Whirlpool AKP 733 IX de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NL1
UW VEILIGHEID EN DIE VAN ANDEREN IS ERG BELANGRIJK
Deze handleiding en het apparaat zelf zijn voorzien van belangrijke veiligheidsaanwijzigen, die te allen tijde moeten worden gelezen en opgevolgd.
Alle veiligheidswaarschuwingen geven specifieke details van het mogelijke risico dat
aanwezig is en geven aan hoe het risico op letsel, schade en elektrische schokken
voortvloeiend uit het onjuiste gebruik van het apparaat beperkt kan worden. Houd u strikt aan
de volgende instructies:
- Het apparaat moet worden losgekoppeld van het elektriciteitsnet voordat u
installatiewerkzaamheden uitvoert.
- Installatie en onderhoud moeten worden uitgevoerd door een gespecialiseerd monteur,
volgens de instructies van de fabrikant en in overeenstemming met de plaatselijke
veiligheidsvoorschriften. Repareer of vervang geen enkel onderdeel van het apparaat,
behalve als dit expliciet aangegeven wordt in de gebruikershandleiding.
- Het vervangen van het netsnoer moet door een erkend elektricien gebeuren Wend u tot
erkende servicecentra.
- De aarding van het apparaat is wettelijk verplicht
- Het netsnoer van het apparaat moet lang genoeg zijn om het apparaat vanuit de
inbouwpositie in het meubel te kunnen aansluiten op het stopcontact van de netvoeding.
- Om ervoor te zorgen dat de installatie voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften, is
er een omnipolaire schakelaar met een afstand van minstens 3 mm.
- Gebruik voor de aansluiting geen meervoudige contactdozen of verlengsnoeren
- trek niet aan het netsnoer om de stekker uit het stopcontact te halen
- Als de installatie voltooid is, mogen de elektrische onderdelen niet meer toegankelijk zijn
voor de gebruiker.
- Raak het apparaat niet aan met vochtige lichaamsdelen en gebruik het niet op blote
voeten.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Dit is het waarschuwingssymbool waarmee mogelijke risico's voor de gebruiker en voor anderen worden aangegeven.
Alle veiligheidswaarschuwingen worden voorafgegaan door het gevarensymbool en door de volgende termen:
GEVAAR
Duidt op een gevaarlijke situatie die tot ernstig letsel zal leiden.
WAARSCHUWING
Duidt op een gevaarlijke situatie die tot ernstig letsel kan leiden.
NL2
- Het apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik en alleen voor het
bereiden van voedsel. Elk ander gebruik is verboden (bijv. het verwarmen van de ruimte).
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor schade die het gevolg is van
oneigenlijk gebruik of een foute programmering van de bedieningsknoppen.
- Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met
verminderde fysieke, sensorische of mentale vermogens of gebrek aan ervaring en kennis,
indien ze onder toezicht staan of instructies hebben ontvangen over het gebruik van het
apparaat en de mogelijke gevaren ervan begrijpen. Kinderen mogen niet met het
apparaat spelen. Reiniging en gebruikersonderhoud mogen niet door kinderen zonder
toezicht worden uitgevoerd.
- De toegankelijke onderdelen kunnen zeer heet worden tijdens het gebruik. Kinderen
moeten op afstand worden gehouden en onder toezicht staan, zodat ze niet spelen met
het apparaat.
- Het apparaat en de toegankelijke onderdelen worden heet tijdens het gebruik. Voorkom
aanraking van hete onderdelen. Kinderen jonger dan 8 jaar dienen op afstand gehouden
te worden, tenzij ze onder voortdurend toezicht staan.
- Raak de verwarmingselementen of de binnenkant van de oven tijdens en na het gebruik
niet aan, omdat dit letsel kan veroorzaken. Vermijd contact met doeken of andere
brandbaar materiaal tot alle onderdelen van het apparaat voldoende zijn afgekoeld.
- Open de deur van het apparaat na afloop van de bereiding voorzichtig, en laat de warme
lucht of de damp geleidelijk ontsnappen voordat u het gerecht uit de oven haalt. Als de
deur van het apparaat gesloten is, komt de warme lucht naar buiten door de opening
boven het bedieningspaneel. Blokkeer de ventilatieopeningen nooit.
- Gebruik ovenhandschoenen om schalen en accessoires uit de oven te halen, en let erop dat
u de verwarmingselementen niet aanraakt.
- Plaats geen brandbaar materiaal in het apparaat of in de buurt ervan. Het apparaat kan
dan in brand vliegen als het per ongeluk wordt ingeschakeld.
- Verwarm of bereid geen voedsel in gesloten potten of blikken in het apparaat. De druk in
het blik of de pot kan door de warmte hoog oplopen, waardoor het explodeert en het
apparaat beschadigt.
- Gebruik geen schalen of houders van synthetisch materiaal.
- Oververhit vet of oververhitte olie vat gemakkelijk vlam. Houd de bereiding van gerechten
met veel vet of olie in de gaten.
- Laat het apparaat nooit onbewaakt achter tijdens het droogproces van gerechten.
NL3
- Als er bij de bereiding alcoholische dranken (bijv. rum, cognac, wijn) worden gebruikt,
bedenk dan dat alcohol op hoge temperatuur verdampt. De alcoholdamp kan vlam vatten
wanneer deze in contact komt met het elektrische verwarmingselement.
- Gebruik geen stoomreinigers.
- Raak de oven niet aan tijdens de pyrolysecyclus Houd kinderen tijdens de pyrolysecyclus
uit de buurt van de oven (uitsluitend voor ovens met pyrolysefunctie).
- Gebruik uitsluitend de temperatuursonde die voor deze oven wordt aanbevolen.
- Gebruik geen schurende reinigingsmiddelen of scherpe metalen schrapers voor het
reinigen van de ruit van de ovenklep aangezien het glas daardoor bekrast kan raken,
waardoor het kan breken.
- Zorg ervoor dat het apparaat is uitgeschakeld voordat de lamp wordt vervangen om de
kans op een elektrische schok te voorkomen.
- Gebruik geen aluminiumfolie om voedsel in de pan af te dekken (alleen voor ovens met
meegeleverde pan).
- Gebruik beschermende handschoenen voor het uitpakken en installeren.
Afvalverwerking van huishoudelijke apparaten
- Dit product is vervaardigd van recyclebaar of herbruikbaar materiaal. Dank het apparaat af in overeenstemming met plaatselijke milieuvoorschriften voor
afvalverwerking. Snijd het netsnoer door voordat u het apparaat afdankt.
- Voor meer informatie over behandeling, terugwinning en recycling van dit apparaat kunt u contact opnemen met uw plaatselijke instantie, de
vuilnisophaaldienst of de winkel waar u dit product hebt gekocht.
Controleer na het uitpakken van de oven of het apparaat tijdens het transport geen beschadigingen heeft opgelopen en of de ovendeur goed sluit. Neem in geval van
twijfel contact op met uw leverancier of het dichtstbijzijnde servicecentrum. Om eventuele schade te voorkomen, wordt geadviseerd om de oven pas voor de installatie
van de piepschuim bodem te halen.
GEREEDMAKING VAN HET MEUBEL VOOR INBOUW VAN DE OVEN
De keukenkastjes naast de oven moeten tegen hitte bestand zijn (min. 90 °C).
Voer eerst alle zaagwerkzaamheden uit voordat u de oven plaatst, en verwijder nauwgezet alle spaanders en zaagresten.
Het onderste gedeelte van de oven mag niet meer toegankelijk zijn na de installatie.
Voor een correcte functionering van het product mag de minimale opening tussen het werkblad en de bovenkant van de oven niet geblokkeerd worden.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
Controleer of de elektrische spanning die aangegeven staat op het typeplaatje van het apparaat overeenkomt met de voedingsspanning van uw woning. Het
typeplaatje bevindt zich op de voorrand van de oven (zichtbaar wanneer de ovendeur openstaat).
Het vervangen van het netsnoer (kabeltype aangeduid op het aansluitlabel) moet door een erkend elektricien gebeuren. Als er geen aansluitlabel beschikbaar is,
gebruik dan exact hetzelfde type snoer als het snoer dat vervangen wordt. Wend u tot erkende servicecentra.
ONDERLINGE AANSLUITING KOOKPLAAT EN OVEN
BELANGRIJK: sluit de oven niet op de netvoeding aan voordat u klaar bent met het aansluiten van de oven en kookplaat. Voordat de oven op de netvoeding wordt
aangesloten, dient u te controleren of de kookplaat in de lijst met kookplaat/oven-combinaties op het door de leverancier meegeleverde productblad staat vermeld.
Sluit de stekkers van de kookplaat op de stekkers van de oven aan zoals aangegeven in de installatie-instructies. Zorg dat de kleuren overeenkomen en dat de
stekkersleuven in lijn liggen. Koppel de stekkers en druk ze samen tot ze vastklikken. Draai de moer van de aardingsbout
op de bovenste afdekking van de oven
los en steek de gele/groene aardingskabel. Laat de ring hierbij op zijn plek zitten. Haal de moer van de aardingsbout weer stevig aan.
BELANGRIJK: als de kookplaataansluitingen niet overeenkomen met de kleuren en aansluitingen van de oven, dan is de adapterset (code AMC 873) vereist die bij de
Klantenservice verkrijgbaar is.
INSTALLATIE
NL4
ALGEMENE AANBEVELINGEN
Voor het gebruik:
- Verwijder de kartonnen beschermingen, transparante folie en stickers van de accessoires.
- Haal de accessoires uit de oven en verwarm hem ongeveer een uur lang op 200 °C om de geur van het isolatiemateriaal en de beschermende vetlaag te
verwijderen.
Tijdens het gebruik:
- Leg geen zware voorwerpen op de deur, omdat deze de deur kunnen beschadigen.
- Steun niet op de deur en hang geen voorwerpen aan de handgreep.
- Bedenk de binnenkant van de oven niet met aluminiumfolie.
- Giet nooit water in de binnenkant van een hete oven; hierdoor kan de lak beschadigd raken.
- Schuif niet met pannen of schalen over de bodem van de oven, omdat dit krassen op de lak kan geven.
- Verzeker u ervan dat de elektrische kabels van andere apparaten niet in contact komen met hete onderdelen van de oven en niet vast komen te zitten tussen de
ovendeur.
- Stel de oven niet bloot aan weersinvloeden.
Verwerking van de verpakking
Het verpakkingsmateriaal kan volledig gerecycled worden en is voorzien van het recyclingsymbool ( ). De diverse onderdelen van de verpakking mogen daarom niet
met het gewone huisvuil worden weggegooid maar moeten worden ingeleverd bij het plaatselijke milieustraat
Afvalverwerking van het product
- Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese Richtlijn 2012/19/EG inzake Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (AEEA).
- Door ervoor te zorgen dat dit product op de juiste manier als afval wordt verwerkt, helpt u mogelijk schadelijke gevolgen voor het milieu en de gezondheid te
voorkomen, die veroorzaakt zouden kunnen worden door onjuiste verwerking van dit product als afval.
- Het symbool op het product of op de begeleidende documentatie geeft aan dat dit apparaat niet als huishoudelijk afval behandeld mag worden, maar dat
het ingeleverd moet worden bij een speciaal inzamelingscentrum voor de recycling van elektrische en elektronische apparatuur.
Energiebesparing
- Verwarm de oven alleen voor als dit speciaal wordt vermeld in de bereidingstabel of in het recept.
- Gebruik donkere, zwart gelakte of geëmailleerde bakvormen, omdat deze de warme beter opnemen.
- Schakel de oven 10/15 minuten voor het einde van de geprogrammeerde bereidingstijd uit. Gerechten die lang in de oven moeten staan, blijven dan nog doorgaren.
- Dit apparaat is bedoeld om in aanraking te komen met voedingsmiddelen en is in overeenstemming met de richtlijn ( ) n.1935/2004 en is ontworpen,
vervaardigd en op de markt gebracht in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften van de “Laagspanningsrichtlijn” 2006/95/EG (die 73/23/EEG en
daaropvolgende amendementen vervangt), de beschermingsvoorschriften van de “EMC”-richtlijn 2004/108/EG.
- Dit apparaat voldoet aan de ecologische ontwerpvereisten van de Europese richtlijnen nr. 65/2014 en nr. 66/2014 in overeenstemming met de Europese norm
EN
60350-1.
De oven werkt niet:
Controleer of het elektriciteitsnet spanning heeft en of de oven is aangesloten.
Zet de oven uit en weer aan, om te controleren of het probleem opgelost is.
De deur is geblokkeerd:
Zet de oven uit en weer aan, om te controleren of het probleem opgelost is.
Belangrijk: tijdens de zelfreinigingscyclus blijft de deur geblokkeerd. Wacht tot de deur automatisch ontgrendeld wordt (zie de paragraaf “Reinigingscyclus van
de oven met de pyrolysefunctie”).
De elektronische programmeerfunctie werkt niet:
Als op het display een “ ” met een cijfer verschijnt, neem dan contact op met de dichtstbijzijnde Klantenservice. Vermeld in dat geval het nummer dat volgt op
de letter “ ”.
Voordat u contact opneemt met de Klantenservice:
1. Controleer of u het probleem zelf kunt oplossen aan de hand van de punten die beschreven zijn in “Opsporen van storingen.
2. Het apparaat aan- en uitzetten om te controleren of het probleem is opgelost.
Als na het uitvoeren van deze controles de storing nog steeds aanwezig is, contact opnemen met de dichtstbijzijnde Klantenservice.
Vermeld altijd:
MILIEUTIPS
CONFORMITEITSVERKLARING
OPSPOREN VAN STORINGEN
KLANTENSERVICE
NL5
een korte beschrijving van de storing;
het type en het exacte model van de oven;
het servicenummer (dit is het nummer na het woord Service op het typeplaatje), rechts aan de binnenkant van de ovenruimte (zichtbaar met de deur open). Het
servicenummer staat ook in het garantieboekje;
•uw volledige adres;
uw telefoonnummer.
Wend u tot een erkend Servicecentrum indien reparatie noodzakelijk is (alleen dan heeft u zekerheid dat originele vervangingsonderdelen worden gebruikt en de
reparatie correct wordt uitgevoerd).
Buitenkant van de oven
BELANGRIJK: gebruik geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen. Als een dergelijk product per ongeluk in contact komt met het apparaat,
verwijder het dan onmiddellijk met een vochtig microvezeldoekje.
Reinig de oppervlakken met een vochtig microvezeldoekje. Als de buitenkant zeer vuil is, voeg dan een paar druppels afwasmiddel toe aan het water. Afdrogen
met een droge doek.
Binnenkant van de oven
BELANGRIJK: gebruik geen schuursponsjes, sponsjes van staalwol of metalen schrapers. Hierdoor kunnen de gelakte oppervlakken en het glas van
de deur op den duur beschadigd raken.
Laat de oven na elk gebruik afkoelen en reinig het apparaat bij voorkeur als het nog lauw is om aangekoekte etensresten (bijv. voedsel met een hoog
suikergehalte).
Gebruik speciale ovenreinigingsmiddelen en houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant.
Maak het glas van de deur schoon met een geschikt vloeibaar reinigingsmiddel. Om de deur gemakkelijker te kunnen reinigen kunt u deze verwijderen (zie
ONDERHOUD).
Het bovenste verwarmingselement van de grill (zie ONDERHOUD) kan omlaag worden gezet (alleen bij bepaalde modellen) om de bovenkant van de ovenruimte
te kunnen reinigen.
OPMERKING: tijdens langduriger bereidingen van gerechten die veel water bevatten (pizza, groenten, etc.) kan zich condens vormen op de
binnenkant van de deur en rond de afdichting. Wanneer de oven koud is, het interne gedeelte van de deur schoonmaken met een doek of een spons.
Accessoires:
Laat de accessoires na gebruik weken in water met afwasmiddel. Pak ze vast met handschoenen als ze nog heet zijn.
Voedselresten kunnen met een afwasborstel of met een sponsje worden verwijderd.
Reiniging van de achterwand en de katalytische zijpanelen (indien aanwezig)
BELANGRIJK: gebruik geen bijtende of schurende reinigingsmiddelen, ruwe borstels, pannensponsjes of ovensprays die het katalytische oppervlak
zouden kunnen beschadigen, waardoor dit zijn zelfreinigende eigenschappen verliest.
Laat de oven ongeveer een uur leeg werken op een temperatuur van 200 °C, met de geventileerde functie.
Laat het apparaat afkoelen en gebruik een spons om eventuele etensresten te verwijderen.
REINIGING
WAARSCHUWING
- Gebruik geen stoomreinigers.
- Maak de oven alleen schoon als hij afgekoeld is.
- Koppel de netvoeding af voordat u onderhoud verricht.
NL6
VERWIJDEREN VAN DE DEUR
De deur verwijderen:
1. Open de deur helemaal.
2. Til de twee vergrendelingen van de scharnieren omhoog en naar voren tot ze niet verder kunnen (Fig. 1).
3. Sluit de deur tot de blokkering (A), til hem op (B) en draai hem (C) tot de deur loshaakt (D) (Fig. 2).
De deur weer terugplaatsen:
1. Plaats de scharnieren in de zittingen.
2. Open de deur helemaal.
3. Breng aan weerszijden de vergrendelingen omlaag.
4. Sluit de deur.
OMLAAGBRENGEN VAN HET BOVENSTE VERWARMINGSELEMENT (ALLEEN BIJ BEPAALDE MODELLEN)
1. Verwijder de zijroosters (fig. 3).
2. Trek het verwarmingselement voorzichtig naar buiten (Fig. 4) en breng het omlaag (Fig. 5).
3. Om het verwarmingselement terug te plaatsen tilt u het op, trekt u het voorzichtig naar u toe en legt u het op de daarvoor bestemde steunen aan de zijkant.
ONDERHOUD
WAARSCHUWING
- Draag beschermende handschoenen.
- Voer de aangegeven werkzaamheden uit als het apparaat afgekoeld is.
- Koppel de netvoeding af voordat u onderhoud verricht.
Fig. 1 Fig. 2
Fig. 3 Fig. 4 Fig. 5
NL7
VERVANGEN VAN HET LAMPJE
Vervangen van het lampje aan de achterzijde (indien aanwezig):
1. Koppel de oven los van de netvoeding.
2. Draai het beschermkapje los (Fig. 6), vervang het lampje (zie de opmerking voor het type lampje) en draai het beschermkapje weer vast (Fig. 7).
3. Sluit de oven weer aan op de netvoeding.
OPMERKING:
- Gebruik alleen gloeilampen van 25-40W/230V type E-14, T300 °C, of halogeenlampen van 20-40W/230 V type G9, T300 °C (afhankelijk van het model).
- De lamp die in het apparaat wordt gebruikt is specifiek ontworpen voor elektrische apparaten en is niet geschikt voor ruimteverlichting (EC Richtlijn
Nr. 244/2009).
- De lampjes zijn verkrijgbaar bij de Klantenservice.
BELANGRIJK:
- Raak halogeenlampjes niet met blote handen aan om te voorkomen dat ze beschadigd worden door uw vingerafdrukken.
- Gebruik de oven niet voordat het beschermkapje is teruggeplaatst
RAADPLEEG VOOR DE ELEKTRISCHE AANSLUITING HET HOOFDSTUK OVER DE INSTALLATIE
1. Bedieningspaneel
2. Bovenste verwarmingselement/grill
3. Koelsysteem (indien aanwezig)
4. Typeplaatje (verwijder dit nooit)
5. Licht
6. Ventilatiesysteem (indien aanwezig)
7. Draaispit (indien bijgeleverd)
8. Onderste verwarmingselement (niet zichtbaar)
9. Deur
10. Inzetniveaus
11. Schot
OPMERKING: Na afloop van de bereiding, nadat de oven is uitgeschakeld, kan de koelventilator nog een tijdje blijven werken.
OPMERKING: Uw product kan er enigszins anders uitzien dan op de afbeelding.
Fig. 6 Fig. 7
INSTRUCTIES VOOR HET GEBRUIK VAN DE OVEN
1
11
5
2
4
7
8
10
9
6
3
NL8
EXTRA ACCESSORIES
(zie het technisch overzicht voor de accessoires die bij de oven geleverd worden)
Opvangbak (Fig. 1)
Deze is bedoeld om vet of voedseldeeltjes op te vangen wanneer hij onder het rooster is geplaatst, of bijvoorbeeld als bakplaat voor het bereiden van vlees, kip en vis,
met of zonder groenten. Giet een beetje water in de opvangbak om vetspetters of rookvorming te voorkomen.
Bakplaat (Fig. 2)
Voor het bakken van koekjes, taarten en pizza's.
Rooster (Fig. 3)
Om voedsel op te grillen of als draagrooster voor bak- en cakevormen en ovenschalen. Deze kan op ieder beschikbaar niveau worden geplaatst. Het rooster kan zowel
met de beugel naar boven als naar beneden worden geplaatst.
Katalytische zijpanelen (Fig. 4)
De katalytische panelen hebben een microporeuze laag die vetspetters absorbeert. Wij raden u aan om na het bereiden van zeer vet voedsel een automatische
reinigingscyclus uit te voeren (zie REINIGING).
Draaispit (Fig. 5)
Gebruik het draaispit zoals aangegeven is op Fig. 9. Zie ook “Aanbevolen gebruik en tips” voor adviezen.
Grillpan Set (Fig. 6)
De set bestaat uit een rooster (6a) en een geëmailleerde bak (6b). Deze set moet op het rooster (3) geplaatst worden en gebruikt worden met de grillfunctie.
Vetfilter (Fig. 7)
Alleen te gebruiken voor de bereiding van bijzonder vette gerechten. Bevestig het filter aan de achterwand van de ovenruimte, tegenover de ventilator. Het vetfilter
kan in de afwasmachine worden afgewassen en mag niet tegelijk met de functie Ventilator gebruikt worden.
Schuifrails (Fig. 8)
Deze maken het mogelijk om de roosters en opvangbakken tijdens de bereiding voor de helft naar buiten te trekken. Geschikt voor alle accessoires, ze kunnen in de
afwasmachine worden afgewassen.
Fig. 1 Fig. 2 Fig. 3 Fig. 4
Fig. 5 Fig. 6 Fig. 7 Fig. 8
Fig. 9
6a
6b
NL9
BESCHRIJVING BEDIENINGSPANEEL
OPMERKING: De knoppen op uw oven zijn verzonken. Druk op het midden van de knop om ze uit hun zitting te laten komen.
OPMERKING: Uw product kan er enigszins anders uitzien dan op de afbeelding.
1. Functieknop
2. Thermostaatknop
3. Rood lampje thermostaat
4. Bedieningsknoppen kookplaat
5. Elektronische programmeerfunctie
DE OVEN INSCHAKELEN
Draai de functieknop op de gewenste functie. Het ovenlampje gaat branden.
Draai de thermostaatknop naar rechts op de gewenste temperatuur. Het rode thermostaatlampje gaat branden (behalve bij de ontdooifunctie) en gaat uit als de
geselecteerde temperatuur bereikt is. Draai de knoppen aan het einde van de bereidingstijd op “0”.
GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT
Op het bedieningspaneel bevinden zich 4 knoppen voor de bediening van de kookplaat. De bedieningsknoppen van de kookplaat zijn gemarkeerd met cijfers die
overeenkomen met de verschillende vermogensinstellingen en een reeks functiesymbolen (raadpleeg de gebruiksaanwijzing die bij de kookplaat wordt geleverd).
BELANGRIJK:
Wanneer de gietijzeren kookplaten voor het eerst worden gebruikt, zet dan een halfvolle pan met water van de juiste diameter op elk van de kookplaten, stel de
knoppen in op 6 en laat de platen ca. 3 minuten werken om eventuele geuren te verwijderen.
Zorg dat de kookplaten niet ingeschakeld blijven wanneer er niets op staat.
Gebruik potten en pannen die specifiek ontworpen zijn voor elektrische kookplaten, met name met een meerlaagse, vlakke bodem.
Gebruik pannen waarvan de diameter van de bodem gelijk is aan, of enigszins groter is dan, die van de kookplaten.
GEBRUIK VAN DE ELEKTRONISCHE PROGRAMMEERFUNCTIES
De oven voor het eerst gebruiken
De tijd en de toon van het geluidssignaal instellen.
Nadat de oven op de netvoeding is aangesloten, knipperen AUTO en 0.00 op het display. Druk tegelijkertijd op de knoppen - en + om de tijd in te stellen: het middelste
puntje knippert. Stel de tijd in met behulp van knop + en -. Druk na het selecteren van de gewenste waarde op de middelste knop. Op het display wordt “ton 1”
weergegeven. Druk op de knop – om de gewenste toon te selecteren. Druk na het selecteren van de gewenste toon op de middelste knop. Om de tijd te wijzigen, gaat
u te werk zoals hierboven beschreven.
Instellen van de timer
Om de timer in te stellen, houdt u de middelste knop lang ingedrukt: op het display wordt 0.00 weergegeven en het kloksymbool knippert. Stel de timer in met behulp
van knop + (de maximale waarde die geprogrammeerd kan worden is 23 uur en 59 minuten). Het aftellen begint na enkele seconden. Op het display wordt de tijd
weergegeven en de klok blijft branden om te bevestigen dat de timer is ingesteld. Druk opnieuw op de middenste knop om het aftellen te zien en wijzig het indien
nodig.
1. Knop - : voor het verlagen van de waarde op het display
2. Knop : voor het selecteren van diverse instellingen:
a. Timer
b. Bereidingstijd
c. Instelling van eindtijd bereiding
3. Knop + : voor het verhogen van de waarde op het display
A. Het symbool geeft aan dat de timerfunctie actief is
B. Het symbool AUTO bevestigt dat de instelling gemaakt is
A
U
T
O
2 31
A
B
NL10
Bereidingstijd instellen
Druk na het selecteren van de bereidingsfunctie en -temperatuur met behulp van de knoppen op de middelste knop: op het display wordt 0.00 weergegeven en het
kloksymbool knippert. Druk nogmaals op de middelste knop: op het display verschijnen achtereenvolgens en 0.00, en knippert AUTO. Stel de bereidingstijd in
met behulp van knop + en - (de maximale waarde die geprogrammeerd kan worden is 10 uur). Na enkele seconden geeft het display de tijd weer en blijft AUTO
branden om de instelling te bevestigen. Om de resterende bereidingstijd weer te geven en indien nodig te wijzigen, drukt u 2 seconden op de middelste knop en drukt
hier vervolgens nogmaals op. Als de ingestelde tijd om is, wordt het symbool uitgeschakeld, klinkt het alarm en knippert AUTO op het display. Druk op een
willekeurige knop om het alarm te deactiveren. Stel de functie- en temperatuurknop weer in op nul en druk twee seconden op de middelste knop om de bereiding te
beëindigen.
Eindtijd bereiding uitstellen
Druk na het selecteren van de bereidingstijd op de middelste knop: op het display wordt weergegeven en knipperen achtereenvolgens de eindtijd van de
bereiding en AUTO. Druk op de knop + om de gewenste eindtijd van de bereiding weer te geven (de bereiding kan met maximaal 23 uur en 59 minuten worden
uitgesteld). Na enkele seconden geeft het display de tijd weer, wordt het symbool
uitgeschakeld en blijft AUTO branden om de instelling te bevestigen. Om de
eindtijd van de bereiding weer te geven en indien nodig te wijzigen, drukt u op de middelste knop en drukt u hier vervolgens nog tweemaal op. Aan het einde van het
terugtellen, gaat het symbool branden en gaat de oven verder met de geselecteerde bereidingsfunctie.
TABEL FUNCTIES
FUNCTIE BESCHRIJVING
UIT Om de bereiding te onderbreken en de oven uit te schakelen.
OVENLAMPJE Inschakeling van het ovenlampje.
STATISCH
Voor het bereiden van gerechten op één steunhoogte. Gebruik de tweede steunhoogte. Verwarm de oven voor op de gewenste
temperatuur. Het LED-thermostaatlampje wordt uitgeschakeld wanneer de oven gereed is en het gerecht in de oven kan worden
gezet.
GEVENTILEERD
Voor het bereiden van vlees en taarten met een vloeibare vulling (hartig of zoet) op één steunhoogte en pizza's op één of twee
steunhoogtes. Deze functie zorgt voor een gelijkmatige, goudbruine en knapperige bovenlaag en bodem. Bij bereiding op twee
steunhoogtes wordt geadviseerd om de gerechten halverwege de bereiding van plaats te verwisselen voor een gelijkmatiger
resultaat. Geadviseerd wordt om het tweede niveau te gebruiken voor bereidingen op één steunhoogte. Gebruik het eerste en derde
niveau voor bereidingen op twee bakplaten. De oven voorverwarmen op de gewenste temperatuur en het gerecht in de oven
plaatsen zodra wordt aangegeven dat de ingestelde temperatuur is bereikt.
GRILL
Om biefstukken, kebabs en saucijzen te grillen, om gegratineerde groenten te bereiden en brood te roosteren. Zet het gerecht op de
vierde steunhoogte. Voor het grillen van vlees wordt geadviseerd de opvangbak te gebruiken om het braadvet op te vangen. Plaats
de opvangbak op de derde steunhoogte en giet er ongeveer een halve liter water in. Verwarm de oven 3
-5 minuten voor. Tijdens de
bereiding moet de ovendeur dicht blijven.
TURBO GRILL
Voor het grillen van grote stukken vlees (lamsbouten, rosbief, hele kip). Zet het vlees op de middelste steunhoogtes. Geadviseerd
wordt de opvangbak te gebruiken om het braadvet op te vangen. Plaats de opvangbak op de eerste of tweede steunhoogte en giet
er ongeveer een halve liter water in. Aanbevolen wordt om het vlees tijdens de bereiding om te keren om een gelijkmatige bruining
aan beide kanten te verkrijgen. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden. Tijdens de bereiding moet de deur van de oven dicht
blijven. Met deze functie kunt u het draaispit gebruiken, als u dit hebt.
ONTDOOIEN
Voor het versnellen van het ontdooien van voedsel. Plaats het voedsel op de middelste steunhoogte. Laat het voedsel in de
verpakking zitten zodat het niet uitdroogt.
TURBOVENTILATOR
Voor gerechten met een knapperige bodem en zachte bovenlaag. Ideaal voor de bereiding van gebak met vloeibare vulling en
zonder voorgebakken bodem (bijv. taart, pruimengebak, ricottagebak en pizza met veel toppings) op één steunhoogte. Zet het
gerecht op de tweede steunhoogte. Verwarm de oven eerst voor.
Deze functie is ideaal voor kant-en-klare diepvriesproducten (bijv. pizza, patat, strudel, lasagna). Volg de aanwijzingen op de
verpakking.
TURBO
GEVENTILEERD
Voor het gelijktijdig bereiden van verschillende gerechten op twee steunhoogtes die dezelfde temperatuur hebben (bijv. vis,
groenten, taarten). Met deze functie worden er geen geuren van het ene naar het andere gerecht overgebracht. Geadviseerd wordt
om het tweede niveau te gebruiken voor bereidingen op één steunhoogte. Voor bereidingen op twee steunhoogtes wordt
geadviseerd om de eerste en derde steunhoogte te gebruiken, nadat u de oven voorverwarmd hebt.
ONDERWARMTE
Gebruik deze functie na het koken om de onderkant van de schotel te bruinen. Het is raadzaam voedsel op de 1e/2e steunhoogte te
plaatsen.
De functie kan ook gebruikt worden voor langzame bereiding, zoals groenten en vleesstoofschotels; gebruik in dit geval de 2e
steunhoogte. De oven hoeft niet voorverwarmd te worden.
NL11
BEREIDINGSTABEL
Recept Functie Voorver-
warmen
Steunhoogte
(van onder)
Temperatuur
(°C)
Tijd
(min)
Accessoires
Luchtig gebak
Ja 2 160-180 35-55 Taartvorm op rooster
Ja 1-3 150-170 30-90
Steunhoogte 3: taartvorm op rooster
Steunhoogte 1: taartvorm op rooster
Gevulde taarten (cheesecake, strudel,
appeltaart)
Ja 2 150-190 30-85
Opvangbak/bakplaat of taartvorm op
rooster
Ja 1-3 150-190 35-90
Steunhoogte 3: taartvorm op rooster
Steunhoogte 1: taartvorm op rooster
Koekjes / taartjes
Ja 3 170-180 15-40 Opvangbak/bakplaat
Ja 1-3 150-175 20-45
Steunhoogte 3: rooster
Steunhoogte 1: opvangbak/bakplaat
Soesjes
Ja 3 180 30-40 Opvangbak/bakplaat
Ja 1-3 170-190 35-45
Steunhoogte 3: bakplaat op rooster
Steunhoogte 1: opvangbak/bakplaat
Meringues
Ja 3 90 120-130 Opvangbak/bakplaat
Ja 1-3 90 130-150
Steunhoogte 3: bakplaat op rooster
Steunhoogte 1: opvangbak/bakplaat
Brood / pizza / focaccia
Ja 2 190-250 15-50 Opvangbak/bakplaat
Ja 1-3 190-250 25-50
Steunhoogte 3: bakplaat op rooster
Steunhoogte 1: opvangbak/bakplaat
Diepvriespizza's
Ja 2 250 10-15
Steunhoogte 2: opvangbak/bakplaat
of rooster
Ja 1-3 250 10-20
Steunhoogte 3: bakplaat op rooster
Steunhoogte 1: opvangbak/bakplaat
Hartige taarten (groentetaart,
quiche)
Ja 2 175-200 40-50 Taartvorm op rooster
Ja 1-3 175-190 50-65
Steunhoogte 3: taartvorm op rooster
Steunhoogte 1: taartvorm op rooster
Pasteitjes / bladerdeeghapjes
Ja 3 180-200 20-30 Opvangbak/bakplaat
Ja 1-3 175-200 25-45
Steunhoogte 3: bakplaat op rooster
Steunhoogte 1: opvangbak/bakplaat
Lasagne / pasta uit de oven /
cannelloni / ovenschotels
Ja 2 190-200 40-65 Opvangbak of bakplaat op rooster
Lamsvlees / kalfsvlees / rundvlees /
varkensvlees 1 kg
Ja 2 190-200 90-110 Opvangbak of bakplaat op rooster
Kip / konijn / eend 1 kg Ja 2 190-200 65-85 Opvangbak of bakplaat op rooster
Kalkoen / gans 3 kg Ja 1 / 2 190-200 140-180 Opvangbak of bakplaat op rooster
Vis uit de oven / in folie (filet, heel) Ja 2 180-200 40-60 Opvangbak of bakplaat op rooster
Gevulde groenten (tomaten,
courgettes, aubergines)
Ja 2 175-200 50-60 Bakplaat op rooster
NL12
* Bereidingsduur bij benadering. Gerechten kunnen op verschillende tijdstippen afhankelijk van de persoonlijke voorkeur uit de oven worden verwijderd.
OPMERKING: temperaturen en bereidingstijden gelden voor ongeveer 4 porties
De bereidingstijden kunnen langer zijn, afhankelijk van het gerecht.
OPMERKING: De symbolen van de bereidingsfuncties kunnen enigszins afwijken van de afbeelding.
Toast Ja 4 200 2-5 Rooster
Visfilet / moten vis Ja 4 200 30-40
Steunhoogte 4: rooster (draai het
voedsel halverwege de
bereidingsduur om)
Steunhoogte 3: opvangbak met
water
Worstjes / spiezen / spareribs/
hamburgers
Ja 4 200 30-50
Steunhoogte 4: rooster (draai het
voedsel halverwege de
bereidingsduur om)
Steunhoogte 3: opvangbak met
water
Gebraden kip 1-1,3 kg - 2 200 55-70
Steunhoogte 2: rooster (draai het
voedsel indien nodig om na
tweederde van de bereidingstijd)
Steunhoogte 1: opvangbak met
water
Gebraden kip 1-1,3 kg - 2 200 60-80
Steunhoogte 2: draaispit (indien
bijgeleverd)
Steunhoogte 1: opvangbak met
water
Rosbief rosé 1 kg - 2 200 35-50
Bakplaat op rooster (draai het
voedsel indien nodig na tweederde
van de bereidingstijd om)
Lamsbout / schenkel - 2 200 60-90
Opvangbak of bakplaat op rooster
(draai het voedsel indien nodig na
tweederde van de bereidingstijd om)
Gebakken aardappelen - 2 200 45-55
Opvangbak/bakplaat (draai het
voedsel indien nodig na tweederde
van de bereidingstijd om)
Gegratineerde groenten - 2 200 20-30 Bakplaat op rooster
Lasagne en vlees Ja 1-3 200 50-100*
Steunhoogte 3: bakplaat op rooster
Steunhoogte 1: opvangbak of
bakplaat op rooster
Vlees en aardappelen Ja 1-3 200 45-100*
Steunhoogte 3: bakplaat op rooster
Steunhoogte 1: opvangbak of
bakplaat op rooster
Vis en groente Ja 1-3 175 30-50*
Steunhoogte 3: bakplaat op rooster
Steunhoogte 1: opvangbak of
bakplaat op rooster
Recept Functie Voorver-
warmen
Steunhoogte
(van onder)
Temperatuur
(°C)
Tijd
(min)
Accessoires
NL13
Tabel kookplaatfuncties
Functie Beschrijving functie
GEMATIGD
VERWARMEN
(afhankelijk van
model)
Deze functie is geschikt voor het laten rijzen van deeg, om koude boter zacht te laten worden, babyzuigflessen of pap warm te
houden, om yoghurt te maken, chocolade te smelten, etc.
Is alleen beschikbaar als het restwarmtelampje brandt. Controleer eerst of het restwarmtelampje van de betreffende kookzone
brandt. Draai vervolgens de knop op
. De functie wordt uitgeschakeld door de stand van de knop te wijzigen.
WARMHOUDEN
Zorgt voor een constante temperatuur van 60 °C tot het einde van de bereidingstijd. Om de functie in te schakelen draait u de
knop op
.
SNELKOKEN
Deze functie zorgt ervoor dat water snel aan de kook wordt gebracht; de functie blijft een vaste tijd ingeschakeld. Als de tijd om
is, schakelt de kookzone automatisch terug naar de maximale stroomstand. De snelkookfunctie kan ook geactiveerd worden
nadat u al op de betreffende kookzone met koken bent begonnen. Let op: Voordat deze functie geselecteerd wordt, moet er een
gevulde pan op de gekozen kookzone geplaatst worden om beschadiging van het kookplaatoppervlak te voorkomen. De
gespecificeerde prestatiewaarden voor deze functie worden gegarandeerd voor alle glaskeramische kookplaten.
Om deze functie in te schakelen zet u de pan eerst op de geselecteerde kookzone en draait u de knop vervolgens op . De
functie wordt uitgeschakeld door de stand van de knop te wijzigen.
DUBBELE ZONE
(afhankelijk van
model)
Is beschikbaar voor de kookzones linksvoor en linksachter Breidt het verwarmde gebied van de kookplaat uit, zodat u grote,
ovale of rechthoekige pannen kunt gebruiken Om deze functie in te schakelen draait u de knop naar
en wacht u tot het
restwarmtelampje van de betreffende kookzone gaat knipperen. Kies de gewenste stand door de knop naar links te draaien. Het
restwarmtelampje blijft branden om aan te geven dat de kookplaat is ingeschakeld. Draai de knop naar “0” om te selecteren.
NL14
Lezen van de bereidingstabel
De tabel geeft aan welke functie het best gebruikt kan worden voor een bepaald gerecht, dat op één of meerdere steunhoogtes tegelijk kan worden bereid. De
bereidingsduren gelden vanaf het moment dat het gerecht in de oven wordt gezet, zonder de voorverwarmingstijd (indien nodig). De temperaturen en de
bereidingsduren zijn indicatief en hangen af van de hoeveelheid voedsel en het type schaal. Gebruik eerst de laagste aanbevolen waarden. Als de bereiding niet naar
wens is, kunt u hogere waarden gebruiken. Geadviseerd wordt om de bijgeleverde accessoires te gebruiken en indien mogelijk taartvormen of ovenschalen van donker
metaal. U kunt ook pannen of vuurvaste of aardewerk schalen gebruiken; de bereidingsduren zijn dan iets langer. Volg voor de beste resultaten zorgvuldig de
aanwijzingen in de bereidingstabel met betrekking tot de bijgeleverde schalen en de verschillende steunhoogtes.
Het tegelijkertijd bereiden van verschillende gerechten
Als u de functie “HETE LUCHT” gebruikt, kunt u verschillende gerechten die dezelfde bereidingstemperatuur vereisen tegelijkertijd bereiden (bijvoorbeeld: vis en
groenten) die dezelfde bereidingsduur hebben, op verschillende steunhoogtes. Haal de gerechten die klaar zijn uit de oven en laat de gerechten die meer tijd nodig
hebben in de oven staan.
Gebak
- Bak fijn gebak met de statische functie op één niveau. Gebruik taartvormen van zwart metaal en zet deze altijd op het bijgeleverde rooster. Voor bereiding op
meerdere steunhoogtes selecteert u de functie met ventilatie en zet u de taartvormen in zigzagvorm op de roosters, zodat de lucht goed kan circuleren.
- Om te controleren of de taart gaar is steekt u een satéprikker in het dikste gedeelte van de taart. Als de prikker er droog uitkomt, is de taart klaar.
- Als u taartvormen met antiaanbaklaag gebruikt, vet dan niet de randen in, omdat de taart dan mogelijk niet goed rijst aan de zijkanten.
- Als het gebak “inzakt” tijdens het bakken, gebruik dan de volgende keer een lagere temperatuur, verminder bijvoorbeeld de hoeveelheid vocht of meng het
beslag voorzichtiger.
- Gebruik, voor taarten met vochtige vulling (kwarktaart of vruchtentaarten) de functie “TURBO HETE LUCHT”. Als de bodem van de taart te vochtig blijft, zet de
taart dan op een lager niveau en bestrooi de bodem met paneermeel of verkruimelde koekjes voordat u de vulling erin schenkt.
Vlees
- U kunt elke soort schaal gebruiken die geschikt is voor de afmetingen van het vlees. Schenk bij gebraden vlees bij voorkeur wat bouillon in de schaal, waardoor
het vlees tijdens de bereiding vochtig wordt gehouden en meer smaak krijgt. Laat het gebraden vlees na afloop van de bereiding 10-15 min. in de oven rusten,
of dek het af met aluminiumfolie.
- Als u stukken vlees wilt grillen, kies dan stukken met een gelijke dikte, zodat het vlees gelijkmatig gaar wordt. Zeer dikke stukken vlees hebben een langere
bereidingsduur. Zet het rooster op een lagere steunhoogte om te voorkomen dat de korst verbrandt. Draai het vlees om na tweederde van de bereidingsduur.
Geadviseerd wordt om een opvangbak met een halve liter water direct onder het rooster te plaatsen waarop u het vlees heeft gelegd, om het bakvet op te vangen.
Vul indien nodig bij met water tijdens het grillen.
Draaispit (alleen bij bepaalde modellen)
Dit accessoire dient voor het gelijkmatig grillen van grote stukken vlees en gevogelte. Steek het vlees aan het spit. Zet kip vast met keukentouw en controleer of het
vlees goed vastzit voordat u het spit in de houder aan de voorwand van de oven steekt en op de steun legt. Om vorming van dampen te voorkomen en bakvet op te
vangen, adviseren wij om een opvangbak met een halve liter water op de eerste steunhoogte te plaatsen. Het spit is voorzien van een plastic handvat dat verwijderd
moet worden voordat de bereiding begint. Het handvat dient om het vlees na afloop van de bereiding uit de oven de halen zonder uw handen te branden.
Pizza
Vet de pizzavorm licht in voor een knapperige bodem. Verdeel na tweederde van de bereidingsduur de mozzarella over de pizza.
GEBRUIKSADVIEZEN EN -SUGGESTIES
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14

Whirlpool AKP 733 IX de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen