AEG AHS531DXLW Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

INHOUDSOPGAVE
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE................................................................................. 2
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN........................................................................ 4
3. MONTAGE ...........................................................................................................7
4. ALGEMEEN OVERZICHT.................................................................................... 9
5. BEDIENINGSPANEEL........................................................................................10
6. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT........... 11
7. DAGELIJKS GEBRUIK....................................................................................... 11
8. AANWIJZINGEN EN TIPS..................................................................................12
9. ONDERHOUD EN REINIGING...........................................................................13
10. PROBLEEMOPLOSSING.................................................................................15
11. GELUIDEN........................................................................................................18
12. TECHNISCHE GEGEVENS..............................................................................18
13. AANWIJZINGEN VOOR TESTINSTITUTEN....................................................18
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om
vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet
hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal
van kunt profiteren.
Ga naar onze website voor:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen, onderhouds- en
reparatie-informatie:
www.aeg.com/support
Registreer uw product voor een betere service:
www.registeraeg.com
Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw
apparaat:
www.aeg.com/shop
KLANTENSERVICE
Gebruik altijd originele onderdelen.
Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens
bij de hand hebt: Model, productnummer, serienummer.
De informatie staat op het typeplaatje.
Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu‑informatie
Wijzigingen voorbehouden.
1. VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor
installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is
www.aeg.com2
niet verantwoordelijk voor verwondingen of schade die
voortvloeit uit de onjuiste installatie of het onjuiste
gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige,
toegankelijke plek voor toekomstig gebruik.
1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare
mensen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8
jaar en ouder en door mensen met beperkte
lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of
een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen over het
veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met
zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de
buurt van het apparaat te worden gehouden, tenzij ze
voortdurend onder toezicht staan.
Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, mits zij
voortdurend onder toezicht staan, bij het apparaat uit
de buurt te worden gehouden.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat
uitvoeren.
Houd alle verpakkingen uit de buurt van kinderen en
verwijder ze op gepaste wijze.
1.2 Algemene veiligheid
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke
en soortgelijke toepassingen, zoals:
boerderijen, personeelskeukens in winkels,
kantoren of andere werkomgevingen;
Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en
andere woonomgevingen.
Neem de volgende instructies in acht om besmetting
van voedsel te voorkomen:
open de deur niet gedurende lange perioden;
NEDERLANDS 3
reinig regelmatig oppervlakken die in contact
kunnen komen met voedsel en toegankelijke
afwateringssystemen;
WAARSCHUWING: Houd de ventilatieopeningen altijd
vrij van obstructies; dit geldt zowel voor losstaande als
ingebouwde modellen.
WAARSCHUWING: Gebruik geen mechanische of
andere middelen om het ontdooiproces te versnellen,
behalve die middelen die door de fabrikant zijn
aanbevolen.
WAARSCHUWING: Let op dat u het koelcircuit niet
beschadigt.
WAARSCHUWING: Gebruik geen elektrische
apparaten in de koelkast, tenzij deze door de fabrikant
worden aanbevolen.
Gebruik geen waterstralen en stoom om het apparaat
te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige zachte
doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Als het apparaat lange tijd leeg is, schakel het dan uit,
ontdooi, reinig en droog het en laat de deur open om
te voorkomen dat er schimmel in het apparaat
ontstaat.
Bewaar geen explosieve stoffen zoals spuitbussen
met een ontvlambaar drijfgas in dit apparaat.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de
fabrikant, een erkende serviceverlener of een
gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
2.1 Installatie
WAARSCHUWING!
Alleen een erkende
installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Volg de installatie-instructies die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Pas altijd op bij verplaatsing van het
apparaat, want het is zwaar. Gebruik
www.aeg.com4
altijd veiligheidshandschoenen en
gesloten schoeisel.
Zorg ervoor dat rond het apparaat
lucht kan circuleren.
Bij de eerste installatie of na het
omdraaien van de deur moet u
minstens 4 uur wachten voordat u het
apparaat op de stroom aansluit.
Hierdoor kan de olie terug in de
compressor stromen.
Trek de stekker uit het stopcontact
voordat u handelingen aan het
apparaat uitvoert (bijv. het omdraaien
van de deur).
Installeer het apparaat niet in de
nabijheid van radiatoren, fornuizen,
ovens of kookplaten.
Stel het apparaat niet bloot aan
regen.
Installeer het apparaat niet op een
plaats met direct zonlicht.
Installeer dit apparaat niet in ruimtes
die te vochtig of te koud zijn.
Til de voorkant van het apparaat op
als u hem wilt verplaatsen, om
krassen op de vloer te voorkomen.
2.2 Aansluiting op het
elektriciteitsnet
WAARSCHUWING!
Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
WAARSCHUWING!
Zorg er bij het plaatsen van
het apparaat voor dat het
stroomsnoer niet klem zit of
wordt beschadigd.
WAARSCHUWING!
Gebruik geen
meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met
elektrische vermogen van de
netstroom.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd
schokbestendig stopcontact.
Zorg dat u de elektrische onderdelen
(hoofdstekker, kabel, compressor)
niet beschadigt. Neem contact met de
erkende servicedienst of een
elektricien om de elektrische
onderdelen te wijzigen.
De stroomkabel moet lager blijven
dan het niveau van de stopcontact.
Steek de stekker pas in het
stopcontact als de installatie is
voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer
na installatie bereikbaar is.
Trek niet aan het netsnoer om het
apparaat los te koppelen. Trek altijd
aan de stekker.
2.3 Gebruik
WAARSCHUWING!
Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische
schokken.
Het apparaat bevat ontvlambaar
gas, isobutaan (R600a), een aardgas
met een hoge ecologische compatibiliteit.
Zorg ervoor dat u het koelcircuit dat
isobutaan bevat, niet beschadigt.
De specificatie van dit apparaat niet
wijzigen.
Plaats geen elektrische apparaten
(bijv. ijsmachines) in het apparaat
tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard
door de fabrikant.
Als er schade aan het koelcircuit
optreedt, zorg er dan voor dat er zich
geen vlammen en andere
ontstekingsbronnen in de kamer
bevinden. Lucht de ruimte indien dit
gebeurt.
Zet geen hete items op de
kunststofonderdelen van het
apparaat.
Plaats geen koolzuurhoudende
dranken in het vriesvak. Dit zal extra
druk in de drankfles veroorzaken.
Bewaar geen ontvlambare gassen en
vloeistoffen in het apparaat.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door
ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
Raak de compressor of condensator
niet aan. Ze zijn heet.
NEDERLANDS 5
Zorg ervoor dat u nooit met natte of
vochtige handen items uit het vriesvak
verwijderd of aanraakt.
Vries ontdooide voedingswaren nooit
opnieuw in.
Bewaar de voedingswaren volgens de
instructies op de verpakking.
Wikkel het voedsel in eender welk
contactmateriaal voor voedsel
alvorens het in het vriesvak te
plaatsen.
2.4 Binnenverlichting
WAARSCHUWING!
Gevaar voor elektrische
schokken.
Met betrekking tot de lamp(en) in dit
product en reservelampen die
afzonderlijk worden verkocht: Deze
lampen zijn bedoeld om bestand te
zijn tegen extreme fysieke
omstandigheden in huishoudelijke
apparaten, zoals temperatuur,
trillingen, vochtigheid, of zijn bedoeld
om informatie te geven over de
operationele status van het apparaat.
Ze zijn niet bedoeld voor gebruik in
andere toepassingen en zijn niet
geschikt voor verlichting in
huishoudelijke ruimten.
2.5 Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of schade
aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudshandelingen verricht.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat
koolwaterstoffen. Enkel bevoegde
personen mogen de eenheid
onderhouden en herladen.
Controleer regelmatig de afvoer van
het apparaat en reinig het indien
nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal
er water op de bodem van het
apparaat liggen.
2.6 Service
Neem contact op met de erkende
servicedienst voor reparatie van het
apparaat. Gebruik uitsluitend originele
reserveonderdelen.
Houd er rekening mee dat
zelfreparatie of niet-professionele
reparatie gevolgen kan hebben voor
de veiligheid en de garantie kan doen
vervallen.
De volgende reserveonderdelen zijn
beschikbaar gedurende 7 jaar nadat
het model is stopgezet: thermostaten,
temperatuursensoren, printplaten,
lichtbronnen, deurklinken,
deurscharnieren, trays en manden.
Houd er rekening mee dat sommige
van deze reserveonderdelen alleen
beschikbaar zijn voor professionele
reparateurs en dat niet alle
reserveonderdelen relevant zijn voor
alle modellen.
Deurpakkingen zijn beschikbaar tot 10
jaar nadat het model is stopgezet.
2.7 Verwijdering
WAARSCHUWING!
Gevaar voor letsel of
verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snij het netsnoer van het apparaat af
en gooi dit weg.
Verwijder de deur om te voorkomen
dat kinderen en huisdieren opgesloten
raken in het apparaat.
Het koelcircuit en de
isolatiematerialen van dit apparaat
zijn ozonvriendelijk.
Het isolatieschuim bevat ontvlambare
gassen. Neem contact met uw
plaatselijke overheid voor informatie
m.b.t. correcte afvalverwerking van
het apparaat.
Veroorzaak geen schade aan het deel
van de koeleenheid dat zich naast de
warmtewisselaar bevindt.
www.aeg.com6
3. MONTAGE
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
3.1 Afmetingen
H1 H2
85°
W2 D2
D1
H3
W1
Totale afmetingen
1)
H1 mm 845
W1 mm 1120
D1 mm 700
1)
de breedte, hoogte en diepte van het apparaat
zonder de handgreep en de voeten
Benodigde ruimte in gebruik
1)
H2 mm 945
W2 mm 1320
D2 mm 850
1)
de hoogte, breedte en diepte van het apparaat
inclusief de handgreep, plus de ruimte die nodig is
voor de vrije circulatie van de koellucht
Totale ruimte die nodig is bij gebruik
1)
H3 mm 1532
Totale ruimte die nodig is bij gebruik
1)
W2 mm 1320
D2 mm 850
1)
de hoogte, breedte en diepte van het apparaat
inclusief de handgreep, plus de ruimte die nodig is
voor de vrije circulatie van de koellucht, plus de
ruimte die nodig is om de deur te openen tot de
minimale hoek waardoor alle interne apparatuur
kan worden verwijderd
3.2 Locatie
Het apparaat moet goed worden
geïnstalleerd uit de buurt van
warmtebronnen, zoals radiatoren,
boilers, direct zonlicht, enz.
Plaats het apparaat horizontaal op
een stevige ondergrond.
Zorg ervoor dat het apparaat
waterpas staat en op alle vier de
voeten staat. Deze stand kan bereikt
worden met de twee afstelbare
voetjes die aan de voorkant en
NEDERLANDS 7
onderkant van het apparaat bevestigd
zijn.
Plaats het apparaat niet onder
overhangende wandunits om de beste
prestaties te bereiken.
Zorg ervoor dat rond het apparaat
lucht vrij kan circuleren.
Indien als gevolg van een andere
installatie niet aan de juiste ventilatie-
eisen wordt voldaan, zal het apparaat
correct functioneren, maar kan het
energieverbruik licht stijgen.
Het moet mogelijk zijn het
apparaat van de
hoofdstroomtoevoer af te
halen. De stekker moet
daarom na installatie
gemakkelijk toegankelijk zijn.
3.3 Positionering
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik
als een ingebouwd apparaat.
Dit apparaat moet in een droge, goed
geventileerde positie binnenshuis
worden geïnstalleerd.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik bij
een omgevingstemperatuur van 10°C tot
43°C. De juiste werking van het apparaat
kan alleen worden gegarandeerd binnen
het opgegeven temperatuurbereik.
Als u twijfels hebt over waar
het apparaat te installeren,
raadpleeg dan de verkoper,
de klantenservice of de
dichstsbijzijnde erkende
servicedienst.
3.4 Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat
het voltage en de frequentie op het
typeplaatje overeenkomen met de
stroomtoevoer in uw huis.
Dit apparaat moet worden
aangesloten op een geaard
stopcontact. De netsnoerstekker is
voorzien van een contact voor dit
doel. Als het stopcontact niet geaard
is, sluit het apparaat dan aan op een
afzonderlijk aardepunt, in
overeenstemming met de geldende
regels. Raadpleeg hiervoor een
gekwalificeerd elektricien.
De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden als bovenstaande
veiligheidsvoorschriften niet
opgevolgd worden.
Dit apparaat voldoet aan de EEG -
richtlijnen.
3.5 Installatiegids handgreep
1. Haal de handgreepbasis en 4
schroeven uit de plastic zak.
2. Plaats de handgreep in positie
volgens de afbeelding. Gebruik een
Philips-schroevendraaier om de
handgreepbasis aan het deksel te
bevestigen.
3. Haal de handgreepcover uit de
plastic zak. Druk die naar de
voorzijde van de handgreepbasis.
Zorg ervoor dat de bevestigingen van
de handgreepcover uitgelijnd zijn met
de montagegaten van de
handgreepbasis.
www.aeg.com8
Open en sluit het deksel meerdere malen
om er zeker van te zijn dat de handgreep
goed vastzit.
4. ALGEMEEN OVERZICHT
4.1 Beschrijving van het apparaat
1
5
2
3
4
1
Handgreep
2
Mand
3
Bedieningspaneel
4
Buitenste aftapplug
5
Wiel
NEDERLANDS 9
5. BEDIENINGSPANEEL
5.1 Bedieningspaneel
1
2 3 4
1
Controlelampje temperatuur
2
Toets om de temperatuur in te stellen
-
3
Toets om de temperatuur in te stellen
+
4
SUPER -toets
5.2 AAN/UIT schakelen
1. Steek de stekker in het stopcontact
om het apparaat in te schakelen.
2. Als de controlelampjes uit zijn, drukt
u tegelijkertijd gedurende 3 seconden
op "+" en "SUPER" om het apparaat
in te schakelen.
3. Druk gedurende 3 seconden op "+"
en "SUPER” om het apparaat uit te
schakelen.
5.3 Temperatuurregeling
U kunt een temperatuur tussen de -14°C
en -22°C instellen. We raden u aan de
temperatuur in te stellen op -18 °C. Op
deze temperatuur wordt het voedsel
goed ingevroren en geconserveerd.
Om de temperatuur in te stellen:
Druk op de knop "+" of "-” om de
gewenste temperatuur in te stellen.
De exacte instelling moet echter gekozen
worden rekening houdend met het feit
dat de temperatuur in het apparaat
afhankelijk is van:
kamertemperatuur
hoe vaak het deksel wordt geopend
de hoeveelheid voedsel die wordt
bewaard
de plaats van het apparaat.
5.4 SUPER -functie
De SUPER-functie versnelt het invriezen
van vers voedsel en beschermt
tegelijkertijd voedsel dat reeds is
geconserveerd tegen ongewenste
opwarming.
1. Druk op toets SUPER om de functie
in te schakelen.
Het "SF"-bericht knippert gedurende 5
seconden op het scherm en de functie
wordt geactiveerd.
2. Om de functie SUPER te stoppen,
drukt u nogmaals op de knop
SUPER.
De SUPER-functie stopt automatisch na
52 uur en dan gaat de temperatuur terug
naar de vorige instelling.
5.5 Vergendelmodus
Voor het vergrendelen/ontgrendelen van
de knoppen, drukt u tegelijkertijd op “+”
en “-” gedurende 3 seconden.
5.6 Alarm bij hoge
temperatuur
Wanneer de temperatuur continu hoger
is dan -8°C, klinkt er een hoorbaar alarm
en verschijnt het "HT"-symbool op het
display.
Om het alarm uit te schakelen, stelt u
een lagere temperatuur in het apparaat
in. Raadpleeg "Bedieningspaneel/
Temperatuurregeling".
www.aeg.com10
6. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE
KEER GEBRUIKT
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
6.1 De binnenkant
schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste
keer gebruikt, wast u de binnenkant en
de interne accessoires met lauwwarm
water en een beetje neutrale zeep om de
typische geur van een nieuw product
weg te nemen. Droog daarna grondig af.
LET OP!
Gebruik geen
reinigingsmiddelen,
schuurpoeders, chloor of
reinigers op oliebasis. Deze
beschadigen de afwerking.
6.2 Elektrische aansluiting
Wanneer u het apparaat aansluit op de
voeding of wanneer het na een
stroomstoring aangaat, knipperen alle
indicatielampjes eenmaal. Vervolgens
keert het apparaat terug naar de vorige
instelling.
7. DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
7.1 Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het
invriezen van vers voedsel en om
diepvriesvoedsel langere tijd te bewaren.
De maximale hoeveelheid voedsel die in
24 uur kan worden ingevroren wordt
aangegeven op het typeplaatje (zie
"Technische gegevens").
Start de SUPER-functie 24
uur voordat u voedsel in het
apparaat plaatst.
Het invriesproces duurt 24 uur: vries
tijdens deze periode geen ander voedsel
in.
7.2 Het bewaren van
ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na
een periode dat het niet gebruikt is
inschakelt, dient u het apparaat minstens
24 uur op een hoge instelling te laten
werken voordat u er producten in plaatst.
U kunt het mandje
verwijderen om meer
opbergruimte te krijgen.
LET OP!
In het geval van onbedoelde
ontdooiing, bijvoorbeeld als
de stroom langer is
uitgevallen dan de duur die
op de kaart met technische
kenmerken onder "maximale
bewaartijd bij stroomuitval" is
vermeld, moet het ontdooide
voedsel snel geconsumeerd
worden of onmiddellijk
bereid worden en dan weer
worden ingevroren (nadat
het afgekoeld is).
7.3 Ontdooien
Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt
u, voordat het gebruikt wordt, in het
koelkast of op kamertemperatuur laten
NEDERLANDS 11
ontdooien, afhankelijk van de
hoeveelheid tijd die hiervoor nodig is.
Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks
vanuit de vriezer gekookt worden: in dit
geval duurt het koken langer.
8. AANWIJZINGEN EN TIPS
8.1 Tips voor
energiebesparing
De interne configuratie van het
apparaat zorgt voor het meest
efficiënte energiegebruik.
Het deksel niet te vaak openen of
langer open laten dan noodzakelijk.
Hoe kouder de temperatuurinstelling,
hoe hoger het energieverbruik.
Zorg voor een goede ventilatie. Dek
de ventilatieroosters of -gaten niet af.
8.2 Tips voor het invriezen
Activeer de SUPER-functie ten minste
24 uur voordat u het voedsel in het
vriesvak legt.
Vóór het invriezen verpakken en
verzegelen van vers voedsel in:
aluminiumfolie, plastic folie of zakken,
luchtdichte containers met deksel.
Verdeel voor efficiënter invriezen en
ontdooien het voedsel in kleine
porties.
Het wordt aanbevolen om etiketten en
datums op al uw diepvriesproducten
te plakken. Dit zal helpen
voedingsmiddelen te identificeren en
te weten wanneer ze moeten worden
gebruikt voordat ze bederven.
Het voedsel moet vers zijn wanneer
het wordt ingevroren om een goede
kwaliteit te behouden. Vooral
groenten en fruit moeten na de oogst
worden ingevroren om al hun
voedingsstoffen te behouden.
Flessen of blikken met vloeistoffen
niet invriezen, in het bijzonder
dranken die kooldioxide bevatten - ze
kunnen exploderen tijdens het
invriezen.
Plaats geen warm voedsel in het
koelvak. Koel het af bij
kamertemperatuur voordat u het in
het vak plaatst.
Om te voorkomen dat de temperatuur
van al ingevroren voedsel toeneemt,
dient u vers voedsel hier niet direct
naast te plaatsen. Plaats voedsel op
kamertemperatuur in het deel van het
vriesvak waar geen bevroren voedsel
is.
IJsblokjes, ingevroren water of
waterijsjes niet meteen nadat ze uit
de vriezer zijn gehaald opeten.
Gevaar voor bevriezing.
Ontdooid voedsel niet opnieuw
invriezen. Als het voedsel ontdooid is,
kook het dan, koel het af en vries het
dan in.
8.3 Tips voor het bewaren
van ingevroren voedsel
Een goede temperatuurinstelling die
de conservering van ingevroren
voedsel garandeert is een
temperatuur lager dan of gelijk aan
-18°C.
Een hogere temperatuurinstelling in
het apparaat kan leiden tot een
kortere houdbaarheid.
Het hele vriesvak is geschikt voor de
opslag van diepvriesproducten.
Laat voldoende ruimte rond het
voedsel om de lucht vrij te laten
circuleren.
Raadpleeg voor adequate opslag het
etiket van de voedselverpakking om
de houdbaarheid van voedsel te
bekijken.
Het is belangrijk om het voedsel
zodanig in te pakken dat er geen
water, vocht of condensatie in kan
komen.
8.4 Winkeltips
Na het boodschappen doen:
Zorg ervoor dat de verpakking niet
beschadigd is - het voedsel kan
bedorven zijn. Als de verpakking
gezwollen of nat is, is deze mogelijk
niet in de optimale omstandigheden
opgeslagen en is het ontdooien
mogelijk al begonnen.
Om het ontdooiproces te beperken,
koopt u diepvriesproducten aan het
www.aeg.com12
einde van uw boodschappen en
vervoert u ze in een thermische en
geïsoleerde koeltas.
Plaats de diepvriesproducten
onmiddellijk na terugkomst uit de
winkel in de vriezer.
Als voedsel zelfs gedeeltelijk ontdooid
is, mag u het niet opnieuw invriezen.
Consumeer het zo snel mogelijk.
Respecteer de vervaldatum en de
bewaarinformatie op de verpakking.
8.5 Houdbaarheid
Soort gerecht Houdbaarheid
(maanden)
Brood 3
Fruit (met uitzondering van citrusvruchten) 6 - 12
Groenten 8 - 10
Restjes zonder vlees 1 - 2
Zuivelproducten:
Boter
Zachte kaas (bijv. mozzarella)
Harde kaas (bijv. parmezaanse kaas, cheddar)
6 - 9
3 - 4
6
Vis/Zeevruchten:
Vette vis (bv. zalm, makreel)
Magere vis (bv. kabeljauw, bot)
Garnalen
Schelpdieren en mosselen
Gekookte vis
2 - 3
4 - 6
12
3 - 4
1 - 2
Vlees:
Gevogelte
Rundvlees
Varkensvlees
Lamsvlees
Worst
Ham
Restjes met vlees
9 - 12
6 - 12
4 - 6
6 - 9
1 - 2
1 - 2
2 - 3
9. ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
9.1 Reiniging
LET OP!
Voordat u welke
onderhoudshandeling dan
ook verricht, de stekker uit
het stopcontact trekken.
NEDERLANDS 13
Gebruik geen
schoonmaakmiddelen,
schuurmiddelen, sterk
geparfumeerde
schoonmaakproducten of
boenwas om de binnenkant
van het apparaat schoon te
maken
Gebruik geen stoomreiniger
om het apparaat schoon te
maken.
Zorg ervoor dat u het
koelsysteem niet beschadigt.
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel,
wikkel het in een paar lagen
krantenpapier en leg het op een
koele plaats.
3. Maak het apparaat en toebehoren
regelmatig schoon met warm water
en neutrale zeep
Maak de afsluiting van het deksel
voorzichtig schoon
4. Maak het apparaat volledig droog
5. Steek de stekker in het stopcontact.
6. Schakel het apparaat in.
7. Stel de temperatuur in op MAX en
sluit het deksel. Wacht twee of drie
uur voordat u eerder verwijderd
voedsel opnieuw in het apparaat
plaatst.
8. Stel de temperatuur in op de
gewenste instelling.
9.2 De vriezer ontdooien
LET OP!
Gebruik nooit scherpe
metalen gereedschappen
om rijp af te schrapen omdat
u hiermee het apparaat kunt
beschadigen.
Gebruik geen mechanische
hulpmiddelen of kunstgrepen
om het ontdooiproces te
versnellen.
Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag
een dikte van ongeveer 10-15 mm
bereikt heeft.
1. Schakel het apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel,
wikkel het in een paar lagen
krantenpapier en leg het op een
koele plaats.
3. Verwijder de aftapplug uit de
binnenkant van het apparaat.
4. Laat het deksel open.
5. Plaats een bak onder de buitenste
aftapplug.
6. Trek de buitenste aftapplug eruit.
7. Draai de aftapplug 180 graden om
het aftapwater in de bak te laten
stromen.
Zorg ervoor dat het water
niet uit de bak komt.
8. Reinig het interieur en droog het
grondig.
9. Schakel het apparaat in.
10. Stel de temperatuur in op een hogere
instelling en sluit het deksel. Wacht
twee of drie uur voordat u eerder
verwijderd voedsel opnieuw in het
apparaat plaatst.
11. Stel de temperatuur in op de
gewenste instelling.
www.aeg.com14
10. PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING!
Raadpleeg de hoofdstukken
Veiligheid.
10.1 Wat moet u doen als...
Er kunnen geluiden optreden tijdens de werking van het apparaat (bijv.
borrelen, zoemen, kraken of klikken). Dit is normaal.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt niet. Het apparaat is uitgescha‐
keld.
Schakel het apparaat in.
De stekker zit niet goed in
het stopcontact.
Controleer of de stekker van
het apparaat correct in het
stopcontact zit.
Er staat geen spanning op
het stopcontact.
Sluit het apparaat aan op
een ander stopcontact.
Neem contact op met een
gekwalificeerde elektricien.
Het apparaat maakt lawaai. Het apparaat is niet stevig
en stabiel geplaatst.
Controleer of het apparaat
stabiel staat. Raadpleeg het
hoofdstuk "Installatie/Loca‐
tie".
Het apparaat staat tegen de
muur of andere voorwerpen.
Verplaats het apparaat licht‐
jes. Raadpleeg het hoofd‐
stuk "Installatie/Locatie".
Het symbool "E0" en de hui‐
dige temperatuur worden af‐
wisselend weergegeven.
Probleem met de tempera‐
tuursensor.
Neem contact op met het er‐
kende servicecentrum.
Het deksel sluit niet volledig. Het deksel wordt geblok‐
keerd door voedselverpak‐
kingen.
Rangschik de pakketten op
de juiste manier.
Er is te veel vorst in het ap‐
paraat.
Ontdooi het apparaat. Raad‐
pleeg het hoofdstuk "Onder‐
houd en reiniging/Ontdooien
van het apparaat".
Het deksel gaat moeilijk
open.
De pakking van het deksel is
vuil of plakkerig.
Maak de pakking van het
deksel schoon.
Het lampje werkt niet. Het lampje is stuk. Neem contact op met het er‐
kende servicecentrum om
de led-lamp te vervangen.
NEDERLANDS 15
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De compressor werkt conti‐
nu.
De temperatuur is fout inge‐
steld.
Raadpleeg het hoofdstuk
"Bedieningspaneel/Tempe‐
ratuurregeling".
Er zijn grote hoeveelheden
voedsel tegelijk in de vriezer
geplaatst.
Wacht een paar uur en con‐
troleer dan nogmaals de
temperatuur.
De kamertemperatuur is te
hoog.
Raadpleeg het klimaatklas‐
sendiagram op het typepla‐
tje of het hoofdstuk "Installa‐
tie/Positionering".
Het voedsel dat in het appa‐
raat werd geplaatst, was te
warm.
Laat voedsel afkoelen tot
kamertemperatuur voordat u
het opslaat.
Het deksel is niet goed ge‐
sloten.
Controleer of het deksel
goed sluit en de pakkingen
niet beschadigd of vuil zijn.
De functie SUPER is inge‐
schakeld.
Raadpleeg het hoofdstuk
"Bedieningspaneel/SU‐
PERwerking".
Er is te veel vorst en ijs. Het deksel is niet correct ge‐
sloten of de pakking is ver‐
vormd/vies.
Controleer of het deksel
goed sluit en de pakkingen
niet beschadigd of vuil zijn.
De temperatuur is fout inge‐
steld.
Raadpleeg het hoofdstuk
"Bedieningspaneel/Tempe‐
ratuurregeling".
De compressor start niet on‐
middellijk na het drukken op
de SUPER of na het veran‐
deren van de temperatuur.
Dit is normaal, er is geen
storing.
De compressor start na eni‐
ge tijd.
De temperatuur in het appa‐
raat is te laag/hoog.
De temperatuurknop is niet
goed ingesteld.
Stel een hogere/lagere tem‐
peratuur in.
Het deksel is niet goed ge‐
sloten.
Controleer of het deksel
goed sluit en de pakkingen
niet beschadigd of vuil zijn.
De temperatuur van het pro‐
duct is te hoog.
Laat voedsel afkoelen tot
kamertemperatuur voordat u
het opslaat.
Er worden veel producten te‐
gelijk bewaard.
Bewaar minder producten
tegelijk.
www.aeg.com16
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De dikte van de rijp is meer
dan 4-5 mm.
Ontdooi het apparaat. Raad‐
pleeg het hoofdstuk "Onder‐
houd en reiniging/Ontdooien
van het apparaat".
Het deksel werd te vaak ge‐
opend.
Open het deksel alleen als
het nodig is.
De functie SUPER is inge‐
schakeld.
Raadpleeg het hoofdstuk
"Bedieningspaneel/SU‐
PERwerking".
In te vriezen producten zijn
te dicht bij elkaar geplaatst.
Zorg ervoor dat er koude
luchtcirculatie in het appa‐
raat is.
Het apparaat bevindt zich in
de buurt van de warmtebron.
Raadpleeg het hoofdstuk
"Installatie/Locatie".
Als het apparaat nog steeds niet naar behoren werkt na uitvoeren van de
bovenstaande controles, neem dan contact op met het dichtstbijzijnde erkende
servicecentrum.
Geef het model en serienummer van uw apparaat op wanneer u contact opneemt met
het erkende servicecentrum. Dit zal de ontvangen hulp versnellen.
NEDERLANDS 17
11. GELUIDEN
SSSRRR!
CLICK!
HISSS!
BRRR!
BLUBB!
12. TECHNISCHE GEGEVENS
De technische gegevens staan op het
typeplaatje aan de binnenkant van het
apparaat en op het energielabel.
De QR-code op het energielabel dat bij
het apparaat wordt geleverd, biedt een
weblink naar de informatie gerelateerd
aan de prestaties van het apparaat
in de EU-EPREL-database. Bewaar het
energielabel ter referentie samen met
de gebruikershandleiding en alle andere
documenten die bij dit apparaat worden
geleverd.
Het is ook mogelijk om dezelfde
informatie in EPREL te vinden via de link
https://eprel.ec.europa.eu
en de
modelnaam en het productnummer die u
vindt op het typeplaatje van het
apparaat.
Zie de link
www.theenergylabel.eu
voor
gedetailleerde informatie over het
energielabel.
13. AANWIJZINGEN VOOR TESTINSTITUTEN
De installatie en voorbereiding van het
toestel voor elke EcoDesign-verificatie
moet in overeenstemming zijn met EN
62552. De ventilatievoorschriften, de
afmetingen van de uitsparingen en de
minimale open afstanden aan de
achterzijde moeten voldoen aan de
voorschriften van deze
gebruikershandleiding in hoofdstuk 3.
Neem contact op met de fabrikant voor
verdere informatie, inclusief laadplannen.
www.aeg.com18
14. MILIEUBESCHERMING
Recycleer de materialen met het
symbool . Gooi de verpakking in een
geschikte afvalcontainer om het te
recycleren. Bescherm het milieu en de
volksgezondheid en recycleer op een
correcte manier het afval van elektrische
en elektronische apparaten. Gooi
apparaten gemarkeerd met het symbool
niet weg met het huishoudelijk afval.
Breng het product naar het milieustation
bij u in de buurt of neem contact op met
de gemeente.
NEDERLANDS 19

Documenttranscriptie

2 www.aeg.com INHOUDSOPGAVE 1. VEILIGHEIDSINFORMATIE................................................................................. 2 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN........................................................................ 4 3. MONTAGE ........................................................................................................... 7 4. ALGEMEEN OVERZICHT.................................................................................... 9 5. BEDIENINGSPANEEL........................................................................................10 6. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT........... 11 7. DAGELIJKS GEBRUIK....................................................................................... 11 8. AANWIJZINGEN EN TIPS.................................................................................. 12 9. ONDERHOUD EN REINIGING...........................................................................13 10. PROBLEEMOPLOSSING................................................................................. 15 11. GELUIDEN........................................................................................................18 12. TECHNISCHE GEGEVENS..............................................................................18 13. AANWIJZINGEN VOOR TESTINSTITUTEN.................................................... 18 VOOR PERFECTE RESULTATEN Bedankt dat u voor dit AEG-product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben. Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt profiteren. Ga naar onze website voor: Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen, onderhouds- en reparatie-informatie: www.aeg.com/support Registreer uw product voor een betere service: www.registeraeg.com Koop accessoires, verbruiksartikelen en originele reserveonderdelen voor uw apparaat: www.aeg.com/shop KLANTENSERVICE Gebruik altijd originele onderdelen. Als u contact opneemt met de klantenservice zorg dat u de volgende gegevens bij de hand hebt: Model, productnummer, serienummer. De informatie staat op het typeplaatje. Waarschuwing / Belangrijke veiligheidsinformatie Algemene informatie en tips Milieu‑informatie Wijzigingen voorbehouden. 1. VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is NEDERLANDS 3 niet verantwoordelijk voor verwondingen of schade die voortvloeit uit de onjuiste installatie of het onjuiste gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige, toegankelijke plek voor toekomstig gebruik. 1.1 Veiligheid van kinderen en kwetsbare mensen • • • • • • Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Kinderen tussen de 3 en 8 jaar oud en personen met zware en complexe beperkingen dienen altijd uit de buurt van het apparaat te worden gehouden, tenzij ze voortdurend onder toezicht staan. Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, mits zij voortdurend onder toezicht staan, bij het apparaat uit de buurt te worden gehouden. Laat kinderen niet met het apparaat spelen. Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren. Houd alle verpakkingen uit de buurt van kinderen en verwijder ze op gepaste wijze. 1.2 Algemene veiligheid • • Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke en soortgelijke toepassingen, zoals: – boerderijen, personeelskeukens in winkels, kantoren of andere werkomgevingen; – Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en andere woonomgevingen. Neem de volgende instructies in acht om besmetting van voedsel te voorkomen: – open de deur niet gedurende lange perioden; 4 www.aeg.com reinig regelmatig oppervlakken die in contact kunnen komen met voedsel en toegankelijke afwateringssystemen; WAARSCHUWING: Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies; dit geldt zowel voor losstaande als ingebouwde modellen. WAARSCHUWING: Gebruik geen mechanische of andere middelen om het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de fabrikant zijn aanbevolen. WAARSCHUWING: Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt. WAARSCHUWING: Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast, tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen. Gebruik geen waterstralen en stoom om het apparaat te reinigen. Maak het apparaat schoon met een vochtige zachte doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen. Als het apparaat lange tijd leeg is, schakel het dan uit, ontdooi, reinig en droog het en laat de deur open om te voorkomen dat er schimmel in het apparaat ontstaat. Bewaar geen explosieve stoffen zoals spuitbussen met een ontvlambaar drijfgas in dit apparaat. Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen. – • • • • • • • • • 2. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 2.1 Installatie WAARSCHUWING! Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren. • • • • Verwijder alle verpakkingsmaterialen. Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat. Volg de installatie-instructies die zijn meegeleverd met het apparaat. Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat, want het is zwaar. Gebruik NEDERLANDS • • • • • • • • altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel. Zorg ervoor dat rond het apparaat lucht kan circuleren. Bij de eerste installatie of na het omdraaien van de deur moet u minstens 4 uur wachten voordat u het apparaat op de stroom aansluit. Hierdoor kan de olie terug in de compressor stromen. Trek de stekker uit het stopcontact voordat u handelingen aan het apparaat uitvoert (bijv. het omdraaien van de deur). Installeer het apparaat niet in de nabijheid van radiatoren, fornuizen, ovens of kookplaten. Stel het apparaat niet bloot aan regen. Installeer het apparaat niet op een plaats met direct zonlicht. Installeer dit apparaat niet in ruimtes die te vochtig of te koud zijn. Til de voorkant van het apparaat op als u hem wilt verplaatsen, om krassen op de vloer te voorkomen. 2.2 Aansluiting op het elektriciteitsnet WAARSCHUWING! Gevaar voor brand en elektrische schokken. WAARSCHUWING! Zorg er bij het plaatsen van het apparaat voor dat het stroomsnoer niet klem zit of wordt beschadigd. WAARSCHUWING! Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren. • • • • Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. Zorg ervoor dat de parameters op het vermogensplaatje overeenkomen met elektrische vermogen van de netstroom. Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schokbestendig stopcontact. Zorg dat u de elektrische onderdelen (hoofdstekker, kabel, compressor) • • • 5 niet beschadigt. Neem contact met de erkende servicedienst of een elektricien om de elektrische onderdelen te wijzigen. De stroomkabel moet lager blijven dan het niveau van de stopcontact. Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is. Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker. 2.3 Gebruik WAARSCHUWING! Gevaar op letsel, brandwonden of elektrische schokken. Het apparaat bevat ontvlambaar gas, isobutaan (R600a), een aardgas met een hoge ecologische compatibiliteit. Zorg ervoor dat u het koelcircuit dat isobutaan bevat, niet beschadigt. • • • • • • • • De specificatie van dit apparaat niet wijzigen. Plaats geen elektrische apparaten (bijv. ijsmachines) in het apparaat tenzij uitdrukkelijk geschikt verklaard door de fabrikant. Als er schade aan het koelcircuit optreedt, zorg er dan voor dat er zich geen vlammen en andere ontstekingsbronnen in de kamer bevinden. Lucht de ruimte indien dit gebeurt. Zet geen hete items op de kunststofonderdelen van het apparaat. Plaats geen koolzuurhoudende dranken in het vriesvak. Dit zal extra druk in de drankfles veroorzaken. Bewaar geen ontvlambare gassen en vloeistoffen in het apparaat. Plaats geen ontvlambare producten of items die vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. Raak de compressor of condensator niet aan. Ze zijn heet. 6 www.aeg.com • • • • Zorg ervoor dat u nooit met natte of vochtige handen items uit het vriesvak verwijderd of aanraakt. Vries ontdooide voedingswaren nooit opnieuw in. Bewaar de voedingswaren volgens de instructies op de verpakking. Wikkel het voedsel in eender welk contactmateriaal voor voedsel alvorens het in het vriesvak te plaatsen. 2.4 Binnenverlichting 2.6 Service • • • WAARSCHUWING! Gevaar voor elektrische schokken. • Met betrekking tot de lamp(en) in dit product en reservelampen die afzonderlijk worden verkocht: Deze lampen zijn bedoeld om bestand te zijn tegen extreme fysieke omstandigheden in huishoudelijke apparaten, zoals temperatuur, trillingen, vochtigheid, of zijn bedoeld om informatie te geven over de operationele status van het apparaat. Ze zijn niet bedoeld voor gebruik in andere toepassingen en zijn niet geschikt voor verlichting in huishoudelijke ruimten. 2.5 Onderhoud en reiniging WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat. • • • Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcontact voordat u onderhoudshandelingen verricht. Het koelcircuit van dit apparaat bevat koolwaterstoffen. Enkel bevoegde personen mogen de eenheid onderhouden en herladen. Controleer regelmatig de afvoer van het apparaat en reinig het indien nodig. Indien de afvoer verstopt is, zal er water op de bodem van het apparaat liggen. • Neem contact op met de erkende servicedienst voor reparatie van het apparaat. Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen. Houd er rekening mee dat zelfreparatie of niet-professionele reparatie gevolgen kan hebben voor de veiligheid en de garantie kan doen vervallen. De volgende reserveonderdelen zijn beschikbaar gedurende 7 jaar nadat het model is stopgezet: thermostaten, temperatuursensoren, printplaten, lichtbronnen, deurklinken, deurscharnieren, trays en manden. Houd er rekening mee dat sommige van deze reserveonderdelen alleen beschikbaar zijn voor professionele reparateurs en dat niet alle reserveonderdelen relevant zijn voor alle modellen. Deurpakkingen zijn beschikbaar tot 10 jaar nadat het model is stopgezet. 2.7 Verwijdering WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of verstikking. • • • • • • Haal de stekker uit het stopcontact. Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit weg. Verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen en huisdieren opgesloten raken in het apparaat. Het koelcircuit en de isolatiematerialen van dit apparaat zijn ozonvriendelijk. Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen. Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat. Veroorzaak geen schade aan het deel van de koeleenheid dat zich naast de warmtewisselaar bevindt. NEDERLANDS 7 3. MONTAGE WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 3.1 Afmetingen W1 H1 H2 D1 85° H3 W2 D2 Totale afmetingen1) Totale ruimte die nodig is bij gebruik1) H1 mm 845 W1 mm 1120 D1 mm 700 1) de breedte, hoogte en diepte van het apparaat zonder de handgreep en de voeten Benodigde ruimte in gebruik1) W2 mm 1320 D2 mm 850 1) de hoogte, breedte en diepte van het apparaat inclusief de handgreep, plus de ruimte die nodig is voor de vrije circulatie van de koellucht, plus de ruimte die nodig is om de deur te openen tot de minimale hoek waardoor alle interne apparatuur kan worden verwijderd H2 mm 945 3.2 Locatie W2 mm 1320 D2 mm 850 Het apparaat moet goed worden geïnstalleerd uit de buurt van warmtebronnen, zoals radiatoren, boilers, direct zonlicht, enz. 1) de hoogte, breedte en diepte van het apparaat inclusief de handgreep, plus de ruimte die nodig is voor de vrije circulatie van de koellucht Totale ruimte die nodig is bij gebruik1) H3 mm 1532 • • Plaats het apparaat horizontaal op een stevige ondergrond. Zorg ervoor dat het apparaat waterpas staat en op alle vier de voeten staat. Deze stand kan bereikt worden met de twee afstelbare voetjes die aan de voorkant en 8 www.aeg.com • • onderkant van het apparaat bevestigd zijn. Plaats het apparaat niet onder overhangende wandunits om de beste prestaties te bereiken. Zorg ervoor dat rond het apparaat lucht vrij kan circuleren. Indien als gevolg van een andere installatie niet aan de juiste ventilatieeisen wordt voldaan, zal het apparaat correct functioneren, maar kan het energieverbruik licht stijgen. Het moet mogelijk zijn het apparaat van de hoofdstroomtoevoer af te halen. De stekker moet daarom na installatie gemakkelijk toegankelijk zijn. • • De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden als bovenstaande veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd worden. Dit apparaat voldoet aan de EEG richtlijnen. 3.5 Installatiegids handgreep 1. Haal de handgreepbasis en 4 schroeven uit de plastic zak. 2. Plaats de handgreep in positie volgens de afbeelding. Gebruik een Philips-schroevendraaier om de handgreepbasis aan het deksel te bevestigen. 3.3 Positionering Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik als een ingebouwd apparaat. Dit apparaat moet in een droge, goed geventileerde positie binnenshuis worden geïnstalleerd. Dit apparaat is bedoeld voor gebruik bij een omgevingstemperatuur van 10°C tot 43°C. De juiste werking van het apparaat kan alleen worden gegarandeerd binnen het opgegeven temperatuurbereik. Als u twijfels hebt over waar het apparaat te installeren, raadpleeg dan de verkoper, de klantenservice of de dichstsbijzijnde erkende servicedienst. 3.4 Elektrische aansluiting • • Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met de stroomtoevoer in uw huis. Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. De netsnoerstekker is voorzien van een contact voor dit doel. Als het stopcontact niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de geldende regels. Raadpleeg hiervoor een gekwalificeerd elektricien. 3. Haal de handgreepcover uit de plastic zak. Druk die naar de voorzijde van de handgreepbasis. Zorg ervoor dat de bevestigingen van de handgreepcover uitgelijnd zijn met de montagegaten van de handgreepbasis. NEDERLANDS Open en sluit het deksel meerdere malen om er zeker van te zijn dat de handgreep goed vastzit. 4. ALGEMEEN OVERZICHT 4.1 Beschrijving van het apparaat 1 2 3 5 4 1 Handgreep 2 Mand 3 Bedieningspaneel 4 Buitenste aftapplug 5 Wiel 9 10 www.aeg.com 5. BEDIENINGSPANEEL 5.1 Bedieningspaneel 1 2 3 4 De exacte instelling moet echter gekozen worden rekening houdend met het feit dat de temperatuur in het apparaat afhankelijk is van: • kamertemperatuur • hoe vaak het deksel wordt geopend • de hoeveelheid voedsel die wordt bewaard • de plaats van het apparaat. 5.4 SUPER -functie De SUPER-functie versnelt het invriezen van vers voedsel en beschermt tegelijkertijd voedsel dat reeds is geconserveerd tegen ongewenste opwarming. 1 Controlelampje temperatuur 2 Toets om de temperatuur in te stellen 3 Toets om de temperatuur in te stellen + 4 SUPER -toets 5.2 AAN/UIT schakelen 1. Steek de stekker in het stopcontact om het apparaat in te schakelen. 2. Als de controlelampjes uit zijn, drukt u tegelijkertijd gedurende 3 seconden op "+" en "SUPER" om het apparaat in te schakelen. 3. Druk gedurende 3 seconden op "+" en "SUPER” om het apparaat uit te schakelen. 5.3 Temperatuurregeling U kunt een temperatuur tussen de -14°C en -22°C instellen. We raden u aan de temperatuur in te stellen op -18 °C. Op deze temperatuur wordt het voedsel goed ingevroren en geconserveerd. Om de temperatuur in te stellen: Druk op de knop "+" of "-” om de gewenste temperatuur in te stellen. 1. Druk op toets SUPER om de functie in te schakelen. Het "SF"-bericht knippert gedurende 5 seconden op het scherm en de functie wordt geactiveerd. 2. Om de functie SUPER te stoppen, drukt u nogmaals op de knop SUPER. De SUPER-functie stopt automatisch na 52 uur en dan gaat de temperatuur terug naar de vorige instelling. 5.5 Vergendelmodus Voor het vergrendelen/ontgrendelen van de knoppen, drukt u tegelijkertijd op “+” en “-” gedurende 3 seconden. 5.6 Alarm bij hoge temperatuur Wanneer de temperatuur continu hoger is dan -8°C, klinkt er een hoorbaar alarm en verschijnt het "HT"-symbool op het display. Om het alarm uit te schakelen, stelt u een lagere temperatuur in het apparaat in. Raadpleeg "Bedieningspaneel/ Temperatuurregeling". NEDERLANDS 11 6. VOORDAT U HET APPARAAT VOOR DE EERSTE KEER GEBRUIKT WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 6.1 De binnenkant schoonmaken Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt, wast u de binnenkant en de interne accessoires met lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de typische geur van een nieuw product weg te nemen. Droog daarna grondig af. 6.2 Elektrische aansluiting Wanneer u het apparaat aansluit op de voeding of wanneer het na een stroomstoring aangaat, knipperen alle indicatielampjes eenmaal. Vervolgens keert het apparaat terug naar de vorige instelling. LET OP! Gebruik geen reinigingsmiddelen, schuurpoeders, chloor of reinigers op oliebasis. Deze beschadigen de afwerking. 7. DAGELIJKS GEBRUIK WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 7.1 Vers voedsel invriezen Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers voedsel en om diepvriesvoedsel langere tijd te bewaren. De maximale hoeveelheid voedsel die in 24 uur kan worden ingevroren wordt aangegeven op het typeplaatje (zie "Technische gegevens"). Start de SUPER-functie 24 uur voordat u voedsel in het apparaat plaatst. Het invriesproces duurt 24 uur: vries tijdens deze periode geen ander voedsel in. 7.2 Het bewaren van ingevroren voedsel Als u het apparaat voor het eerst of na een periode dat het niet gebruikt is inschakelt, dient u het apparaat minstens 24 uur op een hoge instelling te laten werken voordat u er producten in plaatst. U kunt het mandje verwijderen om meer opbergruimte te krijgen. LET OP! In het geval van onbedoelde ontdooiing, bijvoorbeeld als de stroom langer is uitgevallen dan de duur die op de kaart met technische kenmerken onder "maximale bewaartijd bij stroomuitval" is vermeld, moet het ontdooide voedsel snel geconsumeerd worden of onmiddellijk bereid worden en dan weer worden ingevroren (nadat het afgekoeld is). 7.3 Ontdooien Diepgevroren of ingevroren voedsel kunt u, voordat het gebruikt wordt, in het koelkast of op kamertemperatuur laten 12 www.aeg.com ontdooien, afhankelijk van de hoeveelheid tijd die hiervoor nodig is. Kleine stukken kunnen zelfs rechtstreeks vanuit de vriezer gekookt worden: in dit geval duurt het koken langer. 8. AANWIJZINGEN EN TIPS 8.1 Tips voor energiebesparing • • • • De interne configuratie van het apparaat zorgt voor het meest efficiënte energiegebruik. Het deksel niet te vaak openen of langer open laten dan noodzakelijk. Hoe kouder de temperatuurinstelling, hoe hoger het energieverbruik. Zorg voor een goede ventilatie. Dek de ventilatieroosters of -gaten niet af. • • kamertemperatuur in het deel van het vriesvak waar geen bevroren voedsel is. IJsblokjes, ingevroren water of waterijsjes niet meteen nadat ze uit de vriezer zijn gehaald opeten. Gevaar voor bevriezing. Ontdooid voedsel niet opnieuw invriezen. Als het voedsel ontdooid is, kook het dan, koel het af en vries het dan in. 8.2 Tips voor het invriezen 8.3 Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel • • • • • • • • • Activeer de SUPER-functie ten minste 24 uur voordat u het voedsel in het vriesvak legt. Vóór het invriezen verpakken en verzegelen van vers voedsel in: aluminiumfolie, plastic folie of zakken, luchtdichte containers met deksel. Verdeel voor efficiënter invriezen en ontdooien het voedsel in kleine porties. Het wordt aanbevolen om etiketten en datums op al uw diepvriesproducten te plakken. Dit zal helpen voedingsmiddelen te identificeren en te weten wanneer ze moeten worden gebruikt voordat ze bederven. Het voedsel moet vers zijn wanneer het wordt ingevroren om een goede kwaliteit te behouden. Vooral groenten en fruit moeten na de oogst worden ingevroren om al hun voedingsstoffen te behouden. Flessen of blikken met vloeistoffen niet invriezen, in het bijzonder dranken die kooldioxide bevatten - ze kunnen exploderen tijdens het invriezen. Plaats geen warm voedsel in het koelvak. Koel het af bij kamertemperatuur voordat u het in het vak plaatst. Om te voorkomen dat de temperatuur van al ingevroren voedsel toeneemt, dient u vers voedsel hier niet direct naast te plaatsen. Plaats voedsel op • • • • Een goede temperatuurinstelling die de conservering van ingevroren voedsel garandeert is een temperatuur lager dan of gelijk aan -18°C. Een hogere temperatuurinstelling in het apparaat kan leiden tot een kortere houdbaarheid. Het hele vriesvak is geschikt voor de opslag van diepvriesproducten. Laat voldoende ruimte rond het voedsel om de lucht vrij te laten circuleren. Raadpleeg voor adequate opslag het etiket van de voedselverpakking om de houdbaarheid van voedsel te bekijken. Het is belangrijk om het voedsel zodanig in te pakken dat er geen water, vocht of condensatie in kan komen. 8.4 Winkeltips Na het boodschappen doen: • • Zorg ervoor dat de verpakking niet beschadigd is - het voedsel kan bedorven zijn. Als de verpakking gezwollen of nat is, is deze mogelijk niet in de optimale omstandigheden opgeslagen en is het ontdooien mogelijk al begonnen. Om het ontdooiproces te beperken, koopt u diepvriesproducten aan het NEDERLANDS • einde van uw boodschappen en vervoert u ze in een thermische en geïsoleerde koeltas. Plaats de diepvriesproducten onmiddellijk na terugkomst uit de winkel in de vriezer. • • Als voedsel zelfs gedeeltelijk ontdooid is, mag u het niet opnieuw invriezen. Consumeer het zo snel mogelijk. Respecteer de vervaldatum en de bewaarinformatie op de verpakking. 8.5 Houdbaarheid Soort gerecht Houdbaarheid (maanden) Brood 3 Fruit (met uitzondering van citrusvruchten) 6 - 12 Groenten 8 - 10 Restjes zonder vlees 1-2 Zuivelproducten: Boter Zachte kaas (bijv. mozzarella) Harde kaas (bijv. parmezaanse kaas, cheddar) 6-9 3-4 6 Vis/Zeevruchten: Vette vis (bv. zalm, makreel) Magere vis (bv. kabeljauw, bot) Garnalen Schelpdieren en mosselen Gekookte vis 2-3 4-6 12 3-4 1-2 Vlees: Gevogelte Rundvlees Varkensvlees Lamsvlees Worst Ham Restjes met vlees 9 - 12 6 - 12 4-6 6-9 1-2 1-2 2-3 9. ONDERHOUD EN REINIGING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 13 9.1 Reiniging LET OP! Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker uit het stopcontact trekken. 14 www.aeg.com Gebruik geen schoonmaakmiddelen, schuurmiddelen, sterk geparfumeerde schoonmaakproducten of boenwas om de binnenkant van het apparaat schoon te maken Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te maken. Zorg ervoor dat u het koelsysteem niet beschadigt. 1. Schakel het apparaat uit. 2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen krantenpapier en leg het op een koele plaats. 3. Maak het apparaat en toebehoren regelmatig schoon met warm water en neutrale zeep Maak de afsluiting van het deksel voorzichtig schoon 4. Maak het apparaat volledig droog 5. Steek de stekker in het stopcontact. 6. Schakel het apparaat in. 7. Stel de temperatuur in op MAX en sluit het deksel. Wacht twee of drie uur voordat u eerder verwijderd voedsel opnieuw in het apparaat plaatst. 8. Stel de temperatuur in op de gewenste instelling. 3. 4. 5. 6. krantenpapier en leg het op een koele plaats. Verwijder de aftapplug uit de binnenkant van het apparaat. Laat het deksel open. Plaats een bak onder de buitenste aftapplug. Trek de buitenste aftapplug eruit. 7. Draai de aftapplug 180 graden om het aftapwater in de bak te laten stromen. 9.2 De vriezer ontdooien LET OP! Gebruik nooit scherpe metalen gereedschappen om rijp af te schrapen omdat u hiermee het apparaat kunt beschadigen. Gebruik geen mechanische hulpmiddelen of kunstgrepen om het ontdooiproces te versnellen. Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van ongeveer 10-15 mm bereikt heeft. 1. Schakel het apparaat uit. 2. Verwijder al het ingevroren voedsel, wikkel het in een paar lagen 8. 9. 10. 11. Zorg ervoor dat het water niet uit de bak komt. Reinig het interieur en droog het grondig. Schakel het apparaat in. Stel de temperatuur in op een hogere instelling en sluit het deksel. Wacht twee of drie uur voordat u eerder verwijderd voedsel opnieuw in het apparaat plaatst. Stel de temperatuur in op de gewenste instelling. NEDERLANDS 15 10. PROBLEEMOPLOSSING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. 10.1 Wat moet u doen als... Er kunnen geluiden optreden tijdens de werking van het apparaat (bijv. borrelen, zoemen, kraken of klikken). Dit is normaal. Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing Het apparaat werkt niet. Het apparaat is uitgescha‐ keld. Schakel het apparaat in. De stekker zit niet goed in het stopcontact. Controleer of de stekker van het apparaat correct in het stopcontact zit. Er staat geen spanning op het stopcontact. Sluit het apparaat aan op een ander stopcontact. Neem contact op met een gekwalificeerde elektricien. Het apparaat is niet stevig en stabiel geplaatst. Controleer of het apparaat stabiel staat. Raadpleeg het hoofdstuk "Installatie/Loca‐ tie". Het apparaat staat tegen de muur of andere voorwerpen. Verplaats het apparaat licht‐ jes. Raadpleeg het hoofd‐ stuk "Installatie/Locatie". Het symbool "E0" en de hui‐ dige temperatuur worden af‐ wisselend weergegeven. Probleem met de tempera‐ tuursensor. Neem contact op met het er‐ kende servicecentrum. Het deksel sluit niet volledig. Het deksel wordt geblok‐ keerd door voedselverpak‐ kingen. Rangschik de pakketten op de juiste manier. Er is te veel vorst in het ap‐ paraat. Ontdooi het apparaat. Raad‐ pleeg het hoofdstuk "Onder‐ houd en reiniging/Ontdooien van het apparaat". Het apparaat maakt lawaai. Het deksel gaat moeilijk open. De pakking van het deksel is Maak de pakking van het vuil of plakkerig. deksel schoon. Het lampje werkt niet. Het lampje is stuk. Neem contact op met het er‐ kende servicecentrum om de led-lamp te vervangen. 16 www.aeg.com Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing De compressor werkt conti‐ nu. De temperatuur is fout inge‐ steld. Raadpleeg het hoofdstuk "Bedieningspaneel/Tempe‐ ratuurregeling". Er zijn grote hoeveelheden voedsel tegelijk in de vriezer geplaatst. Wacht een paar uur en con‐ troleer dan nogmaals de temperatuur. De kamertemperatuur is te hoog. Raadpleeg het klimaatklas‐ sendiagram op het typepla‐ tje of het hoofdstuk "Installa‐ tie/Positionering". Het voedsel dat in het appa‐ raat werd geplaatst, was te warm. Laat voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het opslaat. Het deksel is niet goed ge‐ sloten. Controleer of het deksel goed sluit en de pakkingen niet beschadigd of vuil zijn. De functie SUPER is inge‐ schakeld. Raadpleeg het hoofdstuk "Bedieningspaneel/SU‐ PERwerking". Er is te veel vorst en ijs. Het deksel is niet correct ge‐ Controleer of het deksel sloten of de pakking is ver‐ goed sluit en de pakkingen vormd/vies. niet beschadigd of vuil zijn. De temperatuur is fout inge‐ steld. Raadpleeg het hoofdstuk "Bedieningspaneel/Tempe‐ ratuurregeling". De compressor start niet on‐ middellijk na het drukken op de SUPER of na het veran‐ deren van de temperatuur. Dit is normaal, er is geen storing. De compressor start na eni‐ ge tijd. De temperatuur in het appa‐ raat is te laag/hoog. De temperatuurknop is niet goed ingesteld. Stel een hogere/lagere tem‐ peratuur in. Het deksel is niet goed ge‐ sloten. Controleer of het deksel goed sluit en de pakkingen niet beschadigd of vuil zijn. De temperatuur van het pro‐ duct is te hoog. Laat voedsel afkoelen tot kamertemperatuur voordat u het opslaat. Er worden veel producten te‐ Bewaar minder producten gelijk bewaard. tegelijk. NEDERLANDS Probleem 17 Mogelijke oorzaak Oplossing De dikte van de rijp is meer dan 4-5 mm. Ontdooi het apparaat. Raad‐ pleeg het hoofdstuk "Onder‐ houd en reiniging/Ontdooien van het apparaat". Het deksel werd te vaak ge‐ opend. Open het deksel alleen als het nodig is. De functie SUPER is inge‐ schakeld. Raadpleeg het hoofdstuk "Bedieningspaneel/SU‐ PERwerking". In te vriezen producten zijn te dicht bij elkaar geplaatst. Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het appa‐ raat is. Het apparaat bevindt zich in Raadpleeg het hoofdstuk de buurt van de warmtebron. "Installatie/Locatie". Als het apparaat nog steeds niet naar behoren werkt na uitvoeren van de bovenstaande controles, neem dan contact op met het dichtstbijzijnde erkende servicecentrum. Geef het model en serienummer van uw apparaat op wanneer u contact opneemt met het erkende servicecentrum. Dit zal de ontvangen hulp versnellen. 18 www.aeg.com 11. GELUIDEN SSSRRR! BRRR! CLICK! HISSS! BLUBB! 12. TECHNISCHE GEGEVENS De technische gegevens staan op het typeplaatje aan de binnenkant van het apparaat en op het energielabel. De QR-code op het energielabel dat bij het apparaat wordt geleverd, biedt een weblink naar de informatie gerelateerd aan de prestaties van het apparaat in de EU-EPREL-database. Bewaar het energielabel ter referentie samen met de gebruikershandleiding en alle andere documenten die bij dit apparaat worden geleverd. Het is ook mogelijk om dezelfde informatie in EPREL te vinden via de link https://eprel.ec.europa.eu en de modelnaam en het productnummer die u vindt op het typeplaatje van het apparaat. Zie de link www.theenergylabel.eu voor gedetailleerde informatie over het energielabel. 13. AANWIJZINGEN VOOR TESTINSTITUTEN De installatie en voorbereiding van het toestel voor elke EcoDesign-verificatie moet in overeenstemming zijn met EN 62552. De ventilatievoorschriften, de afmetingen van de uitsparingen en de minimale open afstanden aan de achterzijde moeten voldoen aan de voorschriften van deze gebruikershandleiding in hoofdstuk 3. Neem contact op met de fabrikant voor verdere informatie, inclusief laadplannen. NEDERLANDS 19 14. MILIEUBESCHERMING Recycleer de materialen met het apparaten gemarkeerd met het symbool symbool . Gooi de verpakking in een geschikte afvalcontainer om het te recycleren. Bescherm het milieu en de volksgezondheid en recycleer op een correcte manier het afval van elektrische en elektronische apparaten. Gooi niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60

AEG AHS531DXLW Handleiding

Categorie
Diepvriezers
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor