Facom DT.FORD-D1 de handleiding

Type
de handleiding
Sicherheitsvorschriften / Allgemeine Anweisungen
Vor Beginn der Arbeit den Minuspol der Batterie abklemmen.
Hinweis: Vor dem Abklemmen der Batterie sicherstellen, dass der Kfz-Besitzer den Code für das Autoradio kennt.
Niemals die zur Arretierung oder Einstellung von Schwungrad, Nocken- und Kurbelwelle bestimmten Werkzeuge verwenden, um den Motor festzuhalten, während
die Muttern der Riemenscheiben gelöst oder festgezogen werden.
Den Steuerriemen nicht zum Blockieren des Nockenwellenrads beim Lösen der Muttern daran benutzen.
Die Scheiben und Zahnräder, auf denen der Steuerriemen gelegt wurde, nicht als Aufl age oder Abstützung benutzen.
Den Steuerriemen nicht knicken, umdrehen oder mit einem Radius unter 25 mm biegen.
Zum Anbringen des Steuerriemens keine Hebel verwenden und nicht gewaltsam vorgehen.
Prüfen, ob kein Öl ausläuft, anderenfalls Störung beheben.
Beim Auswechseln des Steuerriemens prüfen, ob der neue Riemen die richtige Zahnung besitzt.
Auf richtige Riemenspannung achten.
Die vorgeschriebenen Anzugsmomente beachten.
Die durch einen Pfeil angegebene Drehrichtung des Steuerriemens beachten.
Gebrauchte Steuerriemen nicht wiederverwenden, sondern immer ersetzen.
Gebrauchte Steuerriemen nicht nachspannen, sondern immer ersetzen.
Gebrauchte Steuerriemen immer ersetzen, sobald sie Anzeichen von Verschleiß zeigen: Reibstellen, Risse, beschädigte, eingeschnittene, abgeschliffene oder
abgenutzte Zähne, abgenutzte Trennwand, abgenutzte Grate, Ölverschmutzung.
Beim Feststellen von Schäden am Steuerriemen, vor dem Einsetzen eines neuen Steuerriemens intensiv nach deren Ursache suchen.
Keine Lösungsmittel (Verdünner, Benzin etc.) zum Reinigen von Ölverschmutzungen am Riemen verwenden. Im Zweifelsfall den Riemen auswechseln.
Reinigungsarbeiten sorgfältig mit einer weichen und trockenen Bürste vornehmen.
Den Steuerriemen zum Reinigen und Inspizieren nicht umdrehen.
Den Motor - außer bei speziellen Vorgaben durch den Hersteller - immer in normaler Drehrichtung drehen.
Den Motor stets langsam und manuell drehen und die Positionen von Motor- und Nockenwelle erneut überprüfen.
Eine fehlerhafte Einstellung des Motors kann Schäden an den Ventilen verursachen.
Für einige Motoren oder Modelle sind eventuell optionale Werkzeuge erforderlich.
Die geltenden Daten und Verfahren sind stets den Anweisungen des Fahrzeugherstellers oder der Fahrzeuganleitung zu entnehmen. Die in diesem
Produktinformationsblatt enthaltenen Angaben sind nur als Empfehlungen für die Anwendungen und den Einsatz der Werkzeuge anzusehen.
Voorzorgsmaatregelen / Algemene instructies
Koppel de minpool van de accu los vooraleer u met de werkzaamheden begint.
Opmerking: Vooraleer u de accu loskoppelt, moet u zich ervan vergewissen dat de eigenaar de code van de autoradio kent.
Gebruik het timing-gereedschap nooit voor het vergrendelen of timen van het vliegwiel, de nokkenassen of de krukassen, voor het vergrendelen van de motor
wanneer u de vliegwielbouten losmaakt/vastzet.
Gebruik de riem nooit als gereedschap om de moeren van de nokastandwielen vast te houden, te blokkeren of te verwijderen.
Steun, om meer kracht te zetten, niet op de riemschijven en rollen waarop de distributieriem zit.
Plooi de riem niet, draai hem niet ondersteboven en buig hem niet tot een straal van minder dan 25 mm.
Gebruik geen hefboom en forceer niet om een riem aan te brengen.
Controleer of er geen olielekken of -doorsijpelingen zijn; indien dit toch het geval is, moet u dit probleem verhelpen.
Controleer bij het vervangen van de distributieriem of de nieuwe riem met het juiste type van tanden is uitgerust.
Pas de juiste riemspanning toe.
Pas de juiste aanhaalkoppels toe.
Respecteer de draairichting die door de pijltjes op de distributieriem wordt aangegeven.
Installeer een versleten distributieriem nooit opnieuw, maar vervang deze.
Span een distributieriem nooit opnieuw aan, maar vervang deze.
Vervang de riem als deze tekenen van slijtage vertoont: wrijving, kleine barsten, beschadigde, afgebroken, aangetaste of versleten tanden, versleten tussenschot,
versleten randen, vervuiling door olie.
Elke beschadiging van de riem moet grondig worden bestudeerd om de oorzaken ervan te bepalen, alvorens een nieuwe riem wordt geïnstalleerd.
Gebruik geen oplosmiddelen (verdunner, benzine, enz.) om olieafzetting op het riemoppervlak te verwijderen; vervang in geval van twijfel de riem.
Het schoonmaken moet zorgvuldig gebeuren, met de hulp van een soepele en droge borstel.
Draai de riem niet ondersteboven om hem schoon te maken of te controleren.
Laat de motor steeds in de normale draairichting draaien, behalve als de constructeur van het voertuig anders voorschrijft.
«Draai de motor altijd langzaam met de hand en controleer opnieuw de positie van de krukas en nokkenas«
Een onjuiste timing van de motor kan beschadiging van de kleppen tot gevolg hebben.
Voor sommige motoren/modellen zal misschien als optie verkrijgbaar gereedschap vereist zijn.
Raadpleeg altijd de service-instructies van de autofabrikant of de fabrikantspecifieke handleiding om vast te stellen wat de actuele procedures en gegevens zijn.
Deze productinformatie geeft nadere informatie over de toepassingen en het gebruik van het gereedschap, uitsluitend met het doel een generieke richtlijn te verstrekken.
DE
NL

Documenttranscriptie

Sicherheitsvorschriften / Allgemeine Anweisungen DE Voorzorgsmaatregelen / Algemene instructies NL Vor Beginn der Arbeit den Minuspol der Batterie abklemmen. Hinweis: Vor dem Abklemmen der Batterie sicherstellen, dass der Kfz-Besitzer den Code für das Autoradio kennt. Niemals die zur Arretierung oder Einstellung von Schwungrad, Nocken- und Kurbelwelle bestimmten Werkzeuge verwenden, um den Motor festzuhalten, während die Muttern der Riemenscheiben gelöst oder festgezogen werden. Den Steuerriemen nicht zum Blockieren des Nockenwellenrads beim Lösen der Muttern daran benutzen. Die Scheiben und Zahnräder, auf denen der Steuerriemen gelegt wurde, nicht als Aufl age oder Abstützung benutzen. Den Steuerriemen nicht knicken, umdrehen oder mit einem Radius unter 25 mm biegen. Zum Anbringen des Steuerriemens keine Hebel verwenden und nicht gewaltsam vorgehen. Prüfen, ob kein Öl ausläuft, anderenfalls Störung beheben. Beim Auswechseln des Steuerriemens prüfen, ob der neue Riemen die richtige Zahnung besitzt. Auf richtige Riemenspannung achten. Die vorgeschriebenen Anzugsmomente beachten. Die durch einen Pfeil angegebene Drehrichtung des Steuerriemens beachten. Gebrauchte Steuerriemen nicht wiederverwenden, sondern immer ersetzen. Gebrauchte Steuerriemen nicht nachspannen, sondern immer ersetzen. Gebrauchte Steuerriemen immer ersetzen, sobald sie Anzeichen von Verschleiß zeigen: Reibstellen, Risse, beschädigte, eingeschnittene, abgeschliffene oder abgenutzte Zähne, abgenutzte Trennwand, abgenutzte Grate, Ölverschmutzung. Beim Feststellen von Schäden am Steuerriemen, vor dem Einsetzen eines neuen Steuerriemens intensiv nach deren Ursache suchen. Keine Lösungsmittel (Verdünner, Benzin etc.) zum Reinigen von Ölverschmutzungen am Riemen verwenden. Im Zweifelsfall den Riemen auswechseln. Reinigungsarbeiten sorgfältig mit einer weichen und trockenen Bürste vornehmen. Den Steuerriemen zum Reinigen und Inspizieren nicht umdrehen. Den Motor - außer bei speziellen Vorgaben durch den Hersteller - immer in normaler Drehrichtung drehen. Den Motor stets langsam und manuell drehen und die Positionen von Motor- und Nockenwelle erneut überprüfen. Eine fehlerhafte Einstellung des Motors kann Schäden an den Ventilen verursachen. Für einige Motoren oder Modelle sind eventuell optionale Werkzeuge erforderlich. Die geltenden Daten und Verfahren sind stets den Anweisungen des Fahrzeugherstellers oder der Fahrzeuganleitung zu entnehmen. Die in diesem Produktinformationsblatt enthaltenen Angaben sind nur als Empfehlungen für die Anwendungen und den Einsatz der Werkzeuge anzusehen. Koppel de minpool van de accu los vooraleer u met de werkzaamheden begint. Opmerking: Vooraleer u de accu loskoppelt, moet u zich ervan vergewissen dat de eigenaar de code van de autoradio kent. Gebruik het timing-gereedschap nooit voor het vergrendelen of timen van het vliegwiel, de nokkenassen of de krukassen, voor het vergrendelen van de motor wanneer u de vliegwielbouten losmaakt/vastzet. Gebruik de riem nooit als gereedschap om de moeren van de nokastandwielen vast te houden, te blokkeren of te verwijderen. Steun, om meer kracht te zetten, niet op de riemschijven en rollen waarop de distributieriem zit. Plooi de riem niet, draai hem niet ondersteboven en buig hem niet tot een straal van minder dan 25 mm. Gebruik geen hefboom en forceer niet om een riem aan te brengen. Controleer of er geen olielekken of -doorsijpelingen zijn; indien dit toch het geval is, moet u dit probleem verhelpen. Controleer bij het vervangen van de distributieriem of de nieuwe riem met het juiste type van tanden is uitgerust. Pas de juiste riemspanning toe. Pas de juiste aanhaalkoppels toe. Respecteer de draairichting die door de pijltjes op de distributieriem wordt aangegeven. Installeer een versleten distributieriem nooit opnieuw, maar vervang deze. Span een distributieriem nooit opnieuw aan, maar vervang deze. Vervang de riem als deze tekenen van slijtage vertoont: wrijving, kleine barsten, beschadigde, afgebroken, aangetaste of versleten tanden, versleten tussenschot, versleten randen, vervuiling door olie. Elke beschadiging van de riem moet grondig worden bestudeerd om de oorzaken ervan te bepalen, alvorens een nieuwe riem wordt geïnstalleerd. Gebruik geen oplosmiddelen (verdunner, benzine, enz.) om olieafzetting op het riemoppervlak te verwijderen; vervang in geval van twijfel de riem. Het schoonmaken moet zorgvuldig gebeuren, met de hulp van een soepele en droge borstel. Draai de riem niet ondersteboven om hem schoon te maken of te controleren. Laat de motor steeds in de normale draairichting draaien, behalve als de constructeur van het voertuig anders voorschrijft. «Draai de motor altijd langzaam met de hand en controleer opnieuw de positie van de krukas en nokkenas« Een onjuiste timing van de motor kan beschadiging van de kleppen tot gevolg hebben. Voor sommige motoren/modellen zal misschien als optie verkrijgbaar gereedschap vereist zijn. Raadpleeg altijd de service-instructies van de autofabrikant of de fabrikantspecifieke handleiding om vast te stellen wat de actuele procedures en gegevens zijn. Deze productinformatie geeft nadere informatie over de toepassingen en het gebruik van het gereedschap, uitsluitend met het doel een generieke richtlijn te verstrekken.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12

Facom DT.FORD-D1 de handleiding

Type
de handleiding