Quelle 215S, 20215 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Volautomatische wasmachine
CLASSIC 215 S - 225 S
Gebruiksaanwijzing
2
Geachte klant
Hartelijk dank voor uw aankoop bij Quelle.
Overtuig u zelf: men kan zich op onze
producten verlaten. Om de bediening
voor u makkelijker te maken, hebben wij
een uitvoerige handleiding bijgeleverd.
Hiermee zult u snel vertrouwd raken met
uw machine. Gelieve deze handleiding
voor de ingebruikname nauwkeurig door
te lezen en de vermelde veiligheids-aan-
wijzingen in acht te nemen.
Wij wensen u veel plezier met uw nieuwe
volautomatische wasmachine.
Uw Quelle.
Schade tijdens het transport
Gelieve in ieder geval onmiddellijk te
controleren: dat uw machine onbescha-
digd bij u is aangekomen. Gelieve in het
geval dat u transportschade vaststelt, de
machine bij twijfel niet in gebruik te ne-
men. Wend u in geval van schade tot de
leverancier.
want wan
100 % gerecycled papier
3
Inhoudsopgave
Pagina
Opruiming van verpakking en oude apparatuur .....................................4
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen ........................................5
Aanwijzingen. ........................................................................................6
Beschrijving van de machine .................................................................7
Verwijderen van de transportbeschermingen...................................... 8/9
Installatie..............................................................................................10
Plaatsing.............................................................................................. 10
Watertoevoer ....................................................................................... 11
Waterafvoer .........................................................................................11
Elektrische aansluiting.........................................................................12
Milieubescherming en besparingtips ....................................................13
Beschrijving van het bedieningspaneel................................................14
Bediening/Instellen van de programma’s ........................................15-17
Inbrengen van de was .........................................................................18
Vergrendelen van deksel .....................................................................18
Openen en sluiten van deksel..............................................................18
Wasvullingen .......................................................................................18
Toevoegen van wasmiddel ..................................................................19
Korte handleiding ................................................................................. 20
Wasvoorbereidingen............................................................................21
Internationale behandelingssymbolen ..................................................22
Verwijderen van vlekken ..................................................................... 23
Verven en ontkleuren...........................................................................24
Wasgewichten .....................................................................................24
Type en hoeveelheid van het wasmiddel ........................................ 25/26
Adviezen en Tips ................................................................................. 27
Verzorging en onderhoud................................................................28-30
Reiniging van het pluisfilter................................................................... 28
Reiniging van het wasmiddelen spoelreservoir.....................................29
Noodlediging ........................................................................................30
Verhelpen van kleine storingen ............................................................ 31
Wat is mis, wanneer ............................................................................31
Klantenservice..................................................................................... 32
Technische gegevens/afmetingen........................................................33
Programmaoverzicht ......................................................................36-38
Programmaverloop en verbruikswaarden .......................................38-39
Garantie-informatie .............................................................................. 40
4
Aanwijzingen voor het opruimen van de verpakking
De verpakkingen en het hulpmateriaal
voor de verpakking van de grote elektra-
apparatuur van Quelle met uitzondering
van houtmateriaal kunnen worden
gerecycled en moeten in principe naar
recycling verzamelplaatsen worden
gebracht
- Verpakking van huishoudapparatuur
kunt u bij de levering van de machine
teruggeven aan de bij ons aange-
stelde expediteurs. Deze zorgen dan
voor het doorgeven aan de recycling-
resp. vernietigingsdienst
In het geval dat u daar geen gebruikt van
heeft gemaakt, bevelen wij u aan:
- De papier- karton- en golfkarton-
verpakkingen naar de daarvoor be-
stemde vergaarbakken te brengen.
- Delen van kunststofverpakkingen
eveneens naar de daarvoor bestemde
vergaarbakken te brengen. Zolang
deze nog niet bestaan in uw omge-
ving, kunt u deze materialen in uw
vuilnisemmer werpen.
Bij Quelle worden voor het hulpmateriaal
van de verpakking alleen
recyclingkunststoffen gebruikt, bijv.
In de voorbeelden staat
PE voor Polyethyleen** 02 = PE-HD
04 = PE-LD
PP voor polipropyleen
PS voor Polystyreen
PE PP PS
02**
05 06
^
^
Opruiming van de oude apparatuur
Als u de wasmachine afdankt, lever hem
dan in bij uw vakhandelaar
of informer bij uw gemeente naar de
mogelijkheden voor afvalverwerking
in uw woonplaats.
5
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
Berg de gebruiksaanwijzing zorgvuldig op, zoadat u deze ook later kunt raadplegen.
Als u deze machine zou willen verkopen of aan derden zou willen overdragen, zorg
er dan voor dat deze machine compleet met de gebruiksaanwijzing wordt doorgege-
ven zodat dat de nieuwe eigenaar inlichtingen over de werkwijze van de machine en
de desbetreffende adviezen kan verkrijgen.
Deze aanwijzingen zijn ten behoeve van de veiligheid en moeten dus nauwkeurig
worden doorgelezen voor de installatie en de ingebruikname.
Het gebruik van de machine mag alleen
door volwassenen worden uitgevoerd.
Het is gevaarlijk, wanneer u dit door
kinderen laat gebruiken of hen ermee
laten spelen.
Het is gevaarlijk veranderingen aan te
brengen aan de machine of de
eigenschappen ervan te wijzigen.
Laat de elektrische aansluiting resp.
wateraansluiting van de machine door
een vakkundige en bevoegde installa-
teur uitvoeren.
Verwijder voor de ingebruikname
zorgvuldig al het verpakkingsmateriaal
en hulpmateriaal voor het transport
anders zouden de machine en de woning
ernstige beschadigingen kunnen
oplopen (zie bijbehorend gedeelte in de
gebruiksaanwijzing).
De plaats van installatie mag niet bedekt
zijn met uitgespreide textielwaren,
hoogpolige tapijten enz. zodat de
ventilatie van de motor functioneel blijft.
Bij beschadiging van het snoer moet dit
door een vakman worden verwisseld.
Het kan voorkomen dat huisdieren in
de wasmachine terechtkomen.
Controleer daarom voor de ingebruik-
name van de machine dat zich er alleen
was in bevindt.
Tijdens de was met hoge temperaturen
wordt het deksel heet. Houdt dus
kinderen buiten bereik van de machine
in werking.
De machine is bestemd voor het
huishouden en alleen voor was die in
het huishouden wordt gebruikt.
Bij een verkeerde bediening van de
wasmachine of een gebruik waarvoor
deze niet is bestemd, kan eventuele
schade niet worden vergoed.
Ter bescherming van uw machine kan
de programma-instelling alleen bij
uitgeschakelde machine worden
uitgevoerd.
Delen van de was die van tevoren met
een oplosbaar reinigingsmiddel, bijv.
wasbenzine, vlekkenmiddelen of
andere middelen werden behandeld,
moeten in de buitenlucht worden
gedroogd om het risico van ontploffing
te voorkomen.
Sluit de stroom af na gebruik van
de machine en draai de bijbehorende
waterkraan dicht.
Onderbreek de stroomtoevoer van de
machine bij verzorgings- en
onderhoudswerken Trek hiervoor de
stekker uit het stopcontact.
Het stopcontact moet gemakkelijk be
reikbaar zijn.
6
Tracht in geen geval zelf de machine te
repareren. Reparaties die niet door
vakkundige personen worden
uitgevoerd kunnen zware ongelukken
of storingen van de werking
veroorzaken. Wendt u tot de bevoegde
Klantenservice die zich in uw omgeving
bevindt. De adressen kunt u vinden in
de Quelle catalogus.
Aanwijzingen
Eventueel bevindt zich in uw vol-
automatische wasmachine een gering
waterresidu. Dit kan worden verklaard
door de uiterst grondige
functioneringstesten waaraan iedere
machine wordt onderworpen.
Het geluid dat in vergelijking met de
vroegere wasmachines afwijkt bij het
centrifugeren van uw nieuwe vol-
automatische wasmachine, is kenmer-
kend voor een moderne afvoertechniek
met een elektronisch ingestelde univer-
sele motor.
Deze nieuwe afvoerwijze bewerk-
stelligt
- het ontzien van de was bij het wassen
met rustige watertoevoer
- de betere waterverdeling bij het
centrifugeren en
de goede stabiliteit tijdens het
centrifugeren.
Ook een machine met een automatische
werking zoals de wasmachine, mag
tijdens de werking ervan niet gedurende
lange tijd zonder toezicht worden
achtergelaten. Wanneer u de machine
gedurende langere tijd verlaat,
onderbreek dan het wasprogramma
door de machine uit te schakelen.
De gebruiksaanwijzing geldt voor
meerdere apparaten. Daarom komen
detailafwijkingen voor afhankelijk van
het type van de machine.
7
Beschrijving van de machine
Programma keuzeknop
Gleuf voor handvat
Keuzeknoppen
AAN/UIT knop
Klep voor onderhoud van pluisjesfilter
(merktype plaatje op achterkant van klep)
Watertoevoerslang
Waterafvoerslang
Wielen
Snoer voor stroomaansluiting
Schroeven voor
bescherming tijdens
transport
Hendel voor
wielen
Temperatuur keuzeknop
8
Bescherming tijdens transport
Verwijderen van de transportbeschermingen
Aanwijzing
Het is aan te bevelen al het
beschermingsmateriaal voor het trans-
port te bewaren, daar dit bij een even-
tuele verhuizing weer moet worden
aangebracht.
3
Draai beide schroeven in de achterkant
van de machine met behulp van de sleu-
tel los en verwijder ze.
4
Nu kunt u de beide afstandbewaarders
(A) eruit nemen.
Attentie
Voordat u de machine voor het eerst
inschakelt, moet beslist het
beschermingsmateriaal voor het trans-
port als volgt worden verwijderd. Het
ontgrendelen en nivelleren wordt verge-
makkelijkt met behulp van de bijgeleverde
speciale sleutel.
1
Pak de machine uit en maak hem van het
bodemraster los.
2
Open het deksel van de machine en
verwijder het polystyreenkussen dat de
trommel tegenhoudt en de rode voeg van
kunststof. Sluit het deksel weer.
A
9
5
De nu zichtbare openingen kunnen wor-
den afgedekt met de doppen (B) die zich
in de verpakking van de machine bevin-
den.
6
Gelieve te controleren dat deze onderde-
len uit de machine werden verwijderd.
Uw machine is nu vrijgemaakt van het
transportmateriaal en kan worden aange-
sloten.
B
10
Installatie
De plaatsing
Wanneer de machine eventueel dicht
tegen een muur moet worden geplaatst
dan kan de slanghouder aan de achter-
kant van de machine worden afgesne-
den. Het aanzetstuk van de houder
moet echter aanwezig blijven.
Attentie!
Neem de machine alleen in gebruik wan-
neer de hendel voor de wielen in de
“werkingstand” staat.
De volautomatische wasmachine kan op
elk niveau en elke stabiele bodem wor-
den geplaatst.
Controleer met bijvoorbeeld een water-
pas dat de plaatsing loodrecht en correct
is.
Uw wasautomaat staat aan de voorkant
op twee rubberpoten die u in hoogte kunt
variëren om daarmee een stabiele stand
van de volautomatische wasmachine te
verkrijgen.
Aan de achterkant zitten onder in de
bodemdwarsbalk twee wielen verzonken.
Door een centraal wiel dat met een hef-
mechanisme wordt geactiveerd kunt u
van plaatsing veranderen. De standpoten
moeten met behulp van de aanwezige
contramoeren na de plaatsing van de
machine worden bevestigd.
Oneffenheid van de bodem mag nooit
worden genivelleerd door er hout, karton
of gelijkwaardig materiaal onder te schui-
ven!
Om voldoende ventilatie te behouden
voor de motor, mag de bodem niet be-
dekt zijn met uitgespreid textiel-
materiaal (hoogpolige tapijten enz.).
Hendel voor wielen
werkingstand
Hendel voor wielen
rijdstand
11
Eventuele speciale voorschriften van
de plaatselijke waterwerken moeten
nauwkeurig worden opgevolgd!
Waterafvoer
Voor de sifonaansluiting is op de afvoer-
slang een rubber stuk gemonteerd. De
afvoerslang moet aan de sifonkant met
een bevestigingsring worden vastge-
maakt. Wanneer geen sifonaansluiting
aanwezig is kan de afvoerslang met de
kromming over de rand van een was- of
spoelbak worden gehangen die groot
genoeg is en anders over de rand van het
bad. De rand van de bak mag echter niet
hoger dan 100 cm boven de bodem zijn.
Er moet worden gezorgd voor een afvoer-
dwarsdoorsnede die groot genoeg is.
Daarom zijn kleine fonteintjes hier niet
voor geschikt.
De afvoerslang moet knikvrij worden aan-
gebracht en mag gedurende de werking
niet op de bodem kunnen vallen (bijv.
ophangen met de lus aan kromming).
Afvoerhoogte:
minimum 70 cm
maximum 100 cm
Watertoevoer/koud water
Hiervoor is een waterkraan vereist met
een schroefsysteem op de ¾” slang.
De waterdruk (vloeidruk) moet 5 tot 80
N/cm² (0,5 – 8 bar) bedragen.
De volautomatische wasmachine kan
zonder installatie tegen het terugvloeien,
op elke waterleiding worden aangeslo-
ten. De machine voldoet aan de nationale
voorschriften (bijv. Duitsland – DVGW)
Bij het vastschroeven aan de toevoer-
slang moet de bijgeleverde voeg ertus-
sen worden geplaatst tegen het lekken.
Daarna moet de toevoerslang aan de
waterkraan worden bevestigd.
Controleer bij een geopende kraan (bij
volle waterleidingdruk) de waterdichtheid
bij de aansluiting en bij de kraan! Ter
voorkoming van waterschade moet de
kraan na het wassen worden dicht-
gedraaid.
Wanneer de aan de achterzijde reeds
bevestigde waterafvoerslang te kort is,
dan moet deze door de Klantenservice
vakkundig worden verlengd resp. verwis-
seld. De in gebruik zijnde toevoerslang
moet worden getest op een barstdruk van
minstens 60 bar en VDE zijn getest.
12
Elektrische aansluiting
De aansluiting mag alleen functioneren
met een beschermd stopcontact dat vol-
gens de voorschriften is geïnstalleerd en
op 220V-230V (50Hz).
De aansluitingwaarde bedraagt 2,3 W.
Vereiste beveiliging: 10 A – LS – L –
schakelaar.
De machine voldoet aan de VDE eisen.
Speciale voorschriften van plaatselijke
elektriciteitswerken moeten nauwkeurig
worden opgevolgd.
13
Vervolgens moet u beslist de voordelen
van onze nieuw ontwikkelde waswijze
leren kennen.
ENERGIE BESPAREN en milieu-be-
scherming betreft ons allemaal.
Milieubewust wassen, dat wil zeggen
energie, water en wasmiddelen bespa-
ren, zonder het wassen zelf te verwaarlo-
zen.
Om het water en de wasmiddelen opti-
maal te benutten duren de huidige was-
programma’s wat langer.
U kunt echter de belangrijkste bijdrage
tot het milieubewust wassen zelf uitvoe-
ren, wanneer u de volgende besparing-
tips navolgt:
1. Maximale vulling
U wast het zuinigst wanneer u de maxi-
male vulling gebruikt van het bijbeho-
rende programma.
2. Wassen zonder voorwas
Bij normale vuile was is doorgaans een
programma zonder voorwas voldoende.
3. Kort programma
Bij lichtbevuilde was kunt u een kort
programma kiezen, dat bij het textiel-
soort hoort.
Bonte was kort 30°- 40°,
Wolwas kort 30°- 40°.
Milieubescherming en besparingtips
4. Toevoegen van wasmiddel
Doseer het wasmiddel naar de hardheid
van het water, de wasvulling en de graad
van vuilheid.
U kunt de doseeraanwijzingen op de
verpakking van het wasmiddel in acht
nemen.
14
Beschrijving van het bedieningspaneel
1
4
3
2
7
6
8
1 Aan-Uit knop
2 Controlelampje van de werking
3 Knop 600 voor centrifugereductie
4 Knop voor meer water
5 Spoelstop knop voor stoppen van spoelen
6 Lijst van programma’s
7 Draaiknop voor programmakeuze
8 Knop voor temperatuurkeuze
Aanwijzing: Het programma en de temperatuur zijn juist ingesteld wanneer de
markeerstreep op de draaiknop overeenkomt met de letters, resp. cijfers op het paneel.
5
15
Bediening / Instellen van de programma’s
1 AAN-UIT knop
Nadat u het wasprogramma heeft inge-
steld (programma, temperatuur, extra
functies) gaat het programma draaien
nadat u de knop indrukt. Het controle-
lampje van de werking gaat branden. Na
afloop van het wasprogramma drukt u
opnieuw op de AAN/UIT knop. De ma-
chine schakelt alle functies uit.
2
Controlelampje van de werking
Het controlelampje van de werking gaat
branden wanneer de machine is inge-
schakeld.
3 Knop 600 voor centrifu-
gereductie
Met een ingedrukte knop wordt een ver-
mindering van het toerental uitgevoerd.
In het normale programma
Model 215 S van 1000 naar 600 T/min
Model 225 S van 1200 naar 600 T/min
In het lichte programma
Beh./Wolwas: van 850 naar 500 T/min
Fijne was: van 650 naar 400 T/min
4 Knop voor meer water
Wanneer u op deze knop drukt kunt u aan
het normale programma een extra spoe-
ling toevoegen.
De was wordt hiermee intensiever ge-
spoeld.
Dit wordt aanbevolen in streken met zeer
zacht water en voor mensen met een
gevoelige huid.
5 Spoelstop knop
Is deze knop ingedrukt, dan blijft bij alle
programma’s de was in het laatste spoel-
water staan (spoelstop).
Gelieve erop te letten dat na het pro-
gramma met “spoelstop” het laatste
spoelwater wordt weggepompt voordat u
het deksel opent.
Zonder ingedrukte knop eindigen de pro-
gramma’s met het centrifugeren.
6 Lijst van de programma's
Op het bedieningspaneel worden de nor-
male en lichte programma’s die deze de
machine bezit afgebeeld met de bijbeho-
rende instelstanden.
7
Draaiknop voor programmakeuze
Door de knop in de richting van de wijzers
van de klok te draaien, wordt het pro-
gramma ingesteld. U kiest de bijbeho-
rende merktekenletters aan de hand van
de programmalijst.
Het programma is juist ingesteld wan-
neer de markering op de keuzeknop te-
genover de gekozen programmaletter op
het bedieningspaneel staat.
De keuzeknop voor de programma’s be-
gint te draaien en draait met schokjes
verder.
Alleen tijdens het verwarmen blijft de
knop stilstaan tot de gekozen tempera-
tuur wordt bereikt.
Gelieve erop te letten dat eerst het pro-
gramma en daarna de temperatuur wordt
gekozen. Daarna kunt u de machine in
werking stellen door de “AAN” knop (1)
in te drukken.
16
8 Keuzeknop van temperatuur
Door de knop te draaien kunt u de op de
programmalijst aangegeven was-tempe-
raturen kiezen.
De instelling vindt trapsgewijze plaats
zodat u een nauwkeurige temperatuur-
keuze kunt maken.
Zo kiest u bijv. de temperatuur
30°C
De temperatuur is juist ingesteld wan-
neer de markering op de keuzeknop over-
eenkomt met de temperatuur op het
bedieningspaneel.
Belangrijk: Wanneer u een al draaiend
programma wilt veranderen, moet u de
machine eerst uitschakelen.
Zo kiest u bijv. het “B” pro-
gramma
Het programma is juist ingesteld wan-
neer de markering op de keuzeknop over-
eenkomt met de letter op het bedienings-
paneel.
Merktekens voor de programmastand
Voorwas
Hoofdwas
Spoelen
Centrifugeren
Wegpompen
Spoelstop stand
B
koud
TEMPERATUUR
30
PROGRAMMA
17
Onderbreking van het pro-
gramma
Wanneer een al draaiend programma moet
worden onderbroken moet u de machine
uitschakelen.
Na ongeveer 2 minuten kan het deksel
worden geopend.
Correctie van het programma
Wanneer een ingesteld programma dat al
in werking is, moet worden gewijzigd
moet u de machine uitschakelen.
U kiest het nieuwe programma en u
schakelt de machine weer in
Aanwijzing!
Houdt rekening met een al eventueel
verhitte temperatuur van het waswater.
Programma aanwijzingen
In het normale programma A - G wordt
de was automatisch met het maximale
toerental gecentrifugeerd.
In de lichte programma’s H, J, L, M en
N wordt de was automatisch
gecentrifugeerd met 850 T/min.
In de lichte programma’s P, Q en R wordt
de was automatisch gecentrifugeerd met
650 T/min.
Wanneer de was in het laatste spoel-
water moet blijven dan moet de “Spoel-
stop” knop worden ingedrukt.
18
Inbrengen van de was
Vergrendelen van het deksel
Attentie!
In de situatie zonder stroom (Machine
niet ingeschakeld) kan het deksel van de
wasautomaat op ieder moment worden
geopend.
Tijdens het totale programmaverloop en
tijdens het stoppen van het spoelen (wa-
ter in de machine) is het deksel uit
veiligheidsredenen vergrendeld en kan
pas na ongeveer 2 minuten worden geo-
pend aan het einde van het programma.
Openen en sluiten van het dek-
sel van de machine en van de
trommel.
Openen van deksel van de machine
Grijp voor het openen de gleuf vast en
klap het deksel naar boven.
Openen van deksel van de trommel
Draai de trommel tot de vergrendeling
van het deksel van de trommel zichtbaar
wordt.
Druk op knop “C” en daarna de vullingklep
“B” naar beneden tot de beide vulling-
kleppen vanzelf openschuiven.
Vul op regelmatige wijze de trommel met
voorgesorteerde was.
Sluiten van deksel van de trommel
Schuif voor het sluiten van de vulling-
opening eerst de klep “B” licht naar
binnen en daarna klep “B” tot deze elkaar
raken. Door de klep “B” los te laten klikt
deze vanzelf vast in klep “A”.
Sluiten van deksel van de machine
Klap het deksel naar beneden en druk dit
in het slot vast.
De wasautomaat begint alleen te draaien
wanneer het deksel goed is gesloten.
Het vullen met de was-
onderdelen
Vouw de te wassen stukken uit elkaar en
breng ze losjes in de wastrommel.
Was zo mogelijk grote en kleine stukken
door elkaar.
Neem de wasgewichten in acht.
Wanneer een enkel groot stuk in de
trommel wordt gebracht (bijv. een bad-
jas) kunnen geluiden van trillingen en
van een onrustig verloop ontstaan.
De functie van de volautomatische was-
machine wordt hier niet door beïnvloed.
Wasvullingen
De grootste vullingen van droge was
zijn:
Normaal programma
Kookwas 4,5 kg
Bonte was 4,5 kg
Kortprogramma 3,0 kg
Licht programma
Lichte behandeling 2,0 kg
Fijne was 2,0 kg
Wolwas 1,0 kg
A
C
B
19
Toevoegen van wasmiddel
Wasmiddelenreservoir
Klap het deksel van de wasmachine
omhoog, Binnenin bevinden zich het
wasmiddelenreservoir met 3 gescheiden
vakjes.
Waspoeder
Vul het linker vakje a met waspoeder
voor de voorwas
(natuurlijk alleen
wanneer deze in het wasprogramma is
voorzien).
Vul het middelste vak b met het
waspoeder voor de hoofdwas
.
Ook het vlekkenzout wordt hier toege-
voegd wanneer dit nodig is.
Vul het rechter vakje c met de extra
middelen
, bijv. wasverzachters, even-
als stijfsel in vloeibare concentratie.
Gelieve niet boven de markering “MAX”
te gaan. De vulgrens moet onder deze
markering liggen anders functioneert het
spoelen niet. Deze vloeibare middelen
zouden anders al voor het begin van het
wassen via de overgelopen d opening
naar buiten vloeien.
Vloeibaar wasmiddel
Men kan ook vloeibaar wasmiddel in het
vakje voor het waspoeder gieten en wel
vooral bij niet zeer vuile was en was-
programma’s bij matige of lage tempera-
tuur.
In dit geval moet u een programma zon-
der voorwas kiezen.
Giet het vloeibare wasmiddel onmiddel-
lijk voor het begin van het programma in
het vakje b van het wasmiddelen-
reservoir.
Toevoegen van wasmiddelen
Het wasmiddel wordt voor het begin van
het wasprogramma in het bijbehorende
vakje van het wasmiddelenreservoir toe-
gevoegd.
Alle middelen worden automatisch op het
juiste moment in de was gespoeld.
Aanwijzing!
Het complete wasmiddelenreservoir kan
worden verwijderd om het te reinigen.
Zie pagina 29.
a
b
d
c
20
Korte handleiding
Ingebruikname
De belangrijkste handelingen bij het in
gebruik nemen van de machine zijn de
volgende:
1. De watertoevoerslang een de water-
kraan aansluiten en de kraan openen.
2. De waterafvoerslang in gootsteen of
een dergelijk reservoir hangen en beves-
tigen.
3. De stekker in het beschermde stop-
contact steken.
Wij raden u aan een reiniging uit te voeren
van de trommel en de kuip met een
normaal kookwasprogramma zonder
voorwas.
Gelieve een halve maatbeker waspoeder
in de wastrommel toe te voegen en deze
wasbeurt uit te voeren zonder was. Ver-
volgens kunt u uw machine in gebruik
nemen volgens de adviezen van de ge-
bruiksaanwijzing.
Dit zijn de handelingen voor het was-
sen…
4. Open het deksel, breng de voor-
gesorteerde was in de trommel.
5. Voeg de wasmiddelen in het
wasmiddelenreservoir en sluit het deksel
van de machine
6. Draai de keuzeknop voor de program-
ma’s op de stand die bij de keuze van het
programma hoort.
7. Kies de temperatuur.
8. Druk de benodigde knoppen in.
9. Nu pas de machine inschakelen met
een druk op de AAN/UIT knop, het “Wer-
king” controlelampje gaat branden Uw
machine is gestart
Aan het einde van het hoofdwasverloop
wordt het waswater verdund en afge-
koeld tot ca. 65°C. Het afvloeiende was-
water kan dus nooit heter zijn dan 65°C.
Dit is belangrijk wanneer de afvoerbuizen
in huis uit kunststof bestaan. Het pro-
gramma loopt automatisch af.
Bij alle wasprogramma’s blijft de was
in het laatste spoelwater staan als de
“spoelstop” knop werd ingedrukt.
Gelieve daarom erop te letten dat na
de programma’s met spoelstop het
laatste spoelwater in elk geval is afge-
voerd wanneer u het deksel opent.
Wanneer u het “S” programma kiest dan
neemt u de was er nat uit
of – u deactiveert de ingedrukte spoel-
knop en daarna kunt u er de was
gecentrifugeerd uitnemen.
10. Schakel aan het einde van het pro-
gramma de machine uit met een druk op
de AAN/UIT knop. Het controlelampje
gaat uit
11. Open het deksel.
Pas ca. 2 minuten na afloop van het
wasprogramma kan het deksel van de
machine weer worden geopend. Een
thermische vergrendeling zorgt veilig-
heidshalve voor dit uitstel.
Neem de was eruit.
12. Wanneer u niet meer wast, moet u
de kraan dicht draaien en de stekker
uit voorzorg uit het stopcontact ne-
men. Laat het deksel op een kier open
staan zodat de trommel kan opdro-
gen.
21
Wasvoorbereidingen
Sorteren van de was
Controleer de behandelingsmerktekens
op de wasonderdelen en de was-
voorschriften van de fabrikant.
U sorteert de was op:
Kookwas
Bonte was
Licht programma was
Fijne was
Wolwas
Voorbehandelen van de was
Gekleurde en witte was gaan niet sa-
men. Witte was wordt dan grauw bij het
wassen.
Kledingstukken en wolwas moeten zijn
voorzien van een woletiket met daaraan
toegevoegd “vervilt niet”, en zijn geken-
merkt met “niet verviltend” of “machine-
resistent”. Wolwas met alleen een wol-
etiket is niet geschikt voor het wassen in
een wasautomaat.
Let erop dat er zich geen metalen stuk-
ken (bijv. paperclips, veiligheidsspelden,
spelden) in de was bevinden. Knoop
slopen dicht, sluit ritsen, haken en ogen.
Knoop losse ceintuurs, lange schort-
banden aan elkaar.
Verwijder hardnekkige vlekken voor het
wassen. Wrijf sterk vervuilde gedeelten
eventueel met een speciaal wasmiddel
of een pasta in.
Behandel vitrages zeer voorzichtig.
Deze kunnen al bij een geopend venster
of bij het verwijderen worden beschadigd
(zgn. “Trekkers”). Verwijder de ringetjes
uit de vitrages of bindt deze in een net of
een buidel bij elkaar.
Wij kunnen in geen enkele geval garantie
voor een dergelijke schade aan de vitra-
ges dragen.
Zeer kleine of ook tere was (bijv. baby-
sokjes, dameskousen enz.) kunnen zon-
der problemen worden gewassen in een
klein kussentje met gesloten rits of ge-
stoken in grotere sokken.
Inbrengen van de was (contro-
leren van wasvullingen)
U kunt de aanwijzingen voor de was-
vullingen, ingedeeld volgens de weef-
sels (met voorbeelden) vinden in de
programmatabel.
Vuistregels:
Vul de droge kook- en bonte was tot een
handbreedte onder de bovenrand van de
trommel.
Een volgestopte 10-liter emmer bevat
2,5 kg droge was (katoen).
Breng de was losjes in de wastrommel
met zo mogelijk kleine en grote was
gemengd.
Aanwijzingen:
Wanneer er te weinig water in de trom-
mel is (bijv. alleen een badjas), kunnen
zich geluidstrillingen en geluiden van een
onrustig verloop voordoen. Voeg wat was
toe.
Wij raden u aan Wolwaren zonder etiket
“…vilt niet” chemisch te laten reinigen
resp. met de hand te wassen.
22
ARBEIDSGEMEENSCHAP BEHANDELINGSMERKTEKENS VOOR TEXTIEL
IN DE DUITSE BONDSREPUBLIEK
Symbolen voor de verzorgingsbehandeling van textiel
1993
Normaal
was
verloop
Licht
was
verloop
Normaal
was
verloop
Licht
was
verloop
Normaal
was
verloop
Hand
was
Niet
wassen
WASSEN
(waskuip)
Bleken met chloor mogelijk
CHLOREN
(driehoek)
Bleken met chloor niet
mogelijk
STRIJKEN
(strijkijzer)
Niet strijken
Heet strijken
Niet heet
strijken
Matig heet
strijken
De punten kenmerken de temperatuurniveaus van de strijkijzers
De getallen in de waskuipen vertegenwoordigen de maximale
wastemperaturen die niet mogen worden overschreden. De streep onder de
waskuipen vraagt een (mechanisch) mildere behandeling (bijvoorbeeld
lichte was). Dit wordt gekenmerkt door wascycli die bijvoorbeeld geschikt zijn
voor mechanisch gevoelige artikelen die een lichte was vereisen.
Geen chemische
reiniging mogelijk
De letters zijn bestemd voor de chemische reiniging. Deze geven een
aanwijzing voor het vereiste oplosmiddel.
De strepen onder de cirkels vereisen bij de reiniging een beperking van de
mechanische toepassing, de vochttoediening en de temperatuur.
TUMBLER
DROGEN
(Droogtrommel)
CHEMISCHE
REINIGING
(reinigingstrommel)
Drogen in tumbler niet
mogelijk
Drogen met normale
thermische belasting
Drogen met gereduceer-
de thermische belasting
De punten kenmerken de droogtegraden van de tumbler (wasdroger).
Licht
was
verloop
Speciaal
licht
was
verloop
Licht
was
verloop
Internationale behandelingssymbolen
23
Vlekken in de was
Verwijderen van vlekken
Speciale vlekken kunnen niet alleen met
zeepsop van het wasmiddel worden op-
gelost. Het is dus aan te bevelen de
vlekken voor het wassen te verwijderen.
Bij het verwijderen van vlekken op bonte
was wordt voorzichtigheid geboden om-
dat de kleuren kunnen veranderen. Neem
de waarschuwingen en aanwijzingen op
het vlekkenmiddel in acht!
Bloed: De verse vlek met koud water
uitwassen. Geronnen bloed een nacht
laten weken; in wasmiddelzeepsop uit-
wrijven.
Oud vet: Een vetoplossend middel erop
sprenkelen en op een zachte onderlaag
met de vingertoppen en een katoenen
doek wegkloppen.
Ballpoint en lijm: Met aceton* bespren-
kelen en op een zachte onderlaag weg-
kloppen.
Roest: Zout, warm opgelost, of “Roest-
duivel”, koud. Pas op bij oudere roes-
vlekken: katoenen weefsels kunnen daar-
bij neigen tot vorming van gaatjes.
Rode wijn: Inweken in wasmiddel-
zeepsop, spoelen en met azijn- of ci-
troensap behandelen, de rest eventueel
met een bleekmiddel* spoelen.
Inkt: Speciaal product voor verwijderen
van inkt gebruiken.
Jodium: Met een oplossing van natrium
thiosulfaat (= fixeerzout) behandelen.
Goed spoelen.
Afgeven van textielkleuren: Met bleek-
middel* volgens voorschrift behandelen.
Gras: Hete zeep met wat salmiak, de
rest met bleekmiddel*.
*)Aceton niet bij aanwezige acetaatvezels
gebruiken! Pas op: aceton is brandbaar!
Bleekmiddelen alleen voor witte was ge-
bruiken!
Aanwijzing: “Vetluizen”
Het kan voorkomen dat de was – bijv.
wegens het toevoegen van te weinig
waspoeder – na het wassen donkere
puntjes vertoont (zgn. “vetluizen”)
Om deze te verwijderen, moet u deze
was nog een keer met een grotere
wasmiddeldosis wassen, voordat u deze
laat drogen.
24
Verven en ontkleuren
Verven en ontkleuren van tex-
tiel
In principe kunt u in uw volautomatische
wasmachine verven, wanneer u de vol-
gende aanwijzingen navolgt.
U kunt alleen verfstoffen gebruiken die
uitdrukkelijk voor het gebruik in een vol-
automatische wasmachine zijn bestemd.
Volg de voorschriften van de verfstof-
fabrikant op.
Kies het wasprogramma dat voldoet aan
de optimale verftemperatuur.
Maximale wasvulling 1,5 kg.
Attentie: Na elke verfprocedure moet
een kookwasprogramma zonder was-
vulling worden uitgevoerd om de verf-
resten te verwijderen.
Voeg een ½ beker waspoeder toe in het
vakje voor de hoofdwas.
Aanwijzing: Er kan kleurverandering van
rubber en kuststoffen optreden.
Wasgewichten
Stuk gewicht in gr ca.
Badjas 1200
Bethoes 700
Laken 500
Blouse 100
Damesoverjas 300
Damesnachthemd 200
Damesslipje 100
Badhanddoek 200
Theedoek 100
Mannenoverjas 600
Stuk gewicht in gr ca.
Herenoverhemd 200
Herenpyjama 500
Herenhemd 100
Herenonderbroek, kort 100
Herenonderbroek, lang 250
Kussensloop 200
Servet 100
Zakdoek 20
Tafelkleed 250
Deze was betreft katoenen kledingstukken.
Ontkleuren van textiel
De ontkleuringmiddelen zijn doorgaans
zeer agressief. Deze kunnen derhalve
niet in de wasmachine worden gebruikt.
25
Type en hoeveelheid van het wasmiddel
Wasmiddelen
De keuze uit de wasmiddelen hangt af
van het textielsoort (lichte behandeling,
wol, katoen enz.), de textielkleur, de
wastemperatuur en de graad van vervui-
ling.
U kunt in deze volautomatische wasma-
chine alle aanbevolen, in de handel gang-
bare, met handelsmerken en speciale
wasmiddelen voor de trommel-
wasmachine gebruiken.
Waspoeder voor grote was voor alle
textielsoorten.
Waspoeder voor fijne was voor lichte
was (max. 60°C) en wol.
Vloeibaar wasmiddel, bij voorkeur voor
wasprogramma’s zonder voorwas met
lage wastemperaturen (max. 60°C)
voor alle textielsoorten of speciaal
alleen voor wol.
Wasmiddeldosering
Deze wasautomaat houdt met de techni-
sche uitrusting rekening met alle milieu-
relevante opinies over een optimaal mo-
dern machinaal wasproces.
Het wasmiddeltype en de -hoeveelheid
richt zich naar
Soort en hoeveelheid van het textiel,
De graad van vervuiling van de was,
De hardheid van het leidingwater.
De hardheid van het water wordt inge-
deeld in zogenaamde niveaus van water-
hardheid.
U kunt in uw gemeentebestuur of bij de
waterwerken inlichtingen vragen over de
plaatselijke waterhardheid.
Op de verpakking van de wasmiddelen
vindt u de dosering aanwijzingen van de
wasmiddelfabrikant in ml, voor elk ni-
veau
Gevolgen van te weinig wasmiddel
De was wordt grauw of niet schoon.
Er kunnen zich donkere vuile stip
pen (vetluizen) op de was voor-
doen.
Verkalking van het verwarmings-
element
Gevolgen van teveel wasmiddel
Onnodige milieubelasting
Sterke schuimvorming en daardoor
geringe wasbeweging
Slecht was-, spoel- en centrifuge-
resultaat.
Waterhardheid opgaven
Waspoeder
Hierna volgen onze doseringadviezen
voor verschillende vullingen:
Gelieve bij een totale vulling te dose-
ren volgens de aanwijzingen van de
wasmiddelfabrikant.
Bij een halve vulling ¾ van de aange-
geven dosering toevoegen.
Bij de minimale vulling slechts de
helft van de aangegeven dosering
toevoegen.
Hardheids-
niveau
I
II
III
IV
Water
eigens-
chap
zacht
matig
hard
zeer hard
Totale
hardheid
in mmol/l
0 - 13
1,3 - 2,5
2,5 - 3,8
meer da
3,8
Duitse
hardheid
°d
0 - 7
7 - 14
14 - 21
meer da
21
26
Vloeibaar wasmiddel
De dosering wordt uitgevoerd bij wassen
met een zeepsop (alleen hoofdwas) vol-
gens het advies van de wasmiddel-
fabrikant.
Waterzuivering
Bij hard, kalkhoudend water vanaf een
hardheidsniveau 3 kunt u een speciaal
middel voor ontharding gebruiken.
(Gelieve doseringadvies van fabrikant te
volgen). Hiermee kan de waterhardheid
van de wasmiddelhoeveelheid worden
gereduceerd.
Bij zeer zacht water kan een overmatige
schuimvorming worden verhinderd met
toevoeging van een schuimremmend
middel. Dosering samen met het was-
middel.
Dosering van wasmiddel -
aanbouwsystemen
In de markt bestaan de meest verschil-
lende aanbouwsystemen. In tegenstel-
ling tot de gebruikelijke hoofd-
wasmiddelen, verschillen deze in het feit
dat de verschillende stoffen die de was-
middelen bevatten zich meestal verde-
len in 3 gescheiden componenten bij-
voorbeeld, grondwasmiddel, ontharder
en bleekmiddel. Deze componenten
worden volgens de bestaande eisen ge-
doseerd.
Daardoor kunnen enorme chemische
bezuiniging worden bereikt.
Gelieve daarom zeer goed op de dosering-
voorschriften te letten van elk apart aan-
bod.
Wasverzachters
Wasverzachters maken de was zacht en
wollig.
Bovendien reduceren deze de statische
lading bij het machinaal drogen.
Stijfmiddelen
Stijfmiddelen zijn synthetische verstevi-
ging-middelen en geven bijv. hemden,
bedwas en tafellakens een steviger
aspect.
Vlekkenzout
Vlekkenzout ruimt bij de hoofdwas
probleemvlekken die in de was aanwezig
zijn uit de weg, bijv. rode wijn, vruchten-
en groentesap, evenals vetvlekken, die
door de moderne wasmiddelen niet altijd
spoorloos worden verwijderd.
Kan verder gebruikt worden voor grauwe
of vergeelde was.
27
Waardevolle adviezen
Wasmachines mogen niet worden
gebruikt voor het bewaren van gedra
gen kleding voor de was. Vochtige
gedragen was bevordert de schim-
melvorming.
Bij licht vervuilde was bestaat meer
schuimvorming dan bij sterk vervuilde
was.
Hard water verbruikt meer wasmiddel
en vermindert de schuimvorming
Gelieve hierop te letten bij de dose-
ring van de wasmiddelen.
Met de huidige wasmiddelen (vloei-
baar of in poedervorm) kan zich ook
nog schuim ontwikkelen in het laat-
ste spoelwater of bij het centrifugeren.
Het spoelen wordt hier echter niet
door beïnvloed.
Adviezen en tips
Na afloop van een wasprogramma
kunnen zich vooral bij donker textiel
ventueel witte wasmiddelsporen voor-
doen. Deze zijn niet het gevolg van
een ontoereikende spoelwerking. Er
is hier meestal sprake van de onop-
losbare ontharding middelen van de
moderne fosfaatvrije wasmiddelen.
Mogelijkheid van verwijdering: Uit
schudden of afborstelen, keuze van
waspoeder controleren resp. vloei-
baar wasmiddel gebruiken
Gelieve te controleren voordat u de
was in de trommel brengt, dat er
geen metaalstukjes aan of tussen de
kleding, zoals bijv. metalen knopen,
haken van bustehouders enz., los
kunnen raken.
Er kan anders een dergelijk stuk in
de trommel terechtkomen en gelui-
den veroorzaken
Reparaties van dit type worden
ook in de garantieperiode niet
zonder kosten uitgevoerd.
28
Verzorging en onderhoud
Reinigen van het pluisfilter
Gelieve van tijd tot tijd het pluisfilter aan
de voorkant van de machine te reinigen,
dit dient voor het opvangen van vreemde
stukjes, pluizen enz.
De volgende handelingen zijn vereist:
1. Open het deurtje met bijvoorbeeld
een schroevendraaier.
2. Draai de greep van het pluisfilter naar
links tegen de richting van de wijzers van
de klok in de verticale stand en laat het
resterende water afvloeien.
Opgelet! Naar gelang de hoeveelheid
resterend water kan het zijn dat u het
bakje meerdere keren moet legen.
3. Vervolgens draait u het pluisfilter zo-
ver om dat u het eruit kan nemen.
Reinig het middenstuk van de zeef onder
stromend water.
4. Plaats de zeef weer terug en draai
hem vast. Sluit de klep.
Als u het filter heeft schoongemaakt,
sluit dan het pompdeurtje. Het pomp-
deurtje moet altijd dicht zijn als de ma-
chine aan staat.
Wij maken u erop attent dat door een
verstopt pluisfilter functiestoornissen
in het verloop van het wasprogramma
kunnen optreden. Controleer voordat
u de Klantenservice opbelt, uit prin-
cipe deze zeef, want een ingreep voor
een dergelijke storing wordt niet zon-
der kosten uitgevoerd.
29
3. Ook de sifonbuisjes aan de achter-
kant van het reservoir moet eruit worden
getrokken en gereinigd.
4. Bij het terugplaatsen en vastzetten
van het reservoir moeten de verbinding-
stukjes aan de zijkanten in de uitspa-
ringen op het deksel van de machine
worden gedrukt.
Reiniging van het wasmidde-
len spoelreservoir
De vakjes van het wasmiddelenreservoir
moeten voordat u korstafzetting door het
wasmiddel herkent, worden gereinigd.
Het totale reservoir kan worden verwij-
derd voor de reiniging.
1. Druk op de links en rechts
aanwezige lipjes en trek het reservoir
naar boven los.
2. Maak het reservoir schoon.
Gebruik hiervoor geen metalen gereed-
schap, een borstel en heet water (niet
kokendheet) zijn ruim voldoende.
Reiniging van de water-
toevoerzeven
De zeven in de watertoevoer moeten van
tijd tot tijd worden schoon gemaakt, uiter-
lijk wanneer bij de geopende waterkraan
geen of te weinig water in de machine
stroomt.
30
De zeven bevinden zich in de schroef die
de slang met de kraan verbindt en bij de
aansluiting aan de achterkant van de
machine.
Attentie! Sluit de waterkraan.
Schroef de watertoevoerslang van de
kraan los, verwijder de zeef en maak
deze schoon.
Schroef de watertoevoerslang aan
achterkant van de machine los. Verwij-
der de zeef en maak deze schoon.
Gelieve erop te letten dat u wanneer u
de watertoevoerslang weer vastschroeft,
de voegen weer aanbrengt en dat u de
contramoeren goed vastdraait.
Open de waterkraan en controleer de
aansluitingen op hun waterdichtheid.
Onderhoud van de was-
automaat
De behuizing die met uitgelezen
inbrandlak is beschermd, bespaart u een
speciaal onderhoud. Afdrogen met een
vochtige doek na de was is ruim vol-
doende. Natuurlijk kunt u de lak ook
behandelen met een gebruikelijk product
voor het onderhoud van lak. U mag ech-
ter in geen geval schuur- of oplosmidde-
len gebruiken.
Laat na de was het deksel nog enige tijd
open staan zodat de trommel kan opdro-
gen.
De wastrommel bestaat uit “roestvrij
edelstaal” en is dus enorm roestvast.
Mochten er toch roestplekken optreden,
dan is dit altijd terug te voeren op vreemde
voorwerpen van ijzer die met de was zijn
meegekomen. Vreemde roest is ook
mogelijk bij “roestvrij edelstaal”.
Ontkalken van de machine
Bij een juiste wasmiddeldosering is een
ontkalking doorgaans niet nodig. Wan-
neer u toch zou willen ontkalken, gebruik
hiervoor dan uitsluitend merk
ontkalkingmiddelen met bescherming te-
gen roest voor wasmachines.
Volg de dosering van de aanwijzingen
van de fabrikant.
Noodlediging
Wanneer u wegens dringende redenen de
machine moet legen, dan kunt u als volgt
te werk gaan:
Trek de stekker uit het stopcontact.
Sluit de waterkraan
Wacht de afkoeling van het eventueel
verwarmde waswater af.
Plaats het teiltje, de sleutel o.a. voor
het resterende water.
Leeg vervolgens de machine via het
pluisfilter (zie pagina 28)
Plaatsing in een ruimte die aan
vorst bloot kan staan.
Wanneer uw machine in een dergelijke
ruimte staat dan moet u in het koude
seizoen na de was het resterende water
legen (zie noodlediging) en tevens de
toevoerslang bij de waterkraan los-
schroeven en volledig leeg laten lopen. In
het geval dat de afvoerslang verlegd is
met een lus, dan moet ook deze worden
geleegd.
31
Rubber onderdelen in de ma-
chine
Onderdelen van rubber ondergaan niet
alleen slijtage, maar ook de natuurlijke
veroudering. Dit geldt voor alle rubber-
onderdelen van uw wasmachine. Wij ra-
den u aan de watertoevoerslang nauw-
keurig in de gaten te houden. Daarmee
zeggen wij niet dat wij geen voorzorgs-
maatregels hebben getroffen.
Verhelpen van kleine storingen
Bij een voortdurende controle van de
toevoer worden deze slangen belast met
60 bar proefdruk.
Na langer gebruik moet u deze water-
toevoerslang verwisselen. U kunt dit on-
derdeel bestellen bij uw bevoegde
Klantenservice of bij de onderdelen-
centrale, Duisburger Straße 57, 90451
Nümberg.
Aanwijzingen voor het verhel-
pen van kleine storingen
Wanneer u onze adviezen in acht neemt,
zult u altijd plezier beleven van uw vol-
automatische wasmachine.
Wanneer er toch een storing mocht optre-
den, gelieve dan eerste de volgende
aangegeven punten te controleren, voor-
dat u raad vraagt bij een vakman.
Wat is mis wanneer…
…het wasprogramma niet afloopt?
Zit de stekker goed in het stopcon-
tact?
Staat er spanning op het stopcontact,
is de zekering intact? (controleren
met een ander elektrische toestel bijv.
een bureaulamp o.a.)
Heeft u alle handelingen juist uitge
voerd, zoals deze in de gebruiksaan-
wijzing zijn beschreven?.
Is het deksel goed gesloten?
Is de waterkraan geopend?
Is de zeef in de watertoevoerslang
schoon?.
…het waswater niet afvloeit?
Is de waterafvoerslang eventueel ge-
knikt of gedraaid?
Is het pluisfilter verstopt?
…er water uit de machine loopt?
Zijn de schroefgedeelten bij de water-
toevoerslang goed aangedraaid?
Is het pluisfilter juist geplaatst?
…de wasverzachter al bij het vullen
eroverheen naar buiten stroomt resp.
niet wegvloeit?
U heeft een te grote dosis toege-
voegd
De sifons aan de achterklant mogen
niet verstopt zijn
…de machine bij het centrifugeren
sterk trilt?
Hebben de poten stevig contact met
de bodem?
Is de transportbescherming volledig
verwijderd?
Aanwijzing:
Het controleren en opheffen van de
hiervoor genoemde storingsoorzaken
moeten ook tijdens de garantieperiode
door onze klantendienst aan u wor-
den berekend.
32
Belangrijk!
Wanneer zich een storing voordoet,
gelieve dan allereerst te controleren dat u
de aanwijzingen en adviezen in deze
gebruiksaanwijzing in acht heeft geno-
men voordat dat u de Klantenservice
opbelt.
Storing
Wanneer u voor een storing geen aanwij-
zing in de gebruiksaanwijzing vindt, ver-
wittig dan onze technische klantendienst.
De service-hotline is de directe verbin-
ding naar alle klantendiensten in Neder-
land:
0115 62 64 66
Klantenservice
Storingmelding
Bij een storing moet u opgeven:
a) Volledig adres
b) Volledig telefoonnummer
c) Productnummer
d) Privilegnummer
Het nummer van het product en van
privileg kunt u op de machine vinden
op het merktype plaatje dat op de
achterkant van de klep van het pluis-
filter is aangebracht. (zie pagina 7).
Het opgeven van de beide nummers stelt
de Klantenservice in staat gericht te
zoeken naar het voor te bereiden onder-
deel.
U kunt dus direct de nummers van de
merkplaatje in deze gebruiksaanwijzing
overschrijven.
Productnummer : ...............
Privilegnummer : ...............
Attentie!
Elektrische apparatuur mag alleen door vakkundige elektriciens worden gerepa-
reerd, daar verkeerde reparaties ernstige schade tot gevolg kan hebben.
33
CLASSIC CLASSIC
215 S 225 S
Volume ..................................................... 4,5 kg 4,5 kg
Totale aansluitwaarde.............................. 2300 W 2300 W
Verwarming.............................................. 1950 W 1950 W
Waswaterpomp .......................................... 50 W 50 W
Hoofdmotor : Wassen ................ 300 W 300 W
Centrifugeren ........ 420 W 420 W
Toerental voor het centrifugeren ........... 1000 U/min 1200 U/min
Spanning ............................................... 220-230 V 220-230 V
Beveiliging ................................................. 10 A 10 A
Waterdruk : min ...............0,5 bar (5 N/cm²) 0,5 bar (5 N/cm²)
maxi..............8 bar (80 N/cm²) 8 bar (80 N/cm²)
Energie efficiëntie .........................................B B
Waswerking ..................................................A A
Centrifugeerwerking ......................................C B
Hoogte in rijdstand .................................... 91 cm 91 cm
Hoogte tot deksel van de machine ........... 85 cm 85 cm
Breedte..................................................... 40 cm 40 cm
Diepte ....................................................... 60 cm 60 cm
Gewicht .....................................................64 kg 64 kg
Deze machine bevat het "CE" teken en voldoet daarmee aan de volgende EG
richtlijnen
- 73/23/EWG van 19.02.1973 - Onderspanningrichtlijn
- 89/336/EWG van 03.05.1989 (aansluitend veranderingrichtlijnen 92/31/EWG ) -
EMV- richtlijn
Technische gegevens / Afmetingen
34
Aantekeningen
35
Aantekeningen
36
Programmaoverzicht
* Dit 60°C - programma is het programma bij de aankoop voor de aanwijzingen op het
energie-etiket, volgens de richtlijn 92/75/EWG.
NORMAAL PROGRAMMA
MET NORMAAL CENTRIFUGEREN
Vulhoeveelheid max. 4,5 kg
A
B
B
A
B*
C
C
D
F
G
Witte was met voorwas
bijv. sterk vervuilde beroepskleding, kookwas met vlekken, vervuilde
gebruikelijke was.
Witte was
bijv. normaal tot sterk vervuilde beroepskleding. kookwas met vlekken,
vervuilde gebruikelijke was.
E-Stand witte was
bijv. korte tijd gebruikte bedwas, licht vervuilde tafellakens en gebruikelijke was
zonder vlekken enz.
Bonte was met voorwas
bijv. bonte normale was van linnen of katoen, hemden, onderkleding, tafellakens
en servetten van linnen, badstof.
Bonte was
bijv. normaal tot sterk vervuilde bonte was van linnen of katoen, hemden,
onderkleding, tafellakens en servetten van linnen, badstof
Lichte bonte was
bijv. licht tot normaal vervuilde bonte was van linnen of katoen, hemden,
onderkleding, tafellakens en servetten, badstof
Korte bonte was
korte tijd gebruikte bonte was, bijv. tenniskleding, badpak.
Spoelen
bijv. extra spoelen voor handwas, schoonspoelen, spoelmiddelen kunnen in
het vakje voor wasverzachter worden bijgevuld.
Wasverzachten
kan als extra programma bij elk normaal wasprogramma worden gekozen, u
moet de concentratie voor circa 20 liter doseren en bijvullen in het vakje voor
wasverzachter.
Centrifugeren
kleine handwas die niet in de machine is gewassen kan hier worden
gecentrifugeerd en kan tevens worden toegevoegd aan elk deelprogramma.
Programma
keuzeknop
Wastemperatuur
°C
60° - 95°
60° - 95°
E60°
30° - 60°
30° - 60°
30° - 60°
30° - 40°
koud
koud
37
X
X
X
X
* Bij de aangegeven verbruikswaarden is hier sprake van de benaderde waarden volgens EN 60456,
die afhangen van de wasvulling, het wastype, temperatuur van watertoevoer en omringende temperatuur.
Dit is de hoogste watertemperatuur die voor het betreffende programma is voorzien.
Programmaverloop en verbruikswaarden
Toevoegen
Wasmiddel
Programmaverloop
X
X
X
X
X
X
X
Voorwas
Verzachter
veredelingsmiddel
Hoofdwas
Voorwas
Naar behoefte en vereisten. De vulhoeveelheden mag het maximale niveau in het
vulreservoir niet worden overschreden
Verbruikswaarden*
Centrifugeren
en
wegpompen
Stroom
(kWh)
Tijd
(min)
Water
(liter)
Hoofdwas
Spoelingen
2,1
1,8
1,10
1,15
1,03
0,85
0,45
0,2
0,1
0,05
67
55
52
60
49
49
49
59
19
0
150
130
115
145
125
125
110
60
22
12
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
laatste
spoeling
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
38
Programmaoverzicht
LICHT PROGRAMMA
MET LICHT CENTRIFUGEREN
Vulhoeveelheid 2,0 kg
resp. 1,0 kg (wolprogramma)
H
J
L
M
N
P
Q
R
S
Synthetica met voorwas
bijv. synthetische textiel, onderkleding, bonte was, hemden die niet hoeven
te worden gestreken.
Synthetica
bijv. synthetische textiel, onderkleding, bonte was, hemden die niet hoeven
te worden gestreken, die licht vervuild zijn.
Korte synthetica
bijv. licht vervuilde sportkleding.
Kort centrifugeren met afpompen
Wol
Getest wolwasprogramma voor wolwaren met ingenaaid etiket "speciaal
voorzienvervilt niet".
Fijne was
voor alle tere weefsels, bijv. vitrages.
Spoelen
bijv. extraspoelen voor de handwas, voor- of naspoelen bij elk wasprogramma
Wasverzachten
het programma voor veredelen is vooral geschikt voor de kleine handwas, die
u niet in de machine heeft gewassen.
Afpompen
van het laatste spoelwater bij programma's met spoelstop.
30° - 60°
30° - 60°
30 - 40°
...40°
30° - 40°
koud
koud
Programma
keuzeknop
Wastemperatuur
°C
39
39
* Bij de aangegeven verbruikswaarden is hier sprake van de benaderde waarden
gemeten volgens EN 60456.
X
X
X
X
X
X
Naar behoefte en vereisten. De vulhoeveelheden mag het maximale niveau in het
vulreservoir niet worden overschreden
X X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
laatste
spoeling
X
X
X
X
X
X
X
X
0,9
0,6
0,2
0,02
0,45
0,4
0,1
0,05
0,01
58
46
46
0
43
41
33
14
0
90
70
30
6
55
43
20
10
2
Programmaverloop en verbruikswaarden
Toevoegen
Wasmiddel
Programmaverloop
Voorwas
Verzachter
veredelingsmiddel
Hoofdwas
Voorwas
Verbruikswaarden*
Licht
centrifugeren
en
wegpompen
Stroom
(kWh)
Tijd
(min)
Water
(liter)
Hoofdwas
Spoelingen
Volautomatische wasmachine
CLASSIC 215 S Product N° 636.817
CLASSIC 225 S Product N° 636.796
146 5178 00 - Imprimerie IMPRESSIONS S.A. - 08500 REVIN - 06/03
Garantie-Informatie
Voor onze technische apparatuur en voertuigen
dragen wij in het kader van onze garantie-
voorwaarden de garantie voor een onberispelijke
staat.
De garantieperiode start bij de levering. Gelieve het
moment aan te tonen met de koopbon (factuur,
reçu e.a.). Bewaar deze documenten zorgvuldig.
Onze garantievoorwaarden zijn uiteengezet in onze
momenteel geldige hoofdcatalogus.
In geval van ingrepen bij garantie of van reparatie
wordt u verzocht u te richten tot onze dichtstbij-
zijnde Klantenservice.
Quelle B.V.
De Verrekijker 1
4564 DB St. Jansteen
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40

Quelle 215S, 20215 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor