moet een contactopening hebben met een minimale
breedte van 3 mm.
• Gebruik alleen de juiste isolatie-apparaten: stroom-
onderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moe-
ten uit de houder worden verwijderd), aardlekscha-
kelaars en contactgevers.
Gasaansluiting
• Alle gasaansluitingen moeten door een gediplo-
meerd elektromonteur worden gemaakt.
• Zorg ervoor dat er koude luchtcirculatie in het appa-
raat aanwezig is.
• Op het typeplaatje staat informatie over de gastoe-
voer.
• Dit apparaat mag niet aangesloten worden op een
inrichting dat producten afvoert voor verbranding.
Sluit het apparaat aan volgens de geldende installa-
tieregels. Let op de vereisten voor voldoende ventila-
tie.
Gebruik van het apparaat
Waarschuwing! Gevaar op letsel, brandwonden
of elektrische schokken
• Gebruik dit apparaat in een huishoudelijke omge-
ving.
• De specificatie van het apparaat mag niet worden
veranderd.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd
achter.
• Bedien het apparaat niet met natte handen of als het
contact maakt met water.
• Leg geen bestek of deksels van steelpannen op de
kookzones. Ze zijn heet.
• Zet de kookzone op "uit" na elk gebruik.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad
of aanrecht.
Waarschuwing! Brand- of explosiegevaar.
• Verhitte vetten en olie kunnen ontvlambare damp af-
geven. Houd vlammen of verwarmde voorwerpen uit
de buurt van vet en olie als u er mee kookt.
• De dampen die hete olie afgeeft kunnen spontane
ontbranding veroorzaken.
• Gebruikte olie die voedselresten bevat kan brand
veroorzaken bij een lagere temperatuur dan olie die
voor de eerste keer wordt gebruikt.
• Plaats geen ontvlambare producten of items die
vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
Waarschuwing! Risico op schade aan het
apparaat.
• Zet geen hete pannen op het bedieningspaneel.
• Laat kookgerei niet droogkoken.
• Activeer de kookzones niet met leeg of zonder kook-
gerei erop.
• Geen aluminiumfolie op het apparaat leggen.
• Laat geen zure vloeistoffen, zoals bijv. azijn, citroen-
sap of reinigingsmiddelen voor het verwijderen van
kalkaanslag, in aanraking komen met de kookplaat.
Hierdoor kunnen doffe plekken ontstaan.
• Zorg voor een goede ventilatie in de ruimte waar het
apparaat is geënstalleerd.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblok-
keerd zijn.
• Gebruik alleen stabiel kookgerei met de juiste vorm
en een diameter groter dan de afmetingen van de
branders. Er bestaat een risico op oververhitting en
breken van de glazen plaat (indien toepasselijk).
• Zorg dat de vlam niet uit gaat als u de knop snel van
de maximale stand naar de minimale stand draait.
• Zorg ervoor dat de pannen in het midden van de rin-
gen worden gezet en niet uitsteken over de randen
van het kookoppervlak.
• Gebruik alleen de accessoires die zijn meegeleverd
met het apparaat.
• Plaats geen vlamverdeler op de brander.
Onderhoud en reiniging
Waarschuwing! Risico op schade aan het
apparaat.
• Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat
het materiaal van het oppervlak achteruitgaat.
• Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat
te reinigen.
• De branders niet in de afwasautomaat reinigen.
• Maak het apparaat schoon met een vochtige, zachte
doek. Gebruik alleen neutrale schoonmaakmiddelen.
Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, op-
losmiddelen of metalen voorwerpen.
Verwijdering
4