Haier HW110-BD14397U1 Handleiding

Type
Handleiding

Deze handleiding is ook geschikt voor

Gebruikershandleiding
Wasmachine
HW100-BD14397U1
NL
Bedankt
NL
2
Bedankt voor het kopen van een Haier-product.
Lees deze instructies zorgvuldig door voordat u dit apparaat gebruikt. De instructies bevatten
belangrijke informatie die u helpt het beste uit het apparaat te halen en installatie, gebruik en
onderhoud op een veilige en juiste manier te garanderen.
Bewaar deze handleiding op een handige plaats, zodat u deze altijd kunt raadplegen voor een
veilig en juist gebruik van het apparaat.
Als u het apparaat verkoopt, weggeeft of achterlaat bij een verhuizing, zorg er dan voor dat u ook
deze handleiding doorgeeft, zodat de nieuwe eigenaar vertrouwd kan raken met het apparaat en
de veiligheidswaarschuwingen.
Legenda
Waarschuwing Belangrijke veiligheidsinformatie
Algemene informatie en tips
Milieu-informatie
Verwijdering
Help het milieu en de menselijke gezondheid te
beschermen. Doe de verpakking in containers die geschikt
zijn voor recycling. Help bij het recyclen van afval van
elektrische en elektronische apparaten. Apparaten met dit
symbool mogen niet bij het huishoudelijk afval. Lever het
product in bij het plaatselijke recyclingbedrijf of neem
contact op met het gemeentekantoor.
WAARSCHUWING!
Gevaar voor verwonding of verstikking!
Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact. Snijd het netsnoer af en gooi het weg.
Verwijder de deurvergrendeling om te voorkomen dat kinderen en huisdieren in het apparaat
vast komen te zitten.
NL
Inhoud
3
1- Veiligheidsinformatie .................................................................................................................................................... 4
2- Productbeschrijving ...................................................................................................................................................... 7
3- Bedieningspaneell ......................................................................................................................................................... 8
4- Programma's ............................................................................................................................................................... 14
5- Verbruik ......................................................................................................................................................................... 15
6- Dagelijks gebruik ......................................................................................................................................................... 16
7- hOn ................................................................................................................................................................................. 21
8- Milieuvriendelijk wassen ............................................................................................................................................ 24
9- Onderhoud en reiniging ............................................................................................................................................ 25
10- Problemen oplossen ............................................................................................................................................... 28
11- Installatie .................................................................................................................................................................... 31
12- Technische gegevens............................................................................................................................................. 35
13- Klantenservice .......................................................................................................................................................... 36
1-Veiligheidsinformatie
NL
4
1-Veiligheidsinfo rmatie
Lees de hiernavolgende veiligheidsaanwijzingen voordat u het apparaat
voor het eerst inschakelt!
WAARSCHUWING!
Voor het eerste gebruik
Controleer of er geen transportschade is.
Zorg ervoor dat alle transportbouten verwijderd zijn.
Verwijder alle verpakkingen en houd ze buiten het bereik van kinderen.
Hanteer het apparaat altijd met minstens twee personen, aangezien
het zwaar is.
Dagelijks gebruik
Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en door
personen met verminderde lichamelijke, zintuiglijke of geestelijke
vermogens of met een gebrek aan kennis en ervaring, mits zij onder
toezicht worden gehouden of instructies hebben gekregen om het
apparaat veilig te kunnen gebruiken en de gevaren begrijpen die
ermee gepaard gaan.
Houd kinderen jonger dan 3 jaar uit de buurt van het apparaat, tenzij
ze voortdurend onder toezicht staan.
Kinderen mogen niet met het apparaat spelen.
Laat geen kinderen of huisdieren in de buurt van het apparaat komen
als de deur open is.
Bewaar wasmiddelen buiten het bereik van kinderen.
Trek ritsen dicht, herstel losse draden en let op kleine voorwerpen om
te voorkomen dat het wasgoed verstrikt raakt. Gebruik indien nodig
een geschikte zak of een wasnet.
Raak het apparaat niet aan en gebruik het niet op blote voeten of met
natte of vochtige handen of voeten.
Bedek of omhul het apparaat niet tijdens de werking of daarna, zodat
vocht of damp kan verdampen.
Plaats geen zware voorwerpen of warmte- of vochtbronnen op het
apparaat.
Gebruik of bewaar geen ontvlambaar wasmiddel of chemisch
reinigingsmiddel in de buurt van het apparaat.
Gebruik geen ontvlambare sprays in de buurt van het apparaat.
Was geen kledingstukken die met oplosmiddelen zijn behandeld in
het apparaat zonder ze eerst aan de lucht te hebben gedroogd.
NL
1-Veiligheidsinformatie
5
WAARSCHUWING!
Dagelijks gebruik
Verwijder de stekker niet of steek deze niet in het stopcontact in de
aanwezigheid van ontvlambare gassen.
Schuimrubber of sponsachtige materialen niet heet wassen.
Was geen wasgoed dat vervuild is met bloem.
Open de wasmiddellade niet tijdens een wascyclus.
Raak de deur niet aan tijdens het wassen, deze wordt heet.
Open de deur niet als het water zichtbaar hoger staat dan de deur.
Forceer de deur niet open. De deur is voorzien van een
zelfvergrendeling en opent kort nadat de wasprocedure is beëindigd.
Schakel het apparaat na elk wasprogramma en voor elk
routineonderhoud uit en koppel het apparaat los van het
elektriciteitsnet om elektriciteit te besparen en voor de veiligheid.
Houd de stekker vast, niet het snoer, wanneer u de stekker uit het
apparaat trekt.
Onderhoud/reiniging
Zorg ervoor dat kinderen onder toezicht staan als ze schoonmaken
en onderhoud uitvoeren.
Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact voordat u
routineonderhoud uitvoert.
Houd het onderste deel van de deuropening schoon en open de deur
en wasmiddellade als het apparaat niet in gebruik is om geurtjes te
voorkomen.
Gebruik geen waternevel of stoom om het apparaat schoon te maken.
Een beschadigd netsnoer mag alleen worden vervangen door de
fabrikant, diens servicevertegenwoordiger of vergelijkbaar gekwalifi-
ceerde personen om gevaar te voorkomen.
Probeer het apparaat niet zelf te repareren. Neem in geval van
reparatie contact op met onze klantenservice.
Verwijder alle vreemde voorwerpen zoals metalen voorwerpen,
chemicaliën, breekbare goederen, brandende kaarsen, aangestoken
sigaretten, etc. van het apparaat.
Installatie
Plaats het apparaat op een goed geventileerde plaats. Zorg voor een
locatie waar de deur volledig geopend kan worden.
1-Veiligheidsinformatie
NL
6
Installeer het apparaat nooit buiten op een vochtige plaats of in een
ruimte waar water kan lekken, zoals onder of bij een gootsteen. In
geval van een waterlek moet u de stroomtoevoer onderbreken en
het apparaat op natuurlijke wijze laten drogen.
WAARSCHUWING!
Installatie
Installeer of gebruik het apparaat alleen waar de temperatuur hoger
is dan 5°C.
Plaats het apparaat niet rechtstreeks op een tapijt of dicht bij een
muur of meubels.
Installeer het apparaat niet in direct zonlicht of in de buurt van
warmtebronnen (zoals kachels, verwarmingstoestellen).
Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje
overeenkomt met de stroomvoorziening. Als dit niet het geval is,
neem dan contact op met een elektricien.
Gebruik geen adapters met meerdere stekkers en verlengkabels.
Zorg ervoor dat alleen de meegeleverde elektrische kabel en
slangenset worden gebruikt.
Zorg ervoor dat de elektrische kabel en de stekker niet beschadigd
raken. Laat ze bij beschadiging vervangen door een elektricien.
Gebruik voor de stroomvoorziening een apart geaard stopcontact
dat gemakkelijk toegankelijk is na de installatie. Het apparaat moet
geaard zijn.
Alleen voor het Verenigd Koninkrijk: Het netsnoer van het apparaat
is voorzien van een 3-aderige (geaarde) stekker die in een standaard
3-aderig (geaard) stopcontact past. Snijd de derde pin (aarding) nooit
af en demonteer deze ook niet. Nadat het apparaat is geïnstalleerd,
moet de stekker toegankelijk zijn.
Controleer of de slangverbindingen stevig zijn en geen lekken
vertonen.
Beoogd gebruik
Dit apparaat is alleen bedoeld voor wasbaar dat geschikt is voor
machinewas. Volg altijd de instructies op het label van elk kledingstuk. Het
apparaat is uitsluitend ontworpen voor huishoudelijk gebruik binnenshuis.
Het is niet bedoeld voor commercieel of industrieel gebruik.
Wijzigingen of aanpassingen aan het apparaat zijn niet toegestaan.
Oneigenlijk gebruik kan leiden tot gevaren en verlies van alle garantie- en
aansprakelijkheidsclaims.
NL
2-Productbeschrijving
7
2-Productbeschri jving
Kennisgeving
Door technische wijzigingen en verschillende modellen kunnen de illustraties in de volgende
hoofdstukken afwijken van uw model.
2.1 Afbeelding van apparaat
Voorkant (afb. 2-1):
Achterkant (afb. 2-2):
1 Lade voor wasmiddel/wasverzachter
2 Werkblad
3 Bedieningspaneel
4 Deur
5 Filterafdekking
6 Verstelbare pootjes
1 Transportbouten (T1T4)
2 Achterplaat
3 Schroeven achterplaat (9EA)
4 Netsnoer
5 Afvoerslang
6 Waterinlaatklep
2.2 Accessoires
Controleer de accessoires en literatuur aan de hand van deze lijst (afb. 2-3):
Inlaatslangas-
semblage
5 afsluitdoppen
Beugel
afvoerslang
Geluiddem-
pende pads
Garantie-
kaart
Gebruikers-
handleiding
Energielabel
10 jaar garantie
op onderdelen
3-Bedieningspaneell
NL
8
3-Bedieningspaneell
1 ‘Aan/uit’-toets
2 Programmakiezer
3 Display
4 Functietoetsen
5 ‘Start/Pauze’-toets
3.1 ‘Aan/uit’-toets
Druk licht op deze toets (afb. 3-2) om in te schakelen. Het
display licht op en het indicatielampje van de ‘Start/Pauze’-
toets knippert. Druk opnieuw 2 seconden lang om uit te
schakelen. Als er na een tijdje geen paneelelement of
programma wordt geactiveerd, schakelt de machine
zichzelf automatisch uit.
Opmerking: Uitschakelen
Zonder wifiverbinding wordt het ingeschakelde apparaat automatisch uitgeschakeld als
het niet binnen 2 minuten voor het begin van het programma of aan het einde van het
programma wordt geactiveerd. Met een wifiverbinding is de wachttijd 24 uur.
3.2 Programmakiezer
Door aan de knop te draaien (afb. 3-3) kan een van
de programma's worden geselecteerd, waarna de
standaardinstellingen worden weergegeven.
3.3 Display
Het display (afb. 3-4) toont de volgende informatie:
Was- en droogtijd
Eindtijd uitstel
Foutcodes en service-informatie
Functietoetsen
Snelheid, temperatuur, etc.
NL
3-Bedieningspaneell
9
Symbool
Betekenis
Het apparaat is verbonden met wifi.
Wasverzachter in de lade.
Wasmiddel in de lade.
l-time.
Refresh.
Ultra Fresh.
Stoom: Slimme Al, Shirt, Babyverzorging, Allergieverzorging hebben standaard een
stoomwasfunctie.
Het bedieningspaneel is vergrendeld.
De deur van de trommel is vergrendeld.
3.4 Functietoetsen
Deze vijf toetsen (afb. 3-5) zijn speciale functietoetsen die
naar wens kunnen worden geselecteerd.
3.4.1 Functietoetsen
Raak deze toets aan; het frisseluchtpictogram licht op en op het scherm verschijnt ‘Ultra
Fresh aan’ (afb. 3-6). Dit start de frisseluchtfunctie na afloop van het programma. De
lucht wordt door de ventilator vanaf de achterkant in de trommel geblazen. Dit verfrist de
kleding en droogt de pakking en het gedeelte tussen de binnentrommel en de
buitentrommel, waardoor de groei van schimmel en bacteriën in de trommel wordt
voorkomen en nare geurtjes worden voorkomen. De lucht stroomt aan beide kanten van
de voorkant van het hoofdbedieningspaneel naar buiten; dit kan tot 12 uur duren, tot de
consument het stopt.
3-Bedieningspaneell
NL
10
Raak deze toets nogmaals aan; het pictogram voor frisse lucht gaat uit en op het scherm
verschijnt ‘Ultra Fresh uit’ (afb. 3-7).
3.4.2 Functietoetsen
Raak deze toets aan; het Refresh-pictogram licht op en op het scherm verschijnt
‘Refresh aan’ (afb. 3-8). Dit wordt gebruikt voor het verwijderen van verse geuren, het
verwijderen van stof, het verwijderen van mijten en het verwijderen van vocht.
Raak deze toets nogmaals aan; het Refresh-pictogram gaat uit en op het scherm
verschijnt ‘Refresh uit’ (afb. 3-9).
3.4.3 Functietoetsen
Raak deze toets aan; het autodoseringspictogram licht op, de automatische
toevoerfunctie kan naar wens worden ingesteld en de automatische toevoerfunctie van
wasmiddel of wasverzachter kan worden in- of uitgeschakeld (afb. 3-10).
NL
3-Bedieningspaneell
11
3.4.4 Functietoetsen
Raak deze toets aan; het i-time-pictogram licht op en de wastijd kan naar wens worden
ingesteld. Deze functie is voor sommige programma's niet beschikbaar (afb. 3-11).
3.4.5 Functietoetsen
Raak deze toets aan; het wifipictogram licht op en de functietoets kan worden gebruikt
om verbinding te maken met of lost te koppelen van het internet der dingen (afb. 3-12).
3.5 Andere functietoetsen
3.5.1 Functie ‘Temp.’
1. Raak de ‘Temp.’-toets (afb. 3-13) aan om een
andere temperatuur te selecteren (--
/20/30/40/60/90).
2. Per programma zijn verschillende opties
beschikbaar. Als ‘--op het display verschijnt, wordt
het water niet verwarmd.
3.5.2 Snelheidsfunctie
1. Raak de snelheidstoets (afb. 3-14) aan om een
andere snelheid (0/400/600/800/1000/1200/1400)
te selecteren.
2. Per programma zijn verschillende opties
beschikbaar. Als ‘0’ op het display verschijnt,
centrifugeert de wasmachine niet.
3.5.3 Spoelfunctie
1. Raak de toets voor spoelen (afb. 3-15) aan om het
aantal spoelbeurten te selecteren (0/l/2/3/4/5).
2. Per programma zijn verschillende opties
beschikbaar.
3-Bedieningspaneell
NL
12
3.5.4 Wasmiddelfunctie
Raak de toets voor wasmiddel (afb. 3-16) aan om de
wasmiddeldosering te kiezen
(UIT/40%/70%/100%/120%).
3.5.5 Wasverzachterfunctie
Raak de toets voor wasverzachter (afb. 3-17) aan om
de wasverzachterfunctie in of uit te schakelen
(UIT/100%).
3.5.6 Einde uitstel-functie
Raak de toets ‘Einde uitstel’ (afb. 3-18) aan om de
eindtijd van de startuitstel te selecteren. De eindtijd
van de uitstel kan worden verhoogd in stappen van
30 minuten van 0,524 uur (de eindtijd is langer dan de
oorspronkelijke programmatijd). Bijvoorbeeld: 06:30
betekent dat de programmacyclus over 6 uur en
30 minuten eindigt. Druk op de ‘Start/Pauze’-toets om
de uitsteltijd te activeren. Deze functie is voor
sommige programma's niet beschikbaar.
3.5.7 Vlekkenfunctie
Raak de toets ‘Vlekken’ (afb. 3-19) aan om speciale
functies voor vlekken te selecteren
(UIT/sap/wijn/gras/modder/bloed/melk/koffie/zweet/
thee/lippenstift/inkt/olie).
3.6 Instellingenfunctie
1. Raak de instellingenknop aan (afb. 3-20) om het
instellingenscherm te openen.
2. Je kunt wifi (AAN/UIT), taal (17 talen), spraak
(AAN/UIT), lettertype (standaard/groot),
waterhardheid (zacht/gemiddeld/hard) instellen.
NL
3-Bedieningspaneell
13
3.7 Kinderslot
1. Kies een programma en start. Raak ‘—’ (afb. 3-21)
3 seconden lang aan; de kinderslotfunctie is
ingeschakeld en op het scherm verschijnt ‘Kinderslot
aan’ (afb. 3-22).
2. Raak ‘—’ nogmaals 3 seconden aan; de
kinderslotfunctie wordt uitgeschakeld en op het
scherm verschijnt ‘Kinderslot uit’ (afb. 3-23).
Opmerking: Kinderslot
Het kinderslot dat handmatig is ingesteld, moet handmatig worden geannuleerd of
wordt automatisch geannuleerd aan het einde van het programma. Uitschakelen en
foutinformatie schakelen het kinderslot niet uit. Dit werkt nog steeds wanneer de
toepassing de volgende keer wordt ingeschakeld.
Houd de toets 3 seconden lang ingedrukt en op het scherm verschijnt ‘Kinderslot
activeren’.
Het kinderslot kan niet worden ingesteld of geannuleerd via de hOn-app.
3.8 Wasmiddellade
Open de dispenserlade; de volgende onderdelen zijn
zichtbaar (afb. 3-24).
1: Het hoofdwascompartiment, voor vloeibaar wasmiddel.
2: Het compartiment voor wasverzachter.
3: Het compartiment voor poederwasmiddel.
4: Vergrendelingslipje; druk het naar beneden om de
dispenserlade uit te trekken. Raadpleeg de handleiding van
het wasmiddel voor aanbevelingen over het type wasmiddel
dat geschikt is voor de verschillende wastemperaturen.
Opmerking: De procedure om het aantal cycli te controleren dat de
machine heeft gedraaid.
Procedure: Selecteer in de stand-bymodus eerst het programma ‘Katoen’. Druk daarna
tegelijkertijd op ‘Temp.’ enSnelheid’. Het aantal cycli wordt gedurende 3 seconden
weergegeven en vervolgens keert u terug naar de stand-byweergave. De optellende
teller voor uitgevoerde cycli voegt 1 toe nadat het programma is afgelopen. Als er meer
dan 9999 uitgevoerde cycli zijn dan worden ze weergegeven in hexadecimalen.
4-Programma's
NL
14
4-Programma's
Wasmiddelcompartiment voor:
Wasverzachter
Wasmiddel
• = ja, o = optioneel, / = nee
Waspoeder3)
Max.
belasting
in kg
Temperatuur
Vooraf
ingestelde
centrifugeer-
snelheid in
tpm
Functie
Standaardduur (min)
in °C1)
Vooraf ingesteld
Wasverzachter
Wasmiddel
Waspoeder
Einde uitstel
Vlekken
Spoelen
Programma
HW100
selecteerbaar
bereik
Type stoffen
Eco 40-60
10
--tot 60
40
/
1400
161
Slimme Al
10
--tot 60
40
Licht vervuild ge-
mengd wasgoed
van katoen en
synthetische
stoffen
1000
78
Shirt
3
--tot 40
40
Katoen/
synthetisch
1000
70
Katoen
10
--tot 90
40
Katoen
1400
84
Synthetisch
10
--tot 60
40
Synthetische of
gemengde stof
1200
141
Fijne was
2,5
--tot 30
30
Fijne was en
zijde
600
/
/
47
Babyverzor-
ging
5
--tot 90
60
Katoen/
synthetisch
1000
107
Allergiever-
zorging
10
-- tot 90
60
Katoen/
synthetisch
1000
/
107
Snel 15' 2)
1
--tot 40
--
Katoen/
synthetisch
1000
/
15
Wol
1
--tot 40
--
Machinewas-
bare stof van
wol of gehalte
aan wol
800
/
/
40
Centrifuge-
ren
10
/
--
/
/
Niet-delicate
stof
1000
/
/
/
26
Katoen 20°C
10
/
20
Katoen
1000
/
53
Gemengd
10
--tot 60
30
/
1000
70
Dekbed
2,5
--tot 40
30
/
Katoen
800
/
74
Zelfreiniging
/
--/90
90
/
/
/
/
600
/
/
/
/
/
/
60
Ultra Fresh
/
/
--
/
/
/
/
--
/
/
/
/
/
120
- Het water wordt niet opgewarmd.
1) Kies alleen een wastemperatuur van 90°C voor speciale hygiënische vereisten.
2) Verlaag de hoeveelheid wasmiddel, aangezien het programma kort duurt.
3) De voorwasmiddelfunctie zal het wasmiddel niet automatisch doseren vanuit het
wasmiddelcompartiment als u de autodoseringsfunctie uitschakelt.
Bij het wassen van zware ladingen kan de wasmachine sterk trillen of bewegen als de kleding
in elkaar verstrengeld raakt. Het ontwerp en de specificaties kunnen zonder voorafgaande
kennisgeving worden gewijzigd met het oog op kwaliteitsverbetering.
NL
5-Verbruik
15
5-Verbruik
Scan de QR-code op het energielabel voor informatie over het energieverbruik.
Het werkelijke energieverbruik kan afwijken van het opgegeven verbruik, afhankelijk van
de plaatselijke omstandigheden.
Testprogramma volgens de EU-verordening voor ecologisch ontwerp en de EU-
verordening voor energielabels. Selecteer Eco 40-60, druk vervolgens op de startknop
en activeer het wasprogramma.
Indicatieve informatie (overeenkomstig Verordening (EU) 2019/2023 van de
Commissie):
Nominaal
vermogen
Programma
Max.
temperatuur
(°C)
Effectieve
snelheid
(tpm)
Restvochtigheid
(%)
(kg)
(UU:MM)
(kWh/cyclus)
(liter/cyclus)
10 kg
Eco 40-60
10
3:58
0,635
70,0
28
1330
52,0
Eco 40-60
5
2:58
0,430
45,0
28
1330
52,0
Eco 40-60
2,5
2:48
0,250
35,0
25
1330
55,5
Katoen 20°C
10
0:53
0,310
85,0
20
1000
65,0
Katoen 60°C
10
1:39
2,000
85,0
57
1400
55,0
Wol 30°C
1
0:50
0,400
40,0
30
800
37,0
Snel 15' 30°C
1
0:28
0,400
40,0
30
1000
65,0
Opmerking: Automatische gewichtsherkenning
Het apparaat is uitgerust met een laadherkenning. Bij lichte belading worden energie,
water en wastijd bij sommige programma's automatisch verminderd. De standaardduur
op het display kan variëren afhankelijk van het gewicht van de lading wanneer het gaat
om het programma ‘Slimme Al, Synthetisch, Katoen, Katoen 20°C, Eco 40-60’.
Behalve Eco 40-60 is de waarde die voor elk programma wordt gegeven slechts indicatief.
6-Dagelijks gebruik
NL
16
6-Dagelijks gebruik
6.1 Stroomvoorziening
Sluit de wasmachine aan op een stroomvoorziening
(220240 V~/50 Hz; afb. 6-1). Raadpleeg ook het
hoofdstuk INSTALLATIE (zie pag. 29).
6.2 Wateraansluiting
Controleer voor het aansluiten of de
watertoevoer schoon en vrij is.
Draai de kraan open (afb. 6-2).
Opmerking: Lekdichtheid
Controleer vóór gebruik op lekkage bij de aansluitingen tussen de kraan en de
toevoerslang door de kraan open te draaien.
6.3 De was voorbereiden
Sorteer kleding op stof (katoen, synthetisch, wol
of zijde, etc.) en hoe vuil ze zijn (afb. 6-3). Let op
de verzorgingsinstructies op waslabels.
Scheid witte kleren van gekleurde. Was gekleurde
stoffen eerst met de hand om te controleren of
ze vervagen of uitlopen.
Leeg zakken (sleutels, muntgeld, etc.) en verwijder
harder decoratieve voorwerpen (zoals broches).
Kleding zonder zomen, fijne was en fijngeweven
stoffen zoals fijne gordijnen moeten in een
waszak worden gedaan om dit delicate wasgoed
te verzorgen (handwas of stomerij is beter).
Sluit ritsen, klittenbandsluitingen en haakjes.
Zorg ervoor dat knopen goed vastgenaaid zijn.
Doe gevoelige items zoals wasgoed zonder
stevige zoom, delicaat ondergoed en kleine items
zoals sokken, riemen, beha's, etc. in een waszak.
Vouw grote stukken stof zoals lakens, spreien,
etc. open.
Keer jeans en bedrukte, versierde of
kleurintensieve stoffen binnenstebuiten. Indien
mogelijk apart wassen.
VOORZICHTIG!
Voorwerpen die niet van stof zijn, maar ook kleine, losse of scherpgerande items kunnen
storingen en schade aan kleding en apparatuur veroorzaken.
NL
6-Dagelijks gebruik
17
Verzorgingstabel
Wassen
Wasbaar tot 95°C,
normaal proces
Wasbaar tot 60°C,
normaal proces
Wasbaar tot 60°C,
mild proces
Wasbaar tot 40°C,
normaal proces
Wasbaar tot 40°C, mild
proces
Wasbaar tot 40°C,
zeer mild proces
Wasbaar tot 30°C,
normaal proces
Wasbaar tot 30°C, mild
proces
Wasbaar tot 30°C,
zeer mild proces
Met de hand wassen op
max. 40°C
Niet wassen
Bleken
Bleken toegestaan
Alleen zuurstof/geen
chloor
Niet bleken
Drogen
Drogen in de droog-
trommel mogelijk bij
normale temperatuur
Drogen in de
droogtrommel
mogelijk bij lagere
temperatuur
Niet in de droger
drogen
Drogen aan de lijn
Vlak drogen
Strijken
Strijken met een
maximumtemperatuur
tot 200°C
Strijken met een
gemiddelde
temperatuur tot 150°C
Strijken op een lage
temperatuur tot
110°C: zonder stoom
(strijken met stoom
kan onherstelbare
schade veroorzaken)
Niet strijken
Professionele textielverzorging
Chemisch reinigen in
tetrachlooretheen
Chemisch reinigen in
koolwaterstoffen
Niet chemisch reinigen
Professionele natte
reiniging
Niet professioneel nat
reinigen
Sommige van deze symbolen staan mogelijk niet in het apparaatmenu.
6.4 Het apparaat laden
Doe het wasgoed er één voor één in.
Niet te vol laden. Let op de verschillende maximale beladingen per programma!
Vuistregel voor maximale belading: Houd 15 cm ruimte tussen de lading en de
bovenkant van de trommel.
Sluit voorzichtig de deur. Zorg ervoor dat er geen stukken wasgoed tussen zitten
geklemd.
6-Dagelijks gebruik
NL
18
6.5 Wasmiddel kiezen
De wasefficiëntie en -prestaties worden bepaald door de kwaliteit van het wasmiddel.
Gebruik alleen goedgekeurd wasmiddel voor machinewas.
Gebruik indien nodig specifieke wasmiddelen, bijvoorbeeld voor synthetische en
wollen stoffen.
Raadpleeg de tips voor wasmiddelen op de stickers op het werkblad.
Gebruik geen chemische reinigingsmiddelen zoals trichloorethyleen en soortgelijke
producten.
Kies het beste wasmiddel
Soort wasmiddel
Programma
Universeel
Bonte was
Fijne was
Speciaal
Wasverzachter
Eco 40-60
V/P
V/P
-
-
o
Slimme Al
V/P
V/P
-
-
o
Shirt
V/P
V/P
-
-
o
Katoen
V/P
V/P
-
-
o
Synthetisch
-
V/P
-
-
o
Fijne was
-
-
V/P
V/P
o
Babyverzorging
-
-
V/P
V/P
o
Allergieverzorging
P
V/P
-
-
o
Snel 15'
V
V
-
-
o
Wol
-
-
V/P
V/P
o
Centrifugeren
-
-
-
-
-
Katoen 20°C
V/P
V/P
-
-
o
Gemengd
V
V/P
-
-
o
Dekbed
-
-
V
V/P
-
Zelfreiniging
-
-
-
o
-
Ultra Fresh
-
-
-
-
-
V = gel-/vloeibaar wasmiddel P = poederwasmiddel O = optioneel - = nee
Als u vloeibaar wasmiddel gebruikt, wordt niet aangeraden de tijdsuitstel te activeren.
We adviseren het gebruik van:
Waspoeder: 20°C tot 90°C* (beste gebruik: 4060°C)
Kleurwasmiddel: 20°C tot 60°C (beste gebruik: 3060°C)
Wasmiddel voor wol/fijne was: 20°C tot 30°C (beste gebruik: 2030°C)
*Kies alleen een wastemperatuur van 90°C voor speciale hygiënische vereisten.
*Als u kiest voor een watertemperatuur van 60°C of hoger, adviseren we u om minder
wasmiddel te gebruiken. Gebruik het speciale desinfectiemiddel dat geschikt is voor
katoenen of synthetische doeken.
*Het is beter om minder of geen waspoeder met schuimvorming te gebruiken.
NL
6-Dagelijks gebruik
19
6.6 Wasmiddel toevoegen
1. Schuif de wasmiddellade naar buiten.
2. Doe de benodigde middelen in de betreffende
compartimenten (afb. 6-4).
3. Duw de lade voorzichtig terug.
Opmerking: Geur verwijderen
Verwijder wasmiddelresten vóór de volgende wasbeurt uit de wasmiddellade.
Gebruik niet te veel wasmiddel of wasverzachter.
Volg de instructies op de verpakking van het wasmiddel.
Vul het wasmiddel altijd vlak voor het begin van het wasprogramma.
Geconcentreerd vloeibaar wasmiddel moet worden verdund voordat u het toevoegt.
Gebruik geen vloeibaar wasmiddel als de functie ‘Uitstel’ is geselecteerd.
Kies de programma-instellingen zorgvuldig volgens de verzorgingssymbolen op alle
waslabels en volgens de programmatabel.
6.7 Het apparaat inschakelen
Druk op de aan/uit-toets om het apparaat in te
schakelen (afb. 6-5). Het ledlampje van de
‘Start/Pauze’-toets knippert.
6.8 Een programma selecteren
Voor de beste wasresultaten kiest u een programma dat
past bij de mate van vervuiling en het soort wasgoed.
Draai aan de programmaknop (fig. 6-6) om het juiste
programma te kiezen.
Opmerking: Geur verwijderen
Voor het eerste gebruik raden we aan het programma ‘Zelfreiniging’ te draaien zonder
wasgoed en met een kleine hoeveelheid wasmiddel in het wasmiddelcompartiment (2)
of een speciale wasmachinereiniger om mogelijk corrumperende resten te verwijderen.
6.9 Individuele selecties toevoegen
Selecteer de gewenste opties en instellingen (afb. 6-7);
raadpleeg Bedieningspaneel.
6-Dagelijks gebruik
NL
20
6.10 Een wasprogramma starten
Druk op de ‘Start/Pauze’-toets (afb. 6-8) om te starten. Het ledlampje
van de ‘Start/Pauze’-toets stopt met knipperen en brandt continu.
Het apparaat werkt volgens de huidige instellingen.
Wijzigingen zijn alleen mogelijk door het programma te annuleren.
6.11 Het wasprogramma onderbreken/annuleren
Om een lopend programma te onderbreken drukt u op ‘Start/Pauze’. Druk er nogmaals
op om de bediening te hervatten.
Een lopend programma en alle bijbehorende individuele instellingen annuleren:
Druk op de ‘Start/Pauze’-toets om het lopende programma te onderbreken, een nieuw
programma te selecteren en dat te starten.
6.12 Na het wassen
Opmerking: Deurvergrendeling
Om veiligheidsredenen is de deur gedeeltelijk vergrendeld tijdens het
wasprogramma. Het is alleen mogelijk om de deur te openen aan het einde van het
programma of nadat het programma correct werd geannuleerd (zie bovenstaande
beschrijving).
Bij een hoog waterpeil, een hoge watertemperatuur en tijdens het centrifugeren is
het niet mogelijk om de deur te openen. Slotje wordt weergegeven op het display:
Het waterpeil, de temperatuur of de rotatiesnelheid voldoet niet aan de vereisten
voor het openen van de deur.
1. Aan het einde van de programmacyclus wordt ‘END’ (Einde) weergegeven.
2. Het apparaat schakelt automatisch uit.
3. Haal het wasgoed er zo snel mogelijk uit zodat het goed blijft en meer kreukels te
voorkomen.
4. Draai de watertoevoer dicht.
5. Haal de stekker uit het stopcontact.
6. Open de deur om dampvorming en geurtjes te voorkomen. Laat hem open wanneer
het apparaat niet wordt gebruikt.
7. Kleine kledingstukken blijven gemakkelijk aan de wand plakken na drogen op hoge
snel. Vergeet dus niet om alle kleding op te pakken als de deur wordt geopend.
Opmerking: Stand-bymodus/energiebesparingsmodus
Het ingeschakelde apparaat gaat in stand-by als het niet binnen 2 minuten voor aanvang
van het programma of aan het einde van het programma wordt geactiveerd. Het display
gaat uit. Dit bespaart energie. Druk op de ‘Aan/uit’-toets om de stand-bymodus te
onderbreken.
6.13 De zoemer in- of uitschakelen
Het akoestische signaal kan indien nodig worden geselecteerd:
1. Schakel het apparaat in.
2. Ga naar het instellingenscherm en selecteer ‘Spraak’.
3. Selecteer ‘Spraak UIT’, zoemergeluid uitgeschakeld. Selecteer ‘Spraak AAN’,
zoemergeluid ingeschakeld.
NL
7-hOn
21
7-hOn
Opmerking: Afwijkingen
Door constante updates van hOn kunnen de functies en de weergave-interface van de
app afwijken van de volgende beschrijving.
7.1 Algemeen
Dit apparaat is geschikt voor wifi. Met de hOn-app kunt u uw smartphone gebruiken om
het programma te bedienen.
WAARSCHUWING!
Neem de veiligheidsmaatregelen in deze gebruikershandleiding in acht en zorg ervoor
dat deze worden nageleefd, ook als u het apparaat bedient via de hOn-app terwijl u niet
thuis bent. U moet ook de instructies in hOn volgen.
7.2 Vereisten
1. n draadloze router (802.11b/g/n protocol) die alleen de frequentieband 2,4 GHz
ondersteunt. De lengte van de SSID van de router is 132 tekens (inclusief 1 en 32) en
het wachtwoord is 864 tekens lang. Het wachtwoord moet minimaal 8 tekens lang zijn.
Coderingsmethoden voor routers zijn onder andere: open, WPA-PSK en WPA2-PSK.
2. De app is beschikbaar voor apparaten met Android, Huawei of iOS, zowel voor tablets
als voor smartphones.
3. Het apparaat moet worden geïnstalleerd op een plek waar het een sterk wifisignaal
kan ontvangen. Als het apparaat eenmaal correct is gekoppeld met de app, dan
verschijnt er geen wifipictogram op het scherm als het apparaat niet juist is
verbonden met de draadloze router.
7.3 De hOn-app downloaden en installeren:
Download de hOn-app naar uw toestel door de volgende QR-code te scannen:
Of via de link go.haier-europe.com/download App
Frequentiesnelheid (OFR)
2400 MHz2483,5 MHz
Max. vermogen (EIRP)
20 dBM
Draadloze standaard
IEEE802.11b/g/n & BLE V4.2
Opmerking: Registratie
Registratie is vereist wanneer de account voor de eerste keer wordt gebruikt of wanneer
de formele account is verwijderd/gesloten. Voor verder gebruik moet u een
gebruikersnaam en wachtwoord invoeren wanneer u inlogt.
7-hOn
NL
22
7.4 Registratie en app koppelen
1. Verbind de smartphone met het wifithuisnetwerk waarmee u het product wilt
verbinden.
2. Open de app.
3. Maak het gebruikersprofiel aan (of log in als het al eerder is aangemaakt).
4. Druk op de toets ‘ ’ om de koppelingsmodus te starten.
5. Koppel het apparaat volgens de instructies in de app.
Opmerking: Wifinetwerk
Het is niet mogelijk om het apparaat te verbinden met een openbaar wifinetwerk. Dit kan
storingen veroorzaken.
Opmerking: Gebruik dezelfde wifi
Maak met uw smartphone verbinding met het netwerk waarmee u het product wilt
verbinden.
7.5 Bediening op afstand inschakelen
1. Controleer of de router is ingeschakeld en verbonden is met het internet.
2. Laad de was en sluit de deur.
3. Druk op de toets ‘ ’, de deur wordt vergrendeld.
4. Start de cyclus met de app, het bedieningspaneel wordt uitgeschakeld behalve de
aan/uit-toets en de ‘Start/Pauze’-toets.
5. Bediening op afstand kan ook worden geactiveerd door tijdens de lopende cyclus op
de toets ‘ ’ te drukken.
6. Zodra de cyclus is voltooid, wordt de deur ontgrendeld en gaat de bediening op afstand
uit.
7. Na 2 minuten schakelt het apparaat zichzelf uit.
Opmerking: Einde van de bediening op afstand
Als de bediening op afstand geactiveerd is en de eindgebruiker start binnen 10 minuten
geen cyclus via de app, dan gaat het apparaat naar de netwerkstand-bymodus en blijft
bediening op afstand tot 24 uur actief, waarna het wordt uitgeschakeld.
7.6 Bediening op afstand uitschakelen
1. Druk op de toets ’ op het bedieningspaneel om de bediening op afstand uit te
schakelen terwijl er een cyclus wordt uitgevoerd. Het apparaat blijft de cyclus uitvoeren
en gaat naar de modus Alleen-lezen.
2. U kunt de bediening op afstand hervatten door nogmaals op de toets ‘ ’ te drukken.
3. Bedien het apparaat met de app.
7.7 Einde cyclus met "Afstandsbediening op"
1. Aan het einde van de cyclus wordt de deur ontgrendeld en wordt de bediening op
afstand uitgeschakeld.
2. Na 2 minuten schakelt het apparaat zichzelf automatisch uit.
NL
7-hOn
23
7.8 Configuratie-informatie verwijderd
1. Houd de toets 5 seconden lang ingedrukt. “Wilt u de wifigegevens opnieuw
instellen?” wordt weergegeven op het bedieningspaneel.
2. Druk op ‘Ja’ om te bevestigen.
3. Configuratie-informatie wordt verwijderd.
Opmerking: Netwerkgegevens annuleren/herstellen
Volg deze procedure alleen als u uw wasmachine gaat verkopen.
8-Milieuvriendelijk wassen
NL
24
8-Milieuvriendelij k wassen
Milieubewust gebruik
Voor een optimaal gebruik van energie, water, wasmiddel en tijd moet u de
aanbevolen maximale belading in acht nemen.
Niet te zwaar beladen (handbreedte ruimte boven wasgoed).
Voor licht vervuild wasgoed kiest u het programma ‘Snel 15’.
Gebruik exacte doseringen van elk wasmiddel.
Kies de laagste geschikte wastemperatuur. Moderne wasmiddelen reinigen efficiënt
bij temperaturen lager dan 60°C.
Standaardinstellingen alleen verhogen bij hardnekkige vlekken.
Algemene informatie:
Met het programma ‘Eco 40-60’ kan normaal vervuild katoenen wasgoed dat
wasbaar is op 40°C of 60°C samen in dezelfde cyclus worden gewassen. Dit
programma wordt gebruikt om de naleving van de EU-wetgeving inzake ecologisch
ontwerp te beoordelen.
De meest efficiënte programma's wat betreft energieverbruik zijn over het algemeen
die met een lagere temperatuur en een langere duur.
Het geluid en het resterende vochtgehalte worden beïnvloed door de
centrifugeersnelheid: hoe hoger de centrifugeersnelheid in de centrifugeerfase, hoe
meer lawaai en hoe lager het resterende vochtgehalte.
NL
9-Onderhoud en reiniging
25
9-Onderhoud en r einiging
9.1 De wasmiddellade reinigen
Zorg er altijd voor dat er geen wasmiddelresten
achterblijven. Reinig de lade regelmatig (afb. 9-1):
1. Trek de lade uit totdat deze stopt.
2. Druk op de ontgrendelingsknop en verwijder de lade.
3. Veeg de opening waar de lade uit komt schoon met
een doek.
4. Spoel de lade af met water tot deze schoon is en
plaats de lade terug in het apparaat.
9.2 De machine reinigen
Haal de stekker uit het stopcontact tijdens
reiniging en onderhoud.
Gebruik een zachte doek met vloeibare zeep om
de behuizing van de machine (afb 9-2) en de
rubberen onderdelen schoon te maken.
Gebruik geen organische chemicaliën of bijtende
oplosmiddelen.
9.3 Waterinlaatklep en filter van de inlaatklep
Om verstopping van de watertoevoer door vaste
stoffen zoals kalk te voorkomen, moet het filter van de
inlaatklep regelmatig worden gereinigd.
Haal de stekker uit het stopcontact en draai de
watertoevoer dicht.
Schroef de watertoevoerslang aan de achterkant
(afb. 9-3) los van het apparaat en van de kraan.
Spoel de filters met water en een borstel (afb. 9-4).
Plaats het filter terug en installeer de toevoerslang
weer.
Draai de kraan open om te zien of hij lekt.
9.4 De trommel reinigen
Verwijder per ongeluk gewassen voorwerpen,
vooral metalen onderdelen zoals spelden, munten,
etc. uit de trommel (afb. 9-5) en de groef van de
deurpakking (rubberen ring), aangezien deze
roestvlekken en schade veroorzaken.
Gebruik een reinigingsmiddel zonder chloor om
roestvlekken te verwijderen. Neem de waarschu-
wingsaanwijzingen van de fabrikant van het
reinigingsmiddel in acht.
Gebruik geen harde voorwerpen of staalwol voor het reinigen.
Open na de procedure de deur, gebruik een doek om de vlekken en het schuim rond de
pakking schoon te maken en houd de binnen- en buitenkant van de pakking schoon.
Opmerking: Hygiëne
Voor regelmatig onderhoud raden we aan het programma ‘Zelfreiniging’ binnen
100 cycli uit te voeren om mogelijke corrosieve resten te voorkomen. Voeg een kleine
hoeveelheid wasmiddel toe aan het wasmiddelcompartiment (2) of gebruik een speciaal
machinereinigingsmiddel.
9-Onderhoud en reiniging
NL
26
9.5 Lange perioden van onbruik
Als het apparaat langere tijd niet wordt gebruikt:
1. Trek de stekker uit het stopcontact (afb. 9-6).
2. Sluit de watertoevoer af (afb. 9-7).
3. Open de deur om dampvorming en geurtjes te
voorkomen. Laat de deur open wanneer het
apparaat niet wordt gebruikt.
Controleer vóór het volgende gebruik zorgvuldig het
netsnoer, de watertoevoer en de afvoerslang.
Controleer of alles goed geïnstalleerd is en er geen
lekkage is.
9.6 Pompfilter
Reinig het filter één keer per maand en controleer
bijvoorbeeld het pompfilter als het apparaat:
het water niet afpompt;
niet draait;
een ongewoon geluid maakt tijdens het draaien.
WAARSCHUWING!
Verbrandingsgevaar! Water in het pompfilter kan
erg heet zijn! Zorg ervoor dat het water is afgekoeld
voordat u actie onderneemt.
1. Schakel het apparaat uit en haal de stekker uit het
stopcontact (afb. 9-8).
2. Druk op de serviceklep en open deze (afb. 9-9).
3. Zorg voor een platte bak om restwater op te
vangen (afb. 9-10). Er kunnen grotere
hoeveelheden zijn!
4. Trek de afvoerslang naar buiten en houd het
uiteinde boven de bak (afb. 9-10).
5. Neem de afsluitstop uit de afvoerslang (afb. 9-10).
6. Na volledige drainage sluit u de afvoerslang (afb. 9-
11) en duwt u deze terug in de machine.
7. Schroef het pompfilter tegen de klok in los en
verwijder het (afb. 9-12).
8. Verwijder verontreinigingen en vuil (afb. 9-13).
NL
9-Onderhoud en reiniging
27
9. Reinig het pompfilter zorgvuldig, bijvoorbeeld met
stromend water (afb. 9-14).
10. Plaats na het schoonmaken de handgreep terug en
draai hem vast tot hij niet meer beweegt. Op dit
moment staat de handgreep in de verticale stand
(afb. 9-15).
11. Sluit de serviceklep.
VOORZICHTIG!
De afdichting van het pompfilter moet schoon en onbeschadigd zijn. Als het deksel
niet goed vastzit, kan er water ontsnappen.
Het filter moet op zijn plaats zitten, anders kan het gaan lekken.
10-Problemen oplossen
NL
28
10-Pr oblemen oploss en
Veel voorkomende problemen kunt u zelf oplossen zonder specifieke expertise. Als er een
probleem optreedt, controleer dan alle getoonde mogelijkheden en volg de onderstaande
instructies voordat u contact opneemt met een aftersales-service. Zie
KLANTENSERVICE.
WAARSCHUWING!
Voordat u onderhoud uitvoert, moet u het apparaat uitschakelen en de stekker uit
het stopcontact halen.
Elektrische apparatuur mag alleen worden onderhouden door gekwalificeerde
elektrische experts, omdat onjuiste reparaties aanzienlijke gevolgschade kunnen
veroorzaken.
Een beschadigd netsnoer mag alleen worden vervangen door de fabrikant, diens
servicevertegenwoordiger of vergelijkbaar gekwalificeerde personen om gevaar te
voorkomen.
Voor de veiligheid van de eindgebruiker wordt reparatie door de gebruiker zelf of een
niet-professionele monteur afgeraden. Neem contact op met een aftersales-service.
10.1 Problemen oplossen met de displaycode
Probleem
Oorzaak
Oplossing
CLR FLTR
Afpompfout, water wordt niet volledig
afgevoerd binnen 6 minuten.
Maak het pompfilter schoon.
Controleer de installatie van de afvoerslang.
E2
Vergrendelingsfout.
Sluit de deur goed.
E4
Waterniveau niet bereikt na
12 minuten.
Controleer of de kraan helemaal open staat
en de waterdruk normaal is.
De afvoerslang is zelfafvoerend.
Controleer de installatie van de afvoerslang.
E8
Fout waterbeschermingsniveau.
Neem contact op met de aftersales-service.
E5
Afvoerfout. Water wordt niet volledig
afgevoerd binnen de ingestelde tijd.
(programma Refresh)
Maak het pompfilter schoon.
Controleer de installatie van de afvoerslang.
F3
Fout temperatuursensor.
Neem contact op met de aftersales-service.
F4
Verwarmingsfout.
Neem contact op met de aftersales-service.
F7
Motorfout.
Neem contact op met de aftersales-service.
FA
Fout waterniveausensor.
Neem contact op met de aftersales-service.
FH
De iot-module wordt niet
geconfigureerd.
Neem contact op met de aftersales-service.
FC0/FC1
Abnormale communicatiefout.
Neem contact op met de aftersales-service.
Fb
Water liep abnormaal over.
Open de afvoerpomp om af te voeren.
Schakel de machine uit. Neem contact op
met de aftersales-service.
NL
10-Problemen oplossen
29
10.2 Problemen oplossen zonder displaycode
Probleem
Oorzaak
Oplossing
Wasmachine werkt niet.
Het programma is nog niet gestart.
Controleer het programma en
start het.
De deur zit niet goed dicht.
Sluit de deur goed.
De machine is niet ingeschakeld.
Schakel het apparaat in.
Stroomuitval.
Controleer de stroomvoorziening.
Het kinderslot is geactiveerd.
Deactiveer het kinderslot.
De wasmachine wordt
niet gevuld met water.
Geen water.
Controleer de waterkraan.
De inlaatslang is geknikt.
Controleer de inlaatslang.
Het filter van de inlaatslang is
verstopt.
Ontstop het filter van de
inlaatslang.
De waterdruk is minder dan 0,03 MPa.
Controleer de waterdruk.
De deur zit niet goed dicht.
Sluit de deur goed.
Storing in de watertoevoer.
Zorg voor watertoevoer.
De machine pompt af
tijdens het vullen.
De hoogte van de afvoerslang is
minder dan 80 cm.
Zorg ervoor dat de afvoerslang
goed is geïnstalleerd.
Het uiteinde van de afvoerslang kan in
het water komen.
Zorg ervoor dat de afvoerslang
niet in het water staat.
Afpompstoring.
De afvoerslang is verstopt.
Ontstop de afvoerslang.
Het pompfilter is verstopt.
Maak het pompfilter schoon.
Het uiteinde van de afvoerslang ligt
hoger dan 100 cm boven de vloer.
Zorg ervoor dat de afvoerslang
goed is geïnstalleerd.
Sterke trilling tijdens het
centrifugeren.
Niet alle transportbouten zijn
verwijderd.
Verwijder alle transportbouten.
Het apparaat heeft geen stevige
positie.
Zorg voor een stevige ondergrond
en een vlakke plaatsing.
De machinebelading is niet correct.
Controleer het gewicht en de
balans van de lading.
De bediening stopt
voordat de wascyclus is
voltooid.
Water- of elektriciteitsstoring.
Controleer de stroom- en
watertoevoer.
De werking stopt gedu-
rende een bepaalde tijd.
Het apparaat geeft een foutcode weer.
Denk aan de displaycodes.
Probleem door de verdeling van de
belading.
Verminder de belading of herschik
deze.
Het programma voert inweekcyclus uit.
Programma annuleren en opnieuw
starten.
Overmatig schuim drijft
op trommel en/of in de
wasmiddellade.
Het wasmiddel is niet geschikt.
Controleer de aanbevelingen voor
de wasmiddelen.
Overmatig gebruik van wasmiddel.
Verminder de hoeveelheid
wasmiddel.
Automatische aanpassing
van de wastijd.
De duur van het wasprogramma
wordt aangepast.
Dit is normaal en heeft geen
invloed op de functionaliteit.
10-Problemen oplossen
NL
30
Probleem
Oorzaak
Oplossing
Centrifugeren mislukt.
Onbalans van de was.
Controleer de lading van de ma-
chine en het wasgoed en draai op-
nieuw een centrifugeerprogramma.
Onbevredigend
wasresultaat.
De mate van vervuiling komt niet
overeen met het geselecteerde
programma.
Selecteer een ander programma.
De hoeveelheid wasmiddel was niet
voldoende.
Kies het wasmiddel op basis van de
mate van vuilheid en volgens de
specificaties van de fabrikant.
De maximale belading is overschreden.
Verklein de belading.
Het wasgoed was ongelijk verdeeld in
de trommel.
Haal het wasgoed uit elkaar.
Er zitten waspoederres-
ten op het wasgoed.
Onoplosbare deeltjes wasmiddel
kunnen als witte vlekken achterblijven
op het wasgoed.
Voer een extra spoeling uit.
Probeer de vlekken uit de droge
was te borstelen.
Kies een ander wasmiddel.
Het wasgoed heeft grijze
vlekken.
Veroorzaakt door vetten zoals olie,
crèmes of zalven.
Behandel de was voor met een
speciaal reinigingsmiddel.
Opmerking: Schuimvorming
Als er te veel schuim wordt waargenomen tijdens het centrifugeren, stopt de motor en
wordt de afvoerpomp gedurende 90 seconden geactiveerd. Als het verwijderen van
schuim 3 keer mislukt, eindigt het programma zonder te centrifugeren.
Mochten de foutmeldingen ook na de genomen maatregelen opnieuw verschijnen,
schakel dan het apparaat dan uit, haal de stekker uit het stopcontact en neem contact op
met de klantenservice.
10.3 Bij stroomuitval
Het huidige programma en de instelling ervan worden
opgeslagen. Wanneer de stroomtoevoer is hersteld,
wordt de werking hervat.
Als een stroomstoring een werkend wasprogramma on-
derbreekt, wordt de deuropening mechanisch geblok-
keerd. Het waterniveau van de was mag niet zichtbaar zijn
door het deurglas. Verbrandingsgevaar! Het waterni-
veau moet worden verlaagd zoals beschreven in ‘Pomp-
filter’. Trek pas dan aan hendel (A) onder de service-
klep (afb. 10-1) totdat de deur wordt ontgrendeld met
een zachte klik. Monteer daarna alle onderdelen weer.
Wanneer de wasmachine zich in een veilige toestand bevindt (waterniveau op een
bepaalde afstand onder het deurglas, temperatuur van de trommel lager dan
55°C, trommel draait niet), kunnen de deuren van de machine geopend worden.
NL
11-Installatie
31
11-Installatie
11.1 Voorbereiding
Haal het apparaat uit de verpakking.
Verwijder al het verpakkingsmateriaal, inclusief de beschermfolie op de kast en de
polystyreenbasis, en houd ze buiten het bereik van kinderen. Bij het openen van de
verpakking kunnen waterdruppels zichtbaar zijn op de plastic zak en het glas van de
deur. Dit normale verschijnsel is het resultaat van watertests in de fabriek.
Opmerking: Verwijdering van de verpakking
Houd alle verpakkingsmaterialen buiten het bereik van kinderen en gooi ze op een
milieuvriendelijke manier weg.
11.2 OPTIONEEL: Geluiddempende pads installeren
1. Als u de krimpverpakking opent, vindt u vier
geluiddempende pads. Deze worden gebruikt om
lawaai te verminderen (afb. 11-1).
2. Leg de wasmachine op zijn kant, met de deur naar
boven en de onderkant naar de gebruiker gericht
(afb. 11-2).
3. Pak de geluiddempende pads en verwijder de
dubbelzijdige zelfklevende beschermfolie. Plak de
geluiddempende pads rondom onder de
wasmachinekast, zoals weergegeven in afbeelding 3
(de twee langere pads op positie 1 en 3, en de twee
kortere pads op positie 2 en 4). Zet tot slot de
machine weer rechtop (afb. 11-3).
Goeie tip:
Het geluidsonderdrukkingskussen is optioneel en kan
helpen om lawaai te verminderen. Monteer het wel of
niet naar eigen wens.
11.3 De transportbouten demonteren
De transportbouten zijn ontworpen om trillingdempende
onderdelen in het apparaat te klemmen tijdens transport
om interne schade te voorkomen.
1. Verwijder alle 4 de bouten aan de achterkant en
verwijder de plastic afstandhouders
(afb. 11-4 en 11-5).
2. Vul de gaten links met afsluitdoppen
(afb. 11-6 en 11-7).
11-Installatie
NL
32
Opmerking: Op een veilige plek bewaren
Bewaar alle onderdelen van de transportbeveiliging op een veilige plek voor later
gebruik. Wanneer het apparaat moet worden verplaatst, installeer dan eerst weer de
beschermingsonderdelen.
11.4 Het apparaat verplaatsen
Als het apparaat naar een andere locatie moet worden verplaatst, vervangt u de
transportbouten die u vóór de installatie hebt verwijderd om schade te voorkomen: De
montage gebeurt in omgekeerde volgorde.
11.5 Het apparaat uitlijnen
Stel alle pootjes bij (afb. 11-8) om een volledig vlakke
positie te verkrijgen. Dit minimaliseert trillingen en dus
lawaai tijdens het gebruik. Het vermindert ook slijtage. We
raden aan om een waterpas te gebruiken voor het
afstellen. De vloer moet zo stabiel en vlak mogelijk zijn.
1. Draai de borgmoer (1) los met een sleutel.
2. Pas de hoogte aan door aan de poot (2) te draaien.
3. Draai de borgmoer (1) vast tegen de behuizing.
NL
11-Installatie
33
11.6 Aansluiting waterafvoer
Bevestig de waterafvoerslang op de juiste manier aan de leidingen. De slang moet op één
punt 80 tot 100 cm boven de onderkant van het apparaat uitkomen! Bevestig de
afvoerslang indien mogelijk altijd aan de clip aan de achterkant van het apparaat.
WAARSCHUWING!
Gebruik alleen de meegeleverde slangenset voor de aansluiting.
Gebruik oude slangensets nooit opnieuw!
Alleen aansluiten op koud water.
Controleer voor het aansluiten of het water schoon en helder is.
De volgende aansluitingen zijn mogelijk:
11.6.1 Afvoerslang naar gootsteen
Hang de afvoerslang met de U-steun over de rand
van een gootsteen met passende afmetingen
(afb 11-9).
Bescherm de U-steun voldoende tegen wegglijden.
11.6.2 Afvoerslang naar afvalwateraansluiting
De binnendiameter van de standpijp met
ontluchtingsgat moet minimaal 40 mm zijn.
Plaats de afvoerslang 80100 mm in de afvoerbuis.
Bevestig de U-steun en zet hem goed vast
(afb. 11-10).
11.6.3 Afvoerslang naar gootsteenaansluiting
De aansluiting moet boven de sifon liggen.
Een spigotverbinding wordt meestal afgesloten
met een vulkussentje (A). Dat moet worden
verwijderd om disfunctioneren te voorkomen
(afb 11-11).
Zet de afvoerslang vast met een klem.
VOORZICHTIG!
De afvoerslang mag niet onder water staan en moet stevig en lekvrij bevestigd zijn.
Als de afvoerslang op de grond wordt geplaatst of als de buis zich op een hoogte van
minder dan 80 cm bevindt, zal de wasmachine tijdens het vullen continu leeglopen
(zelfafvoerend).
De afvoerslang mag niet worden verlengd. Neem indien nodig contact op met de
aftersales-service.
11-Installatie
NL
34
11.7 Aansluiting voor schoon water
Zorg ervoor dat de pakkingen geplaatst zijn.
1. Sluit de watertoevoerslang met het gehoekte
uiteinde aan op het apparaat (afb. 11-12). Draai de
schroefverbinding met de hand vast.
2. Sluit het andere uiteinde aan op een waterkraan met
3/4" schroefdraad (afb. 11-13).
11.8 Elektrische aansluiting
Controleer bij elke aansluiting of:
stroomvoorziening, stopcontact en zekering
overeenkomen met het typeplaatje;
het stopcontact geaard is en er geen stekkerdoos
of verlengsnoer wordt gebruikt;
de stekker en het stopcontact bij elkaar passen.
Alleen VK: De VK-stekker voldoet aan de
BS1363A-norm.
Steek de stekker in het stopcontact (afb. 11-14).
WAARSCHUWING!
Zorg er altijd voor dat alle aansluitingen (stroomtoevoer, afvoer en
schoonwaterslang) stevig, droog en lekvrij zijn!
Zorg ervoor dat deze onderdelen nooit geplet, geknikt of gedraaid worden.
Als het netsnoer beschadigd is, moet het worden vervangen door de
servicevertegenwoordiger (zie garantiekaart) om gevaar te voorkomen.
NL
12-Technische gegevens
35
12-Techni sche gegev ens
12.1 Aanvullende technische gegevens
HW100-BD14397U1
Spanning in V
220240 V~/50 Hz
Stroom in A
10
Max. vermogen in W
2000
Waterdruk in MPa
0,03≤P≤1
Nettogewicht in kg
75
PRODUCTAFMETINGEN
HW100-BD14397U1
A
Totale hoogte van het product mm
850
B
Totale breedte van het product mm
595
C
Totale diepte van product
(tot hoofdbedieningspaneel) mm
572
D
Totale diepte van het product mm
611
E
Diepte van deuropening mm
1101
F
Minimale afstand deur tot
aangrenzende muur mm
300
Opmerking: De exacte hoogte van uw wasmachine hangt af van hoe ver de voeten aan de
onderkant van de machine zijn uitgedraaid. De ruimte waarin u de wasmachine installeert
moet minstens 40 mm breder en 20 mm dieper zijn dan de afmetingen van het apparaat.
12.2 Normen en richtlijnen
Dit product voldoet aan de eisen van alle toepasselijke EG-richtlijnen met de
bijbehorende geharmoniseerde normen, die de CE-markering opleveren.
VOORAANZICHT
MUUR
BOVENAANZICH
T
13-Klantenservice
NL
36
13-Klante nservice
Wij adviseren onze Haier-klantenservice en het gebruik van originele reserveonderdelen
aan. De minimale periode waarin de reserveonderdelen voor de huishoudelijke
wasmachine beschikbaar zijn is 10 jaar.
Als u een probleem hebt met uw apparaat, raadpleeg dan eerst het hoofdstuk Problemen
oplossen.
Als u daar geen oplossing kunt vinden, neem dan contact op:
Met uw lokale dealer.
Ga naar het gedeelte Service & Support op www.haier-europe.com waar u
telefoonnummers en veelgestelde vragen vindt en waar u de serviceclaim kunt
activeren.
Voor specifieke productinformatie kunt u inloggen op de officiële website van Haier en
het model zoeken dat u gebruikt. Klik op het product om naar de detailpagina te gaan en
klik vervolgens op ‘documenten’ om de gebruikershandleiding te vinden en te
downloaden. U kunt de productinformatie ook op deze pagina vinden.
Als u contact wilt opnemen met onze serviceafdeling, moet u ervoor zorgen dat u de
hiernavolgende gegevens bij de hand hebt.
Deze informatie is te vinden op het typeplaatje.
Model _________________ Serienummer _____________
Raadpleeg ook de garantiekaart die bij het product wordt geleverd in geval van garantie.
Voor algemene vragen kunt u hieronder onze adressen in Europa vinden:
Europese Haier-adressen
Land *
Postadres
Land *
Postadres
Italië
Haier Europe Trading SRL
Via De Cristoforis, 12
21100 Varese
ITALIË
Frankrijk
Haier France SAS
3-5 rue des Graviers
92200 Neuilly sur Seine
FRANKRIJK
Spanje
Portugal
Haier Iberia SL
Pg. Garcia Faria, 49-51
08019 Barcelona
SPANJE
België-FR
België-NL
Nederland
Luxemburg
Haier Benelux SA
Anderlecht
Route de Lennik 451
BELGIË
Duitsland
Oostenrijk
Haier Deutschland GmbH
Hewlett-Packard-Str. 4
D-61352 Bad Homburg
DUITSLAND
Polen
Hongarije
Griekenland
Roemenië
Rusland
Haier Polen Sp.zo.o.AI.
Jerozolimskie 181B 02-
222 Warszawa POLEN
Verenigd
Koninkrijk
Haier Appliances UK Co.Ltd.
One Crown Square
Church Street East
Woking, Surrey, GU21 6HR VK
Tsjechië en
Slowakije
Haier Europe CR s.r.o.
Sokolovskà 651/136a,
186 00 Praha 8,
Tsjechië
*Ga voor meer informatie naar www.haier-europe.com.
NL
13-Klantenservice
37
Modelinformatie is beschikbaar in de productdatabase op https://eprel.ec.europa.eu/
door te zoeken naar de modelidentificatie die wordt vermeld in het veld Model van het
productlabel dat op het product is aangebracht: de link naar het model in de
productdatabase vindt u hieronder voor elke modelidentificatie:
HW100-BD14397U1
13-Klantenservice
NL
38
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38

Haier HW110-BD14397U1 Handleiding

Type
Handleiding
Deze handleiding is ook geschikt voor