Zanussi ZEI7744BBV Handleiding

Type
Handleiding
GETTING
STARTED?
EASY.
User Manual
ZEI7744BBV
NL Gebruiksaanwijzing 2
Kookplaat
FR Notice d'utilisation 19
Table de cuisson
DE Benutzerinformation 37
Kochfeld
VEILIGHEIDSINFORMATIE
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en
gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk
voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of
verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en
toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik.
VEILIGHEID VAN KINDEREN EN KWETSBARE
MENSEN
• Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en
ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of
verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis,
indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen
over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de
eventuele gevaren begrijpen.
• Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
• Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het op
passende wijze weg.
• Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als
het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet.
• Als het apparaat is voorzien van een kinderbeveiliging, dan
dient dit geactiveerd te worden.
• Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet worden
uitgevoerd door kinderen zonder toezicht.
• Kinderen van 3 jaar en jonger moeten tijdens de werking van dit
apparaat altijd uit te buurt worden gehouden.
ALGEMENE VEILIGHEID
• WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke
onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient op te
passen dat u de verwarmingselementen niet aanraakt. Houd
kinderen jonger dan 8 jaar uit de buurt of onder permanent
toezicht.
• Bedien het apparaat niet met een externe timer of een apart
afstandbedieningssysteem.
2
• WAARSCHUWING: Zonder toezicht koken op een kookplaat
met vet of olie kan gevaarlijk zijn en brandgevaar opleveren.
• Probeer brand NOOIT met water te blussen, maar schakel in
plaats daarvan het apparaat uit en bedek de vlam bijv. met een
deksel of blusdeken.
• LET OP: Er dient toezicht te worden gehouden op het
bereidingsproces. Een kort bereidingsproces moet onder
constant toezicht staan.
• WAARSCHUWING: Brandgevaar: Bewaar geen voorwerpen
op de kookplaten.
• Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en deksels
mogen niet op de kookplaat worden geplaatst, aangezien ze
heet kunnen worden.
• Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te maken.
• Schakel het kookplaatelement uit na elk gebruik met de
bedieningstoetsen. Vertrouw niet op de pandetector.
• Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten is,
schakel het apparaat dan uit om het risico op elektrische
schokken te voorkomen.
• Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een
erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze
vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen.
• WAARSCHUWING: Gebruik alleen kookplaatbeschermers die
door de fabrikant van het kookapparaat zijn ontworpen of door
de fabrikant van het apparaat in de gebruiksinstructies als
geschikt zijn aangegeven of kookplaatbeschermers die in het
apparaat zijn geïntegreerd. Het gebruik van ongeschikte
kookplaatbeschermers kan ongelukken veroorzaken.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
MONTAGE
WAARSCHUWING! Alleen een
erkende installatietechnicus mag het
apparaat installeren.
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel of schade aan het apparaat.
• Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
• Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
• Volg de installatie-instructies op die zijn
meegeleverd met het apparaat.
• Houd de minimumafstand naar andere
apparaten en units in acht.
• Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat,
want het is zwaar. Gebruik altijd
veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel.
• Dicht de oppervlakken af met kit om te
voorkomen dat ze gaan opzetten door vocht.
3
• Bescherm de bodem van het apparaat tegen
stoom en vocht.
• Installeer het apparaat niet naast een deur of
onder een raam. Dit voorkomt dat heet
kookgerei van het apparaat valt als de deur of
het raam wordt geopend.
• Als het apparaat geïnstalleerd is boven lades
zorg er dan voor dat de ruimte tussen de
onderkant van het apparaat en de bovenste lade
voldoende is voor luchtcirculatie.
• De onderkant van het apparaat kan heet
worden. Wij raden aan om een onbrandbaar
scheidingspaneel te plaatsen onder het
apparaat om te voorkomen dat de onderkant kan
worden aangeraakt.
• Zorg ervoor dat er een ventilatieruimte van 2 mm
vrij is tussen het werkblad en de voorkant van
de onderste unit. De garantie dekt geen schade
veroorzaakt door het gebrek aan een adequate
ventilatieruimte.
AANSLUITING AAN HET ELEKTRICITEITSNET
WAARSCHUWING! Gevaar voor
brand en elektrische schokken.
• Alle elektrische aansluitingen moeten door een
gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt.
• Dit apparaat moet worden aangesloten op een
geaard stopcontact.
• Verzeker u ervan dat de stekker uit het
stopcontact is getrokken, voordat u welke
werkzaamheden dan ook uitvoert.
• Controleer of de elektrische informatie op het
typeplaatje overeenkomt met de
stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact
op met een elektromonteur.
• Zorg ervoor dat het apparaat correct is
geïnstalleerd. Losse en onjuiste stroomkabels of
stekkers (indien van toepassing) kunnen ervoor
zorgen dat de contactklem te heet wordt.
• Gebruik de juiste stroomkabel.
• Voorkom dat de stroomkabels verstrikt raken.
• Zorg ervoor dat er een schokbescherming wordt
geïnstalleerd.
• Gebruik het klem om spanning op het snoer te
voorkomen.
• Zorg ervoor dat de stroomkabel of stekker
(indien van toepassing) het hete apparaat of
heet kookgerei niet aanraakt als u het apparaat
op de nabijgelegen contactdozen aansluit
• Gebruik geen meerwegstekkers en
verlengsnoeren.
• Zorg dat u de hoofdstekker (indien van
toepassing) of kabel niet beschadigt. Neem
contact op met onze service-afdeling of een
elektromonteur om een beschadigde hoofdkabel
te vervangen.
• De schokbescherming van delen onder stroom
en geïsoleerde delen moet op zo'n manier
worden bevestigd dat het niet zonder
gereedschap kan worden verplaatst.
• Steek de stekker pas in het stopcontact als de
installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het
netsnoer na installatie bereikbaar is.
• Sluit de stroomstekker niet aan op een losse
stroomaansluiting.
• Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los
te koppelen. Trek altijd aan de stekker.
• Gebruik alleen de juiste isolatie-apparaten:
stroomonderbrekers, zekeringen
(schroefzekeringen moeten uit de houder
worden verwijderd), aardlekschakelaars en
contactgevers.
• De elektrische installatie moet een
isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat
volledig van het lichtnet afgesloten kan worden.
Het isolatieapparaat moet een contactopening
hebben met een minimale breedte van 3 mm.
GEBRUIK
WAARSCHUWING! Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische schokken.
• Verwijder voor gebruik (indien van toepassing)
de verpakking, labels en beschermfolie.
• Gebruik dit apparaat in een huishoudelijke
omgeving.
• De specificatie van het apparaat mag niet
worden veranderd.
• Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet
geblokkeerd zijn.
• Laat het apparaat tijdens het gebruik niet
onbeheerd achter.
• Zet de kookzone op "uit" na elk gebruik.
• Vertrouw niet alleen op de pandetector.
• Leg geen bestek of pannendeksels op de
kookzones. Deze kunnen heet worden.
• Bedien het apparaat niet met natte handen of
als het contact maakt met water.
• Het apparaat mag niet worden gebruikt als
werkblad of aanrecht.
• Sluit het apparaat direct af van de
stroomtoevoer als het oppervlak van het
apparaat gebroken is. Dit om elektrische
schokken te voorkomen.
• Gebruikers met een pacemaker moeten een
afstand van minimaal 30 cm bewaren van de
inductiekookzones als het apparaat in werking
is.
• Als u eten in de hete olie doet, kan het spatten.
WAARSCHUWING! Risico op brand
en explosie
4
• Verhitte vetten en olie kunnen ontvlambare
damp afgeven. Houd vlammen of verwarmde
voorwerpen uit de buurt van vet en olie als u er
mee kookt.
• De dampen die hete olie afgeeft kunnen
spontane ontbranding veroorzaken.
• Gebruikte olie die voedselresten bevat kan
brand veroorzaken bij een lagere temperatuur
dan olie die voor de eerste keer wordt gebruikt.
• Plaats geen ontvlambare producten of
gerechten die vochtig zijn gemaakt met
ontvlambare producten in, bij of op het
apparaat.
WAARSCHUWING! Risico op
schade aan het apparaat.
• Zet geen heet kookgerei op het
bedieningspaneel.
• Leg geen hete deksel op het glazen oppervlak
van de kookplaat.
• Laat kookgerei niet droogkoken.
• Laat geen voorwerpen of kookgerei op het
apparaat vallen. Het oppervlak kan beschadigen.
• Activeer de kookzones niet met lege pannen of
zonder pannen erop.
• Geen aluminiumfolie op het apparaat leggen.
• Pannen van gietijzer, aluminium of met
beschadigde bodems kunnen krassen
veroorzaken in het glas / glaskeramiek. Til deze
voorwerpen altijd op als u ze moet verplaatsen
op de kookplaat.
• Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te
koken. Het mag niet worden gebruikt voor
andere doeleinden, zoals het verwarmen van
een kamer.
ONDERHOUD EN REINIGING
• Reinig het apparaat regelmatig om te
voorkomen dat het materiaal van het oppervlak
achteruitgaat.
• Schakel het apparaat uit en laat het afkoelen
voordat u het schoonmaakt.
• Trek voor onderhoudswerkzaamheden de
stekker uit het stopcontact.
• Gebruik geen waterstralen of stoom om het
apparaat te reinigen.
• Reinig het apparaat met een vochtige zachte
doek. Gebruik alleen neutrale
reinigingsmiddelen. Gebruik geen
schuurmiddelen, schuursponsjes,
oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
VERWIJDERING
WAARSCHUWING! Gevaar voor
letsel of verstikking.
• Neem contact met uw plaatselijke overheid voor
informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van
het apparaat.
• Haal de stekker uit het stopcontact.
• Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en
gooi het weg.
SERVICEDIENST
• Neem contact op met een erkende
servicedienst voor reparatie van het apparaat.
• Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen.
5
BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT
INDELING KOOKPLAAT
210 mm
210 mm
22
210 mm
210 mm
1 1
11
1
Inductiekookzone
2
Bedieningspaneel
BEDIENINGSPANEEL LAY-OUT
1 2 3 4 65
7
9
10
8
Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays, indicatielampjes en geluiden tonen welke
functies worden gebruikt.
6
Tiptoets Functie Opmerking
1
AAN/UIT De kookplaat in- en uitschakelen.
2
Toetsblokkering / Het kinder-
slot
Het bedieningspaneel vergrendelen/ontgrende-
len.
3
Bridge De functie in- en uitschakelen.
4
- Warmtestand en timerdisplay Geeft de warmtestand en de tijd in minuten weer.
5
- Timerfunctie instellen.
6
/
- De tijd verlengen of verkorten.
7
Timer met aftelfunctie / Kook-
wekker
Geeft aan dat de functie werkt.
8
Powerfunctie De functie in- en uitschakelen.
9
- Bedieningsstrip Het instellen van de kookstand.
10
STOP+GO De functie in- en uitschakelen.
KOOKSTANDDISPLAYS
Display Beschrijving
De kookzone is uitgeschakeld.
-
De kookzone wordt gebruikt.
STOP+GO-functie is in werking.
Automatisch opwarmen-functie is in werking.
Powerfunctie is in werking.
+ cijfer
Er is een storing.
Er is nog een kookzone heet (restwarmte).
Toetsblokkering / Het kinderslot functie is in werking.
Het kookgerei is niet geschikt of te klein, of er is geen kookgerei op de kook-
zone geplaatst.
Automatisch uitschakelen-functie is in werking.
7
RESTWARMTE-INDICATIE
WAARSCHUWING! Er bestaat
verbrandingsgevaar door restwarmte.
De inductiekookzones creëren de voor het
kookproces benodigde warmte direct in de bodem
van de pan. Het glaskeramiek wordt verwarmd door
de warmte van de pannen.
DAGELIJKS GEBRUIK
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
IN- OF UITSCHAKELEN
Raak 1 seconde aan om de kookplaat in– of uit
te schakelen.
AUTOMATISCH UITSCHAKELEN
De functie schakelt de kookplaat
automatisch uit als:
• alle kookzones zijn uitgeschakeld.
• u de kookstand niet instelt nadat u de kookplaat
hebt ingeschakeld.
• u iets hebt gemorst of iets langer dan 10
seconden op het bedieningspaneel hebt gelegd
(een pan, doek, etc.). Er klinkt een
geluidssignaal en de kookplaat wordt
uitgeschakeld. Verwijder het voorwerp of reinig
het bedieningspaneel.
• De kookplaat te heet wordt (b.v. als een pan
droogkookt). De kookzone moet afgekoeld zijn
voordat u de kookplaat weer kunt gebruiken.
• u ongeschikte pannen gebruikt. Het symbool
gaat branden en na 2 minuten schakelt de
kookzone automatisch uit.
• u een kookzone niet uitschakelt of de kookstand
verandert. Na enige tijd gaat
branden en
wordt de kookplaat uitgeschakeld.
De verhouding tussen kookstand en de tijd
waarna de kookplaat uitschakelt:
Kookstand
De kookplaat wordt
uitgeschakeld na
, 1 - 2
6 uur
3 - 4 5 uur
5 4 uur
6 - 9 1,5 uur
DE KOOKSTAND
Voor het instellen of wijzigen van de kookstand:
Raak de bedieningsstrip aan bij de juiste kookstand
of beweeg uw vinger langs de bedieningsstrip
totdat u de jusite kookstand heeft bereikt.
BRIDGE-FUNCTIE
De functie werkt als de pan de
middelpunten van beide zones bedekt.
Deze functie verbindt twee kookzones en deze
werken dan samen als één kookzone.
Stel eerst de kookstand in voor één van de
kookzones.
Om de functie voor linker/rechter kookzones
te activeren: raak
/ aan. Raak een van de
besturingsensoren links/rechts aan om de
kookstand in te stellen of te wijzigen.
De functie uitschakelen: raak
/ aan. De
kookzones werken onafhankelijk.
AUTOMATISCH OPWARMEN
Activeer deze functie om in een kortere tijd een
gewenste kookstand te krijgen. Als het aan staat,
werkt de zone in het begin op de hoogste
kookstand en gaat daarna verder met koken op de
gewenste kookstand.
Om de functie in werking te stellen
moet de kookzone koud zijn.
Om de functie voor een kookzone in te
schakelen: raak aan ( gaat aan). Raak
meteen de gewenste kookstand aan. Na 3
seconden gaat branden.
De functie uitschakelen: wijzig de kookstand.
8
POWERFUNCTIE
Deze functie maakt meer vermogen beschikbaar
voor de inductiekookzones. De functie kan voor een
beperkte tijdsduur voor uitsluitend de
inductiekookzone worden geactiveerd. Daarna
wordt de inductiekookzone automatisch
teruggeschakeld naar de hoogste kookstand.
Zie het hoofdstuk 'Technische
informatie'.
Om de functie voor een kookzone in te
schakelen: raak aan. gaat aan.
Om de functie uit te schakelen: wijzig de
kookstand.
TIMER
De timerfunctie kan voor iedere kookzone
afzonderlijk worden ingesteld. Gebruik de timer aan
de linkerkant om de timerfunctie voor de zones aan
de linkerkant in te stellen en de timer aan de
rechterkant voor de zones aan de rechterkant.
Timer met aftelfunctie
Gebruik deze functie om aan te geven hoe lang een
kookzone moet werken tijdens een enkele
kooksessie.
Stel eerst de kookstand voor de kookzone in en dan
de functie.
De functie inschakelen of de tijd wijzigen:
raak snel een aantal keer aan tot het
indicatielampje van een bepaalde zone op het
display gaat branden. Raak vervolgens of
aan om de tijd in te stellen (00 - 99 minuten). De
functie start automatisch na 4 seconden.
gaat
branden op het display.
Om de timerfunctie voor de tweede zone van een
tweetal te activeren, raak 3 keer snel aan.
Als de tijd verstreken is, klinkt er een signaal en
knippert 00. Raak aan om het signaal uit te
schakelen.
Resterende tijd weergeven: Raak aan.
De functie uitschakelen: kies de gewenste zone
door aan te raken en raak vervolgens aan.
De resterende tijd telt terug naar 00. Het symbool
gaat uit.
Kookwekker
U kunt deze functie gebruiken als kookwekker
terwijl de kookplaat is ingeschakeld maar de
kookzones niet werken.
De functie inschakelen: raak
snel een aantal
keer aan tot het indicatielampje van een
bepaalde zone op het display gaat branden. Raak
of aan om de tijd in te stellen. De functie
start automatisch na 4 seconden. gaat branden
op het display.
Als de tijd verstreken is, klinkt er een signaal en
knippert 00. Raak
aan om het signaal uit te
schakelen.
De functie heeft geen invloed op de
werking van de kookzones.
STOP+GO
Deze functie stelt alle kookzones die in werking zijn
in op de laagste kookstand.
Als de functie in gebruik is, kunt u de kookstand
niet wijzigen.
De functie stopt de timerfunctie niet.
Om de functie in te schakelen: raak
aan.
gaat branden.
Om de functie uit te schakelen: raak aan.
De vorige kookstand gaat aan.
TOETSBLOKKERING
U kunt het bedieningspaneel vergrendelen terwijl
de kookzones in werking zijn. Hiermee wordt
voorkomen dat de kookstand per ongeluk wordt
veranderd.
Stel eerst de kookstand in.
Om de functie in te schakelen: raak aan.
gaat gedurende 4 seconden aan.De timer blijft aan.
Om de functie uit te schakelen: raak aan.
De vorige kookstand gaat aan.
Als u de kookplaat uitzet, stopt u deze
functie ook.
HET KINDERSLOT
Deze functie voorkomt dat de kookplaat onbedoeld
wordt gebruikt.
Om de functie in te schakelen: schakel de
kookplaat in met
. Stel geen kookstand in. Raak
4 seconden aan. gaat aan. Schakel de
kookplaat uit met .
Om de functie uit te schakelen: schakel de
kookplaat in met
. Stel geen kookstand in. Raak
9
4 seconden aan. gaat aan. Schakel de
kookplaat uit met .
De functie gedurende één kooksessie
onderdrukken: zet de kookplaat aan met .
gaat aan. Raak 4 seconden aan. Stel de
kookstand in binnen 10 seconden. U kunt de
kookplaat bedienen. Als u de kookplaat uitschakelt
met , treedt de functie weer in werking.
VERMOGENSBEHEER-FUNCTIE
• De kookzones zijn gegroepeerd volgens locatie
en aantal fasen van de kookplaat. Zie
afbeelding.
• Elke fase heeft een maximale elektriciteitslading
van 3700 W.
• De functie verdeelt het vermogen tussen de
kookzones aangesloten op dezelfde fase.
• De functie wordt geactiveerd als de totale
elektriciteitslading van de kookzones
aangesloten op een enkele fase de 3700 W
overschrijdt.
• De functie verlaagt het vermogen naar de
andere kookzones aangesloten op dezelfde
fase.
• Het warmte-instellingsdisplay van de verlaagde
zone verandert tussen twee niveaus.
AANWIJZINGEN EN TIPS
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
KOOKGEREI
Bij een inductiekookzone zorgt een
sterk elektromagnetisch veld ervoor
dat het kookgerei erg snel heet wordt.
Gebruik de inductiekookzones met
geschikt kookgerei.
Materiaal van het kookgerei
• correct: gietijzer, staal, geëmailleerd staal,
roestvrij staal, meerlaagse bodem (aangemerkt
als geschikt voor inductie door de fabrikant).
• niet correct: aluminium, koper, messing, glas,
keramiek, porselein.
Een pan is geschikt voor een
inductiekookplaat als:
• een beetje water kookt snel op een zone die
ingesteld is op de hoogste instelling.
• een magneet vast blijft zitten aan de bodem van
het kookgerei.
De bodem van het kookgerei moet zo
dik en vlak mogelijk zijn.
Afmetingen van de pannen
Inductiekookzones passen zich tot op zekere
hoogte automatisch aan de grootte van de bodem
van de pan aan.
De efficiëntie van de kookzone heeft betrekking op
de diameter van het kookgerei. Kookgerei met een
diameter die kleiner is dan het minimum, ontvangt
slechts een deel van het vermogen dat door de
kookzone wordt gegenereerd.
Zie het hoofdstuk 'Technische
informatie'.
LAWAAI TIJDENS GEBRUIK
Als u dit hoort:
• krakend geluid: de pan is gemaakt van
verschillende materialen (sandwich-constructie).
• fluitend geluid: bij gebruik van de kookzone met
een hoge kookstand en als de pan is gemaakt
van verschillende materialen (sandwich-
constructie).
• zoemen: als u hoge kookstanden gebruikt.
10
• klikken: er treedt elektrische schakeling op.
• sissen, zoemen: de ventilator werkt.
Deze geluiden zijn normaal en hebben niets
met een defect van de kookplaat te maken.
VOORBEELDEN VAN KOOKTOEPASSINGEN
De relatie tussen het stroomverbruik van de
kookstand en de kookzone is niet lineair. Wanneer
u de kookstand verhoogt, is dit niet proportioneel
met de toename in stroomverbruik van de
kookzone. Het betekent dat de kookzone met de
medium kookstand minder dan de helft van het
vermogen gebruikt.
De gegevens in de volgende tabel
dienen slechts als richtlijn.
Kookstand Gebruik om: Tijd (min) Tips
- 1
Bereide gerechten warmhouden. zoals
nodig
Een deksel op het kookgerei
doen.
1 - 2 Hollandaisesaus, smelten: boter,
chocolade, gelatine.
5 - 25 Van tijd tot tijd mengen.
1 - 2 Stollen: luchtige omeletten, ge-
bakken eieren.
10 -
40
Met deksel bereiden.
2 - 3 Zachtjes aan de kook brengen
van rijst en gerechten op melkba-
sis, reeds bereide gerechten op-
warmen.
25 -
50
Voeg minstens tweemaal zoveel
vloeistof toe als rijst, melkge-
rechten tijdens het bereiden tus-
sendoor roeren.
3 - 4 Stomen van groenten, vis en
vlees.
20 -
45
Een paar eetlepels vocht toevoe-
gen.
4 - 5 Aardappelen stomen. 20 -
60
Gebruik max. ¼ l water voor 750
g aardappelen.
4 - 5 Bereiden van grotere hoeveelhe-
den voedsel, stoofschotels en
soepen.
60 -
150
Tot 3 l vloeistof plus ingrediën-
ten.
6 - 7 Lichtjes braden: kalfsoester, cor-
don bleu van kalfsvlees, kotelet-
ten, rissoles, worstjes, lever, roux,
eieren, pannenkoeken, donuts.
zoals
nodig
Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
7 - 8 Door-en-door gebraden, opge-
bakken aardappelen, lendenbief-
stukken, steaks.
5 - 15 Halverwege de bereidingstijd
omdraaien.
9 Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees (goulash, stoof-
vlees), frituren van friet.
Aan de kook brengen van grote hoeveelheden water. Powerfunctie is geactiveerd.
ONDERHOUD EN REINIGING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
ALGEMENE INFORMATIE
• Maak de kookplaat na ieder gebruik schoon.
• Gebruik altijd pannen met een schone bodem.
11
• Krassen of donkere vlekken op de oppervlakte
hebben geen invloed op de werking van de
kookplaat.
• Gebruik een specifiek schoonmaakmiddel voor
het oppervlak van de kookplaat.
• Gebruik een speciale schraper voor de glazen
plaat.
DE KOOKPLAAT SCHOONMAKEN
• Verwijder direct: gesmolten plastic, gesmolten
folie, suiker en suikerhoudende gerechten.
Anders kan het vuil de kookplaat beschadigen.
Doe voorzichtig om brandwonden te voorkomen.
Plaats de speciale schraper schuin op de glazen
plaat en verwijder resten door het blad over het
oppervlak te schuiven.
• Verwijder nadat de kookplaat voldoende
is afgekoeld: kalk- en waterkringen, vetspatten
en metaalachtig glanzende verkleuringen. Reinig
de kookplaat met een vochtige doek en een
beetje niet-schurend reinigingsmiddel. Droog de
kookplaat na reiniging af met een zachte doek.
• Verkleuring glanzende metalen
verwijderen: reinig het glazen oppervlak met
een doek en een oplossing van water met azijn.
PROBLEEMOPLOSSING
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
PROBLEMEN OPLOSSEN
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
U kunt de kookplaat niet in-
schakelen of bedienen.
De kookplaat is niet aangeslo-
ten op een stopcontact of is
niet goed geïnstalleerd.
Controleer of de kookplaat
goed is aangesloten op het
elektriciteitsnet. Raadpleeg het
aansluitingsschema.
De zekering is doorgeslagen. Controleer of de zekering de
oorzaak van de storing is. Als
de zekeringen keer op keer
doorslaan, neemt u contact op
met een erkende installateur.
Schakel de kookplaat opnieuw
in en stel de kookstand binnen
10 seconden in.
U hebt twee of meer tiptoetsen
tegelijk aangeraakt.
Raak slechts één tiptoets tege-
lijk aan.
STOP+GO Functie is in werk-
ing.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Da-
gelijks gebruik'.
Er ligt water of er zitten vet-
spatten op het bedieningspa-
neel.
Reinig het bedieningspaneel.
Er klinkt een geluidssignaal en
de kookplaat wordt uitgescha-
keld.
Er weerklinkt een geluidssig-
naal als de kookplaat uit staat.
U hebt een of meer tiptoetsen
afgedekt.
Verwijder het voorwerp van de
tiptoetsen.
12
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De kookplaat schakelt uit.
U hebt iets op de tiptoets
geplaatst.
Verwijder het object van de
tiptoets.
Het indicatielampje van rest-
warmte gaat niet aan.
De zone is niet heet, omdat hij
slechts kortstondig is gebruikt.
Als het lang duurt alvorens de
zone voldoende heet is, neem
dan contact op met de klan-
tenservice.
De automatische opwarmfunc-
tie start niet.
De zone is heet. Laat de zone voldoende afkoe-
len.
De hoogste verwarmingsstand
is ingesteld.
De hoogste kookstand heeft
hetzelfde vermogen als de
functie.
De kookstand schakelt tussen
twee kookstanden.
De Powerfunctie is in werking. Raadpleeg het hoofdstuk 'Da-
gelijks gebruik'.
De tiptoetsen worden warm. Het kookgerei is te groot of
staat te dicht bij het bedie-
ningspaneel.
Plaats groter kookgerei op de
achterste zones indien moge-
lijk.
gaat branden.
De automatische uitschakeling
is in werking getreden.
Schakel de kookplaat uit en
weer in.
gaat branden.
Het kinderbeveiliging of de ver-
grendelfunctie is actief.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Da-
gelijks gebruik'.
gaat branden.
Er staat geen kookgerei op de
zone.
Zet kookgerei op de zone.
Het kookgerei is niet goed. Gebruik het juiste kookgerei.
Zie het hoofdstuk 'Nuttige aan-
wijzingen en tips'.
De diameter aan de bodem van
het kookgerei is te klein voor
de zone.
Gebruik kookgerei met de juis-
te afmetingen.
Zie het hoofdstuk 'Technische
informatie'.
en een getal gaan branden.
Er is een fout in de kookplaat
opgetreden.
Ontkoppel de kookplaat enige
tijd van de stroomtoevoer.
Maak de zekering los in de me-
terkast van het huis. Sluit het
apparaat opnieuw aan. Als
weer gaat branden, neem dan
contact op met de klantenser-
vice.
13
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
gaat branden.
Er is een storing opgetreden in
de kookplaat, omdat er kook-
gerei is drooggekookt. Auto-
matische uitschakeling en de
oververhittingsbescherming
voor de zones zijn in werking
getreden.
Schakel de kookplaat uit. Ver-
wijder het hete kookgerei.
Schakel na ongeveer 30 se-
conden de zone opnieuw in.
Als het probleem lag bij het
kookgerei, verdwijnt het fout-
bericht. Het indicatielampje
van restwarmte kan blijven
branden. Laat het kookgerei
voldoende afkoelen. Controleer
of uw kookgerei geschikt is
voor de kookplaat.
Zie het hoofdstuk 'Nuttige aan-
wijzingen en tips'.
ALS U HET PROBLEEM NIET KUNT
OPLOSSEN...
Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem
dan contact op met uw verkoper of de
serviceafdeling. Zie voor deze gegevens het
typeplaatje. Geef ook de driecijferige code voor het
glaskeramiek (bevindt zich op de hoek van het
glazen oppervlak) en de foutmelding die wordt
weergegeven. Verzeker u ervan dat u de kookplaat
correct gebruikt heeft. Bij onjuist gebruik van het
apparaat wordt het bezoek van de
onderhoudstechnicus van de klantenservice of de
vakhandelaar in rekening gebracht, zelfs tijdens de
garantieperiode. De instructies over het service
center en de garantiebepalingen vindt u in het
garantieboekje.
MONTAGE
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
VOOR MONTAGE
Voordat u de kookplaat installeert, dient u de
onderstaande informatie van het typeplaatje te
noteren. Het typeplaatje bevindt zich onderop de
kookplaat.
Serienummer ...........................
INGEBOUWDE KOOKPLATEN
Inbouwkookplaten mogen alleen worden gebruikt
nadat zij ingebouwd zijn in geschikte inbouwunits of
werkbladen die aan de normen voldoen.
AANSLUITKABEL
• De kookplaat is voorzien van een aansluitsnoer.
• Vervang de beschadigde voedingskabel door
het volgende netsnoer (of hoger): H05V2V2-F T
min. 90°C. Neem contact op met een
klantenservice bij u in de buurt.
14
BEVEILIGINGSDOOS
Als u een beveiligingsdoos (een additioneel
toebehoren) gebruikt, zijn de ruimte van 2 mm op
de vloer voor de luchtstroom en de
beschermingsvloer direct onder het fornuis niet
noodzakelijk. De beveiligingsdoos is als toebehoren
niet in elk land verkrijgbaar. Neem contact op met
uw plaatselijke leverancier.
U kunt de beveiligingsdoos niet
gebruiken als u de kookplaat boven
een oven installeert.
TECHNISCHE GEGEVENS
TYPEPLAATJE
Model ZEI7744BBV PNC productnummer 949 595 649 00
Type 60 GDD D4 AU 220 - 240 V 50 - 60 Hz
Inductie 7.4 kW Vervaardigd in Duitsland
Serienr. ................. 7.4 kW
ZANUSSI
SPECIFICATIE KOOKZONES
Kookzone
Nominaal vermo-
gen (max warmte-
instelling) [W]
Powerfunctie [W]
Powerfunctie
maximale duur
[min]
Diameter van het
kookgerei [mm]
Linksvoor 2300 3200 10 180 - 210
Linksachter 2300 3200 10 180 - 210
Rechtsvoor 2300 3200 10 180 - 210
Rechtsachter 2300 3200 10 180 - 210
Het vermogen van de kookzones kan enigszins
afwijken van de gegevens in de tabel. Het verandert
met het materiaal en de afmetingen van het
kookgerei.
Gebruik voor optimale kookresultaten alleen
kookgerei met een diameter niet groter dan vermeld
in de tabel.
17
ENERGIEZUINIGHEID
PRODUCTINFORMATIE VOLGENS EU 66/2014
Modelidentificatie ZEI7744BBV
Type kooktoestel Ingebouwde kook-
plaat
Aantal kookzones 4
Verwarmingstechnologie Inductie
Diameter ronde kookzones
(Ø)
Linksvoor
Linksachter
Rechtsvoor
Rechtsachter
21,0 cm
21,0 cm
21,0 cm
21,0 cm
Energieverbruik per kookzone
(EC electric cooking)
Linksvoor
Linksachter
Rechtsvoor
Rechtsachter
188,6 Wh / kg
181,1 Wh / kg
203,8 Wh / kg
181,1 Wh / kg
Energieverbruik van de kook-
plaat (EC electric hob)
188,6 Wh / kg
EN 60350-2 - Huishoudelijke elektrische
kookapparaten - deel 2: Kookplaten - Methodes
voor het meten van de prestatie
ENERGIEBESPARING
U kunt elke dag energie besparen tijdens het koken
door de onderstaande tips te volgen.
• Warm alleen de hoeveelheid water op die u
nodig heeft.
• Doe indien mogelijk altijd een deksel op de pan.
• Zet uw kookgerei op de kookzone voordat u
deze activeert.
• Zet kleiner kookgerei op kleinere kookzones.
• Plaats het kookgerei precies in het midden van
de kookzone.
• Gebruik de restwarmte om het eten warm te
houden of te smelten.
MILIEUBESCHERMING
Recycle de materialen met het symbool . Gooi
de verpakking in een geschikte verzamelcontainer
om het te recyclen. Help om het milieu en de
volksgezondheid te beschermen en recycle het
afval van elektrische en elektronische apparaten.
Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool
niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het
product naar het milieustation bij u in de buurt of
neem contact op met de gemeente.
18

Documenttranscriptie

User Manual GETTING STARTED? EASY. ZEI7744BBV NL Gebruiksaanwijzing Kookplaat FR Notice d'utilisation Table de cuisson DE Benutzerinformation Kochfeld 2 19 37 VEILIGHEIDSINFORMATIE Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor letsel of schade veroorzaakt door een verkeerde installatie of verkeerd gebruik. Bewaar de instructies altijd op een veilige en toegankelijke plaats voor toekomstig gebruik. VEILIGHEID VAN KINDEREN EN KWETSBARE MENSEN • • • • • • • Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en door mensen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke of verstandelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het apparaat en indien zij de eventuele gevaren begrijpen. Laat kinderen niet met het apparaat spelen. Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het op passende wijze weg. Houd kinderen en huisdieren uit de buurt van het apparaat als het in werking is of afkoelt. Het apparaat is heet. Als het apparaat is voorzien van een kinderbeveiliging, dan dient dit geactiveerd te worden. Reiniging en onderhoud van het apparaat mag niet worden uitgevoerd door kinderen zonder toezicht. Kinderen van 3 jaar en jonger moeten tijdens de werking van dit apparaat altijd uit te buurt worden gehouden. ALGEMENE VEILIGHEID • • 2 WAARSCHUWING: Het apparaat en de toegankelijke onderdelen ervan worden heet tijdens gebruik. U dient op te passen dat u de verwarmingselementen niet aanraakt. Houd kinderen jonger dan 8 jaar uit de buurt of onder permanent toezicht. Bedien het apparaat niet met een externe timer of een apart afstandbedieningssysteem. • • • • • • • • • • WAARSCHUWING: Zonder toezicht koken op een kookplaat met vet of olie kan gevaarlijk zijn en brandgevaar opleveren. Probeer brand NOOIT met water te blussen, maar schakel in plaats daarvan het apparaat uit en bedek de vlam bijv. met een deksel of blusdeken. LET OP: Er dient toezicht te worden gehouden op het bereidingsproces. Een kort bereidingsproces moet onder constant toezicht staan. WAARSCHUWING: Brandgevaar: Bewaar geen voorwerpen op de kookplaten. Metalen voorwerpen, zoals messen, vorken, lepels en deksels mogen niet op de kookplaat worden geplaatst, aangezien ze heet kunnen worden. Gebruik geen stoomreiniger om het apparaat schoon te maken. Schakel het kookplaatelement uit na elk gebruik met de bedieningstoetsen. Vertrouw niet op de pandetector. Als de glaskeramische / glazen oppervlakte gebarsten is, schakel het apparaat dan uit om het risico op elektrische schokken te voorkomen. Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een erkende serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde gevaarlijke situaties te voorkomen. WAARSCHUWING: Gebruik alleen kookplaatbeschermers die door de fabrikant van het kookapparaat zijn ontworpen of door de fabrikant van het apparaat in de gebruiksinstructies als geschikt zijn aangegeven of kookplaatbeschermers die in het apparaat zijn geïntegreerd. Het gebruik van ongeschikte kookplaatbeschermers kan ongelukken veroorzaken. VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN MONTAGE WAARSCHUWING! Alleen een erkende installatietechnicus mag het apparaat installeren. WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of schade aan het apparaat. • Verwijder alle verpakkingsmaterialen. • • • • • Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat. Volg de installatie-instructies op die zijn meegeleverd met het apparaat. Houd de minimumafstand naar andere apparaten en units in acht. Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat, want het is zwaar. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen en gesloten schoeisel. Dicht de oppervlakken af met kit om te voorkomen dat ze gaan opzetten door vocht. 3 • • • • • Bescherm de bodem van het apparaat tegen stoom en vocht. Installeer het apparaat niet naast een deur of onder een raam. Dit voorkomt dat heet kookgerei van het apparaat valt als de deur of het raam wordt geopend. Als het apparaat geïnstalleerd is boven lades zorg er dan voor dat de ruimte tussen de onderkant van het apparaat en de bovenste lade voldoende is voor luchtcirculatie. De onderkant van het apparaat kan heet worden. Wij raden aan om een onbrandbaar scheidingspaneel te plaatsen onder het apparaat om te voorkomen dat de onderkant kan worden aangeraakt. Zorg ervoor dat er een ventilatieruimte van 2 mm vrij is tussen het werkblad en de voorkant van de onderste unit. De garantie dekt geen schade veroorzaakt door het gebrek aan een adequate ventilatieruimte. AANSLUITING AAN HET ELEKTRICITEITSNET WAARSCHUWING! Gevaar voor brand en elektrische schokken. • • • • • • • • • • • • 4 Alle elektrische aansluitingen moeten door een gediplomeerd elektromonteur worden gemaakt. Dit apparaat moet worden aangesloten op een geaard stopcontact. Verzeker u ervan dat de stekker uit het stopcontact is getrokken, voordat u welke werkzaamheden dan ook uitvoert. Controleer of de elektrische informatie op het typeplaatje overeenkomt met de stroomvoorziening. Zo niet, neem dan contact op met een elektromonteur. Zorg ervoor dat het apparaat correct is geïnstalleerd. Losse en onjuiste stroomkabels of stekkers (indien van toepassing) kunnen ervoor zorgen dat de contactklem te heet wordt. Gebruik de juiste stroomkabel. Voorkom dat de stroomkabels verstrikt raken. Zorg ervoor dat er een schokbescherming wordt geïnstalleerd. Gebruik het klem om spanning op het snoer te voorkomen. Zorg ervoor dat de stroomkabel of stekker (indien van toepassing) het hete apparaat of heet kookgerei niet aanraakt als u het apparaat op de nabijgelegen contactdozen aansluit Gebruik geen meerwegstekkers en verlengsnoeren. Zorg dat u de hoofdstekker (indien van toepassing) of kabel niet beschadigt. Neem contact op met onze service-afdeling of een elektromonteur om een beschadigde hoofdkabel te vervangen. • • • • • • De schokbescherming van delen onder stroom en geïsoleerde delen moet op zo'n manier worden bevestigd dat het niet zonder gereedschap kan worden verplaatst. Steek de stekker pas in het stopcontact als de installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer na installatie bereikbaar is. Sluit de stroomstekker niet aan op een losse stroomaansluiting. Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te koppelen. Trek altijd aan de stekker. Gebruik alleen de juiste isolatie-apparaten: stroomonderbrekers, zekeringen (schroefzekeringen moeten uit de houder worden verwijderd), aardlekschakelaars en contactgevers. De elektrische installatie moet een isolatieapparaat bevatten waardoor het apparaat volledig van het lichtnet afgesloten kan worden. Het isolatieapparaat moet een contactopening hebben met een minimale breedte van 3 mm. GEBRUIK WAARSCHUWING! Gevaar op letsel, brandwonden of elektrische schokken. • • • • • • • • • • • • • Verwijder voor gebruik (indien van toepassing) de verpakking, labels en beschermfolie. Gebruik dit apparaat in een huishoudelijke omgeving. De specificatie van het apparaat mag niet worden veranderd. Zorg ervoor dat de ventilatieopeningen niet geblokkeerd zijn. Laat het apparaat tijdens het gebruik niet onbeheerd achter. Zet de kookzone op "uit" na elk gebruik. Vertrouw niet alleen op de pandetector. Leg geen bestek of pannendeksels op de kookzones. Deze kunnen heet worden. Bedien het apparaat niet met natte handen of als het contact maakt met water. Het apparaat mag niet worden gebruikt als werkblad of aanrecht. Sluit het apparaat direct af van de stroomtoevoer als het oppervlak van het apparaat gebroken is. Dit om elektrische schokken te voorkomen. Gebruikers met een pacemaker moeten een afstand van minimaal 30 cm bewaren van de inductiekookzones als het apparaat in werking is. Als u eten in de hete olie doet, kan het spatten. WAARSCHUWING! Risico op brand en explosie • • • • Verhitte vetten en olie kunnen ontvlambare damp afgeven. Houd vlammen of verwarmde voorwerpen uit de buurt van vet en olie als u er mee kookt. De dampen die hete olie afgeeft kunnen spontane ontbranding veroorzaken. Gebruikte olie die voedselresten bevat kan brand veroorzaken bij een lagere temperatuur dan olie die voor de eerste keer wordt gebruikt. Plaats geen ontvlambare producten of gerechten die vochtig zijn gemaakt met ontvlambare producten in, bij of op het apparaat. WAARSCHUWING! Risico op schade aan het apparaat. • • • • • • • • Zet geen heet kookgerei op het bedieningspaneel. Leg geen hete deksel op het glazen oppervlak van de kookplaat. Laat kookgerei niet droogkoken. Laat geen voorwerpen of kookgerei op het apparaat vallen. Het oppervlak kan beschadigen. Activeer de kookzones niet met lege pannen of zonder pannen erop. Geen aluminiumfolie op het apparaat leggen. Pannen van gietijzer, aluminium of met beschadigde bodems kunnen krassen veroorzaken in het glas / glaskeramiek. Til deze voorwerpen altijd op als u ze moet verplaatsen op de kookplaat. Dit apparaat is uitsluitend bestemd om mee te koken. Het mag niet worden gebruikt voor andere doeleinden, zoals het verwarmen van een kamer. ONDERHOUD EN REINIGING • Reinig het apparaat regelmatig om te voorkomen dat het materiaal van het oppervlak achteruitgaat. • Schakel het apparaat uit en laat het afkoelen voordat u het schoonmaakt. • Trek voor onderhoudswerkzaamheden de stekker uit het stopcontact. • Gebruik geen waterstralen of stoom om het apparaat te reinigen. • Reinig het apparaat met een vochtige zachte doek. Gebruik alleen neutrale reinigingsmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen, schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen. VERWIJDERING WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel of verstikking. • • • Neem contact met uw plaatselijke overheid voor informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het apparaat. Haal de stekker uit het stopcontact. Snijd het netsnoer vlak bij het apparaat af en gooi het weg. SERVICEDIENST • Neem contact op met een erkende servicedienst voor reparatie van het apparaat. • Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen. 5 BESCHRIJVING VAN HET PRODUCT INDELING KOOKPLAAT 1 Inductiekookzone 2 Bedieningspaneel 1 1 210 mm 210 mm 210 mm 210 mm 2 2 1 1 BEDIENINGSPANEEL LAY-OUT 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 Gebruik de tiptoetsen om het apparaat te bedienen. De displays, indicatielampjes en geluiden tonen welke functies worden gebruikt. 6 Tiptoets Functie Opmerking 1 AAN/UIT De kookplaat in- en uitschakelen. 2 Toetsblokkering / Het kinderslot Het bedieningspaneel vergrendelen/ontgrendelen. 3 Bridge De functie in- en uitschakelen. Warmtestand en timerdisplay Geeft de warmtestand en de tijd in minuten weer. - Timerfunctie instellen. - De tijd verlengen of verkorten. 7 Timer met aftelfunctie / Kookwekker Geeft aan dat de functie werkt. 8 Powerfunctie De functie in- en uitschakelen. Bedieningsstrip Het instellen van de kookstand. STOP+GO De functie in- en uitschakelen. - 4 5 / 6 - 9 10 KOOKSTANDDISPLAYS Display Beschrijving De kookzone is uitgeschakeld. - De kookzone wordt gebruikt. STOP+GO-functie is in werking. Automatisch opwarmen-functie is in werking. Powerfunctie is in werking. + cijfer Er is een storing. Er is nog een kookzone heet (restwarmte). Toetsblokkering / Het kinderslot functie is in werking. Het kookgerei is niet geschikt of te klein, of er is geen kookgerei op de kookzone geplaatst. Automatisch uitschakelen-functie is in werking. 7 RESTWARMTE-INDICATIE WAARSCHUWING! Er bestaat verbrandingsgevaar door restwarmte. De inductiekookzones creëren de voor het kookproces benodigde warmte direct in de bodem van de pan. Het glaskeramiek wordt verwarmd door de warmte van de pannen. DAGELIJKS GEBRUIK WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. Raak de bedieningsstrip aan bij de juiste kookstand of beweeg uw vinger langs de bedieningsstrip totdat u de jusite kookstand heeft bereikt. IN- OF UITSCHAKELEN Raak 1 seconde aan om de kookplaat in– of uit te schakelen. AUTOMATISCH UITSCHAKELEN De functie schakelt de kookplaat automatisch uit als: • alle kookzones zijn uitgeschakeld. • u de kookstand niet instelt nadat u de kookplaat hebt ingeschakeld. • u iets hebt gemorst of iets langer dan 10 seconden op het bedieningspaneel hebt gelegd (een pan, doek, etc.). Er klinkt een geluidssignaal en de kookplaat wordt uitgeschakeld. Verwijder het voorwerp of reinig het bedieningspaneel. • De kookplaat te heet wordt (b.v. als een pan droogkookt). De kookzone moet afgekoeld zijn voordat u de kookplaat weer kunt gebruiken. • • u ongeschikte pannen gebruikt. Het symbool gaat branden en na 2 minuten schakelt de kookzone automatisch uit. u een kookzone niet uitschakelt of de kookstand verandert. Na enige tijd gaat branden en wordt de kookplaat uitgeschakeld. De verhouding tussen kookstand en de tijd waarna de kookplaat uitschakelt: Kookstand ,1-2 De kookplaat wordt uitgeschakeld na 6 uur 3-4 5 uur 5 4 uur 6-9 1,5 uur DE KOOKSTAND Voor het instellen of wijzigen van de kookstand: 8 BRIDGE-FUNCTIE De functie werkt als de pan de middelpunten van beide zones bedekt. Deze functie verbindt twee kookzones en deze werken dan samen als één kookzone. Stel eerst de kookstand in voor één van de kookzones. Om de functie voor linker/rechter kookzones / aan. Raak een van de te activeren: raak besturingsensoren links/rechts aan om de kookstand in te stellen of te wijzigen. De functie uitschakelen: raak kookzones werken onafhankelijk. / aan. De AUTOMATISCH OPWARMEN Activeer deze functie om in een kortere tijd een gewenste kookstand te krijgen. Als het aan staat, werkt de zone in het begin op de hoogste kookstand en gaat daarna verder met koken op de gewenste kookstand. Om de functie in werking te stellen moet de kookzone koud zijn. Om de functie voor een kookzone in te schakelen: raak aan ( gaat aan). Raak meteen de gewenste kookstand aan. Na 3 seconden gaat branden. De functie uitschakelen: wijzig de kookstand. POWERFUNCTIE Deze functie maakt meer vermogen beschikbaar voor de inductiekookzones. De functie kan voor een beperkte tijdsduur voor uitsluitend de inductiekookzone worden geactiveerd. Daarna wordt de inductiekookzone automatisch teruggeschakeld naar de hoogste kookstand. Zie het hoofdstuk 'Technische informatie'. Om de functie voor een kookzone in te schakelen: raak aan. gaat aan. Om de functie uit te schakelen: wijzig de kookstand. TIMER De timerfunctie kan voor iedere kookzone afzonderlijk worden ingesteld. Gebruik de timer aan de linkerkant om de timerfunctie voor de zones aan de linkerkant in te stellen en de timer aan de rechterkant voor de zones aan de rechterkant. Timer met aftelfunctie Gebruik deze functie om aan te geven hoe lang een kookzone moet werken tijdens een enkele kooksessie. Stel eerst de kookstand voor de kookzone in en dan de functie. De functie inschakelen of de tijd wijzigen: raak snel een aantal keer aan tot het indicatielampje van een bepaalde zone op het display gaat branden. Raak vervolgens of aan om de tijd in te stellen (00 - 99 minuten). De gaat functie start automatisch na 4 seconden. branden op het display. Om de timerfunctie voor de tweede zone van een 3 keer snel aan. tweetal te activeren, raak Als de tijd verstreken is, klinkt er een signaal en knippert 00. Raak schakelen. aan om het signaal uit te aan. Resterende tijd weergeven: Raak De functie uitschakelen: kies de gewenste zone door aan te raken en raak vervolgens aan. De resterende tijd telt terug naar 00. Het symbool gaat uit. Kookwekker U kunt deze functie gebruiken als kookwekker terwijl de kookplaat is ingeschakeld maar de kookzones niet werken. De functie inschakelen: raak snel een aantal keer aan tot het indicatielampje van een bepaalde zone op het display gaat branden. Raak of aan om de tijd in te stellen. De functie start automatisch na 4 seconden. gaat branden op het display. Als de tijd verstreken is, klinkt er een signaal en knippert 00. Raak schakelen. aan om het signaal uit te De functie heeft geen invloed op de werking van de kookzones. STOP+GO Deze functie stelt alle kookzones die in werking zijn in op de laagste kookstand. Als de functie in gebruik is, kunt u de kookstand niet wijzigen. De functie stopt de timerfunctie niet. Om de functie in te schakelen: raak gaat branden. Om de functie uit te schakelen: raak De vorige kookstand gaat aan. aan. aan. TOETSBLOKKERING U kunt het bedieningspaneel vergrendelen terwijl de kookzones in werking zijn. Hiermee wordt voorkomen dat de kookstand per ongeluk wordt veranderd. Stel eerst de kookstand in. Om de functie in te schakelen: raak aan. gaat gedurende 4 seconden aan.De timer blijft aan. Om de functie uit te schakelen: raak De vorige kookstand gaat aan. aan. Als u de kookplaat uitzet, stopt u deze functie ook. HET KINDERSLOT Deze functie voorkomt dat de kookplaat onbedoeld wordt gebruikt. Om de functie in te schakelen: schakel de kookplaat in met . Stel geen kookstand in. Raak 4 seconden aan. gaat aan. Schakel de kookplaat uit met . Om de functie uit te schakelen: schakel de kookplaat in met . Stel geen kookstand in. Raak 9 4 seconden aan. • gaat aan. Schakel de kookplaat uit met . De functie gedurende één kooksessie onderdrukken: zet de kookplaat aan met Het warmte-instellingsdisplay van de verlaagde zone verandert tussen twee niveaus. . gaat aan. Raak 4 seconden aan. Stel de kookstand in binnen 10 seconden. U kunt de kookplaat bedienen. Als u de kookplaat uitschakelt met , treedt de functie weer in werking. VERMOGENSBEHEER-FUNCTIE • De kookzones zijn gegroepeerd volgens locatie en aantal fasen van de kookplaat. Zie afbeelding. • Elke fase heeft een maximale elektriciteitslading van 3700 W. • De functie verdeelt het vermogen tussen de kookzones aangesloten op dezelfde fase. • De functie wordt geactiveerd als de totale elektriciteitslading van de kookzones aangesloten op een enkele fase de 3700 W overschrijdt. • De functie verlaagt het vermogen naar de andere kookzones aangesloten op dezelfde fase. AANWIJZINGEN EN TIPS WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. KOOKGEREI Bij een inductiekookzone zorgt een sterk elektromagnetisch veld ervoor dat het kookgerei erg snel heet wordt. Gebruik de inductiekookzones met geschikt kookgerei. Materiaal van het kookgerei • correct: gietijzer, staal, geëmailleerd staal, roestvrij staal, meerlaagse bodem (aangemerkt als geschikt voor inductie door de fabrikant). • niet correct: aluminium, koper, messing, glas, keramiek, porselein. Een pan is geschikt voor een inductiekookplaat als: • een beetje water kookt snel op een zone die ingesteld is op de hoogste instelling. • een magneet vast blijft zitten aan de bodem van het kookgerei. 10 De bodem van het kookgerei moet zo dik en vlak mogelijk zijn. Afmetingen van de pannen Inductiekookzones passen zich tot op zekere hoogte automatisch aan de grootte van de bodem van de pan aan. De efficiëntie van de kookzone heeft betrekking op de diameter van het kookgerei. Kookgerei met een diameter die kleiner is dan het minimum, ontvangt slechts een deel van het vermogen dat door de kookzone wordt gegenereerd. Zie het hoofdstuk 'Technische informatie'. LAWAAI TIJDENS GEBRUIK Als u dit hoort: • krakend geluid: de pan is gemaakt van verschillende materialen (sandwich-constructie). • fluitend geluid: bij gebruik van de kookzone met een hoge kookstand en als de pan is gemaakt van verschillende materialen (sandwichconstructie). • zoemen: als u hoge kookstanden gebruikt. • klikken: er treedt elektrische schakeling op. • sissen, zoemen: de ventilator werkt. Deze geluiden zijn normaal en hebben niets met een defect van de kookplaat te maken. VOORBEELDEN VAN KOOKTOEPASSINGEN De relatie tussen het stroomverbruik van de kookstand en de kookzone is niet lineair. Wanneer Kookstand u de kookstand verhoogt, is dit niet proportioneel met de toename in stroomverbruik van de kookzone. Het betekent dat de kookzone met de medium kookstand minder dan de helft van het vermogen gebruikt. De gegevens in de volgende tabel dienen slechts als richtlijn. Gebruik om: Tijd (min) Bereide gerechten warmhouden. zoals nodig Een deksel op het kookgerei doen. 1-2 Hollandaisesaus, smelten: boter, chocolade, gelatine. 5 - 25 Van tijd tot tijd mengen. 1-2 Stollen: luchtige omeletten, gebakken eieren. 10 40 Met deksel bereiden. 2-3 Zachtjes aan de kook brengen van rijst en gerechten op melkbasis, reeds bereide gerechten opwarmen. 25 50 Voeg minstens tweemaal zoveel vloeistof toe als rijst, melkgerechten tijdens het bereiden tussendoor roeren. 3-4 Stomen van groenten, vis en vlees. 20 45 Een paar eetlepels vocht toevoegen. 4-5 Aardappelen stomen. 20 60 Gebruik max. ¼ l water voor 750 g aardappelen. 4-5 Bereiden van grotere hoeveelheden voedsel, stoofschotels en soepen. 60 150 Tot 3 l vloeistof plus ingrediënten. 6-7 Lichtjes braden: kalfsoester, cordon bleu van kalfsvlees, koteletten, rissoles, worstjes, lever, roux, eieren, pannenkoeken, donuts. zoals nodig Halverwege de bereidingstijd omdraaien. 7-8 Door-en-door gebraden, opgebakken aardappelen, lendenbiefstukken, steaks. 5 - 15 Halverwege de bereidingstijd omdraaien. 9 Aan de kook brengen van water, pasta koken, aanbraden van vlees (goulash, stoofvlees), frituren van friet. -1 Tips Aan de kook brengen van grote hoeveelheden water. Powerfunctie is geactiveerd. ONDERHOUD EN REINIGING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. ALGEMENE INFORMATIE • Maak de kookplaat na ieder gebruik schoon. • Gebruik altijd pannen met een schone bodem. 11 • • • Krassen of donkere vlekken op de oppervlakte hebben geen invloed op de werking van de kookplaat. Gebruik een specifiek schoonmaakmiddel voor het oppervlak van de kookplaat. Gebruik een speciale schraper voor de glazen plaat. DE KOOKPLAAT SCHOONMAKEN • Verwijder direct: gesmolten plastic, gesmolten folie, suiker en suikerhoudende gerechten. Anders kan het vuil de kookplaat beschadigen. Doe voorzichtig om brandwonden te voorkomen. • • Plaats de speciale schraper schuin op de glazen plaat en verwijder resten door het blad over het oppervlak te schuiven. Verwijder nadat de kookplaat voldoende is afgekoeld: kalk- en waterkringen, vetspatten en metaalachtig glanzende verkleuringen. Reinig de kookplaat met een vochtige doek en een beetje niet-schurend reinigingsmiddel. Droog de kookplaat na reiniging af met een zachte doek. Verkleuring glanzende metalen verwijderen: reinig het glazen oppervlak met een doek en een oplossing van water met azijn. PROBLEEMOPLOSSING WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. PROBLEMEN OPLOSSEN Probleem U kunt de kookplaat niet inschakelen of bedienen. Mogelijke oorzaak Oplossing De kookplaat is niet aangesloten op een stopcontact of is niet goed geïnstalleerd. Controleer of de kookplaat goed is aangesloten op het elektriciteitsnet. Raadpleeg het aansluitingsschema. De zekering is doorgeslagen. Controleer of de zekering de oorzaak van de storing is. Als de zekeringen keer op keer doorslaan, neemt u contact op met een erkende installateur. Schakel de kookplaat opnieuw in en stel de kookstand binnen 10 seconden in. Er klinkt een geluidssignaal en de kookplaat wordt uitgeschakeld. Er weerklinkt een geluidssignaal als de kookplaat uit staat. 12 U hebt twee of meer tiptoetsen tegelijk aangeraakt. Raak slechts één tiptoets tegelijk aan. STOP+GO Functie is in werking. Raadpleeg het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'. Er ligt water of er zitten vetspatten op het bedieningspaneel. Reinig het bedieningspaneel. U hebt een of meer tiptoetsen afgedekt. Verwijder het voorwerp van de tiptoetsen. Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing De kookplaat schakelt uit. U hebt iets op de tiptoets geplaatst. Verwijder het object van de tiptoets. Het indicatielampje van restwarmte gaat niet aan. De zone is niet heet, omdat hij slechts kortstondig is gebruikt. Als het lang duurt alvorens de zone voldoende heet is, neem dan contact op met de klantenservice. De automatische opwarmfunctie start niet. De zone is heet. Laat de zone voldoende afkoelen. De hoogste verwarmingsstand is ingesteld. De hoogste kookstand heeft hetzelfde vermogen als de functie. De kookstand schakelt tussen twee kookstanden. De Powerfunctie is in werking. Raadpleeg het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'. De tiptoetsen worden warm. Het kookgerei is te groot of staat te dicht bij het bedieningspaneel. Plaats groter kookgerei op de achterste zones indien mogelijk. gaat branden. De automatische uitschakeling is in werking getreden. Schakel de kookplaat uit en weer in. gaat branden. Het kinderbeveiliging of de vergrendelfunctie is actief. Raadpleeg het hoofdstuk 'Dagelijks gebruik'. gaat branden. Er staat geen kookgerei op de zone. Zet kookgerei op de zone. Het kookgerei is niet goed. Gebruik het juiste kookgerei. Zie het hoofdstuk 'Nuttige aanwijzingen en tips'. De diameter aan de bodem van het kookgerei is te klein voor de zone. Gebruik kookgerei met de juiste afmetingen. Zie het hoofdstuk 'Technische informatie'. Er is een fout in de kookplaat opgetreden. Ontkoppel de kookplaat enige tijd van de stroomtoevoer. Maak de zekering los in de meterkast van het huis. Sluit het en een getal gaan branden. apparaat opnieuw aan. Als weer gaat branden, neem dan contact op met de klantenservice. 13 Probleem gaat branden. Mogelijke oorzaak Er is een storing opgetreden in de kookplaat, omdat er kookgerei is drooggekookt. Automatische uitschakeling en de oververhittingsbescherming voor de zones zijn in werking getreden. ALS U HET PROBLEEM NIET KUNT OPLOSSEN... Als u niet zelf het probleem kunt verhelpen, neem dan contact op met uw verkoper of de serviceafdeling. Zie voor deze gegevens het typeplaatje. Geef ook de driecijferige code voor het glaskeramiek (bevindt zich op de hoek van het glazen oppervlak) en de foutmelding die wordt weergegeven. Verzeker u ervan dat u de kookplaat Oplossing Schakel de kookplaat uit. Verwijder het hete kookgerei. Schakel na ongeveer 30 seconden de zone opnieuw in. Als het probleem lag bij het kookgerei, verdwijnt het foutbericht. Het indicatielampje van restwarmte kan blijven branden. Laat het kookgerei voldoende afkoelen. Controleer of uw kookgerei geschikt is voor de kookplaat. Zie het hoofdstuk 'Nuttige aanwijzingen en tips'. correct gebruikt heeft. Bij onjuist gebruik van het apparaat wordt het bezoek van de onderhoudstechnicus van de klantenservice of de vakhandelaar in rekening gebracht, zelfs tijdens de garantieperiode. De instructies over het service center en de garantiebepalingen vindt u in het garantieboekje. MONTAGE WAARSCHUWING! Raadpleeg de hoofdstukken Veiligheid. VOOR MONTAGE Voordat u de kookplaat installeert, dient u de onderstaande informatie van het typeplaatje te noteren. Het typeplaatje bevindt zich onderop de kookplaat. Serienummer ........................... INGEBOUWDE KOOKPLATEN Inbouwkookplaten mogen alleen worden gebruikt nadat zij ingebouwd zijn in geschikte inbouwunits of werkbladen die aan de normen voldoen. 14 AANSLUITKABEL • De kookplaat is voorzien van een aansluitsnoer. • Vervang de beschadigde voedingskabel door het volgende netsnoer (of hoger): H05V2V2-F T min. 90°C. Neem contact op met een klantenservice bij u in de buurt. BEVEILIGINGSDOOS Als u een beveiligingsdoos (een additioneel toebehoren) gebruikt, zijn de ruimte van 2 mm op de vloer voor de luchtstroom en de beschermingsvloer direct onder het fornuis niet noodzakelijk. De beveiligingsdoos is als toebehoren niet in elk land verkrijgbaar. Neem contact op met uw plaatselijke leverancier. U kunt de beveiligingsdoos niet gebruiken als u de kookplaat boven een oven installeert. TECHNISCHE GEGEVENS TYPEPLAATJE Model ZEI7744BBV Type 60 GDD D4 AU Inductie 7.4 kW Serienr. ................. ZANUSSI PNC productnummer 949 595 649 00 220 - 240 V 50 - 60 Hz Vervaardigd in Duitsland 7.4 kW SPECIFICATIE KOOKZONES Kookzone Nominaal vermogen (max warmte- Powerfunctie [W] instelling) [W] Powerfunctie maximale duur [min] Diameter van het kookgerei [mm] Linksvoor 2300 3200 10 180 - 210 Linksachter 2300 3200 10 180 - 210 Rechtsvoor 2300 3200 10 180 - 210 Rechtsachter 2300 3200 10 180 - 210 Het vermogen van de kookzones kan enigszins afwijken van de gegevens in de tabel. Het verandert met het materiaal en de afmetingen van het kookgerei. Gebruik voor optimale kookresultaten alleen kookgerei met een diameter niet groter dan vermeld in de tabel. 17 ENERGIEZUINIGHEID PRODUCTINFORMATIE VOLGENS EU 66/2014 Modelidentificatie ZEI7744BBV Type kooktoestel Ingebouwde kookplaat Aantal kookzones 4 Verwarmingstechnologie Inductie Diameter ronde kookzones (Ø) Linksvoor Linksachter Rechtsvoor Rechtsachter 21,0 cm 21,0 cm 21,0 cm 21,0 cm Energieverbruik per kookzone (EC electric cooking) Linksvoor Linksachter Rechtsvoor Rechtsachter 188,6 Wh / kg 181,1 Wh / kg 203,8 Wh / kg 181,1 Wh / kg Energieverbruik van de kookplaat (EC electric hob) EN 60350-2 - Huishoudelijke elektrische kookapparaten - deel 2: Kookplaten - Methodes voor het meten van de prestatie ENERGIEBESPARING U kunt elke dag energie besparen tijdens het koken door de onderstaande tips te volgen. • Warm alleen de hoeveelheid water op die u nodig heeft. 188,6 Wh / kg • • • • • Doe indien mogelijk altijd een deksel op de pan. Zet uw kookgerei op de kookzone voordat u deze activeert. Zet kleiner kookgerei op kleinere kookzones. Plaats het kookgerei precies in het midden van de kookzone. Gebruik de restwarmte om het eten warm te houden of te smelten. MILIEUBESCHERMING Recycle de materialen met het symbool . Gooi de verpakking in een geschikte verzamelcontainer om het te recyclen. Help om het milieu en de volksgezondheid te beschermen en recycle het afval van elektrische en elektronische apparaten. 18 Gooi apparaten gemarkeerd met het symbool niet weg met het huishoudelijk afval. Breng het product naar het milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de gemeente.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56

Zanussi ZEI7744BBV Handleiding

Type
Handleiding