Indesit EWE 71083 W EU Gebruikershandleiding

Categorie
Wasmachines
Type
Gebruikershandleiding
37
NL
Nederlands
Inhoud
Installatie, 38-39
Uitpakken en waterpas zetten
Hydraulische en elektrische aansluitingen
Eerste wascyclus
Technische gegevens
Onderhoud en verzorging, 40
Afsluiten van water en stroom
Reinigen van de wasautomaat
Reinigen van het wasmiddelbakje
Onderhoud van deur en trommel
Reinigen van de pomp
Controleren van de buis van de watertoevoer
Voorzorgsmaatregelen en advies, 41
Algemene veiligheid
Afvalverwijdering
Beschrijving van de wasautomaat, 42-43
Bedieningspaneel
Controlelampjes
Het uitvoeren van een wascyclus, 44
Programma’s en functies, 45
Programmatabel
Wasfuncties
Wasmiddelen en wasgoed, 46
Wasmiddelbakje
Voorbereiden van het wasgoed
Dagelijkse snelle cycli
Speciale programma’s
Balanceersysteem van de lading
Storingen en oplossingen, 47
Service, 48
NL
EWE 71083
Gebruiksaanwijzing
WASAUTOMAAT
38
NL
Installatie
! Het is belangrijk deze handleiding te bewa-
ren voor latere raadpleging. In het geval u het
apparaat verkoopt, of u verhuist, moet het
boekje bij de wasautomaat blijven zodat de
nieuwe gebruiker de functies en betreffende
raadgevingen kan doornemen.
! Lees de instructies aandachtig door: u vindt
er belangrijke informatie betreffende installatie,
gebruik en veiligheid.
Uitpakken en waterpas zetten
Uitpakken
1. De wasautomaat uitpakken.
2. Controleer of de wasautomaat geen schade
heeft geleden gedurende het vervoer. Indien
dit wel het geval is moet hij niet worden aan-
gesloten en moet u contact opnemen met de
handelaar.
3. Verwijder de 4
schroeven die het
apparaat beschermen
tijdens het vervoer en
de rubberen ring met
bijbehorende afstan-
dsleider die zich aan
de achterkant bevin-
den (zie afbeelding).
4. Sluit de openingen af met de bijgeleverde
plastic doppen.
5. Bewaar alle onderdelen: mocht de wasau-
tomaat ooit worden vervoerd, dan moeten
deze weer worden aangebracht.
! Het verpakkingsmateriaal is geen speelgoed
voor kinderen.
Waterpas zetten
1. Installeer de wasautomaat op een rechte en
stevige vloer en laat hem niet steunen tegen
een muur, meubel of dergelijke.
2. Als de vloer niet
volledig horizontaal is
kunt u de onregelma-
tigheid opheffen door
de stelvoetjes aan
de voorkant losser of
vaster te schroeven
(zie afbeelding); de
inclinatiehoek, gemeten ten opzichte van het
werkvlak, mag de 2° niet overschrijden.
Een correcte nivellering geeft de machine
stabiliteit en voorkomt trillingen, lawaai en het
zich verplaatsen van de automaat tijdens de
werking. In het geval van vloerbedekking of
een tapijt regelt u de stelvoetjes zodanig dat
onder de wasmachine genoeg plaats is voor
ventilatie.
Hydraulische en elektrische aan-
sluitingen
Aansluiting van de watertoevoerbuis
1. Sluit de toevoerbuis
aan op de koudwater-
kraan met een mon-
dstuk met schroefdraad
van 3/4 gas (zie afbeel-
ding).
Voordat u de wasau-
tomaat aansluit moet
u het water laten lopen
totdat het helder is.
2. Verbind de water-
toevoerbuis aan de
wasautomaat door
hem op de betreffen-
de watertoevoer te
schroeven, rechtsbo-
ven aan de achter-
kant (zie afbeelding).
3. Let erop dat er geen knellingen of kronkels in
de buis zijn.
! De waterdruk van de kraan moet zich binnen
de waarden van de tabel Technische Gege-
vens bevinden (zie bladzijde hiernaast).
! Als de toevoerbuis niet lang genoeg is moet
u zich wenden tot een gespecialiseerde winkel
of een bevoegde installateur.
! Gebruik nooit tweedehands buizen.
! Gebruik de buizen die bij het apparaat wor-
den geleverd.
39
NL
Aansluiting van de afvoerbuis
Verbind de buis, zon-
der hem te buigen,
aan een afvoerleiding
of aan een afvoer in
de muur tussen de
65 en 100 cm van de
grond
af of hang hem aan
de rand van een
wasbak of badkuip,
en bind de bijgele-
verde steun aan de
kraan (zie afbeelding).
Het uiteinde van de
afvoerslang mag niet
onder water hangen.
! Gebruik nooit verlengstukken voor de buis;
indien dit niet te vermijden is moet het ver-
lengstuk dezelfde doorsnede hebben als de
oorspronkelijke buis en mag hij niet langer zijn
dan 150 cm.
Elektrische aansluiting
Voordat u de stekker in het stopcontact steekt
moet u zich ervan verzekeren dat:
• hetstopcontactgeaardisenvoldoetaande
geldende normen;
• hetstopcontacthetmaximumvermogen
van de wasau -tomaat kan dragen, zoals aan-
gegeven in de tabel Technische Gegevens (zie
hiernaast);
• despanningzichbevindttussendewaar-
den die zijn aangegeven in de tabel Techni-
sche Gegevens (zie hiernaast);
decontactdoosgeschiktisvoordestekker
van de wasautomaat. Indien dit niet zo is moet de
stekker of het stopcontact vervangen worden.
! De wasautomaat mag niet buitenshuis worden
geïnstalleerd, ook niet op een beschutte plaats,
aangezien het gevaarlijk is hem aan regen en
onweer bloot te stellen.
! Als de wasautomaat is geïnstalleerd moet het
stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn.
! Gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstek-
kers.
65 - 100 cm
! Het snoer mag niet gebogen of samengedru-
kt worden.
! De voedingskabel mag alleen door een bevo-
egde installateur worden vervangen.
Belangrijk! De fabrikant kan niet aansprakelijk
worden gesteld wanneer deze normen niet
worden nageleefd.
Eerste wascyclus
Na de installatie en voor u de wasautomaat in
gebruik neemt, dient u een wascyclus uit te vo-
eren met wasmiddel maar zonder wasgoed, op
het programma “WASMACHINE REINIGEN(zie
“Reinigen van de wasautomaat”).
Technische gegevens
Model
EWE 71083
Afmetingen
breedte cm 59,5
hoogte cm 85
diepte cm 53,5
Vermogen
van 1 tot 7 kg
Elektrische
aansluitin-
gen
zie het typeplaatje met de tech-
nische eigenschappen dat op
het apparaat is bevestigd
Aansluiting
waterleiding
max.druk1MPa(10bar)
min. druk 0,05 MPa (0,5 bar)
Inhoud trommel 52 liters
Snelheid
centrifuge
tot 1000 toeren per minuu
Controlepro-
gramma’s
volgens de
reglement
1061/2010
en
1015/2010
programma 15; Eco katoen
60°C.
programma 15; Eco katoen
40°C.
Deze apparatuur voldoet
aan de volgende EEC voor-
schriften:
- 2004/108/CE (Elektroma-
gnetische compatiabiliteit)
- 2012/19/EU - WEEE
- 2006/95/CE (Laagspanning)
40
NL
Onderhoud van deur en trommel
•Laatdedeuraltijdopeenkierstaanomnare
luchtjes te vermijden.
Reinigen van de pomp
De wasautomaat is voorzien van een zelfreini-
gende pomp en hoeft dus niet te worden on-
derhouden. Het kan echter gebeuren dat kleine
voorwerpen (muntjes, knopen) in het voorvakje
dat de pomp beschermt en zich aan de onder-
kant ervan bevindt, terechtkomen.
! Verzeker u ervan dat de wascyclus klaar is en
haal de stekker uit het stopcontact.
Toegang tot het voorvakje:
1 . v e r w i j d e r h e t
afdekpaneel aan de vo-
orkant van de wasau-
tomaat met behulp van
een schroevendraaier
(zie afbeelding);
2. draai het deksel
eraf, tegen de klok in
(zie afbeelding): het
is normaal dat er een
beetje water uit komt;
3. maak de binnenkant goed schoon;
4. schroef het deksel er weer op;
5. monteer het paneel weer, met de haakjes
goed bevestigd in de juiste openingen, voordat
u het paneel tegen de machine aandrukt.
Controleren van de buis van de
watertoevoer
Controleer minstens eenmaal per jaar de slang
van de watertoevoer. Als er barstjes of scheuren
in zitten moet hij vervangen worden: gedurende
het wassen kan de hoge waterdruk onverwachts
breuken veroorzaken.
! Gebruik nooit tweedehands buizen.
Afsluiten van water en stroom
•Sluitnaiederewasbeurtdekraanaf.Hiermee
beperkt u slijtage van de waterinstallatie van
de wasmachine en voorkomt u lekkage.
•Sluitaltijdeerstdestroomafvoordatudewa-
sautomaat gaat schoonmaken en gedurende
onderhoudswerkzaamheden.
Reinigen van de wasautomaat
•Debuitenkantenderubberenonderdelenkun-
nen met een spons en een lauw sopje worden
schoongemaakt. Gebruik nooit schuurmiddelen
of oplosmiddelen.
•Dewasautomaatbeschiktovereenprogram-
ma “WASMACHINE REINIGEN” voor het reinigen
van de binnenkant van de automaat. Dit moet
worden uitgevoerd als de automaat volledig
leeg is.
Het wasmiddel (circa 10% van de hoeveelheid
die wordt aanbevolen voor een niet zo vuile was)
of de speciale reinigingsmiddelen voor wasauto-
maten kunnen worden gebruikt als hulpmiddelen
tijdens dit wasprogramma. We raden u aan dit
reinigingsprogramma elke 40 wascycli uit te
voeren.
Om dit programma te activeren drukt u tegeli-
jkertijd 5 sec. op de toetsen A en B (zie afb.).
Het programma start automatisch en heeft een
duur van circa 70 minuten.
Reinigen van het wasmiddelbakje
Verwijder het bakje
door het op te lichten
en naar voren te trek-
ken (zie afbeelding).
Was het onder stro-
mend water. Dit moet
u regelmatig doen.
Onderhoud en verzorging
A
B
41
NL
Voorzorgsmaatregelen
en advies
! De wasmachine is ontworpen en geproduceerd volgens
de internationale veiligheidsnormen. Deze aanwijzingen zijn
voor uw eigen veiligheid geschreven en moeten aandachtig
worden doorgenomen.
Algemene veiligheid
• Dit apparaat is uitsluitend ontworpen voor huishoudelijk
niet-professioneel gebruik.
•Dit apparaat mag alleen door kinderen van 8
jaar en ouder, door personen met een beperkt
lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen,
of met onvoldoende ervaring of kennis worden
gebruikt, mits ze worden begeleid, of wanneer
zij toereikende instructies hebben gekregen
betreffende het veilige gebruik van het apparaat
en mits zij op de hoogte zijn van de betreffende
gevaren. Kinderen mogen niet met het appa-
raat spelen. Onderhoud en reiniging mogen
niet door kinderen zonder supervisie worden
uitgevoerd.
• Raakdemachinenietaanalsublootsvoetsbentofmet
natte of vochtige handen of voeten.
• Trekdestekkernooituithetstopcontactdooraanhetsnoer
te trekken, maar altijd door de stekker zelf beet te pakken.
Openhetwasmiddelbakjenietterwijldemachineinwerkingis.
Raakhetafvoerwaternietaanaangezienhetzeerheetkanzijn.
• Forceerdedeurnooit:hetveiligheidsmechanismedateen
ongewild openen van de deur voorkomt, kan beschadigd
worden.
• Probeeringevalvanstoringennooitzelfdeinternemecha-
nismen van de wasautomaat te repareren.
• Zorgervoordatkleinekinderenniettedichtbijdemachine
komen als deze in werking is.
• Dedeurkantijdenshetwassenzeerheetworden.
• Alsdemachineverplaatstmoetworden,doeditdanmet
twee of drie personen tegelijk en zeer voorzichtig. Doe dit
nooit alleen, want het apparaat is erg zwaar.
• Voordat u het wasgoed in de automaat laadt, moet u
controleren of hij leeg is.
Afvalverwijdering
• Hetwegdoenvanhetverpakkingsmateriaal:houdtuaan
de plaatselijke normen zodat het materiaal hergebruikt kan
worden.
• DeEuropeseRichtlijn2012/19/EU-WEEEoverVernieti
ging van Electrische en Electronische Apparatuur, vereist
dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen
vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude
apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het
hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren
en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te
reduceren. Het symbool op het product van de “afvalcon-
tainer met een kruis erdoor” herinnert u aan uw verplichting,
dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart
moet worden ingezameld.
Consumenten moeten contact opnemen met de locale
autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van vernie-
tiging van hun oude apparaat.
42
NL
Was middelbakje: voor wasmiddelen en wasversterkers
(zie “Wasmiddelen en wasgoed”).
Toets ON/OFF : druk even op de toets om de wasauto-
maat aan of uit te zetten. Het groene START/PAUSE controle-
lampje dat langzaam knippert geeft aan dat de wasautomaat
aanstaat. Om de wasautomaat tijdens de wascyclus uit te
zetten moet u de toets iets langer, circa 2 seconden, ingedrukt
te houden. Als u de toets kort, of per ongeluk indrukt zal de
wasautomaat niet uitgaan. Als u de wasautomaat tijdens de
wascyclus uitdoet wordt de cyclus automatisch geannuleerd.
PROGRAMMAKNOP: voor het instellen van het gewenste
programma (zie “Programmatabel”).
Toetsen met controlelampje FUNCTIE: voor het selecteren
van de beschikbare functies. Het controlelampje van de
gekozen functie zal aanblijven.
TOETSBLOKKERING : Met deze optie blokkeert u
hetbedieningspaneel(m.u.v.detoetsON/OFF)envoorkomt
u dat kinderen de wasinstellingen kunnen wijzigen tijdens de
werking. Ook voorkomt u hiermee een onwillekeurige inscha-
keling. Schakel deze optie in of uit door de toets minstens 2
seconden in te drukken.
Toets CENTRIFUGE : druk hierop om het centrifugeto-
erental te verminderen of om de centrifuge in zijn geheel uit
te sluiten - de waarde wordt op het display aangegeven.
Beschrijving van de wasautomaat
CENTRIFUGE
toets
Toets met
controlelampje
START/PAUSE
Bedieningspaneel
Toets TEMPERATUUR : druk hierop om de temperatuur
te verminderen of om met koud water te wassen: de waarde
wordt op het display aangegeven.
Toets UITGESTELDE START : druk hierop om een uit-
gestelde start van het gekozen programma in te stellen. De
vertraging wordt door het display aangegeven.
Toets met controlelampje START/PAUSE : als het gro-
ene controlelampje langzaam knippert, moet u op de toets
drukken om de wascyclus te starten. Als de cyclus is gestart
blijft het controlelampje vast aanstaan. Als u de wascyclus wilt
pauzeren drukt u nogmaals op de toets; het controlelampje
wordt oranje en gaat knipperen. Als het symbool niet aan
is kunt u de deur openen (wacht circa 3 minuten). Om het
programma te hervatten drukt u opnieuw op de toets.
Stand- by modus
Deze wasautomaat beschikt, in overeenkomst met de nieuwe
normen betreffende de energiebesparing, over een systeem
wat het apparaat automatisch na 30 minuten uitschakelt
(stand-by) indien men het niet gebruikt. Druk kort op de
ON/OFFtoetsenwachttotdewasautomaatweeraangaat.
DISPLAY
Wasmiddelbakje
ON/OFF
toets
PROGRAMMAKNOP
TEMPERATUUR
toets
Toetsen met
controlelampjes
FUNCTIE
UITGESTELDE
START
toets
Toets met controlelampje
TOETSBLOKKERING
43
NL
Display
Het display is nodig om de wasautomaat te programmeren en geeft meerdere soorten informatie.
In de sectie A verschijnt de duur van de beschikbare programma’s en, als de cyclus is gestart, de resterende tijd tot het einde
ervan. Indien een UITGESTELDE START is geselecteerd verschijnt de resterende tijd tot aan de start van het geselecteerde
wasprogramma.Bovendienverschijnen,nahetdrukkenopdebetreffendetoets,hetapparaattoontautomatischdemaxi-
male temperatuur en centrifuge die voor het ingestelde programma gelden of de laatst geselecteerde waarden, mits deze
compatibel zijn met het gekozen programma.
In de sectie B verschijnen de “wasfases” voor de geselecteerde cyclus en, als het programma reeds is gestart, de lopende
“wasfase”.
Hoofdwas
Spoelen
Centrifuge
Waterafvoer
In de sectie C staan, van boven naar onder, de symbolen betreffende de “temperatuur” , de “UITGESTELDE START” en
de “centrifuge” :
Het verlichte symbool geeft aan dat op het display de waarde van de ingestelde “temperatuur” wordt getoond.
Het verlichte symbool geeft aan dat er een “UITGESTELDE START” is ingesteld.
Het verlichte symbool geeft aan dat op het display de waarde van de ingestelde “centrifuge” wordt getoond.
Symbool Deur geblokkeerd
Het verlichte symbool geeft aan dat de deur is geblokkeerd. Om schade te voorkomen moet u wachten tot het symbool
uitgaat voordat u de deur van de wasautomaat opent (wacht circa 3 minuten).
Om de deur te openen terwijl de cyclus bezig is, drukt u op de START/PAUSE toets. Als het symbool DEUR GEBLOKKEERD
uit is kunt u de deur openen (wacht circa 3 minuten).
B
CA
44
NL
Het uitvoeren van een wascyclus
1. DE WASAUTOMAAT AANZETTEN. Druk op de
toets . Het groene controlelampje START/PAUSE zal
langzaam knipperen.
2. HET WASGOED INLADEN. Open de deur. Laad het
wasgoed in en zorg ervoor nooit de laadhoeveelheid te
overschrijden aangegeven in de programmatabel op de
volgende bladzijde.
3. WASMIDDEL DOSEREN. Trek het bakje naar buiten
en doe het wasmiddel in de speciale bakjes, zoals
aangegeven in “Wasmiddelen en wasgoed”.
4. SLUIT DE DEUR.
5. KIES HET PROGRAMMA. Stel het gewenste programma
in met de PROGRAMMAKNOP; hieraan worden
automatisch een temperatuur en een centrifugesnelheid
gekoppeld die naderhand kunnen worden gewijzigd. Op
het display verschijnt de duur van de cyclus.
6. DE WASCYCLUS AANPASSEN. Druk op de speciale
toetsen:
Wijzigen van de temperatuur en/of de centrifuge.
Hetapparaattoontautomatischdemaximaletemperatuur
en centrifuge die voor het ingestelde programma gelden
of de laatst geselecteerde waarden, mits deze compatibel
zijn met het gekozen programma. Door op de toets te
drukken kunt u de temperatuur langzaamaan verlagen,
tot aan de koude wascyclus “OFF”. Door op de toets
te drukken kunt u het toerental van de centrifuge
langzaamaan verlagen, tot aan de complete uitsluiting
“OFF”.Alsunogmaalsopdetoetsendruktzultuopde
maximaaltoegestanewaardenterugkeren.
! Uitzondering: als u het programma 4 selecteert kunt u
de temperatuur tot op 60° instellen.
Een uitgestelde start instellen.
Om de uitgestelde start van het gekozen programma
in te stellen drukt u op de betreffende toets totdat u
de gewenste vertraging heeft bereikt. Als deze optie is
geactiveerd verschijnt op het display het symbool . Om
de uitgestelde start te annuleren drukt u net zolang op de
toetstotophetdisplaydetekstOFFverschijnt.
De eigenschappen van de cyclus wijzigen.
• Druk op de toets om de functie te activeren. Het
controlelampje dat bij de toets hoort gaat aan.
• Druk nogmaals op de toets om de functie te deactiveren.
Het controlelampje gaat uit.
! Als de gekozen functie niet geschikt is voor het ingestelde
programma gaat het controlelampje knipperen en zal de
functie niet worden geactiveerd.
! Als de geselecteerde functie niet compatibel is met een
optie die daarvòòr is ingesteld, zal het controlelampje
van de eerder geselecteerde functie gaan knipperen en
zal alleen de tweede functie worden geactiveerd; het
controlelampje van de geactiveerde functie zal aangaan.
! De functies kunnen van invloed zijn op de aanbevolen
washoeveelheid en/of de duur van de cyclus.
7. HET PROGRAMMA STARTEN. Druk op de toets
START/PAUSE. Het betreffende controlelampje zal
aangaan met een groen licht en de deur wordt geblokkeerd
(het symool DEUR GEBLOKKEERD is aan). Om een
programma te wijzigen terwijl de cyclus bezig is moet
u de wasautomaat pauzeren door middel van de toets
START/PAUSE (het controlelampje START/PAUSE gaat
langzaam knipperen met een oranje licht); selecteer daarna
de gewenste cyclus en druk opnieuw op de toets START/
PAUSE.
Om de deur te openen terwijl de cyclus bezig is, drukt
u op de START/PAUSE toets. Als het symbool DEUR
GEBLOKKEERD uit is kunt u de deur openen (wacht
circa 3 minuten). Druk nogmaals op de START/PAUSE
toets om het programma te hervatten vanaf het punt dat
het werd onderbroken.
8. EINDE VAN HET PROGRAMMA. De tekst “END
verschijnt op het display. Als het symbool DEUR
GEBLOKKEERD uitgaat kunt u de deur openen (wacht
circa 3 minuten). Open het deurtje, laad het wasgoed uit
en schakel het apparaat uit.
! Als u een reeds gestarte cyclus wilt annuleren drukt u
langere tijd op de toets . De cyclus wordt onderbroken en
het apparaat gaat uit.
45
NL
Programma’s en functies
Wasfuncties
- Als de gekozen functie niet geschikt is voor het ingestelde
programma gaat het controlelampje knipperen en zal de
functie niet worden geactiveerd.
- Als de geselecteerde functie niet compatibel is met een
optie die daarvòòr is ingesteld, zal het controlelampje
van de eerder geselecteerde functie gaan knipperen en
zal alleen de tweede functie worden geactiveerd; het
controlelampje van de geactiveerde functie zal aangaan.
Extra Wash
Voor zeer vuile was moet u de optie
Extra Wash
selecteren,
waar compatibel. Als u op deze optie drukt zal de cyclus
automatisch alle wasparameters opnieuw aanpassen waardoor
de cyclus langer zal duren. De optie behoudt dezelfde
temperatuur terwijl de centrifuge automatisch naar de hoogste
stand wordt gebracht. De gebruiker kan naar believen de
centrifugestand terugvoeren naar het gewenste niveau.
Extra Spoelen
Door deze functie te selecteren verhoogt u het spoelresultaat
en zorgt u ervoor dat elk spoor van wasmiddel verdwijnt. Deze
optie is vooral nuttig bij personen met een gevoelige huid.
Met de optie
kunt u katoenen en synthetisch wasgoed
wassen en energie besparen waardoor u het milieu beschermt.
De besparing komt voort uit het wassen met koud water, een
intensievere mechanische werking en een geoptimaliseerd
gebruik van water waardoor u hetzelfde gewenste resultaat
bereikt. Ideaal voor niet zo vuil wasgoed. Het beste is om hierbij
vloeibaar wasmiddel te gebruiken.
Programmatabel
1) Controleprogramma volgens de reglement 1061/2010: selecteer het programma 15 met een temperatuur van 60°C.
Dit is de geschiktste cyclus voor het wassen van een middelmatig vuile lading katoenen wasgoed. Het is ook de efficiëntste cyclus v.w.b. het gecombineerde verbruik van
energie en water, voor wasgoed dat op 60°C kan worden gewassen. De effectieve wastemperatuur kan verschillen van de temperatuur die wordt aangegeven.
2) Controleprogramma volgens de reglement 1061/2010: selecteer het programma 15 met een temperatuur van 40°C.
Dit is de geschiktste cyclus voor het wassen van een middelmatig vuile lading katoenen wasgoed. Het is ook de efficiëntste cyclus v.w.b. het gecombineerde verbruik van
energie en water, voor wasgoed dat op 40°C kan worden gewassen. De effectieve wastemperatuur kan verschillen van de temperatuur die wordt aangegeven.
Voor alle Test Institutes:
2) Programma katoen lang: selecteer het programma 15 met een temperatuur van 40°C.
3) Lang synthetisch programma: selecteer het programma 4 en daarna de optie “
Extra Wash
”.
Programma’s
Beschrijving van het Programma
Maximale
Temp
(°C)
Maxi-
maal
toerental
(toeren
per
minuut)
Wasmiddel
Maxi-
male
la-
ding
(kg)
Overgebleven
vochtigheid %
Energieverbru-
ik kWh
Totaal water lt
Duur cyclus
Voorwas Wassen
Wasver-
zachter
EVERYDAY FAST
1 Mix Bont 59’
40° 1000 -
7 - - - 59’
2 Katoen 59’
60° 1000 -
7 - - - 59’
3 Katoen 45’
40° 1000 -
3,5 - - - 45’
4 Synthetisch 59’ (3)
40°
(Max.60°)
1000 -
3,5 46 0,56 43 59’
5 Mix 30’
30° 800 -
3,5 71 0,16 33 30’
6 Express 20’
20° 800 -
3,5 - - - 20’
Special & Partial
7 Sportkleding
40° 600 -
3,5 - - - **
8 Sportschoenen
30° 600 -
Max.2
paar.
- - - **
9 Baby
40° 800 -
3 - - - **
10 Spoelen
- 1000 - -
7 - - - **
11 Centrifugeren + Afpompen
- 1000 - - - 7 - - - **
11 Alleen afpompen *
- OFF - - - 7 - - - **
Dedicated
12
Dekbedden: voor kledingstukken/beddengoed gevuld met dons. 30° 1000 -
2 - - - **
13
Wol: voor wol, kasjmier, etc. 40° 800 -
1,5 - - - **
14
Zijde/Gordijnen: voor zijde, viscose, lingerie. 30° 0 -
1 - - - **
15
Eco katoen 60°C (1):
zeer vuil wit en kleurecht bont wasgoed. 60° 1000 -
7 62 0,94 52,5 160’
15
Eco katoen 40°C (2):
niet zo vuile witte en bonte fijne was. 40° 1000 -
7 62 0,93 85 140’
16
Katoen met voorwas: zeer vuile witte was. 90° 1000
7 - - - **
De duur van de cyclus die wordt aangegeven op het display of op de gebruiksaanwijzing is een geschatte waarde die wordt gecalculeerd bij standaard omstandigheden.
De effectieve tijd kan variëren aan de hand van talloze factoren zoals temperatuur en druk van de watertoevoer, de kamertemperatuur, de hoeveelheid wasmiddel, de
hoeveelheid en type lading, de balancering van de was en de geselecteerde aanvullende opties.
* Als u het programma 11 selecteert en de centrifuge uitsluit, zal de machine alleen het water afvoeren.
** U kunt de duur van de wasprogramma’s op het display controleren.
46
NL
Wasmiddelen en wasgoed
Wasmiddelbakje
Een goed wasresultaat hangt ook af van de juiste dosis
wasmiddel: te veel wasmiddel maakt het wassen niet beter.
Het wasmiddel blijft aan de binnenzijde van de wasautomaat
zitten en zorgt voor het vervuilen van het milieu.
! Gebruik nooit wasmiddelen voor handwas aangezien die
te veel schuim vormen.
! Gebruik waspoeder voor witte katoenen was, voor de voor-
was en voor het wassen op temperaturen van meer dan 60°C.
! Volg de aanwijzingen op de wasmiddelverpakking.
Trek het laatje naar voren
en giet het wasmiddel of de
wasversterker er als volgt in:
bakje 1: Wasmiddel voor voorwas (poeder)
bakje 2: Wasmiddel voor hoofdwas (poeder of vloeibaar)
Het vloeibare wasmiddel moet vlak voor de start in het bakje
worden gegoten.
bakje 3: Wasversterkers (wasverzachter, enz.)
De wasverzachter mag niet boven het roostertje uitkomen.
N.B.: In het geval van gebruik van tabs raden we u aan de
instructies van de fabrikant op te volgen.
Voorbereiden van het wasgoed
• Verdeelhetwasgoedvolgens:
- het soort stof / het symbool op het etiket.
- de kleuren: scheid de bonte was van de witte was.
• Leegdezakkenencontroleerdeknopen.
• Overschrijdhetaangegevengewicht,berekendvoordroog
wasgoed, nooit: zie “Programmatabel”.
Hoeveel weegt wasgoed?
1 laken 400-500 g.
1 sloop 150-200 g.
1 tafelkleed 400-500 g.
1 badjas 900-1200 g.
1 handdoek 150-250 g.
Dagelijkse snelle cycli
Een volledige serie snelle programma’s om, zelfs met een
volle lading, de meest voorkomende stoffen te wassen en
het dagelijkse vuil te verwijderen in minder dan 1 uur.
Mix Bont 59’: om wasgoed van verschillende materialen en
kleuren samen te wassen.
Katoen 59’: speciale cyclus voor het wassen van voorna-
melijk wit katoenen wasgoed. Kan ook worden gebruikt met
waspoeder.
Katoen 45’: korte cyclus speciaal ontwikkeld voor het wassen
van fijn katoenen wasgoed.
Synthetisch 59’: speciaal voor het wassen van synthetisch
wasgoed. Bij aanwezigheid van hardnekkiger vuil kunt u de
temperatuur opvoeren tot aan 60° en ook waspoeder gebruiken.
1
2
3
Mix 30’: korte cyclus voor het wassen van een gemengde
lading van katoenen en synthetisch wasgoed, wit en bont
samen.
Express 20’: het programma dat uw wasgoed in slechts 20
minuten opfrist en opnieuw lekker laat ruiken.
Speciale programma’s
Sportkleding: deze cyclus is geschikt voor het wassen van
alle sportkleding, inclusief de handdoek van de sportschool,
en beschermt u de vezels van de was (houdt u aan hetgeen
staat op de wasvoorschriften).
Sportschoenen: een cyclus die speciaal is ontwikkeld voor
het in totale zekerheid wassen van 2 paar gymschoenen.
We raden u aan de veters van uw schoenen vast te strikken
voor u ze wast.
Baby: speciaal ontwikkelde cyclus voor het wassen van
babykleding met een speciale aandacht voor de verwijdering
van residuen van wasmiddel.
Dekbedden: om donzen wasgoed te wassen zoals bi-
jvoorbeeld éénpersoons dekbedden (niet zwaarder dan 2
kg.), kussens, ski-jacks, gebruikt u het speciale programma
12. We raden u aan de jacks in de trommel te laden met
de randen naar binnen toe gevouwen (zie afbeeldingen) en
ervoor te zorgen de ¾ van het volume van de trommel niet te
overschrijden.Voor het beste resultaat raden wij aan vloeibaar
wasmiddel in het doseerbakje te gieten.
Wol: met het programma 13 is het mogelijk alle wollen kle-
dingstukken in de wasautomaat te wassen, ook die met het
etiket “alleen handwas” . Voor de beste resultaten dient
u een specifiek wasmiddel te gebruiken en nooit de 1,5 kg
wasgoed te overschrijden.
Zijde: gebruik het speciale programma 14 om alle zijden
kledingstukken te wassen. We raden u aan een speciaal
wasmiddel voor fijne was te gebruiken.
Gordijnen: vouw de gordijnen en doe ze in de bijgeleverde
zak. Gebruik het programma 14.
Balanceersysteem van de lading
Om overmatige trillingen te vermijden verdeelt de automaat
de lading voor het centrifugeren op een gelijkmatige manier.
Dit gebeurt door de trommel te laten draaien op een snelheid
die iets hoger ligt dan de wassnelheid. Als na herhaaldelijke
pogingen de lading nog steeds niet goed is gebalanceerd,
zal de wasautomaat de centrifuge op een lagere snelheid
uitvoeren dan die voorzien was. Als de lading zeer uit balans is
zal de wasautomaat een verdeling uitvoeren in plaats van een
centrifuge. Teneinde een betere distributie van de waslading
en een juiste balancering te bereiken raden wij u aan kleine
en grote kledingstukken te mengen.
47
NL
Storingen en oplossingen
Het kan gebeuren dat de wasautomaat niet werkt. Voor u contact opneemt met de Servicedienst (zie “Service”)moet u controle-
ren of het niet een storing betreft die u zelf makkelijk kunt verhelpen met behulp van de volgende lijst.
Storingen:
De wasautomaat gaat niet aan.
De wascyclus start niet.
De wasautomaat heeft geen water-
toevoer (Op het display verschijnt
de knipperende tekst “H2O”).
De wasautomaat blijft water aan-
en afvoeren.
De wasautomaat voert het water
niet af of centrifugeert niet.
De machine trilt erg tijdens het
centrifugeren.
De wasautomaat lekt.
De controlelampjes van de “opties”
en het controlelampje “START/
PAUSE” gaan knipperen en op het
display verschijnt een storingscode
(bv.: F-01, F-..).
Er ontstaat teveel schuim.
Mogelijke oorzaken / Oplossing:
• Destekkerzitnietinhetstopcontactofnietvergenoegomcontacttemaken.
• Hethelehuiszitzonderstroom.
• Dedeurzitnietgoeddicht.
• DeON/OFFtoetsisnietingedrukt.
• DeSTART/PAUSEtoetsisnietingedrukt.
• Dewaterkraanisnietopen.
• Dewatertoevoerbuisisnietaangeslotenopdekraan.
• Debuisisgebogen.
• Dewaterkraanisnietopen.
• Hethelehuiszitzonderwater.
• Erisonvoldoendedruk.
• DeSTART/PAUSEtoetsisnietingedrukt.
• Deafvoerbuisisnietop65tot100cmafstandvandegrondafgeïnstalleerd
(zie “Installatie”).
• Hetuiteindevandeafvoerbuisligtonderwater(zie “Installatie”).
• Deafvoerindemuurheeftgeenontluchting.
Als na deze controles het probleem niet is opgelost, moet u de waterkraan
dichtdraaien, de wasautomaat uitzetten en de Servicedienst inschakelen. Als u
op een van de hoogste verdiepingen van een flatgebouw woont kan zich een
hevelingsprobleem voordoen, waarbij de wasautomaat voortdurend water aan-
en afvoert. Om deze storing te verhelpen zijn er in de handel speciale beluchters
te koop.
• Hetprogrammavoorzietgeenafvoer:bijenkeleprogramma’smoetditmetde
hand worden gestart (zie “Programma’s en functies”).
• Deafvoerbuisisgebogen(zie “Installatie”).
• Deafvoerleidingisverstopt.
• Detrommelisbijhetinstallerennietopdejuistewijzegedeblokkeerd(zie “In-
stallatie”).
• Dewasautomaatstaatnietgoedrecht(zie “Installatie”).
• Dewasautomaatstaattekraptussenmeubelsenmuur(zie “Installatie”).
• Debuisvandewatertoevoerisnietgoedaangeschroefd(zie “Installatie”).
• Hetwasmiddelbakjeisverstopt(voorreinigingzie “Onderhoud en verzorging”).
• Deafvoerbuisisnietgoedaangesloten(zie “Installatie”).
• Doedewasautomaatuitenhaaldestekkeruithetstopcontact.Wachtcirca1
minuut en doe hem daarna weer aan.
Als de storing voortzet, dient u de Servicedienst in te schakelen.
• Hetwasmiddelisnietbedoeldvoorwasautomaten(ermoet“voorwasautoma-
at”, “handwas en machinewas”, of dergelijke op staan).
• Uheeftteveelwasmiddelgebruikt.
48
NL
Service
Voordat u de Servicedienst inschakelt:
•Controleereerstofuhetprobleemzelfkuntoplossen (zie “Storingen en oplossingen”).
• Starthetprogrammaopnieuwomtecontrolerenofdestoringisverholpen;
• AlsditniethetgevalismoetucontactopnemenmetdeerkendeTechnischeServicedienstviahettelefoonnummerdatop
het garantiebewijs staat.
! Wendt u nooit tot een niet erkende installateur.
Vermeld:
• hettypestoring;
• hetmodelvandemachine(Mod.);
• hetserienummer(S/N).
Deze informatie vindt u op het typeplaatje aan de achterkant van de wasautomaat en aan de voorzijde als u het deurtje opendoet.

Documenttranscriptie

Gebruiksaanwijzing WASAUTOMAAT Inhoud NL Nederlands NL Installatie, 38-39 Uitpakken en waterpas zetten Hydraulische en elektrische aansluitingen Eerste wascyclus Technische gegevens Onderhoud en verzorging, 40 Afsluiten van water en stroom Reinigen van de wasautomaat Reinigen van het wasmiddelbakje Onderhoud van deur en trommel Reinigen van de pomp Controleren van de buis van de watertoevoer Voorzorgsmaatregelen en advies, 41 EWE 71083 Algemene veiligheid Afvalverwijdering Beschrijving van de wasautomaat, 42-43 Bedieningspaneel Controlelampjes Het uitvoeren van een wascyclus, 44 Programma’s en functies, 45 Programmatabel Wasfuncties Wasmiddelen en wasgoed, 46 Wasmiddelbakje Voorbereiden van het wasgoed Dagelijkse snelle cycli Speciale programma’s Balanceersysteem van de lading Storingen en oplossingen, 47 Service, 48 37 Installatie NL ! Het is belangrijk deze handleiding te bewaren voor latere raadpleging. In het geval u het apparaat verkoopt, of u verhuist, moet het boekje bij de wasautomaat blijven zodat de nieuwe gebruiker de functies en betreffende raadgevingen kan doornemen. ! Lees de instructies aandachtig door: u vindt er belangrijke informatie betreffende installatie, gebruik en veiligheid. inclinatiehoek, gemeten ten opzichte van het werkvlak, mag de 2° niet overschrijden. Een correcte nivellering geeft de machine stabiliteit en voorkomt trillingen, lawaai en het zich verplaatsen van de automaat tijdens de werking. In het geval van vloerbedekking of een tapijt regelt u de stelvoetjes zodanig dat onder de wasmachine genoeg plaats is voor ventilatie. Uitpakken en waterpas zetten Hydraulische en elektrische aansluitingen Uitpakken 1. De wasautomaat uitpakken. 2. Controleer of de wasautomaat geen schade heeft geleden gedurende het vervoer. Indien dit wel het geval is moet hij niet worden aangesloten en moet u contact opnemen met de handelaar. 3. Verwijder de 4 schroeven die het apparaat beschermen tijdens het vervoer en de rubberen ring met bijbehorende afstandsleider die zich aan de achterkant bevinden (zie afbeelding). 4. Sluit de openingen af met de bijgeleverde plastic doppen. 5. Bewaar alle onderdelen: mocht de wasautomaat ooit worden vervoerd, dan moeten deze weer worden aangebracht. ! Het verpakkingsmateriaal is geen speelgoed voor kinderen. Waterpas zetten 1. Installeer de wasautomaat op een rechte en stevige vloer en laat hem niet steunen tegen een muur, meubel of dergelijke. 2. Als de vloer niet volledig horizontaal is kunt u de onregelmatigheid opheffen door de stelvoetjes aan de voorkant losser of vaster te schroeven (zie afbeelding); de 38 Aansluiting van de watertoevoerbuis 1. Sluit de toevoerbuis aan op de koudwaterkraan met een mondstuk met schroefdraad van 3/4 gas (zie afbeelding). Voordat u de wasautomaat aansluit moet u het water laten lopen totdat het helder is. 2. Verbind de watertoevoerbuis aan de wasautomaat door hem op de betreffende watertoevoer te schroeven, rechtsboven aan de achterkant (zie afbeelding). 3. Let erop dat er geen knellingen of kronkels in de buis zijn. ! De waterdruk van de kraan moet zich binnen de waarden van de tabel Technische Gegevens bevinden (zie bladzijde hiernaast). ! Als de toevoerbuis niet lang genoeg is moet u zich wenden tot een gespecialiseerde winkel of een bevoegde installateur. ! Gebruik nooit tweedehands buizen. ! Gebruik de buizen die bij het apparaat worden geleverd. Aansluiting van de afvoerbuis 65 - 100 cm Verbind de buis, zonder hem te buigen, aan een afvoerleiding of aan een afvoer in de muur tussen de 65 en 100 cm van de grond ! Het snoer mag niet gebogen of samengedrukt worden. ! De voedingskabel mag alleen door een bevoegde installateur worden vervangen. Belangrijk! De fabrikant kan niet aansprakelijk worden gesteld wanneer deze normen niet worden nageleefd. Eerste wascyclus af of hang hem aan de rand van een wasbak of badkuip, en bind de bijgeleverde steun aan de kraan (zie afbeelding). Het uiteinde van de afvoerslang mag niet onder water hangen. ! Gebruik nooit verlengstukken voor de buis; indien dit niet te vermijden is moet het verlengstuk dezelfde doorsnede hebben als de oorspronkelijke buis en mag hij niet langer zijn dan 150 cm. Elektrische aansluiting Voordat u de stekker in het stopcontact steekt moet u zich ervan verzekeren dat: • het stopcontact geaard is en voldoet aan de geldende normen; • het stopcontact het maximum vermogen van de wasau -tomaat kan dragen, zoals aangegeven in de tabel Technische Gegevens (zie hiernaast); • de spanning zich bevindt tussen de waarden die zijn aangegeven in de tabel Technische Gegevens (zie hiernaast); • de contactdoos geschikt is voor de stekker van de wasautomaat. Indien dit niet zo is moet de stekker of het stopcontact vervangen worden. ! De wasautomaat mag niet buitenshuis worden geïnstalleerd, ook niet op een beschutte plaats, aangezien het gevaarlijk is hem aan regen en onweer bloot te stellen. ! Als de wasautomaat is geïnstalleerd moet het stopcontact gemakkelijk te bereiken zijn. ! Gebruik geen verlengsnoeren of dubbelstekkers. Na de installatie en voor u de wasautomaat in gebruik neemt, dient u een wascyclus uit te voeren met wasmiddel maar zonder wasgoed, op het programma “WASMACHINE REINIGEN” (zie “Reinigen van de wasautomaat”). Technische gegevens Model EWE 71083 Afmetingen breedte cm 59,5 hoogte cm 85 diepte cm 53,5 Vermogen van 1 tot 7 kg zie het typeplaatje met de technische eigenschappen dat op het apparaat is bevestigd Aansluiting max. druk 1 MPa (10 bar) waterleiding min. druk 0,05 MPa (0,5 bar) Inhoud trommel 52 liters Snelheid tot 1000 toeren per minuu centrifuge Controleprogramma’s programma 15; Eco katoen volgens de 60°C. reglement programma 15; Eco katoen 1061/2010 40°C. en 1015/2010 Deze apparatuur voldoet aan de volgende EEC voorschriften: - 2004/108/CE (Elektromagnetische compatiabiliteit) - 2012/19/EU - WEEE - 2006/95/CE (Laagspanning) Elektrische aansluitingen 39 NL Onderhoud en verzorging NL Afsluiten van water en stroom Onderhoud van deur en trommel • Sluit na iedere wasbeurt de kraan af. Hiermee beperkt u slijtage van de waterinstallatie van de wasmachine en voorkomt u lekkage. • Sluit altijd eerst de stroom af voordat u de wasautomaat gaat schoonmaken en gedurende onderhoudswerkzaamheden. • Laat de deur altijd op een kier staan om nare luchtjes te vermijden. Reinigen van de wasautomaat • De buitenkant en de rubberen onderdelen kunnen met een spons en een lauw sopje worden schoongemaakt. Gebruik nooit schuurmiddelen of oplosmiddelen. • De wasautomaat beschikt over een programma “WASMACHINE REINIGEN” voor het reinigen van de binnenkant van de automaat. Dit moet worden uitgevoerd als de automaat volledig leeg is. Het wasmiddel (circa 10% van de hoeveelheid die wordt aanbevolen voor een niet zo vuile was) of de speciale reinigingsmiddelen voor wasautomaten kunnen worden gebruikt als hulpmiddelen tijdens dit wasprogramma. We raden u aan dit reinigingsprogramma elke 40 wascycli uit te voeren. Om dit programma te activeren drukt u tegelijkertijd 5 sec. op de toetsen A en B (zie afb.). Het programma start automatisch en heeft een duur van circa 70 minuten. A Reinigen van de pomp De wasautomaat is voorzien van een zelfreinigende pomp en hoeft dus niet te worden onderhouden. Het kan echter gebeuren dat kleine voorwerpen (muntjes, knopen) in het voorvakje dat de pomp beschermt en zich aan de onderkant ervan bevindt, terechtkomen. ! Verzeker u ervan dat de wascyclus klaar is en haal de stekker uit het stopcontact. Toegang tot het voorvakje: 1. verwijder het afdekpaneel aan de voorkant van de wasautomaat met behulp van een schroevendraaier (zie afbeelding); 2. draai het deksel eraf, tegen de klok in (zie afbeelding): het is normaal dat er een beetje water uit komt; B Reinigen van het wasmiddelbakje Verwijder het bakje door het op te lichten en naar voren te trekken (zie afbeelding). Was het onder stromend water. Dit moet u regelmatig doen. 3. maak de binnenkant goed schoon; 4. schroef het deksel er weer op; 5. monteer het paneel weer, met de haakjes goed bevestigd in de juiste openingen, voordat u het paneel tegen de machine aandrukt. Controleren van de buis van de watertoevoer Controleer minstens eenmaal per jaar de slang van de watertoevoer. Als er barstjes of scheuren in zitten moet hij vervangen worden: gedurende het wassen kan de hoge waterdruk onverwachts breuken veroorzaken. ! Gebruik nooit tweedehands buizen. 40 Voorzorgsmaatregelen en advies ! De wasmachine is ontworpen en geproduceerd volgens de internationale veiligheidsnormen. Deze aanwijzingen zijn voor uw eigen veiligheid geschreven en moeten aandachtig worden doorgenomen. Consumenten moeten contact opnemen met de locale autoriteiten voor informatie over de juiste wijze van vernietiging van hun oude apparaat. Algemene veiligheid • Dit apparaat is uitsluitend ontworpen voor huishoudelijk niet-professioneel gebruik. • Dit apparaat mag alleen door kinderen van 8 jaar en ouder, door personen met een beperkt lichamelijk, sensorieel of geestelijk vermogen, of met onvoldoende ervaring of kennis worden gebruikt, mits ze worden begeleid, of wanneer zij toereikende instructies hebben gekregen betreffende het veilige gebruik van het apparaat en mits zij op de hoogte zijn van de betreffende gevaren. Kinderen mogen niet met het apparaat spelen. Onderhoud en reiniging mogen niet door kinderen zonder supervisie worden uitgevoerd. • Raak de machine niet aan als u blootsvoets bent of met natte of vochtige handen of voeten. • Trek de stekker nooit uit het stopcontact door aan het snoer te trekken, maar altijd door de stekker zelf beet te pakken. • Open het wasmiddelbakje niet terwijl de machine in werking is. • Raak het afvoerwater niet aan aangezien het zeer heet kan zijn. • Forceer de deur nooit: het veiligheidsmechanisme dat een ongewild openen van de deur voorkomt, kan beschadigd worden. • Probeer in geval van storingen nooit zelf de interne mechanismen van de wasautomaat te repareren. • Zorg ervoor dat kleine kinderen niet te dicht bij de machine komen als deze in werking is. • De deur kan tijdens het wassen zeer heet worden. • Als de machine verplaatst moet worden, doe dit dan met twee of drie personen tegelijk en zeer voorzichtig. Doe dit nooit alleen, want het apparaat is erg zwaar. • Voordat u het wasgoed in de automaat laadt, moet u controleren of hij leeg is. Afvalverwijdering • Het wegdoen van het verpakkingsmateriaal: houdt u aan de plaatselijke normen zodat het materiaal hergebruikt kan worden. • De Europese Richtlijn 2012/19/EU - WEEE over Vernieti ging van Electrische en Electronische Apparatuur, vereist dat oude huishoudelijke electrische apparaten niet mogen vernietigd via de normale ongesorteerde afvalstroom. Oude apparaten moeten apart worden ingezameld om zo het hergebruik van de gebruikte materialen te optimaliseren en de negatieve invloed op de gezondheid en het milieu te reduceren. Het symbool op het product van de “afvalcontainer met een kruis erdoor” herinnert u aan uw verplichting, dat wanneer u het apparaat vernietigt, het apparaat apart moet worden ingezameld. 41 NL Beschrijving van de wasautomaat NL Bedieningspaneel Toets met controlelampje TOETSBLOKKERING ON/OFF toets TEMPERATUUR toets Toetsen met controlelampjes FUNCTIE Toets met controlelampje START/PAUSE DISPLAY Wasmiddelbakje CENTRIFUGE PROGRAMMAKNOP Wasmiddelbakje: voor wasmiddelen en wasversterkers (zie “Wasmiddelen en wasgoed”). Toets ON/OFF : druk even op de toets om de wasautomaat aan of uit te zetten. Het groene START/PAUSE controlelampje dat langzaam knippert geeft aan dat de wasautomaat aanstaat. Om de wasautomaat tijdens de wascyclus uit te zetten moet u de toets iets langer, circa 2 seconden, ingedrukt te houden. Als u de toets kort, of per ongeluk indrukt zal de wasautomaat niet uitgaan. Als u de wasautomaat tijdens de wascyclus uitdoet wordt de cyclus automatisch geannuleerd. PROGRAMMAKNOP: voor het instellen van het gewenste programma (zie “Programmatabel”). Toetsen met controlelampje FUNCTIE: voor het selecteren van de beschikbare functies. Het controlelampje van de gekozen functie zal aanblijven. TOETSBLOKKERING : Met deze optie blokkeert u het bedieningspaneel (m.u.v. de toets ON/OFF) en voorkomt u dat kinderen de wasinstellingen kunnen wijzigen tijdens de werking. Ook voorkomt u hiermee een onwillekeurige inschakeling. Schakel deze optie in of uit door de toets minstens 2 seconden in te drukken. Toets CENTRIFUGE : druk hierop om het centrifugetoerental te verminderen of om de centrifuge in zijn geheel uit te sluiten - de waarde wordt op het display aangegeven. 42 UITGESTELDE START toets toets Toets TEMPERATUUR : druk hierop om de temperatuur te verminderen of om met koud water te wassen: de waarde wordt op het display aangegeven. Toets UITGESTELDE START : druk hierop om een uitgestelde start van het gekozen programma in te stellen. De vertraging wordt door het display aangegeven. Toets met controlelampje START/PAUSE : als het groene controlelampje langzaam knippert, moet u op de toets drukken om de wascyclus te starten. Als de cyclus is gestart blijft het controlelampje vast aanstaan. Als u de wascyclus wilt pauzeren drukt u nogmaals op de toets; het controlelampje wordt oranje en gaat knipperen. Als het symbool niet aan is kunt u de deur openen (wacht circa 3 minuten). Om het programma te hervatten drukt u opnieuw op de toets. Stand- by modus Deze wasautomaat beschikt, in overeenkomst met de nieuwe normen betreffende de energiebesparing, over een systeem wat het apparaat automatisch na 30 minuten uitschakelt (stand-by) indien men het niet gebruikt. Druk kort op de ON/OFF toets en wacht tot de wasautomaat weer aangaat. Display NL B A C Het display is nodig om de wasautomaat te programmeren en geeft meerdere soorten informatie. In de sectie A verschijnt de duur van de beschikbare programma’s en, als de cyclus is gestart, de resterende tijd tot het einde ervan. Indien een UITGESTELDE START is geselecteerd verschijnt de resterende tijd tot aan de start van het geselecteerde wasprogramma. Bovendien verschijnen, na het drukken op de betreffende toets, het apparaat toont automatisch de maximale temperatuur en centrifuge die voor het ingestelde programma gelden of de laatst geselecteerde waarden, mits deze compatibel zijn met het gekozen programma. In de sectie B verschijnen de “wasfases” voor de geselecteerde cyclus en, als het programma reeds is gestart, de lopende “wasfase”. Hoofdwas Spoelen Centrifuge Waterafvoer In de sectie C staan, van boven naar onder, de symbolen betreffende de “temperatuur” , de “UITGESTELDE START” de “centrifuge” : Het verlichte symbool geeft aan dat op het display de waarde van de ingestelde “temperatuur” wordt getoond. Het verlichte symbool geeft aan dat er een “UITGESTELDE START” is ingesteld. Het verlichte symbool geeft aan dat op het display de waarde van de ingestelde “centrifuge” wordt getoond. en Symbool Deur geblokkeerd Het verlichte symbool geeft aan dat de deur is geblokkeerd. Om schade te voorkomen moet u wachten tot het symbool uitgaat voordat u de deur van de wasautomaat opent (wacht circa 3 minuten). Om de deur te openen terwijl de cyclus bezig is, drukt u op de START/PAUSE toets. Als het symbool DEUR GEBLOKKEERD uit is kunt u de deur openen (wacht circa 3 minuten). 43 Het uitvoeren van een wascyclus NL 1. DE WASAUTOMAAT AANZETTEN. Druk op de toets . Het groene controlelampje START/PAUSE zal langzaam knipperen. 2. HET WASGOED INLADEN. Open de deur. Laad het wasgoed in en zorg ervoor nooit de laadhoeveelheid te overschrijden aangegeven in de programmatabel op de volgende bladzijde. 3. WASMIDDEL DOSEREN. Trek het bakje naar buiten en doe het wasmiddel in de speciale bakjes, zoals aangegeven in “Wasmiddelen en wasgoed”. 4. SLUIT DE DEUR. 5. KIES HET PROGRAMMA. Stel het gewenste programma in met de PROGRAMMAKNOP; hieraan worden automatisch een temperatuur en een centrifugesnelheid gekoppeld die naderhand kunnen worden gewijzigd. Op het display verschijnt de duur van de cyclus. 6. DE WASCYCLUS AANPASSEN. Druk op de speciale toetsen: Wijzigen van de temperatuur en/of de centrifuge. Het apparaat toont automatisch de maximale temperatuur en centrifuge die voor het ingestelde programma gelden of de laatst geselecteerde waarden, mits deze compatibel zijn met het gekozen programma. Door op de toets te drukken kunt u de temperatuur langzaamaan verlagen, tot aan de koude wascyclus “OFF”. Door op de toets te drukken kunt u het toerental van de centrifuge langzaamaan verlagen, tot aan de complete uitsluiting “OFF”. Als u nogmaals op de toetsen drukt zult u op de maximaal toegestane waarden terugkeren. ! Uitzondering: als u het programma 4 selecteert kunt u de temperatuur tot op 60° instellen. Een uitgestelde start instellen. Om de uitgestelde start van het gekozen programma in te stellen drukt u op de betreffende toets totdat u de gewenste vertraging heeft bereikt. Als deze optie is geactiveerd verschijnt op het display het symbool . Om de uitgestelde start te annuleren drukt u net zolang op de toets tot op het display de tekst OFF verschijnt. De eigenschappen van de cyclus wijzigen. • Druk op de toets om de functie te activeren. Het controlelampje dat bij de toets hoort gaat aan. • Druk nogmaals op de toets om de functie te deactiveren. Het controlelampje gaat uit. ! Als de gekozen functie niet geschikt is voor het ingestelde programma gaat het controlelampje knipperen en zal de functie niet worden geactiveerd. ! Als de geselecteerde functie niet compatibel is met een optie die daarvòòr is ingesteld, zal het controlelampje van de eerder geselecteerde functie gaan knipperen en zal alleen de tweede functie worden geactiveerd; het controlelampje van de geactiveerde functie zal aangaan. 44 ! De functies kunnen van invloed zijn op de aanbevolen washoeveelheid en/of de duur van de cyclus. 7. HET PROGRAMMA STARTEN. Druk op de toets START/PAUSE. Het betreffende controlelampje zal aangaan met een groen licht en de deur wordt geblokkeerd (het symool DEUR GEBLOKKEERD is aan). Om een programma te wijzigen terwijl de cyclus bezig is moet u de wasautomaat pauzeren door middel van de toets START/PAUSE (het controlelampje START/PAUSE gaat langzaam knipperen met een oranje licht); selecteer daarna de gewenste cyclus en druk opnieuw op de toets START/ PAUSE. Om de deur te openen terwijl de cyclus bezig is, drukt u op de START/PAUSE toets. Als het symbool DEUR GEBLOKKEERD uit is kunt u de deur openen (wacht circa 3 minuten). Druk nogmaals op de START/PAUSE toets om het programma te hervatten vanaf het punt dat het werd onderbroken. 8. EINDE VAN HET PROGRAMMA. De tekst “END” verschijnt op het display. Als het symbool DEUR GEBLOKKEERD uitgaat kunt u de deur openen (wacht circa 3 minuten). Open het deurtje, laad het wasgoed uit en schakel het apparaat uit. ! Als u een reeds gestarte cyclus wilt annuleren drukt u langere tijd op de toets het apparaat gaat uit. . De cyclus wordt onderbroken en Programma’s en functies Programmatabel Totaal water lt Duur cyclus 40° 1000 -   7 - - - 59’ 2 Katoen 59’ 60° 1000 -   7 - - - 59’ 3 Katoen 45’ 40° 40° (Max. 60°) 30° 1000 -   3,5 - - - 45’ 1000 -   3,5 46 0,56 43 59’ 800 -   3,5 71 0,16 33 30’ 6 Express 20’ Special & Partial 7 Sportkleding 20° 800 -   3,5 - - - 20’ 40° 600 -   - - - ** 8 Sportschoenen 30° 600 -   - - - ** 9 Baby Programma’s Energieverbruik kWh NL Overgebleven vochtigheid % MaxiMaxiWasmiddel maal Maximale male toerental Temp la(toeren Wasver- ding (°C) Voorwas Wassen per zachter (kg) minuut) Beschrijving van het Programma EVERYDAY FAST 1 Mix Bont 59’ 4 Synthetisch 59’ (3) 5 Mix 30’ 40° 800 -   3,5 Max. 2 paar. 3 - - - ** 10 Spoelen - 1000 - -  7 - - - ** 11 Centrifugeren + Afpompen - 1000 - - - 7 - - - ** 11 Alleen afpompen * - OFF - - - 7 - - - ** Dedicated 12 Dekbedden: voor kledingstukken/beddengoed gevuld met dons. 13 Wol: voor wol, kasjmier, etc. 30° 40° 1000 800 -     2 1,5 - - - ** ** 14 Zijde/Gordijnen: voor zijde, viscose, lingerie. 30° 0 -   1 - - - ** 15 Eco katoen 60°C (1): zeer vuil wit en kleurecht bont wasgoed. 60° 1000 -   7 62 0,94 52,5 160’ 85 140’ 15 Eco katoen 40°C (2): niet zo vuile witte en bonte fijne was. 40° 1000 -   7 62 0,93 16 Katoen met voorwas: zeer vuile witte was. 90° 1000    7 - - - ** * Als u het programma 11 selecteert en de centrifuge uitsluit, zal de machine alleen het water afvoeren. ** U kunt de duur van de wasprogramma’s op het display controleren. De duur van de cyclus die wordt aangegeven op het display of op de gebruiksaanwijzing is een geschatte waarde die wordt gecalculeerd bij standaard omstandigheden. De effectieve tijd kan variëren aan de hand van talloze factoren zoals temperatuur en druk van de watertoevoer, de kamertemperatuur, de hoeveelheid wasmiddel, de hoeveelheid en type lading, de balancering van de was en de geselecteerde aanvullende opties. 1) Controleprogramma volgens de reglement 1061/2010: selecteer het programma 15 met een temperatuur van 60°C. Dit is de geschiktste cyclus voor het wassen van een middelmatig vuile lading katoenen wasgoed. Het is ook de efficiëntste cyclus v.w.b. het gecombineerde verbruik van energie en water, voor wasgoed dat op 60°C kan worden gewassen. De effectieve wastemperatuur kan verschillen van de temperatuur die wordt aangegeven. 2) Controleprogramma volgens de reglement 1061/2010: selecteer het programma 15 met een temperatuur van 40°C. Dit is de geschiktste cyclus voor het wassen van een middelmatig vuile lading katoenen wasgoed. Het is ook de efficiëntste cyclus v.w.b. het gecombineerde verbruik van energie en water, voor wasgoed dat op 40°C kan worden gewassen. De effectieve wastemperatuur kan verschillen van de temperatuur die wordt aangegeven. Voor alle Test Institutes: 2) Programma katoen lang: selecteer het programma 15 met een temperatuur van 40°C. 3) Lang synthetisch programma: selecteer het programma 4 en daarna de optie “Extra Wash ”. Wasfuncties - Als de gekozen functie niet geschikt is voor het ingestelde programma gaat het controlelampje knipperen en zal de functie niet worden geactiveerd. - Als de geselecteerde functie niet compatibel is met een optie die daarvòòr is ingesteld, zal het controlelampje van de eerder geselecteerde functie gaan knipperen en zal alleen de tweede functie worden geactiveerd; het controlelampje van de geactiveerde functie zal aangaan. Extra Wash Voor zeer vuile was moet u de optie Extra Wash selecteren, waar compatibel. Als u op deze optie drukt zal de cyclus automatisch alle wasparameters opnieuw aanpassen waardoor de cyclus langer zal duren. De optie behoudt dezelfde temperatuur terwijl de centrifuge automatisch naar de hoogste stand wordt gebracht. De gebruiker kan naar believen de centrifugestand terugvoeren naar het gewenste niveau. Extra Spoelen Door deze functie te selecteren verhoogt u het spoelresultaat en zorgt u ervoor dat elk spoor van wasmiddel verdwijnt. Deze optie is vooral nuttig bij personen met een gevoelige huid. Met de optie kunt u katoenen en synthetisch wasgoed wassen en energie besparen waardoor u het milieu beschermt. De besparing komt voort uit het wassen met koud water, een intensievere mechanische werking en een geoptimaliseerd gebruik van water waardoor u hetzelfde gewenste resultaat bereikt. Ideaal voor niet zo vuil wasgoed. Het beste is om hierbij vloeibaar wasmiddel te gebruiken. 45 Wasmiddelen en wasgoed NL Wasmiddelbakje Een goed wasresultaat hangt ook af van de juiste dosis wasmiddel: te veel wasmiddel maakt het wassen niet beter. Het wasmiddel blijft aan de binnenzijde van de wasautomaat zitten en zorgt voor het vervuilen van het milieu. ! Gebruik nooit wasmiddelen voor handwas aangezien die te veel schuim vormen. ! Gebruik waspoeder voor witte katoenen was, voor de voorwas en voor het wassen op temperaturen van meer dan 60°C. ! Volg de aanwijzingen op de wasmiddelverpakking. Trek het laatje naar voren en giet het wasmiddel of de wasversterker er als volgt in: 1 2 3 bakje 1: Wasmiddel voor voorwas (poeder) bakje 2: Wasmiddel voor hoofdwas (poeder of vloeibaar) Het vloeibare wasmiddel moet vlak voor de start in het bakje worden gegoten. bakje 3: Wasversterkers (wasverzachter, enz.) De wasverzachter mag niet boven het roostertje uitkomen. N.B.: In het geval van gebruik van tabs raden we u aan de instructies van de fabrikant op te volgen. Mix 30’: korte cyclus voor het wassen van een gemengde lading van katoenen en synthetisch wasgoed, wit en bont samen. Express 20’: het programma dat uw wasgoed in slechts 20 minuten opfrist en opnieuw lekker laat ruiken. Speciale programma’s Sportkleding: deze cyclus is geschikt voor het wassen van alle sportkleding, inclusief de handdoek van de sportschool, en beschermt u de vezels van de was (houdt u aan hetgeen staat op de wasvoorschriften). Sportschoenen: een cyclus die speciaal is ontwikkeld voor het in totale zekerheid wassen van 2 paar gymschoenen. We raden u aan de veters van uw schoenen vast te strikken voor u ze wast. Baby: speciaal ontwikkelde cyclus voor het wassen van babykleding met een speciale aandacht voor de verwijdering van residuen van wasmiddel. Dekbedden: om donzen wasgoed te wassen zoals bijvoorbeeld éénpersoons dekbedden (niet zwaarder dan 2 kg.), kussens, ski-jacks, gebruikt u het speciale programma 12. We raden u aan de jacks in de trommel te laden met de randen naar binnen toe gevouwen (zie afbeeldingen) en ervoor te zorgen de ¾ van het volume van de trommel niet te overschrijden.Voor het beste resultaat raden wij aan vloeibaar wasmiddel in het doseerbakje te gieten. Voorbereiden van het wasgoed • Verdeel het wasgoed volgens: - het soort stof / het symbool op het etiket. - de kleuren: scheid de bonte was van de witte was. • Leeg de zakken en controleer de knopen. • Overschrijd het aangegeven gewicht, berekend voor droog wasgoed, nooit: zie “Programmatabel”. Hoeveel weegt wasgoed? 1 laken 400-500 g. 1 sloop 150-200 g. 1 tafelkleed 400-500 g. 1 badjas 900-1200 g. 1 handdoek 150-250 g. Dagelijkse snelle cycli Een volledige serie snelle programma’s om, zelfs met een volle lading, de meest voorkomende stoffen te wassen en het dagelijkse vuil te verwijderen in minder dan 1 uur. Mix Bont 59’: om wasgoed van verschillende materialen en kleuren samen te wassen. Katoen 59’: speciale cyclus voor het wassen van voornamelijk wit katoenen wasgoed. Kan ook worden gebruikt met waspoeder. Katoen 45’: korte cyclus speciaal ontwikkeld voor het wassen van fijn katoenen wasgoed. Synthetisch 59’: speciaal voor het wassen van synthetisch wasgoed. Bij aanwezigheid van hardnekkiger vuil kunt u de temperatuur opvoeren tot aan 60° en ook waspoeder gebruiken. 46 Wol: met het programma 13 is het mogelijk alle wollen kledingstukken in de wasautomaat te wassen, ook die met het etiket “alleen handwas” . Voor de beste resultaten dient u een specifiek wasmiddel te gebruiken en nooit de 1,5 kg wasgoed te overschrijden. Zijde: gebruik het speciale programma 14 om alle zijden kledingstukken te wassen. We raden u aan een speciaal wasmiddel voor fijne was te gebruiken. Gordijnen: vouw de gordijnen en doe ze in de bijgeleverde zak. Gebruik het programma 14. Balanceersysteem van de lading Om overmatige trillingen te vermijden verdeelt de automaat de lading voor het centrifugeren op een gelijkmatige manier. Dit gebeurt door de trommel te laten draaien op een snelheid die iets hoger ligt dan de wassnelheid. Als na herhaaldelijke pogingen de lading nog steeds niet goed is gebalanceerd, zal de wasautomaat de centrifuge op een lagere snelheid uitvoeren dan die voorzien was. Als de lading zeer uit balans is zal de wasautomaat een verdeling uitvoeren in plaats van een centrifuge. Teneinde een betere distributie van de waslading en een juiste balancering te bereiken raden wij u aan kleine en grote kledingstukken te mengen. Storingen en oplossingen Het kan gebeuren dat de wasautomaat niet werkt. Voor u contact opneemt met de Servicedienst (zie “Service”)moet u controleren of het niet een storing betreft die u zelf makkelijk kunt verhelpen met behulp van de volgende lijst. Storingen: Mogelijke oorzaken / Oplossing: De wasautomaat gaat niet aan. • De stekker zit niet in het stopcontact of niet ver genoeg om contact te maken. • Het hele huis zit zonder stroom. De wascyclus start niet. • De deur zit niet goed dicht. • De ON/OFF toets is niet ingedrukt. • De START/PAUSE toets is niet ingedrukt. • De waterkraan is niet open. De wasautomaat heeft geen watertoevoer (Op het display verschijnt de knipperende tekst “H2O”). • De watertoevoerbuis is niet aangesloten op de kraan. • De buis is gebogen. • De waterkraan is niet open. • Het hele huis zit zonder water. • Er is onvoldoende druk. • De START/PAUSE toets is niet ingedrukt. De wasautomaat blijft water aanen afvoeren. • De afvoerbuis is niet op 65 tot 100 cm afstand van de grond af geïnstalleerd (zie “Installatie”). • Het uiteinde van de afvoerbuis ligt onder water (zie “Installatie”). • De afvoer in de muur heeft geen ontluchting. Als na deze controles het probleem niet is opgelost, moet u de waterkraan dichtdraaien, de wasautomaat uitzetten en de Servicedienst inschakelen. Als u op een van de hoogste verdiepingen van een flatgebouw woont kan zich een hevelingsprobleem voordoen, waarbij de wasautomaat voortdurend water aanen afvoert. Om deze storing te verhelpen zijn er in de handel speciale beluchters te koop. De wasautomaat voert het water niet af of centrifugeert niet. • Het programma voorziet geen afvoer: bij enkele programma’s moet dit met de hand worden gestart (zie “Programma’s en functies”). • De afvoerbuis is gebogen (zie “Installatie”). • De afvoerleiding is verstopt. De machine trilt erg tijdens het centrifugeren. • De trommel is bij het installeren niet op de juiste wijze gedeblokkeerd (zie “Installatie”). • De wasautomaat staat niet goed recht (zie “Installatie”). • De wasautomaat staat te krap tussen meubels en muur (zie “Installatie”). De wasautomaat lekt. • De buis van de watertoevoer is niet goed aangeschroefd (zie “Installatie”). • Het wasmiddelbakje is verstopt (voor reiniging zie “Onderhoud en verzorging”). • De afvoerbuis is niet goed aangesloten (zie “Installatie”). De controlelampjes van de “opties” en het controlelampje “START/ PAUSE” gaan knipperen en op het display verschijnt een storingscode (bv.: F-01, F-..). • Doe de wasautomaat uit en haal de stekker uit het stopcontact. Wacht circa 1 minuut en doe hem daarna weer aan. Als de storing voortzet, dient u de Servicedienst in te schakelen. Er ontstaat teveel schuim. • Het wasmiddel is niet bedoeld voor wasautomaten (er moet “voor wasautomaat”, “handwas en machinewas”, of dergelijke op staan). • U heeft teveel wasmiddel gebruikt. 47 NL Service NL Voordat u de Servicedienst inschakelt: • Controleer eerst of u het probleem zelf kunt oplossen (zie “Storingen en oplossingen”). • Start het programma opnieuw om te controleren of de storing is verholpen; • Als dit niet het geval is moet u contact opnemen met de erkende Technische Servicedienst via het telefoonnummer dat op het garantiebewijs staat. ! Wendt u nooit tot een niet erkende installateur. Vermeld: • het type storing; • het model van de machine (Mod.); • het serienummer (S/N). Deze informatie vindt u op het typeplaatje aan de achterkant van de wasautomaat en aan de voorzijde als u het deurtje opendoet. 48
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84

Indesit EWE 71083 W EU Gebruikershandleiding

Categorie
Wasmachines
Type
Gebruikershandleiding