Vega VEGAVIB 61 Handleiding

Type
Handleiding
Handleiding
Niveauschakelaar voor gegranuleerd
stortgoed
VEGAVIB 61
Relais (DPDT)
Document ID: 29265
2
Inhoudsopgave
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
Inhoudsopgave
1 Over dit document ................................................................................................................... 4
1.1 Functie ............................................................................................................................. 4
1.2 Doelgroep ........................................................................................................................ 4
1.3 Gebruikte symbolen ......................................................................................................... 4
2 Voor uw veiligheid .................................................................................................................... 5
2.1 Geautoriseerd personeel .................................................................................................. 5
2.2 Correct gebruik ................................................................................................................. 5
2.3 Waarschuwing voor misbruik ............................................................................................ 5
2.4 Algemene veiligheidsinstructies ....................................................................................... 5
2.5 Veiligheidsmarkering op het instrument ............................................................................ 6
2.6 EU-conformiteit ................................................................................................................ 6
2.7 SIL-conformiteit ................................................................................................................ 6
2.8 Veiligheidsinstructies voor Ex-omgeving .......................................................................... 6
2.9 Milieuvoorschriften ........................................................................................................... 6
3 Productbeschrijving ................................................................................................................ 7
3.1 Constructie ....................................................................................................................... 7
3.2 Werking ............................................................................................................................ 7
3.3 Bediening ......................................................................................................................... 8
3.4 Opslag en transport .......................................................................................................... 9
4 Monteren ................................................................................................................................. 10
4.1 Algemene instructies ...................................................................................................... 10
4.2 Montage-instructies ........................................................................................................ 11
5 Op de voedingsspanning aansluiten ................................................................................... 15
5.1 Aansluiting voorbereiden ................................................................................................ 15
5.2 Aansluitstappen ............................................................................................................. 16
5.3 Aansluitschema eenkamerbehuizing .............................................................................. 16
6 In bedrijf nemen ..................................................................................................................... 18
6.1 Algemeen ....................................................................................................................... 18
6.2 Bedieningselementen .................................................................................................... 18
6.3 Functietabel .................................................................................................................... 19
7 Service en storingen oplossen............................................................................................. 21
7.1 Onderhoud ..................................................................................................................... 21
7.2 Storingen oplossen ........................................................................................................ 21
7.3 Elektronica vervangen .................................................................................................... 22
7.4 Procedure in geval van reparatie .................................................................................... 23
8 Demonteren ............................................................................................................................ 25
8.1 Demontagestappen ........................................................................................................ 25
8.2 Afvoeren ......................................................................................................................... 25
9 Bijlage ..................................................................................................................................... 26
9.1 Technische gegevens ..................................................................................................... 26
9.2 Afmetingen ..................................................................................................................... 29
9.3 Industrieel octrooirecht ................................................................................................... 32
9.4 Handelsmerken .............................................................................................................. 32
3
Inhoudsopgave
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
Veiligheidsinstructies voor Ex-omgeving
Let bij Ex-toepassingen op de Ex-specieke veiligheidsinstructies.
Deze worden met elk instrument met Ex-toelating als document mee-
geleverd en zijn bestanddeel van de handleiding.
Uitgave: 2018-11-22
4
1 Over dit document
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
1 Over dit document
1.1 Functie
Deze handleiding geeft u de benodigde informatie over de montage,
aansluiting en inbedrijfname en bovendien belangrijke instructies voor
het onderhoud, het oplossen van storingen, het vervangen van onder-
delen en de veiligheid van de gebruiker. Lees deze daarom door voor
de inbedrijfname en bewaar deze handleiding als onderdeel van het
product in de directe nabijheid van het instrument.
1.2 Doelgroep
Deze handleiding is bedoeld voor opgeleid vakpersoneel. De inhoud
van deze handleiding moet voor het vakpersoneel toegankelijk zijn en
worden toegepast.
1.3 Gebruikte symbolen
Document ID
Dit symbool op de titelpagina van deze handleiding verwijst naar de
Document-ID. Door invoer van de document-ID op www.vega.com
komt u bij de document-download.
Informatie, tip, instructie
Dit symbool markeert nuttige aanvullende informatie.
Voorzichtig: bij niet aanhouden van deze waarschuwing kunnen
storingen of foutief functioneren ontstaan.
Waarschuwing: bij niet aanhouden van deze waarschuwingen kan
persoonlijk letsel en/of zware materiële schade ontstaan.
Gevaar: bij niet aanhouden van deze waarschuwing kan ernstig
persoonlijk letsel en/of onherstelbare schade aan het instrument
ontstaan.
Ex-toepassingen
Dit symbool markeert bijzondere instructies voor Ex-toepassingen.
SIL-toepassingen
Dit symbool markeert instructies betreende de functionele veiligheid,
die bij veiligheidsrelevante toepassing bijzonder zorgvuldig moeten
worden aangehouden.
Lijst
De voorafgaande punt markeert een lijst zonder dwingende volgorde.
→
Handelingsstap
Deze pijl markeert een afzonderlijke handeling.
1 Handelingsvolgorde
Voorafgaande getallen markeren opeenvolgende handelingen.
Afvoeren batterij
Dit symbool markeert bijzondere instructies voor het afvoeren van
batterijen en accu's.
5
2 Voor uw veiligheid
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
2 Voor uw veiligheid
2.1 Geautoriseerd personeel
Alle in deze documentatie beschreven handelingen mogen alleen
door opgeleid en door de eigenaar van de installatie geautoriseerd
vakpersoneel worden uitgevoerd.
Bij werkzaamheden aan en met het instrument moet altijd de beno-
digde persoonlijke beschermende uitrusting worden gedragen.
2.2 Correct gebruik
De VEGAVIB 61 is een sensor voor niveausignalering.
Gedetailleerde informatie over het toepassingsgebied is in hoofdstuk
"Productbeschrijving" opgenomen.
De bedrijfsveiligheid van het instrument is alleen bij correct gebruik
conform de specicatie in de gebruiksaanwijzing en in de evt. aanvul-
lende handleidingen gegeven.
Handelingen die verder gaan dan hetgeen beschreven in de ge-
bruiksaanwijzing mogen uit veiligheids- en garantie-overwegingen
alleen door personeel worden uitgevoerd dat is geautoriseerde door
de leverancier. Eigenmachtig ombouwen of veranderen is uitdrukkelijk
verboden.
2.3 Waarschuwing voor misbruik
Bij ondeskundig of verkeerd gebruik kunnen van dit instrument
toepassingsspecieke gevaren uitgaan, zoals bijvoorbeeld overlopen
van de tank of schade aan installatiedelen door verkeerde montage
of instelling. Dit kan materiële, persoonlijke of milieuschade tot gevolg
hebben. Bovendien kunnen daardoor de veiligheidsspecicaties van
het instrument worden beïnvloed.
2.4 Algemene veiligheidsinstructies
Het instrument voldoet aan de laatste stand van de techniek rekening
houdend met de geldende voorschriften en richtlijnen. Het mag alleen
in technisch optimale en bedrijfsveilige toestand worden gebruikt. De
exploitant is voor het storingsvrije bedrijf van het instrument verant-
woordelijk. Bij gebruik in agressieve of corrosieve media, waarbij een
storing van het instrument tot een gevaarlijke situatie kan leiden, moet
de exploitant door passende maatregelen de correcte werking van
het instrument waarborgen.
De operator is verder verplicht, tijdens de gehele toepassingsduur de
overeenstemming van de benodigde bedrijfsveiligheidsmaatregelen
met de actuele stand van de betreende instituten vast te stellen en
nieuwe voorschriften aan te houden.
Door de gebruiker moeten de veiligheidsinstructies in deze handlei-
ding, de nationale installatienormen en de geldende veiligheidsbepa-
lingen en ongevallenpreventievoorschriften worden aangehouden.
Ingrepen anders dan die welke in de handleiding zijn beschreven mo-
gen uit veiligheids- en garantie-overwegingen alleen door personeel
6
2 Voor uw veiligheid
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
worden uitgevoerd, dat daarvoor door de fabrikant is geautoriseerd.
Eigenmachtige ombouw of veranderingen zijn uitdrukkelijk verboden.
Uit veiligheidsoverwegingen mogen alleen de door de fabrikant goed-
gekeurde toebehoren worden gebruikt.
Om gevaren te voorkomen, moeten de op het instrument aange-
brachte veiligheidsmarkeringen en -instructies worden aangehouden
en moet de betekenis daarvan in deze handleiding worden nagele-
zen.
2.5 Veiligheidsmarkering op het instrument
De veiligheidssymbolen en -instructies die op het instrument zijn
aangebracht moeten worden aangehouden.
2.6 EU-conformiteit
Het instrument voldoet aan de wettelijke eisen uit de geldende
EU-richtlijnen. Met de CE-markering bevestigen wij de conformiteit
van het instrument met deze richtlijnen.
De EU-conformiteitsverklaring vindt u op onze homepage onder
www.vega.com/downloads.
2.7 SIL-conformiteit
De VEGAVIB 61 voldoet aan de eisen voor de functionele veiligheid
conform IEC 61508. Meer informatie vindt u in de Safety Manual
"VEGAVIB serie 60".
2.8 Veiligheidsinstructies voor Ex-omgeving
Houdt in geval van Ex-toepassingen de Ex-specieke veiligheidsin-
structies aan. Deze zijn een onderdeel van dit bedrijfsvoorschrift en
worden bij ieder instrument met Ex-toelating meegeleverd.
2.9 Milieuvoorschriften
De bescherming van de natuurlijke levensbronnen is een van de be-
langrijkste taken. Daarom hebben wij een milieumanagementsysteem
ingevoerd met als doel, de bedrijfsmatige milieubescherming con-
stant te verbeteren. Het milieumanagementsysteem is gecerticeerd
conform DIN EN ISO 14001.
Help ons, te voldoen aan deze eisen en houdt rekening met de mi-
lieu-instructies in deze handleiding.
Hoofdstuk "Verpakking, transport en opslag"
Hoofdstuk "Afvoeren"
7
3 Productbeschrijving
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
3 Productbeschrijving
3.1 Constructie
De levering bestaat uit:
Niveauschakelaar VEGAVIB 61
Documentatie
Deze gebruiksaanwijzing
Safety Manual "Functionele veiligheid (SIL)" (optie)
Aanvullende gebruiksaanwijzing "Connectoren voor niveaus-
chakelaars" (optie)
Ex-specieke "Veiligheidsinstructies" (bij Ex-uitvoeringen)
Evt. andere certicaten
De VEGAVIB 61 bestaat uit de componenten:
Deksel behuizing
Behuizing met elektronica
Procesaansluiting met trilstaaf
1
2
3
Fig. 1: VEGAVIB 61 met kunststof behuizing
1 Deksel behuizing
2 Behuizing met elektronica
3 Procesaansluiting
De typeplaat bevat de belangrijkste gegevens voor de identicatie en
toepassing van het instrument:
Artikelnummer
Serienummer
Technische gegevens
Artikelnummers documentatie
SIL-markering (bij SIL-kwalicatie af fabriek)
Met de serienummers is het mogelijk via "www.vega.com", "Zoeken"
de uitleveringsgegevens van het instrument op te roepen. Naast op
de typeplaat op het instrument is het serienummer ook intern in het
instrument vermeld.
3.2 Werking
De VEGAVIB 61 is een niveausensor met trilstaaf voor niveaudetectie.
Het instrument is ontwikkeld voor industriële toepassingen op alle
gebieden van de procestechniek en wordt bij voorkeur toegepast in
stortgoederen.
Leveringsomvang
Componenten
T
ypeplaat
Toepassingsgebied
8
3 Productbeschrijving
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
Typische toepassingen zijn overvul- en droogloopbeveiligingen.
Dankzij het eenvoudige en robuuste meetsysteem kan de VEGAVIB
61 nagenoeg onafhankelijk van de chemische en fysische eigen-
schappen van het stortgoed worden toegepast.
Deze functioneert ook bij sterke externe trillingen of bij wisselende
producten.
Vaste stofdetectie in water
Wanneer u de VEGAVIB 61 als instrument voor vastestofdetectie
in water heeft besteld, dan is de trilstaaf ingeregeld op de dichtheid
van water. Bij bedekking met water (dichtheid: 1 g/cm³) meldt de
VEGAVIB 61 onbedekt. Pas wanneer het trilelement bovendien met
vaste stof wordt bedekt (bijv. zand, slib, kiezel enz.), meldt de sensor
een bedekking.
Functiebewaking
De elektronica van de VEGAVIB 61 bewaakt constant de volgende
criteria:
correcte trilfrequentie
Kabelbreuk naar piëzobekrachtiging
Wanneer een van de genoemde functiestoringen wordt herkend
of wanneer de netspanning uitvalt, dan neemt de elektronica een
gedenieerde schakeltoestand in, d.w.z. het relais wordt stroomloos
(veilige toestand).
De trilstaaf wordt piëzo-elektrisch bekrachtigd en trilt op de mechani-
sche resonantiefrequentie van ca. 360 Hz. Wanneer de trilstaaf met
stortgoed wordt bedekt, dan verandert de trilamplitude. Deze veran-
dering wordt door de ingebouwde elektronica geregistreerd en in een
schakelcommando omgezet.
De VEGAVIB 61 is een compact instrument, d.w.z deze kan zonder
externe versterker worden toegepast. De geïntegreerde elektronica
analyseert het niveausignaal en stelt een schakelsignaal ter beschik-
king. Met dit schakelsignaal kunt u een nageschakelt instrument
direct bedienen (bijv. een waarschuwingsinrichting, een pomp, enz.).
De specicaties betreende voedingsspanning vindt u in hoofdstuk
"Technische gegevens".
3.3 Bediening
Op de elektronica vindt u de volgende aanwijs- en bedieningsele-
menten:
Controle-LED voor indicatie van de schakeltoestand (groen/rood)
Potentiometer voor aanpassing op de productdichtheid
Bedrijfsstandenomschakeling voor de keuze van de schakeltoe-
stand (min./max.)
Werkingsprincipe
Voedingsspanning
9
3 Productbeschrijving
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
3.4 Opslag en transport
Uw instrument werd op weg naar de inbouwlocatie beschermd door
een verpakking. Daarbij zijn de normale transportbelastingen door
een beproeving verzekerd conform ISO 4180.
Bij standaard instrumenten bestaat de verpakking uit karton, is milieu-
vriendelijk en recyclebaar. De sensor is bovendien voorzien van een
beschermkap van karton. Bij speciale uitvoeringen wordt bovendien
PE-schuim of PE-folie gebruikt. Voer het overblijvende verpakkings-
materiaal af via gespecialiseerde recyclingbedrijven.
Het transport moet rekening houdend met de instructies op de trans-
portverpakking plaatsvinden. Niet aanhouden daarvan kan schade
aan het instrument tot gevolg hebben.
De levering moet na ontvangst direct worden gecontroleerd op volle-
digheid en eventuele transportschade. Vastgestelde transportschade
of verborgen gebreken moeten overeenkomstig worden behandeld.
De verpakkingen moeten tot aan de montage gesloten worden
gehouden en rekening houdend met de extern aangebrachte opstel-
lings- en opslagmarkeringen worden bewaard.
Verpakkingen, voor zover niet anders aangegeven, alleen onder de
volgende omstandigheden opslaan:
Niet buiten bewaren
Droog en stofvrij opslaan
Niet aan agressieve media blootstellen
Beschermen tegen directe zonnestralen
Mechanische trillingen vermijden
Opslag- en transporttemperatuur zie "Appendix - Technische
gegevens - Omgevingscondities"
Relatieve luchtvochtigheid 20 … 85 %.
Bij een gewicht van de instrumenten meer dan 18 kg (39,68 lbs) moe-
ten voor het tillen en dragen daarvoor geschikte inrichtingen worden
gebruikt.
Verpakking
Transpor
t
Transportinspectie
Opslag
Opslag- en transporttem-
peratuur
Tillen en dragen
10
4 Monteren
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
4 Monteren
4.1 Algemene instructies
Waarborg, dat alle onderdelen van het apparaat die zich in het proces
bevinden, in het bijzonder sensorelement, procesafdichting en pro-
cesaansluiting, geschikt zijn voor de betreende procesomstandighe-
den. Daartoe behoren in het bijzonder de procesdruk, procestempe-
ratuur en de chemische eigenschappen van het medium.
De specicaties daarvoor vindt u in hoofdstuk "Technische gegevens"
en op de typeplaat.
Het instrument is geschikt voor normale en aanvullende omgevings-
condities conform DIN/EN/IEC/ANSI/ISA/UL/CSA 61010-1.
In principe kan de VEGAVIB 61 in iedere willekeurige positie worden
ingebouwd. Het instrument moet wel zodanig worden gemonteerd,
dat het trilelement zich op de hoogte van het gewenste schakelpunt
bevindt.
Gebruik de aanbevolen kabel (zie hoofdstuk "Op de voedingsspan-
ning aansluiten") en draai de kabelwartel vast aan.
U beschermt uw instrument extra tegen het binnendringen van vocht
door de aansluitkabel voor de kabelwartel naar beneden te leiden.
Regen- en condenswater kan dan afdruipen. Dit geldt vooral bij bui-
tenopstelling of in ruimten waar met een hoge vochtigheid rekening
moet worden gehouden (bijv. vanwege reinigingsprocessen) of op
gekoelde resp. verwarmde tanks.
Waarborg voor het behoud van de beschermingsklasse van het in-
strument, dat de deksel van de behuizing tijdens bedrijf altijd gesloten
en eventueel geborgd is.
Waarborg, dat de in hoofdstuk "Technische gegevens" aangegeven
vervuilingsgraad bij de aanwezige omstandigheden past.
Fig. 2: Maatregelen tegen het binnendringen van vocht
Houdt de VEGAVIB 61 niet vast aan het trilelement. Vooral bij de
ens- of buisuitvoering kan de sensor door het gewicht van het instru-
ment beschadigd raken.
Verwijder de beschermkap pas vlak voor de inbouw.
Geschiktheid voor de
pr
ocesomstandigheden
Geschiktheid voor de om
-
gevingsomstandigheden
Schakelpunt
Vochtigheid
Transport
11
4 Monteren
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
Bij over- of onderdruk in de tank moet u de procesaansluiting afdich-
ten. Controleer vooraf of het afdichtingsmateriaal tegen het product
en de procestemperatuur bestendig is.
De maximaal toelaatbare druk vindt u in het hoofdstuk "Technische
gegevens" of op de typeplaat van de sensor.
De niveauschakelaar is een meetinstrument en moet dienovereen-
komstig worden behandeld. Verbuigen van het trilelement veroorzaakt
schade aan het instrument.
Waarschuwing:
De behuizing mag niet worden gebruikt voor inschroeven van het
instrument! Het vastdraaien kan op die manier schade aan het draai-
mechaniek van de behuizing veroorzaken.
Gebruik voor het inschroeven de zeskant boven het schroefdraad.
Metrisch schroefdraad
Bij instrumentbehuizingen met metrisch schroefdraad zijn de ka-
belwartels af fabriek ingeschroefd. Deze zijn met kunststof pluggen
afgesloten als transportbeveiligingen.
U moet deze pluggen verwijderen voordat de elektrische aansluitin-
gen worden gemaakt.
NPT-schroefdraad
Bij instrumentbehuizingen met zelfafdichtende NPT-schroefdraad
kunnen de kabelwartels niet af fabriek worden ingeschroefd. De vrije
openingen van de kabeldoorvoeren zijn daarom met rode stofbe-
schermdoppen afgesloten als transportbeveiliging.
De beschermdoppen moeten voor de inbedrijfname door toegela-
ten kabelwartels worden vervangen of met geschikte blindpluggen
worden afgesloten.
4.2 Montage-instructies
Het trilelement moet zo vrij mogelijk in de tank steken, om afzettingen
te voorkomen. Vermijdt daarom sokken voor enzen en inschroefsok-
ken. Dit geldt vooral bij producten, die tot afzetting neigen.
Monteer het instrument zodanig, dat de trilstaaf niet direct in de
vulstroom steekt.
Druk/vacuüm
Gebruik
Kabelinvoeren -
NPT-schroefdraad
Kabelwartels
Aansluitingen
Vulopening
12
4 Monteren
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
20°
a.
b.
Fig. 3: Horizontale inbouw
a Beschermplaat
b Concave beschermplaat voor abrassieve stortgoederen
Wanneer een dergelijke inbouwplaats nodig is, monteer dan een
geschikte beschermplaat boven resp. voor het trilelement, zie schema
"a").
Bij abrassieve stortgoederen verdient montage volgens guur "b"
aanbeveling. In de concave beschermplaat vormt zich een stortgoe-
dophoping die slijtage van de beschermplaat zelf voorkomt.
In stortgoedsilo's kunnen stortgoedtaluds worden gevormd, die het
schakelpunt veranderen. Let hierop bij de opstelling van de sensor
in de silo. Het verdient aanbeveling, de inbouwplaats zodanig te
kiezen, dat de trilstaaf een gemiddelde waarde van het stortgoedtalud
detecteert.
Rekening houdend met de plaats van de vul- en aftapopening in de
tank moet de trilstaaf worden gepositioneerd.
Om bij cilindrische silo's de meetfout te compenseren, die door het
stortgoedtalud ontstaat, moet u de sensor op een afstand d/6 van de
silowand inbouwen.
Stortgoedtalud
13
4 Monteren
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
dd
d
6
d
6
Fig. 4: Vullen en afvoeren in het midden
d
d
6
1
2
3
Fig. 5: Vullen in het midden, afvoer aan de zijkant
1 VEGAVIB 61
2 Afvoeropening
3 Vulopening
Om een zo nauwkeurig mogelijk schakelpunt te realiseren, kunt u de
VEGAVIB 61 horizontaal inbouwen. Wanneer het schakelpunt zich
Horizontale montage
14
4 Monteren
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
echter met een tolerantie van enkele centimeters mag verplaatsen,
verdient het aanbeveling, de VEGAVIB 61 ca. 20° schuin naar bene-
den wijzend in te bouwen, zodat er geen afzettingen kunnen worden
gevormd.
20°
Fig. 6: Horizontale montage
Wanneer VEGAVIB 61 in de vulstroom is ingebouwd, kan dit onge-
wenste foutieve metingen tot gevolg hebben. Monteer de VEGAVIB
61 daarom op een plaats in de tank, waar geen storende invloeden,
zoals bijv. van vulopeningen, roerwerken enz. kunnen optreden.
Bij toepassingen bijv. in zandvangers of bekkens voor grof sediment
moet het trilelement m.b.v. een geschikte botsplaat worden be-
schermd tegen beschadiging.
Deze botsplaat moet u zelf voorzien.
> 125 mm
(> 5")
> 120 mm
(> 4.7")
Fig. 7: Botsplaat ter bescherming tegen beschadigingen
Instromend medium
Botsbescherming tegen
steenslag
15
5 Op de voedingsspanning aansluiten
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
5 Op de voedingsspanning aansluiten
5.1 Aansluiting voorbereiden
Let altijd op de volgende veiligheidsinstructies:
Waarschuwing:
Alleen in spanningsloze toestand aansluiten.
De elektrische aansluiting mag alleen door opgeleide en door de
eigenaar geautoriseerde vakspecialisten worden uitgevoerd.
Sluit het instrument in principe zodanig aan, dat spanningsloos
aansluiten en losmaken op de klemmen mogelijk is.
Opmerking:
Installeer een goed toegankelijke scheidingsinrichting voor het instru-
ment. De scheidingsinrichting moet voor het instrument zijn gemar-
keerd (IEC/EN61010).
In explosiegevaarlijke omgevingen moeten de geldende voorschrif-
ten, de conformiteits- en typebeproevingscerticaten van de senso-
ren en de voedingen worden aangehouden.
Sluit de voedingsspanning aan conform de volgende aansluitsche-
ma's. De elektronica met relaisuitgang is uitgevoerd in veiligheidsklas-
se I. Voor het aanhouden van deze veiligheidsklasse is het absoluut
noodzakelijk, dat de randaarde wordt aangesloten op de interne
aardaansluitklem. Let daarbij op de algemene installatievoorschriften.
Bij Ex-toepassingen moet u ook de opstellingsvoorschriften voor
explosiegevaarlijke omgeving aanhouden.
De specicaties betreende voedingsspanning vindt u in hoofdstuk
"Technische gegevens".
Het instrument word met standaard 3-aderige kabel zonder afscher-
ming aangesloten. Indien elektromagnetische instrooiingen worden
verwacht, die boven de testwaarden van de EN 61326 voor industrie-
le omgeving liggen, moet afgeschermde kabel worden gebruikt.
Waarborg, dat de gebruikte kabel de voor de maximaal optredende
omgevingstemperatuur benodigde temperatuurbestendigheid en
brandveiligheid heeft.
Gebruik kabels met ronde doorsnede. Een kabelbuitendiameter van
5 … 9 mm zorgt voor een goede afdichtende werking in de kabelwar-
tel. Wanneer u kabel met een andere diameter of doorsnede gebruikt,
vervang dan de afdichting of gebruik een geschikt kabelwartel.
Gebruik voor een VEGAVIB 61 in explosiegevaarlijke omgevingen
alleen toegelaten kabelwartels.
Bij Ex-toepassingen moeten de bijbehorende installatievoorschriften
worden aangehouden.
Sluit alle openingen in de behuizing af conform EN 60079-1.
Veiligheidsinstructies
aanhouden
Veiligheidsinstruc-
ties voor Ex-toepas-
singen aanhouden
Voedingsspanning
Verbindingskabel
Aansluitkabel voor
Ex-toepassingen
16
5 Op de voedingsspanning aansluiten
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
5.2 Aansluitstappen
Bij Ex-instrumenten mag het deksel van de behuizing alleen worden
geopend, wanneer er geen explosiegevaarlijke atomsfeer aanwezig
is.
Ga als volgt tewerk:
1. Deksel behuizing afschroeven
2. Wartelmoer van de kabelwartel losmaken en de afsluitplug uitne-
men
3. Aansluitkabel ca. 10 cm ontdoen van de mantel, aderuiteinde ca.
1 cm ontdoen van de isolatie.
4. Kabel door de kabelwartel in de sensor schuiven
5. Openingshefboom van de klemmen met een schroevendraaier
optillen (zie guur hierna).
Fig. 8: Aansluitstappen 5 en 6
6. Aderuiteinden conform aansluitschema in de open klemmen
steken
7. Openingshefboom van de klemmen naar beneden drukken, de
klemveer sluit hoorbaar.
8. Controleer of de kabels goed in de klemmen zijn bevestigd door
licht hieraan te trekken
9. Wartelmoer van de kabelwartel vast aandraaien. De afdichtring
moet de kabel geheel omsluiten
10. Eventueel nieuwe inregeling uitvoeren.
11. Deksel behuizing vastschroeven
De elektrische aansluiting is zo afgerond.
5.3 Aansluitschema eenkamerbehuizing
De afbeeldingen hierna gelden zowel voor de niet-Ex-, als ook voor
de Ex-d-uitvoering.
17
5 Op de voedingsspanning aansluiten
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
1 2
4
3
5
5
5
5
Fig. 9: Materiaalvarianten eenkamerbehuizing
1 Kunststof (niet bij Ex d)
2 Aluminium
3 RVS (niet bij Ex d)
4 RVS, elektrolytisch gepolijst (niet bij Ex d)
5 Filterelement voor luchtdrukcompensatie (niet bij Ex d)
Het verdient aanbeveling de VEGAVIB 61 zodanig aan te sluiten, dat
het schakelcircuit bij niveaumelding, kabelbreuk of storing is geopend
(fail safe).
De relais worden altijd in de rusttoestand getoond.
3
2 1
Fig. 10: Aansluitschema
1 Relaisuitgang
2 Relaisuitgang
3 Voedingsspanning
Overzicht behuizingen
Aansluitschema
18
6 In bedrijf nemen
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
6 In bedrijf nemen
6.1 Algemeen
De getallen tussen haakjes hebben betrekking op de navolgende
afbeeldingen.
Op de elektronica vindt u de volgende aanwijs- en bedieningsele-
menten:
Potentiometer voor instelling van het dichtheidsbereik (1)
DIL-schakelaar voor omschakeling bedrijfsstanden - min./max (2)
Controle-LED (5)
Opmerking:
Stel voor de inbedrijfname van de VEGAVIB 61 met de bedrijfsstan-
denschakelaar (2) de bedrijfsstand in. Wanneer u de bedrijfsstanden-
schakelaar (2) naderhand omschakelt, verandert de schakeluitgang.
D.w.z. nageschakelde apparaten worden eventueel aangestuurd.
6.2 Bedieningselementen
3
4
5
1
2
Fig. 11: Elektronica- en aansluitruimte - relaisuitgang
1 Potentiometer voor het instellen van het dichtheidsbereik
2 DIL-schakelaar voor bedrijfsstandenomschakeling
3 Aardklem
4 Aansluitklemmen
5 Controle-LED
Met de potentiometer kunt u het schakelpunt aanpassen op het stort-
goed. Deze is af fabriek vooringesteld en hoeft alleen in grensgeval-
len te worden veranderd.
De potentiometer van de VEGAVIB 61 staat af fabriek ingesteld op de
rechter aanslag (> 0,3 g/cm³ resp. 0.011 lbs/in³)). Bij bijzonder lichte
stortgoederen draait u de potentiometer naar de linkeraanslag (0,02
Functie/opbouw
Elektronica- en aansluit-
ruimte
Instelling van het dicht-
heidsbereik (1)
19
6 In bedrijf nemen
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
... 0,1 g/cm³). Daardoor wordt de VEGAVIB 61 gevoeliger en kan deze
lichtere stortgoederen betrouwbaarder detecteren.
Bij instrumenten voor vaste stofdetectie in water gelden deze instel-
lingen niet. Het dichtheidsbereik is af fabriek ingesteld en mag niet
worden veranderd.
Met de bedrijfsstandomschakeling (min./max.) kunt u de schakel-
toestand van het relais veranderen. U kunt daarmee de gewenste
bedrijfsstand conform de "functietabel" instellen (max. - maximaal
niveaudetectie resp. overvulbeveiliging, min. - minimaal niveaudetec-
tie resp. droogloopbeveiliging).
Het verdient aanbeveling, de aansluiting in ruststroomprincipe uit te
voeren (relaiscontact bij het bereiken van het schakelpunt span-
ningsloos), omdat het relais bij een geconstateerde storing dezelfde
(veilige) toestand aanneemt.
Controlelamp voor aanwijzing van de schakeltoestand
groen = relais bekrachtigd
rood = relais spanningsloos
rood (knippert) = storing
6.3 Functietabel
De volgende tabel geeft een overzicht van de schakeltoestanden
afhankelijk van de ingestelde bedrijfsstand en het niveau.
Niveau Schakeltoestand Controle-LED
Bedrijfsstand max.
Overvulbeveiliging
53 4
(8)(6) (7)
Relais stroomgeleidend Groen
Bedrijfsstand max.
Overvulbeveiliging
53 4
(8)(6) (7)
Relais spanningsloos Rood
Bedrijfsstand min.
Droogloopbeveiliging
53 4
(8)(6) (7)
Relais stroomgeleidend Groen
Bedrijfsstand min.
Droogloopbeveiliging
53 4
(8)(6) (7)
Relais spanningsloos Rood
Bedrijfsstandenomscha-
keling (2)
Controle-LED (5)
20
6 In bedrijf nemen
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
Niveau Schakeltoestand Controle-LED
Uitval voedingsspanning
(bedrijfsstand min./max.)
Willekeurig
53 4
(8)(6) (7)
Relais spanningsloos
Storing Willekeurig
53 4
(8)(6) (7)
Relais spanningsloos Knippert rood
21
7 Service en storingen oplossen
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
7 Service en storingen oplossen
7.1 Onderhoud
Bij correct gebruik is bij normaal bedrijf geen bijzonder onderhoud
nodig.
De reiniging zorgt er tevens voor, dat de typeplaat en de markering op
het instrument zichtbaar zijn.
Let hiervoor op het volgende:
Gebruik alleen reinigingsmiddelen, die behuizing, typeplaat en
afdichtingen niet aantasten.
Gebruik alleen reinigingsmethoden, die passen bij de bescher-
mingsklasse van het instrument
7.2 Storingen oplossen
Het is de verantwoordelijkheid van de eigenaar van de installatie,
geschikte maatregelen voor het oplossen van optredende storingen
te nemen.
De VEGAVIB 61 biedt een hoge mate aan functionele betrouwbaar-
heid. Toch kunnen er tijdens bedrijf storingen optreden. Deze kunnen
bijv. worden veroorzaakt door het volgende:
Sensor
Proces
Voedingsspanning
Signaalverwerking
De eerste maatregel is het controleren van het uitgangssignaal. In
veel gevallen kunnen oorzaken langs deze weg worden vastgesteld
en kunnen de storingen worden opgelost.
Wanneer deze maatregelen echter geen resultaat hebben, neem dan
in dringende gevallen contact op met de VEGA service-hotline onder
tel.nr.
+49 1805 858550.
De hotline staat ook buiten kantoortijden 7 dagen per week, 24 uur
per dag ter beschikking. Omdat wij deze service wereldwijd aanbie-
den, wordt deze in de Engelse taal verleend. De service is gratis,
alleen de normale telefoonkosten komen voor uw rekening.
Onderhoud
Reiniging
Gedrag bij storingen
Storingsoorz
aken
Storingen verhelpen
24-uurs service hotline
22
7 Service en storingen oplossen
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
Fout Oorzaak Oplossen
De VEGAVIB 61 meldt be-
dekt zonder bedekking
met product (overvulbe-
veiliging)
De VEGAVIB 61
meldt onbedekt met
productbedekking (droog-
loopbeveiliging)
Voedingsspanning te laag Bedrijfsspanning controleren
Elektronica defect Bedrijfsstandenschakelaar bedienen. Wanneer het
instrument omschakelt, kan het trilelement met af-
zettingen zijn bedekt of mechanisch zijn beschadigd.
Wanneer de schakelfunctie bij de juiste bedrijfsstand
weer niet correct functioneert, moet u het instrument ter
reparatie aan ons opsturen.
Bedrijfsstandenschakelaar bedienen. Wanneer het in-
strument daarna niet omschakelt, is de elektronica
defect. Elektronica vervangen.
Inbouwlocatie ongunstig Instrument op een plaats inbouwen, waar geen dode
ruimten of bruggen in de tank kunnen optreden.
Aanhechting op het trile-
lement
Controleer het trilelement en de sokken op eventuele
afzettingen en verwijder deze.
Verkeerde bedrijfsstand
gekozen
Correcte bedrijfsstand op de bedrijfsstandenschakelaar
instellen (overloopbeveiliging, droogloopbeveiliging).
De aansluiting moet conform het ruststroomprincipe
worden uitgevoerd.
Controle-LED knippert
rood
Storing aan trilelement Controleer, of het trilelement is beschadigd, of sterk is
gecorrodeerd.
Storing elektronica Elektronica vervangen
Instrument defect Instrument vervangen resp. voor reparatie inzenden
Afhankelijk van de oorzaak van de storing en de getroen maatrege-
len moeten eventueel de in het hoofdstuk "In bedrijf nemen" beschre-
ven handelingen weer worden uitgevoerd.
7.3 Elektronica vervangen
Over het algemeen kunnen alle elektronica-units serie VB60 onder-
ling worden uitgewisseld. Indien u elektronica met een andere sig-
naaluitgang wilt gebruiken, dan vindt u de daarbij passende gebruiks-
aanwijzing op onze homepage onder downloads.
Bij Ex d-instrumenten mag het deksel van de behuizing alleen worden
geopend, wanneer er geen explosiegevaarlijke atmosfeer aanwezig
is.
Ga als volgt tewerk:
1. Voedingsspanning uitschakelen
2. Deksel behuizing afschroeven
3. Openingshefboom van de klemmen met een schroevedraaier
optillen
4. Aansluitkabels uit de klemmen trekken
5. De beide bevestigingsschroeven met een schroevendraaier (torx
grootte T10 of sleuf 4) losdraaien.
Schakelsignaal contro-
leren
Gedrag na oplossen
storing
23
7 Service en storingen oplossen
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
2
1
Fig. 28: Bevestigingsschroeven losmaken
1 Elektronica
2 Bevestigingsschroeven (2 stuks)
6. Verwijder de oude elektronica
7. Nieuwe elektronica met de oude vergelijken. De typeplaat op de
elektronica moet overeenkomen met de typeplaat van de oude
elektronica. Dit geldt vooral voor instrument in explosiegevaarlijke
omgeving.
8. Instellingen van de beide elektronica-units vergelijken. De bedie-
ningselementen van de nieuwe elektronica op dezelfde instellin-
gen als de oude elektronica instellen.
Informatie:
Let erop, dat de behuizing tijdens het vervangen niet wordt verdraaid.
De connector kan daardoor in een andere stand komen te staan.
9. Elektronica voorzichtig plaatsen. Let erop, dat de connector zich
in de juiste stand bevindt.
10. De beide bevestigingsschroeven met een schroevendraaier (torx
grootte T10 of recht 4) inschroeven en vastdraaien
11. Aderuiteinden conform aansluitschema in de open klemmen
steken
12. Openingshefboom van de klemmen naar beneden drukken, de
klemveer sluit hoorbaar.
13. Controleer of de kabels goed in de klemmen zijn bevestigd door
licht hieraan te trekken
14. Kabelwartel op lekdichtheid controleren. De afdichtring moet de
kabel geheel omsluiten.
15. Deksel behuizing vastschroeven
Het vervangen van de elektronica is nu afgerond.
7.4 Procedure in geval van reparatie
Een formulier voor retourzenden van het instrument en gedetailleerde
informatie overr de procedure vindt u in het downloadgedeelte van
www.vega.com.
24
7 Service en storingen oplossen
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
U helpt on zo, de reparatie snel en zonder tijdverlies vanwege vragen
uit te voeren.
Wanneer een reparatie nodig is, gaat u als volgt te werk:
Omschrijving van de opgetreden storing.
Het instrument schoonmaken en goed inpakken
Het ingevulde formulier en eventueel een veiligheidsspecicatie-
blad buiten op de verpakking aanbrengen.
Vraag het adres voor de retourzending op bij uw vertegenwoordi-
ging. Deze vindt u op onze homepage www.vega.com.
25
8 Demonteren
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
8 Demonteren
8.1 Demontagestappen
Waarschuwing:
Let voor het demonteren goed op gevaarlijke procesomstandigheden
zoals bijv. druk in de tank, hoge temperaturen, agressieve of toxische
media enz.
Houdt de hoofdstukken "Monteren" en "Op de voedingsspanning
aansluiten" aan en voer de daar genoemde handelingen uit in omge-
keerde volgorde.
Bij Ex-instrumenten mag het deksel van de behuizing alleen worden
geopend, wanneer er geen explosiegevaarlijke atomsfeer aanwezig
is.
8.2 Afvoeren
Het instrument bestaat uit materialen die door gespecialiseerde recy-
clingbedrijven weer kunnen worden hergebruikt. Wij hebben daarom
de elektronica eenvoudig demonteerbaar ontworpen en gebruiken
recyclebare materialen.
WEEE-richtlijn
Het instrument valt niet onder de EU-WEEE-richtlijn. Conform artikel 2
van deze richtlijn zijn elektrische en elektronische apparaten daarvan
uitgezonderd, wanneer deze onderdeel van een ander apparaat zijn,
dat niet onder het geldigheidsgebied van de richtlijn valt. Dit zijn o.a.
vaste industriële installaties.
Voer het apparaat direct via een gespecialiseerde recyclingbedrijf af
en gebruik daarvoor niet de gemeentelijke afvalverwerking.
Wanneer u niet de mogelijkheid heeft, het ouder instrument goed af te
voeren, neem dan met ons contact op voor terugname en afvoer.
26
9 Bijlage
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
9 Bijlage
9.1 Technische gegevens
Aanwijzingvoorgecerticeerdeinstrumenten
Voor gecerticeerde instrumenten (bijv. met Ex-certicering) gelden de technische specicaties
in de bijbehorende veiligheidsinstructies. Deze kunnen, bijv. bij de procesomstandigheden of de
voedingsspanning, van de hier genoemde specicaties afwijken.
Algemenespecicaties
Materiaal 316 L komt overeen met 1.4404 of 1.4435.
Materialen, in aanraking met medium
Ʋ Procesaansluiting - schroefdraad 316L
Ʋ Procesaansluiting - ens 316L
Ʋ Procesafdichting Klingersil C-4400
Ʋ Trilstaaf 316L, 318 S13 (1.4462)
Ʋ Verlengingsbuis ø 29 mm (1.14 in) 316L
Materialen, niet in aanraking met medium
Ʋ Kunststof behuizing Kunststof PBT (polyester)
Ʋ Gietaluminium behuizing Gietaluminium AlSi10Mg, poedergecoat (Basis: polyes-
ter)
Ʋ RVS-behuizing (jngietstaal) 316L
Ʋ RVS-huis (geëlektropoleerd) 316L
Ʋ Afdichting tussen behuizing en deksel
behuizing
Siliconen
Ʋ Lichtgeleider in deksel behuizing
(kunststof)
PMMA (Makrolon)
Ʋ Aardklem 316L
Ʋ Kabelwartel PA, roestvast staal, messing
Ʋ Afdichting kabelwartel NBR
Ʋ Afsluitplug kabelwartel PA
Procesaansluitingen
Ʋ Pijpschroefdraad, cilindrisch (DIN
3852-A)
G1, G1½
Ʋ Schroefdraad, conisch (AS-
ME B1.20.1)
1 NPT, 1½ NPT
1 NPT: kerndiameter van het binnendraad > 29,2 mm
(1.15 in)
Gewicht instrument (afhankelijk van
procesaansluiting)
0,8 … 4 kg (0.18 … 8.82 lbs)
Max. zijwaartse belasting 400 N (90 lbf)
Aandraaimoment voor NPT-kabelwartels en conduit-buizen
Ʋ Kunststof behuizing max. 10 Nm (7.376 lbf ft)
Ʋ Aluminium/RVS-behuizing max. 50 Nm (36.88 lbf ft)
27
9 Bijlage
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
Uitgangsgrootheid
Uitgang Relaisuitgang (DPDT), 2 potentiaalvrije omschakelcon-
tacten
Schakelspanning
max. 253 V AC/DC
Bij stroomcircuits > 150 V AC/DC moeten de relaiscon-
tacten zich in hetzelfde circuit bevinden.
Schakelstroom
max. 3 A AC (cos phi > 0,9), 1 A DC
Schakelvermogen
Ʋ Min. 50 mW
Ʋ Max. 750 VA AC, 40 W DC (bei U < 40 V DC)
Wanneer inductieve lasten of hogere stromen worden
geschakeld, wordt de goudlaag op de relaiscontactvlak-
ken permanent beschadigd. Het contact is daarna niet
meer geschikt voor het schakelen van signaalcircuits.
Contactmateriaal (relaiscontacten)
AgNi of AgSnO2 met telkens 3 µm verguld
Bedrijfsstanden (omschakelbaar)
Ʋ A Maximaal niveaudetectie resp. overvulbeveiliging
Ʋ B Minimaal niveaudetectie resp. droogloopbeveiliging
Schakelvertraging
Ʋ Bij bedekking 0,5 s
Ʋ Bij vrijkomen 1 s
Omgevingscondities
Omgevingstemperatuur aan behuizing
-40 … +80 °C (-40 … +176 °F)
Opslag- en transporttemperatuur -40 … +80 °C (-40 … +176 °F)
Procescondities
Meeteenheid Niveaudetectie van stortgoederen
Procesdruk
-1 … 16 bar/-100 … 1600 kPa (-14.5 … 232 psig)
6 bar
(87 psi)
-50°C
(-58°F)
16 bar
(232 psi)
50°C
(122°F)
100°C
(212°F)
0°C
(32°F)
150°C
(302°F)
200°C
(392°F)
250°C
(482°F)
1
2
Fig. 29: Procesdruk - procestemperatuur
1 Procestemperatuur
2 Procesdruk
VEGAVIB 61 van 316L -50 … +150 °C (-58 … +302 °F)
28
9 Bijlage
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
Procestemperatuur (schroefdraad- resp.
enstemperatuur) met temperatuurtus-
senstuk (optie).
-50 … +250 °C (-58 … +482 °F)
1
2
3
-50°C
(-58°F)
50°C
(122°F)
40°C
(104°F)
-40°C
(-40°F)
80°C
(176°F)
0°C
(32°F)
100°C
(212°F)
150°C
(302°F)
200°C
(392°F)
250°C
(482°F)
Fig. 30: Omgevingstemperatuur - procestemperatuur
1 Procestemperatuur
2 Omgevingstemperatuur
3 Temperatuurbereik met temperatuurtussenstuk
Dichtheid
Ʋ Standaardgevoeligheid > 0,1 g/cm³ (0.0036 lbs/in³)
Ʋ Hoge gevoeligheid 0,02 … 0,1 g/cm³ (0.0007 … 0.0036 lbs/in³)
Korrelgrootte geen beperking
1)
Elektromechanische gegevens
Kabeldoorvoer/connector (afhankelijk van de uitvoering)
Ʋ Eenkamerbehuizing 1 x kabelwartel M20 x 1,5 (kabel: ø 5 … 9 mm), 1 x
blindplug M20 x 1,5; meegeleverd 1 x kabelwartel
M20 x 1,5
of:
1 x kabelwartel ½ NPT, 1 x blindplug ½ NPT, 1 x kabel-
wartel ½ NPT
of:
1 x connector M12 x 1, 1 x blindplug M20 x 1,5
Veerkrachtklemmen voor aderdiameter tot 1,5 mm² (AWG 16)
Bedieningselementen
Bedrijfsstandenschakelaar
Ʋ Min. Minimaal niveaudetectie resp. droogloopbeveiliging
Ʋ Max. Maximaal niveaudetectie resp. overvulbeveiliging
Voedingsspanning
Bedrijfsspanning
20 … 253 V AC, 50/60 Hz, 20 … 72 V DC (bij
U > 60 V DC mag de omgevingstemperatuur max.
50 °C/122 °F zijn)
1)
Max. 20 mm (0.8 in) bij productdichtheid < 0,03 g/cm³ (0.0011 lbs/in³).
29
9 Bijlage
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
Max. opgenomen vermogen 8 VA (AC), 1,5 W (DC)
Elektrische veiligheidsmaatregelen
Beschermingsgraad
IP 66/IP 67 (NEMA Type 4X)
Toepassingshoogte boven zeeniveau tot 5000 m (16404 ft)
Overspanningscategorie
Ʋ tot 2000 m (6562 ft) III
Ʋ tot 5000 m (16404 ft) II
Veiligheidsklasse I
Toelatingen
Instrumenten met toelatingen kunnen afhankelijk van de uitvoering verschillende technische speci-
caties hebben.
Bij deze moeten daarom de bijbehorende toelatingsdocumenten worden aangehouden. Deze zijn
in de leveringsomvang opgenomen of kunnen via www.vega.com, "Instrument zoeken (serienum-
mer)" en via de algemene download-sectie worden gedownload.
9.2 Afmetingen
VEGAVIB 61 - behuizing
32
1
4
~ 69 mm
(2.72")
ø 79 mm
(3.11")
117 mm (4.61")
M20x1,5/
½ NPT
~ 59 mm
(2.32")
ø 80 mm
(3.15")
112 mm (4.41")
M20x1,5/
½ NPT
~ 69 mm
(2.72")
ø 79 mm
(3.03")
112 mm (4.41")
M20x1,5/
½ NPT
~ 116 mm (4.57")
ø 86 mm (3.39")
116 mm (4.57")
M20x1,5
M20x1,5/
½ NPT
Fig. 31: Uitvoeringen behuizing
1 Kunststof eenkamer
2 RVS-éénkamer (elektrolytisch gepolijst)
3 RVS-éénkamer(jngietmetaal)
4 Aluminium - eenkamer
30
9 Bijlage
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
25 mm
(0.98")
20mm
(0.79
"
)
160 mm
(6.3")
125 mm
(4.92")
ø16 mm
(0.63")
ø 29 mm
(1.14")
G1
Fig. 32: VEGAVIB 61, schroefdraaduitvoering G1 (DIN ISO 228/1)
33 mm
(1.30")
22 mm
(0.87")
162 mm
(6.38")
ø16 mm
(
0.63"
)
G1½
ø 29 mm
(1.14")
125 mm
(4.92")
Fig. 33: VEGAVIB 61, schroefdraaduitvoering G1½ (DIN ISO 228/1)
31
9 Bijlage
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
ø 34 mm
(1.34")
178 mm
(7.01")
Fig. 34: Temperatuurtussenstuk
32
9 Bijlage
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
9.3 Industrieel octrooirecht
VEGA product lines are global protected by industrial property rights. Further information see
www.vega.com.
VEGA Produktfamilien sind weltweit geschützt durch gewerbliche Schutzrechte.
Nähere Informationen unter www.vega.com.
Les lignes de produits VEGA sont globalement protégées par des droits de propriété intellectuel-
le. Pour plus d'informations, on pourra se référer au site www.vega.com.
VEGA lineas de productos están protegidas por los derechos en el campo de la propiedad indu-
strial. Para mayor información revise la pagina web www.vega.com.
Линии продукции фирмы ВЕГА защищаются по всему миру правами на интеллектуальную
собственность. Дальнейшую информацию смотрите на сайте www.vega.com.
VEGA系列产品在全球享有知识产权保护。
进一步信息请参见网站<www.vega.com
9.4 Handelsmerken
Alle gebruikte merken en handels- en bedrijfsnamen zijn eigendom van hun rechtmatige eigenaar/
auteur.
33
Notes
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
34
Notes
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
35
Notes
VEGAVIB 61 • Relais (DPDT)
29265-NL-181229
Printing date:
VEGA Grieshaber KG
Am Hohenstein 113
77761 Schiltach
Germany
29265-NL-181229
De gegevens omtrent leveromvang, toepassing, gebruik en bedrijfsomstandighe-
den van de sensoren en weergavesystemen geeft de stand van zaken weer op het
moment van drukken.
Wijzigingen voorbehouden
© VEGA Grieshaber KG, Schiltach/Germany 2018
Phone +49 7836 50-0
Fax +49 7836 50-201
www.vega.com
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

Vega VEGAVIB 61 Handleiding

Type
Handleiding