22
NL
kabels is een dwarsdoorsnede van 2 x 2.5 mm
2
voldoende. Leg de kabels dusdanig aan
dat kortsluiting wordt vermeden. Dat betekent dat de kabel nooit door metalen
onderdelen mag worden vastgeklemd. Overtuig u er van dat de klemmen aan de
luidspreker goed zijn aangetrokken en controleer het onderlinge contact regelmatig.
POLING VAN DE SUBWOOFER
Voertuigen bieden verschillende plaatselijke omstandigheden. In verband hiermee kan
de poling van de subwoofer het best worden bepaald door te testen. Gebruik
hiervoor een muziekstuk dat u goed kent en kies de instelling die u het best bevalt.Een
aantal radio’s/bedieningsapparaten bieden ook de mogelijkheid om de poling direct
aan het apparaat zelf in te stellen (fase). Een verpoling komt overeen met een
fasendraaiing van 180 graden.
AANSLUITING VAN DE STROOMVOORZIENING (AFBEELDING 3)
Belangrijke aanwijzing. A.u.b. zorgvuldig doorlezen.
Verbind de +12V-aansluiting met het +12V-boordnet van uw auto. De +12 V-aansluiting
van de subwooferverlichting (afb. 3, rechter klemschroef) moet via een kabelzekering
(500 mA traag, nauwkeurige aanduiding: T500mAL 250V, zekering en zekeringhouder
niet bij de levering inbegrepen) verbonden worden met de geschakelde plus-leiding van
het boordnet.
Deze geschakelde leiding is de via het contactslot geschakelde plus-leiding in het vo-
ertuig (klem 15).
De klem 15 is echter niet altijd in staat, voldoende stroom te leveren voor de verlichting
van de subwoofer, bij overbelasting kan de elektronica van uw voertuig beschadigd wor-
den.
De verlichting van de subwoofer heeft een stroomopname van 250 mA.
Er moet gelet worden op de maximale stroomwaarde die de geschakelde leiding op klem
15 kan leveren.
Is deze onvoldoende, dan moet een elektronische relaisschakeling toegevoegd
worden.
Laat derhalve de montage bij voorkeur door een vakman verrichten, vooral wanneer u
niet vertrouwd bent met het boordnet van uw voertuig.