32
WAARSCHUWINGEN EN BELANGRIJKE ADVIEZEN
Het is uiterst belangrijk dat het bij het apparaat behorende instructieboekje bewaard blijft. Zou het
apparaat door u aan iemand anders gegeven of verkocht worden, of zou het apparaat in het huis van
waaruit u verhuist achterblijven, dan dient de nieuwe gebruik(st)er over het instructieboekje en de
daarin opgenomen waarschuwingen te kunnen beschikken.
Indien dit apparaat in de plaats van een oud model met haak- of veersluiting opgesteld wordt, dan is
het raadzaam de sluiting van het oude apparaat, dat terzijde gezet wordt, onbruikbaar te maken.
Hiermee wordt voorkomen dat spelende kinderen zich erin opsluiten, hetgeen levensgevaarlijk is.
Deze waarschuwingen zijn bedoeld voor uw en andermans veiligheid. U wordt geacht ze gelezen te
hebben, alvorens u het apparaat installeert en/of in gebruik neemt.
Algemene veiligheid
•
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door
kinderen, personen met verminderde
lichamelijke, zintuigelijke of geestelijke
capaciteiten of een gebrek aan kennis en
ervaring, tenzij er toezicht is ingesteld door de
persoon die verantwoordelijk is voor hun
veiligheid of tenzij zij van deze persoon
instructies hebben gekregen over het gebruik.
Laat kinderen niet zonder toezicht in de buurt van
het apparaat.
•
Het is gevaarlijk om, in welke vorm dan ook, dit
apparaat of de eigenschappen daarvan te
veranderen.
•
Neem vóór u aan onderhouds- of
schoonmaakwerkzaamheden begint altijd de
stekker uit het stopcontact.
•
Dit apparaat is zwaar. Wees voorzichtig bij het tillen.
•
Het direct vanuit een vriesvak, vriesgedeelte of
vriezer consumeren van ijslolly’s en dergelijke, kan
verbranding van de mondhuid tot gevolg hebben;
•
Heel goed oppassen, tijdens het verplaatsen,
dat de delen van het koelcircuit niet zodanig
worden beschadigd, dat de koelvloeistof naar
buiten zou kunnen lekken.
•
Plaats het apparaat niet in de nabijheid van
een centrale verwarming of een gasfornuis.
• Vermijd een installatieplaats met
rechtstreekse zoninval.
• Zorg dat er voldoende lucht aan de achterkant
van het apparaat kan circuleren. Vermijd
schade aan de koelkringloop.
• Alléén voor diepvrieskasten (uitgezonderd
ingebouwde): het apparaat kan zeer goed in
de kelder geplaatst worden.
• Plaats elektrische apparaten (bijv.
ijsmachines) nooit in het apparaat.
Onderhoud / Reparatie
•
Een eventueel noodzakelijke wijziging aan de
elektrische huisinstallatie ten behoeve van de
installatie van dit apparaat, mag uitsluitend door
een daartoe bevoegd persoon uitgevoerd worden.
•
Laat inspectie- en/of herstelwerkzaamheden
uitvoeren door een erkend servicecentrum en
laat geen andere dan originele
reserveonderdelen plaatsen.
• Tracht, in geval van storing of een defect, dit
apparaat niet zelf te repareren. Reparaties welke
door niet-deskundige personen uitgevoerd
worden, kunnen tot schade of een ernstigere
storing leiden. Raadpleeg het plaatselijke
servicecentrum en vraag altijd om originele
reserveonderdelen.
•
Dit apparaat bevat koolwaterstoffen in de
koudekringloop; het onderhoud en het bijvullen
dient daarom uitsluitend door deskundig
personeel uitgevoerd te worden.
Gebruik
• Huishoudelijke koel- en/of vriesapparaten zijn
uitsluitend bedoeld voor het bewaren en/of
invriezen van eet- of drinkbare producten.
• De beste resultaten worden bereikt bij een
omgevingstemperatuur tussen +18°C en +43°C
(klasse T); tussen +18°C en 38°C (klasse ST);
tussen +16°C en 32°C (klasse N); +10°C en
32°C (klasse SN); de klasse staat op het
typeplaatje vermeld.
Attentie: u dient niet alleen rekening te houden
met de omgevingstemperatuur voor dit type
product, maar tevens met de volgende
aanwijzingen: wanneer de
omgevingstemperatuur onder de aangeduide
minimum waarde daalt, wordt de
bewaartemperatuur in het vriesvak niet meer
gegarandeerd; u kunt de bewaarde
levensmiddelen dan het beste zo snel mogelijk
nuttigen.
• Ontdooide diepvriesproducten mogen niet
wederom ingevroren worden.
• Volg de raadgevingen van de fabrikant op met
betrekking tot waar en hoe u spijzen en dranken
bewaart of invriest.