Samsung 230TSN Handleiding

Categorie
Tv's
Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

SyncMaster 230TSN/230MXN
LCD-monitor
Gebruikershandleiding
De kleur en het uiterlijk kunnen afwijken, afhankelijk van
het product. Ook kunnen de specificaties zonder
voorafgaand bericht worden gewijzigd om de prestaties te
verbeteren.
Veiligheidsinstructies
Opmerking
U
moet deze veiligheidsvoorschriften volgen om te voorkomen dat u risico loopt en het ap-
paraat beschadigd raakt.
Lees de instructies zorgvuldig en gebruik het product op de juiste manier.
Waarschuwing / Voorzichtig
Het niet opvolgen van de aanwijzingen die dit symbool aanduidt kan
resulteren in persoonlijk letsel of schade aan de apparatuur.
Opmerking
Verboden
Op ieder moment belangrijk
om te lezen en begrijpen
Niet demonteren
Haal de stekker uit het stop-
contact
Niet aanraken
Geaard om een elektrische
schok te voorkomen
Stroom
Als uw computer gedurende langere tijd niet gebruikt wordt, stel hem dan
in op DPM.
Als
u een schermbeveiliging gebruikt, stelt u deze in op de actieve
schermmodus.
De afbeeldingen zijn alleen ter referentie, en mogelijk niet in alle gevallen
(of landen) van toepassing.
Snelkoppeling naar instructies ter voorkoming van scherminbranding
Gebruik geen beschadigde voedingskabel of stekker, of een
beschadigd of loszittend stopcontact.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Raak de stekker bij het aansluiten of verwijderen niet met natte
handen aan.
Dit zou een elektrische schok kunnen veroorzaken.
Sluit de stekker aan op een geaard stopcontact.
Anders zou u een elektrische schok of persoonlijk letsel kun-
nen veroorzaken.
Symbolen
Controleer of de stekker goed en stevig in het stopcontact zit.
Dit kan brand veroorzaken.
Buig de voedingskabel niet, trek er niet aan en plaats er geen
zware spullen op.
Dit kan brand veroorzaken.
Sluit niet meerdere apparaten aan op hetzelfde stopcontact.
Hierdoor kan, door oververhitting, brand ontstaan.
Verwijder het netsnoer niet tijdens het gebruik van het product.
Dit kan een elektrische schok veroorzaken waardoor het prod-
uct beschadigd kan raken.
De stekker moet uit het stopcontact worden gehaald om het
apparaat te ontkoppelen. De stekker moet daarom goed bereik-
baar zijn.
Anders kan dit een elektrische schok of brand veroorzaken.
Gebruik alleen het door ons bedrijf geleverde netsnoer. Gebruik
geen netsnoeren die bij een ander product horen.
Dit zou brand of een elektrische schok kunnen veroorzaken.
Installatie
Neem contact op met een geautoriseerd Servicecentrum als u de monitor
installeert in een omgeving waar veel stof, hoge of lage temperaturen of
hoge vochtigheid voorkomt, op een plaats waar gewerkt wordt met chemi-
sche oplossingen of waar de monitor 24 uur per dag in werking is, zoals
een vliegveld of treinstation.
Als u dit niet doet, kan er schade aan het apparaat ontstaan.
Laat de monitor niet vallen als u deze verplaatst.
Dit kan schade aan het product of persoonlijk letsel veroor-
zaken.
Als u het product in een kast of op een rek plaatst, moet u ervoor
zorgen dat de voorzijde van de onderkant van het product niet
uitsteekt.
Anders kan het product vallen of persoonlijk letsel veroorzak-
en.
Zorg dat de kast of het rek groot genoeg is voor het product.
Veiligheidsinstructies
PLAATS GEEN KAARSEN, INSECTENWERENDE MIDDE-
LEN, SIGARETTEN OF VERWARMINGSAPPARATUUR IN DE
BUURT VAN HET PRODUCT.
Dit kan brand veroorzaken.
Houd verwarmingsapparatuur zo veel mogelijk uit de buurt van
de voedingskabel en het product.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Plaats het apparaat niet op een slecht geventileerde plaats,
zoals in een boekenkast.
Dit zou kunnen resulteren in brand door oververhitting.
Wees voorzichtig bij het neerzetten van het product.
Dit kan schade aan het beeldscherm veroorzaken.
Plaats de voorzijde van het product niet op de vloer.
Dit kan schade aan het beeldscherm veroorzaken.
De muurbevestiging moet worden gemonteerd door een geau-
toriseerd installatiebedrijf.
Anders kan het product vallen en persoonlijk letsel veroorzak-
en.
Gebruik de aangegeven muurbevestiging.
Installeer het product op een goed geventileerde plaats. Er moet
minimaal 4 inch (10 cm) ruimte tussen het product en de muur zijn.
Anders zou er brand kunnen ontstaan als gevolg van overver-
hitting.
Houd het verpakkingsmateriaal buiten bereik van kinderen.
Kinderen kunnen letsel oplopen (stikken) als ze hiermee spe-
len.
Steun niet op de standaard en plaats geen voorwerpen op de
standaard wanneer u de hoogte van de monitor verstelt.
Dit kan schade aan het product of persoonlijk letsel veroor-
zaken.
Schoonmaken
U kunt de monitor en het oppervlak van de TFT-LCD afnemen met een
zachte, iets vochtige doek.
Veiligheidsinstructies
Spuit geen reinigingsmiddelen rechtstreeks op het oppervlak
van het product.
Dit kan verkleuringen en vervaging van de structuur veroor-
zaken. Ook kan het oppervlak van het scherm losraken.
Reinig het product met een zachte doek met alleen een moni-
torreiniger. Als u toch een ander reinigingsmiddel moet gebruiken,
moet u deze in een verhouding van 1:10 in water verdunnen.
Gebruik voor het reinigen van de stekkers en het stopcontact
een droge doek.
Anders kan er brand ontstaan.
Haal voor het reinigen van het product de stekker uit het stop-
contact.
Anders kan er een elektrische schok of brand ontstaan.
Haal voor het reinigen van het product eerst de stekker uit het
stopcontact en reinig deze met een zachte, droge doek.
Gebruik geen chemische middelen zoals was, benzeen, alco-
hol, verdunningsmiddelen, insectenwerende middelen, smeer-
middelen of reinigingsmiddelen. Hierdoor kan het uiterlijk van
het oppervlak worden aangetast en kunnen de indicatielabels
op het product losraken.
De behuizing van het product is gevoelig voor krassen. Gebruik
daarom alleen het soort doek dat wordt voorgeschreven.
Gebruik het voorgeschreven soort doek met een klein beetje
water. Schud de doek eerst goed uit om te voorkomen dat er
iets in zit dat krassen op het product kan veroorzaken.
Spuit bij het reinigen van het product geen water rechtstreeks
op de behuizing.
Zorg ervoor dat er geen water in het product loopt en dat het
product niet nat wordt.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Overig
Dit product werkt op hoge spanning. Demonteer, repareer of
bewerk het product niet zelf.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Neem contact op met een servicecentrum als het product ger-
epareerd moet worden.
Als er een vreemde geur, een vreemd geluid of rook uit het
product komt, moet u direct de stekker uit het stopcontact halen
en contact opnemen met een Servicecentrum.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Veiligheidsinstructies
Stel het product niet bloot aan vocht, stof, rook of water en in-
stalleer het niet in een auto.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Als u het product laat vallen of als de behuizing kapot gaat, moet
u het product uitschakelen en de stekker uit het stopcontact halen.
Neem contact op met een Servicecentrum.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Raak bij onweer het netsnoer en de antennekabel niet aan.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Probeer het beeldscherm niet te verplaatsen door enkel aan het
snoer of de signaalkabel te trekken.
Anders kan het product vallen, wat schade aan de kabel kan
veroorzaken waardoor een elektrische schok, schade aan het
product of brand kan ontstaan.
U kunt het product niet optillen of verplaatsen door alleen het
netsnoer of de signaalkabels vast te houden.
Anders kan het product vallen, wat schade aan de kabel kan
veroorzaken waardoor een elektrische schok, schade aan het
product of brand kan ontstaan.
Voorkom dat de ventilatieopening wordt geblokkeerd door een
tafel of gordijn.
Anders zou er brand kunnen ontstaan als gevolg van overver-
hitting.
Plaats geen voorwerpen die water bevatten, vazen, bloempot-
ten, geneesmiddelen of metalen voorwerpen op het product.
Als er water of vreemde voorwerpen in het product terechtko-
men, moet u de stekker uit het stopcontact halen en contact
opnemen met een Servicecentrum.
Dit kan een defect, elektrische schok of brand veroorzaken.
Gebruik of bewaar geen brandbare sprays of licht ontvlambare
materialen in de buurt van het product.
Dit zou een explosie of brand kunnen veroorzaken.
Steek geen metalen voorwerpen, zoals pennen, munten, naal-
den en draad, of licht ontvlambare voorwerpen als lucifers of
papier in het product (bijvoorbeeld via de ventilatieopeningen, in-
gangen en uitgangen).
Als er water of vreemde voorwerpen in het product terechtko-
men, moet u de stekker uit het stopcontact halen en contact
opnemen met een Servicecentrum.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Veiligheidsinstructies
Als een stilstaand beeld lang wordt weergegeven, kan een na-
beeld of vlek ontstaan.
Zet het product in de slaapstand of gebruik een bewegende
schermbeveiliging als u het product langere tijd niet gebruikt.
Stel een resolutie en frequentie in die geschikt zijn voor het
product.
Anders kan schade aan uw ogen ontstaan.
Zet bij het gebruik van een koptelefoon het volume niet te hard.
Dit kan uw gehoor beschadigen.
Ga niet te dicht bij het product zitten om vermoeide ogen te
voorkomen.
Neem minimaal vijf (5) minuten pauze nadat u de monitor één
(1) uur hebt gebruikt.
Hiermee voorkomt u dat uw ogen vermoeid raken.
Installeer het product niet op een instabiele plaats als een in-
stabiel rek of een onregelmatig oppervlak of op een plaats die
blootstaat aan trillingen.
Het apparaat zou kunnen vallen, wat zou kunnen leiden tot
persoonlijk letsel en/of beschadiging van het product.
Als u het product gebruikt op een plaats die blootstaat aan tril-
lingen, kan het product beschadigd raken, wat brand tot gevolg
kan hebben.
Schakel het product voordat u het gaat verplaatsen uit en haal
de stekker uit het stopcontact. Ontkoppel ook de antennekabel en
alle andere kabels die op het product zijn aangesloten.
Anders kan er een elektrische schok of brand ontstaan.
Voorkom dat kinderen aan het product gaan hangen of erop
klimmen.
Het product kan namelijk vallen, wat persoonlijk letsel of zelfs
de dood tot gevolg kan hebben.
Haal de stekker uit het stopcontact als u het product gedurende
langere tijd niet gebruikt.
Anders kan het product oververhit raken of ontbranden als ge-
volg van stofophoping. Ook kan als gevolg van een elektrische
schok of lekkage brand ontstaan.
Plaats geen zware voorwerpen, speelgoed of lekkernijen (bij-
voorbeeld koekjes) op het product die de aandacht van kinderen
kunnen trekken.
Veiligheidsinstructies
Uw kinderen kunnen aan het product gaan hangen waardoor
het kan vallen, wat persoonlijk letsel of zelfs de dood tot gevolg
kan hebben.
Voorkom dat kinderen de batterij in hun mond stoppen als deze
uit de afstandsbediening wordt gehaald. Houd de batterij buiten
bereik van kinderen.
Neem direct contact op met uw arts als een kind een batterij in
zijn mond heeft gestopt.
Let bij het vervangen van de batterij op de juiste polariteit (+, -).
Anders kan de batterij beschadigd raken of brand, persoonlijk
letsel of schade veroorzaken als gevolg van lekkage van bat-
terijvloeistof.
Gebruik alleen de aangegeven standaardbatterijen en gebruik
nooit tegelijkertijd een nieuwe en een gebruikte batterij.
Anders kunnen de batterijen beschadigd raken of brand, per-
soonlijk letsel of schade veroorzaken als gevolg van lekkage
van batterijvloeistof.
Batterijen (oplaadbaar en niet oplaadbaar) zijn geen standaard
afval en dienen ter recycling te worden aangeboden. Als verbruik-
er is de klant verantwoordelijk voor het op de juiste manier retour-
neren van gebruikte of oplaadbare batterijen.
De klant kan gebruikte of oplaadbare batterijen afgeven bij het
dichtstbijzijnde gemeentelijke afvaldepot of bij een winkel die
eenzelfde type batterijen verkoopt.
Plaats het product niet in direct zonlicht of in de buurt van
warmtebronnen zoals open vuur of een kachel.
Dit kan de levensduur van het product verkorten en brand tot
gevolg hebben.
Laat geen voorwerpen op het product vallen en oefen geen druk
uit op het product.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Gebruik geen luchtbevochtiger in de buurt van het product.
Dit zou een elektrische schok of brand kunnen veroorzaken.
Raak in geval van een gaslek het product en de stekker niet
aan; zorg meteen voor ventilatie.
Een vonk kan een explosie of brand veroorzaken.
Als het product gedurende lange tijd ingeschakeld is, wordt het
beeldscherm heet. Raak het niet aan.
Houd de kleine accessoires buiten bereik van kinderen.
Veiligheidsinstructies
Wees voorzichtig bij het instellen van de hoek van het product
of de hoogte van de voet.
Uw hand of vingers kunnen klem raken.
Als u het product te ver kantelt, kan het vallen en persoonlijk
letsel veroorzaken.
Plaats het product niet op een plaats waar kinderen er gemak-
kelijk bij kunnen.
Anders kan het product vallen en persoonlijk letsel veroorzak-
en.
Het voorste deel ven het product is zwaar. Plaats het product
daarom op een vlakke en stabiele ondergrond.
Plaats geen zware voorwerpen op het product.
Dit kan persoonlijk letsel en/of schade aan het product veroor-
zaken.
Correcte zithoudingen bij gebruik van de monitor
Denk aan een juiste houding bij gebruik van dit
product
Houd uw rug recht.
Houd uw ogen op een afstand van 45 - 50 cm tot
het scherm. Kijk omlaag naar het scherm en zit
recht voor het scherm.
Denk aan een juiste houding bij gebruik van dit
product
Pas de hoek van het product zo aan dat er geen
licht op het scherm wordt gereflecteerd.
Houd uw ellebogen in een rechte hoek en houd uw
arm op dezelfde hoogte als de rug van uw hand.
Houd uw ellebogen in een rechte hoek.
Plaats uw hielen plat op de grond en houd uw
knieën in een hoek van 90 graden of groter. Houd
uw armen zo dat ze beneden uw hart zijn.
Veiligheidsinstructies
Inleiding
Inhoud van de verpakking
Opmerking
Controleer of onderstaande onderdelen bij het LCD-scherm zijn geleverd.
Neem contact op met uw verkoper als er onderdelen ontbreken.
Neem contact op met
een plaatselijke dealer als u afzonderlijk verkrijgbare onderdelen wilt
aanschaffen.
Uitpakken
LCD-scherm
Handleidingen
Handleiding voor snelle in-
stallatie
Garantiekaart
(Niet op alle locaties verk-
rijgbaar)
Kabels
Netsnoer D-Sub-kabel
Software-dvd met MagicInfo /
Gebruikershandleiding
Overig
Afstandsbediening Batterijen (AAA x 2)
(Niet op alle locaties verk-
rijgbaar)
Ferrietkern voor LAN-ka-
bel
Afzonderlijk verkrijgbaar - Niet bij de monitor geleverd.
Wandmontageset LAN-kabel USB-kabel
HDMI-kabel RS232C-kabel
Ferrietkern
De ferrietkernen schermen de kabels af voor storingen.
Bij het aansluiten van een kabel opent u de ferrietkern en klikt
deze om de stekker heen.
Wandmontage
Dit product is compatibel met een wandmontage die voldoet aan de 100 mm x 100 mm VESA-
specificatie.
Hierboven: een wandmontage die vol-
doet aan de 100 mm x 100 mm VESA-
specificatie.
Inleiding
A. Basis voor wandmontage
B. Wandmontageset (optio-
neel)
Volg deze stappen om een wandmontage aan uw monitor te bevestigen:
1. Schakel het product uit en trek vervolgens de stekker uit het stopcontact.
2. Plaats een zachte doek over de tafel om het product te beschermen en plaats het product
op de doek met de voorkant van het product naar beneden.
3. Verwijder de voet zoals eerder beschreven.
4. Lijn de groef van de basis voor wandmontage van de monitor uit met de groef in de
wandmontageset en zet de wandmontageset stevig vast door de schroeven vast te
draaien.
Opmerking
Als u een schroef gebruikt die langer is dan de standaardspecificaties, kan het binnenwerk
van het product beschadigd raken.
Voor muurbevestigingen die niet voldoen aan de standaardspecificaties van VESA, kan
de lengte van de schroeven verschillen afhankelijk van de specificaties.
Gebruik geen schroeven die niet compatibel zijn met de standaardspecificaties van VESA
en gebruik geen overmatige kracht bij het vastzetten.
Hierdoor kan het product beschadigd raken of letsel ontstaan doordat het product valt.
Samsung is niet aansprakelijk voor schade of letsel.
Samsung is niet aansprakelijk voor enige schade aan het product of enig letsel door het
gebruik van een wandmontage die niet compatibel is met de aangegeven specificaties of
ten gevolge van een installatie die niet is uitgevoerd door een gekwalificeerde monteur.
Wanneer u het product installeert met een wandmontage, schaft u een wandmontage aan
waarbij de afstand tussen de monitor en de muur ten minste 10 cm is.
Samsung is niet aansprakelijk voor problemen die ontstaan door gebruik van een stand-
aard of bevestiging die niet compatibel is met de opgegeven specificaties.
Gebruik de wandbevestiging in overeenstemming met de specificaties in uw land.
Uw LCD-scherm
Voorkant
Toets SOURCE [ ]
Inleiding
Wanneer het schermmenu niet wordt weergegeven, schakelt u hiermee
tussen de pc- en videomodus. Hiermee wordt in onderstaande volgorde
de invoerbron geselecteerd waarop een extern apparaat is aangesloten:
[PC] → [HDMI] → [MagicInfo]
Wanneer het schermmenu wordt weergegeven, activeert u hiermee een
gemarkeerd menu-item.
MENU-knop [MENU]
Het schermmenu openen en sluiten. U kunt hiermee ook het schermmenu
afsluiten of terugkeren naar het vorige menu.
- VOL +
Sprint van de ene menuoptie naar de andere in horizontale richting of wij-
zigt de geselecteerde menuwaarden. Wanneer de OSD niet wordt weer-
gegeven, past u het volume aan door op de knop te drukken.
SEL
Sprint van de ene menuoptie naar de andere in verticale richting of wijzigt
de geselecteerde menuwaarden.
Aan/uit-knop [ ]
Gebruik deze knop om het LCD-scherm in en uit te schakelen.
Brightness Sensor
Hiermee wordt de helderheid van de omgeving automatisch gedetecteerd
en wordt de helderheid van de monitor daaraan aangepast.
Controlelampje stroom
Wanneer deze groen knippert, is de modus PowerSaver ingeschakeld.
Opmerking
Zie het gedeelte PowerSaver in de handleiding voor meer informatie over
energiebesparingsfuncties. Om energie te besparen, kunt u het beste het
LCD-scherm uitschakelen wanneer u dit gedurende langere tijd niet ge-
bruikt.
Sensor van afstandsbediening
Richt de afstandsbediening op deze plek op het LCD-scherm.
Achterkant
Opmerking
Voor meer informatie over kabelverbindingen raadpleegt u Kabels aansluiten onder Instel-
lingen. De configuratie aan de achterkant van het LCD-scherm kan enigszins afwijken. Dit is
afhankelijk van het model LCD-scherm.
Inleiding
POWER S/W ON [ │ ] / OFF [O]
Hiermee schakelt u LCD-scherm in of uit.
POWER
Het netsnoer moet worden aangesloten op
het LCD-scherm en het stopcontact.
RGB IN
Verbind de RGB IN-aansluiting aan de ach-
terzijde van het product met de computer.
VIDEO OUT
Verbind de [VIDEO OUT]-poort op het prod-
uct met de D-Sub-poort op uw monitor met
behulp van een D-Sub-kabel.
HDMI IN
Sluit de HDMI-aansluiting op de achterkant
van uw LCD-scherm aan op de HDMI-aans-
luiting op het digitale uitvoerapparaat door
middel van een HDMI-kabel.
AUDIO OUT
Aansluitpunt hoofdtelefoon/externe luid-
spreker.
LAN
Aansluiting voor LAN
Compatibel met USB-toetsenbord en -muis
alsook apparaat voor massaopslag.
Inleiding
AUDIO IN
Sluit de geluidskabel van het product aan op
de geluidspoort aan de achterzijde van de
computer.
RS232C IN
MDC (Multiple Display Control)-programma-
poort
Opening voor Kensington Lock
Een Kensington-slot is een mechanisme
waarmee u uw monitor fysiek kunt vergren-
delen bij gebruik in een openbare ruimte. Het
slot moet apart worden aangeschaft. Afhan-
kelijk van de fabrikant, kan het uiterlijk en de
vergrendelingsmethode enigszins afwijken
van de afbeelding. Raadpleeg de handleid-
ing bij het Kensington-slot voor correct ge-
bruik. Het slot moet apart worden aange-
schaft.
Opmerking
De plaats van de opening voor het Kensing-
ton-slot kan afwijken afhankelijk van het
model.
Diefstal voorkomen met het
Kensington-slot
1. Plaats het slot in de Kensington-sleuf
van de monitor en draai deze in de
vergrendelingsrichting .
2. Sluit de kabel voor het Kensington-slot
aan.
3. Bevestig het Kensington-slot aan een
tafel of ander zwaar, vaststaand object.
Opmerking
Zie Kabels aansluiten voor meer informatie over kabelverbindingen.
Afstandsbediening
Opmerking
De prestaties van de afstandsbediening kunnen door een tv of ander elektronisch apparaat
dat actief is in de nabijheid van het LCD-scherm worden beïnvloed vanwege interferentie met
de frequentie van de afstandsbediening.
Inleiding
POWER
OFF
Cijfertoetsen
DEL / GUIDE-knop
+ VOL -
SOURCE
D.MENU
TOOLS
Toetsen omhoog-omlaag, naar links-naar
rechts
INFO
KLEURTOETSEN
TTX/MIX
MTS/DUAL
ENTER/PRE-CH
MUTE
CH/P
TV
MENU
RETURN
EXIT
MagicInfo
1. POWER
Hiermee schakelt u het product in.
2.
OFF
Hiermee schakelt u het product uit.
3. Cijfertoetsen Wordt gebruikt om het wachtwoord op te geven tijdens de
aanpassing van de OSD of bij gebruik van MagicInfo.
4. DEL / GUIDE-knop
De knop "-" dient als selectieknop voor digitale kanalen.
Elektronische programmagids (EPG) weergeven
* Deze functie werkt niet voor dit LCD-scherm.
5. + VOL - Past het geluidsniveau aan.
6.
SOURCE
Druk op deze knop om de SOURCE van het ingangssignaal
te wijzigen.
U kunt deze alleen wijzigen in bronnen waarop externe ap-
paraten zijn aangesloten.
7.
D.MENU DTV-menu weergeven
* Deze functie werkt niet voor dit LCD-scherm.
Inleiding
8. TOOLS Hiermee kunt u snel veelgebruikte functies selecteren.
* Deze functie werkt niet voor dit LCD-scherm.
9. Toetsen omhoog-omlaag,
naar links-naar rechts
Hiermee schakelt u horizontaal of verticaal tussen menu-
items of past u de geselecteerde menuwaarden aan.
10. INFO
Hiermee wordt informatie over het huidige beeld in de link-
erbovenhoek van het scherm weergegeven.
11. KLEURTOETSEN Druk hierop om kanalen toe te voegen of te verwijderen en
om kanalen in de lijst met voorkeurkanalen op te slaan in
het menu Channel List.
* Deze functie werkt niet voor dit LCD-scherm.
12. TTX/MIX
Tv-kanalen bieden schriftelijke informatiediensten via tele-
tekst.
- Teletekstknoppen
* Deze functie werkt niet voor dit LCD-scherm.
13. MTS/DUAL * Deze functie werkt niet voor dit LCD-scherm.
MTS-
U kunt de modus MTS (Multichannel Television Stereo) se-
lecteren.
Type geluid MTS/S_Mode Standaard
FM Stereo Mono Mono Handmatig
wijzigen
Stereo Mono ↔ Stereo
SAP Mono ↔ SAP Mono
DUAL-
STEREO/MONO, DUAL l/DUAL ll en MONO/NICAM
MONO/NICAM STEREO kunnen worden gebruikt tijdens
het tv-kijken, afhankelijk van het uitzendtype, door de knop
DUAL te gebruiken op de afstandsbediening.
14. ENTER/PRE-CH
Met deze knop keert u terug naar het laatst gebruikte ka-
naal.
* Deze functie werkt niet voor dit LCD-scherm.
15.
MUTE
Pauzeert (dempt) het geluid tijdelijk. De audio wordt hervat
wanneer u in de modus Mute (Dempen) op MUTE of - VOL
+ drukt.
16.
CH/P Hiermee kunt u tv-kanalen selecteren in de modus TV.
* Deze functie werkt niet voor dit LCD-scherm.
17. TV Hiermee selecteert u rechtstreeks de tv-modus.
* Deze functie werkt niet voor dit LCD-scherm.
Inleiding
18. MENU Het schermmenu openen en sluiten, of het menu voor het
afstellen van het scherm sluiten.
19. RETURN
Hiermee keert u terug naar het vorige menu.
20. EXIT
Hiermee verlaat u het menuscherm.
21. MagicInfo MagicInfo -snelstartknop
Inleiding
Aansluitingen
Aansluiten op een computer
Sluit het netsnoer van het LCD-scherm aan op de stroomaansluiting op de
achterkant van het LCD-scherm. Schakel
de aan/uit-knop op de achter-
kant van het LCD-scherm in.
Sluit de D-sub-kabel aan op de 15-pins RGB-poort op de achterkant van
het LCD-scherm en de 15-pins D-sub-poort op de computer.
Sluit de audiokabel van het LCD-scherm aan op de audiopoort op de ach-
terkant van uw computer.
Opmerkingen
Schakel zowel de computer als het LCD-scherm in.
Neem contact op
met een plaatselijk SAMSUNG Electronics Servicecentrum voor de
aanschaf van accessoires.
Aansluiten op andere apparatuur
Opmerking
U kunt AV-uitvoerapparaten zoals dvd-spelers,
videorecorders of camcorders alsook com-
puters op het LCD-scherm aansluiten. Zie Het LCD-scherm aanpassen voor meer informatie
over het aansluiten van AV-uitvoerapparaten.
Een HDMI-kabel aansluiten
Opmerkingen
Sluit invoerapparaten zoals een Blu-Ray/dvd-speler aan op de HDMI IN-aansluiting van
het LCD-scherm met behulp van een HDMI-kabel.
U kunt geen pc aansluiten op een HDMI-ingang.
Een DVI-naar-HDMI-kabel aansluiten
Opmerkingen
Sluit de DVI-uitgang van een digitaal uitvoerapparaat aan op de HDMI-aansluiting van het
LCD-scherm met een DVI-naar-HDMI-kabel.
Sluit de rode en witte aansluitpunten van een RCA-naar-stereo-ministekkerkabel (voor
pc) aan op de rode en witte audio-uitgangen van het digitale uitvoerapparaat. Sluit het
uiteinde met de ministekker van de kabel aan op de AUDIO IN-klem van het LCD-scherm.
Aansluiten op een ander beeldscherm
Sluit een D-Sub-kabel aan op de [VIDEO OUT]-poort op het product en de D-Sub in-poort
op de andere monitor.
Aansluitingen
Opmerking
Maak
verbinding
met
de [VIDEO OUT]-poort om hetzelfde beeld ook via een ander beeld-
scherm te kunnen weergeven.
(voor presentatiedoeleinden)
Aansluiten op een audiosysteem
Opmerking
Sluit een set
audiokabels aan op de poorten AUX L, R van het AUDIOSYSTEEM en de
poorten [AUDIO OUT] op het LCD-scherm.
Aansluitingen
Een LAN-kabel aansluiten
Opmerking
Sluit de LAN-kabel aan.
Een USB-apparaat aansluiten
U kunt USB-apparaten zoals een muis of een toetsenbord aansluiten.
Aansluitingen
Software gebruiken
Stuurprogramma voor de monitor
Opmerking
Als het besturingssysteem vraagt om het stuurprogramma voor de monitor,
plaatst u de CD-ROM die bij deze monitor is meegeleverd. De installatie van
het stuurprogramma kan per besturingssysteem ietwat verschillen. Volg de
instructies voor uw besturingssysteem.
Als de cd verloren of zoek is geraakt, kunt u het monitorstuurprogramma
downloaden door op http://www.samsung.com op Services > Downloadcen-
trum te klikken en vervolgens de aanwijzingen op de website te volgen.
Wanneer u het bestand hebt gedownload, dubbelklikt u op het bestand en
volgt u de aanwijzingen die op het scherm verschijnen.
Het monitorstuurprogramma automatisch installeren - Alle Windows-besturingssystemen
1. Plaats de cd in het CD-ROM-station.
2. Klik op 'Windows'.
3. Selecteer uw monitormodel in de lijst met modellen en klik vervolgens op OK.
4. Als u Windows XP of Windows 2000 gebruikt en het volgende berichtvenster verschijnt,
klikt u op de knop Toch doorgaan. Klik in het volgende venster op OK.
Opmerking
Dit monitorstuurprogramma is gecertificeerd door Microsoft. De installatie veroorzaakt
geen beschadigingen in uw systeem.
Als het bovenstaande venster niet verschijnt, hebt u mogelijk een oudere installatieschijf.
Als u het gecertificeerde stuurprogramma wilt ophalen, gaat u naar de downloadpagina
voor uw monitor.
Voor toegang tot de downloadpagina gaat u naar http://www.samsung.com/ en klikt u
achtereenvolgens op Service en Downloadcentrum.
Het monitorstuurprogramma handmatig installeren
Microsoft
®
Windows Vista™ besturingssysteem
1. Plaats de cd in uw CD-ROM-station.
2.
Klik op Start > Configuratiescherm. Dubbelklik vervolgens op 'Appearance and Per-
sonalization' (Vormgeving aan persoonlijke voorkeur aanpassen)'.
3. Klik op 'Personalization' (Persoonlijke instellingen) en vervolgens op 'Display Set-
tings' (Beeldscherminstellingen).
4. Klik op 'Advanced Settings...' (Geavanceerde instellingen...).
Software gebruiken
5. Klik op 'Properties' (Eigenschappen) op het tabblad 'Monitor'. Als de knop 'Proper-
ties' (Eigenschappen) niet beschikbaar is, is de configuratie van uw monitor voltooid. De
monitor kan zo gebruikt worden.
Als het bericht 'Windows needs...' (Uw toestemming is nodig...) wordt weergegeven (zie
onderstaande afbeelding), klikt u op 'Continue' (Doorgaan).
Opmerking
Dit monitorstuurprogramma is gecertificeerd door Microsoft. De installatie veroorzaakt
geen beschadigingen in uw systeem.
Als het bovenstaande venster niet verschijnt, hebt u mogelijk een oudere installatieschijf.
Als u het gecertificeerde stuurprogramma wilt ophalen, gaat u naar de downloadpagina
voor uw monitor.
Voor toegang tot de downloadpagina gaat u naar http://www.samsung.com/ en klikt u
achtereenvolgens op Service en Downloadcentrum.
6. Klik op 'Update Driver...' (Stuurprogramma bijwerken...) op het tabblad 'Driver' (Stuur-
programma).
Software gebruiken
7. Schakel het selectievakje Op mijn computer naar stuurprogramma's zoeken in en klik
vervolgens op Ik wil kiezen uit een lijst met apparaatstuurprogramma's op mijn computer.
8. Klik op Bladeren… en selecteer het cd- of dvd-station (bijvoorbeeld D:\) waar het instal-
latiebestand van het stuurprogramma zich bevindt. Klik op OK.
9. Selecteer uit de lijst met monitoren het model dat overeenkomt met uw monitor en klik
op 'Next' (Volgende).
10. Klik in de volgende schermen achtereenvolgens op 'Close' (Sluiten) 'Close' (Sluiten)
→ 'OK' → 'OK'.
Software gebruiken
Microsoft
®
Windows
®
XP besturingssysteem
1. Plaats de cd in het CD-ROM-station.
2. Klik op Start > Configuratiescherm en klik vervolgens op het pictogram Vormgeving en
thema's.
3. Klik op het pictogram Beeldscherm, selecteer de tab Setup en klik vervolgens op Gea-
vanceerd.
Software gebruiken
4. Klik op de knop Eigenschappen op het tabblad Beeldscherm en selecteer de tab Stuur-
programma.
5. Klik op Stuurprogramma bijwerken, selecteer Ik wil zelf kiezen en klik vervolgens op de
knop Volgende.
6. Selecteer Niet zoeken. Ik bepaal..., klik op Volgende en klik vervolgens op Bladeren.
7. Klik op de knop Bladeren en kies vervolgens de locatie van het stuurprogramma op de
schijf (bijvoorbeeld D:\).
Kies uw monitormodel in de lijst met modellen en klik vervolgens op de knop Volgende.
Software gebruiken
8. Als het volgende berichtvenster verschijnt, klikt u op de knop Toch doorgaan. Klik ver-
volgens op 'OK'.
Opmerking
Dit monitorstuurprogramma is gecertificeerd door Microsoft. De installatie veroorzaakt
geen beschadigingen in uw systeem.
Als het bovenstaande venster niet verschijnt, hebt u mogelijk een oudere installatieschijf.
Als u het gecertificeerde stuurprogramma wilt ophalen, gaat u naar de downloadpagina
voor uw monitor.
Voor toegang tot de downloadpagina gaat u naar http://www.samsung.com/ en klikt u
achtereenvolgens op Service en Downloadcentrum.
9. Klik op de knop 'Close' (Sluiten) en vervolgens op 'OK'.
Software gebruiken
10. De installatie van het stuurprogramma voor de monitor is nu voltooid.
Microsoft
®
Windows
®
2000 besturingssysteem
Als het bericht Kan digitale handtekening niet vinden op de monitor verschijnt, volgt u deze
stappen.
1. Klik op de knop 'OK' in het scherm 'Insert disk' (Schijf plaatsen).
2. Klik op de knop 'Browse' (Bladeren) in het scherm 'File Needed' (Bestand nodig).
3. Kies A:(D:\Driver), klik op de knop Openen en klik vervolgens op OK.
Installeren
1. Klik op 'Start', 'Setting' (Instelling), 'Control Panel' (Configuratiescherm).
2. Dubbelklik op het pictogram 'Display' (Beeldscherm).
3. Selecteer de tab Setup en klik vervolgens op de knop Geavanceerde eigenschappen.
4. Selecteer 'Monitor'.
Scenario 1: Als de knop 'Properties' (Eigenschappen) niet actief is, is uw monitor correct
geconfigureerd. Beëindig de installatie.
Scenario 2: Als de knop Eigenschappen actief is, klikt u op de knop Eigenschappen en
volgt u de volgende stappen.
5. Klik achtereenvolgens op Stuurprogramma, Stuurprogramma bijwerken en Volgende.
6. Kies Een lijst met bekende stuurprogramma's voor dit apparaat weergeven, zodat ik een
specifiek stuurprogramma kan kiezen, klik op Volgende en klik vervolgens op Diskette.
7. Klik op de knop Bladeren en kies vervolgens A:(D:\Driver).
8. Klik op de knop Openen en vervolgens op OK.
9. Kies uw monitormodel en klik vervolgens op de knop Volgende. Klik nogmaals op de
knop 'Next' (Volgende).
10. Klik op de knop Voltooien en vervolgens op de knop Sluiten.
Als het bericht 'Digital Signature Not Found' (Digitale handtekening niet gevonden) wordt
weergegeven, klikt u op 'Yes' (Ja). Klik op de knop 'Finish' (Voltooien) en vervolgens op
'Close' (Sluiten).
Microsoft
®
Windows
®
Millennium besturingssysteem
1. Klik op 'Start', 'Setting' (Instelling), 'Control Panel' (Configuratiescherm).
2. Dubbelklik op het pictogram 'Display' (Beeldscherm).
3. Selecteer de tab Setup en klik vervolgens op de knop Geavanceerde eigenschappen.
4. Select het tabblad 'Monitor' (Beeldscherm).
5. Klik op de knop 'Change' (Wijzigen) in het gedeelte 'Monitor Type' (Type monitor).
6. Kies 'Specify the location of the driver' (Geef de locatie van het stuurprogramma op).
Software gebruiken
7. Kies Een lijst van alle stuurprogramma's op een specifieke locatie weergeven... en klik
vervolgens op de knop Volgende.
8. Klik op 'Have Disk' (Bladeren).
9. Geef A:\(D:\driver) op en klik op OK.
10. Selecteer Alle apparaten weergeven, kies de monitor die u op uw computer hebt aan-
gesloten en klik op OK.
11. Ga verder door op Sluiten en OK te klikken tot het dialoogvenster Eigenschappen voor
beeldscherm wordt gesloten.
Microsoft
®
Windows
®
NT besturingssysteem
1. Klik op 'Start', 'Settings' (Instellingen), 'Control Panel' (Configuratiescherm) en dubbelklik
op het pictogram 'Display' (Beeldscherm).
2. Klik in het scherm Display Registration Information (Registratiegegevens beeldscherm)
op de tab Settings (Instellingen) en klik vervolgens op'All Display Modes' (Alle weerga-
vemodi).
3. Selecteer de gewenste modus (Resolution (Resolutie), Number of colors (Aantal kleu-
ren) en Vertical frequency (Verticale frequentie)) en klik op 'OK''.
4. Klik op Testen. Als het scherm normaal werkt, klikt u op de knop Toepassen. Als het
scherm geen normaal beeld vertoont, kiest u een andere modus (geringere resolutie,
kleuren of frequentie).
Opmerking
Als er onder All Display Modes (Alle weergavemodi) geen modus wordt weergegeven, se-
lecteert u de resolutie en de verticale frequentie door het gedeelte Voorinstelbare timingmodi
in de gebruikershandleiding te raadplegen.
Linux besturingssysteem
Voor het uitvoeren van X-Window moet u een X86Config-bestand maken, een bepaald sys-
teeminstellingenbestand.
1. Druk op 'Enter' in het eerste en tweede scherm nadat u het X86Config-bestand hebt
uitgevoerd.
2. Het derde scherm is voor de muis.
3. Hier stelt u een muis in voor uw computer.
4. Het volgende scherm is voor het toetsenbord.
5. Hier stelt u een toetsenbord in voor uw computer.
6. Het volgende scherm is voor de monitor.
7. Stel een horizontale frequentie voor de monitor in. (deze kunt u rechtstreeks invoeren).
8. Vervolgens stelt u een verticale frequentie voor de monitor in (deze kunt u rechtstreeks
invoeren).
9. Voer de modelnaam van uw monitor in. Deze gegevens hebben geen invloed op de
uitvoering van X-Window.
Software gebruiken
10. U bent nu klaar met het instellen van de monitor. Voer X-Window uit nadat u de andere
benodigde hardware hebt geïnstalleerd.
MDC (Multi-Display Channel)
Installatie
1. Plaats de installatie-cd in het CD-ROM-station.
2. Klik op het installatiebestand van MDC.
Opmerking
Als het installatievenster niet verschijnt, opent u de cd in Windows Verkenner en dub-
belklikt u vervolgens op de cd op het uitvoerbare MDC-bestand om de installatie te
starten.
3. Als het Installation Shield Wizard-scherm wordt weergegeven, klikt u op 'Next' (Vol-
gende).
4. Selecteer 'I agree to the terms of the license agreement' (Ik accepteer de voorwaarden
van de licentieovereenkomst) om de gebruiksvoorwaarden te accepteren.
5. Klik op 'Install' (Installeren).
6. Het venster 'Installation Status' (Status installatie) wordt weergegeven.
7. Klik op 'Finish' (Voltooien).
8. Als de installatie voltooid is, wordt het pictogram MDC op uw bureaublad weergegeven.
Dubbelklik op het pictogram om het programma te starten.
Het MDC-pictogram wordt mogelijk niet weergegeven, afhankelijk van de specifi-
caties van het computersysteem of de monitor. Druk in dit geval op de toets F5.
Problemen bij de installatie
De installatie van MDC kan worden beïnvloed door bijvoorbeeld de videokaart, het moeder-
bord en de netwerkomgeving.
Verwijderen
Als u de installatie van het MDC-programma ongedaan wilt maken, gebruikt u de optie Soft-
ware in het Windows
®
Configuratiescherm.
Volg deze stappen om de installatie van MDC ongedaan te maken:
Software gebruiken
1. Selecteer
'Setting/Control Pane' (Instellingen/Configuratiescherm) in het menu 'Start' en
dubbelklik op 'Add/Delete a program' (Programma toevoegen/verwijderen)'.
2. Selecteer MDC in de lijst met programma's en klik vervolgens op de knop Toevoegen/
Verwijderen.
MDC gebruiken
Software gebruiken
Inleiding
Multiple Display Control (MDC) is een toepassing waarmee verschillende beeldschermen gemakkelijk en tegelijk op
een pc kunnen worden gebruikt. RS-232C, een standaard voor seriële communicatie, wordt gebruikt voor de
communicatie tussen een computer en een beeldscherm. Daarom moet er een seriële kabel verbonden worden
met de seriële poort van uw computer en de seriële poort van het beeldscherm.
Begin - Hoofdscherm
Klik op Start > Pro
g
ram > Samsun
g
> MDC System, om het pro
g
ramma te starten.
Selecteer een apparaat, om het volume van het
g
eselecteerde apparaat in de schuifbalk te kunnen zien.
Hoofdpictogrammen Selectieknop
Remocon Overzicht
Safety Lock Selectie beeldscherm
Poortselectie Bedieningsgereedschappen
1. Gebruik de hoofdpictogrammen om over te schakelen naar ieder beeldscherm.
2. Met deze optie kunt u de signaalontvangst van de afstandsbediening van de betreffende beeldschermeenheid in- en
uitschakelen.
3. Stelt de slotfunctie in.
Wanneer u de slotfunctie instelt, kunt u de knoppen power <aan/uit> en lock <slot> alleen op de
afstandsbediening en op de set gebruiken.
4. U kunt de instelling voor de seriële poort van de pc wijzigen. De oorspronkelijke waarde is COM1.
5. Klik op Alles selecteren of Wissen, om alle beeldschermen te wissen of te selecteren.
6. In het overzicht vindt u beknopte informatie over het geselecteerde beeldscherm.
7. Selecteer in Display Selection (Weergaveselectie) een weergave.
8. Maak gebruik van de bedieningsgereedschappen om de beeldschermen te bedienen.
<Opmerking> De in- en uitschakelfunctie van de afstandsbediening werkt onafhankelijk van het feit of het
apparaat wel of niet aanstaat. Dit is van toepassing op alle aangesloten beeldschermen die
aangesloten zijn op schermen die wederom aangesloten zijn op de MDC. Echter ongeacht de
status op het moment dat de MDC uitgezet wordt, zal de signaalontvangstfunctie van de
afstandsbediening van alle beeldschermen geactiveerd worden als de MDC wordt afgesloten.
Port Selection
1. De Meervoudige Display Control wordt oorspronkelijk ingesteld op COM1.
2. Als u een andere poort dan COM1 gebruikt, kunt u COM1 tot en met COM4 selecteren in het menu Port selection.
3. Als de exacte poortnaam die op de monitor met een seriële kabel is aangesloten, niet is geselecteerd, is
communicatie niet mogelijk.
4. De geselecteerde poort is in het programma opgeslagen en wordt ook voor het volgende programma gebruikt.
Power Control
1. Klik in de hoofdpictogrammen op de optie Power Control. Naar aanleiding hiervan verschijnt het venster Power
Control.
In het overzicht treft u basisinformatie aan die noodzakelijk is voor Power Control.
1) (Power Status (resterend vermogen))
2) Input
3) Image Size
4) On Timer
5) Off Timer
2. Gebruik de knop Alles selecteren of het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt bedienen.
Met de optie Power Control kunt u sommige functies bedienen van het geselecteerde beeldscherm.
1) Power On/Off
- Schakelt het
g
eselecteerde beeldscherm Aan/Uit.
2) Volume
- Controleert het volumeniveau van het geselecteerde scherm.
Het ontvangt de volumewaarde van het geselecteerde beeldscherm en geeft dit weer in de schuifbalk.
(Als u een selectie annuleert of de optie Alles selecteren selecteert, zal de waarde de standaardwaarde 10
aannemen)
3)
Mute On/Off (Mute Aan/Uit)
- Schakelt de Mute van het geselecteerde beeldscherm Aan/Uit.
Als het geselecteerde apparaat al is ingesteld op MUTE en u één voor één een apparaat selecteert, moet u het
scherm MUTE markeren.
(Als u de selecties ongedaan maakt of de optie Alles selecteren selecteert, zullen de standaardinstellingen
aangenomen worden.)
De Power Control is van toepassing op alle beeldschermen.
De Volume- en Mute-functies zijn alleen beschikbaar voor schermen die AANSTAAN.
Input Source
1. Als u in de hoofdpictogrammen op de optie (Input Source)Ingangsbron klikt, verschijnt het scherm waarin u de
ingangsbron kunt instellen.
Klik op de optie Alles selecteren of maak gebruik van het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt
bedienen.
• TV-modus
• Modus PC
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor de Input Source Control.
1) PC
- Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in PC.
2) BNC
- Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in BNC.
3) DVI
- Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in DVI.
4) TV
- Verandert de in
g
an
g
sbron van het
g
eselecteerde display in TV.
5) DTV
- Verandert de in
g
an
g
sbron van het
g
eselecteerde display in DTV.
6) AV
- Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in AV.
7) S-Video
- Verandert de ingangsbron van het geselecteerde display in S-Video.
8) Component
- Verandert de in
g
an
g
sbron van het
g
eselecteerde display in Component.
9) MagicInfo
- Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
10) HDMI
- Verandert de in
an
sbron van het
eselecteerde display in HDMI.
11) Channel
- De pijl voor het kanaal verschijnt wanneer de tv als Input Source (invoerbron) is ingesteld.
De tv kan alleen als bron worden geselecteerd bij producten met een tv en het besturen van kanalen is
alleen toegestaan wanneer de invoerbron de tv is.
De Input Source Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Image Size
PC, BNC, DVI
1. Als u in de hoofdpictogrammen op de optie Beeldformaat klikt, verschijnt het scherm waarin u het beeldformaat kunt
instellen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het beeldformaat.
1)
(Power Status (resterend vermogen))
- Geeft aan of het huidige beeldscherm in of uitgeschakeld is.
2) Image Size
- Geeft aan of het huidige Image Size in of uitgeschakeld is.
3) Input
- Het overzicht geeft alleen de beeldschermen weer, waarvan de ingangsbron PC, BNC, DVI is.
4) PC Source
- PC Source (pc-bron) is het eerste tabblad aan de linkerzijde wanneer u op het tabblad Image Source (beeldbron)
klikt.
- De knop Beeldformaat instellen, regelt het beeldformaat dat beschikbaar is voor PC, BNC, DVI.
5) Video Source
- Klik op het tabblad Video Source (videobron) om de beeldgrootte voor de respectieve invoerbron te beheren.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
De optie Beeldformaat instellen is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Image Size
TV, AV, S-Video, Component, DVI(HDCP), HDMI, DTV.
1. Als u in de hoofdpictogrammen op de optie Beeldformaat klikt, verschijnt het scherm waarin u het beeldformaat kunt
instellen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het beeldformaat.
1) Klik op het tabblad Video Source (videobron) om de beeldgrootte aan te passen voor TV, AV, S-Video, Component,
HDMI, DTV.
Klik op de optie Alles selecteren of maak gebruik van het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt
bedienen.
2) Het overzicht geeft alleen het beeldscherm weer waarvan Video TV, AV, S-VIDEO, Component, HDMI en DTV de
ingangsbron is.
3) Met deze optie schakelt u willekeurig het beeldformaat van het geselecteerde beeldscherm in.
Opmerking: Auto Wide, Zoom1 en Zoom2 kunnen niet worden geselecteerd wanneer het
ingangssignaaltype voor Component en DVI (HDCP) 720p of 1080i is.
4) De schermmodi kunnen alleen worden gewijzigd wanneer een TV (alleen PAL) is aangesloten en de Image Size
(afbeeldingsgrootte) is ingesteld als Auto Wide (automatisch breed).
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
De optie Beeldformaat instellen is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Time
1. Klik in de hoofdpictogrammen op de optie Time Control (Tijdcontrole). Naar aanleiding hiervan verschijnt het venster
Tijdcontrole.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Tijdcontrole.
1) Current Time
- Stel de huidige tijd in voor het geselecteerde beeldscherm (PC-tijd)
- U moet eerst de PC-tijd veranderen, voordat u de huidige tijd kunt veranderen.
2) On Time Setup
- Stelt de uren, minuten, AM/PM en het volume van het
g
eselecteerde beeldscherm in op de
g
ewenste startti
j
d.
3) Off Time Setup
- Stelt de uren, minuten en AM/PM in op de
g
ewenste eindti
j
d van het
g
eselecteerde beeldscherm.
4) Geeft de instellingen van On Timer (Timer Aan) weer.
5) Geeft de instellingen van Off Timer (Timer Uit) weer.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
De Tijdcontrole is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Bij de On Time Setup (instellingen voor inschakelingsduur), werkt TV Source (tv-bron) alleen voor een
tv-model.
Bij de On Time Setup (instellingen voor inschakelingsduur), werkt MagicInfo Source (MagicInfo-bron)
alleen voor een MagicInfo-model.
PIP
PIP Size
1. Klik in de hoofdpictogrammen op PIP en vervolgens zal het scherm PIP instellen op uw beeldscherm verschijnen.
Klik op de optie Alles selecteren of maak gebruik van het aankruisvakje, om een beeldscherm te selecteren dat u wilt
bedienen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het PIP-formaat.
1) PIP Size
- Geeft het huidige PIP-formaat aan van het beeldsherm dat u momenteel gebruikt.
2) OFF
- Schakelt de PIP uit van het geselecteerde display.
3) Large
- Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Large.
4) Small
- Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Small.
5) Double1
- Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Double 1.
6) Double 2
- Schakelt de PIP in van het geselecteerde display en verandert het formaat in Double 2.
7) Double 3 (Dubbel 3) (beeld per beeld)
– Schakelt de functie PBP (picture by picture) van de geselecteerde weergave in en wijzigt het formaat naar Dubbel
3.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
U kunt het PIP-formaat instellen, zodra u de monitor heeft ingeschakeld.
PIP
PIP Source
1. Klik in de hoofdpictogrammen op PIP en vervolgens zal het scherm PIP instellen op uw beeldscherm verschijnen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor het instellen van het PIP-bron.
1) PIP Source
- U kunt de PIP-bron instellen, zodra u de monitor heeft ingeschakeld.
2) PC
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in PC.
3) BNC
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in BNC.
4) DVI
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in DVI.
5) AV
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in AV.
6) S-Video
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in S-Video.
7) Component
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in Component.
8) HDMI
- Verandert de PIP-bron van het geselecteerde display in HDMI.
Opmerking: Sommige PIP-bronnen kunnen wellicht niet worden geselecteerd.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Dit is afhankelijk van het ingangsbrontype van het hoofdscherm.
Settings
Picture
1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm
verschijnen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control.
Als iedere functie geselecteerd is, wordt de ingestelde waarde van de geselecteerde functie weergeven op de
schuifbalk. Als u de optie Alles selecteren geselecteerd heeft, verandert de waarde weer in de standaardwaarde 50.
Wanneer u een waarde op dit scherm wijzigt, wordt de modus automatisch gewijzigd in "CUSTOM".
1) Picture
- Alleen beschikbaar voor TV, AV, S-Video, Component, HDMI, DTV.
2) Contrast
- Met deze optie kunt het Contrast instellen van het
g
eselecteerde scherm.
3) Brightness
- Met deze optie kunt de Helderheid instellen van het geselecteerde scherm.
4) Sharpness
- Met deze optie kunt de Scherpte instellen van het
g
eselecteerde beeldscherm.
5) Color
- Met deze optie kunt de Kleur instellen van het
g
eselecteerde beeldscherm.
6)
Tint
- Met deze optie kunt de Kleur instellen van het geselecteerde beeldscherm.
7) Color Tone
-Wi
j
zi
g
t de kleurtoon voor de
g
eselecteerde display.
8) Color Temp
- Pas de Color Temp aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
9) Brightness Sensor
-Pas de Bri
g
htness Sensor aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
10) Dynamic Contrast
- Pas de Dynamic Contrast aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
Deze optie is alleen beschikbaar voor de weergaven met stroomstatus AAN, en indien er geen selectie
is gemaakt, wordt de fabrieksinstelling weergegeven.
Settings
Picture PC
1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm
verschijnen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control. Nadat elke functie is geselecteerd,
wordt de ingestelde waarde voor de geselecteerde functie weergegeven in de schuifbalk. Wanneer de selectie is
gemaakt, zal elke functie de waarde van de instelling ophalen en weergeven in de schuifbalk. Als u de optie Alles
selecteren geselecteerd heeft, verandert de waarde weer in de standaardwaarde 50. Wanneer u een waarde op dit
scherm wijzigt, wordt de modus automatisch gewijzigd in "CUSTOM".
1) Picture PC
- Alleen beschikbaar voor PC, BNC, DVI.
2) Contrast
- Met deze optie kunt het Contrast instellen van het
g
eselecteerde scherm.
3) Brightness
- Met deze optie kunt de Helderheid instellen van het
g
eselecteerde scherm.
4) Red
- De kleurtemperatuur van het
g
eselecteerde beeldscherm instellen.(Red)
5) Green
- De kleurtemperatuur van het
g
eselecteerde beeldscherm instellen.(Green)
6) Blue
- De kleurtemperatuur van het
g
eselecteerde beeldscherm instellen.(Blue)
7) Color Tone
8) Color Temp
- Pas de Color Temp aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
9) Brightness Sensor
-Pas de Bri
g
htness Sensor aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
10) Dynamic Contrast
- Pas de Dynamic Contrast aan voor de
g
eselecteerde weer
g
ave.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off.
Deze optie is alleen beschikbaar voor de weergaven met stroomstatus AAN, en indien er geen selectie
is gemaakt, wordt de fabrieksinstelling weergegeven.
Settings
Audio
1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm
verschijnen.
- Stelt de Color Tone voor het geselecteerde beeldscherm in.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control. Nadat elke functie is geselecteerd,
wordt de ingestelde waarde voor de geselecteerde functie weergegeven in de schuifbalk. Wanneer de selectie is
gemaakt, zal elke functie de waarde van de instelling ophalen en weergeven in de schuifbalk. Als u de optie Alles
selecteren geselecteerd heeft, verandert de waarde weer in de standaardwaarde 50. Wanneer u een waarde op dit
scherm wijzigt, wordt de modus automatisch gewijzigd in "CUSTOM".
1) Audio
- Bediening van de audio-instellingen van alle ingangsbronnen.
2) Bass
3) Treble
- Met deze optie kunt u de Treble instellen van het
g
eselecteerde scherm.
4) Balance
- Met deze optie kunt u de Balance instellen van het
g
eselecteerde scherm.
5) SRS TSXT
- SRS TSXT Sound On/Off.
6) Sound Select
- Als de PIP-functie geactiveerd is, kunt u alleen kiezen tussen hoofd- of subscherm (main of sub).
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
Deze optie is alleen beschikbaar voor de weergaven met stroomstatus AAN, en indien er geen selectie
is gemaakt, wordt de fabrieksinstelling weergegeven.
Settings
- Hiermee past u de lage tonen voor het geselecteerde scherm aan.
Image Lock
1. Klik in de hoofdpictogrammen op Instellingen en vervolgens zal het scherm Settings Control op uw beeldscherm
verschijnen.
Het overzicht toont u basisinformatie die noodzakelijk is voor Settings Control.
1) Image Lock
- Alleen beschikbaar voor PC, BNC.
2) Coarse
- Met deze optie kunt u de Coarse instellen van het geselecteerde beeldscherm.
3) Fine
- Met deze optie kunt u de Fine instellen van het geselecteerde beeldscherm.
4) Position
- Met deze optie kunt u de positie instellen van het
g
eselecteerde beeldscherm.
5) Auto Adjustment
- Als u zelf het binnenkomende signaal wilt aanpassen.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
Indstillinger er kun tilgængelige for skærme, der er slået til (ON).
Maintenance
Lamp Control
1. Klik op het pictogram "Maintenance" in de kolom Main Icon om het scherm Maintenance weer te geven.
Op het informatieraster ziet u een aantal basisgegevens verschijnen.
1) Maintenance
- Hiermee is de functie Maintenance Control mo
g
eli
j
k voor alle in
g
an
g
sbronnen.
2) Auto Lamp Control
- Regelt automatisch de achtergrondverlichting van de geselecteerde display op een specifieke tijd.
De Manual Lamp Control (handmatige lampbediening) wordt automatisch uitgeschakeld als u overschakelt naar de
Auto Lamp Control (automatische lampbediening).
3) Manual Lamp Control
- Hiermee kunt u de achtergrondverlicht van de geselecteerde display regelen, ongeacht het tijdstip.
De functie Auto Lamp Control wordt automatisch uit
g
eschakeld als u de functie Manual Lamp Control re
g
elt.
De functie Maintenance Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
Maintenance
Scroll
1. Klik op het pictogram "Maintenance" in de kolom Main Icon om het scherm Maintenance weer te geven.
1) Scroll
- Met deze functie kunt u ingebrande beelden verwijderen die voorkomen wanneer een stilstaand beeld lange tijd
op het geselecteerde scherm wordt weergegeven.
2) Pixel Shift
- Hiermee kan het scherm precies worden verplaatst op de opgegeven tijdsinterval.
3) Safety Screen
- De functie Safety Screen (Veiligheidsscherm) wordt gebruikt om ingebrande beelden te voorkomen bij het
langdurig weergeven van een stilstaande afbeelding. Interval (interval) wordt gebruikt om de herhalingscyclus
in uren in te stellen. Time (tijd) wordt gebruikt om het tijdstip in te stellen wanneer de functie Safety Screen
(veiligheidsscherm) moet worden uitgevoerd.
U kunt Type (type) instellen als Scroll (verschuiven), Pixel (pixel), Bar (balk), Eraser (wisser), All White (alles
wit) of Pattern (patroon).
4) Safety Screen2
- Deze functie word gebruikt om ingebrande beelden te voorkomen. Er zijn vijf (5) types die u met deze functie kunt
selecteren en beheren.
By het type Scroll (verschuiven) kunt u Time (tijd) instellen als 1, 2, 3, 4 of 5. De tijd kan bij Bar (balk)
en Eraser (wisser) worden in
g
esteld als 10, 20, 30, 40 of 50. Bi
j
de types All White (alles wit) en Pattern
(patroon) kan de tijd worden ingesteld als 20 of 30.
Indgangskilden for MagicInfo fungerer kun på MagicInfo-modellen.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
De functie Maintenance Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Maintenance
Video Wall
1. Klik op het pictogram "Maintenance" in de kolom Main Icon om het scherm Maintenance weer te geven.
1) Video Wall
- Een videomuur is een aantal videoschermen die met elkaar zijn verbonden, zodat op ieder scherm een gedeelte
van het geheel wordt weergegeven of zodat op ieder scherm het beeld wordt herhaald.
2) Video Wall (Screen divider)
- De videomuur kan op verschillende manieren worden ingedeeld.
U kunt gebruikmaken van verschillende schermen en deze op verschillende manieren indelen.
z Selecteer een modus in Screen divider (Schermindeling).
z Selecteer in Display Selection (Weergaveselectie) een weergave.
z U kunt de plaats selecteren door in de geselecteerde modus op een nummer te drukken.
z Het MDC-programma dat Samsung levert ondersteunt maximaal 5x5 LCD-schermen.
3) On / Off
- U kunt de plaats selecteren door in de
g
eselecteerde modus op een nummer te drukken.
4)
Format
-De indelin
g
kan worden
g
eselecteerd om het scherm te splitsen.
z Full
z Natural
U mag deze functie niet gebruiken in MagicInfo.
Indgangskilden for TV fungerer kun på TV-modellen.
De functie Maintenance Control is alleen beschikbaar voor beeldschermen die AANSTAAN.
Problemen oplossen
1. Het beeldscherm dat u wilt bedienen, verschijnt niet in het overzicht
- Controleer de verbinding van RS232C. (Controleer of deze goed aangesloten is op de Com1 poort)
- Controleer of andere aangesloten schermen dezelfde ID hebben. Als meer beeldschermen dezelfde ID hebben,
worden deze schermen niet goed waargenomen door het programma. De oorzaak hiervan is een gegevensconflict.
- Controleer of de ID van het beeldscherm tussen een waarde van 0 en 25 ligt. (Instellen via het beeldschermmenu)
Opmerking: Het ID van het beeldscherm moet een waarde hebben tussen de 0 en de 25.
Als deze waarde buiten dit bereik ligt, kan het MDC-systeem het beeldscherm niet bedienen.
2. Het beeldscherm dat u wilt bedienen, verschijnt niet in de andere bedieningsoverzichten.
- Controleer of het scherm AANSTAAT. (Dit kunt u controleren in het overzicht van Power Control)
- Controleer of u de ingangsbron van het beeldscherm kunt veranderen.
3. Het dialoogvenster verschijnt regelmatig.
- Controleer of het beeldscherm dat u wilt bedienen geselecteerd is.
4. Zowel de On Timer als Off Timer is ingesteld, maar er wordt een andere tijd aangegeven.
- Gebruik de huidige tijd om de klok van het beeldscherm te synchroniseren.
5. Het kan zijn dat de afstandsbediening niet goed functioneert, door het uitschakelen van de
afstandsbedieningsfunctie. Haal de RS-232C kabel eruit of sluit het programma af. Start het programma opnieuw op
en schakel de afstandsbedieningsfunctie opnieuw in om de normale functies herstellen.
<Opmerking> Het kan zijn dat dit programma niet werkt door communicatieproblemen of door interferentie van
elektronische apparaten die in de buurt staan.
Settings Value Display (Instellingen waardescherm) in de Multiple
Display (multi-schermmodus)
Als u meer dan vier beeldschermen heeft aangesloten, worden waarden van de instellingen als volgt weergegeven.
1. Geen selectie: Geeft de standaard fabrieksinstellingen weer.
2. Eén beeldscherm geselecteerd: geeft de instellingen van de waarde aan van het geselecteerde beeldscherm.
3. Een beeldscherm is geselecteerd (ID1) en een andere beeldscherm (ID3) : Het programma gaf eerst de instellingen
van de waarde van ID1 weer en de waarde van ID3.
4. Alle apparaten selecteren via de optie Alles selecteren: alle waarden zullen worden ingesteld op de standaard
fabrieksinstellingen.
Control Panel van de software (230TSN)
Tabblad Main
Op
dit tabblad kunt u de contactsensor kalibreren en vindt u tevens basisondersteuningsin-
formatie.
Calibration
Met
het kalibratieproces lijnt u de contactsensor uit met de onderliggende video. Kalibratie
definieert in het bijzonder de afmetingen van het actieve gebied van de sensor en bepaalt de
locatie van het midden van de sensor. Als de sensor niet is gekalibreerd, is het actieve gebied
van de sensor mogelijk niet correct uitgelijnd of wellicht onnodig klein.
U moet de contactsensor in de volgende gevallen kalibreren:
Elke keer dat u de grootte en positie van het videobeeld wijzigt door de horizontale en
verticale besturingselementen op uw beeldscherm aan te passen.
Elke keer dat de cursor de beweging van uw vinger niet volgt of niet tot aan de rand van
de contactsensor geraakt. Als u nog steeds onnauwkeurigheden langs de randen ervaart,
gebruikt u het tabblad Edge Adjustment.
De contactsensor kalibreren
1. Selecteer de tab Main.
2. Klik op de knop Calibrate.
Opmerking
Als
u een stylus(pen) gebruikt in de pen‐ en vingermodus, wordt u in een dialoogvenster
gevraagd of u de kalibratie met een pen of vinger wilt uitvoeren. Voer de kalibratie met
elke optie afzonderlijk uit. Wanneer u klaar bent, wordt de aanraakmodus opnieuw in-
gesteld op de pen‐ en vingermodus.
3. In de linkerbenedenhoek van de contactsensor verschijnt een kalibratiedoel.
Software gebruiken
32
Opmerking
Als u op Esc drukt of de sensor niet binnen twintig seconden aanraakt, annuleert het
systeem automatisch het kalibratieproces zonder de huidige instellingen te wijzigen.
4. Raak de sensor zo aan dat uw vingertop het groene doel volledig bedekt. Deze positie
wordt berekend wanneer u de vinger optilt. Wanneer u uw vinger verwijdert, wordt het
doel rood.
Wanneer u het kalibratiedoel aanraakt, moet u op het volgende letten:
Voer de kalibratie uit in de positie (zittend of staand) waarin u de contactsensor door-
gaans zult gebruiken.
Raak het kalibratiedoel stevig en nauwkeurig met uw vingertop aan. Tijdens de ka-
libratie moet u erop letten dat u uw vingernagels en overige vingers weghoudt van
de contactsensor wanneer u het doel aanraakt.
5. Volg deze instructies voor alle kalibratiedoelen.
6. Wanneer de contactsensor is gekalibreerd, wordt u in een dialoogvenster gevraagd of
u deze kalibratie wilt testen, accepteren of annuleren.
Als u Accept selecteert, worden de nieuwe kalibratie-instellingen automatisch geac-
cepteerd.
Als u Test selecteert, verschijnt een tekenscherm (zie Tabblad Tools voor meer in-
formatie). Wanneer u de tekenmodus afsluit, wordt u in het bericht "Are you satisfied
with the results?" gevraagd of u tevreden met de resultaten.
Als u Yes selecteert, worden de nieuwe kalibratie-instellingen behouden.
Als u No selecteert, worden de originele (pre-kalibratie-)instellingen hersteld.
Als u Cancel selecteert, worden de originele instellingen zonder wijziging hersteld.
De kalibratie testen
Als u de vingertop tijdens de kalibratie per ongeluk op de verkeerde plaats op de sensor optilt,
verstoort u de kalibratie van de contactsensor. Test de kalibratie door een aantal punten op
de sensor aan te raken, om te controleren of u tevreden bent met de kalibratieresultaten.
Wanneer u de sensor aanraakt, moet de cursor zich onder uw vinger of pen bevinden. Her-
haal het kalibratieproces tot u tevreden bent. Kalibreer de contactsensor opnieuw als een
van de volgende tests mislukt.
Raak willekeurige punten op de sensor aan. Wanneer u de sensor aanraakt, moet de
cursor zich onder uw vinger of pen bevinden.
Sleep uw vinger over de sensor en controleer of de cursor uw bewegingen volgt.
Raak elke hoek alsook de randen van de sensor aan. Verifieer of de cursor het volledige
beeldgebied van de sensor kan bereiken. Controleer of u alle pictogrammen en menu's
over de hele sensor kunt aanraken en activeren.
Als u een styluspen gebruikt, moet u de kalibratieprocedure uitvoeren met de pen.
Als u de sensor opnieuw gaat kalibreren, moet u erop letten dat u de doelen nauwkeurig
aanraakt. Mogelijk is een van de aanrakingen niet correct geregistreerd of hebt u de sen-
sor tijdens de kalibratie per ongeluk op de verkeerde plaats aangeraakt. Als u de sensor
Software gebruiken
buiten de doelen aanraakt of in het gebied buiten het beeld aanraakt, verstoort u de ka-
libratie van de sensor.
Support Information
Aan de hand van deze informatie kunt u uw systeemconfiguratie identificeren voor problee-
moplossingsdoeleinden. Deze informatie is nuttig als u contact dient op te nemen met
Technische ondersteuning.
Controller ID
Dit veld op het tabblad Main is uitsluitend informatief in situaties met één controller. Als u
meer dan één controller hebt, kunt u de specifieke controller selecteren die u wilt aanpassen.
Controller Type
In dit veld wordt het type controller weergegeven dat momenteel op uw systeem is aan-
gesloten. Deze gegevens kunnen bij problemen nuttig zijn voor Technische ondersteuning.
Firmware Version
Deze cijfers komen overeen met het versienummer en het revisieniveau van de firmware van
de aanraakschermcontroller.
Touch Screen Status
Touch Screen Status geeft aan of de sensor wel of niet is gevonden en is ingeschakeld.
Tabblad Touch Settings
Op het tabblad Touch Settings kunt u de reactie van uw contactsensor aanpassen. U kunt
wijzigen hoe het systeem op uw aanraking reageert, een functie voor rechtsklikken aan het
bureaublad toevoegen, opgeven dat uw systeem een geluidssignaal produceert bij aanraking
en de snelheid en het gebied van uw aanraking definiëren voor dubbelklikken.
Touch Modes
De beschikbare opties voor Touch Modes zijn Drawing, Touchdown en Liftoff.
Modus Drawing (standaardwaarde)
De modus Drawing is het nuttigst voor teken-, schilder-, illustratie- en
grafische toepassingen. In de modus Drawing is een aanraking equivalent
aan het indrukken en ingedrukt houden van de muisknop. Deze modus wordt
Software gebruiken
beschouwd als de eenvoudigste modus met een onmiddellijke reactie bij
aanraking. Optillen is equivalent aan het loslaten van de muisknop.
Als u wilt klikken, raakt u het object aan en tilt u uw vinger vervolgens op.
Als u wilt dubbelklikken, raakt u het object snel twee keer aan op dezelfde locatie.
Als u wilt slepen, raakt u het object aan, schuift u uw vinger naar de nieuwe locatie en tilt
u uw vinger vervolgens op.
Modus Touchdown
Met de modus Touchdown kunt u een onmiddellijke knopactie bij aanraking van de sensor
maken. In de modus Touchdown kunt u een item selecteren door het item aan te raken. U
kunt uw vinger op de sensor houden, maar er wordt slechts één aanraking geregistreerd tot
u uw vinger optilt en opnieuw neerzet.
Aanraking van de sensor is equivalent aan het indrukken en loslaten van de muisknop. De
actie vindt plaats zodra u de sensor aanraakt. Deze modus is het best geschikt voor toepas-
singen op basis van knoppen (zoals een rekenmachine). In deze modus wordt tekenen of
slepen niet ondersteund.
Modus Liftoff
Met de modus Liftoff kunt u de cursor op de gewenste positie plaatsen voordat u een kno-
pactie maakt. In de modus Liftoff volgt de cursor uw vinger voor een nauwkeurigere aanrak-
ing. Wanneer u een item wilt selecteren, wordt door het optillen van uw vinger een ingedrukte
knop, gevolgd door een korte pauze en vervolgens een losgelaten knop veroorzaakt.
Aanraking van de sensor is equivalent aan het verplaatsen van de muispositie. De actie
ingedrukte/losgelaten knop vindt plaats wanneer u uw vinger van de sensor verwijdert. Deze
modus is handig voor toepassingen die grotere nauwkeurigheid vereisen, omdat u hiermee
de cursor nauwkeurig kunt positioneren voordat u de actie op de cursorpositie uitvoert. In
deze modus wordt tekenen of slepen niet ondersteund.
Right-Click Tool (niet beschikbaar in Linux)
Met deze optie wordt een pictogram op het bureaublad (altijd boven op uw toepassing) ge-
plaatst waarmee u kunt selecteren welke muisknop moet worden geactiveerd bij aanraking.
Deze optie werkt alleen voor de volgende klikactie. Zodra u klaar bent, wordt opnieuw de
besturing van de linkermuisknop geactiveerd.
U kunt dit pictogram overal op uw bureaublad plaatsen door het te selecteren, even te wacht-
en tot de pijl met vier punten verschijnt en deze vervolgens naar de gewenste positie te
slepen.
De linkerknop wordt doorgaans gebruikt voor normaal selecteren en normaal slepen. De
rechterknop wordt doorgaans gebruikt voor eigenschappen van invoegtoepassingen, zoals
contextmenu en speciaal slepen.
Double-Click Speed (niet beschikbaar in Windows® CE of Linux®)
Met de dubbelkliksnelheid definieert u hoe snel u de sensor moet aanraken zodat het systeem
uw acties als een dubbele klik interpreteert. Stel de dubbelkliksnelheid in het trage tot mid-
delsnelle bereik in voor optimale prestaties met een contactsensor.
Raak de wereldbol twee keer aan om de snelheids- en gebiedinstellingen voor dubbelklikken
te testen. Als de wereldbol begint te draaien, herkent de sensor uw aanraking als een dubbele
klik.
Software gebruiken
Opmerking
Wijziging van deze instelling is ook van invloed op de dubbelklikinstelling van de muis.
Double-Click Area (niet beschikbaar in Windows® CE of Linux®)
Met het dubbelklikgebied definieert u de ruimte waarin u de sensor moet aanraken zodat het
systeem uw acties als een dubbele klik interpreteert. Stel het dubbelklikgebied in het mid-
delgrote tot grote bereik in voor optimale prestaties met een contactsensor.
Raak de wereldbol twee keer aan om de snelheids- en gebiedinstellingen voor dubbelklikken
te testen. Als de wereldbol begint te draaien, herkent de sensor uw aanraking als een dubbele
klik.
Opmerking
Wijziging van deze instelling is ook van invloed op de dubbelklikinstelling van de muis.
Tabblad Edge Adjustment
Als de contactsensor is gekalibreerd, moet de cursor zich direct onder uw vinger bevinden
wanneer u de sensor aanraakt. Hierdoor kan het echter moeilijk zijn om items aan de randen
van de sensor aan te raken. Op het tabblad Edge Adjustment kunt u een marge definiëren
waarin de cursor dichter naar de randen van de sensor beweegt zodat u kleine items, zoals
individuele woorden, de Windows™ Start-knop, selectievakjes of keuzerondjes, eenvoudig
en nauwkeuriger kunt selecteren.
Als u bijvoorbeeld een rij met knoppen langs de linkerrand van uw contactsensor hebt, wilt u
mogelijk een randaanpassing instellen zodat gebruikers deze knoppen eenvoudig kunnen
activeren. Omdat alle randen onafhankelijk zijn van elkaar, hoeft u alleen de linkermarge aan
te passen om ruimte te bieden voor deze rij knoppen.
Edge Adjustment Setting
Als u Edge Adjustment wilt instellen, verplaatst u de schuifregelaars naar het midden om de
marge te definiëren. Deze wijzigingen worden onmiddellijk van kracht. Klik op Test om een
voorbeeld van uw keuzes te bekijken. Het gebied dat u hebt gedefinieerd, verschijnt als een
gekleurd gebied, zoals hieronder wordt weergegeven. Binnen dit gekleurde gebied, beweegt
de cursor automatisch vóór uw vinger zodat u items dichter bij de rand eenvoudiger kunt
aanraken.
Bepaal of het gebied dat u hebt gedefinieerd, voldoende groot is voor u. Kunt u de hoeken
en de randen van de sensor aanraken? Druk op Esc of Return of klik op End Test om terug
Software gebruiken
te keren naar het tabblad Edge Adjustment. Als u tevreden bent met de selecties die u hebt
gemaakt, bent u klaar. Als u niet tevreden bent, past u de schuifregelaars aan om beter
tegemoet te komen aan uw behoeften.
Tabblad Tools
Op het tabblad Tools kunt u meerdere diagnostische acties uitvoeren om de prestaties van
uw contactsensor te optimaliseren. Dit tabblad biedt tevens toegang tot geavanceerde aan-
raakopties.
Component Versions
Dit is een informatief scherm voor diagnostische doeleinden met details over de bouwstenen
van MT 7 en de versienummers.
Draw Test
Opmerking
Voor de goede werking van dit scherm moet de modus Draw zijn ingeschakeld.
Met het tekenprogramma kunt u de werking van de contactsensor en pen testen door de
nauwkeurigheid en de snelheid te controleren waarmee het systeem op uw aanraking rea-
geert. Raak de sensor aan en sleep uw vinger of pen om te tekenen.
Software gebruiken
De volgende opties helpen u om het tekenprogramma effectiever te
gebruiken:
Druk op B (blank) om het scherm leeg te maken en een leeg tekencanvas weer te geven.
Druk op G (grid) om het scherm leeg te maken en een raster weer te geven dat u als
tekenhulp kunt gebruiken (standaardinstelling).
Druk op L (line) om ononderbroken lijnen op het scherm te tekenen (standaardinstelling).
Druk op D (dots) om stippellijnen op het scherm te tekenen, waarbij elke stip overeenkomt
met een punt dat door de contactsensor is gerapporteerd.
Druk op de Spatiebalk om het scherm leeg te maken.
Restore Factory Settings
Software
De optie Reset Software is handig als u de MT 7-software opnieuw hebt geconfigureerd en
u wilt terugkeren naar een werkende toestand. Met deze optie herstelt u de fabrieksinstel-
lingen van de leverancier. Als deze niet bestaan, worden de 3M Touch System-standaard-
waarden teruggezet.
Controller
De optie Restore Controller is handig als u de controller opnieuw hebt geconfigureerd en u
wilt terugkeren naar een werkende toestand. Door op deze knop te drukken, worden de 3M
Touch System-fabriekswaarden teruggezet.
Als aanrakingsfunctionaliteit ontbreekt nadat u de fabriekswaarden van de controller hebt
teruggezet, dient u het systeem opnieuw op te starten om de aanrakingsfunctionaliteit te
herstellen.
Opmerking
Nadat u de standaardwaarden van de controller hebt teruggezet, moet u een kalibratie uit-
voeren.
Reset Controller
Gebruik deze optie alleen op aanwijzing van Technische ondersteuning. Deze opdracht ini-
tialiseert de hardware en de firmware, zorgt ervoor dat de controller stopt met het verzenden
van gegevens en herberekent de omgevingsomstandigheden (bijvoorbeeld margewaarden).
Met de opdracht Reset worden ook bestaande opdrachten geannuleerd en keert de controller
terug naar de normale werking.
Software gebruiken
Geavanceerde aanraakopties
Opmerking
Belangrijke opmerking: door Advanced Options uit te voeren, kunt u de prestaties van uw
contactsensor beïnvloeden of deze onbruikbaar maken. Bedenk wat de verwachte resultaten
zijn voordat u een optie uitvoert. Als u niet vertrouwd bent met de gevolgen van deze instel-
lingen, gebruikt u deze opties niet.
Met deze optie regelt u bepaalde geavanceerde functies voor uw controller. Afhankelijk van
de opties die u hebt geselecteerd en de beschikbaarheid van die functie voor uw specifieke
controller, kunt u in dit scherm bepaalde Advanced Options kiezen.
Handmatige linearisering inschakelen
Frequentieselectie inschakelen
Zie Tabblad Controller voor een beschrijving van de diverse opties die zijn gerelateerd aan
de instellingen voor Advanced Options.
Tabblad Controller
Het tabblad Controller bevat verschillende keuzes afhankelijk van het type aanraakscherm-
controller(s) dat u op uw systeem hebt aangesloten en de opties die u via Advanced
Options op het tabblad Tools hebt geselecteerd.
Controller Type
Als u meer dan één controller op uw systeem hebt aangesloten, wordt in dit veld de controller
weergegeven die op het tabblad Main is geselecteerd. Deze gegevens kunnen bij problemen
nuttig zijn voor Technische ondersteuning.
Linearization
Voor bepaalde controllers kunt u een linearisering uitvoeren om uw contactsensor fijner af te
stemmen. Voer linearisering alleen uit op aanwijzing van Technische ondersteuning van 3M
Touch Systems, Inc. Linearisering bestaat uit aanraking van 25 doelen op het scherm, ge-
Software gebruiken
volgd door 16 extra punten om specifieke puntnauwkeurigheid over het gehele oppervlak van
het beeldscherm te bepalen.
De aanraakschermcontrollers van de EX- en CX-reeks alsook bepaalde aanraakscherm-
controllers van de RX-reeks ondersteunen linearisering:
Een linearisering van 25 punten op de contactsensor uitvoeren:
1. Zorg ervoor dat het videobeeld in het schermgebied is gecentreerd met de horizontale
en verticale besturingselementen.
2. Open het configuratiescherm voor het aanraakscherm en selecteer het tabblad Control-
ler.
3. Klik op Linearize. Hierdoor verschijnen 25 lineariseringsdoelen een voor een op het
scherm.
Opmerking
Als u op Esc drukt of de sensor gedurende twintig seconden niet aanraakt, annuleert het
systeem automatisch het lineariseringsproces zonder de huidige instellingen te wijzigen.
4. Raak de sensor aan en plaats uw vingertop zodanig dat deze het groene doel volledig
bedekt.
Wanneer u het doel aanraakt, moet u op het volgende letten:
Positioneer u recht voor het beeldscherm.
Voer de linearisering uit in de positie (zittend of staand) waarin u de contactsensor
doorgaans zult gebruiken.
Raak het doel stevig en nauwkeurig met uw vingertop aan. Let erop dat u uw overige
vingers weghoudt van de sensor wanneer u het doel aanraakt. Houd uw vinger stevig
op het doel tot u een geluidssignaal hoort of het doel rood wordt.
5. Herhaal deze instructies tot alle 25 doelen zijn aangeraakt.
Positioneer u recht voor het beeldscherm.
In een dialoogvenster wordt u gevraagd Test, Accept, of Cancel te selecteren.
Als u Accept selecteert, worden de nieuwe kalibratie-instellingen automatisch geac-
cepteerd.
Als u Cancel selecteert, worden de originele instellingen zonder wijziging hersteld.
Als u Test selecteert, worden de 25 doelen nu vervangen door een set van 16 doelen
waarmee u de linearisering kunt verifiëren die tijdens stappen 1 t/m 5 is uitgevoerd.
Deze doelen zijn aanvankelijk geel. Als u een doel goed aanraakt, wordt het groen. Als
u te veel afwijkt, wordt het doel rood en verschijnt een procentueel foutnummer. Als de
linearisering niet binnen acceptabele toleranties ligt, moet u het lineariseringsproces op-
nieuw uitvoeren.
Herhaal het vorige proces voor elk van deze doelen. Als dit proces is voltooid, keert u
automatisch terug naar het configuratiescherm. Als u een styluspen gebruikt, herhaalt u
de lineariseringsprocedure met de pen.
Als u de nauwkeurigheid van het lineariseringsproces wilt testen, gebruikt u het pro-
gramma Draw Test (op het tabblad Tools) om een aantal lijnen op het scherm te tekenen.
Software gebruiken
Controleer of ze vloeiend, recht en dun zijn. U wilt niet dat lijnen vervormd of gebogen
lijken.
Als u dit programma op een moment tijdens het proces wilt afsluiten, drukt u op Esc.
Touch Screen Frequency
Opmerking
Deze optie is van toepassing op de capacitieve EX- en CX-reeks controllers.
Op het tabblad Tools kunt u de knop Advanced Options kiezen. Schakel in het dialoogvenster
Advanced Options het selectievakje Enable Frequency Selection in om deze optie op het
tabblad Controller te activeren als u een capacitieve EX-gebaseerde controller gebruikt.
Met deze optie past u de frequentie van de aanraakschermcontroller aan. Over het algemeen
hoeft u Touch Screen Frequency niet aan te passen. Als u echter problemen ondervindt met
een instabiele cursor, onregelmatige lijnen of willekeurige aanraakpunten, wilt u mogelijk de
optie Enable Frequency Selection uitvoeren.
Gebruik de optie Enable Frequency Selection om de beschikbare frequentie-instellingen te
testen en de beste frequentie te bepalen. Het bereik van de frequentie-instellingen en de
standaardinstelling is afhankelijk van uw aanraakcontroller. U kunt een nieuwe werkingsfre-
quentie instellen en vervolgens de prestaties van de contactsensor controleren bij de fre-
quentie-instelling.
Als u Restore Factory Settings Controller op het tabblad Tools kiest, wijzigt u Touch Screen
Frequency in de fabrieksinstelling. Mogelijk dient u op dit moment Touch Screen Frequen-
cy opnieuw uit te voeren.
Touch Screen Frequency Procedure
Op het tabblad Tools kunt u de knop Advanced Options kiezen. Schakel in het dialoogvenster
Advanced Options het selectievakje Enable Frequency Selection in om deze optie op het
tabblad Controller te activeren als u een capacitieve EX-gebaseerde controller gebruikt.
In het vak Touch Screen Frequency ziet u een vervolgkeuzelijst met diverse frequentieopties.
Over het algemeen biedt de hoogst mogelijke frequentie de beste resultaten. Wanneer u de
frequentie hebt gewijzigd, raakt u de sensor gedurende ongeveer 30 seconden niet aan. De
aanraakfunctionaliteit keert terug wanneer de frequentie is gewijzigd. Voer de test uit om te
controleren of u tevreden bent.
Op een pencontrollersysteem hebt u de optie om de frequentie te wijzigen voor zowel uw
vinger als de pen als u de pen- en vingermodus gebruikt.
De nieuwe geselecteerde frequentie testen
Elke keer dat u Touch Screen Frequency aanpast, test u hoe de contactsensor werkt en
verifieert u of u tevreden bent met de werking van de contactsensor.
Test de sensor door deze op diverse plaatsen aan te raken en uw vinger over de sensor te
schuiven. De cursor moet stabiel en vloeiend zijn. Als u onregelmatige of instabiele cursor-
beweging ziet, past u Touch Screen Frequency opnieuw aan.
Pas de frequentie aan tot uw aanraaktest acceptabele resultaten oplevert. U kunt dit testen
door naar het programma Draw te gaan en uw vinger stevig op de sensor te houden. Als het
resulterende patroon een scherpe en duidelijke stip is, hebt u een goede frequentie.
U wordt aanbevolen de contactsensor opnieuw te kalibreren nadat u de optie Touch Screen
Frequency hebt uitgevoerd.
Software gebruiken
Het LCD-scherm aanpassen
Input
Beschikbare modi
PC
HDMI
MagicInfo
Source List
MENU → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Hiermee kunt u PC, DVI of een andere externe ingangsbron die op het LCD-scherm is aan-
gesloten, selecteren. Gebruiken voor het selecteren van het scherm van uw keuze.
1. PC
2. HDMI
3. MagicInfo
Opmerking
U kunt de bron ook selecteren door op de toets SOURCE op de afstandsbediening te
drukken.
Edit Name
MENU → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Geef het invoerapparaat dat op de ingangsaansluitingen is aangesloten een naam voor een
eenvoudige selectie van de ingangsbron.
VCR, DVD, Cable STB, HD STB, Satellite STB, AV Receiver, DVD Receiver, Game, Cam-
corder, DVD Combo, DHR, PC
Picture [PC / MagicInfo-modus]
Beschikbare modi
PC
HDMI
MagicInfo
MagicBright
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
MagicBright is een functie voor een optimale kijkomgeving, afhankelijk van het materiaal dat
u bekijkt. Op dit moment zijn er vier verschillende modi beschikbaar: Entertain, Internet,
Text en Custom. Elke modus heeft zijn eigen vooraf ingestelde helderheidswaarde.
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
1. Entertain
Hoge helderheid
Voor het bekijken van bewegende beelden, bijvoorbeeld op een dvd-speler of videore-
corder.
2. Internet
Gemiddelde helderheid
Voor combinaties van tekst en afbeeldingen.
3. Tekst
Normale helderheid
Voor documenten en werk met veel tekst.
4. Custom
De waarden zijn met zorg gekozen door onze technici, maar afhankelijk van uw voor-
keuren is het mogelijk dat u de vooringestelde waarden niet prettig voor uw ogen vindt.
Pas in dat geval de helderheid en het contrast aan via het schermmenu.
Het LCD-scherm aanpassen
Custom
U kunt in de schermmenu's uw persoonlijke voorkeuren instellen voor het contrast en de
helderheid.
MENU →
→ ENTER → → ENTER →
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
Opmerking
Als u het beeld instelt met de functie Custom, wordt de modus MagicBright gewijzigd in de
modus Custom.
Contrast
MENU →
→ ENTER → → ENTER → → ENTER→
, → ENTER
Hiermee wordt het contrast aangepast.
Brightness
MENU →
→ ENTER → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Hiermee wordt de helderheid aangepast.
Sharpness
MENU ENTER → ENTER → ENTER →
, → ENTER
Hiermee wordt de scherpte aangepast.
Color Tone
MENU → → ENTER → →ENTER →
, → ENTER
Het LCD-scherm aanpassen
U kunt de kleurtinten aanpassen.
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
1. Uit
2. Cool
3. Normal
4. Warm
5. Custom
Opmerking
Als u de Color Tone instelt op Cool, Normal, Warm of Custom, wordt de functie Color
Temp uitgeschakeld.
Als u de Color Tone instelt op Off, wordt de functie Color Control uitgeschakeld.
Color Control
Hiermee wordt de kleurbalans voor de kleuren rood, groen en blauw aangepast.
MENU → → ENTER → → ENTER →
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
Opmerking
Als u het beeld aanpast met de functie Color Control, wordt de modus Color Tone gewisseld
naar de modus Custom.
Red
MENU ENTER ENTER ENTER
, → ENTER
Green
MENU ENTER → ENTER ENTER
, → ENTER
Blue
MENU → → ENTER → → ENTER ENTER
Het LCD-scherm aanpassen
, → ENTER
Color Temp.
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Color Temp is een maatstaf voor de 'warmte' van de beeldkleuren.
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
Opmerking
Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off.
Image Lock
Image Lock (Beeldvergrendeling) om het beeld fijn af te stemmen en het beste beeld te
verkrijgen door het verwijderen van ruis dat onstabiele beelden met trillingen en flikkeringen
veroorzaakt. Als er geen bevredigende resultaten worden bereikt met de optie Fine (Fijn),
kunt u eerst de optie Coarse (Grof) gebruiken en vervolgens opnieuw de optie Fine.
(Alleen beschikbaar in de modus PC)
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
MENU → → ENTER → → ENTER →
Coarse
MENU
ENTER ENTER ENTER
, → ENTER
Hiermee worden storende elementen zoals verticale strepen verwijderd. Grof bijstellen kan
het weergavegebied van het scherm verplaatsen. U kunt het weer in het midden plaatsen
met gebruik van het horizontale controlemenu.
Fine
MENU →
→ ENTER → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Hiermee worden storende elementen zoals horizontale strepen verwijderd. Als er nog steeds
ruis is, zelfs na de fijnafstelling, probeert het nogmaals, maar dan nadat u de frequentie
(kloksnelheid) aangepast hebt.
Het LCD-scherm aanpassen
H-Position
MENU ENTER ENTER → ENTER
, → ENTER
Past de horizontale schermlocatie aan.
V-Position
MENU ENTER ENTER
ENTER →
, → ENTER
Past de verticale schermlocatie aan.
Auto Adjustment
MENU → → ENTER → → ENTER →
De waarden voor Fine, Coarse en Position worden automatisch aangepast. Wanneer de
resolutie wordt gewijzigd via het configuratiescherm, wordt de automatische functie uitge-
voerd.
(Alleen beschikbaar in de modus PC)
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
Opmerking
De directe toets op de afstandsbediening is 'AUTO'.
Signal Balance
Hiermee kunt u een zwak RGB-signaal dat wordt verzonden via een lange signaalkabel
compenseren.
MENU → → ENTER → → ENTER →
(Alleen beschikbaar in de modus PC)
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
Signal Balance
MENU
ENTER ENTER ENTER
Het LCD-scherm aanpassen
, → ENTER
U kunt On of Off selecteren met de signaalbesturing.
Signal Control
MENU ENTER ENTER ENTER
1. R-Gain
MENU
ENTER ENTER
→ ENTER → → ENTER → → ENTER
, → ENTER
2. G-Gain
MENU ENTER ENTER
→ ENTER → → ENTER→ → ENTER
, → ENTER
3. B-Gain
MENU → → ENTER → ENTER
ENTER →
→ ENTER→ → ENTER
, → ENTER
4. R-Offset
MENU →
→ ENTER → ENTER →
ENTER → → ENTER→ → ENTER
, → ENTER
5. G-Offset
Het LCD-scherm aanpassen
MENU → → ENTER → ENTER
ENTER → → ENTER→ → ENTER
, → ENTER
6. B-Offset
MENU →
→ ENTER → ENTER →
ENTER → → ENTER → → ENTER
, → ENTER
Size
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
De Size kan worden geschakeld.
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
1. 16:9
2. 4:3
Dynamic Contrast
MENU ENTER ENTER
, → ENTER
Met Dynamisch contrast wordt de spreiding van het visuele signaal automatisch gedetecteerd
en aangepast om een optimale contrastinstelling te verkrijgen.
Het LCD-scherm aanpassen
1. Off
2. On
Brightness Sensor
MENU → ENTER → → ENTER
, → ENTER
Met Brightness Sensor wordt het ingevoerde videosignaal automatisch gedetecteerd en
aangepast voor de optimale helderheid.
1. Off
2. On
Picture [modus HDMI]
Beschikbare modi
PC
HDMI
MagicInfo
Mode
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Het LCD-scherm beschikt over vier automatische beeldinstellingen ('Dynamic', 'Standard',
'Movie' en 'Custom') die zijn vooringesteld.
Dynamic, Standard, Movie of Custom kunnen worden geactiveerd.
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
1. Dynamic
2. Standard
Het LCD-scherm aanpassen
3. Movie
4. Custom
Custom
U kunt in de schermmenu's uw persoonlijke voorkeuren instellen voor het contrast en de
helderheid.
MENU → → ENTER → → ENTER →
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
Contrast
MENU → → ENTER → → ENTER → → ENTER→
, → ENTER
Hiermee wordt het contrast aangepast.
Brightness
MENU →
→ ENTER → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Hiermee wordt de helderheid aangepast.
Sharpness
MENU ENTER → ENTER → ENTER →
, → ENTER
De scherpte van het beeld aanpassen.
Color
MENU
ENTER ENTER ENTER
, → ENTER
De kleur van het beeld aanpassen.
Het LCD-scherm aanpassen
Tint
MENU ENTER ENTER ENTER
, → ENTER
Voegt een natuurlijke tint toe aan het PIP-scherm.
Color Tone
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
U kunt de kleurtinten aanpassen. De afzonderlijke kleurcomponenten kunnen eveneens door
de gebruiker worden aangepast.
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
1. Off
2. Cool2
3. Cool1
4. Normal
5. Warm1
6. Warm2
Opmerking
Als u de Color Tone instelt op Cool2, Cool1, Normal, Warm1 of Warm2, wordt de functie
Color Temp uitgeschakeld.
Color Temp.
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Color Temp is een maatstaf voor de 'warmte' van de beeldkleuren.
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
Het LCD-scherm aanpassen
Opmerking
Deze functie wordt alleen ingeschakeld als Color Tone is ingesteld op Off.
Size
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
De Size kan worden geschakeld.
1. 16:9
2. Zoom 1
3. Zoom 2
4. 4:3
5. Just Scan
Opmerking
Zoom1 en Zoom2 zijn niet beschikbaar in de modus HDMI.
Digital NR (Digitale ruisonderdrukking)
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Schakelt de functie voor digitale ruisonderdrukking Off/On. Met de functie voor digitale rui-
sonderdrukking kunt u altijd genieten van heldere en scherpe beelden.
1. Off
2. On
Het LCD-scherm aanpassen
Opmerking
De functie Digital NR is niet beschikbaar in elke resolutie.
Film Mode
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
De functie Film Mode biedt u een kijkbeleving van theaterkwaliteit.
(In de modus HDMI is deze functie beschikbaar wanneer het invoersignaal interlaced scan
is. Wanneer het invoersignaal progressieve scan is, is deze functie niet beschikbaar.)
1. Off
2. On
Dynamic Contrast
MENU ENTER ENTER
, → ENTER
Met Dynamisch contrast wordt de spreiding van het visuele signaal automatisch gedetecteerd
en aangepast om een optimale contrastinstelling te verkrijgen.
1. Off
2. On
Brightness Sensor
MENU ENTER → ENTER →
Het LCD-scherm aanpassen
, → ENTER
Met Brightness Sensor wordt het ingevoerde videosignaal automatisch gedetecteerd en
aangepast voor de optimale helderheid.
1. Off
2. On
Sound
Beschikbare modi
PC
HDMI
MagicInfo
Mode
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Het LCD-scherm is voorzien van een ingebouwde hifi-stereoluidspreker.
1. Standard
Selecteert Standard voor de standaard fabrieksinstellingen.
2. Music
Selecteert Music als u muziekvideo’s of concerten weergeeft.
3. Movie
Selecteert Movie als u films bekijkt.
4. Speech
Selecteert Speech als u een programma bekijkt waarin voornamelijk wordt gesproken
(bijvoorbeeld het nieuws).
5. Custom
Selecteert Custom als u de instellingen wilt aanpassen volgens uw persoonlijke voor-
keuren.
Custom
U kunt de geluidsinstellingen aanpassen aan uw persoonlijke voorkeuren.
Het LCD-scherm aanpassen
MENU → → ENTER → → ENTER →
Opmerking
U kunt het geluid zelfs horen als de geluidswaarde is ingesteld op 0.
Als u het geluid aanpast met de functie Custom, wordt de modus Mode gewijzigd in de
modus Custom.
Bass
MENU →
→ ENTER → → ENTER → →ENTER→
, → ENTER
Hiermee worden tonen met een lage frequentie benadrukt.
Treble
MENU →
→ ENTER → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Hiermee worden tonen met een hoge frequentie benadrukt.
Balance
MENU ENTER ENTER ENTER
, → ENTER
Hiermee kunt u de balans tussen de linker- en rechterluidsprekers instellen.
Auto Volume
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Hiermee worden de volumeverschillen tussen uitzendingen verminderd.
1. Off
Het LCD-scherm aanpassen
2. On
SRS TS XT
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
SRS TS XT is een gepatenteerde SRS-technologie die er voor zorgt dat het afspelen van
5.1-inhoud van meerdere kanalen via twee speakers verloopt. TruSurround biedt een fasci-
nerend virtueel surroundgeluid via een weergavesysteem met twee luidsprekers, waaronder
ook ingebouwde televisieluidsprekers. Het is volledig compatibel met alle vormen van multi-
channel.
1. Off
2. On
Instellingen
Beschikbare modi
PC
HDMI
MagicInfo
Language
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
U kunt kiezen tussen 13 talen.
Het LCD-scherm aanpassen
Opmerking
De taalkeuze is alleen van toepassing op de schermweergave. Deze heeft geen invloed op
software die op uw computer wordt uitgevoerd.
Time
Hiermee selecteert u een van de vier tijdsinstellingen: Clock Set, Sleep Timer, On Timer en
Off Timer.
MENU → → ENTER → → ENTER →
Clock Set
MENU →
→ ENTER → → ENTER → → ENTER→
, / , → ENTER
Huidige tijdsinstelling.
Sleep Timer
MENU ENTER ENTER ENTER→
, → ENTER
Hiermee wordt het LCD-scherm op bepaalde tijden automatisch uitgeschakeld.
1. Off
2. 30
3. 60
4. 90
5. 120
6. 150
Het LCD-scherm aanpassen
7. 180
On Timer
MENU ENTER ENTER ENTER→
, / , → ENTER
Het LCD-scherm automatisch inschakelen op een vooraf ingestelde tijd. Automatisch de
modus en het volume regelen wanneer het LCD-scherm wordt ingeschakeld.
Off Timer
MENU ENTER ENTER ENTER→
, / , → ENTER
Het LCD-scherm automatisch uitschakelen op een vooraf ingestelde tijd.
Menu Transparency
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Hiermee kunt u de doorzichtigheid van de achtergrond van het schermmenu wijzigen.
1. High
Het LCD-scherm aanpassen
2. Medium
3. Low
4. Opaque
Safety Lock
Change PIN
MENU ENTER ENTER [Safety Lock ]→ ENTER→
[Change PIN]
→ [0~9]→ [0~9]→ [0~9]→ [0~9]
Het wachtwoord kan worden gewijzigd.
Lock On
MENU
ENTER → ENTER [Safety Lock ]→ ENTER→
→ ENTER→[Lock On]
→ [0~9]→ [0~9]→ [0~9]→ [0~9]
Hiermee schakelt u de functie Video Wall van het geselecteerde scherm aan/uit.
Energy Saving
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Deze functie past het stroomverbruik van de eenheid aan om stroom te sparen.
1. Off
Het LCD-scherm aanpassen
2. On
HDMI Black Level
MENU → → ENTER → → ENTER →
, → ENTER
Wanneer een dvd-speler of set-top box op uw tv is aangesloten via HDMI, kan dit de beeldk-
waliteit verslechteren. Afhankelijk van het externe apparaat kan het zwartniveau worden
vergroot, het contrast verlaagd, de kleuren vervagen enz. Pas in dit geval de beeldkwaliteit
van uw tv aan door het HDMI black level te configureren.
1. Normal
2. Low
Video Wall
Een Video Wall is een set videoschermen die met elkaar zijn verbonden, zodat op ieder
scherm een gedeelte van het geheel wordt weergegeven of zodat op ieder scherm het beeld
wordt herhaald.
Wanneer de functie Video Wall is ingeschakeld, kunt u de opties voor de Video Wall instellen.
MENU →
→ ENTER → → ENTER →
Opmerking
Wanneer de functie Video Wall is geactiveerd, zijn de functies Auto Adjustment, Image
Lock, en Size niet beschikbaar. Video Wall werkt niet in de modus MagicInfo.
Video Wall
MENU
ENTER ENTER
ENTER →
, → ENTER
Hiermee schakelt u de functie Video Wall van het geselecteerde scherm aan/uit.
Het LCD-scherm aanpassen
1. Off
2. On
Format
MENU → ENTER → ENTER
→ ENTER →
, → ENTER
Met Format kunt u het scherm splitsen.
1. Full
Zorgt voor een volledig weergegeven scherm zonder marges.
2. Natural
Geeft de kleuren op natuurlijke wijze weer terwijl de originele hoogte-breedteverhoudin-
gen in tact worden gelaten.
Horizontal
MENU →
→ ENTER ENTER
→ ENTER →
, → ENTER
Hiermee stelt u in hoeveel delen van het scherm horizontaal moeten worden verdeeld.
Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 1, 2, 3, 4, en 5.
Vertical
MENU →
→ ENTER ENTER
→ ENTER →
Het LCD-scherm aanpassen
, → ENTER
Hiermee stelt u in hoeveel delen van het scherm verticaal moeten worden verdeeld.
Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 1, 2, 3, 4, en 5.
Screen Divider
MENU → ENTER → ENTER
→ ENTER →
Het scherm kan worden opgedeeld in verschillende beelden. U kunt voor enkele schermen
een andere indeling selecteren.
Selecteer een modus in Schermindeling.
Selecteer een weergave in Schermindeling.
U stelt de selectie in door in de geselecteerde modus op een nummer te drukken.
Safety Screen
De functie Safety Screen wordt gebruikt om ingebrande beelden te voorkomen bij het lang-
durig weergeven van een stilstaand beeld.
De functie Safety Screen laat het beeld gedurende de aangegeven tijd over het scherm
schuiven.
Deze functie is niet beschikbaar wanneer de stroom uitgeschakeld is.
MENU → → ENTER → → ENTER →
Pixel Shift
Pixel Shift
MENU ENTER ENTER
→ ENTER → → ENTER → , → ENTER
Het LCD-scherm aanpassen
U kunt deze functie gebruiken om de pixels op het LCD-scherm in horizontale of verticale
richting te verplaatsen zodat na-afdrukken op het scherm worden voorkomen.
1. Off
2. On
Horizontal Dot
MENU ENTER ENTER
→ ENTER → → ENTER → , → ENTER
Bepaalt hoeveel pixels het scherm horizontaal wordt verplaatst.
Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 0, 1, 2, 3, en 4.
Vertical Line
MENU
ENTER ENTER
→ ENTER → → ENTER → , → ENTER
Bepaalt hoeveel pixels het scherm verticaal wordt verplaatst.
Er zijn vijf aanpassingsniveaus: 0, 1, 2, 3, en 4.
Time
MENU ENTER ENTER
→ ENTER → → ENTER → , → ENTER
Het LCD-scherm aanpassen
Stel het tijdinterval in voor respectievelijk de horizontale of verticale verplaatsing.
Timer
Timer
MENU ENTER ENTER
→ ENTER → → ENTER → , → ENTER
U kunt de timer voor de beveiliging tegen scherminbranding instellen.
Als u de bewerking start om een na-afdruk te wissen, wordt de bewerking voor de ingestelde
periode uitgevoerd en vervolgens automatisch beëindigd.
1. Off
2. On
Mode
MENU
ENTER ENTER
→ ENTER → → ENTER → , → ENTER
U kunt het type Safety Screen wijzigen.
1. Scroll
2. Bar
3. Eraser
Het LCD-scherm aanpassen
Period
MENU ENTER ENTER
→ ENTER → → ENTER → , → ENTER
Met deze functie kunt u de uitvoeringsperiode voor elke ingestelde modus op de timer in-
stellen.
Time
MENU ENTER ENTER
→ ENTER → → ENTER → , → ENTER
Geef een uitvoertijdstop op binnen de ingestelde tijdsperiode.
Mode-Scroll: 1~5 sec
Mode-Bar, Eraser: 10~50 sec
Scroll
MENU
ENTER ENTER
→ ENTER →
Deze functie helpt om na-afdrukken op het scherm te voorkomen door alle pixels op de LCD
te verplaatsen volgens een ingesteld patroon.
Gebruik deze functie als u na-afdrukken of symbolen op het scherm ziet, met name wanneer
u voor langere tijd een stilstaand beeld op het scherm weergeeft.
Het LCD-scherm aanpassen
Bar
MENU ENTER ENTER
→ENTER →
Deze functie voorkomt na-afdrukken op het scherm door lange zwarte of witte verticale lijnen
over het scherm te laten lopen.
Eraser
MENU
ENTER ENTER
→ENTER →
Deze functie voorkomt na-afdrukken op het scherm door een rechthoekig patroon over het
scherm te laten lopen.
Resolution Select
MENU ENTER →ENTER
, → ENTER
Wanneer het beeld niet juist wordt weergegeven op het scherm wanneer u de resolutie van
de grafische kaart van de computer instelt op 1024 x 768 bij 60 Hz, 1280 x 768 bij 60 Hz,
1360 x 768 bij 60 Hz of 1366 x 768 bij 60 Hz, kunt u deze functie gebruiken (Resolution Select)
om het beeld in de opgegeven resolutie weer te geven op het scherm.
Opmerking
Alleen beschikbaar in de modus PC
Het LCD-scherm aanpassen
1. Off
2. 1024 x 768
3. 1280 x 768
4. 1360 x 768
5. 1366 x 768
Opmerking
Het selecteren van het menu is alleen toegestaan wanneer de resolutie is ingesteld op 1024
x 768 bij 60 Hz, 1280 x 768 bij 60 Hz, 1360 x 768 bij 60 Hz of 1366 x 768 bij 60 Hz.
Power On Adjustment
MENU ENTER ENTER
, → ENTER
Hiermee past u de tijd van inschakeling voor het scherm aan.
Side Gray
MENU ENTER ENTER
, → ENTER
Selecteer de helderheid van het grijs van de schermachtergrond.
1. Off
2. Light
3. Dark
Het LCD-scherm aanpassen
Reset
Hiermee worden de productinstellingen teruggezet naar de standaard fabrieksinstellingen.
De resetfunctie is alleen beschikbaar wanneer PC / DVI wordt gebruikt.
MENU → ENTER → → ENTER →
Image Reset
MENU → ENTER → → ENTER →
→ ENTER →
, → ENTER
Opmerking
Alleen beschikbaar in de modus PC
Opmerking
De functie voor opnieuw instellen is niet beschikbaar wanneer Video Wall is ingesteld op
On.
Color Reset
MENU → ENTER → → ENTER →
→ ENTER →
, → ENTER
OSD Rotation
MENU ENTER
ENTER →
, → ENTER
OSD roteren
1. Landscape
2. Portrait
Het LCD-scherm aanpassen
Lamp Control
MENU ENTER → → ENTER
, → ENTER
Hiermee wordt het achtergrondlicht aangepast om energie te besparen.
Opmerking
(Niet beschikbaar wanneer de modus Dynamic Contrast is ingesteld op On.)
Multi Control
Beschikbare modi
PC
HDMI
MagicInfo
Multi Control
Hiermee wordt een individuele ID toegewezen aan het apparaat.
MENU → → ENTER → → ENTER
, → [0~9]
ID Setup
Hiermee worden onderscheidende ID's toegewezen aan het apparaat.
ID Input
Hiermee kunt u de zenderfuncties per toestel instellen.. Alleen een apparaat waarvan de
ID overeenkomt met de zenderinstelling wordt geactiveerd.
MagicInfo
Beschikbare modi
PC
HDMI
Het LCD-scherm aanpassen
MagicInfo
Opmerking
De afstandsbediening kan worden gebruikt om MagicInfo te selecteren. Het is echter aan
te bevelen een afzonderlijk USB-toetsenbord te gebruiken. Alleen dan kunt u optimaal
gebruikmaken van de mogelijkheden van MagicInfo.
Wanneer u met MagicInfo in de apparaatmodus werkt, en een extern apparaat verplaatst
tijdens het opstarten, kunnen er fouten optreden. Stel externe apparaten alleen in als het
LCD-scherm wordt ingeschakeld.
Haal de LAN-kabel die voor het netwerk gebruikt wordt (bijv. bij videoweergave). Anders
stopt het programma (MagicInfo) mogelijk. Start het systeem opnieuw op als u de kabel
toch uit het contact haalt.
Koppel de LAN-kabel die door een USB-apparaat wordt gebruikt niet los (bijv. bij video-
weergave). Anders stopt het programma (MagicInfo) mogelijk.
Druk op de knop SOURCE in MagicInfo om andere bronnen te gebruiken.
Het vooraf ingestelde wachtwoord voor het LCD-scherm is '000000'.
De optie Power-On van het serverprogramma werkt alleen als het LCD-scherm volledig
is uitgeschakeld.
Gebruik de optie Power-On niet als het LCD-scherm bezig is met afsluiten. Dit kan sys-
teemfouten in het LCD-scherm veroorzaken.
Op het beeld van MagicInfo is de netwerkmodus gelijk aan de apparaatmodus.
Als u MagicInfo gebruikt met het programma MagicInfo Server: voer de netwerkmodus
uit.
Wanneer u MagicInfo gebruikt terwijl het apparaat rechtstreeks op het LCD-scherm is
aangesloten: voer de apparaatmodus uit.
Druk op ALT + F12 om rechtstreeks naar het Windows-scherm MagicInfo te gaan.
Als u MagicInfo wilt instellen op een Windows-scherm, hebt u een toetsenbord en muis
nodig.
Raadpleeg de MagicInfo Server Help om MagicInfo in te stellen op een Windows-scherm.
Schakel de stroom tijdens bediening niet uit.
Voor draaibare LCD-schermen wordt de doorzichtige lichtkrant niet ondersteund.
Voor draaiende LCD-schermen wordt voor films een maximale schermresolutie van
720*480 (SD) ondersteund.
Op station D: wordt EWF niet toegepast.
U kunt de inhoud van Instellingen opslaan als deze is gewijzigd terwijl EWF is ingesteld
op Enable, door Commit in te stellen.
Wanneer u Disable, Enable of Commit selecteert, wordt het systeem opnieuw gestart.
MagicInfo
1. Select Application - step 1
Het LCD-scherm aanpassen
U kunt een toepassing selecteren die wordt uitgevoerd op de computer als Windows wordt
gestart
2. Select TCP/IP - step 2
In step 2 van MagicInfo Setup Wizard hoeft u niet naar Netwerkinstelling op het bureaublad
te gaan om uw instelling voor TCP/IP uit te voeren. U kunt dit simpelweg doen bij step 2 van
de installatie van MagicInfo
3. Select Language - step 3
Het LCD-scherm aanpassen
Bij gebruik van meerdere talen kunt u een specifieke taal kiezen en deze instellen.
4. Select Screen Type - step 4
U kunt selecteren welk type rotatie wordt toegepast op uw apparaat.
5. Setup Information
Het LCD-scherm aanpassen
Geeft de instellingen weer die het vaakst zijn geselecteerd door de gebruiker.
Opmerking
Indien het Magicinfo -pictogram niet wordt weergegeven in het systeemvak kunt u op het
Magicinfo -pictogram op het bureaublad dubbelklikken. Het pictogram verschijnt.
Het LCD-scherm aanpassen
Problemen oplossen
Zelftestfunctie
Opmerking
Voordat u contact opneemt voor assistentie, voert u een zelftest uit om te controleren of de
monitor correct werkt. Neem contact op met een Service Center voor problemen die u niet
zelf kunt oplossen.
Een zelftest uitvoeren
1. Schakel de computer en het LCD-scherm uit.
2. Koppel de videokabel los van de achterkant van de computer.
3. Schakel het LCD-scherm in.
De onderstaande afbeelding ("Check Signal Cable") wordt op een zwarte achtergrond
weergegeven wanneer het LCD-scherm normaal werkt en er geen videosignaal wordt
gedetecteerd. In de zelftestmodus blijft de indicatie-LED groen weergegeven en beweegt
de afbeelding over het scherm.
4. Schakel het LCD-scherm uit en sluit de videokabel opnieuw aan. Schakel vervolgens
zowel de computer als het LCD-scherm opnieuw in.
Als het LCD-scherm zwart blijft nadat u een zelftest hebt uitgevoerd, controleert u de video-
controller en het computersysteem. Het LCD-scherm functioneert correct.
Waarschuwingsberichten
Als u de monitor instelt op een resolutie en vernieuwingsfrequentie die niet worden onder-
steund, verschijnt onderstaand bericht gedurende een minuut op het scherm. Gedurende die
minuut moet u de resolutie en vernieuwingsfrequentie opnieuw instellen op een ondersteunde
resolutie en vernieuwingsfrequentie. Als de vernieuwingsfrequentie hoger is dan 85 Hz, wordt
het scherm zwart omdat het LCD-scherm geen frequenties hoger dan 85 Hz ondersteunt.
Opmerking
Raadpleeg Specificaties > Voorinstelbare timingmodi voor de resoluties en frequenties die
door het LCD-scherm worden ondersteund. Het LCD-scherm ondersteunt automatisch de
voorinstelbare timingmodi.
Onderhoud en reiniging
1) De behuizing van het LCD-scherm onderhouden
Reinig het product met een zachte doek, nadat u de stekker uit het stopcontact
hebt gehaald.
Gebruik geen wasbenzine, thinner of andere ontv-
lambare middelen.
2) De flatscreenmonitor onderhouden
Reinig het beeldscherm met een zachte doek (katoenflanel).
Gebruik geen aceton, wasbenzine of thinner.
(Deze kunnen het schermoppervlak beschadigen of
vervormen.)
De gebruiker is verantwoordelijk voor de schade die
wordt veroorzaakt door het gebruik van deze stoffen.
Symptomen en aanbevolen stappen
Opmerking
Een LCD-scherm stelt de visuele signalen die van de computer worden ontvangen, opnieuw
samen. Als er problemen optreden met de computer of de videokaart, is het mogelijk dat het
LCD-scherm bijvoorbeeld geen beeld, een slechte kleurweergave of ruis heeft. Als u een van
deze problemen ervaart, voert u de volgende controles uit op uw computer.
1. Controleer of het netsnoer en de videokabels goed zijn aangesloten op de computer.
2. Controleer of de computer bij het opstarten meer dan 3 keer piept. Als dat gebeurt, heeft
deze mogelijk onderhoud nodig.
3. Als u een nieuwe videokaart hebt geïnstalleerd of de pc hebt samengesteld, controleert
u of u het stuurprogramma voor de videoadapter hebt geïnstalleerd.
4. Controleer of de scanratio van het beeldscherm ingesteld is op 50 Hz ~ 85 Hz.
Belangrijk: (Overschrijd de frequentie van 60 Hz niet als u de maximale resolutie ge-
bruikt.)
5. Als u problemen ondervindt bij het installeren van het stuurprogramma voor de videoa-
dapter, start u de computer op in de veilige modus, verwijdert u de beeldschermadapter
via Configuratiescherm −> Systeem −> Apparaatbeheer en start u de computer opnieuw
op om het stuurprogramma voor de videoadapter opnieuw te installeren.
Controlelijst
Opmerking
In de volgende secties worden mogelijke problemen en oplossingen weergegeven. Con-
troleer voordat u om ondersteuning vraagt eerst de informatie in dit gedeelte, mogelijk
kunt u het probleem zelf oplossen. Als u assistentie nodig hebt, kunt u bellen naar het
telefoonnummer in het gedeelte Informatie of contact opnemen met uw leverancier.
Raadpleeg het gedeelte MagicInfo Probleemoplossing voor meer informatie over net-
werken.
Problemen oplossen
Problemen met betrekking tot de installatie (modus PC)
Opmerking
Hieronder vindt u problemen met de installatie van het LCD-scherm en mogelijke oplossin-
gen.
Q: Het LCD-scherm flikkert.
A: Controleer of de signaalkabel tussen de computer en het LCD-scherm goed is aan-
gesloten.
(Zie Aansluiten op een computer)
Problemen met betrekking tot het scherm
Opmerking
Hieronder vindt u problemen met het beeld van het LCD-scherm en mogelijke oplossingen.
Q: Het scherm is zwart en het aan/uit-lampje is uit.
A: Controleer of het netsnoer goed is aangesloten en of het LCD-scherm is ingeschakeld.
(Zie Aansluiten op een computer)
Q: "Check Signal Cable".
A: Controleer of de signaalkabel goed op de pc of videobron is aangesloten.
(Zie Aansluiten op een computer)
A: Controleer of de pc of videobron is ingeschakeld.
Q: "Not Optimum Mode".
A: Controleer de maximale resolutie en frequentie van de videoadapter.
A: Vergelijk deze waarden met de gegevens in het overzicht Voorinstelbare timingmodi.
Q: Het beeld schuift verticaal.
A: Controleer of de signaalkabel goed is aangesloten. Sluit de kabel indien nodig opnieuw
aan.
(Zie Aansluiten op een computer)
Q: Het beeld is niet helder, het beeld is wazig.
A: Stem de frequentie af met Coarse-tuning en Fine-tuning.
A: Schakel het product opnieuw in nadat u alle accessores (videoverlengkabels, enzo-
voort) hebt losgekoppeld.
A: Stel de resolutie en de frequentie in volgens het aanbevolen bereik.
Q: Het beeld is onstabiel en het trilt.
A: Controleer of de resolutie en de frequentie die zijn ingesteld voor de videokaart binnen
het bereik vallen dat door het LCD-scherm wordt ondersteund. Zo niet, stel deze dan
opnieuw in, rekening houdend met de Information in het LCD-schermmenu en de Preset
Timing Modes.
Problemen oplossen
Q: Dubbel beeld.
A: Controleer of de resolutie en de frequentie die zijn ingesteld voor de videokaart binnen
het bereik vallen dat door het LCD-scherm wordt ondersteund. De optimale resolutie
en vernieuwingsfrequentie voor deze monitor wordt in de sectie Specificaties vermeld
onder Algemeen. Overige ondersteunde resoluties en vernieuwingsfrequenties vindt u
in de sectie Specificaties in de tabel Voorinstelbare timingmodi.
Q: Het beeld is te licht of te donker.
A: Pas de brightness en het contrast aan.
(Zie Brightness, Contrast)
Q: De schermkleur is inconsistent.
A: Pas de kleur aan met Color onder Custom in het schermmenu Picture.
Q: Het kleurbeeld wordt vervormd door donkere schaduwen.
A: Kleuren aanpassen met Custom onder kleuraanpassing in het schermmenu.
Q: De kleur wit is slecht.
A: Pas de kleur aan met Color onder Custom in het schermmenu Picture.
Q: Het aan/uit-lampje knippert.
A: Het LCD-scherm is bezig met het opslaan van de aangebrachte wijzigingen in het OSD-
geheugen.
Q: Het scherm is zwart en het aan/uit-lampje knippert elk 0,5 of 1 seconde.
A: Het LCD-scherm gebruikt een systeem voor energiebeheer. Druk op een toets op het
toetsenbord.
Q: Het scherm is leeg en knippert.
A: Als het bericht 'TEST GOOD' op het scherm wordt weergegeven wanneer u op de knop
MENU drukt, controleert u of de kabelaansluitingen tussen het LCD-scherm en de
computer goed zijn aangesloten.
Problemen in verband met het geluid
Opmerking
In de onderstaande lijst worden problemen met geluidssignalen en de oplossingen hiervoor
behandeld.
Q: Geen geluid.
A: Controleer of de audiokabel stevig is aangesloten op de audio-ingang van uw LCD-
scherm en de audio-uitgang van uw geluidskaart.
(Zie Aansluiten op een computer)
A: Controleer ook het volumeniveau.
Q: Geluidsniveau is te laag.
A: Controleer het volumeniveau.
Problemen oplossen
A: Als het volume nog steeds te laag is nadat u het besturingselement op het maximale
niveau hebt ingesteld, controleert u de volumeregeling op de geluidskaart of in het
softwareprogramma van de computer.
Q: Het geluidsniveau is te hoog of te laag.
A: Stel Treble en Bass in op de gewenste niveaus.
Problemen met betrekking tot de afstandsbediening
Opmerking
Hieronder vindt u problemen met de afstandsbediening en mogelijke oplossingen.
Q: De knoppen van de afstandsbediening reageren niet.
A: Controleer of de batterijen leeg zijn.
A: Controleer of de stroomtoevoer is ingeschakeld.
A: Controleer of het netsnoer goed vast zit.
A: Controleer of zich bijzondere TL- of neonverlichting in de buurt bevindt.
Vragen en antwoorden
Q: Hoe kan ik de frequentie wijzigen?
A: Windows XP:
Klik op Start > Instellingen > Configuratiescherm > Vormgeving en thema's > Beeld-
scherm > Instellingen > Geavanceerd > Beeldscherm. Selecteer vervolgens de ver-
nieuwingsfrequentie. De optimale vernieuwingsfrequentie is 60 Hz.
A: Windows ME./2000:
Klik op Configuratiescherm > Beeldscherm > Instellingen > Geavanceerd > Beeld-
scherm. Selecteer vervolgens de vernieuwingsfrequentie. De optimale vernieuwings-
frequentie is 60 Hz.
Q: Hoe kan ik de resolutie wijzigen?
A: Windows XP:
Stel de resolutie in via Control Panel (Configuratiescherm)→ Appearance and Themes
(Vormgeving en thema's)→ Display (Beeldscherm)→ Settings (Instellingen).
A: Windows ME/2000:
Stel de resolutie in via Control Panel (Configuratiescherm)→ Display (Beeldscherm)→
Settings (Instellingen).
* Neem voor meer informatie contact op met de fabrikant van de videokaart.
Q: Hoe stel ik de functie voor energiebesparing in?
A: Windows XP:
Klik op Start > Instellingen > Configuratiescherm Vormgeving en thema's Beeld-
scherm → Schermbeveiliging.
Problemen oplossen
Stel de functie in vanuit het BIOS-setupmenu van de computer. (Raadpleeg de han-
dleiding van Windows of uw computer.)
A: Windows ME/2000:
Klik op Start > Instellingen > Configuratiescherm → Beeldscherm Schermbeveiliging.
Stel de functie in vanuit het BIOS-setupmenu van de computer. (Raadpleeg de han-
dleiding van Windows of uw computer.)
Q: Hoe kan ik de behuizing en het LCD-paneel reinigen?
A: Koppel het netsnoer los en reinig het LCD-scherm met een zachte doek die is bevoch-
tigd met een kleine hoeveelheid reinigingsmiddel voor LCD-schermen of gewoon water.
Laat geen reinigingsmiddel op de behuizing achter en zorg dat u geen krassen maakt.
Zorg ervoor dat er geen water in het LCD-scherm komt. Sproei geen vloeistof op het
LCD-scherm. Sproei de vloeistof alleen op het doek.
Q: Hoe kan ik de video afspelen?
A: De video ondersteunt alleen de MPEG1- en WMV-codecs. Installeer de overeenkom-
stige codec om de video af te spelen. Sommige codecs zijn niet compatibel.
Opmerking
Controleer voordat u om ondersteuning vraagt eerst de informatie in dit gedeelte; misschien
kunt u het probleem zelf oplossen. Als u assistentie nodig hebt, kunt u bellen naar het tele-
foonnummer in het gedeelte Informatie of contact opnemen met uw leverancier.
Problemen oplossen
Specificaties
General (Algemeen)
General (Algemeen)
Modelnaam SyncMaster 230TSN, 230MXN
LCD-paneel
Grootte 23" (58 cm)
Weergavegebied 509,76 mm (H) x 286,74 mm (V)
Pixel Pitch 0,2655 mm (H) x 0,2655 mm (V)
Synchronisatie
Horizontaal 31 ~ 81 kHz
Verticaal 56 ~ 75 Hz
Weergavekleur
16,7 M
Synchronisatie
Optimale resolutie 1920 x 1080 bij 60 Hz
Maximale resolutie 1920 x 1080 bij 60 Hz
Ingangssignaal, afgesloten
1 RGB analoog, HDMI
0,7 Vp-p ± 5 %
Aparte H/V-synchronisatie, Composiet, SOG
TTL-niveau (V hoog ≥ 2,0 V, V laag ≤ 0,8 V)
Maximale pixelfrequentie
164MHz (analoog,digitaal)
Stroomtoevoer
Dit product ondersteunt 100 – 240 V.
Controleer het label op de achterkant van het product daar het standaardvoltage
kan verschillen van land tot land.
(Minder dan 30 Ap-p bij AC 120 V of 50 Ap-p bij AC 220 V)
Signaalaansluitingen
D-sub, HDMI, RS232C in, Pc-audio (stereo) in, Audio uit, LAN, USB (4 poorten),
VGA uit (netwerk)
Afmetingen (B x H x D) / gewicht
SyncMaster 230TSn 557,5 x 339,0 x 79,2 mm / 8,35 kg
SyncMaster 230MXn 557,5 X 339,0 X 73,9 mm / 7 kg
VESA bevestigingsinterface
100 x 100mm
Omgevingsvereisten
In bedrijf Temperatuur: 10˚C ~ 40˚C (50˚F ~ 104˚F)
Vochtigheid: 10 % tot 80 %, geen condensvorming
Opslag Temperatuur: -20˚C ~ 45˚C (-4˚F ~ 113˚F)
Vochtigheid: 5 % tot 95 %, geen condensvorming
Mogelijkheden voor Plug and Play
Dit LCD-scherm kan worden geïnstalleerd op elk Plug and Play-systeem. De in-
teractie tussen het LCD-scherm en de computersystemen biedt de meest optimale
besturingsomstandigheden en LCD-scherminstellingen. In de meeste gevallen
gaat de installatie van het LCD-scherm automatisch verder, tenzij de gebruiker
andere instellingen wil toepassen.
Aanvaardbare punten (Dot Acceptable)
De TFT-LCD-panelen die voor dit product worden gebruikt, zijn gefabriceerd met
geavanceerde halfgeleidertechnologieën met een precisie van 1 ppm (part per
million, deel per miljoen) en hoger. Soms kunnen pixels in de kleuren ROOD,
GROEN, BLAUW of WIT echter lichter lijken of er kunnen zwarte pixels worden
waargenomen. Dit wijst niet op slechte kwaliteit en u kunt de monitor zonder prob-
lemen gebruiken.
Het aantal TFT-LCD-subpixels van dit product is 6.220.800.
Opmerking
Vormgeving en specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Apparaat van klasse B (Informatie-communicatieapparatuur voor thuisgebruik)
Dit apparaat voldoet aan de vereisten voor elektromagnetische compatibiliteit voor thuisge-
bruik en kan overal worden gebruikt, inclusief woongebieden. (Een apparaat van klasse B
straalt minder elektromagnetische golven uit dan een apparaat van Klasse A.)
PowerSaver
Dit LCD-scherm is voorzien van het ingebouwde energiebeheersysteem PowerSaver. Als
het LCD-scherm gedurende lange tijd niet wordt gebruikt, wordt de spaarstand geactiveerd
om energie te besparen. Het LCD-scherm gaat automatisch weer normaal werken zodra u
op een toets op het toetsenbord drukt. Om energie te besparen, kunt u het beste het LCD-
scherm uitschakelen wanneer u dit gedurende langere tijd niet gebruikt. Het systeem Pow-
erSaver werkt met een VESA DPM-compatibele videokaart die op de computer is
geïnstalleerd. U stelt deze functie in met behulp van het hulpprogramma op uw computer.
Toestand Normale werking Energiebespar-
ingsmodus
Uitschakelen
Aan/uit-lampje On (Aan) Knipperend Uit
Stroomverbruik 80 Watt 5 Watt 0 Watt
Specificaties
Voorinstelbare timingmodi
Als u een van onderstaande standaardweergavemodi selecteert (bijvoorbeeld 800 x 600 of
1360x768) dan past uw beeldscherm het scherm automatisch aan op de juiste horizontale
en verticale frequentie. Als u echter een niet-standaard weergavemodus probeert te gebruik-
en, kan het scherm op zwart gaan zelfs al geeft de aan/uit-led aan dat het beeldscherm aan
staat. De optimale en aanbevolen weergavemodus voor deze monitor is 1.920 x 1.080 met
een vernieuwingsfrequentie van 60 Hz. Als u een weergavemodus van 1.920 x 1.080 selec-
teert, past uw monitor automatisch uw scherm aan met de juiste horizontale en verticale
frequentie.
Weergavemodus Horizontale
frequentie
(kHz)
Verticale fre-
quentie (Hz)
Pixelfrequen-
tie (MHz)
Sync-polariteit
(H/V)
IBM, 640 x 350 31,469 70,086 25,175 +/-
IBM, 720 x 400 31,469 70,087 28,322 -/+
MAC, 640 x 480 35,000 66,667 30,240 -/-
MAC, 832 x 624 49,726 74,551 57,284 -/-
VESA, 640 x 480 31,469 59,940 25,175 -/-
VESA, 640 x 480 37,861 72,809 31,500 -/-
VESA, 640 x 480 37,500 75,000 31,500 -/-
VESA, 800 x 600 35,156 56,250 36,000 +/+
VESA, 800 x 600 37,879 60,317 40,000 +/+
VESA, 800 x 600 48,077 72,188 50,000 +/+
VESA, 800 x 600 46,875 75,000 49,500 +/+
VESA, 1024 x 768 48,363 60,004 65,000 -/-
VESA, 1024 x 768 56,476 70,069 75,000 -/-
VESA, 1152 x 864 67,500 75,000 108,000 +/+
VESA, 1280 x 800 49,702 59,810 83,500 -/+
VESA, 1280 x 800 62,795 74,934 106,500 -/+
VESA, 1280 x 960 60,000 60,000 108,000 +/+
VESA, 1280 x 1024 63,981 60,020 108,000 +/+
VESA,1440 x 900 55,935 59,887 106,500 -/+
VESA,1440 x 900 70,635 74,984 136,750 -/+
VESA0,1600 x 1200 75,000 60,000 162,000 +/+
VESA0,1680 x 1050 65,290 59,954 146,250 -/+
VESA0,1920 x 1080 67,500 60,000 148,500 +/+
Horizontale frequentie
De tijd die nodig is om één lijn horizontaal van de
linker- naar de rechterrand van het scherm te scan-
nen, wordt de Horizontal Cycle (Horizontale cyclus)
genoemd. Het omgekeerde van deze Horizontal Cy-
cle is de Horizontale frequentie. Eenheid: kHz
Verticale frequentie
Net als een TL-lamp moet het scherm hetzelfde
beeld vele malen per seconde herhalen om een
beeld voor de gebruiker weer te geven. De frequentie
Specificaties
van deze herhaling wordt de verticale frequentie of
Refresh Rate (vernieuwingsfrequentie) genoemd.
Eenheid: Hz
Specificaties
Informatie
Voor betere weergave
Voor de beste beeldkwaliteit past u de computerresolutie en vernieuwingsfre-
quentie op de computer aan onderstaande resolutie en vernieuwingsfrequentie
aan.
Resolutie: 1920 X 1080
Verticale frequentie (vernieuwingsfrequentie): 60 Hz
De TFT-LCD-panelen die voor dit product worden gebruikt, zijn gefabriceerd
met geavanceerde halfgeleidertechnologieën met een precisie van 1 ppm (part per
million, deel per miljoen) en hoger. Soms kunnen pixels in de kleuren ROOD,
GROEN, BLAUW of WIT echter lichter lijken of er kunnen zwarte pixels worden
waargenomen. Dit wijst niet op slechte kwaliteit en u kunt de monitor zonder prob-
lemen gebruiken.
Het aantal TFT-LCD-subpixels van dit product is 6.220.800.
Als u de monitor en de buitenkant van het paneel reinigt, brengt u de aanbe-
volen kleine hoeveelheid reinigingsmiddel aan op een schone, zachte doek en wrijft
u zachtjes, in het bijzonder wanneer u het LCD-gebied reinigt. Door overmatige
druk uit te oefenen, kunt u het scherm permanent beschadigen.
Als u niet tevreden bent met de beeldkwaliteit, kunt u een betere beeldkwaliteit
behalen met de functie Auto Adjustment in het schermmenu. Als u nog steeds ruis
ervaart na de automatische aanpassing, gebruikt u de aanpassingsfuncties Fine/
Coarse. De functie Auto Adjustment werkt alleen in de analoge modus.
Wanneer u langere tijd naar een stilstaand scherm kijkt, kan er een restbeeld
of wazigheid verschijnen. Als u dit wilt vermijden, schakelt u de spaarmodus in of
stelt u een schermbeveiliging in waarmee een bewegend beeld wordt weergeg-
even wanneer u uw monitor gedurende langere tijd verlaat.
PRODUCTGEGEVENS (zonder scherminbranding)
Bij LCD-monitoren en tv's kan scherminbranding voorkomen wanneer van het ene beeld naar
het andere wordt geschakeld, vooral als gedurende lange tijd een stilstaand beeld is weer-
gegeven.
In deze handleiding ziet u hoe u uw LCD-producten het beste kunt gebruiken om schermin-
branding te voorkomen.
Garantie
De garantie dekt geen schade veroorzaakt door scherminbranding.
Inbranden wordt niet gedekt door de garantie.
Wat is scherminbranding?
Scherminbranding komt niet voor bij normaal gebruik van een LCD-scherm. Als
echter gedurende lange tijd hetzelfde beeld wordt weergegeven, bouwt zich een
klein verschil in elektrische lading op tussen de twee elektroden waarin de vloeibare
kristallen zich bevinden. Hierdoor kan de hoeveelheid vloeibare kristallen in be-
paalde delen van het scherm stijgen, waardoor het voorgaande beeld zichtbaar
blijft als naar een nieuw beeld wordt overgeschakeld. Scherminbranding kan voor-
komen in alle weergaveapparatuur, dus ook LCD-producten. Dit is geen productf-
out.
Volg de onderstaande aanbevelingen op om uw LCD-scherm te beschermen tegen
scherminbranding.
Uitschakelen, Schermbeveiliging of Spaarstand
Bijv.)
Schakel de stroom volgens een vast patroon uit.
Schakel de monitor 4 uur uit nadat deze 20 uur achter elkaar in gebruik is
geweest.
Schakel de monitor 2 uur uit nadat deze 12 uur achter elkaar in gebruik is
geweest.
Gebruik indien mogelijk een schermbeveiliging.
Een schermbeveiliging in één kleur of een bewegend beeld wordt aanbe-
volen.
Stel de monitor in op uitschakelen met Power Scheme (Energiebeheerschema)
in Display Properties (Eigenschappen beeldscherm) van de computer.
Aanbevelingen voor specifieke toepassingen
Bijv.) Voor luchthavens, treinstations, aandelenmarkten, banken en regelinstalla-
ties raden we u aan uw weergavesysteem als volgt in te stellen:
Weergave van informatie in combinatie met een logo of cyclus van bewegende
beelden
Bijv.) Cyclus: een uur lang weergave van informatie gevolgd door weergave van
logo of bewegend beeld gedurende een minuut.
Afwisseling van kleuren voor informatie (gebruik 2 verschillende kleuren).
Bijv.) Elk half uur een andere kleur voor informatie (afwisselen met 2 kleuren).
Vermijd een combinatie van tekens en achtergrondkleur met een groot verschil in
helderheid.
Vermijd grijze kleuren. Deze kunnen gemakkelijk scherminbranding veroorzaken.
Vermijd: kleuren met een groot verschil in helderheid (zwart en wit, grijs).
Bijv.)
Informatie
Aanbevolen instellingen: heldere kleuren met weinig verschil in helderheid
Wijzig elke 30 minuten de kleur van de tekens en de achtergrond.
Bijv.)
Wissel elke 30 minuten de tekens af met bewegende beelden.
Bijv.)
De beste manier om uw monitor te beschermen tegen inbranding is om het
scherm uit te schakelen of uw computer of systeem in te stellen met een scherm-
beveiliging wanneer u de monitor niet gebruikt.
Scherminbranding komt in principe niet voor als een LCD scherm onder normale
omstandigheden wordt gebruikt.
Onder normale omstandigheden wordt verstaan continu veranderende videopa-
tronen. Als het LCD-scherm voor langere tijd wordt gebruikt met een vast patroon
(meer dan 12 uur), is er mogelijk een klein verschil in het voltage tussen de elek-
troden die de vloeibare kristallen in pixels veranderen. Het voltageverschil tussen
de elektroden verhoogt geleidelijk waardoor de vloeibare kristallen overhellen. Als
dit gebeurt, is het mogelijk dat het vorige beeld zichtbaar is wanneer het patroon
wordt gewijzigd.
Om dit te voorkomen, moet het vergrote voltageverschil worden verlaagd.
Informatie
Onze LCD-monitor voldoet aan de ISO13406-2 norm klasse II voor dode pixels.
Informatie
North America
CANADA 1-800-SAMSUNG (726-7864) www.samsung.com
MEXICO 01-800-SAMSUNG
(726-7864)
www.samsung.com
U.S.A 1-800-SAMSUNG(726-7864) www.samsung.com
Latin America
ARGENTINA 0800-333-3733 http://www.samsung.com
BRAZIL 0800-124-421, 4004-0000 http://www.samsung.com
CHILE 800-SAMSUNG (726-7864) http://www.samsung.com
COLOMBIA 01-8000112112 http://www.samsung.com
COSTA RICA 0-800-507-7267 http://www.samsung.com
DOMINICA 1-800-751-2676 http://www.samsung.com
ECUADOR 1-800-10-7267 http://www.samsung.com
EL SALVADOR 800-6225 http://www.samsung.com
GUATEMALA 1-800-299-0013 http://www.samsung.com
HONDURAS 800-27919267 http://www.samsung.com
JAMAICA 1-800-234-7267 http://www.samsung.com
NICARAGUA 00-1800-5077267 http://www.samsung.com
PANAMA 800-7267 http://www.samsung.com
PERU 0-800-777-08 http://www.samsung.com
PUERTO RICO 1-800-682-3180 http://www.samsung.com
TRINIDAD & TO-
BAGO
1-800-SAMSUNG (726-7864) http://www.samsung.com
VENEZUELA 0-800-100-5303 http://www.samsung.com
Europe
ALBANIA 42 27 5755 -
AUSTRIA 0810 - SAMSUNG (7267864,
€ 0.07/min)
http://www.samsung.com
BELGIUM 02-201-24-18 http://www.samsung.com/be
(Dutch)
http://www.samsung.com/
be_fr (French)
BOSNIA 05 133 1999 -
BULGARIA 07001 33 11 http://www.samsung.com
CROATIA 062 SAMSUNG (062 726
7864)
http://www.samsung.com
Bijlage
Contact SAMSUNG wereldwijd
Opmerking
Wanneer u suggesties of vragen heeft met betrekking tot Samsung producten, gelieve con-
tact op te nemen met de consumenten dienst van SAMSUNG
Europe
CZECH 800 - SAMSUNG
(800-726786)
http://www.samsung.com
DENMARK 70 70 19 70 http://www.samsung.com
FINLAND 030 - 6227 515 http://www.samsung.com
FRANCE 01 48 63 00 00 http://www.samsung.com
GERMANY 01805 - SAMSUNG
(726-7864, € 0,14/Min)
http://www.samsung.com
GREECE 2106293100 http://www.samsung.com
HUNGARY 06-80-SAMSUNG (726-7864) http://www.samsung.com
ITALIA 800-SAMSUNG (726-7864) http://www.samsung.com
KOSOVO +381 0113216899 -
LUXEMBURG 261 03 710 http://www.samsung.com
MACEDONIA 023 207 777 -
MONTENEGRO 020 405 888 -
NETHERLANDS 0900-SAMSUNG
(0900-7267864) ( € 0,10/Min)
http://www.samsung.com
NORWAY 815-56 480 http://www.samsung.com
POLAND 0 801 1SAMSUNG (172678)
022-607-93-33
http://www.samsung.com
PORTUGAL 80820 - SAMSUNG
(7267864)
http://www.samsung.com
RUMANIA http://www.samsung.com
SERBIA 0700 SAMSUNG (0700 726
7864)
http://www.samsung.com
SLOVAKIA 0800 - SAMSUNG(0800-726
786)
http://www.samsung.com/sk
SPAIN 902 - 1 - SAMSUNG (902 172
678)
http://www.samsung.com
SWEDEN 0771 726 7864 (SAMSUNG) http://www.samsung.com
SWITZERLAND 0848 - SAMSUNG (7267864,
CHF 0.08/min)
http://www.samsung.com/ch
http://www.samsung.com/
ch_fr/(French)
U.K 0330 SAMSUNG (7267864) http://www.samsung.com
EIRE 0818 717100 http://www.samsung.com
LITHUANIA 8-800-77777 http://www.samsung.com
LATVIA 8000-7267 http://www.samsung.com
ESTONIA 800-7267 http://www.samsung.com
TURKEY 444 77 11 http://www.samsung.com
CIS
RUSSIA 8-800-555-55-55 http://www.samsung.com
Appendix
CIS
GEORGIA 8-800-555-555 -
ARMENIA 0-800-05-555 -
AZERBAIJAN 088-55-55-555 -
KAZAKHSTAN 8-10-800-500-55-500 (GSM:
7799)
http://www.samsung.com
UZBEKISTAN 8-10-800-500-55-500 http://www.samsung.com
KYRGYZSTAN 00-800-500-55-500 http://www.samsung.com
TADJIKISTAN 8-10-800-500-55-500 http://www.samsung.com
UKRAINE 0-800-502-000 http://www.samsung.com/ua
http://www.samsung.com/
ua_ru
BELARUS 810-800-500-55-500 -
MOLDOVA 00-800-500-55-500 -
Asia Pacific
AUSTRALIA 1300 362 603 http://www.samsung.com
NEW ZEALAND 0800 SAMSUNG (0800 726
786)
http://www.samsung.com
CHINA 400-810-5858 http://www.samsung.com
HONG KONG (852) 3698 - 4698 http://www.samsung.com/hk
http://www.samsung.com/
hk_en/
INDIA 3030 8282, 1800 3000 8282 http://www.samsung.com
INDONESIA 0800-112-8888,
021-5699-7777
http://www.samsung.com
JAPAN 0120-327-527 http://www.samsung.com
MALAYSIA 1800-88-9999 http://www.samsung.com
PHILIPPINES 1-800-10-SAMSUNG
(726-7864)
1-800-3-SAMSUNG
(726-7864)
1-800-8-SAMSUNG
(726-7864)
02-5805777
http://www.samsung.com
SINGAPORE 1800-SAMSUNG (726-7864) http://www.samsung.com
THAILAND 1800-29-3232, 02-689-3232 http://www.samsung.com
TAIWAN 0800-329-999 http://www.samsung.com
VIETNAM 1 800 588 889 http://www.samsung.com
Middle East
IRAN 021-8255 http://www.samsung.com
OMAN 800-SAMSUNG (726-7864) http://www.samsung.com
KUWAIT 183-2255 http://www.samsung.com
Appendix
Middle East
BAHRAIN 8000-4726 http://www.samsung.com
EGYPT 08000-726786 http://www.samsung.com
JORDAN 800-22273 http://www.samsung.com
MOROCCO 080 100 2255 http://www.samsung.com
SAUDI ARABIA 9200-21230 http://www.samsung.com
U.A.E 800-SAMSUNG (726-7864) http://www.samsung.com
Africa
NIGERIA 0800 - SAMSUNG (726-7864) http://www.samsung.com
SOUTH AFRICA 0860 - SAMSUNG (726-7864) http://www.samsung.com
Appendix
Verticale frequentie Om
een beeld voor de gebruiker te kunnen weergeven,
moet het beeld meerdere malen per seconde opnieuw wor-
den opgebouwd. De frequentie van deze herhaling wordt de
verticale frequentie of Refresh Rate (vernieuwingsfrequen-
tie) genoemd. Eenheid: Hz
Voorbeeld: Als hetzelfde lichtje 60 keer per seconde knip-
pert, noemt men dit 60 Hz.
Horizontale frequentie De tijd die nodig is om één lijn horizontaal van de linker- naar
de rechterrand van het scherm te scannen, wordt de Hori-
zontal Cycle (Horizontale cyclus) genoemd. Het omge-
keerde van deze Horizontal Cycle is de Horizontale
frequentie. Eenheid: kHz
Interlace en Non-Interlace
methoden
De achtereenvolgende weergave van boven naar beneden
van de horizontale lijnen in het scherm wordt de Non-Inter-
lace methode genoemd. Bij de Interlace methode worden
eerst oneven en dan even lijnen weergegeven. Voor een
optimale beeldkwaliteit wordt in de meeste monitoren ge-
bruik gemaakt van de Non-Interlace methode. Voor tv's
wordt de Interlace methode gebruikt.
Plug & Play Met deze functie wordt de beste beeldkwaliteit verkregen
door de computer en de monitor in staat te stellen automa-
tisch informatie uit te wisselen. Deze monitor voldoet aan
de internationale norm VESA DDC voor Plug & Play.
Resolutie Met resolutie wordt het aantal horizontale en verticale stip-
pen waaruit het beeld is opgebouwd bedoeld. Dit aantal
geeft de nauwkeurigheid van het beeld weer. Een hoge res-
olutie is gunstig voor het uitvoeren van meerdere taken,
omdat er meer beeldinformatie op het scherm kan worden
weergegeven.
Voorbeeld: Een resolutie van 1920 x 1080 betekent dat het
scherm is opgebouwd uit 1920 horizontale punten (horizon-
tale resolutie) en 1080 verticale lijnen (verticale resolutie).
SRS TS XT Deze functie biedt een diep en levendig 3D-geluid, verge-
lijkbaar met 5.1 luidsprekers, maar dan met slechts twee
luidsprekers. Dit geeft een mooi effect bij een stereosignaal.
Bijlage
Woordenlijst
Dot Pitch Het beeld van een monitor bestaat uit rode, groene en
blauwe punten. Hoe dichter deze punten bij elkaar staan,
des te hoger de resolutie. De afstand tussen twee punten
met dezelfde kleur wordt 'Dot Pitch' genoemd. Eenheid: mm
Bijlage
Correcte verwijdering
Correcte verwijdering van dit product (elektrische & elektronische afvalap-
paratuur)
Dit merkteken op het product, de accessoires of het informatiemateriaal
duidt erop dat het product en zijn elektronische accessoires (bv. lader,
headset, USB-kabel) niet met ander huishoudelijk afval verwijderd mo-
gen worden aan het einde van hun gebruiksduur. Om mogelijke schade
aan het milieu of de menselijke gezondheid door ongecontroleerde af-
valverwijdering te voorkomen, moet u deze artikelen van andere soorten
afval scheiden en op een verantwoorde manier recyclen, zodat het duur-
zame hergebruik van materiaalbronnen wordt bevorderd.
Huishoudelijke gebruikers moeten contact opnemen met de winkel waar
ze dit product hebben gekocht of met de gemeente waar ze wonen om
te vernemen waar en hoe ze deze artikelen milieuvriendelijk kunnen laten
recyclen.
Zakelijke gebruikers moeten contact opnemen met hun leverancier en de
algemene voorwaarden van de koopovereenkomst nalezen. Dit product
en zijn elektronische accessoires mogen niet met ander bedrijfsafval voor
verwijdering worden gemengd.
Correcte behandeling van een gebruikte accu uit dit product
(Van toepassing op de Europese Unie en andere Europese landen met
afzonderlijke inzamelingssystemen voor accu’s en batterijen.)
Dit merkteken op de accu, handleiding of verpakking geeft aan dat de
accu in dit product aan het einde van de levensduur niet samen met ander
huishoudelijk afval mag worden weggegooid. De chemische symbolen
Hg, Cd of Pb geven aan dat het kwik-, cadmium- of loodgehalte in de
accu hoger is dan de referentieniveaus in de Richtlijn 2006/66/EC. Indien
de gebruikte accu niet op de juiste wijze wordt behandeld, kunnen deze
stoffen schadelijk zijn voor de gezondheid van mensen of het milieu.
Ter bescherming van de natuurlijke hulpbronnen en ter bevordering van
het hergebruik van materialen, verzoeken wij u afgedankte accu’s en
batterijen te scheiden van andere soorten afval en voor recycling aan te
bieden bij het gratis inzamelingssysteem voor accu’s en batterijen in uw
omgeving.
Opmerking
De oplaadbare accu in dit product kan niet door de gebruiker zelf worden vervangen. Neem
contact op met uw serviceprovider voor informatie over vervanging.
Bijlage
Rechten
De informatie in dit document kan zonder voorafgaande kennisgeving worden gewijzigd.
© 2009 Samsung Electronics Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden.
Het is strikt verboden het product op welke manier dan ook te reproduceren zonder schrif-
telijke toestemming van Samsung Electronics Co., Ltd.
Samsung Electronics Co., Ltd. stelt zich niet aansprakelijk voor fouten of voor incidentele
schade of gevolgschade die verband houdt met de levering, prestatie en het gebruik van dit
materiaal.
Samsung is een geregistreerd handelsmerk van Samsung Electronics Co., Ltd.; Microsoft,
Windows en Windows NT zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation;
VESA, DPM en DDC zijn geregistreerde handelsmerken van Video Electronics Standard
Association; de naam en het logo van ENERGY STAR
®
zijn geregistreerde handelsmerken
van de Amerikaanse Environmental Protection Agency (EPA). Alle andere genoemde pro-
ductnamen kunnen (geregistreerde) handelsmerken zijn van hun respectievelijke eigenaren.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119

Samsung 230TSN Handleiding

Categorie
Tv's
Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor