Bruynzeel 9BRKPI7501A Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

NL29
UW VEILIGHEID EN DIE VAN ANDEREN IS ERG BELANGRIJK
Deze handleiding en het apparaat zelf zijn voorzien van belangrijke veiligheidsinformatie, die te allen tijde gelezen
en opgevolgd moet worden.
Alle veiligheidsberichten geven het mogelijke gevaar aan en geven aan hoe het risico op letsel, schade en
elektrische schokken voortvloeiend uit het onjuiste gebruik van het apparaat beperkt kan worden. Houd u
strikt aan de volgende aanwijzingen:
- De stekker van het apparaat moet altijd uit het stopcontact getrokken zijn voordat welke
installatiehandeling dan ook verricht wordt.
- De installatie of het onderhoud moet worden uitgevoerd door een gespecialiseerde monteur volgens de
instructies van de fabrikant en in overeenstemming met de plaatselijke veiligheidsvoorschriften.
Repareer of vervang geen enkel onderdeel van het apparaat, behalve als dit expliciet aangegeven
wordt in de gebruikershandleiding.
- Dit apparaat moet worden geaard.
- Het netsnoer moet lang genoeg zijn om het apparaat, na inbouw in het meubel, aan te sluiten op de
netvoeding.
- Om ervoor te zorgen dat de installatie voldoet aan de geldende veiligheidsvoorschriften, is er een
omnipolaire schakelaar met een afstand van minstens 3 mm tussen de contacten nodig.
- Gebruik voor de aansluiting geen meervoudige stekkers of verlengsnoeren.
- Trek niet aan het netsnoer van het apparaat.
- Na de installatie mogen de elektrische onderdelen niet meer toegankelijk zijn voor de gebruiker.
- Het apparaat is uitsluitend bestemd voor huishoudelijk gebruik en alleen voor het bereiden van
voedsel. Elk ander gebruik is verboden (bijv. het verwarmen van ruimtes). De fabrikant kan niet
aansprakelijk gesteld worden voor schade die het gevolg is van oneigenlijk gebruik of een onjuiste
instelling van de bedieningsknoppen.
- Het apparaat en de toegankelijke onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. Zorg ervoor dat u de
warmte-elementen niet aanraakt. Kinderen jonger dan 8 jaar moeten uit de buurt worden gehouden,
tenzij ze voortdurend onder toezicht staan.
- De toegankelijke delen kunnen tijdens de werking erg heet worden. Kinderen moeten uit de buurt en in
de gaten gehouden worden, om te voorkomen dat ze met het apparaat gaan spelen.
- Raak de verwarmingselementen van het apparaat niet aan tijdens en na het gebruik. Vermijd contact
met doeken of andere brandbare materialen tot alle onderdelen van het apparaat voldoende zijn
afgekoeld.
- Leg geen brandbaar materiaal op het apparaat of in de buurt ervan.
- Oververhitte vetten en olie kunnen makkelijk vlam vatten. Controleer de kookplaat regelmatig als u bij
de bereiding veel vet en olie gebruikt.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Dit is het waarschuwingssymbool, behorend bij de veiligheid, waarmee gebruikers worden gewaarschuwd
voor mogelijke gevaren voor henzelf en anderen.
Alle veiligheidsberichten komen na het waarschuwingssymbool en de volgende tekst:
GEVAAR
Geeft een gevaarlijke situatie aan, die ernstig letsel
veroorzaakt als deze niet wordt vermeden.
WAARSCHUWING
Geeft een gevaarlijke situatie aan, die ernstig letsel zou kunnen
veroorzaken als deze niet wordt vermeden.
NEDERLANDS Installatie Pagina 2 Gebruiksaanwijzing Pagina
NL30
- Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en ouder en personen met verminderde
fysieke, zintuiglijke of mentale vermogens of gebrek aan ervaring en kennis, mits zij onder toezicht
staan of instructies hebben gekregen over hoe zij het apparaat op een veilige manier kunnen gebruiken
en de risicos van het gebruik begrijpen.Kinderen mogen niet spelen met het apparaatReiniging en
onderhoud mag niet door kinderen zonder toezicht worden uitgevoerd.
- Er moet in de ruimte onder het apparaat een scheidingspaneel, niet bijgeleverd, gemonteerd worden.
- Als het oppervlak gebarsten is, dient u het apparaat uit te schakelen om het risico van een elektrische
schok te vermijden.
- Het is niet de bedoeling dat het apparaat in werking gesteld kan worden met een externe timer of met
een afzonderlijke afstandsbediening.
- Op de kookplaat koken met vet of olie zonder dat u erbij blijft, kan gevaarlijk zijn en tot brand leiden.
Probeer brand NOOIT te blussen met water, maar schakel het apparaat uit en dek de vlammen af met
bijvoorbeeld een deksel of brandblusdeken.
Brandgevaar: bewaar geen voorwerpen op de kookoppervlakken.
- Gebruik geen stoomreinigers.
- Metaalhoudende voorwerpen zoals messen, vorken, lepels en deksels mogen niet op het oppervlak van
de kookplaat worden gelegd, omdat ze heet kunnen worden.
- Schakel het kookplaatelement na gebruik uit met de knop en vertrouw niet alleen op de
pannendetector.
NL31
Verwerking van de verpakking
De verpakking kan volledig gerecycled worden, zoals wordt aangegeven door het symbool ( ). De verschillende onderdelen van de verpakking mogen niet
terechtkomen in het milieu, maar moeten als afval verwerkt worden volgens de plaatselijke voorschriften.
Verwerking van het apparaat
Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake Afgedankte Elektrische en Elektronische Apparatuur (AEEA).
Door ervoor te zorgen dat dit product op de juiste wijze als afval wordt verwerkt, helpt u mogelijke schadelijke gevolgen voor het milieu en de gezondheid te
voorkomen.
Het symbool op het product of op de begeleidende documentatie bij het product geeft aan dat dit apparaat niet als huishoudelijk afval behandeld mag worden,
maar naar een speciaal verzamelpunt voor recycling van elektrische en elektronische apparaten moet worden gebracht.
Energiebesparing
Om de beste resultaten te verkrijgen adviseren wij het volgende:
Gebruik potten en pannen met een doorsnede die gelijk is aan die van de kookzone.
Gebruik alleen pannen met een platte bodem.
Houd tijdens het koken zo veel mogelijk de deksel op de pan.
Met een snelkookpan kunt u nog meer tijd en energie besparen.
Zet de pan altijd in het midden van de op de kookplaat getekende kookzone.
- Dit apparaat, bedoeld om in contact te komen met levensmiddelen, voldoet aan het reglement ( ) n.1935/2004 en is ontworpen, gefabriceerd en op de markt
gebracht in overeenstemming met de veiligheidsvoorschriften van de “Laagspanningsrichtlijn” 2006/95/EG (die de richtlijn 73/23/EEG en latere amendementen
vervangt), beveiligingsvereisten van de Richtlijn “Elektromagnetische compatibiliteit” 2004/108/EG.
Gebruik een magneet om te controleren of de bodem van de pan geschikt is voor de inductiekookplaat: als de pan niet door de magneet wordt aangetrokken, is hij niet
geschikt.
- Controleer of de bodem van de pannen niet ruw is en zo krassen in het oppervlak van de kookplaat zou kunnen maken. Controleer het keukengerei.
- Zet nooit warme pannen en koekenpannen op het bedieningspaneel van de plaat. Dit zou hierdoor schade kunnen oplopen.
MILIEUTIPS
VERKLARING VAN OVEREENSTEMMING
VOORDAT U DE KOOKPLAAT IN GEBRUIK NEEMT
BELANGRIJK: als de pannen niet de vereiste afmetingen hebben, zullen de kookzones niet werken. Gebruik alleen pannen met het symbool
“INDUCTION SYSTEM” (afbeelding hiernaast). Voordat u de kookplaat inschakelt, eerst de pan op de gewenste kookzone zetten.
Bij gebruik van geschikte pannen, kunnen de kookzones niet bij een temperatuur lager dan 10 °C worden gebruikt.
REEDS AANWEZIGE PANNEN
AANBEVOLEN DIAMETER PANBODEM
NEEOK
Ø
28 cm
XL
Ø
17 cm min. 28 cm max.
Ø
21 cm
L
Ø
15 cm min. 21 cm max.
Ø
18 cm
M
Ø
14,5 cm
S
Ø
12 cm min. 18 cm max.
Ø
10 cm min. 14,5 cm max.
NL32
Indien u twee pannen tegelijkertijd gebruikt, plaats ze dan volgens de onderstaande afbeelding voor de beste resultaten:
OPMERKING:
In geval van kortdurende bereidingen waarbij een perfecte verdeling van warmte noodzakelijk is (bijvoorbeeld pannenkoeken) op de dubbele zone met een
doorsnede van 28 cm (indien aanwezig) wordt geadviseerd pannen te gebruiken met een doorsnede van niet meer dan 24 cm. Voor behoedzame bereidingen
(bijvoorbeeld chocolade of boter smelten) wordt geadviseerd de enkele zones met een kleinere doorsnede te gebruiken.
AANBEVOLEN PANPOSITIE
VERMOGENSTABELLEN
Vermogensniveau Soort bereiding Gebruik van het niveau
(de indicatie hangt af van de ervaring en de bereidingsgewoonten)
Max. vermogen
Boost Snel verwarmen
Ideaal om in korte tijd de temperatuur van het voedsel te verhogen tot het kookpunt, in het geval van
water, of snel kookvocht te verwarmen
9-7
Bakken - koken
Ideaal om aan te braden, een bereiding te starten, diepvriespoducten te bakken, water snel aan de
kook te brengen
Hoog vermogen
Aanbraden - fruiten - koken -
grillen
Ideaal om te fruiten, vocht aan de kook te houden, koken en grillen (gedurende korte tijd,
5-10 minuten)
7-5
Aanbraden - koken - laten
sudderen - fruiten - grillen
Ideaal om te fruiten, vocht zachtjes aan de kook te houden, koken en grillen (gedurende gemiddelde
tijd, 10-20 minuten), voorverwarmen
Gemiddeld
vermogen
Koken - laten sudderen -
fruiten - grillen
Ideaal om te laden sudderen, vocht heel zachtjes aan de kook te houden, koken en grillen (gedurende
lange tijd).
4-3
Koken - laten pruttelen -
inkoken - deeg smeuïg maken
Ideaal voor langdurige bereidingen (rijst, sauzen, braadstukken, vis) met bijbehorend vocht
(bijv. water, wijn, bouillon, melk), deeg smeuïg maken
Ideaal voor langere bereidingen (hoeveelheden kleiner dan een liter: rijst, sauzen, braadstukken, vis)
in bijbehorend vocht (bijv. water, wijn, bouillon, melk).
Laag vermogen 2-1
Smelten - ontdooien -
warmhouden - risotto's
smeuïg maken
Ideaal om boter zacht te maken, voorzichtig chocolade te smelten, producten van kleine afmetingen
te ontdooien en net bereide gerechten warm te houden (bijv. sauzen, soepen, minestrone's)
Ideaal voor het warmhouden van net bereide gerechten, het smeuïg maken van risotto's en het
warmhouden van dekschalen (met accessoires die geschikt zijn voor inductie).
OFF
Vermogen
nul
Steunoppervlak
Kookplaat in stand-by of uitgeschakeld (mogelijke aanwezigheid van restwarmte na afloop van de
bereiding, aangegeven door H)
NL33
Controleer na het uitpakken van het apparaat of het tijdens het transport geen beschadigingen heeft opgelopen en neem, in geval van problemen, contact op met de
leverancier of de Klantenservice.
Raadpleeg, voor de afmetingen voor het inbouwen en de installatie-aanwijzingen de afbeeldingen op pagina 2.
VOORBEREIDING VAN HET MEUBEL VOOR INBOUW
Aansluiting op het klemmenblok
Voor de elektrische aansluiting is een netsnoer meegeleverd. Volg de onderstaande instructies.
Sluit de geel/groene aardekabel aan op de klem met het symbool .
1. Verwijder het deksel (A) van het klemmenblok door de schroef los te draaien en steek het deksel in het scharnier (B) van het klemmenblok.
2. Plaats het netsnoer in de klem en sluit de draden aan op het klemmenblok zoals aangegeven in het bedradingsschema bij het klemmenblok.
3. Bevestig het netsnoer door middel van de kabelklem.
4. Sluit het deksel (C) en schroef het deksel van het klemmenblok vast met de verwijderde schroef.
Bij elke aansluiting op het netwerk voert de kookplaat automatisch enkele seconden een controle uit.
INSTALLATIE
WAARSCHUWING
- Installeer een scheidingspaneel
onder de kookplaat.
- Het onderste gedeelte van het
apparaat mag na installatie niet
toegankelijk zijn.
- Als er onder de kookplaat een
oven geïnstalleerd wordt, geen
scheidingspaneel monteren.
Houd u voor de afstand tussen de onderkant van de kookplaat en het scheidingspaneel aan de afmetingen in de afbeelding.
Voor een correcte werking van het apparaat mag de minimaal vereiste opening tussen werkblad en bovenkant van het meubel (min. 5 mm) nooit afgedekt worden.
Als er een oven onder de kookplaat geïnstalleerd wordt, controleer dan of de oven voorzien is van een koelsysteem.
Installeer de kookplaat niet boven een afwasmachine of wasmachine, zodat de elektronische schakelingen niet in contact komen met stoom of vocht; hierdoor kunnen de
schakelingen beschadigd worden.
Bij verzonken installatie dient u contact op te nemen met de klantenservice om te verzoeken om de montage van de schroevenset 4801 211 00112.
Gebruik voor het verwijderen van de kookplaat een schroevendraaier (niet bijgeleverd) om de veren rond het onderste deel van de plaat los te maken.
ELEKTRISCHE AANSLUITING
WAARSCHUWING
- Koppel het apparaat los van het elektriciteitsnet.
- Het apparaat moet geïnstalleerd worden door een gekwalificeerd technicus die volledig op de
hoogte is van de geldende veiligheids- en installatievoorschriften.
- De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld voor letsel bij personen of dieren of schade aan voorwerpen die het gevolg is van het niet naleven
van de voorschriften uit dit hoofdstuk.
- Het netsnoer moet lang genoeg zijn om de kookplaat te kunnen verwijderen uit het werkblad.
- Verzeker u ervan dat de spanning die vermeld is op het typeplaatje op de bodem van het apparaat overeenkomt met de netspanning in de woning waar
het apparaat geïnstalleerd zal worden.
6-7 cm
min. 20 mm
min. 5 mm
57
75
80
CBA
Grijs
Blauw
Bruin
Zwart
Geel/groen
NL34
Beschrijving van het bedieningspaneel
Bedieningspaneel
Aan- en uitzetten van de kookplaat
Om de kookplaat in te schakelen houdt u de toets circa 2 seconden ingedrukt, tot de displays van de kookzones oplichten. Om de kookplaat uit te schakelen, drukt
u op dezelfde toets tot de displays uitgaan Alle kookzones worden uitgeschakeld.
Wanneer de kookplaat eerder gebruikt is, blijft de restwarmte-indicator “H” actief tot de kookzones zijn afgekoeld.
Als er binnen 10 seconden na het inschakelen van de kookplaat geen enkele functie wordt geselecteerd, zal de plaat automatisch worden uitgeschakeld.
GEBRUIKSAANWIJZING
N1 N2L1 L2E N1 N2L1 L2E
N1 N2L1 L2E N1 N2L1 L2E
L1
L2
N2
N1
N
380-415V
380-415V
220-240V
220-240V 380-415V
220-240V
230-240V
Control panel lock
Cooking zone controls and corresponding display
On/O Quick access
Slider
Cooking zone controls and corresponding display
On/O
Control panel lock
Ecobooster/Automatic/Lock
function button
Timer
POWER
Timer/Lock
function button
Blokkeren van het bedieningspaneel
Instelbedieningen kookzones en bijbehorende displays
Inschakeling/uitschakeling
Snelle toegang
Slider
Instelbedieningen kookzones en bijbehorende displays
Inschakeling/uitschakeling
Blokkeren van het bedieningspaneel
Vermogensbeheer/
Functietoets Ecobooster /
Automatisch / Blokkering
Timer
Vermogensbeheer/
Functietoets Timer / Blokkering
Timer
NL35
Inschakeling en instelling kookzones
Plaats de pan op de kookzone, schakel de kookplaat in, activeer de gewenste kookzone door op de betreffende ronde knop “5” te drukken die op het display
weergegeven. Met de toetsen + en - is het mogelijk om het gewenste vermogensniveau van min. 0 tot max. 9, of de booster “P” indien beschikbaar, te selecteren.
Uitschakeling kookzones
Druk langer dan 3 seconden op de bijbehorende toets om de kookzone uit te schakelen.
De kookzone gaat uit en de letter “H” verschijnt in het display van de zone zolang de zone nog warm is.
Blokkeren van het bedieningspaneel
De functie blokkeert de bedieningen om te voorkomen dat ze per ongeluk worden ingeschakeld. Om de blokkering van het bedieningspaneel te activeren, schakelt u de kookplaat
in en houdt u de Blokkeerfunctie gedurende drie seconden ingedrukt. Een geluidssignaal en een lampje boven het slotsymbool geven aan dat de functie geactiveerd is. Het
bedieningspaneel is geblokkeerd, met uitzondering van de uitschakelfunctie. Om de blokkering van de bedieningen uit te schakelen herhaalt u de instellingsprocedure. Het
lichtpuntje gaat uit en de kookplaat is weer actief.
De aanwezigheid van water, vloeistof die overgekookt is uit de pannen of voorwerpen die op de toets onder het symbool worden gezet, kunnen ertoe leiden dat de
blokkering van het bedieningspaneel onbedoeld in- of uitgeschakeld wordt.
Timer
De timer kan worden gebruikt om een bereidingstijd van maximaal 99 minuten (1 uur en 39 minuten) voor alle kookzones in te stellen.
Selecteer de kookzone die in combinatie met de timer gebruikt moet worden, druk op de timer (zie afbeelding) en een piepsignaal duidt de functie aan.
Het display toont “00” en de LED-indicatie gaat branden. De waarde van de timer kan worden verhoogd of verlaagd door de toetsen “+” en “-” van de
slider-functie ingedrukt te houden. Zodra de ingestelde tijd is verstreken, klinkt een geluidssignaal en gaat de kookzone automatisch uit. Druk minstens 3 seconden op
de Timer-toets om de timer uit te schakelen:
Herhaal bovenstaande punten om de timer voor een andere zone in te stellen. Het display van de timer toont altijd de timer voor de geselecteerde zone of de kortste
timer.
Druk voor het wijzigen of uitschakelen van de timer op de toets die de kookzone van de timer in kwestie kiest.
Waarschuwingen van het bedieningspaneel
Speciale functies (indien aanwezig)
Sommige modellen zijn uitgerust met speciale functies:
Automatische functie
De functie stelt automatisch een vermogensniveau in dat geschikt is om het minimumkookpunt te handhaven. Activeer deze functie nadat de gerechten het kookpunt
hebben bereikt, door eerst op de betreffende zonetoets te drukken en vervolgens op de toets .
Restwarmte-indicator
De kookplaat heeft voor iedere kookzone een restwarmte-indicator. Deze indicator signaleert welke kookzones nog warm zijn.
Als op het display wordt weergegeven, is de kookzone nog warm. Als deze signalering voor de zone wordt gegeven is het bijvoorbeeld mogelijk een gerecht
warm te houden of boter te laten smelten
Wanneer de kookzone afkoelt, gaat het display uit.
Indicator “verkeerde pan of geen pan”
Als de pan niet geschikt is voor uw inductiekookplaat, verkeerd geplaatst is of niet de juiste afmeting heeft, verschijnt de indicatie “geen pan” op het
display (afbeelding hiernaast). In deze situaties wordt aanbevolen de pan op de kookplaat te verplaatsen tot u de juiste positie vindt. Als er binnen 60
seconden geen pan gedetecteerd wordt, gaat de kookplaat uit.
Snelkookfunctie (booster indien beschikbaar)
Deze functie is slechts op enkele kookzones aanwezig en maakt het mogelijk het vermogen van de plaat optimaal te benutten (bijvoorbeeld om snel water aan de kook
te brengen). Om de functie te activeren, toets “+” indrukken tot op het display “P” verschijnt. Nadat de boosterfunctie 5 minuten gebruikt is, stelt het apparaat de zone
automatisch in op niveau 9.
Vermogensindicatiedisplay
Indicatie geselecteerde kookzone
Positie kookzone
NL36
“Power management” (functie indien beschikbaar)
Met de functie “Power management” kan de gebruiker het maximale vermogen van de kookplaat instellen, op basis van de eigen wensen.
Deze instelling kan op willekeurig welk moment gekozen worden en wordt gehandhaafd tot de volgende wijziging.
Wanneer het maximaal gewenste vermogen wordt ingesteld, regelt de kookplaat automatisch de verdeling over de verschillende kookzones, waarbij gegarandeerd
wordt dat de drempel nooit overschreden wordt, met bovendien het voordeel dat alle zones tegelijkertijd beheerd kunnen worden, zonder problemen van
overbelasting.
Er worden 4 maximale vermogensniveaus op het display weergegeven: 2,5 – 4,0 – 6,0 – 7,2 kW (7,2 kW wordt beschouwd als maximaal vermogen van de kookplaat)
Op het moment van aanschaf van de kookplaat is deze ingesteld op het maximumvermogen
Na het aansluiten van het apparaat op het stopcontact is het de eerste 60 seconden mogelijk het gewenste vermogensniveau in te stellen door de volgende punten uit
te voeren:
Indien er zich tijdens de instelling van het vermogen een storing voordoet, verschijnt het symbool in het midden, tegelijkertijd klinkt er een continu
geluidssignaal gedurende ongeveer 5 seconden. In dat geval moet de configuratieprocedure vanaf het begin herhaald worden. Als de storing zich opnieuw voordoet,
contact opnemen met de Klantenservice.
Tijdens het normale gebruik, wanneer het maximaal beschikbare vermogen bereikt is en de gebruiker dit tracht te verhogen, dan gaat het niveau dat in gebruik is voor
de betreffende zone knipperen en klinkt er tweemaal een geluidssignaal.
Indien er voor die zone een hoger vermogen nodig is, dan moet het vermogensniveau van een of meerdere ingeschakelde kookzones handmatig verlaagd worden.
Activering/deactivering van het geluidssignaal (niet beschikbaar op schuifversie)
Houd na het inschakelen van de kookplaat de “+” knop en de buitenste knop aan de rechterzijde minstens drie seconden tegelijkertijd ingedrukt (“blokkering van het
bedieningspaneel”).
F
BELANGRIJK: gebruik geen schuursponsjes of metalen sponsjes. Daardoor kan het glas, in de loop van de tijd, beschadigd raken.
Na elk gebruik de kookplaat af laten koelen en schoonmaken om aangekoekt vuil en vlekken van gemorst voedsel te te verwijderen.
Suiker of levensmiddelen met een hoog suikergehalte beschadigen het glaskeramische oppervlak en moeten onmiddellijk worden verwijderd.
Zout, suiker en zand kunnen krassen maken in het glazen oppervlak.
Gebruik een zachte doek, absorberend keukenpapier of specifieke producten voor het reinigen van de kookplaat (houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant).
Door het morsen van vloeistoffen op de kookzones is het mogelijk dat de pannen trillen of zich verplaatsen.
Stap Bedieningspaneel Bedieningsdisplay
1Ongeveer
3 seconden ingedrukt
houden
2 Druk de knop
Vermogensbeheer in om de
voorgaande stap te
bevestigen
Het display toont
3
/
Indrukken om het gekozen
vermogen onder de
beschikbare opties in te
stellen
Zowel het lampje als de in-bedrijf-lampjes
voor de afzonderlijke kookzones gaan
branden
4 Druk de knop
Vermogensbeheer in om de
voorgaande stap te
bevestigen
Het display toont het ingestelde vermogen,
dat ongeveer 2 seconden knippert. Hierna
laat de kookplaat een geluidssignaal horen en
schakelt zich vervolgens zelf uit. De plaat is nu
klaar voor gebruik.
WAARSCHUWING
- Gebruik nooit een stoomreiniger.
- Controleer voordat u gaat schoonmaken of de kookzones uitgeschakeld zijn en dat de restwarmte-
indicator (“H”) niet wordt weergegeven.
NL37
Lees en volg de instructies op uit de paragraaf “Gebruiksaanwijzing”.
Controleer of er geen stroomuitval is.
Maak het oppervlak van de kookplaat na het schoonmaken goed droog.
Als bij de inschakeling van de kookplaat op het display alfanumerieke codes worden weergegeven, dient u volgens onderstaande tabel te handelen.
Als u er niet in slaagt de kookplaat na gebruik uit te schakelen, de stekker uit het stopcontact trekken.
De inductiekookplaten kunnen tijdens normaal bedrijf een reeks geluiden en trillingen genereren, afhankelijk van het type materiaal en de bereiding van het voedsel,
zoals die hieronder worden beschreven:
Contactgeluid: dit type trilling wordt veroorzaakt door het gebruik van pannen met meerdere lagen van verschillende materialen.
Klikgeluid bij gemiddeld-laag vermogen: dit geluid wordt geproduceerd om het gewenste laag-gemiddeld vermogen te verkrijgen.
Ritmisch klikgeluid: dit geluid wordt geproduceerd bij het bedienen van diverse kookzones en/of bij hoog vermogen.
Zwak sisgeluid: dit geluid wordt veroorzaakt door het gebruikte type houder en de hoeveelheid voedsel hierin.
Achtergrondgeluid: de inductiekookplaat is uitgerust met een ventilator voor het koelen van de elektronische componenten. U kunt het geluid van de
ventilator daarom tijdens bedrijf en nog enkele minuten na het uitschakelen van de plaat horen. Bij het verhogen/verlagen van het vermogen van de
geactiveerde kookzones kan het achtergrondgeluid van de ventilator toenemen/afnemen.
Deze omstandigheden zijn normaal en essentieel voor de correcte werking van het inductiesysteem. Dit is geen indicatie voor eventuele storingen of beschadigingen.
Voordat u contact opneemt met de Klantenservice
1. Controleer of het mogelijk is het probleem zelf op te lossen aan de hand van punten die beschreven worden in “Het opsporen van storingen”.
2. Schakel de kookplaat uit en weer aan, om te controleren of het probleem verdwenen is.
Als na het uitvoeren van deze controles de storing nog steeds aanwezig is, contact opnemen met de dichtstbijzijnde Klantenservice.
Vermeld altijd:
de aard van de storing;
het type en het exacte model van de kookplaat;
het servicenummer (dat is het nummer achter het woord Service op het typeplaatje), dat aan de onderkant van het apparaat zit (op de metalen plaat).
•uw volledige adres;
uw telefoonnummer.
Wanneer er een reparatie nodig is, neem dan contact op met een officieel klantenservicecentrum (om te garanderen dat er originele reserveonderdelen worden
gebruikt en de reparatie correct wordt uitgevoerd). De reserveonderdelen blijven nog 10 jaar lang verkrijgbaar.
OPSPOREN VAN STORINGEN
FOUTCODE BESCHRIJVING MOGELIJKE OORZAKEN PROBLEEM VERHELPEN
C81, C82
Het bedieningspaneel wordt
uitgeschakeld door te hoge
temperaturen.
De interne temperatuur van de
elektronische delen is te hoog
Wacht tot de kookplaat is
afgekoeld voordat u hem weer
gebruikt.
C83
Het bedieningspaneel duidt de
foutcode kookplaat uit aan
vanwege een fout in het
elektronisch circuit
Kookplaat werd voorzien van
overspanning
Kookplaat kan nog gebruikt
worden, maar neem contact op
met de Klantenservice
C85
Kookplaat kan geen vermogen
leveren aan
de pan
Pan is niet geschikt voor
inductiekookplaten
Gebruik een andere pan
F02, F04 of C84
Het aansluitvoltage is incorrect of
fout in netvoeding
De sensor detecteert een verschil
tussen het voltage van het apparaat en
het voltage van de netvoeding
Koppel de kookplaat los van het
elektriciteitsnet en controleer de
aansluiting
F01, F05, F06, F07, F10, F12, F25, F33, F34,
F36, F37, F46, F47, F48, F49, F58, F61, F62,
F63, F72, F74, F77
Koppel de kookplaat los van de netvoeding.
Wacht enkele seconden en sluit de kookplaat weer aan.
Bel de Klantenservice en geef de foutcode door als de fout niet verholpen is
GELUIDEN AFKOMSTIG VAN DE KOOKPLAAT
KLANTENSERVICE
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9

Bruynzeel 9BRKPI7501A Gebruikershandleiding

Type
Gebruikershandleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor