Panasonic KXTCD210BLT de handleiding

Type
de handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Dit apparaat is geschikt voor nummerherkenning en SMS. Als u hiervan
gebruik wilt maken, moet u een abonnement op de dienst nemen bij uw
serviceprovider.
Laad de batterij 7 uur op voordat u het apparaat gaat gebruiken.
Lees deze gebruiksaanwijzing aandachtig door, voordat u het apparaat in gebruik neemt.
Bewaar de handleiding voor latere naslag.
KX-TCD210BL
Bedieningsinstructies
Digitale Draadloze Telefoon
Model
TCD210BL(du-du).book Page 1 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Inleiding
2
Inleiding
Dank u voor de aanschaf van een nieuwe digitale draadloze telefoon van Panasonic.
Voor naslag
Bevestig de bon hieraan of berg hem elders op in verband met reparaties die vallen onder de garantie.
Opmerking:
L
Deze apparatuur is ontworpen voor gebruik op het Belgische analoge telefoonnetwerk.
L
Neem bij problemen in eerste instantie contact op met de leverancier van de apparatuur.
Verklaring van overeenstemming:
L
Panasonic Communications Co., Ltd. verklaart dat deze apparatuur voldoet aan de van toepassing
zijnde vereisten en andere relevante voorwaarden van Richtlijn 1999/5/EC voor radio- en
telecommunicatieapparatuur (R&TTE).
De overeenstemmingsverklaring voor de relevante Panasonic-producten die in deze handleiding
worden beschreven, kunnen worden gedownload op:
http://www.doc.panasonic.de
Contactadres:
Panasonic Services Europe
a Division of Panasonic Marketing Europe GmbH
Panasonic Testing Centre
Winsbergring 15, 22525 Hamburg, Duitsland
Handelsmerken:
L
Eatoni en LetterWise zijn handelsmerken van Eatoni Ergonomics, Inc.
Serienummer (op onderkant basisstation)
Aankoopdatum
Naam en adres dealer
TCD210BL(du-du).book Page 2 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Belangrijke functies
3
Belangrijke functies
Telefoonboek
Met het telefoonboek kunt u opbellen zonder het nummer in te typen. U kunt 200
namen en telefoonnummers in het telefoonboek opslaan, en alle ingevoerde
gegevens aan de gewenste categorie toewijzen, en het telefoonboek op naam of
categorie doorzoeken.
Telefoonboekcategorie
Als u nummerweergave hebt, merkt u door het toewijzen van categorieën (blz. 15)
makkelijker wie er opbelt, doordat voor elke categorie een andere beltoon wordt
gebruikt (blz. 30).
Nachtmodus
Met de nachtmodus stelt u een tijdsvenster in waarbinnen de handset of het
basisstation niet overgaat. Dit is handig als u niet wilt worden gestoord,
bijvoorbeeld omdat u slaapt.
U kunt de nachtmodus onafhankelijk instellen voor de handset (blz. 20) en het
basisstation (blz. 25).
SMS (Short Message Service)
Met SMS kunt u tekstberichten verzenden naar en ontvangen van andere vaste en
mobiele telefoons die compatibele SMS-netwerken en -mogelijkheden
ondersteunen. SMS-mogelijkheden zijn pas beschikbaar als nummerherkenning
en/of de benodigde dienst is ingeschakeld (blz. 32).
Polyfone beltonen voor de handset
U kunt de beltoon wijzigen die wordt weergegeven als de handset voor externe of
interne gesprekken overgaat. U kunt kiezen uit 5 beltonen en 10 melodieën (blz.
19).
Tom
TCD210BL(du-du).book Page 3 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Inhoud
4
Voorbereiding
Aanvullende informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
Belangrijke informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
Bediening en displays . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Aansluitingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8
Batterijen plaatsen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Batterijen opladen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 9
Vervanging van batterijen . . . . . . . . . . . . . . . 10
Aan- en uitzetten . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Datum en tijd instellen . . . . . . . . . . . . . . . . . 10
Telefoneren
Nummers kiezen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
Inkomende gesprekken aannemen. . . . . . . . 14
Telefoonboek
Het telefoonboek gebruiken . . . . . . . . . . . . . 15
Invoer van het telefoonboek naar andere
handsets kopiëren. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17
Instellingen van de handset
Gids voor instellingen van de handset . . . . . 18
Tijdsinstelling. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Instelling belsignaal. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19
Nachtmodus . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 20
Instelling weergave . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Belopties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 21
Overige opties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22
Instellingen basisstation
Gids voor basisstationinstellingen. . . . . . . . . 24
Instelling belsignaal. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 25
Belopties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
Overige opties. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 28
Nummerherkenning
Nummerherkenning gebruiken . . . . . . . . . . . 30
Bellerlijst . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30
Voicemailservice . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 31
SMS (Short Message Service)
SMS (Short Message Service) gebruiken. . . 32
SMS in / uitschakelen . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
SMS-berichtencentrumnummers wijzigen. . . 32
Berichten verzenden . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Berichten ontvangen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34
Gids voor SMS-instellingen. . . . . . . . . . . . . . 35
Beschikbare tekeninvoer voor SMS . . . . . . . 37
Meerdere apparaten bedienen
Aanvullende apparaten bedienen. . . . . . . . . 39
Een handset bij een basisstation
registreren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 39
Intercom tussen handsets . . . . . . . . . . . . . . 41
Gesprekken doorverbinden tussen handsets,
vergaderen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 41
Handige informatie
Wandmontage . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 43
Beschikbare tekeninvoermodi . . . . . . . . . . . 44
Problemen oplossen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 47
Specificaties . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 51
Index
Index. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52
TCD210BL(du-du).book Page 4 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Voorbereiding
5
Aanvullende informatie
Meegeleverde accessoires
Aanvullende/vervangende accessoires
Wisselstroomadapter
PQLV19CE
Telefoonsnoer Oplaadbare batterijen
AAA (R03) formaat
HHR-4EPT
Handsetdeksel Bedieningsinstructies Snelstartgids
Model Beschrijving
P03P 2 oplaadbare nikkelmetaalhydride (Ni-MH) batterijen
KX-TCA121EX Additionele Digitale Draadloze Handset
KX-A272 DECT-herhaler
TCD210BL(du-du).book Page 5 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Voorbereiding
6
Belangrijke informatie
Algemeen
L
Gebruik alleen de bij dit product meegeleverde
wisselstroomadapter, zoals vermeld op blz. 5.
L
Sluit de wisselstroomadapter alleen aan op
standaard 220–240 V netstroom.
L
U kunt niet met dit product bellen als:
De batterijen van de draagbare handset
werken niet of moeten worden opgeladen.
Er een stroomstoring is.
De toetsblokkering is ingeschakeld.
De gespreksverbodfunctie is ingeschakeld
(alleen telefoonnummers die als
noodnummers in het toestel zijn
opgeslagen, kunnen worden gebeld).
L
Open het basisstation en de handset niet,
behalve voor het vervangen van de batterijen.
L
Dit product mag niet worden gebruikt in de
buurt van medische apparatuur voor intensive
care en/of noodhulp en mag niet worden
gebruikt door mensen met pacemakers.
L
Zorg ervoor dat er geen objecten of vloeistof
op of in het apparaat terecht kunnen komen.
Stel het product niet bloot aan buitensporige
hoeveelheden rook, stof, mechanische
trillingen en schokken.
Omgeving
L
Gebruik het product niet in de buurt van water.
L
Hou dit product uit de buurt van
warmtebronnen, zoals verwarming,
kooktoestellen enzovoort. Plaats het product
niet in een kamer waarin de temperatuur lager
is dan 5 °C of hoger dan 40 °C.
L
De wisselstroomadapter is de
hoofdaansluiting. Zorg ervoor dat er een
gemakkelijk bereikbare wandcontactdoos in
de buurt van het apparaat wordt gemaakt.
Waarschuwing:
L
Vermijd ter voorkoming elektrische schokken
blootstelling van dit product aan regen of ander
vocht.
Plaatsing
L
Voor maximale afstand en geruisloze werking
plaatst u het basisstation:
Buiten bereik van elektrische apparatuur,
zoals televisietoestellen, radio’s, computers
en andere telefoons.
Op een geschikte, hoge en centrale plek.
Batterijwaarschuwing
L
Wij adviseren de aanbevolen batterij(en) op
blz. 5 te gebruiken.
Gebruik alleen
oplaadbare batterijen.
L
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door
elkaar.
L
Gooi batterijen niet in het vuur, wegens
explosiegevaar. Houd u bij het weggooien van
batterijen aan de lokale milieuvoorschriften.
L
Open of beschadig de batterijen niet.
Elektrolyten die uit de batterijen vrijkomen zijn
bijtend en kunnen brandwonden of letsel aan
ogen en huid veroorzaken. De elektrolyt kan
giftig zijn bij inslikken.
L
Ga voorzichtig met de batterijen om. Raak de
batterijen niet aan met geleidende materialen,
zoals ringen, armbanden of sleutels. Dit kan
kortsluiting veroorzaken, waardoor de
batterijen en/of het geleidende materiaal heet
kunnen worden en brandwonden kunnen
veroorzaken.
L
Laad de batterijen op volgens de aanwijzingen
in deze bedieningsinstructies.
L
Gebruik alleen het meegeleverde basisstation
(of de oplader) voor het opladen van de
batterijen. Rommel niet aan het basisstation
(of de oplader). Als u deze aanwijzingen niet
opvolgt, kunnen de batterijen opzwellen of
exploderen.
TCD210BL(du-du).book Page 6 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Voorbereiding
7
Bediening en displays
Knoppen
Handset
A
Luidspreker
B
Oplaadcontact
C
{j
/OK
}
(Menu/OK)
D
{k}
(Telefoonboek)
E
{C}
(Spraak)
F
Navigatietoets
L{e}{v}
: Zoeken van het gewenste
onderdeel van menu’s.
L{>}
: Selecteren van het gewenste
onderdeel of verplaatsen van de cursor
naar rechts.
L{<}
: Teruggaan naar het vorige scherm of
verplaatsen van de cursor naar links.
G
{s}
(Luidspreker)
H
{
R
}
(Herhalen)
I
Ontvangst
J
Display
K
{R}
(Opnieuw bellen/pauze)
L
{ih}
(Uit/Aan)
M
{
C/
T
}
(Wissen/Stil)
N
{
INT
}
(Intercom)
O
Microfoon
Opmerking:
L
Er kunnen maximaal 3 menuonderdelen
tegelijk worden weergegeven. Voor
menuonderdelen die niet worden
weergegeven, gaat u met de navigatietoets,
{e}
of
{v}
naar beneden of naar boven.
Basisstation
A
{x}
(Oproep)
B
Oplaadcontact
Displays
Pictogrammen display
Op de display van de handset worden
verschillende pictogrammen weergegeven voor
de huidige status van de telefoon.
C
s
h
T
i
N
a
N
O
C
E
F
G
H
D
L
I
M
B
A
J
K
Pictogram
display
Betekenis
w
Binnen bereik van een
basisstation
L
Knipperend: de handset
zoekt het basisstation
op. (buiten bereik van
een basisstation,
handset niet bij
basisstation
geregistreerd,
basisstation niet
ingeschakeld)
A
B
TCD210BL(du-du).book Page 7 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Voorbereiding
8
Aansluitingen
Als de wisselstroomadapter wordt aangesloten,
wordt er een korte piep weergegeven. Controleer
de verbindingen als u deze piep niet hoort.
Belangrijk:
L
Gebruik alleen de wisselstroomadapter en het
bijgeleverde telefoonsnoer.
Opmerking:
L
Na aansluiting moeten de batterijen worden
opgeladen voor u kunt bellen (blz. 9).
L
Installeer telefoondraden nooit tijdens onweer.
L
De wisselstroomadapter moet altijd
aangesloten blijven. (Het is normaal dat de
adapter tijdens gebruik warm aanvoelt.)
L
De wisselstroomadapter moet worden
aangesloten op een verticaal of op de vloer
aangebracht stopcontact. Sluit de
wisselstroomadapter niet aan op een
stopcontact op het plafond, omdat de stekker
door het gewicht van de adapter uit het contact
kan worden getrokken.
L
De handset benadert het
basisstation. (intercom,
oproepen, wijzigen
basisstationinstellingen
enzovoort)
k
Er wordt via de handset
naar buiten gebeld.
o
Gespreksverbod
ingeschakeld. (blz. 22)
5
Batterijsterkte
[VE]
De geluidsverbetering is
ingesteld op hoge of lage
tonen. (blz. 13)
[N]
Nachtmodus
ingeschakeld. (blz. 20)
[X]
Toetsblokkering
ingeschakeld. (blz. 13)
[2]
Handsetnummer: het
linkerpictogram geeft
bijvoorbeeld handset 2
aan. (blz. 21)
-2-
Basisstationnummer: het
linkerpictogram geeft
bijvoorbeeld basisstation 2
aan. (blz. 21)
(2)
Toestelnummer: het
linkerpictogram geeft
bijvoorbeeld toestel 2 aan.
(blz. 21)
F
Er is een nieuw SMS-
bericht ontvangen (alleen
SMS-gebruikers; blz. 34)
0
Nieuw voicemailbericht
ontvangen (alleen
voicemailgebruikers; blz.
31)
De lijn wordt door een
andere handset gebruikt.
Pictogram
display
Betekenis
(220240 V, 50 Hz)
Haken
Naar
telefoonnetwerk
TCD210BL(du-du).book Page 8 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Voorbereiding
9
Batterijen plaatsen
1
Plaats eerst de negatieve kant van de batterij
(
T
).
2
Sluit de handsetdeksel.
Opmerking:
L
Gebruik alleen oplaadbare batterijen (blz. 5).
Batterijen opladen
Plaats de handset gedurende ongeveer 7 uur
op het basisstation voordat u de telefoon in
gebruik neemt.
Tijdens het opladen wordt het batterijsymbool als
volgt weergegeven.
Als de batterijen volledig zijn opgeladen, wordt
5
blijvend op de display weergegeven.
Opmerking:
L
Het is normaal dat de handset tijdens het
opladen warm aanvoelt.
L
Het kost 7 uur om de batterijen geheel op te
laden. U kunt de handset echter gebruiken
voordat de batterijen geheel zijn opgeladen.
L
Maak eens per maand de oplaadcontacten
(blz. 7) van de handset en het basisstation
schoon met een zachte, droge doek, zodat de
batterijen goed kunnen opladen. Reinig vaker
als het apparaat wordt blootgesteld aan vet,
stof of hoge luchtvochtigheid.
Batterijsterkte
Opmerking:
L
Als
7
knippert, zijn de batterijen van de
handset aan het opladen.
7
blijft knipperen
tot de batterijen ten minste 15 minuten zijn
opgeladen.
L
Als de handset uitgeschakeld is, wordt hij
automatisch ingeschakeld als hij op het
basisstation wordt geplaatst.
Batterijpictogram Batterijsterkte
5
Hoog
6
Normaal
7
Laag
knipperend: moet
worden opgeladen.
TCD210BL(du-du).book Page 9 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Voorbereiding
10
Levensduur van de batterijen
Nadat de Panasonic-batterijen volledig zijn
opgeladen, kunt u de volgende prestaties
verwachten:
Ni-MH-batterijen (700 mAh)
Opmerking:
L
De werkelijke prestaties van de batterij zijn
afhankelijk van hoe vaak de handset wordt
gebruikt (spreken) en hoe vaak deze niet in
gebruik is (standby).
L
De bedrijfsduur van de batterij kan afhankelijk
van de omstandigheden en
omgevingstemperatuur korter worden.
Vervanging van batterijen
Als
7
ook knippert als de batterijen van de
handset 7 uur zijn opgeladen, moeten de
batterijen worden vervangen.
Belangrijk:
L
We raden het gebruik van oplaadbare
Panasonic-batterijen zoals vermeld op blz. 5
aan. Als u niet-oplaadbare batterijen plaatst en
gaat opladen, kunnen er elektrolyten uit de
batterijen weglekken.
L
Gebruik geen oude en nieuwe batterijen door
elkaar.
1
Druk stevig op de uitsparing op het
handsetdeksel en schuif in de richting van de
pijl.
2
Verwijder eerst de positieve pool (
S
) van de
oude batterijen en plaats de nieuwe. Zie blz.
9 voor het plaatsen van de batterij.
Aan- en uitzetten
Aanzetten
Druk ongeveer 1 seconde op
{ih}
.
L
De display gaat over op standbymodus.
Uitzetten
Druk ongeveer 2 seconden op
{ih}
.
L
De display wordt leeg.
Displaytaal
De displaytaal is standaard Frans. De
voorbeeldweergaven in deze handleiding zijn in
het Nederlands. Voor het wijzigen van de
displaytaal in Nederlands drukt u op
{ih}
,
{j
/OK
}
, drukt u 2 keer op
{e}
, drukt u op
{>}
,
drukt u 2 keer op
{v}
, drukt u op
{>}
, drukt u op
{v}
, drukt u op
{>}
, selecteert u
Nederlands
en drukt u op
{>}
. Druk op
{ih}
.
Datum en tijd instellen
Belangrijk:
L
Controleer of de wisselstroomadapter is
aangesloten.
L
Controleer of
w
niet knippert.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Tijdsinstelling
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Inst.datum/tijd
en druk op
{>}
.
5
Voer de huidige datumgegevens in door voor
elk onderdeel 2 cijfers te selecteren.
Voorbeeld:
17 mei 2005
Druk op
{
1
}{
7
}
{
0
}{
5
}
{
0
}{
5
}
.
6
Voer de huidige tijd in met 2 cijfers voor uren
en voor minuten.
Bediening Bedrijfsduur
In gebruik (spreken) Maximaal 20 uur
Buiten gebruik
(standby)
Maximaal 170 uur
TCD210BL(du-du).book Page 10 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Voorbereiding
11
L
U selecteert
AM
,
PM
of 24-uursklok met
{*}
.
Voorbeeld:
3:30 PM
Druk op
{
0
}{
3
}
{
3
}{
0
}
en druk op
{*}
tot
03:30 PM
wordt weergegeven.
7
Druk op
{j
/OK
}
.
8
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Voor het corrigeren van een cijfer verplaatst u
de cursor met
{<}
of
{>}
, waarna u de
correctie aanbrengt.
L
Na een stroomstoring kunnen de datum en tijd
verkeerd zijn. Stel in dat geval de datum en tijd
opnieuw in.
TCD210BL(du-du).book Page 11 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Telefoneren
12
Nummers kiezen
1
Pak de handset op en draai het
telefoonnummer.
L
Als u een cijfer wilt corrigeren, drukt u op
{
C/
T
}
en voert u het juiste nummer in.
2
Druk op
{C}
.
3
Als het gesprek is beëindigd, drukt u op
{ih}
of plaatst u de handset op het
basisstation.
Luidspreker
De handset heeft een digitale luidspreker
waarmee u handsfree kunt bellen.
1
U schakelt de luidspreker tijdens een
gesprek in met
{s}
.
L
Spreek om-en-om met de beller.
2
Als het gesprek is beëindigd, drukt u op
{ih}
of plaatst u de handset op het
basisstation.
Opmerking:
L
Let voor optimale prestaties op het volgende:
Gebruik de luidspreker in een rustige
omgeving.
–Druk op
{e}
of
{v}
om het
luidsprekervolume aan te passen als u
moeilijkheden heeft elkaar te verstaan.
L
U schakelt terug naar een normaal gesprek
met
{C}
.
Het luidsprekervolume bijstellen
Druk terwijl u spreekt op
{e}
of
{v}
. Er zijn 4
niveaus zijn beschikbaar voor het luidsprekertje
bij uw oor. 6 niveaus zijn beschikbaar voor de
grote luidspreker.
Nummer herhalen
U kunt eerder gebelde telefoonnummers (van
maximaal 24 cijfers) terugbellen.
Het laatst gekozen nummer opnieuw bellen
Druk op
{R}
en druk op
{C}
of
{s}
.
L
Als u op
{s}
drukt, wordt het nummer
automatisch herhaald als het nummer dat u
belt in gesprek is.
Opmerking:
L
U kunt ook op
{C}
of
{s}
drukken, voordat u
op
{R}
drukt.
Telefoneren met behulp van de herhaallijst
De 10 laatst gebelde nummers worden in de
herhaallijst opgeslagen.
1
Druk op
{R}
.
L
Het laatst gebelde nummer wordt
weergegeven.
2
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste
nummer wordt weergegeven.
L
Als u de lijst wilt afsluiten, drukt u op
{ih}
.
3
Druk op
{C}
of
{s}
.
L
Als u op
{s}
drukt, wordt het nummer
automatisch herhaald als het nummer dat
u belt in gesprek is.
Automatisch herhalen
Als u tijdens het herhalen op
{s}
drukt en het
nummer in gesprek is, wordt het telefoonnummer
automatisch herhaald. Het nummer wordt
maximaal 11 keer herhaald. Terwijl de handset
wacht voor opnieuw bellen, knippert
{s}
. Terwijl
de handset opnieuw belt, wordt de microfoon
automatisch uitgeschakeld.
Opmerking:
L
Het automatisch herhalen wordt geannuleerd
als u op een willekeurige knop (behalve
{R}
)
drukt.
L
Als het geluid niet weer wordt ingeschakeld
nadat de verbinding tot stand is gebracht, drukt
u op
{
C/
T
}
.
Nummers in de herhaallijst bewerken voordat
u deze belt
1
Druk op
{R}
.
2
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste
nummer wordt weergegeven, en druk op
{j
/OK
}
.
3
Selecteer
Bewerk en bel
en druk op
{>}
.
4
Verplaats de cursor met
{<}
of
{>}
en
bewerk het nummer.
L
Plaats de cursor op het nummer dat u wilt
wissen en druk op
{
C/
T
}
.
TCD210BL(du-du).book Page 12 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Telefoneren
13
L
Plaats de cursor rechts van de plaats waar
u een cijfer wilt invoegen, en druk op de
bijbehorende kiestoets.
5
Druk op
{C}
of
{s}
.
Voor het wissen van nummers uit de
herhaallijst
1
Druk op
{R}
.
2
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste
nummer wordt weergegeven, en druk op
{j
/OK
}
.
3
Selecteer
Wissen
en druk op
{>}
.
L
Selecteer
Alles wissen
als u alle
nummers in de lijst wilt wissen en druk op
{>}
.
4
Selecteer
JA
en druk op
{>}
.
5
Druk op
{ih}
.
Nummers uit de herhaallijst in het
telefoonboek opslaan
1
Druk op
{R}
.
2
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste
nummer wordt weergegeven, en druk op
{j
/OK
}
.
3
Selecteer
In telefoonboek
en druk op
{>}
.
4
Voer een naam in (maximaal 16 tekens, zie
blz. 44 voor het invoeren van tekens) en druk
op
{j
/OK
}
.
5
Bewerk indien nodig het telefoonnummer en
druk op
{j
/OK
}
.
6
Selecteer de gewenste categorie (blz. 15) en
druk op
{>}
.
7
Selecteer
Opslaan
en druk op
{>}
.
8
Druk op
{ih}
.
Overige functies
Geluidsverbetering
U kunt terwijl u aan het bellen bent de
geluidskwaliteit verbeteren. Er zijn 3 instellingen
beschikbaar.
1
Druk tijdens een gesprek op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer de gewenste instelling en druk op
{>}
.
Opmerking:
L
Als u
Hoge tonen
of
Lage tonen
selecteert, wordt
[VE]
weergegeven.
Stil
U kunt tijdens een gesprek de microfoon
uitzetten. Als de microfoon is uitgeschakeld,
hoort u de andere kant wel, maar hoort deze u
niet.
1
Als u de microfoon wilt uitzetten, drukt u op
{
C/
T
}
.
2
U schakelt de microfoon weer in door
nogmaals op
{
C/
T
}
te drukken.
Toetsenblokkering
De handset kan worden geblokkeerd, zodat er
niet kan worden gebeld en er geen instellingen
kunnen worden gemaakt. Binnenkomende
gesprekken kunnen worden aangenomen, maar
alle andere functies zijn uitgeschakeld als
toetsenblokkering is ingeschakeld.
Als u toetsenblokkering wilt inschakelen, drukt u
ongeveer 2 seconden op
{j
/OK
}
.
L
[X]
wordt weergegeven.
L
Als u toetsenblokkering wilt uitschakelen, drukt
u ongeveer 2 seconden op
{j
/OK
}
.
Opmerking:
L
Er kunnen geen noodnummers (blz. 26)
worden gebeld als toetsenblokkering is
ingeschakeld.
L
Toetsenblokkering wordt uitgeschakeld als de
handset wordt uitgeschakeld.
Herhaaltoets (voor nummerherhaling)
{
R
}
gebruikt u voor optionele telefoondiensten.
Neem voor details contact op met uw
serviceprovider.
Opmerking:
L
Als uw telefoon op een huiscentrale (PBX) is
aangesloten, hebt u met
{
R
}
toegang tot
bepaalde functies van de huiscentrale, zoals
het doorschakelen naar interne nummers.
Raadpleeg uw PBX-verkoper voor meer
informatie.
L
U kunt de herhaalduur wijzigen (blz. 26).
TCD210BL(du-du).book Page 13 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Telefoneren
14
Pauzeknop (voor huiscentrale / internationale
gesprekken)
Soms is een pauze vereist voor het telefoneren
via huiscentrales of voor internationale
gesprekken.
Voorbeeld:
Als u
{
0
}
moet kiezen voordat u met
de hand buitennummers kunt bellen, pauzeert u
waarschijnlijk na het kiezen van
{
0
}
totdat u de
kiestoon hoort.
1
Druk op
{
0
}
.
2
Druk op
{R}
.
3
Kies het telefoonnummer en druk op
{C}
of
{s}
.
Opmerking:
L
Als u 1 keer op
{R}
drukt, maakt u 1 pauze.
Als u meerdere keren op
{R}
drukt, maakt u
langere pauzes. Zie blz. 26 voor het wijzigen
van de lengte van de pauze.
Inkomende gesprekken
aannemen
1
Neem de handset op en druk op
{C}
of
{s}
als de telefoon overgaat.
L
U kunt gesprekken ook aannemen door op
een kiestoets te drukken van
{
0
}
tot
{
9
}
,
{*}
,
{
#
}
, of
{
INT
}
.
(Opnemen met
willekeurige toets)
2
Als het gesprek is beëindigd, drukt u op
{ih}
of plaatst u de handset op het
basisstation.
Automatisch opnemen
U kunt gesprekken aannemen door gewoon de
handset van het basisstation te nemen. U hoeft
niet op
{C}
te drukken. Zie blz. 22 voor het
inschakelen van deze functie.
Het volume van het belsignaal tijdens het
ontvangen van een externe oproep bijstellen
Druk op
{e}
of
{v}
als de telefoon overgaat.
Opmerking:
L
Het volume van het belsignaal kan niet worden
bijgesteld als de handset op het basisstation
staat.
Overige functies
Handset zoeken
Met behulp van deze functie kunt u de handset
opzoeken als u deze kwijt bent.
1
Druk op het basisstation op
{x}
.
L
Het basisstation roept de handset
gedurende ongeveer 1 minuut op.
2
U stopt het oproepen door op
{x}
op het
basisstation of op
{ih}
op de handset te
drukken.
TCD210BL(du-du).book Page 14 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Telefoonboek
15
Het telefoonboek gebruiken
Met het telefoonboek kunt u opbellen zonder het
nummer in te typen. U kunt 200 namen en
telefoonnummers in het telefoonboek opslaan,
en alle ingevoerde gegevens aan de gewenste
categorie toewijzen, en het telefoonboek op
naam of categorie doorzoeken.
Nummers aan het telefoonboek
toevoegen
1
Druk op
{k}
en druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Nieuw nummer
en druk op
{>}
.
3
Voer de naam in (maximaal 16 tekens, zie
blz. 44 voor het invoeren van tekens) en druk
op
{j
/OK
}
.
4
Voer het telefoonnummer in (maximaal 24
cijfers) en druk op
{j
/OK
}
.
5
Selecteer de gewenste categorie voor het
nummer en druk op
{>}
.
6
Selecteer
Opslaan
en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als er geen plaats meer is voor nieuwe
nummers, wordt
Geheugen Vol
weergegeven. Wis overbodige nummers (blz.
16).
Fouten bewerken / corrigeren
Plaats met
{<}
of
{>}
de cursor op het cijfer of
teken dat u wilt wissen en druk op
{
C/
T
}
. Plaats
de cursor rechts van de plaats waar u een cijfer of
teken wilt invoegen, en druk op de bijbehorende
kiestoets.
Opmerking:
L
Houd
{
C/
T
}
ingedrukt als u alle tekens en
cijfers wilt wissen.
Categorieën
Met categorieën vindt u snel en gemakkelijk
nummers in het telefoonboek. Als u een nummer
aan het telefoonboek toevoegt, wijst u dit aan de
gewenste categorie toe. U kunt de namen van
categorieën voor nummers in het telefoonboek
wijzigen (“Vrienden”, “Familie” enzovoort) en het
telefoonboek vervolgens op categorie
doorzoeken. Voor gebruikers van
nummerherkenning zijn meer
categoriemogelijkheden beschikbaar (blz. 30).
Categorienamen wijzigen
1
Druk op
{k}
en druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Belgroep
en druk op
{>}
.
3
Selecteer de categorie waarvan u de naam
wilt wijzigen en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Category Naam
en druk op
{>}
.
5
Bewerk de naam (maximaal 10 tekens, zie
blz. 44 voor het invoeren van tekens) en druk
op
{j
/OK
}
.
6
Druk op
{ih}
.
Nummers in het telefoonboek
opzoeken en opbellen
U kunt het telefoonboek alfabetisch of op
categorie doorzoeken of doorbladeren.
Nadat u de gewenste naam hebt gevonden, belt
u het telefoonnummer met
{C}
of
{s}
.
Door alle namen bladeren
1
Druk op
{k}
.
2
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste
nummer wordt weergegeven.
Zoeken op eerste teken (indexzoekopdracht)
1
Druk op
{k}
, en druk op
{R}
.
2
Selecteer
Zoek op Index
en druk op
{>}
.
3
Selecteer de tekenset met het teken
waarnaar u op zoek bent en druk op
{>}
.
4
Druk op de kiestoets (
{
0
}
tot
{
9
}
) voor het
teken waarnaar u zoekt (blz. 44).
L
Druk telkens op dezelfde kiestoets voor de
eerste naam voor elke letter op de
kiestoets.
L
Als er geen naam voor de geselecteerde
letter is, wordt de volgende naam
weergegeven.
5
Blader indien nodig door het telefoonboek
met
{e}
of
{v}
.
TCD210BL(du-du).book Page 15 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Telefoonboek
16
Zoeken op categorie
1
Druk op
{k}
, en druk op
{R}
.
2
Selecteer
Belgroep zoeken
en druk op
{>}
.
3
Selecteer de categorie waarop u wilt zoeken
en druk op
{>}
.
L
De eerste naam in de categorie wordt
weergegeven.
L
Als u
Alle
selecteert, stopt u met het
zoeken op categorie.
4
Blader indien nodig door het telefoonboek
met
{e}
of
{v}
.
Nummers in het telefoonboek
bewerken
U kunt namen in het telefoonboek bewerken
nadat u deze hebt opgeslagen. U kunt de naam,
het telefoonnummer en de categorie wijzigen.
Naam, telefoonnummer of categorie wijzigen
1
Ga naar de gewenste ingang (blz. 15) en
druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Wijzigen
en druk op
{>}
.
3
Voer indien nodig de naam in (maximaal 16
tekens, zie blz. 44 voor het invoeren van
tekens) en druk op
{j
/OK
}
.
4
Bewerk indien nodig het telefoonnummer
(maximaal 24 cijfers) en druk op
{j
/OK
}
.
5
Selecteer de gewenste categorie en druk op
{>}
.
6
Selecteer
Opslaan
en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Nummers uit het telefoonboek
verwijderen
Een nummer wissen
1
Ga naar de gewenste ingang (blz. 15) en
druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Wissen
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
JA
en druk op
{>}
.
4
Druk op
{ih}
.
Alle nummers wissen
1
Druk op
{k}
en druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Alles wissen
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
JA
en druk op
{>}
.
4
Selecteer nogmaals
JA
en druk op
{>}
.
5
Druk op
{ih}
.
Snelkiezen
Een nummer uit het telefoonboek aan een
snelkiestoets toewijzen
De kiestoetsen
{
1
}
tot
{
9
}
kunnen als
snelkiestoetsen worden gebruikt, waarmee u
nummers uit het telefoonboek belt door
eenvoudig op een kiestoets te drukken.
1
Ga naar de gewenste ingang (blz. 15) en
druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Snelkiezen
en druk op
{>}
.
3
Selecteer de gewenste kiestoets met
{e}
of
{v}
en druk op
{>}
.
L
Als de kiestoets al als snelkiestoets wordt
gebruikt, wordt naast het
kiestoetsnummer
@
weergegeven. Als u
deze kiestoets selecteert, wordt
Overschrijven
weergegeven. U kunt
indien nodig de eerdere instelling
overschrijven.
L
Als u dit niet wilt doen, selecteert u
Terug
.
4
Selecteer
Opslaan
en druk op
{>}
.
5
Druk op
{ih}
.
Bellen met een snelkiestoets
1
Houd de gewenste snelkiestoets (
{
1
}
tot
{
9
}
)
ingedrukt.
L
U geeft de overige toegewezen
snelkiestoetsen weer met
{e}
of
{v}
.
2
Druk op
{C}
of
{s}
.
Snelkiestoetsen wissen
1
Houd de gewenste snelkiestoets (
{
1
}
tot
{
9
}
)
ingedrukt.
2
Druk op
{j
/OK
}
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
JA
en druk op
{>}
.
TCD210BL(du-du).book Page 16 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Telefoonboek
17
Opmerking:
L
Alleen de toegewezen snelkiestoets wordt
gewist. De bijbehorende naam wordt niet
gewist.
Doorkiezen
Met behulp van deze functie kunt u een
telefoonnummer uit het telefoonboek draaien
terwijl u in gesprek bent. U kunt deze functie
bijvoorbeeld gebruiken voor het doorgeven van
belkaarttoegangsnummers of PIN-codes die u in
het telefoonboek hebt opgeslagen, zodat u deze
niet met de hand hoeft in te voeren.
1
Druk tijdens het bellen op
{k}
.
2
Druk op
{e}
of
{v}
voor het gewenste
nummer.
L
Zie blz. 15 voor het zoeken op het eerste
teken. Zie blz. 16 voor het zoeken op
categorie.
3
Druk op
{>}
om het nummer te bellen.
Invoer van het telefoonboek
naar andere handsets
kopiëren
Telefoonboekinvoer (blz. 15) kan vanaf de
handset naar het telefoonboek van een
compatibele Panasonic-handset worden
gekopieerd.
Eén nummer kopiëren
1
Ga naar de gewenste ingang (blz. 15) en
druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Kopiëren
en druk op
{>}
.
3
Voer het handsetnummer in waarnaar u de
telefoonboekingang wilt versturen.
4
Selecteer voor het kopiëren van nog een
ingang
JA
en druk op
{>}
. Ga naar de
gewenste ingang en druk op
{>}
.
L
Als u met kopiëren wilt stoppen, selecteert
u
NEE
en drukt u op
{>}
.
5
Druk op
{ih}
.
Alle nummers kopiëren
1
Druk op
{k}
en druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Alles kopiëren
en druk op
{>}
.
3
Voer het handsetnummer in waarnaar u de
telefoonboekingangen wilt versturen.
L
Als alle ingangen zijn gekopieerd, wordt
Voltooid
weergegeven.
4
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als de andere handset (de ontvanger) niet
stand-by staat, wordt op uw handset (de
verzender)
Mislukt
weergegeven.
L
Als het kopiëren na ten minste 1 ingang
mislukt, wordt op uw handset (de verzender)
Onvoltooid
weergegeven.
TCD210BL(du-du).book Page 17 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen van de handset
18
Gids voor instellingen van de handset
Hieronder vindt u een overzicht van alle onderdelen die voor de handset kunnen worden aangepast.
L
Tijdens het instellen van de handset wordt het huidige onderdeel of de huidige instelling aangegeven
door
>
.
Opmerking:
L
Er kunnen maximaal 3 menuonderdelen tegelijk worden weergegeven. Voor menuonderdelen die
niet worden weergegeven, gaat u met de navigatietoets,
{e}
of
{v}
naar beneden of naar boven.
Instellingenmenu
handset
Submenu Submenu 2 Standaard-
instelling
Blz.
Tijdsinstelling Inst.datum/tijd
—blz. 10
Alarm UIT
blz. 19
Inst.beltoon Belvolume
Maximum blz. 19
Beltoon ext. Beltoon 1
blz. 19
Beltoon int. Beltoon 1
blz. 19
Nachtmodus Start/einde
23:00/06:00 blz. 20
Aan/uit UIT
blz. 20
Belvertraging 60 sec.
blz. 20
Selecteer groep
—blz. 20
Display instel. Standby Display UIT
blz. 21
Kies Taal FRANCAIS
blz. 21
Contrast
Niveau 3 blz. 21
Belopties Gespreksverbod UIT
blz. 21
Auto Spreken UIT
blz. 22
Aan/Afmelden Aanmelden
—blz. 39
Kies Basis
Automatisch
blz. 40
Overige opties PIN handset 0000
blz. 22
LetterWise FRANCAIS
blz. 22
Toetstonen AAN
blz. 22
Reset Handset
—blz. 22
TCD210BL(du-du).book Page 18 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen van de handset
19
Tijdsinstelling
Alarm
Op de ingestelde tijd of dagelijks klinkt
gedurende 3 minuten een alarm. Stel eerst de
datum en de tijd in (blz. 10).
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Tijdsinstelling
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Alarm
en druk 2 keer op
{>}
.
5
Selecteer een alarmmodus en druk op
{>}
.
Eenmalig
: het alarm gaat één keer op
de ingestelde tijd af. Voer de gewenste
datum in met 2 cijfers voor dag en maand.
Dagelijks Herh.
: het alarm gaat
dagelijks op de ingestelde tijd af.
UIT
: schakelt het alarm uit. Druk
nogmaals op
{>}
en voltooi met
{ih}
.
6
Voer de gewenste tijd in met 2 cijfers voor
uren en voor minuten.
L
U selecteert
AM
,
PM
of 24-uursklok met
{*}
.
7
Druk op
{j
/OK
}
.
8
Selecteer de beltoon die op de ingestelde tijd
wordt weergegeven en druk op
{>}
.
9
Selecteer
Opslaan
en druk op
{>}
.
10
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
U zet het alarm af door op een willekeurige
kiestoets te drukken.
L
Als u een gesprek voert of de intercom hebt
aangezet, gaat het alarm niet af voordat het
gesprek is beëindigd.
L
Het alarm gaat op de ingestelde tijd af, ook al is
het belsignaal uitgeschakeld.
L
Als u
Eenmalig
selecteert, verandert de
instelling in
UIT
nadat het alarm is
afgegaan.
Instelling belsignaal
Volume van het belsignaal
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Inst.beltoon
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Belvolume
en druk op
{>}
.
5
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste volume
wordt weergegeven.
6
Druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Het alarm gaat af en de handset gaat over voor
interne gesprekken en oproepen, ook al is het
belsignaal uitgeschakeld.
Beltonen wijzigen
U kunt de beltoon wijzigen die door de handset
wordt gebruikt.
Beltoon ext.
: voor het selecteren van de
beltoon voor externe gesprekken.
Beltoon int.
: voor het selecteren van de
beltoon voor interne gesprekken.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Inst.beltoon
en druk op
{>}
.
4
Selecteer het gewenste onderdeel en druk
op
{>}
.
5
Selecteer de gewenste beltoon en druk op
{>}
.
6
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als u een van de melodieën selecteert, blijft de
beltoon nog enkele seconden klinken als de
beller al heeft opgehangen voordat u opneemt.
U kunt dan een kiestoon of een lege lijn horen
als u opneemt.
TCD210BL(du-du).book Page 19 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen van de handset
20
L
De bij dit product meegeleverde melodieën
worden gebruikt met toestemming van © 2004
M-ZoNE Co., Ltd.
Nachtmodus
Met de nachtmodus stelt u een tijdsvenster in,
waarbinnen de handset niet overgaat voor
externe gesprekken. Deze functie is handig als u
niet wilt worden gestoord als u bijvoorbeeld
slaapt. U kunt de nachtmodus onafhankelijk
instellen voor de handset en het basisstation (blz.
25).
Met de categoriefunctie van het telefoonboek
(blz. 15) kunt u ook bellercategorieën selecteren,
waarvoor de nachtmodus niet geldig is en de
handset wel overgaat (alleen met
nummerherkenning).
Stel eerst de datum en de tijd in (blz. 10).
Begin- en eindtijd voor de nachtmodus
instellen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Inst.beltoon
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Nachtmodus
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Start/einde
en druk op
{>}
.
6
Voer het uur en de minuut waarop u de
functie wilt laten beginnen door voor elk 2
cijfers in te voeren.
L
Als u 12-uurstijd gebruikt, selecteert u
AM
of
PM
met
{*}
voordat u de tijd
invoert.
7
Voer het uur en de minuut waarop u de
functie wilt laten stoppen door voor elk 2
cijfers in te voeren.
L
Als u 12-uurstijd gebruikt, selecteert u
AM
of
PM
met
{*}
voordat u de tijd
invoert.
8
Druk op
{j
/OK
}
.
9
Druk op
{ih}
.
Nachtmodus in / uitschakelen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Inst.beltoon
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Nachtmodus
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Aan/uit
en druk op
{>}
.
6
Druk op
AAN
of
UIT
en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als de nachtmodus is ingeschakeld, wordt
[N]
weergegeven.
Belvertraging voor nachtmodus instellen
Met deze instelling laat u de handset overgaan
tijdens de nachtmodus als de beller lang genoeg
wacht. Als de geselecteerde tijd is verstreken,
gaat de handset over. Dit is handig als iemand u
dringend moet spreken. Als u
Niet
overgaan
selecteert, gaat de handset tijdens
de nachtmodus niet over.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Inst.beltoon
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Nachtmodus
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Belvertraging
en druk op
{>}
.
6
Selecteer de gewenste instelling en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Categorieën selecteren waarvoor de
nachtmodus niet geldt
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Inst.beltoon
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Nachtmodus
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Selecteer groep
en druk op
{>}
.
6
Selecteer de gewenste categorienummers
en druk op
{j
/OK
}
.
TCD210BL(du-du).book Page 20 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen van de handset
21
L
Het geselecteerde categorienummer
knippert.
L
U heft de selectie van een
categorienummer op door er nogmaals op
te drukken. Het nummer stopt met
knipperen.
7
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als er een oproep wordt ontvangen van een
nummer uit een categorie waarvoor de
nachtmodus niet geldt, gaat alleen de handset
over.
Instelling weergave
De standbymodusdisplay selecteren
Basis Nummer
: het huidige
basisstationnummer wordt weergegeven.
Handset Nummer
: het huidige
handsetnummer wordt weergegeven.
Toestel Nr.
: het huidige toestelnummer
wordt weergegeven.
UIT
: alleen de huidige datum en tijd worden
weergegeven.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Display instel.
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Standby Display
en druk op
{>}
.
5
Selecteer de gewenste instelling en druk op
{>}
.
6
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als
Basis Nummer
is geselecteerd en het
huidige basisstationnummer 2 is, wordt
-2-
weergegeven.
L
Als
Handset Nummer
is geselecteerd en
het huidige handsetnummer 2 is, wordt
[2]
weergegeven.
L
Als
Toestel Nr.
is geselecteerd en het
huidige toestelnummer 2 is, wordt
(2)
weergegeven.
De taal wijzigen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Display instel.
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Kies Taal
en druk op
{>}
.
5
Selecteer de gewenste taal en druk op
{>}
.
6
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als u een taal hebt geselecteerd die u niet kunt
lezen, drukt u op
{ih}
,
{j
/OK
}
, drukt u 2
keer op
{e}
, drukt u op
{>}
, drukt u 2 keer op
{v}
, drukt u op
{>}
, drukt u op
{v}
, drukt u
op
{>}
, selecteert u de gewenste taal, en
drukt u op
{>}
. Druk op
{ih}
.
Contrast van display instellen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Display instel.
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Contrast
en druk op
{>}
.
5
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste
contrast wordt weergegeven, en druk op
{>}
.
6
Druk op
{ih}
.
Belopties
Gespreksverbod in / uitschakelen
Met deze functie maakt u het onmogelijk naar
buiten te bellen. Als gespreksverbod is
ingeschakeld, zijn alleen interne gesprekken en
noodnummers (blz. 26) beschikbaar.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Belopties
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Gespreksverbod
en druk op
{>}
.
TCD210BL(du-du).book Page 21 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen van de handset
22
5
Voer
0000
in (de standaard handset-PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 22).
6
Druk op
AAN
of
UIT
en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als gespreksverbod is ingeschakeld, wordt
o
weergegeven.
Automatisch opnemen in /
uitschakelen
Als deze functie is ingeschakeld, kunt u
gesprekken aannemen door de handset van het
basisstation te nemen. U hoeft niet op
{C}
te
drukken.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Belopties
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Auto Spreken
en druk op
{>}
.
5
Druk op
AAN
of
UIT
en druk op
{>}
.
6
Druk op
{ih}
.
Overige opties
De PIN (Personal Identification
Number: persoonlijk identificatie
nummer) van de handset wijzigen
Om veiligheidsredenen moet de PIN van de
handset worden ingevoerd voor het wijzigen van
bepaalde instellingen. De standaard-PIN is
0000
.
Belangrijk:
L
Noteer uw nieuwe PIN als u de PIN wijzigt. De
PIN wordt niet door het toestel weergegeven.
Raadpleeg het dichtstbijzijnde Panasonic-
servicecentrum als u uw PIN bent vergeten.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Overige opties
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
PIN handset
en druk op
{>}
.
5
Voer de huidige handset-PIN van 4 cijfers in.
6
Voer de nieuwe handset-PIN van 4 cijfers in
en druk op
{j
/OK
}
.
7
Druk op
{ih}
.
De LetterWise
®
-taal wijzigen
U kunt de taal wijzigen die voor tekeninvoer met
LetterWise wordt gebruikt (blz. 37, 44).
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Overige opties
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
LetterWise
en druk op
{>}
.
5
Selecteer de gewenste taal en druk op
{>}
.
6
Druk op
{ih}
.
Toetstonen in- en uitschakelen
Toetstonen zijn tonen die worden weergegeven
als een toets wordt ingedrukt. Deze omvatten ook
bevestigings- en fouttonen.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Overige opties
en druk op
{>}
.
4
Selecteer
Toetstonen
en druk op
{>}
.
5
Druk op
AAN
of
UIT
en druk op
{>}
.
6
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als de toetstonen zijn uitgeschakeld, worden
er geen fouttonen weergegeven als u de
verkeerde PIN invoert of als het geheugen vol
is.
De standaardinstellingen van de
handset herstellen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Overige opties
en druk op
{>}
.
TCD210BL(du-du).book Page 22 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen van de handset
23
4
Selecteer
Reset Handset
en druk op
{>}
.
5
Voer
0000
in (de standaard handset-PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 22).
6
Selecteer
JA
en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
De volgende onderdelen worden verwijderd of
op de standaardinstellingen ingesteld:
De instellingen op blz. 18
Herhaallijst
Geluidsverbetering
Categorienamen
Categoriebeltonen
L
De volgende onderdelen blijven behouden:
Nummers in het telefoonboek (de
standaardwaarden voor de categorienamen
en beltonen worden hersteld.)
Datum en tijd
TCD210BL(du-du).book Page 23 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen basisstation
24
Gids voor basisstationinstellingen
Hieronder vindt u een overzicht van alle onderdelen die voor het basisstation kunnen worden
aangepast.
L
Tijdens het instellen van het basisstation wordt het huidige onderdeel of de huidige instelling
aangegeven door
>
.
Opmerking:
L
Er kunnen maximaal 3 menuonderdelen tegelijk worden weergegeven. Voor menuonderdelen die
niet worden weergegeven, gaat u met de navigatietoets,
{e}
of
{v}
naar beneden of naar boven.
Instellingenmenu
basisstation
Submenu Submenu 2 Standaard-
instelling
Blz.
Inst.beltoon Belvolume
Normaal blz. 25
Nachtmodus Start/einde
23:00/06:00 blz. 25
Aan/uit UIT
blz. 25
Belvertraging 60 sec.
blz. 25
Belopties Herhalen 110 msec.
blz. 26
Duur pauze 3 sec.
blz. 26
Noodnummer 112
,
100
,
101
blz. 26
ARS-gegevens Carrier Code UIT
blz. 27
Code Gebied
—blz. 27
Kiesrestrictie
—blz. 27
Overige opties PINbasisstation 0000
blz. 28
Tussenstation UIT
blz. 41
Basis Resetten
—blz. 28
TCD210BL(du-du).book Page 24 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen basisstation
25
Instelling belsignaal
Volume van het belsignaal
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Inst.beltoon
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Belvolume
en druk op
{>}
.
6
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste volume
wordt weergegeven.
7
Druk op
{>}
.
8
Druk op
{ih}
.
Nachtmodus
Met de nachtmodus kunt u een tijdvenster
aangeven waarbinnen het basisstation niet voor
externe oproepen overgaat. Deze functie is
handig als u niet wilt worden gestoord als u
bijvoorbeeld slaapt. De nachtmodus kunt u
onafhankelijk op de handset (blz. 20) en het
basisstation instellen.
Stel eerst de datum en de tijd in (blz. 10).
Begin- en eindtijd voor de nachtmodus
instellen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Inst.beltoon
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Nachtmodus
en druk op
{>}
.
6
Selecteer
Start/einde
en druk op
{>}
.
7
Voer het uur en de minuut waarop u de
functie wilt laten beginnen door voor elk 2
cijfers in te voeren.
L
Als u 12-uurstijd gebruikt, selecteert u
AM
of
PM
met
{*}
voordat u de tijd
invoert.
8
Voer het uur en de minuut waarop u de
functie wilt laten stoppen door voor elk 2
cijfers in te voeren.
L
Als u 12-uurstijd gebruikt, selecteert u
AM
of
PM
met
{*}
voordat u de tijd
invoert.
9
Druk op
{j
/OK
}
.
10
Druk op
{ih}
.
Nachtmodus in / uitschakelen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Inst.beltoon
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Nachtmodus
en druk op
{>}
.
6
Selecteer
Aan/uit
en druk op
{>}
.
7
Druk op
AAN
of
UIT
en druk op
{>}
.
8
Druk op
{ih}
.
Belvertraging voor nachtmodus instellen
Met deze instelling kunt u het basisstation laten
overgaan tijdens de nachtmodus als de beller
lang genoeg wacht. Als de ingestelde tijd is
verlopen, gaat het basisstation over. Dit is handig
als iemand u dringend moet spreken.
Als u
Niet overgaan
selecteert, gaat het
basisstation tijdens de nachtmodus niet over.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
TCD210BL(du-du).book Page 25 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen basisstation
26
4
Selecteer
Inst.beltoon
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Nachtmodus
en druk op
{>}
.
6
Selecteer
Belvertraging
en druk op
{>}
.
7
Selecteer de gewenste instelling en druk op
{>}
.
8
Druk op
{ih}
.
Belopties
De herhaalduur wijzigen
Wijzig indien nodig de herhaalduur, afhankelijk
van de vereisten van het telefoonbedrijf of de
huiscentrale.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Belopties
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Herhalen
en druk op
{>}
.
6
Selecteer de gewenste instelling en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
De pauzeduur instellen
Wijzig indien nodig de pauzeduur, afhankelijk van
de vereisten van het telefoonbedrijf of de
huiscentrale.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Belopties
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Duur pauze
en druk op
{>}
.
6
Selecteer de gewenste instelling en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Noodnummers opslaan / wijzigen
Met deze instellingen bepaalt u welke
telefoonnummers kunnen worden gebruikt als
gespreksverbod is ingeschakeld (blz. 21).
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Belopties
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Noodnummer
en druk op
{>}
.
6
Selecteer een geheugenlocatie en druk op
{>}
.
L
Als de geheugenlocatie al een
noodnummer bevat, wordt het nummer
weergegeven.
7
Voer het nummer in of bewerk het, en druk op
{j
/OK
}
.
L
Houd voor het wissen van een
noodnummer
{
C/
T
}
ingedrukt.
8
Druk op
{ih}
.
ARS (Automatic Route Selection:
automatische route-selectie)
Verschillende telefoonbedrijven hebben
verschillende tarieven voor bellen naar
verschillende gebieden. Als u om geld te
besparen verschillende telefoonaanbieders
gebruikt, kunt u automatische routeselectie zo
programmeren dat automatisch de juiste
maatschappijcode wordt ingevoerd voor het
netnummer dat u belt.
Belangrijk:
L
Om van automatische route-selectie gebruik te
kunnen maken, moet u:
zijn aangemeld bij de telefoonaanbieder die
u gebruikt
de maatschappijcodes die u gebruikt
opslaan
de netnummers opslaan die u met een
specifieke maatschappijcode wilt bellen
TCD210BL(du-du).book Page 26 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen basisstation
27
een maatschappijcode aan elk opgeslagen
netnummer toewijzen
Neem voor de beltarieven contact op met uw
telefoonaanbieder(s).
Voorbeeld:
U hebt maatschappijcode “9876”
toegewezen aan netnummer “123”.
Als u “123-4567” belt, belt de telefoon “9876-123-
4567”.
De maatschappijcodes voor ARS opslaan
(ARS inschakelen)
Sla de maatschappijcodes op van de
telefoonaanbieders die u gebruikt. U kunt
maximaal 5 maatschappijcodes opslaan.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Belopties
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
ARS-gegevens
en druk op
{>}
.
6
Selecteer
Carrier Code
en druk op
{>}
.
7
Selecteer
AAN
en druk op
{>}
.
8
Selecteer een maatschappijcodepositie (C1
tot C5) en druk op
{>}
.
L
Als de positie al een maatschappijcode
bevat, wordt de code weergegeven.
9
Voer de maatschappijcode in (maximaal 7
cijfers) en druk op
{j
/OK
}
.
10
Druk op
{ih}
.
Netnummers voor ARS opslaan
Sla de netnummers op die via een specifieke
aanbieder moeten worden gebeld. U kunt
maximaal 25 netnummers opslaan.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Belopties
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
ARS-gegevens
en druk op
{>}
.
6
Selecteer
Code Gebied
en druk op
{>}
.
7
Selecteer een netnummerpositie (1 tot 25)
en druk op
{>}
.
L
Als de positie al een netnummer bevat,
wordt het nummer weergegeven.
8
Voer een netnummer in (maximaal 5 cijfers)
en druk op
{j
/OK
}
.
9
Selecteer een maatschappijcode die u
eerder hebt opgeslagen (C1 tot C5) en druk
op
{>}
.
L
Deze maatschappijcode wordt
automatisch gekozen als u naar dit
netnummer belt.
10
Druk op
{ih}
.
ARS uitschakelen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Belopties
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
ARS-gegevens
en druk op
{>}
.
6
Selecteer
Carrier Code
en druk op
{>}
.
7
Selecteer
UIT
en druk op
{>}
.
8
Druk op
{ih}
.
Kiesrestrictie instellen
U kunt ervoor zorgen dat vanaf bepaalde
handsets bepaalde telefoonnummers niet
kunnen worden gebeld. U kunt kiesrestrictie
instellen voor maximaal 6 telefoonnummers en
aangeven voor welke handsets de restrictie
geldt. Als u hier netnummers opslaat, voorkomt u
dat vanaf de beperkte handsets een
telefoonnummer met dat netnummer kan worden
gebeld. Als er een uitgeschakeld nummer wordt
gebeld, wordt er geen verbinding gemaakt en
TCD210BL(du-du).book Page 27 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen basisstation
28
knippert het uitgeschakelde nummer op de
display.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Belopties
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Kiesrestrictie
en druk op
{>}
.
6
Stel in welke handsets onder de restrictie
vallen door op het gewenste handsetnummer
te drukken.
L
Alle geregistreerde handsetnummers
worden weergegeven.
L
Knipperende nummers geven aan dat
kiesrestrictie voor de bijbehorende
handset is ingeschakeld.
L
U schakelt de restrictie voor een handset
uit door opnieuw op het nummer te
drukken. Het nummer stopt met knipperen.
7
Druk op
{j
/OK
}
.
8
Selecteer een geheugenlocatie en druk op
{>}
.
L
Als de geheugenlocatie al een
uitgeschakeld nummer bevat, wordt het
nummer weergegeven.
9
Voer het telefoonnummer of netnummer in
dat u wilt uitschakelen (maximaal 8 cijfers) en
druk op
{j
/OK
}
.
L
Druk voor het wissen van een
uitgeschakeld nummer op
{
C/
T
}
.
10
Druk op
{ih}
.
Overige opties
De PIN (Personal Identification
Number: persoonlijk identificatie
nummer) van het basisstation
wijzigen
Om veiligheidsredenen moet de PIN van het
basisstation worden ingevoerd voor het wijzigen
van bepaalde instellingen. De standaard-PIN is
0000
.
Belangrijk:
L
Noteer uw nieuwe PIN als u de PIN wijzigt. De
PIN wordt niet door het toestel weergegeven.
Raadpleeg het dichtstbijzijnde Panasonic-
servicecentrum als u uw PIN bent vergeten.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in.
4
Selecteer
Overige opties
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
PINbasisstation
en druk op
{>}
.
6
Voer de nieuwe basisstation-PIN van 4 cijfers
in en druk op
{j
/OK
}
.
7
Druk op
{ih}
.
De standaardinstellingen van het
basisstation herstellen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Overige opties
en druk op
{>}
.
TCD210BL(du-du).book Page 28 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Instellingen basisstation
29
5
Selecteer
Basis Resetten
en druk op
{>}
.
6
Selecteer
JA
en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
De volgende onderdelen worden verwijderd of
op de standaardinstellingen ingesteld:
De instellingen op blz. 24, 35
Alle SMS-berichten
Bellerlijst
L
De volgende onderdelen blijven behouden:
Datum en tijd
Herhaalmodus
TCD210BL(du-du).book Page 29 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Nummerherkenning
30
Nummerherkenning
gebruiken
Belangrijk:
L
Dit apparaat ondersteunt nummerherkenning.
Voor het gebruik van
nummerherkenningsmogelijkheden (zoals
weergave van het nummer van de beller) moet
u zich aanmelden voor nummerherkenning.
Neem voor details contact op met uw
aanbieder.
Nummerherkenningsmogelijkheden
Als u een externe oproep ontvangt, kan het
telefoonnummer van de beller worden
weergegeven.
L
De telefoonnummers van de laatste 50
verschillende bellers worden in de bellerlijst
opgeslagen.
L
Als nummerinformatie wordt ontvangen die
overeenkomt met een telefoonnummer in het
telefoonboek van de telefoon:
Wordt de opgeslagen naam weergegeven
en in de bellerlijst opgenomen.
De handset gebruikt de beltoon die aan de
categorie van de beller is toegewezen.
L
Als het apparaat is aangesloten op een
huiscentrale (PBX), kunt u mogelijk de
bellerinfo niet ontvangen.
L
Als de beller uit een plaats heeft gebeld waar
nummerherkenning niet beschikbaar is, wordt
er
Anonieme Beller
weergegeven.
L
Als de beller heeft ingesteld dat er geen
bellerinfo wordt verzonden, wordt er geen
informatie of
Anonieme Beller
weergegeven.
Gemiste oproepen
Als een oproep niet wordt aangenomen, wordt
deze door het toestel als een gemiste oproep
beschouwd. Op het display wordt het aantal
gemiste oproepen weergegeven. Hierdoor weet
u of u de bellerlijst moet bekijken om te zien wie
er heeft gebeld terwijl u weg was.
Nummerherkenning wisselgesprek
Dit is een dienst van het telefoonbedrijf en werkt
alleen als u erop geabonneerd bent. Als u tijdens
een gesprek een wisselgesprekstoon hoort, geeft
de display de bellerinfo van de tweede oproep
weer. Als u naar het tweede gesprek gaat, wordt
het eerste in de wacht gezet. Raadpleeg het
telefoonbedrijf voor meer informatie over deze
dienst.
Categoriemogelijkheden voor
gebruikers van nummerherkenning
Met categorieën herkent u makkelijker wie
opbelt, doordat andere beltonen worden gebruikt
voor de verschillende bellercategorieën. Als u
een nummer aan het telefoonboek toevoegt, wijst
u dit aan de gewenste categorie toe (blz. 15). Als
u wordt opgebeld door iemand die aan een
categorie is toegewezen, wordt de door u
ingestelde categoriebeltoon gebruikt.
Categoriebeltonen wijzigen
U kunt voor elke categorie een beltoon instellen.
Als u
Beltoon ext.
selecteert, gebruikt het
toestel de externe beltoon die u bij blz. 19 hebt
ingesteld als u een oproep uit deze categorie
ontvangt. De standaardinstelling is
Beltoon
ext.
.
1
Druk op
{k}
en druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Belgroep
en druk op
{>}
.
3
Selecteer een categorie en druk op
{>}
.
4
Selecteer de huidige instelling voor de
beltoon van de categorie en druk op
{>}
.
5
Selecteer de gewenste beltoon en druk op
{>}
.
6
Druk op
{ih}
.
Bellerlijst
De bellerlijst weergeven en
terugbellen
De telefoonnummers van de laatste 50
verschillende bellers worden in de bellerlijst
opgeslagen. Als de 51ste oproep wordt
TCD210BL(du-du).book Page 30 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Nummerherkenning
31
ontvangen, wordt de oudste bellerinfo
automatisch gewist. Met deze lijst kunt u gemiste
oproepen terugbellen.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Bellerlijst
en druk op
{>}
.
L
De recentste oproep wordt weergegeven.
3
Zoek vanaf de meest recente oproep met
{v}
of vanaf de oudste met
{e}
.
L
Als een onderdeel al is bekeken of
beantwoord, wordt “
Q
” weergegeven, ook
al is dit vanaf een andere handset
gebeurd.
4
Druk op
{C}
of
{s}
als u het weergegeven
nummer wilt terugbellen.
Telefoonnummers van bellers
bewerken voordat u terugbelt
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Bellerlijst
en druk op
{>}
.
3
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste
nummer wordt weergegeven.
4
Cijfers toevoegen
Druk op een kiestoets (
{
0
}
tot
{
9
}
).
L
Het cijfer dat u indrukte wordt voor het
huidige cijfer ingevoegd.
Cijfers verwijderen
Druk op
{j
/OK
}
, selecteer
Bewerk en
bel
en druk op
{>}
.
Plaats met
{<}
of
{>}
de cursor op het cijfer
dat u wilt wissen en druk op
{
C/
T
}
.
5
Druk op
{C}
of
{s}
.
Gegevens van bellers wissen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Bellerlijst
en druk op
{>}
.
3
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste
nummer wordt weergegeven, en druk op
{j
/OK
}
.
4
Selecteer
Wissen
en druk op
{>}
.
L
Selecteer voor het wissen van alle namen
Alles wissen
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
JA
en druk op
{>}
.
6
Druk op
{ih}
.
Bellerinfo in het telefoonboek
opslaan
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Bellerlijst
en druk op
{>}
.
3
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste
nummer wordt weergegeven, en druk op
{j
/OK
}
.
4
Selecteer
In telefoonboek
en druk op
{>}
.
5
Ga verder vanaf stap 3, “Nummers aan het
telefoonboek toevoegen”, blz. 15.
Voicemailservice
Voicemail is een automatische berichtendienst
van het telefoonbedrijf. Als u een abonnement op
deze dienst neemt, kunnen mensen een bericht
voor u achterlaten als u de telefoon niet kunt
opnemen of als u in gesprek bent. De berichten
worden door het telefoonbedrijf opgenomen, niet
door uw telefoon.
Als u nieuwe berichten hebt, wordt op de handset
0
weergegeven.
Raadpleeg het telefoonbedrijf voor meer
informatie over deze dienst.
Opmerking:
L
Als ook na het beluisteren van de nieuwe
berichten
0
op de display wordt
weergegeven, schakelt u dit uit door 2
seconden
{
C/
T
}
ingedrukt te houden.
TCD210BL(du-du).book Page 31 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
SMS (Short Message Service)
32
SMS (Short Message
Service) gebruiken
Met SMS kunt u tekstberichten verzenden naar
en ontvangen van andere vaste en mobiele
telefoons die compatibele SMS-netwerken en -
mogelijkheden ondersteunen.
Belangrijk:
L
Als u SMS wilt gebruiken, moet u:
u aanmelden voor nummerherkenning en/of
de benodigde dienst
controleren of SMS is ingeschakeld
controleren of de juiste nummers voor het
berichtencentrum zijn opgeslagen
Neem voor details en beschikbaarheid contact
op met uw serviceprovider.
Opmerking:
L
U kunt maximaal 47 berichten (bij 160 tekens
per bericht) opslaan. Het totale aantal kan
meer zijn dan 47 als de lengte van de berichten
minder is dan 160 lettertekens/bericht.
L
Als het apparaat is aangesloten op een
huiscentrale (PBX), kunt u mogelijk de SMS-
functie niet gebruiken.
SMS in / uitschakelen
De standaardinstelling is
AAN
.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
SMS
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Instellingen
en druk op
{>}
.
4
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
5
Selecteer
SMS AAN/UIT
en druk op
{>}
.
6
Druk op
AAN
of
UIT
en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als u een bericht probeert te verzenden als
SMS is uitgeschakeld, wordt er een toon
weergegeven en wordt het bericht met het
label
FD
in de ontvangstlijst geplaatst.
L
Als iemand u een bericht probeert te sturen
terwijl SMS is uitgeschakeld, ontvangt u het
bericht niet en wordt het nummer van het
berichtencentrum in de bellerlijst opgenomen.
SMS-
berichtencentrumnummers
wijzigen
Voor het verzenden en ontvangen van SMS-
berichten moeten de telefoonnummers van SMS-
berichtencentra worden opgeslagen.
De volgende nummers (voor SMS-diensten van
Belgacom) zijn al in het apparaat
voorgeprogrammeerd. U kunt deze indien nodig
wijzigen.
Berichtencentrum 1: 1717
Berichtencentrum 2: 01717
L
Raadpleeg de serviceprovider voor meer
informatie.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
SMS
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Instellingen
en druk op
{>}
.
4
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
5
Druk op
Message Centre1
of
Message
Centre2
en druk op
{>}
.
6
Bewerk indien nodig het nummer en druk op
{j
/OK
}
.
7
Selecteer
Opslaan
en druk op
{>}
.
8
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als de telefoon op een huiscentrale is
aangesloten, moet u het toegangsnummer van
de huiscentrale en een kiespauze toevoegen
aan het begin van het telefoonnummer voor
Berichtencentrum 1.
TCD210BL(du-du).book Page 32 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
SMS (Short Message Service)
33
Berichten verzenden
Nieuwe berichten opstellen en
verzenden
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
SMS
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Creeër
en druk op
{>}
.
L
Als
^
L’tste Tekst?
wordt
weergegeven, kunt u de tekst gebruiken
van het laatste bericht dat u hebt opgesteld
door op
{e}
te drukken.
4
Voer het bericht in (blz. 37) en druk op
{j
/OK
}
.
5
Voer het telefoonnummer in (maximaal 20
cijfers) en druk op
{j
/OK
}
.
L
Als u het bericht wilt verzenden naar een
nummer dat in het telefoonboek is
opgeslagen, drukt u op
{k}
, selecteert u
de ingevoerde naam, en drukt u 2 keer op
{j
/OK
}
.
L
Als u het bericht wilt verzenden naar een
telefoonnummer in de bellerlijst, selecteert
u het telefoonnummer met
{e}
of
{v}
en
drukt u 2 keer op
{j
/OK
}
.
L
Als u het bericht wilt verzenden naar een
telefoonnummer in de herhaallijst,
selecteert u het telefoonnummer met
{R}
en drukt u 2 keer op
{j
/OK
}
.
6
Selecteer voor het opslaan van het bericht
JA
en druk op
{>}
.
L
Selecteer voor verzenden van het bericht
zonder opslaan
NEE
en druk op
{>}
.
7
Selecteer voor het verzenden van het bericht
Verzenden
en druk op
{>}
.
L
Druk op
{ih}
om het verzenden te
annuleren.
Opmerking:
L
Dit toestel ondersteunt SMS-berichten van
maximaal 612 tekens. Het maximum aantal
tekens dat u kunt ontvangen of verzenden kan
echter door de SMS-aanbieder zijn beperkt.
Neem voor details contact op met de SMS-
aanbieder.
L
Als het bericht langer dan 160 tekens is, wordt
@@
Lang Bericht
@@
weergegeven. De
SMS-aanbieder kan lange berichten anders
behandelen dan andere berichten. Neem voor
details contact op met uw aanbieder.
L
Ongeldig Nummer
wordt weergegeven als
u een bericht probeert te verzenden naar een
telefoonnummer uit het telefoonboek, de
bellerlijst of de herhaallijst dat meer dan 20
cijfers lang is.
L
Tijdens het verzenden van berichten wordt kort
Verzenden Bericht
weergegeven, en
daarna
Bericht Zenden
.
L
Sla, als de telefoon op een huiscentrale is
aangesloten het toegangsnummer hiervoor op
(blz. 35).
Een specifiek toestel selecteren als u een
bericht verzendt
Als u een bericht verzendt naar iemand die
meerdere telefoons met SMS-mogelijkheden
bezit, selecteert u naar welke telefoon (welk
toestel) u het bericht verzendt. Als de ontvanger
maar één telefoon met SMS-mogelijkheden
heeft, hoeft u bij het verzenden geen
toestelnummer te selecteren.
1
Schrijf een bericht (blz. 33), maar verstuur dit
nog niet.
2
Voordat u
Verzenden
selecteert,
selecteert u
Toestel Nr.
en drukt u op
{>}
.
3
Voer een toestelnummer in (0 tot 9) en druk
op
{j
/OK
}
.
4
Selecteer
Verzenden
en druk op
{>}
.
Opgeslagen berichten verzenden
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
SMS
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Verzend Lijst
en druk op
{>}
.
4
Ga voor het lezen van opgeslagen berichten
met
{e}
of
{v}
naar het bericht en druk op
{j
/OK
}
.
L
Berichten worden in chronologische
volgorde en op gekozen telefoonnummer
weergegeven.
TCD210BL(du-du).book Page 33 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
SMS (Short Message Service)
34
5
Druk voor het verzenden van het bericht op
{j
/OK
}
, selecteer
Verzenden
en druk
op
{>}
.
6
Wis alle nummers door
{
C/
T
}
ingedrukt te
houden en ga verder met stap 5, “Nieuwe
berichten opstellen en verzenden”, blz. 33.
Opgeslagen berichten bewerken en
verzenden
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
SMS
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Verzend Lijst
en druk op
{>}
.
4
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste bericht
wordt weergegeven, en druk op
{j
/OK
}
.
5
Druk op
{j
/OK
}
, selecteer
Wijzig
Bericht
, druk op
{>}
, en ga verder vanaf
stap 4, “Nieuwe berichten opstellen en
verzenden”, blz. 33.
Opgeslagen berichten wissen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
SMS
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Verzend Lijst
en druk op
{>}
.
4
Druk op
{e}
of
{v}
tot het gewenste bericht
wordt weergegeven, en druk op
{j
/OK
}
.
5
Druk op
{j
/OK
}
, selecteer
Wissen
en
druk op
{>}
.
L
Selecteer voor het wissen van alle
berichten
Alles wissen
en druk op
{>}
.
6
Selecteer
JA
en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Berichten ontvangen
Wanneer een SMS bericht ontvangen wordt:
wordt een toon gehoord (als het belsignaal
afgezet is, wordt deze toon niet gehoord)
Ontvangt SMS-bericht
wordt
weergegeven
F
wordt weergegeven
Ontvangen berichten lezen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
SMS
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Ontvang Lijst
en druk op
{>}
.
4
Selecteer een bericht met
{e}
of
{v}
.
L
Berichten die al zijn gelezen, worden
gemarkeerd met
Q
”, ook als deze via een
andere handset zijn gelezen.
5
Druk op
{j
/OK
}
als u de inhoud van het
bericht wilt lezen.
Opmerking:
L
Druk op
{C}
of
{s}
als u de afzender wilt
opbellen.
L
Als
SMS vol
wordt weergegeven, kunt u
geen nieuwe SMS-berichten ontvangen. Wis
overbodige berichten (blz. 34, 35).
L
Als u een bericht ontvangt van iemand die in
het telefoonboek staat, wordt de opgeslagen
naam weergegeven.
L
Sommige SMS-aanbieders voegen een 1-
cijferig nummer toe aan het telefoonnummer
van de afzender, waardoor de namen uit het
telefoonboek wellicht niet worden
weergegeven.
Berichten beantwoorden
1
Druk tijdens het lezen van een ontvangen
bericht op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Antwoord
en druk op
{>}
.
3
Voer een bericht in (blz. 37) en druk op
{j
/OK
}
.
4
Bewerk het telefoonnummer waarnaar u
verzendt en/of druk op
{j
/OK
}
.
5
Ga verder vanaf stap 6, “Nieuwe berichten
opstellen en verzenden”, blz. 33.
Berichten bewerken / doorsturen
1
Druk tijdens het lezen van een ontvangen
bericht op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Wijzig Bericht
en druk op
{>}
.
3
Ga verder vanaf stap 4, “Nieuwe berichten
opstellen en verzenden”, blz. 33.
TCD210BL(du-du).book Page 34 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
SMS (Short Message Service)
35
Ontvangen berichten wissen
1
Druk tijdens het lezen van een ontvangen
bericht op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Wissen
en druk op
{>}
.
L
Selecteer voor het wissen van alle
berichten
Alles wissen
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
JA
en druk op
{>}
.
4
Druk op
{ih}
.
Het telefoonnummer van de afzender
in het telefoonboek opslaan
1
Druk tijdens het lezen van een ontvangen
bericht op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
In telefoonboek
en druk op
{>}
.
3
Ga verder vanaf stap 3, “Nummers aan het
telefoonboek toevoegen”, blz. 15.
Het telefoonnummer van de afzender
bewerken voordat u terugbelt
1
Druk tijdens het lezen van een ontvangen
bericht op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Bewerk en bel
en druk op
{>}
.
3
Bewerk het telefoonnummer en druk op
{C}
of
{s}
.
Gids voor SMS-instellingen
Als de standaardinstellingen van het basisstation
worden hersteld (blz. 28), worden de volgende
SMS-instellingen hersteld.
Opmerking:
L
Als de standaardinstellingen van het
basisstation worden hersteld, wordt de inhoud
van de lijsten met ontvangen en verzonden
berichten gewist.
Een toestelnummer aan het
basisstation toewijzen
Als u meerdere telefoons met SMS-
mogelijkheden bezit, kunt u anderen SMS-
berichten specifiek naar dit toestel laten
verzenden door een toestelnummer toe te
wijzen. Als anderen dit toestelnummer invoeren
als zij u een SMS-bericht sturen, ontvangt u het
bericht alleen op dit toestel.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
SMS
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Instellingen
en druk op
{>}
.
4
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
5
Selecteer
Toestel Nr.
en druk op
{>}
.
6
Voer het gewenste nummer in (0 tot 9) en
druk op
{j
/OK
}
.
7
Selecteer
Opslaan
en druk op
{>}
.
8
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als u SMS-berichten specifiek op dit toestel
wilt ontvangen, laat u anderen het toegewezen
toestelnummer weten.
Het toegangsnummer voor de
huiscentrale opslaan (alleen bij
huiscentrales)
Sla het toegangsnummer voor de huiscentrale
(maximaal 4 cijfers) op, zodat SMS-berichten
goed worden verzonden. Tijdens het verzenden
van SMS-berichten naar nummers in het
telefoonboek, of de herhaallijst, zal het
toegangsnummer voor de huiscentrale worden
verwijderd.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
SMS-instellingen Standaard-
instelling
Blz.
SMS aan/uit
AAN
blz. 32
Berichtencentrum 1
1717
blz. 32
Berichtencentrum 2
01717
blz. 32
Toestelnummer
0
blz. 35
Toegangsnummer
huiscentrale
UIT
blz. 35
TCD210BL(du-du).book Page 35 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
SMS (Short Message Service)
36
2
Selecteer
SMS
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Instellingen
en druk op
{>}
.
4
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
5
Selecteer
Nr buitenlijn
en druk op
{>}
.
6
Selecteer
AAN
en druk op
{>}
.
7
Voer de toegangscode voor de huiscentrale
in en indien nodig een kiespauze, en druk op
{j
/OK
}
.
8
Selecteer
Opslaan
en druk op
{>}
.
9
Druk op
{ih}
.
TCD210BL(du-du).book Page 36 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
SMS (Short Message Service)
37
Beschikbare tekeninvoer voor SMS
Belangrijk:
L
Zie blz. 44 voor tekeninvoer voor het invoeren van de naam voor het telefoonboek enzovoorts.
Tekens en cijfers voert u in met de kiestoetsen. Elke kiestoets heeft meerdere tekens. De beschikbare
tekensets zijn LetterWise, Alfabetisch, Numeriek, Grieks en Uitgebreid. Voor tekens uit de Alfabetische
(ABC), Griekse (
F
) of Uitgebreide (
G
) tekenset, selecteert u het teken door de kiestoets meerdere
keren in te drukken.
L
Als het tekeninvoerscherm door het toestel wordt weergegeven:
Verplaats de cursor met
{<}
of
{>}
.
Druk op de kiestoetsen voor het invoeren van tekens en cijfers.
–Druk op
{
C/
T
}
voor het wissen van het teken of cijfer dat door de cursor wordt gemarkeerd. Houd
{
C/
T
}
ingedrukt als u alle tekens en cijfers wilt wissen.
–Druk op
{*}
voor hoofdletters of kleine letters.
Als u met dezelfde kiestoets een volgend teken wilt invoeren, drukt u op
{>}
om de cursor naar de
volgende positie te verplaatsen en drukt u op de bijbehorende kiestoets. (Dit is niet nodig als u tekst
invoert met LetterWise.)
Tekeninvoermodi
Er zijn verschillende tekeninvoermodi beschikbaar. Als het tekeninvoerscherm door het toestel wordt
weergegeven, drukt u op
{k}
, selecteert u een tekeninvoermodus, en drukt u op
{>}
. De
standaardmodus is Alfabetisch.
LetterWise-tekentabel (voor Nederlands)
LetterWise is een vereenvoudigd tekstinvoersysteem dat de meest waarschijnlijke volgende letter
voorstelt die op de ingevoerde tekst kan volgen. Tekst kan sneller worden ingevoerd, omdat het aantal
toetsindrukken wordt verminderd. U kunt de taal wijzigen die voor tekeninvoer met LetterWise wordt
gebruikt (blz. 22). De standaardinstelling is
FRANCAIS
.
L
Telkens als u op een kiestoets drukt, stelt LetterWise een teken voor. Als het voorgestelde teken niet
juist is, drukt u op
{
#
}
tot het gewenste teken wordt weergegeven.
TCD210BL(du-du).book Page 37 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
SMS (Short Message Service)
38
Alfabetische tekentabel (ABC)
Tabel cijferinvoer (0-9)
Tabel Griekse tekens (
M
)
Tabel uitgebreide tekenset (
N
)
L
Het volgende wordt voor zowel hoofdletters als kleine letters gebruikt:
TCD210BL(du-du).book Page 38 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Meerdere apparaten bedienen
39
Aanvullende apparaten
bedienen
Aanvullende handsets
Bij elk basisstation kunnen maximaal 6 handsets
worden geregistreerd. Aanvullende handsets
geven u de vrijheid om bijvoorbeeld een intern
gesprek met een andere handset te voeren,
terwijl via de derde handset naar buiten wordt
gebeld. Zie blz. 5 voor informatie over het
bestellen van aanvullende handsets.
Belangrijk:
L
Het model aanvullende handset voor dit
toestel vindt u op blz. 5. Als u een ander model
handset gebruikt, kunnen sommige functies
(handsetinstellingen, basisstationinstellingen
enzovoort) niet beschikbaar zijn.
Aanvullende basisstations
Handsets kunnen bij maximaal 4 basisstations
worden geregistreerd, zodat u aanvullende
basisstations kunt toevoegen om het
werkingsbereik van de handset(s) te vergroten.
Als een handset buiten bereik van zijn
basisstation komt en
Automatisch
voor
basisstationselectie (blz. 40) is geselecteerd,
wordt er naar een ander basisstation voor het
opbellen en ontvangen van gesprekken gezocht.
Het basisstation en de handsets waarmee deze
communiceert vormen een “radiocel”.
Opmerking:
L
Gesprekken worden afgebroken als de
handset van de ene radiocel naar de andere
gaat.
L
Interne gesprekken en het doorschakelen van
gesprekken zijn alleen mogelijk tussen
handsets binnen dezelfde radiocel.
Een handset bij een
basisstation registreren
Een extra handset bij een basisstation
registreren (snelle registratie)
De geleverde handset en basisstation zijn al
geregistreerd. Nadat u een extra handset hebt
gekocht, registreert u deze bij het basisstation.
Controleer of de extra handset aan staat. Als
deze niet aan staat, schakelt u de handset in door
enkele seconden op
{ih}
te drukken.
1
Til de bijgevoegde handset op en druk op
{ih}
om de handset in standbymodus te
zetten.
2
Houd
{x}
op het basisstation ongeveer 3
seconden ingedrukt, tot de registratietoon
wordt weergegeven.
3
Plaats de extra handset op het basisstation.
De registratietoon blijft klinken. Wacht met
de handset op het basisstation tot er een
bevestigingstoon wordt weergegeven en
w
stopt met knipperen.
Opmerking:
L
Als er een fouttoon wordt weergegeven of als
w
blijft knipperen, registreert u de handset
handmatig (handmatige registratie, blz. 39).
L
Als alle geregistreerde handsets in stap 2
overgaan, breekt u af met
{x}
. Begin opnieuw
vanaf stap 1.
L
Laad de batterijen van de extra handset 7 uur
op voordat u deze gaat gebruiken.
L
Deze registratiemethode kan niet worden
gebruikt voor handsets die al bij een
basisstation zijn geregistreerd. Registreer de
handset handmatig (handmatige registratie,
blz. 39).
Een handset bij een extra basisstation
registreren (handmatige registratie)
Handsets registreert u als volgt handmatig bij een
basisstation.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
TCD210BL(du-du).book Page 39 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Meerdere apparaten bedienen
40
3
Selecteer
Aan/Afmelden
en druk 2 keer
op
{>}
.
4
Selecteer een basisstationnummer en druk
op
{>}
.
L
Dit nummer wordt door de handset alleen
ter referentie gebruikt.
5
Houd
{x}
op het basisstation ongeveer 3
seconden ingedrukt, tot de registratietoon
wordt weergegeven.
L
Als alle geregistreerde handsets
overgaan, breekt u af met
{x}
en herhaalt
u deze stap.
L
Nadat u op
{x}
hebt gedrukt, moet de rest
van de procedure binnen 1 minuut worden
afgewikkeld.
6
Wacht tot
PIN Basis
wordt weergegeven
en voer
0000
in (de standaard
basisstation-PIN) en druk op
{j
/OK
}
.
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
L
Als de handset met succes is
geregistreerd, stopt
w
met knipperen. Als
toetstonen is ingeschakeld (blz. 22), wordt
er een bevestigingstoon weergegeven.
Een basisstation selecteren
Als
Automatisch
is geselecteerd, gebruikt de
handset automatisch elk beschikbaar
basisstation waarop deze is geregistreerd. Als
een specifiek basisstation wordt geselecteerd,
wordt met de handset alleen via dat basisstation
gebeld. Als de handset buiten bereik van het
basisstation is, kan er niet mee worden gebeld.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Kies Basis
en druk op
{>}
.
4
Selecteer het gewenste basisstationnummer
of
Automatisch
en druk op
{>}
.
L
De handset zoekt naar het basisstation.
Een handset annuleren
Er kunnen maximaal 6 handsets bij een
basisstation worden geregistreerd. Met een
handset kunt u de registratie daarvan (of de
registratie van een andere handset) bij het
basisstation opheffen. Hierdoor kan het
basisstation de handset “vergeten”.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Voer
335
in.
5
Selecteer
H/set annuleren
en druk op
{>}
.
L
De nummers van alle bij het basisstation
geregistreerde handsets worden
weergegeven.
6
Selecteer de handset(s) die u wilt annuleren
door op het gewenste handsetnummer te
drukken.
L
De geselecteerde handsetnummers
knipperen.
L
U heft de selectie van een handsetnummer
op door er nogmaals op te drukken. Het
nummer stopt met knipperen.
7
Druk op
{j
/OK
}
.
8
Selecteer
JA
en druk op
{>}
.
9
Druk op
{ih}
.
Een basisstation annuleren
Een handset kan maximaal bij 4 basisstations
worden geregistreerd. Met een handset kunt u de
registratie ervan bij een basisstation opheffen.
Hierdoor kan de handset het basisstation
“vergeten”.
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Handset instel.
en druk op
{>}
.
3
Selecteer
Aan/Afmelden
en druk op
{>}
.
4
Voer
335
in.
5
Selecteer
Afmelden Basis
en druk op
{>}
.
6
Voer
0000
in (de standaard handset-PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 22).
TCD210BL(du-du).book Page 40 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Meerdere apparaten bedienen
41
7
Selecteer de basisstations die u wilt
annuleren door op het gewenste
basisstationnummer te drukken.
L
De geselecteerde basisstationnummers
knipperen.
L
Als u een geselecteerd
basisstationnummer wilt annuleren, drukt
u nogmaals op het nummer. Het nummer
stopt met knipperen.
8
Druk op
{j
/OK
}
.
9
Selecteer
JA
en druk op
{>}
.
10
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Zie handmatige registratie (blz. 39) als u de
handset bij een ander basisstation of weer bij
hetzelfde basisstation wilt registreren.
Het bereik van het basisstation
vergroten
U kunt het bereik van het basisstation vergroten
met een DECT-repeater. Gebruik alleen de
Panasonic DECT-repeater zoals vermeld op blz.
5. Raadpleeg uw Panasonic-verkoper voor meer
informatie.
Belangrijk:
L
Voordat u de repeater bij dit basisstation
registreert, schakelt u de repeatermodus in.
De repeatermodus in-/uitschakelen
1
Druk op
{j
/OK
}
.
2
Selecteer
Basisstation
en druk op
{>}
.
3
Voer
0000
in (de standaard basisstation-
PIN).
L
Als u de PIN hebt gewijzigd, voert u de
nieuwe PIN in (blz. 28).
4
Selecteer
Overige opties
en druk op
{>}
.
5
Selecteer
Tussenstation
en druk op
{>}
.
6
Druk op
AAN
of
UIT
en druk op
{>}
.
7
Druk op
{ih}
.
Opmerking:
L
Als u de herhalermodus in- of uitschakelt, kunt
u gedurende enige ogenblikken niet bellen of
gebeld worden.
Intercom tussen handsets
Interne gesprekken kunnen worden gevoerd
tussen handsets binnen dezelfde radiocel, maar
niet tussen handsets in verschillende radiocellen.
Voorbeeld:
Als met handset 1 handset 2 wordt
gebeld
1
Handset 1:
Druk op
{
INT
}
en
{
2
}
(het gewenste
handsetnummer).
2
Handset 2:
Neem op met
{C}
of
{s}
.
3
Als het gesprek beëindigd is, drukt u op
{ih}
.
Gesprekken doorverbinden
tussen handsets, vergaderen
U kunt externe gesprekken doorverbinden
tussen 2 handsets binnen dezelfde radiocel. 2
handsets binnen dezelfde radiocel kunnen
vergaderen met een externe partij.
Voorbeeld:
Als u met handset 1 een gesprek
doorverbindt naar handset 2
1
Handset 1:
Druk tijdens een extern gesprek op
{
INT
}
en
{
2
}
(het gewenste handsetnummer).
L
Het externe gesprek komt in de wacht te
staan.
L
Druk als er geen antwoord is op
{
INT
}
om
terug te keren naar het externe gesprek.
2
Handset 2:
Neem op met
{C}
of
{s}
.
L
Handset 2 kan met handset 1 praten.
3
Handset 1:
Druk op
{ih}
als u het doorschakelen wilt
voltooien.
Voor het opzetten van een vergadering drukt
u op
{
3
}
.
TCD210BL(du-du).book Page 41 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Meerdere apparaten bedienen
42
Oproepen doorschakelen zonder met de
gebruiker van de andere handset te spreken
1
Druk tijdens een extern gesprek op
{
INT
}
en
het gewenste handsetnummer.
L
De andere handset gaat over, als deze in
bereik van het basisstation is en aanstaat.
2
Druk op
{ih}
.
L
Het externe gesprek gaat op de andere
handset over.
Opmerking:
L
k
knippert om aan te geven dat het externe
gesprek in de wacht staat.
L
Als de gebruiker van de andere handset niet
binnen 1 minuut opneemt, gaat de oproep
weer op uw handset over.
TCD210BL(du-du).book Page 42 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Handige informatie
43
Wandmontage
Opmerking:
L
Zorg ervoor dat de schroeven stevig in de muur zijn aangebracht.
L
Klem het telefoonsnoer en het stroomsnoer niet tussen het basisstation en de muur.
L
Gebruik de onderstaande muursjabloon om de positie van de schroeven aan te geven voordat u gaat
boren.
60 mm
Schroeven
Haken
60 mm
TCD210BL(du-du).book Page 43 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Handige informatie
44
Beschikbare tekeninvoermodi
Belangrijk:
L
Zie blz. 37 voor het invoeren van tekens tijdens het opstellen van SMS-berichten.
Tekens en cijfers voert u in met de kiestoetsen. Elke kiestoets heeft meerdere tekens. De beschikbare
tekeninvoermodi zijn LetterWise, Alfabetisch, Numeriek, Grieks, Uitgebreid 1, Uitgebreid 2 en Cyrillisch.
Voor tekens uit de Alfabetische (ABC), Griekse (
F
), Uitgebreide 1 (
G
), Uitgebreide 2 (
H
) of
Cyrillische (
I
) tekenset, selecteert u het teken door de kiestoets meerdere keren in te drukken.
L
Als het tekeninvoerscherm door het toestel wordt weergegeven:
Verplaats de cursor met
{<}
of
{>}
.
Druk op de kiestoetsen voor het invoeren van tekens en cijfers.
–Druk op
{
C/
T
}
voor het wissen van het teken of cijfer dat door de cursor wordt gemarkeerd. Houd
{
C/
T
}
ingedrukt als u alle tekens en cijfers wilt wissen.
–Druk op
{*}
voor hoofdletters of kleine letters.
Als u met dezelfde kiestoets een volgend teken wilt invoeren, drukt u op
{>}
om de cursor naar de
volgende positie te verplaatsen en drukt u op de bijbehorende kiestoets. (Dit is niet nodig als u tekst
invoert met LetterWise.)
Tekeninvoermodi
Er zijn verschillende tekeninvoermodi beschikbaar. Als het tekeninvoerscherm door het toestel wordt
weergegeven, drukt u op
{k}
, selecteert u een tekeninvoermodus, en drukt u op
{>}
. De
standaardmodus is Alfabetisch.
LetterWise-tekentabel (voor Nederlands)
LetterWise is een vereenvoudigd tekstinvoersysteem dat de meest waarschijnlijke volgende letter
voorstelt die op de ingevoerde tekst kan volgen. Tekst kan sneller worden ingevoerd, omdat het aantal
toetsindrukken wordt verminderd. U kunt de taal wijzigen die voor tekeninvoer met LetterWise wordt
gebruikt (blz. 22). De standaardinstelling is
FRANCAIS
.
L
Telkens als u op een kiestoets drukt, stelt LetterWise een teken voor. Als het voorgestelde teken niet
juist is, drukt u op
{
#
}
tot het gewenste teken wordt weergegeven.
TCD210BL(du-du).book Page 44 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Handige informatie
45
Alfabetische tekentabel (ABC)
Tabel cijferinvoer (0-9)
Tabel Griekse tekens (
M
)
Tabel uitgebreide tekenset 1 (
N
)
L
Het volgende wordt voor zowel hoofdletters als kleine letters gebruikt:
TCD210BL(du-du).book Page 45 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Handige informatie
46
Tabel uitgebreide tekenset 2 (
O
)
L
Het volgende wordt voor zowel hoofdletters als kleine letters gebruikt:
Tabel cyrillische tekens (
P
)
TCD210BL(du-du).book Page 46 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Handige informatie
47
Problemen oplossen
Als u na het volgen van de aanwijzingen in dit hoofdstuk nog steeds problemen ondervindt, sluit u de
stroom af en zet u de handset uit, waarna u de stroom weer inschakelt en de handset weer aanzet.
Standaardinstellingen
Probleem Oorzaak & oplossing
w
knippert.
L
De handset is niet bij het basisstation geregistreerd.
Registreer de handset (blz. 39).
L
De handset is te ver van het basisstation. Ga dichterbij
staan.
L
De wisselstroomadapter is niet aangesloten. Controleer
de aansluitingen.
De display van de handset is leeg.
L
De handset is niet ingeschakeld. Zet deze aan (blz. 10).
De handset gaat niet aan.
L
Controleer of de batterijen goed zijn geplaatst (blz. 9).
L
Laad de batterijen volledig op (blz. 9).
L
Maak het oplaadcontact schoon en laad opnieuw op (blz.
9).
TCD210BL(du-du).book Page 47 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Handige informatie
48
Telefoon
Probleem Oorzaak & oplossing
Ik kan niet bellen of gebeld worden.
L
De wisselstroomadapter of het telefoonsnoer is niet
aangesloten. Controleer de aansluitingen.
L
Als u een splitter voor het aansluiten van het apparaat
gebruikt, verwijdert u de splitter en sluit u het apparaat
direct op het wandcontact aan. Als het apparaat goed
werkt, controleert u de splitter.
L
Haal de telefoonlijn van het basisstation en verbind de lijn
met een werkende telefoon. Als de werkende telefoon het
normaal doet, neemt u voor reparatie van de telefoon
contact op met de dealer. Als de telefoon het niet normaal
doet, neemt u contact op met het telefoonbedrijf.
L
De gespreksverbodfunctie is ingeschakeld. Schakel deze
uit (blz. 21).
L
U hebt een kiesrestrictienummer gedraaid (blz. 27).
L
De toetsblokkering is ingeschakeld. Schakel deze uit (blz.
13).
Het apparaat gaat niet over.
L
Het belvolume is uitgeschakeld. Stel het belvolume van
de handset (blz. 19) en van het basisstation (blz. 25) bij.
L
De nachtmodus is ingeschakeld. Schakel deze uit (blz.
20, 25).
De batterij zou op moeten laden, maar
het batterijsymbool verandert niet.
L
Maak het oplaadcontact schoon en laad opnieuw op (blz.
9).
L
De wisselstroomadapter is niet aangesloten. Sluit de
wisselstroomadapter aan.
U hoort een in-bezet-toon als u op
{C}
drukt.
L
De handset is te ver van het basisstation. Ga dichterbij
staan en probeer het opnieuw.
L
Er wordt via een andere handset naar buiten gebeld.
Wacht tot de andere gebruiker zijn gesprek heeft
afgerond.
Er is ruis hoorbaar, wisselend geluid.
Storing van andere elektrische
apparaten.
L
Plaats de handset en het basisstation buiten bereik van
andere elektrische apparaten.
L
Ga dichter bij het basisstation staan.
L
Het toestel is aangesloten op een telefoonlijn met DSL.
Het wordt aanbevolen een filter (neem contact op met de
DSL-aanbieder) in de telefoonlijn te plaatsen tussen het
basisstation en de telefoonwandcontactdoos.
De handset valt tijdens gebruik uit.
L
Verwijder de wisselstroomadapter en schakel de handset
uit. Sluit de wisselstroomadapter aan, schakel de
handset aan, en probeer het opnieuw.
TCD210BL(du-du).book Page 48 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Handige informatie
49
Tijdens het opslaan van een nummer
in het telefoonboek of het toewijzen
van een snelkiestoets, gaat de handset
over.
L
Er wordt een oproep ontvangen. Druk op
{C}
als u de
telefoon wilt aannemen. Het programmeren wordt
geannuleerd. Begin opnieuw.
Als u op
{R}
drukt, wordt niet het
laatstgekozen nummer weergegeven
of gebeld.
L
Het teruggebelde nummer is meer dan 24 cijfers lang. Bel
het nummer handmatig terug.
De handset piept regelmatig en/of
7
knippert.
L
Laad de batterijen volledig op (blz. 9).
Ik heb de batterijen opgeladen, maar
7
knippert nog steeds.
L
Maak het oplaadcontact schoon en laad opnieuw op (blz.
9).
L
Het is tijd de batterijen te vervangen (blz. 10).
De bellerinfo wordt niet weergegeven.
L
U moet een abonnement nemen op nummerherkenning.
L
Het toestel is aangesloten op een telefoonlijn met DSL.
Het wordt aanbevolen een filter (neem contact op met de
DSL-aanbieder) in de telefoonlijn te plaatsen tussen het
basisstation en de telefoonwandcontactdoos.
Tijdens het weergeven van de
bellerinfo gaat de display in
standbymodus.
L
Pauzeer tijdens het zoeken niet langer dan 1 minuut.
Ik kan een handset niet bij een
basisstation registreren.
L
De handset is al geregistreerd bij het maximum aantal
basisstations (4). Annuleer ongebruikte
basisstationaanmeldingen van de handset (blz. 40).
L
De basisstation heeft al het maximum aantal
geregistreerde handsets (6). Annuleer ongebruikte
handsetaanmeldingen van het basisstation (blz. 40).
L
U hebt het verkeerde PIN-nummer ingevoerd. Raadpleeg
het dichtstbijzijnde Panasonic-servicecentrum als u uw
PIN bent vergeten.
L
Plaats de handset en het basisstation buiten bereik van
andere elektrische apparaten.
Probleem Oorzaak & oplossing
TCD210BL(du-du).book Page 49 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Handige informatie
50
SMS (Short Message Service)
Probleem Oorzaak & oplossing
Ik kan geen SMS-berichten verzenden
of ontvangen.
L
U hebt zich niet aangemeld bij de juiste service.
Raadpleeg de serviceaanbieder.
L
Het nummer van het SMS-berichtencentrum is niet
opgeslagen of niet correct. Sla de juiste nummers op (blz.
32).
L
Het verzenden van het bericht werd onderbroken. Wacht
tot het bericht is verzonden, voordat u andere
telefoonfuncties gebruikt.
L
Het SMS-berichtengeheugen is vol. Wis overbodige
berichten in de lijsten met ontvangen en verzonden
berichten (blz. 34, 35).
L
Het toestel is aangesloten op een telefoonlijn met DSL.
Het wordt aanbevolen een filter (neem contact op met de
DSL-aanbieder) in de telefoonlijn te plaatsen tussen het
basisstation en de telefoonwandcontactdoos.
FD
wordt weergegeven.
L
Het toestel krijgt geen verbinding met het SMS-
berichtencentrum. Controleer of de juiste nummers voor
het SMS-berichtencentrum zijn opgeslagen (blz. 32).
Controleer of SMS is ingeschakeld (blz. 32).
FE
wordt weergegeven.
L
Er is een fout opgetreden tijdens het verzenden van het
bericht. Probeer het opnieuw.
E0
wordt weergegeven.
L
Uw telefoonnummer wordt nooit doorgegeven, of u hebt
geen abonnement op de betreffende dienst. Raadpleeg
de serviceaanbieder.
Q
” wordt niet weergegeven nadat u
een bericht gelezen heeft. Er wordt een
foutcode weergegeven (
FD
,
FE
of
E0
).
L
Als er een foutcode wordt weergegeven, wordt “
Q
” niet
weergegeven, ook al hebt u het bericht gelezen.
TCD210BL(du-du).book Page 50 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Handige informatie
51
Specificaties
Standaard:
DECT (Digital Enhanced Cordless
Telecommunications: digitale draadloze
telecommunicatie),
GAP (Generic Access Profile: algemeen
toegangsprofiel)
Aantal kanalen:
120 duplexkanalen
Frequentiebereik:
1,88 GHz tot 1,9 GHz
Duplex-procedure:
TDMA (Time Division Multiple Access:
gelijktijdige toegang)
Kanaalafstand:
1728 kHz
Bitsnelheid:
1152 kbit/s
Modulatie:
GFSK (Gaussian Frequency Shift Keying: gauss-
frequentieverdeling)
RF-overdrachtvermogen:
Circa 250 mW
Stroomvoorziening:
220–240 V AC, 50 Hz
Stroomverbruik, basisstation:
Stand-by: circa 3,5 W
Maximum: circa 9,2 W
Bedrijfsomstandigheden:
5
°
C–40
°
C, 20 %–80 % relatieve
luchtvochtigheid (droog)
Afmetingen:
Basisstation:
circa 111 mm
×
121 mm
×
123 mm
Handset:
circa 148 mm
×
48 mm
×
32 mm
Gewicht:
Basisstation:
circa 200
g
Handset:
circa 130
g
Opmerking:
L
Deze specificaties kunnen worden gewijzigd.
L
De illustraties in deze bedieningsinstructies
kunnen enigszins van het werkelijke product
afwijken.
Aansluitingen:
Het apparaat werkt niet tijdens een
stroomstoring. Het wordt aanbevolen om voor het
geval van een stroomstoring een normale
telefoon op dezelfde lijn aan te sluiten.
TCD210BL(du-du).book Page 51 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
Index
52
Index
A
Aan/uitzetten: 10
Alarm: 19
ARS (automatische route-selectie): 26
Maatschappijcodes: 27
Netnummers: 27
Automatisch opnemen: 14, 22
B
Basisstation
Annuleren: 40
Extra basisstations: 39
Instellingen: 24
PIN: 28
Reset: 28
Selecteren: 40
Batterijen
Levensduur: 10
Opladen: 9
Plaatsen: 9
Sterkte: 9
Vervangen: 10
Beltonen: 19
C
Categorie: 15
Beltonen: 30
D
Datum en tijd: 10
Display
Contrast: 21
Pictogrammen: 7
Standby: 21
Taa l : 21
Doorkiezen: 17
G
Geluidsverbetering: 13
Gemiste oproepen: 30
Gesprekken doorschakelen: 41
Gespreksverbod: 21
H
Handset
Aan/uitzetten: 10
Annuleren: 40
Extra handsets: 39
Instellingen: 18
PIN: 22
Registratie: 39
Reset: 22
Zoeken: 14
Herhaallijst: 12
Herhaaltoets: 13, 26
Herhaler: 41
I
Inkomende gesprekken aannemen: 14
Intercom: 41
K
Kiesrestrictie: 27
L
LetterWise: 22, 37, 44
Luidspreker: 12
N
Nachtmodus
Basisstation: 25
Handset: 20
Noodnummers: 26
Nummer herhalen: 12
Nummerherkenningsservice: 30
Nummers kiezen: 12
P
Pauze: 14, 26
PIN
Basisstation: 28
Handset: 22
R
Registreren: 39
S
SMS: 32
Snelkiezen: 16
Stil: 13
T
Tekens invoeren: 44
Tekens invoeren voor SMS: 37
Telefoonboek: 15
Bewerken: 16
Kopiëren: 17
Nummers kiezen: 15
Opslaan: 15
Wissen: 16
Toetsblokkering: 13
Toetstonen: 22
V
Verbindingen: 8
Vergaderen: 41
Voicemail: 31
Volume
Beltoon (Basisstation): 25
Beltoon (Handset): 19
Luidspreker: 12
Ontvangst: 12
W
Wandmontage: 43
TCD210BL(du-du).book Page 52 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
53
TCD210BL(du-du).book Page 53 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
54
TCD210BL(du-du).book Page 54 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
55
TCD210BL(du-du).book Page 55 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
PQQX14560ZA CC0405FW0
BL-1/2
1999/5/EC
Verkoopafdeling:
Panasonic Belgium
Stationsstraat 26, B-1702 Groot Bijgaarden, BELGIË
www.panasonic.be
Panasonic Communications Zhuhai Co., Ltd.
3 Ping Xi 8 Lu, Nanping Keji Gongye Yuan, Zhuhai, Guangdong, China 519060
Copyright:
Dit materiaal valt onder auteursrecht van Panasonic Communications Co., Ltd. en mag alleen voor
intern gebruik worden vermenigvuldigd. Alle andere vermenigvuldiging, geheel of gedeeltelijk, is
verboden zonder geschreven toestemming van Panasonic Communications Co., Ltd.
© 2005 Panasonic Communications Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden.
TCD210BL(du-du).book Page 56 Wednesday, April 20, 2005 4:54 PM
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56

Panasonic KXTCD210BLT de handleiding

Type
de handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor

in andere talen