KitchenAid KDFX 6020 de handleiding

Type
de handleiding
KDFX 6020
Gebruiksaanwijzing
Voor het gebruik van de afwasmachine/aansluitingen 4
Algemene voorzorgsmaatregelen en adviezen 5
Het zoutreservoir vullen 6
Het doseerbakje van het spoelglansmiddel vullen 7
Het doseerbakje van het afwasmiddel vullen 8
Reiniging en onderhoud 9
1. Verwijderen van de verpakking en
controles:
Controleer, nadat u de verpakking heeft
verwijderd, of de afwasmachine tijdens het
transport niet beschadigd is en of de deur
perfect sluit. Wend u in geval van twijfel tot een
vakman of tot de verkoper.
Het verpakkingsmateriaal (plastic zakken enz.)
moet buiten het bereik van kinderen gehouden
worden, want het zou een bron van gevaren
kunnen vormen.
De goede werking van de afwasmachine is in de
fabriek getest.
Na deze test kunnen enige lichte watervlekken
overblijven die na de eerste afwasbeurt
verdwijnen.
2. Aansluiting op het elektriciteitsnet en op
de waterleiding:
Alle aansluitingen op de waterleiding en op het
elektriciteitsnet moeten worden uitgevoerd
door gekwalificeerd personeel, aan de hand van
de aanwijzingen van de fabrikant en conform de
geldende plaatselijke veiligheidsvoorschriften
(zie ook de bijgevoegde installatieaanwijzingen).
Gebruik de afwasmachine uitsluitend in het
huishouden en voor de doeleinden waarvoor ze
bestemd is.
Gebruik de afwasmachine niet als zij beschadigd
is tijdens het transport. Wend u tot de
Servicedienst of tot de verkoper.
(Zie de afzonderlijke
installatieaanwijzingen)
3. Toevoer en afvoer van het water:
Neem de geldende voorschriften van het
waterleidingbedrijf in acht.
Toevoerdruk van het water: 0,03 - 1,0 MPa.
Controleer of de watertoevoer- en
afvoerslangen niet gevouwen of afgekneld zijn.
Als de slangen niet lang genoeg zijn, wend u dan
tot de Servicedienst of de verkoper.
De toevoerslang moet veilig en hermetisch op
de waterkraan worden aangesloten.
De temperatuur van het toegevoerde water is
afhankelijk van het model.
Toevoerslang met de aanduiding “25°C Max”:
maximumtemperatuur 25°C.
Alle andere modellen:
maximumtemperatuur 60°C.
Verzeker u er op het moment van installatie van
dat het afvoerwater zonder problemen weg kan
stromen (verwijder indien nodig ook het netje
in de sifon van de wasbak).
Bevestig de afvoerslang aan de sifon met een
klembandje, zodat hij niet los kan raken.
Alleen voor apparaten met waterstopsysteem:
als de aanwijzingen voor de installatie in acht
worden genomen, kan het waterstopsysteem
voorkomen dat er water uit de machine
stroomt, dat schade zou kunnen aanrichten in
uw woning.
4. Elektrische aansluiting:
Neem de geldende normen van het
elektriciteitsbedrijf in acht.
De voedingsspanning staat vermeld op het
plaatje dat rechts op de binnenkant van de deur
is aangebracht.
De aarding van het apparaat is wettelijk
verplicht.
Gebruik geen verlengsnoeren of meervoudige
adapters.
Haal de stekker uit het stopcontact voordat u
onderhoudswerkzaamheden gaat verrichten.
Als het nodig is moet de verbindingskabel met
het net worden vervangen door een soortgelijk
exemplaar, dat verkrijgbaar is bij de
Servicedienst.
De kabel dient te worden vervangen door een
gespecialiseerd technicus.
Waarschuwing op apparaten met LCD display:
Na de installatie van het apparaat moet de
verbindingsstekker op elk willekeurig moment
bereikbaar zijn.
Voor Oostenrijk: als er een
lekstroomschakelaar in serie met het apparaat
wordt geschakeld, moet deze gevoelig zijn voor
pulserende stroom.
CE conformiteitsverklaring
Dit apparaat is ontworpen, vervaardigd en
verkocht in overeenstemming met de volgende
richtlijnen:
veiligheidsvoorschriften van de
“Laagspanningsrichtlijn” 2006/95/EG (die de
richtlijn 73/23/EEG en latere verordeningen
vervangt).
89/336/EEG
93/68/EEG
Capaciteit:
12 bestekken.
Voor het gebruik van de afwasmachine/aansluitingen
4
1. Verpakking:
de verpakking is 100% recycleerbaar, zoals
aangegeven door het kringloopsymbool .
2. Energie en water besparen:
Spoel de vaat niet af onder stromend water.
Gebruik de vaatwasmachine steeds wanneer hij
vol is, of selecteer, als er slechts één korf vol is,
het vaatwasprogramma met halve
belading/Multizone (indien beschikbaar).
Als er milieuvriendelijke energiebronnen ter
beschikking staan, zoals verwarming met
zonnepanelen, warmtepompen of centrale
verwarming, dient de afwasmachine te worden
aangesloten op de leiding voor warm water, met
een temperatuur van hoogstens 60°C. Verzeker
u ervan dat de watertoevoerleiding van het
juiste type is. Zie het hoofdstuk “Aansluitingen
in deze Gebruiksaanwijzing.
3. Afdanken:
het apparaat is vervaardigd van recycleerbaar
materiaal. Bij het afdanken van de machine
dienen de plaatselijke voorschriften voor
afvalverwerking te worden gevolgd.
Maak de afwasmachine in elk geval onbruikbaar
door de voedingskabel door te snijden.
Om gevaarlijke situaties voor kinderen te
voorkomen (b.v. verstikking), dient u het slot
van de deur te breken, zodat deze niet meer
gesloten kan worden.
4. Kinderbeveiliging:
Laat kinderen niet met de afwasmachine spelen.
Bewaar het afwasmiddel, het spoelglansmiddel
en het zout op een droge plaats, buiten bereik
van kinderen.
5. Veiligheidswaarschuwingen:
De geopende deur kan alleen het gewicht van
de uitgeschoven korf dragen, met inbegrip van
de vaat.
Leun niet op de open deur en ga er niet op
zitten of staan: de afwasmachine zou kunnen
kantelen!
Gebruik geen oplosmiddelen in de wasruimte:
dit veroorzaakt ontploffingsgevaar!
Voorwerpen waaraan u zich zou kunnen
verwonden moeten met de punt omlaag in de
korf worden gezet.
Lang keukengerei moet horizontaal in de
bovenste korf worden geplaatst, met de punt
naar het binnenste van het apparaat toe.
Schakel het apparaat altijd uit voor reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden en draai de
waterkraan dicht.
Doet er zich een storing voor, schakel de
afwasmachine dan uit en draai de waterkraan
dicht.
Schakel aan het einde van het programma de
afwasmachine uit en draai de waterkraan dicht.
Reparaties en technische wijzigingen mogen
uitsluitend door gekwalificeerd personeel
worden verricht.
Het water in de afwasmachine is geen
drinkwater.
Bewaar geen brandbare vloeistoffen in de
nabijheid van de afwasmachine.
Laat het apparaat niet buiten functioneren.
Let op: gevaar bij geopende deur.
6. Vorstbestendig
Indien het apparaat in een vertrek is geplaatst
dat aan vorst kan worden blootgesteld moet al
het water worden afgevoerd.
Draai de waterkraan dicht, koppel de toevoer-
en afvoerslangen los en laat het water er
vervolgens uitstromen.
7. Alleen voor apparaten met
waterstopsysteem:
In de watertoevoerslang en in de plastic doos
bevinden zich elektrische onderdelen. Snijd de
slang dus niet door en dompel de doos niet
onder in water. Als de slang kapot is, moet de
machine onmiddellijk uitgezet worden.
8. Het apparaat dient te worden gebruikt bij
een temperatuur tussen de 5 en 45°C.
Dit apparaat is voorzien van het merkteken volgens
de Europese richtlijn 2002/96/EG inzake
Afgedankte elektrische en elektronische apparaten
(AEEA). Door ervoor te zorgen dat dit product op
de juiste manier als afval wordt verwerkt, helpt u
mogelijk negatieve consequenties voor het milieu
en de menselijke gezondheid te voorkomen die
anders zouden kunnen worden veroorzaakt door
onjuiste verwerking van dit product als afval.
Het symbool op het product of op de
bijbehorende documentatie geeft aan dat dit
product niet als huishoudelijk afval mag worden
behandeld. In plaats daarvan moet het worden
afgegeven bij een verzamelpunt voor recycling van
elektrische en elektronische apparaten.
Afdanking moet worden uitgevoerd in
overeenstemming met de plaatselijke
milieuvoorschriften voor afvalverwerking.
Voor nadere informatie over de behandeling,
terugwinning en recycling van dit product wordt u
verzocht contact op te nemen met het
stadskantoor in uw woonplaats, uw
afvalophaaldienst of de winkel waar u het product
heeft aangeschaft.
Algemene voorzorgsmaatregelen en adviezen
5
Instellingen voor uitsluitend afwasmachines zonder sensor van de waterhardheid.
Bij afwasmachines met een sensor van de waterhardheid wordt de instelling automatisch
uitgevoerd.
Bij een waterhardheid van 1 (zacht) hoeft u geen zout te gebruiken.
Vanaf een waterhardheid 1–2 (gemiddeld) dient u, alvorens de machine in gebruik te nemen, het reservoir
te vullen met regenereerzout (vraag bij uw waterleidingbedrijf naar de hardheid van het water in uw
omgeving of controleer die op de laatste waterrekening).
Als de hardheidsgraad van het water niet overeenkomt met stand 3 (fabrieksinstelling) of als de
waterhardheid veranderd is:
de hardheidsgraad instellen (uitsluitend voor afwasmachines zonder sensor van de
waterhardheid):
de instelling moet aan de hand van de volgende tabel worden uitgevoerd.
Schakel het apparaat in (zie de Beknopte handleiding).
Selecteer het programma 2 (volgens de programmatabel in de Beknopte handleiding).
Druk (ten minste 5 seconden) op de toets “Start” totdat het “controlelampje Start” knippert.
Het “controlelampje Start” knippert of het digitale display licht op op basis van de ingestelde
hardheidsgraad van het water (tabel, instelling - aantal knipperingen of digitaal display).
Bij elke lichte druk op de toets “Start” neemt de instelling toe en als de waarde 7 is bereikt begint hij
weer bij 1.
Schakel het apparaat uit (zie Beknopte handleiding).
Na deze handeling wordt de gekozen instelling in het geheugen opgeslagen.
Het zoutreservoir vullen
Let op: gebruik alleen zout dat bestemd is voor afwasmachines!
Vullen van het zoutreservoir met ongeschikte producten, zoals
afwasmiddel, heeft onherstelbare schade voor het onthardingssysteem
tot gevolg.
1. Trek de onderste korf naar buiten.
2. Schroef de dop los door hem naar links te draaien.
3. Alleen voor het eerste gebruik van de afwasmachine:
Vul het zoutreservoir tot de rand met water.
4. Vul vervolgens het zoutreservoir (met de trechter) tot de rand met
zout. Gebruik de eerste keer min. 1,5 kg en max. 2 kg en roer met
de steel van een lepel.
5. Schroef de dop vast door hem naar rechts te draaien.
6. Breng de onderste korf aan.
7. Start onmiddellijk
een afwasprogramma nadat u regenereerzout
heeft toegevoegd (voorspoelen is niet voldoende), zodat de
vrijgekomen zoutoplossing meteen wordt verwijderd en corrosie
voorkomen wordt.
Indicator van het zoutniveau
De afwasmachine is voorzien van een elektrische of optische indicator
van het zoutniveau (afhankelijk van het model).
Elektrische indicator
Het controlelampje op het bedieningspaneel gaat branden wanneer
het zoutreservoir moet worden gevuld.
Optische indicator
Wanneer het zoutreservoir voldoende gevuld is, is de vlotter goed
zichtbaar in het venstertje van de dop. De vlotter daalt en is niet meer
zichtbaar wanneer het zoutreservoir moet worden gevuld.
Het zoutreservoir vullen
Hardheidsgrad Duitse Franse
mmol/l
Clarkegraad of Instelling
graden graden Engelse graden aantal keren
knipperen
(1x-7x)
of digitaal display
°dH °fH °eH (1-7)
1
zacht
0 -5 0 - 9 0 - 0,9 0 - 6,3 1x 1
1 - 2
gemiddeld
6 - 10 10 - 18 1,0 - 1,8 7 - 12,6 2x 2
2
gemiddeld
11 - 15 19 - 27 1,9 - 2,7 13,3 - 18,9 3x 3
3
gemiddeld-hard
16 - 21 28 - 37 2,8 - 3,7 19,6 - 25,9 4x 4
4
hard
22 - 28 38 - 50 3,8 - 5,0 26,6 - 35 5x 5
4
zeer hard
29 - 35 51 - 63 5,1 - 6,3 35,7 - 44,1 6x 6
4
buitengewoon
hard
36 - 60 64 - 107 6,4 - 10,7 44,8 - 74,9 7x
7
6
(Deze handeling is niet nodig bij het gebruik van gecombineerde
afwasmiddelen)
Het spoelglansmiddel bevordert het drogen van de vaat door het water
er beter te laten afstromen, zodat er geen strepen of vlekken
achterblijven. Vul het doseerbakje voor het eerste gebruik van de
afwasmachine. Gebruik uitsluitend spoelglansmiddel voor afwasmachines.
1. Druk op de toets A om het deksel te openen (zie tekening).
2. Giet het spoelglansmiddel in de opening tot de stippellijn “max”
(ongeveer 100 ml).
Als u per ongeluk spoelglansmiddel morst, verwijder dat dan meteen!
Op die manier voorkomt u overmatige schuimvorming die het
resultaat negatief zou kunnen beïnvloeden.
3. Sluit het deksel.
Controleer vervolgens regelmatig het niveau van het spoelglansmiddel.
De hoeveelheid spoelglansmiddel instellen
Fabrieksinstelling: Stand 4.
Als u niet tevreden bent over het afwas- of droogresultaat, kunt u de
dosis spoelglansmiddel veranderen.
1. Druk op de toets A om het deksel te openen (zie tekening).
2. Als de vaat strepen vertoont: stel de dosis spoelglansmiddel met een
munt of een dergelijk voorwerp in op een lagere stand (stand 1-3). Als
de vaat niet helemaal droog is: stel de dosis in op een hogere stand (5-6).
3. Sluit het deksel.
Indicator van het spoelglansmiddelniveau:
Optische indicator:
licht spoelglansmiddel toevoegen
donker voldoende spoelglansmiddel.
Elektrische indicator (indien aanwezig):
Het controlelampje op het bedieningspaneel gaat branden wanneer er
spoelglansmiddel moet worden toegevoegd.
Het doseerbakje van het spoelglansmiddel vullen
7
Gebruik uitsluitend afwasmiddel voor afwasmachines.
Vul het doseerbakje van het afwasmiddel pas vlak voordat u een
afwasprogramma start (zie ook Beknopte handleiding).
1. Druk op de toets C om het deksel te openen.
2. Het doseerbakje van het afwasmiddel vullen.
Programma’s met voorspoelen:
Afwaspoeder en/of vloeibaar afwasmiddel:
giet 2/3 van de door de fabrikant aanbevolen hoeveelheid afwasmiddel
in het vak (A);
giet 1/3 in het vak (B).
Tabletten:
plaats een tablet in het vak (A) en/of volg de adviezen op de
verpakking van het afwasmiddel.
Programma’s zonder voorspoelen:
Afwaspoeder en/of vloeibaar afwasmiddel, tabletten: giet de volledige
door de fabrikant aanbevolen hoeveelheid afwasmiddel in het vak (A).
Voor programma’s met de geactiveerde extra functie “Halve
lading/Multizones” (indien beschikbaar):
Bij afwaspoeder en vloeibaar afwasmiddel kan de hoeveelheid met 1/3
worden teruggebracht.
3. Sluit het deksel.
Afwasmiddel
Gebruik vloeibare afwasmiddelen, afwaspoeders en/of tabletten voor
afwasmachines van merken die in de winkels verkrijgbaar zijn (gebruik
geen handafwasmiddelen).
Bij het gebruik van een normaal afwasmiddel in poedervorm, is het
noodzakelijk het niveau van het zout en het glansmiddel te controleren
en deze eventueel aan te vullen. Ter bescherming van het milieu is het
raadzaam de aanwijzingen van de fabrikant op te volgen. Gebruik niet
méér wasmiddel dan wordt aangegeven. Houdt u zich aan de
veiligheidswaarschuwingen van de fabrikant. Bewaar deze producten
buiten bereik van kinderen. Als er afwasmiddelen in tabletten worden
gebruikt, dient u zich nauwgezet te houden aan de aanwijzingen die door
de fabrikant worden gegeven.
Als er gemengde afwasmiddelen worden gebruikt die het gebruik van
spoelglansmiddel of zout overbodig maken, dient u zich aan de volgende
aanwijzingen te houden:
producten met geïntegreerd spoelglansmiddel werken uitsluitend
optimaal met bepaalde programma’s.
producten die het gebruik van zout overbodig maken, mogen
uitsluitend worden gebruikt met beperkte hardheidsgraden van het
water.
Met hogere hardheid van het water, moet ook zout worden
toegevoegd.
Lees de beschrijvingen van deze producten aandachtig door. Wend u in
geval van twijfel tot de fabrikant van het afwasmiddel.
Er wordt geen enkele garantie verleend in geval van klachten die
betrekking hebben op het gebruik van deze producten.
Het doseerbakje van het afwasmiddel vullen
8
Schakel het apparaat altijd uit voor reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden en draai de waterkraan dicht.
Reinigen van de buitenkant:
Gebruik voor het reinigen van de buitenkant een vochtige doek en een
neutraal schoonmaakmiddel.
Reinig het bedieningspaneel uitsluitend met een vochtige doek.
Gebruik geen schuurmiddelen.
Reinigen van de binnenkant van de afwasmachine:
maak regelmatig de afdichting en de binnenkant van de deur schoon met
een vochtige doek om eventuele voedselresten te verwijderen.
Bovenste sproeiarm:
1. Draai de moer (A) los (door hem naar links te draaien) en haal de
sproeiarm weg door hem omlaag te trekken (B).
2. Spoel de gaatjes af.
3. Monteer de sproeiarm weer door hem in het midden te plaatsen en
draai de moer vast (door hem naar rechts te draaien).
Let er daarbij op de sproeiarm niet te buigen.
De moer moet goed vastgedraaid zijn. U dient een klik te horen!
De sproeiarm moet ongehinderd kunnen draaien.
Onderste sproeiarm:
1. Draai de moer (C) los (door hem naar links te draaien) en haal de
sproeiarm weg door hem omhoog te trekken (D).
2. Spoel de gaatjes af.
3. Monteer de sproeiarm weer door hem in het midden te plaatsen en
draai de moer vast (door hem naar rechts te draaien).
Let er daarbij op de sproeiarm niet te buigen.
De moer moet goed vastgedraaid zijn. U dient een klik te horen.
De sproeiarm moet ongehinderd kunnen draaien.
Reiniging en onderhoud
9
Reiniging van de filters
1. Draai het microfilter naar links (in de richting van de pijl “0”) en haal
hem weg (E).
2. Verwijder het grove filter (F).
3. Verwijder het fijnmazige filter (G).
4. Maak regelmatig alle filters onder stromend water schoon en let er
daarbij op het fijnmazige filter niet te verbuigen.
Controleer of er geen vuil in de afwasmachine is achtergebleven!
5. Monteren:
breng het grove filter in het microfilter aan en blokkeer het.
Installeer het fijnmazige filter. Het filter moet zich onder beide lipjes
bevinden (H).
Bevestig de grove filtergroep / microfilter door hem met de klok mee
in de richting van de pijl “1” te draaien, tot de stippellijnen op het
microfilter en het fijnmazige filter samenvallen.
Voor goede afwasresultaten is het belangrijk dat de filters goed
worden aangebracht!
Reiniging en onderhoud
10
5019 796 02004
Printed in Italy
n
12/07
NL
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12

KitchenAid KDFX 6020 de handleiding

Type
de handleiding