Programma's met voorwas duren ongeveer 15 minuten langer.
De gegevens met betrekking tot het verbruik zijn vastgesteld in genormaliseerde omstandigheden in overeenstem-
ming met de norm IEC 60456.
De gegevens met betrekking tot het energieverbruik zijn vastgesteld met gebruik van het programma “Katoen 60°C”
met de extra functie “Eco” ingesteld.
Bij huishoudelijk gebruik kan het verbruik afwijken van de in de tabel vermelde waarden op grond van de waterdruk,
de temperatuur van het toegevoerde water, de belading en het type wasgoed.
*) De wijzer “Resttijd” (indien aanwezig) kan eventueel waarden aangeven die afwijken van de in de tabel vermelde
waarden, omdat hij rekening houdt met de gebruiksomstandigheden van de wasmachine.
DAGELIJKS GEBRUIK:
1. De waterkraan opendraaien.
2. Het wasgoed op textielsoort en kleur sorteren en de wasmachine vullen.
3. De deur sluiten.
4. Het wasmiddel en de nabehandelingsproducten in het bakje doen.
5. Het programma, de temperatuur en de extra functies instellen.
6. Het lampje boven de “Start”-toets knippert. Houd de “Start”-toets ongeveer een seconde
ingedrukt.
BELANGRIJK:
Tijdens de eerste 15 minuten na het starten van de programma's Katoen en Synthetisch
(beide zonder voorwas) is het mogelijk de deur te openen om ander wasgoed toe te voegen.
Dit is niet mogelijk wanneer de extra functie “Snel” is gekozen.
HET WIJZIGEN VAN EEN REEDS GEKOZEN PROGRAMMA:
a) EEN NIEUW PROGRAMMA INSTELLEN EN VOORTZETTEN
1.Stel een nieuw programma in.
2.Het lampje boven de “Start”-toets knippert. Houd de “Start”-toets ongeveer een seconde
ingedrukt.
Het nieuwe programma wordt voortgezet vanaf dezelfde fase waarin het vorige pro-
gramma is afgebroken.
b) EEN PROGRAMMA AFBREKEN EN EEN NIEUW PROGRAMMA STARTEN
Bij het starten van een nieuw programma hoeft er geen wasmiddel te worden toegevoegd,
omdat de wasmachine geen water afvoert wanneer een programma afgebroken wordt.
1.Houd de “Start”-toets vijf seconden ingedrukt, of totdat u duidelijk hoort dat het pro-
gramma voortgezet wordt en de wijzer van de resterende tijd “0” aangeeft.
2.Wacht tot de fasewijzer van het programma in de oorspronkelijke stand links is teru
gekeerd.
3.Zet de programmakeuzeknop op “0”.
4.Zet de programmakeuzeknop op het nieuwe programma en stel eventueel nieuwe
extra functies in.
5.Het lampje boven de “Start”-toets knippert. Houd de “Start”-toets ongeveer een seconde
ingedrukt.
HET PROGRAMMA ONDERBREKEN - PAUZE:
Indien een programma voor een bepaalde tijd onderbroken moet worden en vervolgens
weer moet worden hervat:
1. Zet de programmakeuzeknop op “0”.
2. Stel het programma opnieuw in wanneer u het programma wilt hervatten.
3. Houd de “Start”-toets ongeveer een seconde ingedrukt.
HET OPSPOREN VAN STORINGEN:
Deze wasmachine is uitgerust met automatische veiligheidsfuncties, die snel eventuele
storingen kunnen herkennen en signaleren, waarna op de juiste manier gereageerd wordt.
Het gaat daarbij vaak om kleine storingen, die snel opgelost kunnen worden, zoals:
• De wasmachine start niet.
• Resten van nabehandelingsproducten in de wasmiddellade.
• De wasmachine trilt tijdens het centrifugeren.
• Na afloop van het programma is het wasgoed niet of onvoldoende gecentrifugeerd.
De opmerkingen bij bovengenoemde punten worden gegeven in de gebruiksaanwijzing,
hoofdstuk “Het opsporen van storingen”.
Wat te doen als het veiligheidssysteem van de wasmachine een storing constateert.
Het programma wordt afgebroken en de storing wordt door verschillende lampjes gesignaleerd:
Programma Thermostaat-
knop
Max.
belading
Extra
functie
Water Energie Duur
programma *)
(°C) (kg) (l) (kWh) (min.)
Katoen 95 5
—
57 1,70 115
Katoen 95 5 Eco 49 1,10 120
Katoen 60 5 Eco 49 0,95 125
Katoen 60 5
—
49 1,10 110
Katoen 60 2,5
—
38 0,90 105
Katoen 40 5
—
49 0,55 95
Katoen 30 3 Snel 32 0,25 45
Synthetisch 60 2,5
—
59 0,70 90
Synthetisch 40 2,5
—
53 0,50 80
Synthetisch 30 1,5 Snel 36 0,20 35
Fijne was 40 1,5
—
55 0,50 50
Wol 40 1
—
55 0,50 40
KNIPPERENDE LAMPJES DIGITAAL DISPLAY
(indien aanwezig)
HET OPSPOREN VAN STORINGEN
Ga te werk volgens de opmerkingen
in paragraaf..
“Start” en “Waterstop” Resttijd
(cijfer tussen 15 en 99)
“Storing in de watertoevoer“
”Centrifugeren”, “Waterstop”,
“Resttijd”, “Start selectie”
E1 “Storing in de watertoevoer”
“Centrifugeren”, “Waterstop”,
“Resttijd”, “Start selectie”
E3 “Storing tijdens het afvoeren van het
water”
“Centrifugeren”, “Resttijd”,
“Start selectie” knipperen
E4 of E5 of E6 of E7 of E8 of E9 “Elektrisch onderdeel defect”
Op de modellen met Waterstop: “Cen-
trifugeren”, “Waterstop”,
“Resttijd”, “Start selectie”
E2 “Storing waterstop”
Gegevens stroom- en waterverbruik
NL