Samsung AC035FB1DEH Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

02_ veiligheidsinformatie
veiligheidsinformatie
Haal de stekker eruit vóórdat de unit onderhouden, schoongemaakt en geïnstalleerd
wordt.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees vóór het gebruik van uw nieuwe airconditioner deze handleiding zorgvuldig door
om ervoor te zorgen dat u weet hoe u de uitgebreide functies van uw nieuwe apparaat
veilig en efficiënt kunt gebruiken.
Aangezien de volgende bedieningsinstructies voor verschillende modellen gelden, kan
het zijn dat de karakteristieken van uw airconditioner wat verschillen van degene die
beschreven staan in deze handleiding. Neem als u vragen hebt contact op met uw
dichtstbijzijnde contactcentrum of ga voor meer informatie naar www.samsung.com.
Wat de iconen en tekens in deze gebruikershandleiding betekenen:
WAARSCHUWING
Risico op dood of ernstige persoonlijke verwondingen.
LET OP
Potentieel risico op persoonlijke verwondingen of materiele
schade.
LET OP
Volg de volgende basis veiligheidsinstructies op om het risico op
vuur, explosie, elektrische schok of persoonlijke verwondingen
tijdens het gebruik van uw airconditioner te verminderen:
Probeer dit NIET.
NIET demonteren.
NIET aanraken.
Volg de voorschriften zorgvuldig op.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Zorg ervoor dat het apparaat geaard is om elektrische schok te
voorkomen.
Neem voor hulp contact op met het contactcentrum.
Aanbevolen instructies of nuttige gebruiksinformatie.
Deze waarschuwingstekens zijn er om verwondingen aan u en anderen
te voorkomen.
Volg deze s.v.p. zorgvuldig op.
Bewaar deze instructies na het lezen op een veilige plaats voor
toekomstig referentie.
veiligheidsinformatie _03
NEDERLANDS
ERNSTIGE WAARSCHUWINGSSIGNALEN
Plaats om brand, explosies en verwondingen te voorkomen, de
airconditioner niet in de buurt van gevaarlijke substanties of apparatuur die
vlammen kan afgeven.
Eventueel risico op brand of explosie.
Blokkeer de airconditioner niet en plaats geen voorwerpen voor de
airconditioner. Ga niet op de airconditioner staan, ga er niet aan hangen en
plaats er geen zware voorwerpen op.
Eventueel risico op persoonlijke verwondingen.
Installeer de buitenunit niet op een onstabiele plaats of verhoogd
oppervlakte waar de unit af kan vallen.
Als de buitenunit valt, kan dit leiden tot persoonlijke verwondingen of verlies
van eigendom.
Veranderingen of aanpassingen die uitgevoerd zijn terwijl deze niet in de
installatiehandleiding staan, kunnen leiden tot slecht functioneren van of
schade aan de unit. In dit geval zal de gebruiker verantwoordelijk zijn voor
de reparatiekosten.
Als er gas of onzuiverheden, met uitzondering van R410A koelmiddel, in de
koelmiddelpijp komen, kunnen serieuze problemen optreden die kunnen
leiden tot verwondingen.
Spuit geen ontvlambare gassen zoals insecticide in de buurt van de
airconditioner.
Eventueel risico op elektrische schok, brand of defecten aan de unit.
Steek geen voorwerpen zoals vingers of takken in de
ontluchtingsopeningen van de airconditioner.
Houd kinderen buiten bereik van de airconditioner. Eventueel risico op
persoonlijke verwondingen.
Haal de stekker nooit van het snoer af om deze aan een ander
elektriciteitssnoer vast te maken.
Probeer het elektriciteitssnoer nooit te verlengen.
Eventueel risico op brand of elektrische schok.
Trek niet aan het elektriciteitssnoer en raak de stekker niet aan met natte
handen.
Eventueel risico op brand of elektrische schok.
Gebruik nooit een beschadigde stekker, elektriciteitssnoer of losgemaakte
stroomontvanger.
Eventueel risico op brand of elektrische schok.
Het elektrische werk moet uitgevoerd worden door een bekwame
onderhoudstechnicus in naleving van de nationale wetgeving omtrent
goedgekeurde kabels.
Als de capaciteit van de stroomkabel niet genoeg is of als het elektriciteitswerk
niet goed is uitgevoerd, bestaat er risico op elektrische schok of brand.
U moet de stroomkabel in de kabelschoen steken en deze vastmaken met
een klem.
WAARSCHUWING
04_ veiligheidsinformatie
Sluit de airconditioner niet aan op een verwarmingsapparaat en
probeer de unit niet zelf te demonteren, modificeren of repareren.
Eventueel risico op slecht functioneren, elektrische schok of brand.
Neem contact op met het contactcentrum als reparaties nodig zijn.
Neem contact op met de plaats van aankoop of met een
contactcentrum om de airconditioner te demonteren of opnieuw te
installeren.
Eventueel risico op defecten aan de unit, waterlekkage, elektrische schok
of brand.
Neem contact op met de plaats van aankoop of met een
contactcentrum om de airconditioner te demonteren of installeren.
Bij onjuiste installatie bestaat er risico op defecten aan de unit,
waterlekkage, elektrische schok of brand.
Neem als de unit geïnstalleerd wordt in een speciaal gebied, zoals een
fabriek of zout kustgebied, contact op met de plaats van aankoop of
contactcentrum voor installatiedetails.
Zorg ervoor dat de steun bij installatie goed vastzitten voor langdurig
gebruik.
Als de airconditioner valt, kan dit persoonlijke verwondingen of verlies van
eigendom veroorzaken.
Als de binnenunit nat wordt, zet de stroom onmiddellijk uit en bel het
dichtstbijzijnde contactcentrum.
Eventueel risico op brand of elektrische schok.
Installeer een exclusieve stroomonderbreker en kortsluitingschakelaar
voor de airconditioner.
Eventueel risico op brand of elektrische schok.
Als de stroomkabel beschadigd is moet deze vervangen worden door
de producent of een bekwame onderhoudstechnicus.
Zorg er altijd voor dat de stroomtoevoer voldoet aan de huidige
veiligheidsvoorschriften. Installeer de airconditioner altijd volgens de
huidige, plaatselijke veiligheidsvoorschriften.
Controleer dat het voltage en de frequentie van de stroomtoevoer
voldoen aan de specificaties en dat de geïnstalleerde stroom
voldoende is om ervoor te zorgen dat het gebruik van een ander
huishoudelijk apparaat dat aangesloten is op dezelfde elektriciteit
geen probleem vormt.
De airconditioner moet geïnstalleerd worden in overeenstemming
met de nationale wetgeving omtrent bedrading en
veiligheidsvoorschriften, waar deze van toepassing zijn.
Installeer de bijgeleverde kabels goed. Maak ze goed vast zodat er
geen externe kracht op het blok uitgeoefend kan worden.
Als de aansluiting los zit, kan er warmte gegenereerd worden wat kan
leiden tot elektrische schok of brand.
veiligheidsinformatie
veiligheidsinformatie _05
NEDERLANDS
ERNSTIGE WAARSCHUWINGSSIGNALEN
Gebruik alleen een goedgekeurde stroomonderbreker.
Gebruik nooit stalen draden of koperen draden als stroomonderbreker.
Het kan leiden tot brand of het niet goed functioneren van de unit.
Gebruik een exclusieve stroombron voor de airconditioner.
Eventueel risico op brand of elektrische schok.
Zet het elektriciteitssnoer niet onder overmatige spanning en plaats
er geen zware voorwerpen op.
Buig het elektriciteitssnoer niet te veel.
Eventueel risico op brand of elektrische schok.
Controleer altijd of de elektrische aansluitingen (kabelingang, secties,
bescherming, etc.) voldoen aan de elektrische specificaties en met de
instructies in het bedradingschema.
Controleer altijd dat alle aansluitingen voldoen aan de voorschriften
die van toepassing zijn op de installatie van airconditioners.
Gebruik een contactdoos met een geaard contact. De contactdoos
moet exclusief gebruikt worden voor de airconditioner.
Onjuiste elektrische aarding kan elektrische schok of brand veroorzaken.
Zorg ervoor dat de unit geaard is. Sluit de geaarde kabel niet aan op
gas- of waterpijpen, bliksemafleiders of telefoonlijnen.
Als de unit niet goed geaard is, kan dit leiden tot elektrische schok.
Controleer altijd dat een goede aansluiting voor aarding beschikbaar
is.
Sluit de stroomtoevoer naar de airconditioner af voordat deze
gerepareerd of gedemonteerd wordt.
WAARSCHUWING
06_ veiligheidsinformatie
LET OP SIGNALEN
Sluit, wanneer u de unit installeert, eerst de koelmiddelpijpen aan en
daarna de elektrische kabels.
Demonteer altijd eerst de elektrische kabels en daarna de
koelmiddelpijpen.
Controleer dat de airconditioner aangesloten is op de stroomtoevoer
zoals beschreven in de instructies in het bedradingdiagram dat in de
handleiding staat.
De producent is niet verantwoordelijk voor schade die voortkomt
uit ongeautoriseerde aanpassingen of onjuiste aansluiting van
elektrische of hydraulische kabels.
De garantie zal onmiddellijk vervallen als de instructies niet
opgevolgd worden of als er niet voldaan wordt aan de vereisten in de
“Bedieningslimieten” tabel die in de handleiding staan.
Zorg ervoor dat er geen water in de airconditioner komt.
Eventueel risico op elektrische schok.
Zet de airconditioner uit met behulp van de bijgeleverde
afstandsbediening of bedieningsaccessoire (indien bijgeleverd). Trek
de stekker er niet uit om de unit uit te zetten (tenzij er onmiddellijk
gevaar dreigt).
Zet het voorste luchtrooster niet open terwijl de unit aanstaat.
Eventueel risico op elektrische schok of defecten aan de unit.
Richt de koude luchtstroom niet direct op mensen, dieren en planten.
Dit is schadelijk voor uw gezondheid, dieren en planten.
Laat de airconditioner niet voor langere tijd aanstaan in een kamer
met de deur dicht of waarin zich baby’s, oudere of gehandicapte
mensen bevinden.
Open de deur of ramen om de kamer ten minste een keer per uur te
ventileren om zuurstoftekort te voorkomen.
Drink het water dat uit de airconditioner komt niet.
Eventueel gezondheidsrisico.
Stel de stoffilter niet bloot aan direct zonlicht wanneer u deze droogt.
De stoffilter kan vervormd worden door direct zonlicht.
Laat kinderen niet op de airconditioner klimmen.
Gebruik alleen goedgekeurde accessoires en installeer de
airconditioner met goedgekeurde apparatuur.
Als u geen goedgekeurde accessores gebruikt, kan het zijn dat de
airconditioner van zijn plaats valt, water lekt of elektrische schok of brand
veroorzaakt.
LET OP
veiligheidsinformatie
veiligheidsinformatie _07
NEDERLANDS
LET OP SIGNALEN
Gebruik de airconditioner niet als koeling precisie-instrument voor
eten, huisdieren, planten, cosmetica of machines.
Sla niet hard op de airconditioner.
Eventueel risico op brand of defecten aan de unit.
Spuit geen water direct op de airconditioner en gebruik geen
benzeen, verdunningsmiddel of alcohol om de oppervlakte van de
unit schoon te maken.
Eventueel risico op brand of elektrische schok.
Eventueel risico op schade aan de airconditioner.
Plaats geen voorwerpen, vooral geen containers met vloeistoffen, op
de unit.
Raak de pijp die aan de airconditioner zit niet aan.
Dit apparaat moet volgens de bijgeleverde installatiehandleiding
geïnstalleerd worden.
Installeer de kortst mogelijke pijplengte.
Als de lengte van de pijp onnodig lang is, kan de levensduur van de
airconditioner verkort worden en de unit inefficiënt functioneren.
Installeer de stroomkabel en communicatiekabel van de binnenunit
naar de buitenunit op ten minste 1m van het elektrische apparaat.
Installeer de buitenunit door middel van de ballast uit de buurt van
bliksemafleiders.
Als u de draadloze afstandsbediening gebruikt kunnen er door de ballast
van de bliksemafleider ontvangststoringen optreden.
Voor maximale veiligheid moeten installateurs de volgende
waarschuwingen altijd aandachtig doorlezen.
Instaleer de airconditioner niet op de volgende plaatsen:
Plaatsen waar mineraalolie of arseenzuur voorkomt.
Harsdelen kunnen branden en de accessoires kunnen vallen of water
lekken.
De capaciteit van de warmtewisselaar kan verminderen of de
airconditioner kan ophouden met werken.
Plaatsen waarop bijtende gassen zoals zwavelzuur gassen gegenereerd
worden door de ontluchtingspijp of opening van luchtafvoer.
De koperen pijp of verbindingspijp kunnen gaan roesten en koelmiddel
gaan lekken.
Plaatsen met machines die elektromagnetische golven genereren.
Het kan zijn dat de airconditioner niet goed functioneert vanwege het
bedieningsysteem.
Plaatsen waar gevaar bestaat van bestaande brandbare gassen,
koolstofvezels of ontvlambare stoffen.
Plaatsen waar verdunningsmiddel of benzine gebruikt worden en kunnen
lekken wat kan leiden tot brand.
LET OP
08_ veiligheidsinformatie
Als de airconditioner in een kleine ruimte geïnstalleerd wordt,
moeten maatregelen getroffen worden om ervoor te zorgen dat
de concentratie koelmiddel in de kamer de veiligheidslimiet niet
overschrijdt in het geval van een koelmiddel lekkage.
Vraag een dealer naar de geschikte maatregelen om ervoor te zorgen
dat de toegestane concentratie niet overschreden wordt.
Als het koelmiddel lekt en de concentratielimiet overschreden wordt,
bestaat er risico op zuurstofgebrek in de kamer.
Installeer de airconditioner uit de buurt van directe blootstelling aan
zonlicht, verwarmingsapparatuur en vochtige plaatsen.
Hang gordijnen voor ramen om het koelingeffect te verhogen en risico op
elektrische schok te vermijden.
De airconditioner bestaat uit bewegende onderdelen. Houd kinderen
uit de buurt van de unit om fysieke verwondingen te voorkomen.
Controleer bij levering op schade. Installeer de airconditioner niet als
deze beschadigd is en bel onmiddellijk de plaats van aankoop.
Plaats de stoffilter voordat u de airconditioner aanzet.
Als er geen luchtfilter in de airconditioner zit, kan opeengehoopte stof
de levensduur van de airconditioner verkorten en elektrische verspilling
veroorzaken.
Houd de binnentemperatuur stabiel en niet te koud, vooral als er
kinderen, oudere of gehandicapte mensen binnen zijn.
Maak de stoffilter elke 2 weken schoon. Maak de filter vaker schoon
als de airconditioner gebruikt wordt in stoffige gebieden.
Het verpakkingsmateriaal en gebruikte batterijen van de
afstandsbediening (optioneel) moeten volgens nationale standaarden
verwijderd worden.
Het koelmiddel dat in de airconditioner gebruikt wordt, moet
behandeld worden als chemisch afval.
Verwijder het koelmiddel volgens nationale standaarden.
Laat een bekwame onderhoudstechnicus de airconditioner installeren
en uitproberen.
Maak de afvoerpijp naar de airconditioning stevig vast voor correcte
waterafvoer.
Installeer de buitenunit waar het geluid en de vibratie uw buren niet
zullen storen en waar het goed geventileerd is zonder obstakels.
Eventueel risico op slecht functioneren.
Het geluid van de airconditioner kan uw buren verstoren.
veiligheidsinformatie
veiligheidsinformatie _9
NEDERLANDS
LET OP SIGNALEN
Zorg ervoor dat kinderen niet bij de airconditioner kunnen en dat ze
er niet mee spelen.
Wanneer u de draadloze afstandbediening gebruikt moet de afstand
naar de airconditioner niet meer dan 7m bedragen.
Haal de batterijen als de afstandsbediening langere tijd niet gebruikt
wordt eruit om te voorkomen dat deze gaan lekken.
Wees bij het schoonmaken van de buitenunit zeer voorzichtig met de
radiatorbladen.
Het dragen van dikke handschoenen beschermt uw handen.
Zorg ervoor dat het gecondenseerde water dat uit de afvoerslang
drupt goed en veilig weg kan lopen.
Bewaar de bediening- en installatiehandleiding op een veilige plaats
en geef deze aan de nieuwe eigenaar als de airconditioner verkocht
of overgedragen wordt.
Al de materialen die gebruikt zijn voor de productie en de verpakking
van de airconditioner zijn recyclebaar.
Voer na het installeren altijd een bedieningstest uit en geef de
instructies betreffende de bediening van de airconditioner aan de
gebruiker.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door jonge kinderen of
onstabiele personen zonder toezicht: Jonge kinderen moeten onder
toezicht staan om ervoor te zorgen dat ze niet spelen met het
apparaat.
Maak de airconditioner schoon nadat de binnenste ventilator stopt.
Eventueel risico op verwondingen of elektrische schok.
Laat een bekwame onderhoudstechnicus de airconditioner,
elektrische verbindingen, pijpen en de buitenkant van de
airconditioner regelmatig controleren.
Zet geen deuren en ramen open in de kamer die gekoeld wordt tenzij
dit nodig is.
Blokkeer de ontluchtingsopeningen van de airconditioner niet.
Wanneer objecten de luchtstroom blokkeren kan het zijn dat de unit
niet of slecht functioneert.
Zorg ervoor dat er zich geen obstakels bevinden onder de binnenunit.
Eventueel risico op brand of eigendomsverlies.
Zorg ervoor dat er geen obstakels of andere voorwerpen de
airconditioner blokkeren.
Zorg voor voldoende ruimte voor luchtcirculatie.
Onvoldoende ventilatie kan leiden tot slecht functioneren.
LET OP
10_ veiligheidsinformatie
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door personen (waaronder
kinderen) met een verminderd fysiek, zintuiglijk of mentaal vermogen,
of gebrek aan ervaring en kennis, tenzij zij onder toezicht staan of
gebruiksinstructies krijgen van een persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid. Jonge kinderen mogen het apparaat uitsluitend onder toezicht
gebruiken om te voorkomen dat ze ermee gaan spelen.
Voor gebruik in Europa: Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen
van 8 jaar en ouder en personen met een verminderd fysiek, zintuiglijk of
metaal vermogen of met onvoldoende ervaring en kennis, mits zij onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen met betrekking tot het veilig
gebruiken van het apparaat en zij begrijpen wat de eventuele risico’s zijn.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Reiniging en onderhoud mag
niet zonder toezicht door kinderen worden uitgevoerd.
Zorg ervoor dat het voltage en de frequentie van het elektrische systeem
compatibel zijn met de airconditioner.
Als er een stroomonderbreking is terwijl de airconditioner aanstaat, zet de
stroombron dan onmiddellijk uit.
Maximale stroom wordt gemeten op basis van de IEC standaard voor
veiligheid en de stroom wordt gemeten op basis van de ISO standaard voor
energie-efficiënte.
De unit moet indien nodig aangesloten worden op een onafhankelijk circuit
of de elektriciteitskabel moet aangesloten worden op de hulpschakelaar. Een
verbreking van alle polen van de stroomtoevoer moet verwerkt worden in de
vaste bedrading met een contactopening van >3mm.
Maak na het aansluiten van de stroomkabel tussen de binnen- en buitenunit
de cover van de onderdelenbox goed vast en controleer dat deze niet los zit.
Stroomkabels van onderdelen van apparaten voor buitengebruik mogen niet
lichter zijn dan flexibel snoer met een polychloropreen mantel. (IEC-code
IEC:60245 IEC 57 / CENELEC: H05RN-F of IEC:60245 IEC 66 / CENELEC:
H07RN-F)
De ongebalanceerde stroom moet binnen 10% van de geleverde rating
gehouden worden bij de binnenunits.
Als de stroom zeer ongebalanceerd is, kan dit de levensduur van de
condensor verkorten. Als de ongebalanceerde stroom de 10% van de
toevoerrating overschrijdt dan wordt de binnenunit beschermd, uitgezet en
wordt de foutmodus aangegeven.
Om het product tegen water en mogelijke schok te beschermen moet u de
stroomkabel en de verbindingskabel tussen de binnen- en buitenunit in een
beschermingskabel stoppen.
Sluit de stroomkabel aan op de hulp stroomonderbreker.
U moet de kabel door een beschermingskabel voeren.
Houd een afstand van 50mm of meer tussen de stroomkabel en de
communicatiekabel.
veiligheidsinformatie
veiligheidsinformatie _11
NEDERLANDS
LET OP SIGNALEN
Maximale lengte van de stroomkabel is 10% van de stroom verlaging.
Als dit overschreden wordt, moet u een andere stroomtoevoer gebruiken.
De stroomonderbreker (MCCB, ELB) kunnen wanneer er veel binnenunits
aangesloten zijn op een onderbreker beschouwd worden voor meer
capaciteit.
Gebruik een ongesoldeerd ringanker om de stroomkabel aan te sluiten aan
het contactblok.
Gebruik een geschikte schroevendraaier voor het vastmaken van de
schroeven op het blok.
De schroeven kunnen kapot gaan als deze te hard vastgemaakt worden.
De airconditioner mag alleen gebruikt worden voor de toepassingen
waarvoor deze ontworpen is: de binnenunit is niet geschikt voor installatie
in gebieden die gebruikt worden voor was.
Onze units moeten geïnstalleerd worden in het soort gebieden dat
aangegeven staat in de installatiehandleiding zodat de units vanaf beide
zijden toegankelijk zijn en routine onderhoud en reparaties uitgevoerd
kunnen worden. De onderdelen van de units moeten toegankelijk zijn
en gedemonteerd kunnen worden in omstandigheden die veilig zijn voor
zowel personen als dingen. Daarom zullen de kosten, als de unit niet
volgens de installatiehandleiding geïnstalleerd wordt, voor het bereiken
en repareren van de unit (op een veilige manier, zoals vereist wordt
door de huidige regelgeving) met steigers, trucks, stellingen of andere
middelen van heffing niet onder de garantie vallen en voor rekening van de
eindgebruiker zijn.
Zorg ervoor dat de aan/uit schakelaar en beschermingsschakelaar juist
geïnstalleerd zijn.
Gebruik de airconditioner niet als deze beschadigd is. Zet de unit als er
problemen optreden onmiddelijk uit en haal de stekker uit het stopcontact.
Haal de stekker uit het stopcontact als de airconditioner voor langere tijd
niet gebruikt zal worden (bijvoorbeeld voor een aantal maanden).
Neem contact op met de aankoopplaats of het contactcentrum als een
reparatie uitgevoerd moet worden.
Eventueel risico op brand of elektrische schok als de unit gedemonteerd of
gerepareerd wordt door een onbekwame onderhoudstechnicus.
Haal de stekker onmiddellijk uit het stopcontact als u brandend plastic
kunt ruiken, rare geluiden hoort of rook ziet komen uit de unit en neem
contact op het met contactcentrum.
Eventueel risico op brand of elektrische schok.
LET OP
12_ inhoud
inhoud
Correcte verwijdering van dit product
(elektrische & elektronische afvalapparatuur)
(Van toepassing in landen waar afval gescheiden wordt ingezameld)
Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal duidt erop dat het product en zijn elektronische
accessoires (bv. lader, headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval verwijderd mogen worden aan het einde van
hun gebruiksduur. Om mogelijke schade aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde afvalverwijdering
te voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het
duurzame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd.
Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar ze dit product hebben gekocht of met de gemeente
waar ze wonen om te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten recyclen.
Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de algemene voorwaarden van de koopovereenkomst
nalezen. Dit product en zijn elektronische accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor verwijdering worden gemengd.
Ga voor informatie over de milieuverbintenissen en productspecifieke wettelijke verplichtingen van Samsung naar:
samsung.com/uk/aboutsamsung/samsungelectronics/corporatecitizenship/data_corner.html
UW AIRCONDITIONER BEKIJKEN
13
13 DUNNE 1 RICHTINGCASSETTE
13 2 RICHTINGCASSETTE
14 4 RICHTING & MINI 4 RICHTINGCASSETTE
UW AIRCONDITIONER GEBRUIKEN
15
15 TIPS OVER HET GEBRUIK VAN UW
AIRCONDITIONER
DE AIRCONDITIONER
SCHOONMAKEN EN ONDERHOUDEN
17
17 DE BUITENKANT SCHOONMAKEN
17 HET LUCHTROOSTER SCHOONMAKEN
17 Dunne 1 richtingcassette
19 2 richtingcassette
20 4 richting & mini 4 richtingcassette
21 HET FILTER SCHOONMAKEN
21 Dunne 1 richtingcassette
23 2 richtingcassette
24 4 richting & mini 4 richtingcassette
25 UW AIRCONDITIONER ONDERHOUDEN
25 Periodieke controles
26 Interne beschermingen via het unit
beheersingsysteem
APPENDIX
27
27 PROBLEEMOPLOSSING
29 BEDIENINGSMARGES
30 MODELSPECIFICATIE (GEWICHT EN
AFMETINGEN)
UW AIRCONDITIONING INSTALLEREN
31
31 INSTALLATIE GEDEELTE
uw airconditioner bekijken _13
NEDERLANDS
uw airconditioner bekijken
Gefeliciteerd met de aanschaf van de airconditioner. We hopen dat u zult genieten van de functies van uw
airconditioner en met optimale efficiëntie koel of warm blijft.
Lees om te beginnen de gebruikershandleiding door om het beste uit de airconditioner te kunnen halen.
DUNNE 1 RICHTINGCASSETTE
2 RICHTINGCASSETTE
Uw airconditioner en scherm kunnen afhankelijk van uw model enigszins afwijken van de
bovenstaande afbeelding.
Luchtstroomblad
Luchtinlaat
Paneel
Hoofdonderdelen
Luchtstroomblad
Luchtinlaat
Luchtfilter (onder het rooster)
Scherm
Scherm
diti h k fh k lijk d l i i
S
cher
m
Indicator filter reset
Ventilator indicator
Timer indicator
Power indicator
Power toets
Afstandsbedieningsensor
Hoofdonderdelen
Luchtinlaat
Pa
ne
el
Afstandsbedieningsensor
Timer indicator
Indicator filter reset
PSSMA / PC1NUPMA
- Model dat niet is uitgerust met S-Plasma ion
(s-plasma-ion): Fan(ventilator) indicator
- Model dat is uitgerust met S-Plasma ion
(s-plasma-ion): Super Fan (ventilator) indicator
PC1BUSE7 / PC1BUPM7:
Super fan(ventilator) indicator
Heating (verwarm) en
cooling (koel) model
Operation (bediening) (blauw) /
Defrost (ontdooien) (geel)
Uitsluitend cooling (koel)
model
Operation (bediening) indicator
Scherm
Bij het bedienen van de binnenunit (inclusief fan (ventilator) modus), zal de SPi niet
automatisch werken. Druk op de knop [Super Fan (superventilator)] op de draadloze
afstandsbediening om de SPi te bedienen.
X PSSMA / X PC1BUSE7 X PC1NUPMA / X PC1BUPM7
X P2SMA
14_ uw airconditioner bekijken
4 RICHTING & MINI 4 RICHTINGCASSETTE
Uw airconditioner en scherm kunnen afhankelijk van uw model enigszins afwijken van de
bovenstaande afbeelding.
Hoofdonderdelen
Scherm
Luchtstroomblad
Luchtinlaat
Luchtfilter (onder het rooster)
Scherm
X Type A (MGCH095IU5G)
Afstandsbedieningsensor
Timer indicator
Power toets
Power indicator
Ventilator indicator
Vorst verwijderen indicator
Indicator filter reset
X Type B (PMSMA / PMSMAA)
Indicator filter reset
Power toets
Ventilator indicator
Timer indicator
Vorst verwijderen indicator
Afstandsbedieningsensor
Power indicator
X Type C (P4SMA / PNMAB)
Power
toets
r
Ve
ntil
a
t
o
r in
d
i
ca
t
o
r
me
r
n
ca
to
r
V
orst verw
ij
d
eren
i
n
di
cator
A
fstandsbedienin
g
senso
r
P
ower
i
n
di
cator
X
Type
C
(
P4
S
MA
/
PNMAB
)
Indicator filter reset
Power toets
Ventilator indicator
Timer indicator
Vorst verwijderen indicator
Afstandsbedieningsensor
Power indicator
uw airconditioner bekijken
uw airconditioner gebruiken _15
NEDERLANDS
TIPS OVER HET GEBRUIK VAN UW AIRCONDITIONER
Hier staan een aantal tips die u kunt volgen tijdens het gebruik van uw airconditioner.
ONDERWERP AANBEVELING
Koelen Als de huidige buitentemperatuur veel hoger is dat de
geselecteerde binnentemperatuur kan het wat langer duren
voordat de binnentemperatuur de gewenste koelte bereikt.
Vermijd het drastisch verlagen van de temperatuur. Energie
wordt hierdoor verspild en het koelt de kamer niet sneller af.
Verwarmen Aangezien de airconditioner de kamer verwarmt
door warmte van buiten te halen kan het zijn dat
de verwarmingscapaciteit verlaagd wordt wanneer
de buitentemperatuur erg laag is. Als u voelt dat de
airconditioner niet voldoende verwarmt, wordt het gebruik
van een extra verwarmingsapparaat in combinatie met de
airconditioner aanbevolen.
Vorst & Ontdooien Wanneer de airconditioner in Warmte modus functioneert
zal, door het temperatuursverschil tussen de unit en de
buitenlucht, vorst gevormd worden.
Als dit gebeurt:
- Stopt de airconditioner met verwarmen.
- Zal de airconditioner 10 minuten automatisch functioneren
in Ontdooi modus
- De stoom die geproduceerd wordt door de buitenunit in
Ontdooi modus is veilig.
Er is geen tussenkomst vereist; na ongeveer 10 minuten zal
de airconditioner weer normaal functioneren.
De unit zal niet functioneren wanneer het begint te
ontdooien.
uw airconditioner gebruiken
16_ uw airconditioner gebruiken
ONDERWERP AANBEVELING
Ventilator Het kan zijn dat de ventilator op het begin voor ongeveer
3 – 5 minuten niet functioneert om te voorkomen dat koude
lucht wordt uitgestoten terwijl de airconditioner opwarmt.
Hoge binnen/buiten
temperaturen
Als zowel de binnen als de buitentemperatuur hoog is en
de airconditioner op Warmte modus staat, kan het zijn dat
de ventilator en compressor van de buitenunit af en toe
stoppen. Dit is normaal; wacht totdat de airconditioner weer
aangaat.
Stoomuitval Als de stroom uitvalt tijdens het gebruik van de airconditioner
zal de unit meteen stoppen en uitgezet worden. Wanneer de
stroom weer terugkomt, zal de airconditioner automatisch
weer beginnen te functioneren.
Beschermingsmechanisme
Als de airconditioner net aangezet is wanneer het stopt
of wanneer de stekker erin gestoken wordt, zal er 3
minuten lang geen warme/koude lucht uitkomen om zo de
compressor van de buitenunit te beschermen.
uw airconditioner gebruiken
schoonmak en onderhoud _17
NEDERLANDS
de airconditioner schoonmaken
en onderhouden
Maak uw airconditioner voor het beste resultaat regelmatig schoon. Zorg ervoor, voor
de veiligheid van de gebruiker, dat de stekker niet in het stopcontact zit wanneer de unit
schoongemaakt wordt.
DE BUITENKANT SCHOONMAKEN
Zorg ervoor dat u de stekker uit de unit haalt voordat u de buitenkant schoonmaakt. Er
is geen speciaal gereedschap nodig om de unit schoon te maken.
1. Stof de buitenkant van de unit wanneer nodig af met een
ietwat natte of een droge doek. Veeg met behulp van een
zachte borstel vuil van het gevormde gebied.
Voorbeeld: 4 richtingcassette
Gebruik geen benzeen of verdunningsmiddel.
Deze kunnen de oppervlakte van de
airconditioner beschadigen en een risico op
brand veroorzaken.
HET LUCHTROOSTER SCHOONMAKEN
Zorg ervoor dat u de stekker uit de unit haalt voordat u het luchtrooster schoonmaakt.
Er is geen speciaal gereedschap nodig om de unit schoon te maken.
Dunne 1 richtingcassette
1. Open het luchtrooster.
Druk op de tekens [Push (duwen)] (PSSMA : zitten op 3 plaatsen, PC1BUSE
7 : zitten op 4
plaatsen) en open het luchtrooster.
X PC1NUPMA / PC1BUPM
7
Pak, bij het verwijderen van het paneel, het
koppelingsgedeelte beet, waarmee het paneel en het
toevoerpaneel met elkaar zijn verbonden
en druk de
koppeling omhoog bij het paneelgedeelte
om het paneel te
verwijderen, zoals weergegeven in de afbeelding (1).
Als de stroomtoevoer niet werkt, verwijdert u het paneel
door een schroevendraaier op het gemarkeerde punt
(2) te gebruiken en dezelfde methode te hanteren als
in de afbeelding (1) wordt weergegeven om het paneel
te verwijderen. Vervolgens kunt u dan de status van de
stroomtoevoer controleren.
LET OP
X PSSMA X PC1BUSE7
18_ schoonmak en onderhoud
2. Maak de veiligheidsclips los door het luchtrooster los te maken.
3. Het voorste luchtrooster verwijderen.
Houd het luchtrooster in een hoek van 45°, til deze een beetje op en duw dan het
luchtrooster naar voren.
Houd het luchtrooster vast om ervoor te zorgen dat deze niet uit de
opening valt. Zo niet dan kan dit leiden tot persoonlijke verwondingen.
Het luchtrooster kan ook schoongemaakt worden terwijl deze vastzit aan het paneel.
4. Het luchtfilter eruit halen.
Pak het luchtfilter vast, til deze op terwijl u zachtjes duwt en trek dan het luchtfilter naar
voren.
5. Maak het luchtrooster schoon met een stofzuiger of een zachte borstel. Als er teveel stof
opzit, spoel het dan af met lopend water en laat het drogen op een geventileerde plaats.
6. Plaats het luchtfilter weer terug op zijn plaats.
7. Het voorste luchtrooster weer vastmaken.
Plaats de haak op de unit op de juiste plaats en duw dan het voorste luchtrooster naar
boven. Plaats de veiligheidsclips weer op hun plaats.
De bovenstaande afbeelding kan afhankelijk van uw model verschillen van uw
airconditioner.
LET OP
de airconditioner schoonmaken
en onderhouden
schoonmak en onderhoud _19
NEDERLANDS
HET LUCHTROOSTER SCHOONMAKEN
2 richtingcassette
X P2SMA
1. Open het voorste luchtrooster.
Druk op de drie [W] toetsen om de groef van het voorste luchtrooster te openen.
Het luchtrooster komt dan automatisch los. Twee veiligheidsclips zijn bevestigd aan de
binnenkant van het luchtrooster om ervoor te zorgen dat deze niet naar beneden valt.
2. Maak de veiligheidsclips los door het luchtrooster los te maken.
3. Het voorste luchtrooster verwijderen.
Houd het luchtrooster in een hoek van 45°, til deze een beetje op en duw dan het
luchtrooster naar voren.
Houd het luchtrooster vast om ervoor te zorgen dat deze niet uit de
opening valt. Zo niet dan kan dit leiden tot persoonlijke verwondingen.
Het luchtrooster kan ook schoongemaakt worden terwijl deze vastzit aan het paneel.
4. Het luchtfilter eruit halen.
Pak het luchtfilter vast, til deze op terwijl u zachtjes duwt en trek dan het luchtfilter naar voren.
5. Maak het luchtrooster schoon met een stofzuiger of een zachte borstel. Als er teveel stof
opzit, spoel het dan af met lopend water en laat het dragen op een geventileerde plaats.
6. Plaats het luchtfilter weer terug op zijn plaats.
7. Het voorste luchtrooster weer vastmaken.
Plaats de haak op de unit op de juiste plaats en duw dan het voorste luchtrooster naar
boven. Plaats de veiligheidsclips weer op hun plaats.
LET OP
20_ schoonmak en onderhoud
4 richting & mini 4 richtingcassette
X P4SMA / P4NMAB / PMSMA / PMSMAA
1. Open het voorste luchtrooster.
Druk beide knopjes naar buiten om de haak op het
luchtrooster los te maken. Het luchtrooster komt dan
automatisch los. Twee veiligheidsclips zijn bevestigd
aan de binnenkant van het luchtrooster om ervoor te
zorgen dat deze niet naar beneden valt.
2. Maak de veiligheidsclips los door het luchtrooster los te maken.
3. Het voorste luchtrooster verwijderen.
Houd het luchtrooster in een hoek van 45°, til deze een beetje op en duw dan het
luchtrooster naar voren.
Houd het luchtrooster vast om ervoor te zorgen dat deze niet uit de
opening valt. Zo niet dan kan dit leiden tot persoonlijke verwondingen.
Het luchtrooster kan ook schoongemaakt worden terwijl deze vastzit aan het paneel.
4. Het luchtfilter eruit halen.
Pak het luchtfilter vast, til deze op terwijl u zachtjes duwt en trek dan het luchtfilter naar voren.
5. Maak het luchtrooster schoon met een stofzuiger of een zachte borstel. Als er teveel stof
opzit, spoel het dan af met lopend water en laat het dragen op een geventileerde plaats.
6. Plaats het luchtfilter weer terug op zijn plaats.
U zult een klikgeluid horen wanneer het luchtfilter op zijn plaats zit.
7. Het voorste luchtrooster weer vastmaken.
Plaats de haak op de unit op de juiste plaats en duw dan het voorste luchtrooster naar
boven. Plaats de veiligheidsclips weer op hun plaats.
De bovenstaande afbeelding kan afhankelijk van uw model verschillen van uw airconditioner.
LET OP
de airconditioner schoonmaken
en onderhouden
schoonmak en onderhoud _21
NEDERLANDS
HET FILTER SCHOONMAKEN
Zorg ervoor dat u de stekker uit de unit haalt voordat u het filter schoonmaakt. Wasbare
op schuimgebaseerde luchtfilter haalt grote deeltjes uit de lucht. Het filter moet
schoongemaakt worden met een stofzuiger of met de hand gewassen worden.
Dunne 1 richtingcassette
1. Open het luchtrooster.
Druk op de tekens [Push (duwen)] (PSSMA : zitten op 3 plaatsen, PC1BUSE
7 : zitten op 4
plaatsen) en open het luchtrooster.
X PC1NUPMA / PC1BUPM7
Pak, bij het verwijderen van het paneel, het koppelingsgedeelte
beet, waarmee het paneel en het toevoerpaneel met elkaar
zijn verbonden
en druk de koppeling omhoog bij het
paneelgedeelte
om het paneel te verwijderen, zoals
weergegeven in de afbeelding (1).
Als de stroomtoevoer niet werkt, verwijdert u het paneel door
een schroevendraaier op het gemarkeerde punt (2) te gebruiken
en dezelfde methode te hanteren als in de afbeelding (1) wordt
weergegeven om het paneel te verwijderen. Vervolgens kunt u
dan de status van de stroomtoevoer controleren.
2. Het luchtfilter eruit halen.
Pak het luchtfilter vast, til deze op terwijl u zachtjes duwt
en trek dan het luchtfilter naar voren.
Wanneer u het filter schoonmaakt hoeft het luchtrooster
niet de hele tijd losgekoppeld zijn. Als u het luchtrooster
los wil maken raadpleeg dan stappen 2 en 3 op pagina
14 voor meer informatie.
X PSSMA X PC1BUSE7
22_ schoonmak en onderhoud
3. Maak het luchtfilter schoon met een stofzuiger of een zachte borstel. Als er teveel stof opzit,
spoel het dan af met lopend water en laat het dragen op een geventileerde plaats.
• Herhaal dit elke twee weken voor het beste resultaat.
Als het luchtfilter in een beperkte (of vochtige) ruimte uitdroogt, kunnen geuren ontstaan.
Indien dit gebeurt, maak het filter dan opnieuw schoon en laat het drogen op een goed
geventileerd plaats.
4. Plaats het luchtfilter weer terug op zijn plaats.
U zult een klikgeluid horen wanneer het luchtfilter op zijn plaats zit.
5. Sluit het voorste luchtrooster door het naar boven te duwen.
De bovenstaande afbeelding kan afhankelijk van uw model verschillen van uw airconditioner.
Druk, na het schoonmaken van het filter, twee seconden op de Filter Reset knop op
de afstandsbediening om het filterschema opnieuw in te stellen. Flterteken indicator zal
aanstaan voor schoonmaaktijd.
de airconditioner schoonmaken
en onderhouden
schoonmak en onderhoud _23
NEDERLANDS
HET FILTER SCHOONMAKEN
Zorg ervoor dat u de stekker uit de unit haalt voordat u het filter schoonmaakt. Wasbare
op schuimgebaseerde luchtfilter haalt grote deeltjes uit de lucht. Het filter moet
schoongemaakt worden met een stofzuiger of met de hand gewassen worden.
2 richtingcassette
1. Open het voorste luchtrooster.
Druk op de drie [W] toetsen om de haak van het voorste luchtrooster te openen.
Het luchtrooster komt dan automatisch los. Twee veiligheidsclips zijn bevestigd aan de
binnenkant van het luchtrooster om ervoor te zorgen dat deze niet naar beneden valt.
2. Het luchtfilter eruit halen.
Pak het luchtfilter vast, til deze op terwijl u zachtjes
duwt en trek dan het luchtfilter naar voren.
Wanneer u het filter schoonmaakt hoeft het
luchtrooster niet de hele tijd losgekoppeld zijn.
Als u het luchtrooster los wil maken raadpleeg
dan stappen 2 en 3 op pagina 15 voor meer
informatie.
3. Maak het luchtfilter schoon met een stofzuiger of een zachte borstel. Als er teveel stof opzit,
spoel het dan af met lopend water en laat het dragen op een geventileerde plaats.
• Herhaal dit elke twee weken voor het beste resultaat.
Als het luchtfilter in een beperkte (of vochtige) ruimte uitdroogt, kunnen geuren ontstaan.
Indien dit gebeurt, maak het filter dan opnieuw schoon en laat het drogen op een goed
geventileerd plaats.
4. Plaats het luchtfilter weer terug op zijn plaats.
U zult een klikgeluid horen wanneer het luchtfilter op zijn plaats zit.
5. Sluit het voorste luchtrooster door het naar boven te duwen.
Druk, na het schoonmaken van het filter, twee seconden op de Filter Reset knop op
de afstandsbediening om het filterschema opnieuw in te stellen. Filterteken indicator zal
aanstaan voor schoonmaaktijd.
24_ schoonmak en onderhoud
4 richting & mini 4 richtingcassette
1. Druk beide knopjes naar buiten om de haak op het
luchtrooster los te maken.
Het luchtrooster komt dan automatisch los. Twee
veiligheidsclips zijn bevestigd aan de binnenkant van
het luchtrooster om ervoor te zorgen dat deze niet
naar beneden valt.
2. Het luchtfilter eruit halen.
Pak het luchtfilter vast, til deze op terwijl u zachtjes duwt en trek dan het luchtfilter naar voren.
Wanneer u het filter schoonmaakt hoeft het luchtrooster niet de hele tijd losgekoppeld zijn.
Als u het luchtrooster los wil maken raadpleeg dan stappen 2 en 3 op pagina 16 voor meer
informatie.
3. Maak het luchtfilter schoon met een stofzuiger of een zachte borstel. Als er teveel stof opzit,
spoel het dan af met lopend water en laat het dragen op een geventileerde plaats.
• Herhaal dit elke twee weken voor het beste resultaat.
Als het luchtfilter in een beperkte (of vochtige) ruimte uitdroogt, kunnen geuren ontstaan.
Indien dit gebeurt, maak het filter dan opnieuw schoon en laat het drogen op een goed
geventileerd plaats.
4. Plaats het luchtfilter weer terug op zijn plaats.
U zult een klikgeluid horen wanneer het luchtfilter op zijn plaats zit.
de airconditioner schoonmaken
en onderhouden
schoonmak en onderhoud _25
NEDERLANDS
5. Sluit het voorste luchtrooster door het naar boven te duwen.
De bovenstaande afbeelding kan afhankelijk van uw model verschillen van uw airconditioner.
Druk, na het schoonmaken van het filter, twee seconden op de Filter Reset knop op
de afstandsbediening om het filterschema opnieuw in te stellen. Flterteken indicator zal
aanstaan voor schoonmaaktijd.
UW AIRCONDITIONER ONDERHOUDEN
Als u de airconditioner voor langere tijd niet zult gebruiken droog de airconditioner dan om te zorgen dat
deze in de beste staat blijft.
1. Droog de airconditioner zorgvuldig door deze voor 3-4 uur in Ventilator
modus te zetten en de stekker eruit te halen. Als er vocht achterblijft in
onderdelen kan dit leiden tot interne schade.
2. Droog de interne onderdelen van de airconditioner voordat u de
airconditioner weer gaat gebruiken door deze voor 3-4 uur in de Ventilator
modus te zetten. Hierdoor worden geuren verwijderd die eventueel zijn
ontstaan door vochtigheid.
Periodieke controles
Raadpleeg het volgende schema om uw airconditioner goed te onderhouden.
Type Beschrijving
Maandelijks
Elke 4
maanden
Een keer
per jaar
Binnenunit
Het luchtfilter schoonmaken (1)
O
De condensatie afvoerbak schoonmaken (2)
O
De warmtevervanger goed schoonmaken (2)
O
De condensatie afvoerpijp schoonmaken (2)
O
De batterijen van de afstandsbediening
vervangen (1)
O
Buitenunit
De warmtevervanger op de buitenkant van
de unit schoonmaken (2)
O
De warmtevervanger op de binnenkant van
de unit schoonmaken (2)
O
De electronische onderdelen schoonmaken
middels luchtstromen (2)
O
Controleren dat alle elektronische
onderdelen goed vastzitten (2)
O
De ventilator schoonmaken (2)
O
Controleren dat de ventilator goed vastzit (2)
O
De condensatie afvoerbak schoonmaken (2)
O
De controle en onderhoudshandelingen die hierboven omschreven staan, zijn belangrijk
om de efficiëntie van de airconditioner te garanderen. De frequentie van deze handelingen
verschilt afhankelijk van de kenmerken van het gebied, de hoeveelheid stof, etc.
(1) De beschreven handeling moet vaker uitgevoerd worden als het installatiegebied zeer
stoffig is.
(2) Deze handelingen moeten altijd uitgevoed worden door bekwaam
personeel. Raadpleeg de Installatiehandleiding voor meer informatie.
26_ schoonmak en onderhoud
Interne beschermingen via het unit beheersingsysteem
Deze interne bescherming treedt in werking als een fout optreedt in de airconditioner.
Type Beschrijving
Tegen koude lucht
De interne ventilator zal uitgaan tegen koude lucht wanneer de
warmtepomp aan het verwarmen is.
Ontdooi cyclus
De interne ventilator zal uitgaan tegen koude lucht wanneer de
warmtepomp aan het verwarmen is.
Antibescherming van
Interne batterij
De compressor zal uitgaan om de interne batterijen te beschermen
wanneer de airconditioner in Koel modus functioneert.
Compressor
beschermen
De airconditioner begint niet meteen te functioneren om zo de
compressor van de buitenunit te beschermen nadat het aangezet wordt.
Als de warmtepomp in Warmte modus functioneert, wordt de ontdooicyclus ingesteld om
vorst dat eventueel ontstaan is door lage temperaturen van de buitenunit af te halen.
De interne ventilator wordt automatisch uitgezet en weer aangezet nadat de ontdooicyclus
voltooid is.
de airconditioner schoonmaken
en onderhouden
appendix _27
NEDERLANDS
appendix
PROBLEEMOPLOSSING
Raadpleeg het volgende schema om uw airconditioner niet goed functioneert. Dit kan u
tijd en onnodige uitgaven besparen.
PROBLEEM OPLOSSING
De airconditioner
werkt niet meteen
nadat deze opnieuw
gestart wordt.
Het apparaat start niet meteen vanwege het beschermende
mechanisme om zo te voorkomen dat de unit overbelast
wordt.
De airconditioner zal na 3 minuten starten.
De airconditioner
werkt helemaal niet.
Controleer dat de stekker er goed in zit. Steek de stekker
goed in het stopcontact.
Controleer of de stroomonderbreker uitstaat.
Controleer of er een stroomuitval is.
Controleer uw zekering. Controleer of deze er uitgeblazen is.
De temperatuur
verandert niet.
Controleer of de unit in Ventilator modus staat. Druk op de
Mode knop op de afstandsbediening om een andere modus
te selecteren.
De koele (warme)
lucht komt niet uit
de airconditioner.
Controleer of de ingestelde temperatuur hoger (lager) is dan
de huidige temperatuur. Druk op de Temperatuur knop
op de afstandsbediening om de ingestelde temperatuur te
wijzigen.
Druk op de Temperatuur knop om de temperatuur te
verlagen of verhogen.
Controleer of het luchtfilter geblokkeerd wordt door vuil.
Maak het luchtfilter elke 2 weken schoon.
Controleer of de airconditioner net aan heeft gestaan. Als dat
zo is, wacht dan 3 minuten. Koude lucht komt er niet uit om
de compressor van de buitenunit te beschermen.
Controleer of de airconditioner geïnstalleerd is op een plaats
waar deze blootgesteld is aan direct zonlicht. Hang gordijnen
voor de ramen om de koelefficiëntie te verhogen.
Controleer of de hoes of een ander obstakel in de buurt van
de buitenunit staat.
Controleer of de koelmiddelpijp niet te lang is.
Controleer of de airconditioner alleen beschikbaar is in Koel
modus.
Controleer of de afstandsbediening alleen beschikbaar is in
Koel modus.
De ventilator
snelheid verandert
niet.
Controleer of de unit in Auto of Droog modus staat. De
airconditioner past automatisch de ventilator snelheid aan
naar Auto in Auto/Droog modus.
Timer functie is niet
ingesteld.
Controleer of u de Power knop hebt ingedrukt nadat u de tijd
hebt ingesteld.
28_ appendix
PROBLEEM OPLOSSING
Geuren blijven in de
kamer hangen.
Controleer of het apparaat in een rokerig gebied functioneert
en of er een geur van buiten naar binnen komt. Zet de
airconditioner in Ventilator modus of zet de ramen open om
de kamer te luchten.
De airconditioner
maakt een
bubbelgeluid.
U kunt een bubbelgeluid kan horen wanneer het koelmiddel
door de compressor circuleert. Zet de airconditioner in een
geselecteerde modus.
Wanneer u op de Power knop op de afstandsbediening
drukt kunt u een geluid horen van de afvoerpijp binnenin de
airconditioner.
Water drupt van de
luchtstroombladen
af.
Controleer of de airconditioner voor een lange tijd heeft
gekoeld met de luchtstroombladen naar beneden gericht.
Condensatie kan gegenereerd worden door het verschil in
temperatuur.
De
afstandsbediening
werkt niet.
Controleer of de batterijen het nog doen.
Zorg ervoor dat de batterijen juist geplaatst zijn.
Zorg ervoor dat er niets in de weg zit van de
afstandsbedieningsensor.
Controleer of er een sterk verlichtingsapparaat in de buurt
van de airconditioner staat. Sterk licht van fluorescerende
lampen of neon kunnen elektrische golven verstoren.
De airconditioner
kan niet aan
of uitgezet
worden met de
afstandsbediening.
Controleer of u de afstandsbediening hebt ingesteld voor
groepsbediening.
De
afstandsbediening
werkt niet.
Controleer of TEST indicator getoond wordt op de
afstandsbediening. Als dat zo is, zet de unit dan uit en
schakel de stroomonderbreker uit. Neem contact op met uw
dichtstbijzijnde contactcentrum.
De indicator van
het digitale scherm
knippert.
Druk op de Power knop op de afstandsbediening om de
unit uit te zetten en schakel de stroomonderbreker uit. Zet
het daarna weer aan.
appendix
appendix _29
NEDERLANDS
BEDIENINGSMARGES
De onderstaande tabel geeft de temperatuur en vochtigheidsmarges aan waarin de
airconditioner functioneert. Raadpleeg de tabel voor efficiënt gebruik.
MODUS
BUITEN
TEMPERATUUR
BINNEN
TEMPERATUUR
BINNEN
VOCHTIGHEID
OPMERKINGEN
KOELEN
-5°C/23°F tot 43°C/109°F
-5°C/23°F tot 54°C/129°F
-5°C/23°F tot 43°C/109°F
-10°C/14°F tot 43°C/109°F
-10°C/14°F tot 46°C/115°F
-15°C/5°F tot 43°C/109°F
-5°C/23°F tot 43°C/109°F
-5°C/23°F tot 48°C/118°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
21°C/70°F tot 32°C/90°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
80% of
minder
DVM, DVM PLUS II/III/IV, CAC Inverter
DVM Desert
CAC, Free Joint Multi
CAC Inverter(UH026/035EAV1)
CAC Inverter(AC026/035FCADEH)
CAC Inverter(UH052/060/070EAV1)
DVM MINI(RVXMHF040/050EA, RVXMHF050/060GA)
DVM MINI(RD040/050/060MHXGA, RD040/050/060MHXEA)
VERWARMEN
-20°C/-4°F tot 24°C/75°F
-5°C/23°F tot 24°C/75°F
-15°C/5°F tot 24°C/75°F
-10°C/14°F tot 24°C/75°F
-20°C/-4°F tot 24°C/75°F
-20°C/-4°F tot 26°C/79°F
27°C/81°F of minder
15°C/59°F tot 27°C/81°F
27°C/81°F of minder
27°C/81°F of minder
27°C/81°F of minder
27°C/81°F of minder
-
DVM PLUS II/III/IV, CAC Inverter(UH052/060/070EAV1), DVM Desert
CAC
Free Joint Multi, DVM, CAC Inverter(UH026/035EAV1, AC026/035FCADEH)
CAC Inverter
DVM MINI(RVXMHF040/050EA, RVXMHF050/060GA)
DVM MINI(RD040/050/060MHXGA, RD040/050/060MHXEA)
DROGEN
-5°C/23°F tot 43°C/109°F
-5°C/23°F tot 54°C/129°F
-5°C/23°F tot 43°C/109°F
-10°C/14°F tot 43°C/109°F
-10°C/14°F tot 46°C/115°F
-15°C/5°F tot 43°C/109°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
21°C/70°F tot 32°C/90°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
18°C/64°F tot 32°C/90°F
-
DVM, DVM PLUS II/III/IV, Free Joint Multi, CAC Inverter
DVM Desert
CAC
CAC Inverter(UH026/035EAV1)
CAC Inverter(AC026/035FCADEH)
CAC Inverter(UH052/060/070EAV1)
De gestandaardiseerde temperatuur voor verwarmen is 7˚C/45˚F. Als de buitentemperatuur daalt tot
0˚C/32˚F of minder, kan het zijn dat de verwarmingscapaciteit verminderd wordt afhankelijk van de
temperatuurconditie.
Als de koeling gebruikt wordt bij meer dan 32˚C/90˚F (binnentemperatuur), koelt het niet op zijn
volledige capaciteit.
Type
Model
Dunne 1 richting
cassette
2 Richting
cassette
4 Richting
cassette
Mini 4 Richting
cassette
DVM
AVXCS77
ND77717777
AVMGH(C)77
AVMCH(C)77
AVMC477
-
DVM PLUS II/III/IV/
DVM Desert
AVXC277
ND77727777
AVXC477
ND77747777
AVXCM77
ND777M7777
CAC
- GH(C)777EAM
CH(C)777EAM7
CH(C)777EZM7
-
CAC Inverter
AC777FB1DEH
SH777EAV7
NS7771DXEA
-
CH777EAV7
CH777EAS
TH777EAV7
Free Joint Multi
MH777FS77
NJ7771HX77
--
MH777FM7
NJ777MHX77
30_ uw airconditioning installeren
MODELSPECIFICATIE (GEWICHT EN AFMETINGEN)
Type Model Netto gewicht
Netto afmeting (B D H)
FJM
Binnenunit
MH026FSEA 10,5 kg
970 410 135 mm
MH035FSEA 10,5 kg
970 410 135 mm
MH030FMEA 17,0 kg
575 575 260 mm
MH035FMEA 17,0 kg
575 575 260 mm
MH052FMEA 17,0 kg
575 575 260 mm
Buitenunit
AJ040FCJ2EH 37,9 kg
790 285 545 mm
AJ050FCJ2EH 40,0 kg
790 285 545 mm
AJ052FCJ3EH 49,0 kg
880 310 638 mm
AJ068FCJ3EH 57,3 kg
880 310 798 mm
AJ070FCJ4EH 65,0 kg
880 310 798 mm
AJ080FCJ4EH 65,0 kg
880 310 798 mm
AJ100FCJ5EH 74,5 kg
940 330 998 mm
CAC
Binnenunit
AC026FB1DEH 10,0 kg
970 410 135 mm
AC035FB1DEH 10,0 kg
970 410 135 mm
Buitenunit
AC026FCADEH 33,0 kg
790 285 548 mm
AC035FCADEH 33,0 kg
790 285 548 mm
DVM
Binnenunit
AVXCSH036EE 10,5 kg
970 410 135 mm
AVXCSH028EE 10,5 kg
970 410 135 mm
AVXCSH022EE 10,5 kg
970 410 135 mm
AVXC2H071EE 22,0 kg
890 575 230 mm
AVXC2H056EE 21,0 kg
890 575 230 mm
AVXCMH060EE 17,0 kg
575 575 260 mm
AVXCMH056EE 17,0 kg
575 575 260 mm
AVXCMH036EE 17,0 kg
575 575 260 mm
AVXCMH028EE 17,0 kg
575 575 260 mm
Buitenunit
(DVM PLUS 4)
RD080HHXGA 237,0 kg
880 765 1695 mm
RD100HHXGA 237,0 kg
880 765 1695 mm
RD120HHXGA 240,0 kg
880 765 1695 mm
RD140HHXGA 280,0 kg
1295 765 1695 mm
RD160HHXGA 329,0 kg
1295 765 1695 mm
RD180HHXGA 340,0 kg
1295 765 1695 mm
RD200HHXGA 349,0 kg
1295 765 1695 mm
RD080HRXGA 243,0 kg
880 765 1695 mm
RD100HRXGA 243,0 kg
880 765 1695 mm
RD120HRXGA 243,0 kg
880 765 1695 mm
RD140HRXGA 293,0 kg
1295 765 1695 mm
RD160HRXGA 338,0 kg
1295 765 1695 mm
RD180HRXGA 349,0 kg
1295 765 1695 mm
RD200HRXGA 355,0 kg
1295 765 1695 mm
RD080HHXGB 237,0 kg
880 765 1695 mm
RD100HHXGB 237,0 kg
880 765 1695 mm
RD120HHXGB 240,0 kg
880 765 1695 mm
RD140HHXGB 280,0 kg
1295 765 1695 mm
RD160HHXGB 329,0 kg
1295 765 1695 mm
RD180HHXGB 340,0 kg
1295 765 1695 mm
RD200HHXGB 349,0 kg
1295 765 1695 mm
RD080HRXGB 243,0 kg
880 765 1695 mm
RD100HRXGB 243,0 kg
880 765 1695 mm
RD120HRXGB 243,0 kg
880 765 1695 mm
RD140HRXGB 293,0 kg
1295 765 1695 mm
RD160HRXGB 338,0 kg
1295 765 1695 mm
RD180HRXGB 349,0 kg
1295 765 1695 mm
RD200HRXGB 355,0 kg
1295 765 1695 mm
Buitenunit
(DVM mini)
RD040MHXEA 100,0 kg
940 330 1210 mm
RD050MHXEA 100,0 kg
940 330 1210 mm
RD060MHXEA 103,0 kg
940 330 1210 mm
RD040MHXGA 100,0 kg
940 330 1210 mm
RD050MHXGA 100,0 kg
940 330 1210 mm
RD060MHXGA 103,0 kg
940 330 1210 mm
appendix
uw airconditioning installeren _31
NEDERLANDS
Installatie Binnenunit
Het wordt aangeraden om de Y-verbinding te installeren voordat u
de binnenunit installeert.
1.
Plaats het installatieblad op het plafond op de plaats waar u de
binnenunit wilt installeren.
Aangezien het diagram van papier is, kan het
afhankelijk van de temperatuur of vochtigheid
krimpen of uitrekken. Zorg er daarom voor dat
de afstanden tussen de markeringen juist zijn
voordat u de gaten boort.
Opmerking
2.
Plaats de verankeringbouten, gebruik bestaande plafondsteunen
of construeert een geschikte steun zoals getoond wordt op de
afbeelding.
Beton
Verankeringbout(3/8” of M10)
Gat in verankering
Gat in plug
Aanbrengen
3.
Installeer de ophangbouten afhankelijk van het plafondtype.
X
Zorg ervoor dat het plafond sterk genoeg is om het gewicht
van de binnenunit te ondersteunen. Test voordat u de unit
ophangt de sterkte van elke vastgemaakte ophangbout.
X
Als de lengte van de ophangbout meer dan 1,5m bedraagt,
moet trilling voorkomen worden.
X
Creëer indien dit niet mogelijk is een vals plafond om het
te kunnen gebruiken om de vereiste handelingen uit te
voeren op de binnenunit.
Plafondsteun
4.
Schroef acht moeren op de ophangbouten zodat er ruimte
ontstaat om de binnenunit op te hangen.
U moet meer dan vier ophangbouten installeren bij het
installeren van de binnenunit.
Moer
Moerplaatje
Rubber
De moer vastmaken
LET OP
LET OP
5.
Controleer met behulp van een waterpas of de binnenunit
waterpas is.
X Als de binnenunit niet waterpas is, kan dit leiden tot slecht
functioneren van de ingebouwde vlotterschakelaar en tot
waterlekkage.
Waterpas
6.
Pas de hoogte van de binnenunit aan met behulp van het
dimensiemeter.
X U zou de dimensiemeter en het installatieblad kunnen
aanpassen zodat deze passen in de dimensies van het
plafond.
X Zorg ervoor dat de binnenunit zo geïnstalleerd wordt dat
water weg kan lopen als de binnenunit teveel helt.
NN NN
PlafondPlafond
2 richting cassette
Plafond
Dimensiemeter
4 richting cassette
Binnenunit
20mm
35mm
Mini 4 richting cassette
20mm
Binnenunit
Plafond
Dimensiemeter
17mm
Dunne 1 richting cassette
Zijaanzicht
Luchtinvoer Luchtafvoer
15mm
15mm
Dimensiemeter
Plafond
7.
Maak de bouten van het bovenste gedeelte vast.
8.
Verwijder de dimensiemeter na het installeren van de
binnenunit.
Lekkagetest & Isolatie uitvoeren
J De ontwerpen en vorm zijn
onderhevig aan verandering
afhankelijk van het model.
LEKKAGETEST MET STIKSTOF(vóór het openen van de afsluitingen)
Om simpele koelmiddellekkage te detecteren, voor het creëren van het
vacuüm en het opnieuw circuleren van de R410A, is het verstandig om
het hele systeem onder druk te zetten met stikstof(met behulp van een
drukregelaar) onder een druk van 4,1MPa(vermogen).
LEKKAGETEST MET R410A(na het openen van de afsluitingen)
Haal vóór het openen van de afsluitingen al het stikstof uit het systeem
en creëer vacuüm. Controleer na het openen van de afsluitingen met
behulp van een lekkagedetector voor koelmiddel R410A op lekkages.
Lekkagetest
Lekkagecontrole
Verwijder al het stikstof om een vacuüm te creëren en
laad het systeem.
LET OP
Installatie Gedeelte
(Niet voor gebruik met AC777FB1DEH)
32_ uw airconditioning installeren
1.
Plaats om condensatieproblemen te voorkomen T13,0 of
een dikker Acrylonitril Butadieen Rubber om elk van de
koelmiddelpijpen.
Zorg ervoor dat de naad van de pijpen altijd
naar boven wijzen.
Opmerking
Geen ruimte
NBRT(T13,0 of dikker)
2.
Wikkel isolatietape om de pijpen en afvoerslang en zorg er
daarbij voor dat de isolatie niet te veel geplet wordt.
Isolatie bedekkingpijp
Binnenunit
Zorg ervoor dat de isolatie
overlapt
Isolatiepijp
Moet dicht tegen het
apparaat aanzitten
zonder tussenruimte.
LET OP
3.
Wikkel isolatietape om de rest van de pijpen die leiden naar de
buitenunit.
4.
De pijpen en elektriciteitskabel die aangesloten zijn tussen de
binnenunit en de buitenunit moeten in de muur geïnstalleerd
worden met geschikte leidingen.
Als u eenmaal hebt gecontroleerd dat er geen lekkages zijn in het
systeem kunt u de pijpen en de slang isoleren.
Isolatie
Alle koelmiddel verbindingen moeten toegankelijk zijn
zodat er onderhoud op de unit uitgevoerd kan worden en
ze geheel verwijderd kunnen worden.
LET OP
X Installeer de isolatie niet om de pijp wijder te maken en
gebruik het hechtmiddel op de verbindingsdelen om te
voorkomen dat er vocht binnen kan komen.
X Wikkel isolatietape om de koelmiddelpijp als deze
blootgesteld wordt aan direct zonlicht.
X Installeer de koelmiddelpijp en zorg ervoor dat de isolatie
niet dunner wordt op het gebogen deel van de pijp of
ophangdraad.
X Voeg meer isolatie toe als de isolatieplaat dunner wordt.
Extra isolatie
Koelmiddelpijp isolatie
a×3
a
Ophangdraad
LET OP
5.
Selecteer de isolatie van de koelmiddelpijp.
X Isoleer de pijp aan de gas- en vloeistofzijde met een dikte
die gebaseerd is op de pijpgrootte.
X
In een normale omgeving is de binnentemperatuur 30°C
en de luchtvochtigheid 85%. Gebruik één graad dikkere
isolatiemateriaal, wanneer de airconditioner in een omgeving
wordt bevestigd met een hoge luchtvochtigheid. Gebruik
hiervoor onderstaande tabel. Indien bevestiging plaatsvindt in
een ongunstige omgeving, kiest u voor één graad dikker.
X De hittebestendige temperatuur van de isolatie moet meer
zijn dan 120°C.
Installatie afvoerpijp en afvoerslang
1.
Installeer de afvoerpijp zo kort mogelijk.
X Geef de afvoerpijp een lichte helling voor een goede afvoer
van gecondenseerd water.
X Er mag geen ruimte zitten tussen het verbindingsdeel zodat
de afvoerpijp niet verwijderd is van de flexibele slang.
2.
Isoleer de afvoerpijp en maak deze zoals aangegeven vast.
X De gehele afvoerpijp moet geïsoleerd worden met 5t (of
meer) isolatie om zo watercondensatie te voorkomen.
Isolatie afvoerpijp
Band
Band
Flexibele
slang
Ingang
afvoerslang
Afvoerpijp
Kleefmiddelen
Isolatie afdekband
Isolatie afdekafvoer
Band(niet meegeleverd)
Binnenunit
Leiding
Leiding
afmetingen
Isolatie Type(Verwarmen/Koelen)
Opmerkingen
Standaard
[30°C, 85%]
Hoge vochtigheid
[30°C, Meer dan 85%]
EPDM,NBR
Vloeistofleiding
Ø6.35 ~ Ø9.52 9t
o
Interne
temperatuur
is hoger dan
120°C
Ø12.7 ~ Ø50.80 13t
o
Gasleiding
Ø6.35 13t 19t
Ø9.52 ~ Ø25.40
19t
25t
Ø28.58 ~ Ø44.45 32t
Ø50.80 25t 38t
7
Bij het installeren van isolatie op onderstaande plekken en onder
de onderstaande omstandigheden moet u isolatie gebruik die
bestemd is voor omstandigheden met hoge vochtigheid.
<Geologische omstandigheden>
- Plekken met hoge vochtigheid, zoals aan de kust, bij warme
springbronnen, bij een meer of rivier, en rug (wanneer een deel
van een gebouw bedekt is met aarde en zand.)
<Bedieningsomstandigheden>
- Plafond restaurant, sauna, zwembad, etc.
<Bouwomstandigheden>
- Het plafond wordt regelmatig blootgesteld aan vocht en koeling
en is niet afgedekt. bijv. de geïnstalleerde pijp in een hal van een
slaapkamer en studio of in de buurt van een uitgang die vaak
geopend en gesloten wordt.
- De plek waarop de pijp geïnstalleerd is, is zeer vochtig vanwege
het ontbreken van een ventilatiesysteem.
uw airconditioning installeren _33
NEDERLANDS
JInstallatie Flexibele slang
1.
De afvoerpijp moet binnen 100mm van de flexibele slang
geïnstalleerd worden, van100mm tot 550mm omhooggaan
en van 20mm of meer omlaaggaan.
2.
Installeer de horizontale afvoerpijp met een helling van
1/100 of meer en plaats deze met een ruimte van 1-1,5m.
3.
Installeer de ontluchtingsopeningen in de horizontale
afvoerpijp om te voorkomen dat water terugstroomt naar
de binnenunit.
Het kan zijn dat u dit niet hoeft te installeren
als er een goede helling in de horizontale
afvoerpijp zit.
Opmerking
4.
De flexibele slang mag niet in een opwaartse positie
geïnstalleerd worden omdat dit ertoe kan leiden dat water
terugstroomt in de binnenunit.
5.
Installeer een U bocht aan het einde van de afvoerpijp om
te voorkomen dat vieze geuren de binnenunit bereiken.
Afvoerpijp Verbinding
Flexibele slang
Ontluchtingsgat
300mm of minder
Horizontale afvoerpijp
helling van meer dan 1/100
100-550mm
of meer
1~1,5m
100mm
of meer
Plafond
Ophangdraad
1.
Installeer wanneer er meer dan drie binnenunits geïnstalleerd
worden de ontluchtingsgaten aan de voorkant van de
binnenunit die het verste van de hoofdafvoer afzit.
2.
Het kan zijn dat u aparte ontluchtingsgaten moet
installeren om te voorkomen dat water terugstroomt naar
de bovenkant van de afvoerpijp van elke binnenunit.
Gecentraliseerde Afvoer
Ophangdraad
Hoofd
afvoerpijp
Individuele
ontluchtingsgaten
Hoofd ontluchtingsgat
Gecentraliseerde horizontale afvoerpijp
(helling van meer dan 1/100)
550mm of
minder
1~1,5m
X Installeer horizontaal
Horizontaal
Binnenunit
Flexibele slang
X Max. toegestane asruimte
Max. 20mm
Binnenunit
X Max. toegestane buiging
Max. 30˚
Binnenunit
X Behandel met kleefmiddel om ervoor te
zorgen dat de binnenkant van de flexibele
slang niet geblokkeerd wordt
Verbind
aan de PVC
afvoerpijp
Verbind aan
binnenunit
Isolatie
PVC
afvoerpijp
(plaats
hechtmiddel aan
de binnenkant)
Isolatie
Flexibele slang
(plaats hechtmiddel
aan de buitenkant)
Bedradingwerk
Zilver soldeer
1.
Voordat u aan de slag gaat met bedradingwerk moet u de
stroom uitzetten.
2.
Stroom voor de binnenunit moet geleverd worden door de
breker(MCCB, ELB) die afgezonderd wordt door de buiten
stroom.
3.
Voor het elektriciteitssnoer mogen alleen koperen draden
hebben.
4.
Verbind het elektriciteitssnoer{1(L), 2(N)} tussen de units
met een maximale lengte en communicatiekabel(F1, F2).
5.
Verbind V1, V2(voor DC12V) en F3, F4(voor communicatie)
bij het installeren van de afstandsbediening.
Aansluiting stroom- en communicatiekabel
NL
NLNLNL
Binnenunit 1
Buitenunit
Afstandsbediening
220-240V~
K
ELB: Noodzakelijke Installatie
K
Aan het plafond, op de grond geïnstalleerde binnenunit.
Binnenunit 2 Binnenunit 3
Binnenunit 4 Binnenunit 5 Binnenunit 6
EEV kit
Selecteren van samengedrukt ringanker
Nominale
dimensies
voor kabel
(mm
2
)
Nominale
dimensies
voor schroef
(mm)
BDd1EFLd2t
Standaard
dimensie
(mm)
Toegestaan
(mm)
Standaard
dimensie
(mm)
Toegestaan
(mm)
Standaard
dimensie
(mm)
Toegestaan
(mm)
Min. Min. Max.
Standaard
dimensie
(mm)
Toegestaan
(mm)
Min.
1,5
4 6,6
±0,2 3,4
+0,3
-0,2
1,7 ±0,2 4,1 6 16 4,3
+0,2
0
0,7
48
2,5
4 6,6
±0,2 4,2
+0,3
-0,2
2,3 ±0,2 6 6 17,5 4,3
+0,2
0
0,8
4 8,5
4 4 9,5 ±0,2 5,6
+0,3
-0,2
3,4 ±0,2 6 5 20 4,3
+0,2
0
0,9
Specificatie van elektrische bedrading
Stroomtoevoer
MCCB ELB
Stroomkabel
Geaarde
kabel
Communicatiekabel
Max : 242V
Min : 198V
X A
X A, 30mmA
0,1 sec
2,5mm
2
2,5mm
2
0,75~1,5mm
2
X Bepaal de capaciteit van ELB en MCCB met behulp van de volgende formule.
De capaciteit van ELB, MCCB X [A] = 1,25 X 1,1 X ∑Ai
7X
: De capaciteit van ELB, MCCB
7
Ai : Som van stroom van elke binnenunit.
7
Raadpleeg elke installatiehandleidingen over de stroom van de binnenunit.
X Kies de stroomkabel specificatie en maximale lengte met 10%
stroomdaling tussen de binnenunits.
7Coef: 1,55
7L
k: Afstand tussen elke binneunit[m],
A
k: stroomkabel specificatie[mm
2
], ik: stroom van elke unit[A]
∑ (
Coef×35,6×L
k×ik
)<
10% van
ingangsspanning[V]
1000×A
k
n
k=1
34_ uw airconditioning installeren
Instellen binnenunit
1.
Wijs voor het installeren van de binnenunit een adres toe aan
de binnenunit op basis van het airconditioner systeemplan.
2.
Het adres van de binnenunit wordt toegekend door het
aanpassen van MAIN(SW01, SW02) en RMC(SW03, SW04)
draaischakelaar.
K1 K2 K3 K4
SW01 SW02 SW03 SW04
K5 K6 K7 K8 K9K10K11K12
Extra Functies
K1 K2 K3 K4
Nr. Functie
ON
(AAN)
OFF
(OFF)
SW05
K1 Externe kamersensor
Niet
gebruiken
Gebruiken
K2 Gecentraliseerde regelaar
Niet
gebruiken
Gebruiken
K3
RPM
omhoog
Dunne 1richting/2richting/mini 4richting
N/B N/B
4richting
Normaal Omhoog
K4 Optionele afvoerpomp N/B N/B
K N/B: Niet beschikbaar
K K1 UIT
Heating (warmte) modus : Instelling compensatiewaarde
temperatuur = 0°C
Thermo UIT £ Ventilator UIT
K9 K10 K11K12
Nr. Functie
ON
(AAN)
OFF
(OFF)
SW07
K9
Min. EEV stap bij verwarming Maak 80 stap vast
0 of 80 stap
K10
Prioriteit van binnenunit scherm
op de afstandsbediening
Slaaf Baas
K11 Externe bediening Niet gebruiken Gebruiken
K12 Bediening uitvoer Thermaal AAN Bediening AAN
K N/B: Niet beschikbaar
K5 K6 K7 K8
Nr. Functie
ON
(AAN)
OFF
(OFF)
SW06
K5
Verwarming
thermo-uit
Dunne 1richting/2richting
+2°C +5°C
Mini 4richting/4richting
+5°C +2°C
K6 Filter signaal scherm
1000
uur
2000
uur
K7 Heet water spoel N/B N/B
K8 Elektrische verwarmer N/B N/B
K N/B: Niet beschikbaar
J De ontwerpen en de vorm zijn afhankelijk van het model
onderhevig aan verandering.
Instellen HOOFD adres
X Het HOOFD adres is bedoeld voor communicatie tussen
de binnenunit en de buitenunit. U moet deze daarom
instellen zodat de airconditioner goed zal functioneren.
X U kunt het HOOFD adres instellen van ‘00’ tot ‘99’ door
SW01 en SW02 te mengen. Het HOOFD adres van ‘00’ tot
‘99’ moet van elkaar afwijken.
X Controleer het adres van de binnenunit op het plan dat
u gaat installeren en stel het adres in volgens het plan.
Het kan zijn dat u het HOOFD adres niet hoeft in
te stellen als u Auto Adres Instelling hebt gekozen
van de buitenunit: zie informatie in de
installatiehandleiding van de buitenunit.
Opmerking
Wanneer het HOOFD adres is ingesteld op ‘12’.
Bijvoorbeeld
RMC adres instellen
X U moet de SW03, SW04 en K2 schakelaar instellen
wanneer u de gecentraliseerde regelaar gebruikt.
Wanneer het RMC adres is ingesteld op ‘12’.
Bijvoorbeeld
SW03 SW04
NEDERLANDS
memo _35
MEMO
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34

Samsung AC035FB1DEH Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor