen de vertragingstijd en het uitgangsniveau van de
luidsprekers niet worden ingesteld.
U kunt het tijdsverschil tussen het begin van het geluid uit
de hoofdluidsprekers en het begin van het geluidseffect uit
de achterluidsprekers afstellen. Hoe hoger de waarde, des te
later zal het geluidseffect worden voortgebracht. De
vertragingstijd kan voor alle DSP-programma’s afzonderlijk
worden uitgevoerd.
• Door het toevoegen van teveel vertraging zal er bij sommige
bronnen een onnatuurlijk effect ontstaan.
• Tijdens het instellen van de vertragingstijd zal het geluid korte tijd
worden onderbroken.
Programma
1.
3.
Luidspreker
Midden
Rechts achter
Links achter
Subwoofer
Afstelbereik (dB)
MIN, –20 tot +10
MIN, –20 tot +10
MIN, –20 tot +10
MIN, –20 tot 0
Vooringestelde waarde
0
0
0
0
Afstelbereik Vooringestelde
waarde
(ms)
15 tot 30
20
0 tot 15
5
0 tot 15
5
15 tot 30
20
0 tot 15
5
0 tot 15
5
15 tot 30
23
1 tot 99
15
1 tot 99
15
15 tot 30
20
1 tot 99
16
1 tot 99
16
15 tot 30
20
1 tot 99
15
1 tot 99
15
15 tot 30
20
1 tot 99
15
1 tot 99
15
1 tot 99
49
1 tot 99
9
1 tot 99
40
1 tot 99
16
1 tot 99
44
APPENDIX
Nederlands
4.
5.
6.
7.
8.
• Wanneer het ingangssignaal analoog, PCM-audio of met Dolby
Digital in 2-kanaals stereo is gecodeerd, kan het uitgangsniveau
van het geluid van de middenluidspreker niet worden afgesteld.
• Wanneer “CENTER SP” in SET MENU is ingesteld op NONE,
kan het uitgangsniveau van het geluid van de middenluidspreker
niet worden afgesteld. Dit komt omdat bij deze functie het
middengeluid automatisch via de linker en rechter
hoofdluidsprekers wordt weergegeven.
• Wanneer het uitgangsniveau van het geluid eenmaal is afgesteld,
zal dit voor alle DSP-programma’s hetzelfde zijn.
GEAVANCEERDE BEDIENING
2.
PRO LOGIC/Normal
DOLBY DIGITAL/Normal
DTS DGTL SUR/Normal
PRO LOGIC/ENHANCED
DOLBY DIGITAL/ENHANCED
DTS DGTL SUR/ENHANCED
70 mm SPECTACLE
DGTL SPECTACLE
DTS SPECTACLE
70 mm SCI-FI
DGTL SCI-FI
DTS SCI-FI
70 mm ADVENTURE
DGTL ADVENTURE
DTS ADVENTURE
70 mm GENERAL
DGTL GENERAL
DTS GENERAL
MONO MOVIE
TV SPORTS
DISCO
ROCK CONCERT
CONCERT HALL
Opmerkingen
N-29
0707E800_25-31_NL
29
BASIC OPERATION
Opmerkingen
Desgewenst kunt u het uitgangsniveau van het geluid van
elk van de luidsprekers afstellen, ook wanneer het
uitgangsniveau reeds is ingesteld bij “AFSTELLING VAN
DE LUIDSPREKERBALANS” op blz. 14 en 15.
PREPARATION
Vertragingstijd
Uitgangsniveau van het geluid van
de midden-, rechter achter- en linker
achterluidsprekers en subwoofer
INTRODUCTION
Bij gebruikmaking van de digitale geluidsveldprocessor met
de Dolby Pro Logic-, Dolby Digital- of DTS-decoder kunt u
het tijdsverschil tussen het hoofdgeluid en het geluidseffect,
evenals het uitgangsniveau van de verschillende
luidsprekers, naar wens afstellen.
5/18/0, 3:57 PM
VERTRAGINGSTIJD EN LUIDSPREKER-UITGANGSNIVEAUS
Afstelmethode
De instellingen dienen te worden gemaakt met de
afstandsbediening terwijl u de informatie op het display in
de gaten houdt.
POWER
PROGRAM
/DTS
SUR.
1
MOVIE
THTR 1
2
MOVIE
THTR 2
3
MONO MOVIE TV SPORTS
4
5
ROCK
DISCO
6
HALL
7
8
TEST
EFFECT
DSP
1
TIME/LEVEL
SET MENU
2
Reserve-stroomvoorziening voor geheugen
Wanneer dit apparaat in de standby-modus wordt gezet,
zorgt de reserve-stroomvoorziening voor het geheugen
ervoor dat de geprogrammeerde gegevens bewaard
blijven. Wanneer echter de stekker uit het stopcontact
wordt getrokken of de netspanning langer dan één week
wordt onderbroken, zullen de laatst ingestelde waarden
van de vertragingstijd en de uitgangsniveaus van de
midden- en achterluidsprekers en subwoofer uit het
geheugen gewist worden en automatisch worden
vervangen door de vooringestelde waarden. In dat geval
moet u de vertragingstijd en de uitgangsniveaus opnieuw
instellen.
6CH INPUT
1
Druk het benodigde aantal keren op TIME/
LEVEL om de functie te kiezen die u wilt
instellen.
Elke keer wanneer u op TIME/LEVEL drukt, verandert
de functie in de hieronder aangegeven volgorde:
TIME/LEVEL
DELAY
CENTER
R SUR.
L SUR.
SWFR
Vertragingstijd
Uitgangsniveau van de
middenluidspreker
Uitgangsniveau van de
rechter achterluidspreker
Uitgangsniveau van de linker
achterluidspreker
Uitgangsniveau van de
subwoofer
Opmerking
• Afhankelijk van de instelling van SET MENU is het niet altijd
mogelijk om al deze functies in te stellen.
2
3
Druk op l of h om de
vertragingstijd of
luidsprekeruitgangsniveaus in te
stellen.
DSP
Herhaal de stappen 1 en 2 om op dezelfde
manier eventuele andere functies in te stellen.
N-30
0707E800_25-31_NL
30
5/18/0, 3:57 PM
TEST
EFFECT
DE SLEEP-TIMER
DSP
TIME/LEVEL
SET MENU
Opmerking
• De SLEEP-timer werkt voor de componenten die zijn verbonden
met de netspanningsaansluiting (AC OUTLET) op de achterkant
van dit apparaat.
2
SLEEP
Druk het benodigde aantal
keren op SLEEP om de
gewenste inslaaptijd in te
stellen.
Telkens wanneer SLEEP wordt ingedrukt, verandert de
inslaaptijd in de hieronder aangegeven volgorde:
60
• De instelling van de SLEEP-timer kan ook worden geannuleerd
door het apparaat via POWER op de afstandsbediening (of
STANDBY/ON op het voorpaneel) in de standby-modus te zetten
of door de stekker uit het stopcontact te trekken.
BASIC OPERATION
Begin met het afspelen van de bron waarnaar
u tijdens het inslapen wilt luisteren.
90
SLEEP
Opmerking
1
120
Druk het benodigde aantal keren op SLEEP
zodat “SLEEP OFF” op het display verschijnt.
Deze indicatie zal kort daarna verdwijnen, evenals de
indicatie “SLEEP”.
30
De SLEEP-timer is
uitgeschakeld (SLEEP OFF).
(Dit is de toestand voordat
SLEEP wordt ingedrukt.)
GEAVANCEERDE BEDIENING
DVD/LD
D–TV
VCR
TUNER
CD
CBL/SAT
SLEEP
Knippert
3
Wanneer de SLEEP-timer is ingesteld, gaat na
korte tijd de indicatie “SLEEP” op het display
branden.
Op het display verschijnt weer de indicatie voordat de
SLEEP-timer werd ingesteld.
TUNER
CD
CBL/SAT
APPENDIX
DVD/LD
D–TV
VCR
PREPARATION
Instellen van de SLEEP-timer
Annuleren van de gekozen instelling
van de SLEEP-timer
INTRODUCTION
Door gebruikmaking van de SLEEP-timer van dit apparaat
kunt u het apparaat zodanig instellen dat het automatisch
overschakelt naar de standby-modus. Deze timerfunctie is
handig wanneer u wilt inslapen terwijl u naar de gewenste
ingangsbron luistert. De SLEEP-timer kan uitsluitend
worden ingesteld met de afstandsbediening.
SLEEP
Gaat branden
Nederlands
N-31
0707E800_25-31_NL
31
5/18/0, 3:57 PM
ADDENDUM
FOUTOPSPORING
Indien het apparaat niet normaal functioneert, controleer dan de volgende punten om na te gaan of het probleem verholpen
kan worden door de eenvoudige maatregelen te nemen die hieronder worden gesuggereerd. Indien het probleem niet kan
worden verholpen of indien het probleem niet in de kolom STORINGSINDICATIE vermeld staat, trek dan de stekker van het
apparaat uit het stopcontact en neem voor verdere hulp contact op met uw erkende YAMAHA-dealer of reparatiedienst.
■ Algemeen
STORINGSINDICATIE
OORZAAK
OPLOSSING
Zie blz.
Het apparaat wordt niet
ingeschakeld wanneer
STANDBY/ON (of
POWER) wordt ingedrukt,
of wordt spoedig na
inschakeling plotseling
weer op stand-by gezet.
De stekker van het apparaat zit niet (goed) in
het stopcontact.
Steek de stekker goed in het stopcontact.
13
De IMPEDANCE SELECTOR-schakelaar op de
achterkant is niet helemaal naar rechts of links
gezet.
Zet de schakelaar helemaal naar rechts of links
wanneer het apparaat op stand-by staat.
13
Het apparaat werkt niet
normaal.
De ingebouwde microcomputer is vastgelopen
door een externe elektrische schok
(blikseminslag, overmatige statische
elektriciteit, enz.) of door een
stroomvoorziening met een lage spanning.
Zet het apparaat op stand-by en trek de stekker
uit het stopcontact. Na circa 30 seconden steekt
u de stekker weer in het stopcontact en schakelt
u het apparaat opnieuw in.
—
Geen geluid of geen
beeld.
De ingangs- of uitgangskabels zijn verkeerd
aangesloten.
Sluit de kabels op de juiste wijze aan. Indien
het probleem blijft voortbestaan, zijn de kabels
mogelijk defect.
9, 10
De juiste ingangsbron is niet gekozen.
Kies de juiste ingangskeuzebron met INPUT
SELECTOR of TAPE/MD MON / 6CH INPUT
(of de ingangskeuzetoetsen).
16
De luidsprekeraansluitingen zitten niet goed vast.
Maak de aansluitingen goed vast.
11
Het geluid is gedempt.
Zet VOLUME in de stand “m”, druk op
MUTING om de dempingsfunctie te annuleren
en stel het volume in.
Speel een bron af waarvan de signalen door dit
apparaat kunnen worden weergegeven.
17
In dit apparaat worden door het afspelen van
bijvoorbeeld een CD-ROM digitale signalen
ingevoerd die door dit apparaat niet kunnen
worden weergegeven omdat het andere signalen
zijn dan PCM-audiosignalen of met Dolby
Digital of DTS gecodeerde signalen.
—
Geen beeld.
Er is geen S-videoaansluiting tussen dit
apparaat en de TV, ook al worden er Svideosignalen in dit apparaat ingevoerd.
Verbind de S VIDEO MONITOR OUTaansluiting van dit apparaat met de S-videoingangsaansluiting van de TV.
11
Het geluid valt plotseling
weg.
De beveiligingsketen werd in werking gesteld
als gevolg van kortsluiting, enz.
Zet de beveiligingsketen weer in de
oorspronkelijke stand door het apparaat eerst
op stand-by te zetten en daarna weer in te
schakelen.
—
De SLEEP-timer is in werking getreden.
Schakel het apparaat in en speel de bron
opnieuw af.
31
De kabels zijn verkeerd aangesloten.
Sluit de kabels op de juiste wijze aan. Indien
het probleem blijft voortbestaan, zijn de kabels
mogelijk defect.
Druk op EFFECT om het in te schakelen.
11
20
Kies een ander DSP-programma.
24
Het geluid komt slechts
uit de luidsprekers aan
één van beide kanten.
Er komt geen geluid uit
de effect-luidsprekers.
Het geluidseffect is uitgeschakeld.
Er wordt een DSP-programma voor Dolby
Surround-, Dolby Digital- of DTS-decodering
gebruikt voor materiaal dat niet met Dolby
Surround, Dolby Digital of DTS is gecodeerd.
In dit apparaat worden 24-bits digitale signalen
met een bemonsteringsfrequentie van 96 kHz
ingevoerd.
19
N-32
0708E800_32-35_NL
32
5/19/0, 6:10 PM
FOUTOPSPORING
STORINGSINDICATIE
Er komt geen geluid uit
de hoofdluidsprekers.
OPLOSSING
De uitgangsaansluiting is niet op de juiste wijze
aangesloten op de externe versterker.
Sluit de externe versterker op de juiste
wijze aan.
11, 12
De op dit apparaat aangesloten externe
versterker is uitgeschakeld.
Het uitgangsniveau van het geluid van de
middenluidspreker is op de laagste stand
ingesteld.
Schakel de externe versterker in.
11, 12
Verhoog het uitgangsniveau van het geluid
van de middenluidspreker.
29
“CENTER SP” in SET MENU is ingesteld op
NONE.
Het verkeerde DSP-programma is gekozen.
Kies LRG of SML.
26
Kies het juiste programma.
De met Dolby Digital of DTS gecodeerde bron
bevat geen middenkanaalsignaal.
Er komt geen geluid uit
de achterluidsprekers.
22, 23, 24
—
Het uitgangsniveau van het geluid van de
achterluidsprekers is op de laagste stand
ingesteld.
Verhoog het uitgangsniveau van het geluid van
de achterluidsprekers.
29
Er wordt een mono-geluidsbron afgespeeld met
het programma PRO LOGIC/Normal of PRO
LOGIC/ENHANCED.
Kies een ander DSP-programma dat geschikt is
voor de mono-geluidsbron.
24
“BASS OUT” in het SET MENU is ingesteld op
SW of MAIN terwijl een 2-kanaals bron wordt
afgespeeld.
Kies BOTH.
26
De bron bevat geen signalen van lage tonen
(beneden 90 Hz).
PREPARATION
Geen geluid van de
subwoofer.
Zie blz.
INTRODUCTION
Er komt geen geluid uit
de middenluidspreker.
OORZAAK
—
Een “brom” geluid kan
worden gehoord.
De kabels zijn verkeerd aangesloten.
Sluit de audiostekkers stevig aan. Indien het
probleem blijft voortbestaan, zijn de kabels
mogelijk defect.
Het volumeniveau kan
niet worden verhoogd of
het geluid is vervormd.
De component die is verbonden met de TAPE/
MD OUT (REC)-aansluitingen van dit apparaat,
staat op stand-by.
Schakel de stroomtoevoer naar de component
in.
Het geluidseffect kan
niet worden opgenomen.
Het geluidseffect kan niet worden opgenomen
op een tapedeck of MD-recorder die is
verbonden met de TAPE/MD OUT (REC)aansluitingen van dit apparaat.
De DVD/LD, D-TV of CBL/
SAT kan niet worden
opgenomen op een
tapedeck, MD-recorder of
videorecorder die is
verbonden met dit
apparaat.
De DVD/LD-speler, TV/digitale TV of kabelTV/satelliettuner is alleen via de digitale
aansluitingen verbonden met dit apparaat.
Maak extra verbindingen tussen de analoge
aansluitingen.
10
Dit apparaat kan niet
worden ingesteld met
SET MENU, TIME/LEVEL
of TEST.
“MEM. GUARD” in SET MENU is
ingeschakeld (ON).
Schakel “MEM. GUARD” in SET MENU uit
(OFF).
28
9, 10
21
BASIC OPERATION
—
ADVANCED OPERATION
ADDENDUM
Nederlands
N-33
0708E800_32-35_NL
33
5/18/0, 3:57 PM
FOUTOPSPORING
■ Afstandsbediening
STORINGSINDICATIE
De afstandsbediening
werkt niet.
OORZAAK
OPLOSSING
Zie blz.
De afstandsbedieningssensor van dit apparaat
wordt blootgesteld aan direct zonlicht of
verlichting (van doordringende fluorescerende
verlichting, enz.).
Verander de positie van het apparaat.
3
De batterijen zijn zwak.
Vernieuw alle batterijen.
2
■ Overige
STORINGSINDICATIE
Wanneer er met een
hoofdtelefoon wordt
geluisterd naar een
tapedeck of CD-speler
die is aangesloten op dit
apparaat, verslechtert de
kwaliteit van het geluid.
Er is sprake van ruis die
afkomstig is van digitale
of hoogfrequente
apparatuur.
OPLOSSING
Zie blz.
Het apparaat staat op stand-by.
OORZAAK
Schakel de stroomtoevoer naar het apparaat in.
—
Het apparaat bevindt zich te dicht bij de
betreffende digitale of hoogfrequente apparatuur.
Plaats het apparaat verder weg van de
betreffende apparatuur.
—
■ Tijdens het afspelen van een met DTS gecodeerde bron
STORINGSINDICATIE
Tijdens het afspelen van
een met DTS gecodeerde
bron is er een hard
sissend geluid te horen.
OORZAAK
De speler waarop de bron wordt afgespeeld, is
niet verbonden met een digitale audiosignaalingangsaansluiting van dit apparaat.
Op dit apparaat is de ingangsfunctie ANALOG
gekozen.
OPLOSSING
Zie blz.
Naast de analoge audiosignaalaansluitingen
moet de speler ook nog worden verbonden met
een digitale audiosignaal-ingangsaansluiting
van dit apparaat.
Kies op dit apparaat een geschikte
ingangsfunctie om de ingebouwde DTSdecoder te kunnen inschakelen.
10
18
Tijdens het afspelen van
een met DTS gecodeerde
bron is er een slaggeluid
te horen.
Wanneer de ingangsfunctie AUTO is gekozen,
zal er bij sommige bronnen ruis te horen zijn
omdat het apparaat op dat moment bezig is met
het vaststellen van het soort ingangssignaal.
Zet de ingangsfunctie van de op dat moment
gekozen ingangsbron op DTS.
18
Tijdens het afspelen van
een met DTS gecodeerde
bron is er geen geluid te
horen, zelfs wanneer op
dit apparaat de
ingangsfunctie AUTO is
gekozen.
De ingebouwde DTS-decoder werkt niet omdat
de speler is voorzien van een digitale
volumeregelaar en deze zich in een andere stand
bevindt dan in de hoogste, neutrale of niet
werkzame stand.
Zet de digitale volumeregelaar in de hoogste,
neutrale of niet werkzame stand.
—
Er is geen geluid te
horen tijdens het
afspelen van een MD of
DAT waarop u een met
DTS gecodeerde bron
hebt opgenomen.
Een met DTS gecodeerde bron kan niet op een
MD of DAT worden opgenomen.
Tijdens het afspelen van
een bron (bijvoorbeeld
een CD) is er geen geluid
te horen, zelfs wanneer
op dat moment de
ingangsfunctie AUTO is
gekozen.
Wanneer de functie AUTO is gekozen, kan er
niet automatisch van de DTSdecoderingsfunctie worden overgeschakeld op
de normale (PCM) digitale
signaalingangsfunctie.
—
Zet de ingangsfunctie weer op AUTO.
19
Opmerkingen
• Voor het afspelen van een met DTS gecodeerde bron moet gebruik worden gemaakt van een DTS-decoder. Daarom moet de speler waarop
de bron wordt afgespeeld, worden verbonden met een digitale audiosignaal-ingangsaansluiting van dit apparaat zoals in deze
gebruiksaanwijzing is beschreven. Indien deze verbinding niet tot stand wordt gebracht of indien er alleen een digitaal-analoog-omzetter
wordt gebruikt zonder gebruikmaking van een DTS-decoder, zal er bij het afspelen van de bron alleen een hard sissend geluid te horen zijn.
• Wanneer de ingangsfunctie op AUTO is gezet en u tijdens het afspelen van een met DTS gecodeerde bron een zoek- of springfunctie
uitvoert, gaat de indicatie “t” knipperen. Indien deze situatie 30 seconden of langer voortduurt, zal het apparaat automatisch van de
functie DTS-decodering overschakelen op de PCM digitale signaalingangsfunctie en zal de indicatie “t” uitgaan.
N-34
0708E800_32-35_NL
34
5/18/0, 3:57 PM
SPECIFICATIES
ALGEMEEN
• Minimum RMS-uitgangsvermogen
20 Hz tot 20 kHz, 0,06% totale harmonische vervorming, 8 ohm
Midden, Achter links, rechts ...................................................... 70 W
1 kHz, 0,09% totale harmonische vervorming, 8 ohm
Midden, Achter links, rechts ...................................................... 80 W
• Vereiste spanning ........................................ 230 V wisselstroom, 50 Hz
• Maximaal uitgangs vermogen (EIAJ)
1 kHz, 10% totale harmonische vervorming, 8 ohm ................ 105 W
• Afmetingen (L x H x B) ....................................... 435 x 126 x 391 mm
• DIN-standaard uitgangsvermogen
1 kHz, 0,7% totale harmonische vervorming, 4 ohm
Midden, Achter links, rechts .................................................... 110 W
• Netspanningsaansluitingen (max. totaal vermogen: 100 W)
......................................................................... 1 (GESCHAKELD)
• Gewicht ...................................................................................... 10,0 kg
• Accessoires .............................................................. Afstandsbediening
.......................................................................................... Batterijen
Alle specificaties zijn onder voorbehoud en kunnen zonder nadere
kennisgeving worden gewijzigd.
PREPARATION
• IEC-uitgangsvermogen
1 kHz, 0,04% totale harmonische vervorming, 8 ohm ............... 75 W
• Stroomverbruik ............................................................................ 180 W
INTRODUCTION
AUDIO-GEDEELTE
• Dynamisch vermogen (IHF)
8/6/4/2 ohm .......................................................... 90/110/135/160 W
• Dempingsfactor
20 Hz tot 20 kHz, 8 ohm ............................................................... 80
• Frequentiebereik
CD, enz. naar MAIN L/R ....................... 10 Hz tot 100 kHz, 0/–3 dB
• Totale harmonische vervorming (20 Hz tot 20 kHz)
6CH INPUT naar REAR SP OUT, 35 W/8 ohm ..................... 0,06 %
BASIC OPERATION
• Signaal/ruis-verhouding (IHF-A netwerk)
CD, enz. naar MAIN PRE OUT
(250 mV, ingangssignaal kortgesloten) ................................ 103 dB
• Reststoring (IHF-A netwerk)
CENTER, REAR SP OUT .................................................... 150 µV
• Ingangsgevoeligheid/Impedantie
CD, enz. ................................................................. 150 mV/47 k-ohm
6CH INPUT ........................................................... 150 mV/47 k-ohm
ADVANCED OPERATION
• Uitgangsniveau/Impedantie
REC OUT ............................................................. 150 mV/1,2 k-ohm
PRE OUT ................................................................ 1,0 V/1,2 k-ohm
SUBWOOFER ......................................................... 4,0 V/1,2 k-ohm
• Kanaalscheiding (Vol. –30 dB)
CD, enz. (ingangsvermogen 5,1 k-ohm beëindigd, 1 kHz/10 kHz)
..................................................................................... 60 dB/45 dB
VIDEO-GEDEELTE
• Videosignaaltype ............................................................. NTSC of PAL
• Videosignaalniveau ........................................................ 1 Vp-p/75 ohm
• Signaal/ruis-verhouding .............................................................. 50 dB
• Frequentiebereik monitor-uit ........................... 5 Hz tot 10 MHz, –3 dB
ADDENDUM
Nederlands
N-35