Electrolux EWF147310W Handleiding

Type
Handleiding
EWF 147310 W
................................................ .............................................
NL WASAUTOMAAT GEBRUIKSAANWIJZING
Electrolux. Thinking of you.
Ga voor meer van onze ideeën naar www.electrolux.com
INHOUD
Veiligheidsinformatie 2
Veiligheidsvoorschriften 3
Beschrijving van het product 4
Speciale accessoires voor montage 6
Bedieningspaneel 6
Tabel met symbolen 7
Het eerste gebruik 9
Aanpassing aan persoonlijke wensen 9
Dagelijks gebruik 9
Nuttige aanwijzingen en tips 12
Wasprogramma's 14
Verbruikswaarden 16
Onderhoud en reiniging 17
Problemen oplossen 20
Technische gegevens 23
Montage 23
Milieubescherming 26
Wijzigingen voorbehouden.
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en
gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor letsel en schade veroorzaakt door een foutieve installatie.
Bewaar de instructies van het apparaat voor toekomstig ge-
bruik.
VEILIGHEID VAN KINDEREN EN KWETSBARE
MENSEN
Waarschuwing! Gevaar voor verstikking, letsel of
permanente invaliditeit.
Mensen, met inbegrip van kinderen, met beperkte lichamelij-
ke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of gebrek aan er-
varing en kennis, mogen dit apparaat niet bedienen. Zij
moeten onder toezicht staan of instructies krijgen over het
gebruik van dit apparaat van iemand die verantwoordelijk is
voor hun veiligheid.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Houd alle verpakkingsmaterialen uit de buurt van kinderen.
Houd alle reinigingsmiddelen uit de buurt van kinderen.
Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat
als de deur open is.
Als het apparaat is uitgerust met een kinderbeveiliging, ra-
den wij aan dit te activeren.
2 electrolux
ALGEMENE VEILIGHEID
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het stopcon-
tact voordat u onderhoudshandelingen verricht.
De specificatie van het apparaat mag niet worden veran-
derd.
Respecteer het maximale laadvermogen van 8 kg (raad-
pleeg hoofdstuk “Programmaschema”).
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant of
diens technische dienst of een gekwalificeerd persoon deze
vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
De waterdruk (minimaal en maximaal) moet liggen tussen
0,5 bar (0,05 MPa) en 8 bar (0,8 MPa)
De ventilatie-openingen in de onderkant (indien van toepas-
sing) mogen niet worden afgedekt door tapijt
Het apparaat moet met de nieuwe slangset worden aange-
sloten op een kraan. Oude slangsets mogen niet opnieuw
worden gebruikt.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
MONTAGE
Verwijder de verpakking en de transport-
bouten.
Bewaar de transportbouten. Als u het ap-
paraat gaat verplaatsen, moet de trom-
mel worden geblokkeerd.
Installeer en gebruik geen beschadigd
apparaat.
Gebruik of installeer het apparaat niet als
de temperatuur lager is dan 0 °C of als
het is blootgesteld aan het weer.
Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
Zorg ervoor dat de vloer van de plaats
waar u het apparaat installeert, vlak, sta-
biel, hittebestendig en schoon is.
Plaats het apparaat niet op een plek waar
de deur niet helemaal open kan.
Wees voorzichtig met het verplaatsen van
het apparaat, het is zwaar. Draag altijd
veiligheidshandschoenen.
Zorg dat er lucht tussen het apparaat en
de vloer kan circuleren.
Pas de stelvoeten aan om de nodige
ruimte tussen het apparaat en de vloer-
bedekking te creëren.
Aansluiting aan het elektriciteitsnet
Waarschuwing! Gevaar voor brand en
elektrische schokken.
Dit apparaat moet worden geaard.
Controleer of de elektrische informatie op
het typeplaatje overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan
contact op met een elektromonteur.
Gebruik altijd een correct ge?stalleerd,
schokbestendig stopcontact.
Gebruik geen meerwegstekkers en ver-
lengsnoeren.
Zorg dat u de hoofdstekker en kabel niet
beschadigt. Neem contact op met de
service-afdeling of een elektromonteur
om een beschadigde hoofdkabel te ver-
vangen.
Steek de stekker pas in het stopcontact
als de installatie is voltooid. Zorg ervoor
electrolux 3
dat het netsnoer na installatie bereikbaar
is.
Trek niet aan het aansluitnoer om het ap-
paraat los te koppelen. Trek altijd aan de
stekker.
Raak de stroomkabel of stekker niet aan
met natte handen.
Dit apparaat voldoet aan de EU-richtlij-
nen.
Aansluiting aan de waterleiding
Zorg dat u de waterslangen niet bescha-
digt.
Het apparaat moet met de nieuwe
slangset worden aangesloten op een
kraan. Oude slangsets mogen niet op-
nieuw worden gebruikt.
Laat het water stromen tot het schoon is
voordat u het apparaat aansluit op nieu-
we leidingen of leidingen die lang niet zijn
gebruikt.
Zorg dat er geen lekkages zijn als u het
apparaat de eerste keer gebruikt.
GEBRUIK
Waarschuwing! Gevaar voor letsel,
elektrische schokken, brand,
brandwonden en schade aan het
apparaat.
Gebruik dit apparaat in een huishoudelij-
ke omgeving.
Volg de veiligheidsinstructies op de ver-
pakking van het vaatwasmiddel op.
Plaats geen ontvlambare producten of
items die vochtig zijn door ontvlambare
producten in, bij of op het apparaat.
Raak het glas van de deur niet aan als
een programma in werking is. Het glas
kan heet worden.
Zorg dat u alle metalen onderdelen uit het
wasgoed verwijdert.
Plaats geen bak om mogelijke waterlek-
kage op te vangen onder het apparaat.
Neem contact op met de servicedienst
om te raadplegen welke accessoires ge-
bruikt mogen worden.
ONDERHOUD EN REINIGING
Waarschuwing! Gevaar voor letsel of
schade aan het apparaat.
Gebruik geen waterstralen of stoom om
het apparaat te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een
vochtige, zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik
geen schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
VERWIJDERING
Waarschuwing! Gevaar voor letsel of
verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snij het netsnoer van het apparaat af en
gooi dit weg.
Verwijder de deurgreep om te voorkomen
dat kinderen en huisdieren opgesloten ra-
ken in het apparaat.
SERVICE
Contact opnemen met de klantenservice
voor reparatie van het apparaat. Wij ra-
den uitsluitend het gebruik van originele
onderdelen aan.
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
Uw nieuwe apparaat voldoet aan alle moderne eisen voor een effectieve behandeling
van wasgoed met een laag verbruik van water, energie en wasmiddel. Zijn nieuwe
wassysteem maakt het volledige gebruik van wasmiddel mogelijk en vermindert het
waterverbruik om energie te besparen.
4 electrolux
4
5
1
2
3
6
1
Wasmiddellade
2
Bedieningspaneel
3
Deurhandgreep
4
Typeplaatje
5
Afvoerpomp
6
Verstelbare pootjes
WASMIDDELLADE
Vakje voor wasmiddel voor de voorwas-
en inweekfase of voor vlekkenverwijderaar
die gebruikt wordt tijdens de vlekkenverwij-
deringsfase (indien beschikbaar). Het voor-
was- en inweekmiddel wordt aan het begin
van het wasprogramma ingespoeld. De
vlekkenverwijderaar wordt tijdens de vlek-
kenverwijderingsfase ingespoeld.
Vakje voor waspoeder of vloeibaar was-
middel voor de hoofdwas. Als u vloeibaar
wasmiddel gebruikt, schenk dit dan in net
voordat u het programma start.
Vakje voor vloeibare toevoegingen (was-
verzachter, stijfsel).
Volg de aanbevelingen van de fabrikant van
het product voor de gebruikte hoeveelheid
en zorg dat u het merkteken «MAX» in de
wasmiddellade niet overschrijdt. Wasver-
zachter of stijfsel moet in het vakje voor
vloeibare toevoegingen worden gegoten
voordat u het wasprogramma start.
KINDERSLOT
Zorg ervoor dat kinderen of huisdieren niet
in de trommel kunnen klimmen. Om te
voorkomen dat kinderen of huisdieren in de
trommel vast komen te zitten, heeft deze
machine een speciale functie. Om deze
functie te activeren draait u de knop (zonder
deze in te drukken) aan de binnenkant van
de deur naar rechts tot de groef horizontaal
staat. Gebruik zo nodig een muntstuk.
electrolux 5
Om deze functie uit te schakelen en de mo-
gelijkheid te herstellen om de deur te slui-
ten, draait u de knop naar links tot de groef
verticaal staat.
SPECIALE ACCESSOIRES VOOR MONTAGE
RUBBEREN VOETENSET (4055126249)
Verkrijgbaar bij uw geautoriseerde verkoop-
punt.
De rubberen voeten zijn vooral handig op
zwevende, gladde en houten vloeren.
Monteer de rubberen voeten om trillingen,
lawaai of verschuiving van de machine tij-
dens de werking te voorkomen.
Lees de bij de kit geleverde gebruiksaanwij-
zing zorgvuldig door.
SET BEVESTIGINGSPLAATJES
(4055171146)
Verkrijgbaar bij uw geautoriseerde verkoop-
punt.
Zet het apparaat goed vast met de bevesti-
gingsplaatjes als u het apparaat op een
plint plaatst.
Volg de instructies die bij de set zijn meege-
leverd.
BEDIENINGSPANEEL
De programmakeuzeknop, de toetsen en het display zullen vanaf nu aangeduid wor-
den met de nummers in deze tabel.
1 2 3 4 5 6 7 8
1
Programmakeuzeknop
2
Toets voor kort centrifugeren
3
Opties toets
Voorwas
–Kort
Extra kort
4
Extra Spoelen toets
5
Display
6
Start/Pauze toets
7
Startuitstel toets
8
Indicator controlelampje
6 electrolux
TABEL MET SYMBOLEN
= Nachtcyclus
= Spoelstop
= Kinderslot
= Hoofdwas
= Deur
= Einde programma
PROGRAMMAKEUZEKNOP
Hiermee kunt u het apparaat aan/uit scha-
kelen en/of een programma selecteren.
KORT CENTRIFUGEREN
Door deze toets in te drukken kunt u de
maximaal toegestane centrifugesnelheid
verlagen of de beschikbare optie(s) selecte-
ren.
NACHTCYCLUS
Als u deze optie kiest, zal de machine het
water na de laatste spoelgang niet afvoeren
en de centrifugegangen worden onder-
drukt, zodat het wasgoed niet kreukt. Deze
wascyclus is zeer stil en geschikt om 's
nachts of in de voordeeluren te gebruiken.
Bij sommige programma's gebruiken de
spoelgangen meer water. Voordat de deur
wordt geopend, moet het water worden
weggepompt. Om het water weg te pom-
pen leest u paragraaf "Aan het einde van
het programma".
SPOELSTOP
Als u deze functie kiest, wordt het laatste
spoelwater niet weggepompt om te voorko-
men dat het wasgoed kreukelt. Voordat de
deur wordt geopend, moet het water wor-
den weggepompt. Om het water weg te
pompen leest u paragraaf "Aan het einde
van het programma".
VOORWAS
Als u deze optie kiest, voert de machine
een voorwasprogramma uit voordat de
hoofdwasfase begint. De wastijd zal wor-
den verlengd. Deze optie wordt aanbevolen
voor sterk vervuild wasgoed.
KORT
Door op deze toets te drukken wordt de
wasduur verkort. Te gebruiken voor licht
vervuilde was.
EXTRA KORT
Kort programma voor licht vervuild was-
goed of voor was die alleen opgefrist moet
worden. Wij adviseren u om een kleinere
hoeveelheid was in de machine te doen.
EXTRA SPOELEN
Dit apparaat is ontworpen om energie te
besparen. Als het noodzakelijk is het was-
goed te spoelen met een extra hoeveelheid
water (extra spoelgang), kiest u deze optie.
De machine voert enkele extra spoelgangen
uit. Deze optie wordt aanbevolen voor per-
sonen die allergisch zijn voor wasmiddelen
en in gebieden waar het water erg zacht is.
START/PAUZE
Met deze toets kunt u het geselecteerde
programma starten of onderbreken.
STARTUITSTEL
De start van het hoofdwasprogramma kan
met 30 min - 60 min - 90 min, 2 uur en ver-
volgens steeds met 1 uur tot een maximum
van 20 uur met deze toets worden uitge-
steld.
CONTROLELAMPJES
8.1
8.2
8.3
electrolux 7
Na een druk op toets 6, gaat het controle-
lampje WASSEN (8.1) branden. Als het
controlelampje 8.1 aan gaat, betekent dit
dat de machine in werking is.
Het controlelampje DEUR (8.2) gaat aan,
als het programma start en geeft aan wan-
neer de deur kan worden geopend:
lampje uit de deur kan niet geopend wor-
den. De machine is in werking of is ge-
stopt, maar er zit nog water in de trom-
mel.
lampje uit: de deur kan nu geopend wor-
den. Het programma is afgelopen of het
water is weggepompt.
lampje knippert: de deur opent na een
paar minuten.
Als het programma is afgelopen, gaat het
controlelampje EINDE PROGRAMMA (8.3)
aan.
DISPLAY
5.1:
Duur van het gekozen programma
Nadat u een programma gekozen heeft,
wordt de tijdsduur in uren en minuten
weergegeven (bijvoorbeeld
) . De
duur wordt automatisch berekend op ba-
sis van de aanbevolen maximale lading
voor elk type wasgoed. Na de start van
het programma wordt de resterende tijd
elke minuut bijgewerkt.
Alarmcodes
In geval van problemen met de werking
kunnen er alarmcodes weergegeven wor-
den, bijvoorbeeld
(zie hoofdstuk
«Wat te doen als...»).
Einde programma
Als het programma is afgelopen, worden
er drie knipperende nullen (
) ge-
toond, het controlelampje Deur ( 8.2), het
controlelampje Wassen ( 8.1) en het con-
trolelampje van toets 6 gaat uit en de
deur kan worden geopend.
Verkeerde optiekeuze
Als een optie gekozen is die niet compa-
tibel is met het ingestelde wasprogram-
ma, wordt de melding Err gedurende en-
kele seconden weergegeven en begint
het rode controlelampje van toets 6 te
knipperen.
Startuitstel
De gekozen tijdsduur van het uitstel die
door middel van de bijbehorende toets is
ingesteld, verschijnt gedurende een paar
seconden op het display. De tijdsduur
van het uitstel neemt per uur met een
eenheid af. Als er nog maar 1 uur res-
teert, neemt de tijd per minuut af.
5.2:
Verwarmingsfase
Tijdens de wascyclus toont het display
het temperatuurpictogram ( 5.2) om aan
te geven dat het apparaat is begonnen
met de opwarmfase van het water in de
trommel.
5.3:
Kinderslot
Met deze voorziening kunt u het apparaat
onbeheerd achterlaten, u hoeft zich dan
geen zorgen te maken dat kinderen ge-
wond raken of het apparaat schade toe-
brengen. Deze functie blijft ingeschakeld,
ook als de machine niet in werking is.
8 electrolux
Er zijn twee manieren om deze optie in te
stellen:
voordat toets 6 wordt ingedrukt: de
machine kan niet gestart worden;
nadat toets 6 is ingedrukt: ingestelde
programma's of opties kunnen niet
veranderd worden.
Druk, om deze optie in te schakelen (uit
te schakelen), tegelijkertijd gedurende on-
geveer 6 seconden op de toetsen 3 en 4
tot het symbool 5.3 verschijnt (verdwijnt)
op (van) het display.
HET EERSTE GEBRUIK
Zorg ervoor dat de elektrische aan-
sluiting en de wateraansluiting vol-
doen aan de installatie-instructies.
Verwijder het polystyreenblok en evt.
andere materialen uit de trommel.
Giet 2 liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel
van de wasmid-
dellade om de ECO-klep te active-
ren. Laat vervolgens het katoenpro-
gramma op de hoogste temperatuur
draaien, zonder wasgoed in de ma-
chine, zodat eventuele fabricageres-
ten uit de trommel en de kuip wor-
den verwijderd. Giet een halve maat-
beker wasmiddel in het vakje voor de
hoofdwas en start de machine.
AANPASSING AAN PERSOONLIJKE WENSEN
GELUIDSSIGNALEN
De wasmachine is voorzien van een ge-
luidssysteem, dat in de volgende gevallen
te horen zal zijn
aan het einde van een cyclus
als er een storing is
Door tegelijkertijd te drukken op de toetsen
2 en 3 gedurende ongeveer 6 seconden,
wordt het geluidssignaal gedeactiveerd (be-
halve als er een storing is). Door nogmaals
op deze 2 toetsen te drukken, wordt het
geluidssignaal weer ingeschakeld
KINDERSLOT
Dankzij deze voorziening kunt u het appa-
raat onbeheerd laten, u hoeft zich dan geen
zorgen te maken dat kinderen gewond ra-
ken of het apparaat schade toebrengen.
Deze functie blijft ingeschakeld, ook als de
machine niet in werking is
Er zijn twee manieren om deze optie in te
stellen:
1. Voor het drukken op knop 6: kan de
machine niet worden gestart.
2. Na het drukken op knop 6: kan een an-
der programma of andere optie niet
worden gewijzigd.
Om deze optie in- of uit te schakelen tegelij-
kertijd gedurende ongeveer 6 seconden
drukken op de toetsen 3 en 4 tot op het
display het pictogram
verschijnt of ver-
dwijnt.
DAGELIJKS GEBRUIK
Wasgoed in de machine doen
Open de deur voorzichtig door de hand-
greep naar buiten te trekken. Doe het was-
goed stuk voor stuk in de trommel; schud
het eerst zo goed mogelijk uit. Sluit de vul-
deur.
Zorg ervoor dat er geen wasgoed tussen
de deur blijft klemmen. Er kan waterlekkage
of beschadigd wasgoed ontstaan.
Wasmiddel en wasverzachter doseren
Trek de wasmiddellade zo ver mogelijk naar
buiten. Meet de vereiste hoeveelheid was-
middel af, giet het vervolgens in het vak
electrolux 9
voor de hoofdwas of in een ander vak
als het geselecteerde programma/de optie
dit vereist (zie voor meer informatie "Was-
middeldoseervakje")
Giet indien gewenst wasverzachter in het
vakje
(de gebruikte hoeveelheid mag niet
de markering "MAX" in de lade overschrij-
den). Schuif de wasmiddellade er weer
voorzichtig in.
KIES HET GEWENSTE PROGRAMMA
MET DE PROGRAMMAKEUZEKNOP (1)
U kunt het juiste programma voor elke soort
wasgoed kiezen door de aanwijzingen in de
programmatabellen op te volgen (zie "Was-
programma's"). Draai de programmakeuze-
knop op het gewenste programma. Met de
programmakeuzeknop bepaalt u het soort
wascyclus (bijv. waterpeil, beweging van de
trommel, aantal spoelgangen) en de was-
temperatuur afhankelijk van het soort was-
goed. Het controlelampje van toets 6 begint
te knipperen en het display toont de duur
van het gekozen programma. De program-
makeuzeknop kan rechtsom of linksom
worden gedraaid. Stand "
" om pro-
gramma's te resetten/ De machine uit te
schakelen.
Raadpleeg, voor de beschrijving van de
wasprogramma's van de programma-
keuzeknop, het hoofdstuk "Waspro-
gramma's".
Aan het einde van het programma moet
de programmakeuzeknop op stand,
worden gezet om de machine uit te
schakelen.
Let op! Wanneer u de
programmakeuzeknop naar een ander
programma draait wanneer de machine
in bedrijf is, zal het rode controlelampje
van knop 6 driemaal knipperen en
wordt de boodschap Err weergegeven
op de display om een onjuiste keuze
aan te geven. De machine zal het
nieuw gekozen programma niet
uitvoeren.
VERLAAG DE CENTRIFUGESNELHEID
DOOR OP TOETS 2 TE DRUKKEN
Wanneer het gewenste programma is ge-
kozen, stelt uw machine automatisch het
maximale centrifugetoerental voor dat pro-
gramma voor.
Druk meerdere malen op toets 2 om het
centrifugetoerental te wijzigen als u wilt dat
uw was met een ander toerental wordt ge-
centrifugeerd dan door de wasmachine
wordt voorgesteld. Het desbetreffende
lampje licht op.
SELECTEER DE BESCHIKBARE
OPTIES DOOR TE DRUKKEN OP
TOETSEN 2, 3 EN 4
Afhankelijk van het programma, kunnen er
verschillende functies gecombineerd wor-
den. Deze functies moeten geselecteerd
worden, nadat u het gewenste programma
gekozen heeft en voordat het programma
start. Als deze toetsen worden ingedrukt,
gaan de bijbehorende controlelampjes aan.
Als zij opnieuw worden ingedrukt, gaan de
controlelampjes uit. Als er een verkeerde
optie is gekozen, knippert het geïntegreerde
rode controlelampje van de toets 6 3 keer.
Zie voor de mogelijke combinaties van
wasprogramma's en opties hoofdstuk
"Wasprogramma's".
10 electrolux
SELECTEER DE UITGESTELDE START
DOOR OP TOETS 7 TE DRUKKEN
Als u de start wilt uitstellen, druk dan her-
haaldelijk op toets 7, voordat u de machine
start. Het gekozen uitstel (max. 20 uur) ver-
schijnt gedurende enkele seconden op het
display, daarna verschijnt de duur van het
programma weer
U moet deze optie kiezen nadat u het pro-
gramma hebt ingesteld en voordat u drukt
op toets 6.
U kunt de vertragingstijd te allen tijde annu-
leren, voordat u drukt op toets 6.
De uitgestelde start kiezen
1. Stel het programma en de gewenste
opties in.
2. Druk op toets 7 om de uitgestelde start
in te stellen.
3. Druk op toets 6:
de machine begint de tijd af te tellen
in uren
Het programma zal beginnen als het
gekozen uitstel is afgelopen.
Annuleren van de uitgestelde start nadat
gedrukt is op toets 6:
1. Druk op toets 6 om de wasmachine op
PAUZE te zetten.
2. Druk eenmaal op toets 7 tot de waarde
wordt weergegeven
3. Druk weer op toets 6 om het program-
ma te starten.
Belangrijk! Het gekozen uitstel kan alleen
veranderd worden nadat u het
wasprogramma opnieuw gekozen heeft.
De uitgestelde start kan niet worden gese-
lecteerd met het POMPEN-programma.
START HET PROGRAMMA DOOR TE
DRUKKEN OP TOETS 6
Druk op toets 6 om het gekozen program-
ma te starten. Het bijbehorende rode con-
trolelampje stopt met knipperen. De contro-
lelampjes 8.1 en 8.2 gaan aan om aan te
geven dat het apparaat begint te werken en
dat de deur vergrendeld is.
Om een lopend programma te onderbre-
ken, drukt u op toets 6: het bijbehorende
groene controlelampje begint te knipperen.
Om het programma opnieuw te starten
vanaf het punt waarop het werd onderbro-
ken, toets 6nogmaals indrukken. Als u een
uitgestelde start gekozen heeft, begint de
machine af te tellen.
Als een onjuiste optie is geselecteerd, knip-
pert het rode controlelichtje van toets6
driemaal en wordt de boodschap Err gedu-
rende een paar seconden weergegeven.
EEN OPTIE OF LOPEND PROGRAMMA
WIJZIGEN
Het is mogelijk om een optie te veranderen
voordat het programma deze uitvoert.
Voordat u iets kunt veranderen, moet u de
wasmachine laten pauzeren door op de
toets 6 te drukken.
U kunt een lopend programma alleen ver-
anderen door het te resetten Draai de pro-
grammakeuzeknop naar
en vervolgens
op de stand van het nieuwe programma.
Start het nieuwe programma door nog-
maals te drukken op toets 6. Het water in
de kuip zal niet worden weggepompt
EEN PROGRAMMA ONDERBREKEN
Druk op toets 6 om een lopend programma
te onderbreken. Het bijbehorende groene
controlelampje begint te knipperen.
Druk nogmaals op de toets om het pro-
gramma opnieuw te starten.
EEN PROGRAMMA ANNULEREN
Draai de keuzeknop op
om een lopend
programma te annuleren.
U kunt nu een nieuw programma kiezen.
DE DEUR OPENEN
Nadat het programma gestart is (of tijdens
de uitgestelde start), is de deur vergren-
deld. Als u hem moet openen, moet u het
apparaat eerst laten pauzeren door op de
toets 6 te drukken. Na enkele minuten gaat
het lampje 8.2 uit en kunt u de deur ope-
nen.
Als dit lampje aan blijft en de deur is ver-
grendeld, betekent dit dat de machine al
aan het opwarmen was of dat het waterni-
veau te hoog is. Probeer in ieder geval de
deur niet te forceren!
Als u de deur niet kunt openen terwijl dit
toch nodig is, schakelt u de machine uit
door de keuzeknop op
. Na een paar
minuten kan de deur geopend worden (let
electrolux 11
op het waterniveau en de tempera-
tuur!).
Nadat u de deur gesloten heeft, moet u het
programma opnieuw selecteren en op de
toets 6 drukken.
AAN HET EINDE VAN HET
PROGRAMMA
De machine stopt automatisch. Het display
toont drie knipperende nullen (
). Er
klinken enkele geluidssignalen. Het contro-
lelampje van toets 6), de controlelampjes
8.1 en 8.2 gaan uit. Na een paar minuten
gaat het lampje 8.3 branden en kan de deur
worden geopend.
Als er een programma of optie is geselec-
teerd die eindigt met water in de trommel
dan blijft het controlelampje 8.2 branden en
blijft de deur vergrendeld om aan te geven
dat het water eerst moet worden wegge-
pompt voordat de deur geopend kan wor-
den.
Volg onderstaande instructies om het water
af te voeren:
1. Draai de programmakeuzeknop naar
.
2. Kies het programma pompen of centri-
fugeren.
3. verlaag indien nodig het centrifugetoe-
rental met de betreffende toets.
4. Druk op toets 6.
Aan het einde van het programma, gaat het
lampje 8.2 uit om aan te geven dat de deur
nu kan worden geopend. Draai de pro-
grammakeuzeknop naar
om de machine
uit te schakelen.
Verwijder het wasgoed uit de trommel en
controleer goed of de trommel helemaal
leeg is. Als u niet van plan bent om nog een
was te doen, sluit dan de waterkraan. Laat
de deur open staan om de vorming van
schimmel en onaangename luchtjes te
voorkomen.
Stand-by : zodra het programma is geëin-
digd, wordt na enkele minuten het energie-
besparingssysteem ingeschakeld. De hel-
derheid van het display wordt verminderd.
Door op een willekeurige toets te drukken
haalt u het apparaat uit de energiebespa-
rende modus.
NUTTIGE AANWIJZINGEN EN TIPS
DE WAS SORTEREN
Houd u aan de wassymbolen op de etiket-
ten, waarvan elk kledingstuk voorzien is, en
de wasvoorschriften van de fabrikant. Sor-
teer het wasgoed als volgt: wit, bont, syn-
thetisch, fijne was, wol.
VOORDAT U DE WAS IN DE MACHINE
DOET
Was witte en bonte was nooit samen. Wit
kan in de was zijn "witheid" verliezen.
Nieuwe bonte weefsels kunnen uitlopen als
zij de eerste keer worden gewassen; was
dit soort kleding de eerste keer dan ook
apart.
Knoop kussenslopen dicht, sluit ritsen,
haakjes en drukknopen. Bind ceintuurs of
lange riemen vast.
Verwijder hardnekkige vlekken vóór het
wassen.
Wrijf bijzonder vervuilde delen in met een
speciaal wasmiddel of reinigingspasta.
Behandel vitrage met speciale zorg. Verwij-
der haken of stop ze in een zak of net.
VLEKKEN VERWIJDEREN
De kans bestaat dat hardnekkige vlekken
niet kunnen worden verwijderd met alleen
water en wasmiddel. Het is daarom aan te
bevelen vlekken eerst te behandelen alvo-
rens het kledingstuk te wassen.
Bloed: behandel verse bloedvlekken met
koud water. Laat opgedroogde vlekken een
nacht in water met een speciaal wasmiddel
inweken; daarna de vlek met het sop uit-
wassen.
Verf op oliebasis: bevochtig de vlek met
wasbenzine, leg het kledingstuk op een
zachte doek en dep de vlek; herhaal de be-
handeling enkele keren.
Opgedroogde vetvlekken: bevochtig de
vlek met terpentine, leg het kledingstuk op
een zacht oppervlak en dep de vlek met de
vingertoppen en een katoenen doek.
Roest: oxaalzuur opgelost in warm water
of een roestverwijderingsproduct dat koud
wordt gebruikt. Wees voorzichtig met oude
roestvlekken omdat de cellulosestructuur in
12 electrolux
dat geval beschadigd zal zijn en de kans
groot is dat de vlek een gat wordt.
Schimmelvlekken: behandel de vlek met
bleekmiddel; goed uitspoelen (alleen witte
en kleurechte weefsels).
Gras: licht inzepen en de vlek met bleek-
middel behandelen (alleen witte en kleur-
echte weefsels).
Balpeninkt en lijm: bevochtig met ace-
ton
1)
, leg het kledingstuk op een zachte
doek en dep de vlek.
Lippenstift: bevochtig de vlek met aceton
zoals hierboven, vervolgens de vlekken met
brandspiritus behandelen. Behandel evt.
achtergebleven sporen met bleekmiddel.
Rode wijn: laten inweken in water en was-
middel, uitspoelen en behandelen met
azijnzuur of citroenzuur, vervolgens uitspoe-
len. Behandel evt. achtergebleven sporen
met bleekmiddel.
Inkt: bevochtig de stof afhankelijk van het
type inkt eerst met aceton
1)
en dan met
azijnzuur; behandel evt. achtergebleven
sporen op wit textiel met bleekmiddel; daar-
na grondig uitspoelen.
Teervlekken: eerst behandelen met vlek-
kenverwijderaar, brandspiritus of wasbenzi-
ne, vervolgens inwrijven met reinigingspas-
ta.
WASMIDDELEN EN
NABEHANDELINGSMIDDELEN
Een goed wasresultaat is ook afhankelijk
van de keuze van het wasmiddel en het ge-
bruik van de juiste hoeveelheden om ver-
spilling te voorkomen en het milieu te spa-
ren.
Ofschoon zij biologisch afbreekbaar zijn be-
vatten wasmiddelen stoffen die - in grote
hoeveelheden - de broze balans van de na-
tuur kunnen verstoren.
De keuze van het wasmiddel hangt af van
het type stof (fijne was, wol, katoen, enz.),
de kleur, wastemperatuur en de mate van
vervuiling.
Alle in de handel verkrijgbare machinewas-
middelen kunnen in deze machine worden
gebruikt:
waspoeder voor alle soorten weefsels;
waspoeder voor tere weefsels (60°C
max) en wol;
vloeibare wasmiddelen, bij voorkeur voor
wasprogramma's op lage temperatuur
(60°C max) voor alle soorten weefsels, of
speciaal voor alleen wol.
De wasmiddelen en nabehandelingsmidde-
len moeten in het juiste vakje van de was-
middellade worden gedaan voordat het
wasprogramma wordt gestart.
Als gebruik wordt gemaakt van vloeibaar
wasmiddel, dient een programma zonder
voorwas te worden gekozen.
De wasautomaat is uitgerust met een recir-
culatiesysteem dat een optimaal gebruik
van geconcentreerd wasmiddel mogelijk
maakt.
Volg de aanbevelingen van de fabrikant op
voor wat betreft de te gebruiken hoeveelhe-
den en overschrijd het «MAX» teken in
de wasmiddellade niet.
HOEVEELHEID WASMIDDEL
Het type en de te gebruiken hoeveelheid
wasmiddel hangen af van het type weefsel,
de hoeveelheid wasgoed, de mate van ver-
vuiling en de hardheid van het water.
Volg de instructies van de wasmiddelenfa-
brikant over de te gebruiken hoeveelheden.
Gebruik minder wasmiddel als:
als u een kleine lading wast;
het wasgoed licht vervuild is;
er veel schuimvorming is tijdens het was-
sen.
GRADEN VAN WATERHARDHEID
De hardheid van water wordt geclassifi-
ceerd in zogenaamde hardheidsgraden. In-
formatie over de hardheid van het water in
uw omgeving kan worden verkregen bij het
desbetreffende waterleidingbedrijf. Als de
waterhardheid middelmatig of hoog is, ra-
den we aan een waterontharder toe te voe-
gen, waarbij u altijd de instructies van de fa-
brikant opvolgt. Als de hardheid van het
water zacht is, pas dan de hoeveelheid
wasmiddel aan.
1) Gebruik geen aceton op kunstzijde.
electrolux 13
WASPROGRAMMA'S
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Programmabeschrijving
Maximale centrifugesnelheid
Maximale belading
Type wasgoed
Opties
Wasmiddel
Vakje
Katoen
90°-60°
Hoofdwas - spoelgangen
Maximale centrifugesnelheid 1400 tpm
Max. belading 7 kg - gereduceerde belading 3.5 kg
Voor wit katoen (sterk vervuild wasgoed).
Centrifugeren
Nachtcyclus
Spoelstop
Voorwas
Kort
Extra kort
1)
Extra spoelen
2)
Katoen Eco
60°
3)
Hoofdwas - spoelgangen
Maximale centrifugesnelheid 1400 tpm
Max. belading 7 kg
Wit en kleurecht katoen
Dit programma kan worden geselecteerd voor licht of nor-
maal vervuilde katoenen stukken. De temperatuur wordt
verlaagd en de wastijd wordt verlengd. Zo wast u doeltref-
fend en bespaart u energie.
Centrifugeren
Nachtcyclus
Spoelstop
Voorwas
Extra spoelen
2)
Katoen Eco
40°
3)
Hoofdwas - spoelgangen
Maximale centrifugesnelheid 1400 tpm
Max. belading 7 kg
Bont katoen
Dit programma kan worden geselecteerd voor licht of nor-
maal vervuilde katoenen stukken. De temperatuur wordt
verlaagd en de wastijd wordt verlengd. Zo wast u doeltref-
fend en bespaart u energie.
Centrifugeren
Nachtcyclus
Spoelstop
Voorwas
Extra spoelen
2)
Katoen
40° - Koud
Hoofdwas - spoelgangen
Maximale centrifugesnelheid 1400 tpm
Max. belading 7 kg - gereduceerde belading 3.5 kg
Bont katoen (licht vervuild wasgoed).
Centrifugeren
Nachtcyclus
Spoelstop
Voorwas
Kort
Extra Kort
1)
Extra spoelen
2)
Synthetica
60° - Koud
Hoofdwas - spoelgangen
Maximale centrifugesnelheid 900 tpm
Max. belading 3.5 kg - gereduceerde belading 2 kg
Synthetische of gemengde stoffen: ondergoed, ge-
kleurde kledingstukken, krimpvrije overhemden, blouses.
Centrifugeren
Nachtcyclus
Spoelstop
Voorwas
Kort
Extra kort
1)
Extra spoelen
2)
Fijne was
40°-30°
Hoofdwas - spoelgangen
Maximale centrifugesnelheid 700 tpm
Max. belading 3.5 kg - gereduceerde belading 2 kg
Fijne was: acryl, viscose, polyester.
Nachtcyclus
Spoelstop
Voorwas
Kort
Extra kort
1)
Extra spoelen
2)
14 electrolux
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Programmabeschrijving
Maximale centrifugesnelheid
Maximale belading
Type wasgoed
Opties
Wasmiddel
Vakje
Wol
Handwas
40° - Koud
Hoofdwas - spoelgangen
Maximale centrifugesnelheid 900 tpm
Max. belading 2 kg
Wasprogramma voor in de machine te wassen en met de
hand te wassen wollen artikelen en fijne was waarin het
«handwas»-symbool staat. Opmerking: Een enkel of
groot stuk wasgoed kan een verkeerd evenwicht van de
trommel tot gevolg hebben. Als de machine de laatste
centrifugefase niet uitvoert, voeg dan meer wasgoed toe,
verdeel de lading handmatig opnieuw en kies vervolgens
het centrifugeprogramma.
Centrifugeren
Nachtcyclus
Spoelstop
Spoelen
Spoelgang - Lang centrifugeren
Maximale centrifugesnelheid 1400 tpm
Max. belading 7 kg
Met dit programma is het mogelijk om katoenen kleding-
stukken die met de hand gewassen zijn, uit te spoelen en
te centrifugeren. Om de spoelactie te intensiveren, selec-
teert u de optie Extra spoelen. De machine zal extra spoel-
gangen uitvoeren.
Centrifugeren
Nachtcyclus
Spoelstop
Extra spoelen
Pompen
Water wegpompen
Max. belading 7 kg
Om het laatste spoelwater af te voeren bij programma's
met de Spoelstop- en Nachtcyclusoptie.
Centrifugeren
Pompen en lang centrifugeren
Maximale centrifugesnelheid 1400 tpm
Max. belading 7 kg
Aparte centrifugegang voor kledingstukken die met de
hand gewassen moeten worden en na programma's met
de spoelstop- en nachtcyclusoptie. U kunt de snelheid
met behulp van de betreffende toets aanpassen aan de
stoffen die gecentrifugeerd moeten worden.
Centrifugeren
Mini 30
30°
Hoofdwas - spoelgangen
Maximale centrifugesnelheid 700 tpm
Max. lading 3 kg
Ideaal voor wasgoed dat licht vervuild is of dat alleen op-
gefrist moet worden
electrolux 15
Programma
Maximale en minimale temperatuur
Programmabeschrijving
Maximale centrifugesnelheid
Maximale belading
Type wasgoed
Opties
Wasmiddel
Vakje
= OFF
Om het lopende programma te annuleren of om de machine uit te schakelen.
1) Als u de optie Extra kort kiest door op toets 3, te drukken, adviseren wij u de maximale belading te beperken, zoals
aangegeven. Maximale belading is wel mogelijk, maar de wasresultaten zullen minder goed zijn.
2) Als gebruik gemaakt wordt van vloeibaar wasmiddel, moet een programma zonder Voorwas gekozen worden
3) Standaardprogramma's voor de Energielabel verbruikswaarden. Volgens de regelgeving 1061/2010 zijn de
"Katoen Eco 60 °C” en “Katoen Eco 40 °" respectievelijk het "standaard 60 °C katoenprogramma" en het
"standaard 40 °C katoenprogramma". Dit zijn de meest efficiënte programma's qua elektriciteit- en waterverbruik
bij het wassen van normaal vervuild katoenen wasgoed.
Informatie:
De watertemperatuur van de wasfase kan verschillen van de temperatuur die is aangegeven voor het geselecteer-
de programma.
WOOLMARK-CERTIFICAAT
De wolwascyclus van de machine is goed-
gekeurd door Woolmark voor het wassen
van Woolmark producten die in de machine
gewassen kunnen worden, onder voor-
waarde dat de kledingstukken worden ge-
wassen volgens de instructies op het label
in het kledingstuk en die van de fabrikant
van deze wasmachine M1027
In het VK, Ierland, Hong Kong en India is
het Woolmark-symbool is een certificerings-
handelsmerk.
VERBRUIKSWAARDEN
De gegevens van deze tabel zijn gemiddelden. Verschillende oorzaken kunnen de ge-
gevens wijzigen: de hoeveelheid en het type wasgoed, het water en de omgevings-
temperatuur.
Programma’s Lading
(kg)
Energiever-
bruik (kWh)
Waterverbruik
(liter)
Gemiddelde
programma-
duur (minu-
ten)
Resterend
vocht (%)
1)
Katoen 60 °C 7 1.30 59 120 52
Katoen 40 °C 7 0.77 60 120 52
Synthetische
stoffen 40 °C
3.5 0.50 54 80 35
Fijne was 40 °C 3.5 0.60 63 65 35
Wol/Handwas
30 °C
2 0.25 55 60 30
Standaard katoenprogramma's
Standaard 60 °C
katoen
7 1.05 49 183 52
Standaard 60 °C
katoen
3.5 0.70 40 155 52
16 electrolux
Programma’s Lading
(kg)
Energiever-
bruik (kWh)
Waterverbruik
(liter)
Gemiddelde
programma-
duur (minu-
ten)
Resterend
vocht (%)
1)
Standaard 40 °C
katoen
3.5 0.57 40 155 52
1) Aan het einde van de centrifugeerfase.
Uit-modus (W) Modus aan laten (W)
0.98 0.10
De gegevens in de bovenstaande grafieken zijn in overeenstemming met de regelgeving 1015/2010
van de EU Commissie die richtlijn 2009/125/EC implementeer.
ONDERHOUD EN REINIGING
Waarschuwing! U moet het apparaat
loskoppelen van de elektrische
voeding, voordat u welke reinigings- of
onderhoudswerkzaamheden dan ook
kunt uitvoeren.
ONTKALKEN
Het water dat wij gebruiken bevat gewoon-
lijk kalk. Het is aan te bevelen om regelma-
tig een waterontharder in de machine te ge-
bruiken. Doe dit apart van het wassen van
wasgoed en volgens de aanwijzingen van
de fabrikant van de waterontharder. Hier-
mee voorkomt u de vorming van kalkaan-
slag.
NA ELKE WASBEURT
Laat de deur een tijdje open staan. Dit helpt
om de vorming van schimmel en onaange-
name luchtjes in het apparaat te voorko-
men. Door de deur een tijdje open te laten
staan na een wascyclus blijft de afdichting
van de deur ook beter bewaard.
ONDERHOUDSWASBEURT
Bij wasbeurten op lage temperaturen is het
mogelijk dat er aanslag aan de binnenkant
van de trommel blijft zitten.
Wij raden u daarom aan regelmatig een on-
derhoudswasbeurt uit te voeren.
Om een onderhoudswasbeurt uit te voeren:
Moet de trommel leeg zijn.
Moet u het heetste wasprogramma voor
katoen kiezen.
Gebruik een normale hoeveelheid was-
middel, dit moet waspoeder zijn met bio-
logische eigenschappen.
SCHOONMAKEN VAN DE
BUITENKANT
Maak de buitenkant van het apparaat alleen
schoon met water en zeep, droog het daar-
na grondig af.
Belangrijk! Gebruik geen brandspiritus,
oplosmiddelen of soortgelijke producten om
de buitenkant van de machine te reinigen.
DE WASMIDDELLADE
SCHOONMAKEN
De wasmiddellade moet regelmatig worden
schoongemaakt.
De lade voor was- en nabehandelingsmid-
delen moet regelmatig worden schoonge-
maakt.
Verwijder de lade door de vergrendeling
naar beneden te drukken en de lade naar
buiten te trekken.
1
2
Spoel de lade af onder een kraan om even-
tuele resten waspoeder te verwijderen.
Om het schoonmaken te vergemakkelijken
kan het bovenste gedeelte van het vakje
voor nabehandelingsmiddelen verwijderd
electrolux 17
worden. Maak alle onderdelen schoon met
water.
Maak de onderdelen van de wasmiddellade
schoon met een borstel.
WASTROMMEL
Roestaanslag in de trommel kan voorko-
men vanwege roestende vreemde voorwer-
pen in de was of door leidingwater dat ijzer
bevat.
Belangrijk! Maak de trommel niet schoon
met zure ontkalkingsmiddelen,
schuurmiddelen die chloor bevatten of
staalwol.
1. Verwijder alle roestaanslag op de trom-
mel met een reinigingsmiddel voor
roestvrij staal.
2. Draai een wascyclus zonder was in de
trommel om restanten van reinigings-
middelen te verwijderen.
Programma: Kort katoenprogramma op
maximale temperatuur en voeg ong.
een kwart maatbeker wasmiddel toe.
DEURRUBBER
Controleer van tijd tot tijd het deurrubber en
haal evt. aanwezige voorwerpen weg die in
de manchet terecht zijn gekomen.
AFVOERPOMP
Controleer de afvoerpomp regelmatig en
zorg dat deze schoon is.
Inspecteer de pomp regelmatig en/of in-
dien:
Het apparaat pompt geen water weg.
De trommel niet kan draaien.
Het apparaat een ongebruikelijk geluid
maakt door een blokkade in de afvoer-
pomp.
Er een probleem is met de waterafvoer
(zie hoofdstuk "Wat te doen als..." voor
meer informatie).
Waarschuwing!
1. Trek de stekker uit het stopcon-
tact.
2. Verwijder het filter niet als het ap-
paraat in gebruik is. Reinig de af-
voerpomp niet als het water in de
machine heet is. Het water moet
koud zijn voordat u de afvoerpomp
kunt reinigen.
De afvoerpomp reinigen:
1. Open het pompdeurtje.
2. Plaats een bak onder de uitsparing van
de afvoerpomp om het uitstromende
water op te vangen.
18 electrolux
3. Druk de twee hendels in en trek het af-
voerkanaal naar voren om het water er-
uit te laten stromen.
4. Als de bak vol met water is, duwt u het
afvoerkanaal terug en leegt u de bak.
Herhaal stap 3 en 4 tot er geen water
meer uit de afvoerpomp stroomt.
5. Duw het afvoerkanaal terug.
6. Schroef het filter los en verwijder het.
1
2
7. Verwijder stof en voorwerpen uit de
pomp.
8. Zorg dat het schoepenrad op de juiste
wijze kan draaien. Neem als dit niet
lukt, contact op met de klantenservice.
9. Reinig het filter onder de waterkraan en
plaats het terug in de speciale geleiders
van de pomp.
10. Zorg ervoor dat het filter stevig vastzit
om waterlekkage te voorkomen.
2
1
11. Sluit het afvoerpompdeurtje.
Waarschuwing!
Verwijder het pompdeksel nooit tijdens een
wascyclus, wacht altijd tot de machine de
cyclus heeft afgemaakt en u het wasgoed
uit de trommel hebt kunnen halen. Wanneer
u het deksel weer vastschroeft, dient u
goed te controleren of het stevig is vastge-
zet om lekkages te voorkomen en te voor-
komen dat jonge kinderen het kunnen ver-
wijderen.
DE WATERTOEVOERFILTERS
SCHOONMAKEN
Als u merkt dat het langer duurt om de ma-
chine met water te vullen, controleer dan of
electrolux 19
het zeefje in de watertoevoerslang niet is
verstopt.
1. Draai de waterkraan dicht.
2. Schroef de watertoevoerslang los.
3. Reinig het zeefje in de slang met een
harde borstel.
4. Schroef de waterslang weer op de
kraan.
5. Schroef de slang los van de machine.
Houd een oude doek bij de hand om
eventueel gemorst water te kunnen op-
vegen.
6. Maak het filter in de klep schoon met
een stevige borstel of met een doek.
7. Schroef de slang terug op de machine
en zorg dat de aansluiting stevig vast-
zit.
8. Draai de waterkraan open.
MACHINE LEGEN IN GEVAL VAN
NOOD
Ga, als het water niet wordt afgevoerd, als
volgt te werk om de machine leeg te laten
lopen:
1. trek de stekker uit het stopcontact
2. draai de waterkraan dicht.
3. wacht zo nodig totdat het water is af-
gekoeld.
4. open het pompdeurtje;
5. Plaats een bak op de vloer onder de
uitsparing van de afvoerpomp;
6. Druk de twee hendels in en trek het af-
voerkanaal naar voren om het water er-
uit te laten stromen;
7. Als de bak vol met water is, duwt u het
afvoerkanaal terug en leegt u de bak;
Herhaal deze procedure totdat er geen
water meer uit de slang komt;
8. reinig de pomp indien nodig (zie het ge-
deelte ‘Pomp reinigen’ );
9. sluit het afvoerpompdeurtje.
Als u het water afvoert met de noodafvoer-
procedure, dient u het afvoersysteem op-
nieuw te activeren:
1. Giet 2 liter water in het vakje voor het
hoofdwasmiddel van de wasmiddeldo-
seerbakje.
2. Start het programma om water af te
voeren.
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ
VORST
Als de machine is geïnstalleerd in een ge-
bied waar de temperatuur lager is dan 0°C,
dan dient u het resterende water uit de af-
voerslang en de afvoerpomp te verwijderen.
1. trek de stekker uit het stopcontact.
2. draai de waterkraan dicht.
3. schroef de watertoevoerslang los van
de kraan;
4. plaats de twee uiteinden van de toe-
voerslang in een bak en laat het water
uit de slang stromen.
5. laat de afvoerpomp leeglopen zoals be-
schreven in het gedeelte ‘Water afvoe-
ren in een noodgeval’.
6. als de afvoerpomp leeg is, installeert u
de toevoerslang opnieuw.
Waarschuwing!
Zorg ervoor dat de temperatuur hoger is
dan 0 °C voordat u het apparaat opnieuw
gebruikt.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor
schade die door lage temperaturen is ver-
oorzaakt.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Bepaalde problemen zijn het gevolg van
een gebrek aan eenvoudig onderhoud of
van onoplettendheid; dergelijke problemen
kunnen zonder de hulp van een monteur
gemakkelijk worden opgelost. Controleer
eerst de hieronder staande checklist, voor-
20 electrolux
dat u contact opneemt met onze Klanten-
service.
Als de machine in bedrijf is, is het mogelijk
dat het rode controlelampje van toets 6
knippert, een van de volgende alarmcodes
op het display verschijnt en dat tegelijk om
de 20 seconden een geluidsignaal te horen
is om aan te geven dat de machine niet
werkt:
:probleem met de watertoevoer.
:probleem met de waterafvoer .
:deur open.
Druk, nadat het probleem is verholpen, op
toets 6 om het programma opnieuw te star-
ten. Als het probleem, na alle controles,
zich nog steeds voordoet, neem dan con-
tact op met onze service-afedling.
Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing
De wasautomaat start niet:
De deur is niet goed gesloten.
Doe de deur stevig dicht.
De stekker zit niet goed in het stopcontact.
Steek de stekker in het stopcontact.
Er staat geen spanning op het stopcontact.
Controleer de elektrische installatie in uw woning.
De hoofdzekering is doorgebrand.
Vervang de zekering.
De keuzeknop staat niet op de juiste stand en toets 6 is niet inge-
drukt.
Draai de keuzeknop en druk nogmaals op de toets 6.
De uitgestelde start is gekozen.
Als het wasgoed meteen gewassen moet worden, annuleer dan
de uitgestelde start.
Het kinderslot is geactiveerd.
Deactiveer het kinderslot.
De machine wordt niet met
water gevuld:
De waterkraan is dicht.
Draai de waterkraan open.
De toevoerslang is bekneld of geknikt.
Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang.
Het filter in de toevoerslang of het inlaatklepfilter is verstopt.
Maak de watertoevoerfilters schoon (Zie 'De watertoevoerfilters
schoonmaken' voor meer informatie).
De deur is niet goed gesloten.
Doe de deur stevig dicht.
De machine pompt het wa-
ter niet weg en/of centrifu-
geert niet:
De afvoerslang is bekneld of geknikt.
Controleer de aansluiting van de afvoerslang.
Het afvoerfilter is verstopt.
Maak het afvoerfilter schoon.
Er is een optie of programma gekozen waarbij het water in de
trommel niet wordt weggepompt of een programma dat alle
spoelgangen onderdrukt.
Schakel de optie uit.
Kies programma POMPEN of CENTRIFUGEREN.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld.
Verdeel het wasgoed opnieuw.
electrolux 21
Probleem Mogelijke oorzaak/Oplossing
Er ligt water op de vloer:
Er is te veel of ongeschikt wasmiddel gebruikt (te veel schuimvor-
ming).
Verminder de hoeveelheid wasmiddel of gebruik een ander mid-
del.
Controleer of een van de koppelingen van de toevoerslang lekka-
ge vertoont. Dit is niet altijd gemakkelijk te zien, omdat het water
langs de slang naar beneden loopt; controleer of de slang vochtig
is.
Controleer de aansluiting van de watertoevoerslang.
De afvoerslang is beschadigd.
Vervang deze door een nieuwe.
De dop op de noodafvoerslang is na het schoonmaken niet terug-
geplaatst of het filter is niet goed vastgeschroefd.
Zet de dop terug op de noodafvoerslang en draai het filter volle-
dig aan.
Onbevredigende wasresul-
taten:
Er is te weinig of ongeschikt wasmiddel gebruikt.
Gebruik meer wasmiddel of gebruik een ander middel.
Hardnekkige vlekken zijn niet vóór het wassen behandeld.
Gebruik normaal in de handel verkrijgbare producten om hard-
nekkige vlekken te behandelen.
De juiste temperatuur was niet gekozen.
Controleer of u de juiste temperatuur heeft gekozen.
Te veel wasgoed in de trommel.
Verminder laadvolume.
De deur gaat niet open:
Het programma loopt nog.
Wacht tot de wascyclus is afgelopen.
De deur is niet ontgrendeld.
Wacht tot het controlelampje 8.2 uit is.
Er staat water in de trommel.
Kies programma Pompen of Centrifugeren.
De machine staat te schud-
den of maakt lawaai:
De transportbouten en het verpakkingsmateriaal zijn niet verwij-
derd.
Controleer of het apparaat correct geïnstalleerd is.
De pootjes zijn niet afgesteld
Controleer of het apparaat goed waterpas staat.
Het wasgoed is niet gelijkmatig in de trommel verdeeld.
Verdeel het wasgoed opnieuw.
Misschien zit er maar heel weinig wasgoed in de trommel.
Doe meer wasgoed in de trommel.
De machine maakt een on-
gebruikelijk geluid:
De machine is uitgerust met een type motor die vergeleken met
andere traditionele motoren een vreemd geluid maakt. Deze nieu-
we motor zorgt voor een soepelere start en een betere verdeling
van het wasgoed in de trommel tijdens het centrifugeren en voor
een betere stabiliteit van de machine.
Er is geen water zichtbaar
in de trommel:
Machines die gebaseerd zijn op moderne technologie werken erg
zuinig en verbruiken weinig water zonder dat dit ten koste gaat
van de prestatie van de machine.
Als u het probleem niet kunt vinden of op-
lossen, neem dan contact op met onze
Klantenservice. Noteer alvorens te bellen
het model, serienummer en de aankoopda-
tum van de machine: de Klantenservice zal
om deze informatie vragen.
Mod. ... ... ...
Prod. No. ... ... ...
Ser. No. ...
22 electrolux
TECHNISCHE GEGEVENS
Afmetingen Breedte / hoogte / diepte 60 / 85 / 63 mm
Aansluiting op het elektriciteits-
net
Voltage
Totale stroom
Zekering
Frequentie
220-230 V
2200 W
10 A
50 Hz
Waterdruk Minimaal
Maximaal
0,5 bar (0,05 MPa)
8 bar (0,8 MPa)
Bescherming tegen vaste stoffen en vochtigheid IPX4
Watertoevoer
1)
Koud water
Maximale belading Katoen 7 kg
Centrifugesnelheid Maximaal 1400 toeren per minuut
1) Sluit de slang aan op een kraan met 3/4”-schroefdraad.
MONTAGE
UITPAKKEN
Alle transportbouten en verpakkingsmate-
rialen moeten worden verwijderd alvorens
de machine in gebruik te nemen.
Wij raden u aan alle transportbeveiligingen
te bewaren, zodat zij kunnen worden ge-
monteerd als de machine ooit nog eens
moet worden vervoerd.
1. Nadat u al het verpakkingsmateriaal
verwijderd heeft, de machine voorzich-
tig op zijn achterkant leggen om de ba-
sis van piepschuim van de onderkant te
kunnen verwijderen
2. Verwijder het aansluitsnoer en de af-
voerslang van de slanghouders op de
achterkant van het apparaat
3. Draai de drie bouten los.
1
2
electrolux 23
4. Schuif de betreffende kunststof af-
standhouders naar buiten.
5. Open de vuldeur en verwijder het poly-
styreen blokje dat op de afdichting van
de deur zit.
6. Maak het kleine gaatje aan de boven-
kant en de twee grotere gaten dicht
met de plastic doppen die in het zakje
bij de gebruiksaanwijzing zitten.
OPSTELLEN
Installeer de machine op een vlakke harde
vloer. Zorg er voor dat de luchtcirculatie
rond de machine niet wordt belemmerd
door tapijten, kleedjes enz. Controleer of de
machine vrij staat van de muur of andere
keukenmeubelen. Zet de wasmachine wa-
terpas door de pootjes hoger of lager te
zetten. Het kan enige moeite kosten om de
pootjes te verstellen omdat ze voorzien zijn
van een zelfborgende moer, maar de ma-
chine MOET horizontaal en stabiel staan.
Controleer de afstelling, indien nodig, met
een luchtbelwaterpas. Alle noodzakelijke af-
stellingen kunnen uitgevoerd worden met
een moersleutel. Zorgvuldige horizontale af-
stelling voorkomt trillingen, lawaai of ver-
schuiving van de machine tijdens de werk-
ing.
Let op! Leg nooit karton, hout of iets
dergelijks onder de machine om
oneffenheden van de vloer te
compenseren.
RUBBEREN VOETENSET (4055126249)
Verkrijgbaar bij uw geautoriseerde verkoop-
punt.
De rubberen voeten zijn vooral handig op
zwevende, gladde en houten vloeren.
Monteer de rubberen voeten om trillingen,
lawaai of verschuiving van de machine tij-
dens de werking te voorkomen.
Lees de bij de kit geleverde gebruiksaanwij-
zing zorgvuldig door.
WATERTOEVOER
Een waterslang is meegeleverd; deze is te
vinden in de trommel van de machine. Ge-
bruik voor aansluiting op de waterleiding
niet de slang van uw vorige machine.
Belangrijk! Dit apparaat moet aange-
sloten worden op een koud watertoe-
voer.
1. Open de vuldeur en neem de toevoers-
lang uit de trommel.
24 electrolux
2. Sluit de slang met de haakse aanslui-
ting op de machine aan. Bevestig de
toevoerslang niet naar beneden gericht.
Bevestig de slang altijd onder een hoek
naar links of naar rechts, afhankelijk van
de plaats waar de waterkraan zich be-
vindt.
3. Breng de slang in de juiste positie door
de ringmoer los te draaien. Als de toe-
voerslang zich in de juiste positie be-
vindt, draai de ringmoer dan weer vast
om lekkage te voorkomen.
4. Sluit de slang aan op een kraan met
3/4"-schroefdraad. Gebruik altijd de bij
de machine geleverde slang.
De toevoerslang mag niet worden verlengd.
Als de slang te kort is en u de kraan niet wilt
verplaatsen, zult u een nieuwe, langere
slang moeten kopen die speciaal voor dit
doel is gemaakt.
WATERSTOP
De toevoerslang is voorzien van een water-
stop, een beveiligingsvoorziening tegen
schade veroorzaakt door waterlekkage die
kan ontstaan door natuurlijke slijtage van de
45°
35°
slang. Deze storing wordt aangegeven door
een rood vlak in venster "A". Indien dit ge-
beurt, de kraan dichtdraaien en contact op-
nemen met de Klantenservice om de slang
te laten vervangen.
A
WATERAFVOER
Het uiteinde van de afvoerslang kan op drie
manieren worden geplaatst.
Over de rand van een afvoer buigen
met behulp van de plastic slanggeleider
die bij de machine is meegeleverd. Zorg
er in dit geval voor dat het uiteinde niet
van de rand kan losschieten als de was-
automaat aan het leeglopen is. U kunt de
slang met een stuk touw aan de kraan
vastbinden of aan de wand bevestigen.
In een aftakking van een gootsteen-
afvoer. De aftakking dient zich boven de
sifon te bevinden, zodat de bocht zich
ten minste 60 cm boven de grond be-
vindt.
Direct in een afvoerpijp op een hoog-
te van niet minder dan 60 cm en niet
meer dan 90 cm. Het einde van de af-
voerslang moet altijd geventileerd zijn,
d.w.z. dat de binnendiameter van de af-
voerpijp groter moet zijn dan de buitendi-
electrolux 25
ameter van de afvoerslang. De afvoers-
lang mag niet geknikt zijn.
De afvoerslang kan verlengd worden tot een maximum van 4 meter. Een extra afvoers-
lang en koppelstuk zijn verkrijgbaar bij de Klantenservice bij u in de buurt.
MILIEUBESCHERMING
Het symbool op het product of op de
verpakking wijst erop dat dit product niet
als huishoudafval mag worden behandeld,
maar moet worden afgegeven bij een
verzamelpunt waar elektrische en
elektronische apparatuur wordt gerecycled.
Als u ervoor zorgt dat dit product op de
juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u
mogelijke negatieve gevolgen voor mens en
milieu die zich zouden kunnen voordoen in
geval van verkeerde afvalverwerking. Voor
gedetailleerdere informatie over het
recyclen van dit product, kunt u contact
opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het
product hebt gekocht.
VERPAKKINGSMATERIALEN
Materialen met het symbool
zijn recycle-
baar.
>PE<=polyethyleen
>PS<=polystyreen
>PP<=polypropyleen
Dit betekent dat ze gerecycled kunnen wor-
den als u ze netjes weggooit in de daarvoor
bestemde containers.
MILIEUTIPS
Om water en energie te besparen en om
het milieu te helpen beschermen, raden wij
u aan de volgende tips ter harte te nemen:
Normaal vuile was kan zonder voorwas
worden gewassen om wasmiddel, water
en tijd te besparen (ook het milieu wordt
zo beschermd!).
De machine werkt economischer als hij
volledig wordt gevuld.
Met de juiste voorbehandeling kunnen
vlekken en vuil worden verwijderd; het
wasgoed kan daarna bij een lagere tem-
peratuur worden gewassen.
Doseer het wasmiddel aan de hand van
de waterhardheid, de mate van vervuiling
van het wasgoed en de hoeveelheid was-
goed.
26 electrolux
electrolux 27
www.electrolux.com/shop 132941181-A-022013
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28

Electrolux EWF147310W Handleiding

Type
Handleiding