35
6. De asdiameter van schijven, flenzen,
rugschijven en andere accessoires moeten goed
passen rond de as van het elektrisch
gereedschap. Accessoires met een asdiameter die
niet overeenkomt met de aanpasvlakken van het
elektrisch gereedschap zullen niet in evenwicht
draaien, buitensporig trillen en kunnen leiden tot
verlies van controle over het gereedschap.
7. Gebruik nooit een beschadigd accessoire.
Inspecteer het accessoire vóór elk gebruik,
bijvoorbeeld een slijpschijf op schilfers of
barsten; een rugschijf op barsten, scheuren of
overmatige slijtage; en een draadborstel op
losse of gerafelde draden. Als het elektrisch
gereedschap of een accessoire is gevallen,
inspecteert u het op schade of monteert u een
onbeschadigd accessoire. Na inspectie en
montage van een accessoire, zorgt u ervoor dat
u en omstanders niet in het draaiingsvlak van
het accessoire staan, en laat u het elektrisch
gereedschap draaien op het maximaal onbelast
toerental gedurende één minuut. Beschadigde
accessoires breken normaal gesproken in stukken
tijdens dit proefdraaien.
8. Draag beschermende kleding en dergelijke.
Afhankelijk van de toepassing dient u ook een
gezichtsmasker, veiligheidsbril of stofmasker te
dragen. Al naar gelang vereisten van de situatie
draagt u een stofmasker, oorbescherming,
handschoenen en een werkschort dat geschikt
is om kleine stukjes slijpsel of rondvliegende
spaanders te weerstaan. Een afdoende
oogbescherming moet in staat zijn om tijdens het
werk rondvliegende spaanders of scherp gruis tegen
te houden. Het stofmasker of ademhalingsapparaat
moet alle vrijkomende deeltjes uit de lucht die u
inademt te filteren. Langdurige blootstelling aan hard
lawaai kan uw gehoor aantasten.
9. Houd omstanders op veilige afstand tijdens het
gebruik van elektrisch gereedschap. Iedereen
die uw werkterrein betreedt, moet beschermende
kleding dragen. Er zouden splinters van uw
werkstuk of van een afgebroken accessoire kunnen
rondvliegen, met kans op verwondingen, ook buiten
uw onmiddellijke werkomgeving.
10. Houd het elektrisch gereedschap alleen vast aan
de geïsoleerde handgrepen, wanneer u werkt op
plaatsen waar de zaag met verborgen bedrading
of met zijn eigen snoer in aanraking kan komen.
Als een draad die onder stroom staat wordt
ingesneden, kunnen de metalen delen van het
gereedschap ook onder stroom komen te staan en
kunt u een gevaarlijke schok krijgen.
11. Zorg dat het snoer uit de buurt blijft van het
draaiend werktuig. Als u de controle verliest over
het gereedschap, kan het snoer worden
doorgesneden of bekneld raken en kan uw hand of
arm tegen het ronddraaiende werktuig worden
aangetrokken.
12. Leg het gereedschap altijd pas neer nadat het
werktuig volledig tot stilstand is gekomen. Als
het werktuig nog draait, kan het de ondergrond
aangrijpen en het gereedschap uit uw handen
trekken.
13. Loop niet met het gereedschap terwijl het nog
draait. Als het ronddraaiende accessoire u per
ongeluk raakt, kan het verstrikt raken in uw kleding
waardoor het accessoire tegen uw lichaam aan
wordt getrokken.
14. Maak de ventilatieopeningen van het
gereedschap regelmatig schoon. De ventilator
van de motor zal het stof de behuizing in zuigen, en
een grote opeenhoping van metaalslijpsel kan leiden
tot elektrisch gevaarlijke situaties.
15. Gebruik het gereedschap niet in de buurt van
licht ontvlambare materialen. Als er vonken
overspringen, zou er brand kunnen ontstaan.
16. Gebruik geen accessoires waarvoor koeling met
vloeistof vereist is. Het gebruik van water of een
andere koelvloeistof kan leiden tot een elektrische
schok, met gevaar voor elektrocutie.
Terugslag en aanverwante waarschuwingen
Terugslag is een plotselinge reactie op een beknelde of
vastgelopen draaischijf, rugschijf, borstel of enig ander
accessoire. Beknellen of vastlopen veroorzaakt een
snelle stilstand van het draaiende accessoire dat op zijn
beurt ertoe leidt dat het elektrisch gereedschap zich
ongecontroleerd beweegt in de richting tegengesteld aan
de draairichting van het accessoire op het moment van
vastlopen.
Als bijvoorbeeld een slijpschijf bekneld raakt of vastloopt
in het werkstuk, kan de rand van de schijf die het
knelpunt ingaat, zich invreten in het oppervlak van het
materiaal waardoor de schijf eruit klimt of zich eruit slaat.
De schijf kan daarbij naar de gebruiker toe of weg
springen, afhankelijk van de draairichting van de schijf op
het knelpunt. Slijpschijven kunnen in dergelijke situaties
ook breken.
Terugslag is het gevolg van verkeerd gebruik van het
elektrisch gereedschap en/of onjuiste behandeling of
omstandigheden, en is te voorkomen door goede
voorzorgsmaatregelen te treffen, zoals hieronder
vermeld.
a) Houd het gereedschap stevig vast en plaats
uw armen en lichaam zodanig dat u in staat
bent een terugslag op te vangen. Gebruik
altijd de hulphandgreep, indien aanwezig,
voor een optimale beheersing over het
gereedschap in geval van terugslag en de
koppelreactiekrachten bij het starten. De
gebruiker kan een terugslag of de
koppelreactiekrachten opvangen indien de juiste
voorzorgsmaatregelen worden getroffen.
b) Plaats uw hand nooit in de buurt van het
draaiende accessoire. Het accessoire kan
terugslaan tegen uw hand.
c) Plaats uw lichaam niet in het gebied waar het
elektrisch gereedschap naar toe kan
bewegen als er terugslag optreedt. Terugslag
zal het gereedschap bewegen in
tegenovergestelde richting van de draairichting
van de schijf op het moment van knel raken.
d) Wees bijzonder voorzichtig bij het werken
rond hoeken, scherpe randen, enz. Voorkom
dat het accessoire stuitert of bekneld raakt.
Hoeken, scherpe randen of stuiteren kunnen
vaak het draaiende accessoire knel doen raken,
wat leidt tot terugslag of verlies van controle over
het gereedschap.