Aeg-Electrolux L87485FL Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

L 87485 FL
L 87685 FL
WASAUTOMAAT GEBRUIKSAANWIJZING
In deze gebruiksaanwijzing worden de
volgende symbolen gebruikt:
Waarschuwing - Belangrijke
veiligheidsinformatie.
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Wijzigingen voorbehouden
INHOUD
4 VEILIGHEIDSINFORMATIE
5 MILIEUBESCHERMING
6 BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
7 ACCESSOIRES
7 BEDIENINGSPANEEL
12 PROGRAMMA'S
14 VOOR HET EERSTE GEBRUIK
15 HET APPARAAT GEBRUIKEN
15 WASGOED IN DE MACHINE DOEN
15 WASMIDDELEN EN OVERIGE WASPRODUCTEN
TOEVOEGEN
17 HET PROGRAMMA INSTELLEN EN STARTEN
18 AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA
19 NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
20 ONDERHOUD EN REINIGING
24 PROBLEMEN OPLOSSEN EN SERVICE
27 TECHNISCHE GEGEVENS
28 MONTAGE
2
VOOR PERFECTE RESULTATEN
Bedankt dat u voor dit AEG product heeft gekozen. Dit apparaat is ontworpen om
vele jaren uitstekend te presteren, met innovatieve technologieën die het leven
gemakkelijker helpen maken – functies die gewone apparaten wellicht niet hebben.
Neem een paar minuten de tijd om het door te lezen zodat u er optimaal van kunt
profiteren.
ACCESSOIRES EN VERBRUIKSARTIKELEN
In de AEG webshop vindt u alles wat u nodig heeft om al uw apparaten van AEG
mooi te houden en perfect te laten functioneren. Ook vindt u hier een groot aantal
accessoires die zijn ontworpen en gebouwd volgens de hoge kwaliteitsnormen die u
verwacht, van speciaal kookgerei tot bestekmandjes en van flessenhouders tot
waszakken…
Bezoek onze webshop op
www.aeg-electrolux.com/shop
Ga naar onze website voor:
- Brochures
- Producten
- Service-informatie
- Oplossen van problemen
- Gebruikershandleidingen
www.aeg.com
NEDERLANDS 3
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees deze handleiding aandachtig door
voordat u het apparaat installeert of ge-
bruikt:
Voor uw eigen veiligheid en de vei-
ligheid van uw eigendommen
Voor het milieu
Voor de correcte werking van het ap-
paraat.
Bewaar deze instructies altijd bij het ap-
paraat, ook wanneer u het verplaatst of
aan een ander geeft.
De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor schade veroorzaakt door een fou-
tieve installatie.
VEILIGHEID VAN KINDEREN
EN KWETSBARE MENSEN
Mensen, met inbegrip van kinderen,
met beperkte lichamelijke, zintuiglij-
ke of verstandelijke vermogens of
gebrek aan ervaring en kennis, mo-
gen dit apparaat niet gebruiken. Zij
moeten onder toezicht staan of in-
structies krijgen over het gebruik van
dit apparaat van iemand die verant-
woordelijk is voor hun veiligheid.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit
de buurt van kinderen. Gevaar voor
verstikking of letsel.
Houd alle reinigingsmiddelen uit de
buurt van kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de
buurt van het apparaat als de deur
open is.
Voordat u de deur van het apparaat
sluit, dient u te controleren dat er
geen kinderen of huisdieren in de
trommel zitten.
Als het apparaat is uitgerust met een
kinderbeveiliging, raden wij aan dit
te activeren.
KINDERBEVEILIGING
Als u deze beveiliging activeert, kunt
u de deur niet sluiten. Dit voorkomt
dat u kinderen of huisdieren in de
trommel opsluit. Om de beveiliging
te activeren draait u het naar rechts
tot de groeve horizontaal staat. Om
de beveiliging te deactiveren draait u
het naar links tot de groeve verticaal
staat.
ALGEMENE VEILIGHEID
Het apparaat is niet geschikt voor
professioneel gebruik. Dit apparaat is
uitsluitend bestemd voor huishoude-
lijk gebruik.
De specificaties van het apparaat
mogen niet worden veranderd. Risico
op letsel en beschadiging van het
apparaat.
Plaats geen ontvlambare producten
of items die vochtig zijn door ont-
vlambare producten in, bij of op het
apparaat. Risico op explosie of
brand.
Volg de veiligheidsinstructies van de
verpakking van het wasmiddel om
brandwonden aan ogen, mond en
keel te voorkomen.
Zorg dat u alle metalen onderdelen
uit het wasgoed verwijdert. Harde en
scherpe materialen kan het apparaat
beschadigen.
Raak het glas van de deur niet aan als
een programma in werking is. Het
glas kan heet worden.
ONDERHOUD EN REINIGING
Schakel het apparaat uit en trek de
stekker uit het stopcontact.
Gebruik het apparaat niet zonder fil-
ters. Zorg dat de filters op de juiste
wijze worden geïnstalleerd. Een on-
juiste installatie leidt tot waterlekka-
ge.
4
MONTAGE
Het apparaat is zwaar. Wees voor-
zichtig bij het verplaatsen van het ap-
paraat.
Installeer en sluit geen beschadigd
apparaat aan.
Zorg dat u alle verpakkingsmateria-
len en transportbouten verwijdert.
Zorg er tijdens de installatie voor dat
de stekker uit het stopcontact is ge-
haald.
Alleen een erkende persoon mag de
elektrische installatie, het loodgie-
terswerk en de installatie van het ap-
paraat uitvoeren. Dit om het risico op
structurele schade of lichamelijk let-
sel te voorkomen.
Installeer of gebruik het apparaat
niet op een plek waar de tempera-
tuur onder de 0 °C komt.
Als u het apparaat installeert op
vloerbedekking, dient u ervoor te
zorgen dat er luchtcirculatie is tussen
het apparaat en de vloerbedekking.
Pas de stelvoeten aan om de nodige
ruimte tussen het apparaat en de
vloerbedekking te creëren.
Aansluiting aan de waterleiding
Sluit het apparaat niet aan met oude
slangen die al gebruikt zijn. Gebruik
alleen nieuwe slangen.
Zorg dat u de waterslangen niet be-
schadigt.
Sluit het apparaat niet op nieuwe lei-
dingen aan of op leidingen die lang
niet zijn gebruikt. Laat het water en-
kele minuten stromen en sluit dan de
toevoerslang pas aan.
Let er bij het eerste gebruik op dat
de watertoevoerslangen en de kop-
pelingen niet lek zijn.
Aansluiting op het
elektriciteitsnet
Zorg ervoor dat het apparaat is ge-
aard.
Controleer of de elektrische gege-
vens op het typeplaatje overeenko-
men met de stroomvoorziening.
Gebruik altijd een correct geïnstal-
leerd schokvrij stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren. Er kan brand ont-
staan.
Vervang of verander het netsnoer
niet zelf. Neem contact op met het
servicecentrum.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel
niet beschadigt.
Steek de stekker pas in het stopcon-
tact als de installatie is voltooid. Zorg
ervoor dat het netsnoer na installatie
bereikbaar is.
Trek niet aan het snoer om het appa-
raat los te koppelen van de netvoe-
ding. Trek altijd aan de stekker.
HET APPARAAT AFVOEREN
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Snijd het netsnoer van het apparaat
af en gooi dit weg.
3. Verwijder de deurvergrendeling. Dit
voorkomt dat u kinderen of huisdie-
ren in de trommel opsluit. Er be-
staat gevaar voor verstikking.
MILIEUBESCHERMING
VERPAKKINGSMATERIALEN
Recycle de materialen met het symbool
.
Gooi de verpakking in een geschikte
verzamelcontainer om het te recyclen.
MILIEUTIPS
Gebruik minder water en energie om
het milieu te helpen, volg deze instruc-
ties:
Stel een programma in zonder voor-
wasfase om wasgoed dat normaal
vervuild is te wassen.
NEDERLANDS 5
Was altijd met de maximum hoeveel-
heid wasgoed.
Gebruik een vlekkenverwijderaar
voor het wassen om een programma
in te stellen met een lagere tempera-
tuur.
Controleer de waterhardheid van uw
plaatselijke systeem om de juiste
hoeveelheid wasmiddel te gebrui-
ken.
Het symbool
op het product of op
de verpakking wijst erop dat dit
product niet als huishoudafval mag
worden behandeld, maar moet worden
afgegeven bij een verzamelpunt waar
elektrische en elektronische apparatuur
wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt
dat dit product op de juiste manier
wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke
negatieve gevolgen voor mens en
milieu die zich zouden kunnen
voordoen in geval van verkeerde
afvalverwerking. Voor gedetailleerdere
informatie over het recyclen van dit
product, kunt u contact opnemen met
de gemeente, de gemeentereiniging of
de winkel waar u het product hebt
gekocht.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
1 2 3
5
6
7
4
8
9
10
11
12
1
Bovenblad
2
Wasmiddeldoseerbakje
3
Bedieningspaneel
4
Handgreep
5
Typeplaatje
6
Afvoerpomp
7
Stelvoetjes
8
Afvoerslang
9
Watertoevoerklep
10
Hoofdkabel
11
Transportbouten
12
Stelvoetjes
6
ACCESSOIRES
1 2
34
1
Spanner
Om de transportbouten te verwijde-
ren.
2
Plastic dopjes
Voor het sluiten van de gaten aan
de zijkant van het apparaat als u de
transportbouten verwijdert.
3
Toevoerslang met geintegreerd
beschermingssysteem tegen wa-
teroverlast
Om mogelijke wateroverlast te
voorkomen
4
plastic slanggeleider die
Om een afvoerslang op de rand van
een gootsteen aan te sluiten.
BEDIENINGSPANEEL
T
emp.°C
TPM
Start/Pauze
Start-
uitstel
Vlekken/
Voorwas
Extra
Spoe
len
Wol/Zijde
Katoen
Extra Stil
Synthetica
Strijkvrij
Fijne Was
Dekbed
Anti-Allergie
Centrifugeren/
Pompen
Spoelen
Jeans
20 Min. - 3kg
Super Eco
Eco
Opfrissen
Ontkreuk
Auto Off
Tijd
Besparen
1 2 3
45678910
1
Aan-/Uittoets (Auto Off)
2
Programmaschakelaar
3
Display
4
Toets Start/Pauze (Start/Pauze)
5
Toets Startuitstel (Startuitstel)
6
Toets Tijd Besparen (Tijd Bespa-
ren)
7
Toets Extra spoelen (Extra Spoe-
len)
8
Toets Vlekken/Voorwas (Vlekken/
Voorwas)
9
Toets Kort centrifugeren (TPM)
10
Toets Temperatuur (Temp. °C)
NEDERLANDS 7
AUTO OFF TOETS
1
Druk op deze toets om het apparaat in
of uit te schakelen. Er klinkt een geluid
als het apparaat wordt ingeschakeld.
De AUTO OFF-functie schakelt het ap-
paraat automatisch uit om stroom te
beparen als:
Voor op toets 4 te drukken, u het ap-
paraat gedurende vijf minuten niet
gebruikt. Druk op knop 1 om het ap-
paraat weer in te schakelen.
5 minuten na het einde van het was-
programma. Zie ook 'Aan het einde
van het wasprogramma'.
PROGRAMMASCHAKELAAR
2
Draai aan deze knop om een program-
ma in te stellen. Het bijbehorende pro-
gramma-indicatielampje gaat branden.
DISPLAY
3
A H
JKL
C D E F GB
I
Op het display verschijnt:
A
De temperatuurvan het ingestelde programma
Koud water
B
De centrifugesnelheid van het ingestelde programma.
Niet centrifugeren symbool
1)
Spoelstop symbool
1)
Alleen beschikbaar voor het Centrifugeren/Pompen programma.
C
Voorwasfase
Wasfase
Spoelgangenfase
Centrifugefase
8
De fasesymbolen
Als een programma is ingesteld, gaan alle symbolen die verband hou-
den met dat programma aan.
Als het programma is begonnen, wordt alleen het symbool van de wer-
kende fase getoond.
Als het programma is voltooid, is het symbool van de laatste fase aan.
D
Het stoomsymbool
Dit symbool gaat aan als u een Stoomprogramma kiest.
E
De wasmiddeloverdosering
Dit symbool gaat aan het einde van de cyclus aan als het ap-
paraat detecteert dat er te veel wasmiddel is gebruikt.
F
Het deurvergrendelingsymbool
U kunt de deur van het apparaat niet openen als het sym-
bool is opgelicht. U kunt de deur van het apparaat openen
als het symbool uit gaat.
Het symbool blijft aan, maar het programma is voltooid:
Er staat water in de trommel.
De functie 'Spoelstop' is aan.
G
Het symbool startuitstel
Het symbool aan als u de functie startuitstel inschakelt.
H
De programmatijd
Als het wasprogramma start, vermindert de programmatijd
in stappen van 1 minuut.
De uitgestelde start
Als u op de toets startuitstel drukt, toont de display de uit-
stelde starttijd.
Alarmcodes
Als het apparaat een storing heeft, toont de display alarmco-
des. Raadpleeg het hoofdstuk "Problemen oplossen".
Het display toont dit bericht enkele seconden wanneer:
U met dit wasprogramma geen functie kunt instellen.
U het wasprogramma probeert te wijzigen als het in werk-
ing is.
Het wasprogramma is voltooid.
I
Het symbool kinderslot.
Het symbool gaat aan als dit apparaat is ingeschakeld.
De indicatiebalkje
Het indicatiebalkje verschijnt alleen als de bijbehorende
functie beschikbaar is voor het programma.
Het indicatiebalkje gaat branden al naar gelang de ingestel-
de functie.
NEDERLANDS 9
Indien u een verkeerde keuze maakt, geeft het bericht Err aan dat de keu-
ze niet mogelijk is.
J
Het symbool Tijd
Het symbool gaat aan als u een van de programmaduren in-
stelt.
VERKORTE DUUR
EXTRA KORT
K
Symbool Extra spoelen
Het symbool gaat aan als deze functie is ingeschakeld.
Het nummer geeft het totaal aantal spoelgangen weer.
Het indicatiebalkje gaat helemaal branden als het maximale
aantal spoelgangende zijn ingesteld.
L
Het symbool Vlekken
Het symbool gaat aan als deze functie is ingeschakeld.
Het symbool Voorwas
Het symbool gaat aan als deze functie is ingeschakeld.
Het indicatiebalkje brandt niet geheel als een van de be-
schikbare functies is ingeschakeld.
Het indicatiebalkje gaat helemaal branden als de twee func-
ties zijn ingesteld.
TOETS START/PAUZE
4
Druk op de toets
4
om het program-
ma te starten of te onderbreken.
TOETS STARTUITSTEL
5
Druk op de toets
5
om de start van
een programma vanaf 30 minuten tot
20 uur uit te stellen.
TOETS TIJD
6
Druk op deze toets om de programma-
tijd in te korten.
U kunt selecteren:
VERKORTE DUUR: Voor het wassen
van normaal vervuild wasgoed (Druk
één keer op de toets).
EXTRA KORT: Voor het snel wassen
van weinig vervuild wasgoed (Druk
twee keer op de toets).
TOETS EXTRA SPOELEN
7
Druk op de toets
7
om spoelfases toe
te voegen aan het programma.
Gebruik deze functie voor personen die
allergisch zijn voor wasmiddelen en in
gebieden waar het water erg zacht is.
TOETS VLEKKEN-VOORWAS
(
8
)
Druk op de toets
8
om een vlekken
en/of voorwasfase toe te voegen aan
het programma.
Druk herhaaldelijk op de toets om één
of de twee opties in te schakelen. Het
bijbehorende symbool en het indicatie-
balkje gaan branden op de display.
VLEKKEN PLUS
Gebruik deze functie voor wasgoed
met vlekken die moeilijk te verwijde-
ren zijn.
Als u deze functie instelt, doet u vlek-
kenverwijderaar in het vakje
. De-
10
ze functie verlengt de duur van het
wasprogramma.
Deze functie is niet beschikbaar
bij een temperatuur lager dan
40°C.
VOORWAS
Gebruik deze functie om een voor-
wasfase toe te voegen voor de wasfa-
se. We raden u aan om deze functie
te gebruiken als u wasgoed heeft dat
zeer vervuild is.
Het instellen van deze functie
verlengt de duur van het was-
programma.
TOETS CENTRIFUGEREN
9
Druk op deze toets om:
De maximale snelheid van de centri-
fugefase te verlagen als u een pro-
gramma instelt.
De display toont alleen de cen-
trifugesnelheden die voor het
ingestelde programma beschik-
baar zijn.
Schakel de centrifugefase uit.
Schakel de functie 'Spoelstop' in. Stel
deze functie in om kreukvorming in
stoffen te voorkomen. Het apparaat
pompt geen water weg als het pro-
gramma is voltooid.
TEMPERATUURTOETS
10
Druk op de knop
10
om de standaard
temperatuur te wijzigen. Als het display
het volgende weergeeft
- -, ver-
warmt het apparaat het water niet.
GELUIDSSIGNALENFUNCTIE
U hoort geluidssignalen als:
U het apparaat inschakelt.
U het apparaat uitschakelt.
U op een toets drukt.
Het programma is voltooid.
Het apparaat een storing ondervindt.
Voor het uitschakelen/inschakelen van
de geluidssignalen, drukt u tegelijker-
tijd op toets
3
en toets
4
gedurende
6 seconden.
Als u de geluidssignalen uit-
schakelt, blijven ze alleen wer-
ken als u op de toetsen drukt en
er een storing optreedt.
FUNCTIE KINDERSLOT
Deze functie voorkomt dat kinderen
spelen met het bedieningspaneel.
Druk om de functie te activeren, te-
gelijkertijd op toets
1
en toets
2
totdat de display het symbool
toont.
Druk om de functie te deactiveren,
tegelijkertijd op toets
1
en toets
2
totdat het symbool uitgaat.
U kunt de volgende functie activeren:
Voordat u drukt op de toets Start/
Pauze
4
: kan het apparaat niet star-
ten.
Nadat u drukt op de toets Start/Pau-
ze
4
, worden alle toetsen en de
programmaschakelaar uitgeschakeld.
PERMANENTE EXTRA
SPOELFUNCTIE
Met deze functie kunt u de extra spoel-
functie permanent aan laten als u een
nieuw programma instelt.
Voor het inschakelen van de functie
drukt u tegelijkertijd op de toets
5
en de toets
6
tot de display het
symbool
toont.
Voor het uitschakelen van de functie
drukt u tegelijkertijd op de toets
5
en de toets
6
tot het symbool
uitgaat.
NEDERLANDS 11
PROGRAMMA'S
Programma
Temperatuur
Type lading
max. gewicht van belading
Beschrij-
ving van
de cyclus
Functies
Katoen
95° - Koud
Wit en bont katoen, zwaar ver-
vuild.
max. belading 8 kg
Wassen
Spoelgan-
gen
Lang cen-
trifugeren
KORT CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
VOORWAS
1)
EXTRA SPOELEN
VLEKKEN
2)
TIJD BESPAREN
3)
Extra Stil
95° - Koud
Wit en bont katoen, normaal ver-
vuild.
max. belading 8 kg
Wassen
Stop met
water in
de trom-
mel
Spoelgan-
gen
VOORWAS
1)
EXTRA SPOELEN
VLEKKEN
2)
TIJD BESPAREN
3)
Synthetica
60° - Koud
Synthetische of gemengde stof-
fen, normaal vervuild.
max. belading 4 kg
Wassen
Spoelgan-
gen
Kort cen-
trifugeren
KORT CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
VOORWAS
1)
EXTRA SPOELEN
VLEKKEN
2)
TIJD BESPAREN
3)
Strijkvrij
60 - 0°
Synthetische stoffen. De was- en
centrifugefases van dit program-
ma zijn behoedzaam om te voor-
komen dat het wasgoed gaat
kreuken. De wasmachine voegt
extra spoelgangen toe.
max. belading 1.5 kg
Wassen
Spoelgan-
gen
Kort cen-
trifugeren
KORT CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
VOORWAS
1)
EXTRA SPOELEN
TIJD BESPAREN
Fijne Was
40 - 0°
Delicate stoffen zoals acryl, visco-
se, polyester stoffen, normaal ver-
vuild.
max. belading 4 kg
Wassen
Spoelgan-
gen
Kort cen-
trifugeren
KORT CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
VOORWAS
1)
EXTRA SPOELEN
VLEKKEN
2)
TIJD BESPAREN
3)
Wol / Zijde
40 - 0°
Wollen artikelen voor in de ma-
chine en met de hand te wassen
wollen artikelen en fijne was waar-
in het «handwas»-symbool staat.
max. belading 2 kg
Wassen
Spoelgan-
gen
Kort cen-
trifugeren
KORT CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
12
Programma
Temperatuur
Type lading
max. gewicht van belading
Beschrij-
ving van
de cyclus
Functies
Dekbed
60 - 30°
Speciaal programma voor één
synthetische deken, dekbed,
sprei enz.
max. belading 2 kg
Wassen
Spoelgan-
gen
Kort cen-
trifugeren
KORT CENTRIFU-
GEREN
Anti-Aller-
gie
60°
Witte katoenen kleding.
Dit programma verwijdert de mi-
cro-organismes dankzij het was-
sen op 60° en voegt een extra
spoelgang toe. Op die manier is
de actie effectiever.
Doe een speciale toevoeging
voor hygiëne in het vakje Vlekken
plus en selecteer de optie Vlek-
ken plus.
max. belading 8 kg
Wassen
Spoelgan-
gen
Kort cen-
trifugeren
KORT CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
VOORWAS
1)
VLEKKEN
2)
EXTRA SPOELEN
Centrifuge-
ren / Pom-
pen
4)
Alle stoffen.
De centrifugefase zal de instelling
bepalen voor katoenen wasgoed.
Stel de centrifugesnelheid in vol-
gens het type stof dat moet wor-
den gecentrifugeerd.
De maximale belading van het
apparaat hangt af van het type
wasgoed en programma.
Afvoer
van het
water
Centrifu-
gefase.
KORT CENTRIFU-
GEREN
NIET CENTRIFU-
GEREN
Spoelen
Alle stoffen.
max. belading 8 kg
Eén
spoel-
gang met
toevoe-
ging
Centrifu-
gefase.
KORT CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
EXTRA SPOE-
LEN
5)
Jeans
60° - 0°
Artikelen zoals broeken, shirts of
jasjes in denim en jersey gemaakt
van hi-tech materialen.
max. belading 4 kg
Wassen
Spoelgan-
gen
Kort cen-
trifugeren
KORT CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
VOORWAS
1)
EXTRA SPOELEN
20 Min. -
3kg
40° - 30°
Snelle was voor sportkleding, of
katoenen en synthetische licht
vervuilde of slechts eenmaal ge-
dragen kleding.
max. belading 3 kg
Wassen
Spoelgan-
gen
Kort cen-
trifugeren
KORT CENTRIFU-
GEREN
Super Eco
Gemengde stoffen (katoen en
synthetische weefsels). Dit pro-
gramma is bedoeld om energie,
water en tijd te besparen.
6)
max. belading 3 kg
Wassen
Spoelgan-
gen
Kort cen-
trifugeren
KORT CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
EXTRA SPOELEN
NEDERLANDS 13
Programma
Temperatuur
Type lading
max. gewicht van belading
Beschrij-
ving van
de cyclus
Functies
Eco
60° en 40°
Wit en kleurecht katoen.
Licht tot normaal vervuilde katoe-
nen artikelen. De temperatuur
wordt verlaagd en de wastijd
wordt verlengd. Zo wast u doel-
treffend en bespaart u energie.
max. belading 8 kg
Wassen
Spoelgan-
gen
Lang cen-
trifugeren
KORT CENTRIFU-
GEREN
SPOELSTOP
VOORWAS
1)
VLEKKEN
2)
EXTRA SPOELEN
TIJD BESPAREN
3)
1)
Als u vloeibare wasmiddelen gebruikt is het niet mogelijk om VOORWAS te kiezen.
2)
De functie Vlekken is niet beschikbaar bij een temperatuur lager dan 40°C.
3)
Als de Extra Kort optie wordt gekozen, adviseren wij de maximum belading te
verminderen. Het is mogelijk om de volledige lading te gebruiken, maar de wasresultaten
zullen niet voldoende zijn.
4)
Voor het uitsluitend selecteren van het programma POMPEN, stelt u de functie NIET
CENTRIFUGEREN in.
5)
Druk op de toets EXTRA SPOELEN om extra spoelgangen in te stellen. Als een laag
centrifugetoerental is ingesteld, voert het apparaat delicate spoelgangen uit en een korte
centrifugegang.
6)
Dit programma is geschikt voor wasmiddelen die op lage temperaturen effectief zijn.
STOOMPROGRAMMA'S
Programma
1)
Type lading Max. bela-
ding
Opfrissen Opfrissen
Deze cyclus verwijdert luchtjes
uit het wasgoed.
Stoom verwijdert geen
dierenluchtjes.
Katoen en synthetica
Stel het Stoomprogramma niet in
voor dit type kleding:
kleding waar op het wasvoor-
schrift niet staat of het geschikt
is voor de droger
alle kledingstukken met veel in-
gewerkte stukjes plastic, metaal,
hout e.d.
tot 1,5 kg
Ontkreuk Ontkreuk
Deze cyclus helpt het wasgoed
te ontkreuken
tot 1,5 kg
Stoom kan worden gebruikt voor droge, gewassen of eenmaal gedragen
wasgoed. Deze programma's kunnen kreukels en luchtjes verminderen en
het wasgoed zachter maken.
Gebruik geen wasmiddel. Verwijder vlekken indien nodig door te wassen
of plaatselijke vlekverwijderaar te gebruiken.
Stoomprogramma's voeren geen hygiënische cyclus uit.
1)
Als u een stoomprogramma instelt met gedroogde was, zal de was aan het eind van de
cyclus vochtig aanvoelen. Het is beter om de kleren aan de lucht te drogen gedurende 10
minuten om de vochtigheid te laten verdampen. Het wasgoed moet zo snel mogelijk uit de
trommel worden verwijderd. Na een stoomcyclus kunt u de kleding toch nog strijken, maar
dan uiteraard met veel minder moeite!
VOOR HET EERSTE GEBRUIK
1. Giet 2 liter water in het vakje voor
het hoofdwasmiddel van de was-
middellade om het afvoersysteem
te activeren.
14
2. Giet een klein beetje wasmiddel in
het vakje van het hoofdwasmiddel
van de wasmiddellade. Stel het pro-
gramma voor katoen in op de hoog-
ste temperatuur zonder wasgoed en
start het programma. Dit verwijdert
mogelijk vuil uit de trommel en de
kuip.
HET APPARAAT GEBRUIKEN
1. Draai de waterkraan open.
2. Steek de stekker in het stopcontact.
3.
Druk op de toets
1
om het appa-
raat in te schakelen.
4. Wasgoed in de machine doen.
5. Wasmiddelen en overige waspro-
ducten toevoegen
6. Het programma instellen en starten.
7. Aan het einde van het programma.
WASGOED IN DE MACHINE DOEN
1. Open de deur van het apparaat.
2. Plaats het wasgoed een voor een in
de trommel. Schud de items voor u
ze in de wasmachine plaatst. Zorg
ervoor dat u niet te veel was in de
trommel plaatst.
3. Sluit de deur.
Zorg dat er geen wasgoed uit de trom-
mel steekt als u de deur vergrendelt. Er
kan waterlekkage of beschadigd was-
goed ontstaan.
WASMIDDELEN EN OVERIGE WASPRODUCTEN TOEVOEGEN
Het vakje voor het wasmiddel voor de voorwasfase en het inweek-
programma.
Voeg inweek- en voorwasmiddelen toe voordat u het programma
start.
NEDERLANDS 15
Het vakje voor het wasmiddel voor de wasfase.
Als u een vloeibaar wasmiddel gebruikt, dient u dit direct voor het
starten van het programma te plaatsen.
Vakje voor vloeibare toevoegingen (wasverzachter, stijfsel).
Plaats het product in het vakje voordat u het programma start.
Dit is het maximale niveau voor vloeibare wasmiddelen.
Het vakje voor de vlekverwijderaar.
Plaats het product in het vakje en stel de vlekfunctie in voordat u
het programma start.
Klepje voor poeder of vloeibaar wasmiddel
Draai het (omhoog of omlaag) in de juiste stand om poeder of
vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
Volg altijd de instructies die u vindt op de verpakking van de wasmidde-
len.
Controleer de stand van de klep
1. Trek de wasmiddellade uit tot deze
stopt. Druk de hendel in om de lade
uit te trekken.
2. Draai de klep omhoog om poeder-
wasmiddel te gebruiken.
16
3. Draai de klep omlaag om vloeibaar
wasmiddel te gebruiken.
Met de klep in de stand OM-
LAAG:
Gebruik geen gelatineachtige
of dikke vloeibare wasmidde-
len.
Giet niet meer vloeibaar was-
middel in het vakje dan de li-
miet op de klep.
Stel de voorwasfase niet in.
Stel de startuitstelfunctie niet
in.
4. Meet het wasmiddel en wasverzach-
ter af.
Sluit de wasmiddellade voorzichtig.
Zorg ervoor dat de klep het was-
middel niet blokkeert bij het sluiten
van de lade.
HET PROGRAMMA INSTELLEN EN STARTEN
1. Draai de programmaknop naar
rechts of links. Het bijbehorende
lampje toont het ingestelde pro-
gramma.
2.
Het lampje van de toets
4
knip-
pert.
3. De display toont de standaard tem-
peratuur, de standaard centrifuge-
snelheid en de lege indicatiebalkjes
van de beschikbare functies.
4. Om de temperatuur en/of de centri-
fugesnelheid te wijzigen, drukt u in-
dien nodig op de bijbehorende
toetsen.
5. Stel de beschikbare functies in.
6.
Druk op de toets
4
om het pro-
gramma te starten. Het lampje van
de toets
4
is aan.
Het apparaat past de duur van
het programma automatisch
aan op het wasgoed wat in het
apparaat is geplaatst voor een
perfect wasresultaat in een zo
kort mogelijke tijd. Na ongeveer
15 minuten vanaf het begin van
het programma zal de display
de nieuwe programmatijd aan-
geven.
EEN PROGRAMMA
ONDERBREKEN
1.
Druk op de toets
4
. Het indicatie-
lampje knippert.
2.
Druk nogmaals op de toets
4
. Het
wasprogramma gaat verder.
EEN PROGRAMMA
ANNULEREN
1.
Druk op de toets
1
om het pro-
gramma te annuleren en om het ap-
paraat uit te schakelen.
2.
Druk opnieuw op de toets
1
om
het apparaat in te schakelen. U kunt
NEDERLANDS 17
nu een nieuw wasprogramma kie-
zen.
Het apparaat pompt geen water
weg.
EEN FUNCTIE WIJZIGEN
U kunt slechts enkele functies wijzigen
voordat ze gaan werken.
1.
Druk op de toets
4
. Het indicatie-
lampje knippert.
2. De ingestelde functie wijzigen.
DE STARTUITSTEL INSTELLEN
1.
Druk herhaaldelijk op de toets
5
tot het bijbehorende aantal minuten
of uren op de display verschijnt. De
bijbehorende symbolen gaan bran-
den.
2.
Druk op de toets
4
, het apparaat
begint met het aftellen van de uit-
gestelde start.
Nadat het aftelproces voltooid is,
wordt het wasprogramma automa-
tisch gestart.
Voordat u op de toets
4
drukt
om het apparaat te starten, kunt
u de instelling van de uitgestel-
de start annuleren of wijzigen.
U kunt de uitgestelde start niet
instellen bij het Stoom pro-
gramma.
DE UITGESTELDE START
ANNULEREN
1.
Druk op de toets
4
. Het bijbeho-
rende indicatielampje knippert.
2.
Druk herhaaldelijk op toets
5
tot
de display 0’ toont.
3.
Druk op de toets
4
. Het program-
ma wordt gestart.
OPEN DE DEUR
Als een programma of de startuitstel in
werking is, is de deur van het apparaat
vergrendeld.
De deur van het apparaat openen:
1.
Druk op de toets
4
. Het deurver-
grendelingssymbool in de display
gaat uit.
2. Open de deur van het apparaat.
3. Sluit de deur van de machine en
druk op de toets
4
. Het program-
ma of de startuitstel gaat verder.
Als de temperatuur en het wa-
terniveau in de trommel te hoog
zijn, blijft het deurvergrende-
lingssymbool aan. U kunt de
deur van het apparaat niet ope-
nen, maar dit is wel noodzake-
lijk.
1. Schakel het apparaat uit.
2. Wacht enkele minuten.
3. Zorg ervoor dat er geen wa-
ter in de trommel is.
Als u het apparaat uit zet, dient
u het programma opnieuw in te
stelllen.
AAN HET EINDE VAN HET PROGRAMMA
Het apparaat stopt automatisch.
De geluidssignalen klinken.
De display
toont.
Het indicatielampje van de toets
Start/Pauze
4
gaat uit.
Het deurvergrendelingssymbool in
de display gaat uit.
Druk op de toets
1
om het appa-
raat uit te schakelen. De AUTO OFF
functie schakelt het apparaat auto-
matisch uit na 5 minuten na afloop
van het programma. Als het apparaat
weer aan wordt gezet, verschijnt het
einde van het laatst gekozen pro-
gramma in de display. Draai aan de
18
programmaknop om een nieuw was-
programma te selecteren.
Haal het wasgoed uit het apparaat.
Zorg ervoor dat de trommel leeg is.
Laat de deur iets open staan om de
vorming van schimmel en onaange-
name luchtjes te voorkomen.
Draai de waterkraan dicht.
Het wasprogramma is voltooid, maar
er staat water in de trommel:
De trommel draait regelmatig om
kreukvorming van het wasgoed te
voorkomen.
De deur blijft vergrendeld.
U moet het water afvoeren om de
deur te kunnen openen.
Om het water weg te pompen:
1. Indien nodig, verlaag het centrifu-
getoerental.
2.
Druk op de toets Start/Pauze
4
.
Het apparaat gaat afpompen en
centrifugeren.
Het apparaat pompt het water
automatisch af en begint te cen-
trifugeren na ongeveer 18 uur.
3. Als het programma is voltooid, gaat
het deurvergrendelingssymbool uit
en kunt u de deur openen
4. Schakel het apparaat uit.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
VOOR U HET WASGOED IN
DE TROMMEL DOET
Verdeel het wasgoed in: wit, bont,
synthetisch, fijne was en wol.
Voor een juiste wijze van wassen
dient u de instructies op de wasla-
bels van het wasgoed op te volgen.
Was witte en bonte artikelen niet sa-
men.
Sommige bonte weefsels kunnen uit-
lopen als zij de eerste keer worden
gewassen. We raden daarom aan om
dit soort kleding de eerste keer dan
ook apart te wassen.
Knoop kussenslopen dicht, sluit rit-
sen, haakjes en drukknopen. Rol rie-
men op.
Verwijder hardnekkige vlekken.
Behandel delen met zware vervuiling
met een speciaal wasmiddel.
Wees voorzichtig met gordijnen. Ver-
wijder de haken of stop de gordijnen
in een zak.
Niet in de machine wassen:
Wasgoed zonder zomen of met
scheuren
Beugelbeha's.
Gebruik een waszakje om kleine
stuks wasgoed te wassen.
Een zeer kleine lading kan proble-
men veroorzaken bij de centrifugefa-
se. Als dit gebeurt, kunt u de artike-
len handmatig verdelen in de trom-
mel en de centrifugefase opnieuw
starten.
WASMIDDELEN EN
NABEHANDELINGSMIDDELEN
Gebruik alleen wasmiddelen en na-
behandelingsproducten die bedoeld
zijn voor gebruik in een wasauto-
maat.
Gebruik niet meer dan de juiste hoe-
veelheid afwasmiddel om het milieu
te beschermen.
Volg altijd de instructies die u vindt
op de verpakking van deze produc-
ten.
Gebruik de juiste producten voor het
type en de kleur stof, de programma-
temperatuur en de mate van vervui-
ling.
Stel de voorwasfase niet in als u
vloeibare wasmiddelen gebruikt.
WATERHARDHEID
Als de waterhardheid in uw gebied
hoog of gemiddeld is, raden we u het
gebruik van waterverzachter voor was-
NEDERLANDS 19
automaten aan. In gebieden waar de
waterhardheid zacht is, is het gebruik
van een waterverzachter niet nodig.
Neem contact op met het plaatselijke
waterleidingbedrijf voor de waterhard-
heid in uw gebied.
Volg altijd de instructies die u vindt op
de verpakking van de producten.
Gelijkwaardige eenheden meten de
waterhardheid:
Duitse graden (°dH).
Franse graden (°TH)
mmol/l (millimol per liter - een inter-
nationale eenheid voor de hardheid
van water).
Clarke-graden.
Waterhardheidstabel
Niveau Type
Waterhardheid
°dH °TH mmol/l Clarke
1 zacht 0-7 0-15 0-1.5 0-9
2 medium 8-14 16-25 1.6-2.5 10-16
3 hard 15-21 26-37 2.6-3.7 17-25
4 erg hard > 21 > 37 >3.7 >25
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING!
Haal de stekker uit het stopcontact
voordat u deze reinigt.
ONTKALKEN
Het water dat wij gebruiken, bevat kalk.
Als het nodig is dient u waterverzachter
te gebruiken om deze kalk te verwijde-
ren.
Gebruik een speciaal product voor was-
automaten. Volg altijd de instructies die
u vindt op de verpakking van de produ-
cent.
Doe dit apart van het wassen van was-
goed.
BUITENKANT REINIGEN
Het apparaat alleen schoonmaken met
zeep en warm water. Maak alle opper-
vlakken volledig droog.
LET OP!
Gebruik geen brandspiritus, op-
losmiddelen of chemische pro-
ducten.
ONDERHOUDSWASBEURT
Bij wassen op lage temperatuur is het
mogelijk dat er wat wasmiddel achter-
blijft in de trommel. Voer regelmatig
een onderhoudswas uit. Om dit te
doen:
Haal al het wasgoed uit de trommel.
Stel het heetste wasprogramma in
voor katoen
Gebruik de juiste hoeveelheid poe-
derwasmiddel met biologische ei-
genschappen.
Houd de deur enige tijd open na elke
wasbeurt om schimmels en onprettige
geurtjes te voorkomen.
20
DEURRUBBER
Controleer regelmatig het deurrubber
en verwijder voorwerpen uit de binnen-
kant.
TROMMEL
Controleer regelmatig de trommel om
kalk en roestdeeltjes te voorkomen.
Gebruik alleen speciale producten om
roestdeeltjes te verwijderen uit de
trommel.
Ga als volgt te werk:
Reinig de trommel met een speciaal
product voor roestvrijstaal.
Start een kort programma voor ka-
toen op de maximale temperatuur
met een kleine hoeveelheid wasmid-
del.
WASMIDDELDOSEERBAKJE
Het wasmiddelbakje reinigen:
1
2
1. Druk op de hendel.
2. haal het wasmiddelbakje er met
kracht uit.
3. Verwijder het bovenste gedeelte
van het vloeibare wasmiddelvakje.
4. Maak alle onderdelen schoon met
water.
5. Maak de ruimte van de wasmiddel-
lade schoon met een borstel.
6. Doe het wasmiddelbakje terug in de
ruimte van het wasmiddeldoseer-
bakje.
NEDERLANDS 21
AFVOERPOMP
Controleer regelmatig de af-
voerpomp en zorg dat deze
schoon is.
De pomp schoonmaken als:
Het apparaat geen water weg
pompt.
De trommel kan niet draaien.
Het apparaat een ongebruikelijk ge-
luid maakt door een blokkade in de
afvoerpomp.
De display een alarmcode weergeeft
door een probleem met de wateraf-
voer.
WAARSCHUWING!
1. Trek de stekker uit het stop-
contact.
2. Verwijder het filter niet als
het apparaat in gebruik is.
Reinig de afvoerpomp niet
als het water in de machine
heet is. Het water moet koud
zijn voordat u de afvoer-
pomp kunt reinigen.
De afvoerpomp reinigen:
1. Open het afvoerpompdeurtje.
2. Trek de klep naar voren om hem te
verwijderen.
3. Houd een bak onder de uitsparing
van de afvoerpomp om het water
op te vangen dat eruit stroomt.
4. Druk de twee hendels in en trek het
afvoerkanaal naar voren om het wa-
ter eruit te laten stromen.
1
2
5. Als de bak vol met water is, duwt u
het afvoerkanaal terug en leegt u de
bak. Herhaal de vorige stap tot er
geen water meer uit de afvoerpomp
stroomt.
6. Duw het afvoerkanaal terug en draai
het filter om deze te verwijderen.
22
7. Verwijder stof en voorwerpen uit de
pomp.
8. Zorg dat het schoepenrad op de
juiste wijze kan draaien. Neem in-
dien dit niet lukt contact op met de
service-afdeling.
1
2
9. Reinig het filter onder de water-
kraan en plaats deze terug in de
pomp in de speciale geleiders.
10
.
Zorg er voor dat het filter stevig
vastzit om waterlekkage te voorko-
men.
11
.
Plaats de klep terug en sluit het af-
voerpompdeurtje.
DE FILTER VAN DE
TOEVOERSLANG EN DE
KLEPFILTER
Het kan nodig zijn filters te reinigen als:
Het apparaat wordt niet gevuld met
water.
De machine langdurig water vult.
Het lampje van de toets
4
knippert
en de display het bijbehorende alarm
toont. Raadpleeg het hoofdstuk
"Problemen oplossen en service".
WAARSCHUWING!
Trek de stekker uit het stopcon-
tact.
De watertoevoerfilters schoonmaken:
1. Draai de waterkraan dicht.
2. Verwijder de watertoevoerslang van
de kraan.
3. Reinig het filter in de toevoerslang
met een harde borstel.
NEDERLANDS 23
4. Verwijder de toevoerslang achter de
machine.
5. Reinig het filter in de klep met een
harde borstel of een handdoek.
45°
35°
6. Installeer de watertoevoerslang op-
nieuw. Zorg er voor dat de koppe-
lingen stevig vast zitten om lekkage
te voorkomen.
7. Draai de waterkraan open.
NOODAFVOER
Het apparaat kan geen water afvoeren
door een storing.
Als dit optreedt, voert u stappen (1) tot
(6) uit van "Afvoerpomp".
Reinig de pomp als dit nodig is.
Plaats het afvoerkanaal terug en sluit de
afvoerpompklep.
Als u het water afvoert met de noodaf-
voerprocedure, dient u het afvoersys-
teem opnieuw te activeren:
1. Giet twee liter water in het vakje van
het hoofdwasmiddel van de was-
middellade.
2. Start het programma om water af te
voeren.
VOORZORGSMAATREGELEN
BIJ VORST
Als het apparaat is geïnstalleerd in een
gebied waar de temperatuur lager is
dan 0 °C, dan dient u het resterende
water uit de afvoerslang en de afvoer-
pomp te verwijderen.
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Draai de waterkraan dicht.
3. Verwijder de watertoevoerslang
4. Plaats de twee uiteinden van de
toevoerslang in een bak en laat het
water uit de slang stromen.
5. Leeg de afvoerpomp. Houd u zich
aan de noodafvoerprocedure
6. Als de afvoerpomp leeg is, instal-
leert u de toevoerslang opnieuw.
WAARSCHUWING!
Zorg ervoor dat de temperatuur
hoger is dan 0 °C voordat u het
apparaat opnieuw gebruikt.
De producent is niet verant-
woordelijk voor schades veroor-
zaakt door een zeer lage tempe-
ratuur.
PROBLEMEN OPLOSSEN EN SERVICE
Het apparaat start niet of stopt niet tij-
dens de werking.
Probeer eerst het probleem zelf op te
lossen (zie tabel). Neem indien dit niet
lukt contact op met de service-afdeling.
Bij sommige problemen werken de
geluidssignalen en toont de display
een alarmcode:
- Het apparaat wordt niet ge-
vuld met water.
- Het apparaat pompt geen
water weg.
24
- De deur is open of niet goed
gesloten.
- Het bescherminssysteem te-
gen waterlekkage is in werking getre-
den.
WAARSCHUWING!
Schakel het apparaat uit voordat
u controles uitvoert.
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
Het apparaat
wordt niet gevuld
met water.
De waterkraan is dicht. Draai de waterkraan open.
De watertoevoerslang is
beschadigd.
Verzeker u ervan dat de water-
toevoerslang niet is beschadigd.
De filters in de watertoe-
voerslang zijn verstopt.
Reinig de filters Zie het hoofd-
stuk "Onderhoud en reiniging".
De waterkraan is verstopt
of aangezet met kalkaan-
slag.
Maak de waterkraan schoon.
De aansluiting van de
watertoevoerslang is niet
correct.
Zorg dat de aansluiting altijd cor-
rect is.
De waterdruk is te laag. Neem contact op met de water-
leidingsmaatschappij.
Het apparaat
pompt geen water
weg.
De waterafvoerslang is
beschadigd.
Verzeker u ervan dat de wateraf-
voerslang niet is beschadigd.
Het filter in de afvoer-
pomp is geblokkeerd.
Reinig het filter of maak de af-
voerpomp schoon. Zie het
hoofdstuk "Onderhoud en reini-
ging".
De aansluiting van de
waterafvoerslang is niet
correct.
Zorg dat de aansluiting altijd cor-
rect is.
Er is een wasprogramma
zonder afvoerfase inge-
steld.
Stel het afpompprogramma in.
De functie 'Spoelstop' is
aan.
Stel het afpompprogramma in.
De deur is open of
niet goed geslo-
ten.
De deur is open of niet
goed gesloten.
Sluit de deur goed.
Het beschermings-
systeem tegen lek-
kage is aan.
Het beschermingssys-
teem tegen lekkage is
geactiveerd.
Schakel het apparaat uit en
trek de stekker uit het stop-
contact.
Draai de waterkraan dicht.
Neem contact op met het ser-
vicecentrum.
NEDERLANDS 25
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
De centrifugefase
werkt niet.
De centrifugafase is uit. Stel het centrifugeprogramma in.
Het filter in de afvoer-
pomp is geblokkeerd.
Reinig het filter of maak de af-
voerpomp schoon. Zie het
hoofdstuk "Onderhoud en reini-
ging".
Balansproblemen met de
waslading.
Verdeel de artikelen handmatig
in de trommel en start de centri-
fugefase opnieuw.
Het programma
start niet.
De stekker zit niet goed
in het stopcontact.
Steek de stekker in het stopcon-
tact.
De zekering in de meter-
kast is doorgebrand.
Vervang de zekering.
U heeft niet op de toets
4
gedrukt.
druk op de toets
4
.
De uitgestelde start is in-
gesteld.
Annuleer de uitgestelde start als
het wasgoed direct moet worden
gewassen.
Het kinderslot is geacti-
veerd.
Het kinderslot uitschakelen.
Er ligt water op de
vloer.
Lekkage van de koppe-
lingen van de waterslan-
gen.
Zorg dat de koppelingen goed
zijn aangedraaid.
Lekkage van de afvoer-
pomp.
Zorg dat het filter van de afvoer-
pomp goed is bevestigd.
De waterafvoerslang is
beschadigd.
Verzeker u ervan dat de water-
toevoerslang niet is beschadigd.
U kunt de deur van
het apparaat niet
openen.
Het wasprogramma is
bezig.
Laat het wasprogramma beëindi-
gen.
Er staat water in de trom-
mel.
Kies het programma Pompen of
Centrifugeren.
Het apparaat
maakt een abnor-
maal geluid.
Het apparaat staat niet
waterpas.
Het apparaat waterpas afstellen.
Raadpleeg "Installatie".
U heeft de verpakking
en/of de transportbou-
ten niet verwijderd.
Verwijder de verpakking en/of de
transportbouten. Raadpleeg "In-
stallatie".
De lading is erg klein. Meer wasgoed in de machine
doen.
Het apparaat vult
zich met water en
pompt dit direct
af.
Het uiteinde van de af-
voerslang bevindt zich te
laag.
Zorg dat de afvoerslang op de
juiste hoogte zit.
26
Probleem Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing
Het wasresultaat is
niet bevredigend.
Het door u gebruikte
wasmiddel was niet cor-
rect of onvoldoende.
Gebruik meer wasmiddel of ge-
bruik een ander middel.
U heeft de hardnekkige
vlekken niet voor het
wassen uit het wasgoed
gehaald.
Gebruik speciale producten om
hardnekkige vlekken te verwijde-
ren.
U heeft een onjuiste
temperatuur ingesteld.
Zorg dat u de juiste temperatuur
instelt.
Te veel wasgoedbela-
ding.
Verminder de hoeveelheid was-
goed.
Schakel het apparaat na de controle in.
Het programma gaat verder vanaf het
punt waar het werd onderbroken.
Als het probleem opnieuw optreedt,
neem dan contact op met onze service-
afdeling.
Indien het display andere alarmcodes
meldt, neem dan contact op met onze
service-afdeling.
SERVICE
Raadpleeg de meegeleverde infor-
matie voor dit apparaat voor de ga-
rantievoorwaarden en het contact-
punt. De benodigde informatie voor
de service-afdeling staat op het type-
plaatje.
Wij adviseren u om de informatie hier
te noteren:
Model
(MOD.)
..................
Productnummer :
(PNC)
..................
Serienummer
(S.N.)
..................
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmeting Breedte /Hoogte / Diepte 600 / 850 / 605 mm
Totale diepte 640 mm
Aansluiting op het elek-
triciteitsnet:
Spanning
Totale stroom
Zekering
Frequentie
230 V
2200 W
10 A
50 Hz
Waterleidingdruk Minimaal 0.5 bar (0.05 MPa)
Maximaal 8 bar (0,8 MPa)
Watertoevoer
1)
Koud water
NEDERLANDS 27
Maximale belading Katoen 8 kg
Centrifugetoerental Maximaal 1400 tpm (L 87485 FL)
1600 tpm (L 87685 FL)
1)
Sluit de slang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad.
VERBRUIKSWAARDEN
Programma
1)
Energieverbruik
(kWh)
Waterverbruik (li-
ter)
Witte katoen 95° C 2.4 70
Katoen 60° 1.50 66
Katoen Eco op 60° C
2)
0.88 57
Katoen 40° 0.90 66
Katoen Eco op 40° C
2)
0.70 57
Synthetische stoffen 40° 0.60 48
Fijne was 40° 0.70 58
Wol/Handwas 40° 0.50 57
De verbruiksgegevens in deze tabel zijn slechts richtlijnen, ze kunnen va-
riëren afhankelijk van de hoeveelheid en soort wasgoed, de temperatuur
van het aangevoerde water en de omgevingstemperatuur
1)
Raadpleeg de display voor de programmatijd.
2)
Dit is het programma voor testinstituten met een maximale belading katoen op de
maximale centrifugesnelheid die overeenkomt met de laatste goedgekeurde versie van de
EN60456.
MONTAGE
UITPAKKEN
1. Gebruik de handschoenen. De ex-
terne folie eraf trekken. Gebruik een
mes als dat nodig is.
28
2. Verwijder de afdekking van het kar-
ton.
3. Verwijder de piepschuim verpak-
kingsmaterialen.
4. De interne folie eraf trekken.
5. Open de deur. Verwijder het piep-
schuim blok van de deur en alle an-
dere onderdelen uit de trommel.
6. Kantel het apparaat achterover.
Plaats het apparaat voorzichtig erop
met achterzijde. Zorg ervoor dat de
slangen niet beschadigen.
NEDERLANDS 29
1
2
7. Verwijder de piepschuim bescher-
ming van de onderkant.
8. Zet het apparaat weer rechtop.
9. Verwijder het aansluitsnoer en de
afvoerslang van de slanghouders.
10
.
Draai de drie transportbouten los.
Gebruik de bij de machine gelever-
de sleutel.
11
.
Trek de de bouten met de plastic
tussenstukken eruit.
12
.
Vervang de plastic tussenstukken
voor de plastic doppen. U vindt de-
ze doppen in de zak van de gebrui-
kershandleiding.
30
WAARSCHUWING!
Verwijder alle transportbouten
en verpakking voordat u het ap-
paraat installeert.
Wij raden u aan om alle trans-
portbouten en verpakking te
bewaren voor als u het apparaat
gaat verplaatsen.
PLAATSING EN WATERPAS ZETTEN
x4
Installeer het apparaat op een vlakke
harde vloer.
Zorg ervoor dat de vloerbedekking
de luchtcirculatie onder het apparaat
niet stopt.
Zorg ervoor dat het apparaat geen
muren of andere keukenapparaten
raakt
Gebruik de stelvoetjes om het appa-
raat waterpas te zetten. Een juiste af-
stelling van het apparaat voorkomt
trillingen en lawaai en het bewegen
van het apparaat als deze in bedrijf
is.
Het apparaat moet waterpas en sta-
biel staan.
LET OP!
Plaats geen karton, hout of ver-
gelijkbare materialen onder de
voeten van het apparaat om de-
ze waterpas te stellen.
NEDERLANDS 31
DE TOEVOERSLANG
35
O
35
O
35
O
45
O
45
O
45
O
Sluit de slang aan op het apparaat.
Draai de toevoerslang alleen naar
links of rechts. Maak de ringmoer los
om in de juiste stand te zetten.
Sluit de watertoevoerslang aan op
een koudwaterkraan met 3/4-schroef-
draad.
LET OP!
Zorg ervoor dat de koppelingen
niet lekken.
Gebruik geen verlengslang als
de toevoerslang te kort is.
Neem contact op met de klan-
tenservice voor vervanging van
de toevoerslang.
Waterstop
A
De watertoevoerslang is voorzien van
een waterstop. Dit voorkomt schade
van waterlekkage in de slang door na-
tuurlijke slijtage. Het rode gedeelte in
het venster «A» toont deze storing.
Indien dit gebeurt, de kraan dichtdraai-
en en contact opnemen met de klan-
tenservice om de slang te laten vervan-
gen.
32
WATERAFVOER
Er is een bepaalde procedure om de
toevoerslang aan te sluiten:
Met de plastic slanggeleider.
Op de rand van een gootsteen.
Zorg dat de plastic geleider niet kan
bewegen als het apparaat water af-
voert. Bevestig de geleider op de
waterkraan of wand.
Op een standpijp met ventilatieope-
ning.
Raadpleeg de illustratie. Rechtstreeks
in een afvoerpijp op een hoogte van
niet minder dan 60 cm en niet meer
dan 100 cm. Het einde van de af-
voerslang moet altijd geventileerd
zijn, d.w.z. dat de binnendiameter
van de afvoerpijp groter moet zijn
dan de buitendiameter van de af-
voerslang.
Zonder de plastic slanggeleider.
Op een gootsteenafvoer.
Raadpleeg de illustratie. Plaats de af-
voerslang in de gootsteenafvoer en
draai deze vast met een clip. Zorg
dat de afvoerslang een bocht maakt
om te voorkomen dat resterende
deeltjes uit de gootsteen in het ap-
paraat komen.
NEDERLANDS 33
Direct op een ingebouwde afvoer-
pomp in de kamerwand.
U kunt de afvoerslang maximaal
400 mm verlengen. Neem con-
tact op met de klantenservice
voor de andere afvoerslang en
de verlenging.
34
NEDERLANDS 35
www.aeg-electrolux.com/shop 132941480-A-432010
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

Aeg-Electrolux L87485FL Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor