DNX 5220 BT

Kenwood DNX 5xxx DNX 5220 BT Handleiding

  • Hallo! Ik ben een AI-chatbot die speciaal is getraind om je te helpen met de Kenwood DNX 5xxx DNX 5220 BT Handleiding. Ik heb het document al doorgenomen en kan je duidelijke en eenvoudige antwoorden geven.
2
|
DNX5220BT/ DNX5220
1
..........1
2
..........2
3
..........1
4
..........1
5
..........1
6
..........1
Accessories
22
|
DNX5220BT/ DNX5220
1
..........1
2
..........2
3
..........1
4
..........1
5
..........1
6
..........1
Zubehör
32
|
DNX5220BT/ DNX5220
1
..........1
2
..........2
3
..........1
4
..........1
5
..........1
6
..........1
Toebehoren
Nederlands
|
33
Installatieprocedure
1. Voorkom kortsluiting door de sleutel uit het
contactslot te verwijderen en de - -aansluiting
van de accu los te koppelen.
2. Verbind de juiste in- en uitgangskabels van ieder
toestel.
3. Sluit de kabel op de bedradingsbundel aan.
4. Neem connector B op de bedradingsbundel en
sluit hem op de luidsprekerconnector in uw auto
aan.
5. Neem connector A op de bedradingsbundel en
sluit hem op de externe spanningsconnector op
uw auto aan.
6. Sluit de stekker van de bedradingsbundel op het
toestel aan.
7. Installeer het toestel in uw auto.
8. Sluit de - -aansluiting van de accu opnieuw aan.
9. Druk op de terugsteltoets.
2WAARSCHUWING
Als u de ontstekingskabel (rood) en de accukabel (geel)
op het chassis van de auto (massa) aansluit, kan u een
kortsluiting veroorzaken waardoor brand kan ontstaan.
Sluit deze kabels altijd aan op de voedingsbron die door de
zekeringkast loopt.
GPS-signalen ontvangen
Wanneer u de DNX5220BT/DNX5220 voor het eerst
inschakelt, moet u wachten tot het systeem het
satellietsignaal voor de eerste keer ontvangt. Dit
kan enkele minuten duren. Zorg ervoor dat uw auto
buiten op een open plek uit de buurt van hoge
gebouwen en bomen staat zodat de ontvangst snel
tot stand kan komen. Nadat het systeem voor de
eerste keer een satellietsignaal heeft ontvangen, zal
de ontvangst van satellietsignalen daarna sneller tot
stand komen.
¤
De montage en het aansluiten van de kabels vereist kennis
en ervaring. Laat voor uw eigen veiligheid de montage en
het aansluiten van de kabels over aan deskundigen.
Zorg dat het toestel op een negatieve 12 Volt
gelijkstroomvoeding is geaard.
Installeer het toestel niet op plaatsen die aan direct zonlicht,
overmatige hitte of vochtigheid blootstaan. Vermijd tevens
zeer stoffige plaatsen of plaatsen waar het toestel nat zou
kunnen worden.
Gebruik geen eigen schroeven. Gebruik uitsluitend de bij
het toestel geleverde schroeven. Het gebruik van verkeerde
schroeven kan het toestel beschadigen.
Wanneer de stroom niet is ingeschakeld (“PROTECT
wordt weergegeven), is er mogelijk een kortsluiting in
de luidsprekerkabel of raakt de kabel het chassis van
het voertuig en werd mogelijk het beveiligingscircuit
geactiveerd. Controleer in dit geval de luidsprekerkabel.
Controleer dat alle verbindingen juist zijn en de stekkers
goed in de aansluitingen zijn vergrendeld.
Als het contact van uw auto geen ACC-stand heeft of de
ontstekingskabel (contactkabel) met een spanningsbron
is verbonden waar constant spanning op staat, zoals
bijvoorbeeld een accukabel, zal de spanning van het toestel
niet gekoppeld zijn aan het contact (met andere woorden,
de spanning van het toestel wordt niet gelijk met het
contact in- en uitgeschakeld). Als u de spanning van het
toestel wilt koppelen aan het contact van de auto, moet
u de ontstekingskabel met een spanningsbron verbinden
die gelijk met het contact van de auto wordt in- en
uitgeschakeld.
Gebruik een in de handel verkrijgbare conversieconnector
als de connector niet in de voertuigconnector past.
Isoleer niet-aangesloten kabels met isolatieband of
ander geschikt materiaal. Voorkom kortsluiting door de
kapjes op het uiteinde van de niet-aangesloten kabels of
aansluitingen niet te verwijderen.
Als de console een deksel heeft, moet u er bij de installatie
van het toestel op letten dat het voorpaneel bij het openen
en sluiten het deksel niet raakt.
Als de zekering is doorgebrand, controleert u eerst of de
kabels elkaar niet raken en zo een kortsluiting veroorzaken
en vervangt u vervolgens de oude zekering door een
nieuwe met dezelfde stroomsterkte.
Sluit de luidsprekerkabels juist aan op de overeenkomstige
aansluitingen. Het toestel kan beschadigd worden of het
helemaal niets doen als u de --kabels deelt of ze met de
massa verbindt op een metalen deel in de auto.
Controleer na het installeren van het toestel of de
remlichten, richtingaanwijzers, ruitenwissers, enz. van de
auto juist functioneren.
Installeer het toestel zodanig dat een maximale hoek van
30˚ wordt bereikt.
Dit toestel is uitgerust met een ventilator (pagina 35)
om de binnentemperatuur te verminderen. Plaats het
toestel niet zodanig dat de ventilator wordt geblokkeerd.
Wanneer deze openingen worden geblokkeerd, kan de
binnentemperatuur oplopen en het toestel defect raken.
Duw niet te hard op het paneeloppervlak tijdens de
installatie van het toestel in het voertuig. Dat kan leiden tot
krassen, schade of het niet goed meer functioneren.
De ontvangst wordt mogelijk slechter wanneer zich
metalen voorwerpen bevinden in de buurt van de
Bluetooth-antenne.
Bluetooth-antenne
34
|
DNX5220BT/ DNX5220
Aansluiting
PRK SW
ILLUMI
1
2
3
4
5
6
7
8
1
2
3
4
5
6
7
8
Antennekabel
Uit het oogpunt van veiligheid is het beslist noodzakelijk de
kabel van de parkeersensor aan te sluiten.
Kabel van parkeersensor (lichtgroen)
Verbinden met de bedradingsbundel van de
parkeerremdetectieschakelaar van het voertuig.
Accukabel (geel)
Aarde (zwart)
Ontstekingskabel (rood)
Stuurafstandsbediening-ingang
(Lichtblauw/geel)
Naar stuurafstandsbediening
Laat de kabel niet uit het lipje hangen als u geen aansluitingen maakt.
Sluit aan op de geaarde aansluiting tijdens ontvangst
van of gedurende een telefoongesprek.
Kabel van dempregeling (bruin)
Sluit aan op de spanningsaansluiting wanneer u de optionele
vermogensversterker gebruikt, of op de antenne-aansluiting van de auto.
Spanning-/motorantennekabel
(blauw/wit)
Kabel van dimregeling (oranje/wit)
Kabel van achteruitrijsensor (paars/wit)
Verbinden met de bedradingsbundel van
de achteruitrijlamp van de auto wanneer de
optionele achteruitkijkcamera wordt gebruikt.
(oranje/wit)
Connector A
Connector B
Om de stuurafstandsbediening te gebruiken, hebt u een adapter
nodig (niet geleverd) die bij uw auto past.
Laat het afsluitkapje op de aansluiting wanneer ze niet wordt gebruikt.
Nederlands
|
35
ANT. CONT
P CONT
MUTE
REVERSE
REMO.CONT
GPS-antenne-ingang
FM/AM antenne-ingang
(JASO)
GPS-antenne
(toebehoren 3) (pagina 40)
ZEKERING ( 15A )
Bedradingsbundel
(toebehoren 1)
Koelventilator
Bluetooth-microfoon
(toebehoren 6)
36
|
DNX5220BT/ DNX5220
De kabels op de aansluitingen aansluiten
Overzicht van connectorfuncties
Pennummers voor
ISO-connectors
Kabelkleur Functies
Externe
spanningsconnector
A-4 Geel Accu
A-5 Blauw/wit Spanningsregeling
A-6 Oranje/wit Dimfunctie
A-7 Rood Ontsteking (ACC)
A-8 Zwart Aardaansluiting
(massa)
Luidsprekerconnector
B-1 Paars Rechts achter (+)
B-2 Paars/zwart Rechts achter (–)
B-3 Grijs Rechts voor (+)
B-4 Grijs/zwart Rechts voor (–)
B-5 Wit Links voor (+)
B-6 Wit/zwart Links voor (–)
B-7 Groen Links achter (+)
B-8 Groen/zwart Links achter (–)
2WAARSCHUWING
Aansluiten van de ISO-connector
De penopstelling voor de ISO-connectors is afhankelijk van
het type van uw auto. Voorkom beschadiging en zorg dat u
de juiste aansluitingen maakt.
De standaardaansluiting voor de bedradingsbundel is in
stap 1 hieronder beschreven. Maak de aansluitingen zoals
getoond in de afbeelding als de penopstelling van de ISO-
connector overeenkomt met de beschrijving in 2 of 3.
De kabel moet opnieuw worden aangesloten zoals getoond
in 2 hieronder voor het monteren van deze eenheid in
Volkswagen-modellen.
1 (Standaardinstelling) De A-7-pen van de ISO-
connector van de auto is aangesloten op de
ontsteking, en de A-4-pen is aangesloten op de
constante voeding.
Toestel Auto
A-7-pen
A-4-pen
Ontstekingskabel (Rood)
Accukabel (Geel)
2 De A-7-pen van de ISO-connector van de auto is
aangesloten op de constante voeding, en de A-4-
pen is aangesloten op de ontsteking.
Toestel Auto
A-7-pen
A-4-pen
Ontstekingskabel
(Rood)
Accukabel
(Geel)
3 De A-7-pen van de ISO-connector van de auto
is met niets verbonden, terwijl de A-7-pen
aangesloten is op de constante voeding (of zowel
de A-7-pen als de A-4-pen is aangesloten op de
constante voeding).
Toestel Auto
A-7-pen
A-4-pen
Ontstekingskabel (Rood)
Accukabel (Geel)
Wanneer u de aansluiting maakt zoals in 3 hierboven,
is de spanning van het toestel niet gekoppeld aan het
contactslot. Zorg daarom altijd dat u de spanning van
het toestel uitschakelt wanneer de ontsteking wordt
uitgeschakeld.
Als u de spanning van het toestel wilt koppelen aan de
ontsteking, sluit u de ontstekingskabel (ACC...rood) aan op
een voedingsbron die met de contactsleutel kan worden in
- en uitgeschakeld.
Nederlands
|
37
Aansluiten op systeem
Preout voorkant
• Audio-uitgang links (wit)
• Audio-uitgang rechts (rood)
Preout achterkant/ Preout
subwoofer
• Audio-uitgang links (wit)
• Audio-uitgang rechts (rood)
Ingang achteruitrijcamera
Visuele ingang (geel)
Audio-uitgang/Visuele uitgang
• Audio-uitgang links (wit)
• Audio-uitgang rechts (rood)
Audio-uitgang/Visuele uitgang
Visuele uitgang (geel)
Audio-ingang
Weerstandsvrije stereo-ministekker
Visuele ingang
Weerstandsvrije ministekker
USB-aansluiting
USB-apparaat
(in de handel verkrijgbaar)
Niet aansluiten.
38
|
DNX5220BT/ DNX5220
Aansluiten van optionele toebehoren
TV ANTENNA INPUT
TO MONITOR UNIT
KCA-iP300V
(Optioneel toebehoren)
iPod
(in de handel verkrijgbaar)
Audio-uitgang (zwart)
Visuele ingang
(geel)
Visuele uitgang (geel)
Audio-ingang
(zwart)
USB-aansluiting
USB-aansluiting
Tv-tuner
(Optioneel toebehoren)
Aansluitkabel
(meegeleverd met tv-tuner)
KCA-BT200-ingang
(Optioneel toebehoren)
(enkel DNX5220)
Nederlands
|
39
Installatie voor Monitor/Weergaveapparaat
Installeren van het plaatje
Toebehoren 5
Buig de lipjes van de bevestigingshuls
met een schroevendraaier of dergelijke
en bevestig op zijn plaats.
Metalen bevestigingsriem
(in de handel verkrijgbaar)
Zelf-tappende schroef
(in de handel verkrijgbaar)
Schroef (M4 × 8)
(in de handel verkrijgbaar)
Controleer of het toestel goed geïnstalleerd is. Als het toestel niet stabiel is, kan
het slecht werken (het geluid kan bijvoorbeeld soms onderbroken worden).
Hitteschild of metalen
steun
40
|
DNX5220BT/ DNX5220
De GPS-antenne installeren
De GPS-antenne wordt in de auto geïnstalleerd. Zij
moet zo horizontaal mogelijk worden geïnstalleerd
zodat de GPS-satellietsignalen gemakkelijk kunnen
worden ontvangen.
Installeer de GPS-antenne als volgt in uw auto:
1. Reinig het dashboard of het oppervlak waarop u de
antenne wilt installeren.
2. Verwijder het schutpapier van het plakband dat
zich aan de onderkant van de metalen plaat
bevindt (toebehoren 4).
3. Druk de metalen plaat (toebehoren 4) stevig
tegen het dashboard of het bevestigingsoppervlak
waarop u de antenne wilt installeren. U kunt de
metalen plaat (toebehoren 4) buigen zodat het
indien nodig ook op gebogen oppervlakken kan
worden geïnstalleerd.
4. Plaats de GPS-antenne (toebehoren 3) op de
metalen plaat (toebehoren 4).
Toebehoren 3
Toebehoren 4
¤
In sommige typen auto's is de ontvangst van GPS-
satellietsignalen niet mogelijk wanneer de antenne in de
auto wordt geïnstalleerd.
De afstand tussen de GPS-antenne en de antennes
van mobiele telefoons of andere zendantennes moet
minimaal 30 cm bedragen. Het is mogelijk dat de GPS-
satellietsignalen hinder ondervinden van deze apparaten.
GPS-antennes presteren minder goed wanneer u ze verft
(metaalkleur).
1. Controleer de installatiepositie van de microfoon
(toebehoren 6).
2. Verwijder olie en ander vuil van het
installatieoppervlak.
3. Installeer de microfoon.
4. Leid de microfoonkabel tot aan de handsfree kit
en zet de kabel op verschillende plaatsen vast met
tape of vergelijkbaar materiaal.
Bevestig de kabel met in de
handel verkrijgbare tape.
Verwijder de
beschermlaag van
de aan twee kanten
klevende tape voor
bevestiging op
de plek die wordt
aangegeven in het
voorbeeld links.
Verplaats de microfoon in de richting van de chauffeur.
De microfoon installeren
Nederlands
|
41
Verwijderen van het hardrubber
frame (schakelplaat)
1. Steek de klempennen op het uitbouwgereedschap
2 in en verwijder de twee vergrendelingen aan de
onderkant.
Breng het frame omlaag en trek naar voren zoals u
in de afbeelding ziet.
Uitbouwgereedschap (toebehoren 2)
Vergrendeling
Klem
Aan de bovenkant kan het frame op dezelfde manier
worden verwijderd.
2. Nadat de onderkant is verwijderd, verwijdert u de
twee plaatsen aan de bovenkant.
Het toestel verwijderen
1. Verwijder het hardrubber frame volgens de
uitbouwprocedure in het deel <Verwijderen van
het hardrubber frame>.
2. Verwijder de zeskantschroef met onderlegring (M4
× 8) van het achterpaneel.
3. Steek het uitbouwgereedschap (2 stuks) 2 diep in
de openingen aan beide kanten zoals afgebeeld.
Uitbouwgereedschap
(toebehoren 2)
4. Breng het uitbouwgereedschap omlaag en trek het
toestel half naar voren terwijl u naar het midden
drukt.
Ga voorzichtig te werk zodat u niet gewond kunt raken
door de meeneempennen op het uitbouwgereedschap.
5. Trek het toestel met uw handen geheel naar voren
en let op dat u het toestel niet laat vallen.
De Monitor/Weergaveapparaat verwijderen
/